32
Bijlage A: Brussel Blz. A1 van A32 Bijlage A: Brussel Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie EUROPESE COMMISSIE Milieubeheersysteem Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel Definitieve Neem voor meer informatie over de milieuprestaties in Brussel contact op met: Functionele mailbox: OIB RE3 EMAS; of ga naar de EMAS-pagina op My Intracomm (intern)

Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

  • Upload
    others

  • View
    0

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A1 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

EUROPESE COMMISSIE Milieubeheersysteem

Milieuverklaring

Resultaten voor 2017

Bijlage A: Brussel

Definitieve

Neem voor meer informatie over de milieuprestaties in Brussel contact op met:

Functionele mailbox: OIB RE3 EMAS; of ga naar

de EMAS-pagina op My Intracomm (intern)

Page 2: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A2 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

VOORWOORD

OIB heeft tot taak te zorgen voor een functionele, veilige en comfortabele werkplek voor

personeel van de Commissie en voor de levering van kwalitatief hoogstaande diensten voor

ondersteuning en welzijn, gestoeld op een klantgerichte benadering met een milieuvriendelijk

en kosteneffectief karakter. Deze missieverklaring vertaalt zich in concrete acties van OIB die

in lijn zijn met de doelstelling van de Commissie om de milieueffecten van haar dagelijkse

werkzaamheden te verminderen. Als beheerder van het hoofdkantoor van de Commissie in

Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid.

In deze bijlage van de milieuverklaring, die specifiek gericht is op de milieuprestatiesvan de

Commissie in Brussel, worden de belangrijkste resultaten uit 2017 uitgelicht zoals de

vermindering van het energieverbruik, de CO2-emissies en het kantoorpapierverbruik, en

verdere verbeteringen van de afvalsortering.

De Commissie verwacht niet alleen verbeteringen van de onroerendgoedportefeuille in Brussel

op korte termijn, maar zal ook doorgaan met de installatie van oplaadpunten voor elektrische

voertuigen bij gebouwen van de Commissie, de uitbreiding van energiebesparingsmaatregelen

en de verdere vermindering van plastic voor eenmalig gebruik. Het succes van deze acties hangt

ook af van het bewustzijn en de deelname van iedere medewerker van de Commissie.

In tijden van milieu-uitdagingen blijven de EC-diensten, en met name OIB, investeren in

verbetering van de milieuprestaties van de Commissie, om zo bij te dragen aan een duurzamere

Europese Unie.

Getekend

Marc Becquet

Directeur

Bureau voor infrastructuur en logistiek in Brussel

(OIB)

Page 3: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A3 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

INHOUDSOPGAVE

BIJLAGE A: BRUSSEL – BESTUURLIJKE ACTIVITEITEN .............................. 4

A1. Overzicht van de kernindicatoren in Brussel sinds 2005 .................................. 4

A2. Beschrijving van activiteiten in Brussel (), context en centrale

belanghebbenden ............................................................................................. 5

A2.1. Activiteiten .......................................................................................... 5

A2.2. Context – risico's en mogelijkheden .................................................... 5

A2.3. Belanghebbenden, risico's en mogelijkheden in verband met

nalevingsverplichtingen ....................................................................... 6

A3. Milieueffecten van de activiteiten in Brussel .................................................... 9

A4. Efficiënter gebruik van natuurlijke hulpbronnen .............................................. 9

A4.1. Energieverbruik ................................................................................... 9

A4.2. Waterverbruik .................................................................................... 13

A4.3. Kantoor- en offsetpapier .................................................................... 13

A5. Vermindering van de koolstofvoetafdruk en luchtemissies ............................ 15

A5.1. Koolstofvoetafdruk ............................................................................ 15

A5.2. CO2-emissies van gebouwen ............................................................. 16

A5.3. CO2-emissies van voertuigen ............................................................ 19

A5.4. Totale emissies van andere luchtvervuilende stoffen (SO2, NO2, PM)21

A6. Verbetering afvalbeheer en -scheiding ............................................................ 22

A6.1. Niet-gevaarlijk afval .......................................................................... 22

A6.2. Gevaarlijk afval ................................................................................. 23

A6.3. Afvalsortering .................................................................................... 24

A7. Bescherming biodiversiteit .............................................................................. 24

A8. Groene overheidsopdrachten ........................................................................... 25

A8.1. Opnemen van groene overheidsopdrachten in aanbestedingen ......... 25

A9. Naleving van wetgeving aantonen en crisisparaatheid.................................... 25

A9.1. Beheer van het wetgevingsregister .................................................... 25

A9.2. Preventie en risicobeheer ................................................................... 25

A9.3. Crisisparaatheid ................................................................................. 26

A10. Communicatie ................................................................................................. 26

A10.1. Interne communicatie ........................................................................ 26

A10.2. Externe communicatie en relatiebeheer ............................................ 27

A11. Opleiding ......................................................................................................... 28

A11.1. Interne opleiding ................................................................................ 28

A11.2. Externe opleiding .............................................................................. 28

A12. Kosten en besparingen van EMAS .................................................................. 28

A13. Omrekeningsfactoren ...................................................................................... 29

A14. Uitsplitsing naar locatie: kenmerken van gebouwen en prestaties voor

geselecteerde parameters (indicatieve gegevens) ............................................ 30

Page 4: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

BIJLAGE A: BRUSSEL

Blz. A4 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

BIJLAGE A: BRUSSEL – BESTUURLIJKE ACTIVITEITEN

Brussel is de grootste locatie binnen de organisatie van de Europese Commissie en hoofdzetel

van de Commissie, met onder meer haar vlaggenschip, het Berlaymontgebouw. Het Bureau voor

infrastructuur en logistiek in Brussel (OIB) heeft tot taak te zorgen voor een functionele, veilige

en comfortabele werkplek voor meer dan 27 000 medewerkers, verspreid over ruim

1 000 000 m² voornamelijk kantoorruimte.

A1. Overzicht van de kernindicatoren in Brussel sinds 2005

OIB verzamelt sinds 2005 gegevens over kernindicatoren voor de locatie Brussel. De waarden

voor 2005 en voor de periode 2014-2017 staan vermeld in tabel A1, samen met de prestatietrend

en, in voorkomend geval, de streefdoelen voor 2020.

Tabel A1: Historische gegevens, prestaties en streefdoelen voor kernindicatoren voor

verslaglegging op Commissieniveau

NB: (1) Eerste jaar dat er gegevens werden aangeleverd; (2) Ten opzichte van 2014; (3) Jaarlijks EMAS-actieplan 2018

* Streefdoel voor verbetering in % voor de periode 2014-2020

Sinds de EMAS-registratie in 2005 is het verbruik voor alle parameters aanzienlijk gedaald. De

cijfers voor 2017 laten over het algemeen een positieve trend zien ten opzichte van 2016,

behalve wat CO2-emissies van voertuigen per km en gevaarlijk afval betreft. Gemeten per

persoon is het energieverbruik van gebouwen in 2017 ten opzichte van 2016 met 2,9 % gedaald,

en gemeten per vierkante meter met 2,1 %. Het waterverbruik, gemeten per persoon en per

vierkante meter, is licht gedaald. De productie van niet-gevaarlijk afval per persoon is ten

opzichte van het voorgaande jaar aanzienlijk gedaald, met 5,8 %. De productie van gevaarlijk

afval is in 2017 gestegen, maar minder sterk dan bij de vorige meting (6,1 %), en het percentage

gescheiden afval is slechts licht gestegen, met 0,2 %. Het kantoorpapierverbruik is met nog eens

16 % gedaald.

Over het geheel is er op de meeste terreinen flinke vooruitgang geboekt ten aanzien van de

streefdoelen voor 2020. Voor het verbruik van water, kantoorpapier en de productie van niet-

gevaarlijk afval zijn die al behaald. Voor de CO2-emissies van het wagenpark is dit ook bijna het

geval. De cijfers voor het energieverbruik van gebouwen en de daaraan gerelateerde CO2-

emissies zijn te verklaren door de relatief extreme weersomstandigheden in vergelijking met het

basisjaar 2014, dat tamelijk zacht was. Hieronder wordt de ontwikkeling van het EMAS-systeem

in Brussel weergegeven.

Fysieke indicatoren Historische gegevenswaarden Prestatietrend (%) sinds: Streefdoel

(Nummer, beschrijving en eenheid) 2005 (1) 2014 2015 2016 2017 2005 2014 2015 2016 2020*

Δ % (2,3) waarde (2, 3)

1a) Energie gebouwen (MWh/p) 19,06 6,99 7,51 7,26 7,05 -63,0 0,9 -6,1 -2,9 -5,0 6,637

1a) Energie gebouwen (KWh/m2) 373 167 181 179 175 -53,0 5,1 -3,1 -2,1 -5,0 158

1c) Gebruik niet-hern. energie (geb.) % 41,0 45,5 43,9 43,7 6,8 -3,8 -0,3 0,0 41,0

1d) Water (m3/p) 28,44 12,57 12,40 11,77 11,66 -59,0 -7,2 -6,0 -0,9 0,0 12,57

1d) Water (L/m2) 556 300 299 290 290 -47,9 -3,3 -2,9 -0,1 0,0 300

1e) Kantoorpapier (ton/p) 0,081 0,033 0,032 0,028 0,023 -71,5 -28,9 -28,1 -16,0 0,0 0,033

1e) Kantoorpapier (vellen/p/dag) 77 33 33 28 24 -69,6 -28,9 -28,1 -16,0 0,0 33

2a) CO2 gebouwen (ton/p) 4,77 0,65 0,72 0,66 0,64 -86,6 -2,3 -11,3 -3,3 -5,0 0,620

2b) CO2 gebouwen (kg/m2) 93 16 17 16 16 -83,0 1,8 -8,4 -2,5 -5,0 14,8

2c) CO2 voertuigen (g/km, fabr.) 249 148 145 129 118 -52,6 -20,3 -18,6 -8,5 -5,0 141

2c) CO2 voertuigen (g/km, daadw.) 213 219 193 205 -3,8 -6,4 6,2 -5,0 202

3a) Niet-gevaarlijk afval (ton/p) 0,300 0,222 0,209 0,217 0,204 -31,9 -8,0 -2,2 -5,8 -2,0 0,218

3b) Gevaarlijk afval (ton/p) 0,0020 0,0055 0,0049 0,0085 0,0090 344,5 62,4 84,5 6,1 -2,0 0,0054

3c) Gescheiden afval (%) 53,9 59,2 55,2 57,8 58,0 7,5 -2,0 5,1 0,2 5,2 62,2

Economische indicatoren (EUR/p)

Energieverbruik (gebouwen) 1 168 519 500 455 419 -64,1 -19,2 -16,1 -7,9 -5,0 493

Waterverbruik 46,7 46,1 43,8 44,0 -5,9 -4,7 0,4 0,0 46,7

Verwerking niet-gevaarlijk afval 34,0 35,3 33,3 -2,2 -5,8 -2,0 35,5

Page 5: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A5 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Tabel A2: EMAS-basisparameters

Tot het personeel in de EMAS-perimeter behoren ook de medewerkers van de uitvoerende

agentschappen die zijn gevestigd in de gebouwen die door de Commissie worden beheerd.

EMAS wordt van toepassing geacht op de gehele locatie in Brussel. Het totale aantal gebouwen

kan van jaar tot jaar echter verschillen, aangezien de infrastructurele eisen veranderen. Drie

operationele gebouwen waren in 2017 niet geregistreerd in het kader van EMAS: PALM, dat

grondig zal worden gerenoveerd, MERO en MO15, waarvan de technische installaties nog niet

volledig zijn geoptimaliseerd na de recente werkzaamheden van eind 2016. Het gebouw T-22

wordt gebruikt door de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad, die geen uitvoerend agentschap

van de Commissie is.

A2. Beschrijving van activiteiten in Brussel (1), context en centrale belanghebbenden

A2.1. Activiteiten

De meeste activiteiten van de Commissie in Brussel zijn traditionele bestuurstaken. Er zijn

echter ook andere diensten, waaronder 22 cafetaria's, 13 kantines, restaurants, archieven,

drukkerijen, een wagenpark, een medische dienst, crèches en naschoolse opvang. De verdeling

van de gebouwen wordt op bladzijde A9 weergegeven. In tabel A14 worden enkele van de

belangrijkste kenmerken van de gebouwen samengevat. BERL, CHAR en MADO zijn de

grootste gebouwen. Zij zijn samen goed voor 23 % van de oppervlakte (meer dan 247 000 m²),

ongeveer 29 % van het elektriciteitsverbruik en 24,4 % van het gasverbruik.

A2.2. Context – risico's en mogelijkheden

Veel van de gebouwen bevinden zich rond de Europese wijk aan de oostzijde van Brussel. Een

cluster van tien gebouwen bevindt zich wat verder weg, in Beaulieu in het zuidoosten van de

stad. Nog enkele gebouwen bevinden zich buiten het centrum, ten noorden en zuiden van

Brussel, waaronder een sportcentrum in Overijse, een magazijn in Neder-over-Heembeek, een

drukkerij en centralepostvoorziening in de gemeente Evere en historische archieven in

Kortenberg.

Externe kwesties en omstandigheden die de milieuprestaties van Brussel beïnvloeden

Deze zijn geanalyseerd met behulp van de PESTLE-criteria (2), waarbij zowel risico's als

mogelijkheden zijn vastgesteld, en voor de drie belangrijkste punten wordt hieronder verwezen

naar de acties.

1. Economisch – Budgettaire variaties zijn van invloed op mogelijke investeringen ter

vermindering van het verbruik van hulpbronnen. Door verdere verfijning voor

effectievere acties kunnen de energiebesparingen worden verbeterd.

(1) De NACE-codes voor de activiteiten in Brussel zijn: 99 – Activiteiten van extraterritoriale organisaties en lichamen; 84.1 – Openbaar

bestuur en het economische en sociale beleid van de gemeenschap. (2) PESTLE-criteria – Politiek, Economisch, Sociaal, Technologisch, Juridisch (“Legal”), Ecologisch.

Tabel A2: EMAS-basisparameters

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Populatie: personeel in EMAS-perimeter 4 033 5 238 5 702 10 393 13 014 15 527 17 586 20 663 26 336 25 667 25 698 26 361 26 448

Populatie: totaal personeel 21 203 22 635 23 760 24 936 24 937 25 750 26 305 28 681 26 499 27 392 27 089 27 143 27 325

Aantal gebouwen voor EMAS-registratie 8 13 15 23 32 42 48 54 59 62 62 62 62

Totale aantal operationele gebouwen 59 62 62 64 64

Bruikbare oppervlakte EMAS-perimeter (m2) 206 166 257 557 272 324 446 562 533 285 633 228 721 038 820 028 1 033 183 1 075 372 1 067 270 1 069 482 1 063 935

Bruikbare oppervlakte alle gebouwen (m2) 1 051 557 1 075 372 1 069 673 1 082 033 1 090 075

Page 6: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A6 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

2. Ecologisch – Variatie in seizoenstemperaturen van jaar tot jaar heeft een belangrijk

effect op het energieverbruik en zorgt voor variabele prestaties van de gebouwen.

Het beheren van een groot aantal technische installaties is complex, maar er is een

mogelijkheid om door middel van technologische ontwikkeling de efficiëntie te

verhogen en snellere acties op te zetten.

3. Juridisch – Er moeten steeds meer milieuverordeningen en een regionaal rechtskader

worden toegepast op de grote portefeuille van gebouwen in Brussel. Het kan lastiger

worden om de voorschriften na te leven. Nauwe samenwerking met lokale

autoriteiten en regelgevende instanties kan de milieuprestaties helpen te verbeteren

en tegelijkertijd de wetgeving na te leven.

Interne kwesties en omstandigheden die de milieuprestaties van Brussel beïnvloeden

Deze zijn geanalyseerd met behulp van ASCPF-criteria (3), waarbij er gelet wordt op zowel

risico's als mogelijkheden. De onderstaande twee punten zijn het belangrijkst.

1. Activiteiten – De locatie Brussel heeft een grote portefeuille van verouderende

gebouwen, en OIB beheert een breed scala van activiteiten en een groot aantal

contractanten, waardoor het organiseren van de uitvoering van veel milieu-

initiatieven complexer wordt. Aan de andere kant is er een mogelijkheid om op veel

verschillende niveaus te handelen en een belangrijke waaier aan activiteiten op te

zetten.

2. Cultuur en werknemers – Er heerst bij OIB een klantgerichte cultuur en er moet

worden ingespeeld op de behoeften van de klanten. Soms zijn politieke en

operationele situaties lastig te combineren. Ook kan er een discrepantie bestaan

tussen de behoeften van klanten en de milieuprioriteiten.

A2.3. Belanghebbenden, risico's en mogelijkheden in verband met nalevingsverplichtingen

In tabel A3 worden de belangrijkste belanghebbenden samengevat. Deze zijn gegroepeerd in

“clusters”, met name vanwege het grote aantal contractanten en leveranciers.

(3) ASCPF-criteria – Activiteiten, Strategische richting, Cultuur en werknemers, Processen en systemen, Financieel.

Page 7: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A7 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Tabel A3: Overzicht van de belangrijkste eisen van belanghebbenden die verplichtingen

worden in het beheersysteem

Groep belanghebbenden Verwachtingen van belanghebbenden EMS-verplichtingen

Europese instellingen Ontwikkelingsplannen en operationele activiteiten lopen

overeenkomstig het op institutioneel niveau vastgestelde beleid

Dienstverlening van hoge kwaliteit waarborgen en daarbij

rekening houden met politieke en budgettaire beperkingen.

Klanten Correcte en tijdige locatiebeheersdiensten door OIB, in naleving

van milieuwetgeving

Uitvoering door management: kwaliteit van de

locatiebeheersdiensten en moderne infrastructuur geleverd

door OIB.

Leveranciers/contractanten Informatie over milieuvoorschriften, streefdoelen en technische

specificaties

Uitvoering door management: passende milieucriteria

vaststellen in de betreffende fasen van het aanbestedings- en

projectbeheersproces (voorbeelden: gebruik van de toolkit voor

groene overheidsopdrachten en van milieuvoorschriften bij

aanbestedingen).

Personeel Verantwoordelijk milieugedrag, transparante communicatie in

verband met milieuprocedures en -effecten

Kwaliteit van infrastructuur en operationele diensten;

communicatieplan: milieubetrokkenheid van OIB, waarin de

behoeften en aspiraties van het personeel worden

weerspiegeld, via communicatieplannen en -activiteiten

(voorbeeld: communicatie richting personeel over OIB-

initiatieven als VéloMai, afvalscheidingsstations of posters over

het milieuprofiel van het gebouw).

Regelgevende instanties Naleving van regionale wetgeving en EMAS-verordening Naleving waarborgen van wetgeving over OIB-

locatiebeheersactiviteiten, voor zover het zowel contractanten

en leveranciers als het personeel betreft.

Wettelijk register;

Communicatie richting management;

Uitvoering door management;

Nalevingsevaluatie en audits (voorbeeld: beoordelingen van

locatiebeheer en verslagen over de prestaties van het EMS).

Beleidsmakers Strategische en operationele plannen overeenkomstig nationale

en regionale wetgeving en streefdoelen (voorbeeld: richtlijn

energie-efficiëntie)

Uitvoering van het EMS: bevorderen van de taak van het OIB om

het goede voorbeeld te geven in verband met milieunaleving

en -praktijken door uitdagende streefdoelen te stellen en

plannen te maken om de gestelde doelen na te leven voor

andere publieke of semi-publieke actoren (voorbeeld: de acties

in het kader van de EED).

Page 8: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A8 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Page 9: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A9 van A32

Bijlage A: Brussel Milieuverklaring EC; verslag voor 2017

Definitieve versie

A3. Milieueffecten van de activiteiten in Brussel

De Commissie heeft de beoordeling van de milieuaspecten voor de locatie Brussel in 2015

volledig bijgewerkt. De resultaten zijn te zien in onderstaande tabel. De volgende

actualisering staat, overeenkomstig de driejarige EMAS-cyclus, gepland voor 2018.

Tabel A3: Overzicht van belangrijke milieuaspecten voor de locatie Brussel

* Deze indirecte aspecten worden beheerd via een reeks specifieke mechanismen, zoals effectbeoordeling (zie

punt 2.1 in het deel over de Commissie) en regelgeving.

A4. Efficiënter gebruik van natuurlijke hulpbronnen

A4.1. Energieverbruik

De gegevens over het energieverbruik van gebouwen moeten tegen de achtergrond van de

weersomstandigheden worden bekeken. Een analyse van de temperatuurgegevens wijst uit dat

de weersomstandigheden in 2016 extremer waren dan in 2014 en 2015 en er daarom meer

verwarming en koeling nodig was. 2017 is iets milder gebleken dan het voorgaande jaar.

Aspectgroep Milieuaspect MilieueffectActiviteit, product of

dienstIndicatoren Risico Mogelijkheid

Emissies van CO2,

NOx, SOx en VOS.

Uitputting van hulpbronnen,

luchtemissies, opwarming van

de aarde, zure regen

Verwarmingssystemen t/jaar

Installaties die minder presteren

verhogen gasverbruik, emissies

en uitputting van hulpbronnen

Milieuprestaties verbeterd door

vernieuwde installaties en betere

wetgeving

Emissies van CO2,

NOx, SOx en VOS.

Uitputting van hulpbronnen,

luchtemissies, opwarming van

de aarde, zure regen

Gebruik wagenpark t/jaar

Voertuigen die minder presteren

verhogen brandstofverbruik,

emissies en uitputting van

hulpbronnen

Groene criteria kunnen voor

lagere emissies zorgen

2) Alle BrandpreventieLucht-, bodem- en

waterverontreinigingCrisisparaatheid Aantal incidenten Effect op de bedrijfscontinuïteit

Door regelmatige oefeningen

worden bewustzijn en

paraatheid verbeterd

3) BiodiversiteitOorsprong en gebruik

ingrediënten

Uitputting van hulpbronnen,

verlies van biodiversiteit,

bodemdegradatie

Aanbesteding Groene criteria Potentieel effect op de prijsStimulans voor duurzame

catering/kantines

4) LevenscyclusBouw/

renovatie

Uitputting van hulpbronnen,

luchtemissies, bodem-

/waterverontreiniging,

vervoer

Planning onoerend

goedBREEAM

Lagere kwaliteit werkzaamheden,

slechtere milieuprestaties

Betere milieuprestaties door

renovatiewerkzaamheden van

hoge kwaliteit

Gas, brandstof

Uitputting van hulpbronnen,

luchtemissies, opwarming van

de aarde

Energie MWh/jaar/persoon

Installaties die minder presteren

verhogen verbruik elektriciteit,

emissies en uitputting van

hulpbronnen

Betere milieuprestaties door

vernieuwde installaties en betere

wetgeving

Elektriciteit

Uitputting van hulpbronnen,

luchtemissies, opwarming van

de aarde

Energie MWh/jaar/persoon

Installaties die minder presteren

verhogen verbruik elektriciteit,

emissies en uitputting van

hulpbronnen

Betere milieuprestaties door

vernieuwde installaties en betere

wetgeving

Water Uitputting van hulpbronnen Waterverbruik m³/jaar/persoon

Installaties die minder presteren

verhogen waterverbruik,

emissies en uitputting van

hulpbronnen

Betere milieuprestaties door

vernieuwde installaties en betere

wetgeving

Kantoorbenodigd-

heden en meubilair

Uitputting van hulpbronnen,

luchtemissies, opwarming van

de aarde

Kantoorwerk Groene criteria

Criteria groene

overheidsopdrachten kunnen

effect hebben op de prijs

Criteria groene

overheidsopdrachten helpen om

de markt groener te maken

6) Bodem-

/waterveront-

reiniging

Lozing/lekken van

chemische

stoffen/lekken van

gasolie

Bodem-/waterverontreiniging Onderhoud Aantal indicenten

Niet-naleving van wetgeving

kan gebruik van het gebouw

belemmeren

Betere milieuprestaties door

naleving van betere wetgeving

Gevaarlijk afvalLucht-, bodem en

waterverontreinigingOnderhoud t/persoon

Niet-naleving van

afvalbeheerstromen kan gebruik

van het gebouw belemmeren

Naleving van

afvalbeheerstromen vormt op

zichzelf een mogelijkheid tot

verbetering

Afvalproductie:

organisch/niet-

organisch

Lucht-, bodem- en

waterverontreiniging

Productie van

maaltijdent/jaar/persoon

Door slechter beheer van

organisch afval gaat de

hoeveelheid omlaag die naar

gasproductie wordt gestuurd

(biomethanol)

Door verbetering van het beheer

van organisch afval wordt de

hoeveelheid afval die wordt

verbrand, verminderd

AfvalUitputting van hulpbronnen,

verontreinigingAfval Groene criteria

Hoewel alle plastic items worden

gerecycled of verbrand, bestaat

het risico op uitputting van

hulpbronnen (producten op

oliebasis). Potentieel effect op

de kosten

Het goede voorbeeld geven

1) Lucht

5) Hulpbronnen

7) Afval

Page 10: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A10 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Tabel A4: Indicatieve weersomstandigheden

a) Gebouwen

De ontwikkeling van het totale jaarlijkse energieverbruik in de EMAS-perimeter wordt

weergegeven in figuur A1, terwijl de indicatieve gegevens voor afzonderlijke gebouwen in

tabel A14 vermeld staan. Tot 2013 liep het totaal gaandeweg op, doordat de EMAS-perimeter

steeds meer gebouwen ging omvatten. Sinds 2014 zijn bijna alle gebouwen geregistreerd.

Elektriciteit(4) vertegenwoordigde in 2005 53 % van het totaal, was in 2014 het hoogst met

62 % (een zacht jaar) en bedroeg in 2017 57 %.

Figuur A1: Jaarlijks energieverbruik gebouwen (MWh) in de EMAS-perimeter(5)

(indicator 1a)

NB: diesel (brandstofolie) wordt niet meer gebruikt voor de verwarming van gebouwen, maar er wordt een kleine

hoeveelheid van verbruikt tijdens periodieke testen van nooddieselgeneratoren.

Het verbruik per persoon en per vierkante meter is te zien in de figuren A2 en A3.

(4) De gegevens voor het PV-systeem zijn theoretisch. (5) Die sinds de eerste registratie in 2005 gestaag is uitgebreid.

Indicatieve weersomstandigheden (1) 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Verwarmingsgraaddagen, verwarming nodig 2 184 2 397 1 722 1 986 2 111 1 991

Koelingsgraaddagen, koeling nodig 325 360 345 365 409 415

Totaal aantal graaddagen 2 509 2 757 2 067 2 351 2 520 2 406

kWh/persoon/graaddag (2) 3,08 2,65 3,38 3,19 2,88 2,93

(1) www.degreedays .net; maandel i jkse gegevens voor EBBR-station (referentietemperatuur 15,5 °C)

(2) aan de hand van gegevens over het energieverbruik van gebouwen voor locatie Brussel

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal 76 856 87 169 82 220 109 920 122 669 139 218 135 761 159 499 192 269 179 317 192 935 191 343 186 444

zonnecellen 43,4 43,4 43,4 43,4 43,4 43,4

diesel 2 176 2 506 1 969 2 166 2 011 2 240 1 471 1 737 1 933 2 570 1 617 993 0

leidinggas 33 931 44 754 39 824 47 309 56 410 61 311 52 633 66 264 86 501 70 881 80 556 81 180 79 510

elektriciteit 40 749 39 909 40 427 60 445 64 247 75 666 81 656 91 498 109 254 111 392 110 719 109 127 106 891

20 000 40 000 60 000 80 000

100 000 120 000 140 000 160 000 180 000 200 000

Page 11: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A11 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Figuren A2 en A3: De ontwikkeling van het totale jaarlijkse energieverbruik voor

EMAS-gebouwen in Brussel

Het totale energieverbruik per persoon en per vierkante meter voor EMAS-gebouwen

(indicator 1a) is sinds de eerste EMAS-registratie in 2005 gedaald met respectievelijk 63 % en

53 %. De daling was het sterkst tussen 2005 en 2009, en heeft zich daarna in afgezwakte

vorm, maar gestaag doorgezet. De afname voor beide indicatoren laat een gelijksoortig

verloop zien. Het brandstofverbruik is verwaarloosbaar in vergelijking met het verbruik van

elektriciteit en gas, aangezien brandstof alleen wordt gebruikt voor noodgroepen. Dit verbruik

wordt niet vermeld in deze gegevens. Het algehele gasverbruik is met 1,9 % afgenomen, ook

al zijn de ketels in het laatste gebouw dat nog met brandstof werd verwarmd, in 2016 op gas

overgegaan. Dit resultaat heeft bijgedragen tot een nieuwe daling van het energieverbruik in

2017 met 2,9 % per persoon en 2,1 % per vierkante meter. Het algehele verbruik is sinds 2016

met 2,6 % gedaald.

Het jaarlijkse actieplan bevat 18 actieve maatregelen die energiebesparing vooropstellen.

Deze worden hieronder gegroepeerd en samengevat:

plannen voor energie-efficiëntie op grond van de richtlijn betreffende

energieprestaties van gebouwen (EPB)(6) en naar aanleiding van aanbevelingen uit

energieaudits;

optimalisering van de uren dat koeling en verlichting in werking zijn;

modernisering van verlichtingssystemen en installatie van bewegings (detectors?);

isolatie van verwarmingsleidingen;

sluiting van gebouwen tijdens de eindejaarsvakantie;

optimalisering van luchtstromen;

uitschrijving van een aanbesteding voor energiemeters; en

overleg met de eigenaren van gebouwen over energiebesparende maatregelen.

(6) Richtlijn 2010/31/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de energieprestatie van gebouwen.

19,06

16,64

14,42

10,58

9,438,97

7,72 7,727,30 6,99

7,51 7,26 7,05

6,64

10,10

7,627,09

5,824,94 4,87 4,64 4,43 4,15 4,34 4,31 4,14 4,04

8,95 9,02

7,33

4,76 4,494,09

3,08 3,29 3,282,76

3,13 3,08 3,010,54 0,48 0,35 0,21 0,15 0,14 0,08 0,08 0,07 0,10 0,06 0,04 0,00

0

2

4

6

8

10

12

14

16

18

20

20

04

20

05

20

06

20

07

20

08

20

09

20

10

20

11

20

12

20

13

20

14

20

15

20

16

20

17

MWh/persoon

Totaal

Totaal streefdoel 2020

Elektriciteit

Gas

Brandstof

373

344

306

260

241234

201 206

186

167181 179 175

158

198

155

148135

120 119 113 112 106 104 104 102 100

175

186

156

117 115107

8088 84

6675 76 75

11 10 7 5 4 4 2 2 2 2 2 1 0

0

50

100

150

200

250

300

350

400

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

kWh/m2

TotaalTotaal streefdoel 2020ElektriciteitGasBrandstof

Page 12: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A12 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

b) Voertuigen

Tabel A5: Overzicht energieverbruik voertuigen

Het hierboven weergegeven totale jaarlijkse energieverbruik door voertuigen vertoont een

daling als gevolg van een kleiner aantal kilometers dat is afgelegd door het wagenpark

(2 460 210 in 2017 tegenover 2 805 112 in 2016).

c) Gebruik van hernieuwbare energie in gebouwen en voertuigen

In de onderstaande tabel wordt de ontwikkeling van het verbruik van niet-hernieuwbare

energie voor de gebouwen weergegeven.

Tabel A6: Gebruik van hernieuwbare en niet-hernieuwbare energie in gebouwen (MWh

en als percentage van het totaal)

NB: De waarden voor de energieopwekking door zonnepanelen zijn theoretisch

Het totale aandeel hernieuwbare energie in het totale energieverbruik van gebouwen bedroeg

56,2 %, en dit was toe te schrijven aan de aankoop van elektriciteit uit hernieuwbare bronnen

sinds augustus 2009. In 2017 zijn er geen aanvullende hernieuwbare energiebronnen op de

locatie geïnstalleerd. De verhouding tussen de energiebesparingen en het rendement van de

investeringen is negatief.

OIB heeft in 2015 tien elektrische auto's opgenomen in het dienstwagenpark en in 2016 en

2017 zijn er nog drie aan toegevoegd. Aan het eind van 2017 waren er 122 elektrische

laadpunten geïnstalleerd bij twaalf gebouwen van de Commissie (B-28, BERL, BU25,

CHAR, CSM1, F101, J-79, LX46, MADO, NOHE, ORBN en OVER). Het doel is dat in 2023

alle parkeerplaatsen van de Commissie hiervan zijn voorzien. Dit project beoogt het gebruik

van elektrische auto's te stimuleren overeenkomstig het algemene beleid ter bevordering van

groenere vervoermiddelen. Het gaat verder dan de eis van het Brussels Gewest dat in 2023

10 % van de parkeerplaatsen bij bestaande gebouwen van elektrische laadpunten moet zijn

voorzien.

2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal (MWh/jr) 2 535 2 468 2 292 2 313 2 322 2 177

MWh/persoon 0,123 0,094 0,089 0,090 0,088 0,082

kWh/km (per 1000 km) 0,47 1,34 0,97

Dieselverbruik (m3) 219,4 215,4 201,0 203,9 197,8 177,6

Benzineverbruik (m3) 10,63 8,16 6,46 5,33 13,40 21,88

Aandeel hernieuwbare energie 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

i a) elektriciteitscontract 1 (% hernieuwbaar) 60 100 100 100 100 100 100 100 100

elektriciteitscontract 1 (MWh hernieuwbaar) 36 621 71 883 77 573 86 923 103 791 105 822 105 183 107 376 104 832

i b) elektriciteitscontract 2 (% hernieuwbaar) 0 0 0 0 0 0 0 0 0

elektriciteitscontract 2 (MWh hernieuwbaar) 0 0 0 0 0 0 0 0 0

viii) (zonne-energie) (% hernieuwbaar) 100 100 100 100 100 100 100 100 100

(MWH hernieuwbaar) 0 0 0 43,4 43,4 43,4 43,4 43,4 43,4

Totaal hernieuwbaar (MWh) 36 621 71 883 77 573 86 967 103 835 105 866 105 226 107 419 104 876

Totaal hernieuwbaar (%) 29,9 51,6 57,1 54,5 54,0 59,0 54,5 56,1 56,3

Totale gebruik niet-hern. energie (MWhr/jr) 86 048 67 335 58 188 72 532 88 434 73 451 87 709 83 924 81 569

Niet-hern. energie als deel van totaal (%) 70,1 48,4 42,9 45,5 46,0 41,0 45,5 43,9 43,7

Page 13: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A13 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

A4.2. Waterverbruik

Figuren A4 en A5: De ontwikkeling van het totale jaarlijkse waterverbruik voor EMAS-

gebouwen in Brussel

NB: tot 2013 steeg het totale verbruik, doordat de verslaglegging uitsluitend betrekking had op EMAS-geregistreerde

gebouwen

In de figuren A4 en A5 is te zien dat ook het waterverbruik aanzienlijk is teruggelopen sinds

de oorspronkelijke EMAS-registratie in 2005, met een waarde voor 2017 die per persoon en

per vierkante meter respectievelijk slechts 41 % en 52 % van het cijfer voor 2005 bedraagt.

Het waterverbruik is sinds 2011 redelijk stabiel gebleven. Na de piek in 2014 is het

waterverbruik in 2016 gedaald als gevolg van de toepassing van waterbesparende maatregelen

in diverse gebouwen, zoals het aanbrengen van bruismondstukken op de kranen in het

merendeel van de gebouwen. In 2017 is het waterverbruik per persoon met 0,8 % afgenomen

en per vierkante meter met 0,1 %. Over het geheel genomen is het verbruik licht gedaald

(0,5 %).

Andere sinds 2015 ondernomen initiatieven zijn onder andere beter waterbeheer, de installatie

van systemen voor het opsporen van lekkage en mechanismen ter voorkoming van verlies. De

voor 2017 geplande initiatieven hadden verdere verbeteringen tot doel, waaronder de

uitvoering van technische ad-hocmaatregelen in specifieke gebouwen. Behalve in tien

prioritaire gebouwen(7) zijn ook nog in de meeste andere gebouwen waterbesparende

apparaten geïnstalleerd.

A4.3. Kantoor- en offsetpapier

Zoals hieronder te zien is, vertoont het totale verbruik van kantoor- en offsetpapier in Brussel

een langdurige neerwaartse tendens.

(7) Actie 58 in het jaarlijkse globale EMAS-actieplan.

28,44 26,85

22,49

18,8315,00

14,70

12,0311,23 11,66

12,57 12,40 11,77 11,66

12,57114 702

140 616

133 791

195 664

195 186

227 907211 568

232 114

307 188 322 527

318 692

310 234

308 439

50 000

100 000

150 000

200 000

250 000

300 000

350 000

0

5

10

15

20

25

30

35

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

m3

tota

al

m3/p

erso

on

m3/persoon streefdoel 2020 m3/p m3 total

556 555

499

464

384 384

312299 297 300 299 290 290

300

50 000

100 000

150 000

200 000

250 000

300 000

350 000

0

100

200

300

400

500

600

20

04

20

05

20

06

20

07

20

08

20

09

20

10

20

11

20

12

20

13

20

14

20

15

20

16

20

17

m3

to

taal

L/m

2

L/m2 streefdoel 2020 L/m2 m3 totaal

Page 14: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A14 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Figuur A6: De ontwikkeling van het totale papierverbruik in Brussel

De uitsplitsing naar verbruik per persoon wordt hieronder weergegeven.

Figuur A7: De ontwikkeling van het totale papierverbruik in Brussel (per persoon)

In figuur A7 is te zien dat het papierverbruik(8) (kg/persoon) sinds 2005 met meer dan 70 % is

gedaald, met in 2014 een sterke afname van het verbruik van kantoorpapier gemeten in

vellen/persoon/dag. Alleen al de cijfers over 2014 betekenden een afname van 26 %.

De cijfers over 2017 zijn een voortzetting van de trend van de afgelopen jaren en laten

opnieuw een sterke daling in het verbruik van kantoorpapier zien (15,5 %, of 634 in plaats

van 750 ton). De verklaring voor deze cijfers ligt in voortdurende inspanningen met het oog

op toegenomen verspreiding en opslag van documenten in digitale vorm, het gebruik van

gescande documenten en e-mail, het elektronisch ondertekenen van documenten in plaats van

het zetten van een handtekening op papier, en het wijdverbreide gebruik van dubbelzijdig

bedrukte vellen wanneer papier toch nodig is.

Het verbruik van offsetpapier in de drukkerij is sinds 2006 grotendeels gelijk gebleven. Zoals

verwacht, is het verbruik van offsetpapier in 2017 opnieuw met 1,5 % gestegen naar

251,4 ton, maar ten opzichte van 2016 (toename van 10,1 %) zijn de cijfers stabieler

geworden. Ze liggen nog steeds onder het niveau van 2014 (271,9 ton).

In een poging het verbruik van kantoorpapier terug te dringen, zijn de volgende maatregelen

genomen:

(8) Historische cijfers voor al het Commissiepersoneel.

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Kantoorpapier (A4-vel-equivalent) x1 miljoen 346 341 337 312 283 276 255 243 238 191 187 160 136

Totaal papierverbruik (ton) 2 098 1 921 1 933 1 825 1 660 1 661 1 545 1 436 1 400 1 166 1 100 998 886

Offsetpapier (ton) 371 218 252 268 248 285 274 224 250 272 225 248 251

Kantoorpapier (ton) 1 727 1 703 1 681 1 557 1 412 1 376 1 271 1 212 1 150 894 875 750 634

500

1 000

1 500

2 000

2 500

0,0990,085

0,081

0,073

0,0670,064

0,059

0,050 0,053

0,043 0,0410,037 0,032

0,0810,075

0,071

0,0620,057

0,0530,048

0,042 0,043

0,033 0,0320,028

0,0230,017

0,010 0,011 0,011 0,010 0,011 0,010 0,008 0,009 0,010 0,008 0,009 0,009

77

7167

59

5451

46

4043

33 3328

2426

13

5 5 5 5 5

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

0,000

0,020

0,040

0,060

0,080

0,100

0,120

20

04

20

05

20

06

20

07

20

08

20

09

20

10

20

11

20

12

20

13

20

14

20

15

20

16

20

17

20

18

Ve

llen

/dag

en

% v

ers

pill

ing

Ton

pe

r p

ers

oo

n (t

ota

al,

ka

nto

or-

en

o

ffse

tpap

ier)

Totaal papier (ton/persoon)

Kantoorpapierverbruik (ton/persoon)

Offsetpapier (ton/persoon)

Kantoorpapier (vellen/persoon/dag)

Offsetpapier (papierverspill ing %)

Page 15: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A15 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

nauwlettend toezicht op papierverbruik;

verbetering van elektronische processen;

bevordering van het gebruik van elektronische handtekeningen en het digitaal

verspreiden van documenten.

A5. Vermindering van de koolstofvoetafdruk en luchtemissies

A5.1. Koolstofvoetafdruk

In de figuren A8 en A9 wordt de bijdrage van componenten(9) van de koolstofvoetafdruk van

de Commissie, gemeten als emissies in ton CO2-equivalent (t CO2e), voor Brussel

weergegeven.

Figuur A8: Elementen van de koolstofvoetafdruk (ton CO2e)

NB: 1) Emissies door vliegreizen berekend met RFI(10) = 2; 2) Omrekeningsfactor voor de berekening van equivalente emissies door

brandstofverbruik omvat verbranding (werkingssfeer 1) en kleine upstreamcomponent (werkingssfeer 3)

De grootste bijdragen worden geleverd door emissies als gevolg van dienstreizen per

vliegtuig, verbranding van brandstoffen voor het energieverbruik van gebouwen en

verbranding van brandstoffen voor woon-werkverkeer van personeel. Er kunnen verschillende

RFI-factoren worden gebruikt om de equivalente CO2-emissies als gevolg van vliegreizen te

schatten, waarbij rekening wordt gehouden met de opwarming door andere producten van

straalmotoren dan CO2, zoals waterdamp en roet.

(9) Potentieel belangrijke factoren als vaste activa en onderhoudscontracten waarop het management slechts beperkte invloed heeft, zijn

niet opgenomen.

(10) Stralingsforceringsindex. RFI-factoren worden gebruikt om de equivalente CO2-emissies door vliegreizen te schatten, niet alleen

rekening houdend met uitgestoten CO2, maar ook met de opwarmingseffecten van andere producten van straalmotoren, zoals waterdamp en roet. RFI=2: door interne auditeurs aanbevolen (als minimumwaarde).

Werkingssfeer1: Brandstof

voorgebouwen:leidinggas

Werkingssfeer1: Brandstof

voorgebouwen: gas

uit tanks

Werkingssfeer1: Brandstof

voorgebouwen:

diesel

Werkingssfeer1: Wagenpark

Commissie

Werkingssfeer1: Lekken vankoelmiddelen

Werkingssfeer2: Externe

elektriciteitslevering

Werkingssfeer2:

Stadsverwarming

Werkingssfeer3:

Dienstreizen:lucht

Werkingssfeer3:

Dienstreizen:spoor

Werkingssfeer3:

Dienstreizen:huurauto

Werkingssfeer3:

Dienstreizen:particuliere

auto

Werkingssfeer3:

Dienstreizen:luchttaxi

Werkingssfeer3: Woon-

werkverkeerTotaal

2013 17 733 514 557 864 1 502 55 358 204 180 431 69 10 850 88 262

2014 14 531 684 517 821 1 532 50 044 132 178 400 132 10 672 79 642

2015 16 514 430 522 763 1 522 37 543 212 170 403 308 10 672 69 059

2016 16 642 264 545 1 315 482 37 719 163 183 421 328 10 672 68 733

2017 16 300 494 749 566 38 711 161 117 382 328 12 293 70 100

10 000

20 000

30 000

40 000

50 000

60 000

70 000

80 000

90 000

2013 2014 2015 2016 2017

Page 16: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A16 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Figuur A9: Elementen van de koolstofvoetafdruk (ton CO2e/persoon)

Het gasverbruik voor de verwarming van gebouwen heeft de op een na hoogste waarde, net

iets hoger dan de geschatte emissies door woon-werkverkeer, al wordt meer dan de helft van

de geschatte emissies veroorzaakt door vliegreizen. Emissies als gevolg van

elektriciteitsverbruik zijn erg laag, omdat 98 % van de elektriciteit uit hernieuwbare bronnen

afkomstig is.

A5.2. CO2-emissies van gebouwen

a) Gebouwen (energieverbruik)

In figuur A8 wordt de ontwikkeling van de totale emissies als gevolg van het energieverbruik

van gebouwen weergegeven, gevolgd door de uitsplitsing per persoon en per vierkante meter

in figuur A9. De trends hiervoor zijn grotendeels gelijk aan die voor energieverbruik. De

emissies als gevolg van elektriciteitsverbruik zijn in 2009 aanmerkelijk afgenomen, omdat er

toen groene elektriciteit werd aangekocht, die momenteel goed is voor 95 % van het totale

verbruik.

Figuur A10: CO2-emissies door verwarming van gebouwen in de EMAS-perimeter (ton)

Werkingssfeer1: Brandstof

voorgebouwen:leidinggas

Werkingssfeer1: Brandstof

voorgebouwen: gas

uit tanks

Werkingssfeer1: Brandstof

voorgebouwen:

diesel

Werkingssfeer1: Wagenpark

Commissie

Werkingssfeer1: Lekken vankoelmiddelen

Werkingssfeer2: Externe

elektriciteitslevering

Werkingssfeer2:

Stadsverwarming

Werkingssfeer3: Dienstreizen:

lucht

Werkingssfeer3: Dienstreizen:

spoor

Werkingssfeer3: Dienstreizen:

huurauto

Werkingssfeer3: Dienstreizen:

particuliereauto

Werkingssfeer3: Dienstreizen:

luchttaxi

Werkingssfeer3: Woon-

werkverkeerTotaal

2013 0,67 0,000 0,02 0,02 0,03 0,06 0,00 2,089 0,01 0,01 0,02 0,0 0,41 3,34

2014 0,57 0,000 0,03 0,02 0,03 0,06 0,00 1,827 0,00 0,01 0,01 0,0 0,39 2,95

2015 0,64 0,000 0,02 0,02 0,03 0,06 0,00 1,386 0,01 0,01 0,01 0,0 0,39 2,59

2016 0,63 0,000 0,01 0,02 0,05 0,02 0,00 1,390 0,01 0,01 0,02 0,0 0,39 2,55

2017 0,62 0,000 0,00 0,02 0,03 0,02 0,00 1,417 0,01 0,00 0,01 0,0 0,45 2,59

0,0

0,5

1,0

1,5

2,0

2,5

3,0

3,5

2013 2014 2015 2016 2017

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal 19 238 20 514 18 897 25 531 21 618 13 364 11 702 15 036 19 749 16 746 18 466 17 388 16 866

diesel 391 462 514 684 430 264 0

leidinggas 6 820 8 996 8 005 9 509 11 338 12 324 10 790 13 584 17 733 14 531 16 514 16 642 16 300

elektriciteit 11 206 10 975 11 117 16 622 7 597 1 040 1 123 1 258 1 502 1 532 1 522 482 566

5 000

10 000

15 000

20 000

25 000

30 000

Page 17: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A17 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Figuur A11: CO2-emissies door verwarming van gebouwen in de EMAS-perimeter

(ton per persoon en kg per vierkante meter)

In figuur A11 is te zien dat de CO2-emissies sinds de oorspronkelijke EMAS-registratie in

2005 aanzienlijk zijn gedaald, met een forse daling sinds de aankoop van nagenoeg alle

elektriciteit uit 100 % hernieuwbare bronnen in augustus 2009 (en ervan uitgaande dat

hernieuwbare elektriciteit geen CO2-emissies veroorzaakt). Sinds 2011 zijn de emissies echter

grotendeels gelijk gebleven, wat overeenkomt met de figuren A1 en A2, waarin te zien is dat

het gasverbruik per persoon en per vierkante meter zeer licht is afgenomen in deze periode.

Sinds 2017 is het brandstofverbruik verwaarloosbaar, doordat ook in het laatste met brandstof

verwarmde gebouw (L-84/86) ketels op gas zijn geïnstalleerd.

b) Gebouwen – andere broeikasgassen (koelmiddelen)

Een koelmiddel is een stof, doorgaans een vloeistof, die in de koelkringloop wordt gebruikt.

In de afgelopen jaren heeft fluorkoolstof, en in het bijzonder het gas R22, bijzondere aandacht

gekregen. Het gebruik daarvan moest volgens de wetgeving ter bescherming van de ozonlaag

gaandeweg worden uitgebannen. Bij een grootschalige operatie in 2014-2015 zijn installaties

die R22 bevatten, vervangen door nieuwe installaties die gebruikmaken van een ander gas

(operatie “lift & drop”), of is de R22 verwijderd en vervangen door een nieuw gas (operatie

“retrofit”). Sinds 2013 zijn er meer koelmiddelen gemonitord.

4,770

3,916

3,314

2,457

1,661

0,861

0,665 0,728 0,750 0,652 0,719 0,660 0,6380,620

93,0

81,0

70,0

61,0

40,5

21,1 16,2 18,3 19,115,6 17,3 16,3 15,9

14,8

0

10

20

30

40

50

60

70

80

90

100

0,0

0,5

1,0

1,5

2,0

2,5

3,0

3,5

4,0

4,5

5,0

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

kg C

O2/m

2

ton

CO

2/p

ers

oo

n

ton CO2/persoon

streefdoel 2020 ton CO2/persoon

kg CO2/m2

streefdoel 2020 kg CO2/m2

Page 18: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A18 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Figuur A12: Verlies van koelmiddelen in de EMAS-perimeter in Brussel (tCO2e)

Tabel A7: CO2-equivalente emissies (ton) door koelinstallaties

OIB heeft de totale hoeveelheid koelmiddelen in technische installaties gemonitord (met

uitzondering van de catering), evenals de verliezen sinds 2005. In figuur A10 is te zien dat de

totale verliezen in 2016 zijn gestegen naar 1 315 ton (aan CO2-equivalent, vanwege

verschillende onderhoudswerkzaamheden met de verplichte vervanging van de vloeistoffen

tot gevolg, in het bijzonder R134a), ten opzichte van 821 kg in 2014 en 763 kg in 2015

(tegenover ruim 1 000 kg in 2005). De cijfers voor 2017 volgen weer de trend van 2013-2015

en zijn lager dan het totaal in 2015 (749 ton CO2 in 2017 tegenover 763 in 2015). Elke

kilogram verloren koelmiddel kan gelijkstaan aan 1 000 tot 5 000 kg CO2e.

Sinds 2011 zijn er acties ondernomen om bepaalde HFK- en HCFK-installaties geleidelijk uit

te bannen, zoals de verwijdering van R22 in 2014 en de geplande verwijdering van

koelmiddelen van de typen R134a, R404a, R407c, R410a en R417a in 2020.

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal (t CO2e) 1 777 1 822 1 370 995 771 154 261 127 864 821 763 1 315 749

R407C 188 293 285 501 175

R404A 274 253 126 43 197

R134A 296 85 104 529 330

R410A 24 190 248 241 47

R22A 1 777 1 822 1 370 995 771 154 261 124 82

200

400

600

800

1 000

1 200

1 400

1 600

1 800

2 000

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal (t CO2e) 1777 1822 1370 995 771 154 261 127 864 821 763 1315 749

ton CO2-equivalent/persoon 0,084 0,081 0,058 0,040 0,031 0,006 0,010 0,004 0,033 0,030 0,028 0,048 0,027

kg CO2-equivalent/m2 0,009 0,007 0,005 0,002 0,001 0,000 0,000 0,000 0,001 0,001 0,001 0,001 0,001

Page 19: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A19 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

A5.3. CO2-emissies van voertuigen

a) Wagenpark van de Commissie

Tabel A9: Kenmerken wagenpark en CO2-uitlaatemissies

Brussel exploiteert een wagenpark van 129 gehuurde auto's, een aantal dat de afgelopen jaren

aanzienlijk kleiner is geworden, zoals aangegeven in tabel A9 (het cijfer voor 2017 is

beïnvloed door de verwachte huur van nieuwe voertuigen voor commissarissen, die wegens

operationele redenen aan het eind van 2017 is ingegaan in plaats van aan het begin van 2018).

In 2017 is zowel het aantal als het aandeel auto's met Euro 6-motoren gestegen, wat heeft

bijgedragen tot een verbetering van de efficiëntie van het interne wagenpark.

In figuur A13 is te zien hoe de emissies van voertuigen (per km) en het gemiddelde gebruik

van voertuigen zich hebben ontwikkeld.

Figuur A13: Emissies per km en afgelegde afstand per voertuig

OIB heeft de theoretische emissies van het wagenpark van de Commissie (gemeten als

gCO2/km, aan de hand van de technische specificaties van de fabrikant) sinds 2005 met bijna

50 % teruggebracht door efficiëntere auto's te kopen of te leasen. De werkelijke emissies in

gCO2/km, gemeten aan de hand van gegevens over het brandstofverbruik (procedure in 2015

bijgewerkt), zijn tussen 2011 en 2017 met ongeveer 11 % gedaald, met een lichte toename in

2017 vanwege een hoger aantal afgelegde kilometers door benzinevoertuigen: 212 470 km in

2017 ten opzichte van 107 207 in 2016. Doordat het aantal afgelegde kilometers over het

2012 2013 2014 2015 2016 2017

Aantal voertuigen (gem. omvang wagenpark) 160 120 114 117 107 129

waarvan met elektrische/hybridemotor 10 10 13

waarvan met Euro 6-motor 56 74 98

waarvan met Euro 5-motor 51 23 18

Efficiëntie intern wagenpark (liter/100 km) 8,7 8,6 8,4 8,4 7,5 8,0

CO2-emissies

i) uit diesel (ton) 0 538 502 510 514 444

ii) uit benzine (ton) 0 18,6 14,7 12,1 31,0 49,9

Totaal uitlaatemissies voertuigen 595 557 517 522 545 494

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

gCO2/km (fabrikant) 249 240 213 196 184 173 169 160 155 148 145 129 118

gCO2/km (daadwerkelijk) 0 0 0 0 0 0 236 227 217 213 219 193 205

km/voertuig 0 0 0 0 0 0 0 16 494 21 694 21 547 21 172 26 446 19 444

5 000

10 000

15 000

20 000

25 000

30 000

0

50

100

150

200

250

300

Gem

idd

eld

aan

tal k

m/v

oer

tuig

Voer

tuig

emis

sies

(gCO

2/k

m)

gCO2/km (fabrikant)

gCO2/km (daadwerkelijk)

km/voertuig

Page 20: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A20 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

geheel is gedaald, konden de globale CO2-emissies echter met 9,4 % dalen (van 545 naar

493,8 ton).

Sinds 2015 zijn er verschillende initiatieven ondernomen, waaronder de systematische

vervanging van voertuigen in het wagenpark van de Commissie die aan het einde van hun

levensduur zijn door milieuvriendelijkere modellen met kenmerken als een lager

motorvermogen, hybride technologie of elektrische motoren (wat geldt voor tien elektrisch

aangedreven voertuigen die in 2015 aan het wagenpark zijn toegevoegd, aangevuld met nog

eens drie in 2017) en het aanbieden van een opleiding milieubewust rijden aan de chauffeurs

van de Commissie. Er is echter sprake van een leercurve, die mogelijk te zien is in de

resultaten in 2018, met name na een toename van het aantal voertuigen met hybride

technologie. Sinds 2015 neemt OIB, op advies van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het

“ecoscore”-label voor auto's op in het beheer van zijn wagenpark.

b) Dienstreizen en lokaal vervoer voor werk (met uitzondering van het wagenpark van

de Commissie)

Er zijn sinds 2014 geen specifieke streefdoelen op locatieniveau of door het management

goedgekeurde actieplannen geweest om door dienstreizen veroorzaakte CO2-emissies terug te

dringen. Lopende initiatieven die in 2015 op Commissieniveau zijn uitgevoerd om het

personeel aan te moedigen minder energie-intensieve alternatieven te overwegen voor

dienstreizen, waren onder andere:

i) evaluatie van het gebruik van videoconferenties binnen de Commissie;

ii) bevordering van het gebruik van videoconferenties binnen de DG's en het opstellen

van maandelijkse verslagen over het gebruik ervan;

iii) aanhoudende bevordering van het gebruik van dienstfietsen; en

iv) het blijven verstrekken van kaartjes voor het openbaar vervoer in Brussel.

Het aantal ritten dat met dienstfietsen is uitgevoerd om interne of externe vergaderingen of

evenementen in Brussel bij te wonen, wordt in figuur A14 weergegeven.

Figuur A14: Met fietsen van de Commissie afgelegde ritten

Jaarlijkstotaal

Januari Februari Maart April Mei Juni Juli Augustus September Oktober November December

2012 20 434 1 650 1 414 2 401 1 455 1 838 1 909 1 938 1 303 2 086 1 999 1 637 804

2013 17 139 1 026 1 087 1 206 1 485 1 266 1 787 1 729 1 099 1 885 1 935 1 422 1 212

2014 19 636 1 424 1 384 1 974 1 598 1 684 2 056 1 539 924 2 111 1 995 1 869 1 078

2015 19 577 1 235 1 350 1 801 1 779 1 617 2 305 1 651 1 032 1 824 1 906 1 694 1 383

2016 20 814 1 267 1 387 1 359 1 911 1 673 2 229 1 663 1 190 2 645 2 231 1 753 1 506

2017 21 224 1 491 1 443 2 357 1 504 2 030 2 403 1 770 1 297 1 998 2 235 1 556 1 140

500

1 000

1 500

2 000

2 500

Page 21: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A21 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

In totaal worden er elk jaar ongeveer 20 000 ritten met de fietsen van de Commissie gemaakt.

In 2017 is het aantal fietsritten met 1,9 % gestegen. Daaronder vallen ook de ritten die zijn

afgelegd met het eerste tiental aan het fietsenpark toegevoegde elektrische fietsen.

c) Woon-werkverkeer

In 2017 zijn onder andere de volgende initiatieven op het gebied van woon-werkverkeer

uitgevoerd:

aanhoudende financiële steun voor openbaarvervoersabonnementen voor

medewerkers die hun permanente recht op een parkeerplaats opgeven;

installatie van een extra fietsenstalling en douches in de gebouwen van de

Commissie;

bevordering van de acties “Bike to Work” en “Bike Experience” van externe

organisaties;

bevordering van carpoolen en het helpen van personeel bij het zoeken naar

carpoolpartners met behulp van een specifieke intranetwebsite;

analyseren van opties voor gezamenlijke regelingen met lokale fietspartners als

Villo; en

opstellen van een nieuw meerjarig mobiliteitsplan.

In de onderstaande grafiek wordt de uitsplitsing weergegeven tussen de belangrijkste door

EC-personeel in Brussel gebruikte vervoerswijzen in 2017 ten opzichte van 2014 (het jaar

waarin de vorige driejaarlijkse mobiliteitsenquête plaatsvond). Openbaar vervoer blijft de

meestgebruikte vervoerswijze voor woon-werkverkeer, gevolgd door de particuliere auto en

de fiets(11).

A5.4. Totale emissies van andere luchtvervuilende stoffen (SO2, NO2, PM)

Brussel behoort tot de Europese steden met de hoogste niveaus van luchtvervuiling. Met meer

dan zestig gebouwen, die elk over het algemeen twee of drie ketels hebben, en een wagenpark

(11) Bron: mobiliteitsenquête 2017

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

Auto Openbaarvervoer

Fiets Te voet Motorfiets Overig

2014

2017

Page 22: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A22 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

van ruim honderd voertuigen, waarvan de meeste op diesel rijden, moet de Commissie ervoor

zorgen dat zij niet onnodig aan dit probleem bijdraagt.

Deze verontreinigende stoffen komen meestal vrij als verbrandingsproducten. Ketels en

voertuigmotoren zijn dus een potentiële bron. Om de verslaglegging over deze

luchtvervuilende stoffen te verbeteren is OIB in 2013 begonnen met het verzamelen van

gegevens. Omdat de verbranding van aardgas minder luchtvervuiling veroorzaakt dan de

verbranding van olie, heeft de Commissie ketels op basis van olie geleidelijk uitgebannen. In

2016 is de laatste daarvan (in gebouw L-84/86) vervangen.

A6. Verbetering afvalbeheer en -scheiding

A6.1. Niet-gevaarlijk afval

Figuur A15: Ontwikkeling van het totaal aan niet-gevaarlijk afval in Brussel (ton)

Uit figuur A15 blijkt dat de afvalproductie(12) per persoon sinds 2005 met bijna een derde is

verminderd. Ongescheiden afval en papier/karton vormen een groot aandeel (ruim 83 %). Van

2014 tot en met 2016 omvatten de gegevens het gewicht van het kantoormeubilair dat door

Oxfam wordt opgehaald in het kader van een contract dat ook wordt gebruikt voor de

verwijdering van verouderde IT-apparatuur. Halverwege 2016 en gedurende 2017 is deze

procedure vervangen door het scheiden van de materialen (metaal en hout) in het magazijn

van OIB (vervolgens opgehaald door Suez) en het terugsturen naar de leveranciers (stoelen en

bureaus) voor hergebruik/recycling. (Zie punt A6.2 over verouderde IT-apparatuur voor

Oxfam.)

Het concrete streefdoel voor 2015 was om niet méér niet-gevaarlijk afval te produceren dan in

2014. De resultaten laten echter een vermindering per persoon van 6 % zien, voornamelijk

vanwege een daling van 15 % in papier- en kartonafval en van ruim 7 % in organisch afval.

Na een toename met 4 % in het voorgaande jaar was er in 2017 sprake van een sterke daling

voor alle categorieën (behalve PMC). De daling was het sterkst voor de categorie “papier en

karton” (137 ton minder, oftewel een daling van 5,8 %). Over het geheel was er sprake van

een daling met 5,1 % (302 ton).

(12) Historische cijfers voor al het Commissiepersoneel.

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal 6 359 6 581 6 692 7 230 6 936 6 423 6 529 6 443 5 562 6 081 5 654 5 882 5 580

Totaal (ton/persoon) 0,300 0,291 0,282 0,290 0,278 0,249 0,248 0,225 0,210 0,222 0,209 0,217 0,204

(Oxfam-contract niet WEEE) 404,1 348,6 527,7 506,0

Glas 12,5 15,5 19,1 21,5 27,4 32,5 31,4 37,4 33,3 29,4 26,5 25,6 23,0

Organisch 83,7 293 281 292 273 248 314 313 302 311 289 261 243

PMC 46,9 35,8 42,0 49,8 54,5 102 121 127 121 116 123 142 147

Papier en karton 3265 3438 3420 3500 3454 3238 3249 3219 2590 2675 2274 2349 2212

Ongescheiden afval 2951 2799 2929 3366 3127 2804 2813 2747 2516 2545 2594 2577 2449

1 000

2 000

3 000

4 000

5 000

6 000

7 000

8 000

Page 23: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A23 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

OIB is eind 2015 begonnen met de voorbereidingen voor een nieuwe aanbesteding voor

afvalbeheer, waarvan het contract in mei 2017 in werking is getreden. De beginselen van de

circulaire economie zijn zo veel mogelijk geïntegreerd in het nieuwe contract.

OIB heeft sinds 2015 meer initiatieven op het gebied van afvalbeheer opgezet (die nog steeds

lopen), zoals:

verbetering van de selectieve scheiding van afval door gebruik te maken van

afvalscheidingsbakken op de terreinen en in de gebouwen voor openbaar gebruik;

onderzoek naar manieren om vervoersafstanden te verkorten ter vermindering van

het milieueffect van voertuigen voor personeel dat zich bezighoudt met vervoer

van afval;

bevordering van de inrichting van samenwerkingsruimten, waardoor het aantal

beschikbare afvalbakken daalt en zo de afvalscheiding verbetert; en

vermindering van het aantal individuele vuilnisbakken.

In 2017 is er veel aandacht besteed aan de vermindering van het gebruik van plastic items

voor eenmalig gebruik. OIB heeft in verband daarmee een reeks initiatieven opgezet: de

geleidelijke vervanging van plastic bekers bij drinkwaterfonteintjes en verkoopautomaten

door gerecyclede en recyclebare kartonnen bekers, en het gebruik van afvalbakken specifiek

voor dit type afval. Daarnaast kunnen voor cateringdiensten en evenementen geen plastic

bekers meer worden besteld. In 2018 zal deze verandering ook in de restaurants en kantines

van alle gebouwen in Brussel worden doorgevoerd.

A6.2. Gevaarlijk afval

De productie van gevaarlijk afval per persoon vertegenwoordigt 4,1 % van het totale afval.

Vanaf 2014 zijn gegevens van DIGIT over het gewicht van door Oxfam voor recycling en

hergebruik ingezameld IT-materiaal opgenomen in de gegevens over gevaarlijk afval, en de

gegevensreeksen zijn geëxtrapoleerd naar 2006. Wat de twee belangrijkste bronnen van

gevaarlijk afval betreft, is in de gegevens voor 2017 een stijging te zien in de categorie “olie

en vet” (van 44,1 ton in 2016 naar 110,9 in 2017), maar ook een sterke daling in de categorie

“gebouwen en liften” (van 121,71 ton in 2016 naar 61,53 in 2017).

Page 24: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A24 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Figuur A16: Ontwikkeling van het totaal aan gevaarlijk afval in Brussel (ton)

A6.3. Afvalscheiding

OIB streeft naar maximale afvalscheiding in potentieel nuttige recyclingstromen en naar een

minimale hoeveelheid ongescheiden “gewoon” afval. In tabel A10 is te zien dat het

percentage van het totale afval dat doorgaans wordt gescheiden, fluctueert tussen de 54 en

58 %. In 2017 lag het percentage boven de 58 %. Dit resultaat is positief in vergelijking met

het gemiddelde van 49 % gescheiden afval bij bedrijven in Brussel(13).

Tabel A10: Ontwikkeling van gescheiden afval bij de Commissie in Brussel

A7. Bescherming biodiversiteit

Brussel is in 2013 begonnen met het verzamelen van gegevens voor deze indicator. Hoewel er

geen specifiek streefdoel was vanwege de stedelijke aard van de locatie, streeft OIB

voortdurend naar verbetering van de milieueffecten in de gebouwensector, onder andere door

verschillende maatregelen te treffen die direct of indirect bijdragen tot de bescherming van de

biodiversiteit, waaronder:

integratie en beheer van verschillende groene zones in de gebouwen;

beheer van een groen park op de locatie Overijse, met een oppervlakte van

13 000 m²;

invoering van infrastructuurmaatregelen als groene daken in bouwprojecten, zoals

in Overijse (dak 1 800 m²);

(13) Brussels Green Network (www.beci.be) FICHE DE SYNTHÈSE DES DONNÉES SUR LES QUANTITÉS DE DÉCHETS

COLLECTÉES EN RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE – gegevens voor 2014.

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal 42,9 69,2 105 147 93,5 106 86,5 135 180 152 132 230 246

Totaal (ton/persoon) 0,002 0,003 0,004 0,006 0,004 0,004 0,003 0,005 0,007 0,006 0,005 0,008 0,009

(Oxfam-contract WEEE 20 01 35) 26,20 41,49 47,82 35,60 45,81 33,03 57,36 73,32 76,02 72,33 45,00 49,84

Overig chemisch afval 1,19 0,33 3,04 1,09 0,00 0,00 4,70 0,07 0,14 0,00 0,00 0,00 0,00

Minerale olie 0,00 2,12 0,02 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00

Olie en vet 13,04 12,12 14,39 11,87 12,55 17,20 12,20 17,82 10,75 1,65 1,12 44,10 110,90

Patronen 25,72 21,22 19,23 16,19 15,29 15,62 14,33 12,53 11,10 7,35 10,21 10,54 10,65

Tonerverf 1,47 2,46 2,51 1,08 0,77 1,37 1,21 1,19 0,27 0,00 0,00 0,00 0,00

Chemische batterijen 1,47 1,59 1,84 1,56 1,91 1,93 2,00 1,75 2,12 2,35 3,24 6,19 11,01

Chemisch fixeermiddel voor ontwikkeling 0,00 3,20 1,24 2,38 2,06 1,85 2,45 0,15 0,13 0,00 0,00 0,00 0,00

Microfiches 0,00 0,00 0,00 0,12 0,00 1,33 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00

Onderhoud van gebouwen/liften 0,00 0,00 21,60 65,00 25,30 20,57 16,59 43,95 82,60 64,23 45,07 121,71 61,53

0

20

40

60

80

100

120

140

160

180

200

220

240

260

280

300

320

2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Percentage gescheiden afval 53,9 57,9 56,9 54,4 55,5 57,1 57,5 58,2 56,2 59,2 55,2 57,8 58,0

Percentage ongescheiden afval 46,1 42,1 43,1 45,6 44,5 42,9 42,5 41,8 43,8 40,8 44,8 42,2 42,0

Page 25: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A25 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

kiezen voor groene overheidsopdrachten voor goederen en diensten (zo laat OIB

waar mogelijk milieuoverwegingen meespelen bij de keuze van bouwmaterialen);

en

invoering van BREEAM-beoordelingen in recente vastgoedprojecten (MO15:

BREEAM-waardering “Excellent” (uitstekend); MERO-gebouw: BREEAM-

waardering “Very Good” (zeer goed)).

A8. Groene overheidsopdrachten

A8.1. Opnemen van groene overheidsopdrachten in aanbestedingen

OIB beoogt de beginselen voor “groene” overheidsopdrachten op te nemen in contracten met

een waarde van meer dan 135 000 EUR en heeft het aantal contracten met dergelijke criteria

de afgelopen jaren uitgebreid. Het streven was om de criteria in alle relevante contracten van

meer dan 135 000 EUR op te nemen (de oude grens lag op 60 000 EUR), en in 2015 lukte dat

in alle contracten. In 2016 kwam het percentage uit op 82, om vervolgens te stijgen tot 93% in

2017.

In 2015 is het algemene kader voor aanbestedingsprojecten van OIB herzien. In 2016 is

PPMT, een nieuw IT-programma, ingevoerd, waardoor een betere identificatie en follow-up

mogelijk werden van de indicator van criteria voor groene overheidsopdrachten die in OIB-

opdrachten is opgenomen. Via actie 54 van het globale jaarlijkse actieplan van de Commissie

wordt sinds 2012 geprobeerd om milieucriteria of criteria voor groene overheidsopdrachten

stelselmatig op te nemen in aanbestedingen en technische specificaties.

A9. Naleving van wetgeving aantonen en crisisparaatheid

A9.1. Beheer van het wetgevingsregister

Diverse diensten van OIB zijn geregistreerde gebruikers van het door het Europees Parlement

opgezette Regulation Monitoring (REMO)-contract voor EMAS-gerelateerde wetgeving,

technische apparatuur en personen met beperkte mobiliteit. Hiermee wordt toezicht gehouden

op nieuwe voorschriften en wordt OIB in staat gesteld om (via e-mails die door bepaalde

gebruikers worden ontvangen) op de hoogte te blijven van relevante wetgeving.

Het milieuwetgevingsregister in Brussel (voor de gewesten Brussel en Vlaanderen) wordt elk

jaar door een extern adviesbureau bijgewerkt en door OIB gecontroleerd op volledigheid en

toereikendheid in het licht van de verplichtingen van de Commissie. De betrokken diensten

van de Commissie worden geïnformeerd over de inhoud van het register en worden geacht

alle voorschriften na te leven.

Aan de hand van interne EMAS-audits, uitgevoerd door gespecialiseerde externe

adviesbureaus, en de externe verificatie wordt nagegaan in hoeverre de Commissie de

milieuwetgeving naleeft. Wat de locatie Brussel betreft, blijkt uit deze audits dat de

Commissie in haar gebouwen de wettelijke milieueisen naleeft en over dit onderwerp

regelmatig in overleg treedt met de plaatselijke autoriteiten.

A9.2. Preventie en risicobeheer

OIB legt statistische gegevens vast met betrekking tot bevindingen van gebouwencontroles en

gezondheids-, veiligheids- en milieu-inspecties. Deze controles en inspecties zijn gebaseerd

Page 26: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A26 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

op vergunningen en wettelijke vereisten voor elk gebouw en elke technische installatie. Van

de 1 957 verslagen die in 2017 zijn opgesteld, bevatte 48 % geen opmerkingen, terwijl in

41 % geringe gevallen van non-conformiteit werden vermeld en in 11 % ernstige.

Van de ernstige gevallen van non-conformiteit die in 2017 aan de hand van geïntegreerde

controles bij OIB zijn opgemerkt, had geen enkel geval betrekking op EMAS. Een belangrijk

initiatief in het kader van de inspectiecontracten voor 2015-2018 was de invoering van nieuwe

technische controles in de milieubeheersystemen. Het ging hierbij onder andere om de

volgende controles:

testen van ketelinstallaties die ouder zijn dan 15 jaar, in overeenstemming met

bijlage/onderdeel/deel 6D van de richtlijn betreffende de energieprestatie van

gebouwen en regionale wetgeving;

periodieke controle van systemen voor warmtekrachtkoppeling en verwante

luchtanalyse (ref. 6G) en een begin van controles van meer dan 15 jaar oude

airconditioningssystemen, in overeenstemming met bijlage/onderdeel/deel 6F van

de richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen. In 2018 moeten deze

volledig zijn ingevoerd;

periodieke controle van generatoren en verwante luchtanalyse (ref. 6H). Daarnaast

is een aantal eerdere controles (ref. 6A, 6B, 7B, 7C) aangepast om beter tegemoet

te komen aan milieubehoeften.

A9.3. Crisisparaatheid

In aanvulling op de procedures en diensten bij de Europese Commissie voor crisisparaatheid

en interventies aangaande gezondheids-, veiligheids- en beveiligingsincidenten op het werk

(24/7 beschikbare helpdesklijn 22222), houdt OIB toezicht op de toepassing van wetgeving

inzake welzijn op het werk, met name waar het gaat om de beoordeling van risico's en

correctieve maatregelen met gevolgen voor het milieu.

Voor kwesties van technische aard beheert OIB daarnaast de 24/7 beschikbare helpdesklijn

55555. Deze helpdesk treedt op bij technische storingen in de gebouwen (verlichting,

verwarming, koeling, water enz.).

A10. Communicatie

A10.1. Interne communicatie

Commissiepersoneel en contractanten kunnen betrokken zijn bij interne communicatie.

Hieronder wordt een samenvatting van de acties gegeven.

Page 27: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A27 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Tabel A11: Samenvatting van de belangrijkste acties voor interne communicatie in 2017

Beschrijving van de actie Organisatie Data in

2017

Deelname op locatieniveau

Brussel

Deelnemers

(schatting)

Jaarlijkse mobiliteitscampagne Centraal georganiseerd

(Commissiebreed)

21 t/m

26 mei

Een jaarlijks evenement met

informatiestands, stands voor

fietsreparatie en -advies,

groene mobiliteit, begeleide

fietstochten.

500

Jaarlijkse

afvalverminderingscampagne

Centraal georganiseerd

(Commissiebreed)

13 t/m

20 oktober

Deelname aan het opzetten van

de campagnes, maken en

verspreiden van affiches

Bekendmaking EMAS-

resultaten via flatscreens

Centraal georganiseerd

(Commissiebreed)

Elke twee

maanden

Artikelen over EMAS in

“Commission en direct” enz.

Opgesteld door OIB en

verspreid binnen de

Commissie

Het hele

jaar

Zes artikelen over EMAS in

onlinepublicatie Staff Matters

VéloMai Opgesteld door OIB

Mobiliteit

Mei Communicatie- en

opleidingsacties ter

bevordering van het gebruik

van de fiets

A10.2. Externe communicatie en relatiebeheer

In de tabel hieronder staan de belangrijkste externe acties opgesomd die Brussel op

milieugebied heeft uitgevoerd.

Tabel A12: Actieplan voor externe communicatie

Beschrijving

van de actie

Organisatie en

externe

belanghebbenden

Data in

2017

Deelname op locatieniveau Brussel Deelnemers

(schatting)

Jaarlijkse

campagne

“licht uit” van

“Earth Hour”

(Het Uur der

Aarde)

Commissiebreed en

met andere EU-

instellingen,

waaronder de ECB

25 mei Automatische uitschakeling van de verlichting in de

EC-gebouwen in Brussel

Federale

EMAS-

bijeenkomst

(België)

Belgische federale

overheden en

belanghebbenden

1 januari

en 2 mei HR

Communicatie

met regionale

overheden

OIB en BIM, SIAMU

en eigenaren en

beheerders van

gebouwen

Het hele

jaar door

Planning, organisatie, deelname, follow-up en

verslaglegging m.b.t. door BIM of de brandweer

uitgevoerde audits; in gebouwen van BIM gevolgde

opleidingen en seminars; deelname aan bij BIM

gehouden bijeenkomsten over toekomstige

wetgeving inzake energiebesparing en de

COBRACE-wetgeving; veelvuldig contact met

eigenaren en beheerders van gebouwen.

Open dag van

de Commissie

Commissiebrede

organisatie voor alle

locaties

5 mei

25 000

Page 28: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A28 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

A11. Opleiding

A11.1. Interne opleiding

Tabel A13: Opleiding over actieplannen

Beschrijving Organisatie Data in

2017

Deelname op locatieniveau Brussel Deelnemers

(schatting)

Opleiding van nieuwe

medewerkers van de

Commissie

DG HR in Brussel Elke twee

maanden

Interactief programma van twee uur als

alternatief voor de traditionele presentaties

van tien minuten op de introductiedag voor

nieuwe medewerkers.

1 173

Sessie EMAS-

bewustwording voor

Logistics Proximity

Teams

OIB

Acht

sessies in

september

/oktober

Beheerders van gebouwen namen deel aan

acht sessies van een uur, gericht op

bewustwording inzake EMAS-kwesties

binnen deze groep.

100

A11.2. Externe opleiding

Het EMAS-coördinatieteam heeft in 2017 diverse opleidingssessies gevolgd bij OIB:

geothermische energie;

kwaliteitsbeheer bij ingebruikneming gebouwen;

vergroening van EU-gebouwen;

circulaire economie en reversibiliteit van gebouwen;

energie-audits;

Europese week van de duurzame energie;

bodemverontreiniging;

Bouwconferentie “Let's build changes”;

Bouwconferentie “Lighting”;

seminar over energieprestaties van gebouwen (EPB);

Bouwconferentie “Insulation from the interior”;

workshop DG ENV over “LEVEL(S)”.

Twee leden van het team zijn geregistreerde EPB-certificeerders voor openbare gebouwen en

EPB-adviseurs.

A12. Kosten en besparingen van EMAS

Al een aantal jaar zijn de kosten gemonitord die de uitvoering van EMAS met zich meebrengt

– gemeten in personeelsuren en de kosten van ondersteunende contracten – en de besparingen

die EMAS oplevert. Er is tevens een raming gemaakt van de kosten voor parameters als

energie- en waterverbruik en de productie en verwerking van afval. De kosten en

energiebesparingen worden hieronder weergegeven.

Page 29: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A29 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Tabel A14: EMAS-beheers- en energiekosten voor gebouwen in de EMAS-perimeter

Opmerkingen

(1) Eenheidskosten: aanname dat 2005 gelijk is aan 2006; 2008 wordt nog geëvalueerd

(2) In 2016 met inbegrip van door uitvoerende agentschappen van de Commissie beheerde gebouwen

(3) Ervan uitgaande dat niet-EMAS-gebieden vergelijkbare energiekosten hebben als de EMAS-perimeter

Energie is veruit de grootste kostenpost onder de uitgaven voor hulpbronnen. In 2016 heeft de

Commissie minder dan 40 % uitgegeven van het bedrag dat zij in 2005 aan energieverbruik

had besteed. De besparingen van de afgelopen jaren komen in vergelijking met 2005 neer op

ongeveer 13 miljoen EUR per jaar. De energiekosten bedroegen in 2017 44,7 % van die in

2005.

A13. Omrekeningsfactoren

In tabel A15 worden de belangrijkste omrekeningsfactoren opgesomd die bij het opstellen van

deze locatiebijlage zijn gebruikt.

Tabel A15: Omrekeningsfactoren die zijn gebruikt bij het produceren van gegevens

voor de locatie Brussel(14)

NB:

(1) Beginner's Guide to Energy and Power, Neil Packer 2011, beschikbaar via http://studylib.net/download/18346856

(2) Vijfde IPCC-beoordelingsverslag (2014, blz. 731 en verder) https://www.ipcc.ch/pdf/assessment-

report/ar5/wg1/WG1AR5_Chapter08_FINAL.pdf

(3) BIM, 2013

(4) Cijfer van het netwerk van de financiële eenheid van DG BUDG (RUF) voor AD-personeel, bestaand vanaf het begin van

het verslagleggingsjaar

(5) Base carbone, ADEME, 2017, gemiddelde voor Europa (uitsluitend verbranding, exclusief upstreamemissies)

(6) Base carbone, ADEME, 2017, waarde voor wagenpark, Frankrijk (uitsluitend verbranding, exclusief upstreamemissies)

(7) Gebruikt voor raming van emissies als gevolg van woon-werkverkeer, bron: DG HR A.3

(14) Bron: Vijfde IPCC-beoordelingsverslag (2014, blz. 731 en verder) https://www.ipcc.ch/pdf/assessment-

report/ar5/wg1/WG1AR5_Chapter08_FINAL.pdf, en samengevat in Base Carbone, ADEME, 2017

Parameter 2005 (1) 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Totaal personeel (EMAS-

kantoorgebouwen) 4 033 5 238 5 702 10 393 13 014 15 527 17 586 20 663 26 336 25 667 25 698 26 361 26 448

Totaal personeel (Commissie) 21 203 22 635 23 760 24 936 24 937 25 750 26 305 28 681 26 499 27 392 27 089 27 143 27 325

EMAS-beheerskosten (EUR)/personeel 4,60 4,98 4,82 4,95 4,94 5,05

Totale energiekosten voor EMAS-

kantoorgebouwen (EUR) 4 710 826 5 033 171 4 647 209 9 600 109 7 954 044 9 313 740 9 792 161 10 943 694 13 714 590 13 313 897 12 846 405 12 005 120 11 091 523

Totale energiekosten voor alle

Commissiegebouwen (3) (EUR) 24 766 587 21 749 389 19 364 323 23 033 610 15 241 278 15 445 921 14 647 038 15 190 248 13 799 473 14 208 683 13 541 764 12 361 025 11 459 312

Totale energiekosten per persoon voor

EMAS-kantoorgebouwen (EUR/persoon) 1 168 961 815 924 611 600 557 530 521 519 500 455 419

Elektriciteit (EUR/persoon) 845 637 547 701 433 442 430 394 381 399 369 346 328

Gas (EUR/persoon) 307 309 251 214 171 150 122 130 135 113 129 108 92

Brandstof (EUR/persoon) 16 14 17 9 8 8 5 5 5 7 3 1 0

Parameter en eenheden 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017

Veronderstelde output, (% van kWh/p) 50 50 50 50 50

kWh uit één liter diesel (1) 11,1 11,1 11,1 11,1 11,1 11,1

KWh uit één liter benzine (1) 9,4 9,4 9,4 9,4 9,4 9,4

Papierdichtheid (g/m2) 80 80 80 80 80 80 80 80 78 75 75 75 75

Kg CO2e uit 1 KWh elektriciteit (3) 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275 0,275

Kg CO2e uit 1 KWh aardgas PCI (5) 0,201 0,201 0,201 0,201 0,201 0,201 0,205 0,205 0,205 0,205 0,205 0,205 0,205

Kg CO2e uit 1 KWh binnenlandse brandstof (5) 0,266 0,266 0,266 0,266 0,266 0,266 0,266

Aardopwarmingsvermogen van R22 (2) 1 810 1 810 1 810 1 810 1 810 1 810 1 760 1 760 1 760 1 760 1 760 1 760 1 760

Aardopwarmingsvermogen van R410A (2) 1 920 1 920 1 920 1 920 1 920

Aardopwarmingsvermogen van R134A (2) 1 300 1 300 1 300 1 300 1 300

Aardopwarmingsvermogen van R404A (2) 3 940 3 940 3 940 3 940 3 940

Aardopwarmingsvermogen van R407C (2) 1 620 1 620 1 620 1 620 1 620

Kg CO2e uit één liter diesel (6) 2,50 2,50 2,50 2,50 2,50

Kg CO2e uit één liter benzine (6) 2,28 2,28 2,28 2,28 2,28

Jaarlijkse kosten van één VTE (4) 132 000 132 000 132 000 134 000 134 000 138 000

Aantal werkdagen in het jaar (7) 211 211 211 211 211

Page 30: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A30 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

A14. Uitsplitsing naar locatie: kenmerken van gebouwen en prestaties voor geselecteerde parameters (indicatieve gegevens)

Page 31: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A31 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

Geb

ou

w

Ad

res

Geb

ruik

er

EMA

S-

regi

stra

tie

Bru

ikb

are

op

per

vlak

te

(PEB

in m

2)

Per

son

eel

Kan

too

r

Caf

é

Zelf

bed

ien

in

Crè

che/

kin

d

Dru

kker

ij en

Med

isch

e

Mag

azijn

,

Wer

kpla

ats

Spo

rt-

en

Nu

clea

ir

lab

ora

tori

um

/exp

erim

ent

eel

Elek

tric

itei

t

Leid

ingg

as

Wat

er (

m3)

Nie

t-

geva

arlij

k

afva

l (to

n)

Op

mer

kin

g

1) Kerngegevens gebouwen 2017: 2) Gebouwgebruik 2017 3) Energiebronnen en hoeveelheid (MWh voor 2016)4) Water- en afvalverbruik

BRUSSELAN88 Rue d'Arlon 88 PMO BXL 2011/032 1 954 53 X 106 800 264 328 341 13,51 Drie maanden gebruikt

B100 Rue Belliard 100 SCIC BXL 2010/026 5 952 133 X 385 530 422 074 1 127 12,35 Elektriciteit voor B100 is uitsluitend LT.

B232 Rue Breydel 4 SANTE BXL 2009/016 11 584 456 X 1 220 221 743 426 3 558 47,92

B-28 Rue Belliard 28 DIGIT BXL 2007/009 14 987 374 X X 1 781 170 576 607 3 009 58,91

BERL Rue de la Loi 200

Collège, SG,

SJ, COMM,

OIB, EPSC,

HR

BXL 2005/001 151 410 2 176 X X X 21 902 379 10 321 069 29 695 421,67

BRE2 Avenue d'Auderghem 19 HR, BUDG BXL 2005/002 18 747 529 X X X 1 661 516 906 466 4 734 75,71

BREY Avenue d’Auderghem 45 BUDG,

GROW, HRBXL 2009/015 35 198 853 X X X 3 433 513 2 687 939 15 395 154,25

Inclusief HT (3409426) en LT (24 087

kWh)

BU-1 Avenue Beaulieu 1-3 REGIO BXL 2008/013 13 911 403 X X 1 197 208 1 535 981 5 575 208,21Inclusief cijfers over afval voor gebouw BU-

5 en BU-9.

BU24 Avenue de Beaulieu 24CLIMA,

EEASBXL 2012/043 6 425 215 X 514 086 645 910 1 058 24,05

BU25 Avenue de Beaulieu 25 CNECT BXL 2012/044 18 130 509 X 1 665 714 1 001 640 3 270 130,86

BU29 Avenue de Beaulieu 29  REGIO BXL 2011/033 6 131 166 X X 630 091 356 547 1 601 14,42

BU31 Avenue de Beaulieu 31 CNECT BXL 2011/034 6 185 101 X 459 224 320 096 794 63,18 Inclusief cijfers over afval voor BU33.

BU33 Avenue de Beaulieu 33 CNECT BXL 2011/035 6 843 207 X 848 096 313 574 1 685

BU-5 Avenue de Beaulieu 5-7ENV,

REGIOBXL 2005/003 11 843 266 X X X 1 598 284 1 231 456 5 483

Cijfers over afval opgenomen in BU-1.

BU-9 Avenue de Beaulieu 9-11 ENV, OIB BXL 2005/004 13 040 416 X X 1 104 917 1 309 339 5 774Cijfers over afval opgenomen in BU-1.

C-25 Avenue de Cortenbergh 25EPSO,

DIGIT 8 574 147 X 1 674 479 686 309 1 969 22,58

CCAB Rue Froissart 36 SCIC BXL 2013/049 18 634 542 X X X 2 791 292 2 486 196 7 623 97,39

CDMA Rue du Champ de Mars 21 RTD, JRC BXL 2009/017 19 096 566 X X 1 849 760 1 810 162 4 883 80,81

CHAR Rue de la Loi 170

ECFIN,

COMM,

TRADE,

IAS

BXL 2013/050 55 342 1 380 X X X 5 753 019 3 638 955 23 180 255,09

COVE-

COV2 Placer Rogier 16

DIGIT, RTD

+

agentschapp

en

BXL 2014/055 71 430 1 849 X X X 6 955 229 6 195 943 24 914 252,69

CSM1 Rue Père de Deken 23 OIB BXL 2011/026 12 276 405 X X 837 522 1 324 636 3 085 54,96

DM24 Rue Demot 24

MOVE,

ENER, EAS,

SANTE,

EPSO

BXL 2014/055 15 827 521 X X 1 366 485 1 033 013 5 426 78,22

DM28 Rue Demot 28 MOVE BXL 2013/051 11 277 367 X 885 994 1 185 090 5 359 51,58

F101 Rue Froissart 101SANTE,

JUSTBXL 2010/031 8 351 234 X X 698 165 715 676 2 275 59,69

G--1 Avenue de Genève 1

DGT, OIB,

AGRI,

DIGIT

BXL 2011/037 12 580 198 X X 1 135 814 572 222 973 74,08

G-12 Avenue de Genève 12 DGT BXL 2011/038 16 946 522 X X 1 315 803 1 151 707 2 579 82,50

G--6 Avenue de Genève 6 DGT BXL 2011/039 17 240 471 X X X 1 263 532 1 669 884 5 400 124,76

J-27 Rue Joseph II 27 EMPL BXL 2009/019 13 265 400 X X 1 136 671 590 667 3 343 75,62

J-30 Rue Joseph II 30 OLAF BXL 2009/020 18 157 502 X X 2 936 105 1 217 220 3 657 59,53

J-54 Rue Joseph II 54

DIGIT,

DEVCO,

EMPL,

NEAR

BXL 2007/012 19 739 575 X X 1 586 047 1 130 443 5 857 86,79

J-59 Rue Joseph II 59 DEVCO BXL 2010/030 9 396 296 X 811 676 608 059 3 165 51,72

J-70 Rue Joseph II 70 EAC, OSP BXL 2010/029 20 082 625 X X 1 582 859 1 867 257 5 089 106,72 Elektriciteit in J-70 is uitsluitend LT.

J-79 Rue Joseph II 79

CDP-OSP, 

MARE, 

TAXUD

BXL 2009/021 16 134 422 X X 1 589 054 800 278 4 240 54,18

J-99 Rue Joseph II 99 MARE BXL 2014/056 8 281 286 X 627 517 513 214 4 075 63,81

L102 Rue de la Loi 102 AGRI BXL 2013/052 4 935 129 X 263 353 400 231 651 103,84

L130 rue de la Loi, 130 AGRI BXL 2014/057 37 043 993 X X X 3 455 188 3 316 175 10 022 230,03Inclusief HT (3388641) en LT (66 547

kWh)

L-15(3) Rue de la Loi 15 NEAR BXL 2013/053 17 482 610 X X 1 554 402 906 116 3 453 137,07

L-41 Rue de la Loi 41 DEVCO BXL 2009/022 27 864 816 X X X 2 788 387 1 620 873 8 800 202,03

L-56 Rue de la Loi 56COMM,

GalileoBXL 2012/046 9 666 318 X 882 203 591 115 2 050 37,07

L-86/L-

84Rue de la Loi 86 ECHO BXL 2011/032 13 355 441 X X 1 507 412 1 335 980 5 262

Cijfers over afval voor L-84/86 zijn

opgenomen in die voor L102.

LX40 Rue de Luxembourg 40TAXUD,

JUSTBXL 2013/054 7 803 236 X 552 617 423 612 1 182 49,82

Gecorrigeerd via kredietnota Ares(2018)4372100

LX46 Rue de Luxembourg 46HOME,

JUSTBXL 2010/023 17 478 511 X 1 734 785 1 773 175 5 722 65,33

Inclusief verbruik MO59

MADO Place Madou, 1

DIGT,

COMP,

AGRI

BXL 2014/058 40 716 964 X X X 4 021 732 3 448 657 17 878 181,90

MO34 Rue Montoyer 34 DIGIT, HR BXL 2005/007 12 820 304 X X 1 510 431 873 196 4 011 103,05 Inclusief cijfers over afval voor SC11.

MO59 Rue Montoyer 59 JUST BXL 2010/024 8 671 246 X X 78,41 Verbruik opgenomen in LX46.

N105 Avenue des Nerviens 105 GROW BXL 2010/025 9 546 276 X 807 222 1 199 933 4 339 49,26

ORBN square Frère Orban, 8 RTD BXL 2014/059 25 141 778 X X X 2 186 076 868 125 2 634 75,87

PLB3 Philippe Le Bon 3

EMPL, HR

et

Formation

BXL 2015/060 16 584 80 X X X 1 741 388 1 626 257 5 184 92,29

SC11 Rue de la Science 11 HR BXL 2005/008 9 002 217 X X 815 951 686 569 2 765 Cijfers voor afval opgenomen in MO34.

SC27/29 Rue de la Science 27-29PMO,

DIGIT

BXL 2011/040 en

041 2 383 54 X X X 131 373 282 204 525 15,57

Drie maanden gebruikt

SPA2 Rue de SPA 2 FISMA BXL 2012/047 19 567 553 X X 1 316 887 1 118 476 8 244 128,86

SPA3 Rue de Spa 3TAXUD, 

EMPLBXL 2012/048 12 288 447 X 797 068 770 652 3 591 56,35

VM18 Rue Van Maerlant 18 EAC, SCIC BXL 2010/028 9 330 123 X X X 1 002 069 897 773 2 619 81,17Cijfers voor VM-2 opgenomen in cijfers

voor afval.

HTWG

(2)Houtweg, 23 DIGIT BXL 2005/006 1 728 2 X 53 589 119 225 24 19,86

Vijf maanden gebruikt

CLOV

(2)Boulevard Clovis 75 OIB BXL 2007/010 6 274 18 X X X X 525 677 565 859 6 689 68,47

DAV1

(2)Avenue de Bourget 1-3 OIB BXL 2007/011 12 600 113 X X 1 148 138 833 642 949 111,85

WILS (2) Rue Wilson 16, OIB BXL 2007/010 2 544 18 X 26,06

Elektriciteit en gas voor WILSON zijn

opgenomen in cijfers voor CLOVIS (één

EAN)

VM-2 (2) Rue Van Maerlant 2

Cercles de

Loisirs, le

Foyer,

Brasserie

BXL 2010/027 15 960 1 X X 1 147 321 1 542 503 3 856

Cijfers voor afval opgenomen in VM18.

COLE

(2)

Rue du Cornet 41-45 Rue

G.Leman 60OIB BXL 2011/026 8 850 215 X X X 525 236 1 193 898 4 099 88,52

KORT

Industriepark Gullendelle,

Vinkstraat 3 3070

KORTENBERG

OIB.Archive

s HistoriquesVL 2015/002 1 070 6 X 664 225 571 552 1 240 34,22

Aantal m² gecorrigeerd naar 1070 m²

WALI Boulevard Clovis 53 OIB BXL 2015/061 5 679 136 X X X X 303 381 453 222 1 613 40,86

OVER Dennenboslaan, 54- 3090

OVERIJSEOIB 2015 2 708 6 X 149 254 257 517 842 39,01

Aangegeven oppervlakte van 2 708 m² is de

contractuele oppervlakte, niet die voor de

EPB, aangezien deze niet beschikbaar is en

voor de EPB andere criteria worden gebruikt

(Vlaams Gewest)

TOTAAL BRUSSEL 1 054 054 25 776 106 891 137 79 509 921 308 439 5074

Page 32: Milieuverklaring Resultaten voor 2017 Bijlage A: Brussel A_B… · Brussel speelt OIB een fundamentele rol bij de uitvoering van dit beleid. In deze bijlage van de milieuverklaring,

Bijlage A: Brussel

Blz. A32 van A32 Bijlage A: Brussel

Milieuverklaring EC; verslag voor 2017 Definitieve versie

J-27 Rue Joseph II 27 EMPL BXL 2009/019 13 265 400 X X 1 136 671 590 667 3 343 75,62

J-30 Rue Joseph II 30 OLAF BXL 2009/020 18 157 502 X X 2 936 105 1 217 220 3 657 59,53

J-54 Rue Joseph II 54

DIGIT,

DEVCO,

EMPL,

NEAR

BXL 2007/012 19 739 575 X X 1 586 047 1 130 443 5 857 86,79

J-59 Rue Joseph II 59 DEVCO BXL 2010/030 9 396 296 X 811 676 608 059 3 165 51,72

J-70 Rue Joseph II 70 EAC, OSP BXL 2010/029 20 082 625 X X 1 582 859 1 867 257 5 089 106,72 Electricty in J-70 is exclusively LT.

J-79 Rue Joseph II 79

CDP-OSP , 

MARE, 

TAXUD

BXL 2009/021 16 134 422 X X 1 589 054 800 278 4 240 54,18

J-99 Rue Joseph II 99 MARE BXL 2014/056 8 281 286 X 627 517 513 214 4 075 63,81

L102 Rue de la Loi 102 AGRI BXL 2013/052 4 935 129 X 263 353 400 231 651 103,84

L130 rue de la Loi, 130 AGRI BXL 2014/057 37 043 993 X X X 3 455 188 3 316 175 10 022 230,03Includes HT (3388641) and LT (66 547

kWh)

L-15(3) Rue de la Loi 15 NEAR BXL 2013/053 17 482 610 X X 1 554 402 906 116 3 453 137,07

L-41 Rue de la Loi 41 DEVCO BXL 2009/022 27 864 816 X X X 2 788 387 1 620 873 8 800 202,03

L-56 Rue de la Loi 56COMM

,GalileoBXL 2012/046 9 666 318 X 882 203 591 115 2 050 37,07

L-86/L-

84Rue de la Loi 86 ECHO BXL 2011/032 13 355 441 X X 1 507 412 1 335 980 5 262

L-84/86 waste figures included in L102

figures.

LX40 Rue de Luxembourg 40TAXUD,

JUSTBXL 2013/054 7 803 236 X 552 617 423 612 1 182 49,82

Corrected by credit note Ares(2018)4372100

LX46 Rue de Luxembourg 46HOME,

JUSTBXL 2010/023 17 478 511 X 1 734 785 1 773 175 5 722 65,33

Includes consumption MO59

MADO Place Madou, 1

DIGT,

COMP,AGR

I

BXL 2014/058 40 716 964 X X X 4 021 732 3 448 657 17 878 181,90

MO34 Rue Montoyer 34 DIGIT, HR BXL 2005/007 12 820 304 X X 1 510 431 873 196 4 011 103,05 Include waste figures ofr SC11.

MO59 Rue Montoyer 59 JUST BXL 2010/024 8 671 246 X X 78,41 Consumption included in LX46.

N105 Avenue des Nerviens 105 GROW BXL 2010/025 9 546 276 X 807 222 1 199 933 4 339 49,26

ORBN square Frère Orban, 8 RTD BXL 2014/059 25 141 778 X X X 2 186 076 868 125 2 634 75,87

PLB3 Philippe Le Bon 3

EMPL, HR

et

Formation

BXL 2015/060 16 584 80 X X X 1 741 388 1 626 257 5 184 92,29

SC11 Rue de la Science 11 HR BXL 2005/008 9 002 217 X X 815 951 686 569 2 765 Figures for waste included in MO34.

SC27/29 Rue de la Science 27-29PMO,

DIGIT

BXL 2011/040 and

041 2 383 54 X X X 131 373 282 204 525 15,57

3 months occupation

SPA2 Rue de SPA 2 FISMA BXL 2012/047 19 567 553 X X 1 316 887 1 118 476 8 244 128,86

SPA3 Rue de Spa 3TAXUD, 

EMPLBXL 2012/048 12 288 447 X 797 068 770 652 3 591 56,35

VM18 Rue Van Maerlant 18 EAC, SCIC BXL 2010/028 9 330 123 X X X 1 002 069 897 773 2 619 81,17Figures for waste include figures for VM-2.

HTWG

(2)Houtweg, 23 DIGIT BXL 2005/006 1 728 2 X 53 589 119 225 24 19,86

5 months occupation

CLOV

(2)Boulevard Clovis 75 OIB BXL 2007/010 6 274 18 X X X X 525 677 565 859 6 689 68,47

DAV1

(2)Avenue de Bourget 1-3 OIB BXL 2007/011 12 600 113 X X 1 148 138 833 642 949 111,85

WILS (2) Rue Wilson 16, OIB BXL 2007/010 2 544 18 X 26,06 Electricity and gas for WILSON are included

in CLOVIS figures (one single EAN)

VM-2 (2) Rue Van Maerlant 2

Cercles de

Loisirs, le

Foyer,

Brasserie

BXL 2010/027 15 960 1 X X 1 147 321 1 542 503 3 856

Waste figures included in VM18.

COLE

(2)

Rue du Cornet 41-45 Rue

G.Leman 60OIB BXL 2011/026 8 850 215 X X X 525 236 1 193 898 4 099 88,52

KORT

Industriepark Gullendelle,

Vinkstraat 3 3070

KORTENBERG

OIB.Archive

s HistoriquesVL 2015/002 1 070 6 X 664 225 571 552 1 240 34,22

The m² corrected to 1070 m²

WALI Boulevard Clovis 53 OIB BXL 2015/061 5 679 136 X X X X 303 381 453 222 1 613 40,86

OVER Dennenboslaan, 54- 3090

OVERIJSEOIB 2015 2 708 6 X 149 254 257 517 842 39,01

The surface indicated of 2708m² is the

contractual surface and not the EPB one,

since it 's not available, and the EPB uses

different criteria (Flemish Region)

BRUSSELS TOTALS 1 054 054 25 776 106 891 137 79 509 921 308 439 5074