33
Het kind en zijn omgeving

Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

Het kind en zijn omgeving

Page 2: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

Kind van 1-5

Page 3: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

3

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)

Motorische ontwikkeling:• kan lopen, dus andere kijk op omgeving•meer dingen binnen handbereik•motorisch eerst nog grof, maar steeds verfijnder• eerst pakken met hand, daarna meer met vingers• stappen wordt lopen, draaien, springen, rennen• steeds meer gecombineerde handelingen•motorisch steeds zelfstandiger•wil alles zelf doen

Page 4: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

4

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)

Taalontwikkeling:• peuter ongeveer 200 woorden• eerst leren van woorden, later ook toepassen• telegramstijl• kleuter ongeveer 5000 woorden• sterk afhankelijk van individuele kind en omgeving

Page 5: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

5

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)

Lichaamsbouw:• hoofd relatief kleiner en ledematen relatief langer• gaat rechter lopen, strekt benen meer• groeit gemiddeld 2-3 kg per jaar• geen taille, buik wat naar voren•melkgebit ontwikkelt zich•melkgebit voltooid tegen einde kleutertijd• begint te wisselen naar definitief gebit

Page 6: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

6

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)

Psychische ontwikkeling:• peuter meer besef omgeving• nog geen verbanden leggen (scheidingsangst)• egocentrisch• kleuter levendig, opgewekt• snel verdrietig maar ook snel weer vrolijk•wordt socialer•maar ook eigenzinniger• fantasie overheerst

Page 7: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

7

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)

Ademhaling:• zowel door mond als door neus• peuter ongeveer 25-30 keer per minuut (in rust)• kleuter ongeveer 20-25 keer per minuut (in rust)

Page 8: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

8

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)

Circulatie:• huidskleur wat bleker (vergeleken met zuigeling)• peuter naar ongeveer 100-110 keer per minuut (in rust)• kleuter naar ongeveer 80-100 keer per minuut (in rust)

Page 9: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

9

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)mogelijke ongevallen:• 18 maanden

• inslikken gevaarlijke stoffen• verbranden• te water raken (sloot, vijver bij huis)• vallen van stoep, trap e.d.• vallen uit raam

• 2 jaar• elektriciteit• val van trap• vallen, struikelen• inslikken gevaarlijke stoffen• te water raken (sloot, vijver bij huis)• snijden • vallen van fiets

Page 10: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

10

Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar)mogelijke ongevallen:• 3 jaar

• vallen• vallen van fiets• botsen, stoten• snijden• inslikken gevaarlijke stoffen• te water raken• elektriciteit

• 4-5 jaar• vallen van grote hoogte• te water raken (ook verder van huis)• verbranden aan vuur• snijden aan scherpe voorwerpen• bekneld raken• vallen van fiets

Page 11: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

Kind vanaf 5 jaar

Page 12: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

12

Het kind – tweede periode – kind vanaf 5 jaar

Motorische ontwikkeling:• lichaam vanzelfsprekend• hoeven er niet bij na te denken• bij ziekte wel bewust van lichaam en bang dat het niet meer goed komt• vitaal, energiek•willen laten zien wat ze kunnen, maar kennen consequenties nog niet• voelen en gedragen zich steeds onafhankelijker

Page 13: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

13

Het kind – tweede periode – kind vanaf 5 jaar

Taalontwikkeling:• abstracte begrip ontwikkelt zich, kan gaan rekenen• steeds minder vragen waarom en hoe• eigen conclusies op basis van veronderstellingen• taal steeds meer beïnvloed door omgeving

Page 14: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

14

Het kind – tweede periode – kind vanaf 5 jaar

Lichaamsbouw:• kleuteruiterlijk verdwijnt• steeds meer lengtegroei• ziet er enerzijds vaak wat mager uit• anderzijds neemt het aantal te dikke kinderen op deze leeftijd toe

Page 15: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

15

Het kind – tweede periode – kind vanaf 5 jaar

Psychische ontwikkeling:• aanvankelijk nog mengeling fantasie en realisme• steeds meer zicht op logica en samenhang• groep bepaalt steeds meer de leefwereld• emancipatiedrang

Page 16: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

16

Het kind – tweede periode – kind vanaf 5 jaar

Ademhaling:• ongeveer 20-25 keer per minuut (in rust)

Circulatie:• ongeveer 75-100 keer per minuut (in rust)

Page 17: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

17

Het kind – tweede periode – kind vanaf 5 jaar

mogelijke ongevallen:• 5 jaar – puberteit (schoolleeftijd)• vallen bij sport en spel• vallen bij skaten• vallen, bekneld raken met fiets• letsels bij imitatie tv/videofilms• snijden, prikken• verbranding aan vuur• verkeersongevallen

Page 18: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

Maatregelen om de veiligheid van kinderen te vergroten

Page 19: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

19

Tips:

ideeën goed – maar dan ook uitvoeren (een traphekje is leuk, maar je moet hem wel dichtdoen)

onderschat de onderzoeksdrang van kinderen niet

Page 20: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

20

De telefoon gaat….

U bent de koffers aan het pakken en hebt de medicijnen klaar gezet. De telefoon gaat. Wanneer u terug komt, heeft uw kind al een handjevol ‘snoepjes’ ingeslikt…

Het is een feit: ongevallen met kinderen in en om het huis gebeuren vaak op momenten dat de volwassenen net even druk bezig zijn. Houdt hier rekening mee, dan komen ‘onbewaakte ogenblikken’ minder vaak voor.

Page 21: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

21

Kleding• geen licht ontvlambare kleding

• niet te warm (oververhitting) of te koud (onderkoeling)

• geen losse touwtjes en knopen aan de kleding

• sjaal, schoenveters, en dergelijke, goed dicht

• goede schoenen : goed passend en stroeve zolen

Page 22: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

22

Speelgoed• niet bewerkt met giftige verf of lak

• geen kleine losse onderdelen bevat (b.v. oogjes)

• niet brandbaar

• geen scherpe hoeken of randen

• blokjes, kralen en dergelijke mogen niet in de mond passen (peuters)

Page 23: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

23

Houdt bij speelgoed rekening met de leeftijd en de gewoonten van het kind.

Een kind dat nog veel in de mond stopt, loopt meer kans zich te verslikken en te stikken

Page 24: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

24

Vervoer• draag geen sokken bij dragen van kind op gladde trap of vloer

• in de auto in een goed zitje volgens wettelijke richtlijnen

• kinderslot op achterportieren

• nooit alleen laten in de auto

• veilig kinderzitje op de fiets (met voetsteunen)

• bij fietsen, kind goed warm aankleden. U fietst zelf wel, maar het kind niet en dat koelt dus sneller af; ook hoofd bedekken.

Page 25: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

25

Bed en box• afstand spijlen ledikantje tussen 4,5 en 6,5 cm

• in wieg en babyledikantje géén hoofdkussentje en losse lakentjes

• ledikantje gladgeschuurd: geen scherpe randjes of uitstekende schroeven

• loodvrije en speeksel- en krabvaste verf

• pas op met speelgoed aan touwtjes boven bedje

• ledikantje niet bij vensterbank, openstaande ramen of verwarming

• baby niet zonder toezicht in groot bed

• bij harde vloer zacht kleedje voor het bedje

• kruik niet te heet, in textiel verpakken, stop richting voeteneind; deken tussen kruik en kind

Page 26: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

26

Kinderkamer• aankleedkussentje of commode met stevige, opstaande randen

• kind nooit alleen laten op commode

• horren voor open ramen tegen insecten

• touwtjes luxaflex / rolgordijnen oprollen

• snoeren en stopcontacten beveiligen

• geen huisdieren in de kinderkamer

Page 27: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

27

Huiskamer• elektrische snoeren opbergen

• touwtjes luxaflex / rolgordijnen oprollen

• kind mag ramen niet zelfstandig kunnen openen

• scherpe tafelhoeken etc. afschermen

• glasplaten (deur/tafel) van beveiligd glas

• geen kleedjes op tafels waar kind zich aan kan optrekken

• hete vloeistoffen (thee etc.) buiten bereik kinderen

• antislipmatjes onder losse vloerkleden

• gevaarlijke en giftige materialen buiten bereik kinderen (kamerplanten, tabak, lucifers)

Page 28: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

28

Badkamer / toilet• altijd temperatuur badwater controleren

• bij voorkeur thermostaatkranen bij bad en douche

• kinderen niet zonder toezicht in bad

• antislip in bad en douche

• medicijnen en schoonmaakmiddelen buiten bereik kinderen

• geen geurblokjes in wc

• bij gebruik bleekwater meteen doorspoelen

• toiletborstel buiten bereik (hoog) – kan resten schoonmaakmiddel bevatten

• bij gebruik heet water altijd doorspoelen met koud water

Page 29: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

29

Keuken• schoonmaakmiddelen buiten bereik

• let op snoeren en elektrische apparatuur

• stelen van pannen naar achteren gericht

• beveilig laden en kastjes met gevaarlijke dingen (messen, scharen, lucifers)

• geen krukjes e.d. waar kinderen op kunnen klimmen

• pas op met hete ovendeur

• hitte nieuwe typen fornuis minder zichtbaar: b.v. keramisch of elektrisch

• heet water doorspoelen met koud water

Page 30: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

30

Gang en trap• goede leuning aan de trap

• hekjes onder en boven – geen harmonicamodel

• let op snoeren en elektrische apparatuur

• traploper goed vastzetten

• buitendeuren gesloten houden

Page 31: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

31

Buitenshuis• goede en veilige kleding (geen losse

touwtjes, knopen, veters)

• let op giftige planten en bessen

• tuingereedschap goed opbergen

• let op omgeving

• verkeer?

• open water? (20 cm is voldoende om in te verdrinken)

• toezicht volwassene bij klimrek?

• controleer zandbakken (glasscherven, kattenpoep, sigarettenpeuken, enz.)

• zorg dat groenbakken en vuilnisbakken niet kunnen omvallen

Page 32: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk

32

Crèche, kinderdagverblijf, school

allerlei (wettelijke) regels: maar ook rol voor ouderraad• afgeschermde / beschermde speelplaats

• stabiele, vastzittende speeltoestellen

• geen harde ondergrond bij klim- en glijtoestellen (liever zand of rubbertegels)

• jaarlijks verversen speelzand

Page 33: Het kind en zijn omgeving. Kind van 1-5 3 Het kind – eerste periode – peuter-kleuter (1-5 jaar) Motorische ontwikkeling: • kan lopen, dus andere kijk