20
Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie

Hoofdstuk 3:

Inleiding datacommunicatie

Page 2: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Wat is datacommunicatie?

“Overbrengen van (digitale) gegevens tussen twee communicatiemiddelen over een bepaalde afstand.”

• tekst

• beeld

• geluid

• computers

• mobiele telefoons

• fax

• buzzer

• radio

• ……….

Page 3: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

“Overbrengen van (digitale) gegevens tussen twee

communicatiemiddelen over een bepaalde afstand.”

Page 4: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Voor welke doeleinden (functies) wordt datacommunicatie gebruikt?

Berichtenuitwisseling (bijv. email, buzzer)

Beeld- en geluidoverdracht (bijv. TV en mobiele telefoon)

Besturen van apparaten (bijv. afstandbediening)

Data-uitwisseling tussen computers (netwerken)

Page 5: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Wat is de meerwaarde (voordelen) van datacommunicatie

Geografische barrières worden weggenomen

Kostenbesparing

Snelle toegang tot bedrijfsinformatie

Koppelen van verschillende systemen

Page 6: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

De techniek(Een stukje natuurkunde!!)

Een computer werkt met gelijkspanning.

Page 7: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Een nadeel van gelijkspanning is dat het alleen werkt over korte afstanden (In de computer).

We zoeken dus een mogelijkheid om de bits (gecodeerd d.m.v. gelijkspanning) over een grote afstand te transporteren.

De oplossingen hiervoor:

Page 8: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Wat hebben beide gemeen?

Een golvende beweging die zich in alle richtingen verspreidt.(vergelijking met een steen in het water)

Eén trilling (=1 x positieve en 1 x negatieve spanning) noemen we een periode. De frequentie (perioden per seconden) wordt uitgedrukt in Hertz.

tijd

Page 9: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Indeling naar frequentie

Geluid (hoorbaar)

Radiogolven

Microgolven

Infrarood

1 MegaHz

30 Hz-16KiloHz

1 GigaHz

1 TeraHz

Licht 100 TeraHz

16.000

1.000.000

1.000.000.000

1.000.000.000.000

100.000.000.000.000

Geluid (hoorbaar)

Radiogolven

Microgolven

Infrarood

1 MegaHz

30 Hz-16KiloHz

1 GigaHz

1 TeraHz

Licht 100 TeraHz

16.000

1.000.000

1.000.000.000

1.000.000.000.000

100.000.000.000.000

Draadloos

Page 10: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

• Via telefoonkabel (twisted pair) 100 kHz over 3 km

25 MHz over 100 m

• Via televisiekabel (coax) 50 MHz over 2km (baseband)

400 MHz over 50 km (broadband)

• Via glasvezel theoretisch 50 TeraHz

Indeling naar frequentieVia een kabel

Page 11: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Hoe ziet het plaatje er nu uit?

Page 12: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Omzetting van gelijkstroomsignaal met betekenis naar wisselstroomsignaal met dezelfde betekenis

Page 13: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Wat doet een modem dus?

Een modem (moduleren/demoduleren) zet aan de ene kant een binair signaal op een draaggolf zodat er een ‘betekenisvolle’ golf ontstaat (=moduleren). Aan de andere kant haalt het modem het signaal binnen en zet het om in een draaggolf en een binair signaal dat begrijpelijk is voor de computer (=demoduleren).

Page 14: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Vormen van moduleren

Binair signaal

Amplitude-modulatie

Frequentie-modulatie

Fase-modulatie

Page 15: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Transmissie(overdracht)snelheid

• In computertermen spreken we van

bits per seconde (bps)

• Een telefoonlijn haalt normaal 9600 bps. Door allerlei technieken kan dat echter oplopen tot 14K4, 28K8, 36K6 en 56K6 bps

Page 16: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Wat is er nodig voor het verzenden van data?

• Apparatuur (bijv. computers)

• Verbinding (kanaal gevormd door bepaald medium)

• Communicatiesoftware

Page 17: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Wat is een netwerk?

• Wanneer 2 of meer computers met elkaar communiceren dan spreken we van een netwerk.

• Ook hier is sprake van apparatuur (netwerkkaarten, modem, .….) verbindingen (kabels, satellieten, …...) software (netwerkbesturingssoftware)

Page 18: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Transmissieproblemen

Tijdens het transport van data kunnen zich velerlei problemen voordoen. Hier volgen er enkele:

• gegevens komen niet of verkeerd aan (transmissiefouten)

• ontvangende computer kan snelheid van binnenkomende bits niet verwerken (oplossing: flow-control)

Page 19: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

Protocollen

• Voor datacommunicatie zijn afspraken nodig tussen zender en ontvanger. Deze afspraken noemen we protocollen.

“In een protocol staan de afspraken voor het uitvoeren van datacommunicatie beschreven”.

Page 20: Deel 1, Blok 2, Datacommunicatie Hoofdstuk 3: Inleiding datacommunicatie

E i n d e