O&O fonds jaarverslag 2012

JAARVERSLAG 2012

O&O FONDS | NETWERKBEDRIJVENJAARREKENING

2 O&O FONDS | NETWERKBEDRIJVENINHOUDSOPGAVE

Bestuursverslag

Voorwoord 3CAO en O&O 5Het O&O fonds in mensen 5Het O&O fonds in projecten 6WATT? campagne 11Het O&O fonds in subsidies 13

Jaarrekening

Balans per 31 december 2012 16Rekening van baten en lasten 2012 17Kasstroomoverzicht 18Algemene toelichting 19Toelichting balans per 31 december 2012 20Toelichting op de rekening van baten en lasten 2012 22

3

Voorwoord

Het jaar 2012 heeft in het teken gestaan van het ontwik-kelen van een nieuwe cao waar alle onderdelen van die cao onder de loep zijn gelegd. Zo ook het O&O fonds en de gedachten achter een O&O fonds en hoe zich dat verhoudt tot de huidige en toekomstige werking van de arbeidsmarkt, de rol en positie van een O&O fonds. Een fonds dat niet inhoudelijk en organisatorisch meedraait met zijn tijd, raakt achterop. Om die reden heeft het O&O fonds actief deelgenomen aan een uniek proces dat de sector heeft gelopen in het vernieuwen van de cao. Tijdens dit proces “Investeren in Mensen” is ook de arbeidsmarkt onderzocht om een beeld te krijgen bij de werkelijkheid van overmorgen. En hoewel de toekomst zich lastig laat voorspellen, zijn er wel geëxtrapoleerde cijfers voorhanden die binnen een bepaalde bandbreedte een tekort aan (technisch) talent laten zien. Hier ligt de uitdaging.

O&O FONDS | NETWERKBEDRIJVENBESTUURSVERSLAG


4

BESTUURS-VERSLAG

5

O&O en CAO

Het O&O fonds is onlosmakelijk verbonden met de cao. De afspraken gemaakt door cao-partijen voor 2012 luidden dat de werkgevers 0,2% van het totale loonsom afgedragen wordt aan de Stichting Opleiding & Ontwikkelingsfonds Netwerkbedrijven. Met deze middelen wordt invulling gegeven aan de doelstellin-gen van de stichting:

• het ontwikkelen, opzetten en uitvoeren van activi-teiten, liggend op het terrein van opleiding, ontwik-keling en arbeidsvoorziening in de sector voor de netwerkbedrijven;

• het onderzoeken van subsidiemogelijkheden voor de sector en het generen en uitkeren van subsidies, die de scholingsactiviteit binnen de sector ten goede komt.

Het bestuur van het O&O fonds is nadrukkelijk betrok-ken bij het in 2012 gestarte initiatief “Investeren in mensen” . Met dit initiatief wordt gezocht naar antwoorden op zich aftekenen op de arbeidsmarkt. De sector bevindt zich nu en de komende jaren in een proces van energietransitie (nieuwe energietoepas-singen, technologische vernieuwing, slimme meters, mobiliteit). Meer vraag naar energie – liefst duurzaam - en dus volop kansen op groei voor de netwerkbe-drijven. Dat geldt zowel voor de traditionele als voor nieuwe activiteiten om de energietransitie te faciliteren.

In de loop van 2012 is het bestuur van het O&O fonds Netwerkbedrijven met elkaar in dialoog gegaan over de toekomst van dit fonds. Er is een aantal ontwikkelingen in de buitenwereld die vraagt om een herbezinning op de rol van het O&O fonds Netwerkbedrijven. De sluimerende ideeën over her-vorming en vernieuwing kregen daardoor kans aan de oppervlakte te komen en te worden getoetst aan ontwikkelingen in de samenleving, essentiële wijzigin-gen in de sector en belangen en standpunten van de partijen die in het paritair samengestelde bestuur zijn vertegenwoordigd. In deze herijking werd kritisch de huidige vorm van het fonds gekeken. En vervolgens werd nagedacht over een vorm die past bij de eisen van de tijd. Met de betrokken organisatie uit het O&O-netwerk werden antwoorden geformuleerd op de uit-dagingen van arbeidsmarkt en scholing. Een en ander in samenhang met het werven van subsidies.Het voorstel tot het herinrichting van het fonds in

de huidige vorm vindt niet plaats op basis van het argument ‘costsaving’. Het hoofdargument is effec-tiviteitverhoging. De vraagstukken zijn onverminderd aanwezig. Scholing als fundament onder de eco-nomische groei van Nederland staat meer dan ooit op de agenda. De Nederlandse industrie dreigt de concurrentieslag met het buitenland te verliezen door een onvervulbare vacatures. Daar gaan ook de net-werkbedrijven de komende jaren mee geconfronteerd worden. Vooral het middelbaar beroepsonderwijs is niet in staat om voldoende geschikte vakmensen af te leveren. Bijna de helft van de technisch geschoolde werknemers in Nederland is ouder dan 45 jaar. De aanwas is zorgwekkend. Van de half miljoen studenten die bij een mbo opleiding zijn ingeschreven kiest nog maar een kwart voor een technische oplei-ding. De arbeidsverkenning die mede in opdracht van het O&O fonds tot stand is gekomen bevestigt even-eens dat er die tekorten eraan zitten te komen.

Het O&O fonds in mensen

In 2012 was het bestuur als volgt samengesteld:• Adrie van Bekkum, (Enexis B.V.), voorzitter• Otto Hoole (VMHP-N), penningmeester• Niekalbert Butz (Stedin Netbeheer), bestuurslid• Oscar van Rijswijk (Abvakabo FNV), bestuurslid• Marc Donckers als secretaris van het bestuur

Het paritair samengestelde bestuur stelt de uitgangs-punten op die jaarlijks worden getoetst aan de ontwik-kelingen op de arbeidsmarkt, sociaal economische ontwikkelingen en behoefte in de bedrijfstak. Dit vormt de start voor de opleidingscommissie die op basis van de hoofdlijnen haar plannen jaarlijks vaststelt en bijstelt en vervolgens uitvoert. Het bestuur toetst deze plannen op de uitgangspunten, bewaakt het financiële verloop en stuurt op de resultaten. De onderliggende financiële en werkprocessen zijn vastgelegd in het nieuwe huishoudelijk reglement. De opleidingscommissie bestaande uit

• Danny Ouwendijk (Joulz B.V.), voorzitter• Mary Geurts (Alliander Opleidingen)• Jolanda Diepstraten (Enexis)• Josien Gasille/Elske van der Laan (TenneT)• Harjan Mols (Stedin Netbeheer)• Bart van Eggelen als secretaris van de commissie

kan na vaststelling van de plannen haar taken gaan



6

uitvoeren en heeft hierbij ruime mogelijkheden en bevoegdheden om tot resultaten te komen. Met enthousiasme en vooral succesvol heeft de oplei-dingscommissie de onderstaande projecten ten uitvoer gebracht, afgerond of gestart in 2012.

Het O&O fonds in projecten

ArbeidsmarktverkenningHet O&O fonds heeft het programma Green Dream

O&O fonds Netwerkbedrijven heeft TNO begin 2012 gevraagd de actuele stand van de onderwijsmarkt en de interne en externe arbeidsmarkt voor netwerkbedrij-ven in de energiesector in kaart te brengen. Daarnaast is TNO gevraagd samen met de netwerkbedrijven te onderzoeken welke trends de afgelopen jaren en de komende jaren van invloed zijn (geweest) op de ontwik-kelingen in de onderwijs- en arbeidsmarkt van de net-werkbranche. Het integrale rapport bevat het eindver-slag van die inventarisatie en verkenning. De highlights uit dit rapport zijn samengevat in een factsheet.

2011/2012 tot 2016 2016 en verder

Bezetting:13.415 totaal (fte)• Onderbezetting 0,3%• Bovenformatief 0%• Instroom 13% p/j• Uitstroom 6% p/j• Doorstroom 10% p/j• Inhuur extern 13%• Groei 6% (fte) p/j• Match 93%• Grijs, man, voltijds/vast,

gemiddeld verzuim, veel bijscholing/training

Behoefte:• 378 fte vacatures (3%)• MBO Monteurs data/elektra (69

fte), gas/water/warmte (36 fte) en werkvoorbereiders (62 fte)

• HBO/WO technisch (48 fte) en ICT (22 fte)

Knelpunten:• MBO monteurs, meettechnici• HBO/WO asset managers,

technisch, ICT, netbeheer en projecten programmamanagers

• Kwaliteit (ervaring/opleiding) is issue, niet kwantiteit (aantal sollicitanten)

Blijvende behoefte en mogelijke knelpunten: • MBO en HBO elektro,

werktuigbouw en civiel (m.n. ‘power engineering’)

• MBO/HBO ICT/data• HBO/WO projecten

programmamanagement• WO econometrie en ICT/data

analyse• WO Elektrotechnisch specialisatie

Power Engineering

Ruimte:Mogelijk boventalligheid laaggeschoold technisch en administratief personeel als gevolg van introductie slimme meters en netten, toename wettelijke eisen, datagedrevenheid, schaalvergroting en veranderende relaties in de keten.

Trends:Vergrijzing personeelsbestand legt steeds meer nadruk op behoud van personeel door verduurzaming inzetbaarheid en op versterken instroom jongeren door bevorderen aantrekkelijkheid van het (energie)technisch onderwijs. Netwerkbedrijf is werkgever met perspectief qua werkgelegenheid en qua ‘markt’ duurzaamheid, energie, klimaat, en ‘groen’ zijn en blijven hot topics.

Bezetting:16.445 totaal

Behoefte:3.029 fte (extra)• MBO Monteurs data/elektra (303

fte), service/onderhoud (246 fte), gas/water/warmte (189 fte) en werkvoorbereiders (81 fte)

• HBO/WO ICT (189 fte), projecten programmamanagement (183 fte), werkvoorbereider (141 fte)

Knelpunten:• VMBO Elektrotechnisch en

Installatie• MBO en HBO Elektrotechnisch,

Werktuigbouw en Civiel• WO Werktuigbouw

Ruimte:• MBO ICT, installatie, proces en

operationeel• HBO Informatica• WO Elektrotechnisch (m.u.v.

specialisatie Power Engineering) • WO ICT/Informatica

7

Licenties voor het LeerManagementSysteem NetDimensions LearningMedio 2010 heeft het O&O fonds 25.000 licenties voor het LMS NetDimensions aangekocht. Na aankoop van deze licenties heeft de benutting van dit LMS een grote vlucht genomen. Zowel het aantal licenties als het gebruik van de functionaliteiten in het LMS zijn fors toegenomen. Inmiddels beschikken in 2012 de drie netwerkbedrijven Alliander, Enexis, Stedin/Joulz over de leeromgeving NetDimensions. Deze bedrijven zetten de leeromgeving in voor hun eigen medewer-kers én ook voor de medewerkers van de aannemerij, die in de bedrijfsscholen van de netwerkbedrijven worden geschoold. Voor de netwerksector kwam in 2012 het totaal aan licenties op zo’n 21.800.

Daar het LMS en de e-learningproducten centraal gehost worden, bieden deze gezamenlijke aankoop en hosting naast financiële ook inhoudelijke voordelen. Eén van de belangrijkste inhoudelijk voordelen is, dat de sectorale O&O-opleidingspakketten die met de netwerkbedrijven zijn ontwikkeld op een centrale con-tentserver worden geplaatst en vervolgens beschik-baar zijn in de leeromgeving van de bedrijven. Verder hebben de bedrijven de mogelijkheden om rond de sectorale opleidingsinhoud een bedrijfsspecifieke schil te leggen. Hiermee kan met het gemeenschappelijke

opleidingstraject aangevuld met de bedrijfsspecifieke instructie voor de medewerkers een opleiding op maat worden opgebouwd.

Green Dream DistrictHet O&O fonds heeft het programma Green Dream District gesponsord. Kinderen hebben de toekomst en het is belangrijk dat zij nadenken over onze aarde en de manier waarop wij ermee omgaan. Bij Green Dream District zijn ze altijd op zoek naar de beste, duurzame ideeën bedacht door kinderen! Kinderen worden uitgedaagd en bedenken samen een duur-zame uitvinding! Aangemoedigd op school, een beetje hulp de goede richting in en hulp met het bouwen van een werkend prototype heeft op verschillende scholen

in het land plaatsgevonden! Iedereen tussen de 8 en 14 jaar mocht meedoen. Wanneer een groep kinderen een uitvinding had bedacht konden ze zich aanmelden via de site. Als het idee goed genoeg was werden ze uitgenodigd voor een auditie.

Om iedereen een stukje op weg te helpen is er in samenwerking met de landelijke NME (Natuur- en Milieueducatie) diensten een lesmodule opgesteld. De lesmodule kende een aantal korte filmpjes met bijbehorende vragen over duurzaamheid en techniek.

maart 14, 2013 3 www. Frisse Blikken .com

Leren, ontwikkelen en kennisdelen?


8

Verder was het pakket uitgerust met een duidelijke handleiding. Met de lesmodule van Green Dream District was men op een leuke manier educatief bezig!

De uiteindelijke winnaar was de “Zenzabrush”; de elektrische tandenborstel zonder elektriciteit. Gewoon trekken aan een touwtje en dertig seconden poetsen!

De branche-introductie opleiding Energie-netwerkenIn 2012 heeft het O&O fonds met de bedrijven Alliander, Enexis, Stedin en TenneT een opleidings-programma ontwikkeld, waarmee nieuwkomers in de energiesector kennis kunnen verwerven over de com-ponenten in de energieketen: van energie-opwekking, transport, bedrijfsvoering, technisch en economisch beheer tot en met eindgebruiker. Met deze opleiding heeft het O&O fonds een nieuwe stap gezet in de uit-breiding van het opleidingsaanbod. Ten eerste is het opleidingsaanbod verbreed naar HBO/WO-niveau. En ten tweede verzorgt het fonds samen met de bedrijven deze opleiding. Voorheen werden de opleidingsmiddelen, die door het O&O fonds werden ontwikkeld, beschikbaar gesteld aan de netwerkbedrij-ven. En de opleiding werd vervolgens uitgevoerd door de bedrijfscholen of opleidingsinstituten.

In oktober 2012 startte de eerste opleiding ‘Energie-netwerken’. Na een blok van twee dagen werden de overige vier cursusdagen verspreid over drie maanden. De cursistengroep van 16 deelnemers waren unaniem zeer positief over de inhoud en de sprekers in deze opleiding. Met een aantal kleine aan-passingen zal deze opleiding in 2013 weer tweemaal worden uitgevoerd.

Beroepscompetentieprofielen mbo-techniciEen beroepscompetentieprofiel (BCP) geeft de gemeenschappelijke kerntaken en competenties weer voor een beroep in een bedrijfstak. De overeenkomstige BCP’s uit verschillende sectoren worden geclusterd tot een beroepskwalificatie. En deze kwalificatie vormt het fundament voor het mbo-onderwijs. Met deze kwalificatie en de BCP’s als leidraad kunnen de ROC’s hun cursisten scholen naar de vakbekwaamheidseisen, die de bedrijven aan hun monteurs stellen. Het spreekt voor zich, dat voor het beroepsonderwijs van groot belang is, dat de BCP’s en de beroepskwalificaties actueel zijn. Daar de bestaande BCP’s dateren uit het jaar 2003 en 2005, was het wenselijk om te bekijken, in hoeverre deze nog vernieuwd moesten worden.

In 2012 zijn de acht BCP’s uit het kwalificatiedos-siers doorgelicht en daar waar nodig aangepast aan de huidige beroepspraktijk. In 2012 is vanuit Kenteq gestart met de hervorming van het kwalificatiedos-sier infratechniek met het doel de herkenbaarheid en de uitvoerbaarheid van dit dossier te vergroten. In dit proces van het hervorming van dit dossier zijn inhoudsdeskundigen van de netwerk-, warmte-, kabel&telekombedrijven betrokken geweest. Eind 2012 zijn deze BCP’s aan Kenteq opgeleverd.

Opleiding infratechniek elektra en gasDoor een uitstroom van oudere monteurs neemt de vervangingsvraag voor mbo-technici snel toe. Daartegenover staat dat de aanwas van jonge technici beperkt is. De verwachting is, dat bij het aantrekken van de economische groei tekorten zullen ontstaan op de technische arbeidsmarkt. Tegelijkertijd constateren de netwerkbedrijven, dat de huidige opleidingen onvoldoende zijn toegesneden op de vakbekwaamheidseisen vanuit de netwerksector. En deze opleidingen zijn didactisch verouderd: zij voldoen niet meer aan de opleidingsmethodiek in het huidige mbo-onderwijs.Voor de netwerkbedrijven aanleiding om met het O&O fonds Netwerkbedrijven te starten met het ontwikkelen van opleidingsmateriaal, waarmee mbo-ers worden geschoold voor de kwalificatie technicus infra niveau 4.

9

Met het ontwikkelen van dit opleidingsmateriaal voor het mbo-onderwijs worden een tweetal zaken beoogd:

• De opleidingsinhoud richt zich op de vakbekwaam-heidseisen van de netwerkbedrijven.

• Deze opleiding op niveau 4 biedt de monteurs in de netwerkbedrijven de mogelijkheid om in een leer-werktraject door te stromen naar een hogere functie.In deze opleiding kwalificeren de monteurs zich tevens voor bijvoorbeeld PE-lassen en gaslekzoeken. Zaken, waarvoor monteurs voorheen aparte cursussen voor moesten volgen. Ter afsluiting werd elke cursus afgesloten met een apart examen.

In het verslagjaar 2012 zijn de volgende stappen gezet:• De opleidingsplattegrond is in samenspraak met

inhoudsdeskundigen van de netwerkbedrijven en ROC-docenten opgesteld. De kenmerken voor de duale opleiding, voor zowel de theorie als de praktijk, is vastgesteld.

• Binnen de onderwijsinstellingen is geïnventariseerd, welk opleidingsmateriaal beschikbaar en bruikbaar is voor de te ontwikkelen opleidingsinhoud. Het aanwezige leermateriaal en de beschikbare expertise binnen de ROC’s waren de criteria voor keuze van de onderwijsinstellingen, waarmee voor deze opleiding wordt samengewerkt. Op de valreep van 2012 heeft de stuurgroep van dit project via een offerteronde een keuze gemaakt voor een bureau, die in 2013 het opleidingsmateriaal gaat ontwikkelen. Het doel is om het opleidingsmateriaal zover gereed te hebben, dat een cursistengroep in het schooljaar 2013/2014 kan starten met de nieuwe opleiding.

BEI en VIAGIn 2012 zijn de veiligheidswerkinstructies (VWI’s) met de daarbij behorende animaties geïntegreerd in de e-learning BEI en VIAG, zoals deze eind 2011 zijn opgeleverd. Daarmee is voor de cursist de gebruikers-vriendelijkheid van het pakket toegenomen. Vanuit de e-learning over de BEI- en VIAG-regelgeving wordt de cursist direct verwezen naar de VWI’s en animaties, die bij zijn aanwijzing horen.

Naast de e-learning zijn er voor de cursisten hand-zame BEI- en VIAG-boekjes ontwikkeld, die ze na afronding van de e-opleiding kunnen benutten als naslagwerk. Door een grote afname van deze boekjes zijn deze in 2012 enkele malen opnieuw gedrukt.

Gas-monteur Onderhoud & Storingen

Ond

erne

men

d &

Kla

nt-/

Serv

iceg

eric

ht

1.02Introductiegastechniek

Intakeopleiding

1.03VIAG

1.04VCA

1.05Wegwijs in procedures

1.06Intro nieuwe medewerker

1.07IT systemen

Gas-monteur O&S

2.1Aanleg

meteropstelling

2.2Verwisselen

gashoofdkraan bij meter-opstelling

3.1Introductie gasmeter-

opstellingen

3.2Verwisselen

gashoofdkraan bij meter-

opstellingen

4.1Introductie

aansluit-leidingen

4.2Inspectie en herstel aan-

sluitleidingen LD introductie

5.1Introductie

nieuwe aanleg

5.3Introductie inbouwen

op het bestaande net

5.4Introductieoverige acti-viteiten HD/LD Leidingen

deel 1

6.3 Leren,

loopbaan en burgerschap

6.1 Basis

rekenen

6.2 Wis- en

natuurkunde

6.4 Nederlands

7.1Introductie

aanleg stations

7.2IntroductieInspectie en

herstel

7.3IntroductieStoringen

8.1Begeleiden onervaren collega’s

8.2Moderne vreemde

taal

1.08Netstructuur/

-opbouw

1.09ELH

1.10Kleine/grote blusmiddelen

1.11Werk-/

schakelplan lezen

1.12Veilig werken langs de weg

1.13Veiligheids- bewustzijn

1.14NESTOR training

7.3.1Stations

storingen

7.3.2HAS

storingen

7.2.1Herstel na inspectie stations

7.2.2Inspectie

van stations

4.2.1Inspectie

aansluitleiding

4.2.2Herstel aansluitleiding

4.1.1Saneren aansluitleiding

4.1.2Stijgleidingaanleggen

(hoogbouw)

4.1.3Leggen van

aansluit-leiding

4.1.4Nieuwe

aansluiting op bestaande

infra

4.1.5Beproeven van

LD-aansluit-leidingen

4.1.6In bedrijf nemen

4.1.7Intekenen

huisaansluit-schets

4.1.8Administratie

uitvoeren

3.2.1Met

grondafsluiter

3.2.2Afkoppelen

aansluitleiding op de hoofd-

leiding

3.1.1Gasmeter

verwisselen

3.1.2Drukregelaar

vervangen

3.1.3In-/uit bedrijf

nemen

3.1.4Administratie

uitvoeren

2.1.1Gasmeter

verwisselen

2.1.3Drukregelaar

vervangen

2.1.4Beproeven

meteropstel-ling en BI

2.1.5In-/uit bedrijf

nemengasmeterop-stelling en BI

2.1.6Administratie

uitvoeren

2.1.7Herkennen

fraude

2.2.1Met grond-

afsluiter

2.2.2Afkoppelen

aansluitleiding op de hoofd-

leiding

2.2.3Met bostop kraanblaasje


HAS

7.1.3Plaatsen

HAS

7.1.1Plaatsen van

stations

5.4.1Herstel na inspectie

5.4.2Inspectie

5.4.3Reparatie HL

(storing)

5.4.5Gaslek-

onderzoek

7.4.1AC Leiding

7.4.2PE Lassen

7.4.3Stoppelen

5.3.1Uitzetten

leidingtracé

5.3.2Drukloos

maken

5.3.3Uitvoereninbouwen

5.3.4Beproeven


5.3.6Aanleg HD-

aansluitleiding

5.2Introductie bijzondere

constructies

5.1.4Leggen van leidingen

5.1.7Administratie

uitvoeren

5.1.1KLIC melding

maken - kadaster

5.1.2Opslag en transport materiaal

5.1.3Uitzetten

leidingtracé

Blok VNieuwe aanleg (LD en HD), incl. HD aansluit-leidingen.

Blok VIIStations enoverige activiteiten

Blok IVAansluitleidingen LD

Blok IIIGasmeteropstelling > G25 LD (kleinzakelijk en industrieël)

Blok IIGasmeteropstelling ≤ G25 LD (huishoudelijk en kleinzakelijk)

Blok IBasisvorming Gas

5.2.1Reconstructie

en kunstwerken

2245

3 O

&O

/OM

/Gas

/201

2/01

/defi

nitie

f 2.0

5.1.6Intekenen Leidingen

5.1.5Beproeven

Blok VI

Blok VIII

2.1.2Slimme meters

7.4.4Kathodische bescherming

5.3.7Gasblazen

7.1.2In bedrijf

nemen stations 7.4Introductie

overige activi-teiten HD/LD

Leidingen deel 2


10

Inventarisatie van de opleidingsbehoefte voor netcoördinator, assetmanager en bedrijfsvoerder, beveilingsautomatiseerderIn 2012 is de start gemaakt met het in kaart brengen van de opleidingsbehoefte voor bovenstaande func-ties. De aanleiding om dit te doen is tweeledig:

• Naast de focus op MBO-niveau verruimt het fonds de blik naar HBO en WO-niveau.

• wanneer er beperkt opleidingsmateriaal beschikbaar is, kan gezamenlijk materiaal worden ontwikkeld. En in dit gezamenlijk ontwikkeltraject kan kennis geborgd worden.

De eerste inventarisatie is via enquêtes gelopen. Deze gaven aanleiding om in 2013 verder te gaan met het uitdiepen van de opleidingsbehoefte.

Power MinorDe ‘Power Minor’ is ontwikkeld en opgezet in samen-werking met TenneT. De participerende hogescholen zijn de Haagse hogeschool, hogeschool Windesheim en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. De focus bij deze minor ligt op de opwekking, de distributie en het transport van Elektrische Energie. Deze minor draait al vele jaren met succes voor reguliere hbo studenten.

De bedoeling is om in 2013-2014 te starten met het programma van deze minor voor werkenden met een technische mbo vooropleiding. Om werkenden de opleiding te kunnen laten volgen wordt deze in deeltijd uitgevoerd.

De noodzakelijke aansluitende basiskennis is daarom aan deze opleiding toegevoegd. Denk daarbij aan onderwerpen als wiskunde, netberekeningen en elek-trische machines. In het totale programma zitten de volgende onderwerpen

- Wiskunde en Complex rekenen - Netwerktheorie, Transformatoren en Elektrische

machines - Basis Meet– en Regeltechniek en

Vermogenselektronica - Opwekking en Productiemiddelen - Structuur energievoorziening - Frequentie/Vermogens– en Spanningsregeling - Blikseminslag - Beveiliging - Transport - Verbruikers - Caseopdracht en excursies

In het reguliere opleidingsprogramma van enkele hoge scho-len is de ‘Power minor‘ (waarin Opwekking, Transport en Dis-tributie van elektriciteit centraal staat) een onderdeel van het reguliere onderwijs. Studenten die Elektrotechniek studeren kiezen vaak deze minor in hun pakket. Dit programma is nu ook beschikbaar voor medewerkers bij Elektrische Energie-bedrijven met een mbo vooropleiding.

Algemeen

De ‘Power Minor’ is ontwikkeld en opgezet in samen-werking met TenneT. De participerende hogescholen zijn de Haagse hogeschool, hogeschool Windesheim en de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. De focus bij deze minor ligt op de opwekking, de distributie en het transport van Elektrische Energie. Deze minor draait al vele jaren met succes voor reguliere hbo stu-denten. Het programma van deze minor is nu ook voor werkenden met een technische mbo vooropleiding te volgen. De noodzakelijke aansluitende basiskennis is daarom aan deze opleiding toegevoegd. Denk daarbij aan onderwerpen als wiskunde, netberekeningen en elektrische machines. De naam van deze opleiding is daartoe aangepast naar ‘Power course’. De opleiding wordt op hbo niveau gegeven. De opzet is zodanig dat het in deeltijd kan worden gevolgd. In het totale programma zitten de volgende onderwer-pen (zoz voor meer gedetailleerde informatie): Wiskunde en Complex rekenen Netwerktheorie, Transformatoren en Elektrische

machines Basis Meet– en Regeltechniek en Vermogenselek-

tronica Opwekking en Productiemiddelen Structuur energievoorziening Frequentie/Vermogens– en Spanningsregeling Blikseminslag Beveiliging Transport Verbruikers Caseopdracht en excursies

Doelstellingen van de cursus

De doelstelling van deze cursus is dat u met de opgedane kennis in dit vakgebied, begrijpt wat er speelt en gebeurt in het werkveld. U kunt als inhoudelijk deskundige communi-ceren en discussiëren met andere vakdeskundigen. Doelgroep

Tot de doelgroep behoren diegenen die minimaal een technische mbo vooropleiding hebben en werkzaam zijn bij bedrijven in de Elektrische Energietechniek. Locatie / Tijden

De cursus wordt gedurende een jaar wekelijks gegeven op de campus van de Faculteit Techniek van de Hoge-school van Arnhem en Nijmegen aan de Ruitenberglaan 26 te Arnhem. Met de vakanties in Nederland wordt rekening gehouden. De cursustijden in Arnhem zijn van 15.00 tot 21.00 uur met één uur pauze van 17:30—18:30 uur. Prijs / Cursusdata

De cursuskosten en –data vindt u op het bijgevoegde cursus- overzicht en op onze website: www.han.nl/engineering Het cursusgeld is inclusief lesmateriaal, koffie en thee. Certificaat

Elke deelnemer ontvangt een bewijs van deelname en bij voldoende toetsresultaat en afronding van de case-opdracht een hbo certificaat. Aanmelding

U kunt zich aanmelden via www.han.nl/engineering of rechtstreeks via aanmelden.

Cursussen, post-hbo en maatwerkopleidingen Faculteit Techniek

11

WATT? en het onderwijsUit onderzoek blijkt dat docenten en decanen naast ouders de belangrijkste beïnvloeders zijn als het gaat om beroeps- en opleidingskeuzes. Het zijn deze gegevens die al sinds het begin van de campagne hét communicatiekanaal van WATT? bepalen: het onder-wijs als medium om jongeren te bereiken.

Contact met ruim 5200 decanen en docentenIn 2012 informeerde WATT? wederom ongeveer 5.250 decanen, techniekdocenten en scheikundedocenten over de voorlichtingsmaterialen en -activiteiten over werken in de energie, via een overzichtsbrochure met bestelkaart die in maart en oktober op naam verstuurd werd. Docenten en decanen werden persoonlijk over WATT? en werken in de energiesector geïnformeerd tijdens de jaarlijkse conferentie voor techniekdocenten (VeDoTech = Vereniging Docenten Techniek) en de NVS-NVL decanendag.

Contact met jongerenNet als de docenten en decanen ontvingen ook de leerlingen uit het WATT?-bestand zes keer een digitale nieuwsbrief met informatie van en over energie(bedrijven) en open dagen. Daarnaast verscheen de special TKMST Xtra over werken in de energie, waarin naast algemene informatie ook

Watt?-campagne

Voorlichtingscampagne WATT? in teken van persoonlijk contactHet O&O fonds Productie- en Leveringsbedrijven, het O&O fonds Netwerkbedrijven en het O&O fonds Afval- & Milieubedrijven voeren sinds 2006 de voor-lichtingscampagne WATT? uit. WATT? heeft tot doel om jongeren die nog moeten kiezen voor een vervolg-opleiding en/of beroep, kennis te laten maken met de energiesector. Zodat zij in hun overwegingen ook de technische opleidingen en beroepen meenemen, die voor de energiesector relevant zijn.

2012 stond voor WATT? nóg meer dan voorgaande jaren in het teken van persoonlijk contact. Dat was mede mogelijk dankzij enkele ontwikkelingen in het onderwijs en de beroepskeuzevoorlichting. De laatste jaren is een trend gaande die beroepsvoorlichting steeds kleinschaliger maakt. WATT? selecteert in samenwerking met energiebedrijven uit de betreffende regio’s de beurzen waar voorlichting het meest effec-tief is. Daar biedt WATT? met haar stand bedrijven een podium om één-op-één met technisch geïnteres-seerde leerlingen in contact te komen. De landelijke docenten- en decanendagen bijvoorbeeld, waar WATT? met een stand en workshop aanwezig was. En voor leerlingen de bedrijfsbezoeken die WATT? met haar Excursieservice faciliteert.

Studiebeurs West(Rotterdam)

Onderwijsbeurs Zuid-Nederland (Eindhoven)

Onderwijsbeurs Groningen

Studiebeurs Zwolle

Beroepskeuzebeurs West-Nederland (Rijswijk)

Beroepskeuzebeurs West-Nederland (Utrecht)

14 / 15 nov

16 / 17 nov

7 / 8 dec

Datum

6.393

4.729

7.764

BezoekersDeelnemende energie-bedrijven

4 / 5 okt 15.900

28 / 29 sept 19.516

15 / 17 mrt 9.368 E.ON, HVC

Enexis

Enexis, Nuon

Cogas, Enexis, O&O fonds

Westland Infra, Joulz

Nuon, Joulz


12

Een bijzonder project dat in 2012 werd afgerond, is het lesmateriaal Biogas als brandstof. Met dit lespak-ket kunnen leerlingen in de vakken Natuur, Leven en Techniek (en scheikunde) van de bovenbouw havo/vwo met huis-, tuin- en keukenmiddelen een eigen werkende biovergistingsinstallatie maken. De bouw is gekoppeld aan informatie over de manier waarop de sector in werkelijkheid biogas wint, en wat voor werk je daar zoal kunt doen. Het lespakket kwam tot stand in samenwerking met studenten techniek van de Hogeschool Windesheim in Zwolle, en afvalener-giebedrijven ROVA, Attero en HVC. Bij het lesmateriaal hoort een techniekposter en een dvd met filmpjes over biovergisting. Zoals gebruikelijk in de WATT?-campagne is de vorm en inhoud in overleg met de doelgroep (docenten en leerlingen) en de energiebe-drijven ontwikkeld.

Website steeds belangrijker als informatieportaalHet is voor docenten en decanen via de website eenvoudig om bestellingen te plaatsen, contact met bedrijven te leggen voor gastlessen of bedrijfsbe-zoeken en op te geven voor een bedrijfsexcursie. Opvallend is vooral ook het toegenomen aantal down-loads van producten vanaf de website, zoals de tech-niekposters en beroepenfilmpjes. Dit hangt samen met de ook in het voortgezet onderwijs rap voortschrij-dende introductie van het digitale schoolbord, dat docenten nieuwe mogelijkheden biedt om materialen te presenteren. Het aantal unieke pageviews in 2012 van www.watt.nl was 59.771 tijdens 21.224 bezoeken.

advertenties van afzonderlijke energiebedrijven waren opgenomen.

Op zes regionale onderwijsbeurzen konden leerlingen in de WATT?-stand kennismaken met werken in de energiesector.

Aanvragen voor les- en voorlichtingsmaterialen

WATT?-materialen besteld in 2012

Vmbo-magazines 7590Mbo-magazines 5580Havo/vwo-magazines 5985Leerlingenboekjes mbo 1313Leerlingenboekjes hbo 495Hbo-readers 311Sets techniekposters 414Posters - Opleidingen in de energie 291Posters - Kom werken in de energie 119Lesmaterialen - Van stoom naar stroom 604Lesmaterialen - Biogas als brandstof 203Tutorials 1188Samenwerking in beeld 137Dvd - Werken in de energie 286Folders - Power Minor (TenneT) 139Brochures - Jongeren en techniek (Nuon) 235Leaflets - Werken bij TenneT 72Totaal aantal bestellingen 499 Online Downloads door docenten en decanen 220Nieuwsbrief docenten en decanen 889Nieuwsbrief leerlingen 388

Nieuwe en aangepaste materialenBegin 2012 kwam het havo/vwo magazine over werken in de energie uit, dat WATT? via docenten aan leerlingen aanbiedt. In de bijgevoegde docenten- en decanenhandleiding staan suggesties voor het inzet-ten van de magazines in de les. Daarnaast bracht WATT? op suggestie van docenten voor zowel het vmbo, mbo- als havo/vwo-magazine een set werkbla-den uit die docenten kunnen inzetten in de klas.

13

Het O&O fonds in subsidies

Subsidieregeling NetwerkbedrijvenVoor het kalenderjaar 2012 heeft het bestuur van het O&O fonds besloten, dat eenmalig de jaarcontributie (meetjaar 2011) van de beschikbare middelen van de sector netwerkbedrijven wordt ingezet voor sub-sidiëring van scholingsactiviteiten in de afzonderlijke bedrijven. De subsidieregeling maakt de volgende opleidings- en ontwikkelingsactiviteiten subsidiabel:

• Scholingsactiviteiten in brede zin tot en met wo-niveau is subsidiabel.

• EVC-trajecten• Reguliere mbo/hbo/wo-opleidingen voor de huidige

werknemers binnen de aangesloten bedrijven• Het beschikbaar stellen van opleidingsinstrumentaria

en of opleidingsfaciliteiten voor de medewerkers, of aan derden voor zover dit plaatsvindt in het kader van het versterken van het samenwerkingsverband tussen regulier onderwijs en de sector Netwerkbedrijven

Over de genoemde opleidingsactiviteiten ontving de subsidie-aanvrager teruggave van de gemaakte kosten. Onder de subsidiabele kostenposten vielen de directe, out-of-pocket opleidings- en ontwik-kelingskosten, zoals bijvoorbeeld uitvoeringskosten van de opleiding en kosten van de entreetoets, de eindtoets, het examen en het certificaat. Buiten de subsidiabele kosten vielen de voorbereidingskosten van de medewerkers van de eigen organisatie, reis- en verblijfskosten, BTW en gederfde loonkosten. Ook werden geen subsidies verstrekt aan individuele cursisten.

De gemaakte kosten werden verantwoord met facturen, die eenduidig te koppelen waren aan de opleidingsactiviteiten uit de toegekende subsidieaan-vraag. Ieder bij de WENb aangesloten Netwerkbedrijf en vallend onder de cao Netwerkbedrijven kon over 2012 (1-1-2012 tot en met 31-12-2012) deze subsidie aanvragen. Het overgrote deel van de bedrijven heeft gebruik gemaakt van deze regeling.

Excursieservice groot succesHoewel de bedrijfspresentaties op beurzen een goede indruk geven van werk in de energiesector, is de beste manier om jongeren enthousiast te maken voor werk in de energiesector: hen de werkpraktijk in het écht te laten zien en ervaren. Met excursies en bedrijfsbezoe-ken bijvoorbeeld. Sinds de pilot in 2011 bood WATT? in 2012 een volwaardige excursieservice aan. Inclusief busvervoer waarmee geïnteresseerde scholen hun leerlingen naar en van een bedrijfslocatie kunnen laten vervoeren. Op die locatie biedt het betreffende energiebedrijf vervolgens een op de doelgroep afgestemd programma. De excursieservice bleek in 2012 zó succesvol, dat deze inmiddels als structureel onderdeel van de WATT?-activiteiten is opgenomen. In 2012 vonden 25 excursies plaats, waarbij ongeveer 500 leerlingen een kijkje in de keuken van energie-bedrijven namen. Voor sommige locaties is de vraag vanuit scholen inmiddels groter dan het aanbod van excursies.


14

ESF-subsidieDe sluiting van het ESF subsidieloket in 2012 zorgde ervoor dat het niet meer mogelijk was om ESF sub-sidie aan te vragen voor scholingsactiviteiten. 2012 was vooral het jaar van de uitvoering van de oplei-dingstrajecten die in 2011 door de Netwerkbedrijven waren aangevraagd, en het samenstellen van de eind-declaraties. Samen met de bedrijven, heeft het O&O fonds vlak voor het eind van het jaar, de verschillende einddeclaraties ingediend bij het Agentschap Sociale Zaken & Werkgelegenheid (AgSZW). Dat moment is meteen een goede graadmeter om te kijken naar de benutting van de beschikbare gelden. Was de benut-ting tot en met 2010 van de ESF projecten ongeveer 30%. Bij de 2011 projecten is de gemiddelde benut-ting van de ingediende einddeclaraties meer dan 50% van de aangevraagde subsidie voor de WENb sectoren (incl. drinkwaterbedrijven). De projecten zullen in de loop van 2013 worden gecontroleerd door accountant KPMG in opdracht van het AgSZW.

Het O&O fonds heeft in 2011 4 ESF aanvragen ingediend voor een totaal bedrag van € 2.292.073 (projecten Alliander, Joulz, Delta en Enexis). Het totaalbedrag van de ingediende einddeclaraties was groot € 1.422.256 (voorlopige benutting 62%).

Het O&O fonds zal samen met de Subsidie Expertise Groep in het najaar van 2013 een conferentie organi-seren om de WENb bedrijven voor te bereiden op de nieuwe ESF programmaperiode 2014 – 2020. De geruchtenmachine rondom deze nieuwe sub-sidieregeling draait op volle toeren. De verwachte thema’s zijn Duurzame Inzetbaarheid medewerkers en re-integratie van mensen die moeilijk aan werk komen. Doel van de toekomstige subsidieregeling is te komen tot een arbeidsparticipatie van 80% in 2020.

15

JAAR-REKENING


16

Balans St. O&O fonds Netwerkbedrijven per 31 december 2012

ACTIVA 2012 2011 (na voorgestelde resultaatbestemming)

VorderingenDebiteuren 1.222.447 1.150.303Nog te ontvangen bestemmingsreserve O&O fonds ENb - 4.255.241Rekening courant O&O fonds ENb 2.252.167 -Overige activa 25.222 - 3.499.836 5.405.544

Liquide middelen 3.385.369 2.036.221

Totaal 6.885.205 7.441.765

PASSIVA 2012 2011(na voorgestelde resultaatbestemming)

Eigen vermogenBureau O&O fonds Netwerkbedrijven minimumkapitaal 500.000 500.000

Stand per 1 januari 5.835.528 -3.273Ten laste/gunste van het kapitaal -1.070.402 83.560Bestemmingsreserve O&O fonds ENb 2011 - 5.255.241 4.765.126 5.835.528

Kortlopende schuldenToegekende subsidies 962.015 -Toegekende ontwikkelingskosten 696.968 836.678Crediteuren 166.006 -Overlopende passiva 56.550 499.229Verschuldigde omzetbelasting 238.540 270.330 2.120.079 1.606.237

Totaal 6.885.205 7.441.765

17

Rekening van baten en lasten St. O&O fonds Netwerkbedrijven over 2012

BATEN 2012 2011

Stichtingsbijdrage 2012 1.583.900 1.422.785Overige baten 75.745 - 1.659.645 1.422.785

LASTEN 2012 2011

Toegekende subsidies 2012 1.400.000 -Toegekende ontwikkelingskosten 2012 1.208.797 1.324.180Secretariaatskosten 121.469 -Overige lasten 36.225 9.392 2.766.491 1.333.572

Exploitatieresultaat -1.106.846 89.213

Financiële baten/lasten -36.444 5.653

Nadelig saldo -1.070.402 83.560

Bestemming saldo:

Ten laste van het kapitaal -1.070.402 83.560


18

Kasstroomoverzicht over 2012 van St. O&O fonds Netwerkbedrijven

KASSTROOM 2012 2011 Kasstroom uit operationele activteitenBedrijfsresultaat -1.106.846 89.213

Veranderingen in werkkapitaal

Vorderingen 1.905.708 -5.405.544Kortlopende schulden 513.842 106.237 2.419.550 -5.299.307 Kasstroom uit bedrijfsoperaties 1.312.704 -5.210.094

Ontvangen/betaalde interest 36.444 -5.653 36.444 -5.653 Kasstroom uit operationele activteiten 1.349.148 -5.215.747

Kasstroom uit financieringsactivteitenMutatie minimumkapitaal - 500.000Mutatie bestemmingsreserve - 5.251.968 Kasstroom uit financieringsactivteiten 0 5.751.968 Toename geldmiddelen 1.349.148 536.221

Het verloop van de geldmiddelen is als volgt:

Stand per begin boekjaar 2.036.221 1.500.000Mutatie in boekjaar 1.349.148 536.221 Stand per eind boekjaar 3.385.369 2.036.221

19

Algemene toelichting

Algemeen

ActiviteitenDe Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Netwerkbedrijven is opgericht op 12 juli 2010 ten behoeve van de bedrijven die vallen onder werkings-sfeer van de cao Productie & Levering binnen de WENb.De stichting heeft tot doel het ontwikkelen, opzet-ten en uitvoeren van activiteiten op het terrein van opleiding, ontwikkeling en arbeidsvoorziening in de productie- en leveringsector.

PersoneelDe stichting heeft geen personeel in dienst.

Grondslagen voor waardering van activa en passivaAlgemeenDe jaarrekening is opgesteld in euro’s in overeenstem-ming met de richtlijnen voor de jaarverslaggeving 640, Organisaties-zonder-winststreven. Activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde, tenzij een andere waarderingsgrondslag is vermeld.

Vergelijking met voorgaand jaarDe gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar.

VorderingenVorderingen worden gewaardeerd op nominale waarde onder aftrek van noodzakelijk geachte voorzieningen voor oninbaarheid.

Liquide middelenHet saldo van de liquide middelen is opgenomen tegen nominale waarde en staat vrij ter beschikking.

Eigen VermogenHet eigen vermogen is het verschil tussen bezit (activa) en schulden (passiva) inclusief reserves.

Grondslagen voor bepaling van het resultaatResultaatbepalingOnder de baten wordt verstaan de in enig jaar ontvangen en toegezegde bijdrage op basis van de loonsomheffing.Deze loonsom komt tot stand middels een loonsom-enquête, uitgevoerd door VNO-NCW, voor de branche vereniging WENb. Voor zover geen definitieve gege-vens over de loonsom beschikbaar zijn, wordt de loonsom bij de participant opgevraagd.Op moment van toekenning worden de eigen subsi-dies en de kosten van O&O projecten ten laste van het exploitatieresultaat gebracht. De eindafrekening van de toegekende subsidies vindt plaats op basis van de werkelijk bestede kosten. Bij de eindafrekening van desbetreffende projecten komt de afwijking ten gunste van de exploitatie in het lopende jaar.De overige opbrengsten en kosten worden bepaald op historische basis en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben.

BelastingenOver de loonsomheffing welke de participanten van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Netwerkbedrijven in rekening wordt gebracht, is omzetbelasting verschuldigd. De hiermee samen-hangende voorbelasting wordt hierop in mindering gebracht.

Kasstroomoverzicht

De staat van herkomst en besteding van middelen geeft de inkomende- en uitgaande geldstromen aan binnen het boekjaar. Deze is weergegeven conform de directe methode.


20

Toelichting op de balans

ACTIVA 2012 2011

Vorderingen

Debiteuren Stand per 31 december 1.222.447 1.150.303Het risico van mogelijke oninbaarheid wordt niet noodzakelijk geacht.

Overige overlopende activa Nog te ontvangen rente 4e kwartaal 10.222 -Nog te factureren omzet 15.000 - 25.222 -

Liquide middelenABN AMRO 47.84.88.254 (rekening courant) 774.535 2.036.221ABN AMRO 42.68.09.254 (deposito) 2.610.834 - 3.385.369 2.036.221

PASSIVA 2012 2011

Eigen vermogenMinimumkapitaal 500.000 500.000Op advies accountant is een bedrag gereserveerd om aan verplichtingen te voldoen bij het opheffen van de stichting.

Verloop van het eigen vermogen Stand per 1 januari 5.335.528 -3.273Saldo rekening van baten en lasten -1.070.402 83.560Dotatie bestemmingsreserve O&O fonds ENb 2011 - 5.255.241 Stand per 31 december 4.265.126 5.335.528

2121

Kortlopende schuldenNog te verrekenen bedragen van in 2012 toegekende subsidies 962.015 -

Verloopoverzicht O&O Netwerkbedrijven-subsidies Toegekende subsidies 1.400.000 -Uitgekeerde subsidies -437.985 - Stand per 31 december 962.015 -

Kosten O&O projecten Nog te verrekenen kosten van in 2011 toegekende O&O projecten 262.340 836.678Nog te verrekenen kosten van in 2012 toegekende O&O projecten 434.628 - 696.968 836.678

Verloopoverzicht kosten O&O projecten Stand per 1 januari 836.678 -Toegekend in het lopend jaar 1.269.877 1.324.180Uitgevoerde kosten O&O projecten -1.348.507 -487.502Vrijval niet uitgevoerde kosten O&O projecten -61.079 - Stand per 31 december 696.968 836.678

Crediteuren Stand per 31 december 166.006 -

Overlopende passiva Accountantskosten 4.250 4.250Kosten jaarverslag 1.500 2.000Vacatievergoedingen bestuur 2012 3.792 2.844Overige passiva 47.008 490.135 56.550 499.229

Omzetbelasting Verschuldigde omzetbelasting 238.540 270.330

(vervolg PASSIVA)


22

Toelichting op de rekening van baten en lasten

BATEN 2012 2011

Stichtingsbijdrage 2012 1.583.900 1.422.785Bijdrage O&O fonds Netwerkbedrijven 2012 is gebaseerd op de loonsom van de aangesloten leden van 2011. Afspraken hierover worden vastgelegd in de cao door sociale partners.

Overige baten BEI/VIAG lespakketten 21.025 -LMS EKP licenties 54.720 - 75.745 -

LASTEN 2012 2011

Toegekende subsidies 2012 1.400.000 -De opleidingscommissie binnen het O&O fonds Netwerkbedrijven bepaalt in eerste instantie de inzet van de financiële middelen middels jaarplannen. Het bestuur van het O&O fonds neemt de beslissing over de plannen.

Toegekende projecten 2012 1.269.877 1.324.180Vrijval projecten -61.079 - 1.208.797 1.324.180Vrijval ontstaat wanneer projecten niet worden uitgevoerd of minder kosten zijn betaald dan in eerste instantie begroot.

Secretariaatskosten Bureau secretariaat 107.370 -Huisvesting 10.307 -Overige secretariaatskosten 3.792 - 121.469 -

Algemene kosten Advisering/projectbegeleiding 3.511 -Hosting aankoop Netwerkbedrijven licenties 2012 14.363 -Accountantskosten 4.250 4.250Kosten jaarverslag 1.500 2.000Overige algemene kosten 12.601 3.142 36.225 9.392Financiële baten en lasten Rente kosten lening O&O fonds ENb - 5.653

Rente baten deposito ABN AMRO -21.056 -Rente baten rekening courant O&O fonds ENb -15.388 - -36.444 5.653

23

De in dit jaarverslag 2012 opgenomen balans met toelichting per 31 december 2012 en de staat van baten en lasten over 2012 is ontleend aan de door Result Accountants B.V. gecontroleerde jaarrekening van Opleidings- en Ontwikkelings fonds Netwerkbedrijven per 31 december 2012. Wij hebben een goedkeurend oordeel verstrekt bij die jaarrekening in onze controle-verklaring van 3 juli 2013. De desbetreffende jaarrekening en de daaraan ontleende balans met toelichting en staat van baten en lasten met toelichting bevatten geen weergave van gebeurte nissen die hebben plaatsgevonden sinds de datum van onze controleverklaring van 3 juli 2013.

Gendt, 3 juli 2013Result Accountants B.V.R.J. Wolffensperger RA

Utrechtseweg 3106812 AR Arnhem

Postbus 90096800 DL Arnhem

T (026) 356 95 63F (026) 356 95 60

[email protected]

tekst O&

O fond

s, Arnhem

on

twerp

Vormgeversassociatie B

V

Partners van het O&O fonds

VERBRE

DING

VERDIEP

ING

EMPLOYA

BILITY

Documents

O&O fonds jaarverslag 2012