TP SELECTIEF

Bruggen op een combinatie van natuurlijke elementen en implantaten

prothetische tandheelkunde

J.G.A. Advokaat

Als een patient met weinig betrouwbare pijlerelementen

een vaste voorziening wenst, kan de tandarts kiezen voor

bruggen op zowel natuurlijke elementen en implantaten.

Daarbij dient rekening te worden gehouden met het ver-

schil in mobiliteit van beide, wat kan leiden tot overbelas-

ting van het implantaat. Om dat probleem te voorkomen,

suggereren sommigen semiprecisieverankeringen of tele-

scoopsystemen toe te passen. Dat echter kan weer leiden

tot intrusie van de natuurlijke elementen.

De onderzoekers deden daarom een retrospectief

onderzoek naar het resultaat van behandelingen met

bruggen ter grootte van de gehele tandboog (10 tot 14

eenheden) op natuurlijke elementen en implantaten.

Daarbij werd onderscheid gemaakt tussen patienten

met een normaal en een gereduceerd parodontium.

Een parodontium werd normaal genoemd als er minder

dan eenderde deel botverlies was. Onderzoek werd

gedaan naar het optreden van caries, intrusie van

natuurlijke elementen, de levensduur van de implanta-

ten en prothetische complicaties. Er waren 19 patienten

beschikbaar voor onderzoek waarvan 10 met een gere-

duceerd parodontium.

Implantaten werden geplaatst als het parodontium

gereduceerd was, als er meer dan drie elementen ont-

braken tussen twee pijlers, of als er geen pijlers in de

molaarstreek waren. Achttien bruggen werden in de

bovenkaak geplaatst. De evaluatieperiode varieerde

tussen de 24 en 94 maanden, waarin 90 implantaten en

72 natuurlijke pijlerelementen werden geevalueerd. Een

implantaat ging verloren en drie vertoonden meer dan 2

mm botverlies. Er werd geen caries geconstateerd. Bij 3

patienten met normale parodontale steun vertoonden

vier elementen intrusie. Zij hadden alle drie een niet-

starre verbinding tussen de natuurlijke elementen en de

implantaten. De intrusie manifesteerde zich door

verticale verplaatsing van de semi-precieze verbinding

of doordat de kap onder de telescoopkroon zich api-

caalwaarts verplaatste. Complicaties door verlies van

een implantaat, intrusie van een pijler en verlies van de

kunststof finering bij 4 bruggen maakten correcties

noodzakelijk.

De onderzoekers concluderen dat:

1. het overlevingspercentage van de implantaten 99%

was en het succespercentage 96%

2. geen caries werd geconstateerd tijdens de gemiddelde

observatieperiode van 36,5 maanden

3. prothetische complicaties alleen optraden bij de groep

patienten met een normaal parodontium

4. bruggen op natuurlijke elementen en op implantaten

aanleiding kunnen geven tot intrusie van elementen

met een intact parodontium, als niet-starre verbindin-

gen worden toegepast. Bij patienten met een geredu-

ceerd parodontium en met dezelfde prothetische

voorzieningen trad geen intrusie op.

Voor de intrusie hebben zij geen verklaring. Zij vin-

den daarom dat verbinding van natuurlijke elementen

met implantaten, vermeden moet worden. Als toch tot

een verbinding wordt besloten moet deze zo star moge-

lijk zijn. Commentaar TP: Het betreft en retrospectief

onderzoek met veel variabelen en een klein aantal

patienten. Er is eerder sprake van een beschrijving van

het lot van 19 bruggen, die overigens goed functioneren,

dan van een echt onderzoek waar statistisch significante

resultaten uitkomen.

Cordaro l, Ercoli C, Rossini C, Torsello F, Feng C. Retro-

spective evaluation of complet- arch fixed partial dentures

connecting teeth and implant abutments in patients with

normal and reduced periodontal support J Prosthet Dent

2005;94:313-320

TandartsPraktijk (2005) 26:992

DOI 10.1007/BF03072716

13