7
178 | Urnenvelden hergebruikt Uit eerder onderzoek bleek dat urnen- velden in de Midden en Late IJzertijd soms werden gebruikt als nederzet- tingsterrein. In de Romeinse tijd wor- den er vaak juist nieuwe graven aange- legd op deze plekken. 2 Een systematische studie naar dit hergebruik ontbreekt echter nog. Voor mijn afstudeerscriptie heb ik nu een synthese van dit herge- bruik op de zandgronden van Noord- Brabant en Noord Limburg gemaakt. 3 Methoden en onderzoek Het onderzoek betreft een literatuurstu- die waarbij ik het hergebruik van urnen- velden heb geïnventariseerd op basis van veertien gepubliceerde urnenvelden die hergebruikt waren in de Midden en/of Late IJzertijd en/of de Romeinse tijd. Criteria voor de gekozen vindplaatsen zijn dat het grootschalige opgravingen moeten zijn die goed en duidelijk gepu- bliceerd waren. De data van de veertien vindplaatsen zijn aangevuld met data uit het proefschrift van Gerritsen voor een overzicht van de urnenvelden en over- zichten van de nederzettingen en graf- velden uit de Midden en Late IJzertijd in het gebied. Uit de publicatie van Jansen en Fokkens is een overzicht gebruikt van de daar aanwezige Romeinse nederzet- tingen en tevens is een publicatie van Hiddink gebruikt voor een overzicht van de Romeinse grafvelden in het onder- In de Late Bronstijd (1100-800 v. Chr.) en de Vroege IJzertijd (800-500 v. Chr.) zijn over een groot deel van Europa urnenvelden aangelegd. Dit zijn collectieve begraafplaatsen waar, vermoedelijk, een groot deel van de bevolking werd begraven. De graven, crematiegraven in urnen, lagen onder kleine grafheuvels die in clusters bij elkaar werden aangelegd (afb. 1). Rond 500 v. Chr. raken deze grafvelden in onbruik. Toch blij- ven het zichtbare monumenten in het landschap die soms tot op de dag van vandaag nog herkenbaar zijn. Lasse van den Dikkenberg 1 Urnenvelden hergebruikt Hergebruik van urnenvelden in de Midden en Late IJzertijd en de Romeinse tijd in Zuid-Nederland. Afb. 1 Foto opgraving So- meren, aansnijden kringgreppels. Foto: VUhbs. Westerheem augustus 2016, nr. 4

Urnenvelden Hergebruikt, Hergebruik van urnenvelden in de Midden en Late IJzertijd en de Romeinse tijd in Zuid-Nederland (Westerheem 2016/4)

Embed Size (px)

Citation preview

Urnenvelden hergebruikt | 179178 | Urnenvelden hergebruikt

Uit eerder onderzoek bleek dat urnen-velden in de Midden en Late IJzertijd soms werden gebruikt als nederzet-tingsterrein. In de Romeinse tijd wor-den er vaak juist nieuwe graven aange-

legd op deze plekken.2 Een systematische studie naar dit hergebruik ontbreekt echter nog. Voor mijn afstudeerscriptie heb ik nu een synthese van dit herge-bruik op de zandgronden van Noord- Brabant en Noord Limburg gemaakt.3 Methoden en onderzoekHet onderzoek betreft een literatuurstu-die waarbij ik het hergebruik van urnen-velden heb geïnventariseerd op basis van veertien gepubliceerde urnenvelden die hergebruikt waren in de Midden en/of Late IJzertijd en/of de Romeinse tijd. Criteria voor de gekozen vindplaatsen zijn dat het grootschalige opgravingen moeten zijn die goed en duidelijk gepu-bliceerd waren. De data van de veertien vindplaatsen zijn aangevuld met data uit het proefschrift van Gerritsen voor een overzicht van de urnenvelden en over-zichten van de nederzettingen en graf-velden uit de Midden en Late IJzertijd in het gebied. Uit de publicatie van Jansen en Fokkens is een overzicht gebruikt van de daar aanwezige Romeinse nederzet-tingen en tevens is een publicatie van Hiddink gebruikt voor een overzicht van de Romeinse grafvelden in het onder-

In de Late Bronstijd (1100-800 v. Chr.) en de Vroege IJzertijd (800-500 v. Chr.) zijn over een groot deel van

Europa urnenvelden aangelegd. Dit zijn collectieve begraafplaatsen waar, vermoedelijk, een groot deel van

de bevolking werd begraven. De graven, crematiegraven in urnen, lagen onder kleine grafheuvels die in

clusters bij elkaar werden aangelegd (afb. 1). Rond 500 v. Chr. raken deze grafvelden in onbruik. Toch blij-

ven het zichtbare monumenten in het landschap die soms tot op de dag van vandaag nog herkenbaar zijn.

Lasse van den Dikkenberg1

Urnenvelden hergebruikt Hergebruik van urnenvelden in de Midden en Late IJzertijd en de Romeinse tijd in Zuid-Nederland.

zoeksgebied.4 Het onderzoek richt zich op de twee hoofdvormen van hergebruik die we uit eerder onderzoek al kenden: het hergebruik van een urnenveld als nederzettingsterrein en het hergebruik van urnenvelden als grafveld.5 Verder heb ik gekeken naar de ontwikkeling van het hergebruik door de tijd heen. Eerst worden de twee vormen van her-gebruik besproken. Daarna wordt het hergebruik van urnenvelden als neder-zettingsterrein verder besproken. Dan wordt het hergebruik van urnenvelden als grafveld onderzocht. Hierna volgt een discussie over de mogelijke beteke-nissen van de vormen van hergebruik in de verschillende perioden. Het artikel sluit af met de conclusies van het onder-zoek. Hergebruik van urnenveldenDe vindplaatsen zijn redelijk evenwich-tig verdeeld over het onderzoeksgebied (afb. 2). Uit dit gebied zijn in totaal 234 urnenvelden bekend. Hiervan zijn er slechts 22 hergebruikt in de Midden en/of Late IJzertijd en/of de Romeinse tijd.6 We moeten dus concluderen dat minder dan 10% van de urnenvelden werd her-gebruikt. Dit onderzoek richt zich dus, vanuit het aantal urnenvelden bekeken, op de uitzonderingen. Van de veertien vindplaatsen is per peri-ode bekeken welke vormen van herge-bruik voorkwamen in welke periode

(figuur 1). Zoals werd verwacht op basis van eerder onderzoek, zien we dat in de Midden en Late IJzertijd het hergebruik van urnenvelden als nederzettingster-rein domineert. We zien echter dat er ook nog steeds hergebruik van urnen-velden als grafveld plaatsvindt en ook in de Romeinse tijd komen beide fenome-nen voor. Wel zien we dat nu het herge-bruik van urnenvelden als grafveld het meest plaatsvindt. Hergebruik van urnenvelden als nederzettingsterreinOp basis van de overzichten van Gerrit-sen en van Jansen en Fokkens zijn per-centages berekend van het aantal neder-zettingen die bij een urnenveld werden aangelegd in de verschillende perioden. Hieruit bleek dat in de Midden-IJzertijd 44% van de nederzettingen (totaal =9) bij

Afb. 1 Foto opgraving So-meren, aansnijden kringgreppels. Foto: VUhbs.

Afb. 2 Kaart onderzoeks-gebied met de veertien onder-zochte vindplaat-sen. Bron: Google-earth.

Figuur 1 Hergebruik urnen-velden per periode (aantallen her-gebruikte urnen-velden). In blauw hergebruik van urnenvelden als grafveld, in oranje hergebruik van urnenvelden als ne-derzettingsterrein. Bron: auteur.

Westerheem augustus 2016, nr. 4

Urnenvelden hergebruikt | 179178 | Urnenvelden hergebruikt

Uit eerder onderzoek bleek dat urnen-velden in de Midden en Late IJzertijd soms werden gebruikt als nederzet-tingsterrein. In de Romeinse tijd wor-den er vaak juist nieuwe graven aange-

legd op deze plekken.2 Een systematische studie naar dit hergebruik ontbreekt echter nog. Voor mijn afstudeerscriptie heb ik nu een synthese van dit herge-bruik op de zandgronden van Noord- Brabant en Noord Limburg gemaakt.3 Methoden en onderzoekHet onderzoek betreft een literatuurstu-die waarbij ik het hergebruik van urnen-velden heb geïnventariseerd op basis van veertien gepubliceerde urnenvelden die hergebruikt waren in de Midden en/of Late IJzertijd en/of de Romeinse tijd. Criteria voor de gekozen vindplaatsen zijn dat het grootschalige opgravingen moeten zijn die goed en duidelijk gepu-bliceerd waren. De data van de veertien vindplaatsen zijn aangevuld met data uit het proefschrift van Gerritsen voor een overzicht van de urnenvelden en over-zichten van de nederzettingen en graf-velden uit de Midden en Late IJzertijd in het gebied. Uit de publicatie van Jansen en Fokkens is een overzicht gebruikt van de daar aanwezige Romeinse nederzet-tingen en tevens is een publicatie van Hiddink gebruikt voor een overzicht van de Romeinse grafvelden in het onder-

In de Late Bronstijd (1100-800 v. Chr.) en de Vroege IJzertijd (800-500 v. Chr.) zijn over een groot deel van

Europa urnenvelden aangelegd. Dit zijn collectieve begraafplaatsen waar, vermoedelijk, een groot deel van

de bevolking werd begraven. De graven, crematiegraven in urnen, lagen onder kleine grafheuvels die in

clusters bij elkaar werden aangelegd (afb. 1). Rond 500 v. Chr. raken deze grafvelden in onbruik. Toch blij-

ven het zichtbare monumenten in het landschap die soms tot op de dag van vandaag nog herkenbaar zijn.

Lasse van den Dikkenberg1

Urnenvelden hergebruikt Hergebruik van urnenvelden in de Midden en Late IJzertijd en de Romeinse tijd in Zuid-Nederland.

zoeksgebied.4 Het onderzoek richt zich op de twee hoofdvormen van hergebruik die we uit eerder onderzoek al kenden: het hergebruik van een urnenveld als nederzettingsterrein en het hergebruik van urnenvelden als grafveld.5 Verder heb ik gekeken naar de ontwikkeling van het hergebruik door de tijd heen. Eerst worden de twee vormen van her-gebruik besproken. Daarna wordt het hergebruik van urnenvelden als neder-zettingsterrein verder besproken. Dan wordt het hergebruik van urnenvelden als grafveld onderzocht. Hierna volgt een discussie over de mogelijke beteke-nissen van de vormen van hergebruik in de verschillende perioden. Het artikel sluit af met de conclusies van het onder-zoek. Hergebruik van urnenveldenDe vindplaatsen zijn redelijk evenwich-tig verdeeld over het onderzoeksgebied (afb. 2). Uit dit gebied zijn in totaal 234 urnenvelden bekend. Hiervan zijn er slechts 22 hergebruikt in de Midden en/of Late IJzertijd en/of de Romeinse tijd.6 We moeten dus concluderen dat minder dan 10% van de urnenvelden werd her-gebruikt. Dit onderzoek richt zich dus, vanuit het aantal urnenvelden bekeken, op de uitzonderingen. Van de veertien vindplaatsen is per peri-ode bekeken welke vormen van herge-bruik voorkwamen in welke periode

(figuur 1). Zoals werd verwacht op basis van eerder onderzoek, zien we dat in de Midden en Late IJzertijd het hergebruik van urnenvelden als nederzettingster-rein domineert. We zien echter dat er ook nog steeds hergebruik van urnen-velden als grafveld plaatsvindt en ook in de Romeinse tijd komen beide fenome-nen voor. Wel zien we dat nu het herge-bruik van urnenvelden als grafveld het meest plaatsvindt. Hergebruik van urnenvelden als nederzettingsterreinOp basis van de overzichten van Gerrit-sen en van Jansen en Fokkens zijn per-centages berekend van het aantal neder-zettingen die bij een urnenveld werden aangelegd in de verschillende perioden. Hieruit bleek dat in de Midden-IJzertijd 44% van de nederzettingen (totaal =9) bij

Afb. 1 Foto opgraving So-meren, aansnijden kringgreppels. Foto: VUhbs.

Afb. 2 Kaart onderzoeks-gebied met de veertien onder-zochte vindplaat-sen. Bron: Google-earth.

Figuur 1 Hergebruik urnen-velden per periode (aantallen her-gebruikte urnen-velden). In blauw hergebruik van urnenvelden als grafveld, in oranje hergebruik van urnenvelden als ne-derzettingsterrein. Bron: auteur.

Urnenvelden hergebruikt | 181180 | Urnenvelden hergebruikt

een ouder urnenveld lag. In de Late IJzer-tijd lag nog 27% van de nederzettingen (totaal =11) bij een urnenveld. In de Romeinse tijd ligt nog slechts 9% van de nederzettingen (totaal =33) bij een urnenveld.7 We kunnen dus conclude-ren dat het hergebruik van urnenvelden als nederzettingsterrein sterk afneemt door de tijd heen. Opvallend was dat bij veel van de nederzettingen de huizen naast het urnenveld werden aangelegd, terwijl de spiekers vaak juist op en tus-sen de urnenveldgraven werden gebouwd. Het lijkt er dus op dat er in sommige gevallen bewust werd aange-sloten bij een urnenveld waarbij ervoor werd gekozen om de huizen naast het urnenveld te plaatsen terwijl de spiekers wel op het urnenveld werden neergezet.8 In sommige gevallen liggen echter ook de huizen op het urnenveld. Zo verdwe-nen sommige kringgreppels van het urnenveld in Haps volledig onder de nieuwe midden-ijzertijdhuizen.9 Ook bij de opgraving Breda-Huifakker werd een urnenveld deels overbouwd door een Romeinse nederzetting (afb. 3). Hergebruik urnenvelden als grafveldHet hergebruik van urnenvelden als grafveld leek op basis van de veertien onderzochte urnenvelden meer voor te komen in de Romeinse tijd dan in de Midden en Late IJzertijd. Wanneer we

dit aanvullen met data uit de publicaties van Gerritsen en Hiddink zien we ech-ter een ander beeld. In de Midden en Late IJzertijd (400-100 v. Chr.) werd 13,3% van de grafvelden (totaal =15) aan-gelegd bij een urnenveld. In de Romein-se tijd is dit nog 5,4% van de grafvelden (totaal =311).10 Anders dan werd ver-wacht, komt het hergebruik als grafveld dus relatief gezien vaker voor in de Mid-den en Late IJzertijd dan in de Romein-se tijd. We werken natuurlijk met zeer kleine datasets: van de Midden en Late IJzertijd is deze conclusie maar geba-seerd op twee grafvelden die bij een urnenveld lagen. Dit kunnen we echter wel enigszins aanvullen met data van de veertien onderzochte vindplaatsen. Hiervan hadden namelijk al zes vind-plaatsen graven uit de Midden en Late IJzertijd.11 Vaak worden nieuwe graven, zoals bijvoorbeeld bij het Romeinse graf-veld in Uden (afb. 4), aansluitend bij het urnenveld aangelegd.12

Er lijkt dan bewust aangesloten te wor-den bij het urnenveld. In andere geval-len wordt het urnenveld overbouwd door een nieuw grafveld. Zo werd in Esch-Hoogkeiteren een aantal Romeinse tumuli direct over een aantal kringgrep-pels heen aangelegd.13 Omdat we veel Romeinse grafvelden kennen die bij urnenvelden werden aangelegd, was het mogelijk om dit hergebruik nader chro-nologisch te bekijken. De data van de veertien onderzochte vindplaatsen zijn aangevuld met data uit de publicatie van Hiddink (figuur 2).14 Het blijkt dat urnenvelden met name in de 2e eeuw n. Chr. werden hergebruikt als locatie voor Romeinse grafvelden. In de 3e eeuw n. Chr. neemt het hergebruik echter sterk af en verdwijnt het volledig in de 4e eeuw n. Chr. De afname van dit hergebruik hangt samen met het ontvolken van het Maas-Demer-Schelde gebied in de 3e eeuw n. Chr.15

DiscussieVan beide vormen van hergebruik kun-nen we stellen dat ze in alle perioden

voorkomen. Het beeld dat in de Midden en Late IJzertijd urnenvelden niet als grafveld werden gebruikt, maar alleen als nederzettingsterrein klopt dus niet. Het lijkt er zelfs op dat grafvelden in deze tijd juist vaker bij urnenvelden wer-den aangelegd. Dit hergebruik komt dus

niet pas op in de Romeinse tijd, maar er lijkt, een weliswaar beperkte, voortzet-ting te zijn van het hergebruik van urnenvelden als grafveld.16 Het herge-bruik van urnenvelden als nederzet-tingsterrein komt voor in alle perioden. Vooral in de MiddenIJzertijd komt dit

Afb. 3 Opgraving Huif-akker in Breda, een kringgreppel van het urnenveld wordt hier door-sneden door een Romeins huis. Foto: gemeente Breda.

Afb. 4 Urnenveld van Slabroek met in blauw en groen het urnenveld en in rood het Romeinse grafveld. Tekening: Van den Broek 2011, 152.

Figuur 2 Grafiek hergebruik urnenvelden als grafveld in de Ro-meinse tijd. Bron: auteur.

Westerheem augustus 2016, nr. 4

Urnenvelden hergebruikt | 181180 | Urnenvelden hergebruikt

een ouder urnenveld lag. In de Late IJzer-tijd lag nog 27% van de nederzettingen (totaal =11) bij een urnenveld. In de Romeinse tijd ligt nog slechts 9% van de nederzettingen (totaal =33) bij een urnenveld.7 We kunnen dus conclude-ren dat het hergebruik van urnenvelden als nederzettingsterrein sterk afneemt door de tijd heen. Opvallend was dat bij veel van de nederzettingen de huizen naast het urnenveld werden aangelegd, terwijl de spiekers vaak juist op en tus-sen de urnenveldgraven werden gebouwd. Het lijkt er dus op dat er in sommige gevallen bewust werd aange-sloten bij een urnenveld waarbij ervoor werd gekozen om de huizen naast het urnenveld te plaatsen terwijl de spiekers wel op het urnenveld werden neergezet.8 In sommige gevallen liggen echter ook de huizen op het urnenveld. Zo verdwe-nen sommige kringgreppels van het urnenveld in Haps volledig onder de nieuwe midden-ijzertijdhuizen.9 Ook bij de opgraving Breda-Huifakker werd een urnenveld deels overbouwd door een Romeinse nederzetting (afb. 3). Hergebruik urnenvelden als grafveldHet hergebruik van urnenvelden als grafveld leek op basis van de veertien onderzochte urnenvelden meer voor te komen in de Romeinse tijd dan in de Midden en Late IJzertijd. Wanneer we

dit aanvullen met data uit de publicaties van Gerritsen en Hiddink zien we ech-ter een ander beeld. In de Midden en Late IJzertijd (400-100 v. Chr.) werd 13,3% van de grafvelden (totaal =15) aan-gelegd bij een urnenveld. In de Romein-se tijd is dit nog 5,4% van de grafvelden (totaal =311).10 Anders dan werd ver-wacht, komt het hergebruik als grafveld dus relatief gezien vaker voor in de Mid-den en Late IJzertijd dan in de Romein-se tijd. We werken natuurlijk met zeer kleine datasets: van de Midden en Late IJzertijd is deze conclusie maar geba-seerd op twee grafvelden die bij een urnenveld lagen. Dit kunnen we echter wel enigszins aanvullen met data van de veertien onderzochte vindplaatsen. Hiervan hadden namelijk al zes vind-plaatsen graven uit de Midden en Late IJzertijd.11 Vaak worden nieuwe graven, zoals bijvoorbeeld bij het Romeinse graf-veld in Uden (afb. 4), aansluitend bij het urnenveld aangelegd.12

Er lijkt dan bewust aangesloten te wor-den bij het urnenveld. In andere geval-len wordt het urnenveld overbouwd door een nieuw grafveld. Zo werd in Esch-Hoogkeiteren een aantal Romeinse tumuli direct over een aantal kringgrep-pels heen aangelegd.13 Omdat we veel Romeinse grafvelden kennen die bij urnenvelden werden aangelegd, was het mogelijk om dit hergebruik nader chro-nologisch te bekijken. De data van de veertien onderzochte vindplaatsen zijn aangevuld met data uit de publicatie van Hiddink (figuur 2).14 Het blijkt dat urnenvelden met name in de 2e eeuw n. Chr. werden hergebruikt als locatie voor Romeinse grafvelden. In de 3e eeuw n. Chr. neemt het hergebruik echter sterk af en verdwijnt het volledig in de 4e eeuw n. Chr. De afname van dit hergebruik hangt samen met het ontvolken van het Maas-Demer-Schelde gebied in de 3e eeuw n. Chr.15

DiscussieVan beide vormen van hergebruik kun-nen we stellen dat ze in alle perioden

voorkomen. Het beeld dat in de Midden en Late IJzertijd urnenvelden niet als grafveld werden gebruikt, maar alleen als nederzettingsterrein klopt dus niet. Het lijkt er zelfs op dat grafvelden in deze tijd juist vaker bij urnenvelden wer-den aangelegd. Dit hergebruik komt dus

niet pas op in de Romeinse tijd, maar er lijkt, een weliswaar beperkte, voortzet-ting te zijn van het hergebruik van urnenvelden als grafveld.16 Het herge-bruik van urnenvelden als nederzet-tingsterrein komt voor in alle perioden. Vooral in de MiddenIJzertijd komt dit

Afb. 3 Opgraving Huif-akker in Breda, een kringgreppel van het urnenveld wordt hier door-sneden door een Romeins huis. Foto: gemeente Breda.

Afb. 4 Urnenveld van Slabroek met in blauw en groen het urnenveld en in rood het Romeinse grafveld. Tekening: Van den Broek 2011, 152.

Figuur 2 Grafiek hergebruik urnenvelden als grafveld in de Ro-meinse tijd. Bron: auteur.

Urnenvelden hergebruikt | 183182 | Urnenvelden hergebruikt

Noten1 Lasse van den Dikkenberg is Research Master student archeologie aan de Universiteit Leiden en lid van de werk-

groep erfgoed educatie van de AWN.2 Roymans 1995, 6, 9; Gerritsen 2007, 349.3 Van den Dikkenberg 2015.4 Gerritsen 2003, 50, 53, 133, 293-8; Hiddink 2003, 67-75; Jansen & Fokkens 2010, 79.5 Roymans 1995, 9; Gerritsen 2007, 349.6 Gerritsen 2003, 293-8.

veel voor. Omdat in deze tijd zelfs bijna de helft van de nederzettingen bij een urnenveld werd aangelegd gaat het mogelijk om een bewuste keuze. In sommige gevallen moet een urnenveld hierbij wijken voor de nieuwe nederzet-ting. Vaak zien we echter ook dat de boerderijen juist naast, aansluitend bij, het urnenveld werden gebouwd. De spiekerstructuren daarentegen worden vaak juist op en tussen de urnenveld- graven aangelegd. Soms lijkt men spie-kers bewust te bouwen bij de oudere grafstructuren. Zo volgen de spiekers die gevonden zijn bij het urnenveld van Hilvarenbeek-Laag Spul (afb. 5) de ori-entatie van de langbedden van het urnenveld.17 Waarschijnlijk hebben we hier dus te maken met een ideologische keuze. In Oss-Zevenbergen zijn ook spiekers gevonden die in een oud graf-heuvellandschap lagen. Volgens Fok-kens werden deze spiekers hier geplaatst, omdat men hoopte, door aan te sluiten bij de voorouders, de vruchtbaarheid van het land te bevorderen. Hij wijst hierbij op etnografische voorbeelden waarbij de dodencultus in verband stond met de vruchtbaarheidscultus.18 Mogelijk speel-

de eenzelfde ideologische verwevenheid tussen de dodencultus en de vruchtbaar-heidscultus ook een rol bij de plaatsing van spiekers in urnenvelden.Het hergebruik van urnenvelden als grafveld kent net als het hergebruik van urnenvelden als nederzettingsterrein verschillende types. Soms werd een urnenveld daadwerkelijk overbouwd met nieuwe grafstructuren. Maar vaak zien we dat de nieuwe graven bewust bij het urnenveld worden aangelegd. Er lijkt dan sprake te zijn van het opnieuw in gebruik nemen van het urnenveld. Het hergebruik neemt door de tijd heen af en het verdwijnt waarschijnlijk in de 3e eeuw n. Chr., vermoedelijk door de ont-volking van het gebied in deze periode.19 De Merovingische periode is nu niet onderzocht, maar tot nu toe waren er geen aanwijzingen dat urnenvelden in deze periode nog werden hergebruikt.20 Het zou echter interessant zijn om te onderzoeken of het hergebruik van urnenvelden als grafveld weer opkomt in deze periode of dat het definitief ver-dwijnt aan het eind van de Romeinse tijd. In Engeland kennen we wel veel sporen van hergebruik van onder ande-re oude grafheuvels in de Merovingi-sche periode.21 Recent onderzoek in Vlaanderen heeft aangetoond dat daar ook grafheuvellandschappen werden hergebruikt als locatie voor grafvelden in deze periode. Het onderzoek in Vlaan-deren toonde ook aan dat mensen in het verleden geen onderscheid maakten tus-sen grafheuvellandschappen en urnen-velden. In mijn studie zijn alleen urnen-velden onderzocht, maar in het vervolg kunnen dit soort studies zich dus beter richten op het onderzoeken van zowel grafheuvels als urnenvelden, om zo een grotere dataset te verkrijgen.22

ConclusieHet beeld dat we hadden van hergebruik van urnenvelden is complexer dan in eerste instantie werd verwacht. Herge-bruik van urnenvelden als grafveld blijkt niet een typisch Romeins fenomeen te zijn, zoals werd verwacht op basis van

eerdere studies. Het blijkt ook dat her-gebruik van urnenvelden als nederzet-tingsterrein in alle perioden voorkomt. Wat de diversiteit betreft zijn de resul-taten vergelijkbaar met die van het onderzoek in Vlaanderen.23 Zowel het hergebruik van urnenvelden als neder-zettingsterrein als het hergebruik van urnenvelden als grafveldlocatie komen voor op verschillende manieren. In bei-de gevallen zien we dat soms de aanleg van een nieuwe nederzetting of een nieuw grafveld leidt tot een vernieti-ging van het oudere urnenveld. In andere gevallen zien we juist dat de nieuwe structuren aansluiten bij het oudere urnenveld. Een probleem met deze studie waren vooral de kleine data-sets, met name van Midden en late-ijzertijdvindplaatsen. Door meer recen-te opgravingen te gebruiken en door hierbij ook hergebruik van grafheuvel-landschappen in het onderzoek mee te nemen, zou een vervolgstudie meer kunnen opleveren zodat met name de verhoudingen tussen het hergebruik in verschillende perioden met meer zeker-heid vastgesteld kunnen worden. In ieder geval heeft de studie aangetoond dat we bij vervolgonderzoek de diversi-teit van mogelijk hergebruik niet moe-ten onderschatten en dat urnenvelden zeker niet geheel verdwijnen als graf-veldlocatie in de Midden-IJzertijd. SamenvattingUrnenvelden uit de Late Bronstijd en de Vroege IJzertijd werden rond 500 v. Chr. verlaten. Eerder onderzoek toonde aan dat deze urnenvelden in de Midden en Late IJzertijd soms als nederzettingster-rein werden gebruikt en dat in de

Romeinse tijd deze urnenvelden soms opnieuw als grafveld in gebruik werden genomen. Dit onderzoek, gericht op de zandgronden van Zuid-Nederland, toont aan dat het hergebruik gevarieerder is dan in eerste instantie verwacht werd. In de Midden en Late IJzertijd worden urnenvelden soms nog steeds herge-bruikt als grafveld. Dit gebruik loopt vervolgens door in de Romeinse tijd en het verdwijnt in de 3e eeuw n. Chr. met het ontvolken van het Maas-Demer-Schelde gebied. In de Midden en IJzer-tijd zien we dat nederzettingen vaak bij urnenvelden werden aangelegd, maar dit gebruik komt ook nog voor in de Romeinse tijd. SummaryLate Bronze Age and Early Iron Age urnfields were abandoned around 500 BC. Previous studies indicated that the-se urnfields were occasionally used as settlement sites in the Middle and Late Iron Age. In the Roman period these urnfields were sometimes reused as burial sites. This new study, focussing on the sandy soils of the Southern Netherlands, indicates that there was more variation in the reuse than previ-ously thought. During the Middle and Late Iron Age urnfields are also used as burial sites, this continues in the Roman period until it stops in the 3rd century AD with the depopulation of the Maas-Demer-Schelde area. During the Mid-dle and Late Iron Age the urnfields were often used as location for new settle-ments and this also continues into the Roman period.

[email protected]

Afb. 5 Vlaktekening urnenveld Hilva-renbeek-Laag Spul. Tekening: Gerritsen 2003, 124; naar Verwers 1975.

Westerheem augustus 2016, nr. 4

Urnenvelden hergebruikt | 183182 | Urnenvelden hergebruikt

Noten1 Lasse van den Dikkenberg is Research Master student archeologie aan de Universiteit Leiden en lid van de werk-

groep erfgoed educatie van de AWN.2 Roymans 1995, 6, 9; Gerritsen 2007, 349.3 Van den Dikkenberg 2015.4 Gerritsen 2003, 50, 53, 133, 293-8; Hiddink 2003, 67-75; Jansen & Fokkens 2010, 79.5 Roymans 1995, 9; Gerritsen 2007, 349.6 Gerritsen 2003, 293-8.

veel voor. Omdat in deze tijd zelfs bijna de helft van de nederzettingen bij een urnenveld werd aangelegd gaat het mogelijk om een bewuste keuze. In sommige gevallen moet een urnenveld hierbij wijken voor de nieuwe nederzet-ting. Vaak zien we echter ook dat de boerderijen juist naast, aansluitend bij, het urnenveld werden gebouwd. De spiekerstructuren daarentegen worden vaak juist op en tussen de urnenveld- graven aangelegd. Soms lijkt men spie-kers bewust te bouwen bij de oudere grafstructuren. Zo volgen de spiekers die gevonden zijn bij het urnenveld van Hilvarenbeek-Laag Spul (afb. 5) de ori-entatie van de langbedden van het urnenveld.17 Waarschijnlijk hebben we hier dus te maken met een ideologische keuze. In Oss-Zevenbergen zijn ook spiekers gevonden die in een oud graf-heuvellandschap lagen. Volgens Fok-kens werden deze spiekers hier geplaatst, omdat men hoopte, door aan te sluiten bij de voorouders, de vruchtbaarheid van het land te bevorderen. Hij wijst hierbij op etnografische voorbeelden waarbij de dodencultus in verband stond met de vruchtbaarheidscultus.18 Mogelijk speel-

de eenzelfde ideologische verwevenheid tussen de dodencultus en de vruchtbaar-heidscultus ook een rol bij de plaatsing van spiekers in urnenvelden.Het hergebruik van urnenvelden als grafveld kent net als het hergebruik van urnenvelden als nederzettingsterrein verschillende types. Soms werd een urnenveld daadwerkelijk overbouwd met nieuwe grafstructuren. Maar vaak zien we dat de nieuwe graven bewust bij het urnenveld worden aangelegd. Er lijkt dan sprake te zijn van het opnieuw in gebruik nemen van het urnenveld. Het hergebruik neemt door de tijd heen af en het verdwijnt waarschijnlijk in de 3e eeuw n. Chr., vermoedelijk door de ont-volking van het gebied in deze periode.19 De Merovingische periode is nu niet onderzocht, maar tot nu toe waren er geen aanwijzingen dat urnenvelden in deze periode nog werden hergebruikt.20 Het zou echter interessant zijn om te onderzoeken of het hergebruik van urnenvelden als grafveld weer opkomt in deze periode of dat het definitief ver-dwijnt aan het eind van de Romeinse tijd. In Engeland kennen we wel veel sporen van hergebruik van onder ande-re oude grafheuvels in de Merovingi-sche periode.21 Recent onderzoek in Vlaanderen heeft aangetoond dat daar ook grafheuvellandschappen werden hergebruikt als locatie voor grafvelden in deze periode. Het onderzoek in Vlaan-deren toonde ook aan dat mensen in het verleden geen onderscheid maakten tus-sen grafheuvellandschappen en urnen-velden. In mijn studie zijn alleen urnen-velden onderzocht, maar in het vervolg kunnen dit soort studies zich dus beter richten op het onderzoeken van zowel grafheuvels als urnenvelden, om zo een grotere dataset te verkrijgen.22

ConclusieHet beeld dat we hadden van hergebruik van urnenvelden is complexer dan in eerste instantie werd verwacht. Herge-bruik van urnenvelden als grafveld blijkt niet een typisch Romeins fenomeen te zijn, zoals werd verwacht op basis van

eerdere studies. Het blijkt ook dat her-gebruik van urnenvelden als nederzet-tingsterrein in alle perioden voorkomt. Wat de diversiteit betreft zijn de resul-taten vergelijkbaar met die van het onderzoek in Vlaanderen.23 Zowel het hergebruik van urnenvelden als neder-zettingsterrein als het hergebruik van urnenvelden als grafveldlocatie komen voor op verschillende manieren. In bei-de gevallen zien we dat soms de aanleg van een nieuwe nederzetting of een nieuw grafveld leidt tot een vernieti-ging van het oudere urnenveld. In andere gevallen zien we juist dat de nieuwe structuren aansluiten bij het oudere urnenveld. Een probleem met deze studie waren vooral de kleine data-sets, met name van Midden en late-ijzertijdvindplaatsen. Door meer recen-te opgravingen te gebruiken en door hierbij ook hergebruik van grafheuvel-landschappen in het onderzoek mee te nemen, zou een vervolgstudie meer kunnen opleveren zodat met name de verhoudingen tussen het hergebruik in verschillende perioden met meer zeker-heid vastgesteld kunnen worden. In ieder geval heeft de studie aangetoond dat we bij vervolgonderzoek de diversi-teit van mogelijk hergebruik niet moe-ten onderschatten en dat urnenvelden zeker niet geheel verdwijnen als graf-veldlocatie in de Midden-IJzertijd. SamenvattingUrnenvelden uit de Late Bronstijd en de Vroege IJzertijd werden rond 500 v. Chr. verlaten. Eerder onderzoek toonde aan dat deze urnenvelden in de Midden en Late IJzertijd soms als nederzettingster-rein werden gebruikt en dat in de

Romeinse tijd deze urnenvelden soms opnieuw als grafveld in gebruik werden genomen. Dit onderzoek, gericht op de zandgronden van Zuid-Nederland, toont aan dat het hergebruik gevarieerder is dan in eerste instantie verwacht werd. In de Midden en Late IJzertijd worden urnenvelden soms nog steeds herge-bruikt als grafveld. Dit gebruik loopt vervolgens door in de Romeinse tijd en het verdwijnt in de 3e eeuw n. Chr. met het ontvolken van het Maas-Demer-Schelde gebied. In de Midden en IJzer-tijd zien we dat nederzettingen vaak bij urnenvelden werden aangelegd, maar dit gebruik komt ook nog voor in de Romeinse tijd. SummaryLate Bronze Age and Early Iron Age urnfields were abandoned around 500 BC. Previous studies indicated that the-se urnfields were occasionally used as settlement sites in the Middle and Late Iron Age. In the Roman period these urnfields were sometimes reused as burial sites. This new study, focussing on the sandy soils of the Southern Netherlands, indicates that there was more variation in the reuse than previ-ously thought. During the Middle and Late Iron Age urnfields are also used as burial sites, this continues in the Roman period until it stops in the 3rd century AD with the depopulation of the Maas-Demer-Schelde area. During the Mid-dle and Late Iron Age the urnfields were often used as location for new settle-ments and this also continues into the Roman period.

[email protected]

Afb. 5 Vlaktekening urnenveld Hilva-renbeek-Laag Spul. Tekening: Gerritsen 2003, 124; naar Verwers 1975.

Een Romeinse Europoort aan de Schelde | 185184 | Urnenvelden hergebruikt

7 Gerritsen 2003, 50,53, 293-8; Jansen & Fokkens 2010, 79. 8 Gerritsen 2003, 124; Tol 1999, 94.9 Verwers 1972, 79.10 Hiddink 2003, 67-75; Gerritsen 2003, 133, 293-8. 11 Berkvens & Kooistra 2004, 192-3; Gerritsen 2003, 50, 89, 129-130, 294; Hiddink 2003, 67; Hiddink & de Boer

2006, 8-15; Kortlang 1999, 197; Van der Velde et al. 2009, 195; Wesselingh 1993, 115-131; Tol 1999, 92.12 Van den Broeke 2011, 152.13 Hurk 1980, 382-386.14 Hiddink 2003, 67-75.15 Hiddink 2003, 5.16 Roymans 1995; Gerritsen 2007, 349.17 Gerritsen 2003, 124.18 Fokkens 2013, 150-152.19 Hiddink 2003, 5; Hurk 1980, 382-386.20 Roymans 1995, 9.21 Williams 1997, 6-7, 14.22 Van Beek & Mulder 2014, 311, 316.23 Van Beek & Mulder 2014, 317.

Literatuurlijst Beek, R. van & G. de Mulder, 2014: Circles, Cycles and Ancestral Connotations. The Long term History and Percep-

tion of Late Prehistoric Barrows and Urnfields in Flanders (Belgium), Proceedings of the Prehistoric Society 80, 299–326.

Berkvens, R. & L.I. Kooistra, 2004: De laat-prehistorische bewoning: interpretatie en conclusies, in: C.W. Koot, R. Berkvens (eds), Bredase akkers eeuwenoud 4000 jaar bewoningsgeschiedenis op de rand van zand en klei. Rappor-tage Archeologie Monumentenzorg 102, Breda, 191-210.

Broek, A. van den, 2011: De Culturele biografie van het grafveld Slabroekse Heide. Een grafveld op de Maashorst uit de prehistorie en Romeinse tijd, Leiden, (MA-scriptie Universiteit Leiden).

Dikkenberg, L. van den, 2015: Verleden hergebruikt De betekenis van urnenvelden in de Midden- en Late IJzertijd en in de Romeinse tijd op de Zuid-Nederlandse zandgronden, Leiden (BA-scriptie).

Fokkens, H., 2013: Post alignments in the barrow cemeteries of Oss-Vorstengraf and Oss-Zevenbergen, in: D. Fon-tijn, A.J. Louwen, S. van der Vaart en K. Wentink (eds.), Beyond Barrows Current research on the structuration and perception of the Prehistoric Landscape through Monuments, Leiden, 141-154.

Gerritsen, F.A., 2003: Local Identities Landscape and Community in the Late Prehistoric Meuse-Demer-Scheldt Region, Amsterdam (PhD-Thesis).

Gerritsen, F.A., 2007: Familiar landscapes with unfamiliar pasts? Bronze Age barrows and Iron Age communities in the southern Netherlands, in: C. Haselgrove, R. Pope (eds.), The earlier Iron Age in Britain and the near Conti-nent, Oxford, 338-353.

Hiddink, H., 2003: Het grafritueel in de Late IJzertijd en Romeinse tijd in het Maas-Demer-Scheldegebied, in het bijzon-der van twee grafvelden bij Weert, Amsterdam.

Hiddink, H.A. & E. de Boer 2006: Inventariserend veldonderzoek door middel van proefsleuven in het plangebied Weert-Laarveld , Proefsleuf 1-146, Zuidnederlandse Archeologische Notities 68, Amsterdam.

Hurk, L.J.A.M. van der, 1980: The tumili from the Roman period of Esch, province of North Brabant 3, Berichten Rijksdienst Oudheidskundig Bodemonderzoek 30, 367-392.

Jansen, R. en H. Fokkens, 2010: Central places of the 1st and 2nd century AD in the Maaskant region (Southern Ne-therlands), Probleme der Küstenforschung 33, 68-81.

Kortlang, F., 1999: The Iron Age urnfield and settlement from Someren-Waterdael, in: F. Theuws, N. Roymans, E.M. Moorman, W. Roebroeks (eds), Land and ancestors. Cultural dynamics in the Urnfield period and the Middle Ages in the southern Netherlands, (Amsterdam Archaeological Studies 4), Amsterdam, 133-198.

Roymans, N., 1995: The cultural biography of urnfields and the long-term history of a mythical landscape, Archaeo-logical Dialogues 1995-1, 2-38.

Tol, A.J., 1999: Urnfield and settlement traces from the Iron Age at Mierlo-Hout, in: F. Theuws, N. Roymans, E.M. Moorman, W. Roebroeks (eds), Land and ancestors. Cultural dynamics in the Urnfield period and the Middle Ages in the southern Netherlands (Amsterdam Archaeological Studies 4), Amsterdam, 87-132.

Velde, H.M. van der & W. Roessingh, H.C.G.M. Vanneste, 2009: Synthese, in: W. Roessingh, H.C.G.M. Vanneste (eds), Cuijk – Heeswijkse Kampen De archeologische opgraving van vindplaats 4 en 7, ADC Rapport 1173, Amersfoort.

Verwers, G.J., 1972: Das Kamps Veld in Haps in Neolithikum, Bronzezeit und Eisenzeit, Leiden, Analecta Praehisto-rica Leidensia 5, 1-170.

Verwers, G.J. & C.C. Bakels, 1975: Urnenveld en Nederzetting te Laag Spul Gemeente Hilvarenbeek, Leiden, Ana-lecta Praehistorica Leidensia 8, 23-43.

Wesselingh, D., 1993: Oss-IJsselstraat Iron Age graves and a native Roman settlement, Leiden, Analecta Praehisto-rica Leidensia 26, 111-138.

Williams, H.M.R., 1997: Ancient Landscapes and the dead: the reuse of prehistoric and Roman monuments as early Anglo-Saxon burial sites., Medieval Archaeology 41, 1-31.

Sinds de Nehalennia-altaren uit de Schelde werden geborgen, weten we dat er in de Scheldemonding

een Romeinse zeehaven was. Onlangs werd geopperd, dat de recent opgegraven Romeinse haven van

Voorburg-Arentsburg ook een rol heeft gespeeld als overslaghaven voor maritieme handel en transport.

Was er in het Nederlandse rivierengebied een aantal maritieme havens actief?

Antony Kropff1

Een Romeinse Europoort aan de Schelde

We onderzoeken het overzeese transport vanuit het Nederlandse rivierengebied tussen circa 150 en 250 n. Chr. Welke goederen werden via de rivieren aange-voerd en waar werd vracht van rivier-schepen overgeslagen op zeeschepen?

Export vanuit het Nederlandse rivierengebiedEigen exportVan de Beneden-Rijndelta werd onlangs vastgesteld, dat het gebied het Romein-se leger kon bevoorraden met onder andere emmer, gerst en hout. Ongeveer 50% van de totale behoefte aan granen kon zo gedekt worden. Daarnaast bleef aanvoer van elders wat betreft vee, brood-tarwe en spelt nodig.2

Een bijdrage aan de export hoeft uit deze regio niet te worden verwacht. Een even-tuele surplusproductie in het oostelijke deel van het Nederlandse rivierengebied zal waarschijnlijk zijn gebruikt om tekorten in het westen aan te vullen.

In de Schelderegio was wél sprake van surplusproductie. Dat kunnen we opma-ken uit schriftelijke bronnen uit de Romeinse periode, uit archeologische vondsten en uit een belangrijke epigra-fische bron: de altaren voor Nehalennia. Het Zeeuwse gedeelte van het Schelde-gebied rekenen we in het kader van deze bijdrage tot het Nederlandse rivierenge-

bied, hoewel het daar strikt genomen niet toe behoorde: het gebied lag destijds in Gallia Belgica. Om een indruk van de economische structuur van het gebied te krijgen, betrekken we de gehele Schel-deregio in de beschouwing. Zout en allec (een vissaus) werden in het Menapische stamgebied (waartoe Zee-land behoorde) geproduceerd, zout in de omgeving van Koudekerke (Zeeland) en Zeebrugge (West-Vlaanderen).3 Dat het daarbij niet alleen ging om productie voor lokaal gebruik, blijkt uit de nog te bespreken Nehalennia-altaren van zout-handelaren en uit inscripties in Rimini (Italië) van twee salinatores (producenten van zout). 4

Zoutpannen voor directe zoutwinning

Afb. 1 Zoutproductie met briquetage tech-niek. Foto: Comité des Salines.

Westerheem augustus 2016, nr. 4