’t Prisma, een school met een taalprofiel!

Leerlingen met leesproblemen hebben extra instructie en begeleide oefening nodig om het lezen onder de knie te krijgen. Connect is het programma dat wij inzetten voor zwakke lezers uit groep 3 en 4. Het totale programma bestaat uit drie afzonderlijke delen, namelijk

1. 'Connect Klanken en Letters' (voor de periode oktober-februari in groep 3), 2. 'Connect Woordherkenning' (voor de periode februari-juni groep 3) en 3. 'Connect Vloeiend Lezen' (voor groep 4).

Binnen Connect wordt een verbinding gelegd tussen schrijven en lezen. Uit onderzoek is namelijk gebleken dat dit een positief effect heeft op het leren lezen. Connect is geen vervanging van de leesinstructie in de klas, maar een aanvullend programma voor zwakke lezers. De leerkracht en leerling(en) werken minimaal drie keer per week in sessies van 20 minuten aan de instructietafel met het programma. Connect is een zeer gestructureerd programma. Om het effect zo groot mogelijk te laten zijn voeren we het zo nauwkeurig mogelijk uit. Tijdens de uitvoering van het programma houden we rekening met drie pedagogische basisbehoeften van de leerling, namelijk relatie, competentie (“het gevoel dat je iets goed kunt”) en autonomie (“het gevoel dat je zelf ergens verantwoordelijk voor bent”).

“Connect lezen,

wat is dat nu weer?”

’t Prisma, een school met een taalprofiel!

Voor de opbouw van een goede relatie met de leerling is het van belang dat er gewerkt wordt in een sfeer van veiligheid, genegenheid en enthousiasme. Om tegemoet te komen aan de behoeften van autonomie schept de leerkracht ruimte voor de individuele inbreng van de leerling. De leerling kan bijvoorbeeld zelf leesteksten uitkiezen of bij het samen lezen de tekst verdelen. Dit bevordert de motivatie en betrokkenheid van de leerling. Om de competentiebeleving van de leerling te versterken is het opdoen van succeservaringen van belang. Als iets goed gaat, vind je het leuker. Een ander aandachtspunt is het werken in de zone van naaste ontwikkeling. Dit houdt in dat er gewerkt wordt met taken op een niveau dat de leerling nog net niet zelfstandig aankan, maar onder begeleiding toch succesvol kan volbrengen. Op deze manier wordt het bereiken van een hoger niveau gestimuleerd.Hieronder meer informatie over de afzonderlijke delen. 1. 'Connect Klanken en Letters' Deze techniek is bestemd voor de fase waarin leerlingen de letters leren. Dus de periode oktober t/m februari in groep 3. De techniek kan worden gebruikt voor preteaching (uitleg en instructie voorafgaande aan de les), maar ook voor kinderen die later uitvallen. Overigens is het ook mogelijk de techniek klassikaal in te zetten. Met deze techniek zijn we er vroeg bij om het aanvankelijk lezen zo voorspoedig mogelijk te laten verlopen. We verbeteren het klankbewustzijn, de klank-letterkoppeling en het technisch lezen. Gedurende 1 week staat telkens 1 letter centraal.

2. 'Connect Woordherkenning' Dit onderdeel is bedoeld voor leerlingen in de fase van het aanvankelijk lezen die bijna alle letters vlot en goed kunnen benoemen, maar moeilijkheden ervaren met de omzetting van letters binnen woorden. Het gaat hierbij om de periode februari t/m juni in groep 3. We oefenen het herkennen van woorden met medeklinkersclusters zoals bloem, park, stroop en vorst. Maar ook 2-lettergrepige en 3 lettergrepige woorden zoals vuurrood en appelboom. Bij het oefenen is nauwkeurigheid belangrijker dan tempo 3. 'Connect Vloeiend Lezen' (voor groep 4).

Connect Vloeiend Lezen is een programma voor kinderen in groep 4, die de aanvankelijke leeshandeling beheersen, maar niet komen tot het automatiseren daarvan. De centrale doelen zijn: leeskilometers maken en het komen tot vloeiendheid. Ter bevordering van deze vloeiendheid wordt gebruik gemaakt van herhaald lezen. Binnen een connectsessie wordt een tekst meerdere malen gelezen. Connect Vloeiend Lezen kan in kleine groepjes (2 of 3leerlingen) onder begeleiding van de leerkracht worden uitgevoerd. Bij Connect Vloeiend Lezen worden drie leestechnieken gehanteerd die bedoeld zijn om het lezen te vergemakkelijken en een succeservaring tot stand te brengen:

’t Prisma, een school met een taalprofiel!

• voorlezen: de leerkracht leest vloeiend voor, de leerlingen wijzen bij met een bijwijskaartje. • simultaan lezen (‘koor lezen'): leerkracht en leerlingen lezen gelijktijdig dezelfde tekst hardop. De leerlingen wijzen bij met een bijwijskaartje. • duo lezen: één leerling leest de tekst hardop terwijl de andere leerling uit het duo bijwijst met een bijwijskaartje. Wanneer de lezer aarzelt of een leesfout maakt, blijft de bijwijzer even bij het woord hangen met het bijwijskaartje. Eventueel zegt de bijwijzer een deel van het woord voor.

Het maken van leeskilometers is erg belangrijk voor het komen tot vloeiend lezen. Hiervoor is het van belang dat de leerling plezier heeft in het lezen. Leesplezier en leesmotivatie kunnen gestimuleerd worden door de aantrekkelijk- heid van het boekje, de kwaliteit van de sociale interactie rondom het boekje en de succeservaring. Er wordt gewerkt met boekjes die de leerlingen in veel gevallen zelfstandig nog niet aankunnen. Boekjes van een wat hoger niveau zijn inhoudelijk interessanter en bieden een rijkere context, waar de leerlingen meer houvast aan hebben. Het is niet bezwaarlijk om op een wat hoger niveau te lezen, aangezien de leerling hier veel ondersteuning bij krijgt.