MACROFOTOGRAFIE VOOR BEGINNERS

Waar begin je als beginner met macrofotografie?

Veel hobby fotografen willen tegenwoordig weten hoe ze macro foto’s kunnen maken.

Dit komt door het groeiende aantal prachtige afbeeldingen die online te vinden zijn van kleine planten, dieren en insecten.

Macrofotografie is niet altijd makkelijk.

Zeker niet als je net begint met fotografie, maar als het je lukt ben je ontzettend trots op die ene foto.

Met de juiste vaardigheden en materialen kun je zelfs in je eigen achtertuin geweldige foto’s maken.

Om macrofotografie goed te leren zou je moeten beginnen met het lezen van de tips en technieken op deze pagina.

Wat is macrofotografie? Macrofotografie is close-up fotografie van kleine onderwerpen zoals insecten en bloemen. Je kunt macro foto’s maken in je eigen studio of gewoon buiten.

Officieel hoor je misschien dat macrofotografie alleen gebeurt als je foto’s maakt van kleine onderwerpen met een vergroting van “levensgrootheid” of meer.

Er zit een verschil tussen vergroting en levensgroot.

Het betekent dat je foto’s moet maken waarbij je onderwerp even groot is als je camerasensor of kleiner waardoor je het kader helemaal vult.

Dit wil zeggen dat als jouw camerasensor 2,5 centimeter breed is dat je dan iets van 2,5 cm of kleiner moet fotograferen.

Introductie van Macrofotografie voor beginners Hoe maak je macro foto’s? Dit zijn de belangrijkste stappen:

• Begrijp de begrippen van macrofotografie. • Kies de juiste camera en lens apparatuur. • Krijg voldoende scherptediepte. • Kies camera- en flitsinstellingen voor een goed verlichte foto. • Concentreer je op het belangrijkste deel van je onderwerp dat je fotografeert. • Leer het gedrag van verschillende insecten. • Pas bovengenoemde lijst toe en maak een foto.

Sommige stappen hiervan zijn moeilijker te doen dan je zou denken. Zoals bijvoorbeeld voldoende scherpte diepte krijgen en je richten op het belangrijkste deel van je onderwerp dat je fotografeert. De tips op deze pagina geven je echter een idee waar je moet beginnen.

Wat is vergroting? Bij macrofotografie is het belangrijk om te weten hoe groot of klein je onderwerp op je camerasensor wordt weergegeven. Als je dit getal vergelijkt met de grootte van je onderwerp in de echte wereld, krijg je een waarde die bekend staat als je vergroting. Wanneer die verhouding eenvoudig één-op-één is, wordt van je onderwerp gezegd dat de vergroting levensgroot is. Als je bijvoorbeeld iets fotografeert van één centimeter en het exact één centimeter op jouw camerasensor wordt geprojecteerd, heeft deze de ware grootte (ongeacht de grootte van uw camerasensor). Typische sensoren in DSLR’s en spiegelloze camera’s variëren van ongeveer 17 millimeter tot 36 millimeter breed. Een voorwerp van 1 cm is dus behoorlijk groot en neemt een aanzienlijk deel van jouw foto in beslag. Als je uiteindelijk een grote afdruk maakt, zal dat kleine object enorm lijken. Het zou dan zelfs het formaat van een billboard kunnen hebben. Om het wat makkelijker te begrijpen en te vergelijken, gebruiken macrofotografen een feitelijke verhouding. Zij spreken dus niet altijd over levensgrootheid of halve levensduur. De levensgrootheid is in het bijzonder: vergroting 1:1. De halfwaardetijd is: vergroting 1:2. Als je ongeveer een tiende van de levensgrootheid bereikt, doe je waarschijnlijk niet meer aan close-up of macrofotografie.

Wat is werkafstand?

De werkafstand is eenvoudig: het is de afstand tussen de voorkant van je lens en het dichtstbijzijnde voorwerp. Als jouw werkafstand te klein is, kan je voorwerp schrikken of het licht blokkeren omdat je te dichtbij bent. Normaal gezien gebruik je een afstand van vijftien centimeter. De werkafstand van een lens is het kleinst bij een vergroting van 1:1. Dit komt doordat je zo dicht mogelijk bij je voorwerp moet zijn om super mooie foto’s te maken. Ook hebben lenzen met een langere brandpuntsafstand meer werkafstand dan lenzen met een meer gemiddelde brandpuntsafstand. De Nikon 200mm f/4 en de Canon 180mm f/3.5 zijn bijvoorbeeld twee voorbeelden van macrofotografie lenzen met grote werkafstanden. Het is altijd het beste om te zoeken naar een lens met de grootst mogelijke werkafstand. Macro-lenzen met een langere brandpuntsafstand zoals 180mm of 200mm zijn over het algemeen duurder. Als je prijs en werkafstand in evenwicht wilt houden, overweeg dan een lens die het bereik heeft van 100mm tot 150mm.

Beste camera’s voor Macrofotografie voor beginners Voor macrofotografie kunnen zowel DSLR’s als spiegelloze camera’s heel goed werken. De sleutel is om een camera te kiezen waarmee je een goede macrolens kunt gebruiken. In het ideale geval is dit een camera waar zo min mogelijk vertraging zit tussen het zien van je onderwerp, het indrukken van de ontspanknop en het laten opnemen van de foto.

Spiegelloze camera’s hebben vaak andere voordelen die je misschien wel handig vind. Denk bijvoorbeeld aan piekbelichting. Dit is een overlay die laat zien op welke delen van het onderwerp scherpgesteld is. Dit is handig voor macrofotografie met handmatige scherpstelling. Het beste zou dus zijn om een spiegelreflexcamera te hebben met een lens die speciaal bedoeld is voor Marco fotografie. Denk dan aan lenzen zoals de Nikon 200mm f/4 en de Canon 180mm f/3.5en de Sigma 150mm F/2.8 of de Sigma 180mm F2.8 .

Scherptediepte voor close ups Wanneer je niet bezig bent met macrofotografie zal je onderwerp niet bijzonder dichtbij je camera zijn. In dat geval is je camera misschien 5 of 6 meter van je onderwerp verwijderd of zelfs zo ver weg als de horizon. Op deze afstanden zal een normaal diafragma van f/8 of f/11 meestal een scherp beeld weergeven van voor naar achter. Macrofotografie is anders. Wanneer je close up foto’s maakt, krijg je natuurlijk een heel kleine scherptediepte. Dit is zelfs zo bij kleine diafragma waarden. Bij een vergroting van 1:1 kan jouw scherptediepte zo dun zijn dat je niet het hoofd en de voeten van een vlieg beide tegelijk scherp kunt maken. Zelfs niet wanneer zij slechte een millimeter van elkaar verwijderd zijn. De dunne scherptediepte is gerelateerd aan een andere uitdaging van macrofotografie: je hebt niet veel licht. Waarom niet? Er zijn vier belangrijke redenen waarom je met heel weinig licht in macrofotografie zult moeten werken: 1. Je camera zelf blokkeert meestal wat natuurlijk licht. 2. Je flitser kan niet in de juiste hoek zoeken om je onderwerp te belichten. 3. Openingen zoals f/11, f/16 of kleiner zijn nodig om voldoende scherptediepte te krijgen, maar ze verminderen het licht. 4. Je moet een zeer korte sluitertijd hebben om wazige bewegingen van de camera te verminderen, waardoor de afbeelding donkerder wordt.

Met al deze problemen samen kunnen jouw close up foto’s er uitzien alsof je midden op de dag met je lensdop op, foto’s hebt gemaakt. Er zijn een paar manieren om de scherptediepte in evenwicht te brengen met het vastleggen van voldoende licht.

Methode 1: Open je diafragma Je kunt ervoor kiezen om te leven met een dunne scherptediepte voor je macrofotografie tot het punt waarop je niet in staat zult zijn om een hele mierenkop er tegelijkertijd scherp uit te laten zien. Als dat goed voor je lijkt, open je het diafragma van je lens zo breed mogelijk. Dit komt neer op een instelling van f/2.8 tot f/5.6. Nu ben je klaar om macrofoto’s te maken.

Methode 2: Gebruik een flitser De volgende methode is om het diafragma op een kleine waarde te zetten. Dit houdt in: f/16 of f/22. Hoewel het nog steeds moeilijk is, is het voordeel van zo’n klein diafragma dat het iets gemakkelijker is om je onderwerp scherp in beeld te krijgen.

Omdat je een enorme hoeveelheid licht verliest is een flits met deze methode heel belangrijk. Bovendien begint diffractie een merkbaar effect te hebben op de scherpte van je foto’s. Toch is het belangrijk om in gedachten te houden dat een f/22 beeld met diffractie veel scherper lijkt dan een f/4 beeld zonder enige scherptediepte.

Methode 3: Een reeks macrofoto’s Een andere methode is focus stapelen. Het gaat om het nemen van je foto’s op meer gematigde diafragma’s, met een lagere diffractie maar een ondiepe scherptediepte. Meestal staat dit op f/8 of f/11. Om deze kleine scherptediepte tegen te gaan maak je verschillende foto’s op verschillende focusafstanden en combineer je de beste delen van elke foto in de nabewerking. Je kunt bijvoorbeeld een foto nemen waarbij het hoofd van een insect in focus is, één waarbij de vleugels scherp zijn en een derde waarbij de achterpoten scherp zijn. Vervolgens kun je deze van voren naar achteren samenvoegen tot een scherpe insecten foto. Hierdoor krijg je een mooi resultaat.

Methode 4: Kantel het focusveld De laatste manier om de scherptediepte te vergroten is door een speciaal type macrofotografie lens te kopen. Namelijk een tilt shift lens. Met deze lenzen kun je de scherptediepte langs je onderwerp laten kantelen. Ook al zijn de afstanden van de kop en de vleugels van een insect verschillend, toch is het mogelijk om beide onderwerpen tegelijkertijd scherp te stellen. Eventueel kun je een heel insect scherp krijgen in een enkele foto. Dit doe je door gebruik te maken van een diafragma dat veel redelijker opent dan normaal. Deze lenzen zijn dan ook erg prijzig.

Vlinders fotograferen: 11 tips *1. Doe niet meteen gek en koop niet gelijk dure apparatuur Het is heel goed mogelijk om hele mooie foto’s te maken met een goedkope DSRL camera. Hoe meer foto’s je maakt, hoe meer je weet over wat voor soort camera je kunt aanschaffen *2. Overweeg een statief (is eigenlijk een MUST)Wel is het aan te raden om geen goedkoop statief aan te schaffen. Je zult direct verschil merken omdat je de camera niet meer met trillende handen vasthoud. Bovendien is een camera vaak aardig zwaar. Een statief is dus geen overbodige luxe maar eerder een must have. Je zult zien dat het resultaat van je foto’s ontzettend verbeterd. Voor echt goede stabiele foto’s is het handig om zowel een statief als de timer functie op je camera te gebruiken. *3. Neem altijd je camera mee Mooie fotomomenten komen vaak wanneer je het het minst verwacht. Als je je apparatuur relatief eenvoudig kunt houden met slechts een cameratas en een statief kom je een heel eind. Door niet te veel spullen mee te hoeven slepen, elke keer dat je op pad gaat, kun je profiteren van enkele van die onverwachte mogelijkheden. Wil je gewoon even snel een foto maken om later terug te komen op een locatie voor het maken van betere foto’s? Gebruik dan je telefoon om “notities” te maken van deze locaties.

*4. Maak een lijst met opnames die je graag wilt maken Daarnaast is het handig om de plaatsnaam van de snelle foto locatie ook in je memo’s van je telefoon te zetten. Je kunt hiervoor natuurlijk ook een notebook gebruiken. Op deze manier weet je waar deze “klad” foto’s zijn gemaakt. Zo kun je gemakkelijk onthouden waar je graag nog eens met je DSLR Camera naartoe wilt. Zorg dat je belangrijke details opmerkt zoals de belichting. Dan kun je op hetzelfde tijdstip van de dag of bij zonnig weer terugkeren. Als je geen notebook wilt dragen, stuur jezelf dan een e-mail met je mobiele telefoon. *5. Bekijk geen alledaagse onderwerpen voor fotografie Je ziet misschien niets interessants in je woonkamer of je achtertuin om te fotograferen. Probeer daarom met frisse ogen naar de vertrouwde omgeving te kijken. Misschien vang je een interessante truc van het licht of vind je onverwachts wilde bloemen in je tuin. Vaak zorgt een eenvoudig onderwerp voor de beste opname. *6. Geniet van het leerproces Het beste deel van het hebben van een hobby als fotografie is dat je nooit uitgeleerd raakt. Inspiratie kun je overal om je heen vinden. Bekijk alles met de ogen van een fotograaf en je ziet kansen die je nog nooit eerder hebt opgemerkt. Door deze tip toe te passen krijg je een nieuw perspectief op de dingen en mensen om jou heen. *7. Maak gebruik van de gratis bronnen om te leren Blader eens door Flickr of zoek Google afbeeldingen. Door goede research te doen leer je een hele hoop. Misschien raak je door bepaalde fotografie stijlen geïnspireerd om ook jouw eigen stijl te gaan ontwikkelen. Iedere professionele fotograaf heeft natuurlijk wel iets dat maakt hem of haar doet uitblinken. Maak hier gebruik van door genoeg onderzoek te doen naar wat jij mooi vind. Daarnaast helpt het ook om er achter te komen welke stijlen je juist verschrikkelijk vind. Ook hier leer je namelijk enorm van!

*8. Experimenteer met de instellingen van je camera Lees de handleiding goed door voor hulp bij het ontcijferen van al die kleine symbolen op je camera. Terwijl je verder gaat, probeer je onderwerpen met meerdere instellingen te fotograferen om te ontdekken welke effecten je leuk vindt. Wanneer je je foto’s op een computer bekijkt, kun je de EXIF-gegevens controleren om te zien wat voor instellingen je hebt gebruikt. Deze gegevens staan meestal in de eigenschappen van het bestand. *9. Leer de basisregels De hoeveelheid informatie over online fotografie kan overweldigend zijn. Begin dus met een paar artikelen over compositie. Sta open voor wat meer ervaren fotografen te zeggen hebben over techniek. Door hier open voor te staan zorg je dat je als beginnende fotograaf blijft groeien. Voor je het weet behoor je niet meer tot de groep “beginnende fotograaf” omdat je op weg bent naar het worden van een professionele fotograaf. *10. Maak regelmatig foto’s Probeer elke dag iets te fotograferen. Lukt dit niet? Zorg er dan voor dat je de tijd neemt om regelmatig te oefenen, zodat je niet vergeet wat je hebt geleerd. Een uitstekende manier om jezelf te motiveren is door wekelijkse opdrachten uit te voeren. Zoek elke week een nieuw onderwerp om vast te leggen. Investeer in het uitvoeren van wat je geleerd hebt. *11. Wees niet bang om te experimenteren Als je een digitale camera gebruikt, zijn de kosten van fouten gratis. Tegenwoordig hoef je namelijk niet meer naar de winkel om de gemaakte foto’s van een analoge camera te laten ontwikkelen. Wanneer je een fout maakt, is dit dus geen ramp. Je probeert het gewoon weer opnieuw net zolang tot het je wel lukt. Ook helpt het om een doel voor ogen te hebben. Wat wil je op de foto zetten? En op wat voor manier wil je dit vastleggen? Probeer gewoon verschillende dingen uit en speel op die manier met je creativiteit. Tijdens dit proces zul je ontzettend veel leren. Veel plezier bij het ontwikkelen van jouw stijl. Geniet ervan.

Goedkope macrofotografie met een omgekeerde lens Fotograferen is een dure hobby, zeker als het om macrofotografie gaat. Toch is er een goedkope manier om met macrofotografie bezig te zijn. In dit geval leggen wij uit hoe je dit kunt doen met behulp van een omgekeerde lens. Door de lens andersom op de camera te bevestigen zoom je extra in en kun je dus alles extra groot fotograferen zonder kwaliteitsverlies. Het klinkt misschien raar om een lens achterstevoren te bevestigen maar we leggen het allemaal uit in dit onderstaande artikel. Dit is een mooie, goedkope macro techniek met behulp van een omgekeerde lens! Voordat je verder leest is het goed om te weten dat je met deze techniek wel je camera kunt beschadigen. Koop dus niet zomaar een goedkoop opzetstuk maar lees eerst dit artikel goed door om schade aan je apparatuur te voorkomen. Aangezien de lens omgekeerd op de camera bevestigd is kan het zijn dat stof of andere dingen naar binnen waaien. Ook dit kan voor schade zorgen: pas deze techniek dus niet toe als dit je enige camera is. Dit kun je beter uitproberen met een goedkope camera die je nog ergens hebt liggen!

De omkeerring en omgekeerde lens macro

Helaas is het niet mogelijk om op een camera een omgekeerde lens te bevestigen, hier heb je een omkeerring voor nodig. Schaf hier beslist geen B-product voor aan maar neem een originele versie die op je camera past. Pak eerst de lens die je wil gebruiken en lees de voorkant. Hier zul je de diameters in mm zien. Dit is de grootte van de omkeerring die je nodig hebt. Voor de Nikon maak je gebruik van één van deze Caruba omkeerringen die bij je camera passen. Bij een Canon camera kun je hier Caruba omkeerringen aanschaffen die geschikt zijn. Voor de omgekeerde lens kun je eigenlijk alle lenzen wel gebruiken. Toch krijg je een zeer goed resultaat met een Canon 50mm lens of een Nikon 50mm lens. Dit zijn beide goedkope lenzen waar het meestal niet erg is als er stof in komt. Daarnaast zijn ze geschikt om ook in laag licht mooie foto’s te maken. Een zeer goede lens die iedereen eigenlijk in de cameratas zou moeten hebben. We raden dan ook echt aan om voor omgekeerde macro met deze lens te werken. Uiteraard kun je ook de kitlens gebruiken. Toch krijg je dan niet het beste resultaat aangezien deze niet goed is met weinig licht en dit heb je bij macro wel nodig!

Omgekeerde macro met één lens Nu je weet welke lens je het beste aan kunt schaffen en hoe je te weten komt welke omkeerring hier bij hoort is het tijd om het geheel te bevestigen. Zorg ervoor dat de ruimte waar je in bent zoveel mogelijk stofvrij is en maak de tafel even extra schoon met een doekje. Haal daarna de lens van de camera zodat de binnenkant zichtbaar is en zet de kant van de binnenkant plat op tafel neer. Op deze manier kan er geen viezigheid de camera inkomen. Pak de lens en schroef de omkeerring erop en schroef daarna het andere uiteinde op de camera.

Twee lenzen op elkaar Hierboven hebben we uitgelegd hoe je met een omkeerring de camera en lens kunt bevestigen. Maar wanneer je twee lenzen of meer hebt kun je deze ook aan elkaar bevestigen om een nog grotere zoom te creëren. Dit doen we met een koppelring. Het grootste voordeel hiervan is dat er geen lens van de camera afgehaald hoeft te worden. Je kunt dus gewoon net zoals je een filter of zonnescherm op een camera zet, de andere lens erop schroeven. Daarnaast kun je de omgekeerde lens met het grootste diafragma open laten staan waardoor je een mooiere bokeh krijgt en de scherptediepte vergroot. Afhankelijk van de lens die je gebruikt kun je op deze manier veel verder inzoomen dan de gemiddelde lens. Dit kun je nog vergroten door een verlengbuis ertussen te steken. Houd er wel rekening mee dat hoe meer je het beeld vergroot, hoe sneller het geheel onscherp gaat worden. Kijk dus per onderwerp wat voor jou de beste oplossing is.

Veel succes & plezierLuc Vuegen