Referenties
http://www.hdn.nl/over-hdn/laatste-nieuws-hdn
Naam van het gegeven
Loan-To-Income (LTI) ratio en Loan-To-Value (LTV) ratio
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van de gemiddelde LTI ratio en de gemiddelde LTV ratio
weergegeven. De cijfers hebben betrekking op alle aangevraagde hypotheekoffertes zoals
opgenomen in het hypothekenberichtenverkeer van bij HDN aangesloten hypotheek- en
verzekeringsmaatschappijen.
Verantwoordelijk instituut
Hypotheken Data Netwerk (HDN)
Berekeningswijze
De LTI ratio wordt verkregen door per hypotheekofferte de hoogte van de aangevraagde
hypotheeksom te delen door het bruto jaarinkomen van een huishouden. Deze individuele LTI ratio’s
worden per kwartaal bij elkaar opgeteld en gedeeld door het aantal aanvragen in het desbetreffende
kwartaal.
De LTV ratio wordt verkregen door per hypotheekofferte de hoogte van de aangevraagde
hypotheeksom te delen door de beschikbare WOZ-waarde van de beoogde onderpand voor de
hypotheek (de woning) . Deze individuele LTV ratio’s worden per kwartaal bij elkaar opgeteld en
gedeeld door het aantal aanvragen in het desbetreffende kwartaal.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
kwartaal
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een dekking van ongeveer 60% van alle offerteaanvragen voor nieuwe en
overgesloten hypotheken op de Nederlandse woningmarkt.
Referenties
Naam van het gegeven
Maximale leencapaciteit bij 1x en 2x modaal inkomen
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van de maximale leencapaciteit bij een inkomen van 1x modaal
en bij een inkomen van 2x modaal weergegeven. Daarnaast wordt de ontwikkeling van de mediane
verkoopprijs weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Onderzoeksinstituut OTB
Berekeningswijze
De leencapaciteit wordt berekend op basis van de hoogte van het modaal bruto inkomen en de
bijbehorende maximale financieringslast volgens de geldende NHG-normering. Verder wordt er
uitgegaan van een annuitaire hypothecaire lening met een looptijd van 30 jaar en een rentevaste
periode tussen de 5 en 10 jaar en van de gemiddelde daarbij behorende hypotheekrente. Bij de
berekening van de maximale leencapaciteit voor een bruto inkomen van 2x modaal, wordt
bovendien rekening gehouden met het aantal verdieners in een huishouden. DE NHG-normering
voor de maximale bruto financieringslast verschilt namelijk voor één- en tweeverdieners.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
halfjaar
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Het betreft een benadering van de maximale leencapaciteit uitgaande van de geldende NHG
normering voor de maximale bruto financieringslast en de standaard voorwaarden van banken voor
het verstrekken van een hypotheek.
Referenties
http://www.hdn.nl/over-hdn/laatste-nieuws-hdn
Naam van het gegeven
Aantal hypotheekoffertes naar huidige woningmarktpositie
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal aangevraagde hypotheekoffertes weergegeven,
zoals opgenomen in het hypothekenberichtenverkeer van bij HDN aangesloten hypotheek- en
verzekeringsmaatschappijen. Indien mogelijk wordt daarbij onderscheid aangebracht naar starter of
doorstromer op de koopwoningmarkt.
Verantwoordelijk instituut
Hypotheken Data Netwerk (HDN)
Berekeningswijze
Voor elke hypotheekofferteaanvraag is een facultatief in te vullen variabele beschikbaar, die
aangeeft of het een aanvraag voor een eerste hypotheek betreft.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
kwartaal
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een dekking van ongeveer 60% van alle offerteaanvragen voor nieuwe en
overgesloten hypotheken op de Nederlandse woningmarkt.
Referenties
http://www.hdn.nl/over-hdn/laatste-nieuws-hdn
Naam van het gegeven
Aandeel hypotheekofferteaanvragen naar hypotheekvorm
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal aangevraagde hypotheekoffertes weergegeven,
zoals opgenomen in het hypothekenberichtenverkeer van bij HDN aangesloten hypotheek- en
verzekeringsmaatschappijen. Indien mogelijk wordt daarbij onderscheid aangebracht naar het
aflossingsschema behorende bij (het hoofdbestandsdeel van) de aangevraagde offerte.
Verantwoordelijk instituut
Hypotheken Data Netwerk (HDN)
Berekeningswijze
Voor elke hypotheekofferteaanvraag is een variabele beschikbaar, die aangeeft welk
aflossingsschema wordt gehanteerd (annuiteiten-, spaar- aflossingsvrije of overige hypotheek). Het
aantal offerteaanvragen per hypotheekvorm (aflossingsschema) wordt gerelateerd aan het totaal
aantal hypotheekofferteaanvragen in de desbetreffende periode.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
kwartaal
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een dekking van ongeveer 60% van alle offerteaanvragen voor nieuwe en
overgesloten hypotheken op de Nederlandse woningmarkt.
Referenties
http://www.hdn.nl/over-hdn/laatste-nieuws-hdn
Naam van het gegeven
Aandeel hypotheekofferteaanvragen naar hoogte van het LTV ratio
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal aangevraagde hypotheekoffertes weergegeven,
zoals opgenomen in het hypothekenberichtenverkeer van bij HDN aangesloten hypotheek- en
verzekeringsmaatschappijen. Daarbij is onderscheid aangebracht naar offerteaanvragen met een LTV
ratio tot 100% en met een LTV ratio vanaf 100%. Daarnaast wordt het aandeel hypotheekofferte-
aanvragen met een LTV ratio tot 100% weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Hypotheken Data Netwerk (HDN)
Berekeningswijze
De LTV ratio wordt verkregen door per hypotheekofferte de hoogte van de aangevraagde
hypotheeksom te delen door de beschikbare WOZ-waarde van de beoogde onderpand voor de
hypotheek (de woning) . Deze individuele LTV ratio’s worden vervolgens in twee klassen
onderverdeeld, namelijk LTV ratio’s tot 100% en LTV ratio’s vanaf 100%. Het aantal offerteaanvragen
met een LTV ratio tot 100% wordt daarnaast ook gerelateerd aan het totaal aantal
hypotheekofferteaanvragen in de desbetreffende periode.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
kwartaal
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een dekking van ongeveer 60% van alle offerteaanvragen voor nieuwe en
overgesloten hypotheken op de Nederlandse woningmarkt.
Referenties
Kadaster, Vastgoed-Dashboard (http://www.kadaster.nl/web/pagina/Vastgoed-Dashboard.htm)
Naam van het gegeven
Nieuw afgesloten hypotheken
Omschrijving
In het figuur wordt het aantal geregistreerde particuliere woninghypotheken weergegeven. Het gaat
om hypotheken die gevestigd zijn op bestaande woningen en op bouwterreinen ten behoeve van
woningbouw.
Verantwoordelijk instituut
Kadaster
Berekeningswijze
Het aantal nieuw afgesloten hypotheken in de drie maanden van het desbetreffende kwartaal
worden bij elkaar opgeteld.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Maand
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%.
Referenties
WEW, 2013, Jaarverslag 2012 (https://www.nhg.nl/organisatie/nieuws/nieuws-
detailpagina/jaarverslag-2012-gepubliceerd-nhg-zeker-in-deze-tijd.html)
Kadaster, Vastgoed-Dashboard (http://www.kadaster.nl/web/pagina/Vastgoed-Dashboard.htm)
NEPROM en BZK/WBI, Monitor Nieuwe Woningen ( www.mnw.datawonen.nl)
Naam van het gegeven
Transacties bestaande woningen en nieuwbouwwoningen met Nationale Hypotheek Garantie
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal transacties met een NHG op de bestaande
woningmarkt1 als aandeel van het totaal aantal transacties op de bestaande woningmarkt2.
Daarnaast wordt de ontwikkeling van het aantal transacties met een NHG op de markt van
nieuwbouwwoningen1 weergegeven als aandeel van het totaal aantal transacties op de markt van
nieuwbouwwoningen3.
Verantwoordelijk instituut
1: Waarborgfonds Eigen Woning
2: Kadaster
3: Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
Het aantal verstrekte Nationale Hypotheek Garanties voor bestaande woningen wordt gedeeld door
het totaal aantal verkochte bestaande koopwoningen in de desbetreffende periode.
Het aantal maandelijks verstrekte Nationale Hypotheek Garanties voor nieuwbouwwoningen wordt
gedeeld door het totaal aantal maandelijks verkochte nieuwbouwwoningen in de desbetreffende
periode.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Kwartaal
2: Maand
3: Kwartaal
Achtergrondinformatie
Opmerking
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
2: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
3: Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning,
als de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK.
Referenties
https://www.nhg.nl/organisatie/nieuws/nieuws-detailpagina/jaarverslag-2012-gepubliceerd-nhg-
zeker-in-deze-tijd.html
Naam van het gegeven
Uitstaande hypotheken met een Nationale Hypotheek Garantie (NHG)
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal uitstaande hypotheken met een NHG
weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Waarborgfonds Eigen Woning
Berekeningswijze
Weergave van het absolute aantal geregistreerde NHG.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
http://www.svn.nl/producten/Paginas/Home.aspx
Naam van het gegeven
Aangevraagde en toegekende startersleningen
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal bij Nederlandse gemeenten aangevraagde
startersleningen weergegeven. Daarnaast wordt ook de ontwikkeling van het aantal door
Nederlandse gemeenten toegekende startersleningen weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn)
Berekeningswijze
Weergave van het absolute aantal aangevraagde en toegekende startersleningen.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
*
Opmerking
*
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
http://www.svn.nl/producten/Paginas/Home.aspx
Naam van het gegeven
Toegekende startersleningen naar hoogte lening
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal door Nederlandse gemeenten toegekende
startersleningen naar hoogte van de lening (in klassen) weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn)
Berekeningswijze
Weergave van het aandeel toegekende startersleningen naar hoogte van de lening.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
*
Opmerking
*
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
http://www.svn.nl/producten/Paginas/Home.aspx
Naam van het gegeven
Toegekende startersleningen naar leeftijd van de ontvanger
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal door Nederlandse gemeenten toegekende
startersleningen naar leeftijdsklasse van de ontvanger weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten (SVn)
Berekeningswijze
Weergave van het aandeel toegekende startersleningen naar leeftijdsklasse ontvanger.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
*
Opmerking
*
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
http://perskamer.bkr.nl
Naam van het gegeven
Aantal kredietnemers met een geregistreerde betalingsachterstand en ingelopen
betalingsachterstanden
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal kredietnemers met een betalingsprobleem op
minimaal één hypotheek weergegeven. Daarnaast wordt ook de ontwikkeling van het aantal
kredietnemers met herstelde lopende hypotheken weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
BKR
Berekeningswijze
Weergave van het absolute aantal kredietnemers met een geregistreerde betalingsachterstand en
van het absolute aantal kredietnemers met ingelopen betalingsachterstanden. Er wordt van een
betalingsprobleem gesproken bij een betalingsachterstand van vier aaneengesloten maanden niet
betalen, wat leidt tot registratie van een A-codering. Deze A-codering wordt pas hersteld dat een
achterstand volledig is ingelopen.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
*
Opmerking
*
Betrouwbaarheidscodering
Centraal Krediet Informatiesysteem (CKI) met een landelijke dekking van 100%
Referenties
https://www.nhg.nl/organisatie/nieuws/nieuws-detailpagina/jaarverslag-2012-gepubliceerd-nhg-
zeker-in-deze-tijd.html
http://www.kadaster.nl/web/pagina/Vastgoed-Dashboard.htm
Naam van het gegeven
Verliesdeclaraties op het fonds Nationale Hypotheek Garantie (NHG) en executieverkopen
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal ontvangen verliesdeclaraties op het fonds van de
NHG1 weergeven. Daarnaast wordt het aantal geregistreerde executieverkopen2 (automatische recht
van de schuldeisende bank of hypotheekverstrekker om de woning in het openbaar via een veiling te
verkopen) weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
1: Waarborgfonds Eigen Woning
2: Kadaster
Berekeningswijze
Weergave van het absolute aantal ontvangen verliesdeclaraties op het fonds van de Nationale
Hypotheek Garanties en van het absoluut aantal executieverkopen.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Per kwartaal
Achtergrondinformatie
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
2: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
Kadaster, Vastgoed-Dashboard (http://www.kadaster.nl/web/pagina/Vastgoed-Dashboard.htm)
NVB, 2013, ANALYSE WONINGMARKT van de bestaande koopwoningen 1e kwartaal 2013
(http://www.nvm.nl/~/media/NVMWebsite/Downloads/Marktcijfers/2013Q1/Bijlage%20I%20Analys
e%20Woningmarkt%202013-1.ashx)
Naam van het gegeven
Transacties bestaande woningen
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het totaal aantal in Nederland verkochte woningen1
weergegeven. Daarnaast wordt het aantal door de NVM-makelaars in Nederland verkochte
woningen2 weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
1: Kadaster
2: Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM)
Berekeningswijze
1: Het aantal verkochte woningen in de drie maanden van een kwartaal worden bij elkaar opgeteld.
2: Driemaandelijks voortschrijdend gemiddelde van het aantal transacties per maand
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Maand
Achtergrondinformatie
http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
Opmerking
1: De transactie wordt geregistreerd op het moment dat de transactie van de koop plaatsvindt.
2: De transactie wordt geregistreerd op het moment dat een koopovereenkomst is getekend.
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%.
2: Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot
75% van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Referenties
NVB, 2013, ANALYSE WONINGMARKT van de bestaande koopwoningen 1e kwartaal 2013
(http://www.nvm.nl/~/media/NVMWebsite/Downloads/Marktcijfers/2013Q1/Bijlage%20I%20Analys
e%20Woningmarkt%202013-1.ashx)
Naam van het gegeven
Transacties bestaande woningen naar woningtype.
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal door de NVM-makelaars verkochte woningen in
Nederland weergegeven waarbij onderscheid wordt aangebracht naar woningtype.
Verantwoordelijk instituut
Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM).
Berekeningswijze
Driemaandelijks voortschrijdend gemiddelde van het aantal transacties per maand.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Maand
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
Opmerking
De transactie wordt geregistreerd op het moment dat een koopovereenkomst is getekend.
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot 75%
van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Referenties
NVB, 2013, ANALYSE WONINGMARKT van de bestaande koopwoningen 1e kwartaal 2013
(http://www.nvm.nl/~/media/NVMWebsite/Downloads/Marktcijfers/2013Q1/Bijlage%20I%20Analys
e%20Woningmarkt%202013-1.ashx)
Naam van het gegeven
Krapte-indicator bestaande koopwoningen
Omschrijving
In het figuur wordt de verhouding weergegeven tussen het aantal in een maand te koop aangeboden
woningen en het aantal verkochte woningen, door NVM-makelaars.
Verantwoordelijk instituut
Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM)
Berekeningswijze
N x Aantal via NVM-makelaars te koop aangeboden woningen (peildatum halverwege het kwartaal),
gedeeld door het aantal door de NVM-makelaars verkochte woningen in het desbetreffende
kwartaal. De N staat voor het aantal maanden in de periode waarvoor de krapte-indicator wordt
berekend. In dit geval gaat het dus om 3 maanden (N=3).
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
Opmerking
De transactie wordt geregistreerd op het moment dat een koopovereenkomst is getekend. De
omvang van de te koop aangeboden woningen wordt vastgesteld door voor een peildatum
(halverwege het kwartaal) te registreren, hoeveel woningen op dat moment in de verkoop staan.
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot 75%
van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Referenties
-
Naam van het gegeven
Het vijvermodel voor bestaande woningen
Omschrijving
In het figuur wordt de schematische voorstelling van de ontwikkelingen in het aanbod op de
bestaande koopwoningmarkt tussen twee peilmomenten weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM)
Berekeningswijze
De tellingen van het aantal woningen, dat op een bepaalde peildatum in het aanbod staat, het aantal
woningen dat op de markt erbij komt in aanbod, het aantal woningen dat de markt verlaat (middels
verkoop of terugtrekking) en de verhoudingen daartussen. Peildata zijn de middelste dagen in een
kwartaal. Als registratie voor het moment dat een woning in aanbod komt, wordt gebruikt de door
de makelaar geregistreerde datum, waarop het object in de verkoop komt. Als registratie voor het
moment dat een woning de markt verlaat wordt gebruikt de datum van de koopovereenkomst
(verkopen) of de datum van terugtrekking van de koopwoningmarkt (intrekkingen).
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Per kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
Opmerking
De NVM heeft een marktaandeel van tussen de 72%-75% in de verkopen op de bestaande
koopwoningmarkt.
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot 75%
van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Referenties
NVB, 2013, ANALYSE WONINGMARKT van de bestaande koopwoningen 1e kwartaal 2013
(http://www.nvm.nl/~/media/NVMWebsite/Downloads/Marktcijfers/2013Q1/Bijlage%20I%20Analys
e%20Woningmarkt%202013-1.ashx).
Van der Wal, E., Tamminga, W (2008) Waarom de gemiddelde koopsom geen huizenprijsindicator is.
CBS en Kadaster.
De Haan, J., Van der Wal, E., De Vries, P. (2009) The measurement of house prices: A review of the
Sale Price Appraisal Ratio Method. Journal of Economic and Social Measurement, 34, 51-86.
Naam van het gegeven
De procentuele mutatie van de mediane verkoopprijs bestaande woningen en van de Prijsindex
Bestaande Koopwoningen.
Omschrijving
In het figuur worden de ontwikkelingen van de verkoopprijzen van bestaande koopwoningen
weergegeven. Het betreft hier de procentuele mutatie van de mediane verkoopprijs1 en de
procentuele mutatie van de Prijsindex Bestaande Koopwoningen2 (PBK). Naast de prijsindexcijfers
worden ook aantallen verkochte woningen gepubliceerd en de gemiddelde verkoopprijs van deze
woningen. De cijfers hebben betrekking op woningen die zich al op de woningmarkt bevinden, op
Nederlandse grond staan en die zijn aangekocht door een particulier en bestemd zijn voor
permanente bewoning door een particulier.
Verantwoordelijk instituut
1: Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM)
2: Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
1: De verkopen worden ingedeeld in groepen op basis van woningtype en woningmarktgebied (NVM-
regio). Per groep wordt de mediane verkoopprijs in kwartaal x en x-1 berekend. De verandering
wordt berekend door deze twee kengetallen op elkaar te delen en het veranderpercentage af te
leiden. Door weging naar het aantal verkopen per groep wordt vervolgens het percentage
verandering voor de totale groep bepaald.
2: Het Kadaster legt alle verkooptransacties van onroerend goed in Nederland vast. Als een woning
van eigenaar wisselt, dan registreert het Kadaster de verkoopprijs, het adres van de woning, het
woningtype en de overdrachtsdatum. Deze informatie wordt gekoppeld aan de meest recente WOZ-
waarden (WOZ staat voor Waardering Onroerende Zaken) van de betreffende woningen die bij het
CBS bekend zijn. De index wordt vervolgens berekend door de verkoopprijzen in de verslagperiode te
vergelijken met de meest recente WOZ-waarden van deze verkochte woningen. In de indexformule is
een factor opgenomen die corrigeert voor eventuele onder- of overwaardering van de WOZ-
waarden. De berekeningswijze die wordt gehanteerd staat bekend als de Sales Price Appraisal Ratio
(SPAR) methode. Een uitgebreide beschrijving van de SPAR-methode en de uitvoering van het
onderzoek is te vinden in het artikel Prijsindex Bestaande Koopwoningen Methodebeschrijving.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Maand
2: Maand
Achtergrondinformatie
1: Voor meer informatie zie: http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
2: De gemiddelde verkoopprijs kan een ander verloop weergeven dan de Prijsindex Bestaande
Koopwoningen (PBK). De gemiddelde koopsom weerspiegelt namelijk de gemiddelde prijs van
woningen die verkocht zijn in een specifieke periode. Doordat in elke periode andere woningen
worden verkocht, wordt er geen rekening gehouden met eventuele verschillende kenmerken van de
verkochte woningen. Bij de berekening van de PBK gebeurt dit wel. Het verschil tussen de
gemiddelde koopsom per periode is dus een resultaat van het verschil in prijs en kwaliteit van de
verkochte woningen, terwijl bij de PBK het verschil enkel wordt verklaard door de prijs. Zie voor meer
informatie hierover het artikel "Waarom de gemiddelde koopsom geen huizenprijsindicator is".
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot 75%
van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%.
Referenties
Van der Wal, E. (2008) Prijsindex Bestaande Koopwoningen Methodebeschrijving, Voorburg: CBS.
Van der Wal, E., Tamminga, W (2008) Waarom de gemiddelde koopsom geen huizenprijsindicator is.
CBS en Kadaster.
De Haan, J., Van der Wal, E., De Vries, P. (2009) The measurement of house prices: A review of the
Sale Price Appraisal Ratio Method. Journal of Economic and Social Measurement, 34, 51-86.
Naam van het gegeven
Prijsindex Bestaande Koopwoningen
Omschrijving
In het figuur worden de ontwikkelingen van de verkoopprijzen van bestaande koopwoningen
weergegeven. Naast de prijsindexcijfers worden ook aantallen verkochte woningen gepubliceerd en
de gemiddelde verkoopprijs van deze woningen. De cijfers hebben betrekking op woningen die zich
al op de woningmarkt bevinden, op Nederlandse grond staan en die zijn aangekocht door een
particulier en bestemd zijn voor permanente bewoning door een particulier.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Het Kadaster legt alle verkooptransacties van onroerend goed in Nederland vast. Als een woning van
eigenaar wisselt, dan registreert het Kadaster de verkoopprijs, het adres van de woning, het
woningtype en de overdrachtsdatum. Deze informatie wordt gekoppeld aan de meest recente WOZ-
waarden (WOZ staat voor Waardering Onroerende Zaken) van de betreffende woningen die bij het
CBS bekend zijn. De index wordt vervolgens berekend door de verkoopprijzen in de verslagperiode te
vergelijken met de meest recente WOZ-waarden van deze verkochte woningen. In de indexformule is
een factor opgenomen die corrigeert voor eventuele onder- of overwaardering van de WOZ-
waarden. De berekeningswijze die wordt gehanteerd staat bekend als de Sales Price Appraisal Ratio
(SPAR) methode. Een uitgebreide beschrijving van de SPAR-methode en de uitvoering van het
onderzoek is te vinden in het artikel Prijsindex Bestaande Koopwoningen Methodebeschrijving.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Maand
Achtergrondinformatie
De gemiddelde verkoopprijs kan een ander verloop weergeven dan de Prijsindex Bestaande
Koopwoningen (PBK). De gemiddelde koopsom weerspiegelt namelijk de gemiddelde prijs van
woningen die verkocht zijn in een specifieke periode. Doordat in elke periode andere woningen
worden verkocht, wordt er geen rekening gehouden met eventuele verschillende kenmerken van de
verkochte woningen. Bij de berekening van de PBK gebeurt dit wel. Het verschil tussen de
gemiddelde koopsom per periode is dus een resultaat van het verschil in prijs en kwaliteit van de
verkochte woningen, terwijl bij de PBK het verschil enkel wordt verklaard door de prijs. Zie voor meer
informatie hierover het artikel "Waarom de gemiddelde koopsom geen huizenprijsindicator is".
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
Van der Wal, E. (2008) Prijsindex Bestaande Koopwoningen Methodebeschrijving, Voorburg: CBS.
Van der Wal, E., Tamminga, W (2008) Waarom de gemiddelde koopsom geen huizenprijsindicator is.
CBS en Kadaster.
De Haan, J., Van der Wal, E., De Vries, P. (2009) The measurement of house prices: A review of the
Sale Price Appraisal Ratio Method. Journal of Economic and Social Measurement, 34, 51-86.
Naam van het gegeven
De procentuele mutatie van de Prijsindex Bestaande Koopwoningen (PBK), naar woningtype
Omschrijving
In het figuur worden de ontwikkelingen van de verkoopprijzen van diverse typen bestaande
koopwoningen weergegeven. Naast de prijsindexcijfers worden ook aantallen verkochte woningen
gepubliceerd en de gemiddelde verkoopprijs van deze woningen. De cijfers hebben betrekking op
woningen die zich al op de woningmarkt bevinden, op Nederlandse grond staan en die zijn
aangekocht door een particulier en bestemd zijn voor permanente bewoning door een particulier.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
Het Kadaster legt alle verkooptransacties van onroerend goed in Nederland vast. Als een woning van
eigenaar wisselt, dan registreert het Kadaster de verkoopprijs, het adres van de woning, het
woningtype en de overdrachtsdatum. Deze informatie wordt gekoppeld aan de meest recente WOZ-
waarden (WOZ staat voor Waardering Onroerende Zaken) van de betreffende woningen die bij het
CBS bekend zijn. De index wordt vervolgens per woningtype berekend door de verkoopprijzen in de
verslagperiode te vergelijken met de meest recente WOZ-waarden van deze typen verkochte
woningen. In de indexformule is een factor opgenomen die corrigeert voor eventuele onder- of
overwaardering van de WOZ-waarden. De berekeningswijze die wordt gehanteerd staat bekend als
de Sales Price Appraisal Ratio (SPAR) methode. Een uitgebreide beschrijving van de SPAR-methode
en de uitvoering van het onderzoek is te vinden in het artikel Prijsindex Bestaande Koopwoningen
Methodebeschrijving.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Maand
Achtergrondinformatie
De gemiddelde verkoopprijs kan een ander verloop weergeven dan de Prijsindex Bestaande
Koopwoningen (PBK). De gemiddelde koopsom weerspiegelt namelijk de gemiddelde prijs van
woningen die verkocht zijn in een specifieke periode. Doordat in elke periode andere woningen
worden verkocht, wordt er geen rekening gehouden met eventuele verschillende kenmerken van de
verkochte woningen. Bij de berekening van de PBK gebeurt dit wel. Het verschil tussen de
gemiddelde koopsom per periode is dus een resultaat van het verschil in prijs en kwaliteit van de
verkochte woningen, terwijl bij de PBK het verschil enkel wordt verklaard door de prijs. Zie voor meer
informatie hierover het artikel "Waarom de gemiddelde koopsom geen huizenprijsindicator is".
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%
Referenties
NVB, 2013, ANALYSE WONINGMARKT van de bestaande koopwoningen 1e kwartaal 2013
(http://www.nvm.nl/~/media/NVMWebsite/Downloads/Marktcijfers/2013Q1/Bijlage%20I%20Analys
e%20Woningmarkt%202013-1.ashx)
Naam van het gegeven
De procentuele mutatie van de mediane koopprijs per vierkante meter naar woningtype
Omschrijving
In het figuur wordt de mutatie van de mediane koopprijs per vierkante meter per kwartaal, als
percentage van de mediane verkoopprijs in het voorafgaande kwartaal per woningtype op de markt
van bestaande koopwoningen, weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM)
Berekeningswijze
De verkopen worden ingedeeld in groepen op basis van woningtype en woningmarktgebied (NVM-
regio). Per groep wordt de mediane verkoopprijs per vierkante meter in kwartaal t en t-1 berekend.
De verandering wordt berekend door deze twee kengetallen op elkaar te delen en het
veranderpercentage af te leiden. Door weging naar het aantal verkopen per groep wordt vervolgens
het percentage verandering voor de totale groep bepaald.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot 75%
van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Referenties
NVB, 2013, ANALYSE WONINGMARKT van de bestaande koopwoningen 1e kwartaal 2013
(http://www.nvm.nl/~/media/NVMWebsite/Downloads/Marktcijfers/2013Q1/Bijlage%20I%20Analys
e%20Woningmarkt%202013-1.ashx).
Naam van het gegeven
Verschil tussen vraag- en verkoopprijs en de mediane verkoopprijs
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling in het verschil tussen de laatste vraagprijs en de uiteindelijke
verkoopprijs weergegeven. Daarnaast wordt de ontwikkeling in de mediane verkoopprijs van door
NVM-makelaars verkochte bestaande koopwoningen weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Nederlandse Vereniging van Makelaars o.g. en Vastgoeddeskundigen (NVM)
Berekeningswijze
Per woning wordt het verschil tussen de laatste vraag en de uiteindelijke verkoopprijs berekend.
Voor iedere groep, bepaald op basis van woningmarktgebied en woningtype, wordt een mediaan
vraag-verkoopprijsverschil bepaald. Vervolgens wordt op basis van het aantal verkopen een gewogen
gemiddelde bepaald voor Nederland als totaal.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: http://www.nvm.nl/wonen/marktinformatie/woningmarktcijfers.aspx
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Registratiegegevens uit het NVM-uitwisselingssysteem met een landelijke dekking van 72% tot 75%
van de verkopen op de bestaande koopwoningmarkt.
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Naam van het gegeven
Transacties nieuwbouw koopwoningen
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal verkochte nieuwbouw koopwoningen
weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
Het aantal transacties van drie maanden in de desbetreffende periode worden bij elkaar opgeteld.
Een klein deel van de verkopen wordt na afloop van het kwartaal gemeld. Het aantal verkopen in het
meest recente kwartaal is daarom gebaseerd op een bijschatting van het aantal gemelde verkopen.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.mnw.datawonen.nl
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning, als
de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK.
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Naam van het gegeven
Krapte-indicator nieuwbouw koopwoningen
Omschrijving
De verhouding tussen de omvang van de verkoopportefeuille en het aantal verkopen in een maand.
Een lage waarde van de krapte-indicator duidt op een krappe woningmarkt waarin het aantal te koop
staande woningen relatief laag is in verhouding tot het aantal verkopen.
Verantwoordelijk instituut
Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Per kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.mnw.datawonen.nl
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning, als
de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Naam van het gegeven
Vijvermodel nieuwbouw koopwoningen
Omschrijving
In het figuur wordt de schematische voorstelling van de ontwikkelingen in het aanbod op de markt
van nieuwbouw koopwoningen tussen twee peilmomenten weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
Het vijvermodel toont de invoer van in het betreffende kwartaal nieuw op de markt gekomen
projecten(Nieuw aanbod) in de totale te koop staande nieuwbouwvoorraad. Het geeft ook weer
hoeveel woningen uit het nieuwe aanbod in hetzelfde kwartaal alweer zijn verkocht (Nieuw verkocht)
en hoeveel woningen uit de oude voorraad zijn verkocht (Oud verkocht). De woningen die uiteindelijk
in de voorraad blijven vormen de oude voorraad van het volgende kwartaal. De kwartalen sluiten
niet exact op elkaar aan, doordat er na het sluiten van het kwartaal correcties plaatsvinden.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.mnw.datawonen.nl
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning, als
de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Naam van het gegeven
De procentuele mutatie van de gemiddelde verkoopprijs nieuwbouw koopwoningen
Omschrijving
In het figuur worden de ontwikkelingen van de verkoopprijzen van nieuwbouw koopwoningen
weergegeven. Het betreft hier de procentuele mutatie van de gemiddelde verkoopprijs.
Verantwoordelijk instituut
Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
De verandering wordt berekend door de gemiddelde verkoopprijs van twee opeenvolgende perioden
op elkaar te delen en het veranderpercentage af te leiden. Er wordt geen rekening gehouden met
mogelijke veranderingen in de samenstelling van het pakket verkochte nieuwbouw koopwoningen.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.mnw.datawonen.nl
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning, als
de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Naam van het gegeven
De procentuele mutatie van de gemiddelde verkoopprijs nieuwbouw koopwoningen voor
eengezinswoningen en meergezinswoningen (appartementen)
Omschrijving
In het figuur worden per woningtype (eengezinswoningen en appartementen) de ontwikkelingen van
de verkoopprijzen van nieuwbouw koopwoningen weergegeven. Het betreft hier de procentuele
mutatie van de gemiddelde verkoopprijs.
Verantwoordelijk instituut
Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
De verandering wordt berekend door de gemiddelde verkoopprijs per woningtype van twee
opeenvolgende perioden op elkaar te delen en het veranderpercentage af te leiden. Er wordt geen
rekening gehouden met mogelijke veranderingen in de samenstelling van het pakket verkochte
nieuwbouw koopwoningen.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.mnw.datawonen.nl
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning, als
de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK.
Referenties
*
Naam van het gegeven
Verleende bouwvergunningen voor huur- en koopwoningen
Omschrijving
De statistiek Verleende bouwvergunningen (per 1 oktober 2010 officieel: omgevingsvergunning met
activiteit bouwen) verschaft inzicht in de omvang van de verleende bouwvergunningen voor
woningen en andere gebouwen: waarde, aantallen vergunningen en aantal betrokken woningen.
Hierdoor is er ook inzicht in de op korte termijn te verwachten productie van gebouwen. De
gegevens zijn uitgesplitst naar opdrachtgever voor de bouw, het soort eigendom (huur- en
koopwoningen) en naar regio.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
De gegevens worden ontvangen van gemeenten door middel van een schriftelijke vragenlijst. Er
wordt gecontroleerd op interne consistentie en volledigheid.
In deze tabel zijn driemaands-voortschrijdende gemiddelden berekend door steeds van de afgelopen
drie maanden het totaal aantal woningen waarvoor een vergunning is afgegeven te sommeren en te
delen door 3. Hierdoor worden de grootste schommelingen in de opgaven afgevlakt.
Geografisch verdeling
Gemeenten
Verschijningsfrequentie
Maand
Achtergrondinformatie
*
Opmerking
*
Betrouwbaarheidscodering
Het is een integraal onderzoek, maar er kan sprake zijn van meet-proces of non-responsfouten
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Naam van het gegeven
Aangeboden, verkochte en opgeleverde nieuwbouw koopwoningen
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal aangeboden, verkochte en opgeleverde
nieuwbouw koopwoningen weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
Berekeningswijze
Het aantal aangeboden nieuwbouw koopwoningen van drie maanden in de desbetreffende periode
worden bij elkaar opgeteld.
Het aantal verkochte nieuwbouw koopwoningen van drie maanden in de desbetreffende periode
worden bij elkaar opgeteld.
Het aantal opgeleverde nieuwbouw koopwoningen van drie maanden in de desbetreffende periode
worden bij elkaar opgeteld en vervolgens wordt het voortschrijdend gemiddelde over de twee
opeenvolgende perioden berekend..
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Kwartaal
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.mnw.datawonen.nl
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning, als
de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK
Referenties
http://www.hdn.nl/over-hdn/laatste-nieuws-hdn
Kadaster, Vastgoed-Dashboard (http://www.kadaster.nl/web/pagina/Vastgoed-Dashboard.htm)
Naam van het gegeven
Aantal hypotheekofferteaanvragen en nieuw afgesloten hypotheken op maandbasis
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal aangevraagde hypotheekoffertes1 weergegeven,
zoals opgenomen in het hypothekenberichtenverkeer van bij HDN aangesloten hypotheek- en
verzekeringsmaatschappijen. Daarnaast wordt het aantal geregistreerde nieuwe particuliere
woninghypotheken2 weergegeven. Het gaat om hypotheken die gevestigd zijn op bestaande
woningen en op bouwterreinen ten behoeve van woningbouw.
Verantwoordelijk instituut
1: Hypotheken Data Netwerk (HDN)
2: Kadaster
Berekeningswijze
1:Het aantal hypotheekofferteaanvragen per maand wordt gehanteerd.
2: Het aantal nieuw afgesloten hypotheken per maand wordt gehanteerd.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Kwartaal
2: Maand
Achtergrondinformatie
*
Opmerking
*
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratiegegevens met een dekking van ongeveer 60% van alle offerteaanvragen voor nieuwe en
overgesloten hypotheken op de Nederlandse woningmarkt.
2: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%.
Referenties
Kadaster, Vastgoed-Dashboard (http://www.kadaster.nl/web/pagina/Vastgoed-Dashboard.htm)
Boumeester, H., en C. Lamain, 2013, Eigen Huis Marktindicator 2013-1, Delft (OTB)
Naam van het gegeven
Transacties bestaande woningen en Eigen Huis Marktindicator
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van het aantal transacties van bestaande woningen per maand1
en de maandelijkse score op de Eigen Huis Marktindicator2, waarmee het vertrouwen van
woonconsumenten in de koopwoningmarkt wordt gemeten.
Verantwoordelijk instituut
1: Kadaster
2: TU Delft/Onderzoeksinstituut OTB en Vereniging Eigen Huis
Berekeningswijze
1: Het zesmaandelijks voortschrijdend gemiddelde van het aantal transacties op maandbasis
2: De score op de Eigen Huis Marktindicator, acht maanden vertraagd
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Maand
2: Maand
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.eigenhuis.nl/tools/marktindicator
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratiegegevens met een landelijke dekking van 100%.
2: Gegevens op basis van een representatieve steekproef van 665 personen op maandbasis.
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Boumeester, H., en C. Lamain, 2013, Eigen Huis Marktindicator 2013-1, Delft (OTB)
Naam van het gegeven
Transacties nieuwbouw koopwoningen en Eigen Huis Marktindicator
Omschrijving
De ontwikkeling van het aantal transacties van nieuwbouw koopwoningen per maand1 en de
maandelijkse score op de Eigen Huis Marktindicator2, waarmee het vertrouwen van
woonconsumenten in de koopwoningmarkt wordt gemeten.
Verantwoordelijk instituut
1: Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
2: TU Delft/Onderzoeksinstituut OTB en Vereniging Eigen Huis
Berekeningswijze
1: Het aantal transacties op maandbasis
2: De score op de Eigen Huis Marktindicator, twee maanden vertraagd
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Kwartaal
2: Maand
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.eigenhuis.nl/tools/marktindicator
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning,
als de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK.
2: Gegevens op basis van een representatieve steekproef van 665 personen op maandbasis
Referenties
Naam van het gegeven
Schatting gemiddelde koopprijsontwikkeling
Omschrijving
De feitelijke ontwikkeling van de gemiddelde verkoopprijs (nominaal) en de modelschatting van de
ontwikkeling van de gemiddelde nominale verkoopprijs (nominaal) op halfjaarbasis, in de periode
vanaf 1971 tot en met drie jaar vanaf heden.
Verantwoordelijk instituut
1: TU Delft/Onderzoeksinstituut OTB
Berekeningswijze
Met behulp van het koopprijsmodel en verwachte ontwikkelingen van de gemiddelde
hypotheekrente en van het gemiddelde huishoudeninkomen wordt de ontwikkeling van de
gemiddelde nominale koopprijs voorspeld voor de komende drie jaar. De modeluitkomsten worden
daarbij omgezet naar hun betekenis voor de ontwikkeling van de gemiddelde nominale verkoopprijs.
Het gehanteerde koopprijsmodel kent de volgende vergelijking:
rvrkp = 5,52 + 0,43 * rvrkp (t-1) – 1,76 * drnti2t + 1,29 * rdinkit – 0,27 * iir (t-2),
waarbij:
rvrkp = procentuele mutatie reële verkoopprijs
drnti2t = procentuele mutatie reële rente
rdinkit = procentuele mutatie reëel inkomen
iir = rentekosten – inkomen ratio (lange termijnevenwicht)
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
halfjaar
Achtergrondinformatie
Opmerking
Betrouwbaarheidscodering
Referenties
NEPROM, 2012, Monitor Nieuwe Woningen, Cijfers en Analyses Voorjaar 2012
(http://www.neprom.nl/publicaties/DownloadsPublicaties/monitor-nieuwe-woningen-voorjaar-
2012.pdf)
Boumeester, H., en C. Lamain, 2013, Eigen Huis Marktindicator 2013-1, Delft (OTB)
Naam van het gegeven
Transacties nieuwbouw koopwoningen en Eigen Huis Marktindicator
Omschrijving
De ontwikkeling van het aantal transacties van nieuwbouw koopwoningen per maand1 en de
maandelijkse score op de Eigen Huis Marktindicator2, waarmee het vertrouwen van
woonconsumenten in de koopwoningmarkt wordt gemeten.
Verantwoordelijk instituut
1: Ministerie van BZK/WBI en NEPROM
2: TU Delft/Onderzoeksinstituut OTB en Vereniging Eigen Huis
Berekeningswijze
1: Het aantal transacties op maandbasis
2: De score op de Eigen Huis Marktindicator, twee maanden vertraagd
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Kwartaal
2: Maand
Achtergrondinformatie
Voor meer informatie zie: www.eigenhuis.nl/tools/marktindicator
Opmerking
Het Onderzoeksinstituut OTB verzamelt, beheert en verwerkt de gegevens van de Monitor Nieuwe
Woningen in opdracht van Ministerie BZK / WWI en NEPROM. Het Onderzoeksinstituut OTB is
onderdeel van de Technische Universiteit Delft en verricht onderzoek en verleent adviezen op het
gebied van bouwen en de gebouwde omgeving.
Betrouwbaarheidscodering
1: Registratie van gegevens uit ondertekende koopaanneemovereenkomst van een nieuwe woning,
als de koper daar toestemming voor geeft. Er wordt gebruik gemaakt van de bij het GIW aangesloten
organisaties: Woningborg en SWK.
2: Gegevens op basis van een representatieve steekproef van 665 personen op maandbasis
Referenties
Zie onderzoeksbeschrijving van de woningvoorraadstatistiek
Naam van het gegeven
Huishoudenprognose, nieuwbouwproductie en woningvoorraad
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling en prognose van het aantal huishoudens1 weergegeven.
Daarnaast wordt de ontwikkeling van de nieuwbouw van woningen2 en woningvoorraad3
weergegeven.
Een woning is een gebouw, of deel van een gebouw, dat bestemd is voor permanente bewoning door
een particulier huishouden. Een wooneenheid is een tot bewoning bestemd gebouw dat, vanuit
bouwtechnisch oogpunt gezien, blijvend is bestemd voor permanente bewoning door een particulier
huishouden. Het voldoet aan alle criteria die van toepassing zijn op woningen, behalve aan het
hebben van een keukeninrichting die bestemd is voor het bereiden van complete maaltijden en/of
het hebben van een toilet. Wel moet de ruimte gelegen zijn in een gebouw dat ter compensatie van
deze aan de wooneenheid ontbrekende elementen gemeenschappelijke voorzieningen bevat.
Verantwoordelijk instituut
1: Centraal Bureau voor de Statistiek
2: Centraal Bureau voor de Statistiek
3: Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
1: Prognose gegevens, zie:
http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=81647NED&D1=0-7&D2=0-
2,7,17,27,37,l&HDR=T&STB=G1&VW=T
2: Deze gegevens zijn afkomstig van de statistiek Verleende bouwvergunningen, de Woningstatistiek
en het Woningregister.
3: De woning(voorraad)cijfers zijn met ingang van 1992 gebaseerd op de administratieve
woningtelling met peildatum 1 januari 1992 en de daarna door de gemeenten aan het CBS gemelde
mutaties. Vanaf januari 2012 komen deze gegevens uit de Basisregistraties Adressen en Gebouwen
(BAG); deze cijfers sluiten niet aan op eerdere jaren, waardoor er is sprake van een trendbreuk.
Geografisch verdeling
1: Landelijk
2: Gemeenten
3: Gemeenten
Verschijningsfrequentie
1: Incidenteel
2: Maand
3: Jaar
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
Vanaf 2012 worden de gegevens gebaseerd op de Basisadministratie Adressen en Gebouwen (BAG).
Vanaf die datum zijn wooneenheden inbegrepen in de woningvoorraad. Omdat de definitie van een
woning hiermee ook wordt aangepast, zal dit gaan leiden tot een trendbreuk vanaf verslagjaar 2012.
Betrouwbaarheidscodering
De cijfers worden gecontroleerd op interne consistentie en volledigheid.
Referenties
CBS, Bruto binnenlands product ( http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/macro-
economie/methoden/dataverzameling/korte-onderzoeksbeschrijvingen/2008-nr.htm)
CBS, Statline, (http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?DM=SLNL&PA=80479ned&D1=13-
14&D2=0&D3=0&D4=119-128,130-133&VW=T)
Naam van het gegeven
Bruto binnenlands product en werkloosheid
Omschrijving
In het figuur wordt de ontwikkeling van de procentuele volumegroei van het bruto binnenlands
product (bbp) tegen marktprijzen ten opzichte van de vorige periode1 weergegeven. Het bbp is gelijk
aan het totale inkomen dat door productie in Nederland is gevormd. Daarnaast geeft het figuur de
ontwikkeling van het werkloosheidspercentage2 weer.
Verantwoordelijk instituut
1: Centraal Bureau voor de Statistiek
2: Centraal Bureau voor de Statistiek
Berekeningswijze
1: Het bbp is het eindresultaat van de productieve activiteiten van de ingezeten productie-
eenheden. Het is gelijk aan de toegevoegde waarde tegen basisprijzen van alle bedrijfsklassen
samen, aangevuld met enkele transacties die niet naar bedrijfsklassen worden verdeeld. De
toegevoegde waarde (basisprijzen) per bedrijfsklasse is gelijk aan het verschil tussen de
productie (basisprijzen) en het intermediair verbruik (aankoopprijzen). Het binnenlands
product wordt gewaardeerd tegen marktprijzen. In de waardering tegen marktprijzen zijn ook
de handels- en vervoersmarges van derden en het saldo van productgebonden belastingen en
subsidies meegeteld. De volumeontwikkeling ten opzichte van het voorgaande kwartaal is
gecorrigeerd voor seizoen- en werkdageneffecten.
2: De werkloze beroepsbevolking als percentage van de beroepsbevolking. Onder werkloze
beroepsbevolking wordt verstaan: personen (15 tot 65 jaar) zonder werk, of met werk voor minder dan
twaalf uur week, die actief op zoek zijn naar betaald werk voor twaalf uur of meer per week en die
daarvoor direct beschikbaar zijn.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Kwartaal
2: Maandelijks
Achtergrondinformatie
http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/macro-
economie/publicaties/publicaties/archief/2012/2012-de-nederlandse-economie-2011-pub.htm
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Het CBS beschrijft de gehele economie en daarvoor worden veel verschillende bronnen
gebruikt. Schattingen zijn gebaseerd op een groot aantal (zeer accurate) metingen, waarbij
representativiteit van de gegevens vrijwel volledig dan wel grotendeels gewaarborgd is.
Referenties
CBS, Consumentenvertrouwen,
(http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/inkomenbestedingen/methoden/dataverzameling/korte-
onderzoeksbeschrijvingen/consumenten-conjunctuuronderzoek-cco.htm)
Boumeester, H., en C. Lamain, 2013, Eigen Huis Marktindicator 2013-1, Delft (OTB)
Naam van het gegeven
Consumentenvertrouwen en Eigen Huis Marktindicator
Omschrijving
In het figuur worden de ontwikkelingen van het consumentenvertrouwen1 en het vertrouwen in de
koopwoningmarkt2 weergegeven. Het verschaffen van actuele informatie over
consumentenopvattingen met betrekking tot de algemene economische ontwikkeling en de
financiële situatie van het eigen huishouden. Met behulp van het onderzoek wordt inzicht verkregen
in de opvattingen van consumenten, onder meer ten aanzien van de aankoop van duurzame
consumptiegoederen. Tevens worden veranderingen in optimisme of pessimisme op korte termijn
gesignaleerd, waarmee vroegtijdig een indicatie van een mogelijke trendwijziging van de particuliere
consumptie beschikbaar is.
Verantwoordelijk instituut
1: Centraal Bureau voor de Statistiek
2: TU Delft/Onderzoeksinstituut OTB en Vereniging Eigen Huis
Berekeningswijze
1: De steekproefeenheid is het particuliere huishouden en deze worden getrokken op basis van een
aselecte tweetrapssteekproef. In de eerste trap wordt een steekproef van gemeenten getrokken en
in de tweede trap een steekproef van adressen. De maandelijkse steekproefomvang bedraagt ruim
1600 huishoudens. De huidige respons bedraagt ruim 60 procent. Van het huishouden wordt het
hoofd van het huishouden of zijn/haar echtgeno(o)t(e)/vaste partner telefonisch ondervraagd. Er
vindt geen weging plaats naar populatietotalen.
Uit de volgende vijf vragen wordt de indicator van het consumentenvertrouwen geconstrueerd:
- Algemene economische situatie over de laatste 12 maanden
- Algemene economische situatie over de komende 12 maanden
- Financiële situatie huishouden over de laatste 12 maanden
- Financiële situatie huishouden over de komende 12 maanden
- Gunstige tijd om grote aankopen te doen
De respondenten kunnen positief, neutraal of negatief op de vragen antwoorden. Per vraag worden
het percentage positieve antwoorden vermindert met het percentage negatieve antwoorden. De
indicator van het consumentenvertrouwen is het gemiddelde van de vijf vragen. De waarde van het
consumentenvertrouwen ligt tussen 100 (iedereen positief) en -100 (iedereen negatief).
Consumenten zijn over het algemeen in het voorjaar en de zomer wat optimistischer gestemd dan in
de rest van het jaar. Om de cijfers van opeenvolgende maanden beter met elkaar te kunnen
vergelijken wordt dit seizoeneffect verwijderd. Dit seizoengecorrigeerde cijfer is het officiële
consumentenvertrouwen dat het CBS maandelijkse middels een conjunctuurbericht publiceert.
Tegelijkertijd komen zowel de seizoengecorrigeerde als oorspronkelijke reeks samen met overige
vragen van het onderzoek beschikbaar in een tabel op Statline.
2: Het onderzoek voor de Eigen Huis Marktindicator geschiedt op basis van de maandelijkse peilingen
die gehouden worden door het onderzoeksbureau Intomart GfK. Het onderzoek wordt uitgevoerd
onder een representatief aantal Nederlanders. Uit de volgende zes vragen wordt de Marktindicator
geconstrueerd:
- de algemene situatie om een woning te kopen in de afgelopen twaalf maanden;
- de algemene situatie om een woning te kopen in de komende twaalf maanden;
- de koopprijsontwikkeling in de afgelopen twaalf maanden;
- de koopprijsontwikkeling in de komende twaalf maanden;
- de ontwikkeling van de hypotheekrente in de afgelopen twaalf maanden;
- de ontwikkeling van de hypotheekrente in de komende twaalf maanden.
Op elk van deze zes vragen zijn, naast een 'weet het niet' categorie, vijf stemmingsantwoorden
mogelijk: sterk negatief, enigszins negatief, neutraal, enigszins positief, sterk positief. De hierbij
behorende scores bedragen respectievelijk 0, 50, 100, 150 en 200. Per respondent wordt de
gemiddelde scores op de vragen bepaald, mits de respondent op minimaal vier vragen een
stemmingsantwoord heeft gegeven (aan de vragen waarop 'weet het niet' is geantwoord, wordt
impliciet de gemiddelde stemming op de wel beantwoorde vragen toegekend). Alle vragen tellen
even zwaar mee bij het bepalen van de individuele stemming over de koopwoningmarkt.
De waarde van de Eigen Huis Marktindicator is vervolgens bepaald door het gemiddelde te
berekenen van de scores van alle respondenten. De Eigen Huis Marktindicator heeft dus een bereik
van 0 (zeer negatief) tot 200 (zeer positief) en geeft de gemiddelde stemming onder de Nederlandse
woonconsumenten weer ten aanzien van de omstandigheden op de koopwoningmarkt.
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Maand
2: Maand
Achtergrondinformatie
1: Naast het CBS stelt ook de Europese Commissie (EC) op basis van het CCO voor Nederland een
indicator van het consumentenvertrouwen samen. De EC gebruikt daarbij echter deels andere vragen
dan het CBS. In de EC-berekening ligt de nadruk geheel op de verwachtingen voor de toekomst, waar
in de indicator van het CBS ook de huidige situatie van de consument en diens oordeel over de
afgelopen twaalf maanden worden meegenomen. De EC publiceert haar indicator altijd later dan het
CBS.
2: Voor meer informatie zie: www.eigenhuis.nl/tools/marktindicator
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
1: Er worden sinds 1972 ongewijzigde vragen gesteld en deze zijn volgtijdelijk vergelijkbaar. De cijfers
worden gecontroleerd op interne consistentie en volledigheid.
2: Gegevens op basis van een representatieve steekproef van 665 personen op maandbasis.
Referenties
CBS, 2014, netto reëel beschikbaar inkomen van huishoudens (Statline),
(http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=82594NED&D1=35&D2=34-37,39-42,44-
47,49-52,54-57,59-62,64-67,69-72,74-77,79-80&HDR=T&STB=G1&VW=T)
DNB, 2014, kapitaalmarktrentevoet Staatsobligaties Nederland (t1.2.1)
(http://www.statistics.dnb.nl/?lang=nl&todo=Rentes ).
DNB, 2014, Rentes van MFI's op deposito's en leningen (t5.2.7)
(http://www.statistics.dnb.nl/?lang=nl&todo=Rentes ).
Naam van het gegeven
Inkomensontwikkeling, kapitaal- en hypotheekrente en normering LTV ratio
Omschrijving
In de tabel worden de ontwikkelingen van de gemiddelde inkomensgroei1, de gemiddelde
kapitaalrente2, de gemiddelde hypotheekrente3 en de normering van de LTV ratio4 weergegeven.
Verantwoordelijk instituut
1: Centraal Bureau voor de Statistiek
2: De Nederlandse Bank
3: De Nederlandse Bank
4: Autoriteit Financiële Markten
Berekeningswijze
1: De inkomensontwikkeling is gebaseerd op het netto reëel beschikbaar inkomen (RBI) van
huishoudens uit de nationale rekeningen. Het reëel beschikbaar inkomen is gebaseerd op
voortschrijdende jaartotalen, waarbij de resultaten van 4 kwartalen aan het laatste kwartaal worden
toegewezen.
2: Weergegeven wordt de kapitaalmarktrentevoet Staatsobligaties Nederland (t1.2.1)
3: Weergegeven wordt de gemiddeld betaalde hypotheekrente voor nieuwe woninghypotheken met
een rentevaste periode tussen de 5 jaar en 10 jaar
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
1: Kwartaal
2: Kwartaal
3: Kwartaal
4: Incidenteel
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
1: In verband met de overgang van de nationale rekeningen op de nieuwe internationale (ESR2010)
richtlijnen zijn de gegevens voor de inkomensontwikkeling tot en met 2011-II nog gebaseerd op de
oude (ESR95) richtlijnen. In de eerstvolgende monitor zal de gehele reeks aansluiten bij de gegevens
uit de nationale rekeningen conform ESR2010 richtlijnen.
Betrouwbaarheidscodering
-
Referenties
CPB, 2014, Macro Economische Verkenningen 2015,
(http://www.cpb.nl/publicatie/macro-economische-verkenning-mev-2015)
Naam van het gegeven
Verwachtingen voor de economische ontwikkelingen in de komende twee jaar
Omschrijving
In de tabel worden de verwachte ontwikkelingen voor het Bruto Binnenlands Product, de inflatie, de
werkloosheid, de gemiddelde kapitaalrente en de inkomensgroei weergegeven voor een periode van
twee jaar.
Verantwoordelijk instituut
Centraal Plan Bureau
Berekeningswijze
Zie: CPB, 2014, Macro Economische Verkenningen 2015,
(http://www.cpb.nl/publicatie/macro-economische-verkenning-mev-2015)
Geografisch verdeling
Nederland
Verschijningsfrequentie
Jaarlijks
Achtergrondinformatie
-
Opmerking
-
Betrouwbaarheidscodering
Het betreft een prognose op basis van inzicht in de meest recente ontwikkelingen van een aantal
indicatoren.