Upload
others
View
5
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 1
Onderzoeksrapport
Kwantitatief onderzoek bij Gentenaren
omtrent het beeld van studenten.
In opdracht van Anneke Vanden Bulcke
Jeugddienst Stad Gent
Isabelle Wittebroodt
Arteveldehogeschool
Opleiding Bachelor in het Communicatiemanagement
Januari 2016
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
2
Inhoudsopgave
I. Inleiding ............................................................................................................................................ 3
II. Onderzoeksontwerp ....................................................................................................................... 4
A. Onderzoeksdoelstelling ............................................................................................................... 4
B. Onderzoeksvragen ....................................................................................................................... 5
C. Onderzoeksmethode ................................................................................................................... 6
D. Populatie en steekproeftrekking ................................................................................................. 7
E. Veldwerkorganisatie .................................................................................................................... 8
III. Resultaten van de enquête ............................................................................................................. 9
A. Beschrijving van de steekproef .................................................................................................... 9
1. Quota ....................................................................................................................................... 9
2. Woonplaats ........................................................................................................................... 10
3. Opleidingsniveau en beroepsactiviteit .................................................................................. 12
4. Taal die men thuis spreekt .................................................................................................... 13
5. Thuiswonende kinderen ........................................................................................................ 14
B. Houding ten opzichte van Gent ................................................................................................. 15
C. Contact met studenten .............................................................................................................. 21
1. Contact met studenten ......................................................................................................... 21
2. Ervaringen met studenten .................................................................................................... 24
3. Berichten lezen / horen over studenten ................................................................................ 28
D. Beeld van studenten ................................................................................................................. 29
1. Beeld van de student in Gent ................................................................................................ 29
2. Voor-‐ en nadelen van de aanwezigheid van studenten in Gent ........................................... 34
E. Verwachtingen tegenover studenten ........................................................................................ 39
1. Ideaalbeeld van de studenten ............................................................................................... 39
2. Hulp bieden aan/krijgen van studenten ................................................................................ 39
IV. Conclusie ...................................................................................................................................... 45
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 3
I. Inleiding
Gent telt ruim 72.000 studenten en is daarmee de grootste studentenstad van Vlaanderen.
Een groot deel daarvan verblijft ook tijdens zijn studies in Gent: een 30.000-‐tal studenten woont,
studeert en ontspant tussen de bewoners.
Buurtbewoners hebben weinig contact met studenten en omgekeerd. Studenten zijn vaak ook
minder aanwezig in de buurt, dit maakt hun engagement naar de buurt anders dan dat van vaste
bewoners. Omdat studenten zich in een andere levensfase bevinden en er vaak een ander leefritme
op nahouden dan andere inwoners van Gent, kan dat voor samenlevingsproblemen zorgen.
Tot nog toe heeft de Jeugddienst van Stad Gent geen idee over wat de Gentenaar vindt van de
studenten in Gent. De dienst ontvangt wel regelmatig een klacht i.v.m. overlast veroorzaakt door
studenten, maar of het daarmee ook klopt dat het beeld over de student eerder negatief is, weet
men niet.
Stad Gent wenst de Arteveldehogeschool in te schakelen om een kwantitatief en kwalitatief
onderzoek uit te voeren om een antwoord te vinden op bovenstaande vraag. In een 1ste fase voeren
de tweedejaarsstudenten van de opleiding Communicatiemanagement kwantitatief onderzoek uit.
De studenten maakten kennis met alle stappen van het uitvoeren van deskresearch, werden
getraind in het enquêteren en namen de enquêtes af.
Dit alles vond plaats onder begeleiding van de docenten die verantwoordelijk zijn voor het
opleidingsonderdeel en dit onderzoeksrapport hebben opgesteld. Op de bijgevoegde usb-‐stick vindt
u de bijlagen terug met onder andere nog informatie over de populatie en steekproefverdeling, de
vragenlijst en het databestand met alle gegevens van de respondenten die uit de bevraging zijn
gekomen.
In een 2de fase werken derdejaarsstudenten Communicatiemanagement, onder leiding van de
betrokken lectoren, verder op basis van de verkregen resultaten uit de 1ste fase en voeren zij
verdiepend onderzoek uit. Ten slotte zullen zij op basis van dit alles een communicatieadvies
uitwerken.
We willen hierbij Anneke Vanden Bulcke, studentenambtenaar, en Els Bauwens, medewerker
omgevingsdata en -‐analyse bedanken voor de vlotte samenwerking.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 4
II. Onderzoeksontwerp
A. Onderzoeksdoelstelling
De Jeugddienst wenst op basis van de onderzoeksresultaten zicht te krijgen op het beeld dat de
Gentenaar heeft van studenten. Vervolgens wil Stad Gent haar communicatiestrategie afstemmen op
deze doelgroepen. Om dit te verwezenlijken, voeren we onderzoek naar:
o de houding die de Gentenaar heeft t.o.v. Gent
o in welke mate de Gentenaar contact heeft met de studenten
o het beeld dat leeft bij de Gentenaar van de studenten in Gent,
o de verwachtingen die Gentenaars hebben van studenten op vlak van gedrag en engagement.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 5
B. Onderzoeksvragen
Om bovenstaande doelstellingen te verwezenlijken, willen we in het kwantitatieve luik een antwoord
geven op volgende centrale onderzoeksvragen:
o Welke houding heeft de Gentenaar t.o.v. Gent
o Welke houding heeft men t.o.v. Gent?
o Wat typeert Gent?
o Hoe is men betrokken bij de buurt?
o Welk contact is er met buurtbewoners?
o Hoe is het contact tussen de Gentenaar en de studenten?
o Welk contact is er met studenten?
o Welke ervaringen heeft men met studenten?
o Welk beeld heeft de Gentenaar van de studenten in Gent?
o Waar denkt men spontaan aan bij de student in Gent?
o Welke voor-‐ en nadelen ziet men m.b.t. de aanwezigheid van studenten in Gent?
o Welk ideaalbeeld heeft men over de student?
o Hoe ziet men Gent zonder studenten?
o Is er een invloed van sociodemografische variabelen op het beeld van de student?
o Wat verwachten de Gentenaren van de studenten op vlak van gedrag en engagement?
o Waar kan men een student bij helpen?
o Waar kan een student de inwoner bij helpen?
o Op welke vlakken kan een student zich inzetten voor de maatschappij?
o Welke initiatieven kunnen bewoners nemen om studenten en bewoners dichter bij
elkaar te brengen?
De deelvragen die hieruit werden afgeleid, vindt u in bijlage 1 op de bijgevoegde USB-‐stick.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 6
C. Onderzoeksmethode
We willen een zicht krijgen op het imago van de student bij de Gentenaren. Met een descriptief
kwantitatief onderzoek kunnen we hiervoor de nodige cijfermatige gegevens verzamelen en
analyseren.
Om de populatie te bereiken, kozen we voor een persoonlijke enquête. Omdat de enquêteurs zelf
student zijn en er dus mogelijk sprake kan zijn van een interviewer effect, hebben we ervoor
geopteerd om zich te laten voorstellen als projectmedewerker van de Arteveldehogeschool. Zo stond
het ook vermeld op de badge die de studenten droegen tijdens het enquêteren.
De lector stelde een vragenlijst op die op papier afgenomen werd. Er kwamen veel open vragen voor
in de vragenlijst. Bij enkele hebben we een aantal voorgestructureerde antwoordcategorieën
voorzien, waarbij er nog altijd de mogelijkheid was om een ander antwoord van de respondent bij te
noteren. Voor de inhoud van dit rapport werden de belangijkste open vragen gecodeerd en verwerkt
in de analyse. Met bijgevoegd databestand kunnen de data verder onder de loep genomen worden.
De vragenlijst werd gepretest op zaterdag 24 oktober. Op basis daarvan werden enkele
vragen/antwoordcategorieën gewijzigd, verwijderd en toegevoegd.
De enquêtes werden afgenomen van 10 november tot en met 15 november 2015.
Als resultaat van het kwantitatieve onderzoek leveren de docenten dit schriftelijk onderzoeksrapport
af.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 7
D. Populatie en steekproeftrekking
Onze onderzoekspopulatie bestaat uit Gentenaren ouder dan 25 jaar. We werken met quota om een
representatief beeld te krijgen van geslacht, leeftijd en woonplaats (studentenbuurt of niet-‐
studentenbuurt) in Gent. De student-‐enquêteurs konden de Gentenaren op straat of bij de inwoners
thuis enquêteren. Stad Gent bezorgde ons daarvoor een lijst met straatnamen per wijk, met de
aanduiding of dit al dan niet een studentenbuurt was.
We kozen voor een quotasteekproef om representativiteit op specifieke criteria te garanderen die
ons helpen de populatie te segmenteren:
o Geslacht
o Leeftijd (25-‐44; 45-‐64; 65+)
o Woonplaats: verschillende wijken van Gent met een grotere (= studentenbuurt) of kleinere (=
niet-‐studentenbuurt) concentratie van studenten
Quotasteekproef (%) Man Vrouw Totaal
25-‐44jr studentenbuurt 8 7 14
25-‐44jr niet-‐studentenbuurt 15 15 30 45-‐64jr studentenbuurt 4 4 8
45-‐64jr niet-‐studentenbuurt 12 12 24
65+ studentenbuurt 2 4 6 65+ niet-‐studentenbuurt 7 10 17
49 51 100
We streefden naar een steekproef van 600 Gentenaren.
Meer gegevens over de steekproefquota vindt u in bijlage 2 op de bijgevoegde USB-‐stick.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 8
E. Veldwerkorganisatie
Het veldwerk werd georganiseerd tussen 10 en 15 november 2015. De helft van de enquêtes werd
afgenomen op dinsdag 11 en woensdag 12 november. De studenten kregen vooraf een
enquêteurstraining en bereidden zich voor met de vragenlijst. Ook over de introductie van de enquête
kregen de studenten concrete instructies. U vindt de vragenlijst in bijlage 3 op de bijgevoegde USB-‐
stick.
Een 70-‐tal studenten enquêteerden en stelden zich daarbij voor als projectmedewerker van de
Arteveldehogeschool. Dit stond ook zo vermeld op de badge die ze droegen bij het enquêteren. De
studenten hadden een legitimatiebewijs bij zich voor het geval de respondenten meer info wensten
over het onderzoek.
Voor de respondenten die meewerkten, voorzag de Jeugddienst van Gent lipbalsems en post-‐its als
bedanking. Dit was tegelijk een responsverhogende maatregel om ervoor te zorgen dat een zo groot
mogelijk deel van de populatie zou meewerken aan het onderzoek.
Voor de controle van het veldwerk, noteerden de enquêteurs in hun veldwerkverslag plaats van
afname en telefoonnummer van de respondent.
Het veldwerk leverde ons uiteindelijk 623 bruikbare enquêtes op.
Na de enquête konden de studenten aanduiden in welke mate de respondenten gemotiveerd waren
om mee te werken aan het onderzoek: 78% van hen gaf daarbij aan dat de respondenten tamelijk tot
zeer gemotiveerd waren! Een mooi resultaat. Omdat er in een tweede fase misschien nog bijkomend
kwalitatief onderzoek verricht wordt, vroegen we de respondenten ook naar hun bereidheid om
eventueel deel te nemen aan vervolgonderzoek: 71% verklaarde zich daartoe bereid! Ook dit toont
aan dat de meeste respondenten positief stonden tegenover dit onderzoek.
De student-‐enquêteurs gaven in de debriefing van het veldwerk aan dat het in bepaalde wijken
moeilijker was om bereidwillige respondenten te vinden. Ze vertelden ook dat mensen van allochtone
afkomst zelden bereid waren om mee te werken. In de beschrijving van de steekproef vindt u
daarover meer gegevens.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
9
III. Resultaten van de enquête
A. Beschrijving van de steekproef
1. Quota
In totaal namen 623 inwoners uit Gent deel aan het onderzoek. De grootte van de respons geeft aan
dat we de situatie op een correcte manier in kaart kunnen brengen.
De samenstelling van de steekproef is evenredig gespreid (volgens de inwonersgegevens) over de
verschillende quota naar leeftijd, geslacht en woonplaats (studentenbuurt of niet). Onze uitspraken
zijn dus representatief op vlak van geslacht en leeftijd. Uitspraken volgens geslacht, gecombineerd
met leeftijdscategorie én woonplaats, doen we niet omdat deze categorieën te klein zijn (sommige
cellen zijn kleiner dan 5% van de steekproef) om relevante uitspraken over te doen. Met behulp van
statistische toetsen kunnen we aangeven of er al dan niet significante verbanden bestaan tussen
bepaalde variabelen. Enkel bij significante samenhang kunnen we de verschillen in de steekproef
veralgemenen naar de populatie.
Het volledige databestand vindt u in bijlage 4 op de bijgevoegde USB-‐stick.
Hieronder vindt u een overzicht van de steekproef.
man
vrouw
Aantal % Aantal %
Totaal aantal Totaal %
25-‐44 jr studentenbuurt 44 7% 44 7% 88 14% 25-‐44 jr niet-‐studentenbuurt 88 14% 98 16% 186 30% 45-‐64 jr studentenbuurt 27 4% 25 4% 52 8% 45-‐64 jr niet-‐studentenbuurt 85 14% 77 12% 162 26% 65+ studentenbuurt 16 3% 22 4% 38 6% 65+ niet-‐studentenbuurt 42 7% 55 9% 97 16%
302 48% 321 52% 623 100%
De respondenten waren tussen 25 en 87 jaar oud, met een gemiddelde leeftijd van 48 jaar.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
10
2. Woonplaats
Over de woonplaats van de respondenten kunnen we een aantal aspecten aangeven: de wijk waarin
men woont, de inschatting of men al dan niet in een studentenbuurt woont, het wonen naast en in
dezelfde woning met studenten en het soort woning waarin men woont.
Omdat de student-‐enquêteurs volgens de straat waarin de respondent woont, moesten aanduiden
volgens hun lijst of het gaat om een (niet-‐) studentenbuurt, wilden we toch ook aan de respondenten
de vraag stellen, zodat de perceptie hierbij tot uiting kon komen over de buurt waarin ze wonen. De
analyse geeft ons volgend resultaat:
studentenbuurt niet-‐
studentenbuurt Totaal Totaal Aantal % Aantal % aantal % (bijna) alleen studenten 5 2,8% 0 0,0% 5 0,8% meer studenten dan Gentenaren 31 17,4% 3 0,7% 34 5,5% ongeveel evenveel studenten als Gentenaren 57 32,0% 21 4,7% 78 12,5% meer Gentenaren dan studenten 67 37,6% 175 39,3% 242 38,8% (bijan) alleen maar Gentenaren 14 7,9% 226 50,8% 240 38,5% weet het niet 4 2,2% 20 4,5% 24 3,9% Totaal 178 100,0% 445 100,0% 623 100,0%
We stellen vast dat wie in een studentenbuurt woont, een minder juist beeld heeft over zijn buurt dan
wie in een niet-‐studentenbuurt woont. 17% van de respondenten uit een studentenbuurt geeft aan
dat er in zijn buurt meer studenten wonen dan Gentenaren en 32% denkt dat het om een even groot
aantal gaat, maar 37% zegt dat er meer Gentenaren dan studenten in zijn buurt wonen; 8% denkt dat
het zelfs gaat om een buurt met (bijna) alleen maar Gentenaren.
Bij de inwoners in een niet-‐studentenbuurt is de perceptie juister: 51% beweert dat er bijna alleen
Gentenaren wonen in zijn buurt, 39% denkt meer Gentenaren dan studenten.
Interessant is ook om te kijken hoeveel respondenten in de onmiddellijke nabijheid wonen van
studenten: dat is slechts voor 25% van hen het geval. Aangezien ook veel minder mensen uit een
studentenbuurt bevraagd werden (conform de quota), is dit een logische vaststelling.
Aantal % Boven of onder woning, wonen studenten 28 4,5% Naast woning wonen studenten 123 19,9% Geen van beide antwoorden is van toepassing 466 75,5% Totaal 617 100,0%
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
11
Bekijken we deze resultaten voor wie in een studentenbuurt woont, dan woont 10% van de
respondenten in een woning met boven of onder hem studenten, en 43% naast een studentenwoning.
studentenbuurt Aantal % Boven of onder woning, wonen studenten 17 9,6% Naast woning wonen studenten 76 42,9% Geen van beide antwoorden is van toepassing 84 47,5% Totaal 177 100,0%
66% van de respondenten woont in een rijwoning, en ongeveer 11% in een appartement, halfopen of
open bebouwing.
Aantal % appartement 66 10,6% rijwoning 411 66,1% halfopen bebouwing 73 11,7% open bebouwing 72 11,6% Totaal 622 100,0%
De gemiddelde tijd die de respondenten in Gent wonen is 30 jaar. Dat cijfer ligt vrij hoog: enerzijds
heeft het te maken met de leeftijd van de respondenten: we bevroegen enkel mensen ouder dan 25
jaar, en de gemiddelde leeftijd van de respondenten was 48 jaar. Anderzijds geeft het ook aan dat
mensen niet snel weg willen uit Gent.
De student-‐enquêteurs bevroegen Gentenaren uit alle wijken. Bepaalde wijken waren succesvoller om
respondenten te vinden die wilden meewerken, in andere wijken ging het minder vlot.
Aantal % Binnenstad 50 8,3 Brugse Poort-‐Rooigem 41 6,8 Dampoort 39 6,5 Wondelgem 37 6,1 Stationsbuurt Noord 35 5,8 Bloemekenswijk 32 5,3 Oostakker 31 5,1 Ledeberg 31 5,1 Stationsbuurt Zuid 30 5,0 Mariakerke 30 5,0 Sint Amandsberg 24 4,0 Drongen 24 4,0 Rabot-‐Blaisantvest 21 3,5 Gentbrugge 21 3,5 Muide-‐Meulestede-‐Afrikalaan 20 3,3
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
12
Elisabethbegijnhof-‐Papegaai 20 3,3 Zwijnaarde 19 3,2 Sluizeken-‐Tolhuis-‐Ham 19 3,2 Macharius-‐Heirnis 19 3,2 Nieuw Gent-‐UZ 14 2,3 Oud Gentbrugge 13 2,2 Watersportbaan-‐Ekkergem 10 1,7 Sint Denijs Westrem 9 1,5 Kanaaldorpen en -‐zone 7 1,2 Moscou-‐Vogelhoek 6 1,0 Totaal 602 100,0
3. Opleidingsniveau en beroepsactiviteit
63% van de respondenten heeft een diploma hoger onderwijs, 29% behaalde een diploma hoger
secundair, 5% lager secundair en 4% volgde enkel het lager onderwijs. 63% van de steekproef met een
diploma hoger onderwijs: dit is een opvallend hoog resultaat. In dit onderzoek is het wel zo dat de
minimum leeftijd 25 jaar is (veel 18-‐24 jarigen volgen hogere studies, met als laatst behaalde diploma
‘hoger secundair’; daardoor verkleint het % hoger geschoolden). Ander onderzoek leert ons dat hoger
geschoolden makkelijker deelnemen aan onderzoek.
Aantal % universitair onderwijs 182 29,3 hoger onderwijs buiten univ 207 33,3 hoger secundair: aso 78 12,5 hoger secundair: technisch onderwijs 61 9,8 hoger secundair: beroepsonderwijs 41 6,6 lager secundair onderwijs 29 4,7 lager (of geen) onderwijs 24 3,9 Totaal 622 100
Van de 386 respondenten met een hogere opleiding, studeerde 73% in Gent, 27% in een andere stad.
Aantal % Gent 281 73% andere stad 105 27% Totaal 386 100%
65% van de respondenten werkt; 35% werkt niet. 69% van wie werkt, werkt in Gent, 35% in een
andere stad of gemeente. Wie niet aan het werk is, is voornamelijk gepensioneerd (72%). 13% is
werkloos.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
13
Aantal % werkt 400 64,6% werkt niet 219 35,4% Totaal 619 100,0%
Aantal % Gent 271 68,6% andere stad of gemeente 124 31,4% Totaal 395 100,0%
Aantal % Student 4 1,8% Huisvrouw/-‐man 16 7,3% Werkloos 29 13,3% Arbeidsongeschikt 13 6,0% Gepensioneerd 156 71,6% Totaal 218 100,0%
4. Taal die men thuis spreekt
De meeste respondenten (93%) die meewerkten aan dit onderzoek, gebruiken het Nederlands als taal
die ze thuis meestal spreken. Wie het Nederlands niet goed beheerst, kan meestal niet meewerken
aan dergelijke, uitgebreide bevraging. Bovendien gaven de student-‐enquêteurs tijdens de debriefing
van het veldwerk aan dat mensen met een allochtone afkomst weigerachtig stonden om mee te
werken aan het onderzoek.
Aantal % Nederlands 579 92,9 Turks 19 3,0 andere taal 7 1,1 Engels 6 1,0 Frans 5 0,8 Spaans 3 0,5 Bulgaars 2 0,3 Arabisch 1 0,2 Italiaans 1 0,2 Totaal 623 100,0
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
14
5. Thuiswonende kinderen
42% van de respondenten heeft kinderen die nog thuis wonen, daarvan gaat 85% nog voltijds naar
school. De gemiddelde leeftijd van deze schoolgaande kinderen is 12 jaar.
Aantal % thuiswonende kinderen 251 41,5% geen thuiswonende kinderen 354 58,5% Totaal 605 100,0%
Aantal % voltijds naar school 212 85,1% niet voltijds naar school 37 14,9% Totaal 249 100,0%
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
15
B. Houding ten opzichte van Gent
In een onderzoek naar het beeld dat Gentenaren hebben van studenten, is het in de eerste plaats niet
onbelangrijk om ook de mening te bevragen over een aantal aspecten die te maken hebben met hoe
de respondenten Gent zien, in welke mate ze tevreden zijn over hun buurt en hoe het contact met
buurtbewoners verloopt. We overlopen hieronder in welke mate men tevreden is over zijn/haar buurt,
in welke mate men trots is op zijn/haar stad en of men vrienden zou aanraden er te komen wonen, en
verder ook of en hoe het contact met buurtbewoners verloopt. Ten slotte geven we aan hoe men
Gent typeert.
Met onderstaande resultaten is het duidelijk dat de Gentenaar tevreden is over de buurt waarin hij/zij
woont. 43% zegt daarover tevreden te zijn, en evenveel zelfs zeer tevreden: een overgrote
meerderheid.
grafiek: tevredenheid over buurt (n=622)
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
16
Dat de Gentenaar trots is op zijn stad, bewijst volgende grafiek! 91% verklaart met deze stelling
akkoord tot helemaal akkoord te gaan. We kunnen alvast stellen op basis van vorige onderzoeken die
we deden, dat dit een ongeëvenaard aantal is!
grafiek: stelling: “ik ben trots op mijn stad” (n=619)
En als je trots bent op je stad én tevreden over de buurt waarin je woont, zou je zelfs aanraden aan
vrienden om in je buurt te komen wonen (78%).
grafiek: stelling: “ik zou vrienden aanraden in mijn buurt te komen wonen” (n=613)
1%#2%#
6%#
46%# 45%#
Helemaal&niet&akkoord& Niet&akkoord& Tussen&de&twee& Akkoord& Helemaal&akkoord&
Gentenaar#is#erg#trots#op#zijn#stad#
2%#7%#
13%#
56%#
22%#
Helemaal&niet&akkoord& Niet&akkoord& Tussen&de&twee& Akkoord& Helemaal&akkoord&
Gentenaar#zou#vrienden#aanraden#in#zijn#buurt#te#komen#wonen#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
17
Gentenaren zijn best geïnteresseerd in nieuwtjes over hun straat: 70% verklaart zich hiermee akkoord
/helemaal akkoord.
grafiek: stelling: “ik ben graag op de hoogte van nieuwsjes uit mijn straat” (n=612)
De Gentenaren hebben vaak contact met hun buurtbewoners: 38% wekelijks maar 42% zelfs
dagelijks. 20% heeft in mindere mate contact met zijn buren. Er is geen significant verband volgens
leeftijd.
grafiek: mate van contact met buurtbewoners (n=623)
1%#
13%#16%#
51%#
19%#
Helemaal&niet&akkoord& Niet&akkoord& Tussen&de&twee& Akkoord& Helemaal&akkoord&
Gentenaren#zijn#geïnteresseerd#in#nieuwsjes#uit#de#straat#
4%#
1%#4%#
6%# 6%#
38%#
42%#
nooit% 1%keer%per%jaar%of%minder%
enkele%keren%per%jaar%
ten%minste%1%keer%per%maand%
om%de%2%weken% ten%minste%1%keer%per%week%
dagelijks%
Gentenaren#hebben#vaak#contact#met#hun#buurtbewoners#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
18
Wanneer we dat contact nader bekijken, stellen we vast dat dit bij 74% gaat over zwaaien of groeten
en bij 73% over een praatje slaan. Toch stellen we ook vast dat bijna 1 op 5 van de respondenten elkaar
hulp bieden of hulp vragen.
grafiek: soort contact met buurtbewoners (n=566)
De belangrijkste reden die men aangeeft om weinig tot geen contact te hebben met buurtbewoners,
is omdat men er geen behoefte aan heeft. Dat is zo voor 30 respondenten. 19 respondenten wonen er
nog niet lang en voor hen is dat de reden waarom er geen contact is.
grafiek: reden weinig/geen contact met buurtbewoners (n=57)
74%$ 73%$
20%$ 19%$17%$
7%$ 4%$ 6%$
groeten'of'zwaaien'
praatje'slaan' hulp'vragen'aan'buren''
minstens'een'van'de'buren'is'een'vriend/familie'
zelf'buren'helpen' verhaal'kwijt'kunnen'aan'een'
buur'
buurtfeest/9organisatie'
andere'reden'
Zwaaien$en$praatje$slaan,$maar$ook$hulp$vragen$en$bieden$aan$buurtbewoners$$
13#
30#
19#
tijdsgebrek+ geen+behoefte+aan+ woont+er+nog+niet+lang+
Weinig/geen#contact#met#buurtbewoners#omdat#men#er#geen#behoefte#aan#heeft#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
19
Bij een van de eerste vragen, lieten we de respondenten, op een schaal van 0 tot 10, aangeven hoe ze
Gent zien als historische, culturele, evenementen-‐, toeristische, studenten-‐, haven-‐, winkel-‐, woon-‐
kennis-‐, uitgaans-‐ en sportstad. De gemiddelde scores geven ons onderstaand beeld:
grafiek: imago van Gent (n=623)
Van de gemiddelde scores die mensen geven om Gent te typeren, scoort Gent als studentenstad het
best. Ook hoog scoren Gent als historische, culturele en toeristische stad. Iets lagere scores zijn voor
Gent als havenstad, kennisstad en sportstad. Doen we deze analyse apart voor mannen en vrouwen,
dan zien we geen grote verschuivingen voor het imago van Gent: beide groepen geven de hoogste
score aan Gent als studentenstad. Enkel bij volgende items zijn de scores significant verschillend:
Gent als historische, culturele, toeristische en winkelstad: bij vrouwen scoort Gent op deze aspecten
hoger. Kijken we naar de scores volgens leeftijd, dan zien we bij de alle leeftijdscategorieën de
hoogste score voor Gent als studentenstad. Geen significante verschillen bij dit kenmerk.
En een vergelijking van de scores volgens opleiding (lager t.e.m. hoger secundair t.o.v. hoger
onderwijs) toont volgende significante verschillen: Gent als historische, culturele, evenementen-‐ en
woont-‐ en kennisstad scoort bij hoger opgeleiden hoger dan bij lager opgeleiden. Gent als winkelstad
krijgt een hogere score van de lager opgeleiden.
Studenten, 8,7
Historisch, 8,4
Cultureel, 8,3
Toeris?sch, 8,2
Evenementen, 7,9
Uitgaan, 7,7 Wonen, 7,7
Winkelen, 7,4
Sport, 7,2
Kennis, 7,1
Haven, 6,8
0,0
1,0
2,0
3,0
4,0
5,0
6,0
7,0
8,0
9,0
Gent wordt meest gezien als studentenstad
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
20
Via een stelling vroegen we ook naar de houding van de respondent tegenover het feit dat er zoveel
studenten in Gent studeren. Daaraan zien we dat 85% van de Gentenaren het goed vindt.
grafiek: imago van Gent (n=623)
1%# 4%#
11%#
63%#
22%#
Helemaal&niet&akkoord& Niet&akkoord& Tussen&de&twee& Akkoord& Helemaal&akkoord&
Gentenaar#vindt#het#goed#dat#er#zoveel#studenten#in#Gent#studeren#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
21
C. Contact met studenten
In dit onderdeel nemen we het contact onder de loep tussen bewoners en studenten: de mate van
contact, maar ook het soort contact, en eventueel de reden om weinig/geen contact te hebben.
Verder hebben we ook gepolst naar de ervaringen die bewoners al hadden met studenten, zowel
positieve als negatieve ervaringen. Ten slotte kijken we ook even of bewoners berichten lezen of
horen over studenten. Dit zijn belangrijke aspecten wanneer we straks het beeld over de student
bespreken.
1. Contact met studenten
De Gentenaar heeft minder contact met studenten dan met buurtbewoners, dat blijkt uit
onderstaande grafiek. Ongeveer 1/4de heeft dagelijks contact met studenten maar evenveel mensen
hebben nooit contact met studenten. Langs de andere kant heeft 45% van de Gentenaren dagelijks of
minstens één keer per week contact met studenten. De analyse volgens wonen in een studentbuurt of
niet, levert geen significante resultaten op.
grafiek: mate van contact met studenten en buurtbewoners (n=623)
Er is wel een significant verband tussen het contact met studenten en de leeftijd van de bewoners (en
dat was er niet bij het contact met buurtbewoners). De 65-‐plussers hebben duidelijk het minst contact
met studenten: 37% van hen heeft nooit contact met studenten. 23% van de 65-‐plussers heeft
dagelijks of minstens 1 keer per week contact, bij de jongere bewoners is dat meer dan 50%.
27%$
18%$
5%$
11%$
9%$
6%$
24%$
42%$
38%$
6%$ 5%$4%$
1%$4%$
dagelijks* ten*minste*1*keer*per*week*
om*de*2*weken* ten*minste*1*keer*per*maand*
enkele*keren*per*jaar* 1*keer*per*jaar*of*minder*
nooit*
Gentenaar$heeft$minder$contact$met$studenten$dan$met$buren$
studenten* buurtbewoners*
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
22
grafiek: mate van contact met studenten volgens leeftijdscategorie (n=623)
61% Gentenaren heeft ten minste 1 keer per maand tot dagelijks contact met studenten. Daarvan
geeft de helft als reden aan dat er een student in het gezin/familie is, een kwart omdat hij met
studenten in contact komt voor het werk of omdat een student tot de vriendenkring behoort, 22%
omdat er in de straat studenten wonen en 15% omdat ze een student als buur hebben. Ook hier zien
we een verband met de leeftijd van de bewoners: bij de jongste bewoners behoren studenten meer
tot hun vriendenkring dan bij de 45-‐plussers. Bij de 45-‐64 jarigen is er dan weer vaker een student in
familie/gezinsverband. Bij de 65-‐plussers is er veel minder frequent contact met studenten, maar als
dat is, is het ook omwille van een student in de familie.
25-‐44jr 45-‐64jr 65+ Totaal Totaal Aantal % Aantal % Aantal % aantal % familie 77 42% 79 58% 38 64% 194 51% werk 58 32% 40 29% 3 5% 101 27% vrienden 68 37% 20 15% 7 12% 95 25% straat 41 22% 28 21% 13 22% 82 22% buur 31 17% 16 12% 9 15% 56 15%
Aan wie regelmatig (meer dan 1 keer per maand) contact heeft met studenten, vroegen we ook naar
het soort contact. 42% geeft aan dat ze een praatje slaan, 38% groet of zwaait. 20% helpt studenten,
10% vraagt zelf hulp. Als vaakst opgenoemde andere reden, geeft men aan dat een student behoort
tot de familie of dat men studenten voor het werk ontmoet.
27%$
37%$
10%$
25%$
14%$
13%$
5%$
4%$
5%$
9%$
10%$
16%$
10%$
6%$
10%$
4%$
8%$
10%$
19%$
22%$
37%$
25#44jr'
45#64jr'
65+'
Oudere$bewoners$hebben$duidelijk$minst$contact$met$studenten$
dagelijks' ten'minste'1'keer'per'week' om'de'2'weken' ten'minste'1'keer'per'maand' enkele'keren'per'jaar' 1'keer'per'jaar'of'minder' nooit'
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
23
grafiek: soort contact met studenten (n=623)
Van de 39% respondenten die weinig (minder dan enkele keren per jaar) contact heeft met studenten,
geeft ongeveer de helft aan dat dat zo is omdat hij geen studenten ontmoet of kent, en 23% omdat hij
er geen behoefte aan heeft. Een verschil volgens leeftijd duikt hier ook op: 65-‐plussers geven vaker
dan gemiddeld aan dat ze geen behoefte hebben aan dat contact.
25-‐44jr 45-‐64jr 65+ Totaal Totaal Aantal % Aantal % Aantal % aantal % ontmoet geen studenten 46 51% 42 55% 32 42% 120 49% kent geen studenten 43 47% 33 43% 42 55% 118 48% geen behoefte aan 20 22% 13 17% 24 32% 57 23%
In de stelling waarbij men kan aangeven in welke mate men het eens is dat men meer contact wenst
met studenten uit de buurt, is 35% het er niet mee eens, 32% wel, 33% tussen de twee. Uit het
voorgaande noteerden we echter dat 61% regelmatig contact heeft!
grafiek: stelling: Ik wil graag meer contact met studenten uit mijn buurt (n=555)
42%$
38%$
24%$
20%$
10%$
5%$ 4%$
23%$
praatje'slaan' groeten'of'zwaaien'
bevriend' zelf'studenten'helpen'
hulp'vragen'aan'studenten'
te'weinig'contact'' verhaal'kwijt'kunnen'aan'een'
student'
andere'reden'
Het$contact$met$studenten$bestaat$vooral$uit$een$praatje$slaan$of$groeten$
Helemaal&niet&akkoord,&3%&
Niet&akkoord,&32%&
Tussen&de&twee,&33%&
Akkoord,&27%&
Helemaal&akkoord,&5%&
Verdeelde&meningen&over&de&stelling&dat&men&meer&contact&wilt&met&studenten&uit&de&buurt&&
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
24
2. Ervaringen met studenten
Naast het contact met studenten, wilden we ook zicht krijgen op het aantal bewoners dat al een
positieve of negatieve ervaring met studenten had.
grafiek: positieve ervaring met studenten (n=623)
61% van de respondenten had al een positieve ervaring met studenten, dat is best veel. Er is geen
verband volgens het geslacht van de respondenten, wel met de leeftijd. Oudere bewoners hebben
significant minder positieve ervaringen met studenten, wat misschien wel te verwachten is omdat
deze groep er ook minder contact mee heeft.
grafiek: positieve ervaring met studenten volgens leeftijdscategorie (n=623)
neen,$21%$
ja,$61%$
weet$niet$meer,$19%$
63%$
67%$
47%$
19%$
17%$
29%$
18%$
16%$
24%$
25#44jr'
45#64jr'
65+'
Oudere&bewoners&hebben&minder&positieve&ervaringen&met&studenten&
ja' neen' weet'niet'
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
25
Mensen die een positieve ervaring hadden, konden deze plaatsen op een schaal van 0 tot 10, volgens
de mate waarin ze dit aangenaam vonden: gemiddeld scoort deze ervaring 8,4 op 10.
De cijfers van mensen die een negatieve ervaring met studenten hadden, liggen in het verlengde van
de positieve ervaring: slechts 31% ondervond een negatieve ervaring met studenten, 60% niet, en 9%
weet het niet meer.
grafiek: negatieve ervaring met studenten (n=623)
Hier vinden we ook een significant verschil volgens leeftijd: 25-‐44 jarigen vormen de grootste groep
die een negatieve ervaring had met studenten, bij de 65-‐plussers is dat het minst. We weten uit vorige
cijfers dat er minder contact is tussen 65-‐plussers en studenten en bij jongere Gentenaren meer, wat
mogelijk een verklaring kan zijn hiervoor. We stellen geen verband vast volgens het geslacht van de
respondent, maar wel volgens de buurt waarin men woont: wie in een studentenbuurt woont,
ondervindt meer negatieve ervaringen met studenten.
neen,$60%$
ja,$31%$
weet$niet$meer,$9%$
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
26
grafiek: negatieve ervaring met studenten volgens leeftijdscategorie (n=623)
grafiek: negatieve ervaring met studenten volgens buurt waarin men woont (n=623)
35%$
29%$
25%$
57%$
64%$
59%$
8%$
8%$
16%$
25#44jr'
45#64jr'
65+'
25#44%jarigen%hebben%meer%negatieve%ervaringen%met%studenten%
ja' neen' weet'niet'
48%$
24%$
46%$
65%$
7%$
11%$
studentenbuurt)
niet+studentenbuurt)
Wie$in$een$studentenbuurt$woont,$heeft$meer$negatieve$ervaringen$met$studenten$
ja) neen) weet)niet)
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
27
Men kon ook aangeven over welke negatieve ervaring dit ging: 35% geeft daarbij aan dat het
lawaaihinder betrof, 23% over vuilhinder, 19% over vandalisme en ook 15% over gevaarlijke
verkeerssituaties.
Aantal % lawaaihinder 68 35,4 vuilhinder 45 23,4 vandalisme 37 19,3 gevaarlijke verkeerssituatie 28 14,6 beschadigingen aan eigen bezit 21 10,9 drukte 15 7,8 beledigingen 12 6,3 drukte op openbaar vervoer 10 5,2 onaangepaste snelheid in het verkeer 8 4,2 pesterijen 4 4,2 onveiligheidsgevoel 8 4,2 wildplassen 6 3,1 parkeerproblemen 6 3,1 recent incident van student die in oktober van een dak viel 3 1,6 ander probleem 39 20,8
Aan wie een negatieve ervaring had, vroegen we ook hoe men toen reageerde: 48% deed niets en
33% loste het probleem zelf op! Slechts in 10% van de gevallen, contacteerde men de politie.
Aantal % niets gedaan 87 48% zelf opgelost 61 33% politie gecontacteerd 18 10% stadsdienst gecontacteerd 2 1% weet niet meer 6 3% andere oplossing 9 5% Totaal 183 100%
Mensen die een negatieve ervaring hadden, konden deze ook evalueren op een schaal van 0 tot 10,
volgens de mate waarin ze dit lastig vonden: gemiddeld scoort deze ervaring 6,6 op 10. Hoewel het
hier gaat om een negatieve ervaring, scoort men deze minder hoog op de schaal volgens hoe men dit
als lastig of vervelend ervaren heeft.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
28
3. Berichten lezen / horen over studenten
Op de vraag of mensen wel eens berichten in de media lezen over studenten, antwoordt 78%
bevestigend. We vonden opnieuw een significant verband volgens leeftijd: 65-‐plussers doen dit
minder (70%). Wie berichten leest, vindt dat deze meestal negatief zijn.
grafiek: berichten lezen over studenten via de media (n=623)
We vroegen ook of mensen via anderen (buren, familie, vrienden) wel eens iets horen over studenten:
bij 45% was dit het geval. Dat cijfer ligt lager dan de berichten die men via de media over studenten
leest. We vinden opnieuw een significant verband volgens de leeftijdscategorie: 65-‐plussers horen
minder berichten via anderen over studenten (33%). De teneur van de berichten die persoonlijk
worden doorgegeven, is eerder positief.
grafiek: berichten horen over studenten via anderen (n=622)
neen,$17%$
weet$niet,$4%$
posi/ef$33%$
nega/ef$48%$
weet$niet$19%$
Ja,$78%$
Berichten$lezen$over$studenten$via$de$media$
neen,$52%$
weet$niet,$3%$
posi/ef$60%$
nega/ef$28%$
weet$niet$12%$
Ja,$45%$
Berichten$horen$over$studenten$via$familie,$vrienden,$buren$
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
29
D. Beeld van studenten
1. Beeld van de student in Gent
De belangrijkste onderzoeksvraag zal in dit deel duidelijk worden: welk beeld heeft de Gentenaar van
de student in Gent. We hebben deze vraag twee keer gesteld, waarbij de respondent spontaan een
antwoord gaf. De eerste keer was vrij vooraan in de enquête, zonder dat de respondent uitspraken
deed over voor-‐ of nadelen van de aanwezigheid van studenten in Gent. De tweede keer vroegen we
naar het ideaalbeeld dat men heeft van de studenten, en dit werd veel verder in de bevraging
aangebracht.
Het resultaat hieronder is de weergave na codering van het eerste antwoord dat men gaf, we noemen
dat de TOMA (‘top of mind association’) en het geeft aan wat het eerst in mensen opkomt bij het
horen van ‘de student in Gent’. In de woordenwolk hieronder worden alle antwoorden in verschillende
categorieën weergegeven: hoe groter, hoe meer opgenoemd.
Een groot deel (153) van de bevraagden maakte de associatie onmiddellijk met uitgaan, door te
refereren naar ‘Overpoort’ of ‘uitgaan’. Ook ‘lawaai’ kwam als eerste associatie meer dan 70 keer voor.
Een ander deel van de bevraagden legt onmiddellijk de link met de studies door
‘universiteiten/hogescholen’ (72), ‘studeren’ (20) of ‘studententijd’ (17) te vernoemen. ‘Fietsen’ (vaak
i.v.m. het groot aantal fietsen en de gevolgen daarvan in het verkeer in Gent) kwam aan bod bij 60
respondenten. Een andere associatie heeft meer met de sfeer te maken: deze mensen gaven
‘jong/toekomst’ aan, ‘levendig/sfeer’ of ‘tof/wijs/vriendelijk’. Een aantal andere antwoorden hebben
we onder de categorie ‘ander positief/negatief/neutraal’ antwoord geplaatst.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
30
Aantal % Overpoort 80 12,8 uitgaan 73 11,7 lawaai 72 11,6 universiteiten/hogescholen 72 11,6 fietsen 60 9,6 jong/toekomst 47 7,5 ander neutraal 44 7,1 levendig/sfeer 39 6,3 tof/wijs/vriendelijk 26 4,2 ander positief 26 4,2 studeren 20 3,2 koten 19 3,0 studententijd 17 2,7 vuil 11 1,8 drinken 10 1,6 weet niet 4 0,6 ander negatief 3 0,5 Total 623 100,0
Op basis van deze antwoorden, hebben we 6 nieuwe groepen gemaakt om verdere analyses te
kunnen maken. Zo komen we tot :
‘uitgaan’-‐> Overpoort, uitgaan,
‘negatieve associatie rond overlast’-‐> lawaai, drinken, vuil, ander negatief
‘studies’-‐> universiteiten/hogescholen, studeren, studententijd
‘fietsen’ (veel fietsen, druk/gevaarlijk fietsverkeer)
‘sfeer of andere positieve associatie’ -‐> levendig/sfeer, tof/wijs/vriendelijk, jong/toekomst,
ander positief
en ‘andere’ met de restcategorieën.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
31
Het gemiddeld beeld van de student geeft ons volgende cijfers: 25% geeft een antwoord uit de
categorie ‘uitgaan’, 22% een antwoord rond sfeer en voordelen van de student, 18% een antwoord
over studies, 15% gaf een uitgesproken negatief antwoord, veelal te maken met overlast, 10% een
antwoord dat te maken heeft met fietsen, en 11% geeft nog andere, diverse antwoorden.
grafiek: het beeld van de student (n=623)
Met deze categorieën kunnen we eventuele significante verbanden met andere variabelen bepalen. In
volgende tabel zien we de variabelen waarmee er een verband is (geel gemarkeerd) of niet.
significant verband geslacht leeftijd buurt frequentie contact studenten positieve ervaring met studenten negatieve ervaring met studenten berichten media over studenten berichten anderen over studenten eigen inschatting buurt wonen met studenten soort woning tevredenheid buurt diploma studies Gent beroepsactief werken in Gent kinderen thuis kinderen voltijds school
uitgaan,(25%(
lawaai,(nega/ef,(15%(
studies,(18%(
fietsen,(10%(
sfeer,(posi/ef,(22%(
andere,(11%(
Beeld%van%de%student%
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
32
Vrouwen linken ‘de student’ duidelijker meer dan mannen met ‘fietsen’; mannen geven iets vaker
associaties rond ‘studies’ aan.
25-‐44 jarigen maken vaker de associatie met ‘uitgaan’ en ‘fietsen’, minder met ‘studies’. 65-‐plussers
associëren de student enerzijds vaker met een negatieve uitspraak dan gemiddeld. Toch geeft deze
groep en ook de 45-‐64 jarigen meer dan de 25-‐44 jarigen een positieve uitspraak rond sfeer en
voordelen die studenten met zich meebrengen. ‘Fietsen’ komt vaker in de associatie van de jongere
respondenten voor.
Wie in een studentenbuurt woont, maakt vaker de associatie met ‘overlast’ en minder met ‘studies’ en
‘uitgaan’.
Een heel duidelijk verschil valt op bij wie een negatieve ervaring had met studenten: deze mensen
linken de student ook vaker met ‘een negatieve associatie rond overlast’ en minder met ‘studies’ en
met ‘positieve aspecten’.
Mensen die in een appartement wonen leggen het sterkst de associatie met ‘een negatieve associatie
rond overlast’, in tegenstelling tot mensen die in een halfopen of open bebouwing wonen. Deze
laatste groep associeert de student meer met ‘studies’ en geeft ook vaker een ‘positieve associatie
rond sfeer’.
Wie zelf in Gent studeerde, linkt de student vaker met een ‘negatieve’ en minder vaak een ‘positieve’
associatie in vergelijking met Gentenaren die hun studies in een andere stad volgden.
Wie werkt, legt vaker de associatie met ‘uitgaan’ dan wie niet werkt.
De grafiek op de volgende bladzijde geeft dit alles weer.
Met de andere variabelen die in de tabel niet in het geel gemarkeerd waren, stellen we geen
significante verschillen vast. De resultaten liggen daar meer rond het gemiddelde.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
33
grafiek: beeld van de student (n=623)
25%$
24%$
25%$
31%$
22%$
16%$
20%$
26%$
28%$
23%$
27%$
24%$
29%$
21%$
24%$
23%$
28%$
18%$
15%$
16%$
15%$
14%$
13%$
23%$
25%$
12%$
28%$
10%$
27%$
16%$
6%$
10%$
17%$
11%$
14%$
19%$
18%$
20%$
16%$
15%$
20%$
18%$
11%$
20%$
13%$
20%$
9%$
18%$
16%$
24%$
20%$
15%$
16%$
20%$
10%$
5%$
14%$
13%$
7%$
7%$
12%$
9%$
8%$
10%$
8%$
12%$
3%$
7%$
12%$
8%$
11%$
8%$
22%$
22%$
22%$
15%$
27%$
29%$
22%$
22%$
14%$
26%$
24%$
19%$
30%$
28%$
20%$
26%$
21%$
24%$
11%$
13%$
8%$
11%$
12%$
7%$
10%$
11%$
10%$
11%$
5%$
11%$
16%$
11%$
8%$
18%$
11%$
10%$
TOTAAL%
Man%
Vrouw%
25044%jaar%
45064%jaar%
65+%
studentenbuurt%
niet0studentenbuurt%
nega<eve%ervaring%
geen%nega<eve%ervaring%
appartement%
rijwoning%
halfopen%bebouwing%
open%bebouwing%
studies%Gent%
studies%andere%stad%
beroepsac<ef%
niet%beroepsac<ef%
Het$beeld$van$de$student$varieert$volgens$een$aantal$variabelen$
uitgaan% nega<ef% studies% fietsen% sfeer%% ander%
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
34
2. Voor-‐ en nadelen van de aanwezigheid van studenten in Gent
Met de stelling dat het goed is dat zoveel studenten in Gent studeren, gaat 85% van de respondenten
(helemaal) akkoord, slechts 4% is het er niet mee eens. Met deze positieve uitspraak vangen we dit
onderdeel over voor-‐ en nadelen van studenten aan.
grafiek: stelling: ‘ik vind het goed dat zoveel studenten in Gent studeren’ (n=609)
1%#
4%#
11%#
63%#
22%#
Helemaal&niet&akkoord&
Niet&akkoord&
Tussen&de&twee&
Akkoord&
Helemaal&akkoord&
85%#vindt#het#goed#dat#zoveel#studenten#in#Gent#studeren##
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
35
We vroegen om spontaan voor-‐ en nadelen op te noemen die men ziet als gevolg van de
aanwezigheid van studenten in Gent. Het grootste voordeel is dat het een dynamiek in de stad
brengt, de stad levendiger en jonger maakt. Als tweede in de rangschikking komt het gevolg dat Gent
een rijkere/innovatieve/vooruitstrevende stad is.
grafiek: voordelen van studenten (n=620)
Via stellingen polsten we ook naar de attitude van Gentenaren t.o.v. de voordelen die de
aanwezigheid van studenten met zich meebrengt. Respondenten konden aangeven of ze helemaal
akkoord, akkoord, tussen de twee, niet akkoord of helemaal niet akkoord waren, maar ook dat ze
geen antwoord konden geven op deze stelling. Gemiddeld zien we dat meer dan 60% van de
respondenten zich akkoord of helemaal akkoord verklaren met de voordelen die studenten met zich
meebrengen. De twee stellingen die er bovenuit springen zijn ‘ de studenten maken Gent Levendiger’
(96% (helemaal) akkoord) en ‘Studenten maken van Gent een innovatievere, vooruitstrevende stad’
(87% (helemaal) akkoord). Omdat men ook kon aangeven dat men het antwoord niet wist, valt ons op
bij twee stellingen dat 18% er het antwoord niet op kon geven: dat is bij de stellingen: ’Studenten,
hogescholen/universiteiten maken Gent financieel rijker’ en bij ‘Inwoners genieten ook mee van
diensten die voor en/of door studenten georganiseerd worden’. 13% van de respondenten kan geen
mening geven op ‘Aanwezigheid van studenten creëert meer jobs’.
2%#
6%#
7%#
9%#
9%#
12%#
13%#
24%#
66%#
geen$voordelen$
vergroot$de$werkgelegenheid$in$Gent$
ander$voordeel$
weet$het$niet$
genieten$mee$van$bepaalde$diensten/infrastructuur$voor/
geven$veel$uit$
hoogopgeleide,$toekomstige$inwoners$$
rijkere/innovatievere/vooruitstrevende$stad$
dynamiek$in$een$stad/levendiger/jong$
Voordelen#van#aanwezigheid#van#studenten#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
36
grafiek: houding t.o.v. voordelen van studenten
0%#
0%#
1%#
1%#
1%#
1%#
3%#
1%#
3%#
10%#
10%#
13%#
10%#
15%#
3%#
10%#
19%#
23%#
19%#
23%#
19%#
44%#
62%#
54%#
53%#
54%#
56%#
50%#
52%$
26%$
15%$
14%$
13%$
11%$
13%$
Studenten'maken'Gent'levendiger'
Hogescholen/universiteiten'maken'van'Gent'innovatieve/vooruitstrevende'stad'
Aanwezigheid'van'studenten,'hogescholen/univ'maakt'Gent'financieel'rijker'
Studenten'geven'veel'geld'uit'in'Gent'
Aanwezigheid'van'studenten'zorgt'voor'meer'jobs'in'Gent'
Studenten'worden'hoogopgeleide,'toekomstige'inwoners'
Inwoners'van'Gent'genieten'ook'van'diensten'voor'en'door'studenten'
Zo#denkt#men#over#de#voordelen#die#de#aanwezigheid#van#studenten#met#zich#meebrengen#
Helemaal$niet$akkoord$ Niet$akkoord$ Tussen$de$twee$ Akkoord$ Helemaal$akkoord$
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
37
Lawaaihinder is het grootste nadeel van de aanwezigheid van studenten; dat is zo voor 51% van de
respondenten. Op de tweede plaats, met een veel lagere score is de drukte (25%) dat het met zich
meebrengt, en er is ook de drukte op het openbaar vervoer (8%). Verder kwamen er ook nadelen over
het verkeer: gevaarlijke verkeerssituatie (13%), parkeerproblemen (6%) en onaangepaste snelheid in
het verkeer (4%).
grafiek: nadelen van studenten (n=621)
Ook als de respondent slechts 1 antwoord spontaan mag opnoemen als belangrijkste nadeel van de
aanwezigheid van studenten, blijft lawaaihinder bovenaan in de lijst. De drukte blijft ook op de
tweede plaats. 16% van de respondenten kan op deze vraag geen antwoord geven.
grafiek: het belangrijkste nadeel van studenten (n=623)
1%#
1%#
2%#
4%#
4%#
6%#
8%#
11%#
13%#
15%#
22%#
25%#
51%#
beschadigingen+eigen+bezit+
beledigingen+
onveiligheidsgevoel+
te+snel+in+verkeer++
wildplassen+
parkeerproblemen++
drukte+op+openbaar+vervoer+
vandalisme+
gevaarlijke+verkeerssituatie+
ander+nadeel+
vuilhinder+
drukte+
lawaaihinder+
Nadelen#van#aanwezigheid#van#studenten#
16%$
2%$
2%$
2%$
3%$
3%$
4%$
8%$
9%$
10%$
11%$
30%$
weet$niet$
drukte$op$openbaar$vervoer$
woningen$duurder$
parkeerproblemen$$
geen$nadeel$
minder$beschikbare$woningen$
vandalisme$
vuilhinder$
ander$nadeel$
gevaarlijke$verkeerssituatie$
drukte$
lawaaihinder$
Lawaaihinder$geeft$men$aan$als$belangrijkste$nadeel$van$studenten$
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
38
Dit onderdeel sluiten we af met twee stellingen die de algemene mening over voor-‐ en nadelen
verduidelijken: 89% van de respondenten gaat (helemaal) akkoord met de stelling dat de voordelen
van de aanwezigheid van studenten belangrijker zijn dan de nadelen, en 88% zegt dat het maar een
kleine minderheid van de studenten is die overlast veroorzaakt. Na daarnet ingezoomd te hebben op
de nadelen, relativeert dit het voorgaande wat.
grafiek: stellingen over voor-‐nadelen van studenten (n=595)
3%#
2%#
9%#
10%#
65%#
59%#
24%$
29%$
Voordelen$van$de$aanwezigheid$van$studenten$zijn$belangrijker$dan$de$nadelen$
Het$is$maar$een$kleine$minderheid$van$de$studenten$die$overlast$veroorzaakt$
Voordelen(van(aanwezigheid(van(studenten(vindt(men(belangrijker(dan(nadelen,(die(maar(door(een(kleine(groep(worden(veroorzaakt(
Helemaal#niet#akkoord# Niet#akkoord# Tussen#de#twee# Akkoord# Helemaal#akkoord#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
39
E. Verwachtingen tegenover studenten
1. Ideaalbeeld van de studenten Een van de laatste vragen voor de respondenten was om spontaan het ideaalbeeld van de student te
beschrijven. Ook hier hebben we het eerste antwoord gecodeerd. Bij dit antwoord gaf 24% van de
respondenten een antwoord dat te maken had met ‘studeren, denken aan studies, hard werken’; 22%
gaf een antwoord dat lag in de lijn van ‘gezond evenwicht/balans tussen studies en amusement’.
grafiek: ideaalbeeld van studenten (n=623)
2. Hulp bieden aan/krijgen van studenten
Uit het contact dat Gentenaren hebben met studenten (zie p.25), weten we al dat 10% zich laat
helpen door studenten. We vroegen de respondenten spontaan waar een student de inwoners bij
zouden kunnen helpen: ongeveer 1 op 3 respondenten weet hier geen antwoord op te bedenken.
Mensen die wel noden zien, denken aan babysit/huistaakbegeleiding (19%), klusjes of boodschappen
(18%) en delen van kennis/materiaal (17%). Wat dat laatste antwoord betreft, kwamen er vooral
voorstellen op vlak van computerondersteuning. Slechts 11% denkt dat studenten in niets kunnen
helpen.
Aantal % babysit, huistaakbegeleiding 115 19% klusjes, boodschappen 112 18% delen van kennis/materiaal 103 17% gezelschap, babbel, steun 62 10% in niets 69 11% weet niet 186 30% andere hulp 76 12% Totaal 623
7%#
1%#
1%#
2%#
2%#
3%#
3%#
4%#
8%#
11%#
13%#
22%#
24%#
weet$niet$
ander$positief$
zichzelf$goed$voelen,$zorgeloos$
ander$negatief$
jong/naïef$
ander$neutraal$
genieten$van$studententijd/vrolijk$
motivatie/ambitie/gericht$op$toekomst$
respect/deftig/beleefd$
verstandig/vriendelijk/proper$
open<minded/sociaal/burgerzin$
balans$tss$studies$en$amusement$
studeren/hard$werken$
Ideaalbeeld#over#studenten#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 40
Uit een vorige vraag (zie p.24) bleek al dat 20% van de respondenten zelf hulp biedt aan studenten. Bij
de vraag waar de respondent een student zou kunnen helpen, denkt een kwart van de
respondenten dat ze kennis/materiaal zouden kunnen delen. Omdat we bij antwoorden te horen
kregen dat men het vooral had over het delen van ervaringen met studenten, gingen we na of hier een
verband met leeftijd opviel: dat is helemaal niet het geval, wel met geslacht: mannen (30%) geven dit
antwoord vaker dan vrouwen (22%). 17% denkt studenten te kunnen helpen door hen een centje te
laten bijverdienen bvb met babysit of begeleiden van huistaken, 15% zou studenten wegwijs kunnen
maken in Gent. Een kwart van de respondenten weet niet wat te antwoorden op deze vraag. En
slechts 6% denkt studenten niet te kunnen helpen.
Aantal % delen van kennis/materiaal 159 26% babysit, huistaakbegeleiding 105 17% wegwijs maken in Gent 93 15% gezelschap, babbel, steun 66 11% klusjes, boodschappen 39 6% kan studenten niet helpen 37 6% weet niet 147 24% andere hulp 136 22% Totaal 623
Uit een aantal antwoorden werd al duidelijk dat Gentenaren een bijdrage zien van studenten aan de
maatschappij. Ook hierover lieten we de respondent spontaan aan het woord bij de vraag op welke
vlakken studenten zich zouden kunnen inzetten voor de maatschappij. Een kwart van de
respondenten ziet deze bijdrage op vlak van praktische hulp aan inwoners. Toch merken we ook veel
vraag naar sociale inzet door studenten, op vlak van begeleiding van kinderen, vrijwilligerswerk, inzet
voor goede doelen of gezelschap. Nogal wat mensen gaven nog een ander antwoord, waar we nog
een drietal kleinere categorieën in terugvinden: een groep die studenten zou willen zien inzetten op
vlak van ecologie/milieu/proper Gent, een groep die wenst dat ze op zouden komen voor een betere
wereld en een andere groep die vindt dat ze zich nu beter kunnen focussen op hun studies.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
41
grafiek: inzet door studenten voor de maatschappij (n=623)
In andere vraag vroegen we in welke mate men het eens was met de stelling ‘ik voel me goed
geïnformeerd over wat studenten kunnen bijdragen aan de maatschappij’. 41% geeft aan niet goed
geïnformeerd te zijn over wat studenten kunnen bijdragen voor Gent. 26% voelt zich wel voldoende
geïnformeerd, en 28% zit tussen de twee.
grafiek: stelling: ‘ik voel me goed geïnformeerd over wat studenten kunnen bijdragen aan de maatschappij’ (n=583)
10%$
10%$
11%$
12%$
13%$
14%$
26%$
26%$
17%$
gezelschap,+babbel,+psychologische+steun+
bloeddonatie+
geldinzameling+voor+goed+doel+
vrijwilligerswerk+
monitor+in+jeugdwerk+of+;vereniging++of+buurtwerk+
begeleiding+voor+kinderen+
praktische+hulp+(klusjes,+boodschappen,…)+
andere+hulp+
weet+niet+
Studenten$kunnen$zich$vooral$inzetten$door$praktische$hulp$te$bieden$aan$bewoners$
Helemaal&niet&akkoord,&3%&
Niet&akkoord,&38%&
Tussen&de&twee,&28%&
Akkoord,&22%&
Helemaal&akkoord,&4%&
Meerderheid'gee)'aan'niet'goed'geïnformeerd'te'zijn'over'de'bijdrage'van'studenten'voor'Gent'
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
42
Op de vraag of de inwoners van Gent eventueel bereid zouden zijn om zelf iets te doen om bewoners
en studenten dichter bij elkaar te brengen, krijgen we een beeld waaruit engagement van de inwoners
blijkt: 7% wilt trekker zijn en zelf initiatief nemen, 31% wilt helpen, 51% wilt deelnemen en 57% wilt er
een affiche voor uithangen. Bij de 31% die wilt meehelpen, zien we geen opmerkelijk verschil qua
geslacht of leeftijd, wel op vlak van buurt waarin men woont. Eerder logisch, maar significant meer
bewoners uit een studentenbuurt (37%) willen meehelpen aan een initiatief dan wie niet in een
studentenbuurt woont (29%).
grafiek: engagement om studenten en bewoners dichter bij elkaar te brengen (n=612)
Een laatste aspect dat we nog bij de verwachtingen van Gentenaren kunnen plaatsen, gaat over de
plaats van campussen van hogescholen en universiteiten. 42% vindt dat de campussen in de stad
thuishoren, en 37% vindt het goed zoals het nu is, namelijk dat hogescholen en universiteiten deel
uitmaken van de stad. Slechts 10% geeft aan dat ze buiten de stad horen, en voor 7% maakt het zelfs
niets uit. Op vlak van geslacht en leeftijd vinden we geen duidelijke verschillen. Wel een licht maar
toch significant verschil voor wie in een studentenbuurt woont. Deze mensen willen iets meer de
campussen buiten de stad en vinden de situatie zoals het nu is, iets minder goed.
7%#
31%#
51%#
57%#
zelf%initiatief%nemen% meehelpen%met%andere%bewoners% deelnemen%aan%initiatief% affiche%voor%uithangen%
Enkele#initiatiefnemers,#veel#helpers#en#nog#meer#deelnemers#om#studenten#en#bewoners#dichter#bij#elkaar#te#brengen#
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
43
grafiek: plaats van campussen volgens studentenbuurt (n=622)
grafiek: plaats van campussen (n=622)
42%$
42%$
14%$
9%$
34%$
38%$
4%$
9%$
7%#
3%#
studentenbuurt#
niet.studentenbuurt#
Wie$in$een$studentenbuurt$woont,$wilt$iets$meer$de$campussen$buiten$de$stad$
in$de$stad$ buiten$de$stad$ goed$zoals$nu$ maakt$niet$uit$ weet$niet$
in#de#stad,#42%#
buiten#de#stad,#10%#
goed#zoals#nu,#37%#
maakt#niet#uit,#7%#
weet#niet,#4%#
Meerderheid'gee)'aan'dat'campussen'in'de'stad'horen'
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
44
Om te eindigen, werpen we nog een blik op hoe Gent er volgens de inwoners uit zou zien zonder
studenten en hoger onderwijsinstellingen. Ook hier konden mensen spontaan antwoorden: voor 45%
van de respondenten wordt Gent dan een saaie stad, minder bruisend, minder creatief en minder
trendy. 44% antwoordt met ‘doods, leeg, triestig, zonder sfeer’. Een vijfde van de respondenten zou
Gent zonder studenten aangenamer vinden, minder druk, minder lawaai.
45%$
44%$
19%$
13%$
6%$
5%$
1%$
14%$
3%$
saai,%minder%bruisend,%creatief%en%trendy%
doods,%leeg,%triestig%
aangenaam,%minder%druk,%minder%lawaai%
snel%verouderend%
meer%ruimte%voor%gezinnen%
conservatiever%
minder%werkgelegendheid%
ander%antwoord%
weet%niet%
Gent$zonder$studenten$...$$
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016 45
IV. Conclusie
In dit onderzoek hebben we 623 Gentenaren ouder dan 25 jaar bevraagd. De steekproef is
proportioneel samengesteld volgens de verhoudingen die in de populatie bestaan op vlak van
volgende variabelen: geslacht, leeftijd en wonend in een studentenbuurt of niet-‐studentenbuurt.
De enquêteurs, studenten van het tweede jaar Communicatiemanagement van de
Arteveldehogeschool, verklaarden na het veldwerk dat 78% van de respondenten gemotiveerd was
om mee te werken aan het onderzoek. 71% verklaarde zich zelfs bereid om nog mee te werken aan
vervolgonderzoek.
De houding van de Gentenaar tegenover Gent
De Gentenaar is een tevreden inwoner van Gent! 86% van de Gentenaren is tevreden of zeer
tevreden over de buurt waarin hij woont: een overgrote meerderheid! 91% van de Gentenaren is trots
op zijn stad, en 78% zou vrienden aanraden om in zijn buurt te komen wonen.
Wanneer we Gent als stad laten typeren, scoort Gent als studentenstad het hoogste met 8,7 op 10.
Andere scores boven de 8 zijn: Gent als historische stad (8,4), culturele stad (8,3) en toeristische (8,2)
stad. De laagste score is voor Gent als havenstad.
Een inwoner van Gent heeft vaak contact met buurtbewoners: 42% heeft dagelijks contact met
buren, 38% minstens een keer per week. Dat contact bestaat meestal uit groeten of zwaaien (73%) of
een praatje slaan (73%).
Contact van de Gentenaar met studenten
Met studenten heeft de Gentenaar minder contact dan met buurtbewoners: 1 op 4 heeft er nooit
contact mee. 27% heeft dagelijks contact met studenten en 18% ten minste een keer per week.
Driekwart heeft een student in de familie of vriendenkring, een derde ontmoet studenten op hun
werk. Oudere mensen hebben het minste contact met studenten, dat is niet zo in het contact met
buurtbewoners. Het soort contact met studenten bestaat net als bij buurtbewoners meestal uit
groeten of zwaaien of een praatje slaan.
61% van de respondenten had al een positieve ervaring met studenten, 31% een negatieve ervaring.
Oudere inwoners hebben minder contact met studenten, dus is het niet onlogisch dat deze groep er
minder positieve als negatieve ervaringen mee heeft. 25-‐44 jarigen vormen de grootste groep die al
een negatieve ervaring had met studenten. De helft van de respondenten die in een studentenbuurt
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
46
woont, geeft aan een negatieve ervaring gehad te hebben. Lawaaihinder is de meest opgenoemde
negatieve ervaring, gevolgd door vuilhinder, vandalisme en gevaarlijke verkeerssituaties. De helft van
de mensen die een negatieve ervaring hadden met studenten, deed niets, een derde loste het zelf op
en 10% contacteerde de politiediensten.
78% van de respondenten leest wel eens berichten in de media over studenten, de helft daarvan
vindt deze berichtgeving meestal negatief. 45% hoort wel eens berichten over studenten via familie,
vrienden of buren, en daarvan geeft 60% aan dat deze berichten meestal positief zijn.
Beeld van de student in Gent
‘Overpoort’, ‘uitgaan’, ‘lawaai’, ‘universiteiten/hogescholen’ en ‘fietsen’ zijn de 5 associaties die
het meest gemaakt worden bij de vraag wat het eerst opkomt bij het horen van ‘de student in Gent’.
Van de 623 associaties die Gentenaren maakten, vonden we vooral de 96 associaties rond overlast
(lawaai, drinken, vuil, …) negatief klinken. 153 respondenten noemden de ‘Overpoort’ en ‘uitgaan’,
maar dat was niet altijd met een negatieve bijklank. De 60 associaties die rond fietsen gemaakt
werden, waren ook eerder negatief in de zin van ‘te veel fietsen, parkeerproblemen, onaangepaste
snelheid en gevaarlijke verkeerssituaties’. Andere respondenten (138) maakten positieve associaties
die vooral te maken hebben met de voordelen die studenten voor Gent met zich meebrengen.
‘Levendig, sfeer, jong, toekomst, vriendelijk, wijs, tof, …’ waren woorden die daarbij vaak gehanteerd
werden. Verder legden veel respondenten (109) meteen de link naar universiteiten en hogescholen,
naar studies, studeren en hard werken. 67 mensen gaven andere, uiteenlopende antwoorden aan.
Hieruit kunnen we dus zeker niet stellen dat het beeld van de student negatief is. Inderdaad, een deel
van de respondenten maakt spontaan een negatieve associatie, maar een groter deel heeft een
positief beeld, of maakt een eerder neutrale associatie.
Het beeld van de student dat leeft bij de inwoners, varieert significant volgens een aantal variabelen.
Geslacht, leeftijd, buurt waarin men woont, een negatieve ervaring met studenten, het soort
woning waarin men woont, de stad waar men studeerde en beroepsactiviteit bepalen mee het
beeld.
85% van de respondenten vindt het goed dat er zoveel studenten in Gent studeren. Het grootste
voordeel dat men aangeeft is dat de aanwezigheid van studenten een dynamiek brengt in de stad, de
stad jonger en levendiger maakt. Dat Gent er een rijkere, innovatievere stad door is, komt op de
tweede plaats. We polsten naar de houding over de voordelen via stellingen. Daarbij valt op dat bijna
een op vijf respondenten geen uitspraak kon doen over het voordeel dat studenten Gent financieel
rijker zouden maken en het voordeel dat inwoners kunnen genieten van diensten die voor/door
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
47
studenten georganiseerd worden. 13% kon geen uitspraak doen over het voordeel dat de
aanwezigheid van studenten meer jobs creëert. Dit wijst op een tekort aan informatie over de
voordelen die studenten met zich meebrengen.
Het grootste nadeel dat over studenten wordt opgenoemd, is ontegensprekelijk lawaaihinder. Dat
kwam al als derde meest genoemde associatie naar boven, werd ook genoemd als reden van een
negatieve ervaring en wordt ook door ruim de helft van de respondenten opgenoemd bij de nadelen.
Andere nadelen zijn de drukte, vuilhinder en gevaarlijke verkeerssituaties.
Globaal geeft 89% van de respondenten aan dat de voordelen van de aanwezigheid van studenten
belangrijker zijn dan de nadelen. En voor 88% gaat het om een kleine minderheid van studenten
die overlast veroorzaakt. Ook hier zien we opnieuw een zeer positieve uitspraak over de
aanwezigheid van studenten in Gent.
Verwachtingen tegenover studenten
Als we vragen naar het ideaalbeeld van studenten, geeft 24% van de respondenten een antwoord dat
te maken heeft met studeren en hard werken. 22% geeft een antwoord waarbij de nadruk ligt op een
gezond evenwicht tussen studies en amusement.
Kunnen studenten en inwoners elkaar helpen? 30% van de respondenten kan geen antwoord geven
op de vraag waarbij studenten de inwoners zouden kunnen helpen. Ongeveer een op vijf
respondenten denkt aan hulp bij kinderopvang, praktische hulp in het huishouden en het delen van
kennis of materiaal (bvb. ondersteuning bij computergebruik). Omgekeerd zou een kwart van de
respondenten de studenten willen helpen door kennis/materiaal te delen, vooral in de zin van het
delen van hun ervaring. 17% zou de studenten een centje willen laten bijverdienen met bvb. babysit,
en 15% zou hen wegwijs maken in Gent.
In het algemeen vindt 26% van de respondenten dat studenten wel praktische hulp kunnen bieden
aan inwoners. Toch geeft 41% aan bij een stelling over de bijdrage van studenten aan de maatschappij
niet goed geïnformeerd te zijn over wat ze precies zouden kunnen bijdragen. Net als bij enkele
voordelen van studenten, en over de hulp die ze zouden kunnen betekenen voor inwoners, stellen we
hier nog eens vast dat er nogal wat onwetendheid is.
Een initiatief om Gentenaren en studenten dichter bij elkaar te brengen zouden heel wat
Gentenaren zien zitten: de helft zou eraan deelnemen, een derde zou meehelpen, en 7% zou het
initiatief nemen.
Onderzoeksrapport Jeugddienst Stad Gent Arteveldehogeschool 2015-‐2016
48
Over de plaats van campussen, vindt een meerderheid van 79% dat ze in de stad thuishoren. Slechts
10% vindt dat ze buiten de stad horen.
Tot slot kunnen we stellen dat Gent zonder studenten en hoger onderwijsinstellingen voor bijna de
helft van de respondenten geen goede zaak zou zijn: Gent zou ‘saai, minder bruisend, minder creatief,
minder trendy’ zijn, of zelfs ‘doods, leeg en triestig’. Slechts voor een vijfde zou Gent zonder
studenten ‘aangenamer, minder druk en minder lawaaierig’ zijn.
Discussie en verder onderzoek
Zoals we bij de beschrijving van de steekproef vastgesteld hebben, bereikten we met dit onderzoek
62% hoger opgeleiden, wat erg veel is. Enerzijds door de leeftijd van de populatie vanaf 25 jaar te
definiëren. Verder speelt hier ook mee dat hoger opgeleiden makkelijker meewerken aan onderzoek.
Een tweede vaststelling in deze steekproef is het zeer lage bereik van allochtone Gentenaren (93%
van de respondenten spreekt thuis meestal Nederlands). Onze studenten gaven tijdens en na het
veldwerk aan dat deze mensen voor of tijdens de introductie van de enquête al afhaakten.
Verder kunnen we stellen dat door de talrijke spontane antwoorden op open vragen, er verdere
uitdieping mogelijk is met de dataset.