Studie & Werk 2019
SEO Economisch Onderzoek - Roetersstraat 29 - 1018 WB Amsterdam - T (+31) 20 525 1630 - www.seo.nl - [email protected] ABN-AMRO IBAN: NL14ABNA0411744356 BIC: ABNANL2A - ING: IBAN: NL96INGB0004641100 BIC: INGBNL2A
KvK Amsterdam 41197444 - BTW NL 003023965 B01
Amsterdam, juli 2019
In opdracht van Elsevier Weekblad
Studie & Werk 2019
De arbeidsmarktpositie van hbo- en wo-alumni
Paul Bisschop Jelle Zwetsloot
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
“De wetenschap dat het goed is” SEO Economisch Onderzoek doet onafhankelijk toegepast onderzoek in opdracht van overheid en bedrijfsleven. Ons onderzoek helpt onze opdrachtgevers bij het nemen van beslissingen. SEO Economisch Onderzoek is gelieerd aan de Universiteit van Amsterdam. Dat geeft ons zicht op de nieuwste wetenschappelijke methoden. We hebben geen winst-oogmerk en investeren continu in het intellectueel kapitaal van de medewerkers via promotietrajecten, het uitbrengen van wetenschappelijke publicaties, kennisnetwerken en congresbezoek.
SEO-rapport nr. 2019-50 ISBN 978-90-6733-985-8 Informatie & Disclaimer SEO Economisch Onderzoek heeft op de verkregen informatie en data geen onderzoek uitgevoerd dat het karakter draagt van een accountantscontrole of due diligence. SEO is niet verantwoordelijk voor fouten of omissies in de verkregen informatie en data.
Copyright © 2019 SEO Amsterdam. Alle rechten voorbehouden. Het is geoorloofd gegevens uit dit rapport te gebruiken in artikelen, onderzoeken en collegesyllabi, mits daarbij de bron duidelijk en nauwkeurig wordt vermeld. Gegevens uit dit rapport mogen niet voor commerciële doeleinden gebruikt worden zonder voorafgaande toestemming van de auteur(s). Toestemming kan worden verkregen via [email protected]
STUDIE & WERK 2019 i
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Samenvatting
De arbeidsmarkt voor startende hbo’ers en wo’ers ziet er rooskleurig uit: startsalarissen stijgen, afgestudeerden vinden sneller een baan en krijgen weer iets vaker een vast contract. De opleidingen die een harde klap hebben gekregen in de crisistijd zijn weer opgekrabbeld. Toch is de startpositie net als in de crisisjaren sterk afhankelijk van de gevolgde opleiding. In 2016-2017 studeerden meer hbo’ers en wo’ers af dan ooit tevoren. De stijging in het wo wordt veroorzaakt door een toename in het aantal internationale studenten. Afgestudeerden van 2016-2017 hebben gunstige arbeidsmarktperspectieven: de kans op werk, de kans op een vast contract en het startsalaris zijn allen gestegen, terwijl de duur tot een substantiële baan kleiner is geworden. Met name de situatie van afgestudeerden in de conjunctuurgevoelige alfa- en gamma-opleidingen is sterk verbeterd ten opzichte van enkele jaren geleden. De kans op een vast contract is het sterkst gestegen voor hbo-medici, wo-medici en afgestudeerden aan hbo alfa-, bèta- en gamma-opleidin-gen. Zoals ieder jaar zijn er flinke verschillen tussen opleidingen in de arbeidsmarktsituatie van afgestu-deerden. Studies in de richtingen Taal en communicatie (hbo en wo), Kunst en cultuur (hbo en wo), enkele hbo-studies in de richting Economie zoals toerisme, sport en management en vrije-tijdsmanagement (hbo) en enkele wo-studies in de richting Maatschappij zoals culturele antropo-logie en sociologie hebben een relatief zwakke positie als gekeken wordt naar het startsalaris, de duur tot een substantiële baan en de kans op een vast contract. Daartegenover staan de gunstige startposities van afgestudeerden van opleidingen in de richtingen Onderwijs (hbo en wo), Zorg (hbo en wo), Techniek (hbo en wo), Exact en IT (wo) en Economie (wo). Tabel S.1.1. toont voor het hbo en wo de vijf opleidingen met de kortste en langste duur tot een baan van substantiële omvang en salaris en de vijf opleidingen met het hoogste en laagste startsalaris.
Tabel S.1.1 Top vijf opleidingen met kortste en langste duur tot de eerste substantiële baan en hoogste en laagste startsalaris, hbo en wo
hbo starters wo starters hbo starters wo-starters
Kortste duur Verpleegkunde Geneeskunde Hoogste
startsalaris Maritiem officier Tandheelkunde
Optometrie en audiologie Accounting Verloskunde Geneeskunde
Lerarenopleiding Natuur-/Scheikunde Diergeneeskunde Fysiotherapie Econometrie
Lerarenopleiding Economie Fiscale economie Mondzorgkunde Finance
Elektrotechniek Computer science Lerarenopleiding Natuur-/Scheikunde Diergeneeskunde
Langste duur Dans Letterkunde Laagste
startsalaris Dans Archeologie
Kunstacademie Kunst- en cultuurwetenschappen Toerisme Kunst- en
cultuurwetenschappen
Muziek Archeologie Kunstacademie Geschiedenis
Toerisme Cultuurstudies Culturele en maat-schappelijke vorming Culturele antropologie
Sport en Management Geschiedenis Dier- en veehouderij Mediastudies
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
ii
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Uit enkele hbo- en wo-opleidingen komen veel zelfstandigen voort. Het verschil in verdiensten in het eerste jaar na afstuderen tussen deze zelfstandigen is groot. Afgestudeerden mondzorgkunde (hbo), bedrijfskunde en agribusiness (hbo), tandheelkunde (wo) en geneeskunde (wo) hebben een hoog jaarinkomen. Zelfstandigen die de kunstacademie (hbo), muziek (hbo), kunst- en cultuurwe-tenschappen (wo) of mediastudies (wo) hebben gedaan hebben een betrekkelijk laag jaarinkomen. Met een diploma van één van de lerarenopleidingen of een diploma accounting (wo) of fiscale economie (wo) op zak hebben afgestudeerden de grootste kans op een vast contract één jaar na afstuderen. De opleidingen geneeskunde (wo) en neurowetenschappen (wo) bieden weinig per-spectief op een vast contract snel na afstuderen. Toch hebben afgestudeerden van deze opleiding niet per se een slechte arbeidsmarktpositie, gezien de goede kans op werk en het relatief hoge salaris. De keuze van een opleiding heeft veel meer invloed op arbeidsmarktuitkomsten dan de individuele kenmerken van afgestudeerden. Toch zijn er verschillen tussen groepen afgestudeerden. Gecorri-geerd voor allerlei factoren waaronder opleiding en het aantal werkdagen per week hebben recent afgestudeerde vrouwen een lager bruto maandloon dan mannen, en dit verschil neemt over tijd toe. Ze komen na afstuderen ook minder snel in een substantiële baan terecht. Afgestudeerden met een niet-westerse migratieachtergrond komen minder snel dan afgestudeerden zonder migratieachter-grond in een substantiële baan. Het startsalaris tussen deze twee groepen is gelijk, maar tien jaar na afstuderen verdienen afgestudeerden zonder migratieachtergrond 2 tot 3 procent meer.
STUDIE & WERK 2019
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Inhoud
Samenvatting........................................................................................................................ i
1 Inleiding..................................................................................................................... 1
2 Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt voor recent afgestudeerde hbo- en wo’ers .................................................................................................................................. 3 2.1 Aantal afgestudeerden........................................................................................................... 3
2.2 Inkomenssituatie .................................................................................................................... 4
2.3 Salaris ....................................................................................................................................... 7
2.4 Duur tot een substantiële baan ........................................................................................... 9
2.5 Vast contract ........................................................................................................................ 11
3 Verschillen tussen opleidingen ................................................................................ 13 3.1 Salaris ..................................................................................................................................... 13
3.2 Duur tot een substantiële baan ......................................................................................... 21
3.3 Vast contract ........................................................................................................................ 25
4 Verschillen tussen afgestudeerden ..........................................................................29 4.1 Inkomsten uit loondienst ................................................................................................... 29
4.2 Duur tot de eerste substantiële baan ................................................................................ 35
Bijlage A Onderzoeksverantwoording ..........................................................................39
STUDIE & WERK 2019 1
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
1 Inleiding
De 23e editie van Studie & Werk brengt op basis van CBS Microdata in kaart hoe de arbeidsmarkt voor afgestu-deerde hbo’ers en wo’ers eruit ziet. Dit gebeurt op basis van drie indicatoren: het salaris, de kans op een vast contract en de duur tot de eerste substantiële baan. Voor u ligt de 23-ste editie van het SEO/Elsevier Weekblad-onderzoek Studie & Werk, het onder-zoek dat sinds 1997 de arbeidsmarktpositie van afgestudeerden uit het hoger onderwijs in beeld brengt. Sinds 2017 gebruikt dit onderzoek integrale gegevens over afgestudeerden aan hbo- en wo-opleidingen via de Microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Door het integrale karakter van de CBS Microdata geeft Studie & Werk een compleet beeld van de arbeidsmarktpositie van alle afgestudeerden aan hbo-bacheloropleidingen en wo-masteropleidingen. Afgestudeerden aan wo-bacheloropleidingen en hbo-masteropleidingen worden buiten beschouwing gelaten voor zover ze na dit diploma niet verder studeren in een hbo-bacheloropleiding of wo-masteropleiding. Doorstudeerders worden niet meegenomen in de analyses van het startsalaris, de kans op een vast contract net na afstuderen en de duur tot een substantiële baan, maar wel in de analyses van de arbeidsmarktpositie op de langere termijn (10 jaar na afstuderen). Met ingang van de huidige editie bevat het onderzoek ook de afgestudeerden die zich tijdens hun studie niet officieel als inwoner van Nederland hebben geregistreerd. Dit is mogelijk geweest door het aanboren van aanvullende gegevensbronnen. Hierdoor ontstaat met ingang van deze editie ook een compleet beeld van de internationale studenten (die uit Nederland vertrekken). In het voorliggende onderzoek wordt duidelijk of de positieve ontwikkeling in de arbeidsmarktpo-sitie van hbo- en wo-starters van de afgelopen jaren zich heeft doorgezet. In overeenstemming met eerdere jaargangen is de arbeidsmarktpositie bepaald aan de hand van drie pijlers: het salaris, de kans op een vast contract en de duur tot de eerste substantiële baan. Naast de ontwikkeling van de arbeidsmarktpositie van starters gaat het onderzoek dieper in op de positie van de recent afgestu-deerden uit het cohort 2016-2017 en op de arbeidsmarktpositie tien jaar na afstuderen van het cohort 2007-2008. Het onderzoek laat zien in welke mate de arbeidsmarktpositie samenhangt met de gekozen opleiding en de kenmerken van afgestudeerden. Voor de indeling in opleidingen heeft een clustering plaatsgevonden, waarbij zeer gelijkende oplei-dingen alsook opleidingen met een klein aantal afgestudeerden zijn samengevoegd.
STUDIE & WERK 2019 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
2 Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt voor recent afgestudeerde hbo- en wo’ers
Startende hoger opgeleiden hebben de afgelopen jaren vaker werk en sneller een substantiële baan en een vast contract. Ook het startsalaris neemt toe, terwijl dit voor het vorige afstudeercohort nog niet het geval was. Het aantal interna-tionale afgestudeerden neemt in het wo verder toe. Hoe staat de arbeidsmarkt voor startende hbo- en wo-afgestudeerden ervoor en hoe is deze veran-derd in de afgelopen jaren? Dit hoofdstuk geeft antwoord op deze vragen aan de hand van een viertal indicatoren: achtereenvolgens worden inkomenssituatie, salaris, duur tot een substantiële baan en baanzekerheid besproken. Voordat wordt ingegaan op de arbeidsmarktpositie beschrijft dit hoofdstuk de ontwikkeling van het aantal afgestudeerden.
2.1 Aantal afgestudeerden Het aantal afgestudeerden in het hoger onderwijs is in 2016-2017 met 112 duizend uitgereikte hbo-bachelor en wo-master diploma’s hoger dan ooit tevoren. Het aandeel internationale alumni binnen het wo is flink gestegen. Het aantal hbo- en wo-afgestudeerden is in 2016-2017 hoger dan ooit tevoren. Ruim 112 duizend hbo-bachelor en wo-master diploma’s werden in dat jaar uitgereikt. Opvallend is de toename van het aantal internationale alumni1 binnen het wo. Waar internationale wo-alumni in 2000-2001 nog goed waren voor slechts 8 procent van alle wo-afgestudeerden van masteropleidingen, ligt dat aandeel in 2016-2017 na een continue stijging op 28 procent. Binnen het hbo schommelt het aandeel internationale alumni al jaren rond de 10-12 procent.
1 Internationale alumni zijn gedefinieerd als afgestudeerden die zelf in het buitenland zijn geboren en waarvan
beide ouders ook in het buitenland zijn geboren.
4 HOOFDSTUK 2
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.1 Aantal hbo- en wo-afgestudeerden nog niet eerder zo hoog, internationale wo-alumni momenteel goed voor 28 procent van alle wo-afgestudeerden van een masteropleiding
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
2.2 Inkomenssituatie Het aandeel hbo- en wo-alumni dat binnen zes maanden na afstuderen aan de slag gaat als werknemer of zelfstandige is vrij stabiel. Bij het wo komt dat vooral door de toename van het aantal buitenlandse studenten: het aandeel Nederlandse wo-afgestudeerden met werk is nog nooit zo hoog geweest. Het aandeel afgestudeerde hbo’ers dat zes maanden na afstuderen werkt in Nederland is ten op-zichte van het vorige cohort vrij stabiel, namelijk 75 procent (zie Figuur 2.2).2 Van hen begint ongeveer 5 procent een eigen bedrijf. Het aandeel afgestudeerde hbo’ers uit 2016-2017 dat een vervolgopleiding gaat doen is licht gestegen en ligt op het hoogste niveau sinds 2011-2012. Sinds de het dieptepunt van de crisis (afstudeercohort 2012-2013), toen 12 procent van de afgestudeerde hbo’ers een uitkering of geen inkomen had zes maanden na afstuderen, is het aandeel zonder werk of opleiding sterk gedaald. In het meest recente hbo-afstudeercohort heeft 8 procent een uitkering of geen inkomen zes maanden na afstuderen.
2 De resultaten zijn afkomstig uit een multinomiale probitschatting, waarbij is gecorrigeerd voor verschillen
in meetmoment ten opzichte van het moment van afstuderen (zie bijlage A). Inkomsten uit het buitenland van personen die in het buitenland wonen zijn niet bekend. Afgestudeerden die wonen in het buitenland en geen inkomsten hebben uit Nederland vallen onder de categorie ‘geëmigreerd’. Dit zijn voornamelijk buitenlandse alumni.
0
10,000
20,000
30,000
40,000
50,000
60,000
70,000
Aantal hbo-alumni (bachelor)
Nederlandse alumni Internationale alumni
0
10,000
20,000
30,000
40,000
50,000
60,000
70,000
Aantal wo-alumni (master)
Nederlandse alumni Internationale alumni
ONTWIKKELINGEN OP DE ARBEIDSMARKT VOOR RECENT AFGESTUDEERDE HBO- EN WO’ERS 5
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.2 Aandeel hbo’ers met werk binnen een halfjaar na afstuderen is vrij stabiel
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
Internationale hbo-alumni vinden de afgelopen jaren steeds vaker werk in Nederland. Het aandeel Nederlandse hbo-alumni met werk ligt net als vorig afstudeercohort op ongeveer 80 procent (zie Figuur 2.3). Daarmee zijn er de afgelopen 15 jaar nog nooit zoveel Nederlandse hbo-alumni binnen zes maanden na afstuderen aan het werk gegaan als de laatste twee cohorten hbo-alumni.
Figuur 2.3 Aandeel hbo-alumni met werk in Nederland neemt voor het vierde jaar op rij toe
70%69%
67%68%68%69%71%71%
67%68%69%70%68%68%70%71%71%
14%15%
16%16%16%15%15%13%
15%14%12%10%9%
10%10%10%11%
6%6%6%
7%7%7%7%7%8%7%
7%8%
9%9%8%8%7%
8%8%8%6%5%5%5%5%5%5%6%6%7%7%6%6%5%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
2000-012001-022002-032003-042004-052005-062006-072007-082008-092009-102010-112011-122012-132013-142014-152015-162016-17
Situatie 6 maanden na afstuderen - hbo-alumni
werknemer zelfstandige/DGA uitkering student geen inkomen geëmigreerd
0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%100%
2000
-01
2001
-02
2002
-03
2003
-04
2004
-05
2005
-06
2006
-07
2007
-08
2008
-09
2009
-10
2010
-11
2011
-12
2012
-13
2013
-14
2014
-15
2015
-16
2016
-17
afstudeerjaar
Kans op werkend in Nederland - hbo-alumni6 maanden na afstuderen
HBO Nederlands HBO Internationaal
6 HOOFDSTUK 2
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Het aandeel afgestudeerde wo’ers dat zes maanden na afstuderen werkt in Nederland is ten op-zichte van het vorige cohort licht afgenomen (zie Figuur 2.1).3 Die afname kan worden verklaard door de toename van het aantal internationale studenten (zie Figuur 2.1). Het merendeel van hen vertrekt direct na afstuderen vertrekt naar het buitenland. Gelet op de afzonderlijke groepen vinden zowel Nederlandse wo-alumni als internationale wo-alumni vanuit het afstudeercohort 2016-2017 juist iets vaker werk in Nederland (zie Figuur 2.5). Daarbij geldt net als bij de hbo-alumni dat het aandeel werkende Nederlandse wo-alumni op het hoogste punt ligt van de afgelopen vijftien jaar. Het aandeel wo-alumni dat doorstudeert is de afgelopen jaren vrij stabiel en ligt rond de 4 procent. Het aandeel wo-alumni dat zes maanden na afstuderen een uitkering of geen inkomen heeft is gedaald van 17 procent in afstudeercohort 2012-2013 naar 11 procent in afstudeercohort 2016-2017.
Figuur 2.4 Aandeel wo’ers dat na afstuderen emigreert neemt jaarlijks toe
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
3 De resultaten zijn afkomstig uit een multinomiale probitschatting, waarbij is gecorrigeerd voor verschillen
in meetmoment ten opzichte van het moment van afstuderen (zie bijlage A). Inkomsten uit het buitenland van personen die in het buitenland wonen zijn niet bekend. Afgestudeerden die wonen in het buitenland en geen inkomsten hebben uit Nederland vallen onder de categorie ‘geëmigreerd’. Dit zijn voornamelijk buitenlandse alumni.
70%70%
68%66%68%68%68%67%
65%64%66%64%63%63%63%62%62%
5%5%
6%7%7%7%7%
6%8%7%5%
4%3%4%4%
4%4%
16%15%15%16%15%
14%14%
14%15%
14%14%
14%15%13%12%
11%10%
5%5%6%6%6%7%7%8%8%
10%11%12%13%15%16%
18%19%
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
2000-012001-022002-032003-042004-052005-062006-072007-082008-092009-102010-112011-122012-132013-142014-152015-162016-17
Situatie 6 maanden na afstuderen - wo-alumni
werknemer zelfstandige/DGA uitkering student geen inkomen geëmigreerd
ONTWIKKELINGEN OP DE ARBEIDSMARKT VOOR RECENT AFGESTUDEERDE HBO- EN WO’ERS 7
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.5 Zowel Nederlandse afgestudeerden als internationale afgestudeerden vinden (iets) va-ker werk in Nederland
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
2.3 Salaris Het startsalaris van hbo- en wo-alumni zit in de lift. Het maandloon van recent afgestudeerden neemt voor het vierde jaar op rij sinds de financiële crisis toe. Het startsalaris van afgestudeerden aan medische opleidingen lijkt minder conjunctuurgevoelig. Het startsalaris van hbo- en wo-alumni zit (net als de economie) in de lift. Voor het vierde jaar op rij verdienen recent gestarte hbo- en wo-alumni gemiddeld meer dan hun voorgangers die een jaar eerder de arbeidsmarkt op gingen. De groei leek de vorige jaren enigszins af te vlakken, maar daar is voor het meest recente afstudeercohort geen sprake meer van. Het verschil tussen hbo- en wo-alumni blijft redelijk stabiel: afgestudeerde wo’ers verdienen per maand gemiddeld ongeveer 460 euro meer dan afgestudeerde hbo’ers.
0%10%20%30%40%50%60%70%80%90%100%
2000
-01
2001
-02
2002
-03
2003
-04
2004
-05
2005
-06
2006
-07
2007
-08
2008
-09
2009
-10
2010
-11
2011
-12
2012
-13
2013
-14
2014
-15
2015
-16
2016
-17
afstudeerjaar
Kans op werkend in Nederland - wo-alumni6 maanden na afstuderen
WO Nederlands WO Internationaal
8 HOOFDSTUK 2
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.6 Startsalaris van hbo- en wo-alumni stijgt relatief hard
* Het maandloon is voor alle afstudeercohorten in bedragen van 2018. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
De stijging van het startsalaris vindt voornamelijk plaats bij afgestudeerden van alfa-, gamma- en bèta-opleidingen, zie Figuur 2.7. Afgestudeerden van medische opleidingen in het wo lijken minder te profiteren van de gunstige economische ontwikkelingen. Aan de andere kant hadden zij ook minder te lijden onder de crisis. Per saldo lijkt het erop dat de arbeidsmarktkansen van medische afgestudeerden minder conjunctuurgevoelig zijn.
Figuur 2.7 Het maandloon van recent afgestudeerden aan alfa, gamma- en beta-opleidingen stijgt het hardst, het maandloon van medici lijkt minder conjunctuurgevoelig
* Het maandloon is voor alle afstudeercohorten in bedragen van 2018. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
1,500
1,700
1,900
2,100
2,300
2,500
2,700
2,900
3,100
afstudeerjaar
Reëel bruto maandloon*Gemiddeld 15 maanden na afstuderen
wo
hbo
1,8002,0002,2002,4002,6002,8003,0003,2003,400
afstudeerjaar
Reëel bruto maandloon - hbo*Gem. 15 maanden na afstuderen
alfa gammamedisch bèta
1,8002,0002,2002,4002,6002,8003,0003,2003,400
afstudeerjaar
Reëel bruto maandloon - wo*Gem. 15 maanden na afstuderen
alfa gammamedisch bèta
ONTWIKKELINGEN OP DE ARBEIDSMARKT VOOR RECENT AFGESTUDEERDE HBO- EN WO’ERS 9
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Niet alleen het maandloon, maar ook het uurloon laat een relatief grote stijging zien (zie Figuur 2.8). Daarmee kan de groei van het startsalaris niet worden verklaard doordat afgestudeerden meer (contractuele) uren maken en daardoor een hoger bruto maandloon hebben. Het reëel bruto uur-loon ligt nog niet op het hoge niveau van voor de crisis.
Figuur 2.8 Ook het uurloon van wo- en hbo-starters stijgt relatief hard
* Het uurloon is voor alle afstudeercohorten in bedragen van 2018. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
2.4 Duur tot een substantiële baan Wo- en hbo-alumni van alle opleidingsrichtingen hebben sneller een baan van substantiële omvang en salaris. De duur tot een substantiële baan is voor het vierde afstudeercohort op rij afgenomen en neemt naar verwachting ook verder af. De duur tot een substantiële baan neemt voor het vierde jaar op rij af (zie Figuur 2.9).4 De gemid-delde hbo’er uit het afstudeercohort 2016-2017 had binnen ruim zes maanden een substantiële baan, de gemiddelde wo’er binnen 5 maanden. De verwachting is dat de duur tot een substantiële baan voor de recentere afstudeercohorten verder afneemt, naar 5 en 4 maanden voor respectievelijk hbo- en wo-alumni (zie stippellijn in Figuur 2.9). De verwachting is gebaseerd op de verhouding tussen het aantal vacatures en de werkloosheid.
4 Een substantiële baan is gedefinieerd als een baan in loondienst in Nederland van minimaal drie dagen per
week, exclusief uitzend- en oproepcontracten, en met een salaris van minimaal 140 procent (hbo-afgestu-deerden) of 150 procent (wo-afgestudeerden) van het minimum uurloon. Die percentages zijn gebaseerd op de loonhoogte waarbij wo- en hbo-afgestudeerden uit het cohort 2007-08 een nagenoeg gelijke duur tot een substantiële baan hadden.
14
15
16
17
18
19
20
afstudeerjaar
Reëel bruto uurloon*Gemiddeld 15 maanden na afstuderen
wo
hbo
10 HOOFDSTUK 2
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.9 Hbo- en wo-alumni hebben sneller een substantiële baan dan in de afgelopen jaren
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
Hiermee lijkt de crisis definitief verleden tijd: op het dieptepunt bedroeg de duur tot een substan-tiële baan voor hbo- en wo-alumni respectievelijk 9 en 7 maanden. Voornamelijk hbo-alumni van alfa- en gamma-opleidingen en wo-alumni van alfa-opleidingen hadden zwaar te lijden onder de crisis (zie Figuur 2.10). Tegelijkertijd neemt voor hen de duur tot een substantiële baan het snelst af. Bèta- en medische-opleidingen lijken in dat opzicht minder conjunctuurgevoelig, al is de duur tot een substantiële baan ook gedaald voor hun alumni. Per saldo hebben afgestudeerden van medische opleidingen het snelst een substantiële baan, ge-volgd door afgestudeerden van bèta-opleidingen. Binnen het hbo doen afgestudeerden van gamma-opleidingen er het langs over om een substantiële baan te vinden, bij wo-alumni geldt dat afgestu-deerden van alfa-opleidingen er (veruit) het langst over doen.
0123456789
10
duur
tot s
ubst
antië
le b
aan
(maa
nden
)
afstudeermaand
Duur tot een substantiële baangemiddelde van de laatste 12 maanden
hbo
wo
ONTWIKKELINGEN OP DE ARBEIDSMARKT VOOR RECENT AFGESTUDEERDE HBO- EN WO’ERS 11
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.10 Duur tot een substantiële baan neemt vooral af bij afgestudeerden van opleidingen die het meeste te lijden hadden onder de crisis
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
2.5 Vast contract De kans op een vast dienstverband neemt toe, met name voor hbo-afgestudeerden. Binnen het wo zijn het vooral de afgestudeerde medici die vaker een vast contract hebben, de kans op een vast dienstverband blijft gelijk voor wo-alumni van gamma- en bèta-opleidingen. Veertig procent van de werkende hbo-alumni uit het afstudeercohort 2016-2017 heeft 15 maanden na afstuderen een vast contract (zie Figuur 2.11). Dat is fors meer dan bij de hbo’ers die een aantal jaren geleden afstudeerde, waarvan 34 procent na 15 maanden een vast contract had bemachtigd. Ook de wo-alumni uit 2016-2017 hebben vaker een vast contract 15 maanden na afstuderen.
De samenhang tussen de stand van de economie en de kans op een vast dienstverband is net als bij het salaris en de duur tot een substantiële baan niet verrassend. In een krappe arbeidsmarkt hebben werknemers meer te eisen en willen bedrijven goede werknemers snel aan zich binden. Bij een ruime arbeidsmarkt hebben werkgevers juist meer onderhandelingsmacht: ze kunnen kiezen uit een groter aanbod van werkzoekenden. Een andere mogelijk verklaring van de toename van het aandeel vast contracten is de per 2016 ingevoerde Wet Werk en Zekerheid. De wet regelt dat werk-nemers na twee jaar in dienst te zijn (of drie tijdelijke contracten) recht hebben op een vast contract, terwijl die zogenoemde ‘ketenbepaling’ tot en met 2015 nog drie jaar bedroeg.
Al met al is het allerminst zeker of de kans op een vast dienstverband ooit nog terugkeert op het niveau van voor de crisis. Flexibele arbeid heeft flink aan terrein gewonnen en lijkt niet meer weg te denken uit de Nederlandse economie.
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18au
g-07
aug-
08
aug-
09
aug-
10
aug-
11
aug-
12
aug-
13
aug-
14
aug-
15
aug-
16
aug-
17
aug-
18
duur
tot s
ubst
antië
le b
aan
(maa
nden
)
afstudeermaandhbo alfa hbo gammahbo medisch hbo beta
0
2
4
6
8
10
12
14
16
18
aug-
07
aug-
08
aug-
09
aug-
10
aug-
11
aug-
12
aug-
13
aug-
14
aug-
15
aug-
16
aug-
17
aug-
18
afstudeermaandwo alfa wo gammawo medisch wo beta
12 HOOFDSTUK 2
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 2.11 Vooral hbo’ers hebben sneller een vast contract dan in vorige jaren
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
Alle hbo-opleidingsrichtingen laten eenzelfde stijging zien in het aandeel afgestudeerden met een vast contract. Binnen het wo is er vooral een stijging zichtbaar bij de afgestudeerde medici en in mindere mate bij de alumni van gamma-opleidingen. Voor afgestudeerden van gamma- en bèta-opleidingen blijft de kans op een vast contract vrij constant.
Figuur 2.12 Stijging aandeel met vast contract bij alle hbo-opleidingen en bij wo-gamma en wo-medici.
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
afstudeerjaar
Kans op vaste baan indien werkend15 maanden na afstuderen
Hbo
Wo
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
afstudeerjaar
Kans op vaste baan indien werkend - hbo-alumni15 maanden na afstuderen
Alfa Gamma
Medisch Bèta
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
70%
afstudeerjaar
Kans op vaste baan indien werkend - wo-alumni15 maanden na afstuderen
Alfa Gamma
Medisch Bèta
STUDIE & WERK 2019 13
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
3 Verschillen tussen opleidingen
Het gemiddelde startsalaris van hbo-starters die de opleiding tot maritiem officier hebben gevolgd is het hoogst van alle hbo-opleidingen. In het wo levert de studie tandheelkunde het hoogste startsalaris op. Tien jaar na afstuderen verdienen zelfstandigen die de opleidingen mondzorgkunde (hbo) en tandheelkunde (wo) hebben gedaan het meest. Dit hoofdstuk beschrijft de samenhang tussen de specifieke opleiding en de arbeidsmarktpositie van hbo- en wo-afgestudeerden. Aan bod komen het startsalaris en het salaris tien jaar na afstude-ren, de duur tot de eerste omvangrijke baan en de kans op een vast contract.
3.1 Salaris Ongeveer 95 procent van de werkzame afgestudeerden start als werknemer, de overige 5 procent begint voor zichzelf. Tien jaar na afstuderen is het aandeel zelfstandigen weliswaar hoger, maar nog steeds heeft bijna 9 op de 10 werkzame afgestudeerden dan een baan in loondienst. Dit hoofdstuk richt zich dan ook in eerste instantie op de afgestudeerden die hun inkomsten uit loondienst verg-aren. Aangaande afgestudeerden in loondienst zijn volgende analyses zijn uitgevoerd: een loglineaire schatting van opleidingseffecten op het maandloon van starters voor de cohorten 2007-08 en 2016-17 en een loglineaire schatting van opleidingseffecten op het maandloon tien jaar na afstuderen voor het cohort 2007-08. De analyses corrigeren voor (observeerbare) verschillen in de samenstel-ling van alumni, het aantal werkdagen per week en de onderwijsinstelling waaraan de opleiding is gevolgd. Het gevolg is dat de verschillen tussen opleidingen niet meer aan die kenmerken kunnen worden toegeschreven. Het aandeel zelfstandigen is relatief klein, maar ongelijk verdeeld over studies. Zo werken startende tandheelkundigen of verloskundigen vaker als zelfstandige dan in loondienst en zijn er enkele stu-dies die nauwelijks zelfstandigen voortbrengen. Dit hoofdstuk presenteert ook de jaarinkomsten uit zelfstandigheid en geeft daarmee ook voor die studies een compleet beeld van de verdiensten na afstuderen.
Inkomsten uit loondienst Figuur 3.1 tot en met Figuur 3.4 laten zien hoe de opleiding samenhangt met het bruto maandloon. De volgende resultaten vallen op: Hbo-afgestudeerden • Hbo-starters met een opleiding in de richting Onderwijs, Zorg of Techniek verdienen over het
algemeen meer dan starters van andere opleidingen. De starters met een taal-, communicatie- of kunstopleiding verdienen naar verhouding het minst (zie Figuur 3.1);
• Hbo-afgestudeerden van de opleiding tot maritiem officier verdienen als starters én in hun baan tien jaar na afstuderen gemiddeld meer dan mede-alumni.
14 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
• Na maritiem officier leveren de zorgopleidingen verloskunde, fysiotherapie en mondzorgkunde de best verdienende starters. De arbeidsmarktpositie voor starters verloskunde lijkt daarmee iets te zijn achteruitgegaan, aangezien hbo-verloskundigen in de vorige twee afstudeercohorten (2014-2016) gemiddeld veruit het meest verdienden van alle hbo-alumni.
• Hbo-starters van de dansopleiding, de kunstacademie en de opleiding toerisme hebben gemid-deld het laagste loon. Dit betreft echter alleen de afgestudeerden die in loondienst werken, ter-wijl afgestudeerde kunstenaars en dansers juist relatief vaak voor zichzelf beginnen (zie vol-gende paragraaf voor de inkomsten van zelfstandigen).
• Tien jaar na afstuderen leveren de meeste hbo-studies in ten opzichte van de referentiestudie Commerciële economie (zie Figuur 3.2). De relatieve positie (ten opzichte van de andere hbo-studies) van de meeste hbo-opleidingen is echter vrij stabiel, op een aantal uitzonderingen na. Zo geldt voor alumni fysiotherapie, dans en toneel dat hun positie relatief veel is verslechterd, terwijl afgestudeerden voedingsmiddelentechnologie, aviation, lucht- en ruimtevaarttechniek en international business en management er relatief sterk op vooruit zijn gegaan.
• Alumni met een tweedegraads lesbevoegdheid behoren steevast tot de best verdienende hbo’ers.
Wo-afgestudeerden • Financieel-economische studies en de opleidingen genees-, tand- en diergeneeskunde leveren
de best verdienende starters (zie Figuur 3.3). Alfa-alumni verdienen gemiddeld het minst, al behoren de afgestudeerden van onderwijsopleidingen tot de middenmoot;
• Afgestudeerden archeologie, geschiedenis en kunst- en cultuurstudies zijn de slechtst betaalde starters.
• Genees- en met name tandheelkundigen behoren tot de best betaalde wo-alumni, zowel als starters als in hun baan 10 jaar na afstuderen. Hierbij past de kanttekening dat de salarissen van tandheelkundigen die in loondienst werken (al dan niet bij hun eigen BV) meer dan bij andere opleidingen geen compleet beeld geven, aangezien het merendeel van de afgestudeerde tand-heelkundigen als zelfstandige aan de slag gaat. Later in dit hoofdstuk worden de gemiddelde jaarinkomsten uit zelfstandigheid besproken;
• Tien jaar na afstuderen valt op dat de meeste studies hebben ingeleverd ten opzichte van de referentiestudie Rechtsgeleerdheid. Dat geldt niet voor de financieel-economische studies en een aantal technische studies. Alfa-studies leveren het meest in, terwijl zij als starters ook al tot de slechtst betaalde afgestudeerden behoren;
• Ten opzichte van hun voorgangers uit 07/08 hebben afgestudeerden uit 16/17 met een tech-nische of exacte opleiding een relatief hoog startsalaris. Dat geldt voornamelijk voor afgestu-deerden van offshore engineering en computer science. Ook afgestudeerden van universitaire lerarenopleidingen die recent de arbeidsmarkt zijn opgegaan hebben een relatief hoog startsa-laris ten opzichte van hun voorgangers uit 07/08.
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 15
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.1 Salarisverschillen hbo-starters cohort 16/17 (% verschil t.o.v. Commerciële Economie)
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
-1%6%
14%17%17%17%
15%17%
31%5%
13%13%
17%8%
4%7%9%
-7%12%
5%-3%
8%6%
15%0%
18%24%
27%13%
7%1%
25%19%
0%-3%
5%4%
6%3%
-8%8%
-9%-5%-5%
0%-5%
14%1%1%
6%9%
5%13%
6%6%
3%0%
5%6%
2%-3%
5%2%
6%0%
-11%-2%
-6%-9%
-7%-5%
-1%-2%
-3%2%
0%4%
9%16%
15%22%
20%22%
19%16%
22%19%21%
13%
-40% -30% -20% -10% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
Forensisch OnderzoekBouwkunde
WerktuigbouwkundeCiviele techniek
MechatronicaElektrotechniek
AutotechniekLuchtvaart- en Scheepstechniek
Maritiem OfficierAviation
ICTInformatica
Technische natuurkundeChemie en Chemische technologieRuimtelijke ordening en planologie
VoedingsmiddelentechnologieTuinbouw en Akkerbouw
Dier- en VeehouderijBedrijfskunde en Agribusiness
MilieustudiesBiologie en medisch laboratoriumonderzoek
Gezondheidszorg en techniekFarmakunde
Management in de ZorgVoeding en diëtetiek
Optometrie en AudiologieMondzorgkunde
VerloskundeLogopedie
Ergotherapie en BewegingHuidtherapie
FysiotherapieVerpleegkunde
Toegepaste psychologieCreatieve therapie
Social WorkSociaal-juridische dienstverlening
Sociaal pedagogische hulpverleningPersoneel en arbeid
Culturele en maatschappelijke vormingMaatschappelijk werk en dienstverlening
ToerismeVrijetijdsmanagement
Sport en managementHotelschool
Fashion en LifestyleTechnische bedrijfskunde
Facility managementRetail management
Logistics EngineeringLogistiek en Economie
Financial Services ManagementBusiness IT en Management
International Business and ManagementBedrijfskunde en management
Fiscaal Recht en EconomieAccountancy
Commerciële economie (referentie)Bedrijfseconomie
Vastgoed en MakelaardijVeiligheidskundeEuropean studies
BestuurskundeHBO - Rechten
Bedrijfskunde MEROntwerpen
DansToneelMuziek
KunstacademieMedia en entertainment management
CommunicatiesystemenMedia- en informatiestudies
Communicatie en multimedia designCommunicatie
JournalistiekTaal en economie
PedagogiekAcademie lichamelijke opvoeding (ALO)
Lerarenopleiding OverigLerarenopleiding Techniekvakken
Lerarenopleiding Natuur-/ScheikundeLerarenopleiding Biologie
Lerarenopleiding WiskundeLerarenopleiding Economie
Lerarenopleiding Geschiedenis/Aardrijkskunde/MaatschappijleerLerarenopleiding Duits/Frans/Spaans
Lerarenopleiding EngelsLerarenopleiding Nederlands
Leraar basisonderwijs (PABO)Te
chni
ekN
atuu
r, m
ilieu
ensc
heik
unde
Zorg
Maa
tsch
appi
jEc
onom
ieBe
stuu
r en
rech
tKu
nst
Taal
en
com
mun
icat
ieO
nder
wijs
16 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.2 Salarisverschillen hbo-starters en 10 jaar na afstuderen, cohort 07/08 (% verschil t.o.v. Commerciële Economie)
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
-40% -30% -20% -10% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
BouwkundeWerktuigbouwkunde
Civiele techniekElektrotechniek
AutotechniekLuchtvaart- en Scheepstechniek
Maritiem OfficierAviation
InformaticaTechnische natuurkunde
Chemie en Chemische technologieRuimtelijke ordening en planologie
VoedingsmiddelentechnologieTuinbouw en Akkerbouw
Dier- en VeehouderijBedrijfskunde en Agribusiness
MilieustudiesBiologie en medisch laboratoriumonderzoek
Gezondheidszorg en techniekFarmakunde
Management in de ZorgVoeding en diëtetiek
Optometrie en AudiologieMondzorgkunde
LogopedieErgotherapie en Beweging
HuidtherapieFysiotherapie
VerpleegkundeCreatieve therapie
Sociaal-juridische dienstverleningSociaal pedagogische hulpverlening
Personeel en arbeidCulturele en maatschappelijke vorming
Maatschappelijk werk en dienstverleningToerisme
VrijetijdsmanagementSport en management
HotelschoolFashion en Lifestyle
Technische bedrijfskundeFacility managementRetail management
Logistics EngineeringLogistiek en Economie
Financial Services ManagementInternational Business and Management
Bedrijfskunde en managementFiscaal Recht en Economie
AccountancyCommerciële economie (referentie)
BedrijfseconomieVastgoed en Makelaardij
VeiligheidskundeEuropean studies
BestuurskundeHBO - Rechten
Bedrijfskunde MEROntwerpen
DansToneelMuziek
KunstacademieMedia en entertainment management
CommunicatiesystemenMedia- en informatiestudies
Communicatie en multimedia designCommunicatie
JournalistiekTaal en economie
PedagogiekAcademie lichamelijke opvoeding (ALO)
Lerarenopleiding OverigLerarenopleiding Techniekvakken
Lerarenopleiding Natuur-/ScheikundeLerarenopleiding Biologie
Lerarenopleiding WiskundeLerarenopleiding Economie
Lerarenopleiding Geschiedenis/Aardrijkskunde/MaatschappijleerLerarenopleiding Duits/Frans/Spaans
Lerarenopleiding EngelsLerarenopleiding Nederlands
Leraar basisonderwijs (PABO)Te
chni
ekN
atuu
r, m
ilieu
ensc
heik
unde
Zorg
Maa
tsch
appi
jEc
onom
ieBe
stuu
r en
rech
tKu
nst
Taal
en
com
mun
icat
ieO
nder
wijs
starters
10 jaar naafstuderen
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 17
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.3 Salarisverschillen wo-starters cohort 16/17 (% verschil t.o.v. Rechtsgeleerdheid)
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
-9%6%7%
-1%9%
6%2%
6%8%
5%3%3%
-4%1%
4%11%
5%6%
-3%-3%-4%
-7%-2%-1%
-8%-6%
-3%6%
0%44%
15%31%
-6%6%
-2%-11%
-9%-1%-2%-1%
5%7%
19%4%
11%15%
-5%-2%
-5%-6%
7%1%
5%0%
-18%-6%
-16%-11%
-14%-4%-4%
-5%-6%-7%
-11%-7%
2%2%
6%6%
2%
-40%-30%-20%-10% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
BouwkundeAuto- en Maritieme technologie
Luchtvaart- en RuimtevaarttechniekSustainability en Technology
Offshore EngineeringWerktuigbouwkunde
Civiele techniekElektrotechniek
InformatiekundeTechniek en management
InnovatiemanagementVoedingstechnologie
BiotechnologieScheikunde en Chemische technologie
Artificial IntelligenceComputer science
Natuur- en SterrenkundeWiskunde
DierwetenschappenPlanologie
Sociale geografieMilieu- en natuurwetenschappen
AardwetenschappenPlant sciences
BiologieBewegingswetenschappen
Biomedische WetenschappenFarmaceutische wetenschappen
GezondheidswetenschappenTandheelkunde
DiergeneeskundeGeneeskunde
NeurowetenschappenGezondheidszorg psychologie
PsychologieCulturele antropologie
Sociologie en Sociale studiesEntrepreneurship
MarketingHuman Resource management
Business AdministrationEconomie
EconometrieAccounting
Fiscale economieFinance
CriminologieBestuur en organisatie
PoliticologieInternationale betrekkingen
Fiscaal rechtInternationaal en Europees recht
PrivaatrechtPubliekrecht
Rechtsgeleerdheid (referentie)Archeologie
Industrieel ontwerpenKunst- en cultuurwetenschappen
MediastudiesGeschiedenis
Theologie en LevensbeschouwingFilosofie
CultuurstudiesCommunicatie
TalenstudiesLetterkunde
TaalwetenschappenPedagogische Wetenschappen
OnderwijskundeUniversitaire lerarenopleiding talen
Universitaire lerarenopleiding maatschappijvakkenUniversitaire lerarenopleiding exact
Tech
niek
Exac
t en
ITN
atuu
r, m
ilieu
enru
imte
Zorg
Maa
tsch
appi
jen
psyc
holo
gie
Econ
omie
Best
uur e
n re
cht
Kuns
t,ge
schi
eden
is e
nfil
osof
ie
Taal
,co
mm
unic
ati
e en
cul
tuur
Ond
erw
ijs
18 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.4 Salarisverschillen wo-starters en 10 jaar na afstuderen, cohort 07/08 (% verschil t.o.v. Rechtsgeleerdheid)
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
-40%-30%-20%-10% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60%
BouwkundeAuto- en Maritieme technologie
Luchtvaart- en RuimtevaarttechniekOffshore EngineeringWerktuigbouwkunde
Civiele techniekElektrotechniek
InformatiekundeTechniek en management
InnovatiemanagementVoedingstechnologie
BiotechnologieScheikunde en Chemische technologie
Artificial IntelligenceComputer science
Natuur- en SterrenkundeWiskunde
DierwetenschappenPlanologie
Sociale geografieMilieu- en natuurwetenschappen
AardwetenschappenPlant sciences
BiologieBewegingswetenschappen
Biomedische WetenschappenFarmaceutische wetenschappen
GezondheidswetenschappenTandheelkunde
DiergeneeskundeGeneeskunde
NeurowetenschappenGezondheidszorg psychologie
PsychologieCulturele antropologie
Sociologie en Sociale studiesMarketing
Human Resource managementBusiness Administration
EconomieEconometrie
AccountingFiscale economie
FinanceCriminologie
Bestuur en organisatiePoliticologie
Internationale betrekkingenFiscaal recht
Internationaal en Europees rechtPrivaatrechtPubliekrecht
Rechtsgeleerdheid (referentie)Archeologie
Industrieel ontwerpenKunst- en cultuurwetenschappen
MediastudiesGeschiedenis
Theologie en LevensbeschouwingFilosofie
CultuurstudiesCommunicatie
TalenstudiesLetterkunde
TaalwetenschappenPedagogische Wetenschappen
OnderwijskundeUniversitaire lerarenopleiding talen
Universitaire lerarenopleiding maatschappijvakkenUniversitaire lerarenopleiding exact
Tech
niek
Exac
t en
ITN
atuu
r, m
ilieu
enru
imte
Zorg
Maa
tsch
appi
jen
psyc
holo
gie
Econ
omie
Best
uur e
n re
cht
Kuns
t,ge
schi
eden
is e
nfil
osof
ie
Taal
,co
mm
unic
ati
e en
cul
tuur
Ond
erw
ijs starters
10 jaar naafstuderen
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 19
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Inkomsten uit zelfstandigheid Figuur 3.5 en Figuur 3.6 presenteren de gemiddelde jaarinkomsten uit werk in 20185 van zelfstan-digen voor studies waarvan tien jaar na afstuderen meer dan 25 procent als zelfstandige werkt.6 De belangrijkste bevindingen zijn als volgt: Hbo-afgestudeerden • In het eerste jaar na afstuderen verdienen zelfstandigen van kunstopleidingen, creatieve therapie
en huidtherapie het minst. Tien jaar na afstuderen is er binnen de kunstopleidingen meer vari-atie: afgestudeerden kunstacademie en dans verdienen substantieel minder dan afgestudeerden toneel en ontwerpen.
• Zelfstandigen met een dansopleiding of een opleiding creatieve therapie verdienen 10 jaar na afstuderen (veruit) het minst.
• Zelfstandigen van de opleiding mondzorgkunde verdienen 10 jaar na afstuderen het meest, gevolgd door optometrie en audiologie en afgestudeerden bedrijfskunde en agribusiness.
• Fysio- en huidtherapeuten die tien jaar geleden zijn afgestudeerd en nu in een eigen bedrijf werken verdienen relatief veel, maar dat geldt minder voor hun collega’s die onlangs zijn afge-studeerd en in een eigen bedrijf werken;
• Zelfstandigen die tien jaar geleden zijn afgestudeerd verdienen veelal meer dan hun collega’s die op dit moment pas een jaar aan de slag zijn in een eigen bedrijf. Dat geldt minder voor afgestudeerden in de agrarische hoek en afgestudeerden van dansopleidingen en creatieve the-rapie. Mogelijk ontplooien de nieuwe afgestudeerden andersoortige activiteiten of maakt het bij deze opleidingen voor de verdiensten niet veel uit hoe lang men in het vak zit.
Wo-afgestudeerden • Afgestudeerden tandheelkundigen werken 10 jaar na afstuderen bijna allemaal in een eigen prak-
tijk (95%). Zij verdienen per jaar gemiddeld ook meer dan zelfstandigen van andere opleidingen. Met name 10 jaar na afstuderen verdienen tandartsen met ruim 134 duizend euro per jaar relatief veel.
• Naast tandheelkundigen verdienen ook de afgestudeerden geneeskunde die voor zichzelf zijn begonnen met gemiddeld 94 duizend euro per jaar relatief veel.
• Afgestudeerden van talenstudies en kunst- en cultuurwetenschappen verdienen als zelfstandi-gen zowel 1 als 10 jaar na afstuderen het minst.
5 De gegevens over zelfstandigen zijn beschikbaar tot en met 2017. Om de inkomsten in 2018 te bepalen
zijn per opleidingscluster de inkomsten in 2017 gecorrigeerd met de stijgingen van de lonen tussen 2017 (cohort 06/07 en 15/16) en 2018 (cohort 07/08 en 16/17) van afgestudeerden die in loondienst werken.
6 De (totale) jaarinkomsten uit werk betreffen zowel de inkomsten uit zelfstandigheid als de eventuele in-komsten uit een baan in loondienst voor de zelfstandigen die een baan in loondienst en zelfstandigheid combineren.
20 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.5 Gemiddelde bruto jaarinkomsten uit werk van zelfstandigen in 2018, hbo-afgestudeer-den, aandeel zelfstandigen 10 jaar na afstuderen tussen haakjes
* Het aantal startende zelfstandigen bij optometrie en audiologie is lager dan 10 en niet meegenomen Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
48,689
43,061
58,256
59,593
65,577
36,353
47,584
49,433
23,014
41,578
21,000
33,656
27,231
25,976
51,069
53,013
35,066
40,540
41,350
44,554
38,425
23,270
18,551
25,159
17,365
19,882
18,068
17,786
15,912
14,821
23,046
25,419
26,125
0 20,000 40,000 60,000 80,000
Tuinbouw en Akkerbouw (47%)
Dier- en Veehouderij (37%)
Bedrijfskunde en Agribusiness(28%)
Optometrie en Audiologie* (33%)
Mondzorgkunde (47%)
Logopedie (27%)
Huidtherapie (54%)
Fysiotherapie (28%)
Creatieve therapie (34%)
Ontwerpen (33%)
Dans (68%)
Toneel (69%)
Muziek (77%)
Kunstacademie (54%)
Media en entertainmentmanagement (32%)
Communicatie en multimediadesign (34%)
Journalistiek (32%)
Bruto jaarinkomen uit werk (in euro's)
1 jaar na afstuderen (meestrecente cohort)
10 jaar na afstuderen
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 21
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.6 Gemiddelde bruto jaarinkomsten uit werk van zelfstandigen in 2018, wo-afgestudeer-den, aandeel zelfstandigen 10 jaar na afstuderen tussen haakjes
* Het aantal startende zelfstandigen bij optometrie en audiologie (1 en 10 jaar na afstuderen) en dierge-
neeskunde (1 jaar na afstuderen) is lager dan 10 en niet meegenomen Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
3.2 Duur tot een substantiële baan Naast het salaris vormt de duur tot de eerste substantiële baan een belangrijke indicatie van de waarde van een studie op de arbeidsmarkt.7 Dit hoofdstuk schat met een duurmodel de effecten van opleidingen op de duur tot een substantiële baan, rekening houdend met de invloed van per-soonlijke kenmerken en de onderwijsinstelling waaraan de opleiding is gevolgd.8 Figuur 3.5 en Figuur 3.6 presenteren per opleiding de mediane duur tot een substantiële baan. Hierbij betekent een negatief effect in de figuur dat het minder lang duurt om een substantiële baan te vinden, dit is dan ook een gunstig effect op de arbeidsmarktpositie. De belangrijkste conclusies op basis van de schattingsresultaten zijn als volgt:
7 Een substantiële baan is gedefinieerd als een baan in loondienst in Nederland van minimaal drie dagen per
week, exclusief uitzend- en oproepcontracten, en met een salaris van minimaal 140 procent (hbo-afgestu-deerden) of 150 procent (wo-afgestudeerden) van het minimum uurloon. Die percentages zijn gebaseerd op de loonhoogte waarbij wo- en hbo-afgestudeerden uit het cohort 2007-08 een nagenoeg gelijke duur tot een substantiële baan hadden.
8 Meer specifiek betreft het een Weibull specificatie. De schattingen zijn afzonderlijk voor hbo-afgestudeer-den en wo-afgestudeerden gedaan. Zie bijlage A voor een verdere toelichting.
47,553
134,159
57,456
94,411
76,177
54,328
30,151
45,152
43,830
46,018
33,830
35,368
34,788
61,379
53,505
51,331
34,940
21,707
25,352
28,092
28,494
18,950
21,351
0 50000 100000 150000
Bouwkunde (30%)
Tandheelkunde (95%)
Diergeneeskunde* (31%)
Geneeskunde (39%)
Fiscaal recht (29%)
Industrieel ontwerpen (34%)
Kunst- en cultuurwetenschappen (34%)
Mediastudies (31%)
Theologie en Levensbeschouwing (47%)
Filosofie (34%)
Talenstudies (27%)
Taalwetenschappen (32%)
Bruto jaarinkomen uit werk (in euro's)
1 jaar na afstuderen (meestrecente cohort)
10 jaar na afstuderen
22 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Hbo-afgestudeerden • Binnen het hbo hebben alumni van verpleegkunde, optometrie en audiologie, lerarenopleidin-
gen en een aantal technische opleidingen het snelst een substantiële baan. Ten opzichte van het vorige afstudeercohort vinden afgestudeerden van technische opleidingen (nog) sneller een sub-stantiële baan;
• Hbo-afgestudeerden van kunstopleidingen hebben de langste duur tot een substantiële baan, al geldt dit niet voor afgestudeerden van de opleiding ontwerpen en slechts in beperkte mate voor afgestudeerden toneel. Na de kunstopleidingen volgen de afgestudeerden toerisme, de afgestu-deerden sport en management en de afgestudeerden vrijetijdsmanagement als het gaat om een relatief lange duur tot een substantiële baan;
Wo-afgestudeerden • Binnen het wo hebben afgestudeerden geneeskunde het snelst een substantiële baan: de gemid-
delde afgestudeerde doet er slechts een ruime maand over om een substantiële baan te vinden. Ook de afgestudeerden van fiscale economie, accounting en econometrie doen er relatief kort over en hebben gemiddeld binnen 3 maanden een substantiële baan. Dat geldt ook voor alumni computer science;
• De gemiddelde alumnus van letterkunde doet het langst over het vinden van een substantiële baan. Afgestudeerden van kunst- en cultuurwetenschappen en archeologie komen op respec-tievelijk plek 2 en 3 van onder;
• Ten opzichte van het vorige afstudeercohort is de duur tot een substantiële baan voor alle op-leidingen binnen de opleidingsrichting Exact en IT relatief sterk gedaald;
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 23
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.7 Mediane duur tot een substantiële baan per gevolgde opleiding, hbo’ers cohort 16/17
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
9.76.4
2.83.4
2.62.6
3.93.44.1
8.73.9
3.33.4
6.47.7
6.75.4
14.66.1
8.27.8
3.35.0
3.215.3
2.05.1
11.110.8
6.110.3
7.51.8
10.614.3
4.37.2
5.17.3
14.45.7
20.917.1
18.410.1
14.04.1
10.311.0
5.85.96.3
4.110.0
9.25.1
6.610.6
6.97.3
8.916.0
10.411.2
8.810.3
40.917.7
34.536.9
13.813.0
12.313.013.213.6
10.97.2
6.74.9
3.52.1
3.12.9
2.44.55.1
3.83.4
2.8
0 12 24 36 48
Forensisch OnderzoekBouwkunde
WerktuigbouwkundeCiviele techniek
MechatronicaElektrotechniek
AutotechniekLuchtvaart- en Scheepstechniek
Maritiem OfficierAviation
ICTInformatica
Technische natuurkundeChemie en Chemische technologieRuimtelijke ordening en planologie
VoedingsmiddelentechnologieTuinbouw en Akkerbouw
Dier- en VeehouderijBedrijfskunde en Agribusiness
MilieustudiesBiologie en medisch laboratoriumonderzoek
Gezondheidszorg en techniekFarmakunde
Management in de ZorgVoeding en diëtetiek
Optometrie en AudiologieMondzorgkunde
VerloskundeLogopedie
Ergotherapie en BewegingHuidtherapie
FysiotherapieVerpleegkunde
Toegepaste psychologieCreatieve therapie
Social WorkSociaal-juridische dienstverlening
Sociaal pedagogische hulpverleningPersoneel en arbeid
Culturele en maatschappelijke vormingMaatschappelijk werk en dienstverlening
ToerismeVrijetijdsmanagement
Sport en managementHotelschool
Fashion en LifestyleTechnische bedrijfskunde
Facility managementRetail management
Logistics EngineeringLogistiek en Economie
Financial Services ManagementBusiness IT en Management
International Business and ManagementBedrijfskunde en management
Fiscaal Recht en EconomieAccountancy
Commerciële economieBedrijfseconomie
Vastgoed en MakelaardijVeiligheidskundeEuropean studies
BestuurskundeHBO - Rechten
Bedrijfskunde MEROntwerpen
DansToneelMuziek
KunstacademieMedia en entertainment management
CommunicatiesystemenMedia- en informatiestudies
Communicatie en multimedia designCommunicatie
JournalistiekTaal en economie
PedagogiekAcademie lichamelijke opvoeding (ALO)
Lerarenopleiding OverigLerarenopleiding Techniekvakken
Lerarenopleiding Natuur-/ScheikundeLerarenopleiding Biologie
Lerarenopleiding WiskundeLerarenopleiding Economie
Lerarenopleiding Geschiedenis/Aardrijkskunde/MaatschappijleerLerarenopleiding Duits/Frans/Spaans
Lerarenopleiding EngelsLerarenopleiding Nederlands
Leraar basisonderwijs (PABO)
Tech
niek
Nat
uur,
milie
u en
sche
ikun
deZo
rgM
aats
chap
pij
Econ
omie
Best
uur e
nre
cht
Kuns
tTa
al e
nco
mm
unic
atie
Ond
erw
ijs
mediane duur tot substantiële baan (in maanden)
24 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.8 Mediane duur tot een substantiële baan per gevolgde opleiding, wo’ers cohort 16/17
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
7.74.33.9
5.23.44.13.63.53.13.9
5.55.96.56.6
4.22.6
6.24.7
6.87.67.68.6
7.46.0
10.810.2
5.33.2
6.28.1
2.51.2
7.05.9
9.412.6
10.28.48.1
7.45.4
4.62.92.42.5
4.38.6
7.210.2
11.43.5
9.05.76.1
7.318.8
8.720.3
13.815.9
15.313.0
16.610.6
11.725.9
12.77.26.7
3.55.7
0 12 24 36 48
BouwkundeAuto- en Maritieme technologie
Luchtvaart- en RuimtevaarttechniekSustainability en Technology
Offshore EngineeringWerktuigbouwkunde
Civiele techniekElektrotechniek
InformatiekundeTechniek en management
InnovatiemanagementVoedingstechnologie
BiotechnologieScheikunde en Chemische technologie
Artificial IntelligenceComputer science
Natuur- en SterrenkundeWiskunde
DierwetenschappenPlanologie
Sociale geografieMilieu- en natuurwetenschappen
AardwetenschappenPlant sciences
BiologieBewegingswetenschappen
Biomedische WetenschappenFarmaceutische wetenschappen
GezondheidswetenschappenTandheelkunde
DiergeneeskundeGeneeskunde
NeurowetenschappenGezondheidszorg psychologie
PsychologieCulturele antropologie
Sociologie en Sociale studiesEntrepreneurship
MarketingHuman Resource management
Business AdministrationEconomie
EconometrieAccounting
Fiscale economieFinance
CriminologieBestuur en organisatie
PoliticologieInternationale betrekkingen
Fiscaal rechtInternationaal en Europees recht
PrivaatrechtPubliekrecht
RechtsgeleerdheidArcheologie
Industrieel ontwerpenKunst- en cultuurwetenschappen
MediastudiesGeschiedenis
Theologie en LevensbeschouwingFilosofie
CultuurstudiesCommunicatie
TalenstudiesLetterkunde
TaalwetenschappenPedagogische Wetenschappen
OnderwijskundeUniversitaire lerarenopleiding talen
Universitaire lerarenopleiding maatschappijvakken
Tech
niek
Exac
t en
ITN
atuu
r, m
ilieu
enru
imte
Zorg
Maa
tsch
appi
jen
psyc
holo
gie
Econ
omie
Best
uur e
n re
cht
Kuns
t,ge
schi
eden
is e
nfil
osof
ie
Taal
,co
mm
unic
ati
e en
cul
tuur
Ond
erw
ijs
mediane duur tot substantiële baan (in maanden)
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 25
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
3.3 Vast contract Een vast onderdeel in de Studie & Werk-reeks is baanzekerheid: in hoeverre hebben afgestudeerde hbo’ers en wo’ers kans op een vast contract 15 maanden na afstuderen? Dit hoofdstuk vergelijkt de opleidingen op deze kans. Figuur 3.7 en Figuur 3.8 presenteren voor respectievelijk hbo- en wo-studies de kans op een vast contract 15 maanden na afstuderen.9 De kans op een vast contract is bepaald voor zowel het totaal aantal afgestudeerden als alleen voor hen met een baan in loondienst. De volgende resultaten vallen op: Hbo-afgestudeerden • Binnen het hbo hebben afgestudeerden met een tweedegraads lesbevoegdheid het snelst een
vast contract. Dat is niet opvallend, gezien de gemiddeld hogere leeftijd van de afgestudeerden en het feit dat dit vaak ook al werkenden met een tweede opleiding betreft. Dat geldt ook voor afgestudeerden management in de zorg;
• Afgestudeerden accountancy hebben relatief vaak een vast contract 15 maanden na afstuderen. Dit geldt in iets mindere mate voor afgestudeerden verpleegkunde. Bij het vorige afstudeerco-hort hadden afgestudeerden verpleegkunde juist vaker een vast contract dan afgestudeerden accountancy;
• Van de afgestudeerden met een baan in loondienst hebben alumni van huidtherapie het minst vaak een vast contract. Ook de opleidingen journalistiek, communicatiesystemen, dans, fashion en lifestyle, creatieve therapie en forensisch onderzoek lijken weinig kansen op een vast contract te bieden voor werkenden in loondienst;
Wo-afgestudeerden • Binnen het wo hebben afgestudeerden accountancy traditioneel het snelst een vast contract.
Dat geldt ook voor het huidige cohort, al is er nu weinig verschil meer met afgestudeerden fiscale economie. Dat komt door een afname van het aandeel accountants met een vast contract;
• Afgestudeerden geneeskunde hebben traditioneel het minst snel een vast contract, ook vanuit het afstudeercohort 2016-17. Ten opzichte van het vorige afstudeercohort is het aandeel wer-kenden in loondienst met een vast contract echter iets gestegen, van ongeveer 3 naar 7 procent. Opvallend is de daling van de vaste contracten onder afgestudeerden neurowetenschappen: van 10 procent voor werkenden met een baan uit cohort 2015-2016 naar 7 procent in 2016-2017;
• De kans op een vast dienstverband neemt toe voor alle zorgopleidingen, terwijl bij de overige opleidingsrichtingen geen eenduidige toename zichtbaar is. Daarmee lijkt het erop dat medische opleidingen nu ook beter scoren op baanzekerheid, waarbij zij al zeer goed scoren op het salaris en de duur tot een substantiële baan;
• De opleidingsrichting Maatschappij & psychologie biedt net als bij het vorige afstudeercohort de laagste kans op een vast contract;
9 De resultaten zijn afkomstig uit een probitschatting, waarbij is gecorrigeerd voor verschillen in meetmo-
ment ten opzichte van het moment van afstuderen (zie bijlage A). Daarmee wordt gecorrigeerd voor ver-schillen in de kans op een vaste baan die ontstaan doordat de tijd tussen afstuderen en het meten van de contractsoort niet voor alle afgestudeerden hetzelfde is.
26 HOOFDSTUK 3
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.9 Vast contract 15 maanden na afstuderen, hbo’ers cohort 16/17
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%
Leraar basisonderwijs (PABO)Lerarenopleiding Nederlands
Lerarenopleiding EngelsLerarenopleiding Duits/Frans/Spaans
Lerarenopleiding Geschiedenis/Aardrijkskunde/MaatschappijleerLerarenopleiding EconomieLerarenopleiding Wiskunde
Lerarenopleiding BiologieLerarenopleiding Natuur-/Scheikunde
Lerarenopleiding TechniekvakkenLerarenopleiding Overig
Academie lichamelijke opvoeding (ALO)Pedagogiek
Taal en economieJournalistiek
CommunicatieCommunicatie en multimedia design
Media- en informatiestudiesCommunicatiesystemen
Media en entertainment managementKunstacademie
MuziekToneel
DansOntwerpen
Bedrijfskunde MERHBO - RechtenBestuurskunde
European studiesVeiligheidskunde
Vastgoed en MakelaardijBedrijfseconomie
Commerciële economieAccountancy
Fiscaal Recht en EconomieBedrijfskunde en management
International Business and ManagementBusiness IT en Management
Financial Services ManagementLogistiek en Economie
Logistics EngineeringRetail management
Facility managementTechnische bedrijfskunde
Fashion en LifestyleHotelschool
Sport en managementVrijetijdsmanagement
ToerismeMaatschappelijk werk en dienstverlening
Culturele en maatschappelijke vormingPersoneel en arbeid
Sociaal pedagogische hulpverleningSociaal-juridische dienstverlening
Social WorkCreatieve therapie
Toegepaste psychologieVerpleegkunde
FysiotherapieHuidtherapie
Ergotherapie en BewegingLogopedie
VerloskundeMondzorgkunde
Optometrie en AudiologieVoeding en diëtetiek
Management in de ZorgFarmakunde
Gezondheidszorg en techniekBiologie en medisch laboratoriumonderzoek
MilieustudiesBedrijfskunde en Agribusiness
Dier- en VeehouderijTuinbouw en Akkerbouw
VoedingsmiddelentechnologieRuimtelijke ordening en planologieChemie en Chemische technologie
Technische natuurkundeInformatica
ICTAviation
Maritiem OfficierLuchtvaart- en Scheepstechniek
AutotechniekElektrotechniek
MechatronicaCiviele techniek
WerktuigbouwkundeBouwkunde
Forensisch Onderzoek
Ond
erw
ijsTa
al e
nco
mm
unic
atie
Kuns
tBe
stuu
r en
econ
omie
Econ
omie
Maa
tsch
appi
jZo
rgN
atuu
r, m
ilieu
ensc
heik
unde
Tech
niek
vast contract als % van alleafgestudeerden
vast contract als % van deafgestudeerden met een baan
VERSCHILLEN TUSSEN OPLEIDINGEN 27
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 3.10 Vast contract 15 maanden na afstuderen, wo’ers cohort 16/17
Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019
0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90%100%
Universitaire lerarenopleiding exactUniversitaire lerarenopleiding maatschappijvakken
Universitaire lerarenopleiding talenOnderwijskunde
Pedagogische WetenschappenTaalwetenschappen
LetterkundeTalenstudies
CommunicatieCultuurstudies
FilosofieTheologie en Levensbeschouwing
GeschiedenisMediastudies
Kunst- en cultuurwetenschappenIndustrieel ontwerpen
ArcheologieRechtsgeleerdheid
PubliekrechtPrivaatrecht
Internationaal en Europees rechtFiscaal recht
Internationale betrekkingenPoliticologie
Bestuur en organisatieCriminologie
FinanceFiscale economie
AccountingEconometrie
EconomieBusiness Administration
Human Resource managementMarketing
EntrepreneurshipSociologie en Sociale studies
Culturele antropologiePsychologie
Gezondheidszorg psychologieNeurowetenschappen
GeneeskundeDiergeneeskunde
TandheelkundeGezondheidswetenschappen
Farmaceutische wetenschappenBiomedische Wetenschappen
BewegingswetenschappenBiologie
Plant sciencesAardwetenschappen
Milieu- en natuurwetenschappenSociale geografie
PlanologieDierwetenschappen
WiskundeNatuur- en Sterrenkunde
Computer scienceArtificial Intelligence
Scheikunde en Chemische technologieBiotechnologie
VoedingstechnologieInnovatiemanagement
Techniek en managementInformatiekundeElektrotechniekCiviele techniek
WerktuigbouwkundeOffshore Engineering
Sustainability en TechnologyLuchtvaart- en Ruimtevaarttechniek
Auto- en Maritieme technologieBouwkunde
Ond
erw
ijs
Taal
,co
mm
unic
ati
e en
cul
tuur
Kuns
t,ge
schi
eden
is e
nfil
osof
ieBe
stuu
r en
rech
tEc
onom
ie
Maa
tsch
appi
jen
psyc
holo
gie
Zorg
Nat
uur,
milie
u en
ruim
teEx
act e
n IT
Tech
niek
vast contract als % van alleafgestudeerden
vast contract als % van deafgestudeerden met een baan
STUDIE & WERK 2019 29
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
4 Verschillen tussen afgestudeerden
Na correctie voor onder andere werkuren verdienen mannen een jaar na afstuderen meer dan vrouwen, het belonings-verschil neemt toe over tijd. Oudere afgestudeerden hebben een hoger startsalaris maar het beloningsverschil is na 10 jaar verdwenen. In dit hoofdstuk staan de verschillen tussen diverse groepen alumni centraal. Specifiek kijkt dit hoofdstuk naar de invloed van persoons- en studiekenmerken op de arbeidsmarktpositie van afge-studeerden in het hoger onderwijs. Aan bod komen het startsalaris, het salaris tien jaar na afstude-ren en de duur tot de eerste omvangrijke baan.
4.1 Inkomsten uit loondienst Dit hoofdstuk presenteert de invloed van persoonlijke kenmerken op het salaris van starters en het salaris tien jaar na afstuderen. De resultaten zijn afkomstig uit dezelfde analyses als in paragraaf 3.1: een loglineaire schatting van opleidingseffecten op het maandloon van starters voor de cohorten 2007-08 en 2016-17 en een loglineaire schatting van opleidingseffecten op het maandloon tien jaar na afstuderen voor het cohort 2007-08. De volgende bevindingen ten aanzien van kenmerken van afgestudeerden vallen op (zie Figuur 5.1-Figuur 5.4): • In het algemeen hebben kenmerken van afgestudeerden veel minder invloed op het salaris dan
de gekozen opleiding; • Oudere hbo- en wo-afgestudeerden verdienen direct na afstuderen meer dan hun jongere col-
lega’s, 10 jaar na afstuderen is er vrijwel geen samenhang meer tussen leeftijd bij afstuderen en inkomen;
• Vrouwen verdienen minder dan mannen, ook al werken zij evenveel dagen per week. Dat be-loningsverschil neemt 10 jaar na afstuderen verder toe. Deze uitkomst komt niet overeen met de resultaten uit het CBS-onderzoek naar loonverschillen tussen mannen en vrouwen10;
• Internationale afgestudeerden verdienen minder dan Nederlandse afgestudeerden, als starters en 10 jaar na afstuderen;
• Nederlandse afgestudeerden met een niet-westerse migratieachtergrond verdienen als starters nagenoeg evenveel als Nederlandse afgestudeerden zonder migratieachtergrond, 10 jaar na af-studeren verdienen zij ongeveer 2-3 procent minder dan Nederlandse afgestudeerden zonder migratieachtergrond;
• Voor zowel hbo- als wo-alumni geldt dat afgestudeerden met mbo-opgeleide ouders tien jaar na afstuderen gemiddeld minder verdienen dan afgestudeerden van hoogopgeleide ouders. Bij de recent gestarte alumni is er een minder eenduidige samenhang tussen het inkomen van afge-studeerden en het opleidingsniveau van de ouders;
• Afgestudeerden die bij afstuderen nog thuis woonden verdienen structureel minder dan uitwo-nende afgestudeerden. Dat patroon is vooral zichtbaar bij wo-alumni;
10 https://www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2019/22/loonverschillen-tussen-mannen-en-vrouwen-in-2016
30 HOOFDSTUK 4
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
• Afgestudeerden die tijdens hun afstudeerjaar een bijbaan hadden in een relevante sector verdie-nen structureel ongeveer 5 procent meer dan afgestudeerden zonder een dergelijke bijbaan. Daarbovenop verdienen universitair afgestudeerden die stage hebben gelopen gemiddeld meer dan hun medestudenten die geen stage hebben gevolgd, zowel in hun eerste baan als in de baan 10 jaar na afstuderen;
• Wo-afgestudeerden die al een wo-master op zak hebben of tegelijkertijd afstuderen met twee masters verdienen structureel meer dan wo-alumni met één master. Datzelfde geldt voor hbo’ers: hbo-afgestudeerden met twee of meer hbo-diploma’s verdienen meer dan alumni met één hbo-diploma;
VERSCHILLEN TUSSEN AFGESTUDEERDEN 31
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 4.1 Samenhang individuele factoren met het bruto maandloon van starters (hbo’ers afstu-deerjaar 16/17)
* Niet-relevante bijbanen betreft alle bijbanen in de horeca, detailhandel, evenementen, post- en koeriers-
dienst, landbouw en uitzendwerk. Overige bijbanen zijn aangemerkt als relevante bijbaan. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
0%1%2%3%
4%5%
0%-3%
0%0%
-1%
0%1%0%
-1%
-1%0%
2%
0%1%
5%
0%
1%0%0%
0%2%2%
-20%0%
0%10%
6%
3%
0%-1%-1%-1%
-30% -20% -10% 0% 10% 20%
Leeftijd bij afstuderen: 212223242526
Geslacht: ManVrouw
Herkomst: Nederland of westerse migratieachtergrondNiet-westerse migratieachtergrond
Internationale student
Opleidingsniveau ouders: Max mbo3Mbo4, havo, vwo
HboWo
Woonsituatie bij afstuderen: ThuiswonendUitwonend zonder partner
Uitwonend met partner
Werkervaring afstudeerjaar: Geen bijbaanNiet-relevante bijbaan*
Relevante bijbaan*
Betaalde stage in afstudeerjaar
Vooropleiding voor hbo: MboHavo EM/CMHavo NT/NG
VwoOverig (buitenlands diploma/ colloquium doctum)
Onbekend
Werkdagen per week: 4 dagen5 dagen
Type hoger onderwijs: VoltijdDeeltijd
Duaal onderwijs
Twee of meer hbo-bachelors
Jaren in hbo: 4567
32 HOOFDSTUK 4
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 4.2 Samenhang individuele factoren met het bruto maandloon van starters en het bruto maandloon 10 jaar na afstuderen, hbo’ers afstudeerjaar 07/08
* Niet-relevante bijbanen betreft alle bijbanen in de horeca, detailhandel, evenementen, post- en koeriers-
dienst, landbouw en uitzendwerk. Overige bijbanen zijn aangemerkt als relevante bijbaan. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
-30% -20% -10% 0% 10% 20%
Leeftijd bij afstuderen: 21 (referentie)2223242526
Geslacht: Man (referentie)Vrouw
Herkomst: Nederland/westerse migratieachtergrond (ref.)Niet-westerse migratieachtergrond
Internationale student
Opleidingsniveau ouders: Max mbo3Mbo4, havo, vwoHbo (referentie)
Wo
Woonsituatie bij afstuderen: ThuiswonendUitwonend zonder partner (referentie)
Uitwonend met partner
Werkervaring afstudeerjaar: Geen bijbaan (referentie)Niet-relevante bijbaan*
Relevante bijbaan*
Betaalde stage in afstudeerjaar
Vooropleiding voor hbo: MboHavo EM/CM (referentie)
Havo NT/NGVwo
Overig (buitenlands diploma/ colloquium doctum)Onbekend
Werkdagen per week: 4 dagen5 dagen (referentie)
Type hoger onderwijs: Voltijd (referentie)Deeltijd
Duaal onderwijs
Twee of meer hbo-bachelors
Jaren in hbo: 4 (referentie)567
starters 10 jaar na afstuderen
VERSCHILLEN TUSSEN AFGESTUDEERDEN 33
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 4.3 Samenhang individuele factoren met het bruto maandloon van starters (wo’ers afstu-deerjaar 16/17)
* Niet-relevante bijbanen betreft alle bijbanen in de horeca, detailhandel, evenementen, post- en koeriers-
dienst, landbouw en uitzendwerk. Overige bijbanen zijn aangemerkt als relevante bijbaan. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
0%1%2%3%4%5%
0%-1%
0%-1%
-3%
0%-2%
0%-1%
-2%0%1%
0%-1%
4%
4%
2%0%1%1%2%
-22%0%
0%17%
4%
3%
0%-1%
0%-1%
-30% -20% -10% 0% 10% 20%
Leeftijd bij afstuderen: 232425262728
Geslacht: ManVrouw
Herkomst: Nederland of westerse migratieachtergrondNiet-westerse migratieachtergrond
Internationale student
Opleidingsniveau ouders: Max mbo3Mbo4, havo, vwo
HboWo
Woonsituatie bij afstuderen: ThuiswonendUitwonend zonder partner
Uitwonend met partner
Werkervaring afstudeerjaar: Geen bijbaanNiet-relevante bijbaan*
Relevante bijbaan*
Betaalde stage in afstudeerjaar
Vooropleiding: HboVwo EM/CMVwo NG/NT
Overig (buitenlands diploma/colloquium doctum)Onbekend
Werkdagen per week: 4 dagen5 dagen
Type hoger onderwijs: VoltijdDeeltijd
Duaal onderwijs
Twee of meer wo-masters
Jaren in wo: 4567
34 HOOFDSTUK 4
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 4.4 Samenhang individuele factoren met het bruto maandloon van starters en het bruto maandloon 10 jaar na afstuderen, wo’ers afstudeerjaar 07/08
* Niet-relevante bijbanen betreft alle bijbanen in de horeca, detailhandel, evenementen, post- en koeriers-
dienst, landbouw en uitzendwerk. Overige bijbanen zijn aangemerkt als relevante bijbaan. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
-30% -20% -10% 0% 10% 20%
Leeftijd bij afstuderen: 23 (referentie)2425262728
Geslacht: Man (referentie)Vrouw
Herkomst: Nederland/westerse migratieachtergrond (ref.)Niet-westerse migratieachtergrond
Internationale student
Opleidingsniveau ouders: Max mbo3Mbo4, havo, vwoHbo (referentie)
Wo
Woonsituatie bij afstuderen: ThuiswonendUitwonend zonder partner (referentie)
Uitwonend met partner
Werkervaring afstudeerjaar: Geen bijbaan (referentie)Niet-relevante bijbaan*
Relevante bijbaan*
Betaalde stage in afstudeerjaar
Vooropleiding: HboVwo EM/CM (referentie)
Vwo NG/NTOverig (buitenlands diploma/colloquium doctum)
Onbekend
Werkdagen per week: 4 dagen5 dagen (referentie)
Type hoger onderwijs: Voltijd (referentie)Deeltijd
Duaal onderwijs
Twee of meer wo-masters
Jaren in wo: 45
6 (referentie)7
starters 10 jaar na afstuderen
VERSCHILLEN TUSSEN AFGESTUDEERDEN 35
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
4.2 Duur tot de eerste substantiële baan Deze paragraaf presenteert de invloed van persoonlijke kenmerken op de duur tot de eerste sub-stantiële baan. De resultaten zijn afkomstig uit het duurmodel zoals beschreven in paragraaf 3.2. Figuur 4.5 en Figuur 4.6 presenteren de invloed van kenmerken op de duur tot de eerste substan-tiële baan. Hierbij betekent een negatief effect in de figuur dat het minder lang duurt om een sub-stantiële baan te vinden, dit is derhalve een gunstig effect op de arbeidsmarktsituatie. De belang-rijkste bevindingen zijn als volgt: • Oudere hbo-alumni hebben sneller een substantiële baan dan hun jongere mede-alumni. Bij
wo-alumni is dit patroon minder (sterk) aanwezig, al doen de relatief jonge wo’ers van 23 jaar er langer over dan hun oudere mede-alumni;
• Hbo-vrouwen hebben minder snel een baan dan hbo-mannen. Daar is ook sprake van bij wo-afgestudeerden, al is het verschil een stuk kleiner;
• Internationale studenten (die in Nederland blijven) doen bijna anderhalf keer langer over het vinden van een substantiële baan dan Nederlandse afgestudeerden zonder migratieachtergrond. Nederlandse alumni met een niet-westerse migratieachtergrond hebben sneller een substantiële baan dan internationale afgestudeerden, maar ook zij doen er langer over dan afgestudeerden zonder migratieachtergrond;
• Hbo-alumni met wo-opgeleide ouders hebben minder snel een substantiële baan dan hbo-alumni met lager opgeleide ouders, terwijl dit bij het wo andersom is;
• Studenten met een relevante bijbaan tijdens hun afstudeerjaar hebben bij afstuderen veel sneller een substantiële baan dan studenten zonder bijbaan of een niet-relevante bijbaan. Mogelijk kun-nen afgestudeerden bij hun werkgever of afstudeeradres blijven, of betreffen dit afgestudeerden die vanuit een substantiële baan een studie volgen;
• Ook alumni die (eventueel bovenop een bijbaan) stage hebben gelopen tijdens hun afstudeerjaar hebben sneller een substantiële baan, al geldt dat vooral voor wo-alumni. Dat heeft er mogelijk mee te maken dat stage lopen binnen het wo niet verplicht is, terwijl dit bij het hbo een verplicht onderdeel vormt van het curriculum en zij zich daardoor minder kunnen onderscheiden;
• Hbo-alumni die al een mbo-opleiding erop hebben zitten hebben sneller een substantiële baan dan hbo-alumni die rechtstreeks vanuit de havo zijn ingestroomd in het hbo.
• Over alle opleidingen heen hebben hbo- en wo-alumni afkomstig van een NT- of NG-profiel sneller een substantiële baan dan alumni die op de middelbare school een EM- of CM-profiel volgden;
• Deeltijds- en duale afgestudeerden hebben sneller een substantiële baan dan afgestudeerden van een voltijdsstudie. Dat is niet verwonderlijk, aangezien deeltijd- en duale opleidingen juist goed te combineren zijn met een volwaardige baan;
• Hbo- en wo-alumni die twee of meer opleidingen hebben afgerond vinden relatief snel een substantiële baan.
• Langstudeerders binnen het hbo hebben minder snel een substantiële baan dan hbo’ers die hun opleiding nominaal afronden. Binnen het wo is er vrijwel geen verschil in de duur tot een sub-stantiële baan tussen studenten die hun opleiding nominaal afronden en studenten die er één tot drie jaar langer over doen.
36 HOOFDSTUK 4
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 4.5 Samenhang individuele factoren met de duur tot een substantiële baan, hbo’ers cohort 16/17
* Niet-relevante bijbanen betreft alle bijbanen in de horeca, detailhandel, evenementen, post- en koeriers-
dienst, landbouw en uitzendwerk. Overige bijbanen zijn aangemerkt als relevante bijbaan. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
0%-7%
-13%-15%
-19%-22%
0%29%
0%25%
44%
-2%-1%
0%9%
5%0%
-14%
0%
-54%
-9%
-18%0%
-6%1%
-16%-1%
-59%-56%
-15%
0%10%
18%20%
-80% -60% -40% -20% 0% 20% 40% 60%
Leeftijd bij afstuderen: 212223242526
Geslacht: ManVrouw
Herkomst: Nederland of westerse…Niet-westerse migratieachtergrond
Internationale student
Opleidingsniveau ouders: Max mbo3Mbo4, havo, vwo
HboWo
Woonsituatie bij afstuderen: ThuiswonendUitwonend zonder partner
Uitwonend met partner
Werkervaring afstudeerjaar: Geen bijbaanNiet-relevante bijbaan*
Relevante bijbaan*
Betaalde stage in afstudeerjaar
Vooropleiding voor hbo: MboHavo EM/CMHavo NT/NG
VwoOverig (buitenlands diploma/ colloquium doctum)
Onbekend
Type hoger onderwijs: VoltijdDeeltijd
Duaal onderwijs
Twee of meer hbo-bachelors
Jaren in hbo: 4567
VERSCHILLEN TUSSEN AFGESTUDEERDEN 37
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Figuur 4.6 Samenhang individuele factoren met de duur tot een substantiële baan, wo’ers cohort 16/17
* Niet-relevante bijbanen betreft alle bijbanen in de horeca, detailhandel, evenementen, post- en koeriers-
dienst, landbouw en uitzendwerk. Overige bijbanen zijn aangemerkt als relevante bijbaan. Bron: CBS Microdata, bewerking SEO Economisch Onderzoek en Elsevier Weekblad 2019.
0%-8%
-10%-11%-11%
-8%
0%6%
0%19%
45%
6%7%
0%0%
15%0%
-15%
0%-9%
-40%
-33%
-10%0%
-8%21%
7%
0%-59%
-21%
-12%
0%4%
0%-3%
-80% -60% -40% -20% 0% 20% 40% 60%
Leeftijd bij afstuderen: 232425262728
Geslacht: ManVrouw
Herkomst: Nederland of westerse…Niet-westerse migratieachtergrond
Internationale student
Opleidingsniveau ouders: Max mbo3Mbo4, havo, vwo
HboWo
Woonsituatie bij afstuderen: ThuiswonendUitwonend zonder partner
Uitwonend met partner
Werkervaring afstudeerjaar: Geen bijbaanNiet-relevante bijbaan*
Relevante bijbaan*
Betaalde stage in afstudeerjaar
Vooropleiding: HboVwo EM/CM (referentie)
Vwo NG/NTOverig (buitenlands diploma/colloquium doctum)
Onbekend
Type hoger onderwijs: VoltijdDeeltijd
Duaal onderwijs
Twee of meer wo-masters
Aantal jaren in wo: 4567
STUDIE & WERK 2019 39
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Bijlage A Onderzoeksverantwoording
Bijlage A.1 Gebruikte databronnen Databronnen Voor de analyse van de arbeidsmarktpositie van afgestudeerden is gebruikgemaakt van administra-tieve data afkomstig uit de Microdata van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).11 De Mi-crodata bestaan uit verschillende gegevens die op persoonsniveau te koppelen zijn. In de analyse is gebruikgemaakt van onderwijsdata afkomstig van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO), inko-mensdata (lonen en uitkeringen) afkomstig van het Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekerin-gen (UWV) en de Belastingdienst en persoonskenmerken uit de Basisregistratie Personen (BRP). Onderzoekspopulatie De onderzoekspopulatie bestaat uit alle hbo-bachelor en wo-master afgestudeerden in de studieja-ren 2000/01 tot en met 2016/17. Met ingang van deze editie zijn ook de afgestudeerden die tijdens hun studie en direct na afstuderen niet stonden ingeschreven in de Basisregistratie Personen (BRP) meegenomen in het onderzoek. Informatie over het geslacht en de herkomst van deze afgestudeer-den is afkomstig van DUO. Tot en met Studie & Werk 2018 beperkte het onderzoek zich tot de afgestudeerden die wel op enig moment ingeschreven hebben gestaan in de Basisregistratie Perso-nen.
Bijlage A.2 Uitkomstmaten en meetmomenten Uitkomstmaten Inkomenssituatie De inkomenssituatie is afkomstig uit het bestand met de sociaaleconomische categorie van perso-nen in een bepaalde maand. Om de sociaaleconomische categorie te bepalen worden alle inkomsten in een maand uit de verschillende inkomstenbronnen die iemand heeft met elkaar vergeleken. In principe bepaalt het hoogste bedrag de sociaaleconomische categorie. Een mogelijke uitzondering hierop is wanneer een persoon is ingeschreven bij een onderwijsinstelling. Wanneer iemand staat ingeschreven bij een onderwijsinstelling en maandelijkse inkomsten (exclusief studiefinanciering) heeft die lager zijn dan de lage inkomensgrens voor een alleenstaande krijgt iemand de status ‘stu-dent’. De lage inkomensgrens lag in 2017 op € 1.040 per maand. De gegevens met betrekking tot de inkomenssituatie zijn afkomstig van Nederlandse instanties. Inkomsten uit het buitenland van personen die tevens belastingplichtig zijn in het buitenland zijn niet bekend. Met andere woorden, van personen die in het buitenland wonen en geen inkomsten hebben in Nederland is alleen bekend dat zij naar het buitenland zijn vertrokken. Bruto maand- en uurloon
11 Zie de microdata-catalogus van het CBS voor een uitvoerige beschrijving van de diverse bestanden
(https://www.cbs.nl/nl-nl/onze-diensten/maatwerk-en-microdata/microdata-zelf-onderzoek-doen/cata-logus-microdata)
40 BIJLAGE A
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
De gedetailleerde loongegevens zijn bekend voor alle bedrijven en organisaties die in Nederland loonbelasting- en premieplichtig zijn. Het bruto maandloon betreft het totale maandelijkse basisloon van een werknemer, afkomstig uit één of meerdere banen. Een werknemer is iemand die in loondienst werkt. Dit betreft zowel ‘re-guliere’ werknemers als Directeur-Grootaandeelhouders (DGA). Het basisloon is een benadering van het contractloon van een werknemer. Het wordt gebruikt om een zo constant mogelijk loon-begrip te hanteren. Onder andere bijzondere beloningen en uitbetaald overwerk worden niet gere-kend tot het basisloon. Het uurloon is berekend door het bruto maandloon te delen door het totale aantal basisuren per maand. Daarmee komt het uurloon neer op het contractueel overeengekomen uurloon. Om de salarisgegevens van afstudeercohorten goed te kunnen vergelijken zijn de maand- en uur-lonen gecorrigeerd voor inflatie. Dit is gedaan op basis van de Consumentenprijsindex, zoals ge-publiceerd door het CBS.12 Substantiële baan Een substantiële baan voldoet aan de volgende vier voorwaarden: 1. Het betreft een baan in loondienst bij een bedrijf dat/een organisatie die in Nederland loon-
belasting- en premieplichtig is; 2. Er is geen sprake van oproepwerk, uitzendwerk of stages; 3. De deeltijdfactor is minimaal 0,6. De deeltijdfactor is de verhouding tussen het aantal gewerkte
uren per week en de gebruikelijke voltijdsarbeidsduur per week volgens de CAO; 4. Het uurloon is minimaal 1,4 maal het minimumuurloon voor afgestudeerde hbo’ers, en mini-
maal 1,5 maal het minimumuurloon voor afgestudeerde wo’ers. Die percentages zijn gebaseerd op de loonhoogte waarbij wo- en hbo-afgestudeerden uit het cohort 2007-08 een nagenoeg gelijke duur tot een substantiële baan hadden. Het gaat bij het uurloon om het contractuurloon. Het minimum uurloon voor personen van 23 jaar of ouder van juli 2015 bij een 38-urige werk-week is als uitgangspunt genomen.13 Dit uurloon a € 9,16 wordt gebruikt voor de afstudeerders in juli 2015. Door middel van maandelijkse inflatiecorrectie op basis van de Consumenten-prijsindex is het minimum uurloon voor andere afstudeermaanden bepaald.
De duur tot een baan (in loondienst) is niet bepaald voor afgestudeerden die: • Op 1 oktober van het studiejaar direct volgend op het afstudeerjaar staan ingeschreven aan een
bekostigde onderwijsinstelling (doorstudeerders); • Binnen drie maanden na afstuderen zelfstandigheid (DGA, Freelancer, meewerkend gezinslid
en Zelfstandigen) als grootste inkomstenbron hebben; • Binnen anderhalf jaar na afstuderen uitgeschreven worden uit de BRP (bevolking in Nederland)
en in de periode daarvoor geen inkomstenbron hebben gehad. Omdat afgestudeerden die direct na afronding van hun studie emigreren vaak verzuimen zich uit te schrijven uit de BRP en het daardoor langer duurt voordat de persoon daadwerkelijk wordt uitgeschreven, is gekozen voor de termijn van anderhalf jaar. Uit verdere analyse blijkt dat deze personen inderdaad binnen anderhalf jaar worden uitgeschreven.
12 Zie http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=83131ned&D1=0-6&D2=0&D3=(l-
39)-l&VW=T 13 Zie https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-10678.html
ONDERZOEKSVERANTWOORDING 41
SEO ECONOMISCH ONDERZOEK
Voor bovenstaande gevallen zou de duur tot een baan oneindig kunnen zijn, omdat zij daar niet naar op zoek zijn geweest. Vast contract Om te bepalen of iemand een vast contract heeft wordt gekeken naar de contractsoort van de hoofdbaan van werknemers. De hoofdbaan is de baan met het hoogste bruto maandloon. De con-tractsoort van DGA ’s wordt tevens als vast verondersteld. Meetmomenten Salarisgegevens Het bruto maandloon, uurloon en het hebben van een vast dienstverband zijn voor alle afgestu-deerden geobserveerd in de maand september in het tweede jaar na afstuderen. Zo worden de lonen van het cohort afgestudeerden in september 2016 tot en met augustus 2017 gemeten in sep-tember 2018. Voor de afstudeerders in september 2016 is dit twee jaar na afstuderen, voor de afstudeerders in augustus 2017 iets meer dan een jaar na afstuderen. Gemiddeld worden de salaris-gegevens geobserveerd ongeveer 15 maanden na afstuderen. De jaarinkomsten uit werk van zelfstandigen zijn geobserveerd in 2017. Om de inkomsten in 2018 te bepalen zijn per opleidingscluster de inkomsten in 2017 gecorrigeerd met de stijgingen van de lonen tussen 2017 en 2018 van afgestudeerden die in loondienst werken. Inkomenssituatie De inkomenssituatie is gemeten in de maand december in het eerste of tweede jaar na afstuderen. Zo wordt de inkomenssituatie van het cohort afgestudeerden in september 2016 tot en met augus-tus 2017 gemeten in december 2017. Voor de afstudeerders in september 2016 is dit zestien maan-den na afstuderen, voor de afstudeerders in augustus 2017 vijf maanden na afstuderen. Gemiddeld wordt de inkomenssituatie geobserveerd ongeveer zes maanden na afstuderen.