Upload
others
View
3
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
DE KUNST VANHET
CONFRONTERENREGELS VOOR EFFECTIEF CONFLICTMANAGEMENT
COM01_Vakartikel confronteren.indd 42COM01_Vakartikel confronteren.indd 42 26-01-16 14:3126-01-16 14:31
43DOOR MARCO DOESER BEELD CORBIS
Confl icten kunnen nuttig zijn, maar meestal werken ruzies contraproductief. Wat doe je ertegen?
Waar mensen zijn, zijn conflicten. En dat is
maar goed ook, want confrontaties zorgen voor
de broodnodige vernieuwing. Maar wat weten
we precies van conflicten? Wat zijn, bijvoor�
beeld, de oorzaken en gevolgen van conflicten
op het werk? Welk verloop kent een fikse ruzie?
Hoe communiceren we dan met elkaar? En wat
zijn de voordelen van conflictmanagement?
De cijfers laten er geen misverstand over be�
staan: ruzie op het werk komt vaak voor. De
Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden
2014 (TNO/CBS) laat zien dat 22,6 procent van
de werknemers (ongeveer 1 op 4) recent een
kort� of langdurend conflict had met een directe
collega; 17,2 procent (ongeveer 1 op 6) met de
directe leidinggevende en 9,7 procent (onge�
veer 1 op 10) met de werkgever. Op een totale
beroepsbevolking van 7,2 miljoen mensen
waren ruim 500.000 mensen persoonlijk
betrokken bij een langdurig arbeidsconflict.
Opvallend is verder dat mannen vaker het
conflict aangaan dan vrouwen en werknemers
tussen 25 en 54 jaar meer strijdlust vertonen
in vergelijking met hun jongere en oudere
collega’s. Uit eerdere onderzoeken (NEA 2007�
2011) weten we dat er beduidend meer con�
flicten voorkomen in organisaties die te maken
hebben met inkrimping, een reorganisatie,
fusie of overname.
LANGDURIGE RUZIEDeze conflictcijfers staan in schril contrast met
het feit dat 99,3 procent van de werknemers
een prettige werksfeer (heel) belangrijk vindt;
zelfs belangrijker dan bijvoorbeeld interessant
werk, werkzekerheid of een goed salaris.
Een discrepantie met opvallende gevolgen.
Werknemers die langdurig ruzie hebben op het
werk, verzuimen 2 tot 3,5 keer zoveel als hun
collega’s zonder conflicten. Ze zijn ook veel va�
ker ontevreden over hun werk (zo’n 25 procent,
tegen gemiddeld 6 procent). En bijna 60 pro�
cent van de werknemers heeft bij een langdurig
conflict met de leidinggevende of werkgever
geprobeerd een andere baan te vinden.
WEDERKERIG SPELConflicten komen nooit uit de lucht vallen, ze
hebben vaak een diepere achtergrond of een
structurele oorzaak en draaien meestal om
zaken die ertoe doen binnen een (werk)relatie.
Conflictpartijen hebben elkaar nodig. Zonder
een relationele afhankelijkheid is er geen con�
flict en geen noodzaak om een conflict op te
lossen. Partners die ruziën over de taakverde�
ling in het gezin, zullen vroeg of laat tot werkbare
afspraken moeten komen. Dat geldt evenzeer
voor leidinggevenden en medewerkers die
elkaars verwachtingen niet waarmaken.
Vaak hebben partijen naast strijdige ook ge�
meenschappelijke behoeftes en liggen de oplos�
singen besloten in een goed gesprek, met een
slimme weging en uitruil van belangen. Althans,
als er sprake is van een min of meer zakelijk,
taakgericht conflict. Is een conflict eenmaal
manifest geworden, en raken strijdende partijen
ervan overtuigd dat de ander hen in de wielen
rijdt bij het realiseren van hun doelen, dan ver�
laat de ratio vaak het speelveld. Er ontstaat dan
vanzelf een wederkerig (circulair) spel van nega�
tieve gevoelens, die aanzetten tot toenemende
negatieve acties en reacties met een belangrijk
kenmerk: verslechtering van de communicatie.
ESCALATIELADDERFriedrich Glasl beschrijft in zijn escalatieladder
(zie figuur op de volgende bladzijde) dat dit
proces stapsgewijs verloopt. Conflicten stabili�
seren vaak op een bepaald niveau. Daar heerst
tussen de partijen een impliciete consensus
over de spelregels; een gedeeld normbesef.
IN FASE 3 VAN DE ESCALATIE-
LADDER IS VERNIETI GING VAN DE ANDER HET ULTIEME
DOEL
CONFLICTEN
COM01_Vakartikel confronteren.indd 43COM01_Vakartikel confronteren.indd 43 26-01-16 14:3126-01-16 14:31
1VERHARDING
23
DEBAT EN POLEMIEK
GEEN WOORDEN MAAR DADEN
45
6
GEZICHTSVERLIES
IMAGO’S EN COALITIES
DREIGSTRATEGIEËN
7
89
GEWELD EN SCHADE
VERNIETIGING
SAMEN DE AFGROND IN
FASE 1: Conflict als probleem
WIN-WIN
FASE 2: Conflict als strijd
WINNEN-VERLIEZEN
FASE 3: Conflict als oorlog
VERLIEZEN-VERLIEZEN
FORCEREN SAMENWERKEN
COMPROMISSEN
SLUITEN
ONTWIJKEN AANPASSEN
Com
petitie
(zor
g vo
or e
igen
res
ulta
at)
Coöperatie (zorg voor relatie/resultaat van anderen)
44
Bijvoorbeeld: boos worden op een collega ‘mag’,
schelden ‘mag niet’, en zeker niet in een vol be�
drijfsrestaurant. Houdt een van de conflictpar�
tijen zich niet aan die norm, dan heeft de ander
de keuze: reageren op dit grensoverschrijdend
gedrag door er niet in mee te gaan. Of er wel in
meegaan, met als logisch gevolg dat het conflict
escaleert naar de volgende trede van de ladder.
Zolang partijen zicht houden op een gezamenlij�
ke oplossing (fase 1 of 2 van de escalatieladder)
is een conflict bemiddelbaar. Conflicten in fase
3, waarin vernietiging van de ander het ultieme
en enige doel is, moeten zo snel mogelijk be�
slecht worden om verdere schade aan elkaar en
de omgeving te voorkomen. In vechtscheidin�
gen zien we, helaas, de negatieve gevolgen van
zo’n nietsontziende confrontatie.
HOE CONFLICTEN ONTSTAANTegen welke achtergronden ontstaan (zakelijke)
conflicten? Er zijn tal van factoren te benoemen,
drie veelvoorkomende licht ik hier graag toe: de
aanwezige persoonlijke onderhandelingsstijlen,
de invloed van beeldvorming binnen de groeps�
dynamiek en de organisatiecontext.
1. PERSOONLIJKE ONDERHANDELINGSSTIJLEN
Hoewel elk individu anders lijkt om te gaan met
confrontaties, is in de stijl van onderhandelen
een vijftal gemene delers te herkennen (zie de
figuur hierboven). Deze worden afgeleid van
twee dimensies: coöperatie (zorg voor de relatie
en het resultaat van anderen) en competitie
(zorg voor het eigen resultaat).
DE ESCALATIELADDER VAN GLASL
De escalatieladder van Glasl onderscheidt drie conflictfases,
van boven naar beneden: een conflict als probleem (1), een
conflict als strijd (2) en een conflict als oorlog (3).
Het perspectief van een probleem dat gezamenlijk opgelost
kan worden, verandert trapsgewijs in een situatie waarbij voor
de strijdende partijen slechts één doel telt:
vernietiging van de ander, tegen elke prijs.
De communicatie in conflictsituaties is negatief geladen. Bood�
schappen worden over en weer gediskwalificeerd,
gebagatelliseerd, genegeerd en ontkend. De paradoxale
bejegening (elkaar in onmogelijke situaties brengen) neemt toe.
Naarmate een conflict escaleert, nemen het vertrouwen en de
verbale communicatie af. Partijen vallen in hun zoektocht naar
vijandelijke bedoelingen terug op meer indirecte, non�verbale
communicatievormen zoals intonatie, mimiek, lichaamstaal.
Hierdoor worden zij afhankelijk van gissingen en interpretaties
van informatie die zij via derden over de ander kunnen verga�
ren. Er ontstaat ruis op de lijn. Stereotyperingen,
negatieve kwalificaties en morele superioriteit (‘Voorstanders
van Zwarte Piet zijn racisten!’) worden de norm.
Uiteindelijk kan de communicatie zelfs tot nul worden
gereduceerd (‘Met jou praat ik niet meer!’)
en resteert niets anders dan de afgrond.
PERSOONLIJKE ONDERHANDELINGSSTIJLEN
Forceren: wie vecht, scoort hoog op de competitieschaal
en houdt zich niet bezig met het resultaat van de ander.
Het draait maar om één ding: winnen! Bij stevige
ambities past stevige onderhandelingstaal.
Ontwijken: ‘Ik ga het conflict uit de weg, het is ’t me niet waard.’
Degene die ontwijkt, vindt het eigen resultaat noch dat
van de ander belangrijk. Men zal communicatie
over het conflict vermijden.
Aanpassen: ‘Ik geef liever toe aan wat de ander wil, anders kan
ik niet meer met hem door één deur, en dat voorkom ik liever.’
Wie zich aanpast, scoort laag op competitie en hoog op
coöperatie. Verbindend taalgebruik (‘Ik snap jouw
belang en ga er graag in mee.’) is hier de norm.
Samenwerken: ‘Ik vind de relatie belangrijk, maar ga ook niet
met elke uitkomst akkoord.’ Hier wordt een slimme oplossing
gevraagd. Wie samenwerkt, scoort zowel hoog op competitie als
op coöperatie (Lewicki, Saunders en Minton, 1999). Het taalge�
bruik is hier levendig en afgestemd op de onderhandelingsfase.
Compromissen sluiten: Degene die compromissen sluit, scoort
matig op zowel competitie als coöperatie. Ook in de onderlinge
communicatie wordt de middenweg bewandeld; niet te veel
ambities etaleren, maar ook jezelf niet wegcijferen.
7 TIPS BIJ
CONFLICTMANAGEMENT
1. Investeer in de kwaliteit van
de onderlinge betrekkingen.
2. Formuleer duidelijke
spelregels (‘Zo gaan
we met elkaar om’).
3. Praat mét elkaar en
niet over elkaar.
4. Wees alert op negatieve
beeldvorming en reageer hier
(verstandig) op.
5. Besteed aandacht aan
contraproductieve conflicten.
6. Integreer conflict�
management in de corporate
governance.
7. Maak gebruik van een
ervaren conflictbemiddelaar.
COM01_Vakartikel confronteren.indd 44COM01_Vakartikel confronteren.indd 44 26-01-16 14:3126-01-16 14:31
45 CONFLICTEN
De diversiteit in onderhandelingsstijlen brengt
grote verscheidenheid in de dynamiek van con�
frontaties. Dit vraagt inschattingsvermogen en
souplesse van de bemiddelaar.
Met bijvoorbeeld twee ‘ontwijkers’ is het geen
sinecure om partijen te verleiden tot resultaat�
gericht onderhandelen. Twee ‘vechters’ lopen
het risico in een snelkookpan te belanden,
waarin lichtzinnigheid en conflicten op de loer
liggen. Terwijl een combinatie van deze twee
(‘vechter’ en ‘ontwijker’) een gecompliceerd
machtsspel kan opleveren, waarin beiden op
hun eigen manier regie proberen te houden
over de situatie.
In Nederland is polderen (compromissen
sluiten) vaak de norm. Opvallend. Want wie sa�
menwerkt met de tegenpartij, en dus belangen
weegt en uitruilt, heeft een grotere kans op een
goed onderhandelingsresultaat.
2. INVLOED VAN BEELDVORMING BINNEN DE GROEPSDYNAMIEK
Elk mens kent betekenissen toe aan bepaald
gedrag, waarbij de context – de omstandigheid
waarin gedrag zich voordoet – een grote rol
speelt. Gedrag dat in de ene context geaccep�
teerd is, hoeft dat in een andere niet te zijn en
omgekeerd. In het dagelijks leven is het constru�
eren en daarmee betekenis geven aan de wer�
kelijkheid bijzonder functioneel. Het helpt ons
de complexe wereld om ons heen te verklaren
(‘waar rook is, is vuur’), zonder precies te weten
of iets waar is of niet.
Vaak wijken toegekende betekenissen – die
samen het belief�system vormen – echter af van
de feitelijke gedragsintentie. Mensen vormen
zich een uniek, persoonlijk beeld van de werke�
lijkheid. Bandler & Grindler (1975) onderschei�
den vier strategieën die mensen hanteren om
hun eigen mentale modellen te construeren:
• ervaringen weglaten (selectieve perceptie);
• ervaringen construeren (in je hoofd aan� of
invullen; vooronderstellingen);
• ervaringen vervormen (kleuren aan de hand
van je gemoedstoestand);
• ervaringen generaliseren (de gemene deler
zoeken).
Hoe verder belief�systems – de percepties van
de feiten – uit elkaar liggen, hoe groter de kans
is op een conflict. Een kenmerkend voorbeeld
is de discussie rond Zwarte Piet. Voorstanders
(‘Het is racisme ten top, we moeten verande�
ren!’) vs. tegenstanders (‘Het is een nationale
traditie en heeft niets met racisme te maken,
dus afblijven!’). Ooit begonnen als een klein�
schalige, principiële discussie, inmiddels, door
de krachten in het conflictsysteem, verworden
tot een ongemakkelijk felle strijd. Een dynamiek
waarin de reactie op de actie van de ander on�
bewust belangrijker is geworden dan de inhoud
en de gevolgen. Beide partijen verliezen zichzelf
in een strijd om hét gelijk en interpunctie. Ze zijn
niet in staat een punt te zetten in de discussie
en hiermee de negatieve spiraal te doorbereken.
Oplossingen in dit conflict zullen waarschijnlijk
moeten komen van het maatschappelijk mid�
denveld. Daar is nog wel ruimte voor begrip,
empathie en veranderingsgezindheid.
RODDEL EN ACHTERKLAPIn een zakelijke context werken deze mecha�
nismen op exact dezelfde manier. Perceptie is
waarheid. En hoe meer mensen in een beeld
geloven (coalitievorming), hoe meer dit als waar
gezien wordt. (‘Alle directeuren zijn zakkenvul�
lers!’) Dat het geloof in een waarheid ooit een
keuze was, wordt meestal vergeten.
Negatieve beeldvorming over anderen, bij
conflicten een veelvoorkomend verschijnsel,
is hardnekkig en bijna altijd schadelijk voor de
samenwerking binnen of tussen teams. Zeker
als die zich manifesteert in de vorm van roddel
en achterklap. Systeeminterventies (zoals het
circulair interview) brengen de kwaliteit van
betrekkingen in kaart en trekken destructieve
roddels ‘boven water’. Om ze te ontdoen van
hun schadelijke, negatieve lading. Hierdoor
krijgen betrokkenen weer de ruimte om over�
tuigingen over de ander te delen, bij te stellen
en het conflict achter zich te laten.
3. ORGANISATIECONTEXTIedere organisatie, van tweemansbedrijf tot
multinational, vraagt een bepaalde organi�
satiegraad. Een functionele verdeling (van
verantwoordelijkheden, taken en rollen) en een
verdeling van belangen en macht.
Volgens Nauta et al. (2001) zijn er twee
hoofdoorzaken van conflicten: de structuur van
afhankelijkheden binnen de organisatie en de
cultuur van arbeidsverhoudingen. Als competi�
tie behoort tot het dna van een organisatie, men
sterk van elkaar afhankelijk is en/of machtsver�
schillen ervaart, stijgt de kans op taakconflicten.
Als de cultuur gekenmerkt wordt door slechte
onderlinge relaties, waarbij wantrouwen en
angst de boventoon voeren, dan zijn conflicten
aan de orde van de dag. Conflicten die energie,
tijd en dus geld kosten. Een verdeel�en�heers�
strategie is om die reden zelden effectief.
CONFLICTMANAGEMENT Conflicten kunnen nuttig zijn. Sterker nog, wie
echt iets wil veranderen, zal de confrontatie aan
moeten gaan met de gevestigde orde. En dat
kan nu eenmaal niet zonder slag of stoot. In de
meeste gevallen zijn conflicten echter contra�
productief. Ruzies die zich regelmatig herhalen
of gierend uit de bocht vliegen, zijn voor nie�
mand goed en vaak symptomatisch
voor onderliggende problemen.
Om onnodige conflicten te voorkomen, is het
belangrijk dat organisaties hun processen en
belangenstructuren op elkaar afstemmen. En
dat zij voortdurend werken aan de machtsba�
lans en de culturele basiswaarden die voorwaar�
den scheppen voor een prettige samenwerking.
Met andere woorden, dat zij een motiverende
bedrijfscultuur stimuleren, waarin ruimte is voor
gezonde confrontaties (aanspreekcultuur). Zie
de zeven tips bij conflictmanagement in het
onderste kader op de bladzijde hiernaast.
Dispute�wise companies boeken aantoonbaar
betere bedrijfsresultaten. Conflictmanagement
loont dus letterlijk en figuurlijk de moeite.
Marco Doeser is mediator en
communicatieadviseur.
BIJ ESCALATIE WORDEN
NEGATIEVE KWALIFICATIES
EN MORELE SUPERIORITEIT
DE NORM
COM01_Vakartikel confronteren.indd 45COM01_Vakartikel confronteren.indd 45 26-01-16 14:3126-01-16 14:31