~.t. . . . ONTROOM ER MELOTTE Repro het MOT, Grimbergen

Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen Repro het MOT, Grimbergen

~· ~.t._.__._. -

ONTROOM ER '' MELOTTE MODEL S

• VOORSCRHIFTEN

VOOR

''

het PLAATSEN en het BEHANDELEN van den ONTROOMER N'" 3 - 137

Bij b"'U"lliri~ "'~" "'er-:in~ .tukken of toebehoor1~heden moeten de "ol· gende inllchU"Jten • anJC"ege ... en wor~ den : 1 hel nummer van het iwerlan•d •luk,.roo"11 aang-eduld blo.d.r: 30. 31 ~n 32; Z.. hot si.mnumme" vnn den ontl"oomer; welk achter op den kop van den ontroomer boven het A'•tja lnng• wao.r de overvloedlj(O ollo ullloo1>t ;1.angeduld Is.

Smoel"t den 011troornel'" ulttlultelljk mel onze btitonder"e Milotce ollo die on1leed el'I gewurbol'gd I•. Slechte olle doet den onlroomtr" .rw.,ar dr~alen en bij.qevolr a~dlg v&l"'all1ten.

ÉCRÉMEUSES MÉLOTTE NAAML.OOZlll N AATSCHA""fJ

REMICOURT l'f<OVINClE LUIK - lllELCI ~

http://www.mot.be/w/1/index.php/MuseumNl/LibraryReproductionRights




Moest de "~erklai?, van den

onrroomer soms niet ' 'oldoeo.

zoo rondptege men dit bo~kje

blodzljden

18 en 19; ml'n zal er gewoonlijk de

oorz.ank \'an het j\ebrek vinden

en dnn de \\'erklng van den ontroon1cr kunnen vc1·beceren.



BELANGRIJK BERICHT

'T Is volstrekt noodwendig

dat gii voon.chriften in dit boekje mei aandacht leest om i;ttds goed op de hl)()J!te \'an uwe.n ontroomcr te zijn eer gij hem in gebruik neem t. "Bewaar ook dit boekje zorgvuldig, om het bij voorkomend gevnl te raadplegen. Oij zult er a"l de noodige inlichtingen In vinden voor de regelmatige behandeling van den ontroomcr om er den besten uitslag mede te bekomen. 1 ndien g ii deze voorschriften goed volgt zal uw ontroomer s teeds voldoening geven want de • MéJotte is werkelijk een goeden en duurzamcn c111troo111er omdat hij zo~g,•uld lg en met rle beste rnuterialicn vervaardigd is.

Uitpakking

Wil bij de uhpakk iug goed nazien of al de hierna a•ngccJuide onderdeelen (Ïeh werkelijk in de kist bevinden, den agent \'erwitlingen indien er iets ontbreekt en hem in dit ge••ol het pakbicfjt afgeven.

Vervangstukken

In het belang der klanten dringen wij er op aan, dat LiJ uitsluitelijk door ons gele,·erde \'ervangstukken benultigen ; dit heert ook betrekking op de koorden daar de-te bijtonder gemaakt en door ons \'erkozen wordeo om tegen slijting en 1·oclitigheJd groote11 weerstand te bieden, het3ttn \'OOr de _goede leidirig ~·an den bol bij1,onder noodzakel!jk is. Vraag de nootlige vervnr.!istukkcn anu derr ngcnt en duidt het volgende nan : I• het stamnummer \'Uli den outroomcr, welke op <k nchtcr1ljde vnn den kop vnn den onlroomer neven het ga tje voor het overvloeien der o\•ervloedlge olie :rangege,·en is; 2" het werk ings"ermogen per unr. welk op den trechter aangegeven i~ ; 3° het nurmncr 1·an het verlangd stuk - 7Je lijst bladzijden 30, 31 en 32.

Lijst der onderdeelen dJe In de kist Ingepakt zijn ,

A . n1clkbak, bol cornplttt, omhulstl voor den bol, trechter, drij\'cr, zwengel, sleutel voor het ~luittn van den bol, loodlijn, die aan hel de:<sel \•an den ontnwnror h;111gt ;

wii r:rden, de lood lijn nnn hel deksel te laten.

-3 - ·

• 1



B). Ja de cartonnen doos :

1 veer voor de ophangspil, 2 fiber blokjes, 2 koorden compleet, (rechter koord n• 5392; li nker koord

n• 5437). 1

1 bel om a~n den zwengel te plaatsen. 1 kleinen schroefdrijver, 1 grooten schroefdrijver, 1 olickann~tje, 1 s leu tel om het room\•ijsje te regelen. 1 haakje om de koorden te hechten. 1 rubbervoeg voor den bol,

C). In de afdeelingen onder in de kist : 3 bouten met schijfjes om den ontroomer aan den g rond te

be\'estigen, 2 bouten om den slu itring voor den l>ol aan den muur te

bevestigen, 3 borstels om de schotels, den trechter en de uitvloeibu is je$

te re inigen. 1 kan bijzondere oli~, 1 a floop (voor melkbak mei verlaksel). 1 kruisstuk (welk in den kraan steekt).

Plaatslng van den ontroomer met voetstuk

De ontroomer kan op steengrond o f op een ste,•igen houten vloer geplaatst worden.

A) Hel plaalseJ1 011 den grond. Er wordt in dit geval een gegoten fondamentstuk benuttigd

en drie ga.ten in den ,grond gemaakt die met de dri~ _pooten van het gegoten fondameutstuk moeten uvereeu komen. Deze. gat~n alsmede de bolling lt!sschen het gegoten fondamentstuk en den g rond worden m~t c1ment gevuld. De ontroomer wordt op het gegoten fondamcntstuk geplaatst, met de bouten a.an· gedraaid. Mei aanwending van de loodlijn, die aan de poot van het deksel van den ontroomer hangt, en het merk op het uitstek onder de loodlijn in acht nemende, zet men de ma· chiue loodrecht door gebruik van kleine ouderlcgsels onder het gegoten fondamentstuk, eer dat het cimeat verhardt. De onderlegsels mogen niet tusschen het g~goten fondamenstuk e11 het voetstuk van den ontroomer gelegd worden om geen holten te laten, daar water zou kunnen indriQgeu.

B) Hef planlsc11 op een lt1>11fell vloer. Moet de ontroomer op een houten vloer geplaatst worden ,

dan breekt men de drie poolen van het gegoten fondaments ltrk af en benuttigt in plaats van de drie grondbonten drie trekvij7.en die de klant zich zelf moet verschaffen daar de lengte deze1· vijzen van den aard van den houten \•loer afhangt. De ontroomer wordt loodrecht gezet 7.00als hierboven vermeld (zie par. A).

-4-



Wii raden dringend, den ontroomer op een bJjzonder vasten en stevigen vloer te plaatsen zoodat er bij !iet draaien aan den zwengel. .• geen trillingen ontstaan. Met een .goede ste~igheid " ' ' de ontroomer steeds geheel voldoen.

Opmerking : Wij raden, den ontroomer hij ,voorkeur op s teengrond te plaatsen.

Smering

Is de machine goed geplaatst dan moet zij gesmeerd worden. Men neemt de vijs met vleugeltjes {fig. ·2 letter A), van het deksel der tandrade.rkas af. Langs het gat giet men bijzondere Mélotte olie in den ontroomer tot dat ze begint over te vloeien langs het gat zichtbaar onder de \•ijs voor het a flaten der vuile olie. De noodige hoevee lheid, ongeveer 280 grammen, is voldoende om de smering van den ontroomer een jnar lnng te venekeren.

Wij rade11 nochtans, ten n1i11stc Ju1ee 111ua/ per iaat \'ersche olie in den ontroomer te gieten maar vooreerst den oliebak (neveu het groot tandrad), den bodem der tandraderkas en de :•on)p met petroleum te 1·einigcn. Ga daan·oor nis volg t te wer~ :

u) .11eem het vijsje \'OOr het aflaten der \•uile oli~ af c11

plaats het vijsje terug wanneer de 1•11ilc olie uitgelopen is ;

-5-



b) neem het vijsje met vleugelljes (letter A) en ook de twee' ander~ vijsjes van het deksel der tandraderkas af, J!n neem he'! deksel af;

c) neem de olie uit het oliebakje;

d) giet een weinig petroleum in den oliebak en in de tundraderkas;

eî draai de tandraders eenig~ toeren ~.oo dat de 1>0mp zich in werking zei en het petroleum opzuigt fn zich rein!gt;

fi neem opn ieuw het djsje \'O·~r hel aflaten der vuile olie af, om hef petroleum a f te laten, en plaats de vijs dan terug op hare plaat~. ·

g) schep hel pelroleum uit dat nog in den oliebak is, en veegt de wanden v~n den hak a f: 1

h) pluats het deksel lenig en g iet dan versche olie in den ontroomer, zooals boven vermeld.

Volgt 111eu deze voorschriften 1.orgvuldig, dan ial de o nlroomer steeds goed gesmeerd zijn, zoodat hij licht zal draaien en lang 7.al duren. Zeer behu1grijk is het, s lechts bijzondere Mélotte olie voor snelle bewegingen te benuttigen. Een maal per wee~ giet men ook een druppel olie op de koorden, om hun aanrakir.1gspunl met de spil van den bol te smeren.

/lil de smr.ri11.g gesd1if'dl. - De olie wordt door het conisch tandwiel op hel conisch tandraqje _gebracht .om dit te ~meren en vloeit dan af in het oliebakje aan den \'Oet der beide ka.mwielassen om deze ook te smeren. De andere werkende deelen worden gesmeerd door middel van een zeer eenvoudige pomp iooals die welke dient 0 111 de motoren der auto's te smeren (fig . 3). De olie wordt door de pomp (letter f) ouder in de ruderkas opi;:ezogen en dan langs een buisje iu den afloop {fig. 2 B) buiten aan de tandraderkas, gevoerd . Zij vloeit \•an da:ir :if langs de drie assen der landraden (fig. 2 C. D. E.) en smeert deze vau boven nanr onder : vervolgens loopt zii ove1 de k11.mwiele11 en in het lager der ophangspil. 1 n den afloop is er een gatje ,·oor het op,·atien der o,·ervloedige olie .

De afloop, builen de tandraderka~, heeft een deksel welk op een spilletje draait (fig . 2 letter H) .. Men kan het deksel dus nu en dan verschuiven 0111 zich te overtuigen, dat de smering behoorlijk geschiedt. Er is ook een kijkgfas in het deksel van den afloop boven het buisje langs waar de olie door de pomp naar boven ge\'oerd wordt. Tijdens de ontrooming kan men dus de smering oo~ gadeslaan. Wanneer de hmdraderkas soms niet meer genoej! Qlie heeft kan men dit gemakkelij k l>cstatigen door hel feit dat er geen voldoende hoeveelheid olie meer in de11 afloop komt c11 ook door de luchtblaasjes welke de olie, die uit het olie huisje 1 kc1111l. mede s leept.

-6 -



~~---===----B

-7-



Uiteennemen der pomp 1fig. 3.)

Wanneer de f)<'mp. bij voorbeeld door gebmik van sleclrte olie. verstopt is, moet zij uitgenomen en gereinigd worden .

Hand el daarvoor als volgt :

l ) Neem het deksel der tandraderkas af en ook de vijs A dk de pomp bevestigi ;

2) N.eem de pomp uit;

3) Neem de pin C en ook het schijfje D en de veer H af:

4) Neem het pomp lichaam of ondergedeelte D af en neem den kogel E ui t; reinig de pomp met petroleum:

5) Reinig den zuiger F .

Als a lles gereinigd is, voeg de deelen te samen op de wijze aangeduid op afbeelding Nr. 3. Laat niet na, den kogel E in het pomp lichaam te steken. Zet de pomp terug in de raderkas als volgt : zorg ervoor dat het conisch tandrad L zoo geplaatst is dat de pin K naar boven wijst, zooals QP de nfbecldirig, zoodat de palet kan ir.gevocrd worden zonder ze tegen andere declen aan .te stooten of ze te biege.n. Draai de pomp een weinig' -op zii en lnat ze af in de raderkas . Plaats de pomp zoo dat het gat in de poot J. overeen komt met het gat voor de vijs A-. Bren,g· de vijs A aan, maar draai ze niet vast . Plaats het deksel der raderkas. acht gevende dat het gat in het deksel over de oliebuis komt. Schroef het deksel aan en schroef ook de bevestigingsvijs A goed aan.

Wanneer de pomp bij de behandeling beschadigd wordt, raden wij, deze door een andere pomp te vervangen en niet te trachten zo: te herstellen .

Plaatsing van bet glijdend omhulsel

Men plaatst het omhulsel langs onder met de twee glijringcn over de glijstangen en duwt lichtjes naar boven om het omhulsel op de stangen te doen glijden . De klapspaan, .onder op de groote glijstang. Jicht zich op om het omhulsel door te laten en valt dan weer om en dient als aanslag om het afvallen van het omhulsel Ie beletten. Het deksel van het omhulsel is .gevormd door het gegoten onderdeel van het lichaam van den ontroom er; de beweegbare helfte van dit gedeelte draait op een kopere pén. Bii verzending van den onlroomcr uit de fabriek is het deksel gesloten . Om het te openen hoeft men s lechts het kno(lje met veer aan de rechterzijde van het beweegbaar gedeelte van het deksel 2.achtjes omhoog te trekken .

- 8-



P laatsing der roomkamer aan bet omhulsel

De roornka"ter rnoet eerst ineen ge1et \\'Orden eer rrtcn 1e :t:in hel ornhul~I van den bol plaatst.

1) /r1ecnzet1~11 der roomkamer .

De roomkamer (fig . ~I bestaat uit twee deeleu, het bo,·en· deel A en het onderdeel B.

1. Grijp het onderdeel B lang~ de buis C met de linkerhand ,-ast en neem hel bovendeel met de rechterhand

2. Leg het bovendeel A op het on<krdcel B (fig 51

3 . Houd de twee deelen met beide handen vast en plaats bddc duimen boven op het bovendeel A. Duw alsdan met de duimen op dit deel, het zal onder de twee uitsprongen aan

- 9 -



Plg. 5.

den raod van het onderdeel B zakken en behoorlijk op het onderdeel rusten.

Bii het onderduwen hoort men een klap wanneer de deelen ir.èenander grijpen. Draai de roomkamer om, om U te verzekeren dat het bovendeel werkelijk de behoorli jke stelling ingenomen heeft (fig. 7) . ;

Om de roomkamer uiteen te nemen wordt in omgekeerden zin gehandeld . Neem het onderdeel B met de linkerhand vast en trek het bovendeel A heel zachtjes met de rechterhand uit (fig. 5) .

2) 0111 de roo111k1w1er fUJ/I liet omlmlsel te 11/Judse11.

1. Wanneer de roomkamer ineen gezet is, grijp ze langs de buis C mei de rechterhand vast (fig. 8) en breng ze onder het O}llhulsel D zoo dat de keep E :dch juist onder het voor<;te hengsel F bevindt.

2. Licht de room kamer een weinig op en voer den rand .© •in de kepen H en 1 der achterste hengsels in. De room~amêr is dan in de stellin!!' zooals op afbeelding () en de keep E hevindt zich tegenover de keep J in het hengsel F.

- 10 -



Pi~. ï

11



'.l. Dr:iai de roomkamer dan een vierde von een toer nMr links {fig. 10) om ze in de behoorlijke sf'clling te brengen . Zii hlijft dan aan de hengsels hangen en kan niet afvallen.

Fig. S

Om de roomkamer vau het omhulsel af re nemen wordt iu omgekeerden zin gchnndeld. Zwenk de buis naor rechts om de keep E tegenover de keep J (fig. 9) te brengen; trek de buis naar voren: de rand 0 der roornkamer zal 7.ich zoo uit de kce~n d(r achterste hengsels lossen en de roomkamer is dan vrij.

- 12 -



F1~. t

Ring VOOI' bet sluiten en openen van den bol (llg. 11)

l)e ring ,·oor hel s luiten en openen van den bol is uit j!letijzer ven,oardigd. Hij omhelst den bol en 1.et hem behoorlijk vast wanneer men de spanvijs met handvat (C), aan de rechter zijde \'an den ring, oandrMit.

Om 1•roeglijdige slijting 1•an den draad der vijs te wrmij· den moet de draod nu en dan gesmeerd worden, om hem nooit droog .te laten.

De ring wordt bij 1•oorkcur aan den muur bc1estlgd bii middel van twee bijgevoegde bouten. Er worden twee gaten in den muur gemaakt waarin men het gespleten .gedeelte der bouten in steekt en beide gaten worden dan met cimen t of mei pleister gevuld om d e bouten goed vast te m:1kc11. Men kan den ring {>Ok op een tnfel plaatsen. Men verkiest danrvoor ee11

- 13 -



fl~ 10

straffe stevige tafel die nnn den muur of Mil den _grond bc\'estigd wordt.

De s luitring, voor hel s luiten en oi>enen \'all den bol, lrn,n flflll /tet 1/r1Jt1llsl11k "'"' de11 111tl/f:b11/: of,vel anu tien 1111111r be,·estigd \VOrclen.

Bii ver1.ending van den ontroon1er is de sluitring '-l:tn het clraagstuk van den rneJkbak ,·ast. \Vil n1e11 he111 aan den n1uur be\'esl igen zoo neemt 111e11 he111 af en bevestigt hem aan d~n muur bi j middel der twee gespletcne bonten die >.ich in een der afdeelingen onder in de kist be\'inden.

De gaten vult men dan met cirnent of pleister om de i>outen goed vast te maken.

- 14 -



Fig. Il

BOL 1) Uiteennemen van den bol

De bol komt gesloten bij den kln11t nnn. Om hem te ope11e11 pianist men hem in den ring met den hangpijler nanr o nder gekeerd (zie fig. 11 ) . In deze omgekeerde stelling zal de melk, die na de onlroorning nog in den bol blijft, niet op den grond druppen. Nn iedere ontroorning, wanneer men den bul •·an den ontroorner afneemt, moet men hem dus onmiddellijk omkeercn om hem naar den ring O\'Cr te brerigeu, ten einde den vloer nicl te besmetten. Wn1111eer men den bol in den ring geplaatst heeh drnnit men de spanvij s nart, om hem vn st te letten. Plants dun den bolsleutel (fig. 11, letter Aj over den bol zoodut de twee keggen (81 in de twee uitkervingen , ·an den schroefring grijpen. DUw op den sleu tel in de omgekeerde richting der uurwijzers om den schroefring te lossen en dnai dc1en dan ,-erder uit met de hand. Neem hd cylindrisch uiteinde van den lossen bodem met de hand •·ast en licht het op, om loodoendc den lossen bodem en de onderste helft van den bol te samen uit te nemen. Trek 'nlsdnn het uiteinde .-an den melkverdeeler of lnnteern omhoog en gii

- 15 -



1.uh 1oodoc11dc de lantccrn te san1en rnct de schotels uitnenlCn De schotels worden dan uiteen genomen om :ïlles te reinigen.

2) De verschUlende deelen van den bol De bol besloot uit de \'Olgende declen, LOOals aongeduid op

fig. 12 :

~\ N'3

(

N'2

N'I

Fl11. I l

N• 1. De bovenst~ helft van den bol (op de a lbttldir,?g is dil deel in den ring ge1egd): '

N• 2. Het middenstuk of lantecrn;

N• 3. O~ schotels; N• 4. Den lossen bodem

of rcomschijf; N• 5. De onderste helft

van den bol.; N• 6. Ucn schroefring

voor den bol. Opmerking : Voor het in

eenzetten van den bol moeten de verschillende declcn samen gevoegd worden in de \'O.lgordc aangegeven op fig. I:! .

Leg den lossen boden (n• 4) nooll op de onderste helft van den bol (ra• 5) dnar dit verkeerd is.

Het getal scholcls ver-schilt volgens het wcrkinssvemiogen pcr uur vn.n den ontr<lomcr en bedrnaizt namelijk :

9 schotels bij 150 liters aftrek per uur.



24 schotels bi l 400 liters aftrek per uur.

30 sdiotels bij 500 lilers aftrek per uur.

35 schotels b ii 600 liters aftrek r-er uur.

3) Ineenzetten van den bol 1° Zet a l de <Schotels ineen

zoo dat de voren (volgens tig. t2, letter A) <ler verschillende schotels op een ander ll1111en ; in de~

tl -



stelllnii, die de schotels om tOO t< Lf!ggcn ••n telf Innemen. konten de gaten (8) overeen.

20 Plaats het compleet stel schotels over het middenstuk or lantecrn 100 dat de buisjes van dit stuk mei de gaten in dt> schotel• overeen komen.

Jo Leg de 60vensie helft goed onder in den sluitring md den hangpij1cr naar onder gekeerd en draai d,e spanvijs aan, om het bol<ll'CJ stevig in den ring te be\·esügcn.

4• Leg tie samcnge,·oegde schotels en middenstuk in den boL in de stelling aangeduid op fig. 12, 't is te >eggen met den brccden kant der schotels naar onder gekeerd.

5• Leg den lossen bodem over de sc11otels, de brede kant na--.· onder gekeerd.

6<> Leg de o nderste helft van den bol over den lossen bodem mnnr l ic eerst na dn! de voeg behoorlijk gephrn!s t en in goeden staat is, daar hij anders zou kunnen lekKen en de ontroomer daardoor hard 1.ou kunnen draaien.

Dit zou namelijk ook het geval kunnen ûjn, wanneer de schroefring niet iioed aangedraaid is.

7• Leg den schroefring met de twee uitkervingen (fig. 12, letter D.) nnnr boven over den zoo samengestelden bol.

8" Draai den schroefring eerst met de hand aan en leg dafl den bols:eutel in den schroefring zoo dat de twee k$gen •'*1 den sleutel in de uitkervingen van den schroelnng gnrpen, om Ik-zen laatsten vast aan Ie draaien.

9" Los de spnnvijs om den bol uit den sluitring te nemen es hem aan den ontroomer te hangen.

BELANGRIJK B ERICH T De beste sa menstelling van den bol en de nauwkeurigste regelinir

der hceveelheid room heeft men wanneer de drie pijlen (A. B. C. volgens bijgn:rndc afbeelding; en de ltleinc niet 0 d ie nan een der vleugeltjes van den melkverdeeler aangebracht is, overeen komen.

- IT -

..------· ~ - ----

/ -,- ; 1, .. ~ • ~!~ 1 . . j, ' · ',.1 .~ ' ~, 1 •

" f1a. I l



leg den schroefring wagerecht over den bol acht ge\'ende dat de draad van den schrocfrin.g behoorlij~ in den draad van den bol grijpt en draai den schroefring met den bolsleutel aan totdat de bol"en rnnd van den schroefring ongeveer mei den rand van den bol gelijk staat; dan wordt de schroefring verder goed vast aang~draaid. Eer 111e11 t:en s:schrçef1 ing aanbrengt \'Crt.ekert men zich dat de bol goed vast zit in den sluitring, om het draaicu ran den bol te voorko111en wanneer men den schroefring aan den bol vast schroeft.

Het sluiten van bet omhulsel Als de bol met zijn oogje aan de spi l hangt, voert men hel'

omhulsel langs onder over de g lijstangen omhoog tot dat de ziideJingsche g lijringen tegen het dc~sel komen (tegen het onderste \'an het lichaam van den ontroomerj. Men houdt het ·0111h11lse l met de linkerhand in deze filelljog 1.\Venkt het be\vCegbanr gedeelté van het deksel met de rechterhand en licht het knopje met veer een weinig op, om het oinhulsel te l>evestigen.

Om het omhulsel af te laten en den bol uit te nemen om hem te reinigen

Met de rechterhand licht men het knopje met 1•eer 1·nr1 het omhulsel op en zwenkt dan het beweegbaar gedeelte van het deksel terwijl men het omhuls-el onder met de linkcrha ea houdt, çm1 het langzaam naar on er te aten g lijden, tot op den aanslag. Dan kan men den bol heel gemakkelij k van de spil afnemen. Draai den bol om, 1net den hangpijler naar onder, om het druppen te voorkomen.

H et aanbrengen van den melkbak Men voert den kraan in het g rootste gat van den eersten arm

van het draagstuk in en laat dan den voet \'an den melkbak in den \weede!1 arm van het draagstuk in ..

Het aanbrengen van den trechter Draai de klamp l'OOr het bc\'estigcn van den trechter (fig.

t3, letter A1 omhoog. Plaats de spui\ van den lrechter op het V-leidstuk ( letter Bi zoo dat de pen (letter Cj in hel l~ger (letter D1 grijpt. Draai de be\'Cstigings:d amp dan 01·er de trech\erspuit orn den trechter te bevestigen. Wanneer men nagelaten heeft, den drijver eerst in den trechter te leggen, licht men den melkb•k van \roren een \Vein~g op, langs de.n kant waar zkh de kraan bevindt, om den drijver in den trechter te leggen. Duw op de trechterschaal om U te overtuigen dat de pen

ffg 14 goed in de g roef zit, om zeker te · zijn, dat de 1~tloop de behoorlijke

richting heeft tegenover den inloop in den bol. - 18 -



Bii de kleine onl roomcrs is het gnt \'an het lrcrhlerhuisjc natuurlijk 1ccr eng Loodal hel zich nogal licht k3n l'ersloppen mei de haartjes of andere kleine \~1iligheden die zicl1 in de melk 7ouden bevinden. Dit 1ou den aftrek \'Crmindercn en dikkeren room g~\'en. Om Luiks te \'ennijden, raden wij drjngend, de melk ttrst te ziften, om Le in den melkbak te gieten.

Drijver Dan wordt de drjjl'cr, \'OOr het rç_gelen va!' den aftrek, in de

trechtcrsdrnol 11clegd.

Zwengel met bol S1eek den zwcni;iel op d~ as van den ontroomer en draai de

viis <>p de hul s van den zwengel behoorlijk no n, om het afvallen van den llVCngcl te voorkomen. Het is gernadLnnm, den >.wcngcl s teeds aan den ontroome r i e laten. In alle gcvnl mag men hem nooit afnemen eer dat de ontroomcr stil ligt, '1tlllr bit 1u111rt1/.:l11g ""'' ltuar of l·lt.' ... "der~11. aan 1/11 tfronituule os, z1vare tu1gr1·a/lt•11 fl! 1·r~ze11 zi;n.

Praam Zie toe d•t het pr:ianwatsel, l'an l'Oren aan de machine, naar

bo\'en wijst 1oodat de pr:iam gelost is, eer gij den ontroomer .in gang zet.

Warmtegraad der melk voor de ontroomlng De wormtegrand der pas gemolkene melk is ongc\'cer 35• C.

Dit is de beste temperatuur voor een goede onlrooming. Men late de melk du s niet of maar weinig afkoelen. Bij afgekoelde melk onder 30° tot 'JlY• C. raden wij, de melk in een waterbad opnieuw te venvurrncn.

Wanneer de bol e n het omhulsel Ic koud zijn, zooals dit soms in den win ter hel gcv:1I is, is het geraadzaam, 3 liters wur)m w;1tcr (35° lot 10• C.) door te doen om alles te verw:"111c11 en het kleven van den eersten room in den bol en in het omhulsel te vermijden. N:r :illoop vnn het wate r kan men onmiddellijk de melk door doen zonder dat men den bol eerst moet s til leggen. liet gebnaik1 water knn dan ook dienen in plaats van ontroomde mei!; 0111 de.1 lantsten room uit den bol Ic verdrijven (IÎe \'Olgcnd paragr:raf). ·

Ingangzetten van den ontroomer Zie loc dat tie praam gt!los1 is en dat de kraa11 \'an den

melkbak gn lo /e11 is. A Is de gezeefde melk in den bak gegoten is drnait rncn den Z\vcngel la11gzna111 e11 zonder s<l1okkr11, om den ontroorner in gan8 Ie zetten. De zwengel heeft een bel die bij iedere omdraairng belt zoodra de ontroomer ongeveer 60 toeren per minuut draait. Men moet dus trachten, dat de bel bij iedere omdraaii ng belt. Dan opent men den kraan om de melk in den trechter en \'an daar in den bol Ic laten loopcn. Bii den ontroorner van 150 liters is het nochtans gernnd1.aam, de11

- 19 -



kraan Ic openen een weinig voor dat de ontroomer op óO loeren komt wan t anders zal de room in den bol te dik zijn en aan den wand der roomkamer kunnen kleven bijzonder in den winter.

In den bol wordt de melk onmiddellijk aan de uitwerking der ~ntrifugale kracht onderworpen on d: room wordt van de melk afge•chciden. Na eenigen tijd komt de ontroomde melk langs een der buisjes, de room langs het ander buis~ uit; beide worden in daartoe bestemde vaten o~evan_gen.

Als al de melk vcrwerJ..1 rs draait men den krnan toe en giet een emn~rvol lauw water in den mclkbak. Dan opent men den J..raan en laat het w•ter door den ontroomcr loopcn, om den laatsten room uit den bol te verdrijven. Wij raden, d~n kraan eerst loc te doen, eer men het water in den mclkbak g iet, daar het wa ter anders v>n uil den trechter over den ontroomer zou kunnen rondspntten.

Men pranrnt den ontroomer atsd>n (prnamvatsel naar onder richten) 0 111 hem spoedig stil te leggen . Zorg ervoor, het roomva t te verwijderen en het door een ander va t te vervangen tMra water of ontroomde melk, volgens het geval, uit de rcx.mbuis loopt. 01'~/t:RKtNO : De roomkamer mag nooit afgenomen noch

1erug .geplaats t worden zoolang de ontroomcr draait .

Het reinigen van den bol

De bol moet n• iedere ontrooming gcrl'inigd worden . Somtijds, bii .voorbeeld wanneer men ·s middags ontroomt, komt het \'OO~ dat de ontroorner niet gekuischt wordt. Dit kan aanleiding tot kiemontwikkclint: ge1·en. Wanneer men den bol voor de een of andere reden md onmiddellijk na de ontrooming kan reinigen, dan is het gernadtnrun, hem in een emmer water te duiken, en ook den trechter, en e r deze deden tot de naaste on lroomi ng in 1c lntcn . Onder w.1ter zal de bol beter tegen den invloed (Ier lucht beschermd 1ij11 en de molkmodder zal op de dcclcn niet opdrogen zoodnt 111e11 ze gemakkelijker zal kunnen wasschen . Bij het afwnsschen der deelen, mei lauw water, is he t gernndz:wm, geen zand noch wclkdanig poeder te benuttigen .

No het ufwnsschen van den bol is het gcraadtaam, ui de deelen goed af te drogen en deze in een droge plaats Ic stellen, bij voorbeeld in de keuken en zooveel mogelijk in ' t licht.

Het reinigen va n het omhulsel uit onroestbaa.r staal

Best lnat men het omhulsel op den ontroorner om het te 1.-uischcn, maar men laat het af tot op den aanslag (zie bladz. 7) . Men giet er lauwwarm water in, welk dan lnngs de buisjes uitvloeit. Van binnen kan men het ook met een vochtig linnen afvegen. Behalve voor de roomkarner die gemakkelijk afgenomen wordt om 1e te reinigen, raden wij, het omhulsel niet af te nemen, daar dit meer bcschading kan bijbrengen als onvoldoende rei· nigi11g:. Ocbruik geen poed?r om het omhulsel te kuischcn; dit is ook niet noodig met onroesbaa r staal, welk g emakkelijk te reinigen is.

- 20 -



Het reinigen van den ontroomer

Al de deelen die met de melk in aanraking komen 1ijn uit onrocstbaar staal vervaardigd. Er is dus geen gev3nr dat die deelen onder de gewone omstandigheden op de hoeve 1.0uden kunnen roesten . De reiniging der deelen die mei de melk in aanraking komen is dus gemakkelijker en vergt minder tijd dan met ·1 is eens welken anderen ont.roomer. Onar men op de hoeve nooit te Lindelijk kan 1iiq, raden wij nochtans, a l de deelen na iedere onlroorning met lauw water te wasschen. Wanneer de omstandi11heden dit soms niet toelaten, kan men enkel ook slechts lauw water door den bol laten loQJJCn om den lnntskn room te ~rdrijvcn. O iet het water door zood.ra al de melk uit den melk· bak uilgcloop<:.n is. Dit wa ter zal ook den melkbnl< d en drijver, den trechter, den bol en hel omhwnsel voldoende reini11e11 voor de naaste ontrooming .

Nochtans moet men niet uit hel oog verliezen, dat de slijm.achtige modder die na iedere ontrooming in min or meer groote hoeveelheid, volgens dal de melk min or meer ~uiver is, in den bol bliift, de buisjes van het middenstuk o f la.nteem en den lossen bodem kunnen ,·erstoppcn . 1 n dit geval zal de bol niet meer werken en hij zal de niet ontroomde melk langs boven or onder uitwerpen . Zulks geschiedt narnel.ijk mei de ontroomers van alle merken . Wij trekken hierop bijzonder de aandacht van den bezitter want alhoewel de d::elen uit onroestbaar staal verschillende malen kunnen gebruikt worden zond~r ze int·usschcn te moeten reinigen en zonder dat ze zouden kunnen roesten, is het toch beg1 ijpc.ijk, dat de bol maar een zekere hoeveelheid modder mag .inhouden. De hoeveelheid modder die in de.n bol blijft hangt a f van de soort melk die ontroomd werd. O ude melk 13at ook meer modder dan versche melk in den bol. Die modder, die gedeeltelijk witte kans is, verleent ook den room o f de boter een slechten smook, wanneer men ze in den bol laat. ' T is dus beter in ieder oplicht, den bol na iedere ontrooming uiteen te nemen om de modder te verwijderen.

De roomkamcr van het omhulsel kan uiteen genomen worden, hetgeen tot het bekomen van zuh•eren room bijdraagt want men kan dit deel daardoor arzonderlijk co gemakkelijk na iedere. ontrooming afwasschen . De rooml1amcr mag niet fl}ge11omen of urug geplaaist worden zoo/ang de bol drl11lil.

- 21 -



Fig. 15

-- 22 - -



Het r einigen van den melk.bak

1. 011troon1er niet g eë11111il!ecrdt•rz ""'"''"'!.· (1·erlaksel).

De melkbak moet in dit geval nooclznkelijken\'ijze van den ontroorn~r afgcno1ncn \Vorden 0111 hen1 te reinigen of om het kuiscll\v:llcr '"cg te gieten: men kan hel water door den kraan, den trechter en het omhu lsel van den bol laten loopcn indien deze declcn nog niet gereinigd werden. Dit zal de betreffende <leclen reeds e.enigszins kuise.hen. Wcinneer men een deel melk uit den mclkbnk ,,~i l terug ncrnen kan men dal'lrvoor den mclkb:1k afnemen ofwel beter plaatst men het bijgevoegd a floopbuisje, Nr. 1553, we lk lith en een der afdeelingen onder in de kist bC\'Î11dt) 1 over den kraan on1 cle 111elJ.:

Pig. 17 in een v<1t te laten uitloOJ>Cn . 2. 011/roomer mei roesvrije11 111elllbak. die op :djn draagstuk

kan gezwenkt worden. Als lll de melk verwerkt is en men bij voorkeur lauw water o f

zooniet ontroo1ndc melk door den ontroomcr heeft laten loopen om den laatsten room uit den bol te halen, zooa ls aanges tipt bladz. 2 1. zwenkt men de11 melkbak op r.ijn draakstn!c Oas rYoor licht men hem met beide handen een weinig omhoog om den kraan uit den trechter op te lichten en zwenkt den melkbak naar links totdat de kraan tegen het draagstuk aanstoot (zie :ifbeelding 16). f'1eern den kraan alsdan af en steek het kruisstuk ( fig. 17), met de s tang nanr boven gericht, in de openi11g van den kraan. Zet den kraan terug aan den melkbak, sluit hem toe en giet het kuischwater in den melkbak om dezen te reinigen.

N . B. - Bij ontvangst van den oulroomer s teekt het kruisstuk reeds in den kraan. Het hoeft niet nfgen()men te worden ; men kan het gerust aan den l;raaa laten.

Room r egeling De onderzijde van den lossen boden van den bol (fig. IS)

is voorlien van een regelingsvijsje (A) welk bij middel van den bi[gevcegcien bi'zondereu schroefsleutel {fig. 15, letter l:lj kan gedrnnid wo r· êen. Indien n1en den roomregrlaar plaatst zooals aangeduid op lig. 20, lette1· C. bedudt lich het gatje \•oor afloop van den room in de s te lli ng het korist bii het midden mu het cylinclri sch gedeelte ' 'an de11 IQssen boclen1: 111e11 bckon1t dan zeer dikken room die tot 70 •/• botervet kan

A in houden. Fig. 18 ..,,. 23 -



Plaatst men het gatje voor afloop van den room in de stelling zooals aan,ecduid op fi~. 20, letter D, dan bekomt men room met on~recr 2\l per cent vetgehalte . Men kan den roomregclaar naar believen draaien om het gatje op een plaats tusschen de z c twee uiterste stel:ingcn t~ brengen om room met het ge"·enscht vctgeahlt~ tusschcn 20 lot 70 •/• te beko-men. Rondom de een helfle van den roomregclaar 1ijn , llinen afgcteckend (fig. 19 •• letter E) w a a r me d e ~nen Epoedin'! knn uitvin· den welke stel!hg de roomrcgelaar volgen·, ~et wintero f zomen:eitocu moel hebben .

Bii de •·erzen-ding ujt de fabriek zijn de bol:en geregeld om room mei 25 tol 28 •/• vetgehalte te bekomen. Dit is een goede

..

mi:fcelmaal vcor het Plv. 10 "

maken van boter met melk met een gemiddeld vetgehalte van 3.5 •/•. Is hel vetgehalte der melk geringer o f wil men roorn mei een hooger vetgehalte heb-ben, draait 1ncn den roomrege!n:ir ten einde het room~atje korter bii hel midden van den lossen bodem te plaatsen . Heeft men in tegendeel roor.1 met een hooger vetgehalte of wil men langeren room hebben, dan draait men den roomrcge lanr zoo dat hel roomgatje een weinig 1•erdN van het midde11 ,·an den lossen bodem af staat. Vooral moet men opmer~en. dat del roomregelaar nooit meer dan ~n halven toer mag rond gedraaid worden . Is het roomgntje bij \'OOrbeeld in de uiterste stelling voor langen room (het verst van hel midden vnn den lossen bodem afj. en wil men karteren room htkomcn, zoo dranii men met den schroefdrij•·cr 11nnr rerltts

- 24 -



haken der veren uitspringen;

f

E

A B

(in de richting der uunvijzers); wil men daarna opnieu\V Jan· gen room hebben, zoo draait men terug naar links in plaats van den roontrÇlelaar een ganschen toer naar rechts rond fe draaien .

!-lel n:erk .( 0) op d c n schroefdrijver moet dus nooit een ganschcn teer rond draaien maar \vel vooruit en achtcmit gedraaid worden langs de a(geteckende lijnen, volgens de plaats \vaar nten het roomgalje wi l brc,._gcn .

Deze doeltrcffenclc roomrcgclaar \VOrdt dus slechts op de ler!g le van een ltalvM topr \'Crolaatst om room met vetgehalte naar bctie,•en te bekomen .

V oorschriften voor het vervangen van de ophangspU of

voor het vervange.n der spllveer

N' 5030 (lig . 21)

A . - Om de spil uil lt' 11e111eu1 11101!1 111e11 :

I • Oen spilbeschern1cr afne:nse.n;

2.• De koorc!en afoe-111en en dna rvoor de

over de knoppen \v11ar 1.e ~1an gehecht zjjn, doen

Fig. ?1

3• De tegenvijs (A) (ueven het fubrickrncrk) uitdraaien 0111 de vijs (B) daaronder, die de s pil bevesfigl, te <>ntdekken . IX-ze

- 25 -



1·ijs ccnige l<>e1·en losdraaien. De <1>il (C) aflaten langs het gat in den koordendrager (Dl.

B. On1 ee11 11i"1111·1~ spil Ie 11/nat(rll .

De spihcer (EJ afnemen en 1e aan de nieull'e spil plaatsen. Oe spil lang< het gat 1·an den koordendrager insteken, l•nJZS waar de gebrekkige uitgenomen werd (1ie fig. 211. De spil omhoog brengen en >e eenigs1ins doen draaien ten einde dat de spil\'ccr behoorlijk terecht komt in de i:roef in het onderdeel 1·an het tandrad der veer ( F) . De 1 eer is g<>ed P.Cplantst wanneer. bij het draaien der spil met de hand 1·oor t•cprocl'ing, de drijfas van den ontroomer ook mede draait. 1);111 kan men tie \'ijs ( Bi inschroeven en c.lc tcgcn\'ijs {A) onk na nbrcngen . Moest de drijfas na pl:wtsing der <pil toch r: iet mede cl ran ien, wnnneer men de s1li l met tic hnnd doet drr.n ien dan neeml tnen het deksel der tnndrndcrkas a f door 11 itschror1·en der drie l'ij1en en neem t de l\\JCe groote knm\\•iclcn uit 001 1nct cJe \'ingcrs t11n de :.:pilvccr te geraken en de1e behnorlijk te 1>laatsen . Mzn draait de s1>il dun nogmaals met de hand om 1ith te O\'ertuigen dat alle~ in order is, 1ooals \OOrheen 1·errncld . Men mag den bol niet aan de ~pil hani:cn en ook niet aan den 711·engel droaien 1oolang de drijfas iîiet mede draait wanneer men de spil l'OOr beproel'ing met Je hand doet draaien .

Be/1111griit : Is de \'ijs (B1 niet of niet ver ge11oeg in de !!roer 1an het kogellager dan zal het ta~er lf•tt hul 111• 1 /1111g 1/ngr11: de bol en de spil kunnen dan tijdens de ontrooming los gaan en in het omhulsel mllen. Zie dus wel toe : 1° dat de 1·ijs (Bi l>choorlijk in de gr~r """ het kogcltnger grijpt : 2• dat de tcj!em·ijs (A) 1oovrr kan ingedraa id worden, d:it de kop ervan vast tegen den kop v:U1 den ontroorner komt.

DE KOORDEN Efgoaachappen der koorden voor ontroomora model S

Onderale koord A, links - N, 5437 - l)e1e is ~ tot ~.5 mm. dik en met een skrke \'eer voor>ien . ( Dc1e koord is 10 mm. korter dan de andere koord, rechts). Bovenste koord 8, rechts - N• 5392 De1c koord is '.l .25 tot 3 .75 mm diL en met een zwakke 1eer \'OOr?ien Dient voor ontroomers '"" 150, 225, 325 en ~00 liters Bovenste koord 8, recht• - N' 5396 - l>c1e koord is ~ tot 4 .5 mm diL en mei een zwakke "eer \'OOrtien . Zij dient \'oor de ontroomcrs van 50') en 600 liters.

PLAATSING DER KOORDEN De Lnorden A en B, welke kruiselings de ophnugspil omringen,

dienen 0111 de11 bol in loodrechte richting te hrnulen . De koorden worden als volg t gcrlnu tst :

- 26 -



1"111. 21

Eerste handeling De koorden worden rondom tic spil gelegd. 0,1nnoc steekt

men eerst de koord B door het gat van den koordcndrnger (D) zoo dat t.ij tic spil omringt . Dan doet men hetzelfde met de linker koor1J A: dc1.e •al zich zoo onder de koord B t>evinden .

Tweede handeling Bosoblk.klog dor koorden :

Koord A. 1. Plaats de twee draden der koord A wedcr1ijds van den

knop N. 2 . Draai tlc 1•eer l'en halven t<><r, orn de koord achter den

knop N te wringen 7.00 dat de draod ) boven den draad K komt. 3 . Hecht dt veer met horen hoak oon den knop 1\'\ . ~ Spon de koord bij middel 1·on het bijgegeven haakje, ' t is

te 1.egizcn trek rnet het hookje aan de strop E om dc1e rond den knop P te leggen .

Koord B. 1. Maak een s trop V ro nd den knop R. 2. Maak een tweede strop W fusschcn de ophangspil f en den

knop S, maar in tegenovergestelde richting der eerste, 1.00 dat t.lc .draad 1 o l bovenste draad der eerste s trop V de onderste draad in de tweede strop W is .

- 27 -



J. Maak de koord 111et den haak der ,·eer aan den knop U va~t. ·I. Stel de twee houten blokjes G tusschen de draden der koord

B l OO dat de sp il F in hunne driehoekige uithollen vat. OPMERKING : De iijblokjcs, uit bijzonder hout vervaardig:!

moeten. Of\ hun aanrakingspunt met de spil , iedere weck met een druppel olie gesmeerd worden .

De gomrlng voor den bol De rond,·ormige gomvoeg word t in de groef in de onderste

helft van den hol (fig. 23, letter A î geplaatst. Deze voeg moet niet, zooals met de andere ontroomcrs • Mélotte • , aan den bol blijven tot dat hii. bedorven en onbniikbaar is (al de go111ringea ~ederven door aanraking met het botervet der melkj . Jtle11 111oel /Ja111 1111 ietlerr ó11lroo111i11g nf111!111e11 Oflt dell bol te

1 1'l'i11ige11 . \Vfj trekken de aandacht der ge

i>ruikers o p de volgende punten : I " C:: "::> niet nalaten, den gomring lenig ie "'-=-=-==--plaat~en \vanneer 1ncn den bol ineen tet : 2• hem bij het plaatsen niet te zeer uitstrekken zoodat hij zi jn eers te \ 'O nn l>c houdt.

Om den voep; gemakkelijk te plaatsen lcgi Jnen eerst een deel en1ru1 in de grcer, rncn hnudt hem a ldna.r met de linker hand op zijn plnats en duwt

Fig . 23

hen1 verder rondc>m met de rechter hand in . Men kan he111 aldu~ heel gemakkelijk inleggen en od.< gemakkelijk uitnemen .

Oorzaken die een slechten In vloed op de goede w erking van den ontroomer kunnen hebben

1) Wanneer men te l:ingzaam draait klingelt de bel uiet regelmaHg t u men bekomt laugeren of dunneren room; drnait men te snel, dan kli ngelt de bel ook niet regelmatig, en men bekomt kortcren room. Men kan ook den on!roomer daarb\j beschad igen .

'.!) Is tie melk la !:oud, dan moet zij op 30-35° C . verwar~nd worden . Te koude melk gcc~ een 11û11der goede ontrooming . Met dezen ontroon:er lrnn men nochtans tamelijk koude melk ontroomen en daarbij een voldoenden uitsl:ig bekomen.

J) I s de melk Ie zuur (oude melk o f melk voortko memJ,e van ziel;e koeien), cja11 is de 011troomi11g 01>!: 11iet zoo goed. Zure melk moet kort na het melken ontroomd worden .

~) Wanneer de uiiloop voor 011iroo111de melk, in de onderste helft van dc11 bol. eQ ook het roomf(afic, in het cy lindrisch gedeelte """ den lossen bodern, gedeeltelijk verstopt zijn, dtm vcr<11ulert da r oumregeli11g en de uitslag zal minder goed zijn; 't is dus geraadzaam, deze deelen na te zien eer men de melk ontroomt.

5) Is de spuit vall dell tracfder verstopt, dan verandert de roo111regelil1g insgelijks: men heeft f/if/l<erell room . De melk kan dan ook gedeeltelijk in het 0111//ul.sel gespoten worden en dit geeft dan een slechte. 011troo111ing. Men steekt den borstel

- 28 -



door de trcchtèrSpuh 0111 \'Cstoppi11ge11 t~ vcrruijden. 6) Wnnneer de go111ri11!( in het onder boldccl bcstlwdlgtl of

sk!c/JI gcp/aufs1 is of wonneer de schroefring van den bol niet vast aangedraaid is, kan er melk aan het onder boldecl doordrir.gen; dit kan den ontroomer ook /Jordt'r iloM draaien en tnen ia1 oo:C daardoor J:or1"~r~11 roo111 bckonlCn. De gornrin_g moet in dil gc\'af behoorlijk geplaatst ofwel door ttn nieuwen •'l!rvangen worden, en de schroefring moet vast aarigedraaid worden.

7) .De melk """ pos g ·kol/dr: ko3/e11 kan somtijds 111odliil: u 011froo111en zijn. Eer men den ontroomer afkeurt, doet men goed, eersl de werki11g rn-w1 111et melk 1·011 c.:11 gebuur te óeproeven.

8) W~nneer men 'smorgens melk van clangs te voren or wonnccr men 'savonds melk van 'snrorgens moet onlroomen zijn er bui.ten de gewone modder ook reeds kaasbollctj~s in die melk . Bij het ingieten der melk in den melkbak van den ontroorncr moet men ze door een stamijn laten loopcn en ook den bol na de ontrooming reinigen om de modder en kaas, die den bol voor de naas te ontrooming zouden kunnen verstoppen, te ••erwijdcrcn .

Andere moeilijkheden Indien gij :rndcre moeilijkheden ondervindt, raadpleeg dit

boekje. Kunt gij het gebrek niet ,·cnvijderen, wend U tot den agent der streek of schrijf on.s over het geval. Indien gij schrijft, laat niet toe. het s!Jlmnummer en het wcrkingsvemrogen per uur van den ontroorner aan te geven en zeg ook waarin hii niet •·ofdoel. Indien gij zoo handelt zullen wij U onmiddellijk laten "eten wat er kan gedaan worden om het gebrek te verwijderen en zoodcende tijdverlies en onaangenaamheden vennijdcn .

Om een goede ontrooming te bekomen Neern de volgende punten in aanmerking : 1. De ontroomcr rnoet goed stevig en loodrecht op een straf

fondnmcntstuk geplaatst zijn. 2. Snelheid. - De ontroomer moet zoo nauwkeurig als

mogelij k aan de voorgeschreven s nelheid, die op c~en iwengel eu op de bel nnngeduiel is, gedreven worden.

3. Warmtegraad . - Oc melk moet bij !len inloop in den bol ten minste n graden warm zijn, om een goeden uits lag te bekomen.

4. De trechter moet al de melk behoorlijk in den bol voeren; er mag _geen melk op den hangpijlcr noch op den rand van den bol •·allen .

5 . Zie wel toe, dat de schroefring van den bol vast aangedraaid is en benutlig den bolsleutel om den bol goed dicht t e maken.

6. Als al de melk verwerkt is laat men een voldoende hoeveelheid lauw water ofwel ontroomde melk door den ontroomer loopcn, om den lnatsten room uil te halen, ~vant anders LOU deze roorn met de ontroomde melk uitloopen als de bol zich van lijnen inhoud ledigt en dan na korten tijd een schil op de melk .-onnen en dMrdoor den indruk kunnen laten dat de orrtroomer niet goed ontroomt. Zorg daar heel bijzonder voor, temeer wanneer dikke room verlangd wordt.

- 20 -



LIJST DER ONDERDEELEN EN TOEBE· HOORSELS VAN ONTROOMER MODEL S 79 Kogel \ OOr de pomp.

163 Ve<!r \'OOr de J;Jamp om den trechter te bcvc;ugcn 20"> Oroote schroefdrijver. 1(18 Kleine schrocfdrij\'cr. :!ll1 Olieknnnetje 3i>S Bor~lcl \'Oor hei reinigen d<r schotels 520 Orijfns. •

5002-513 T\\ ce"fc russcheurod niet W ~p1 rnrtl,or1111g~ tandl'.11 en recht wndradje met 1 & tnnden .

529 Ku,sentjc in twee declen voor de spil. 5'.l l ..S'.12 Eerste tusschenrad met (>$ ta11<lcn en coni,ch tandradje

met 15 tanden . 5JiJ \lli• rnn de ophangspil te bc\'cst igcn . s.12 Tcgem·ijsjc voor de ophangspil, met lctlcn:n \'..cj{. ~5-(, 1 Rcm·hoofddeel met boulen schijfje . 578 Borstel om den !rechter te reinigen . ;;;9 Ror•tel om de uitvloeibuisjes te reinigen . :.s; Vijs om den 1wcngcl te ben•stigen .

t 138 Vijs om de pomp-l;c\'estigingsplaal te bc\Cstigen . 1503 llkhthouljr ,·oor de ophangspil, \'OOr 15!>-22!>-325-100 lit. ~50 Richthoulje \OOr de opbangspil. \'Oor~ lit. 1552" Mel~spuit, 150-225-325 lil. lî69 Rubbcrprop YOOr het draagstuk \'an den mclkbak . 4603 Pen \'oor hel deksel van het omhulsel. 532-l Ophangsp1l compleet. 5302 Koord \ 'oor de leiding der spil, rechte J . .!5 tot J.75 mm,

doorsnede, voor 159-225-325 lit. ;3C)h Koord voor leiding der spil, rechte, ·I tot 1.5 111111 tloor

snede, voor 50:>-000 lit. 5~37 Koord voor leiding der spil , onderste links, 1 tot 1.5 mm

doorsnede , \'oor ·1 is eens welken aftrek . 5001 Deksel der tandraderkas (de'I N1·. 51% niet inbegrcpe111 5196 Oek<cl \'Otlr het oliebakje compleet. 5002A Rechter g lij<lnng voor ontroomer v~n 150 liters. 5003 Linker • 150 liters . 500~A Rechte" glij•tang voor ontroo111cr \'ntl 225 litcn.. 500!. Linker • • • 225 liters . 5006A Rechter gliJ<iang voor ontroomcr 'an 325 liters 5007 Uni.er • • 325 liters . 50tJl:I,.\ Rechter glijstang \'oor ontroomcr """ ~00 liters 5009 Lin~cr 100 liter< 5010 Rechter glij<tang ,·oor ontroomer van 500 liters 5011 linker • >00 liters 5012 Rechter glij~t•ng voor ontroomer van 600 liters . 5013 Linker • • • 600 liters. 5015 Spilheschermer . !>-146 Bel compleet. 5579 Mclkbuis \'OOr ·IOD-óOD-600 lit.

- :ro -



5417 Vijs om de glijstangen te be\'estigen . 501(1 COnisch rad met 62 tanden. 50'.lO fkk! el \'311 het omhulsel \·an den bol. 5167 Tandrad der ve~r. met 13 spiraal\'Ormif!e landen . ">000 Veer \'OOr de ophnngspil. 5031 Vijs met \'ieugeltjes mor hel deksel der tandradcrkn-506(, Rubben·oeg voor den bol. 509'J Schotel ' oor den bol 5095 Hangpijler. 5100 Roomregelaar. 5102A Schroefring \'Oor den bol. 5100 Roornrericlingsschroef . 5102 Schroefring \'OOr des bol. 5 103 Roomschij( of lossen l>odem compleet. 51291\ S leutel \'Oor het s luiten van den bol. 5133 Ring voor hel slui ten en openen vun dt•n bol 5134 Spnnvijs voor dc1.e11 riug. 5155 Drijver voor den trechter. 5370 Kraun ~1m111lect. mor melkbak vnn 2J-'.l) lit 5360 Kraan con1rleet \'O~r mclkbak vnn ~O lit 5187 Olie·1>01nr+ cu1np!e.:t . 5220 R0<m1k:1111c' (ho' cndeel1 5221 Onderdec 1 der roomkam<'r. l:'>tl-?.5-.l·15 111 5127 Onderdeel der room kamer, I00-50J-!JO'J lil . ;,23; Veer \ Oor de klnpspaan van het omhulsel. ;,250 Ku~>enlJt of lager ,·oor het recht tandrndj' 506Cl Lantaarn of mclk,erdeeier compleet, l'>!l hter• '>()9() 225 liters . ;,11 '! 325 liters. !>11'1 • 10ll litcr$. 5121 5!IO liters. 512i 1)(1() liter$ 5~~0 T1·ecl11c1 1·11111plcct, 150 litcl'> . 52b5 • 225 liters. 5115 325 liters . 51~11 100 liters. 5151 500 liters . 515'.l 600 liters. !>21(1 Omhul~el 1omp:cc1. 150 liters . 522'.l 22.5 liters. 52:15 325 liters. 5~S ~00 liters. 5230 500 lil ers. 5233 600 liters. '>2G'I Bol compl<et , l)!I liters. Süe7 125 liter~. 51().J 32.5 liters . 511~ 100 liters. 5119 500 liters . 5 n~ f.100 liters . 'i08'1 Ouder.te helft va n dc11 heil, 1;,u liter•.

225 liters. 31 -

50SQ •



5111 • 325 1liter.s 5116 • 400 liters . 5121 • 500 liters . 5126 • 000 Jitcrs . 5086 bol, 150 liters. 508$ • 225 liters . 5110 • 325 liters 5115 • 400 Jiters . 5120 • 500 liters. 5125 • • • • • 000 liters. 53&1 Melkbak comp!eet, uit onroestbaar stanl, 150 en 225 liters,

inhoudsvermogen 20 liters. 5310 Mclkbnk comp:e!t, uit onroestbanr staa l, 325 liters, inhouds

vermogen 25 liters. 5314 Melkbak co111p:c~t, uit onrocstb:wr staa l, ·100, 5011, llOO

liters, inhoudsvenn<!gen 40 lifres. 5240A Zwengel compleet, voor alle ontroomers . 5337 Zwenge l compleet, 325, .JOO, 50J en 600 liters. 5170A Ornagstuk voor den melkbak, 150, 225. 325 en 41Xl liters,

(iwenkbanr). 5367 Orangstuk voor den melkbak, 500 en 600 liters, (':wenkb••r) 5158 Drangs tul. voor den ver lal.1en melkbak von 20 hters . 5170 DrangS1uk voor den ,·erlakten meJkbnk van 25 en 40 liters . 53-142 Sleutel voor de room~elingsvijs. 1563 Afloopbuisje voor den melkbak . 5204 Klamp om den trechter te bc,·estigcn .--Bclangrl/k berirl1t . - Bij bestelling van vervangstukken moeten de \'Olgende inlkhtingen aangegeven wo rden :

1. Act nummer """ het betreffend deel. 2. Het starnnurnrner van den ontroomer, welk achter op den

onlroomer boven het vijsje ''oor het afluten <Ier vuile olir ingeslagen is.

3. Het \\'Crkingsvennogen per 1111r \ ' llll clen ontroon1cr, \\'Clk <lp den trechter aangeduid is.

- 32 -



~

~ î ~ ~

~ ~

~ 4658 163 <GC9 46()3

5167

lil x 53~2

B 1»9S 529

if'1t 5250

~ 9 5030

5• 4 1 ~ 0 v a 1505 79 5542 559 5450

m 5 37

1 A A 5100

~ S42 585 1138

1769

M ~ ~c ~ jjL \C)> 5115-64 -,o,,

5031 5150

- 33-



v ~ ? 52~~ 1 5020A

5110 sus 5265 SfL9 l060-506S 5l51 m 0

J, 1 5120·5125 5153

209

- 0

f 5155

m 500!! 5112-5117 5003 50~• ~-5~ ~ t soo~ 5ooeA 5122 ·5Q7 5011 S002A 5013 500<A

! 10! 5010A 501'" ~ 5187 5324 579

g Cl) 5093 578

@ m5A•5228A + 5016 ~ 52IOA ·S223A 9 531-532 5092-535

soo. S130A·S233A

G 5103 y • l t 5220 5427

~ ~

5109-5114 S?.09- S087

5:0

5119•5124 5111·5116 5370 512\IA

5085·5089 5366 5121·5120

:! , .26 0 5427

0 ~ S<IEt il 5~2A ll02, Sl33• 524Q

-~''

-M-



5016 520 __

1139-~ 5197 542

5324

5015 v 1503 .5'150

- 5 392 . 53% 1---;:~===~~~ij~E:.:~~ 5 437

W2 5.Qll~SOSS

5111 ·5116 ?121.:~126

52~ S.!2.1.5.42L

fig. 20.

5086·5.0.BS

L5110·5115 ·-l----, ~120·5125

A



Uiterst fijne BOTER

die aan een hoogen

prijs verkocht wordt

bekomt men door aanwending van den MÉLOTTE karnkneder, dank zij de vernt:ftige uitvoering en de uiterst gemakkelijke behandeling van dit heel prak· tisch toestel.

Vraagt inlichtingen 1


Documents

~.t. . . . ONTROOM ER MELOTTE Repro het MOT, Grimbergen