View
233
Download
0
Category
Preview:
Citation preview
Wanneer ben je ‘arm’?
• Als je een leefloon (RMI) ontvangt en dus ‘officieel’ arm? • Of van een andere minimumuitkering leven moet? • Of wanneer je thuisloos bent? • Of in een kansarm gezin geboren bent? • Of te laaggeschoold om aan werk te geraken? • Of onder de Europese armoedegrens valt? • Of er niet in slaagt om ‘een leven te leiden volgens de normen
die minimaal gangbaar zijn in een samenleving’? • OF/EN
Armoede meten
• Inkomensarmoede: de traditionele indicator van armoede, alhoewel onvolkomen
• Schommelt rond de 15% voor België, rond de 10% in Vlaanderen.
• Risicogroepen: werklozen, laag opgeleiden, eenoudergezinnen, 65+, huurders, buitenlandse herkomst; topper: gezinnen zonder kostverdiener en met kinderen.
• Daarnaast meervoudige indicator (AROPE): een van drie risico’s (monetaire armoede, ernstige materiële deprivatie of lage werkintensiteit). Hoger aandeel van de bevolking.
Van indicatoren naar een definitie
“Armoede is een netwerk van sociale uitsluitingen dat zich uitstrekt over meerdere gebieden van het individuele en collectieve bestaan. Het scheidt de armen van de algemeen aanvaarde leefpatronen van de samenleving. Deze kloof kunnen ze niet op eigen kracht overbruggen.” (Vranken e.a., Armoede en Sociale Uitsluiting. Jaarboek 1994-2009)
Mensen in armoede, gescheiden van de samenleving
• En dus onzichtbaar? • Uitsluiting: breuklijn tussen personen, groepen, ruimtes,
instellingen plus relatie van ongelijkheid • Breuklijn: ‘ontbrekende sport op sociale ladder’ • Voorbeelden
– Isolement ten aanzien van sociale netwerken (micro) – Achtergestelde buurten en ‘gated communities’ (meso),
institutionele opsluiting (gevangenis), (fysieke en sociale) ontoegankelijkheid
– Etnische discriminatie, rechtenloosheid, duale arbeidsmarkt, armoede (macro)
Niet te overbruggen breuklijn
• Politiek onmachtig en (meestal) vergeten • Afhankelijk van overheidsvoorzieningen en
particuliere hulp • Geen eigen georganiseerde verbanden die te
vergelijken zijn met vakbonden of socio-culturele verenigingen – Verenigingen waar armen het woord nemen, zijn vrij uniek
voor Europa
Niet te overbruggen breuklijn
• Vooral nood aan preventief en geïntegreerd optreden, waardoor de (re-)productiemechanismen van de armoede worden aangepakt – Wegwerken drempels op de arbeidsmarkt, in het onderwijs,
in de gezondheidszorg, in vrijetijdsbesteding.
• Curatief optreden is niet overbodig, maar complementair
De juiste bril om armoede te zien?
Interne oorzaak Externe oorzaak
Bij het individu (micro)
Persoonlijke tekorten (het slachtoffer is verantwoordelijk)
Persoonlijke ongevallen (‘n ongeluk kan iedereen overkomen)
Bij de samenleving (macro)
Structureel model (zo zit de samenleving in elkaar)
Conjunctureel model (snelle economische en sociale veranderingen)
... en nog twee
Interne oorzaak Externe oorzaak
Meso-niveau (tussenliggend, institutioneel)
Institutionele tekorten (sociale en andere drempels)
Sociale status van de institutie (Stigmatisering van de voorziening - dienst of uitkering)
Enkele recente ontwikkelingen
• Toenemende kloof tussen arm en rijk in het merendeel van de EU-landen • De kans dat meer mensen in langdurige armoede komen (interen op
spaargelden, duurzame consumptiegoederen vervangen, lichamelijk en geestelijk welzijn verslechteren).
• Opnieuw ‘nieuwe armoede’? Toenemende schuldenlast door wegvallen tweede (en soms beide) inkomen(s), waardoor zelfs verstandig aangegane kredieten kunnen niet langer worden afgelost.
• Een mattheüseffect in de bijstand? Complexer probleemsituaties; onderbescherming (60%) verdient meer aandacht dan sociale fraude (5%).
• Werkende armen (‘in-work poverty’) • Enige andere ontwikkelingen…
(Geestelijke) gezondheid bedreigd
• Netwerken verlagen de kans op een depressie en bieden bescherming tegen stressvolle situaties en gebeurtenissen die depressieve klachten in de hand kunnen werken.
• Maar: mensen in armoede staan er vaak alleen voor of hebben een beperkt of minder werkzaam sociaal netwerk.
• Werkloosheid vergroot de kans op de ontwikkeling van depressies en dus zou een activeringsbeleid een uitweg bieden…
• … maar tegelijk komen personen aan de onderkant van de maatschappelijke ladder disproportioneel in die jobs terecht waar het risico op een depressie het hoogst is.
Een valse start van de levensloop
• Sterke toename van aantal kinderen in een kansarm gezin geboren in het Vlaams Gewest
• Het belang van de eerste levensjaren; wat er daar aan toekomstkansen verloren gaat door depriverende levensomstandigheden
• Wel-zijn & wel-worden: geen tegenstelling. Opbouw van (menselijk, maar ook economisch) kapitaal, voor de betrokken kinderen maar ook voor de samenleving (zie dreigend tekort op de arbeidsmarkt)
Situering Stad Beringen: demografisch / socio-economisch
• sterke bevolkingsaangroei laatste jaren
• ex-mijngemeente: parten gespeeld op socio-economisch vlak
• zeer diverse bevolking
Situering Stad Beringen: demografisch / socio-economisch
• afbouw werkloosheidsgraad – lange periode negatief – succesvolle
inhaalbeweging – aandachtspunten:
• min 25-jarigen • personen niet-Belgische herkomst
Situering Stad Beringen: demografisch / socio-economisch
• kansarme geboortes – periode 2005 – 2015: gemiddeld aantal geboortes
situeert zich rond 500 per jaar
– laatste 10 jaren bijna 1 op 2 geboortes zijn kinderen van niet-Belgische herkomst
Situering Stad Beringen: demografisch / socio-economisch
– cijfers Kind & Gezin – kansarme geboortes • In 2005 10,9% (48 kinderen) • in 2010 12,4% (63 kinderen) • in 2015 14,9% (76 kinderen) • 3 van de 6 criteria kansarmoede Kind & Gezin status quo • huisvesting en gezondheid = negatieve tendens • ontwikkeling = positieve tendens
Situering Stad Beringen: demografisch / socio-economisch • gezinnen in armoede: enkele indicatoren
– kinderen en jongeren in een gezin zonder werk
Situering Stad Beringen: demografisch / socio-economisch • Gezinnen in armoede: enkele indicatoren
– onderwijskansarmoede
Meerjarenplan 2013-2019 Stad Beringen
• via OCMW - individuele hulpverlening
• armoedeforum: rol van adviesorgaan en
klankbord
• geen integrale benadering – eerder oplijsting van tendensen en analyses
Actieplan kinderarmoedebestrijding
2014-2019 3 belangrijke momenten 1. prioriteitenlijst armoedebestrijding in Beringen (CBS 2013) 2. organisatie Trefdag Armoede (mei 2013) 3. financiering via SALK en Vlaamse Overheid (2014)
Actieplan kinderarmoedebestrijding
2014-2019
• uitgangspunten Kinderarmoedeplan:
– gezinscontext – participatie van doelgroep en werkveld – stadsbreed – onderwijs
• Kinderarmoedeplan = 10 puntenactieplan
Actieplan kinderarmoedebestrijding
2014-2019 10 acties: 1. regierol stad
2. betrokkenheid en inspraak garanderen
3. sensibilisering rond kinderarmoede
4. investeren in vroegdetectie
5. realisatie lokaal hulpverleningsnetwerk
Actieplan kinderarmoedebestrijding
2014-2019 10 acties: 6. realisatie voorschoolse ondersteuningstrajecten
7. inzet gezinsondersteuners aan huis
8. deelname aan vrijetijdsactiviteiten
9. investeren in gezondheid
10. slagkrachtige partnerschappen
Verdoken armoede samenwerking RIMO Limburg
• samenwerkingsovereenkomst met RIMO Limburg november 2014 – december 2016
• proactieve detectie van kinderarmoede bij geïsoleerde gezinnen
• praktijkonderzoek resulteerde in totaal tot 31 beleidsaanbevelingen waarop ingezet kan worden
Plan van aanpak
Stap 1: cijfers verzamelen
Stap 2: bevragen van organisaties en sleutelfiguren
Stap 3: oplijsten van mogelijke opsporingskanalen
Stap 4: wel gekend – niet gekend bij het OCMW
Stap 5: huisbezoeken bij gezinnen
Stap 6: drempels in kaart brengen
Stap 7: beleidsaanbevelingen
Stap 1: cijfers verzamelen
• Objectief cijfermateriaal (Steunpunt Sociale Planning van de provincie Limburg)
• Per gebied zijn volgende indicatoren weergegeven: o geboortes in kansarme gezinnen o eenoudergezinnen o personen met een laag inkomen o schoolse vertraging voor het lager onderwijs o schoolse vertraging voor het secundair onderwijs o werkzoekenden o langdurig werkzoekenden o buurten met wooninstabiliteit
Stap 1: cijfers verzamelen
Waarom een cijferrapport?
• Te weinig gezinnen? huisbezoeken in de wijk met het hoogste armoederisico
Resultaat
• Er springen enkele gebieden uit die hoog scoren op de indicatoren.
• Uiteindelijk: ruim voldoende gezinnen naar voren gebracht
• Cijfers zeggen veel en weinig tegelijkertijd: altijd toetsen aan de realiteit en context
Stap 2: bevragen van organisaties en sleutelfiguren
• Partnerorganisaties (35-tal) en sleutelfiguren (25-tal) informeren over het onderzoek
EN
• bevragen over: o hun zicht op verdoken armoede o wie en waar volgens hen bewoners wonen die in verdoken
armoede leven o sleutelfiguren o mogelijke opsporingskanalen
Stap 2: bevragen van organisaties en sleutelfiguren
Resultaten van deze gesprekken:
• Potentiële opsporingskanalen
• Woongebieden waar mogelijks een verhoogd armoederisico is
• Gezinnen waarvan een vermoeden is dat zij in een kwetsbare situatie leven maar nog niet gekend in de hulpverlening
• Noden en behoeften van de gesprekspartners
Stap 3: oplijsten van mogelijke opsporingskanalen
Aanmelden van kleuters (online aanmeldingssysteem)
Gezinnen die niet komen opdagen voor een Lokale Adviescommissie via het OCMW (LAC)
Gezinnen waar een dreiging tot huurverbreking loopt via het Vredegerecht
Gezinnen gesignaleerd via sleutelfiguren of organisaties
Stap 4: wel gekend – niet gekend bij het OCMW
• De doorgegeven gezinnen afchecken bij OCMW
• Indien gekend: geen huisbezoek
• 73% van de doorgegeven gezinnen = niet gekend bij het OCMW
Stap 5: huisbezoeken bij gezinnen
Uitgeteste opsporingskanalen:
Aantal gezinnen
Aantal pogingen
Bereikte gezinnen
Aantal verdoken armoede
% verdoken armoede
t.a.v. bereikte gezinnen
Kleuteraanmeldingen 48 71 24 8 33 % LAC 15 23 8 6 75 % Huurverbreking 6 13 3 0 0 % Gesignaleerde gezinnen
20 33 12 9 75 %
Woongebieden 19 50 10 4 40 %
Stap 5: huisbezoeken bij gezinnen
Conclusies en bevindingen:
1. 47% van de bereikte gezinnen leeft in een kwetsbare situatie
2. meer gezinnen dan verwacht maar ook 47% niet bereikt
3. opmerkelijk: aanwezigheid van een budgetmeter
4. terugkoppeling en opvolging: noodzakelijk!
5. het Voordelenboekje in brievenbus bij de niet-bereikte gezinnen
6. alle opsporingskanalen, ongeacht de percentages, als valabel aanzien
Het voordelenboekje voor gezinnen met kinderen
Van proefexemplaar tot publicatie • De zoektocht naar een gespreksinstrument
• 4e herdruk: kleine oplages om up to date te blijven
• Opdeling boekje: laagdrempelige thema’s eerst
• Proefexemplaren uitgetest: belangrijke toevoeging = doorverwijskader
• Verschillende levensdomeinen: het boekje creëert een opening
Het voordelenboekje voor gezinnen met kinderen
Thema’s Vrije tijd Gezondheid Financieel Kinderopvang Onderwijs Energie Huisvesting Vervoer Voeding Materiële hulp Opvoeding Vragen OCMW = belangrijkste doorverwijzer
Het voordelenboekje voor gezinnen met kinderen
Gezinnen Onderbescherming aanpakken: informeren en gericht doorverwijzen o Het niet weten waar men recht op heeft en/of het niet weten hoe men deze rechten kan
aanspreken. Niet enkel financieel, maar alle hulp- en dienstverlening. Organisaties, verenigingen, … Informatiedrager op maat van gezinnen o samenbrengen van info over de grondrechten (op maat van netwerk) o overkoepelende bundeling, los van een bestaande dienst of organisatie RIMO Limburg Kwetsbare gezinnen in verdoken armoede opsporen en bereiken o drempels in kaart brengen o beleidsaanbevelingen formuleren
Het voordelenboekje voor gezinnen met kinderen
Gespreksinstrument GEEN infoboekje om uit te delen
laagdrempelig gespreksinstrument
schept de mogelijkheid om verschillende levensdomeinen aan te raken
GEEN individuele hulpverlening, maar gericht (warm) doorverwijzen
opvolggesprek = aanleiding voor een 2e gesprek of huisbezoek
Het voordelenboekje voor gezinnen met kinderen
Vaststellingen over het algemeen weten gezinnen een gedeelte over de inhoud van het
boekje
komt veel te weten over de situatie van de gezinnen
de mogelijke kwetsbaarheid van gezinnen komt boven drijven
het gesprek wordt niet als bedreigend ervaren vooral gezinnen met jonge kinderen en kwetsbare gezinnen baat bij het
‘Voordelenboekje voor gezinnen met kinderen’ binnen het onderzoek: door de vele doorverwijsmogelijkheden geen goed
zicht op de effectiviteit van het doorverwijzen
Stap 6: drempels in kaart brengen
Hierbij in het achterhoofd houden:
• Het zijn drempels die de bezochte gezinnen ervaren en waar zij botsen.
• Niet op al deze drempels kan een antwoord geboden worden.
• Een aantal zaken zijn wettelijk vastgelegd.
Stap 6: drempels in kaart brengen
Vier drempels: 1. Onderbescherming: het niet-realiseren van een publiek aanbod
van rechten en diensten
2. Financieel onderzoek van het OCMW en bijkomend het niet zelf beheren van het eigen inkomen
3. Niet per definitie een verklaarbare reden, o.a. trots en schaamte spelen hier mee. Bijkomend probleem: lange wachtlijsten!
4. Mensen die ooit al in de hulpverlening hebben gezeten, vinden niet altijd de weg terug.
Stap 7: beleidsaanbevelingen
• Een visie uitgedragen door het hele beleid en zijn medewerkers • Een visie die structureel armoede wil aanpakken • Een lokaal sociaal beleid dat inzet op 3 niveaus van beleidsmaatregelen:
1. Inzetten op preventie, op het voorkomen van armoede: een beleid dat gericht is op kansen en rechten
2. Voorkomen dat armoede zich herhaalt (generatiearmoede)
3. Opvangen van gevolgen van armoede, inspelen op acute noden
1. Coördinatie kinderarmoede
2. Automatische rechtentoekenning: onderzoeken of het haalbaar is om KIA-cheques automatisch te bezorgen aan gezinnen
3. Kleuteraanmeldingen
Stad Beringen zet in op
• Opmaak, de uitvoering en de opvolging van het Kinderarmoedeactieplan
• Beleid warm houden, vinger aan de pols
• Vanuit een regierol met diverse partners samenwerken en verbindingen creëren. Betrekken van de verschillende sectoren en organisaties: want niemand heeft alle benodigde sleutels in handen.
• Opzetten, (bege)leiden van en/of deelnemen aan projecten/activiteiten
• Aanspreekpunt
• Integrale visie uitdragen
• Middelen en organogram: mensen en middelen dienen vrijgemaakt te worden. Armoede en een armoedecoördinator dienen ingebed te zijn in de organisatie.
Coördinatie kinderarmoede
• Cheque ter waarde van 1 euro - als betaalmiddel bij activiteiten stad Beringen voor alle kinderen van 2 tot 18 jaar die in Beringen wonen.
• Mogelijke knelpunten: Administratieve ‘rompslomp’, naar het administratief centrum gaan om de cheques te kunnen krijgen, weten waarvoor het juist gebruikt kan worden, inschrijfsysteem…
• Waar willen we naartoe? Automatisch ontvangen van KIA-cheques voor rechthebbenden
• Verschillende pistes die bewandeld kunnen worden.
Automatische rechtentoekenning: KIA-cheques
• De participatie aan het kleuteronderwijs is van groot belang. Op tijd starten is cruciaal!
• Met partners en organisaties waarmee de doelgroep in aanraking komt – preventief rond de tafel.
• Bewustmaking voor het belang van naar school gaan; zowel voor de aanmeldperiode, tijdens als nadien.
• Aanmeldingssysteem: goede inschatting maken tijdens de inschrijfperiode wie zijn kind reeds aanmeldde en wie niet. Vaststelling: 100 kinderen niet aangemeld – diverse redenen – aanklampend werken met huisbezoeken
• Goed resultaat. Mogelijkheid tot herhaling.
Kleuteraanmeldingen
1. Outreachend werken • huisbezoeken bij gezinnen • gezinscoach • Vorming
2. Het “Voordelenboekje” voor gezinnen met kinderen
2. Samenwerkingen met het bestaande dienst- en hulpverleningsaanbod
OCMW Beringen zet in op
Outreachend werken: huisbezoeken bij gezinnen
A. Opsporingskanalen Lokale adviescommissie (LAC)
• Infrax (gas/elektriciteit) • De watergroep (water) • Zoals in het verleden:
– Schriftelijke uitnodiging – Gekende dossiers – maatschappelijk assistent
• Meerwaarde: huisbezoek outreachend medewerker – niet-gekende dossiers – 1/3de aangemeld!
Outreachend werken: huisbezoeken bij gezinnen
A. Opsporingskanalen Huurbemiddeling/verbreking
• Bij private huur en sociale huisvesting • Zoals in het verleden:
– Schriftelijke uitnodiging – Gekende dossiers – maatschappelijk assistent
• Meerwaarde: huisbezoek outreachend medewerker – niet-gekende dossiers
Outreachend werken: huisbezoeken bij gezinnen
A. Opsporingskanalen Gesignaleerde gezinnen door partners: Kind&Gezin, CLB,
Inzetje, Kind&Taal, Scholen, Turkse Unie, enz.
Pamperbank • Project dat zich specifiek richt op kwetsbare gezinnen met
jonge kinderen • Inzameling luieroverschotten – herverdeling • Vrijblijvend vier luierpakketten • Doorverwijzing ~ structurele oplossingen
Outreachend werken: huisbezoeken bij gezinnen
A. Opsporingskanalen Kleuteraanmeldingen
• Proactief huisbezoeken bij eigen cliënteel
Schoolplicht
Outreachend werken: huisbezoeken bij gezinnen
B. Methodes Outreachend medewerker sociale dienst
• Jella Geyskens, maatschappelijk assistente - 0,5 vte – “Verdoken” armoede – “nieuw” cliënteel – Netwerkvergaderingen – Aanspreekpunt
Outreachend werken: gezinscoach
B. Methodes Gezinscoach
• Dorien Vandeweyer, maatschappelijk assistente en opvoeder – 0,5 vte
– 5 gezinnen – eigen OCMW-cliënteel » Stimuleren zelfredzaamheid cliënten » aanvulling op reeds bestaande aanbod aan
ondersteuning voor gezinnen in kansarmoede (integraal ondersteunend gezinsbeleid)
» Brugfunctie (intern en extern) » Uitbreiden van het sociaal en professioneel netwerk
Outreachend werken: vorming
B. Methodes Vorming
• Vorming outreachend werken voor leidinggevende – gevolgd door 2 hoofdmaatschappelijk assistenten
• Vorming outreachend werken voor basiswerkers – gevolgd door 3 maatschappelijk assistenten
Outreachend werken
C. Middelen Kinderarmoede-actieplan Beringen
• Vlaamse middelen 2014 -2019 • SALK-middelen 2014 -2017 • POD Maatschappelijke Integratie “Kinderen Eerst”
Outreachend werken
D. Lopende projecten Scholen – uitbreiding bestaande vormingen
• Budget4life beurs • Budgetspel • Buddy’s • Infosessies Werking OCMW in kader van armoedebestrijding • Armoede bespreekbaar maken vanaf het lager onderwijs
Het “Voordelenboekje” voor gezinnen met kinderen
Standaard werkinstrument • bij nieuwe en • gekende gezinnen met kinderen
Toelichting door RIMO Limburg op Team Sociale Dienst
Huisbezoeken samen met RIMO Limburg
Samenwerkingen met het bestaande
dienst- en hulpverleningsaanbod
A. Nieuwe samenwerkingen Dyzo
• Zelfstandigen in moeilijkheden • Zitdag OCMW
Kinderopvang • Landelijke kinderopvang (LKO) – zitdag OCMW • Kinderdagverblijf Bambi - intake via het Voordelenboekje
Rap Op Stap • Vrije tijd op maat voor een beperkt budget • Zitdag OCMW elke 4de donderdag van de maand • Promotie bij doelgroep
Samenwerkingen met het bestaande
dienst- en hulpverleningsaanbod B. Versterkte bestaande samenwerkingen • Kind in Nood (KINO)
• Ikaros – Daidalos
• DOMO (Door ondersteuning mee opvoeden)
• Inzetje
• Kind&Taal
• RIMO Limburg
• Thuiscompagnie
Samenwerkingen met het bestaande
dienst- en hulpverleningsaanbod C. Afvaardiging tijdens structureel overleg • Huis van het Kind
o Overleg tussen opvoedingspartners over het aanbod preventieve gezinsondersteuning in Beringen
• Armoedeforum o Overlegplatform partners die werken aan armoede(bestrijding)
• Stuurgroep Kinderarmoede o Overlegplatform partners die werken aan
kinderarmoede(bestrijding)
de organisatie van een netwerkmoment • Aanleiding: samenwerking tussen stad Beringen, OCMW Beringen en RIMO
Limburg
• Maart 2016: 1e moment omtrent het Voordelenboekje: partners de kans om kennis te maken met de sociale kaart van Beringen, methodiek(en) om kinderarmoede bespreekbaar te maken met gezinnen voor het bredere netwerk.
• Elkaar ontmoeten, elkaar kennen, uitwisseling: groot belang! Netwerken begint met het ontmoeten van verschillende mensen en organisaties. Het echte werkt komt daarna: het netwerk in stand houden en resultaten behalen ten voordele van de doelgroep.
• Diverse thema’s want armoede gaat over alle levensdomeinen!
• Jaarlijks herhalen!
Stad & OCMW zetten samen in op
intervisiemomenten voor zorgleerkrachten Belang van zorgleerkrachten: specifieke kennis van problemen, handelingsgericht werken en handelingsgerichte diagnostiek en het kind met zorgvragen in diverse perspectieven, individuele aandacht voor kind maar ook ouders en bredere omgeving van het kind. • 1e moment met netwerk tegen armoede (Wouter Cox):
Wat is kinderarmoede ? Hoe kan ik het detecteren ? Wat doe ik ermee of kan ik eraan doen ? Blijvende vragen van zorgleerkrachten:
Schoolbeleid – armoedevriendelijk? Waar ligt de grens van de aanpak van een zorgleerkracht? Kennis sociale kaart? Methodiek: kan het Voordelenboekje zijn
• Volgende stappen
Stad & OCMW zetten samen in op
Verzamel cijfergegevens • Verzamel de cijfergegevens van je gemeente om de 3 jaar.
• Interpreteer met een groep deskundigen die de context van de gemeente kennen.
De stad: een objectief beeld
LOKAAL: KIA-cheques • Geef mee waarvoor men de KIA-cheques kan gebruiken
• Een dubbele inschrijvingslijst met voorziene plaatsen voor kwetsbare kinderen
BOVENLOKAAL: op hoger niveau hierop blijven drukken o Agendeer dit punt op het lerend netwerk kinderarmoede van de provincie
Limburg
o Breng als lokaal bestuur dit onderwerp op de agenda van de VVSG
o Druk als lokale mandataris op hoger niveau op de automatische rechtentoekenning
De stad: automatische rechtentoekenning
Bekendmaking • Investeer meer tijd in de bekendmaking
• Advies en ondersteuning bij gesprekken met kwetsbare gezinnen
Outreachend werken • Huisbezoeken, preventief maar ook tijdens het
hulpverleningstraject
• Een budgetmeter? Ga als OCMW 1 keer per jaar op huisbezoek.
• Maak de methodieken van outreachend werken eigen
• Langsgaan bij buurtwerkingen en basisvoorzieningen
Het OCMW: preventief en proactief
Nazorg = preventie • Bel je ex-cliënten een half jaar na de afsluiting van het dossier op
Uitbreiden en versterken • De groepswerking van het OCMW: behouden en uitbreiden i.s.m.
partners • Benut de groepsmatige werking binnen het OCMW
om de eigen werking te screenen
Het OCMW: preventief en proactief
Zelfstandigen in moeilijkheden • Breng als lokaal bestuur het hulpverleningsnetwerk op de hoogte
van het bestaan van Dyzo
Eenoudergezinnen • Aandacht voor de kwetsbare situatie van eenoudergezinnen
Jonge moeders in kwetsbare situaties • Gezinnen met jonge moeders in een kwetsbare situatie
Voelsprieten uitsteken naar kwetsbare groepen
Specifieke doelgroepen proactief opzoeken • Zoek specifieke doelgroepen proactief op om verdoken armoede
te detecteren
Andere wegen
Proactief werken • Zet als organisatie zelf de stap naar de mensen
• Informeer hen proactief over de mogelijkheden van de dienstverlening
• Stel ook vragen over de gehele context en schat in hoe de situatie in elkaar zit
• Werk integraal om een volledig(er) beeld over de situatie en de krachten te krijgen
Drempelverlagend werken
Efficiënt doorverwijzen • Zoek een niet-bedreigende manier om het gesprek aan te gaan
• Neem contact op met andere organisaties
• Stem met elkaar af
• Maak duidelijke afspraken en koppel terug
• Zorg voor een warme doorverwijzing
Drempelverlagend werken
• ‘Samen-Werken’ om armoede aan te pakken!
• Elke organisatie draagt vanuit de eigen specialiteit bij tot het vinden van structurele oplossingen voor kwetsbare gezinnen.
• Samenwerken zorgt voor een bundeling van zoveel mogelijk expertise, voor een gedeelde verantwoordelijkheid en voor een breder draagvlak.
Een lokaal bestuur staat er niet alleen voor om het sociaal beleid waar te maken: heel wat andere actoren hebben een rol te spelen. Samenwerking, overleg en afstemming zijn noodzakelijke bouwstenen om succesvol te werken aan armoedebestrijding.
Samen-Werken
• Stevig onderbouwd onderzoek: statistisch én kwalitatief – Kruising van kenmerken kan nog meer informatie opleveren (typologieën)
• Ruime selectie stakeholders – Relatie tussen bevoorrechte getuigen en organisaties? Geen gaten?
• Waaier van indicatoren gebruikt voor opsporen verdoken armoede • Outreachende (‘vindplaatsgerichte’) benadering – herhaalde bezoeken als
nodig – Signaal van de selectieve onbereikbaarheid via electronische weg
• Gebruik van het Voordelenboekje als ’vriendelijk’ maar vooral nuttig visitekaartje – Bestrijkt meerdere domeinen van de armoede – Houdt rekening met de gevoelens van trots & schaamte bij de betrokkenen
De aanpak
• Kenmerken van de doelgroep(en) – Kan er een typologie worden afgeleid met aangepaste modellen?
• Kenmerken van de buurten – Verschil tussen doorgangsbuurten en ‘honkvaste’ buurten? – Relatie tussen ‘kwetsbaarheid’ en ’leefbaarheid’ van de buurt? – Verplaatsing van problemen van ene buurt naar andere?
– Relatie tussen de gezinnen en de buurt
• Ruimtelijke kenmerken van de buurt verbinden met huishoudkenmerken (twee typologieën met elkaar verbinden?)
• Wooninstabiliteit’ wijst op sociale verbetering of op sociale instabiliteit?
De context
• Drempels zijn belangrijke operationalisering van ‘uitsluiting’ • Verschillende soorten drempels
– Dispositionele drempels zijn drempels gebaseerd op attitudes en percepties (ook en vooral bij de organisaties en de dienstverleners)
– Institutionele drempels: omstandigheden en procedures aan de aanbodzijde die potentiële deelnemers uitsluiten van of ontmoedigen voor deelname.
– Situationele drempels komen uit concrete levensomstandigheden op een bepaald ogenblik.
– Informatieve drempels: het niet of verkeerdelijk op de hoogte zijn van het aanbod.
• Werden alle soorten drempels geïdentificeerd en aangepakt?
Drempels
• De typische netwerken van mensen in armoede volstaan niet – ‘The strength of weak ties’
• Interorganisationele netwerken – Is meer dan onderlinge afstemming tussen hulpverleners of eenmalige netwerkdag – Verticale invalshoek versterken – moet permanente bekommernis van de
organisaties zijn – Formele en informele netwerken – Zie Peter Raeymaeckers (OASeS, UA)
• Gegeven de complexiteit en de diversiteit van de problematiek & de groep: één kanaal/loket zou efficiënt zijn, maar is niet doelmatig – Vooral ook wegens de formele beperkingen die op werking OCMW rusten – Wordt nog problematischer bij integratie van OCMW in gemeentelijke
administratie – Spanning tussen ‘bureaucratisering’ en ‘flexibiliteit’: beide zijn nodig
Netwerken
• Bijzonder volledige lijst – waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke lokale
bevoegdheden – en de noodzaak om in te passen in een model van ‘(multilevel)
governance’ • Pyramide/hiërarchie van voorkomen – herhalen – opvangen
gevolgen is cruciaal – productie – reproductie – restitutie/curatie
• Automatische rechtentoekenning – Cruciaal initiatief in termen van slechten drempels, wegwerken
stigmatisering en maximaal bereik doelgroep
Over de beleidsaanbevelingen
• Armoede-impactrapportering • Structureel betrekken van de doelgroep (ook van de niet-georganiseerde
mensen) bij de besluitvorming via het beklimmen van de participatieladder – Het is natuurlijk niet gemakkelijk – AIR kan stap zijn
• Doelmatige armoedebestrijding vereist ook een andere attitude bij de rest van de bevolking: welke initiatieven – Niet alleen leerkrachten, dienstverleners allerhande, politie, .. – Maar ook bij de bevolking (bv. ouders die bewust of onbewust bijdragen tot
schoolse uitsluiting) • Het openstellen van de klassieke verenigingen voor mensen in armoede
– Deel uitmaken van die netwerken is cruciaal
Misschien denken aan..
Voorwaarden voor een doelmatig armoedebeleid
• Eénsporig • Gescheiden • Curatief • Korte termijn • Personen & groepen • Intuïtief • Top-down • Residueel • Direct of indirect
• Meersporig • Geïntegreerd • Preventief • Lange termijn • Structuren • Geïnformeerd • Bottom-up • Institutioneel • Direct en indirect
BESLUIT
Een initiatief dat als goede en zelfs beste praktijk (‘best practice’) mag worden uitgerold naar de rest
van Vlaanderen.
Recommended