# Levensbeschouwingontwikkelen didactiek voor
godsdienst9/9levensbeschouwing
in het primair onder wijs
j e f de sche ppe rmet medewerking van marcel zagers e.a.
" INLEIDING
Dit boek is voor iedereen die betrokken is bij de ontwik keling van levens -
beschouwing van kinderen in een open chris telijk perspectief, maar vooral
voor studenten van oplei dingen tot leraar primair on derwijs.
Wie stu deert op een ka tho lieke of pro tes tants-chris te lijke pabo ont dekt datdaar het vak gods dienst9/9le vens be schou wing of iets der ge lijks op het roos terstaat. Ei gen er va rin gen op de ba sis school of in het voort ge zet on der wijs en ei -gen le vens be schou we lijke in te resse ma ken of ie mand be nieuwd is naar ditvak of er te genop ziet. Ie der een vindt wel dat le vens be schou wing be lang rijk isvoor men sen, maar wat moet je er mee op de ba sis school? Moet je gaan dis -cus si ë ren met el kaar, of moet je (weer) gaan le ren hoe de grote gods dien stenin el kaar zit ten? En wat be treft de kin de ren die je in je stage te gen komt: moetje hen de Bij bel gaan uit leg gen, of moet je hen ‘waar den en nor men’ le ren?Kortom, vra gen te over.
In dit boek spre ken we op een an dere ma nier over het vak gods dienst9/9le vens -be schou wing dan je hoogst waar schijn lijk ge wend bent ‘van vroe ger’ of ‘vansta ge’. We den ken na me lijk dat het mo ge lijk én nood za ke lijk is ge wor den omop een an dere ma nier te spre ken over de le vens be schou we lijke ont wik ke lingvan kin de ren dan in ter men van ‘waar den en nor men’ of ‘in for ma tie overgods dien sten’. Wij zijn van me ning dat je dit vak al leen goed kunt ver zor genals je er ook per soon lijk op be trok ken bent. Dat be te kent niet dat je een vol -le dige ge loofs be lij de nis moet af leg gen voor dat je aan de slag kunt op de ba sis -school. Je moet wel be reid zijn er zelf over na te den ken en te wer ken aan eenei gen vi sie op het ter rein van le vens be schou wing en gods dienst. Het boek isont staan van uit een ka tho lieke op lei ding en richt zich daar in eer ste in stan tieook op. Het is ech ter te ge lijk open en oe cu me nisch van op zet en geest, zo datook an de ren er mee voor uit kun nen.In 1999 ver scheen een nieuw Raam leer plan voor Gods dienst9/9le vens be schou -wing op Ka tho lieke Ba sis scho len. Dit raam leer plan stelt de vor ming van de ei -gen le vens be schou we lijke iden ti teit van de leer lin gen voorop en laat veelruimte aan de leer krach ten. We her ken nen in dit raam leer plan veel van onzeei gen vi sie op het vak en slui ten daar dus bij aan. In de con cre ti se ring naar deprak tijk toe ma ken we wel ei gen keu zes. 7
We wil len met dit vak mid den in de school staan. Di dac ti sche in zich ten enme tho die ken slui ten bij voor beeld aan bij de be we ging van ‘ont wik ke lend on -der wijs’, met name bij de vi sie van pro fes sor Ca rel van Par re ren, die in hetNe der lands on der wijs een be lang rijk rol heeft ge speeld. Dat be te kent ook datwij voort du rend over de gren zen van het vak zul len kij ken, naar an dere vak -ge bie den en naar het ge heel van de ba sis school. Te ge lijk wil len we in dit ge -heel de ei gen rol en in breng van het vak gods dienst9/9le vens be schou wing dui -de lijk ma ken.
Je hebt een ste vig boek in han den. Moet dit al le maal? Kan het niet wat min -der? Ja en nee.Het is een boek voor de hele op lei ding en ze ker óók nog wel daarna. Je hoeftdus niet al les in eens door te ne men.
Deel i is op je zelf ge richt. We bie den daarin een in zicht in het fe no meen le vens -be schou wing: een aan tal be grip pen en idee ën om je ei gen vi sie te vor men. Weden ken dat dit deel vooral ge schikt is voor de pro pe deu ti sche fase van de op -lei ding. Hoofd stuk 3 vin den wij daarin het be lang rijk ste. De an dere hoofd -stuk ken zijn be lang rijk voor de ‘in kleu ring’.
Deel ii geeft een vi sie op het vak gods dienst9/9le vens be schou wing op de ba sis -school. Dit is de hoofd scho tel. De hoofd stuk ken 8 t9/9m 10 vor men hier van dekern. Deze hoofd stuk ken lei den als van zelf tot de vra gen die in hoofd stuk 11be spro ken wor den. Om die kern tot zijn recht te la ten ko men zul je er in deop lei ding ruim tijd aan moe ten be ste den.
Deel iii moet je niet le zen maar ge brui ken. Je vindt er een groot aan tal werk vor -men om de vi sie van deel ii con creet vorm te ge ven in de les prak tijk. Vanaf jeeer ste les oe fe nin gen kun je daar ge bruik van ma ken, maar je kunt er ooksteeds weer naar te rug grij pen.
8
Ver der ben je na tuur lijk ei gen zin nig ge noeg om díe hoofd stuk ken eerst te le -zen die je aan spre ken of om dat je op dat ter rein juist vra gen hebt. Je doetmaar. Hoe je dit boek ook ge bruikt, we ho pen dat het leidt tot een ste vige dis -cus sie met an de ren en een ei gen vi sie op het vak, maar vooral tot veel ple ziermet de kin de ren tij dens de les sen. Als dit vak goed ge ge ven wordt, vin denkin de ren het ui ter mate boei end en krij gen ze een aan tal fun da men tele vaar -dig he den mee voor heel hun le ven.
Ook wie niet op een school werkt, maar an ders zins be trok ken is bij de op voe -ding van kin de ren, kan in dit boek een denk ka der vin den en veel idee ën omte wer ken aan de le vens be schou we lijke en de gods dien stige ont wik ke ling vankin de ren. De con crete uit wer kin gen zul len dan wel moe ten wor den aan ge -past aan de ei gen si tu a tie.
Jef De Schep per
Op de website van Kwintessens zijn suggesties te vinden om met het boek tewerken op de opleiding. Zie www.kwintessens.nl bij ‘Pedagogisch didactischehandboeken’, doorklikken op het boek. 9
i n l e i d i n g
# deel i
LevensbeschouwingbasisbegripDe deur naar levensbeschouwing
Laten we de deur open of zullen we haar sluiten? Zoiets vraag je niet als er
alleen maar een muur is, of alleen een open doorgang. Het is typisch voor
een deur dat je ze kunt openen en sluiten. Een deur is als het ware een
schakel tussen de ruimte van de mens en alles wat zich daarbuiten bevindt.
Het begrensde en het grenze loze grenzen in de deur aan elkaar. Door middel
van een deur kunnen we een stukje ruimte voor onszelf afbakenen van de
gehele overige wereld. Maar juist omdat we de deur ook kunnen openen,
kunnen we deze scheiding tussen binnen en buiten weer opheffen.
We sluiten meestal de deur als de les begint. We sluiten ons af voor het
lawaai van buiten, tocht wordt vermeden en de warmte blijft binnen. Maar er
is meer: als we de deur sluiten, zijn we onder elkaar met een groep. Anderen
buiten de deur horen er even niet meer bij, en dat is goed om te weten
bijvoor beeld wanneer er moeilijke of gevoelige onder werpen in de les ter
sprake komen. Dan is het goed om op onszelf te zijn.
Hoe gaat dat trouwens bij jou thuis of op jouw kamer? Staan de deuren daar
open of worden ze in de regel gesloten? Kleine kinderen hebben de neiging
om alle deuren open te laten staan. We noemen dat slordig en sturen ze
vaak terug om de deur alsnog te sluiten. Maar misschien willen ze de deur
helemaal niet sluiten, hebben ze nog graag contact met de wereld en de
mensen om hen heen. Niet voor niets blijft de slaap ka merdeur openstaan als
ze ’s avonds naar bed gaan. Dat wordt anders wanneer kinderen hun eigen ik
gaan ontdekken. Dan worden er bordjes op de slaap ka merdeur gehangen:
3x kloppen. Zijn er thuis deuren die altijd openstaan of die nooit openstaan?
Is de deur van jouw kamer meestal dicht of staat ze open? Je hebt er
waarschijnlijk nooit zo bij stilge staan, maar het zegt iets over jou en over
jouw relaties met de anderen die in huis wonen. 11
De achterdeur stond vroeger in dorpen altijd open voor buren en bekenden:
‘achterom binnen’ luidde de ongeschreven regel. Werd er aan de voordeur
gebeld, dan was het zeker een vreemde of ‘deftig bezoek’. De betekenis die
men aan deuren hechtte, zegt veel over de relaties in die dorpen toen en over
de mate waarin men ‘privacy’ belangrijk vond. (Niet voor niets is dit een
‘vreemd’ woord!)
De betekenis van deuren is in de loop der jaren veranderd. Er bestaan ook
grote verschillen tussen onze Neder landse cultuur en andere landen en
conti nenten. Afrikanen in de dorpen en Japanners gaan er heel anders mee
om dan wij. Dat zegt iets over deze culturen en over onze cultuur. Dat zegt
iets over hoe zij en hoe wij in het leven staan: we stellen privacy op prijs en
voelen ons tegelijk niet graag opgesloten. We willen zelf beslissen wanneer
we ons terug trekken of wanneer we erop uitgaan.
In onze taal vinden we deuren terug in diverse uitdruk kingen en gezegdes:
‘de deur plat lopen’, ‘met de deur in huis vallen’, ‘de deur op een kier zetten’,
‘de deur in iemands gezicht dicht gooi en’, ‘dat doet de deur dicht’. Ook in
volks ver halen en sprookjes wemelt het van de deuren die geheim zinnig
gesloten blijven en alleen met speciale inspan ningen kunnen worden
geopend. Doorn roosje ontdekt achter een verborgen toren deurtje een
spinnend vrouwtje aan een spinnewiel, en wanneer ze in een eeuwige slaap
valt omdat ze zich geprikt heeft, worden alle deuren versperd door distels en
doornen. De liefde van de prins opent ze als vanzelf. In het Nieuwe
Testament wordt Jezus de deur genoemd die toegang geeft tot de mensen:
wie echt om mensen geeft (de goede herder) gaat langs de deur binnen,
alleen dieven en rovers zoeken een andere weg.
En deze tekst is voor de lezer wellicht een deur – een nieuwe deur naar
levens be schouwing die je dicht kunt laten maar ook kunt openen.
12
De meest gewone dingen van het leven hebben een levensbeschouwelijke
betekenis. Huizen, wegen en tuinen, vakantie, werk en studie, kleren, schoe-
nen en juwelen, vrijen, zingen en slapen: deze dingen zijn niet alleen nuttig
of aangenaam, ze hebben ook een persoonlijke betekenis en waarde. We
kunnen er levensbeschouwelijk over reflecteren.
Wellicht ben je verrast door deze start en vind je het een wonderlijke manier
om over levensbeschouwing te praten. Gaat dat dan niet over de diepste
levensvragen en over allerlei moeilijke opvattingen daarover? Inderdaad,
daar gaat het óók over, maar het gaat ook over heel gewone dingen. Over
anders kijken naar heel gewone dingen. Zo willen we ook anders kijken naar
levensbeschouwing. Voortdurend blijkt dat dit woord allerlei misverstanden
oproept, vooral merken we dat levensbeschouwing vaak beperkt wordt tot
datgene wat mensen uitdrukkelijk denken over het leven.
Levensbeschouwing omvat echter veel meer dan alleen denken en is voor
een groot deel onbewust.
In dit eerste deel zullen we het fenomeen levensbeschouwing vrij uitvoerig
beschrijven. Daarbij leggen we nog geen verbinding met de opvoeding van
kinderen of met het vak godsdienst9/9levensbeschouwing op het basison-
derwijs. Het is de levensbeschouwing van de lezer zelf die onder de loep
wordt genomen, vooral dus van de leraar basisonderwijs in opleiding. De
concrete voorbeelden die gegeven worden zijn zoveel mogelijk zo gekozen
dat de lezer er iets van zichzelf in herkent en ze kan vervangen door
voorbeelden uit de eigen ervaring.
13
l e v e n s b e s c h o u w i n g 6 – 6b a s i s b e g r i p
" $
Levensbeschouwing ontwikkelen is een volledig handboek didactiek
voor het vak godsdienst9/9levensbeschouwing in de opleiding van leraren voor
het primair onderwijs.
Vanuit een jarenlange praktijk van de auteurs biedt het een helder inzicht in het
fenomeen levensbeschouwing en in het vak godsdienst9/9levensbeschouwing.
Daarnaast biedt dit boek een grote hoeveelheid ideeën voor werkvormen in de
praktijk van de lessen.
Ook mensen die buiten de school met kinderen werken, op het terrein van
levensbeschouwelijke en godsdienstige opvoeding, vinden in dit boek een
duidelijke visie daarop en praktische tips.
Voortbouwend op de vernieuwingen van de laatste decennia speelt het boek in
op de grote verscheidenheid van denken op het terrein van levensbeschouwing.
Een aantal vaardigheden vormen de leidraad voor levensbeschouwing in het
algemeen en godsdienst in het bijzonder. Het gaat erom kinderen te helpen om
deze basisvaardigheden bij zichzelf te ontwikkelen.
Betrokkenheid en openheid worden hier aan elkaar gekoppeld, zowel in het
boek zelf als in de visie die gepresenteerd wordt. Het is een boek om mee te
werken en een eigen visie te ontwikkelen.
Voor de hoofdstukken met praktische werkvormen hebben specialisten op
verschillende terreinen hun medewerking verleend.
De auteurs:jef de schepper was in België en Nederland werkzaam in verschillende
functies bij de opleiding en begeleiding van docenten en leraren op het terrein van
godsdienst9/9levensbeschouwing. Van 1990 tot 2000 was hij werkzaam op de
Fontys-Pabo te Tilburg. Hij is redactielid van de methode Hemel en Aarde.
marcel zagers was van 1993 tot 1999 docent godsdienst9/9levens beschouwing
aan de Pabo Groenewoud te Nijmegen. Sinds 1999 heeft hij deze functie aan de
Fontys-Pabo te Tilburg. Hij publiceert regelmatig in verschillende tijdschriften
over het werken met kinderen en jongeren rond levensbeschouwing en godsdienst
en is auteur van een aantal bundels met liederen voor vieringen met kinderen.
Bestelnummer 0690