Upload
others
View
2
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Wasmachine
WM14UP00NL
nl Gebruiksaanwijzing en montagehandleiding
Register your product on My Siemens and discoverexclusive services and offers.siemens-home.bsh-group.com/welcome
The future moving in.
Siemens Home Appliances
nl
2
InhoudsopgaveVeiligheid......................................... 4Algemene aanwijzingen ................... 4Bestemming van het apparaat ......... 4Inperking van de gebruikers ............ 5Veilige installatie............................... 5Veiliger gebruik ................................ 8Veilige reiniging en onderhoud ...... 10
Materiële schade vermijden ......... 12
Milieubescherming en bespa-ring................................................. 13Afvoeren van de verpakking .......... 13Zuinig met energie en hulpbron-nen.................................................. 13Energiebesparingsmodus .............. 14
Opstellen en aansluiten................ 14Apparaat uitpakken ........................ 14Inhoud van de verpakking.............. 15Vereisten ten aanzien van deopstelplaats .................................... 15Transportbeveiligingen verwijde-ren .................................................. 16Apparaat aansluiten ....................... 18Stellen van het apparaat ................ 19
Uw apparaat leren kennen............ 20Apparaat......................................... 20Wasmiddellade............................... 21Bedieningselementen..................... 21Bedieningslogica............................ 21
Display ........................................... 23
Toetsen .......................................... 26
Programma's ................................. 28
Accessoires................................... 34
Voor het eerste gebruik ................ 34Wascyclus zonder wasgoedstarten............................................. 34
Wasgoed........................................ 35Wasgoed voorbereiden.................. 35Wasgoed sorteren.......................... 36Mate van verontreiniging................ 36Verzorgingsaanwijzingen op ver-zorgingslabels ................................ 36
Wasmiddel en wasverzorgings-middel ............................................ 37Wasmiddelaanbeveling .................. 37Wasmiddeldosering ....................... 38
De Bediening in essentie.............. 38Apparaat inschakelen .................... 38Programma instellen ...................... 39Programma-instellingen aanpas-sen.................................................. 39Programma-instellingen opslaan.... 39Trommel vullen met wasgoed ........ 39Wasmiddel en wasverzorgings-middel doseren .............................. 40Starten van het programma ........... 40Wasgoed bijvullen .......................... 40Progr. annuleren............................. 41Wasgoed uitnemen ........................ 41Apparaat uitschakelen ................... 41
Kinderslot ...................................... 41Kinderslot inschakelen ................... 41Kinderslot deactiveren.................... 41
Intelligent doseersysteem ............ 42Doseerbakje vullen......................... 42Inhoud van het doseerreservoir ..... 43Basisdoseerhoeveelheid ................ 43
Basisinstellingen .......................... 44Overzicht over de basisinstellin-gen ................................................. 44Basisinstellingen wijzigen............... 44
Reiniging en onderhoud............... 45Tips voor onderhoud van hettoestel ............................................. 45
nl
3
Trommel reinigen ........................... 45Schoonmaken van de wasmid-dellade............................................ 45Ontkalken ....................................... 47Afvoerpomp reinigen...................... 47Waterafvoerslang op de sifonreinigen........................................... 49Zeef in de watertoevoer reini-gen.................................................. 50
Storingen verhelpen ..................... 53Foutcode / foutindicatie / sig-naal................................................. 53Functiestoringen............................. 55Geluiden ......................................... 59Probleem resultaat ......................... 59Ondichtheid .................................... 61Geurtjes .......................................... 62Noodontgrendeling......................... 63
Transporteren, opslaan en af-voeren............................................ 63Apparaat demonteren .................... 63Transportbeveiligingen plaatsen .... 63Apparaat opnieuw in gebruik ne-men................................................. 64Afvoeren van uw oude apparaat .... 64
Servicedienst................................. 65Productnummer (E-nr.) en pro-ductienummer (FD) ........................ 65
Verbruikswaarden......................... 66
Technische gegevens................... 66
nl Veiligheid
4
Veiligheid
Houd de informatie omtrent veiligheid aan, zodat u het apparaatveilig kunt gebruiken.Algemene aanwijzingenHier vindt u algemene informatie over deze gebruiksaanwijzing.
¡ Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Alleen dan kuntu het apparaat veilig en efficiënt gebruiken.
¡ Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de monteur en de ge-bruiker van het apparaat.
¡ Neem de veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen in acht.¡ Bewaar de gebruiksaanwijzing en de productinformatie voor la-
ter gebruik of voor volgende eigenaren.¡ Controleer het apparaat na het uitpakken. Sluit het apparaat in
geval van transportschade niet aan.
Bestemming van het apparaat
Om het apparaat veilig en op de juiste manier te gebruiken dientu de aanwijzingen over het beoogd gebruik in acht te nemen.Gebruik het apparaat uitsluitend:¡ volgens deze opstellingshandleiding en gebruiksaanwijzing.¡ om wasmachinebestendig textiel en wol voor de handwas vol-
gens het onderhoudsetiket te wassen.¡ met leidingwater en gangbare, voor de wasmachine geschikte
wasmiddelen en onderhoudsmiddelen.¡ voor huishoudelijk gebruik en in gesloten ruimtes binnen de hui-
selijke omgeving.¡ tot een hoogte van maximaal 4000 m boven zeeniveau.
Veiligheid nl
5
Inperking van de gebruikers
Voorkom risico's voor kinderen en kwetsbare personen.Dit apparaat kan worden bediend door kinderen vanaf 8 jaar endoor personen met fysieke, sensorische of geestelijke beperkin-gen of met gebrekkige ervaring en/of kennis, indien zij onder toe-zicht staan of zijn geïnstrueerd in het veilige gebruik van het appa-raat en de daaruit resulterende gevaren hebben begrepen.Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet worden uitgevoerddoor kinderen indien deze niet onder toezicht staan.Zorg ervoor dat kinderen tot 3 jaar en huisdieren niet bij het appa-raat kunnen komen.
Veilige installatie
Neem de veiligheidsvoorschriften in acht bij het installeren van hetapparaat.
WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor een elektrische schok!¡ Ondeskundige installaties zijn gevaarlijk.▶ Het apparaat uitsluitend aansluiten en gebruiken volgens de
gegevens op het typeplaatje.▶ Het apparaat uitsluitend via een volgens de voorschriften
geïnstalleerd stopcontact met randaarde op een stroomnetmet wisselstroom aansluiten.▶ Het randaardesysteem van de elektrische huisinstallatie
moet conform de elektrotechnische voorschriften zijn geïn-stalleerd. De installatie moet zijn voorzien van een afdoendegrote aderdiameter.▶ Bij het gebruik van een aardlekschakelaar alleen een type
met het teken gebruiken.▶ Nooit het apparaat via een externe schakelinrichting voe-
den, bijvoorbeeld een tijdschakelaar of besturing op af-stand.
nl Veiligheid
6
▶ Wanneer het apparaat is ingebouwd, moet de netstekkervan de netaansluitkabel vrij toegankelijk zijn, of wanneervrije toegang niet mogelijk is, moet in de vast geplaatsteelektrische installatie een alpolige scheidingsinrichting vol-gens de installatievoorschriften worden ingebouwd.▶ Bij het opstellen van het apparaat erop letten dat het net-
snoer niet wordt afgeklemd of beschadigd.¡ Een beschadigde isolatie van het netsnoer is gevaarlijk.▶ Nooit het aansluitsnoer met hete apparaatonderdelen of
warmtebronnen in contact brengen.▶ Nooit het aansluitsnoer met scherpe punten of randen in
contact brengen.▶ Het aansluitsnoer nooit knikken, knellen of veranderen.
WAARSCHUWING ‒ Risico van brand!Het gebruik van een verlengd netsnoer en niet-toegestaneadapters is gevaarlijk.▶ Geen verlengsnoeren of meervoudige stopcontacten gebrui-
ken.▶ Als het netsnoer te kort is, contact opnemen met de servi-
cedienst.▶ Alleen door de fabrikant goedgekeurde adapters gebruiken.
WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor letsel!¡ Het hoge gewicht van het apparaat kan bij het optillen letsels
veroorzaken.▶ Het apparaat niet alleen optillen.
¡ Als dit apparaat op ondeskundige wijze in een was-droogzuilwordt opgesteld, kan het opgestelde apparaat naar benedenvallen.▶ De droger uitsluitend met de verbindingset van de drogerfa-
brikant op een wasmachine stapelen Een andere plaat-singsmethode is niet toegestaan.▶ Het apparaat niet in een was-droogzuil opstellen als de dro-
gerfabrikant geen passende verbindingsset aanbiedt.▶ Geen apparaten van verschillende fabrikanten en met ver-
schillende diepte en breedte in een was-droogzuil opstellen.
Veiligheid nl
7
▶ Geen was-droogzuil op een platform opstellen, de appara-ten kunnen kantelen.
WAARSCHUWING ‒ Verstikkingsgevaar!Kinderen kunnen verpakkingsmateriaal over het hoofd trekkenen hierin verstrikt raken en stikken.▶ Verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen houden.▶ Laat kinderen niet met verpakkingsmateriaal spelen.
VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor letsel!¡ Het apparaat kan tijdens het bedrijf trillen of bewegen.▶ Het apparaat op een schone, vlakke en stevige ondergrond
opstellen.▶ Het apparaat middels de apparaatvoeten en een waterpas
horizontaal stellen.¡ Bij ondeskundig gelegde slangen en netaansluitleidingen be-
staat er struikelgevaar.▶ De slangen en aansluitkabels zodanig leggen dat men er
niet over kan struikelen.¡ Wanneer het apparaat aan uitstekende onderdelen wordt ver-
plaatst, zoals bijvoorbeeld de vuldeur, dan kunnen de onder-delen afbreken.▶ Het apparaat niet aan uitstekende onderdelen verplaatsen.
VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor snijwonden!Scherpe randen aan het apparaat kunnen bij aanrakingen totsnijwonden leiden.▶ Het apparaat niet aan scherpe randen aanraken.▶ Veiligheidshandschoenen gebruiken bij installatie en trans-
port van het apparaat.
nl Veiligheid
8
Veiliger gebruik
Neem bij gebruik van het apparaat de veiligheidsaanwijzingen inacht.
WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor een elektrische schok!¡ Een beschadigd apparaat of een beschadigd netsnoer is ge-
vaarlijk.▶ Nooit een beschadigde apparaat gebruiken.▶ Nooit aan het netsnoer trekken, om het apparaat van het
elektriciteitsnet te scheiden. Altijd aan de stekker van hetnetsnoer trekken.▶ Wanneer het apparaat of het netsnoer is beschadigd, dan
direct de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halenof de zekering in de meterkast uitschakelen en de kraansluiten.▶ "Neem contact op met de servicedienst." → Pagina 65▶ Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties
aan het apparaat uitvoeren.¡ Binnendringend vocht kan een elektrische schok veroorzaken.▶ Gebruik het apparaat alleen in gesloten ruimtes.▶ Stel het apparaat nooit bloot aan grote hitte en vochtigheid.▶ Geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, slangen of sproeiers
gebruiken om het apparaat te reinigen.
WAARSCHUWING ‒ Gezondheidsrisico!Kinderen kunnen zich in het apparaat opsluiten en in levens-gevaar geraken.▶ Het apparaat niet opstellen achter een deur die het openen
van de apparaatdeur blokkeert of verhindert.▶ Bij afgedankte apparaten de stekker van het netsnoer uit
het stopcontact halen, daarna het netsnoer doorknippen enhet slot van de apparaatdeur dusdanig beschadigen, dat deapparaatdeur niet langer sluit.
Veiligheid nl
9
WAARSCHUWING ‒ Verstikkingsgevaar!Kinderen kunnen kleine onderdelen inademen of inslikken enhierdoor stikken.▶ Kleine onderdelen uit de buurt van kinderen houden.▶ Kinderen niet met kleine onderdelen laten spelen.
WAARSCHUWING ‒ Vergiftigingsgevaar!Was- en verzorgingsmiddelen kunnen bij inname tot vergifti-gingen leiden.▶ Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.▶ Was- en verzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen
bewaren.
WAARSCHUWING ‒ Explosiegevaar!Wanneer wasgoed met oplosmiddelhoudende reinigingsmid-delen werd voorbehandeld, kan dit in het apparaat tot een ex-plosie leiden.▶ Voorbehandeld wasgoed voor het wassen grondig met wa-
ter spoelen.
VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor letsel!¡ Bij het op het apparaat klimmen of klauteren kan de afdek-
plaat breken.▶ Niet op het apparaat klimmen of klauteren.
¡ Bij het zitten of leunen op de geopende deur kan het appa-raat kantelen.▶ Niet op de apparaatdeur zitten of leunen.▶ Geen voorwerpen op de apparaatdeur plaatsen.
¡ Grijpen in de draaiende trommel kan tot letsel aan de handenleiden.▶ Wacht tot de trommel volledig stil staat voordat u met uw
hand in de trommel grijpt.
VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor verbranding!Het glas van de apparaat deur wordt heet bij het wassen methoge temperaturen.▶ Raak de hete apparaatdeur niet aan.▶ Houd kinderen uit de buurt van de hete apparaatdeur.
nl Veiligheid
10
VOORZICHTIG ‒ Risico van verbranding!Het sop wordt heet bij het wassen met hoge temperaturen.▶ Raak het hete sop niet aan.
VOORZICHTIG ‒ Corrosiegevaar!Bij het openen van de wasmiddellade kunnen wasmiddel enverzorgingsmiddel uit het apparaat spatten. Contact met ogenof huid kan tot irritaties leiden.▶ Bij contact met wasmiddelen of verzorgingsmiddelen de
ogen of de huid grondig spoelen met schoon water.▶ Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.▶ Was- en verzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen
bewaren.
Veilige reiniging en onderhoud
Neem de veiligheidsvoorschriften in acht bij het reinigen en onder-houden van het apparaat.
WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor een elektrische schok!¡ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.▶ Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties
aan het apparaat uitvoeren.▶ Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden
gebruikt voor reparatie van het apparaat.▶ Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet
het ter vermijding van risico's worden vervangen door de fa-brikant, de servicedienst of een andere gekwalificeerde per-soon.
¡ Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken.▶ Geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, slangen of sproeiers
gebruiken om het apparaat te reinigen.
WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor letsel!Het gebruiken van niet originele reserveonderdelen en nietoriginele accessoires is gevaarlijk.▶ Gebruik uitsluitend originele reserve-onderdelen en originele
accessoires van de fabrikant.
Veiligheid nl
11
WAARSCHUWING ‒ Vergiftigingsgevaar!Bij het gebruik van oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelenkunnen giftige dampen ontstaan.▶ Geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.
nl Materiële schade vermijden
12
Materiële schade vermijden
Materiële schade vermij-denMateriële schade vermijden
Houd deze aanwijzing aan om materi-ële schade en schade aan het appa-raat te vermijden.
LET OP!¡ Een verkeerde dosering van was-
verzachters, wasmiddelen, verzor-gingsmiddelen en reinigingsmidde-len kan de werking van het appa-raat beïnvloeden.▶ De doseeraanbevelingen van de
fabrikant aanhouden.¡ Het overschrijden van de maximale
beladingshoeveelheid heeft invloedop de werking van het apparaat.▶ De "maximale beladingshoeveel-
heid" → Pagina 28 voor elkprogramma aanhouden en nietoverschrijden.
¡ Het apparaat is voor transport mettransportbeveiligingen geborgd.Niet verwijderde transportbeveili-gingen kunnen leiden tot materiëleschade en schade aan het appa-raat.▶ Voor inbedrijfstelling alle trans-
portbeveiligingen volledig verwij-deren en bewaren.
▶ Voor elk transport alle transport-beveiligingen volledig inbouwen,om transportschade te vermij-den.
¡ De ondeskundige aansluiting vande watertoevoerslang kan tot mate-riële schade leiden.▶ De schroefverbindingen aan de
watertoevoer handvast aantrek-ken.
▶ De watertoevoerslang het bestdirect zonder bijkomende ver-bindingselementen, zoals adap-ter, verlengstuk, ventiel of derge-lijke op de waterkraan aanslui-ten.
▶ Erop letten dat de binnendiame-ter van de waterkraan minstens17 mm bedraagt.
▶ Erop letten dat de lengte van deschroefdraad aan de aansluitingnaar de waterkraan minstens 10mm bedraagt.
¡ Een te lage of te hoge waterdrukkan de apparaatfunctie hinderen.▶ Zorg ervoor dat de waterdruk
aan de watervoorzieningsinstal-latie minimaal 100 kPa (1 bar)en maximaal 1000 kPa (10 bar)bedraagt.
▶ Wanneer de waterdruk de aan-gegeven maximale waarde over-schrijdt, dan moet een reduceer-ventiel tussen de drinkwateraan-sluiting en de slangenset vanhet apparaat worden geïnstal-leerd.
▶ Het apparaat niet op de meng-kraan van een drukloze geiserof boiler aansluiten.
¡ Veranderde of beschadigde water-slangen kunnen tot materiële scha-de en schade aan het apparaat lei-den.▶ Nooit waterslangen knikken,
knellen, veranderen of doorsnij-den.
▶ Alleen meegeleverde waterslan-gen of originele reserveslangengebruiken.
▶ Nooit gebruikte waterslangenhergebruiken.
¡ Het gebruik van het apparaat metvervuild of te heet water kan mate-riële schade veroorzaken.▶ Het apparat uitsluitend met koud
leidingwater gebruiken.¡ Ongeschikte reinigingsmiddelen
kunnen de oppervlakken van hetapparaat beschadigen.▶ Geen scherpe of schurende rei-
nigingsmiddelen gebruiken.▶ Geen sterk alcoholhoudende rei-
nigingsmiddelen gebruiken.
Milieubescherming en besparing nl
13
▶ Geen harde schuur- of afwas-sponsjes gebruiken.
▶ Het apparaat uitsluitend reinigenmet water en een zachte, vochti-ge doek.
▶ Bij contact met het apparaat di-rect alle wasmiddelresten,sproeinevelresten of restantenverwijderen.
Milieubescherming en besparing
Milieubescherming en be-sparingMilieubescherming en besparing
Bescherm het milieu door het appa-raat op een hulpbronnenbesparendemanier te gebruiken en herbruikbarematerialen op de juiste manier af tevoeren.
Afvoeren van de verpakkingDe verpakkingsmaterialen zijn milieu-vriendelijk en kunnen worden herge-bruikt.▶ De afzonderlijke componenten op
soort gescheiden afvoeren.Bij uw dealer en uw gemeente- ofdeelraadskantoor kunt u informatieverkrijgen over de actuele afvoer-methoden.
Zuinig met energie en hulp-bronnenAls u deze aanwijzingen opvolgt, ver-bruikt uw apparaat minder stroom enwater.
Programma's met lage temperaturenen langere wastijden gebruiken ende "maximale beladingscapaciteit"→ Pagina 28 gebruiken.
Het energieverbruik en het water-verbruik zijn het efficiëntst.
Zuinige programma-instelling gebrui-ken.
Wanneer u de programma-instel-lingen voor een programma aan-past, dan toont het display het teverwachten verbruik.
Wasmiddel overeenkomstig de matevan verontreiniging van het wasgoed"doseren" → Pagina 38.
Voor een lichte tot normale matevan verontreiniging is een geringehoeveelheid wasmiddel voldoen-de. Houd het doseeradvies van defabrikant van het wasmiddel aan.
Wastemperatuur bij licht en normaalverontreinigd wasgoed reduceren.
Bij lage temperaturen verbruikt hetapparaat weinig energie. Voor eenlichte tot normale verontreinigingzijn ook lagere temperaturen danop het verzorgingslabel vermeldafdoende.
Maximaal toerental instellen, wan-neer het wasgoed aansluitend in dewasdroger gedroogd moet worden.
Droger wasgoed verkort de pro-grammaduur bij het drogen en ver-laagt het energieverbruik. Met eenhoger centrifugetoerental vermin-dert de restvochtigheid in de wasen het volume van het centrifuge-ren verhoogt.
Wasgoed zonder voorwas wassen.Het wassen met voorwas verlengtde programmaduur en verhoogthet energie- en waterverbruik.
Het apparaat beschikt over een bela-dingsautomaat.
De beladingsautomaat past hetwaterverbruik en de programma-duur optimaal aan de textielsoorten de beladingscapaciteit aan.
nl Opstellen en aansluiten
14
Het apparaat beschikt over eenaquasensor.
De aquasensor controleert tijdenshet spoelen de troebelheid van hetspoelwater en past de duur en hetaantal spoelcycli overeenkomstigaan.
EnergiebesparingsmodusWanneer u het apparaat langere tijdniet bediend, dan schakelt het appa-raat automatisch naar de energiebe-spaarstand. Alle aanwijzingen ver-dwijnen en knippert.De energiebespaarmodus wordt af-gesloten, wanneer u het apparaat op-nieuw bedient, bijv. de deur opent ofsluit.Wanneer u het apparaat in de ener-giebespaarmodus langere tijd nietbediend, dan schakelt het apparaatautomatisch uit.
Opstellen en aansluiten
Opstellen en aansluitenOpstellen en aansluiten
Waar en hoe u het apparaat het bes-te opstelt, komt u hier te weten. Bo-vendien komt u te weten hoe u hetapparaat op de watertoevoer en hetelektriciteitsnet aansluit.
Apparaat uitpakkenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.
LET OP!Voorwerpen die in de trommel ach-terblijven, en die niet voor het gebruikvan het apparaat bedoeld zijn, kun-nen tot materiële- en apparaatschadeleiden.▶ Voor gebruik alle deze voorwerpen
en de meegeleverde accessoiresuit de trommel verwijderen.
1. Verpakkingsmateriaal en bescher-ming volledig van het apparaatverwijderen.Voor de milieuvriendelijke afvoervan het verpakkingsmateriaal dientu de informatie over het onderwerp → "Afvoeren van de verpakking",Pagina 13 in acht te nemen.
2. Controleer het apparaat op zicht-bare beschadigingen.
3. De deur openen. → "De Bediening in essentie",Pagina 38
4. De accessoires uit de trommel ver-wijderen.
5. De deur sluiten.
Opstellen en aansluiten nl
15
Inhoud van de verpakkingControleer na het uitpakken alle onderdelen op transportschade en de volledig-heid van de levering.
1 2 3
4
1 Wasmachine
2 Begeleidende documenten
3 Watertoevoerslang
4 Afdekkapjes
Vereisten ten aanzien van deopstelplaatsHet apparaat kan bij het centrifuge-ren "wandelen". Houd de aanwijzin-gen voor de opstellocatie aan.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.
nl Opstellen en aansluiten
16
WAARSCHUWINGGevaar voor een elektrische schok!Het apparaat bevat spanningsvoeren-de delen. Het aanraken van span-ningsvoerende delen is gevaarlijk.▶ Gebruik het apparaat niet zonder
afdekplaat.
WAARSCHUWINGGevaar voor letsel!Bij gebruik op een sokkel kan het ap-paraat kantelen.▶ De apparaatvoeten voor inbedrijf-
stelling op een sokkel absoluutmet de "bevestigingen"→ Pagina 34 van de fabrikant be-vestigen.
LET OP!¡ Wanneer het apparaat in vorstge-
vaarlijke zones of buiten wordt op-gesteld, dan kan bevroren restwa-ter het apparaat beschadigen enbevroren slangen kunnen scheu-ren of barsten.▶ Het apparaat niet op vorstge-
voelige plaatsen of buiten plaat-sen en gebruiken.
¡ Het apparaat werd voor het verla-ten van de fabriek aan een functie-test onderworpen en kan restwaterbevatten. Dit restwater kan lekkenals het apparaat meer dan 40°wordt gekanteld.▶ Het apparaat voorzichtig kante-
len.
Opstelplaats EisenOp een sokkel Het apparaat met
"borglippen"→ Pagina 34 beves-tigen.
Opstelplaats EisenOp een vloer met hou-ten balken
Het apparaat op eenwaterbestendige hou-ten plaat plaatsen,welke vast met vloeris geschroefd. De hou-ten plaat moet mini-maal 30 mm dik zijn.
In een keuken ¡ Een nisbreedte van60 cm is noodza-kelijk.
¡ Het apparaat al-leen onder eendoorlopend werk-blad plaats, welkevast met de naast-liggende kast isverbonden.
Aan een wand Geen slangen tussenwand en apparaat in-klemmen.
Transportbeveiligingen ver-wijderenHet apparaat is voor transport mettransportbeveiligingen aan de achter-zijde van het apparaat geborgd.Aanwijzingen¡ Neem de informatie over het on-
derwerp "veiligheid" → Pagina 4 en"materiële schade vermijden"→ Pagina 12 in acht om uw appa-raat veilig te kunnen gebruiken.
¡ Bewaar de transportbeveiligingen,de bouten en hulzen voor een toe-komstig "transport" → Pagina 63.
1. De slangen uit de houders trekken.
Opstellen en aansluiten nl
17
2. Alle bouten van de 4 transportbe-veiligingen met een steeksleutelSW13 losmaken en verwijderen
.
3. De netaansluitkabel uit de houdertrekken.
4. De 4 hulzen verwijderen.
5. De 4 afdekkappen plaatsen.
6. De 4 afdekkappen naar benedenduwen.
nl Opstellen en aansluiten
18
Apparaat aansluitenSluit uw apparaat aan op het elektri-citeitsnet, de watertoevoer en de wa-terafvoer.
Watertoevoerslang aansluitenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. De watertoevoerslang op het appa-
raat aansluiten.
2
1
2. De watertoevoerslang op de kraan(26,4 mm = 3/4") aansluiten.
¾˝min.
min.
10 mm
17 mm
3. De kraan voorzichtig openen encontroleren of de aansluitingendicht zijn.
Aansluitsoorten waterafvoerDe informatie helpt u dit apparaat opde waterafvoer aan te sluiten.
Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.
LET OP!Bij het afpompen staat de wateraf-voerslang onder druk en kan van degeïnstalleerde aansluitpositie losra-ken.▶ De waterafvoerslang tegen onbe-
doeld losraken borgen.
Afvoer in een sifon.De aansluitpositie meteen slangklem (24-40mm) borgen.
Afvoer in een wasta-fel.De waterafvoerslangmet een "bochtstuk"→ Pagina 34 fixerenen borgen.Afvoer in en kunststofstandpijp met rubbe-ren mof of in een af-voerputje.De waterafvoerslangmet een "bochtstuk"→ Pagina 34 fixerenen borgen.
Apparaat elektrisch aansluitenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. De netstekker van het aansluit-
snoer van het apparaat in eenstopcontact in de omgeving vanhet apparaat steken.
Opstellen en aansluiten nl
19
De aansluitgegevens van het ap-paraat vindt u in de "technischegegevens" → Pagina 66.
2. De netstekker op vastheid contro-leren.
Stellen van het apparaatOm geluiden en trillingen te reduce-ren en het wandelen van het appa-raat te vermijden, stelt u het apparaathorizontaal.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. De contramoeren met een steek-
sleutel SW17 losdraaien.
2. Om het apparaat te stellen, aan deapparaatvoetjes draaien. De hori-zontale afstelling van het apparaatmet waterpas controleren.
Alle apparaatvoeten moeten stevigop de grond staan.
3. De contramoeren met een steek-sleutel SW17 handvast tegen debehuizing aantrekken.
Het apparaatvoetje daarbij vast-houden en niet in de hoogte ver-stellen.
nl Uw apparaat leren kennen
20
Uw apparaat leren kennen
Uw apparaat leren kennenUw apparaat leren kennen
Lees meer over de onderdelen van uw apparaat.
ApparaatHier vindt u een overzicht van de onderdelen van uw apparaat.
1
2
4 63 5
77
Afhankelijk van het apparaattype kunnen details op de afbeelding verschillen,bijv. de kleur en de vorm.
1 "Serviceklep en pomp" → Pagina 47
2 Deur
3 "Wasmiddellade" → Pagina 21
4 "Bedieningselementen"→ Pagina 21
5 "Waterafvoerslang" → Pagina 18
6 "Netaansluitkabel" → Pagina 18
7 "Transportbeveiligingen" → Pagina 16
Uw apparaat leren kennen nl
21
WasmiddelladeHier vindt u een overzicht over hetverwijderen van de wasmiddellade.
2 31
1 Compartiment voor handmatige dose-ring
2 / : Doseerreservoir voor wasver-zachter of wasmiddel
3 : Doseerreservoir voor wasmiddel
BedieningselementenVia de bedieningselementen kunt u alle functies van uw apparaat instellen eninformatie krijgen over de gebruikstoestand.
32
1
1 "Programma's" → Pagina 28
2 "Programmakiezer" → Pagina 38
3 "Toetsen" → Pagina 26 en "display"→ Pagina 23
BedieningslogicaSommige bereiken van het displayreageren op aanrakingen. U activeertinstellingen door op de toetsen tedrukken. De geactiveerde instellingen
nl Uw apparaat leren kennen
22
zijn op het display helder geaccentu-eerd. U kunt geactiveerde instellin-gen wijzigen of deactiveren, door ophet display opnieuw op de betreffen-de toets te drukken.
LET OP!Een inwerking met geweld op het dis-play kan schade veroorzaken.▶ Geen sterke druk op het display
uitoefenen.▶ Niet met puntige of scherpe voor-
werpen op het display drukken.
1 2
Display nl
23
Display
DisplayDisplay
Op het display ziet u de actuele instelwaarden, keuzemogelijkheden of aanwij-zingsteksten.
Indicatie Benaming Beschrijving0:40 1 Programmaduur / res-
terende tijd van het pro-gramma
Ongevere verwachte programmaduur of resterendetijd van het programma.
10 1 Klaar in tijd Het programma-einde werd vastgelegd en de reste-rende uren worden aangegeven. → "Toetsen", Pagina 26
9 kg 1 Aanbevolen lading Maximale beladingshoeveelheid voor het ingesteldeprogramma in kg.
Voorbehandeling ProgrammastatusWassen ProgrammastatusSpoelen ProgrammastatusCentrifugeren Programmastatus
End Programma-einde Programmastatus+1 / +2 / +3 Extra spoelen Extra spoelcycli zijn geactiveerd.
→ "Toetsen", Pagina 27Energieverbruik Energieverbruik voor het ingestelde programma.
¡ : lager energieverbruik¡ : hoger energieverbruik
1 Voorbeeld
nl Display
24
Indicatie Benaming BeschrijvingWaterverbruik Waterverbruik voor het ingestelde programma.
¡ : lager waterverbruik¡ : hoger waterverbruik
Signaal BasisinstellingToetssignaal BasisinstellingDisplayhelderheid BasisinstellingHerinnering trommel-reiniging
knippert: trommel verontreinigd. Voer het programmaTrommel reinigen voor de reiniging en het onderhoudvan de trommel en van het loogreservoir uit.→ "Trommel reinigen", Pagina 45
Doseerbakje voor vloei-baar wasmiddel
¡ brandt: het intelligente doseersysteem voor vloei-baar wasmiddel is geactiveerd.
¡ knippert: het minimale vulpeil van het doseerbakjeis onderschreden. → "Intelligent doseersysteem", Pagina 42 (Vloeibaar wasmiddel)
Doseerbakje voor vloei-baar wasmiddel of was-verzachter.
¡ brandt: het intelligente doseersysteem voor vloei-baar wasmiddel of wasverzachter is geactiveerd.
¡ knippert: het minimale vulpeil van het doseerbakjeis onderschreden. → "Intelligent doseersysteem", Pagina 42 (Vloeibaar wasmiddel)
( Wasverzachter)50 ml 1 Basisdoseerhoeveel-
heidBasisdoseerhoeveelheid voor het wasmiddel of dewasverzachter. → "Basisdoseerhoeveelheid", Pagina 43
Spanningscontrolesys-teem
Knippert: het automatische spanningscontrolesys-teem herkent ontoelaatbare onderschrijden van despanning. Het programma pauzeert.→ "Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina 53Aanwijzing Het programma wordt voortgezet als despanning opnieuw toegestaan is.
Spanningscontrolesys-teem
Knippert: het programma werd op basis van niet toe-gestane spanningsonderschrijdingen gepauzeerd. Despanning is opnieuw toegestaan en het programmawordt voortgezet. → "Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina 53Aanwijzing De programmaduur wordt verlengd.
Schuimdetectie Het apparaat heeft te veel schuim geconstateerd. → "Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina 53
1 Voorbeeld
Display nl
25
Indicatie Benaming BeschrijvingDeur ¡ brandt: de deur is vergrendeld en kan niet worden
geopend.¡ knippert: de deur is niet gesloten.¡ uit: de deur is ontgrendeld en kan worden geo-
pend.Kraan ¡ Geen waterdruk.
→ "Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina 53¡ De waterdruk is te laag.
Wasmiddellade De wasmiddellade is niet volledig ingeschoven. → "Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina 53
E:60 / -2B 1 Fout Foutcode, foutindicatie, signaal. → "Foutcode / foutindicatie / signaal", Pagina 53
1 Voorbeeld
nl Toetsen
26
Toetsen
ToetsenToetsen
Hier vindt u een overzicht van de buttons en hun instelmogelijkheden.De selectie van de programma-instellingen is afhankelijk van het ingesteldeprogramma. De selectiemogelijkheden voor elk programma ziet u in het over-zicht voor → "Programma's", Pagina 28.
Toets Keuze Beschrijving (Start/Pauze) ¡ starten
¡ annuleren¡ pauzeren
Programma starten, annuleren of pauzeren.
Speed ¡ activeren¡ Deactiveren
Wassen met verkorte tijdsduur activeren of deac-tiveren.Aanwijzing Het energieverbruik wordt hoger.Het wasresultaat wordt daardoor niet beïnvloed.
i-Dos ¡ activeren¡ deactiveren¡ Basisdoseerhoe-
veelheid
Wanneer u de button kort indruk, activeert of de-activeert u het intelligente doseersysteem voorvloeibaar wasmiddel .Wanneer u de button ca. 3 s indrukt, kunt u debasisdoseerhoeveelheid instellen. → "Intelligent doseersysteem", Pagina 42
i-Dos ¡ activeren¡ deactiveren¡ Inhoud van het do-
seerreservoir¡ Basisdoseerhoe-
veelheid
Wanneer u de button kort indrukt, activeert of de-activeert u het intelligente doseersysteem voorwasverzachter of vloeibaar wasmiddel .Wanneer u de button ca. 3 s indrukt, kunt u de in-houd van het doseerreservoir vastleggen of debasisdoseerhoeveelheid instellen. → "Intelligent doseersysteem", Pagina 42
/ (Klaar in) 1 - 24 uur Het programma-einde vastleggen.De programmaduur is reeds in het ingesteldeaantal uren inbegrepen.Na de start van het programma wordt de pro-grammaduur weergegeven.Aanwijzing Gebruik de toetsen om instelwaar-den in te stellen.
- 90° (Temperatuur) - 90 °C De temperatuur in °C aanpassen. - 1400 (Centrifuge-
ren) - 1400 omw/min Het centrifugetoerental aanpassen of het centri-
fugeren deactiveren.Met de selectie wordt het water afgepompt enhet centrifugeren aan het einde van de wascy-clus gedeactiveerd. Het wasgoed blijft nat in detrommel liggen.
Toetsen nl
27
Toets Keuze Beschrijving (netschakelaar) ¡ Inschakelen
¡ UitschakelenHet apparaat in- of uitschakelen.
3 sec (Kinderbevei-liging 3 sec.)
¡ activeren¡ deactiveren
Het kinderslot activeren of deactiveren.De bedieningspanelen tegen per ongeluk bedie-nen beveiligen.Werd het kinderslot geactiveerd en het apparaatuitgeschakeld, dan blijft het kinderslot geacti-veerd. → "Kinderslot", Pagina 41
(Instelmenu) Basisinstellingen Basisinstellingen van het apparaat wijzigen. (Voorwas) ¡ activeren
¡ deactiverenVoorwas activeren of deactiveren, bijv. voor hetwassen van sterk verontreinigd wasgoed.Aanwijzing Wanneer het intelligente doseersys-teem is geactiveerd, dan wordt het wasmiddelautomatisch voor de voorwas en de hoofdwasgedoseerd.Wanneer het intelligente doseersysteem is gede-activeerd, doe dan het wasmiddel voor de voor-was direct in de trommel.
(Krachtig spoelen) ¡ activeren¡ deactiveren
Tot drie extra spoelcycli activeren of deactiveren.Aanbevolen bij bijzonder gevoelige huid of in ge-bieden met heel zacht water.
(Spoelstop) ¡ activeren¡ deactiveren
Centrifugeren en afpompen aan het einde van dewascyclus activeren of deactiveren.Het wasgoed blijft na de laatste spoelcyclus inhet water liggen.
(Weken) ¡ activeren¡ deactiveren
Inweken activeren of deactiveren.Het wasgoed blijft voor de hoofdwascyclus lan-ger in het water liggen.Voor wasgoed met bijzonder hardnekkige veront-reinigingen.
(Antikreuk) ¡ activeren¡ deactiveren
Wassen met minder kreuk activeren of deactive-ren.Om kreukvorming in het wasgoed te reduceren,wordt het centrifugeproces en het centrifugetoe-rental aangepast.Het wasgoed is na het wassen zo vochtig, dat de-ze aan de waslijn goed uithangt.
(Memory) ¡ Opslaan¡ Instellen
Als u de toets ca. 3 seconden indrukt, slaat u uwindividuele programma-instellingen op. → "Programma-instellingen opslaan",Pagina 39Als u de toets kort indrukt, stelt u uw programmamet individuele programma-instellingen in.
nl Programma's
28
Programma's Pro
gram
ma'
sProgramma's H
ier
vind
t u
een
over
zich
t va
n de
pro
gram
ma'
s. U
krij
gt in
form
atie
ove
r de
bel
adin
g en
de
inst
elba
re p
rogr
am-
mam
ogel
ijkhe
den.
Tip:
De
verz
orgi
ngsl
abel
s va
n he
t w
asgo
ed g
even
u e
xtra
aan
wijz
inge
n vo
or d
e pr
ogra
mm
akeu
ze.
→ "
Verz
orgi
ngsa
anw
ijzin
gen
op v
erzo
rgin
gsla
bels
", Pa
gina
36
Prog
ram
ma
Besc
hrijv
ing
max. belading (kg)
Max. temperatuur (°C) 1
Max. centrifugetoeren-tal (omw/min) 1
Speed
i-Dos
i-Dos
Kato
enSt
evig
text
iel v
an k
atoe
n, lin
nen
of g
e-m
engd
e we
efse
ls wa
ssen
.Oo
k ge
schi
kt a
ls ve
rkor
t pro
gram
ma
voor
nor
maa
l ver
vuild
was
goed
als
u S
peed
act
iveer
t. Is
S
peed
ge-
activ
eerd
, dan
wor
dt d
e m
axim
ale
be-
ladi
ngsh
oeve
elhe
id g
ered
ucee
rd to
t5
kg.
990
1400
Gekl
eurd
Kat
oen
Stev
ig te
xtie
l van
kat
oen,
linne
n of
ge-
men
gde
weef
sels
wass
en.
Ener
gieb
espa
rend
pro
gram
ma.
990
1400
–
1Pr
ogra
mm
a-in
stel
linge
n
Programma's nl
29
Prog
ram
ma
Besc
hrijv
ing
max. belading (kg)
Max. temperatuur (°C) 1
Max. centrifugetoeren-tal (omw/min) 1
Speed
i-Dos
i-Dos
Aanw
ijzin
g Om
ene
rgie
te b
espa
ren
kan
de d
aadw
erke
lijke
wast
empe
ra-
tuur
afw
ijken
van
de in
gest
elde
tem
-pe
ratu
ur. D
e wa
sres
ulta
at is
con
form
de w
ette
lijke
vere
isten
.Ec
o 40
-60
Text
iel v
an k
atoe
n, lin
nen
en g
emen
g-de
wee
fsel
s was
sen.
Gesc
hikt
voor
nor
maa
l ver
ontre
inig
dte
xtie
l.Aa
nwijz
ing
Text
iel d
at vo
lgen
s het
onde
rhou
dssy
mbo
ol
met
40
°Cof
m
et 6
0 °C
was
baar
is, k
an sa
-m
en w
orde
n ge
wass
en. V
oor e
en o
p-tim
ale
ener
gie-
effic
iënt
ie w
erd
door
de fa
brik
ant e
en o
ptim
ale
wast
empe
-ra
tuur
voor
dit
prog
ram
ma
vast
ge-
legd
.De
was
tem
pera
tuur
is g
eact
iveer
d en
kan
niet
wor
den
vera
nder
d.
9–
1400
–
Kreu
kher
stel
lend
Text
iel v
an sy
nthe
tisch
en
gem
engd
weef
sels
wass
en.
460
1200
1Pr
ogra
mm
a-in
stel
linge
n
nl Programma's
30
Prog
ram
ma
Besc
hrijv
ing
max. belading (kg)
Max. temperatuur (°C) 1
Max. centrifugetoeren-tal (omw/min) 1
Speed
i-Dos
i-Dos
Snel
+ M
ixTe
xtie
l van
kat
oen,
linne
n, sy
nthe
tisch
mat
eria
al e
n ge
men
gde
weef
sels
wass
en.
Gesc
hikt
voor
licht
vero
ntre
inig
d wa
s-go
ed.
460
1400
Fijn
e wa
s/Zi
jde
Gevo
elig
, was
baar
text
iel v
an zi
jde,
visco
se e
n sy
nthe
tisch
e st
of w
asse
n.Ge
brui
k ee
n wa
smid
del v
oor f
ijne
was
of zi
jde.
Aanw
ijzin
g W
as b
ijzon
der g
evoe
ligte
xtie
l of t
extie
l met
hak
en, o
gen
ofbe
ugel
s in
een
wasn
etje
.
240
800
–
Wol
Met
de
hand
of i
n de
mac
hine
was
-ba
ar te
xtie
l van
wol
of m
et e
n gr
oot
wola
ande
el w
asse
n.Om
krim
p va
n he
t was
goed
te ve
rmij-
den,
bew
eegt
de
trom
mel
met
text
iel
bijzo
nder
voor
zicht
ig m
et la
nge
pau-
zes.
Gebr
uik
een
wasm
idde
l voo
r wol
.
240
800
––
––
––
Spoe
len
Spoe
len
met
aan
sluite
nd c
entri
fuge
-re
n en
afp
ompe
n va
n he
t wat
er.
––
1400
––
––
1Pr
ogra
mm
a-in
stel
linge
n
Programma's nl
31
Prog
ram
ma
Besc
hrijv
ing
max. belading (kg)
Max. temperatuur (°C) 1
Max. centrifugetoeren-tal (omw/min) 1
Speed
i-Dos
i-Dos
Cent
rifug
eren
/Af-
pom
pen
Cent
rifug
eren
en
wate
r afp
ompe
n.W
anne
er u
alle
en h
et w
ater
wilt
af-
pom
pen,
act
iveer
dan
. H
et w
as-
goed
wor
dt n
iet g
ecen
trifu
geer
d.
––
1400
––
––
––
–
Auto
30°
CGe
voel
ig te
xtie
l van
kat
oen,
synt
he-
tisch
mat
eria
al e
n ge
men
gde
weef
-se
ls wa
ssen
.Vo
orzic
htig
ere
wasb
ehan
delin
g.M
ate
van
vero
ntre
inig
ing
en so
ort t
ex-
tiel w
orde
n au
tom
atisc
h he
rken
d. H
etwa
spro
ces w
ordt
aan
gepa
st.
3,5
3010
00–
–
––
–
Jean
s/Do
nker
ewa
sDo
nker
en
kleu
rinte
nsie
f tex
tiel v
anka
toen
en
kreu
kher
stel
lend
text
iel,
bijv.
jean
s was
sen.
Was
het
was
goed
bin
nens
te b
uite
n.Ge
brui
k ee
n vlo
eiba
ar w
asm
idde
l.
440
1200
Trom
mel
rein
igen
Rein
igin
g en
ond
erho
ud va
n de
trom
-m
el.
Gebr
uik
het p
rogr
amm
a in
de
volg
en-
de g
eval
len:
¡vo
or h
et e
erst
e ge
brui
k¡
bij f
requ
ent w
asse
n m
et e
en w
as-
tem
pera
tuur
van
40°C
en
lage
r,
––
1200
––
––
––
––
1Pr
ogra
mm
a-in
stel
linge
n
nl Programma's
32
Prog
ram
ma
Besc
hrijv
ing
max. belading (kg)
Max. temperatuur (°C) 1
Max. centrifugetoeren-tal (omw/min) 1
Speed
i-Dos
i-Dos
¡na
lang
e af
wezig
heid
Gebr
uik
een
poed
erwa
smid
del o
f een
blee
kmid
delh
oude
nd w
asm
idde
l.Ha
lveer
de
hoev
eelh
eid
wasm
idde
lom
schu
imvo
rmin
g te
verm
ijden
.Ge
brui
k ge
en w
asve
rzac
hter
.Ge
brui
k ge
en w
ol-, f
ijn- o
f vlo
eiba
arwa
smid
del.
Aanw
ijzin
g W
anne
er u
lang
ere
tijd
geen
pro
gram
ma
met
60°
C of
hog
e-re
tem
pera
tuur
hee
ft ge
brui
kt, k
nip-
pert
de in
dica
tie vo
or d
e tro
mm
elre
i-ni
ging
ter h
erin
nerin
g.Ou
tdoo
rOu
tdoo
rtext
iel m
et m
embr
aant
echn
o-lo
gie
en w
ater
afst
oten
de u
itrus
ting
wass
en.
Gebr
uik
een
wasm
idde
l voo
r out
-do
orte
xtie
l.Ge
brui
k ge
en w
asve
rzac
hter
.
240
800
––
––
––
1Pr
ogra
mm
a-in
stel
linge
n
Programma's nl
33
Prog
ram
ma
Besc
hrijv
ing
max. belading (kg)
Max. temperatuur (°C) 1
Max. centrifugetoeren-tal (omw/min) 1
Speed
i-Dos
i-Dos
Extra
snel
15'
/30'
Text
iel v
an k
atoe
n, sy
nthe
tisch
mat
e-ria
al e
n ge
men
gde
weef
sels
wass
en.
Kort
prog
ram
ma
voor
licht
vero
ntre
i-ni
gde
klei
ne st
ukke
n wa
sgoe
d.De
pro
gram
mad
uur b
edra
agt c
a. 3
0m
inut
en.
Wilt
u d
e pr
ogra
mm
aduu
r tot
15
mi-
nute
n in
korte
n, a
ctive
er d
an S
peed
. De
max
imal
e be
ladi
ngs-
hoev
eelh
eid
word
t tot
2 k
g ve
rlaag
d.
440
1200
–
––
1Pr
ogra
mm
a-in
stel
linge
n
nl Accessoires
34
Accessoires
AccessoiresAccessoires
Gebruik alleen originele accessoires. Deze zijn speciaal op uw apparaat afge-stemd. Hier krijgt u een overzicht van de accessoires behorende bij uw appa-raat en de manier waarop ze worden gebruikt.
Gebruik BestelnummerVerlenging watertoevoerslang Koudwater- of Aquastop-water-
toevoerslang verlengen (2,50m).
WZ10131
Bevestigingsbeugels Stevige stand van het apparaatverbeteren.
WX975600
Langere watertoevoerslang Standaard watertoevoerslangdor een langere slang (2,20 m)vervangen.
00353925
Bochtstuk Waterafvoerslang fixeren. 00655300
Voor het eerste gebruik
Voor het eerste gebruikVoor het eerste gebruik
Bereid het apparaat voor voor het ge-bruik.
Wascyclus zonder wasgoedstartenUw apparaat werd voor het verlatenvan de fabriek grondig gecontro-leerd. Om eventueel restwater te ver-wijderen, wast u de eerste keer zon-der wasgoed.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. Druk op .
Het inschakelen van het apparaatkan enkele seconden duren.
2. Het programma Trommel reinigeninstellen.
3. De deur sluiten.4. De wasmiddellade uittrekken.
Wasgoed nl
35
5. Ca. 1 liter leidingwater in het com-partiment voor de handmatige do-sering gieten.
6. Het poederwasmiddel in het com-partiment voor de handmatige do-sering doen.
Gebruik om schuimvorming te ver-mijden, slechts de helft van dedoor de wasmiddelfabrikant aan-bevolen hoeveelheid voor lichteverontreiniging. Gebruik geen wol-of fijnwasmiddel.
7. De wasmiddellade erin schuiven.
8. Druk op (Start/Pauze) om hetprogramma te starten.
a Het display toont de resterendeprogrammaduur.
9. De eerste wascyclus starten of op drukken om het apparaat uit te
schakelen. → "De Bediening in essentie",Pagina 38
Wasgoed
WasgoedWasgoed
U kunt in uw apparaat alle textiel, diedoor de fabrikant op het textiellabelals geschikt voor de wasmachinestaat aangegeven en textiel vanhandwasbaar wol wassen.
Wasgoed voorbereiden
LET OP!In het wasgoed achtergebleven voor-werpen kunnen het wasgoed en detrommel beschadigen.▶ Voor gebruik alle voorwerpen uit
de zakken van het wasgoed verwij-deren.
▶ Om uw apparaat en het wasgoedte beschermen, bereidt u het was-goed voor.– alle zakken legen– Zand uit alle omslagen en zak-
ken borstelen
nl Wasgoed
36
– Dekbedhoezen en kussenover-trekken sluiten
– alle ritssluitingen, klittenbandslui-tingen, haken en ogen sluiten
– Stoffen riemen of banden bij el-kaar binden of een wasnetje ge-bruiken.
– Gordijnrollers en loodveters ver-wijderen of een wasnetje gebrui-ken
– voor kleine stukken wasgoed,bijv. kindersokken een wasnetjegebruiken
– Was uit elkaar vouwen en losmaken
– grote en kleine stukken was-goed door elkaar wassen
– verse vlekken met zeepsop af-deppen (niet wrijven)
– sommige hardnekkige, inge-droogde vlekken kunnen doormeerdere malen wassen wordenverwijderd
Wasgoed sorterenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.▶ Om het wasresultaat te verbeteren
en verkleuringen te vermijden, sor-teert u het wasgoed voor het was-sen overeenkomstig de volgendecriteria.– Soort weefsel en soort vezel– witte was– bonte was
Was nieuwe bonte was deeerste keer gescheiden vanander wasgoed.
– "Verontreiniging" → Pagina 36– "Verzorgingsaanwijzingen op
verzorgingslabels" → Pagina 36
Mate van verontreiniging
Mate van vervuiling Verontreiniging Voorbeeldenlicht ¡ geen verontreinigingen of vlek-
ken zichtbaar¡ Wasgoed heeft geuren aange-
nomen
lichte zomerkleding of sportkel-ding, die slechts enkele uren is ge-dragen
normaal Verontreinigingen of lichte vlekkenzijn zichtbaar
¡ T-shirts, overhemden of blouseszijn doorzweet, of werden meer-dere malen gedragen
¡ Handdoeken of beddengoed,welke tot één week is gebruikt
sterk Verontreinigingen of vlekken zijnduidelijk zichtbaar
Theedoeken, babywas of werkkle-ding
Verzorgingsaanwijzingen op verzorgingslabelsDe symbolen verwijzen naar het aanbevolen programma en de getalen in desymbolen naar de maximaal aanbevolen wastemperatuur.
Symbool Wasproces Aanbevolen programma normaal Katoen voorzichtig Kreukherst.
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel nl
37
Symbool Wasproces Aanbevolen programma zeer voorzichtig Fijn / zijde voor handwas
Handwas Wolniet in de wasmachine wasbaar –
Tip: Op www.ginetex.ch vindt u meerinformatie over verzorgingssymbolen.
Wasmiddel en wasverzorgingsmiddel
Wasmiddel en wasverzor-gingsmiddelWasmiddel en wasverzorgingsmiddel
Met de juiste selectie en het gebruikvan wasmiddelen en verzorgingsmid-delen beschermt u uw apparaat enuw wasgoed. U kunt alle wasmidde-len en verzorgingsmiddelen gebrui-ken, die voor huishoudelijke wasma-chines geschikt zijn.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.
Informatie van de fabrikant over ge-bruik en dosering vindt u op de ver-pakking.Aanwijzingen¡ bij vloeibare wasmiddelen uitslui-
tend zelf stromende vloeibare was-middelen gebruiken
¡ verschillende vloeibare wasmidde-len niet mengen
¡ wasmiddel en wasverzachter nietmengen
¡ geen te lang bewaarde en sterk in-gedikte producten gebruiken
¡ geen oplosmiddelhoudende, bijten-de of desinfecterende middelen,bijv. bleekwater, gebruiken
¡ Verfstoffen met mate gebruiken,zout kan RVS aantasten
¡ geen ontkleuringsmiddel in het ap-paraat gebruiken
WasmiddelaanbevelingDe informatie helpt u het juiste wasmiddel voor het textiel te kiezen.
Wasmiddel Textiel Programma TemperatuurCompleet wasmiddel metoptische witmakers
kookbestendig wit textielvan linnen of katoen
Katoen van koud tot 90°C
Bontwasmiddel zonderbleekmiddel en optischewitmakers
Bont wasgoed van linnen ofkatoen
Katoen van koud tot 60°C
Bont/fijnwasmiddel zonderoptisch witmiddel
Bont wasgoed van kreuk-herstellende vezels of syn-thetische vezels
Kreukherstel-lend
van koud tot 60°C
Fijnwasmiddel Gevoelig fijn textiel van zijdeof viscose
Fijne was/zijde van koud tot 40°C
Wolwasmiddel Wol Wol van koud tot 40°C
nl De Bediening in essentie
38
Tip: Op www.cleanright.eu vindt ueen veelvoud aan verdere informatieomtrent wasmiddelen, verzorgings-middelen en reinigingsmiddelen voorhuishoudelijk gebruik.
WasmiddeldoseringMet de juiste wasmiddeldosering rea-liseert u een optimaal wasresultaaten kunt u hulpbronnen sparen.De dosering van het wasmiddel isgebaseerd op:¡ De hoeveelheid wasgoed
¡ Mate van vervuiling¡ Waterhardheid
U kunt de waterhardheid opvragenbij uw plaatselijke waterbedrijf ofvaststellen met een waterhardheid-tester.
Waterhardheid
Hardheidbereik Totale hardheid in mmol/l Duitse hardheid in °dHzacht (I) 0 - 1,5 0 - 8,4gemiddeld (II) 1,5 - 2,5 8,4 - 14hard (III) hoger dan 2,5 hoger dan 14
Voorbeeld van fabrikantinformatievoor wasmiddelDeze voorbeeldwaarden hebben be-trekking op een standaardbeladingvan 4 - 5 kg.
Verontreiniging licht normaal sterkWaterhardheid: zacht / gemiddeld 40 ml 55 ml 80 mlWaterhardheid: hard / zeer hard 55 ml 80 ml 105 ml
De doseerhoeveelheden vindt u opde verpakking van de fabrikant.¡ Wanneer u handmatig doseert,
past u de doseerhoeveelheid aande daadwerkelijke beladingshoe-veelheid aan.
¡ Wanneer de intelligente doseringis geactiveerd, past u de doseer-hoeveelheid niet aan de daadwer-kelijke beladingshoeveelheid aan.De hoeveelheid wasmiddel enwasverzachter wordt automatischvia de "basisdoseerhoeveelheid"→ Pagina 43 en de bekende hoe-veelheid wasgoed berekend. De
ingestelde basisdoseerhoeveelheidmoet altijd zijn afgestemd op dedoseerhoeveelheid voor een bela-ding van 4,5 kg.
De Bediening in essentie
De Bediening in essentieDe Bediening in essentie
Hier wordt de bediening van het ap-paraat in essentie beschreven.
Apparaat inschakelen▶ Druk op .
De Bediening in essentie nl
39
Het inschakelen van het apparaatkan enkele seconden duren.
a Het apparaat voert een hoorbarefunctietest in de wasmiddellade uit. → "Geluiden", Pagina 59
Programma instellen1. Zet de programmakiezer op het
gewenste "programma"→ Pagina 28.
2. Indien nodig, "de programma-in-stellingen aanpassen"→ Pagina 39.
Programma-instellingen aan-passenAfhankelijk van het programma en deprogrammavoortgang kunt u de be-schikbare instellingen aanpassen ofactiveren/deactiveren.Aanwijzing Overzicht van alle pro-gramma-instellingen:
Voorwaarde: Een programma is in-gesteld.▶ De programma-instellingen aan-
passen.De programma-instellingen wordenniet permanent voor het program-ma opgeslagen.
Aanwijzing Wanneer u het intelligen-te doseersysteem activeert of deacti-veert, wordt de instelling opgeslagen.
Programma-instellingen op-slaanU kunt uw individuele programma-in-stellingen als favoriet opslaan.Voorwaarden¡ Een programma is ingesteld.¡ De programma-instellingen zijn
aangepast.▶ Druk ca. 3 s op .
Druk op om het opgeslagenprogramma op te roepen.Aanwijzing Om het opgeslagenprogramma te overschrijven, her-haalt u de stappen.
Trommel vullen met wasgoedAanwijzingen¡ Neem de informatie over het on-
derwerp "veiligheid" → Pagina 4 en"materiële schade vermijden"→ Pagina 12 in acht om uw appa-raat veilig te kunnen gebruiken.
¡ Houd om kreukvorming te voorko-men de maximale belading van het"programma" → Pagina 28 aan.
Voorwaarde: Het wasgoed voorbe-reiden en sorteren.→ "Wasgoed", Pagina 351. De deur openen.
nl De Bediening in essentie
40
2. Zorg ervoor dat de trommel leegis.
3. Het wasgoed uit elkaar gevouwenin de trommel doen.
4. Aanwijzing Zorg ervoor dat ergeen kleine stukken wasgoed tus-sen de deur klem zitten.De deur sluiten.
Wasmiddel en wasverzor-gingsmiddel doserenBij programma's waarbij de intelligen-te dosering niet mogelijk of gewenstis, kunt u het wasmiddel in het com-patiment voor handmatige doseringdoen.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.Tip: In aanvulling op de intelligentedosering kunt u in het compartimentvoor handmatige dosering ook ande-re wasverzorgingsmiddelen toevoe-gen, zoals vlekkenzout, stijfsel ofbleek. Doe geen aanvullend wasmid-del toevoegen in het compartimentvoor handmatige dosering om over-dosering of schuimvorming te voor-komen.
Voorwaarde: Informeer uzelf over deoptimale dosering voor "wasmiddelenen verzorgingsmiddelen."→ Pagina 371. De wasmiddellade uittrekken.2. Vullen met wasmiddel.
→ "Wasmiddellade", Pagina 213. Indien gewenst vullen met een ver-
zorgingsmiddel.4. De wasmiddellade erin schuiven.
Starten van het programmaAanwijzing Wanneer u de tijd tot hetprogramma-einde wilt wijzigen, steldan eerst de klaar-in tijd in.▶ Druk op .a De trommel draait en er vindt een
beladingsherkenning plaats, welketot wel 2 minuten kan duren endaarna stroomt het water in het ap-paraat.
a In het display wordt of de program-maduur of de klaar-in tijd weerge-geven.
Wasgoed bijvullenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. Druk op .
Het apparaat pauzeert en contro-leert of het bijvullen of verwijderenvan wasgoed mogelijk is. Let opde programmastatus.
2. Wasgoed uitnemen of bijvullen.3. De deur sluiten.4. Druk op .
Kinderslot nl
41
Progr. annulerenNa het starten van het programmakunt u het programma te allen tijdeafbreken.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. Druk op .2. De deur openen.
Bij hoge temperatuur en hoog wa-terniveau blijft de deur van het ap-paraat om veiligheidsredenen ver-grendeld.– Start bij hoge temperatuur het
programma Spoelen.– Start bij een hoog waterniveau
het programma Centrifugerenof Afpompen.
3. Het wasgoed uit het apparaat ha-len.
Wasgoed uitnemenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. De deur openen.2. Het wasgoed uit het apparaat ha-
len.
Apparaat uitschakelen1. De waterkraan sluiten.2. De rubbermanchet droog vegen
en vreemde voorwerpen verwijde-ren.
3. De deur en wasmiddellade openlaten zodat het restwater kan op-drogen.
Kinderslot
KinderslotKinderslot
Beveilig uw apparaat tegen onge-wenst bedienen via de bedieningsele-menten.
Kinderslot inschakelen▶ Ca. 3 s op 3 sec drukken.a De bedieningselementen zijn ge-
blokkeerd.a Het kinderslot blijft ook na het uit-
schakelen van het apparaat geacti-veerd.
Kinderslot deactiverenVoorwaarde: Om het kinderslot tedeactiveren, moet het apparaat zijningeschakeld.▶ Ca. 3 s op 3 sec drukken.
nl Intelligent doseersysteem
42
Intelligent doseersysteem
Intelligent doseersysteemIntelligent doseersysteem
Uw apparaat is voorzien van een in-telligent doseersysteem voor vloei-baar wasmiddel en wasverzachter.Afhankelijk van het programma en deinstellingen worden de optimale hoe-veelheden vloeibaar wasmiddel enwasverzachter automatisch gedo-seerd. De intelligente dosering is inalle daarvoor bedoelde "program-ma's" → Pagina 28 af fabriek geacti-veerd en kan individueel worden ge-deactiveerd. In alle andere program-ma's kunt u handmatig wasmiddeltoevoegen. → "Wasmiddel en wasverzorgingsmid-del doseren", Pagina 40
Doseerbakje vullenAanwijzingOm de intelligente dosering tegebruiken, vult u het doseerreservoir.¡ Vul de doseerreservoirs uitsluitend
met geschikt "wasmiddel en ver-zorgingsmiddel" → Pagina 37.
¡ Wanneer u van vloeibare wasmid-del of de wasverzachter wisselt,leeg en reinig dan eerst het do-seerreservoir. → "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
¡ Wanneer u beide doseerreservoirsvoor vloeibaar wasmiddel wilt ge-bruiken, stel dan de "Inhoud vande doseerreservoirs" → Pagina 43in.
Voorwaarde: / knippert.1. De wasmiddellade uittrekken.2. Het vuldeksel openen.
3. Vloeibaar wasmiddel en was-verzachter in de betreffende do-seerreservoirs doen. → "Wasmiddellade", Pagina 21
4. Het vuldeksel sluiten.Aanwijzing Laat het vuldeksel nietlangere tijd geopend om te voorko-men dat wasmiddel opdroogt ofuitdroogt.
5. De wasmiddellade erin schuiven.6. De "basisdoseerhoeveelheid"
→ Pagina 43 aanpassen.
Intelligent doseersysteem nl
43
Inhoud van het doseerreser-voirAf fabriek is het doseerreservoir voor wasverzachter ingesteld. Al-ternatief kunt u het doseerreservoir voor een tweede vloeibaar wasmid-del gebruiken.Aanwijzingen¡ Wanneer u de inhoud van het do-
seerreservoir wijzigt, dan wordt debasisdoseerhoeveelheid voor ditdoseerreservoir gereset.
¡ Wanneer u beide doseerreservoirsvoor vloeibaar wasmiddelen ge-bruikt, moet u een doseerreservoirkiezen dat tijdens het wassen moetworden gebruikt.
Inhoud van het doseerreservoiraanpassen1. Druk ca. 3 s op i-Dos.2. Druk op i-Dos om in te stel-
len.a Op het display wordt weergege-
ven.3. Druk opnieuw op i-Dos om in
te stellen.4. Om de instelling te beëindigen,
kort wachten.
BasisdoseerhoeveelheidU kunt de vooringestelde basishoe-veelheden voor vloeibaar wasmiddelen wasverzachter aanpassen.De basisdoseerhoeveelheid is geba-seerd op de informatie van de fabri-kant van het wasmiddel, de water-hardheid en de mate van verontreini-ging van het wasgoed.Stel altijd een basisdoseerhoeveel-heid in, die is afgestemd op eenstandaard belading van 4,5 kg. → "Wasmiddeldosering", Pagina 38
nl Basisinstellingen
44
Basisinstellingen
BasisinstellingenBasisinstellingen
U kunt uw apparaat instellen volgens uw behoeften.
Overzicht over de basisinstellingenHier vindt u een overzicht van de basisinstellingen van het apparaat.
Basisinstelling Symbool Waarde BeschrijvingSignaal 0 (uit)
1 (zacht)2 (gemid-deld)3 (luid)4 (zeer luid)
Het volume van het signaal na het program-ma-einde instellen.
Toetssignaal 0 (uit)1 (zacht)2 (gemid-deld)3 (luid)4 (zeer luid)
Het volume van het signaal bij het kiezenvan de buttons instellen.
Automatisch uit-schakelen
4 On (aan)OFF (uit)
Het automatisch uitschakelen van het appa-raat activeren of deactiveren. → "Zuinig met energie en hulpbronnen",Pagina 13
Herinnering trom-melreiniging
On (aan)OFF (uit)
De herinnering voor de trommelreiniging ac-tiveren of deactiveren.
Displayhelderheid 1 (laag)2 (gemid-deld)3 (hoog)4 (zeer hoog)
De helderheid van het display instellen.
Basisinstellingen wijzigen1. Om de basisinstellingen in te stel-
len, op de toets drukken.2. Om de gewenste basisinstelling in
te stellen, op de toets drukken.a Het display toont de ingestelde ba-
sisinstelling en de actuele waarde.3. Druk op / om de waarde te
wijzigen.4. Om de basisinstellingen te verla-
ten, het toestel uitschakelen.
Reiniging en onderhoud nl
45
Reiniging en onderhoud
Reiniging en onderhoudReiniging en onderhoud
Reinig en onderhoud uw apparaatzorgvuldig om er voor te zorgen dathet lang goed blijft werken.
Tips voor onderhoud van hettoestelHoud om de werking van uw appa-raat langdurig te garanderen de tipsvoor het onderhoud van het apparaataan.
De behuizing en hetbedieningspaneel uit-sluitend met water eneen vochtige doek af-nemen.
De apparaatdelen blij-ven schoon en hygië-nisch.
Verwijder direct allewasmiddelresten,sproeinevelresten ofachtergebleven res-tanten.
Recente afzettingenkunnen makkelijkeren zonder resten wor-den verwijderd.
De deur van het appa-raat en de wasmiddel-lade na gebruik openlaten.
Restwater kan danverdampen, hetgeende geurvorming in hetapparaat vermindert.
Trommel reinigenWanneer u vaak met een wastempe-ratuur van 40°C en lager wast of hetapparaat langere tijd niet heeft ge-bruikt, reinig dan de trommel.
VOORZICHTIGGevaar voor letsel!Het permanent wassen op lage tem-peraturen en een ontbrekende be-luchting van het apparaat kunnen detrommel beschadigen en kunnen let-sels veroorzaken.▶ Regelmatig een programma voor
de reiniging van de trommel uit-voeren of met temperaturen vanminstens 60°C wassen.
▶ Het apparaat na elk gebruik bijeen geopende deur en wasmiddel-lade laten drogen.
▶ Draai het programma Trommelreinigen zonder wasgoed.Gebruik een poederwasmiddel.
Schoonmaken van de was-middelladeWanneer u van wasmiddel wisselt ofde wasmiddellade vuil is, reinig dande wasmiddellade en de pompeen-heid van het intelligente doseersys-teem.Aanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. Het apparaat uitschakelen.2. De wasmiddellade uittrekken.3. Inzetstuk naar beneden drukken
en de wasmiddellade er uit nemen.
4. De pompunit verwijderen.
nl Reiniging en onderhoud
46
5. Het deksel van de wasmiddelladeontgrendelen en verwijderen.
6. De wasmiddellade legen.
7. LET OP! De pompeenheid bevatelektrische componenten.
▶ De pompunit niet in de vaatwasserreinigen of in water dompelen.
▶ De elektrische aansluitingen aande achterkant tegen vocht, was-middel- en wasverzachterrestenbeschermen.
De pompunit met een vochtigedoek reinigen.
8. De wasmiddellade en het dekselmet een zachte, vochtige doek ofhanddouche reinigen.
9. De wasmiddellade plaatsen, hetdeksel en de pompeenheid afdro-gen en plaatsen.
Reiniging en onderhoud nl
47
10.De behuizing van de wasmiddella-de in het apparaat reinigen.
11.De wasmiddellade erin schuiven.
OntkalkenWanneer u wasmiddel correct do-seert, hoeft u uw apparaat niet te ont-kalken. Als u toch ontkalkingsmiddelwilt gebruiken, neem dan de gebruik-sinstructies van de fabrikant in acht.
LET OP!Door het gebruik van ongeschikteontkalkingsmiddelen, zoals bijv. voorkoffiezetapparaten, kan het apparaatbeschadigen.▶ Gebruik voor dit apparaat slechts
een ontkalkingsmiddel dat via deinternetsite of de klantenservicevan de fabrikant verkrijgbaar is.
Afvoerpomp reinigenReinig de afvoerpomp in geval vanstoringen, bijv. bij verstoppingen ofgeklapper.
Afvoerpomp legenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.1. De kraan sluiten.2. Het apparaat uitschakelen.3. Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.4. Open de serviceklep.
5. Verwijder de serviceklep.
6. Plaats een opvangbak onder deopening.
nl Reiniging en onderhoud
48
7. Neem de aftapslang uit de houder.
8. VOORZICHTIG - Risico vanverbranding! Het sop wordt heetbij het wassen met hoge tempera-turen.
▶ Raak het hete sop niet aan.Trek het afsluitstopje los, om hetwassop in de opvangbak te latenstromen.
9. Druk het stopje er weer op.
10.De aftapslang in de houder klem-men.
Afvoerpomp reinigenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.Voorwaarde: "De afvoerpomp isleeg." → Pagina 471. Omdat er nog restwater in de
pomp kan zitten, het deksel ervoorzichtig uit draaien.
Reiniging en onderhoud nl
49
2. Binnenruimte, schroefdraad vanhet pompdeksel en pomphuis rei-nigen.
3. Verifieer dat de rotor van de pompmakkelijk ronddraait.
4. Het pompdeksel plaatsen en aan-draaien.
90°
De greep van het pompdekselmoet verticaal staan.
5. De serviceklep plaatsen en vast-klikken.
1 2
6. De serviceklep sluiten.
Vóór de volgende keer wassenOm te voorkomen dat bij de volgen-de wasbeurt wasmiddel ongebruikt inde afvoer stroomt, voert u het pro-gramma Afpompen uit, nadat u depomp heeft geleegd.1. De kraan opendraaien.2. Steek de stekker in het stopcon-
tact.3. Schakel het apparaat in.4. Doe een liter water in het comparti-
ment voor de handmatige dose-ring.
5. Start het programma Afpompen.
Waterafvoerslang op de sifonreinigenWanneer de waterafvoerslang op desifon is verontreinigd of het sop nietwordt afgepompt, dan moet u dezereinigen.1. Het apparaat uitschakelen.2. Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.3. De slangklem losmaken en de wa-
terafvoerslang er voorzichtig aftrek-ken.
nl Reiniging en onderhoud
50
Er kan resterend water uitlopen.4. De waterafvoerslang en de sifon-
aansluiting reinigen.
5. De waterafvoerslang opsteken ende aansluitklem met de slangklemborgen.
Zeef in de watertoevoer reini-gen.Reinig de zeef in de watertoevoer ingeval van verstoppingen of bij een telage waterdruk.
Watertoevoerslang legen1. De waterkraan sluiten.2. Stel het programma Katoen in.3. Het programma starten en ca. 70
seconden laten lopen.4. Het apparaat uitschakelen.5. Stekker van het apparaat van het
stroomnet scheiden.
Zeef van de waterkraan reinigenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.Voorwaarde: De watertoevoerslangis leeg.1. De watertoevoerslang van de wa-
terkraan verwijderen.
2. De zeef met een kleine borstel rei-nigen.
Reiniging en onderhoud nl
51
3. De watertoevoerslang aansluitenen op lekdichtheid controleren.
Zeef op het apparaat reinigenAanwijzing Neem de informatie overhet onderwerp "veiligheid"→ Pagina 4 en "materiële schade ver-mijden" → Pagina 12 in acht om uwapparaat veilig te kunnen gebruiken.Voorwaarde: De watertoevoerslangis leeg. → "Watertoevoerslang legen",Pagina 501. De slang aan de achterzijde van
het apparaat losmaken.
1
2
2. De zeef met een tang er uit ne-men.
3. De zeef met een kleine borstel rei-nigen.
4. Het filter weer plaatsen.5. De slang aansluiten en op lekdicht-
heid controleren.
Storingen verhelpen nl
53
Storingen verhelpen
Storingen verhelpenStoringen verhelpen
Kleinere storingen aan het apparaat kunt u zelf verhelpen. Raadpleeg voordat ucontact opneemt met de klantenservice de informatie over het verhelpen vanstoringen. Zo voorkomt u onnodige kosten.
WAARSCHUWINGGevaar voor een elektrische schok!Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.▶ Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties aan het apparaat
uitvoeren.▶ Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden gebruikt voor repa-
ratie van het apparaat.▶ Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet het ter vermijding
van risico's worden vervangen door de fabrikant, de servicedienst of een an-dere gekwalificeerde persoon.
Foutcode / foutindicatie / signaalStoring Oorzaak Verhelpen van storingenHet display is gedoofd en knippert.
De energiebesparingsmodusis actief.
▶ Druk op een willekeurige button.a Het display brandt weer.
"E:36 / -10" Afvoerbuis of wateraf-voerslang is verstopt.
▶ Reinig de afvoerbuis en de wateraf-voerslang.
Afvoerbuis of wateraf-voerslang is geknikt of vast-geklemd.
▶ Zorg ervoor dat de afvoerbuis en dewaterafvoerslang niet geknikt of in-geklemd zijn.
Afvoerpomp is verstopt. ▶ → "Afvoerpomp reinigen",Pagina 47
Waterafvoerslang is te hoogaangesloten.
▶ Monteer de waterafvoerslang opmaximaal 1 meter hoogte. → "Technische gegevens",Pagina 67
"E:36 / -25 / -26" Afvoerpomp is verstopt. ▶ → "Afvoerpomp reinigen",Pagina 47
nl Storingen verhelpen
54
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen"E:10 / -00 / -10 / -20" Pomp van het intelligente
doseersysteem is geblok-keerd.
1. Schakel het apparaat uit.2. Reinig de pompeenheid.
→ "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
3. Als de indicatie opnieuw verschijnt,schakel dan de service in. → "Servicedienst", Pagina 65
Aanwijzing U kunt het wasprogram-ma starten als u het intelligente do-seersysteem deactiveert en handmatigdoseert. → "Toetsen", Pagina 26
"E:60 / -2B" Het onbalansherkennings-systeem heeft het centrifu-geren afgebroken wegensongelijkmatige verdeling vanhet wasgoed.
▶ Verdeel het wasgoed opnieuw in detrommel.
Aanwijzing Leg zo mogelijk grote enkleine stukken wasgoed samen in detrommel. Wasgoed met verschillendegrootte verdeelt zich beter bij het cen-trifugeren.
"E:10 / -10" Waterdruk is laag. Geen oplossing mogelijk.De zeven in de watertoevoerzijn verstopt.
▶ "Reinig de zeven in de watertoe-voer" → Pagina 50.
Waterkraan is gesloten. ▶ Open de waterkraan.
Watertoevoerslang is ge-knikt of ingeklemd.
▶ Zorg ervoor dat de watertoe-voerslang niet is geknikt of inge-klemd.
De wasmiddellade is niet totaan de aanslag dichtgescho-ven.
▶ Schuif de wasmiddellade tot deaanslag in het apparaat.
Pompunit is niet geplaatst. 1. Plaats de pompunit in de wasmid-dellade. → "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
2. Schuif de wasmiddellade tot deaanslag in het apparaat.
knippert. Het Spanningscontrolesys-teem herkent een ontoelaat-bare spanningsonderschrij-ding.
▶ Geen oplossing mogelijk.
Aanwijzing Als de voedingsspanningzich heeft gestabiliseerd, loopt het pro-gramma normaal verder.
Storingen verhelpen nl
55
Storing Oorzaak Verhelpen van storingen knippert. Spanningsonderschrijding
veroorzaakt een program-maverlenging.
Geen oplossing mogelijk.
Wasmiddeldosering is tehoog.
▶ Directe maatregel: meng een eetle-pel wasverzachter met 0,5 l wateren giet dit mengsel in het comparti-ment voor handmatige dosering(niet bij outdoor-, sportswear- endonstextiel).
▶ Wanneer de intelligente doseringgeactiveerd is, reduceer dan de "ba-sisdoseerhoeveelheid"→ Pagina 43.
▶ Reduceer, wanneer u handmatigdoseert, bij de volgende wasbeurtmet gelijke belading de hoeveel-heid wasmiddel.
brandt. Temperatuur is te hoog. ▶ Wacht tot de temperatuur is ge-daald.
▶ → "Progr. annuleren", Pagina 41
Waterniveau is te hoog. ▶ Start het programma Afpompen.
Wasgoed is ingeklemd tus-sen de deur.
1. Open de deur opnieuw.2. Verwijder ingeklemd wasgoed.3. Sluit de deur.4. Om het programma te starten,
drukt u op .
knippert. Deur is niet gesloten. 1. Sluit de deur.2. Om het programma te starten,
drukt u op .
Alle andere foutcodes. Storing ▶ Neem contact op met de klanten-service. → "Servicedienst", Pagina 65
FunctiestoringenStoring Oorzaak Verhelpen van storingenApparaat werkt niet. Netstekker van de stroomka-
bel is niet ingestoken.▶ Apparaat aansluiten op het elektri-
citeitsnet.
Zekering is defect. ▶ Controleer de zekering in de meter-kast.
nl Storingen verhelpen
56
Storing Oorzaak Verhelpen van storingenApparaat werkt niet. Stroomvoorziening is uitge-
vallen.▶ Controleer of de verlichting van de
binnenruimte of andere apparatenfunctioneren.
Programma start niet. werd niet ingedrukt. ▶ Druk op .
Deur is niet gesloten. 1. Sluit de deur.2. Om het programma te starten,
drukt u op .
Kinderbeveiliging is geacti-veerd.
▶ → "Kinderslot deactiveren",Pagina 41
/ is geactiveerd. ▶ Controleer of / is geactiveerd. → "Toetsen", Pagina 26
Wasgoed is ingeklemd tus-sen de deur.
1. Open de deur opnieuw.2. Verwijder ingeklemd wasgoed.3. Sluit de deur.4. Om het programma te starten,
drukt u op .
De wasmiddellade is niet totaan de aanslag dichtgescho-ven.
▶ Schuif de wasmiddellade tot deaanslag in het apparaat.
Pomp van het intelligentedoseersysteem is geblok-keerd.
1. Schakel het apparaat uit.2. Reinig de pompeenheid.
→ "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
3. Als de indicatie opnieuw verschijnt,schakel dan de service in. → "Servicedienst", Pagina 65
Aanwijzing U kunt het wasprogram-ma starten als u het intelligente do-seersysteem deactiveert en handmatigdoseert. → "Toetsen", Pagina 26
Deur kan niet worden geo-pend.
is geactiveerd. ▶ Hervat het programma door Centri-fugeren of Afpompen te kiezen enop te drukken.
Temperatuur is te hoog. ▶ Wacht tot de temperatuur is ge-daald.
▶ → "Progr. annuleren", Pagina 41
Waterniveau is te hoog. ▶ Start het programma Afpompen.
Storingen verhelpen nl
57
Storing Oorzaak Verhelpen van storingenDeur kan niet worden geo-pend.
Stroomonderbreking. ▶ Open de deur met de noodontgren-deling. → "Noodontgrendeling",Pagina 63
Waswater wordt niet wegge-pompt.
Afvoerbuis of wateraf-voerslang is verstopt.
▶ Reinig de afvoerbuis en de wateraf-voerslang.
Afvoerbuis of wateraf-voerslang is geknikt of vast-geklemd.
▶ Zorg ervoor dat de afvoerbuis en dewaterafvoerslang niet geknikt of in-geklemd zijn.
Afvoerpomp is verstopt. ▶ → "Afvoerpomp reinigen",Pagina 47
is geactiveerd. ▶ Hervat het programma door Centri-fugeren of Afpompen te kiezen enop te drukken.
Waterafvoerslang is te hoogaangesloten.
▶ Monteer de waterafvoerslang opmaximaal 1 meter hoogte. → "Technische gegevens",Pagina 67
Er stroom geen water in hetapparaat. Het wasmiddelwerd niet ingespoeld.
werd niet ingedrukt. ▶ Druk op .
De zeven in de watertoevoerzijn verstopt.
▶ "Reinig de zeven in de watertoe-voer" → Pagina 50.
Waterkraan is gesloten. ▶ Open de waterkraan.
Watertoevoerslang is ge-knikt of ingeklemd.
▶ Zorg ervoor dat de watertoe-voerslang niet is geknikt of inge-klemd.
Meermaals beginnen metcentrifugeren.
Het onbalanscontrolesys-teem heft de onbalans opdoor het wasgoed meer-maals te verdelen.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
Aanwijzing Leg bij het beladen zo mo-gelijk grote en kleine stukken wasgoedsamen in de trommel. Wasgoed metverschillende grootte verdeelt zich be-ter bij het centrifugeren.
De programmaduur wijzigttijdens de wascyclus.
Het programmaverloopwordt elektronisch geopti-maliseerd. Dat kan leiden totwijzigingen in de program-maduur.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
Het onbalanscontrolesys-teem heft de onbalans opdoor het wasgoed meer-maals te verdelen.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
nl Storingen verhelpen
58
Storing Oorzaak Verhelpen van storingenDe programmaduur wijzigttijdens de wascyclus.
Aanwijzing Leg bij het beladen zo mo-gelijk grote en kleine stukken wasgoedsamen in de trommel. Wasgoed metverschillende grootte verdeelt zich be-ter bij het centrifugeren.
Schuimcontrolesysteemvoert bij te hoge schuimvor-ming een extra spoelbeurttoe.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
Het water is in de trommelniet zichtbaar.
Het water is onder het zicht-bare bereik.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
Trommel schokt na pro-grammastart.
Oorzaak is een interne mo-tortest.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
Trillingen en beweging vanhet apparaat tijdens het cen-trifugeren.
Het apparaat is niet goed ho-rizontaal gesteld.
▶ Stellen van het apparaat
Apparaatvoeten zijn niet ge-fixeerd.
▶ Zet de apparaatvoeten vast. Stellenvan het apparaat
Transportbeveiligingen zijnniet verwijderd.
▶ Transportbeveiligingen verwijderen
Trommel draait, er stroomtgeen water in het apparaat.
Beladingsherkenning is ac-tief.
▶ Geen fout, geen handeling noodza-kelijk.
Aanwijzing De beladingsherkenningkan tot wel 2 minuten duren.
Sterke schuimvorming. Wasmiddeldosering is tehoog.
▶ Directe maatregel: meng een eetle-pel wasverzachter met 0,5 l wateren giet dit mengsel in het comparti-ment voor handmatige dosering(niet bij outdoor-, sportswear- endonstextiel).
▶ Wanneer de intelligente doseringgeactiveerd is, reduceer dan de "ba-sisdoseerhoeveelheid"→ Pagina 43.
▶ Reduceer, wanneer u handmatigdoseert, bij de volgende wasbeurtmet gelijke belading de hoeveel-heid wasmiddel.
i-Dos i-Dos kan nietworden ingedrukt
Intelligent doseren voor ditprogramma niet mogelijk.
▶ Geen fout - geen handeling noodza-kelijk.
Programmavoortgang laatintelligent doseren niet toe.
Geen oplossing mogelijk.
Storingen verhelpen nl
59
GeluidenStoring Oorzaak Verhelpen van storingenBruisend, sissend geluid. Water wordt onder druk in
de wasmiddellade gespoeld.▶ Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
Lang, brommend geluid vooraanvang van de was- of was-verzachtingscyclus.
Intelligent doseersysteemdoseert wasmiddel of verzor-gingsmiddel.
▶ Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
Kort, zoemend geluid na hetinschakelen van het appa-raat.
Intelligent doseersysteemvoert een functietest uit.
▶ Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
Luid geluid tijdens het centri-fugeren.
Het apparaat is niet goed ho-rizontaal gesteld.
▶ Stellen van het apparaat
Apparaatvoeten zijn niet ge-fixeerd.
▶ Zet de apparaatvoeten vast. Stellenvan het apparaat
Transportbeveiligingen zijnniet verwijderd.
▶ Transportbeveiligingen verwijderen
Geklapper, gerammel in depomp.
Er is een vreemd voorwerpin de pomp gekomen.
▶ → "Afvoerpomp reinigen",Pagina 47
Slurpend, ritmisch zuigge-luid.
Pomp is actief, het sopwordt afgepompt.
▶ Geen fout - normaal bedrijfsgeluid.
Probleem resultaatStoring Oorzaak Verhelpen van storingenKreukvorming. Centrifugetoerental is te
hoog.▶ Stel bij de volgende wasbeurt een
lager centrifugetoerental in.
De beladingshoeveelheid iste hoog.
▶ Reduceer bij de volgende wasbeurtde beladingshoeveelheid.
Voor de textielsoort is hetverkeerde programma geko-zen.
▶ Kies een geschikt programma voorde textielsoort. → "Programma's", Pagina 28
Centrifugeresultaat is nietnaar tevredenheid. Het was-goed is te nat / te vochtig.
Laag centrifugetoerental isingesteld.
▶ Stel bij de volgende wasbeurt eenhoger centrifugetoerental in.
▶ Start het programma Centrifuge-ren.
is geactiveerd. ▶ Kies een geschikt programma voorde textielsoort. → "Programma's", Pagina 28
nl Storingen verhelpen
60
Storing Oorzaak Verhelpen van storingenCentrifugeresultaat is nietnaar tevredenheid. Het was-goed is te nat / te vochtig.
Het onbalansherkennings-systeem heeft het centrifu-geren afgebroken wegensongelijkmatige verdeling vanhet wasgoed.
▶ Verdeel het wasgoed opnieuw in detrommel.
Aanwijzing Leg zo mogelijk grote enkleine stukken wasgoed samen in detrommel. Wasgoed met verschillendegrootte verdeelt zich beter bij het cen-trifugeren.▶ Start het programma Centrifuge-
ren.
Resten wasmiddel op hetvochtige wasgoed.
Wasmiddelen kunnen in wa-ter onoplosbare stoffen be-vatten, welke zich op hetwasgoed afzetten.
▶ Start het programma Spoelen.
Ongeschikt wasmiddel in hetdoseerreservoir van het in-telligente doseersysteem ge-daan.
1. Controleer of het gebruikte wasmid-del geschikt is. → "Wasmiddel en wasverzorgings-middel", Pagina 37
2. Leeg de doseerreservoirs. → "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
3. Reinig de doseerreservoirs.4. Vul de doseerreservoirs opnieuw.
→ "Doseerbakje vullen", Pagina 42
Basisdoseerhoeveelheid nietcorrect ingesteld.
▶ Wanneer de intelligente doseringgeactiveerd is, reduceer dan de "ba-sisdoseerhoeveelheid"→ Pagina 43.
Wasmiddelresten op het dro-ge wasgoed.
Wasmiddelen kunnen in wa-ter onoplosbare stoffen be-vatten, welke zich op hetwasgoed afzetten.
▶ Borstel het wasgoed na het wassenen drogen uit.
Ongeschikt wasmiddel in hetdoseerreservoir van het in-telligente doseersysteem ge-daan.
1. Controleer of het gebruikte wasmid-del geschikt is. → "Wasmiddel en wasverzorgings-middel", Pagina 37
2. Leeg de doseerreservoirs. → "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
3. Reinig de doseerreservoirs.4. Vul de doseerreservoirs opnieuw.
→ "Doseerbakje vullen", Pagina 42
Storingen verhelpen nl
61
Storing Oorzaak Verhelpen van storingenWasmiddelresten op het dro-ge wasgoed.
Basisdoseerhoeveelheid nietcorrect ingesteld.
▶ Wanneer de intelligente doseringgeactiveerd is, reduceer dan de "ba-sisdoseerhoeveelheid"→ Pagina 43.
Onvoldoende reinigendewerking.
Basisdoseerhoeveelheid nietcorrect ingesteld.
▶ Als de intelligente dosering geacti-veerd is, stelt u de "basisdoseerhoe-veelheid " → Pagina 43correct in.
Wasmiddel of verzorgings-middel in doseerreservoirsvan het intelligente doseer-systeem is ingedikt.
1. Controleer of het gebruikte wasmid-del geschikt is. → "Wasmiddel en wasverzorgings-middel", Pagina 37
2. Leeg de doseerreservoirs. → "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
3. Reinig de doseerreservoirs.4. Vul de doseerreservoirs opnieuw.
→ "Doseerbakje vullen", Pagina 42
Ongeschikt wasmiddel in hetdoseerreservoir van het in-telligente doseersysteem ge-daan.
1. Controleer of het gebruikte wasmid-del geschikt is. → "Wasmiddel en wasverzorgings-middel", Pagina 37
2. Leeg de doseerreservoirs. → "Schoonmaken van de wasmid-dellade", Pagina 45
3. Reinig de doseerreservoirs.4. Vul de doseerreservoirs opnieuw.
→ "Doseerbakje vullen", Pagina 42
OndichtheidStoring Oorzaak Verhelpen van storingenBij de watertoevoerslanglekt water.
De watertoevoerslang is nietcorrect / vast aangesloten.
1. Sluit de watertoevoerslang correctaan. Watertoevoerslang aansluiten
2. Draai de koppeling goed aan.
Er lekt water bij de wateraf-voerslang.
Waterafvoerslang is bescha-digd.
▶ Vervang de beschadigde wateraf-voerslang.
Waterafvoerslang is niet cor-rect aangesloten.
▶ Sluit de waterafvoerslang correctaan. Aansluitsoorten waterafvoer
nl Storingen verhelpen
62
GeurtjesStoring Oorzaak Verhelpen van storingenIn het apparaat is geurvor-ming opgetreden.
Vochtigheid en wasmiddel-resten kunnen de bacterie-groei stimuleren.
▶ → "Trommel reinigen", Pagina 45
▶ Als u het apparaat niet gebruikt,laat dan de deur en wasmiddelladeopen zodat het restwater kan op-drogen.
Transporteren, opslaan en afvoeren nl
63
NoodontgrendelingOm het wasgoed bijv. bij een stroom-storing uit het apparaat te halen, kuntu de deur handmatig ontgrendelen.
Deur ontgrendelenVoorwaarde: "De afvoerpomp isleeg." → Pagina 471. LET OP! Wegstromend water kan
tot materiële schade leiden.▶ Open de deur niet als er water
achter het glas te zien is.De noodontgrendeling met behulpvan gereedschap naar onderentrekken en loslaten.
a Het deurslot is ontgrendeld.2. De serviceklep plaatsen en vast-
klikken.3. De serviceklep sluiten.
Transporteren, opslaan en afvoeren
Transporteren, opslaanen afvoerenTransporteren, opslaan en afvoeren
Hier krijgt u uitleg over de manierwaarop u het apparaat voorbereidtvoor transport en opslag. Daarnaastleggen we u uit hoe u oude appara-ten dient af te voeren.
Apparaat demonteren1. De waterkraan sluiten.
2. De → "Watertoevoerslang legen",Pagina 50.
3. Het apparaat uitschakelen.4. De stekker van het apparaat uit het
stopcontact halen.5. Resterend sop laten weglopen.
→ "Afvoerpomp reinigen",Pagina 47
6. De slangen demonteren.7. De doseerreservoirs legen.
Transportbeveiligingen plaat-senZeker het apparaat voor transportmet de transportbeveiligingen omschade te vermijden.1. Verwijder de 4 afdekkapjes.
‒ Gebruik indien nodig eenschroevendraaier voor het ver-wijderen van de afdekkapjes.
Bewaar de afdekkapjes.2. Plaats de 4 hulzen.
nl Transporteren, opslaan en afvoeren
64
3. Plaats alle bouten van de 4 trans-portborgingen en draai deze ietsaan.
4. Plaats de stroomkabel in de hou-der en draai alle 4 de boutenvan de transportborgingen meteen steeksleutel SW13 vast .
5. Plaats de slang in de houder.
Apparaat opnieuw in gebruiknemen1. De transportborgingen verwijderen.2. Ca. 1 liter water in het comparti-
ment voor handmatige dosering inde wasmiddellade doen.
3. Start het programma Afpompen.a Het wasmiddel stroomt dan bij de
eerstvolgende wasbeurt niet onge-bruikt in de afvoer.
Afvoeren van uw oude appa-raatDoor een milieuvriendelijke afvoerkunnen waardevolle grondstoffen op-nieuw worden gebruikt.
WAARSCHUWINGGezondheidsrisico!Kinderen kunnen zich in het apparaatopsluiten en in levensgevaar gera-ken.▶ Het apparaat niet opstellen achter
een deur die het openen van deapparaatdeur blokkeert of verhin-dert.
▶ Bij afgedankte apparaten de stek-ker van het netsnoer uit het stop-contact halen, daarna het netsnoerdoorknippen en het slot van de ap-paraatdeur dusdanig beschadigen,dat de apparaatdeur niet langersluit.
Servicedienst nl
65
1. De stekker van het netsnoer uit hetstopcontact trekken.
2. Het netsnoer doorknippen.3. Het apparaat milieuvriendelijk af-
voeren.
Dit apparaat is gekenmerkt inovereenstemming met de Euro-pese richtlijn 2012/19/EU be-treffende afgedankte elektri-sche en elektronische appara-tuur (waste electrical and elec-tronic equipment - WEEE).De richtlijn geeft het kader aanvoor de in de EU geldige terug-neming en verwerking van oudeapparaten.
Servicedienst
ServicedienstServicedienst
Als u vragen hebt over het gebruik,een storing aan het apparaat niet zelfkunt verhelpen of als het apparaatmoet worden gerepareerd, neem dancontact op met onze servicedienst.Veel problemen kunt u via de infor-matie voor het verhelpen van storin-gen in deze gebruiksaanwijzing of oponze website zelf verhelpen. Als ditniet het geval is, neem dan contactop met onze servicedienst.We vinden altijd een passende oplos-sing en proberen onnodig bezoekvan de servicetechnicus te vermijden.We zorgen ervoor dat het apparaatzowel binnen de garantieperiode alsna het verstrijken van de fabrieksga-rantie met originele reserveonderde-len door geschoolde servicetechniciwordt gerepareerd.Om veiligheidsredenen mag alleengeschoold vakpersoneel reparatiesaan het apparaat uitvoeren. De ga-rantieclaim vervalt indien reparatiesof ingrepen worden uitgevoerd doorpersonen die daartoe niet door onszijn gemachtigd, dan wel indien onze
apparaten worden voorzien van ver-vangende onderdelen, aanvullendeonderdelen of accessoires die geenoriginele onderdelen zijn en daardooreen defect wordt veroorzaakt.Originele vervangende onderdelendie relevant zijn voor de werking inovereenstemming met de desbetref-fende Ecodesign-verordening kunt uvoor de duur van ten minste 10 jaarvanaf het moment van in de handelbrengen van het apparaat binnen deEuropese Economische Ruimte bijonze servicedienst verkrijgen.Aanwijzing Het inschakelen van deservicedienst in het kader van de fa-brieksgarantievoorwaarden is gratis.Gedetailleerde informatie over de ga-rantieperiode en garantievoorwaar-den in uw land kunt u opvragen bijonze servicedienst, uw dealer of oponze website.Als u contact opneemt met de servi-cedienst, hebt u het productnummer(E-Nr.) en het productienummer (FD)van het apparaat nodig.De contactgegevens van de service-dienst vindt u in de meegeleverdeservicedienstlijst of op onze website.
Productnummer (E-nr.) enproductienummer (FD)Het productnummer (E-Nr.) en hetproductienummer (FD) vindt u op hettypeplaatje van het apparaat.Het typeplaatje bevindt zich afhankelijkvan het model:¡ aan de binnenkant van de deur.¡ aan de binnenkant van de onder-
houdsklep.¡ aan de achterkant van het appa-
raat.Om uw apparaatgegevens en de ser-vicedienst-telefoonnummers snel te-rug te kunnen vinden, kunt u de ge-gevens noteren.
nl Verbruikswaarden
66
Verbruikswaarden
VerbruikswaardenVerbruikswaarden
De volgende informatie wordt conform deEU-Ecodesign-verordening gegeven.De opgegeven waarden voor andere programma's als Eco 40-60 zijn slechtsrichtwaarden en werden in aansluiting op de geldende norm EN60456 be-paald. De automatische doseringsfunctie werd voor dit doeleinde gedeacti-veerd. Aanwijzingen m.b.t. de vergelijkende test: deactiveer de automatische doseer-functie, tenzij deze functie het voorwerp is van de test.
Programma Bela-ding(kg)
Program-maduur(h:min)1
Energie-verbruik(kWh/cyclus)1
Water-verbruik(l/cyclus)1
Maxima-le tempe-ratuur(°C) 5min1
Centrifu-getoe-rental (t/min)1
Rest-vocht-gehalte(%)1
Eco 40-602 9,0 3:37 1,250 61,0 50 1400 50Eco 40-602 4,5 2:52 0,610 45,0 36 1400 50Eco 40-602 2,5 2:30 0,180 30,0 24 1400 54Katoen 20 °C 9,0 3:28 0,370 90,0 23 1400 52Katoen 40 °C 9,0 3:28 1,350 90,0 45 1400 52Katoen 60 °C 9,0 3:28 1,450 90,0 55 1400 52Katoen 40 °C + 9,0 3:58 1,400 102,0 45 1400 52
Kreukherstel-lend 40 °C
4,0 2:28 0,780 61,0 44 1200 27
Snel + Mix 40 °C 4,0 0:59 0,620 44,0 41 1400 53 Wol 30 °C 2,0 0:40 0,200 40,0 22 800 25
1 De werkelijke waarden kunnen door de invloed van waterdruk, hardheid en inlaattemperatuur,omgevingstemperatuur, soort, hoeveelheid en vervuiling van het wasgoed, gebruikt reinigingsmid-del, schommelingen van de stroomvoorziening en geselecteerde bijkomende functies van de op-gegeven waarden afwijken.
2 Testprogramma conform de EU-Ecodesignverordening en de EU-energielabelverordening metkoud water (15°C).
Technische gegevens
Technische gegevensTechnische gegevens
Cijfers en feiten over het apparaatvindt u hier.
Apparaathoogte 85,0 cmApparaatbreedte 59,8 cm1 Afhankelijk van de apparaatuitvoering
Apparaatdiepte 59,0 cmGewicht 80 kg1
Maximale belading 9 kgnetspanning 220 - 240 V, 50 Hz
Minimale installa-tiezekering
10 A
1 Afhankelijk van de apparaatuitvoering
Technische gegevens nl
67
Nominaal vermogen 2300 WOpgenomen vermo-gen
¡ Uit-toestand:0,10 W
¡ Niet-uitgeschakel-de toestand:0,50 W
Waterdruk ¡ Minimaal: 100 kPa(1 bar)
¡ Maximaal:1000 kPa (10 bar)
Lengte van de water-toevoerslang
150 cm
Lengte van de water-afvoerslang
150 cm
Lengte van de netaan-sluitkabel
160 cm
Maximale afpomp-hoogte
100 cm
1 Afhankelijk van de apparaatuitvoering
Overige informatie over uw modelvindt u op het internet onder https://energylabel.bsh-group.com1. Dit we-badres bevat een link naar de officië-le EU-productdatabase EPREL, waar-van de URL ten tijde van het drukkennog niet was gepubliceerd. Volg dande aanwijzingen bij het zoeken naarhet model op. De modelidentificatiebestaat uit het teken voor de slashvan het E-nummer (E-Nr.) op het ty-peplaatje. Alternatief vindt u de mo-delidentificatie ook in de eerste regelvan het EU-energielabel.
1 Geldt alleen voor landen in de Europese Economische Ruimte