Upload
boom-communicatie
View
220
Download
4
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Â
Citation preview
MilieujaarVerSlaG 2012
2
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
Inhoud
Voorwoord 5
1. Natuurbeleid 71.2 Biodiversiteit en monitoring soorten 71.3 Oprichten Lepelaarfonds 81.4 Ecologisch Groenbeheer (Zeeland biodivers) 81.5 Opstellen beheerplannen Natura 2000 gebieden 81.6 Verkennende studie met de Zeeuwse Milieufederatie 91.7 Samenwerkingsverband Paralia 9
2. CO2 uitstoot 112.2 CO2 footprint eigen bedrijfsvoering 112.2 Project Walstroom 11
3. Duurzaam inkopen en consumeren 133.2 Inzet LNG 133.3 Zeehaven Innovatie Project (ZIP-project) 143.4 Havenafvalplan 143.5 Onderzoek duurzaam aanbesteden 15
4. Duurzaam ondernemen in de haven 174.2 Deelname Biopark Terneuzen 174.3 Duurzame glastuinbouw/WarmCO2 184.4 Multi Utility Providing 194.5 Green Award Binnenvaart 194.6 Green Award Zeevaart 194.7 Environmental Ship Index korting (ESI) 204.8 Zeeuws off-shore Wind project (ZOWP) 204.9 Energieproductie windmolens in havengebied 204.10 Samenwerkingsverband gebiedsontwikkeling Zeeuws-Vlaamse Kanaalzone 204.11 Interreg IV duurzame havens project zonne-energie 20
5. MVO-verklaring 22
I N H O U D S O P G A V E
4
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
V O O R W O O R D
Maatschappelijk verantwoord ondernemen is meer dan milieu of ecologische inkoop. Het is een manier
van werken waar bij elke stap van het werkproces gedacht wordt aan het behoud en de verbetering van
onze organisatie, onze directe omgeving en onze wereld. Zeeland Seaports ontwikkelt haar havens op
een economische verantwoorde manier en wil hierbij optimaal rekening houden met de belangen van
zowel mens als natuur. Wij zijn voor de ontwikkelingen in de haven primair afhankelijk van onze zeer
betrokken klanten. Als het goed gaat met de bedrijven, gaat het goed met het gehele haven- en indus-
triecomplex. En dat levert weer de beste bijdrage aan de regionale economie.
Ook in 2012 is Zeeland Seaports actief geweest bij het nastreven van haar duurzaamheidsdoelstelling,
die als volgt is te omschrijven:
“Het streven naar duurzaamheid is voor Zeeland Seaports zowel een noodzaak als een kans. De econo-
mische activiteiten die in de Zeeuwse havens worden ontplooid, leggen een aanzienlijk beslag op ruimte,
grondstoffen en leefklimaat. Zeeland Seaports streeft naar een ontwikkeling van het havenbeheers-
gebied, waarbij economische, ecologische en sociale belangen bij elkaar komen (profit, planet, people).
Het streven hierbij is efficiënter, zuiniger en op de lange termijn meer continu om te gaan met ons
erfgoed. Het duurzame karakter van de Zeeuwse havens moet een vestigingsfactor van belang worden.”
In dit Milieujaarverslag kunt u teruglezen op welke terreinen wij als havenbedrijf hebben getracht een
invulling te geven aan ons streven een duurzame haven te willen zijn. Zo hebben we onder andere eind
2012 een MVO verklaring opgesteld waarin wij bovenstaande doelstelling verder hebben geconcretiseerd.
Sowieso is dit het eerste Milieujaarverslag van Zeeland Seaports. Het feit dat wij onze inspanningen op
dit terrein aan een openbaar verslag hebben toevertrouwd, is een teken dat wij onze maatschappelijke
rol als havenbedrijf serieus nemen en dat er ook al het nodige in gang is gezet en zelfs is gerealiseerd.
Niet alleen op economisch, maar ook op duurzaam vlak zien wij de toekomst voor de Zeeuwse havens
dan ook met veel vertrouwen tegemoet.
Namens Zeeland Seaports,
Terneuzen, 25 juni 2013
J. van der Hart
CEO
6
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
N A T U U R B E L E I D
1.1 InleidingZeeland Seaports wil haar (ontwikkelings-)plannen en activiteiten zoveel mogelijk in
balans brengen met natuur en milieu. We zijn ons bewust van het belang van biodiver-
siteit en de kwetsbaarheid van het ecosysteem en we handelen vanuit het algemeen
maatschappelijk belang door te hechten aan de bescherming van natuur en milieu.
Dit doen we enerzijds door het in beeld brengen en toetsen van de gevolgen van de
(voorgenomen) activiteiten voor de ruimtelijk vastgelegde natura 2000 en EHS gebieden
rondom ons beheersgebied. En anderzijds door de verscheidenheid aan flora en fauna
te behouden tot het moment dat bedrijfsvestiging plaatsvindt en de braakliggende
terreinen echt nodig zijn. Op de terreinen die we niet kunnen inzetten als bedrijventerrein
(bermen, dijken, leidingstraten enz.) willen we de flora en fauna behouden en daar
waar mogelijk zelfs versterken. Hoe bovenstaande aanpak zich in de praktijk verwoord
vinden we terug in de volgende paragrafen.
1.2 Biodiversiteit en monitoring soortenVan april 2011 tot en met maart 2012 zijn alle aanwezige dier- en plantensoorten
gemonitord voor zowel het havengebied in Vlissingen als Terneuzen. Ook in 2007 en
2009 is dit al gebeurd. Er werd geïnventariseerd op soorten met een beschermde
status en wel op de zogenaamde ‘rode lijst’ soorten. Dit zijn soorten die uit Nederland
dreigen te verdwijnen. Door dit drie keer achter elkaar te doen hebben we een goed
beeld gekregen van dier- en plantensoorten op de nog voor bedrijfsvestiging uitgeef-
bare terreinen en de terreinen bestemd voor infrastructuur (spoorwegen, wegen, dijken
en dergelijke). DOW Benelux heeft zich als eerste bedrijf ook aangesloten bij het
monitoring project van Zeeland Seaports en in 2012 zijn de terreinen van DOW Benelux
in Terneuzen dan ook op eenzelfde manier gemonitord.
In het havengebied blijkt een aantal bijzondere soorten aanwezig te zijn, waaronder
broedende lepelaars, de rugstreeppad en de veldspitsmuis.
Er is veel voordeel te behalen aan het inventariseren van de aanwezige biodiversiteit.
Op basis van deze inventarisatie worden bij projecten en (nieuwe) activiteiten inschattingen
gemaakt van de risico’s op de aanwezigheid van beschermde flora en fauna waardoor er
tijdig maatregelen kunnen worden genomen wanneer dit vereist is om de flora en fauna
te beschermen of te verplaatsen.
Soort Aantal2007 2008 2011
Rugstreeppad x >150 11
Groene kikker x 1 1
Bruine kikker x 15 2
Gewone pad x >50 1
Kleine watersalamander x 1 5
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
8
1.3 Oprichten LepelaarfondsIn Vlissingen broedt een vrij grote populatie lepelaars op het voormalig FMT-terrein aan
de Frankrijkweg. Deze bijzondere populatie broedt binnen een grote kolonie meeuwen.
De lepelaars broeden echter op een nog voor havenactiviteiten uitgeefbaar terrein en
het is daarom vrijwel zeker dat de lepelaars binnen enkele jaren een andere plaats
moeten zoeken. In overleg met verschillende natuurorganisaties en de Zeeuwse natuur-
terrein beherende organisaties, is in 2012 een zogenaamd lepelaarfonds opgericht
(van € 100.000) dat tot doel heeft om de lepelaarskolonie te helpen ‘verplaatsen’. Het
gaat daarbij om verbetering van huidige broedplekken in Zeeland (buiten het havenge-
bied) en verbetering van bestaande foerageergebieden door bijvoorbeeld stekelbaars
toe te laten in verschillende sloten, kreken en/of plassen.
1.4 Ecologisch Groenbeheer (Zeeland biodivers)Met het ecologisch beheren van de groene omgeving in ons havengebied willen we
invulling te geven aan de instandhouding en verbetering van de biodiverisiteit in het
gebied. Hierbij wordt direct aangesloten bij het door de Verenigde Naties in 2010 uit-
geroepen ‘Jaar van de biodiversiteit’. Daar waar het kan is het beheer erop ingericht
om zoveel mogelijk verschillende plant- en diersoorten te huisvesten, uiteraard
zonder dat de aanwezigheid van specifieke soorten, vanuit juridisch oogpunt, een
risico gaan vormen voor de verdere ontwikkeling van het havencomplex.
Het ecologisch groenbeheer is voor Vlissingen in 2010 in een plan beschreven en daarna
in praktijk gebracht. Voor Terneuzen is het plan in 2012 nagenoeg afgerond en is op
verscheidene plekken gestart met ecologisch beheer.
Resultaten zijn nog niet direct te zien, maar we hopen op korte termijn meer diversiteit
te gaan zien in plantensoorten en kleinere diersoorten als libellen en vlinders. Dit zou
een goede indicatie zijn voor een toename van de biodiversiteit in het havengebied en
hopelijk ook in de omgeving.
1.5 Opstellen beheerplannen Natura 2000 gebiedenZeeland Seaports is nauw betrokken bij het opstellen van de beheerplannen voor de
Deltawateren en de Vlakte van Raan. (Onder het beheerplan Deltawateren valt ook het
Natuurgebied Westerschelde & Saeftinghe). Het raakvlak tussen havens en natuur is,
vanwege de zeer strikte natuurwetgeving op nationaal en Europees niveau, groot.
Het grootste knelpunt hierbij vormt de slechte staat van instandhouding van het
natuur gebied Westerschelde & Saeftinghe voor een aantal soorten/habitats.
Door het deelnemen in de zogenaamde ‘klankbordgroepen’ wordt meegedacht over
afspraken over de wijze van beheer van de wateren, die bestaande knelpunten oplost en
nieuwe knelpunten voorkomt. Op deze wijze wordt geborgd dat er minder risico’s voor de
bestaande en toekomstige activiteiten in de haven zijn. Dit biedt een basis voor de ge-
wenste en samenhangende economische en ecologische ontwikkeling.
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
1.6 Verkennende studie met de Zeeuwse MilieufederatieIn september 2012 heeft een excursie naar de haven van Antwerpen plaatsgevonden
waarbij is besproken hoe de Antwerpse haven anticipeert op de Natura 2000 wetgeving.
In navolging daarvan heeft overleg plaatsgevonden tussen deelnemers van de
Projectgroep Vitaal Sloegebied en Kanaalzone. Hierbij zijn afspraken gemaakt om ook
een verkennende studie naar de mogelijkheden voor toepassing van de ‘Vlaamse stra-
tegie’ in en rond de Zeeuwse havens uit te voeren. Doel van deze studie is het in kaart
brengen van de mogelijke bijdragen door Zeeland Seaports, de havengebonden bedrijven
en overige terreinbeheerders. Hiermee hopen we sneller de instandhoudingsdoel-
stellingen te bereiken voor die soorten en habitats waarvoor een instandhoudingver-
plichting in de Westerschelde geldt en welke nog niet behaald is. Dit kan bijvoorbeeld
door het gericht investeren in diverse natuuractiviteiten. De eerste gesprekken
hierover vinden begin 2013 plaats, waarbij uiteraard word aangesloten bij de verdere
uitwerking van de beheerplannen.
1.7 Samenwerkingsverband ParaliaOm de ontwikkelingen en de praktijk van de natuurwetgeving op Europees niveau
actief te volgen wordt deelgenomen aan het kennisplatform Paralia dat wordt georgani-
seerd door het IMI (Instituut voor Infrastructuur, Milieu en Innovatie) in Brussel.
Het Paralia Nature project is een multidisciplinaire samenwerking tussen overheden,
zeehavens, universiteiten en natuurinstanties met de bedoeling om ervaring uit te
wisselen en kennis te delen op het vlak van praktische oplossingen ten aanzien van het
Europese habitatrichtlijn in relatie tot havenontwikkeling. Paralia koppelt de bevin-
dingen uit de praktijk weer terug met de Europese Commissie, waarbij ook aan hun
wordt gevraagd hoe ze over de voorgestelde oplossingsrichingen denken.
10
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
C O 2 U I T S T O O T
2.1 InleidingZeeland Seaports streeft ernaar om de CO2 uitstoot van de eigen bedrijfsvoering te
verminderen. Dit doen wij door actief maatregelen ten uitvoer te brengen die onze
uitstoot verder verlagen. Daarnaast compenseren wij de CO2 die we niet meer
kunnen reduceren via het Zeeuws Klimaatfonds.
2.2 CO2 footprint eigen bedrijfsvoeringIeder jaar wordt er door een interne werkgroep een CO2-footprint opgesteld van de
eigen bedrijfsvoering. Door het meten en vergelijken van deze totale emissie kan
worden beoordeeld of er (extra) maatregelen dienen te worden genomen om de doel-
stelling te behalen; in 2015 100 ton CO2-reductie ten opzichte van 2010 (toen totaal 617 ton).
Uit de resultaten van 2012 blijkt dat we inmiddels 100 ton CO2-reductie hebben
gehaald ten opzichte van 2010. Om onszelf verder uit te dagen is de ambitie voor 2015
bijgesteld met nog eens 50 ton CO2-reductie.
Als compensatie voor de CO2-uitstoot als gevolg van onze bedrijfsvoering, wordt jaar-
lijks een bijdrage betaald aan het Zeeuws Klimaatfonds. Dit fonds investeert het geld
op haar beurt in duurzame energieprojecten welke weer leiden tot vermindering van
de CO2-uitstoot.
2.2 Project Walstroom
Uit het, mede door de projectgroep Vitaal Sloegebied en Kanaalzone gefinancierde,
onderzoek naar de effecten van walstroom is gebleken dat het gebruik van elektriciteit
via walstroomkasten in plaats van energieopwekking via de eigen scheeps generator
in en vlakbij woonkernen een positief effect hebben op het woonklimaat. Door het
gebruik van walstroom vermindert lokaal de uitstoot van NOx en fijn stof en wordt
geluidsoverlast beperkt.
Zeeland Seaports heeft daarom in 2012 het aantal walstroomkasten voor de binnenvaart
in Terneuzen uitgebreid tot 19 stuks, zodat het totaal aantal walstroomaansluitingen op
ca. 80 uitkomt. Het betreft locaties op de Beurtvaartkade (aanvullend op de twee be-
staande walstroomkasten), de gehele oostelijke zijde van zijkanaal A en het Noorddok.
In het voorjaar van 2013 volgen nog 4 kasten in Sluiskil (Groene Wal) en Sas van Gent
(Zijkanaal H). De kasten zijn aangesloten op het betaalsysteem van Utiliq. Schippers
kunnen zich aanmelden voor dit systeem via de website www.walstroom.nl.
Op de plaatsen waar walstroom beschikbaar is, geldt nu een generatorverbod dat is opge-
nomen in de Havenverordening. De energie wordt overigens ingekocht als ‘groene stroom’.
12
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
D U U R Z A A M I N K O P E N E N C O N S U M E R E N
3.1 InleidingZeeland Seaports wil duurzaam inkopen en duurzaam consumeren, waaronder onder
meer wordt verstaan het toepassen van milieucriteria en sociale criteria in alle fasen
van het inkoopproces. Zeeland Seaports zal als duurzame consument het verbruik
beperken en afval verminderen.
3.2 Inzet LNG Omdat de toepassing van LNG (Liquefied Natural Gas) als brandstof zorgt voor een
lagere uitstoot van schadelijke stoffen. Zo is de CO2-uitstoot ca. 20 tot 25% lager dan
bij het gebruik van diesel, de NOx-uitstoot (veroorzaker van zure regen) zelfs 90%
lager en de uitstoot van SOx en fijn stof nihil, is samen met andere havens mee-
gewerkt aan een door DNV opgesteld rapport met een risicoprofiel voor het bunkeren
van LNG in de havens. De rapportage kan worden gebruikt om (toekomstige) locaties
voor het bunkeren van LNG binnen ons havengebied te bepalen.
In 2012 is ook een eerste onderzoek gedaan naar de mogelijkheden voor daadwer-
kelijke toepassing van LNG in de Zeeuwse havens. De volgende aspecten zijn daarbij
onderzocht:
• het transport zoals varen/ rijden op LNG;
• de aanleg/exploitatie van een terminal in ons beheer§gebied;
• de mogelijkheden voor een bunkerstation (eventueel gecombineerd met een terminal);
• de relatie met Bio-LNG.
Mede naar aanleiding van de verzamelde informatie is Zeeland Seaports nu beter in
staat om snel in te kunnen spelen op ontwikkelingen/initiatieven vanuit de markt.
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
14
3.3 Zeehaven Innovatie Project (ZIP-project)Omdat is gebleken dat de uitvoering van de (onderhouds) baggerwerkzaamheden
voor een groot deel bepalend zijn voor de totale CO2-uitstoot van de eigen bedrijfs-
voering is onderzoek gedaan naar de (innovatieve) mogelijkheden voor het vermin-
deren van de baggerinspanning voor de Zeeuwse havens in de toekomst, uiteraard
zonder dat daarbij de toegankelijkheid van de zeehavens in gevaar komt.
In 2012 zijn twee workshops georganiseerd waarbij besloten is tot uitvoer van een
praktijkproef in de Sloehaven (Vlissingen) in 2013. Dit onderzoek, waaronder de uit-
voering van de praktijkproef, wordt gesubsidieerd door het ministerie van I en M.
3.4 HavenafvalplanDe Wet Voorkoming Verontreiniging Zeeschepen vereist dat havens beschikken over
een havenontvangstvoorziening voor de inzameling van afval afkomstig van zee-
schepen.
In afwijking van de de overige Nederlandse zeehavens heeft Zeeland Seaports in
2007 voor een 100% financieringssyteem gekozen.
Dit systeem voorziet in een verplichte financiële bijdrage voor elk scheepsbezoek. Het
idee achter het 100% financieringssysteem is dat de administratieve afhandeling van het
inleveren van scheepsafval wordt vereenvoudigd. In 2012 bezochten ongeveer 5700
schepen onze havens. Daarvan hebben 2900 schepen daadwerkelijk afval afgegeven. De
totale ingezamelde hoeveelheid afval bedroeg 17.000 kubieke meter scheepsgebonden
afval. Sinds de nieuwe regeling in 2007 wordt door zeeschepen gestaag meer afval af-
gegeven. In 2011 werd deze trend enigszins ondermijnd. Voor 2012 is echter weer sprake
van aanmerkelijke toename van de hoeveelheid afge geven scheepsgebonden afval.
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
Jaar Calls Betalende schepen Afgevende schepen Afval in M3
2012 5706 4662 2870 16618
2011 5932 4723 3172 11035
2010 5887 4519 2415 13851
2009 4946 4018 1815 12368
2008 6417 4463 1876 13825
2007 4524 4524 1441 7691
2006 4732 4732 993 4214
2005 4894 4894 752 4871
3.5 Onderzoek duurzaam aanbesteden In 2012 is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van duurzaam aanbesteden bij
de civieltechnische projecten van Zeeland Seaports. Het lijkt erop dat gebruik van de
CO2 prestatieladder van de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden & Ondernemen
(SKAO) hierbij als methode voor gebruik door Zeeland Seaports geschikt is. De CO2
prestatieladder is een instrument in het aanbestedingsproces waarmee aanbeste-
ders bedrijven die CO2-reductie serieus nemen kunnen ‘belonen’. Een groot deel
van de markt, waaronder aannemers en baggerbedrijven, is al aangesloten bij de
SKAO en/of bezig met onderzoek naar hun trede op de prestatieladder. Afgesproken
is dat we de CO2 prestatieladder van de SKAO voor het eerst gaan toepassen in 2013.
16
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
D U U R Z A A M O N D E R N E M E N I N D E H A V E N
4.1 InleidingZeeland Seaports bevordert, vanuit de rol en verantwoordelijkheid als haven beheerder
en ontwikkelaar, het duurzaam ondernemen in de Zeeuwse zeehavens. Wij sporen dan
ook bedrijven aan om hun bedrijfsvoering zo in te richten dat sprake is van een even-
wichtige benadering van zowel People, Planet als Profit.
Bovenstaande komt in de praktijk tot uiting door:
• bij nieuwe vestigingen, het toepassen van duurzame innovaties en schone tech-
nologieën als selectiecriterium mee te nemen;
• nieuwe bedrijven te selecteren die optimaal gebruik kunnen maken van de
beschikbare fysieke en milieuruimte;
• bestaande bedrijven uit te dagen om het fysieke en milieuruimte-beslag te mini-
maliseren door hun terrein/proces zo efficiënt mogelijk in te richten;
• bedrijven aan te sporen om het principe te omarmen dat mensen een belangrijk
kapitaal van de ondernemingen in onze havens zijn (Driven by Dedication) en dit in
hun personeelsbeleid daadwerkelijk tot uiting brengen.
4.2 Deelname Biopark Terneuzen Biopark Terneuzen is samen met Ghent Bio Energy Valley founding partner van
Bio Base Europe. De grensoverschrijdende samenwerking voor de ontwikkeling van
de Kanaalzone tot het innovatiecentrum voor de biogebaseerde economie.
Zeeland Seaports heeft met Biopark Terneuzen de weg gevonden naar een unieke en
innovatieve oplossing om duurzame groei te verwezenlijken. Biopark Terneuzen
vertegenwoordigt een nieuwe manier van denken in de creatie van agro-industriële
duurzaamheid. Onder de noemer ‘Smart Linking’ promoot en faciliteert Biopark
Terneuzen de exploitatie van synergiën tussen bedrijven die zijn gevestigd, of zich
willen vestigen, in ons havengebied rond het Kanaal Gent-Terneuzen. Het helpt de
potentie van de uitwisseling en het gebruik van elkaars bij- en afvalproducten van de
bedrijven te maximaliseren. Dit worden dan grondstoffen of aanvullingen op de
energievoorzieningen van het eigen productieproces. Hiermee worden niet alleen
kosten bespaard maar wordt ook een positieve bijdrage geleverd aan het milieu.
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
18
Als partner binnen Biopark Terneuzen wordt door Zeeland Seaports zowel financieel als
in menskracht ondersteuning geleverd. In 2012 vond de officiële opening plaats van de
proeffabriek in Gent en het opleidingscentrum in Terneuzen
4.3 Duurzame glastuinbouw/WarmCO2
WarmCO2 houdt zich bezig met het beheer van de warmwatertransportleidingen en
de rest-CO2 transportleiding, gekoppeld tussen Yara en het glastuinbouwgebied
Glastuinbouw Zeeuws-Vlaanderen. Deze koppeling tussen Yara en de kassen maakt
dit glastuinbouwgebied tot een van de duurzaamste van Europa. De inrichting van
het glastuinbouwgebied vindt gefaseerd plaats. In de Smidsschorrepolder zijn in
2012 drie commerciële tuinders gevestigd. De Autrichepolder is inmiddels ook
bouwrijp gemaakt en in een latere fase zal ook het zuidelijk deel van de Koegorspol-
der worden ingericht. Uiteindelijk zullen er kassen worden gebouwd met een totaal
(netto) glasoppervlak van bijna 250 ha. De resterende oppervlakte wordt onder
andere gebruikt voor wegen, fietspaden, sloten en watergangen, leidingstraten,
waterberging en zeker niet in de laatste plaats voor een passend landschappelijke
(groene) aankleding.
WarmCO2 > Greenhouse complexWarmCO2 manages the distribution of heat and CO2 within the Bioparkconcept.
Biomass plant > Heros (Ecopark)The biomass plant supplies water to the Heros Water Purification facility.
Cargill > NedalcoCargill delivers residues of starch, purified water, energy and steam to Nedalco.
Yara > WarmCO2Yara delivers CO2 and heat to WarmCO2.
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
4.4 Multi Utility Providing Het project MUP, wat staat voor Multi Utility Providing is een initiatief van Zeeland
Seaports om te komen tot een uniform buisleidingnetwerk ter bevordering van de
duurzame industrie in de Kanaalzone. Via dit leidingnetwerk kunnen zogenaamde
smartlinks tot stand worden gebracht. Bij een smartlink maakt een bedrijf gebruik
van de reststromen van een ander bedrijf. Dit kan kostenbesparend werken maar
bovendien verminderen de smartlinks de hoeveelheid reststoffen die in het milieu
terechtkomt.
Het buisleidingtracé voor dit netwerk moet in overleg met zowel publieke als private
partijen en met oog voor toekomstige ontwikkelingen definitief planologisch worden
vastgelegd. Hierbij is in 2012 gestart met de planMER procedure, i.s.m. gemeente
Terneuzen. In het planMER wordt een VoorKeursAlternatief (VKA) gedefinieerd,
waarbij, in overleg met het Rijk, een bundeling wordt aangegaan met een strook voor
buisleidingen van nationaal belang.
Voor een rendabel MUP is het belangrijk dat er concrete koppelingen kunnen worden
gemaakt tussen bedrijven langs de Kanaalzone. In 2012 heeft een inventarisatie plaats-
gevonden van mogelijke koppelingen. Hieruit is één koppeling naar voren gekomen die
op korte termijn te realiseren valt, waarbij partijen nog wel exact moeten bepalen om
welke stoffen het exact zal gaan.
4.5 Green Award BinnenvaartHet Green Award programma voor de binnenvaart is afgeleid van het gelijknamige
keurmerk dat in 1994 voor de zeevaart werd ingevoerd. Inmiddels zijn 350 binnenvaart-
schepen gecertificeerd en zijn er 8 havens die een korting op het havengeld geven.
Tijdens het Jaarcongres van de Nederlandse Vereniging van Binnenhavens (NVB)
op 5 oktober jl. werd een intentieverklaring ondertekend door Haven Amsterdam,
Gemeente Bergen op Zoom, Gemeente Utrecht, Havens Limburg en Zeeland Seaports.
Deze partijen vertegenwoordigen 15 havens die ook toegezegd hebben de door Stichting
Green Award gecertificeerde schepen te gaan belonen. De zeehavens dragen van 2012
tot en met 2015 € 35.000 per jaar bij aan de exploitatiekosten. Door de subsidies zijn de
certificeringskosten voor de binnenvaartondernemer beperkt tot 400 euro voor een cer-
tificaat dat drie jaar geldig is.
Voor gecertificeerde binnenvaartschepen zal dit een korting op het havengeld betekenen
in de Zeeuwse havens.
4.6 Green Award ZeevaartGreen Award is in 1994 ingevoerd om de kwaliteit van de zeeschepen te bevorderen.
Over de hele wereld zijn (op vrijwillige basis) schepen, rederijen en oliemaatschap-
pijen door Green Award gecertificeerd op het gebied van kwaliteit, veiligheid en
milieu. De voordelen voor de extra schone, extra veilige schepen zijn: verbetering
van imago, een betere positie bij ladingverwerving en kortingen op onder meer
zeehavengelden, loodsen en cursussen. De korting in de Zeeuwse havens bedraagt
6% van het zeehavengeld en wordt op verzoek uitbetaald.
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
20
4.7 Environmental Ship Index korting (ESI)Het doel van deze regeling is het stimuleren van de reductie van uitstoot van NOx,
SOx, fijnstof en CO2 (zie esi.wpci.nl). Zeeschepen die gecertificeerd zijn op basis van
Environmental Ship Index korting (ESI) krijgen binnen de Zeeuwse havens korting op
het havengeld. De hoogte van de korting is weer afhankelijk van de ESI score van het
zeeschip.
4.8 Zeeuws off-shore Wind project (ZOWP)ZOWP betreft de inzet voor een gezamenlijke promotie en ontwikkeling van een offshore
windpark in het gebied ‘Zeeuwse kust/Borssele’. De deelnemers van dit initiatief zijn
naast Zeeland Seaports, Heerema, Verbrugge Zeeland Terminals BV, Zeeuwind, ZMf en
Delta. Het initiatief loopt vooralsnog tot 31 december 2014.
4.9 Energieproductie windmolens in havengebied Binnen het Zeeuwse havengebied bevinden zich diverse windmolens met een geza-
menlijk vermogen van 99 MW (Vlissingen 55 MW en Terneuzen 44 MW)
4.10 Samenwerkingsverband gebiedsontwikkeling Zeeuws-Vlaamse KanaalzoneIn het kader van het samenwerkingsverband gebiedsontwikkeling Zeeuws-Vlaamse
Kanaalzone (Provincie Zeeland, gemeente Terneuzen, BZW, Kring van Werkgevers,
ZMF, Rijkswaterstaat, Zeeland Seaports) is gewerkt aan de vaststelling van een aan-
tal gezamenlijke milieu- en duurzaamheidsambities op het gebied van:
• beperking CO2-emissies;
• intensief ruimtegebruik;
• natuurontwikkeling;
• mobiliteit/modal split.
Deze ambities vormen het toetsingskader voor het uitvoeren van diverse acties,
waaronder het project Walstroom (zie paragraaf 2.2).
4.11 Interreg IV duurzame havens project zonne-energie Zeeland Seaports neemt deel in het project Duurzame Zeehavens waarvoor eind
2012 door Interreg een subsidie is toegekend. Zeeland Seaports werkt hierin nauw
samen met de havens van Gent, Antwerpen, Oostende en Zeebrugge rondom het
thema duurzaamheid, waarbij kennisuitwisseling centraal staat. Elke projectpartner
zal binnen dit project een eigen onderzoek uitvoeren rondom een duurzaamheids-
thema. Zeeland Seaports heeft hiervoor een onderzoeksvoorstel opgesteld om te
onderzoeken of er mogelijkheden zijn om op grote schaal zonne-energie op te wekken
en te gebruiken binnen het Zeeuwse havengebied. In 2013/2014 zal dit onderzoek
daadwerkelijk worden uitgevoerd. Vanuit de projectgroep Vitaal Sloegebied en Kanaal-
zone wordt het project ook financieel ondersteund.
22
Mil ie u j a a r V e r S l a G 2 012
M V O - V E R K L A R I N G
Duurzaam ondernemen in de havenZeeland Seaports vervult een regierol binnen de havengemeenschap. Vanuit die rol bevorderen
wij het duurzaam ondernemen in de haven. Wij hebben de taak om ook voor toekomstige
generaties een leefbare planeet achter te laten. En alleen als wij de totale performance van
het haven- en industriecomplex kunnen verbeteren, is onze Licence to Operate voor de toe-
komst veilig gesteld. Wij sporen dan ook bedrijven aan om hun bedrijfsvoering zo in te richten
dat sprake is van een evenwichtige benadering van zowel People, Planet als Profit.
Maatschappelijke betrokkenheid Succesvolle uitvoering van de activiteiten en plannen van Zeeland Seaports vraagt om een
goede verstandhouding met alle betrokken stakeholders. Zij worden proactief betrokken bij
lopende zaken en nieuwe ontwikkelingen. Zeeland Seaports neemt de wensen en inzichten
van haar stakeholders mee in haar planvorming. Zeeland Seaports levert een bijdrage aan
de leefbaarheid van de omgeving in de vorm van sponsoring en bijdragen aan activiteiten die
ten goede komen aan de gemeenschap rond onze havens.
NatuurbeleidWe zijn ons bewust van het belang van biodiversiteit en de kwetsbaarheid van het ecosys-
teem en we handelen vanuit het algemeen maatschappelijk belang door te hechten aan de
bescherming van natuur en milieu in het natuurgebied Westerschelde. Zeeland Seaports wil
haar ontwikkelingsplannen in balans brengen met natuur en milieu. Dit doen we door de
verscheidenheid aan flora en fauna op uitgeefbare terreinen te behouden en op niet-uitgeef-
bare terreinen daar waar mogelijk te versterken.
Human Resource Management Het HRM beleid van Zeeland Seaports wil de vitaliteit en effectiviteit van Zeeland Seaports
en haar medewerkers bevorderen, door de doeleinden en wensen van de medewerkers zo
goed mogelijk af te stemmen op de doelstellingen van Zeeland Seaports, rekening houdend
met de beschikbare middelen.
Duurzaam inkopen en consumerenZeeland Seaports wil duurzaam inkopen en duurzaam consumeren. Onder duurzaam inkopen
verstaan we het toepassen van milieucriteria en sociale criteria in alle fasen van het inkoop-
proces. Zeeland Seaports wil als duurzame consument haar verbruik beperken en afval
verminderen.
CO2 uitstootZeeland Seaports wil de eigen CO2 uitstoot verminderen. Dit doen wij door actief maatregelen
te nemen om onze uitstoot te verlagen. Daarnaast compenseren wij de CO2 die we niet meer
kunnen reduceren, via het Zeeuws Klimaatfonds.
0902
33