31
Een uitgave van Navigators Studenten Verenigingen Werkboek met Bijbelstudies

Werkboek met Bijbelstudies - NSV druk om niet te... · 1 Te druk om niet te bidden Te druk om niet te bidden Aantal hoofdstukken: 6 Beschrijving inhoud: Dit materiaal is geschreven

Embed Size (px)

Citation preview

Een uitgave van

Navigators Studenten

Verenigingen

Werkboek met Bijbelstudies

De Navigators vormen een interkerkelijke organisatie, actief in meer dan 100 landen. Zij

willen een bijdrage leveren aan Jezus’ opdracht om ‘heen te gaan en discipelen te maken’

(Mattheüs 28:18-20). Ze doen dat door middel van persoonlijke begeleiding, conferenties,

cursussen en het uitgeven van boeken en gespreksmateriaal.

© 1994 Bill Hybels

Deze Bijbelstudies zijn gebaseerd op materiaal uit 'Too Busy Not to Pray', in 1988

geschreven door Bill Hybels en in het Nederlands verschenen onder de titel ‘Te druk om niet

te bidden’ (Gideon, Hoornaar). Oorspronkelijk zijn deze studies in het Engels uitgegeven

onder de titel: 'Too Busy Not to Pray, 6 studies for individuals or groups', door InterVarsity

Press, P.O. Box 1400, Downers Grove, Illinois 60515, USA.

Alle rechten voorbehouden.

© Nederlandse uitgave: Internationale Bijbelbond, Culemborg 1996.

Vertaling: Zwany Kamerman-Bos.

Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen worden in een archief of in

enigerlei andere vorm of op enigerlei wijze openbaar gemaakt worden, hetzij elektronisch,

mechanisch, door fotokopie, geluidsband of op enig andere manier, zonder voorafgaande

toestemming van de Internationale Bijbelbond.

Alle Bijbelgedeelten zijn, tenzij anders aangegeven, met toestemming overgenomen uit de

Nieuwe Vertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap, 1951.

1e druk: 1996

2e druk: 1998

Hernieuwde uitgave voor gebruik binnen NSV (met toestemming van Internationale Bijbelbond): 2009

Te druk om niet te bidden 1

Te druk om niet te bidden

Aantal hoofdstukken:

6

Beschrijving inhoud:

Dit materiaal is geschreven n.a.v. het gelijknamige boek van Bill Hybels wat een

internationale bestseller is. Het boek daagt je uit om je gebedsleven (en daarmee je intimiteit

met God) nieuwe impulsen te geven. Het boek is makkelijk leesbaar en is daarmee een

ontspannen voorbereiding op de kringavond tezamen met de Bijbelstudie.

Het bijbelstudiemateriaal is ook goed te gebruiken zonder het boek van Bill Hybels. Het

materiaal gaat niet over het boek (hoewel thema’s overeenkomen).

Elk hoofdstuk heeft een duidelijk doel en behandelt weer een ander aspect van gebed n.a.v.

1 centraal bijbelgedeelte. Het boek dient hierbij als achtergrondinformatie.

Methode:

Elk hoofdstuk behandelt een bepaald aspect van gebed. Je bestudeert dit onderwerp aan de

hand van 1 bijbelgedeelte. Er staan goede vragen in het materiaal die je helpen het

betreffende bijbelgedeelte te observeren en te interpreteren.

Het krachtige aan het materiaal is dat het je stimuleert om e.e.a. toe te passen in je eigen

leven. Zo ga je ook daadwerkelijk met je gebedsleven aan de slag!

Verwachtingen t.a.v. voorbereiden:

Om dit materiaal goed tot zijn recht te laten komen is voorbereiding thuis noodzakelijk.

Reken hier een uur voor (=exclusief lezen van het hoofdstukken uit het boek).

Specifieke aandachtspunten m.b.t. dit materiaal:

De valkuil van dit materiaal is dat je gaat discussiëren over wat de auteur schrijft in zijn boek

i.p.v. dat je bespreekt wat er in de bijbel staat en het toepast op jezelf.

Doelgroep:

Het materiaal gaat ervan uit dat je er voor hebt gekozen om een leven samen met Jezus te

leven en dat je gemotiveerd bent om te groeien in vertrouwelijke omgang met God.

Te druk om niet te bidden 2

INHOUDSOPGAVE

Tips voor het gebruik van deze Bijbelstudie

Suggesties voor het leiden van een Bijbelkring

Memorisatie

Inleiding: Neem eens rust om bij God te zijn

1. Oprecht bidden Nehemia 1:5-11a

2. Een voorbeeldgebed Lucas 1:5-11a

3. Hij die bergen verzet Lucas 11:1-10

4. Gas terugnemen om te bidden Psalm 131

5. Afstemmen op de stem van God Lucas 10:38-42

6. Leven in Gods aanwezigheid Johannes 15:1-8

Te druk om niet te bidden 3

TIPS VOOR HET GEBRUIK VAN DEZE BIJBELSTUDIE

Waar gaat het om in ons geloof? Christus kennen, de Bijbel begrijpen, Jezus volgen in alle

aspecten van ons leven, leren hoe we kunnen bidden wanneer we een druk leven leiden,

begrijpen hoe we vanuit ons geloof kunnen leven op ons werk, ervaren wat echte aanbidding

is, een christelijk karakter ontwikkelen en prioriteiten stellen die een christen waardig zijn.

Dat zijn de onderwerpen die aan de orde komen in deze serie Bijbelstudies. Ze zijn erop

gericht u te helpen volwassen te worden in uw geloof.

Hoe werken deze studies?

In deze studies staat niet hoe de schrijver ergens over denkt. Nee, de zogenaamde

inductieve studiemethode wordt gebruikt om u te helpen ontdekken wat de Bijbel zegt. In

elke studie wordt een bepaald gedeelte behandeld - er wordt niet hier en daar naar een vers

gekeken. Op die manier kunt u zich verdiepen in wat de schrijver van dat gedeelte wil

zeggen en in welke context hij dat zegt.

Er worden in deze studies drie verschillende soorten vragen gesteld. Observatievragen zijn

erop gericht de inhoud van een gedeelte te begrijpen. Dit zijn de vragen: wie, wat, waar,

wanneer en hoe. Interpretatievragen zijn bedoeld om de betekenis van het gedeelte uit te

diepen. Toepassingsvragen helpen u te ontdekken wat het gedeelte betekent voor uw groei

in Christus. Met deze drie sleutels kunt u de deur openen die toegang geeft tot de Bijbelse

schatten, en gaan leven naar wat u leest. Deze studies zullen aanzetten tot nadenken.

Op elke vraag kunnen meerdere antwoorden gegeven worden. Vooral op de vragen naar de

betekenis en de toepassing is geen eenduidig, 'goed' antwoord te geven. De vragen zijn juist

bedoeld om de lezer ertoe aan te zetten om het gedeelte diepgaand te bestuderen.

Deze handleiding is flexibel. U kunt haar voor uzelf gebruiken, maar ook in groepen. Te

denken valt aan studentengroepen, groepen van mensen met hetzelfde beroep,

buurtgroepen of groepen in de gemeente. Elke Bijbelstudie hoeft niet meer tijd in beslag te

nemen dan drie kwartier voor een groep of een half uur bij persoonlijke studie - tenzij u er

natuurlijk voor kiest meer tijd te nemen.

De opbouw van de studies

Elke studie bestaat uit vier onderdelen. Eerst is er een inleidend gedeelte met enkele

inleidende vragen, waardoor u alvast bekend raakt met het onderwerp. Dan volgt het

Bijbelgedeelte, met vragen die uitnodigen tot bestudering van de gelezen verzen. Daarna

volgen enige toepassingsvragen over het geleerde. En er wordt besloten met suggesties

voor het gebed.

De Bijbelstudies zijn opgezet als werkboek. Er is ruimte om de antwoorden op te schrijven.

Dit is ideaal voor persoonlijke studie en het stelt groepsleden in staat zich voor te bereiden

op het gesprek met elkaar. Zo kunt u bijhouden wat u denkt en terugkijken op uw geestelijke

groei.

Er is een aparte brochure verkrijgbaar met suggesties voor het leiden van een groep volgens

deze methode. Deze suggesties laten zien hoe een groepsgesprek kan worden geleid,

verschaffen meer achtergrondinformatie over bepaalde vragen, geven handige tips voor een

levendige discussie en advies over het oplossen van problemen die tijdens het gesprek

kunnen ontstaan. Met deze hulp kan iemand die weinig ervaring heeft tòch goed een

Bijbelstudie leiden. Maar u kunt de suggesties ook persoonlijk gebruiken. Ze geven niet 'de

goede antwoorden'; ze geven achtergrondinformatie bij sommige vragen. Hierdoor kunt u

gemakkelijker door moeilijke gedeelten heen komen.

Ideeën voor persoonlijke studie

1. Het kan goed zijn eerst het gedeelte te lezen dat aan het eind van de studie genoemd

staat bij U kunt hierbij lezen:.

2. Lees de inleiding. Denk na over de inleidende vragen en schrijf uw antwoorden op.

3. Bid voorafgaand aan de aangegeven studie dat God vanuit het Bijbelgedeelte tot u zal

spreken over dit specifieke onderwerp.

Te druk om niet te bidden 4

4. Lees het afgedrukte gedeelte uit de Bijbel om uzelf vertrouwd te maken met wat de

schrijver zegt. U kunt zinnen onderstrepen waarvan u denkt dat ze belangrijk zijn. Schrijf

vragen die bij u opkomen in de kantlijn.

5. Gebruik de vragen onder het Bijbelgedeelte om het stuk beter te bestuderen. Schrijf de

antwoorden in de daarvoor bestemde ruimte. Wanneer u uw eigen commentaar hebt

opgeschreven kunt u eventueel de bijbehorende _suggesties voor het leiden van een kring

met deze studies_ lezen, om meer kennis op te doen.

6. Herlees het hele Bijbelgedeelte, schrijf op welke algemene principes erin beschreven

worden en hoe u die denkt te gaan toepassen.

7. Ga verder met het gedeelte van de toepassingsvragen. Neem tijd om te bidden en denk

daarbij vooral aan wat het Bijbelgedeelte specifiek voor uw leven betekent.

8. Lees de suggestie voor het bidden. Spreek met God over wat u hebt geleerd. Vertel Hem

waarin u graag wilt groeien. Vraag Hem u te helpen wanneer u de principes uit het gelezen

Bijbelgedeelte gaat toepassen in uw leven.

Ideeën voor de leden van de groep

Deelnemen aan een Bijbelstudiegroep kan een heel goed middel zijn om geestelijk te

groeien. Hieronder staan enkele aanwijzingen die u kunt gebruiken wanneer u gaat

deelnemen aan de studies.

1. In de studies staat steeds één gedeelte centraal. Dat gedeelte wordt diepgaand bestu-

deerd. Verwijs liever niet zelf naar andere gedeelten, maar laat dat aan de leider over.

Natuurlijk vormt de inhoud van de Bijbel een eenheid. Er zijn echter andere Bijbelstudies die

juist meer op dit punt ingaan. Onze studies volgen de inductieve methode, waarbij één

gedeelte diepgaand bestudeerd wordt.

2. Deze studies willen u stimuleren om te praten. De vragen zijn erop gericht een gesprek op

gang te brengen over een Bijbelgedeelte, om zo de inhoud, de betekenis en de toepassing

ervan beter te gaan begrijpen. Er zullen mensen in de groep zijn die van nature liever praten

en mensen die van nature liever luisteren. Deze studies komen echter het best tot hun recht

wanneer iedereen ongeveer evenveel praat als luistert. Probeer het gesprek zo te laten

verlopen dat niet sommigen zeer veel praten en anderen heel erg stil zijn. Door dat te

voorkomen, zal iedereen in de groep iets van de studie leren.

3. Op de meeste vragen zijn meerdere antwoorden mogelijk. Wanneer u het niet eens bent

met wat iemand zegt, zeg dat dan vriendelijk. Daarna kunt u uw eigen mening geven over

het Bijbelgedeelte.

4. Wanneer u gevraagd wordt een discussie te leiden, doe dat dan. Veel van het

voorbereidende werk is al gedaan bij het schrijven van dit boekje.

5. Respecteer het privéleven van de leden van de groep. Veel mensen vertellen tijdens een

Bijbelstudie dingen, waarvan ze niet willen dat iedereen die te weten komt. Ga ervan uit dat

alle persoonlijke dingen die in de groep gezegd worden privé zijn, tenzij dat uitdrukkelijk

tegengesproken is. Spreek er in elk geval niet met derden over.

6. Wij raden aan de volgende richtlijnen aan te houden voor de bijeenkomsten. Lees deze

richtlijnen vóór tijdens de eerste bijeenkomst. U kunt ze natuurlijk aan de situatie aanpassen

als u dat wenst. De richtlijnen zijn:

a) Alles wat hier gezegd wordt, is vertrouwelijk en zal niet buiten de groep besproken

worden, tenzij daarvoor toestemming is gegeven.

b) We zullen elkaar de ruimte geven iets te zeggen.

c) We zullen over onszelf en onze eigen situatie spreken. We zullen niet over anderen

praten.

d) We zullen aandachtig naar elkaar luisteren.

e) We zullen voor elkaar bidden.

7. Geniet van deze studies. Wees bereid te groeien. God zegene u.

Te druk om niet te bidden 5

SUGGESTIES VOOR HET LEIDEN VAN EEN KRING

Het leiden van een Bijbelgespreksgroep kan een plezierige ervaring zijn die de moeite waard

is. Maar het kan ook zijn dat u ertegen opziet, zeker als u het nog nooit eerder hebt gedaan.

Als u zich zo voelt, bent u in goed gezelschap.

Toen God aan Mozes vroeg om de Israëlieten uit de slavernij van Egypte te leiden,

antwoordde hij: 'Och Here, zend toch iemand anders' (Ex. 4:13). Maar God gaf Mozes de

(menselijke en goddelijke) hulp die hij nodig had om een krachtig leider te zijn.

Het leiden van een Bijbelgespreksgroep is niet moeilijk als u bepaalde richtlijnen volgt. U

hoeft geen ervaren leraar te zijn of een expert op het gebied van de Bijbel. De aanwijzingen

die hieronder staan, kunnen u helpen om effectief en met plezier uw rol als leider te

vervullen.

De voorbereiding

1. Vraag of God u helpt het Bijbelgedeelte te begrijpen en in uw eigen leven toe te passen.

Als u dit niet doet, zult u niet voorbereid zijn om anderen leiding te geven. Bid voor de

kringleden. Vraag of God u een plezierige en vruchtbare tijd wil geven wanneer u samen zijn

Woord bestudeert.

2. Lees de inleiding van het studieboekje om overzicht te krijgen over het onderwerp en over

de komende studies.

3. Wees voorbereid op de 'Inleidende vragen' door er een persoonlijke ervaring bij te

vertellen of een ander voorbeeld te geven. De groep zal zich niet kwetsbaarder en opener

opstellen dan de leider.

4. Als u de Bijbelstudie gaat voorbereiden, is het belangrijk het aangegeven Bijbelgedeelte

te lezen en te herlezen. Zo maakt u zich vertrouwd met het betreffende gedeelte. Zoek het

eens op in de Bijbel; het is zinvol de verzen in hun context te lezen.

5. Het Bijbelstudieboekje is gebaseerd op de Nieuwe Vertaling van het Nederlands

Bijbelgenootschap (NBG, 1951). Het zal u en uw groep helpen als u deze vertaling gebruikt

als basis voor uw studie en gesprek. Vraag de anderen deze vertaling ook te gebruiken,

maar geef hun ook de vrijheid de vertaling te hanteren die ze het liefst lezen.

6. Neem elke vraag grondig door. Neem tijd voor overdenking als u uw antwoorden

formuleert.

7. Schrijf uw antwoorden in de ruimte die daarvoor in het Bijbelstudieboekje is opengelaten.

Dit zal u helpen om uw begrip van het gedeelte duidelijk onder woorden te brengen.

8. Het kan nuttig zijn een Bijbels woordenboek bij de hand te houden. Daarin kunt u dan

onbekende woorden, namen of plaatsen opzoeken.

9. Als u klaar bent met het maken van uw eigen studie over het Bijbelgedeelte, lees dan de

aantekeningen voor de leider door, behorend bij de desbetreffende studie. Deze zijn

gemaakt om u op verschillende manieren te helpen. Ten eerste wordt u duidelijk welk doel

de schrijver van de Bijbelstudie voor ogen had, toen hij de studie schreef. Neem tijd om

erover na te denken hoe de studievragen meehelpen dat doel te bereiken. Ten tweede

geven de aantekeningen u achtergrondinformatie bij sommige vragen. Deze informatie kan

helpen als mensen moeite hebben met het begrijpen of beantwoorden van een vraag. Ten

derde kunnen de aantekeningen u wijzen op mogelijke problemen die u kunt tegenkomen

tijdens de Bijbelstudie.

10. Neem de laatste vraag van de studie (een toepassingsvraag) en de opmerkingen onder

'Toepassing' serieus. Denk na over wat het geleerde voor uw leven kan betekenen, wat u

zou moeten veranderen in uw manier van leven en/of wat u in uw gemeente of met

bekenden kunt gaan doen. Bedenk dat de groep u zal volgen in de manier waarop u zelf op

de studies reageert.

Te druk om niet te bidden 6

Het leiden van de Bijbelstudie

1. Zorg dat elk lid van uw groep een studieboekje en een Bijbel heeft. Moedig uw groep aan

het gesprek met elkaar voor te bereiden door de inleiding van tevoren te lezen en de vragen

alvast te beantwoorden.

2. Leg de eerste keer dat u bij elkaar komt uit dat het bij deze Bijbelstudies om het gesprek

met elkaar gaat en dat u geen lezing houdt. Probeer de groepsleden zoveel mogelijk te laten

deelnemen aan het gesprek, maar zet degenen die de eerste keren aarzelen om mee te

praten, niet onder druk.

3. Begin de Bijbelstudie op tijd. Open met gebed. Vraag God of Hij u wil helpen dit gedeelte

te begrijpen en toe te passen.

4. Lees gezamenlijk de inleiding aan het begin van het gesprek. Dit helpt uw groep zich te

concentreren op het Bijbelgedeelte.

5. Elke studie begint met één of meer 'open vragen' onder het kopje 'Inleidende vragen'.

Deze vragen moeten gesteld worden voordat men het Bijbelgedeelte leest. Deze vragen zijn

om verschillende redenen belangrijk.

Ten eerste helpen ze uw groep op gang te komen. Hoe goed de leden van uw groep elkaar

ook kennen of hoe vertrouwd ze ook met elkaar omgaan, er is altijd een zekere stroefheid

die doorbroken moet worden, voordat mensen open met elkaar zullen gaan praten. Een

goede vraag zal het ijs breken.

Ten tweede helpen de inleidende vragen de mensen om in dezelfde lijn te gaan denken als

het onderwerp van de Bijbelstudie. Bij de meeste mensen spelen allerlei gedachten door het

hoofd (het eten, een belangrijke vergadering, de reparatie van de auto), die niets met de

studie te maken hebben. Een creatieve vraag zal hun aandacht trekken en hen bij het

gesprek betrekken.

Ten derde kunnen deze open vragen laten zien waar onze gedachten of gevoelens door

Gods Woord veranderd moeten worden. Vooral daarom is het belangrijk het Bijbelgedeelte

dat besproken zal worden, niet te lezen vóórdat de inleidende vraag is gesteld. Het gedeelte

zal invloed hebben op reacties die de groepsleden anders zouden geven, omdat er natuurlijk

van hen verwacht wordt dat ze net zo denken als de Bijbel. Als ze eerlijke antwoorden geven

op verschillende zaken vóór dat ze weten wat de Bijbel erover zegt, kunnen ze zien waar

hun gedachten of houding verandering nodig hebben.

Ten slotte, u moet er niet op rekenen dat iedereen aan het begin al onmiddellijk zal

meedoen. Sommige kringleden kijken eerst even de kat uit de boom. Zorg ervoor dat uw

inleidend praatje niet te lang is, zodat u zo snel mogelijk met het echte werk kunt beginnen.

6. Lees het Bijbelgedeelte hardop als u één hoofdstuk of minder bestudeert. Dit kunt u zelf

doen of u kunt het iemand anders laten doen die u van tevoren gevraagd hebt. Langere

gedeelten kunt u verdeeld over verschillende momenten tijdens de Bijbelstudie lezen. In

sommige studies worden verschillende hoofdstukken besproken. In dat geval zal het hardop

voorlezen waarschijnlijk te veel tijd kosten en is het beter dat de kringleden thuis die

gedeelten goed tot zich laten doordringen.

7. Houd het volgende in gedachten als u de vragen uit het Bijbelstudieboekje gaat stellen.

Ten eerste kunt u de vragen het beste zó stellen als ze geschreven zijn. U kunt ze hardop

voorlezen of ze in uw eigen woorden weergeven. Maar het kiezen van andere bewoordingen

is niet echt nodig.

Ten tweede zijn de vragen bedoeld om uw groep te leiden tot het begrijpen en toepassen

van de hoofdgedachte in het gedeelte. De schrijver van de Bijbelstudie heeft zijn visie op

deze hoofdgedachte omschreven in het doel van de studie, dat staat in deze handleiding

voor kringleiders. Probeer te begrijpen wat de hoofdgedachte is en hoe de studievragen uw

groep in die richting leiden.

Er kunnen momenten zijn dat het goed is van het Bijbelstudieboekje af te wijken.

Bijvoorbeeld als een vraag al beantwoord is. Ga in dat geval door naar de volgende vraag.

Of iemand stelt misschien een belangrijke vraag die niet in het boekje staat. Neem de tijd

om erover te praten! Wees tactvol. Er zijn veel wegen mogelijk om het doel van de studie te

bereiken. Maar de gemakkelijkste route is meestal door de schrijver aangegeven.

Te druk om niet te bidden 7

8. Probeer te vermijden dat u uw eigen vragen beantwoordt. Herhaal de vragen zonodig, of

stel ze in andere bewoordingen tot ze duidelijk begrepen worden. Zelfs een enthousiaste

groep zal al snel passief en stil worden als iedereen denkt dat de leider de goede

antwoorden wel zal geven.

9. Wees niet bang voor een stilte. Mensen hebben soms tijd nodig om over een vraag na te

denken, voor ze hun antwoorden formuleren.

10. Wees niet tevreden met slechts één antwoord. Vraag: 'Wat denken jullie?' Of: 'Is er nog

iets?', totdat verschillende mensen antwoord hebben gegeven op de vraag.

11. Reageer op alles wat gezegd wordt. Probeer zoveel mogelijk te ondersteunen wat men

zegt en wijs geen enkel antwoord af. Als het duidelijk fout is, vraag dan: 'Aan de hand van

welk vers ben je tot die conclusie gekomen?' Of: 'Hoe denken jullie daarover?'

12. Verwacht niet dat elk antwoord tot u gericht is, ook al zal dit aanvankelijk wel gebeuren.

Als groepsleden zich meer op hun gemak voelen, gaan ze echt op elkaar inspelen; dit wijst

op een gezonde discussie.

13. Wees niet bang voor verschil van mening; het kan juist erg stimulerend werken. Wees

niet gefrustreerd als u niet helemaal uit een bepaald onderwerp komt. Ga verder en onthoud

het voor later. Misschien lost het probleem zich in een volgende studie vanzelf op.

14. Vat zo nu en dan samen wat uw groep heeft gezegd over het gedeelte. Dit helpt om de

weergegeven meningen samen te voegen en het bevordert de continuïteit van de studie.

Maar geen gepreek!

15. Sla de toepassingsvragen aan het eind van het studiegedeelte niet over. Het is

belangrijk de boodschap van het Bijbelgedeelte praktisch op onszelf toe te passen. Wees

zonodig bereid het gesprek te openen door te vertellen wat de studie voor uzelf betekent.

Afhankelijk van de samenstelling van uw groep en de hoeveelheid tijd die u met elkaar hebt

doorgebracht, kunt u de vragen onder Toepassing samen behandelen. Wanneer u dat niet

gaat doen, kunt u uw groep de vragen in stilte laten overdenken. Moedig de leden aan zich

specifiek iets voor te nemen en dat in de studiegids op te schrijven. Vraag de volgende week

hoe het hun vergaan is.

16. Misschien kunt u uw tijd samen afsluiten met een groepsgebed. Vraag Gods hulp bij het

uitvoeren van de gemaakte voornemens.

17. Eindig op tijd.

Studie 1. Oprecht bidden Nehemia 1:5-11

Doel: Een gebedsleven ontwikkelen dat afgezonderd, oprecht en gericht is.

Vraag 1. David en Pat Alexander, redactie van Eerdmans' Handbook to the Bible,

(Eerdmans, Grand Rapids, Michigan, USA 1973) schrijven: ‘Nehemia heeft de vertrouwelijke

positie van schenker van de koning aan het Perzische hof. Op dat tijdstip resideerde het hof

in Susan, de winterhoofdstad. Het is de taak van de schenker de wijn van de koning te

proeven, omdat die vergiftigd kan zijn. Hoewel Nehemia zich ver van zijn vaderland bevindt,

is hij zó bij zijn vaderland betrokken dat hij gedurende vier maanden bidt en boete doet over

de situatie’ (blz. 309).

Vraag 4. Het is gemakkelijk te belijden dat je hele volk tegen God gezondigd heeft. Het vergt

echter nederigheid om jezelf daarbij te betrekken en jezelf ook als opstandige te zien.

Nehemia besefte dat God heilig is en hij kende zijn eigen hart.

Vraag 5. Uit Nehemia 2:1-8 wordt duidelijk dat Nehemia een schema in zijn hoofd had, een

schema waarbij God betrokken was en dat zou leiden tot een poging Jeruzalem te

herbouwen. Hij moest daarvoor de heidense koning Artachsasta benaderen. Die moest hem

toestemming geven voor een sabbatstijd waarin hij naar zijn vaderland kon gaan. Dat lag

1500 km verderop - het was een riskant verzoek.

Te druk om niet te bidden 8

Vraag 6. Vers 5 is aanbidding van God. De verzen 6 t/m 9 vormen een belijdenis. De verzen

10 en 11 zijn een smeking. We zullen dit model in de volgende studie nader bestuderen.

Studie 2. Een voorbeeldgebed Lucas 11:1-10

Doel: Kennismaken met een bruikbaar model voor ons bidden.

Vraag 1. Wanneer wij mensen vragen ons iets te leren, doen we dat alleen wanneer we

ervan overtuigd zijn dat ze het zelf kunnen. De discipelen brachten veel tijd met Jezus door,

en zij zagen dat Hij oprecht en effectief bad. Zij waren, in de goede zin van het woord,

jaloers op zijn gebedsleven.

Vraag 2. De langere versie van het 'Onze Vader' in Matteüs 6:9-13 is de versie die in de

kerken het meest gebruikt wordt. De reden dat er twee versies zijn, is waarschijnlijk dat

Jezus het er bij twee verschillende gelegenheden over gehad heeft. (De bekende laatste

regel: ‘want U is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in der eeuwigheid’ komt niet

voor in de oudste handschriften van het Nieuwe Testament.) Welke versie we ook bidden,

wanneer we de woorden menen, belijden we aan God onze zonde, zwakheid en nood; we

geven uiting aan onze liefde en afhankelijkheid als kinderen van onze Vader.

Vraag 3. Aanbidding vinden we in vers 2. Belijden staat in vers 4. Dankzegging vind je in het

hele gebed terug, wanneer we erkennen dat God ons voedt, beschermt en ons vergeeft.

Smeking vinden we in de verzen 3 en 4.

Vraag 4. Michael Wilcox schrijft in The Message of Luke (InterVarsity Press, Downers

Grove, Illinois, USA 1979) over de gelijkenis van de vriend die midden in de nacht om

broden vraagt, 'dit leert ons vasthoudend te zijn in het bidden, niet omdat God anders niet

zou antwoorden, maar alsof Hij het anders niet zou doen. Met andere woorden, het gaat om

het bidden zelf, of over ons aandeel daarin. Deze gelijkenis slaat niet op Gods aandeel in het

bidden. De basis van het gebed, ofwel Gods aandeel erin, is aan de orde wanneer het gaat

over de vader, die zijn zoon uiteraard geen slang of schorpioen zal geven, wanneer de

jongen hem om een vis of een ei vraagt. Aan de ontvangstkant van ons onbeschaamde

gebed staat een Vader bij Wie we nergens op aan hoeven te dringen. Hij staat te popelen

ons het best mogelijke antwoord te geven’ (blz. 126).

Vraag 7. D.L. Bock schrijft in Gospel of Luke (opgenomen in Dictionary of Jesus and the

Gospels, redactie Joel B. Green, Scot McKnight en I. Howard Marshall - InterVarsity Press,

Downers Grove, Illinois, USA 1992): ‘Jezus is zowel ons model voor het bidden als Degene

die ons aanspoort . . . Bidden is niet eisend of dwingend; bidden is vragen, waarbij je

nederig vertrouwt op Gods wil en zijn genade. Het gebed geeft aan dat iemand zich

overgeeft aan Gods zorg en erop vertrouwt dat God in zijn dagelijkse behoeften zal

voorzien. Door te bidden gaan mensen zien dat ze, wanneer ze om vergeving bidden, erop

voorbereid moeten zijn dat ze ook anderen vergeven. Ten slotte kijkt het gebed vol

verwachting uit naar de eschatologische voleinding van het Koninkrijk van God (dat voltooid

wordt bij de terugkeer van Christus)’ (blz. 509).

Studie 3. Hij die bergen verzet Handelingen 4:23-31

Doel: Leren bidden over onze problemen, door meer naar God te kijken dan naar de

problemen.

Vraag 1. Deze gebeurtenis markeert een keerpunt in het leven van de eerste gemeente.

Voor het eerst sinds Pinksteren wordt het de christenen officieel verboden in het openbaar te

prediken. Maar in plaats van zich terug te trekken in een privé-godsdienst, kiezen de

gelovigen ervoor deze bedreiging met vrijmoedig gebed en vrijmoedige daden tegemoet te

treden.

Te druk om niet te bidden 9

Vraag 3. Het gebed gedenkt onder andere de dingen die – menselijk gesproken - fout zijn

gegaan en hoe God menselijke tegenstand overwon. De gelovigen zeggen tegen God dat zij

erop rekenen dat Hij zal blijven doen wat Hij tot dan toe had gedaan.

Vraag 4. Ze gingen niet met de armen over elkaar zitten wachten tot God iets zou doen; ze

wilden actief meedoen in het werk (vs. 29, 30). Ze deden dat door het woord van God met

vrijmoedigheid te spreken (vs. 31).

Studie 4. Gas terugnemen om te bidden Psalm 131

Doel: Beseffen dat het opbouwen van een relatie met God van ons vraagt dat we gas

terugnemen en tijd nemen.

Vraag 2. Wanneer we denken dat wij alle problemen moeten oplossen, alles draaiend en bij

elkaar moeten houden, zullen we daar altijd druk mee bezig zijn. Wanneer we trots zijn,

kunnen we de gedachte niet verdragen dat we niet onmisbaar zijn.

Vraag 4. Jane Wilde Hawking, de voormalige vrouw van de beroemde agnostische fysicus

Stephen Hawking, zei in 1988 dat haar rol er eenvoudigweg uit bestond hem te vertellen dat

hij niet God was (Sharon Begley, Why Past is Past, Newsweek, 28 december, 1992, blz. 53).

God wil dat we Hem liefhebben met ons verstand (Marc. 12:30) en Hij heeft liever dat we

ons met de grote vragen van het leven bezighouden dan met allerlei alledaagse dingen.

Maar wanneer we denken dat de mens de uiteindelijke antwoorden op al de grote vragen

kan geven, dan maken we ons schuldig aan trots en hovaardigheid. De materialistische

wetenschap en het mystieke ‘New Age’-denken gaan er beide van uit dat de mens alle

macht kan krijgen door verlicht te worden.

Vraag 5. De belangrijkste beslissing die hij genomen heeft, is dat hij, in plaats van op

zichzelf, op God gaat vertrouwen.

Studie 5. Afstemmen op de stem van God Lucas 10:38-42

Doel: Tijdens het gebed leren luisteren naar Gods stem en ook tot Hem spreken.

Vraag 4. Het lijkt alsof Maria helemaal niets doet. Wanneer we ergens ‘nee’ tegen zeggen,

om ‘ja’ te kunnen zeggen tegen het luisteren naar God, zullen sommigen ons niet begrijpen.

In onze cultuur wordt het erg gewaardeerd, als je het druk hebt en productief bent. Rustig

naar God luisteren heeft geen directe, tastbare resultaten, maar het geestelijk resultaat is

zeer groot.

Vraag 5. Let op de vriendelijke toon in het antwoord van Jezus aan Marta. Hij had haar

gastvrijheid geaccepteerd en stelde ongetwijfeld prijs op wat zij deed. Hij zei alleen dat wat

Maria deed, beter was.

Vraag 6. Wanneer we naar God luisteren, moeten we niet verlangen naar een bijzondere

openbaring of verwachten dat we een hoorbare stem verstaan. Luisteren betekent dat we stil

in zijn bijzijn zijn en aanvaarden wat Hij ons ook te zeggen heeft. Luisteren kan bijvoorbeeld

zijn: we lezen een bekend bijbelgedeelte en geven God de gelegenheid opnieuw de

waarheid ervan te bevestigen of er nieuw licht op te werpen.

Studie 6. Leven in Gods aanwezigheid. Johannes 15:1-8

Doel: Een manier van leven ontwikkelen waarin we ons bewust zijn van Gods aanwezigheid.

Vraag 2. J.F. Ross schrijft in Vine, Vineyard (in Interpreter’s Dictionary of the Bible, redactie

George A. Buttrick; Abingdon Press, Nashville, Tennessee, USA 1962): ‘Meestal werden

Te druk om niet te bidden 10

wijnranken in rijen geplant met een afstand van bijna 3 m. tussen de rijen. De takken

groeiden over de grond, maar de druiventrossen werden met gevorkte takjes opgetildS

Nadat de plant ging uitlopen en de bloesem verschenen was, verwijderde de kweker de

ranken waaraan geen bloesem zat. Het gevolg was dat de overgebleven ranken sterker

werden en dus meer vrucht droegen’ (blz. 785).

Vraag 6. Sommige christenen geloven dat mensen die Christus een poosje volgen en Hem

daarna verlaten, hun redding verliezen; anderen geloven dat God hen blijft vasthouden, ook

al hebben zij de gemeenschap met Hem verloren; weer anderen zien de afval van Christus

als een teken dat de persoon nooit echt gered is geweest. Hoe dan ook, degene die niet in

Christus blijft, heeft de verkeerde keus gemaakt en zal daaronder lijden. Daarentegen zal

degene die in Christus blijft, genieten van de gemeenschap met Hem, van de geestelijke

groei en van de verhoorde gebeden.

Vraag 7. Stel u voor dat u een relatie probeert te onderhouden met iemand met wie u nooit

praat. Communicatie is van levensbelang om een relatie levend te houden. Onze relatie met

Christus verdient het wel in het bijzonder om onderhouden te worden. Wij hebben de

verzekering dat Christus in ons zal blijven en ernaar verlangt die nauwe relatie met ons voort

te zetten.

Te druk om niet te bidden 11

Memorisatie

We willen je aanmoedigen om komend jaar naar aanleiding van de bijbelstudies op

regelmatige basis een bijbelvers te memoriseren. Dit kan een vers zijn wat voor jou uit die

studie het meest eruit sprong.

Je bent natuurlijk niet verplicht om deze verzen te memoriseren, maar we willen je zeker

aanraden het wel te doen. Daarom hier kort wat uitleg over memorisatie.

Een christen wil voor God leven. Hij zoekt Gods wil te begrijpen, maar net als ieder mens

leeft hij met veel vragen. God lijkt soms ver weg en wat Hij wil is lang niet altijd duidelijk. Ook

de Israëlieten, zo lezen we, maakten allerlei moeilijkheden mee in de woestijn, onderweg

van Egypte naar het beloofde land. De meeste van hen hebben Gods bedoelingen niet

begrepen, hun ontging wat God hen daarmee wilde leren.

In Deuteronomium zegt Mozes tegen dit volk, dat Gods bedoelingen niet onmogelijk voor

hen zijn of te ver van hen af zouden staan. Integendeel: “Dit woord is zeer dichtbij u, in uw

mond en in uw hart, om het te volbrengen”. Met andere woorden, God geeft geen abstracte

theorieën die ver van je afstaan, maar woorden om je leven naar in te richten. Wat God zegt

raakt je leven. Maak het dan ook tot een zaak van je hart om te leven met Gods Woord,

houdt Mozes hen voor.

God droeg Jozua hetzelfde op. Hij moest Gods woorden overpeinzen. Zo zou hij inzicht

krijgen in de betekenis van deze woorden om beter te kunnen doen wat God van hem vroeg.

Dat gold voor hem, dat geldt voor ons.

Een paar tips voor het memoriseren:

A. Overdenken

Voor je iets uit je hoofd gaat leren, is het belangrijk dit te overdenken. Zo krijg je meer begrip

van de belangrijke waarheden in zo’n vers. Overdenken komt vooral neer op twee dingen:

1. Begrijpen waarom het gaat

- Wat staat er in dit vers?

- Wat betekent het eigenlijk?

- Wat zou God ermee bedoelen?

2. Welke betekenis heeft dit vers voor jouw leven?

- Wat zou ik met deze gedachte van God kunnen doen?

- Hoe heeft dit betrekking op mijn leven?

- Wat betekent dit vers voor mij?

B. Praktisch: hoe leer je een vers?

- Kies een tijdstip waarop je je goed kunt concentreren

- Overdenk het vers eerst

- Leer de tekstverwijzing als onderdeel van het vers

- Leer het zoals het er staat

- Regelmaat: leer niet ineens 20 verzen maar liever constant een beperkt

aantal (2 of 3 per week bijvoorbeeld),

- Repeteer, want: je onthoudt wat belangrijk voor je is en waar je steeds weer

aan herinnerd wordt

- Kies een vaste tijd voor het repeteren

- Samen: met iemand anders dit memoriseren voornemen en samen verzen

repeteren is gebleken echt te helpen

Het schema op de volgende pagina kun je gebruiken om per studie aan te geven welke tekst

je wilt memoriseren.

Te druk om niet te bidden 12

Studie Memorisatievers Parafrase

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

Te druk om niet te bidden 13

INLEIDING: NEEM EENS RUST OM BIJ GOD TE ZIJN

Ik hield God eigenlijk altijd een beetje op afstand. Ik zocht Hem niet zo vaak om eens rustig

bij te praten. Inmiddels ontmoeten we elkaar juist erg vaak. En niet even een praatje tussen

de bedrijven door, maar we bespreken iedere morgen gedurende een behoorlijke tijd

wezenlijke, diep persoonlijke zaken. Ik heb God veel beter leren kennen sinds ik ben gaan

bidden.

Het is niet de lange waslijst aan gebedsverhoringen die me in mijn gebedsleven de meeste

voldoening hebben gegeven, hoewel ook dat zeer de moeite waard was. Wat me wel het

meest geholpen heeft, is mijn sterk verbeterde relatie met God. Toen ik begon te bidden,

had ik niet in de gaten dat dit het gevolg zou zijn.

Mensen die niet bidden, onthouden zichzelf Gods overwinnende kracht, en het uiteindelijke

gevolg is het vertrouwde gevoel van het te druk hebben, terneergeslagen zijn, uitgebuit of

verslagen zijn. Verrassend genoeg lijken heel veel mensen voor zo_n leven te kiezen. Zorg

ervoor dat u dat niet doet. Niemand zou eigenlijk zo’n leven moeten leiden. Gebed is de

sleutel om Gods overwinnende kracht in uw leven te gaan ervaren.

Wanneer de Heilige Geest u ertoe leidt meer over het gebed te leren, begint u aan een

geweldig avontuur. Wanneer u groeit in uw gebedsleven, zal God steeds meer van Zichzelf

aan u laten zien en steeds meer van zijn Geest in uw geest geven. Neem van mij aan dat

het een ervaring zal zijn die u de meeste voldoening geeft bij het bidden - meer zelfs dan de

verhoringen van uw gebeden.

Gemeenschap met God, vertrouwen, vrede, verlossing - dat zijn maar enkele van de

geweldige dingen die u zult ervaren wanneer u leert bidden.

Kom, laten we ontdekken waar het om gaat bij het bidden en wat het in uw leven kan doen.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstukken 1 tot en met 3 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 14

1. OPRECHT BIDDEN

Nehemia 1:5-11a

Volgens Jezus is gebed geen sport voor toeschouwers. We moeten niet bidden om iets van

onze vroomheid te laten zien. Wanneer u bidt, ga dan in uw kamer en sluit de deur. Zoek

een privévertrek, een leeg kantoor, de werkplaats in de garage of een andere plaats waar

geen mensen zijn en waar u alleen bent met God.

In Psalm 62:9 staat: 'Stort uw hart uit voor zijn aangezicht'. Zeg: 'God, zó voel ik me

vandaag. De laatste tijd ben ik hierover aan het denken. Ik ben bezorgd om dit. Ik ben

terneergeslagen vanwege dat. Ik ben blij met dit.' Praat oprecht met de Vader.

Een goede manier om te leren gericht te bidden, is uw gebeden uit te schrijven en ze aan

God voor te lezen. Maar hoe u ook bidt, bid zoals Jezus dat deed: bid afgezonderd, bid

oprecht en bid gericht.

Inleidende vragen

Waar trekt u zich terug als u alleen wilt zijn om te bidden?

• in mijn kantoor

• in de auto

• in de kerk

• in mijn slaapkamer

• aan de keukentafel wanneer iedereen weg is

• ik heb geen plaats waar ik mij kan afzonderen

• ergens anders, namelijk:

Wanneer vindt u het het moeilijkst om eerlijk te zijn in uw gebed?

• wanneer ik in het openbaar moet bidden

• wanneer ik voor mensen bid met wie ik ruzie heb

• wanneer ik bid: 'Uw wil geschiede'

• overig:

Geef aan hoe gericht u volgens uzelf bid.

Ik bid:

heel gericht soms gericht altijd heel algemeen

Studie

Lees Nehemia 1:5-11a

5 Ach, HERE, God des hemels, grote en geduchte God, die het verbond en de

goedertierenheid gestand doet jegens hen die U liefhebben en uw geboden onderhouden, 6

laat toch uw oor opmerkzaam en uw ogen geopend zijn, om te horen naar het gebed van uw

knecht, dat ik thans dag en nacht voor de Israëlieten, uw knechten, tot U opzend; en ik doe

belijdenis van de zonden der Israëlieten, die wij tegen U bedreven hebben; ook ik en mijn

familie, wij hebben gezondigd. 7 Zwaar hebben wij tegen U misdreven; wij hebben niet

onderhouden de geboden, inzettingen en verordeningen, die Gij aan uw knecht Mozes

geboden hadt. 8 Doch gedenk aan het woord, dat Gij aan uw knecht Mozes voorgehouden

hebt: Pleegt gij trouwbreuk, dan zal Ik u onder de volken verstrooien. 9 Maar, bekeert gij u tot

Mij en onderhoudt gij naarstig mijn geboden - al waren uw verdrevenen aan het einde des

hemels, Ik zal hen vandaar vergaderen en hen brengen naar de plaats die Ik verkoren heb

om daar mijn naam te doen wonen. 10 Zij zijn toch uw knechten en uw volk, dat Gij verlost

hebt door uw grote kracht en door uw sterke hand. 11a Ach, Here, laat toch uw oor

Te druk om niet te bidden 15

opmerkzaam zijn op het gebed van uw knecht en op het gebed van uw knechten, die een

welgevallen hebben aan de vreze van uw naam, en doe uw knecht heden slagen en laat

hem erbarming vinden bij deze man.

1. Dit zijn de woorden van Nehemia, één van de joden die in Babel leefden, nadat

Jeruzalem door koning Nebukadnessar veroverd was. Nadat de Perzen Babel

veroverd hadden, had koning Kores sommige joden toegestaan terug te keren om de

tempel te herbouwen. Nehemia had juist gehoord dat Jeruzalem nog helemaal in

puin lag en dat de weinige mensen die er woonden 'in grote rampspoed en smaad

verkeerden' (1:3). Hij ging zitten en huilde; daarna ging hij vasten en bidden. Waaruit

blijkt in dit gebed dat Nehemia een nauwe band had met God?

2. Uit welke woorden valt af te leiden dat Nehemia eerlijk en oprecht was terwijl hij bad?

3. Welke tekenen van echt berouw ziet u in de verzen 6 en 7?

4. Nehemia erkende dat Israël de ballingschap over zich had afgeroepen door te

zondigen. Hij rekende zichzelf ook onder de zondaars. Wat zegt zijn schuldbelijdenis

over hoe hij zichzelf ziet in relatie tot God?

5. 'Deze man' (vs. 11a) is Artachsasta, de koning van Perzië. Nehemia was zijn

schenker. In welk opzicht is Nehemia vrijmoedig wanneer hij tot God bidt over zijn

heidense 'baas'?

6. Geef aan welke drie soorten gebed in het gebed van Nehemia onderscheiden

kunnen worden.

7. In welke situatie(s) hebt u een vergelijkbaar gebed gebeden? (Mocht u dat nog nooit

gedaan hebben, bedenk dan een situatie waarin u dat wel zou doen.)

Toepassing

8. Nehemia was oprecht in zijn bidden. Wat is er oprecht en onoprecht aan uw eigen

manier van bidden? Ga dit bijvoorbeeld eens na met betrekking tot afgezonderd

bidden, oprecht bidden en gericht bidden.

Te druk om niet te bidden 16

9. Waarin moet uw manier van bidden veranderen, zodat u steeds oprechter wordt in

het bidden?

Vraag God of Hij u deze week wil helpen stappen te ondernemen om een vaste tijd voor

gebed te nemen en een plaats te vinden waar u alleen met Hem kunt zijn. Doe uw best om

in uw gebed steeds eerlijker tegenover God te zijn en meer gericht te bidden.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstuk 4 en 5 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 17

2. EEN VOORBEELDGEBED

Lucas 11:1-10

Gebedsfitheid ontwikkelen lijkt op het ontwikkelen van lichamelijke fitheid: u hebt een model

nodig om onevenwichtigheid te voorkomen. Ik vind het ABDS-model heel bruikbaar bij het

uitschrijven van mijn gebeden.

Bij het eerste onderdeel, Aanbidding, zou ik kunnen schrijven: 'Goedemorgen God! Ik voel

me vrij om U te prijzen vandaag. Ik kies dit moment daarvoor uit. Ik ben nu fit, ik heb zin om

aan de slag te gaan. Maar ik wil eerst even stil zijn en U zeggen dat ik U liefheb. U bent een

geweldige God. U bent heilig, rechtschapen, rechtvaardig, genadig, barmhartig, eerlijk,

vriendelijk, liefdevol, vaderlijk en vergevensgezind. Ik vind het fantastisch vandaag een

relatie met U te hebben en ik aanbid U nu.'

Na de aanbidding ga ik over tot de B, Belijdenis. Ik zou kunnen schrijven: 'Vergeef me

alstublieft de zonde van partijdigheid. Het is voor mij zo gemakkelijk mijn liefde en aandacht

te geven aan hen die alles 'voor elkaar' lijken te hebben. Het spijt me. Dank U voor uw

onpartijdigheid jegens mij. Vergeef me alstublieft en nu maak ik aanspraak op uw vergeving.'

Dankzegging, de D, is gemakkelijk voor mij. Ik dank God voor de specifieke verhoring van

gebeden, dat Hij me helpt bij mijn werk, voor zegeningen op materieel gebied en in relaties,

en voor al het andere dat me in het bijzonder gelukkig maakt. Door God iedere dag te

danken, word ik behoed voor hebzucht; en door mijn dank op papier te zetten, word ik

herinnerd aan het ongelooflijke aantal zegeningen die ik ontvang.

Ik ben blij dat Smeking het laatst komt. Wanneer ik God heb aanbeden, mijn zonden heb

beleden en gedankt heb, kan ik zonder problemen mijn ‘boodschappenlijst’ te voorschijn

gaan halen. In Jakobus 4:2 staat immers: 'Gij hebt niets, omdat gij niet bidt.' Ik noem

specifieke dingen, laat deze achter bij God en bekijk ze regelmatig opnieuw om te zien hoe

Hij mijn gebeden verhoord heeft.

Wanneer ik bid, vertel ik God niet alleen maar mijn problemen. Ik leg mijn grootste zorgen

voor Hem neer. Wanneer ik deze in zijn bekwame handen gelegd heb, kan ik in zijn kracht

aan de slag gaan, zonder door zorgen gekweld te worden.

Inleidende vragen

Waarop ligt in uw gebeden de meeste nadruk?

• Aanbidding

• Belijden

• Danken

• Smeken

• Ik weet het niet

Waarom denkt u dat u juist daarop de meeste nadruk legt?

Studie

Lees Lucas 11:1-10

1 En het geschiedde, terwijl Hij ergens in gebed was, dat een van zijn discipelen, toen Hij

ophield, tot Hem zeide: Here, leer ons bidden, zoals ook Johannes zijn discipelen geleerd

heeft. 2 Hij zeide tot hen: Wanneer gij bidt, zegt: Vader, uw naam worde geheiligd; uw

Koninkrijk kome; 3 geef ons elke dag ons dagelijks brood; 4 en vergeef ons onze zonden,

want ook wijzelf vergeven een ieder, die ons iets schuldig is; en leid ons niet in verzoeking. 5

En Hij zeide tot hen: Wie van u zal een vriend hebben, die midden in de nacht bij hem komt

en tot hem zegt: Vriend, leen mij drie broden, 6 want een vriend van mij is op zijn reis bij mij

aangekomen en ik heb niets om hem voor te zetten; 7 en dat dan hij, die binnen is, zou

antwoorden en zeggen: Val mij niet lastig, de deur is reeds gesloten en mijn kinderen en ik

Te druk om niet te bidden 18

zijn naar bed; ik kan niet opstaan om ze u te geven. 8 Ik zeg u, zelfs al zou hij niet opstaan

en ze geven, omdat hij zijn vriend was, om zijn onbeschaamdheid zou hij opstaan en hem

geven, zoveel hij nodig heeft. 9 En Ik zeg u: Bidt en u zal gegeven worden; zoekt en gij zult

vinden; klopt en u zal opengedaan worden. 10 Want een ieder, die bidt, ontvangt en wie

zoekt, vindt en wie klopt, hem zal opengedaan worden.

1. Waarom denkt u dat de discipelen Jezus vroegen hoe ze moesten bidden?

2. Het 'Onze Vader' is zó bekend dat u het gemakkelijk gedachtenloos kunt opzeggen.

Welke houding tegenover God is nodig om dit gebed eerlijk te bidden?

3. Welke woorden in het 'Onze Vader' geven uiting aan:

Aanbidden

Belijden

Danken

Smeken

4. Wat kunnen we uit de verzen 5 t/m 8 leren over de volharding in het gebed?

5. Wat belemmert ons om God zo vrijmoedig te benaderen als in de verzen 9 en 10?

6. Wanneer zou die vrijmoedigheid in het spreken met God op arrogantie kunnen

duiden in plaats van op geloof?

7. Kijk nog eens naar het 'Onze Vader' (vs. 2-4), de gelijkenis (vs. 5-8) en de

aanmoediging om te bidden (vs. 9,10). Welk soort relatie met God ligt aan deze drie

onderdelen ten grondslag?

Toepassing

8. Het ABDS-model is voor veel mensen een goed hulpmiddel geweest. Welk model

gaat u gebruiken bij het bidden?

Te druk om niet te bidden 19

Maak gebruik van een model. Het model is niet heilig of een doel in zichzelf; het is een

hulpmiddel om echter te gaan bidden. Probeer uw gebed uit te schrijven; dat zal u helpen

om gerichter te bidden op elk gebied van uw gebedsleven.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstuk 6 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 20

3. HIJ DIE BERGEN VERZET

Handelingen 4:23-31

Op grond van de Bijbel kunnen gelovigen erop vertrouwen dat hun gebeden verhoord zullen

worden. Onze gebeden zijn meer dan wensen, hoop of vage aspiraties - maar alleen als we

bidden met een hart dat vervuld is van geloof en vertrouwen. Dat is het soort gebed dat

bergen verzet.

Hoe kunt u een gebed uitspreken dat zó vervuld is van geloof dat het een berg kan

verzetten? Door de aandacht te verschuiven van de berg naar de kracht van Degene die

bergen verzet, en door in gehoorzaamheid naar voren te stappen. Wanneer u met God

wandelt, zal uw geloof groeien, uw vertrouwen toenemen en uw gebed kracht krijgen.

Probeer u tijdens het bidden op iets anders te concentreren. Neem slechts weinig tijd om uw

berg aan God te beschrijven. Hij kent hem. Richt uw aandacht op Degene die bergen verzet

- op zijn heerlijkheid, kracht en trouw. Wandel vervolgens in geloof, volg zijn leiding en zie

hoe de berg opzij gaat.

Inleidende vragen

Wanneer u bidt over een 'berg' waarmee u te maken hebt, waarop ligt dan de nadruk in uw

gebed?

• op het probleem

• op mijn gewenste oplossing

• ‘ik vermijd 'bergen'

• op God

• op mijn eigen onvermogen

• op iets anders, namelijk:

Welke bergen heeft God voor u verplaatst op uw gebed?

Studie

Lees Handelingen 4:23-31

23 En toen zij vrijgelaten waren, gingen zij naar de hunnen en deelden hun mede al wat de

overpriesters en oudsten tot hen gezegd hadden. 24 En toen dezen het hoorden, verhieven

zij eenparig hun stem tot God en zeiden: Gij, Here, zijt het, die geschapen hebt de hemel, de

aarde, de zee en al wat daarin is; 25 die door de Heilige Geest bij monde van onze vader

David, uw knecht, gezegd hebt:

Waarom hebben de heidenen gewoed en de volken ijdele raad bedacht? 26 De

koningen der aarde hebben zich opgesteld en de oversten zijn tezamen vergaderd

tegen de Here en tegen zijn Gezalfde.

27 Want inderdaad zijn in deze stad vergaderd tegen uw heilige knecht Jezus, die Gij gezalfd

hebt, Herodes zowel als Pontius Pilatus met de heidenen en de volken van Israël, 28 om te

doen al wat uw hand en uw raad tevoren bepaald had, dat geschieden zou. 29 En nu, Here,

let op hun dreigingen en geef uw dienstknechten met alle vrijmoedigheid uw woord te

spreken, 30 doordat Gij uw hand uitstrekt tot genezing, en dat tekenen en wonderen

geschieden door de naam van uw heilige knecht Jezus.

31 En terwijl zij baden, werd de plaats, waar zij vergaderd waren, bewogen; en zij werden

allen vervuld met de Heilige Geest en spraken het woord Gods met vrijmoedigheid.

1. Deze gebeurtenis vindt plaats wanneer de eerste gemeente nog maar net bestaat.

Petrus en Johannes veroorzaakten een oploop, door een man in de naam van Jezus

te genezen (Hand. 3:1-11) Daarna vertelden zij de joodse autoriteiten vrijmoedig dat

Te druk om niet te bidden 21

Jezus, die zij hadden gekruisigd, leefde, en dat alleen in Hem redding was (Hand.

4:1-12). De oversten en oudsten 'bevalen hun in het geheel niet meer te spreken

over of te leren op gezag van de naam van Jezus' (Hand. 4:18). Daarop hadden

Petrus en Johannes geantwoord dat zij het niet konden nalaten om over Hem te

spreken (Hand. 4:19-20). Met welke 'bergen' werden de christenen in Jeruzalem

geconfronteerd?

2. Waarop richt de gemeente haar ogen als ze over deze obstakels bidt?

3. Hoe gaven deze gelovigen uiting aan hun vertrouwen op Gods macht en op zijn

kracht om te doen wat Hij wil?

4. Hoe helpen Gods daden uit het verleden u met vrijmoedigheid te bidden?

5. Hoe maakten de gelovigen in Jeruzalem duidelijk dat ze, na hun gebed, in geloof

verder wilden gaan?

6. Wanneer bent u vol vrijmoedigheid een probleem tegemoetgetreden, uitsluitend

omdat u ervoor gebeden had?

Toepassing

7. Bij welk probleem in het bijzonder bent u geneigd meer naar het probleem te kijken

dan naar God?

8. Wat zou het voor u betekenen om u tijdens het bidden op God te richten, in plaats

van op de problemen?

Bid in geloof, ongeacht uw gevoelens, tot Hem die bergen kan verplaatsen. Vertrouw op zijn

kracht en op zijn daden.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstukken 7 tot en met 10 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 22

4. GAS TERUGNEMEN OM TE BIDDEN

Psalm 131

Waarachtige christenen hebben een nauwe relatie met God – een relatie die iedere dag

vernieuwd wordt. Slechts een beschamend klein aantal christenen bereikt ooit deze mate

van echtheid. De meesten hebben het gewoon te druk. De aartsvijand van geestelijke

echtheid is een druk leven, dat nauw verbonden is met wat de Bijbel wereldgelijkvormigheid

noemt. Dit betekent dat u helemaal in beslag genomen wordt door de agenda, doelstellingen

en bezigheden van deze maatschappij, zodat u het wandelen met God verwaarloost.

Hoe je het ook wendt of keert, tijd speelt een sleutelrol in echt christen-zijn. Geen

overgebleven tijd, geen 'wegwerptijd’, maareersteklas tijd. Tijd voor overdenking, meditatie

en bezinning. Niet gehaast en ongestoord.

U kunt geen waarachtig christen worden op een dieet van voortdurend bezig zijn, ook al

heeft deze activiteit betrekking op de kerk. Kracht krijgt u pas wanneer u alleen bent.

Beslissingen die uw hele levensloop veranderen, komen gewoonlijk uit het heilige der

heiligen.

Inleidende vragen

Wat is uw reactie op de uitspraak: 'De aartsvijand van geestelijke waarachtigheid is een druk

leven'?

• Ik zou het graag wat rustiger aan gaan doen, maar dat kan nu niet.

• Ik heb manieren gevonden om alleen te zijn, midden in de drukte van het bestaan.

• Ik weet dat de agenda van deze wereld me in beslag neemt, maar ik weet niet hoe ik

dat moet veranderen.

• Telkens wanneer het me lukt los te komen van de drukte van het leven, realiseer ik

me dat die uitspraak waar is.

Waarom is een druk leven leiden een vijand van geestelijke groei?

Welke (ook goede) dingen zou u niet meer moeten doen, om zo meer tijd te kunnen nemen

voor God?

Studie

Lees Psalm 131

1 HERE, mijn hart is niet hovaardig,

mijn ogen zijn niet trots;

ik wandel niet in grootse dingen,

noch in dingen die te wonderbaar voor mij zijn.

2 Immers heb ik mijn ziel tot rust en stilte gebracht

als een gespeend kind bij zijn moeder;

als een gespeend kind is mijn ziel in mij.

3 Israël hope op de HERE

van nu aan en voor immer.

1. Wat is de stemming van de schrijver van deze psalm?

2. Hoe kan trots (vs. 1) tot buitensporige drukte leiden?

Te druk om niet te bidden 23

3. Wat wordt bedoeld met 'trotse ogen'?

4. Wat is het verband tussen hoogmoed en het overmatig bezig zijn metdingen die te

hoog voor ons zijn (vs. 1)?

5. Welke beslissing(en) heeft de schrijver van de psalm genomen?

6. Hoe troost een moeder haar huilende of onrustige kind? Misschien kent u een vrouw

met kinderen of hebt u er zelf ervaring mee.

Vergelijk deze manier van troosten met de manieren waarop God ons troost.

7. Welke redenen hebt u om uw hoop op God te vestigen?

Toepassing

8. Welke 'grootse dingen' houden u zodanig bezig dat u God niet toestaat u tot rust te

brengen en te troosten?

Neem tijd om uw zorgen aan God bekend te maken en ze aan Hem toe te vertrouwen - en

vertrouw ook uzelf aan Hem toe.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstuk 11 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 24

5. AFSTEMMEN OP DE STEM VAN GOD

Lucas 10:38-42

Als de essentie van het christelijk geloof een persoonlijke relatie tussen de almachtige God

en individuele mensen is, spreekt het vanzelf dat God vandaag nog steeds tot gelovigen

spreekt. Je kunt geen relatie opbouwen via eenrichtingsverkeer. Voor een goede relatie is

veelvuldig, voortdurend en intiem contact nodig tussen twee personen, die beiden zowel

spreken als luisteren.

De godsdienstige beleving van mensen die zichzelf afsluiten voor Gods leiding, wordt

verstandelijk, voorspelbaar, saai en - vaak - verleden tijd.

Mensen die God echt willen horen, moeten een prijs betalen. Ze moeten discipline tonen en

stil zijn voor Hem. Dat is niet gemakkelijk, maar wel van wezenlijk belang. In Psalm 46:11a

staat: 'Laat af en weet, dat Ik God ben.'

Wanneer u rustig en met een zacht gemoed in zijn aanwezigheid bent en wacht tot u Hem

hoort spreken, zal Hij u een vers in gedachten brengen of u leiden door uw gedachten en

gevoelens. Wanneer u de discipline van stil-zijn in uw leven inbouwt, zult u merken dat deze

stille momenten in Gods aanwezigheid u ongelooflijk dierbaar worden.

Inleidende vragen

Wanneer u aan het bidden bent, spreekt of luistert u dan het meest? Leg uit waarom.

Waarom heb je discipline nodig om stil te zijn?

Wanneer hebt u gemerkt dat God tijdens het bidden tot u sprak, of dat u zijn leiding ervoer?

Studie

Lees Lucas 10:38-42

38 Terwijl zij op reis waren, kwam Hij in een zeker dorp. En een vrouw, Marta geheten,

ontving Hem in haar huis. 39 En deze had een zuster, genaamd Maria, die, aan de voeten

des Heren gezeten, naar zijn woord luisterde. 40 Marta echter werd in beslag genomen door

het vele bedienen. En zij ging bij Hem staan en zeide: Here, trekt Gij het U niet aan, dat mijn

zuster mij alleen laat dienen? Zeg haar dan, dat zij mij komt helpen. 41 Maar de Here

antwoordde en zeide tot haar: Marta, Marta, gij maakt u bezorgd en druk over vele dingen, 42

maar weinige zijn nodig of slechts één; want Maria heeft het goede deel uitgekozen, dat van

haar niet zal worden weggenomen.

1. Het bezoek van Jezus was duidelijk een belangrijke gebeurtenis voor de beide

zusters. Waar hield Maria zich mee bezig, waarop richtte zij haar doel tijdens Jezus’

bezoek?

2. Vergelijk wat Marta belangrijk vond met wat Maria belangrijk vond.

Te druk om niet te bidden 25

3. Jezus zei dat Maria 'het goede deel' had gekozen. Maria's keus om naar Jezus te

luisteren hield in dat ze andere, goede dingen niet of paslater kon doen. Geef daar

een paar voorbeelden van.

4. Maria gaf er de voorkeur aan om bij Jezus te zitten en naar Hem te luisteren. Geef

aan waarin Marta de keuze van Maria verkeerd interpreteerde.

5. Marta 'werd in beslag genomen door het vele bedienen' (vs. 40a). In sommige

Bijbelvertalingen staat dat zij in beslag werd genomen door alle voorbereidingen die

getroffen moesten worden. Wanneer heeft God iets tegen u gezegd dat vergelijkbaar

is met wat Jezus tegen Marta zei: 'Gij maakt u bezorgd en druk over vele dingen,

maar weinige zijn nodig of slechts één'?

6. Denk eens terug aan de keren dat u bepaalde dingen liet voorbijgaan, zodat u tijd

kon nemen om naar God te luisteren. Wat hebt u op zulke momenten beleefd?

Toepassing

7. Wat houdt u af van het luisteren naar Jezus?

8. Hoe en wanneer kunt u uzelf tot rust brengen om naar Jezus te luisteren?

Stel een daad en reserveer tijd en aandacht voor Jezus. Wanneer u een 'Marta' bent, zult u

er bewust voor moeten kiezen om bepaalde activiteiten te laten liggen om naar Hem te gaan

luisteren.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstukken 12 tot en met 14 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 26

6. LEVEN IN GODS AANWEZIGHEID

Johannes 15:1-8

Broeder Laurentius, een kok in een Frans klooster uit de zeventiende eeuw, verrijkte de

wereld met een uitdrukking die de intense vriendschap met Jezus goed beschrijft: zich

oefenen in de aanwezigheid van God. Wanneer deze nederige monnik de afwas deed en

eten opdiende voor zijn broeders, had hij gemeenschap met God. En door de gloed van

Gods aanwezigheid kregen zijn huishoudelijke klusjes in de keuken betekenis en voelde hij

zich rijk.

Wanneer u zich oefent in het beseffen van Gods aanwezigheid, vangt u zijn signalen de hele

dag op. Op het werk, thuis, in de auto of waar u ook bent, begint u met God te praten. U

vertelt Hem wat er in uw hart leeft en u weet dat Hij luistert. Dit is iets heel anders dan in een

kerkgebouw zijn of op de knieën liggen. Het heeft te maken met Gods aanwezigheid in en

rondom u - 'Christus onder u, de hoop der heerlijkheid' (Kol. 1:27).

Inleidende vragen

Hoe ervaart u de aanwezigheid van God?

Wanneer bent u zich het best bewust van Gods aanwezigheid?

• wanneer u in afzondering bidt

• wanneer u samen met anderen bidt

• tijdens een aanbiddingsdienst

• tijdens alledaagse bezigheden

• wanneer u tijdens een wandeling loopt na te denken

• op andere momenten, namelijk:

Waarom ervaart u Gods aanwezigheid juist op die momenten het sterkst?

Studie

Lees Johannes 15:1-8

1 Ik ben de ware wijnstok en mijn Vader is de landman. 2 Elke rank aan Mij, die geen vrucht

draagt, neemt Hij weg, en elke die wel vrucht draagt, snoeit Hij, opdat zij meer vrucht drage.

3 Gij zijt nu rein om het woord, dat Ik tot u gesproken heb; blijft in Mij, gelijk Ik in u. 4 Evenals

de rank geen vrucht kan dragen uit zichzelf, als zij niet aan de wijnstok blijft, zo ook gij niet,

indien gij in Mij niet blijft. 5 Ik ben de wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft, gelijk Ik in

hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt gij niets doen. 6 Wie in Mij niet blijft, is

buitengeworpen als de rank en is verdord, en men verzamelt ze en werpt ze in het vuur en

zij worden verbrand. 7 Indien gij in Mij blijft en mijn woorden in u blijven, vraagt wat gij maar

wilt, en het zal u geworden. 8 Hierin is mijn Vader verheerlijkt, dat gij veel vrucht draagt en gij

zult mijn discipelen zijn.

1. Welke woorden en zinnen worden in dit gedeelte herhaald?

2. De landman snoeit de ranken die aan de wijnstok blijven. Wat is daarvan het

resultaat?

Te druk om niet te bidden 27

3. Waarom is het voor ons geestelijk leven en onze groei van levensbelang in Christus

te blijven?

4. Neem de belofte van Christus - dat Hij in ons zal blijven (vs. 3) – nog eens in

gedachten. Welk gevoel krijgt u wanneer u nadenkt over zijn nabijheid?

5. In vers 5 staat: 'zonder Mij kunt gij niets doen'. Wanneer hebt u in uw eigen leven

gezien dat deze woorden waar zijn?

6. In de verzen 6 t/m 8 wordt tegenover elkaar gezet wat er gebeurt wanneer iemand

Christus blijft volgen of Hem afwijst. Beschrijf deze gevolgen eens.

7. Welk verband ziet u tussen gebed, in Christus blijven en Christus’ aanwezigheid in

ons?

Toepassing

8. Wat moet u doen om de tijd die u besteedt aan afwassen of grasmaaien te

veranderen in een tijd waarin u zich oefent in het beseffen van Gods aanwezigheid?

Zorg dat u momenten vindt waarop u zich bewust bent dat u in Gods aanwezigheid leeft,

terwijl u bezig bent met de dingen van elke dag.

U kunt hierbij lezen: Hoofdstuk 15 uit 'Te druk om niet te bidden'.

Te druk om niet te bidden 1

Te druk om niet te bidden 1

We hebben de nodige zorg besteed aan het uitbrengen van deze studies. Verbetering is

natuurlijk mogelijk. We stellen op- en aanmerkingen met betrekking tot deze studies erg op

prijs.

Je kunt je richten tot het secretariaat van NSV via [email protected].