RWS INFORMATIE Pagina 1 van 43
Datum 29 juni 2021
Kenmerk ONTWERP
Onderwerp Watervergunning voor het bouwen, aanleggen, behouden
en onderhouden van een brug (de Roggebotbrug),
inclusief landhoofden, in de N307 tussen de provincies
Flevoland en Overijssel over het Drontermeer in de
gemeenten Dronten en Kampen.
Zaaknummer RWSZ2021-00005806
Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Zuiderwagenplein 2
8224 AD Lelystad
Postbus 2232
3500 GE Utrecht
T 088-7973700
www.rijkswaterstaat.nl
RWS INFORMATIE
Inhoudsopgave
1. Aanhef
2. Besluit
3. Voorschriften
4. Aanvraag
5. Toetsing van de aanvraag
6. Procedure
7. Conclusie
8. Ondertekening
9. Mededelingen
Bijlage 1, begripsbepalingen
Bijlage 2, situatietekeningen en documenten
Bijlage 3, meldingsformulier Waterschap Drents Overijsselse Delta
1. Aanhef
De minister van Infrastructuur en Waterstaat heeft op 5 februari 2021 een
aanvraag ontvangen van provincie Flevoland, Visarenddreef 1, 8232 PH te
Lelystad, om een vergunning als bedoeld in hoofdstuk 6 van de Waterwet (Wtw)
voor het verrichten van handelingen in een watersysteem.
De aanvraag is namens de aanvrager ingediend door ARA Adviesburo B.V.,
Galathesedijk 12, 3257LE Ooltgensplaat, die in opdracht van Combinatie Roggebot
V.O.F. handelt.
De aanvraag betreft:
1. Het gebruik maken van het rijkswaterstaatswerk het Drontermeer en de
Roggebotsluis of de daartoe behorende beschermingszone door, anders dan in
overeenstemming met de functie, daarin, daarop, daarboven, daarover of
daaronder werkzaamheden te verrichten, werken te maken of te behouden,
dan wel vaste substanties of voorwerpen te storten, te plaatsen of neer te
leggen, of deze te laten staan of liggen, te weten het bouwen, aanleggen,
behouden en onderhouden van een brug (de Roggebotbrug), inclusief
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 2 van 43
landhoofden, her in te richten oostelijke oever en aanlanding, in de N307
tussen de provincies Flevoland en Overijssel over het Drontermeer in de
gemeenten Dronten en Kampen.
2. Het gebruikmaken van de regionale waterstaatswerken Dijkring 11 (en de
bijbehorende beschermingszones), de Vossemeerdijk (en de bijbehorende
beschermingszones) en de Drontermeerdijk (en de bijbehorende
beschermingszones).
De aanvraag heeft betrekking op (een) handeling(en) ten aanzien waarvan meer
dan één bestuursorgaan bevoegd is, te weten Rijkswaterstaat voor het
Drontermeer en de Roggebotsluis, Waterschap Drents Overijsselse Delta voor de
regionale Dijkring 11 en Waterschap Zuiderzeeland voor de Vossemeerdijk en de
Drontermeerdijk. Conform artikel 6.17 Wtw wordt de aanvraag in behandeling
genomen door de minister van Infrastructuur en Waterstaat, die in dit geval het
hoogste bevoegd gezag is. De mede betrokken bestuursorganen zijn in de
gelegenheid gesteld advies te geven omtrent de aanvraag van de vergunning,
voor zover deze betrekking heeft op de Dijkring 11, de Vossermeerdijk en de
Drontermeerdijk.
De aanvraag is geregistreerd onder zaaknummer RWSZ2021-00005806.
De aanvraag omvat de volgende stukken:
Het aanvraagformulier watervergunning;
Luchtfoto ‘Locatieoverzicht brug’, ongenummerd, ongedateerd;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot – Langdoorsnede en
langs aanzicht’, tekeningnummer: 2011-4279, projectnummer: 20138
versie: 2.0, d.d. 03-02-2021;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot – Dwarsdoorsneden
dek en pijlers + details’, tekeningnummer: 2011-4280, projectnummer:
20138, versie: 1.0, d.d. 15-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot Doorsneden
basculekelder’, tekeningnummer: 2011-4281, projectnummer: 20138,
versie: 2.0, d.d. 03-02-2021;
Situatietekening ‘Voorontwerp Overzichtstekening Val’, tekeningnummer:
2011-4283, versie: 0.0, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Voorontwerp Overzichtstekening Kelder Bewegingswerk’,
tekeningnummer: 2011-4284, versie: 1, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp Matenschema Brug Roggebot -
Kampen’, tekeningnummer: 2012-1837, projectnummer: 20138, versie:
1.0, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Brug Roggebot – Overzicht voorzieningen beweegbare
brug’, tekeningnummer: ROG-0030b, versie: 1.0, d.d. 15-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot bovenaanzicht
onderbouw + bovenbouw’, tekeningnummer: 2011-4278, versie: 1.0, d.d.
15-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp landschappelijke inpassing
totaaloverzicht’, tekeningnummer: 2011-8437, projectnummer: 20138,
versie 02, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Situatietekening – Projectomtrek
Totaaloverzicht’, tekeningnummer: 2101-5112, projectnummer: 20138,
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 3 van 43
versie 02, d.d. 05-02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Situatietekening Kunstwerken’,
tekeningnummer: 2101-5116, projectnummer: 20138, versie 01, d.d. 05-
02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Brug Roggebot – Zijaanzichten en
bovenaanzicht’, tekeningnummer: 2101-5136, projectnummer: 20138,
versie 01, d.d. 05-02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Brug Roggebot –
Dwarsdoorsnedes’, tekeningnummer: 2101-5137, projectnummer: 20138,
versie 01, d.d. 05-02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Brug Roggebot – Pijlers’,
tekeningnummer: 2101-5138, projectnummer: 20138, versie 1.0, d.d. 05-
02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Brug Roggebot – Randdetails’,
tekeningnummer: 2101-5139, projectnummer: 20138, versie 1.0, d.d. 05-
02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Brug Roggebot – Landhoofden’,
tekeningnummer: 2101-5140, projectnummer: 20138, versie 1.0, d.d. 05-
02-2021;
Situatietekening ‘Omgevingsvergunning Brug Roggebot – Basculekelder’,
tekeningnummer: 2101-5142, projectnummer: 20138, versie 1.0, d.d. 05-
02-2021;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp landschappelijke inpassing Brug
Roggebot met aanlandingen’, tekeningnummer: 2011-8436,
projectnummer: 20138, versie 02, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen’, tekeningnummer:
2012-2394, versie 1.0, d.d. 16-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp geleidewerken & remmingwerken
algemeen overzicht’, tekeningnummer: 8432-001, versie 1.0, d.d. 12-12-
2020;
Rapport ‘Calamiteitenplan’, documentnummer: 2011-4786, versie: 2.0,
d.d. 28-01-2021;
Rapport ‘V&G-uitvoeringsplan’, documentnummer: 2012-2615, versie: 1.0,
d.d. 28-01-2021;
Rapport ‘Nul inspectie Roggebotsluiscomplex’, documentnummer: 40712,
d.d. 21-01-2021;
Rapport ‘Integraal veiligheidsplan realisatiefase’, documentnummer: 2010-
6379, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), versie
2.0, d.d. 28-01-2021;
Rapport ‘Vaarwegmanagementplan’, documentnummer: 2010-6565,
versie: 2.0, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), d.d.
03-02-2021;
Rapport ‘Memo Aanvaarbelasting Brug Roggebot’, documentnummer:
2102-1174, projectnummer: 17322, versie 1.0, d.d. 03-02-2021;
Rapport ‘Memo in rekening gebracht aanvaarbelasting, ongenummerd, ,
d.d. 01-02-2021;
Rapport ‘Memo Aanvaarhoek Brug Roggebot’, projectnummer: 17322,
versie 0.1, d.d. 28-01-2021;
Rapport ‘Uitgangspuntenrapport betonnen kunstwerken’,
documentnummer: 2010-0195, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 4 van 43
Kampen (Koepel), versie: 2.0, d.d. 18-12-2020;
Rapport ‘VO bodembescherming’, documentnummer: 2012-2379,
projectnummer: 20138 N307 Roggebot – Kampen (Koepel), versie: 1.0,
d.d. 16-12-2020;
Rapport ‘Memo – Berekening fundering geluidscherm’, documentnummer:
21-1-1264, projectnummer: 18229 ODG Elst Noord, versie: 1.0, d.d. 26-
01-2021;
Rapport ‘DO Geotechniek en GWW – Aanleg N307 Overijssel’,
documentnummer: 2010-6457, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), versie: 0.1, d.d. 04-02-2021;
Rapport ‘DO Geotechniek en GWW – Aanleg N307 Overijssel’,
documentnummer: 2010-6456, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), versie: 1.0, d.d. 18-12-2020;
Rapport ‘Remming/geleidewerken N307 Roggebot-Kampen, deel 2: VO
Ontwerp’, rapportnummer: R8432, projectnummer: 17322, versie: 1.0,
d.d. 14-12-2020;
Rapport ‘Remming/geleidewerken N307 Roggebot-Kampen, deel 1:
Uitgangspuntennota’, documentnummer: R8432, projectnummer: 17322,
versie: 1.0, d.d. 14-12-2020;
Rapport ‘N307 Roggebot-Kampen: behouden rietzone Flevozijde’,
rapportnummer: VDH-MEM-11261, d.d. 04-02-2021;
Rapport ‘Berekeningsrapport Bewegingswerk’, documentnummer: 2011-
7199, projectnummer: 20138 N307-Roggebot-Kampen (Koepel), versie
1.0, d.d. 15-12-2020;
Rapport ‘Brug Roggebot-Kampen Basculebrug Voorlopig ontwerp’,
rapportnummer: 2011-7194-1.0, versie: 1.0, d.d. 14-12-2020;
Rapport ‘Brug Roggebot-Kampen Basculebrug Voorlopig ontwerp –
Berekeningsrapport Staal VO’, rapportnummer: 2011-7195-1.0, versie:
1.0, d.d. 14-12-2020;
Rapport ‘E-installaties N307 Roggebot (Beweegbare brug),
documentnummer: 15-12-2020, versie: 1.0, d.d. 15-12-2020;
Rapport ‘Brug Roggebot-Kampen Basculebrug Voorlopig ontwerp – Rapport
Ontwerpbasis VO’, rapportnummer: 2011-7194-1.0, versie: 1.0, d.d. 14-
12-2020;
Rapport ‘Ontwerpnota hoofdvaarwegsysteem’, documentnummer: 2012-
2357, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), versie:
1.0, d.d. 16-12-2020;
Rapport ‘VO N307 Dijken WDOD’, rapportnummer: 2012-2378, versie:
1.0, d.d. 09-12-2020;
Rapport ‘Beschouwing waterkerende veiligheid grondwerk SV-1 binnen
beschermingszone waterkering Overijssel’, documentnummer: 1220-
177653v2.TN04_ophogingSV01, projectnummer: 1220-177653, d.d. 28-
01-2021;
Rapport ‘Memo – Waterveiligheid stp 2 brug Roggebot en Drontermeerdijk
WZZL’, projectnummer: 17322, versie: 1.0, d.d. 05-02-2021;
Rapport ‘VO N307 Dijken ZZL’, rapportnummer: 2012-2362, versie: 1.0,
d.d. 14-12-2020;
Machtiging Combinatie Roggebot V.O.F., kenmerk: 2743130, d.d. 05-02-
2021;
Machtiging ARA Adviesbureau B.V., referentie: 2010-2503, project: 20138
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 5 van 43
N307 Roggebot-Kampen, d.d. 08-10-2020;
Rapport ‘Waterhuishoudingsrapport Roggebotbrug’, documentnummer:
2012-1159, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel),
versie: 1.0, d.d. 16-12-2020;
Overzichtlijst ‘Documentenlijst Ontwerp Documenten VO’, ongenummerd,
d.d. 02-02-2021;
Rapport ‘Vaarwegmanagementplan’, documentnummer: 2010-6565,
projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), versie: 2.0, d.d.
03-02-2021.
Op 16 maart 2021 en 29 maart 2021 is de aanvrager per brief (RWS-2021/9042
en RWS-2021/11080) schriftelijk op de hoogte gebracht van het feit dat de
aanvraag op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
onvoldoende gegevens bevat om deze in behandeling te kunnen nemen. De
aanvrager is in de gelegenheid gesteld om ontbrekende gegevens aan te vullen.
Daarnaast zijn op 12 februari 2021 aanvullende gegevens aan de aanvraag
toegevoegd en geregistreerd onder kenmerk RWS-2021/4851_A1.
De ontbrekende gegevens zijn op 17 mei 2021, 4 juni 2021, 8 juni 2021 en 17
juni 2021 ontvangen en geregistreerd onder kenmerk RWS-2021/4851_A2 tot en
met A5. Daarmee is de termijn voor het geven van een beschikking opgeschort
met 93 dagen. De volgende gegevens zijn toegevoegd aan de aanvraag, waarbij
de meest recente versie de oudere versie vervangt en niet toegevoegde rapporten
zijn komen te vervallen:
Rapport ‘Analyse stroomsnelheden Roggebot’, documentnummer:
BG1316-RHD-ZZ-XX-NT-Z-0002, d.d. 24-01-2020;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Bovenaanzicht onderbouw + Bovenbouw’, tekeningnummer:
2011-4278, projectnummer: 20138, versie: 3.0, d.d. 26-03-2021;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Langsdoorsnede en langsaanzicht’, tekeningnummer: 2011-
4279, projectnummer: 20138, versie: 3.0, d.d. 26-03-2021;
Rapport ‘Uitgangspuntenrapport betonnen kunstwerken’,
documentnummer: 2010-0195, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), versie: 3.0, d.d. 23-03-2021;
Rapport ‘Uitgangspuntenrapport Geotechniek’, documentnummer: 2010-
2835, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), versie:
1.0, d.d. 02-12-2020;
Rapport ‘DO Geotechniek en GWW – Aanleg N307 Overijssel’,
documentnummer: 2010-6457, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), versie: 1.0, d.d. 18-02-2021;
Rapport ‘17322: Remming/geleidewerken N307 Roggebot-Kampen, deel 2:
VO-ontwerp’, rapportnummer: 2012-2390, d.d. 24-03-2021;
Rapport ‘17322: Remming/geleidewerken N307 Roggebot-Kampen, deel 1:
uitgangsnota’, rapportnummer: 2012-2387, d.d. 24-03-2021;
Rapport ‘Memo – N307 Roggebot-Kampen: Behouden rietzone Flevozijde’,
documentnummer: 2103-8059, project: N307 Roggebot-Kampen, versie:
2.0, d.d. 25-03-2021.
Rapport ‘Beoordeling waterveiligheid waterkering Roggebotsluis bij aanleg
basculekelder’, documentnummer: 1220-177653-
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 6 van 43
TN03v3_Basculekelder.docx, projectnummer: 1220-177653, d.d. 02-02-
2021;
Rapport ‘Beschouwing waterkerende veiligheid oostelijke landhoofd en
grondlichaam Roggebotbrug binnen beschermingszone waterkering
WDOD’, documentnummer:1220-
177653.TN07v2_grasbekleding_landhoofd_oost, projectnummer: 1220-
177653, d.d. 18-02-2021;
Rapport ‘Roggebotbrug Aanvaarbelasting’, documentnummer 266186-11-
RAP-Aanvaarbelasting_1.0, d.d. 8-05-2021
Rapport ‘Beoordeling waterveiligheid waterkering Roggebotsluis bij aanleg
brugpijlers AS3 t/m AS8, documentnummer: 1220-
177653.TN09fasteringRoggebot_normtraject226[MH]_LVK.docx,
projectnummer: 1220-177653, d.d. 01-04-2021;
Rapport ‘N307 Roggebot – Kampen: Oostelijke oever’, documentnummer:
2103-6376, projectnummer: 11261, versie: 1.0, d.d. 25-03-2021;
Rapport ‘Turbulentie rondom objecten t.b.v. bodem- en
oeverbeschermingen’, documentnummer: 2103-6377, projectnummer:
11261, versie: 1.0, d.d. 24-03-2021;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en Profielen –
Bodembescherming ten behoeve van vergunningaanvraag’,
tekeningnummer: 2103-6379, blad 1 t/m 2, versie: 0.1, d.d. 18-03-2021;
Rapport ‘Uitkomsten Hydra-NL-berekeningen’, documentnummer: 2103-
7480, projectnummer: 11261, versie: 1.0, d.d. 24-03-2021;
Situatietekening ‘Rietzone westzijde – Vormgeving en aansluiting,
overzicht en profielen ten behoeve van watervergunning’,
tekeningnummer: 2103-8065, versie: 0.1, d.d. 24-03-2021;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen – Aansluiting
oostzijde t.b.v. watervergunning’, tekeningnummer: 2103-8066, versie:
1.0, d.d. 10-03-2021;
Rapport ‘N307 Roggebotbrug RAMS Uitgangspuntennotitie’, ongenummerd,
versie: 2.0, d.d. 29-03-2021;
Rapport ‘Beschouwing invloed steendepot op sluis Roggebot’,
documentnummer: 2102-7531, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), versie: 1.0, d.d. 26-02-2021;
Situatietekening ‘Lifting of concrete beams axis 1-2’, tekeningnummer:
SNL.2001100_BEAM_LIFT_01_C, projectnummer: SNL.200110, d.d. 11-
06-2021;
Situatietekening ‘Combinatie Roggebot Roggebotbrug Aanvaarbelasting’,
documentnummer: 2103-3234, versie: 2.0, d.d. 12-05-2021;
Rapport ‘Brug Roggebot – DO berekening opname aanvaarbelasting
onderbouw’, documentnummer: 2104-6994, projectnummer: 20138 N307
Roggebot-Kampen (Koepel), versie: 2.0, d.d. 17-05-2021;
Document ‘Memo – Gevolgen RVW 2020 i.p.v. RVW 2017’,
documentnummer: 2105-1465, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), d.d. 11-05-2021.
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Langsdoorsnede en langsaanzicht’, tekeningnummer: 2011-
4279, projectnummer: 20138, versie: 4.0, d.d. 21-05-2021;
Rapport ‘Calamiteitenplan’, documentnummer: 2011-4786, versie: 3.0,
d.d. 21-05-2021;
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 7 van 43
Rapport ‘Instandhoudingsplan’, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-
Kampen (Koepel), documentnummer: 2011-5236, d.d. 18-12-2020;
Rapport ‘Uitvoeringsplan N307 Roggebot-Kampen’, projectnummer: 20138
N307 Roggebot-Kampen (Koepel), versie: 1.0, d.d. 14-01-2021;
Rapport ‘Ontwerpbasis (NvU) stalen val en bewegingswerk’,
projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel),
rapportnummer: 2011-7194, versie: 1.0, d.d. 15-12-2020;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen Bouwplaats inrichting Roggebot
brug’, tekeningnummer: ROG-0021, d.d. 16-11-2020;
Rapport ‘Geotechnisch beschouwing grondwerk binnen beschermingszone
waterkering Overijssel’, projectnummer: 20138 N307 Roggebot-Kampen
(Koepel), documentnummer: 2101-2261, d.d. 21-01-2021;
Rapport ‘Waterveiligheid stp 2 brug Roggebot en Drontermeerdijk WZZL’,
projectnummer: 17322, versie: 2.0, d.d. 28-05-2021;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen – Hydraulisch Profiel
– Definitief Ontwerp’, tekeningnummer: 2102-6563, versie: 1.0, d.d. 13-
04-2021;
Rapport ‘Ontwerpnota Hoofdwatersysteem’, projectnummer: 20138 N307
Roggebot-Kampen (Koepel), documentnummer: 2102-7274, versie: 1.0,
d.d. 13-04-2021;
Rapport ‘DO Rapport – Bodem- en oeverbescherming’, projectnummer:
20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), documentnummer: 2102-7275,
versie: 1.2, d.d. 10-05-2021;
Rapport ‘17322: Remming/geleidewerken N307 Roggebot-Kampen, deel 3:
DO Ontwerp, rapportnummer: 2102-7276, d.d. 14-04-2021;
Rapport ‘DO Rapport – Hydraulisch profiel’, projectnummer: 20138 N307
Roggebot-Kampen (Koepel), documentnummer: 2102-7278, versie: 1.0,
d.d. 13-04-2021;
Situatietekening ‘Definitief Ontwerp – Brug Roggebot Overzicht brug as 1
t/m 4’, tekeningnummer: 2103-1718, versie: 1.0, d.d. 09-04-2021;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen – Hydraulisch Profiel
– Dwarsdoorsneden, tekeningnummer: 2103-2125, versie: 1.0, d.d. 13-
04-2021;
Situatietekening ‘Rietzone westzijde – Vormgeving en aansluiting,
overzicht en profielen’, tekeningnummer: 2103-2126, versie: 1.0, d.d. 13-
04-2021;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen bodembescherming
dwarsprofielen’, tekeningnummer: 2103-6379, blad 1 t/m 2, versie: 1.2,
d.d. 07-05-2021;
Rapport ‘Memo – N307 Roggebot-Kampen: Behouden rietzone Flevozijde’,
documentnummer: 2103-8059, project: N307 Roggebot-Kampen, versie:
3.0, d.d. 01-06-2021;
Rapport ‘Stabiliteit talud bouwfase as 1-2’, projectnummer: 20138 N307
Roggebot-Kampen (Koepel), rapportnummer: 2104-2070, versie: 1.0, d.d.
14-04-2021;
Situatietekening ‘Fasering Roggebotbrug en Drontermeerdijk’,
documentnummer: 2104-4863, versie: 4.0, blad 1 t/m 17, d.d. 27-05-
2021;
Situatietekening ‘Bouwfasering Roggebotbrug as 1,2 en 3 – Fase 1 –
Bestaande situatie’, tekeningnummer: 2104-8434, versie: 2.0, d.d. 01-06-
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 8 van 43
2021;
Situatietekening ‘Bouwfasering Roggebotbrug as 1,2 en 3 – Fase 2 –
Aanbrengen voorbelasting’, tekeningnummer: 2104-8435, versie: 2.0, d.d.
01-06-2021;
Situatietekening ‘Bouwfasering Roggebotbrug as 1,2 en 3 – Fase 3 –
Ontgraven en aanbrengen palen’, tekeningnummer: 2104-8436, versie:
2.0, d.d. 01-06-2021;
Situatietekening ‘Bouwfasering Roggebotbrug as 1,2 en 3 – Fase 4 –
Realiseren landhoofd en poeren’, tekeningnummer: 2104-8442, versie:
2.0, d.d. 01-06-2021;
Situatietekening ‘Bouwfasering Roggebotbrug as 1,2 en 3 – Overzicht’,
tekeningnummer: 2104-8452, versie: 2.0, d.d. 01-06-2021;
Rapport ‘Werken bouw brug in gesloten seizoen’, projectnummer: 20138
N307 Roggebot-Kampen (Koepel), documentnummer: 2105-5971, d.d.
04-06-2021;
Document ‘Chronologisch overzicht ingediende documenten
watervergunning Brug Roggebot’, documentnummer: 2105-6162, versie:
1.0, d.d. 03-06-2021;
Rapport ‘Tijdelijke grondkering voor realisatie poer as 2’, projectnummer:
20138 N307 Roggebot-Kampen (Koepel), documentnummer: 2105-7267,
versie: 1.0, d.d. 31-05-2021;
Rapport ‘Vooropname bouwkundige opname inzake het project: N307
Roggebot-Kampen’, documentnummer: 20210224212505-471-10669, d.d.
24-02-2021;
Rapport ‘Vooropname bouwkundige opname inzake het project: N307
Roggebot-Kampen’, documentnummer: 20210224212505-471-10668, d.d.
24-02-2021;
Rapport ‘Werken bouw brug in gesloten seizoen’, projectnummer: 20138
N307 Roggebot-Kampen (Koepel), documentnummer: 2105-5971, d.d.
08-06-2021;
Document ‘Chronologisch overzicht ingediende documenten
watervergunning Brug Roggebot’, documentnummer: 2105-6162, versie:
3.0, d.d. 08-06-2021;
Document ‘Overzicht actuele documenten watervergunning Brug
Roggebot’, documentnummer: 2105-6163, versie: 2.0, d.d. 08-06-2021;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Bovenaanzicht onderbouw + Bovenbouw’, tekeningnummer:
2011-4278, projectnummer: 20138, versie: 4.0, d.d. 15-06-2021;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Langsdoorsnede en langsaanzicht’, tekeningnummer: 2011-
4279, projectnummer: 20138, versie: 5.0, d.d. 15-06-2021.
Bij de beoordeling van de vergunningaanvraag is uitgegaan van de meeste recente
gegevens.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 9 van 43
2. Besluit
Gelet op de bepalingen van de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling, Keur
Waterschap Drents Overijsselse Delta 2017, Keur Waterschap Zuiderzeeland 2017,
de Algemene wet bestuursrecht en de hieronder vermelde overwegingen besluit
de minister van Infrastructuur en Waterstaat als volgt:
I. De vergunning als bedoeld in artikel 6.5 onder c van de Waterwet
overeenkomstig de aanvraag aan Provincie Flevoland, Visarenddreef 1,
8232 PH te Lelystad te verlenen voor het bouwen, aanleggen, behouden
en onderhouden van een brug (de Roggebotbrug), inclusief landhoofden,
her in te richten oostelijke oever en aanlanding in de N307 tussen de
provincies Flevoland en Overijssel over het Drontermeer in de gemeenten
Dronten en Kampen;
II. Aan de vergunning de onder hoofdstuk 3 vermelde voorschriften te
verbinden met het oog op de in artikel 2.1 van de Waterwet genoemde
doelstellingen;
III. De vergunning als bedoeld in artikel 6.5, onder c van de Waterwet
overeenkomstig de aanvraag te verlenen voor het gebruik maken van het
regionale waterstaatswerk.
Voor een toelichting op de in deze vergunning vermelde begrippen wordt verwezen
naar bijlage 1 van deze vergunning.
3. Voorschriften
3.1. Algemene voorschriften
Voorschrift 1
Plaatsbepaling
Het werk moet uitgevoerd worden overeenkomstig de vergunningaanvraag en
beschrijvingen. Uitgezonderd hiervan zijn de wijzigingen en de aanvullingen die uit
de voorschriften van deze vergunning voortvloeien. De werken dienen te worden
gebouwd, aangelegd en behouden, zoals aangegeven op de bij deze vergunning
gevoegde tekeningen en document:
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Bovenaanzicht onderbouw + Bovenbouw’, tekeningnummer:
2011-4278, projectnummer: 20138, versie: 4.0, d.d. 15-06-2021;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Langsdoorsnede en langsaanzicht’, tekeningnummer: 2011-
4279, projectnummer: 20138, versie: 5.0, d.d. 15-06-2021.
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot – Dwarsdoorsneden
dek en pijlers + details’, tekeningnummer: 2011-4280, projectnummer:
20138, versie: 1.0, d.d. 15-12-2020
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot Doorsneden
basculekelder’, tekeningnummer: 2011-4281, projectnummer: 20138,
versie: 2.0, d.d. 03-02-2021;
Situatietekening ‘Voorontwerp Overzichtstekening Val’, tekeningnummer:
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 10 van 43
2011-4283, versie: 0.0, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp landschappelijke inpassing Brug
Roggebot met aanlandingen’, tekeningnummer: 2011-8436,
projectnummer: 20138, versie 02, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp geleidewerken & remmingwerken
algemeen overzicht’, tekeningnummer: 8432-001, versie 1.0, d.d. 12-12-
2020;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen bodembescherming
dwarsprofielen’, tekeningnummer: 2103-6379, blad 1 t/m 2, versie: 1.2,
d.d. 07-05-2021;
Rapport ‘Beoordeling waterveiligheid waterkering Roggebotsluis bij aanleg
basculekelder’, documentnummer: 1220-177653-
TN03v3_Basculekelder.docx, projectnummer: 1220-177653, d.d. 02-02-
2021.
Voorschrift 2
Ongewoon voorval
1. Indien zich een ongewoon voorval voordoet of heeft voorgedaan, dienen
onmiddellijk maatregelen te worden getroffen die redelijkerwijs kunnen
worden verlangd, om nadelige gevolgen zoveel mogelijk te beperken en
ongedaan te maken ten aanzien van:
Het veilig en doelmatig gebruik van het oppervlaktewaterlichaam of
bijbehorende kunstwerken overeenkomstig de daaraan toegekende
functies;
De ecologische toestand van het oppervlaktewaterlichaam.
2. De vergunninghouder meldt een dergelijk ongewoon voorval zo spoedig
mogelijk aan de waterbeheerder de Centrale Meldpost
IJsselmeergebied, telefoonnummer 088-7973300.
3. De vergunninghouder verstrekt bij de melding aan de waterbeheerder tevens,
zodra zij bekend zijn, de gegevens met betrekking tot:
De oorza(a)k(en) van het voorval en de omstandigheden waaronder het
voorval zich heeft voorgedaan;
Andere gegevens die van belang zijn om de aard en ernst van de gevolgen
voor het waterstaatswerk van het voorval te kunnen beoordelen;
De maatregelen die zijn genomen of worden overwogen om de gevolgen
van het voorval te voorkomen, te beperken en/of ongedaan te maken.
4. Binnen 14 dagen na een dergelijk ongewoon voorval, dient de
vergunninghouder aan de waterbeheerder informatie te verstrekken over de
maatregelen die worden overwogen om te voorkomen dat een zodanig voorval
zich nogmaals kan voordoen.
Voorschrift 3
Aanvang en voltooiing van de werkzaamheden
1. Ten minste 5 werkdagen voordat met de werkzaamheden wordt begonnen
dient de vergunninghouder van het voornemen daartoe per e-mail, onder
opgaaf van dag en uur, kennis gegeven te hebben aan de waterbeheerder.
2. Zodra blijkt dat de werkzaamheden niet op het in het vorige lid genoemde
tijdstip kunnen beginnen, dient de vergunninghouder dit zo spoedig mogelijk,
doch binnen 24 uur te melden aan de waterbeheerder.
3. Alle krachtens deze vergunning te verrichten werkzaamheden dienen, eenmaal
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 11 van 43
aangevangen, indien dit redelijkerwijs mogelijk is, onafgebroken te worden
voortgezet.
4. Indien de werkzaamheden (tijdelijk) niet kunnen worden voortgezet, dient dit
uiterlijk binnen 2 werkdagen vanaf aanvang van de onderbreking te worden
gemeld aan de waterbeheerder.
5. Indien het werk gereed is, dient dit uiterlijk binnen 5 werkdagen gemeld te
worden aan de waterbeheerder.
Voorschrift 4
Contactpersoon
Er moet één of meer personen worden aangewezen met wie door of namens de
waterbeheerder in (spoed)gevallen, zowel tijdens als buiten kantooruren, overleg
kan worden gevoerd. Bij wijziging van de contactpersoon moet de naam, het
(email)adres en het telefoonnummer van de betrokkene(n) schriftelijk, binnen
twee weken aan de waterbeheerder worden meegedeeld.
Voorschrift 5
Uitvoering werken
1. Als beheerder van het waterstaatswerk dient Rijkswaterstaat te allen tijde de
waterstaatswerken, ook vanaf de oever te kunnen bereiken. De vergunde
werken en/of werkzaamheden mogen dit op generlei wijze verhinderen. In
overleg met en na toestemming van de waterbeheerder kan van deze bepaling
worden afgeweken.
2. Het is toegestaan om ook in het stormseizoen werkzaamheden uit te voeren in
het waterstaatswerk Roggebotsluis, inclusief beschermingszone.
3. De vergunninghouder dient de werkzaamheden zodanig uit te voeren dat hinder
zo veel mogelijk wordt beperkt en nimmer gevaar voor het scheepvaart- en
andere verkeer ontstaat.
4. De waterdoorvoer ter plaatse dient te allen tijde ongehinderd kunnen
plaatsvinden.
5. Het werk dient zodanig te worden uitgevoerd dat de bestaande
waterbouwkundige constructie ter plaatse niet wordt verzwakt.
6. De vergunninghouder dient zelf onderzoek te doen naar eventueel aanwezige
werken, zoals kabels of andere werken. Bij dit onderzoek mag de
vergunninghouder geen schade toebrengen aan het waterstaatswerk.
7. Indien de vergunninghouder het gebruik van het werk staakt, dan is de
vergunninghouder verplicht om:
De vergunde werken op te ruimen;
Het waterstaatswerk in een door de waterbeheerder te bepalen toestand te
brengen;
Het opruimen van de werken af te stemmen met de waterbeheerder.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 12 van 43
Voorschrift 6
Werkplan
1. Een werkplan dient uiterlijk 5 weken vóór aanvang van de werkzaamheden
ter goedkeuring aan de waterbeheerder te worden voorgelegd. Dit werkplan
dient onder meer voorzien te zijn van detailtekeningen van het werk, een
plan van aanpak, een planning van de werkzaamheden en één
contactpersoon die bevoegd is om beslissingen te nemen. Met de
werkzaamheden mag pas worden begonnen als de goedkeuring is verleend.
2. Wijzigingen moeten binnen 14 dagen schriftelijk ter goedkeuring worden
gemeld aan de waterbeheerder.
Voorschrift 7
Gebruik
1. Van alle op de werkzaamheden betrekking hebbende door de
waterbeheerder goedgekeurde documenten, zoals vergunning, tekeningen,
rapporten, berekeningen, werkplan, uitvoeringsinstructies, dient tenminste 1
exemplaar tijdens de werkzaamheden en tijdens gebruik op de locatie
aanwezig te zijn.
2. Door of namens de waterbeheerder kunnen met betrekking tot de
werkzaamheden aanwijzingen worden gegeven ter bescherming van de
betrokken belangen. De vergunninghouder zorgt ervoor dat de gegeven
aanwijzingen terstond worden opgevolgd.
3. De vergunninghouder dient er zorg voor te dragen dat het uitvoeren van
werkzaamheden door of namens de waterbeheerder ongehinderd kan
plaatsvinden.
4. De te gebruiken materialen mogen niet schadelijk zijn voor de instandhouding
van het waterstaatswerk.
5. Afval in welke vorm dan ook mag in geen geval in, op of nabij het
waterstaatswerk (dus ook niet in het water) worden achtergelaten.
Voorschrift 8
As built tekening
1. Binnen 3 maanden nadat de werkzaamheden zijn beëindigd dient een as built
tekening te worden aangeleverd.
2. De as built tekening dient te voldoen aan de standaard NLCS/TOLGI, inclusief
aanvullende Rijkswaterstaatspecificaties.
3. De as built tekening dient, binnen de in lid 1 genoemde termijn, digitaal
aangeleverd te worden, zowel in pdf-formaat (inleesbaar in Adobe Reader
7.0.9 DUT) als in DWG-formaat (AutoCAD Map 3D 2014) aan de afdeling
Handhaving (e-mail: [email protected]).
4. Alle objecten op een civieltechnische tekening, die is gerelateerd aan een
topografische ondergrond, dienen ingemeten te worden in het
Rijksdriehoekstelsel (X, Y) en de (Z) in NAP. De nauwkeurigheid dient beter te
zijn dan 10 cm in x,y en z-coördinaat.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 13 van 43
Voorschrift 8
Beheer en onderhoud
1. De vergunninghouder dient ervoor zorg te dragen dat de (aan te leggen)
werken onder alle omstandigheden stabiel en van een dusdanige constructie
zijn, dat deze te allen tijde in de vergunde positie worden gehouden.
2. De op grond van deze vergunning (aan te leggen) werken moeten doelmatig
functioneren, in goede staat van onderhoud verkeren en met zorg worden
beheerd.
3.2. Specifieke voorschriften
Voorschrift 11
Stabiliteit waterkering werkzaamheden Basculekelder
1. Tijdens de werkzaamheden ter realisatie van de basculekelder moet continu
monitoring plaatsvinden, conform de wijze van monitoring opgenomen in het
bij deze vergunning gevoegde rapport ‘Beoordeling waterveiligheid
waterkering Roggebotsluis bij aanleg basculekelder’.
2. Wijzigingen moeten binnen 14 dagen schriftelijk ter goedkeuring worden
gemeld aan de waterbeheerder.
3. Wanneer de grenswaarden, zoals opgenomen in het in lid 1 benoemde
rapport, worden overschreden moeten deze werkzaamheden onmiddellijk
worden gestaakt. Hiervan dient onmiddellijk melding gedaan te worden aan de
waterbeheerder. Pas na toestemming van de waterbeheerder mogen deze
werkzaamheden gecontinueerd worden.
Voorschrift 12
Stabiliteit waterkering werkzaamheden aanleg brugpijlers AS3 tot en met AS8
1. Een monitoringsplan dient uiterlijk 5 weken vóór aanvang van de
werkzaamheden bouw brugpijlers AS3 tot en met AS8 ter goedkeuring aan de
waterbeheerder te worden voorgelegd. Dit monitoringsplan omvat de
benodigde waterspannings- en vervormingsmetingen en wijze van verlagen
van de stijghoogten in het watervoerend pakket en tussenzandlagen. Met de
werkzaamheden mag pas worden begonnen nadat de goedkeuring is verleend.
2. Wijzigingen moeten binnen 14 dagen schriftelijk ter goedkeuring worden
gemeld aan de waterbeheerder.
3. Tijdens de werkzaamheden ter realisatie van brugpijlers AS3 tot en met AS8
moet continu monitoring plaatsvinden, conform de wijze van monitoring
opgenomen in het goedkeurde monitoringsplan.
4. Wanneer de grenswaarden, zoals opgenomen in het in lid 1 genoemde plan,
worden overschreden moeten deze werkzaamheden onmiddellijk worden
gestaakt. Hiervan dient onmiddellijk melding gedaan te worden aan de
waterbeheerder. Pas na toestemming van de waterbeheerder mogen deze
werkzaamheden gecontinueerd worden.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 14 van 43
Voorschrift 13
Kraanopstelplaatsen
1. De definitieve locaties van de kraanopstelplaatsen dienen uiterlijk 5 weken
vóór aanvang van de werkzaamheden ter goedkeuring aan de waterbeheerder
te worden voorgelegd. Bij deze aanlevering dient tevens een onderbouwing
van de stabiliteit van de locaties en planning van opbouw, afbouw en gebruik
te worden bijgevoegd. Met de werkzaamheden mag pas worden begonnen als
de goedkeuring is verleend.
2. Wijzigingen moeten binnen 14 dagen schriftelijk ter goedkeuring worden
gemeld aan de waterbeheerder.
Voorschrift 14
Werken nabij de vaarweg
1. Eventuele (bouw)verlichting mag geen hinderlijke uitstraling hebben voor de
scheepvaart.
2. De breedte en diepte van de beschikbare vaarweg dient tijdens de
werkzaamheden in stand te blijven.
3. Er mogen geen delen van het werk of hulpconstructies in de beschikbare
vaarweg uitsteken.
Voorschrift 15
Oostelijke oever
1. Een beplantingsplan voorzien van een beheer en onderhoudsparagraaf voor de
inrichting van de oostelijke oever waarin wordt aangetoond dat de beplanting
de waterafvoer niet belemmert en wanneer wordt opgesnoeid moet schriftelijk
binnen 12 maanden na van kracht worden van deze vergunning ter
goedkeuring aan de waterbeheerder worden aangeleverd.
2. De beplanting dient conform het beplantingsplan te worden onderhouden.
3.3 Voorschriften van Waterschap Zuiderzeeland
Voorschrift 16
Algemeen
1. Realisatie van het werk dient te zijn voltooid binnen 5 jaar na verlening van
deze vergunning.
2. Eenmaal begonnen werk moet zoveel mogelijk onafgebroken worden
uitgevoerd. Indien door de aard van de werkzaamheden het niet mogelijk is
het werk onafgebroken uit te voeren, dan kan hiervan afgeweken worden, na
een akkoord van de toezichthouder, senior opzichter waterkering van
Waterschap Zuiderzeeland.
3. Oneffenheden in het terrein, die het gevolg zijn van de uitvoering van het
werk, dienen, binnen één week na voltooiing van de werkzaamheden, door en
voor rekening van de vergunninghoud(st)er hersteld te worden.
4. Tijdens de werkzaamheden dient de vergunning of een kopie daarvan, ter
plaatse van het werk, aanwezig te zijn. Op verzoek, van de daartoe bevoegde
ambtenaren, dient de vergunning per direct overhandigd te worden.
5. De vergunninghoud(st)er dient het werk in goede staat te onderhouden.
Gebreken moeten worden hersteld door de vergunninghoud(st)er. Ook tijdens
de uitvoering van het werk is de vergunninghoud(st)er onderhoudsplichtig (zie
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 15 van 43
lid 7). Na oplevering van de werken, dient de vergunninghoud(st)er nadere
afspraken te maken over de instandhouding en beheer en onderhoud van de
werken. Het initiatief hiervoor ligt bij de vergunninghoud(st)er. Zolang deze
nadere afspraken niet schriftelijk tussen vergunninghoud(st)er, waterschap en
betrokken partijen zijn vastgelegd blijft vergunninghoud(st)er
onderhoudsplicht en wordt deze onderhoudsplicht ook in de legger van het
waterschap vastgelegd.
6. Indien door de aanleg of het gebruik van het werk schade aan de
Drontermeerdijk en Vossemeerdijk is ontstaan, dan dient dit door de
vergunning¬houd(st)er te worden hersteld. De vergunninghoud(st)er dient
schade of verstoring onmiddellijk te melden aan de toezichthouder (zie lid 7).
7. Ten aanzien van lid 5 en lid 6 dient de vergunninghoud(st)er
herstelwerkzaamheden uit te voeren binnen de, door of namens het bestuur,
aangegeven termijn. De kosten betreffende deze werkzaamheden zijn, tenzij
bijzondere omstandigheden aanleiding geven tot het overeenkomen van een
andere regeling, voor rekening van de vergunninghoud(st)er.
8. Ten aanzien van alle voorschriften is het nieuwe leggerprofiel van de
Drontermeerdijk en Vossemeerdijk maatgevend.
9. Indien taluds en/of dijkbekleding van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk
door de uitvoering van de werk¬zaamheden zijn gewijzigd/beschadigd, dan
dienen deze te worden hersteld volgens het nieuwe leggerprofiel en aanwezige
dijkbekleding.
10. Indien de vergunninghoud(st)er het werk wil uitbreiden, vervangen of
verwijderen, dan zal hiervoor opnieuw vergunning aangevraagd moeten
worden.
11. Binnen één week na voltooiing van de werkzaamheden aan, op en rondom de
Drontermeerdijk en Vossemeerdijk, dienen alle bij de werkzaamheden
gebruikte werktuigen, materialen en hulpmiddelen, alsmede de resterende
materialen, overgebleven grondstoffen en het afval te zijn opgeruimd en
afgevoerd.
Voorschrift 17
Uitvoering van het werk
1. Het werk dient te worden uitgevoerd overeenkomstig de documenten met de
volgende kenmerken:
2106-1311 Locatieoverzicht brug v1.0, ongedateerd;
2011-4280 Brug Roggebot-Dwarsdoorsnede dek en pijlers + details v1.0,
d.d.15-12-2020;
2012-1159 Waterhuishoudingsrapport Roggebotbrug v1.0, d.d. 15-12-
2020;2103-7480 Uitkomsten Hydra-NL berekeningen v1.0, d.d. 24-03-
2021;
2101-0554 Bouwplaats inrichting Roggebot brug v.1.0, d.d.16-11-2020;
2106-0863 Opstellocatie kranen t.b.v. prefab liggers v1,0, d.d. 11-06-
2020;
2104-2070 Stabiliteit talud bouwfase as 1-2 v1.0, d.d. 14-04-2021;
2102-7275 DO Rapport Bodem en oeverbescherming v1.2, d.d. 10-05-
2021;
2103-6379 Bodembescherming-OV-1van1 & DWP 2van2 v1.2, d.d. 07-05-
2021;
2011-4786 Calamiteitenplan v3.0, d.d. 21-05-2021;
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 16 van 43
2011-5236 Instandhoudingsplan v1.0, d.d. 18-12-2020;
2106-0872 Bouwkundige opname inzake het project N307 Roggebot-
Kampen opnamelocatie Drontermeerdijk v1.0, d.d. 24-02-2021;
2102-1223 Waterveiligheid stp 2 brug Roggebot en Drontermeerdijk WZZL
v2.0, d.d. 28-05-2021;
2104-4863 Fasering Roggebotbrug en Drontermeerdijk v4.0, d.d. 27-05-
2021;
2104-8434 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 1- bestaande
situatie v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8435 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 2 – aanbrengen
voorbelasting v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8436 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 3 – ontgraven
en aanbrengen palen v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8442 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 4 – realiseren
landhoofd en poeren v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8452 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase - Overzicht
v2.0, d.d. 01-06-2021;
2105-5971 Werken bouw brug in gesloten seizoen v3.0, d.d. 08-06-2021;
2104-3570 Beoordeling waterveiligheid normtraject 8-4 waterkering
Drontermeerdijk bij aanleg brugpijlers v2.0, d.d. 01-06-2021;
2105-7267 Tijdelijke grondkering voor realisatie poer AS 2 v1.0, d.d. 31-
05-2021.
Voorschrift 18
Specifieke uitvoerings- en nalevingsvoorschriften
1. Het te gebruiken deel van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk en de
beschermingszones en de hierin uit te voeren werkzaamheden mogen niet
groter zijn dan strikt noodzakelijk is voor de uitvoering van de
werkzaamheden.
2. Het is niet toegestaan met motorvoertuigen en zwaar materieel op de taluds
en steenbekledingen van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk te rijden.
3. Spuiten in het dijklichaam van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk is niet
toegestaan.
4. Opslag van materialen en materieel op de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk
is niet toe-gestaan, met uitzondering van de materialen en (bouw) werken
beschreven in de stukken behorende bij deze watervergunning.
5. Werkzaamheden in de kernzone van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk zijn
niet toegestaan tussen 15 oktober en 15 april (gesloten seizoen).
Uitgezonderd hierop zijn de volgende werkzaamheden (conform document
‘2105-5971 Werken bouw brug gesloten seizoen’ genoemd in voorschrift 17,
lid 1):
aanbrengen buispalen remmingwerk AS-3;
verwijderen voorbelasting AS-1 (binnendijks);
ontgraven bouwkuip AS-2 in kernzone Drontermeerdijk (binnendijks);
ontgraven bouwkuip AS-3 in kernzone Drontermeerdijk (buitendijks op
sluiseiland);
aanbrengen prefab betonpalen AS-1 en AS-2 en schroefpalen AS-3;
storten betonnen funderingspoeren en wanden;
aanvullen betonnen funderingspoeren AS-1, AS-2 en AS-3 en realiseren
kleikist rondom betonpoer AS-2.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 17 van 43
6. Overgebleven grond, puin, grondstoffen en (bouw) materialen dienen door de
vergunning¬houd(st)er afgevoerd te worden.
7. Het is niet toegestaan om bij de uitvoering van het werk en bij het onderhoud
materialen of stoffen te gebruiken die het dijklichaam van de Drontermeerdijk
en Vossemeerdijk kunnen verontreinigen.
8. De vergunninghoud(st)er is verantwoordelijk voor eventuele zettingen in de
kernzone en beschermingszones van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk,
voor zover deze aantoonbaar het gevolg zijn van de in de aanvraag genoemde
werkzaamheden en de uitgevoerde werkzaamheden door of namens de
vergunninghoud(st)er.
9. Tijdens het werk is de vergunninghoud(st)er verantwoordelijk voor het beheer
en onderhoud van de watergangen binnendijks van het werk en voor het
binnentalud van het deel van de Drontermeerdijk dat niet ontgraven wordt, in
het gebied waar het werk wordt uitgevoerd in de percelen die bekendstaan
als: DTN01C816G0 en DTN01C814G0.
10. De vergunninghoud(st)er dient ervoor te zorgen dat medewerkers van het
waterschap te allen tijde toezicht kunnen houden op de naleving van de
voorschriften en de hiervoor de benodigde controles en werkzaamheden
kunnen uitvoeren.
Voorschrift 19
Melden start werkzaamheden en aanleveren werkplan
1. De vergunninghoud(st)er meldt aan de toezichthouder:
ten minste 2 weken voor aanvang werkzaamheden de start (tijd en datum)
van het werk. Bij deze melding dient tevens bekend gemaakt te worden
wie, met betrekking tot de uit te voeren werkzaamheden, de
contactpersoon is en op welk (mobiele) telefoonnummer deze gedurende
het werk bereikbaar is;
uiterlijk twee dagen nadat het werk gereed is, de beëindiging van de
werkzaamheden.
De melding van deze gegevens kan gedaan worden via het e-mailadres:
[email protected] onder vermelding van het zaaknummer 1003946.
2. Ten minste 5 weken voor aanvang van de werkzaamheden dient de
vergunninghoud(st)er het volgende voor akkoord in te dienen bij het
waterschap (via e-mailadres [email protected]) onder vermelding van het
zaaknummer 1003946:
werkplannen;
veiligheidsplannen;
Hijsplannen van de op het land te gebruiken hijskranen, inclusief de
maximaal optredende gronddruk. In aanvulling op het document ‘2106-
0863 opstellocatie kranen t.b.v. prefab ligger v1.0’ genoemd in voorschrift
17 lid 1;
Algehele risicoanalyse, inclusief de te nemen maatregelen en acties bij
calamiteiten;
Resultaten vooropnamen primaire waterkering + aanbouw
Drontermeerdijk en Vossemeerdijk tot 100 m1.
In de werkplannen moet minimaal zijn opgenomen:
de tijdsplanning van de werkzaamheden, conform bouwfasering AS 1, 2 en
3;
welke materiaal (pontons, hijskranen, etc.), worden ingezet en op welke
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 18 van 43
wijze;
Detailontwerp(en);
Sterkte- en/of stabiliteitsberekeningen.
Het waterschap geeft binnen 2 weken een schriftelijk akkoord op de
ingediende plannen, berekeningen, detailontwerpen etc. indien onder andere is
voldaan aan de eisen zoals beschreven.
Voorschrift 20
Hulpconstructies en tijdelijke werken
1. Indien een bronnering uitgevoerd dient te worden voor het aanbrengen van het beton ten behoeve van de pijlers, dient een werkplan ter goedkeuring te worden ingediend bij het waterschap. Dit werkplan omvat de wijze en diepte van bronnering. Met berekeningen dient aangetoond te worden dat de
veiligheid en stabiliteit van de waterkering tijdens de bronnering niet in gevaar komt en dient continu gemonitord te worden.
2. De vergunninghoud(st)er dient de bouwplaats in te richten conform het document ‘2101-0554 Bouwplaatsinrichting Roggebot brug v.1.0’, genoemd in voorschrift 17, lid 1.
3. Voor de realisatie van de funderingswerken voor AS 2 dient de vergunninghoud(st)er een tijdelijke grondkering aan te brengen conform het
document ‘2105-7267 Tijdelijke grondkering voor as 2 v1.0’ genoemd in voorschrift 17 lid 1.
Voorschrift 21
Funderingswerken AS 1 en 2
1. Voor het aanbrengen van de funderingspalen van AS 1 en 2 dient de
vergunninghoud(st)er een monitoringsplan ter goedkeuring in te dienen bij het
waterschap (via emailadres [email protected]) waaruit blijkt dat het
aanbrengen van de funderingspalen geen nadelige invloed heeft op de
waterkering, wat de maximale waarden zijn die mogen optreden, hoe deze
waarden gemeten worden, hoe dit gecommuniceerd wordt met het waterschap
en welke maatregelen getroffen worden om schade te voorkomen. Een en
ander conform het document ‘2104-3570 Beoordeling waterveiligheid
normtraject 8-4 waterkering Drontermeerdijk bij realisatie Roggebotbrug v2.0’
genoemd in voorschrift 17 lid 1.
2. Het aanbrengen en ontgraven van de funderingspalen mag geen nadelige
invloed hebben op de Drontermeerdijk, zoals beschouwd in de documenten
‘2102-1223 Waterveiligheid stp 2 brug Roggebot en Drontermeerdijk WZZL
v2.0’ en ‘2104-3570 Beoordeling waterveiligheid normtraject 8-4 waterkering
Drontermeerdijk bij realisatie Roggebotbrug v2.0’ genoemd in voorschrift 17
lid 1.
3. Bij een waterstand hoger dan NAP +0,20 meter dienen de
funderingswerkzaamheden stil gelegd te worden, totdat de waterstand weer
onder dit niveau is gedaald.
4. Indien funderingspalen toegepast worden, dan dienen dat grondverdringende
palen te zijn.
5. Tijdens het aanbrengen van de funderingspalen dient de vergunninghoud(st)er
aan de hand van het gevraagde monitoringsplan te controleren of de waarden
in hoofdstuk 4 van het document ‘2104-3570 Beoordeling waterveiligheid
normtraject 8-4 waterkering Drontermeerdijk bij realisatie Roggebotbrug v2.0’
genoemd in voorschrift 17 lid 1 niet worden overschreden voor AS 2
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 19 van 43
(meetfrequentie en nulmeting conform het document):
Vervormingswaarden:
Voor de vervorming van de meetspijkers geldt een signaalwaarde van
20 mm in de XY richting en 20 mm in de Z richting.
Voor de vervorming van de meetspijkers geldt een grenswaarde van 50 mm
in de XY richting en 50 mm in de Z richting.
6. Bij overschrijdingen van de signaalwaarden voor trillingsmetingen,
waterspanningsmetingen en vervormingen dient de toezichthouder
geïnformeerd te worden.
7. Bij overschrijding van de grenswaarden voor trillingsmetingen,
waterspanningsmetingen en vervormingen dient het werk direct stil gelegd te
worden en dient de toezichthouder geïnformeerd te worden.
8. Naast monitoring, dient de vergunninghoud(st)er tijdens de funderingswerken
een intensieve inspectie van de waterkering uit te voeren op eventuele
vervormingen, scheurvorming en/of afschuivingen.
9. De opstelling van de heistelling dient te gebeuren conform figuur 3.4 in het
document ‘2104-3570 Beoordeling waterveiligheid normtraject 8-4
waterkering Drontermeerdijk bij realisatie Roggebotbrug v2.0’ genoemd in
voorschrift 17 lid 1.
10. Heipalen dienen verdiept aan te worden gebracht vanaf een heiplateau
conform de in voorschrift 17, lid 1 genoemde documenten.
11. Bij het ontgraven van de bouwkuip rondom de aangebrachte funderingspalen
dienen de maatregelen genoemd in het document ‘2104-3570 Beoordeling
waterveiligheid normtraject 8-4 waterkering Drontermeerdijk bij realisatie
Roggebotbrug v2.0’ genoemd in voorschrift 17 lid 1, opgevolgd te worden om
de stabiliteit van de taluds te waarborgen. Afgraving bij AS 2 mag tot
maximaal NAP +0,14 meter, met uitzondering van het aanbrengen van de
kleikisten (zie lid 15). De taluds dienen 1:3 of flauwer te zijn.
12. Indien tijdens het ontgraven de (verwachte) buitenwaterstand van het
Drontermeer hoger dan NAP +0,50 meter (=signaalwaarde) dreigt te komen,
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 20 van 43
dient de bouwkuip AS 2 aangevuld te worden tot NAP +1,45 meter om
opbarsten te voorkomen. Hierbij dient tevens een verflauwd talud van 1:5 van
NAP +2,55 meter tot NAP +1,45 meter aangelegd te worden richting zowel de
Drontermeerdijk als richting de rotonde N307. Geschikt materiaal hiervoor
dient op locatie aanwezig te zijn.
13. De vergunninghoud(st)er dient zo snel mogelijk na het realiseren van
betonpoer AS 2, deze aan te vullen tot aan de bovenzijde van de betonpoer.
14. Na het verwijderen van de hulpconstructie(s), dient de vergunninghoud(st)er
de gaten in de ondergrond t.b.v. de hulpconstructie(s), op te vullen met
daarvoor geschikt materiaal. Het toe te passen materiaal behoeft voor
toepassing de goedkeuring van de toezichthouder.
15. De kleikist AS 2 dient aangebracht te worden conform het document ‘2102-
1223 - Waterveiligheid stp 2 brug Roggebot en Drontermeerdijk WZZL - v2.0,
genoemd in voorschrift 17, lid 1.
Voorschrift 22
Funderingswerken AS 3
1. De funderingspalen bij AS 3 dienen door een trillingsvrije methode
aangebracht te worden. Voorboren, fluideren en spuiten is niet toegestaan.
2. Door het toepassen van groutinjectie dient de vergunninghoud(st)er te
voorkomen dat spleten (en daardoor mogelijk lekkage van grondwater) langs
de funderingspalen ontstaan.
3. De opstelling van de heistelling dient te gebeuren conform figuur 3.4 in het
document ‘2104-3570 Beoordeling waterveiligheid normtraject 8-4
waterkering Drontermeerdijk bij realisatie Roggebotbrug v2.0’ genoemd in
voorschrift 17 lid 1.
4. De ontgraving voor het aanbrengen van de betonpoer AS 3 mag tot maximaal
NAP -1,65 meter.
5. Er dient een vervangende dijkbekleding te worden aangebracht door middel
van krammatten.
6. De signaalwaarde voor de waterstand in het Drontermeer tijdens de
funderingswerken AS 3 dient afgestemd te worden met het waterschap.
Hiervoor dient de vergunninghoud(st)er contact op te nemen van de
toezichthouder.
7. De vergunninghoud(st)er dient zo snel mogelijk na het realiseren van
betonpoer AS 3, deze aan te vullen tot aan de bovenzijde van de betonpoer.
Voorschrift 23
Remmingwerken AS 3
1. Ten minste 5 weken voor het aanbrengen van de buispalen dient de
vergunninghoud(st)er een werkplan ter goedkeuring in te dienen bij het
waterschap (via emailadres [email protected]) , met berekeningen,
detailontwerpen etc., waaruit blijkt wat het effect van het aanbrengen van
palen is op de waterkering. Naar aanleiding van dit werkplan kunnen mogelijk
aanvullende voorschriften worden opgelegd.
Voorschrift 24
Dijklichaam onder de brug
1. Ten minste 5 weken voor het aanleggen van het dijklichaam onder te brug
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 21 van 43
dient de vergunninghoud(st)er een werkplan ter goedkeuring in te dienen bij
het waterschap (via emailadres [email protected]), met daarin
detailontwerpen en tekeningen met de kleidiktes, steenbekleding,
klinkerbekleding onder de brug en afwatering onder de brug.
2. De vergunninghoud(st)er dient verharding op het dijklichaam onder de brug
aan te brengen, met minimaal grasbetonstenen. Aan de Vossemeerdijk zijde
van de brug dient de verharding minimaal door getrokken te worden tot buiten
de schaduw van de brug. De verharding dient berijdbaar te zijn met licht
gemotoriseerd onderhoudsmaterieel.
3. De vergunninghoud(st)er dient een steenbestorting aan te brengen in overleg
met het waterschap, conform de steenbestorting van de Vossemeerdijk of
Drontermeerdijk.
De toe te passen steenbestorting behoeft voor toepassing de goedkeuring van
de toezichthouder.
4. De vergunninghoud(st)er dient een teenschot aan te brengen conform of
gelijkwaardig aan het teenschot van de Vossemeerdijk of Drontermeerdijk.
3.4 Voorschriften van Waterschap Drents Overijsselse Delta
Voorschrift 25
Ongewoon voorval
1. Als door een ongewoon voorval van de vergunde situatie wordt afgeweken en
als gevolg van het ongewone voorval, niet aan de in de vergunning
opgenomen voorschriften wordt voldaan en/of nadelige gevolgen voor het
waterstaatswerk zijn ontstaan of dreigen te ontstaan, moeten er zo spoedig
mogelijk maatregelen worden getroffen om nadelige gevolgen voor het
waterstaatswerk te voorkomen dan wel zoveel mogelijk te beperken.
2. Van een dergelijk ongewoon voorval moet de vergunninghouder onmiddellijk
het team Handhaving (088-2331200) in kennis stellen. De informatie moet
bevatten:
- de oorzaken van het voorval en de omstandigheden waaronder het voorval
zich heeft voorgedaan;
- de ten gevolgen van het voorval vrijkomende stoffen, alsmede hun
eigenschappen;
- andere gegevens die van belang zijn om de aard en de ernst van de
gevolgen van het voorval voor het waterstaatswerk te kunnen beoordelen;
- de maatregelen die zijn genomen of worden overwogen om de gevolgen
van het voorval te voorkomen, te beperken of ongedaan te maken.
3. Binnen 14 dagen na het ongewoon voorval moet schriftelijk worden
gerapporteerd aan het team Handhaving van het waterschap over de punten
onder lid 2.
Voorschrift 26
Aanwijzen contactpersonen
Er moet één of meer personen worden aangewezen met wie door of namens het
dagelijks bestuur in (spoed)gevallen, zowel tijdens als buiten kantooruren, overleg
kan worden gevoerd. Bij wijziging van de contactpersoon moet de naam, het
(email)adres en het telefoonnummer van de betrokkene(n) schriftelijk, binnen
twee weken aan het team Handhaving van het waterschap worden meegedeeld.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 22 van 43
Voorschrift 27
Algemeen
1. Het werk moet uitgevoerd worden overeenkomstig de vergunningaanvraag en
de bijbehorende tekeningen en beschrijvingen. Uitgezonderd hiervan zijn de
wijzigingen en de aanvullingen die uit de voorschriften van deze vergunning
voortvloeien.
2. Binnen 3 maanden na het gereedkomen van de werken moeten kosteloos as
built tekeningen (bij voorkeur digitaal in dwg- of dxf-formaat) aan het team
Handhaving van het waterschap (e-mail: [email protected]) worden
verstrekt. Op deze revisietekeningen moet de locatie, afmeting en/of
hoogteligging van de werken nauwkeurig zijn weergegeven.
3. Tenminste 5 werkdagen voor de start van de werkzaamheden en uiterlijk 5 dagen na het beëindigen van de werkzaamheden moet het waterschap hiervan in kennis worden gesteld. Dit kan via de bijgevoegde meldingskaart (bijlage 3) worden doorgegeven, telefonisch aan het team Handhaving (088-2331200) of via de e-mail: [email protected], onder vermelding van dossier Z/21/038791.
4. De werkzaamheden moeten na aanvang zo spoedig mogelijk worden voltooid.
5. De te gebruiken materialen mogen niet in strijd zijn met het Besluit bodemkwaliteit en de Wet milieubeheer en/of de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
6. De vergunninghouder is verplicht alle redelijkerwijs mogelijke maatregelen te nemen om te voorkomen dat het waterschap dan wel derden als gevolg van het gebruik van de vergunning schade lijden.
7. Bij de uitvoering van de werken moeten eventuele aanwijzingen van de met het toezicht belaste ambtenaar direct worden opgevolgd.
8. Als voor, tijdens of na de uitvoering van de werkzaamheden blijkt dat er voor
het waterbeheer en de waterveiligheid aanvullende voorzieningen, wijzigingen
in tijd, plaats of samenstelling van de werken nodig zijn, is de
vergunninghouder op eerste aanzegging van het waterschap dit verplicht op
eigen kosten uit te voeren.
9. Bij nalatigheid wordt één en ander door of vanwege het waterschap
uitgevoerd, op kosten van de vergunninghouder.
10. De aangebrachte/gemaakte werken moeten door en op kosten van de vergunninghouder worden onderhouden (civieltechnisch) voor de duur van de vergunning.
11. Werkstroken, oneffenheden, verzakkingen en beschadigingen in/aan het waterstaatswerk, inclusief beschermingszone(s), als gevolg van het gemaakte
werk en/of werkzaamheden dan wel activiteiten, moeten worden hersteld en met het graszaadmengsel D2 worden ingezaaid en worden onderhouden totdat er een gesloten grasmat aanwezig is. De taluds van de watergangen moeten zo nodig worden opgezet met stapelzoden, overeenkomstig het naast aanwezige profiel.
12. Als er geen gebruik wordt gemaakt van de vergunning, moet dit schriftelijk worden gemeld aan het waterschap Drents Overijsselse Delta.
Voorschrift 28 Technische voorschriften 1. Het is toegestaan om ook in de periode tussen 15 oktober en 15 april
werkzaamheden uit te voeren in het waterstaatswerk N11 en N11A, inclusief beschermingszone.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 23 van 43
2. De erosiebestendige afwerking van het grondlichaam of de waterkering moet worden uitgevoerd zoals aangegeven voor de uitvoering van de aansluitende dijkvakken N11 en N11A.
3. Het waterstaatwerk moet voortdurend een voldoende waterkerend vermogen,
e.e.a. ter beoordeling van de toezichthoudend ambtenaar hebben. 4. Wanneer blijkt dat er, naar oordeel van toezichthoudend ambtenaar, voor 1
oktober in het jaar van uitvoering geen gesloten grasmat is ontstaan, zal er op
eerste aanzegging door of namens het dagelijks bestuur ter plaatse van het gemaakte werk een bekramming aangebracht moeten worden. Het waterstaatwerk moet dan in het eerste volgende voorjaar opnieuw ingezaaid worden.
5. Ontstane gaten in het profiel van de waterkering moeten worden opgevuld volgens de bestaande opbouw van de waterkering. Als daarbij klei wordt
toegepast, moet deze van de erosiebestendigheidscategorie 2 zijn.
4. Aanvraag
4.1 Aanleiding
De provincie Flevoland realiseert het project N307 Roggebot-Kampen. Het project
is onderdeel van twee grotere programma’s; ‘de weg van A tot Z’ gericht op de
wegverbinding Alkmaar-Zwolle en het programma ‘Ruimte voor de Rivier
IJsseldelta, gericht op waterveiligheid en ruimtelijke kwaliteit’.
De doelen van het project zijn samengevat het verbeteren van de doorstroming en
verkeersveiligheid op de N307, het verbeteren van de waterveiligheid in de regio
IJsseldelta en het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit in het gebied.
Kenmerkend in het project is de verbinding van de N307 en de verbinding van de
watersystemen Vossemeer en Drontermeer. De nieuwe brug tussen Flevoland en
Overijssel bestaat uit een viaduct met een vaste brug over de doorgaande
vaargeul en een beweegbaar deel voor schepen die niet onder de brug door
kunnen varen (schepen hoger dan 7 meter). De nieuwe brug komt net ten zuiden
van de huidige brug te liggen en kent een aanlanding aan de oostelijke oever. Ook
wordt deze oostelijke oever natuurlijk ingericht.
Voor het verwijderen van de Roggebotsluis is op 31 juli 2020 een Projectplan
Waterwet vastgesteld. Het realiseren van een vaargeul aansluitend op de nieuwe
Roggebotbrug maakt ook onderdeel uit van dit Projectplan Waterwet.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 24 van 43
In onderstaande figuur is een impressie van de locatie van de brug en de pijlers
over de huidige situatie opgenomen.
Ten behoeve van de realisatie van het project N307 Roggebot is reeds een
watervergunning afgegeven voor het uitvoeren van voorbereidende
werkzaamheden nabij het Spuikanaal bij de Roggebotsluis. Voor deze
werkzaamheden wordt een tijdelijk bouwterrein ingericht, met bijbehorende
hulpconstructies en steendepot. Daarnaast worden tijdelijke loskades (B en C) in
het Drontermeer gerealiseerd, ook hiervoor zijn separate watervergunningen
verleend. Op 18 juni 2021 is een watervergunning aangevraagd voor het
realiseren van een tijdelijk bouwterreinen ter hoogte van de huidige Roggebotsluis
(pijlers 1 tot en met 3), voorbereidende werkzaamheden en voor het verleggen
van kabels en leidingen. Voor tijdelijke loskade A in het Vossemeer zal nog een
watervergunning aangevraagd worden. Deze voorbereidende werkzaamheden
worden uitgevoerd door Combinatie Roggebot V.O.F. en maken geen onderdeel uit
van onderhavige vergunning.
Rijkswaterstaat heeft het waterkwaliteits-, waterkwantiteits- en waterstaatkundig
beheer van het Drontermeer en is tevens waterkering beheerder van de
Roggebotsluis. Daarom heeft de provincie Flevoland een aanvraag ingediend voor
een watervergunning.
4.2 Handelingen waarvoor vergunning wordt aangevraagd
Met de onderhavige aanvraag wordt het bouwen, aanleggen, behouden en
onderhouden van de Roggebotbrug, inclusief landhoofden, her in te richten
oostelijke oever en aanlanding aangevraagd. De werkzaamheden vinden plaats
op/de werken worden gerealiseerd in het Drontermeer in de gemeenten Kampen
en Dronten en vinden plaats binnen de kernzone van de Roggebotsluis. De
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 25 van 43
hierboven beschreven handelingen vallen onder artikel 6.5, onder c van de
Waterwet.
Op grond van artikel 6.12 van het Waterbesluit is het verboden zonder vergunning
van Onze Minister als bedoeld in artikel 6.5 van de Waterwet gebruik te maken van
een oppervlaktewaterlichaam of een bijbehorend kunstwerk in beheer bij het Rijk
door, anders dan in overeenstemming met de functie, daarin, daarop, daarboven,
daarover of daaronder:
Werken te maken of te behouden;
Vaste substantie of voorwerpen te storten, te plaatsen of neer te leggen, of deze
te laten staan of liggen.
Op grond van artikel 6.14 van het Waterbesluit is het verboden zonder vergunning
van Onze Minister als bedoeld in artikel 6.5 van de Waterwet gebruik te maken
van waterkeringen in beheer bij het Rijk of van een daartoe behorende
beschermingszone door, anders dan in overeenstemming met de functie, daarin,
daarop, daarboven, daarover of daaronder:
Werken te maken of te behouden;
Vaste substantie of voorwerpen te storten, te plaatsen of neer te leggen, of
deze te laten staan of liggen.
Op grond van artikel 4.2 van de keur van Waterschap Zuiderzeeland 2017 is het
verbonden zonder vergunning van het dagelijks bestuur gebruik te maken van de
Drontermeerdijk en Vossermeerdijk.
Op grond van artikel 3.1 van de keur Waterschap Drents Overijsselse Delta 2017 is
het verboden zonder vergunning van het dagelijks bestuur gebruik te maken van de
regionale Dijkring 11.
De hierboven genoemde handelingen zijn daarom vergunningplichtig.
4.3 Beschrijving van het waterstaatswerk waarin de handelingen
plaatsvinden
Het Rijk heeft diverse waterkeringen in beheer. Dit zijn primaire waterkeringen en
andere dan primaire keringen. De waterkeringen in beheer bij het Rijk staan
vermeld in Bijlage III. van het Waterbesluit. In dit geval betreft het de primaire
waterkering Roggebotsluis.
Zuidelijke Randmeren
De zuidelijke randmeren bestaan uit het Gooimeer, Eemmeer, Nijkerkernauw,
Nuldernauw, Wolderwijd, Veluwemeer, Drontermeer, Vossemeer en Ketelmeer.
Deze meren rondom Flevoland zijn van groot belang als foerageer-, rui- en
rustgebied voor vogels. Grote delen van de meren en aanliggende oevergebieden
zijn aangewezen als Natura2000-gebied en hebben een beschermde status.
De randmeren zijn ontstaan door de inpoldering van zuidelijk Flevoland en zorgen
ervoor dat het ‘oude land’, zijnde het niet-ingepolderde land, niet verdroogt en
verzakt. Tevens maken de meren deel uit van de recreatieve Randmerenroute.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 26 van 43
Drontermeerdijk en Vossemeerdijk
De Drontermeerdijk is een primaire waterkering in het beheer van Waterschap
Zuiderzeeland welke langs het Drontermeer loopt. De Drontermeerdijk loopt over
in de Vossemeerdijk ten noorden boven de Roggebotsluis. De Vossermeerdijk is
een primaire waterkering in het beheer van Waterschap Zuiderzeeland welke langs
het Vossemeer loopt.
Regionaal Dijktraject 11
Regionaal Dijktraject 11 vormt een onderdeel van de dijkring om Kampen. De
primaire waterkering is in het beheer van Waterschap Drents Overijsselse Delta.
5 Toetsing van de aanvraag aan de doelstellingen van het waterbeheer
De Waterwet omschrijft in artikel 6.21 in samenhang met 2.1 het toetsingskader
voor de beslissing op de aanvraag. In artikel 2.1 van de Waterwet zijn de
algemene doelstellingen aangegeven die richtinggevend zijn bij de uitvoering van
het waterbeheer:
a. voorkoming en waar nodig beperking van overstromingen, wateroverlast en
waterschaarste;
b. in samenhang met de bescherming en verbetering van de chemische en
ecologische kwaliteit van watersystemen en
c. de vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen.
Deze doelstellingen vormen in onderlinge samenhang het toetsingskader bij
vergunningverlening. Een vergunning wordt geweigerd indien de doelstellingen
van het waterbeheer zich tegen vergunningverlening verzetten en het niet
mogelijk is om de belangen van het waterbeheer door het verbinden van
voorschriften of beperkingen voldoende te beschermen.
De doelstellingen zijn geconcretiseerd via normen en beleid ten aanzien van
veiligheid, waterkwantiteit, waterkwaliteit en maatschappelijke functievervulling
door watersystemen. De uitwerking hiervan vindt plaats in de Waterwet, in
aanvullende regelgeving, in water- en beheerplannen op grond van hoofdstuk 4
van de Waterwet en in beleidsregels. De vastgestelde normen en het beleid zijn
richtinggevend bij de toetsing of een aangevraagde handeling verenigbaar is met
de doelstellingen voor het waterbeheer. Hieronder volgt een beschrijving van het
beleid waarmee bij het beoordelen van de vergunningaanvraag rekening is
gehouden.
Bij de beoordeling van de vergunningaanvraag richt het bevoegd gezag zich
volgens het toetsingskader op de effecten van het initiatief op de onder a t/m c
genoemde doelstellingen.
Aan de hand van het genoemd toetsingskader volgt in de paragrafen
5.1.2 t/m 5.1.4 de toetsing van de aanvraag aan de doelstellingen van het
waterbeheer.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 27 van 43
5.1 Beoordeling voor wat betreft het gebruik maken van een
rijkswaterstaatswerk en/of bijbehorende beschermingszone
5.1.1 Regelgeving en beleid
De hoofdlijnen van het nationale waterbeleid ten aanzien van veiligheid en het
doelmatig gebruik van rijkswaterstaatswerken zijn vastgelegd in het Nationaal
Waterplan (NWP), planperiode 2016-2021. Een nadere uitwerking en
onderbouwing van de beleidskeuzes en de realisatie op het gebied van
waterveiligheid vindt plaats in de Beleidsnota Waterveiligheid.
Specifieke eisen ten aanzien van het veilig en doelmatig gebruik van
rijkswaterstaatwerken en/of bijbehorende beschermingszones zijn uitgewerkt in
de Beleidslijn Grote Rivieren, de Beleidslijn Kust en het Beleidskader
IJsselmeergebied.
Het Beheer- en ontwikkelplan voor de Rijkswateren 2016-2021 (BPRW) vertaalt dit
beleid door naar het beheer van de rijkswateren, met een onderverdeling naar
functie en naar watersysteem. Bovendien bevat het BPRW een toetsingskader voor
individuele besluiten, dat gebruikt wordt bij het toetsen en beoordelen van
vergunningen voor het gebruik van waterstaatswerken. Hierin is vastgelegd op
welke manier deze aanvragen getoetst worden aan de ecologische doelstellingen
die op grond van het BPRW gelden voor KRW-waterlichamen.
Om overstromingen in het rivierengebied te voorkomen is behalve een netwerk
van functionerende keringen ook een goede afvoer van water, sediment en ijs via
de rivieren naar zee nodig. Obstakels en natuurlijke begroeiing in het rivierbed
vertragen de afvoer en veroorzaken een verhoging van de waterstand. Actief
beheer van het winterbed is nodig om deze opstuwing te beperken. Daarnaast
worden activiteiten in en gebruik van het winterbed gereguleerd.
De toelaatbaarheid van activiteiten in het rivierbed van de grote rivieren is
beoordeeld aan de hand van het afwegingskader dat is opgenomen in de
Beleidslijn Grote Rivieren (BGR) en de bijbehorende Beleidsregels grote rivieren
(de beleidsregels). Doelstelling van de beleidslijn en de beleidsregels is het
behouden van de veiligheid van het gebied dat kan overstromen vanuit de grote
rivieren. Aangezien ruimte in het riviersysteem schaars is, gelden –ter uitwerking
van dat doel- de volgende randvoorwaarden voor activiteiten in het rivierbed:
Het behouden van de beschikbare afvoer- en bergingscapaciteit van het
rivierbed onder normale en onder maatgevende hoogwaterstanden
Het verhinderen van ontwikkelingen die de mogelijkheid tot rivierverruiming
door verbreding en verlaging nu en in de toekomst feitelijk onmogelijk
maken.
Voor ruimtelijke ontwikkelingen betekent dit dat binnen de bovengenoemde
randvoorwaarden vanuit waterveiligheid de Bgr eraan bijdraagt riviergebonden
functies mogelijk te maken (uitgewerkt in een ‘ja, mits’-methodiek). Overige
ruimtelijke ontwikkelingen zijn alleen in beperkte mate mogelijk binnen de
bovengenoemde randvoorwaarden vanuit veiligheid (uitgewerkt in ‘nee, tenzij’).
De beleidsregels zijn van toepassing op alle nieuwe activiteiten (waaronder
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 28 van 43
wijziging van bestaande activiteiten) in het rivierbed van het Drontermeer.
De beleidsregels berusten op artikel 6.12 van het Waterbesluit.
5.1.2 Overwegingen t.a.v. de beperking van overstromingen,
wateroverlast en waterschaarste (veiligheid en waterkwantiteit)
Bij de behandeling van voorliggende aanvraag wordt getoetst aan de
doelstellingen uit artikel 2.1 van de Waterwet die verder zijn uitgewerkt in het
Beheer- en Ontwikkelplan voor de Rijkswateren 2016-2021 (BPRW) en
bijbehorende documenten. De invulling van de basisfuncties veiligheid, voldoende,
schoon en (ecologisch) gezond water in het BPRW dienen ter voorkoming van
overstromingen, wateroverlast en waterschaarste:
Het beleid m.b.t. de bescherming van deze waterstaatkundige belangen is
uitgewerkt in de Beleidslijn Grote Rivieren en de Beleidslijn Kust.
Voldoende water, niet te veel én niet te weinig, is cruciaal voor het goed
functioneren van Nederland. De grote rivieren, het IJsselmeer en de aanwezige
keer- en spuisluizen staan daarbij centraal. Het waterbeheer is er op gericht om
wateroverlast, watertekort, droogte en verzilting te voorkomen en nadelige
gevolgen te beperken. Het voorkomen en beperken van wateroverlast, waarmee
de persoonlijke veiligheid van mensen in gevaar komt, is uitgewerkt in het
waterveiligheidsbeleid.
De Beleidsregels bieden een systematische aanpak om stap voor stap de
afwegingsgronden en de rivierkundige voorwaarden voor ruimtelijke initiatieven in
het rivierbed te kunnen bepalen ten behoeve van de beoordeling van
activiteiten/ingrepen. De systematische aanpak kan worden onderverdeeld in drie
afwegingskaders, te weten:
1. eenmalige uitbreiding, sloop en vervanging, tijdelijke activiteiten of overige
activiteiten van rivierkundig ondergeschikt belang (artikel 3 van de
Beleidsregels);
2. activiteiten in het gedeelte van het rivierbed waarop het bergend regime
(artikel 4 van de Beleidsregels) van toepassing is;
3. activiteiten in het gedeelte van het rivierbed, waarop het stroomvoerend
regime van toepassing is (artikelen 5 en 6 van de Beleidsregels).
Uit de bij de Beleidsregels behorende detailkaarten blijkt dat op het gedeelte van
het rivierbed waarvoor vergunning wordt aangevraagd, het stroomvoerend regime
van toepassing is. Artikel 4 van de Beleidsregels is derhalve niet van toepassing.
In verband daarmee is het afwegingskader met betrekking tot het stroomvoerend
regime van toepassing.
Ad 3. Stroomvoerend regime.
Riviergebonden activiteiten stroomvoerend regime (artikel 5 van de
Beleidsregels). Voor de navolgende riviergebonden activiteiten in het gedeelte van
het rivierbed, waarop het stroomvoerend regime van toepassing is, wordt,
onverminderd algemene rivierkundige voorwaarden (artikel 7 Beleidsregels),
vergunning verleend voor:
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 29 van 43
a. de aanleg of wijziging van waterstaatkundige kunstwerken;
b. de realisatie van voorzieningen voor betere en veilige afwikkeling van de
beroeps- en recreatievaart;
c. de bouw of wijziging van waterkrachtcentrales;
d. de vestiging of uitbreiding van overslagbedrijven of het realiseren van
overslagfaciliteiten, uitsluitend voor zover de activiteit gekoppeld is aan het
vervoer over de rivier;
e. de aanleg of wijziging van scheepswerven en specifiek daaraan verbonden
bedrijfsactiviteiten;
f. de realisatie of verbetering van natuur;
g. de verbetering van de waterkwaliteit;
h. de uitbreiding of wijziging van bestaande steenfabrieken;
i. de realisatie van voorzieningen die onlosmakelijk met de waterrecreatie of
extensieve uiterwaardrecreatie zijn verbonden;
j. de winning van oppervlaktedelfstoffen;
k. de realisatie van voorzieningen die noodzakelijk zijn voor het agrarisch,
landschappelijk of daarmee vergelijkbaar beheer van het rivierbed;
l. het behoud of herstel van cultuurhistorische landschapselementen; of
m. de realisatie van voorzieningen die noodzakelijk zijn voor het behoud van
bekende of te verwachten archeologische monumenten.
Het betreft hier werkzaamheden ten behoeve van de wijziging van het
waterstaatwerk, waarmee ruimte voor de rivier wordt gecreëerd. En realisatie van
voorzieningen voor betere en veilige afwikkeling van de beroeps- en
recreatievaart. Er is sprake van een dusdanige situering en uitvoering van de
werken dat het veilig functioneren van het rijkswaterstaatswerk gewaarborgd
blijft. Door de aanvrager is een monitoringsplan voor een deel van de
werkzaamheden opgesteld en de monitoringswerkzaamheden dienen conform dit
plan worden uitgevoerd. Daarnaast dient voor de overige werkzaamheden een
separaat monitoringsplan te worden opgesteld, hierbij dient rekening te worden
gehouden met de conclusies uit de memo Beoordeling waterveiligheid waterkering
Roggebotsluis bij aanleg brugpijlers AS3 t/m AS8. Dit is in voorschriften 11 en 12
opgenomen. Daarnaast dient de spuicapaciteit (waterdoorvoer) tijdens de
werkzaamheden te allen tijde
gegarandeerd te blijven. Dit is in
voorschrift 5 lid 4 vastgelegd.
Tevens wordt de oostelijke oever
heringericht (rood omcirkeld). De
aangegeven herinrichting van dit
gebied waarin de Roggebotsluis
wordt verwijderd betreft dat de
oostelijke oever wordt
getransformeerd tot een natuurrijk
gebied met rietland,
natuurvriendelijke oevers en
grasberm. Dit is niet strijdig met het
RWS belang van het
waterhuishoudkundig hoofdsysteem.
Dit heringerichte gebied zal echter
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 30 van 43
wel door de vergunninghouder moeten worden beheerd zodat de beplanting op
deze oever niet te dicht groeit en voor een belemmering van de wateroever tijdens
hoogwatersituaties kan zorgen. Dit is in voorschrift 15 vastgelegd. In het groen is
ook de buitendijks gelegen aanlanding met het oostelijk landhoofd weergegeven.
Deze aanlanding zal ook tijdens hoogwatersituaties op zijn plek moeten blijven.
Bij de aanvraag is een uitvoeringsplan (werkplan) gevoegd, dit werkplan biedt nog
onvoldoende informatie om onderdeel uit te maken van deze vergunning. Daarom
wordt in voorschrift 6 om een (geactualiseerd) werkplan gevraagd. Tevens dienen
de definitieve locaties van de kraanopstelplaatsen en bijbehorende onderbouwing
te worden aangeleverd, dit mag per kraanopstelplaats of alle opstelplaatsen in één
keer. Dit is in voorschrift 13 vastgelegd.
5.1.3 Overwegingen t.a.v. de bescherming en verbetering van de
ecologische kwaliteit van watersystemen
Voor zover de activiteit gevolgen heeft voor de chemische kwaliteit van
watersystemen, zijn die gevolgen getoetst in de vergunning die over de bij de
activiteit vrijkomende emissies gaat, of in het kader van de toetsing aan algemene
regels zoals het Besluit bodemkwaliteit. In deze vergunning wordt alleen getoetst
aan de ecologische doelstellingen van het relevante waterlichaam. Hierbij is
gebruik gemaakt van de “Uitwerking biologie” van het toetsingskader voor
individuele besluiten uit het BPRW 2016-2021 (bijlage 5). Uit deze toetsing is naar
voren gekomen dat wanneer de voorgestelde maatregelen tijdens de uitvoering
worden uitgevoerd er geen effecten zijn te verwachten. Door de aanvrager is
aangegeven welke maatregelen tijdens de uitvoering worden toegepast.
De ingreep heeft geen negatief effect op de doelstelling van een reeds geplande of
uitgevoerde KRW-maatregel.
5.1.4 Overwegingen t.a.v. de maatschappelijke functievervulling door
watersystemen
Het Nationaal Waterplan kent aan de Rijkswateren verschillende gebruiksfuncties
toe die specifieke eisen stellen aan het beheer of gebruik van het betreffende
rijkswater. Daarnaast worden een aantal functies genoemd in het BPRW. Voor het
Drontermeer gelden de volgende functies:
Natuur
Drinkwater
Zwemwater
Energieproductie
Scheepvaart
Waterrecreatie
Visserij
Bouwgrondstoffen
Kabels- en leidingen
Archeologie, gebouwd erfgoed en historisch landschap
Uitgangspunt van het BPRW is dat in beginsel aan de eisen van de
gebruiksfuncties wordt voldaan wanneer de basisfuncties veiligheid, voldoende
water en schoon & gezond water op orde zijn.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 31 van 43
Zoals aangegeven in de voorgaande paragrafen heeft het gebruik van het
waterstaatswerk geen onaanvaardbare gevolgen voor het voorkomen en beperken
van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste en de bescherming en
verbetering van de chemische en ecologische waterkwaliteit. Er wordt daarom ook
voldaan aan de eisen van bovengenoemde gebruiksfuncties.
Voor Scheepvaart veiligheid wordt ook voldaan aan de Richtlijn Vaarwegen 2020. In
het Projectplan Waterwet Verwijdering Roggebotsluis is de wijze van uitvoering van
het verwijderen van de Roggebotsluis beschreven. In dit Projectplan Waterwet is
aangegeven dat de staande mastroute mag worden gestremd tussen 15 november
en 1 april, uit de aanvraag blijkt dat voor de bouw van de Roggebotbrug ook bij
deze periode wordt aangesloten.
Specifiek voor de scheepvaart en waterrecreatie zijn eisen gesteld aan de
beschikbaarheid van de vaarweg. Deze eisen zijn bij de aanvraag gevoegd. De
vlotheid en veiligheid van het scheepvaartverkeer dient door de aannemer te
worden aangetoond in het kader van het Binnenvaartpolitiereglement. Onderliggend
aan het bij deze aanvraag ingediende vaarwegmanagementplan worden een
faseringsplan en per fase specifieke scheepvaartverkeersmaatregelenplannen
opgesteld. Deze worden voorafgaand aan de fase gemaakt en afgestemd met de
vaarwegbeheerder. Deze plannen dienen bij de aanvraag voor toestemming op
grond van het Binnenvaartpolitiereglement te worden ingediend en maken daarom
geen onderdeel uit van deze vergunning.
Een van de uitgangspunten voor scheepvaartveiligheid is dat er geen discontinuïteit
(obstakels) ontstaat, daarom wordt de westelijke rietoever aangepast.
Deze aanpassing wordt geregeld in een wijziging van de Wet natuurbescherming-
vergunning van de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en in de
wijziging van het Projectplan Waterwet verwijdering Roggebotsluis, die
gecoördineerd met deze watervergunning en de omgevingsvergunning voor de
bouw van de brug in procedure gaan.
5.2 Beoordeling voor wat betreft het gebruik maken van een regionaal
waterstaatswerk (in beheer bij Waterschap Zuiderzeeland)
Overwegingen en beoordeling Op basis van met name de volgende overwegingen is het in deze vergunning beschreven besluit genomen: Samenloopregeling Omdat het werk zowel in het beheergebied van Waterschap Zuiderzeeland als in het beheergebied van Rijkswaterstaat plaatsvindt, is sprake van samenloop van
bevoegdheden van twee waterbeheerders.
Gezien beide belang en van Rijkswaterstaat Midden-Nederland en het Waterschap Zuiderzeeland bij dit werk is afgesproken dat Rijkswaterstaat Midden-Nederland de watervergunning zal verlenen en het waterschap advies zal uitbrengen.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 32 van 43
Belangenafweging Het belang van de aanvrager bij het verkrijgen van een vergunning is afgewogen tegen de belangen die door de Waterwet en de keur (en aanvullend beleid) worden beschermd.
Uit de belangenafweging is gebleken dat met het verlenen van deze vergunning de zorg voor de waterkering voldoende wordt gewaarborgd. De bijgevoegde stukken als onderdeel van de aanvraag en de watervergunning, geven voldoende
waarborgen voor de stabiliteit en instandhouding van de Drontermeerdijk. Beleidsregels De beleidsregels voor werkzaamheden in (primaire) waterkeringen zijn er op gericht dat waterkeringen aan de wettelijk gestelde veiligheidsnormen blijven voldoen en dat een doelmatig beheer en onderhoud aan de waterkering mogelijk
blijft. Met de uitvoering van de door de vergunninghoud(st)er aangevraagde werkzaamheden volgens de in deze vergunning gestelde voorwaarden wordt hieraan voldaan.
Werkplannen
Om de stabiliteit en de veiligheid van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk gedurende alle fases van het werk te waarborgen zijn voor de diverse werkzaamheden voorschriften opgenomen om vooraf werkplannen, berekeningen
e.d. ter goedkeuring in te dienen bij het waterschap.
Onderhoud
Het onderhoud van de watergangen en de taluds van de waterkering dient tijdens de werkzaamheden onderhouden te worden volgens het schouwbeleid van waterschap Zuiderzeeland. Dit houdt onder andere in dat kwelsloten twee maal per jaar en overige sloten één maal per jaar gemaaid dienen te worden en in overeenstemming daarmee door Waterschap Zuiderzeeland worden geschouwd.
Het gedeelte van het binnentalud van de Drontermeerdijk dat niet ontgraven wordt, dient minimaal 2x per jaar gemaaid te worden.
Werken in gesloten seizoen
In de memo ‘werken bouw brug in gesloten seizoen‘ van de Combinatie Roggebot van 4 juni 2021 wordt gemotiveerd, waarom in de gesloten periode van 15 oktober tot 15 maart gewerkt moet worden.
Hiermee wordt afgeweken van het beleid. Vanwege de zwaarwegende belangen is werken in de kernzone van de Drontermeerdijk in het gesloten seizoen onder voorwaarden toegestaan. Uitsluitend de werkzaamheden genoemd in voorschrift 3, lid 5 mogen in het gesloten seizoen worden uitgevoerd, met aantoonbare onderbouwing voor de waterveiligheid en met beheersmaatregelen ter borging van de waterveiligheid. Daarnaast moeten berekeningen ter goedkeuring worden aangeleverd bij het
waterschap en dient tijdens bepaalde werkzaamheden te worden gemonitord. Door deze maatregelen wordt tijdens het uitvoeren van de genoemde werkzaamheden in het gesloten seizoen de waterveiligheid van de Drontermeerdijk en Vossemeerdijk voldoende gewaarborgd.
Signaalwaarde funderingswerken AS 3
De signaalwaarde voor de waterstand in het Drontermeer dient nog nader afgestemd te worden met het waterschap. Het voorstel van de aannemers
Combinatie Roggebot is een signaalwaarde van NAP +1,00 meter. Er is dan 0,60 meter marge voordat het gebied daadwerkelijk overstroomt.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 33 van 43
Kabels en leidingen
Het verwijderen en aanbrengen van kabels en leidingen is niet opgenomen in deze watervergunning. Hiervoor dient een aparte watervergunning aangevraagd
Toetsingsnormen Conform de Waterwet moeten alle (primaire) waterkeringen eens in de twaalf jaar worden beoordeeld op veiligheid. De beheerders van de primaire waterkeringen zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de toetsing. Deze beoordeling wordt
uitgevoerd aan de hand van het wettelijk beoordelingsinstrument welk in 2018 beschikbaar is gesteld. Het conform dit besluit te realiseren werk behoort tot de zogenaamde niet-waterkerende objecten (NWO: begroeiing, bebouwing, pijpleidingen en kabels, wegen, landhoofden, geleidewerken, steigers en niet-waterkerende kadeconstructies).
De essentie van het toetsen van niet-waterkerende objecten is het beoordelen of het object het grondlichaam van de waterkering niet zodanig kan beïnvloeden dat een onveilige situatie ontstaat als gevolg van onder andere: verstoring van het grondlichaam, externe belastingen, waterstroming: erosie/piping/verhoging
freatisch vlak en/of beperking van vrijheid van beheer en onderhoud). Toetsingskader waterstaatswerken
Waterwet
De Waterwet omschrijft in artikel 2.1 het toetsingskader voor de beslissing op de
aanvraag. In dit artikel zijn de algemene doelstellingen aangegeven die
richtinggevend zijn bij de uitvoering van het waterbeheer:
voorkoming en waar nodig beperking van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste in samenhang met
bescherming en verbetering van de chemische en ecologische kwaliteit van watersystemen en
vervulling van maatschappelijke functies door watersystemen.
Deze doelstellingen vormen in onderlinge samenhang het toetsingskader bij
vergunningverlening. Een vergunning kan worden geweigerd indien de
doelstellingen van het waterbeheer zich tegen vergunningverlening verzetten en
het niet mogelijk is om de belangen van het waterbeheer door het verbinden van
voorschriften of beperkingen voldoende te beschermen.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 34 van 43
Keur Waterschap Zuiderzeeland 2017 Volgens de verbodsbepalingen, die opgenomen zijn in artikel 4.2 van de Keur Waterschap Zuiderzeeland 2017, mag het werk niet zonder vergunning worden uitgevoerd.
In artikel 4.2 is opgenomen dat het bestuur vergunning kan verlenen ten aanzien van de verbodsbepalingen. Door of namens het bestuur kan, ter bescherming van de waterstaatswerken,
worden besloten dat het werk moet worden opgeruimd, verlegd of gewijzigd. In dat geval wordt deze vergunning ingetrokken en wordt eventueel een nieuwe vergunning verleend. Voor zover blijkt dat de vergunninghoud(st)er als gevolg van het hiervoor genoemde besluit schade lijdt of zal lijden, welke redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort, kan het bestuur schadevergoeding toekennen. Om in
aanmerking te komen voor schadevergoeding dient de vergunninghoud(st)er schriftelijk een verzoek in te dienen. Nadere aanwijzingen (mondeling of schriftelijk), ter bescherming van waterstaatswerken, door of namens het bestuur dienen te worden opgevolgd. Daarnaast is het bestuur bevoegd de vergunning in te trekken als de
vergunninghoud(st)er niet voldoet aan de in deze vergunning opgenomen voorschriften.
5.3 Beoordeling voor wat betreft het gebruik maken van een regionaal
waterstaatswerk (in beheer bij Waterschap Drents Overijsselse Delta)
Beoordeling op de activiteiten
De werkzaamheden vinden plaats binnen de zone waterstaatswerk van de
primaire kering, dijktraject 11 en de bijbehorende beschermingszones deel B.
Deze werkzaamheden zijn vergunningplichtig op grond van de Keur Waterschap
Drents Overijsselse Delta.
Beleid
De aanvraag is behalve aan de doelstellingen van de Waterwet getoetst aan:
Het Waterbeheerplan 2016 – 2021 van het Waterschap Drents Overijsselse
Delta
De Keur Waterschap Drents Overijsselse Delta.
De Beleidsregels bij de Keur Waterschap Drents Overijsselse Delta.
Toetsing effecten t.a.v. waterveiligheid
Aanvragen voor een watervergunning voor handelingen in, op of nabij
waterkeringen worden getoetst op:
nadelige effecten op kerende hoogte;
nadelige effecten op stabiliteit;
nadelige effecten op de erosiebestendigheid;
negatief effect op grondwater(stromingen);
mogelijkheid van doelmatig onderhoud van het waterstaatswerk;
profiel van vrije ruimte voor toekomstige dijkverbetering;
periode van uitvoeren van activiteiten.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 35 van 43
Toetsing aan beleidsregels bij de Keur Waterschap Drents Overijsselse
Delta
De aanvraag is getoetst aan de beleidsregels:
o Algemeen toetskader voor waterkeringen.
o Ophogingen en afgravingen nabij waterkeringen.
Geconcludeerd is dat de aanvraag en de uit te voeren werkzaamheden voldoen aan de gestelde beleidsregels. Conclusie en Advies
Het belang van de aanvrager bij het verkrijgen van een vergunning is afgewogen
tegen de waterhuishoudkundige belangen die zijn weergegeven in het hierboven
genoemde beleid.
Uit de belangenafweging is gebleken dat, met inachtneming van de aan dit
adviesbesluit verbonden voorschriften, de zorg, veiligheid en functie van het
waterstaatswerk voldoende wordt gewaarborgd.
De gevraagde vergunning als bedoeld in artikel 6.13 van de Waterwet, en artikel
3.1 van de Keur Waterschap Drents Overijsselse Delta, aan de Provincie Flevoland
te verlenen voor de werkzaamheden in de zone waterstaatswerk van de primaire
kering, dijkring 11 en bijbehorende beschermingszones deel B.
Met deze vergunning stemmen we nog niet in met de erosiebestendige afwerking
van het grondlichaam ofwel de waterkering. Die toestemming volgt uit de
afronding van het verificatie en validatieproces ofwel onze instemming met het DO
van het Projectplan Waterwet voor de uitvoering van de aansluitende dijkvakken
N11 en N11A. De aansluiting van de kleibekleding van de waterkering op het
grondlichaam voor de brug maakt onderdeel uit van de uitwerking van het
Projectplan Waterwet.
De vergunning te verlenen voor onbepaalde tijd voor het bouwen, houden en
onderhouden van de werken en aan de watervergunning voorschriften te
verbinden met het oog op de in artikel 2.1 van de Waterwet genoemde
doelstellingen.
6. Procedure
6.1 Algemeen
De voorbereiding van de vergunning op grond van de Waterwet heeft conform het
gestelde in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)
plaatsgevonden. Dit betekent dat in eerste instantie een ontwerpbeschikking
wordt opgesteld. Tegen deze ontwerpbeschikking kan eenieder zienswijzen
indienen. De zienswijzen worden bij het opstellen van het besluit betrokken.
Provinciale coördinatieregeling van toepassing
De voorbereiding en bekendmaking van de (ontwerp) besluiten ter uitvoering van
het IJsseldelta-programma worden gecoördineerd. Deze coördinatie vindt plaats
op basis van de besluiten van de Provinciale Staten van Overijssel en Flevoland tot
toepassing van de provinciale coördinatieregeling (op grond van artikel 3.33 van
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 36 van 43
de Wet ruimtelijke ordening). Deze provinciale coördinatie heeft onder andere
betrekking op besluiten op grond van de Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht, de Waterwet en de Wet natuurbescherming. De provinciale
coördinatie heeft tot gevolg dat op deze besluiten de procedure als bedoeld in
artikel 3.33 vierde lid Wet ruimtelijke ordening van toepassing is.
6.2 Voorbereiding in verband met samenloop van bevoegdheden
Adviesrecht
De vergunningaanvraag heeft betrekking op een samenstel van handelingen ten
aanzien waarvan Waterschap Zuiderzeeland en Waterschap Drents Overijsselse
Delta bevoegde gezagen zijn. De mede betrokken bestuursorganen zijn conform
artikel 6.17, derde lid, van de Waterwet in de gelegenheid gesteld advies uit te
brengen.
Het advies van Waterschap Zuiderzeeland is ontvangen op 29 juni 2021 en het
advies van Waterschap Drents Overijsselse Delta is ontvangen op 4 mei 2021. De
adviezen zijn onverkort overgenomen.
De voorschriften gesteld door de waterschappen zijn opgenomen in paragrafen 3.3
en 3.4. De overwegingen van de waterschappen zijn opgenomen paragraaf 5.2 en
5.3.
7. Conclusie
De in de vergunning opgenomen voorschriften waarborgen dat de doelstellingen
van het waterbeheer voldoende worden beschermd. Op grond van de
bovenstaande overwegingen bestaan er daarom geen bezwaren tegen het
verlenen van de gevraagde vergunning.
8. Ondertekening
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT,
namens deze,
hoofd van de afdeling Vergunningverlening Rijkswaterstaat Midden-Nederland
ir. J.J.A. Stammen
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 37 van 43
9. Mededelingen
9.1. Zienswijze en beroep
Zienswijze
Tijdens de periode van ter inzage legging, zoals aangegeven in de kennisgeving
die in de huis-aan-huisbladen en Staatscourant wordt gepubliceerd, kan een ieder
schriftelijk, digitaal of mondeling een zienswijze naar voren brengen. Alle
zienswijzen worden in een Nota van Beantwoording beantwoord. Persoonlijke
gegevens worden niet bekend gemaakt in de Nota van Beantwoording.
Belanghebbenden kunnen tegen het besluit beroep instellen bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Schriftelijk
Een schriftelijke zienswijze kan worden gestuurd naar:
Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland
t.a.v. Coördinator Procedures IJsseldelta-Zuid, de heer L. Haverkort
Postbus 55
8200 AB Lelystad
Digitaal
Een digitale zienswijze kan ingediend worden via het coördinerend digitale
postadres [email protected], onder vermelding van ‘IJsseldelta fase 2’ in de titel
van de mail. Omdat u het inhoudelijke antwoord per post toegezonden krijgt,
dient u in de e-mail ook uw naam en postadres te vermelden.
Mondeling
Een zienswijze kan ook mondeling ingediend worden. Om gebruik te maken van
deze mogelijkheid dient binnen de periode van ter inzage legging contact te
worden opgenomen met de heer L. Haverkort via telefoonnummer 06-4069 8625,
zodat hiervoor een afspraak gemaakt kan worden. Van een mondelinge zienswijze
wordt een bondig verslag gemaakt.
Iedereen die een zienswijze heeft ingediend, krijgt een ontvangstbevestiging. Alle
zienswijzen worden doorgestuurd naar de desbetreffende bevoegd
gezaginstanties, die de zienswijzen betrekken bij het nemen van de definitieve
besluiten. Uiterlijk tegelijkertijd met het bekendmaken van de definitieve besluiten
wordt iedere indiener geïnformeerd over hoe door de bevoegd gezagsinstanties
met de zienswijze is omgegaan.
Beroep Belanghebbenden kunnen beroep tegen het definitieve besluit indienen. Crisis- en herstelwet
De Gebiedsontwikkeling IJsseldelta-Zuid valt onder de Crisis- en herstelwet. Deze wet richt zich op versnelling van projecten en bevat onder andere bepalingen voor de beroepsprocedure.
Inlichtingen Voor het verkrijgen van nadere inlichtingen kan contact worden opgenomen met de heer Pabbruwee van Rijkswaterstaat Midden-Nederland, afdeling Vergunningverlening, tel: 06 – 10 928 948.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 38 van 43
9.2. Inspanningsverplichting in verband met mogelijke schade
Het hebben van deze vergunning ontslaat de houder niet van de verplichting om
de redelijkerwijs mogelijke maatregelen te treffen ten einde te voorkomen dat
derden of de Staat ten gevolge van het gebruik maken van de vergunning schade
lijden.
9.3. Overige vergunningen
De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat er naast de onderhavige
vergunning, voor de handelingen waarop de vergunning betrekking heeft voordat
met de werkzaamheden wordt begonnen, tevens een vergunning en/of ontheffing
en/of meldingsplicht vereist kan zijn op grond van andere wetten, waaronder de
Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht . De
vergunninghouder moet ook rekening houden met de bepalingen en/of
voorschriften van de Wet natuurbescherming.
9.4. Verzending afschriften
Een afschrift van deze vergunning is verzonden aan:
De regionaal directeur van het RVB, DV, Postbus 16169
2500 BD te Den Haag, die zich met betrekking tot het gebruik van
staatseigendom(men) schriftelijk tot u kan wenden;
Gemeente Kampen, Postbus 5009, 8260 GA te Kampen;
Gemeente Dronten, Postbus 100, 8250 AC te Dronten;
Waterschap Drents Overijsselse Delta, Postbus 60, 8000 AB te Zwolle;
Waterschap Zuiderzeeland, Postbus 229, 8200 AE te Lelystad;
Combinatie Roggebot V.O.F., Postbus 20175, 7323 BA te Apeldoorn;
ARA Adviesburo B.V., Galathesedijk 12, 3257 LE te Ooltgensplaat.
Naast de vergunning heeft u voor het gebruik van Staatsgrond- en water nog
toestemming nodig van het Rijksvastgoedbedrijf (hierna: RVB). Ik wijs u erop dat
het RVB aan een dergelijke privaatrechtelijke regeling nog nadere voorwaarden
kan stellen, waaronder het betalen van een (marktconforme) gebruiksvergoeding.
Pas op het moment dat een privaatrechtelijke regeling is overeengekomen met het
RVB mag gebruik worden gemaakt van Staatseigendom(men) ter uitvoering van
de vergunde activiteit(en).
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 39 van 43
Bijlage 1. Begripsbepalingen
In deze vergunning wordt verstaan onder:
1. Aanvraag: de aan deze vergunning ten grondslag liggende aanvraag;
2. Afdeling Handhaving: de afdeling Handhaving van Rijkswaterstaat Midden-
Nederland, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht;
3. Beschermingszone waterkering deel B: aan een waterstaatswerk grenzende
zone, waarin ter bescherming van dat waterstaatswerk voorschriften
krachtens de Keur Waterschap Drents Overijsselse Delta van toepassing zijn
en die als zodanig in de is opgenomen. De beschermingszone B varieert in
breedte. De breedte is afhankelijk van de breedte van de beschermingszone A.
De begrenzing ligt op 96 meter uit het waterstaatswerk;
4. Bevoegd gezag: Rijkswaterstaat Midden-Nederland namens de minister van
Infrastructuur en Waterstaat (p.a. Rijkswaterstaat Midden-Nederland,
Directeur Netwerkontwikkeling, Postbus 2232, 3500 GE Utrecht);
5. Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van het Waterschap Drents
Overijsselse Delta of zijn rechtsopvolger
6. De ambtenaar Waterschap Zuiderzeeland: de heer B. Wijma in dienst van het
waterschap of zijn plaatsvervanger. Deze ambtenaar handelt namens het
bestuur en is op werkdagen te bereiken op telefoonnummer 06 11 32 40 27.
Bij geen gehoor kunt u bellen met het regiokantoor, telefoonnummer (0320)
274 911;
7. Ongewoon voorval: een voorval waardoor nadelige gevolgen voor het
waterstaatswerk zijn ontstaan of dreigen te ontstaan;
8. Kaderrichtlijn Water (KRW): richtlijn 2000/60/EC van 23 oktober 2000 tot
vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het
waterbeleid;
9. Keur Waterschap Zuiderzeeland 2017: in de keur zijn onder andere
onderhoudsplichtigen, gebods- en verbodsbepalingen opgenomen. De
vergunninghoud(st)er dient de inhoud van de keur te kennen en op basis
hiervan te handelen. De Keur Waterschap Zuiderzeeland 2017 is te vinden op:
www.zuiderzeeland.nl/digitaal_loket/regelgeving/keur_waterschap_zuiderzeela
nd;
10. Kruinlijn: de snijlijn van het talud van de waterkering met de kruin;
11. KRW-lichaam: volgens artikel 2, lid 10, van de richtlijn 2000/60/EG is een
KRW-waterlichaam een te onderscheiden oppervlaktewater van aanzienlijke
omvang, zoals een meer, een waterbekken, een stroom, een rivier, een kanaal,
een deel van een stroom, rivier of kanaal, een overgangswater of een strook
kustwater;
12. Landhoofden; westelijke en oostelijk landhoofd.
13. Legger: als bedoeld in artikel 5.1 van de Waterwet of in artikel 78 tweede lid
van de Waterschapswet.
14. Ongewoon voorval: een voorval waardoor nadelige gevolgen voor het
waterstaatswerk zijn ontstaan of dreigen te ontstaan
15. Roggebotbrug; De verbinding in de N307 tussen Flevoland en Overijssel,
inclusief pijlers, basculekelder, val, remmingwerk, geleidewerken,
wachtplaatsen, bodembescherming, landhoofden, aanlanding, weglichaam, etc
en aanpassing, inrichting en landschappelijke inpassing van de oostelijke en
westelijke oever.
16. Stormseizoen: 15 oktober tot en met 15 april;
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 40 van 43
17. Team Handhaving Waterschap Drents Overijsselse Delta: team Handhaving
van de afdeling Vergunningen, handhaving en grondzaken van het waterschap,
Postbus 60, 8000 AB Zwolle, tel: 088-2331200, e-mail:
18. Teen: de als zodanig in de legger aangegeven lijn, of voor zover daarin niet
aangegeven de lijn, die overeenkomt met de snijlijn van het talud van de
waterkering met het horizontaal gelegen maaiveld, dan wel met de bodem van
het aangrenzende water, of bij natuurlijke hoogten of hooggelegen gronden de
grenzen van een doorlopende strook van deze hoogten of gronden ter breedte
van 10 meter;
19. Toezichthouder: de heer B. Wijma, in dienst van het waterschap of zijn
plaats¬vervanger. Deze ambtenaar handelt namens het bestuur en is op
werkdagen te bereiken op telefoonnummer 06-11 32 40 21. Bij geen gehoor
kunt u bellen met het regiokantoor, telefoonnummer (0320) 269 600.
20. Vergunninghouder: diegene die krachtens deze vergunning handelingen
verricht en in staat is naleving van het gestelde in deze vergunning te borgen;
21. Waterbeheerder: de minister van Infrastructuur en Waterstaat, per adres
Rijkswaterstaat Midden-Nederland, t.a.v. afdeling Handhaving, Postbus 2232,
3500 GE Utrecht, e-mail adres [email protected];
22. Waterbouwkundige constructie: een constructie op en rond het water, zoals
damwanden, sluizen en bruggen;
23. Waterkering: kunstmatige hoogte, (gedeelten van) natuurlijke hoogten of
hoge gronden met ondersteunende kunstwerken die een waterkerende of
mede een waterkerende functie hebben en de ter weerszijden daarvan
gelegen strook van 4 meter uit de teen;
24. Watersysteem: samenhangend geheel van een of meer
oppervlaktewaterlichamen met bijbehorende bergingsgebieden, waterkeringen
en ondersteunende kunstwerken en grondwaterlichamen;
25. Waterstaatswerk: oppervlaktewaterlichaam, bergingsgebied, waterkering,
ondersteunend kunstwerk, dat als zodanig in de legger is aangegeven;
26. Watervergunning: Vergunning als bedoeld in de Wet;
27. Werken: bouwwerk, weg- of waterbouwkundig werk of anderszins functionele
toepassing van een bouwstof;
28. Werkzaamheden: het maken, aanleggen, houden, onderhouden en opruimen
van het op grond van de vergunning (te behouden) werk;
29. Wet: Waterwet.
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 41 van 43
Bijlage 2. Situatietekeningen en documenten
Behorende bij de vergunning van de minister van Infrastructuur en Waterstaat van
heden.
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Bovenaanzicht onderbouw + Bovenbouw’, tekeningnummer:
2011-4278, projectnummer: 20138, versie: 4.0, d.d. 15-06-2021;
Situatietekening ‘N307 Roggebot-Kampen – Voorlopig ontwerp Brug
Roggebot Langsdoorsnede en langsaanzicht’, tekeningnummer: 2011-
4279, projectnummer: 20138, versie: 5.0, d.d. 15-06-2021.
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot – Dwarsdoorsneden
dek en pijlers + details’, tekeningnummer: 2011-4280, projectnummer:
20138, versie: 1.0, d.d. 15-12-2020
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp brug Roggebot Doorsneden
basculekelder’, tekeningnummer: 2011-4281, projectnummer: 20138,
versie: 2.0, d.d. 03-02-2021;
Situatietekening ‘Voorontwerp Overzichtstekening Val’, tekeningnummer:
2011-4283, versie: 0.0, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp landschappelijke inpassing Brug
Roggebot met aanlandingen’, tekeningnummer: 2011-8436,
projectnummer: 20138, versie 02, d.d. 14-12-2020;
Situatietekening ‘Voorlopig ontwerp geleidewerken & remmingwerken
algemeen overzicht’, tekeningnummer: 8432-001, versie 1.0, d.d. 12-12-
2020;
Situatietekening ‘Natte Infra – Overzicht en profielen bodembescherming
dwarsprofielen’, tekeningnummer: 2103-6379, blad 1 t/m 2, versie: 1.2,
d.d. 07-05-2021;
Rapport ‘Beoordeling waterveiligheid waterkering Roggebotsluis bij aanleg
basculekelder’, documentnummer: 1220-177653-
TN03v3_Basculekelder.docx, projectnummer: 1220-177653, d.d. 02-02-
2021.
2106-1311 Locatieoverzicht brug v1.0, ongedateerd;
2011-4280 Brug Roggebot-Dwarsdoorsnede dek en pijlers + details v1.0,
d.d.15-12-2020;
2012-1159 Waterhuishoudingsrapport Roggebotbrug v1.0, d.d. 15-12-
2020;2103-7480 Uitkomsten Hydra-NL berekeningen v1.0, d.d. 24-03-
2021;
2101-0554 Bouwplaats inrichting Roggebot brug v.1.0, d.d.16-11-2020;
2106-0863 Opstellocatie kranen t.b.v. prefab liggers v1,0, d.d. 11-06-
2020;
2104-2070 Stabiliteit talud bouwfase as 1-2 v1.0, d.d. 14-04-2021;
2102-7275 DO Rapport Bodem en oeverbescherming v1.2, d.d. 10-05-
2021;
2103-6379 Bodembescherming-OV-1van1 & DWP 2van2 v1.2, d.d. 07-05-
2021;
2011-4786 Calamiteitenplan v3.0, d.d. 21-05-2021;
2011-5236 Instandhoudingsplan v1.0, d.d. 18-12-2020;
2106-0872 Bouwkundige opname inzake het project N307 Roggebot-
Kampen opnamelocatie Drontermeerdijk v1.0, d.d. 24-02-2021;
2102-1223 Waterveiligheid stp 2 brug Roggebot en Drontermeerdijk WZZL
v2.0, d.d. 28-05-2021;
RWS INFORMATIE
RWS INFORMATIE Rijkswaterstaat Midden-
Nederland
Netwerkontwikkeling
Datum
29 juni 2021
Kenmerk
ONTWERP
Pagina 42 van 43
2104-4863 Fasering Roggebotbrug en Drontermeerdijk v4.0, d.d. 27-05-
2021;
2104-8434 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 1- bestaande
situatie v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8435 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 2 – aanbrengen
voorbelasting v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8436 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 3 – ontgraven
en aanbrengen palen v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8442 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase 4 – realiseren
landhoofd en poeren v2.0, d.d. 01-06-2021;
2101-8452 Bouwfasering Roggebotbrug AS 1, 2 en 3_Fase - Overzicht
v2.0, d.d. 01-06-2021;
2105-5971 Werken bouw brug in gesloten seizoen v3.0, d.d. 08-06-2021;
2104-3570 Beoordeling waterveiligheid normtraject 8-4 waterkering
Drontermeerdijk bij aanleg brugpijlers v2.0, d.d. 01-06-2021;
2105-7267 Tijdelijke grondkering voor realisatie poer AS 2 v1.0, d.d. 31-
05-2021.