42
Thema 3 Visies op leren en instructie: een ontologische en epistemologische discussie

PPT Thema 3

  • Upload
    ngodien

  • View
    221

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: PPT Thema 3

Thema 3Visies op leren en instructie:

een ontologische en epistemologische discussie

Page 2: PPT Thema 3
Page 3: PPT Thema 3

Leren en kennis

• Referentiekader• Visies• Visies op leren• Leren = kennis verwerven• Maar WAT is KENNIS?

Page 4: PPT Thema 3

Advance Organizer

Ballet

Page 5: PPT Thema 3

Advance Organizer

• Ouderwets• Ik hou van ballet• De ‘Notenkraker suite’ is een ballet stuk• Béjart leidt een ballet gezelschap.• Modern ballet is beter.• Ballet is een kunstvorm.• Ballet is een dansvorm ontstaan uit het hofballet dat

ontstond in de zestiende eeuw en verder ontwikkeld door de Franse koning Lodewijk de Veertiende. Hij richtte in 1661 de 'Académie Royale de la Danse' op. De Franse dansmeesters verspreidden de danstechniek, wat verklaart waarom alle danstermen in het Frans zijn.

Page 6: PPT Thema 3

Advance Organizer

Democratie

Page 7: PPT Thema 3

Advance Organizer• Griekse term ‘dèmokratia’ wat letterlijk betekent

‘het volk regeert’.• Staatsvorm waarbij het volk door

vertegenwoordigers zichzelf regeert en vrij zijn mening kan uiten.

• België is net zoals de meeste landen in West-Europa een democratie.

• Democratie is een manier van regeren waarbij men denkt dat iedereen zijn zeg kan doen, maar waarbij meer en meer de politiek haar eigen spel speelt. Diegenen die de stem van het volk zouden moeten weergeven verkondigen meer en meer hun eigen mening.

Page 8: PPT Thema 3

Wat is juist?

• Welke omschrijving is correct?• Welke omschrijving verwachtte men

op school?

Page 9: PPT Thema 3

Een ontologische en epistemologische discussie

Ontologie: filosofische stroming over de aard van de werkelijkheid en de aard van het zijn. Daarbij staat de vraag centraal over wat “echt bestaat” in de werkelijkheid. - Objectieve O- Idealistische O

Page 10: PPT Thema 3

Een ontologische en epistemologische discussie

Epistemologie: de leer betreffende het wezen, de methoden en de grenzen van het ontstaan van menselijke kennis. Met andere woorden, de epistemologie richt zich op hoe we kennis verwerven.- Objectivisme- Empiricisme

Page 11: PPT Thema 3

Een ontologische en epistemologische discussie

Epistemologie:- Objectivisme: “the world as given”- Empiricisme: “the world as constructed”

Page 12: PPT Thema 3

Objectivisme

• Wilson (1997): antieke visie op kennisEnkel de « goden » kennen alles.

• Spender (1998): “Knowledge is a thing for which we can gain evidence, and knowledge as such is separated from the knower”

Page 13: PPT Thema 3

Objectivisme• Axioma’s van Peikoff (1997):

– (1) “The universe exists independent of consciousness”.

– (2) De mens kan zijn werkelijkheid ten dele aanpassen aan de eigen behoeften maar uiteindelijk primeert de natuur : "Nature, to be commanded, must be obeyed“

– (3) De rol van het menselijk bewustzijn is niet de werkelijkheid creëren, maar wel de werkelijkheid begrijpen, verstaan.

Page 14: PPT Thema 3

ObjectivismeJonassen (1991):

– Kennis is stabiel (…)– Objectivisme heeft als doel dat het verstand de

werkelijkheid kan “spiegelen” (…)– De betekenis die door dit denkproces ontstaat is iets ‘extern’

aan diegene die de betekenis opbouwt.

Winograd & Flores (1986):– “a real world made up of objects bearing properties and

objective facts about that world that do not depend on the interpretation (or even the presence) of any person.”

Page 15: PPT Thema 3

Objectivisme: implicaties instructie

Page 16: PPT Thema 3

Objectivisme - instructieLakoff (1987) “An objectivist educator believes that

there is one true and correct reality, which we can come to know following the objective methods of science. By studying the world we can identify its structure and entities with their properties and relations, which we can then represent, using theoretical models and abstract symbols.”

Rogoff (1994, p.211): • Leren het ‘product’ van onderwijzen. Volwassenen

verantwoordelijk voor het “vullen” van kinderen met kennis.

• aandacht naar de inhoud en niet activiteit.

Page 17: PPT Thema 3
Page 18: PPT Thema 3

Realisme

• Objectivistische ontologie die benadrukt dat– Werkelijkheid bestaat los van onze ervaring– Ware kennis moet dus een overeenstemming

tussen werkelijkheid en waarneming nastreven

Page 19: PPT Thema 3

Empiricisme

• McQueen (1998): “Knowledge is “Knowing”, “Understanding”.

• Empiricisten argumenteren dat kennis geen objectieve vaste waarde heeft. We kunnen de werkelijkheid niet ‘objectief’ kennen.

Page 20: PPT Thema 3

Empiricisme• “Er bestaat buiten de mens een werkelijkheid die

grenzen stelt aan wat we kunnen ervaren.• De werkelijkheid is een lokale werkelijkheid en er

zijn multipele werkelijkheden.• De menselijke geest construeert zelf een structuur

om de wereld te begrijpen en dit door een continue “inter”actie met deze wereld. Het opbouwen van deze structuur is meteen een interpretatie.”

Page 21: PPT Thema 3

Radicaal? Constructivisme

Page 22: PPT Thema 3

Radicaal empiricisme

Constructivisme: Von Glasersfeld (1995): “De werkelijkheid bestaat uit een netwerk van dingen en relaties (…) Iedereen interpreteert en construeert die werkelijkheid en dit op basis van zijn eigen ervaringen en dus interacties met de werkelijkheid.”

Page 23: PPT Thema 3

Radicaal empiricisme• Constructivisme: verschuiving betekenis

van waarheidViability [levensvatbaarheid, doenlijkheid, uitvoerbaarheid]: afhankelijk van de mate waarin wat we kennen bewijzen dat ze adequaat zijn voor de context waarin ze van toepassing zijn.

Page 24: PPT Thema 3

Radicaal empiricisme

• Von Glasersfeld (1995): "To the constructivist, concepts, models, theories, and so on are viable if they prove adequate in the contexts in which they were created"

Page 25: PPT Thema 3

Rationalisme en idealisme• Empiricisme:

– Rationalisme ~ de rede, het redeneren over eigen ervaringen vormt de basis van het ontstaan van kennis

– Idealisme ~ kennis bestaat door zelf ontwikkelde mentale representaties. Er bestaat dus geen afzonderlijke fysische werkelijkheid, de werkelijkheid bestaat maar via geconstrueerde psychologische kennis

Page 26: PPT Thema 3

Relativisme• Ontologie en epistemologie

– menselijke ervaringen niet los sociale en fysische context– betekenisverlening (en dus kennisconstructie) hangt af

van de toevallige persoonlijke – kennisconstructie bij de ervaringen die we toevallig op

dat moment beleven (Reber, 1995)

• Morele relativisme: kritiek op culturele bias in beleving van werkelijkheid;“Ieder zijn waarheid”?

Page 27: PPT Thema 3

Relativisme

• Impact op belang en plaats van kennis: cultuurverschillen

• Zie ethnomathematics: Nunes

Page 28: PPT Thema 3

Pragmatisme

• Functionaliteit van kennis staat voorop.

• Kennis is waardevol omdat ze bruikbaar is en ons verder helpt (Barab & Squire, 2004).

Page 29: PPT Thema 3

Subjectivisme?• Empiricisme, rationalisme, idealisme,

relativisme, pragmatisme = subjectivisme?• In de praktijk wordt toch een notie van

‘zekerheid’ gebruikt om de kwaliteit van kennis te beoordelen.

• Een extreme visie leidt tot de onmogelijkheid om te communiceren. Dit wordt vermeden door het delen van ‘taal’. Kennisverwervers gebruiken taal, die uitwisseling van ideeën mogelijk maakt.

Page 30: PPT Thema 3

Link met instructie?Visie op leren en instructie Ontologische en epistemologische

stellingnameBehaviorisme Objectivisme en (beperkt) empiricisme

Cognitivisme Objectivisme en rationalisme

Cognitief constructivisme Objectivisme, empiricisme, rationalisme en relativisme

Sociaal constructivisme Empiricisme, relativisme, realisme

Gesitueerde theorie Empiricisme, relativisme, ecologisch realisme

Zie latere thema’s

Page 31: PPT Thema 3

Link met instructie?• Behaviorisme (thema 4)

– leren door het bekrachtigen, versterken van gedrag.

– lerende moet gepaste gedragingen te vertonen om extern gedefinieerde kennis te verwerven= objectivisme

– Nadruk op “gedrag”: empiricisme: maar de oorsprong van het gedrag is extern. Het wordt uitgelokt door instructieverantwoordelijke.

Page 32: PPT Thema 3

Link met instructie?

• Cognitivisme (thema 5):– Er is een objectief bestaande werkelijkheid

buiten de lerende. – Ratio, interne cognitieve processen verwerken

de extern waargenomen werkelijkheid. – Objectivisme ~ rationalisme.

Page 33: PPT Thema 3

Link met instructie?• Constructivisme (thema 6):

– Cognitief constructivisme: opdoen ervaringen voor kennisconstructie via ratio = empiricisme en rationalisme.

– Sociaal constructivisme:kennisconstructie door delen van ervaringen met anderen = empiricisme, relativisme en realisme.

– Gesitueerde theorie:Kennis kan niet los gezien worden van een concrete situatie.

Page 34: PPT Thema 3

E en O ~ relevant?

• Lerenden en instructieverantwoordelijken impliciet of expliciet E en O opvatting

• Epistemologische en ontologische beliefs over kennis; zie onderzoek

Page 35: PPT Thema 3

E en O beliefsOmdat leerlingen niet kunnen weten wat ze allemaal moeten leren, stel ik zelf mijn lessenpakket samen (WT01)

Ik geloof dat vertrekken van en verder bouwen op de ideeën van de leerlingen een goede manier is om mijn lessenpakket samen te stellen (WC01)

Voor het geven van punten baseer ik me vooral op huiswerk, toetsen en examens (WT02)

Ik geef er de voorkeur aan schoolbanken samen te zetten of tafels te gebruiken zodat de leerlingen kunnen samenwerken (WC02)

Ik volg een handboek of methode om er zeker van te zijn dat ik de leerlingen alle noodzakelijke kennis en vaardigheden aanleer (WT03)

Ik betrek mijn leerlingen bij het samenstellen van prikborden, muurkranten … (WC03)

Ik besef dat leergebieden elkaar overlappen, toch geef ik de leerstof in aparte vakken (WT04)

Ik betrek leerlingen bij zelfevaluatie en bij het zelf formuleren van hun leerdoelen (WC04)

Page 36: PPT Thema 3

Invloed E en O beliefs

• Vb. invloed op lkr. ICT gebruik

Page 37: PPT Thema 3

Invloed E en O beliefs

Page 38: PPT Thema 3

Link met referentiekader?

Page 39: PPT Thema 3

Samenvattend 1• Kenmerken van de instructie-

verantwoordelijke en lerende– Motivatie: intrinsiek versus extrinsiek– Individuele verschillen: rekening mee houden?– E en O beliefs

• Instructie-activiteiten - leeractiviteiten– De aandacht voor structuur in het leerproces– Selectie van leerdoelen en leerstof– Samenwerkend leren of niet

Page 40: PPT Thema 3

Samenvattend 2• Verhouding instructie-verantwoordelijke -

lerende– Controle over het leerproces– De instructie-verantwoordelijke: van autoriteit naar

resource

• Context– Oversimplificatie versus authenticiteit van het

kennisdomein– Gevoeligheid voor cultuur

Page 41: PPT Thema 3

Vervolg

• Epistemologische discussie werkt door in opvattingen over leren en instructie:– Behaviorisme– Cognitivisme– Constructivisme

Page 42: PPT Thema 3

Thema 3Visies op leren en instructie:

een ontologische en epistemologische discussie