Upload
others
View
1
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Postbus 30833, 2500 GV Den Haag twitter: @platform31www.platform31.nl
Platform31 is de fusieorganisatie van KEI, Nicis Institute, Nirov en SEV
Het jaar van de transitieInhoudelijke verantwoording 2012
Het jaar van de transitie Inhoudelijke verantwoording 2012
Den Haag, september 2013
Uitgave
Platform31
Den Haag, september 2013
Redactie: Fanny Gelissen en Natasja van der Veer
Drukwerk: Multicopy Rotterdam
Postbus 30833, 2500 GV Den Haag
www.platform31.nl
Platform31 is de fusieorganisatie van KEI, Nicis Institute, Nirov en SEV
Inhoudsopgave
De transitie naar Platform31 5
1 Speerpunten 7
1.1 Governance 7
1.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl 7
1.3 Onderdruk en overdruk 8
1.4 Ruimtelijke kwaliteit als basis 8
1.5 Water en ondergrond 8
1.6 Duurzame ruimtelijke ontwikkeling 9
1.7 Wonen 9
1.8 Economie 9
2 Onderzoek 11
2.1 Eindresultaten voor de praktijk 11
2.2 Nieuwe projecten 12
2.3 Brugprojecten 12
2.4 International Scientific Review Committee 12
2.5 Nieuwe wetenschappelijk directeur 13
3 Experimenten 15
3.1 Governance 15
3.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl 16
3.3 Overdruk en onderdruk 17
3.4 Ruimtelijke kwaliteit als basis 17
3.5 Wonen 18
3.6 Economie 20
4 Netwerken 21
4.1 Governance 21
4.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl 23
4.3 Ruimtelijke kwaliteit als basis 25
4.4 Duurzame ruimtelijke ontwikkelingen 25
4.5 Wonen 26
4.6 Economie 29
4.7 Diversen 30
5 Professionaliseren 31
5.1 Governance 31
5.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl 32
5.3 Onderdruk en overdruk 33
5.4 Water en ondergrond 34
5.5 Ruimtelijke kwaliteit als basis 36
5.6 Wonen 36
5.7 Media/Uitgeverij 36
6 Europa 39
6.1 European Metropolitan network Institute (www.emi-network.eu) 39
6.2 European Urban Knowledge Network (EUKN) 39
6.3 Integrated Measures for an Energy Efficient Approach 40
6.4 Energie-efficiëntie in de gebouwde omgeving binnen de Benelux 40
6.5 URBAN-NEXUS 40
6.6 Reference Framework for Sustainable Cities (RFSC) 40
7 Veiligheidsmonitor 41
Het jaar van de transitie
5
De transitie naar Platform31
2012, een jaar van hectische en verwarrende tijden: ruimtelijke structuren bereiken hun grenzen,
economische structuren wankelen, de sociale structuren worden aan solidariteitsstresstests
onderworpen, bestuurlijke structuren verliezen hun legitimiteit. In deze context gaat Platform31 op 1 juli
2012 van start.
De ambitie van Platform31, de fusieorganisatie van KEI, Nicis Institute, Nirov en SEV, is om de
beschikbare kennis en expertise in de vakwereld van stad en regio zo efficiënt mogelijk aan te bieden.
De nieuwe fusieorganisatie bundelt de kracht van de vier organisaties die allen een lange staat van
dienst hebben. Samen beschikken ze over enorme expertise, ervaring en een relatienetwerk op het
gebied van regionale en stedelijke ontwikkeling in de ruimste betekenis van het woord: wonen, ruimte
water, economie, arbeidsmarkt, onderwijs, welzijn, integratie, veiligheid, gebiedsontwikkeling en
stedelijke vernieuwing.
Door het samengaan, ontstaat een onafhankelijk, nationaal innovatie- en kennisinstituut voor stedelijke
en regionale ontwikkeling. De meerwaarde van de fusie tussen de oorspronkelijke partijen zit zowel in
de breedte van het domein waarop Platform31 werkzaam is als in de variëteit in de aanpak die wordt
gehanteerd.
Platform31 positioneert zich als meervoudig partijdig, in de driehoek van politiek, wetenschap en
praktijk. De kracht van de nieuwe organisatie ontstaat door het verbinden van de verschillende posities
op de kenniscirkel. Geredeneerd wordt vanuit de dwarsverbanden tussen de domeinen: de ruimtelijke
en sociale gevolgen van economische veranderingen zijn groot, maar bieden ook nieuwe inspirerende
perspectieven op de dynamiek van stad en regio.
2012 is een overgangsjaar voor Platform31. Programma’s vanuit de vier fusiepartners lopen
grotendeels door maar waar mogelijk worden programma’s en projecten ook al in lijn met elkaar
gebracht en op elkaar afgestemd. Er zijn zowel programma’s
opgesteld door de oorspronkelijke organisaties als een jaarplan
2012 voor Platform31 waarin een aantal thematische
speerpunten zijn genoemd. Deze speerpunten worden in
hoofdstuk 1 toegelicht. Vervolgens volgen we de volledige
kennisketen: kennisontwikkeling (onderzoek, experimenten),
kennisveredeling (duiding, bijeenbrengen en verrijking
praktijkkennis) en kennisverspreiding (inclusief opleiding en
toepassing) en de organisatorische structuur die daaraan
gekoppeld is. Per unit worden aan de hand van de speerpunten
de activiteiten van 2012 beschreven.
Figuur 1: Schema van de kenniscirkel –
uit oud businessplan KNNS
Het jaar van de transitie
6
Het jaar van de transitie
7
1 Speerpunten
1.1 Governance
De besturing van het publieke domein en het maatschappelijke middenveld blijft in 2012 sterk in
verandering. Oorzaken van deze ontwikkelingen zijn meervoudig. Het veranderende politieke klimaat
resulteert in een decentralisatie van rijkstaken naar lagere overheden en naar het maatschappelijke
middenveld. Dit leidde tot vraagstukken over samenwerking door lagere overheden op
intergemeentelijke en dus regionaal schaalniveau. De huidige economische conjunctuur dwingt
overheden tot forse bezuinigingen op hun, voorheen, publieke taken. Andere partijen pallen deze taken
veelal op. De toegenomen mondigheid van burgers is een ander fenomeen dat aansluit bij de groeiende
verantwoordelijkheid van de burger. De volkshuisvestingssector heeft een tijd lang negatief in de
spotlights gestaan. Hierdoor komt de controle op het functioneren van (semi)publieke instellingen, zoals
woningcorporaties en zorginstellingen, in een feller daglicht te staan. Daarnaast hebben
globaliseringvraagstukken en schaalvergrotingstrends invloed op de rol van genoemde partijen in het
maatschappelijke middenveld. Ten slotte zijn demografische ontwikkelingen oorzaak van verschuivende
verhoudingen, rollen en verantwoordelijkheden van partijen, in het bijzonder in krimpgebieden.
Bovenstaande ontwikkelingen beïnvloeden binnen drie kernthema’s de manier waarop de besturing van
(semi)publieke taken plaatsvindt. Deze kernthema’s zijn:
1. Goed bestuur en organisatie; onder meer verkenning naar best persons, de aanspreekbare
commissaris en onderzoek en congres ‘Good Governance’.
2. Leefbaarheid en actief burgerschap; onder meer Leerkring sociale wijkteams, Zelforganisatie
(in New Towns) en actief burgerschap. Ook binnen dit speerpunt valt de omslag van
verzorgingsstaat naar participatiesamenleving en de ontwikkelingen van de decentralisaties.
Dit stelt nieuwe eisen aan de relaties tussen lokale overheid, instellingen en burgers. Diverse
ateliers en workshops zijn georganiseerd om de gevolgen van deze ontwikkelingen in beeld te
krijgen en daarop voorbereid te zijn.
3. Regionale samenwerking; onder meer praktijkpublicatie n.a.v. onderzoek naar regionale
samenwerking.
De omslag van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving stelt nieuwe eisen aan de relaties tussen
lokale overheid, instellingen en burgers. De kanteling van de WMO leidt tot het anders inrichten van de
compensatieplicht. Wat betekent de WMO en de ‘kantelgedachte’ voor uw gemeente of instelling? In de
workshop zijn concrete voorstellen ontwikkeld en werd advies gegeven hoe hier in de praktijk mee om
te gaan.
1.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl
Langzaam ontstaat het besef dat de situatie ook na herstel van de economie niet meer de oude wordt.
Dit vraagt om een omslag van denken én om nieuwe vormen van gebiedsontwikkeling;
gebiedsontwikkeling nieuwe stijl. Grootschalige gebiedsontwikkeling blijft bestaan maar de financiering,
het proces en de rolverdeling veranderen. Nieuwe vormen van waardecreatie door middel van
bijvoorbeeld groen, water, recreatie en infrastructuur zijn belangrijker. Ontwikkelingen van
gebiedsontwikkeling komen meer stapsgewijs, kleinschaliger en meer bottom-up tot stand en passen bij
de snelheid van het gebied. In 2012 zijn deze ontwikkelingen gevolgd, aangejaagd en beschreven.
Centraal hierbij staat de publicatie van het essay ‘Stedelijke vernieuwing op uitnodiging’ (begin 2012),
Het jaar van de transitie
8
een visie op de toekomst van stedelijke vernieuwing. De rest van het jaar stond grotendeels in het teken
van het uitdragen van deze visie middels lezingen. En in het vertalen van deze visie in een concreet
handelingsperspectief. In dit kader zijn expertsessies, trainingen en een excursiereeks georganiseerd.
Hierbij werd onderscheid gemaakt in:
1. Visie en strategie
2. Planinstrumentarium
3. Proces en partijen
1.3 Onderdruk en overdruk
Demografische prognoses geven aan dat in 2025 ruim de helft van de Nederlandse gemeenten een
krimpende bevolking heeft. Niet alleen perifere regio’s van Nederland worden hierdoor geraakt, maar
ook meer centraal gelegen regio’s, suburbane gemeenten en wellicht zelfs de voormalige groeisteden.
Sinds 2006 staat de discussie over de gevolgen van bevolkingskrimp serieus op de kaart. Het brede
besef groeit dat een structurele demografische verandering gaande is. De anticipeerregio’s waar
demografische krimp zich op korte termijn aandient, bereiden zich voor op de komende opgave. In 2012
dringt het besef breed door dat integrale planvorming cruciaal is in de aanpak van de krimpopgave.
Platform31 richt zich zowel op kennisverspreiding over dit onderwerp (onder meer via de website
www.vanmeernaarbeter.nl). En Platform31 zoekt actief naar oplossingen voor de vraagstukken van
demografische transitie middels een kennisnetwerk (Kennisnetwerk Demografische Transitie) en het
experimentenprogramma ‘Verdichten en verdunnen’. Ook het thema ‘Leegstand en herbestemmen’ valt
onder dit speerpunt.
1.4 Ruimtelijke kwaliteit als basis
Daar waar de afgelopen jaren via programma’s als ‘Mooi Nederland’ (rijk) en ‘Expeditie Mooi’
(provincie), aandacht is geschonken aan stimulering van projecten met een hoge ruimtelijke kwaliteit,
zien we in 2012 het omgekeerde gebeuren. De economische crisis dwingt tot bezuinigingen. Kwaliteit
wordt iets 'extra’s' en de architect en stedenbouwkundige verliezen betekenis. Samen met de partners
en stakeholders van Platform31 is gezocht naar de nieuwe rol in toekomstige planvormingsprocessen
van de stedenbouwkundige en de architect. Ook is een driejarig experimentenprogramma ‘Publieke
ruimte’ afgerond. Hierin stond de vraag centraal: Hoe verbeter je de gewone publieke ruimte in tijden
van economische schaarste?
1.5 Water en ondergrond
Water is één van de relevante belangen in de ruimtelijke ordening. Van levensbelang zelfs.
Wateraspecten zijn zeer bepalend voor de leefkwaliteit. Denk aan waterveiligheid, het beperken van
wateroverlast, zoetwatervoorziening, koeling, scheepvaart en het voorkomen van droogteschade.
Door de eigen bestuurlijke en ambtelijke organisatie blijft er enige afstand tot de ruimtelijke vakwereld.
In 2012 heeft Platform31 gewerkt het verbinden van de ruimtelijke vakwereld met de waterwereld. Met
als doel een toekomstbestendige inrichting van Nederland en een hogere ruimtelijke kwaliteit.
Gekeken is naar wat ruimtelijke ordening en stedenbouw kunnen bijdragen aan het realiseren van
wateropgaven en het voorkomen van waterproblemen zoals overstromingen, wateroverlast, hittestress,
zoetwatertekort en verzilting.
Het jaar van de transitie
9
Op het terrein van bodem en ondergrond is de ontwikkeling van de structuurvisie door het Rijk gevolgd.
En Platform31 leverde een bijdrage aan het verbeteren van de samenwerking en onderling begrip
tussen bodemspecialisten en ruimtelijke ordenaars. Dit middels publicaties, cursussen en trainingen.
1.6 Duurzame ruimtelijke ontwikkeling
Wij worden geconfronteerd met stevige vraagstukken zoals de klimaatverandering, onze afhankelijkheid
van eindige grondstoffen, de noodzakelijke energietransitie en de ruimtelijke gevolgen voor ons land.
Een omslag in denken is vereist, met een vertaling op diverse schaalniveaus: van gebouw tot
gebiedsniveau. Een omslag die zichtbaar wordt in allerlei initiatieven in het bedrijfsleven. Duurzame
gebiedsontwikkeling probeert in een gebied meerdere belangen (blauw, rood, groen en grijs – water,
wonen, natuur en verkeer) tot meerwaarde te smeden. Investeringen in duurzaamheid zijn echter pas
lonend op de langere termijn. In 2012 is het Bestuurlijk Platform Duurzaamheid opgericht. Dit heeft
geleid tot het starten van een ‘Commity of Practice’ naar de baten van lokale klimaatprojecten.
1.7 Wonen
De Nederlandse woningmarkt wordt van oudsher sterk beïnvloed door rijksbeleid. Het Rijk stuurt zowel
de huur- als de koopsector, via onder meer de Woningwet, het huurprijsbeleid, de huursubsidie en de
hypotheekrenteaftrek. Ook het strikte ruimtelijkeordeningsbeleid heeft een stevige invloed op de markt.
Ondanks al het goeds dat deze landelijke sturing in het verleden heeft opgeleverd, wordt anno 2012
breed geconstateerd dat de woningmarkt al enige tijd vastzit. Een omslag in het huidige stelsel is nodig.
Platform31 heeft in 2012 actief bijgedragen om deze maatschappelijke consensus te laten doordringen
in het beleid en de politieke besluitvorming. Ook is in bijeenkomsten, expertsessies, experimenten,
cursussen en opleidingen gezocht naar antwoorden op vragen zoals:
Welke rol kunnen de woningcorporatie, gemeente of projectontwikkelaar vervullen bij vormen
van (C)PO? Op welke manier kunnen zij bewonersinitiatieven faciliteren?
Hoe ziet het (nieuwe) duurzame businessmodel voor de corporatiesector er uit?
Het functioneren van woningcorporaties komt onder een vergrootglas te liggen. Op wat voor
manier kunnen woningcorporaties hun inspanningen beter in beeld brengen en
verantwoorden?
Andere thema’s die, binnen het speerpunt wonen vallen, en veel aandacht kregen in 2012 zijn: de
leefbaarheid in de woonomgeving, de lessen en valkuilen van de wijkaanpak en de particuliere
woningverbetering.
1.8 Economie
Het maatschappelijk debat draait om het voorkomen van economische teruggang en het herstellen van
het economisch vertrouwen. Dit debat speelt zich af op nationaal en Europees niveau. De economische
kracht en het belang van steden voor economisch herstel domineren de maatschappelijke agenda.
Publieke en private partners in Nederlandse steden en regio’s zijn doordrongen van het economisch
belang van de stad. De verschuiving van economisch beleid naar het niveau van de regio/provincie lijkt
logisch en stelt steden voor de uitdaging de eigen stedelijke economie nader vorm te geven. Steden
worden niet alleen door externe trends, maar ook door het Rijk in toenemende mate aangesproken op
hun eigen kracht en dynamiek. Kiezen en selecteren is nodig.
Het jaar van de transitie
10
De focus ligt bij het vergroten van de concurrentie- en samenwerkingskracht, ruimte voor (nieuwe
vormen van) ondernemerschap en talent, binden en boeien van talent en de aansluiting tussen
arbeidsmarkt en onderwijs. In 2012 vond binnen dit thema o.a. een verkenning plaats naar het
experimentenprogramma ‘Wijkeconomie’ en zijn expertsessies georganiseerd over thema’s als
‘Governance in het economische beleidsveld’, de creatieve industrie en zzp’ers in de stad.
Het jaar van de transitie
11
2 Onderzoek
Nicis Institute en later Platform31 voert sinds 2007 het onderzoeksprogramma ‘Kennis voor Krachtige
Steden’ (KKS) uit. Het programma richt zich op de ontwikkeling van kennis over de economische en
sociale kracht van steden, de relaties daartussen en manieren om de economische en sociale kracht
van steden te versterken (sturing en governance). Het programma, gefinancierd met een bijdrage van
€ 15 miljoen vanuit het Fonds Economische Structuurversterking (FES), loopt tot en met december
2014. Het penvoerend departement is het ministerie van Binnenlandse Zaken (directie Wonen en
Bouwen). Aan dit ministerie wordt aan het eind van het programma apart verantwoording afgelegd over
het gehele programma.
Op aanwijzing van het kabinet (bij de subsidietoekenning in 2006/2007) om steden een stevige rol in
het programma te geven, zijn de (strategische) vragen die steden (gemeenten) en stedelijke partijen
zelf hebben aangedragen, uitgangspunt voor de onderzoeksprogrammering. Zo zijn bottom-up en in
wisselwerking met stedelijke partijen, universitair onderzoekers en Platform31 (voor 1 juli 2012 Nicis
Institute) circa vijftig onderzoeksprojecten ontwikkeld en uitgevoerd. Het onderzoek dient zowel
wetenschappelijk aan de maat te zijn als relevant voor de stedelijke (beleids)praktijk. Kennisoverdracht
en kennisgebruik zijn belangrijke activiteiten. Veel projecten zijn in 2012 afgerond, een aantal volgt in
2013 en 2014.
Samenwerking in VerDuS
Sinds 2011 maakt het totale onderzoeksprogramma, naast Kennis voor Krachtige Steden (KKS) ook
Duurzame Bereikbaarheid Randstad (DBR) en Urban Regions in the Delta (URD), deel uit van het
samenwerkingsverband ‘VerDuS’ (Verbinden van Duurzame Steden). In VerDuS bundelden Rijk
(ministeries I&M, EL&I en BZK), NWO en Platform31 hun krachten. De drie grote
onderzoeksprogramma’s zijn bijeengebracht om inhoudelijk van elkaar te profiteren (synergie) en om
inzichten - onder meer via Platform31 - actief te verspreiden. De samenwerking heeft ook tot doel te
werken aan de ontwikkeling van een nieuw, krachtig programma voor de periode na 2014. Hiervoor
kunnen ook Europese gelden worden gemobiliseerd.
Omdat het onderzoeksprogramma een eigen eindrapportage en –verantwoording over de gehele
looptijd kent, volstaan wij in deze inhoudelijke verantwoording met het noemen van enkele belangrijke
ontwikkelingen en voorbeelden van onderzoek in 2012.
2.1 Eindresultaten voor de praktijk
Diverse meerjarige KKS-projecten presenteerden in 2012 hun eindresultaten voor de praktijk. Dat
gebeurde in de vorm van publicaties (papier of digitaal, handboeken et cetera), maar ook in de vorm
van bijeenkomsten met bestuurders en practitioners. Enkele voorbeelden uit 2012:
Regionale samenwerking
Resultaten van het onderzoek naar regionale samenwerking zijn gepresenteerd in een praktijkpublicatie
en verwerkt in een spel (serious game), gespeeld met practitioners. De casuïstiek is de regionale
woningbouwprogrammering in tijden van crisis op de woningmarkt. Een tijd waarin de samenwerking
tussen gemeenten in een regio onder druk staat.
Het jaar van de transitie
12
Lokale praktijk
In Amsterdam Oost zijn gedurende een hele dag in drie sessies inzichten uit KKS over bereikbaarheid,
wijkaanpak en kantorenleegstand toegepast in de lokale praktijk van het stadsdeel. Gesprekken vonden
plaats tussen onderzoekers, bestuurders en professionals van (deel)gemeente, woningcorporaties en
medewerkers van Platform31.
Best persons
De publicatie ‘Best persons en hun betekenis voor de Nederlandse achterstandwijk’ is het resultaat van
KKS-onderzoek met vijf steden onder leiding van professor Gabriël van den Brink naar de rol van ‘best
persons’: personen die in de moeilijkste wijken in Nederland veel succes boeken en het verschil weten
te maken. De resultaten zijn in 2012 op tal van manieren gepresenteerd, onder meer tijdens een groots
slotcongres dat Platform31 samen met het ministerie van BZK organiseerde.
VerDuS-conferentie
In 2012 is een grote conferentie georganiseerd over tussen- en eindresultaten van een groot aantal
projecten uit de VerDuS-programma’s URD, DBR en KKS. Voor KKS vond een intensief middagdeel
plaats over de positie en problematiek van arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa onder leiding
van professor dr. Godfried Engbersen (projectleider van een KKS-onderzoek hierover). Ook
vertegenwoordigers van stedelijke partijen die aan het onderzoek meededen hadden een actieve rol,
evenals Marco Pastors (projectdirecteur nationaal programma aanpak Rotterdam Zuid).
2.2 Nieuwe projecten
Na selectie en advisering door een programmacommissie is in 2012 aan zes nieuwe
onderzoeksprojecten een financiële bijdrage verleend. Na een oproep in VerDuS-verband uit mei 2011
werden diverse voorstellen ingediend. De projecten richten zich enerzijds op economische
vraagstukken rond metropoolvorming en concurrentiekracht, anderzijds op sociale en bestuurlijke
vraagstukken rond de veranderende verzorgingsstaat. Voor elk project is een consortium gevormd van
universitair onderzoekers en diverse stedelijke partijen. Platform31 draagt vanuit KKS maximaal 50% bij
(het andere deel is cofinanciering). De projecten hebben een looptijd tot april 2014.
2.3 Brugprojecten
Aan sleutelonderzoekers uit het programma is gevraagd voorstellen in te dienen voor zogenaamde
Brugprojecten. Deze projecten hebben tot doel de samenhang in het programma te versterken en
interessante, innovatieve verbanden tussen diverse onderzoeksprojecten te leggen. Uit de voorstellen
is een selectie gemaakt van zes projecten. In 2013 worden projectovereenkomsten afgesloten.
2.4 International Scientific Review Committee
Het International Scientific Review Committee (ISRC) is in 2012 tweemaal bijeen gekomen. Dit ISRC
heeft tot doel de wetenschappelijke kwaliteit van het onderzoek te bewaken en te bevorderen.
Onderzoekers hebben (tussen)resultaten en conceptpublicaties voorgelegd en intensief met het ISRC
besproken.
Het jaar van de transitie
13
2.5 Nieuwe wetenschappelijk directeur
Prof. dr. Wim Hafkamp is officieel per 1 april 2012 uit dienst getreden als wetenschappelijk directeur
(van toen nog Nicis Institute). Prof. dr. ing. Geert Teisman is in het najaar van 2012 bereid gevonden
om als wetenschappelijk directeur van Platform31 leiding te geven aan het onderzoeksprogramma
KKS. Overigens blijft prof. dr. Wim Hafkamp nog wel bij enkele onderdelen van het
onderzoeksprogramma betrokken, evenals bij VerDuS. Prof. dr. ing. Geert Teisman richt zich vooral op
de valorisatie van het onderzoeksprogramma. Hij zorgt dat de resultaten van het onderzoek in 2013 en
2014 maximaal ‘landen’ en doorwerken in de stedelijke en regionale praktijk.
Het jaar van de transitie
14
Het jaar van de transitie
15
3 Experimenten
Het experimentenprogramma is gericht op innovatie. Het maakt ruimte voor vernieuwing en ontwikkelt
samen met experimentpartners nieuwe toepasbare concepten voor schijnbaar onoplosbare
maatschappelijke problemen, toekomstige vraagstukken en met taboes omgeven oplossingen. De
onderwerpen worden in overleg met het veld bepaald. Er vindt vooronderzoek plaats, er wordt gezocht
naar partijen die mee willen doen en meebetalen, het experiment wordt uitgevoerd en geëvalueerd.
Uiteraard worden de opgedane inzichten daarna actief verspreid en zo mogelijk voorzien van tools
waarmee andere partijen de innovatie zelf kunnen toepassen. Tot nu toe richten de experimenten zich
voornamelijk op (de randen van) het domein wonen.
3.1 Governance
Goed bestuur en organisatie
De aanspreekbare commissaris
Toezichthouders moeten zich ervan bewust zijn dat ze een maatschappelijk belang dienen. Op verzoek
van de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) startte de SEV in 2010 daarom
het experiment ‘De aanspreekbare commissaris’ met als doel: het ontwikkelen, uitwerken en testen van
methodieken waarmee interne toezichthouders hun maatschappelijke aanspreekbaarheid kunnen
formaliseren en versterken. Met de publicatie ‘De aanspreekbare commissaris’ is het experiment in
2012 afgerond en heeft het een bijdrage geleverd aan het nationale debat over intern
toezichthouderschap. VTW is verder gegaan met het traject onder de naam ‘Wij toetsen ons toezicht’.
Integriteit Samenwerkingstest
Bouwen is een fascinerend en complex proces. Tijdens dit proces kan veel fout gaan in tijd, geld en
kwaliteit waarna bouwpartijen hun uiterste best doen dit probleem naar de tegenpartij te verschuiven.
Niet integer gedrag noemen we dat. Gedrag dat de samenwerkingsrelatie schaadt en het bouwproces
moeizaam maakt. De Integriteit Samenwerkingstest is een aanpak waarbij partijen in een vroegtijdig
stadium met elkaar bespreken welke problemen er tijdens het bouwtraject kunnen ontstaan. Ook
bespreken zij hoe zij deze problemen zullen aanpakken. Deze aanpak voorkomt dat problemen
gedurende het bouwproces naar de zwakste schakel, vaak de maatschappelijke opdrachtgever, worden
verschoven. In 2012 en 2013 is deze aanpak door drie woningcorporaties in hun bouwpraktijk
toegepast.
Alternatieve organisatievormen voor corporaties
Woningcorporaties staan sterk onder druk om hun maatschappelijke taak te legitimeren. Tegelijkertijd
moeten zij in het strategisch beleidsproces een belangenafweging maken tussen maatschappelijke
doelen en doelen van de vastgoedportefeuille in relatie tot een financieel gezonde organisatie. In 2012
heeft een verkenning plaatsgevonden naar de alternatieve organisatievormen die aansluiten bij deze
veranderde context. Deze verkenning heeft in 2013 geresulteerd in het experiment ‘DrieKamerModel’.
Het jaar van de transitie
16
Leefbaarheid en actief burgerschap
Zelforganisatie in New Towns
De overheid kan de problemen in de groeisteden uit de jaren 70 en 80 alleen samen met bewoners en
ondernemers oplossen. In 2011 is een experiment gestart om dit te bereiken. Het experiment volgt 16
projecten op het gebied van zelforganisatie. De projecten focussen zich op de thema’s particulier bezit,
openbare ruimte, winkelcentra en cultuur. Platform31 volgt de projecten en brengt in beeld wat
zelforganisatie is, welke vormen van samenwerking gewenst zijn en welke belemmeringen de bewoners
en initiatiefnemers tegenkomen. Het experiment wordt begin 2013 geëvalueerd waarna een congres in
het najaar volgt.
Bewoners en invloed
Met het evaluatierapport ‘Bewoners en invloed’ is het gelijknamige driejarige programma, dat de SEV
met De Woonbond uitvoerde, afgerond. Dit in 2010 gestarte programma had tot doel te onderzoeken of
de invloed van bewoners op hun directe woonomgeving zou kunnen worden vergroot. De evaluatie,
uitgevoerd door het bureau Início, maakt duidelijk dat er op het terrein van bewonersparticipatie
innovatie nodig en mogelijk is. Er moet verbreding, verkleuring, verdieping en verlichting komen. Deze
uitkomsten zijn gepresenteerd op een groot congres.
Actief burgerschap in Drentse dorpen
Begin 2012 is de evaluatie ‘Actief burgerschap in Drentse dorpen’ uitgebracht. Het rapport richt de
aandacht op kleine dorpen met inwonertallen variërend van enkele honderden tot ruim duizend
inwoners. Hier ligt de kraamkamer van het nabuurschap, de vanzelfsprekende zorg voor elkaar en voor
het dorp. Die vanzelfsprekend is er niet meer. Dat is een belangrijk les, want de verwachtingen over wat
burgers allemaal (aan) kunnen, zijn tegenwoordig hoog.
3.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl
Planningsinstrumentarium
Flexibele bestemmingsplannen
Zes gemeenten (Maastricht, Beuningen, Overbetuwe, Tynaarlo en Den Helder) zijn met behulp van de
Crisis– en Herstelwet in 2012 de haalbaarheidsfase van het experiment ‘Flexibele
bestemmingsplannen’ in gegaan. De gemeenten mogen daarmee vrij van vorm en enkele andere
criteria een bestemmingsplan opstellen. De kansen en risico’s bij het toepassen van flexibele
bestemmingsplannen zijn vastgelegd in het ‘Onderzoek flexibele bestemmingsplannen’. Het doel is om
te kijken waar regels los gelaten kunnen worden om initiatiefnemers uit te nodigen om mee te denken
over de ontwikkeling van het gebied. In het experiment staan de vraagstukken rechtszekerheid,
planschade en regie centraal.
Proces en partijen
Gebiedsontwikkelaar in de nieuwe realiteit/Financieringsconstructies in (organische)
gebiedsontwikkeling
Er heeft een uitgebreide verkenning plaatsgevonden naar nieuwe financieringsmogelijkheden in
organische gebiedsontwikkeling. Door gebrek aan cofinanciering heeft dit niet tot een experiment
geleid.
Het jaar van de transitie
17
Samen investeren in de wijk; wijkinvesteringszones
Verhuurders, eigenaren en huurders die samen werken aan fraaie publieke ruimten, duurzaamheid, de
woonomgeving, veiligheid van de wijk, buurtvoorzieningen en collectieve woningverbetering. Dit type
investeringen kan de wijk aanzienlijk verbeteren. ‘Collectief belang’ is waar het om gaat. Het kan om
kleine projecten gaan, maar ook om uiterst ambitieuze, zoals het zelf opzetten van een
buurtenergiebedrijf. Het stimuleren van dit soort initiatieven is het doel van een nieuw experiment
gestart in 2012, gestart op verzoek van het ministerie van BZK, in nauwe samenwerking met Stipo en
Stad&Economie.
3.3 Overdruk en onderdruk
Groei en krimp
Verdichten en verdunnen
We hebben een woningmarkt met toenemende drukverschillen. Verdichten vraagt een andere aanpak
dan verdunnen. Hoe maken of houden we woongebieden met een ontspannende woningmarkt en
verschijnselen van krimp vitaal, is de centrale vraagstelling bij het experimentenprogramma ‘Verdichten
en verdunnen’. In 2012 zijn twaalf experimenten in dit programma in uitvoering gegaan in de kop van
Friesland, Noord-Oost Groningen en Zeeuws-Vlaanderen. De experimenten zijn onderverdeeld in drie
thematische clusters: Integrale wijk- of dorpaanpak/ontbouwingsplan, Woning- en
woonomgevingsverbeteringsmaatregelen en Nieuw/aangepast planningsinstrumentarium. Ook zijn
binnen dit programma studies verricht naar de financiële risico’s van krimp voor de woningmarkt, de
sociale gevolgen van gedwongen verhuizing en gevolgen van terugtrekkende corporaties in de
krimpregio’s. In 2012 is tevens gewerkt aan de opzet van een tweede ronde krimp experimenten.
Leegstand en herbestemmen
Transformatie van kantoren naar wonen
In Nederland staat veel kantoorruimte leeg. Tegelijkertijd zit de woningmarkt op slot en is het voor
bepaalde groepen lastig om passende woonruimte te vinden. Kantoren verbouwen naar woonruimte
kan bijdragen aan de oplossing van het leegstand- en huisvestingprobleem. De interactieve handleiding
‘Wonen buiten kantoortijd’ begeleidt initiatiefnemers van initiatieffase tot uitvoering bij dit
transformatietraject. De publicatie is erg populair en is opvallend vaak gedownload van de website. Drie
casussen zijn daarnaast in een verdiepende studie verder verkend. Gekeken is naar de mogelijkheden
van transformatie naar woningen voor jongeren en starters. Deze publicatie is in 2013 gereed.
3.4 Ruimtelijke kwaliteit als basis
Nieuwe perspectieven voor de publieke ruimte
Het kunnen beschikken over goede publieke ruimte behoort tot de basis van het bestaan, net als
veiligheid of water uit de kraan. Deze basisvoorziening is vaak niet op orde. Platform31 onderzocht hoe
de gewone publieke ruimte in een tijd van economische schaarste kan verbeteren. Dat blijkt sneller,
slimmer en goedkoper te kunnen, vaak met relatief eenvoudige ingrepen. In de digitale publicatie
‘Nieuwe perspectieven voor publieke ruimten’ worden oplossingen en strategieën hiervoor verder
uitgewerkt. Met deze publicatie werd het driejarige experimentenprogramma over publieke ruimte
afgesloten. De publicatie genereerde opvallend veel media-aandacht.
Het jaar van de transitie
18
3.5 Wonen
Particuliere woningverbetering
Goedkope koop
In 2012 is het experiment ‘Aanpak goedkope koop’ gestart. Nederland heeft een overaanbod van
goedkope koopwoningen. Veel woningen zijn slecht onderhouden en slecht verkoopbaar. Binnen het
experiment, dat zich richt op de goedkoopste 30 procent woningen per gebied, zijn vier pilots
geselecteerd die met een vernieuwende aanpak verwachten te kunnen bijdragen aan de oplossing van
de problemen.
Slopen met draagvlak
Eigenaar-bewoners van portieketageflats in Zandvoort en Heemstede bedachten het plan hun
woningen te slopen en vervolgens gezamenlijk grotere, eigentijdse appartementen terug te bouwen. De
woningen hadden achterstallig onderhoud en waren van slechte kwaliteit. Na serieuze verkenningen
zijn deze plannen uiteindelijk niet uitgevoerd. Wel zijn deze plannen tijdens een expertmeeting in mei
2012 naast het concept Eén Blok Stad (cascorenovatie en verkoop van voormalige corporatiepanden)
gelegd. De belangrijkste lessen zijn dat zonder draagvlak deze bijzondere vorm van collectief particulier
opdrachtgeverschap niet kansrijk is. Daarnaast is de medewerking van de gemeente en een financier
die de risico’s afdekt cruciaal.
Nieuwe huisvestingsconcepten
Huisvesting EU-arbeidsmigranten
De voortdurende vraag naar huisvesting maakt het noodzakelijk om nu én in de toekomst de
huisvesting van arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europa structureel aan te pakken. Zowel het
aanbod als de kwaliteit moet omhoog. Platform31 en het ministerie van BZK zetten gezamenlijk een
experiment op waarbij het realiseren van tijdelijke en flexibele woon- en beheerconcepten voor
verschillende vormen van verblijf wordt ondersteund. Op de oproep om vernieuwende en herhaalbare
woonconcepten voor (tijdelijke) arbeidsmigranten in te dienen kwamen maar liefst 36 reacties.
Uiteindelijk zijn er vijf concepten, gericht op tijdelijke en flexibele woonconcepten, voor een driejarig
experimentenprogramma geselecteerd. Drie van deze concepten zijn middels een excursie bezocht.
Een tweede leven voor oude corporatiepanden
Corporaties verkopen een deel van hun woningvoorraad, maar renoveren niet altijd voor verkoop. Bij
Eén Blok Stad in Rotterdam renoveerde een ontwikkelaar het casco van een blok sociale
huurwoningen. Hierna werden de woningen verkocht en bouwden kopers de voormalige
corporatiewoning naar eigen inzicht en budget af. In 2012 is dit concept geëvalueerd.
Verlengen verhuisketen
Woningcorporaties verlengen de verhuisketen door grote woningen versneld vrij te maken voor grote
huishoudens. Door middel van het experiment ‘Verlengen verhuisketens’ wordt gekeken of financiële
en/of dienstverlenende prikkels (oudere) bewoners meer verhuizen. Zes corporaties doen mee aan dit
experiment waarvan de evaluatie in het voorjaar 2013 gepubliceerd wordt.
Het jaar van de transitie
19
Huur op maat
Vanaf oktober 2008 experimenteert de SEV samen met 13 wooncorporaties met Huur op Maat, een
systeem met inkomensafhankelijke huren. Na een onafhankelijke evaluatie kwam de SEV in juli 2011
met een advies aan de minister van BZK/WWI. Dit advies heeft minster Spies naast zich neer gelegd en
geeft geen toestemming voor landelijke invoering. Daarom werd het experiment op 1 april 2012
beëindigd.
Solids
Een Solid is een duurzaam, functieneutraal gebouw met vrij indeelbare ruimtes om te wonen en te
werken. De ruimtes worden op cascobasis geveild en dus niet aangeboden via het ‘normale’
woonruimteverdeelsysteem. De Amsterdamse corporatie Stadgenoot experimenteert met dit concept
waarbij Platform31 meekijkt en meedenkt. In 2012 zijn de eerste bewoners daadwerkelijk ingetrokken in
de eerste Solids.
Middeninkomens
Wooncoöperatie middeninkomens
Met vijf corporaties en een financiële partij ontwikkelt EMCEO een coöperatieve ondernemingsvorm:
WoonCoöperatie Middeninkomens. Hiermee kan duurzame verhuur van woningen aan
middeninkomens worden gerealiseerd, zonder staatsteun. Platform31 keek in dit traject mee en
evalueerde in 2012. De minister heeft voor dit experiment toestemming gegeven om buiten de
regelgeving om te experimenteren.
Wet- en regelgeving
Flexibele tijdelijke huurcontracten
In 2012 is een studie afgerond naar de mogelijkheden van tijdelijke flexibele huurcontracten. Zo wordt
bijvoorbeeld het nomadencontract (contract voor een dak boven je hoofd, niet voor een adres)
onderzocht. Het blijkt dat voor dit type contract een wijziging in het burgerlijk wetboek is vereist. De
studie is afgerond met een deskundigensessie en een afsluitende notitie.
Vergrijzing
Woonservicesgebieden
In 2012 is het driejarig experimentenprogramma ‘Woonservicegebieden’ afgesloten met een congres
waarop de resultaten van de landelijke effectanalyse zijn gepresenteerd. Platform31 heeft in een
driejarig programma tien vooroplopende woonservicegebieden gevolgd en waar nodig kennis
ontwikkeld voor de verbetering van het aanbod. Zo zijn er studies uitgevoerd over burgerinitiatieven in
plattelandsgebieden, de financiële exploitatie van wijkontmoetingscentra, de opzet van een
buurtzorgteam en is het Piramidemodel ontwikkeld, een instrument waarmee de aanpassingsopgave
voor de bestaande woningvoorraad inzichtelijk wordt gemaakt. Tot slot is met de landelijke
effectanalyse, uitgevoerd onder leiding van de Radboud Universiteit, onderzocht of het totale
arrangement in een woonservicegebied daadwerkelijk effect heeft op het leven van ouderen wonend in
een dergelijk gebied. Uit de analyse blijkt dat In vergelijking met referentiegebieden, ouderen inderdaad
langer zelfstandig blijven wonen, maar belangrijker, bij een lichamelijke achteruitgang een hogere
levenskwaliteit ervaren. Uit de analyse blijkt dat in woonservicegebieden het sociale netwerk van
ouderen beter in stand blijft.
Het jaar van de transitie
20
Experimentenprogramma ‘Wonen en zorg’
Op verzoek van het ministerie van BZK is een verkenning gestart voor een nieuw programma ‘Wonen
en zorg’. Voor de totstandkoming van het programma is samenwerking gezocht met de kennisinstituten
Kenniscentrum Wonen en Zorg Aedes/Actiz en MOVISIE.
Vooruitlopend op dit nieuwe programma is de SEV gestart met een aantal activiteiten. Dit betreft de
totstandkoming van een aanpassingslijst voor zelfstandig wonende dementerenden. Voorts is een
verkenning uitgevoerd over de problematiek van serviceflats, hierover is tevens een expertbijeenkomst
georganiseerd. Tot slot is een onderzoek gestart naar Transnationaal Wonen, een onderzoek dat
inzicht geeft in de pendelpatronen van migrantenouderen en hun belangstelling voor nieuwe flexibele
woonarrangementen.
Wonen zorg pensioenen
Hoe houden we een aangename oude dag, met een aangepaste woning en goede zorg, ook voor de
toekomst betaalbaar? Kan ons pensioen daarin een rol vervullen? Coöperatieve
pensioenuitvoeringsorganisatie PGGM werkt samen met onder meer Platform31, Rabobank, Ymere en
Achmea aan flexibele pensioenproducten, die beter zijn afgestemd op de uitgaven voor zorg en wonen.
Tijdens het OTB/Platform31 Wooncongres werden de eerste uitkomsten van het meerjarige onderzoek
gepresenteerd.
Leefbaarheid in de woonomgeving
Bloemkoolwijken toekomstbestendig maken
Na drie jaar samenwerken in het netwerk Bloemkoolwijken, werd de aanpak in negen bloemkoolwijken
in 2012 geëvalueerd. De doelstelling van deze evaluatie was het verzamelen, bundelen en ontsluiten
van concreet toepasbare kennis waarmee gemeenten en corporaties aan de slag kunnen bij de aanpak
van hun bloemkoolwijken. De centrale vraag was: “Met welke mix van ingrepen kan een bloemkoolwijk
de komende decennia vooruit?” De uitkomsten van deze evaluatie en de activiteiten van het Netwerk
Bloemkoolwijken wordt ontsloten op de, in 2012 gelanceerde, website Bloemkoolwijken.
Ernstig overlastgevende huurders
Overlast is een onderschat fenomeen in Nederland. Het schenden van het ongestoord woongenot van
buren kan niet serieus genoeg genomen worden. Woonoverlast kan terreur worden, die tot ernstige
stress en ontregeling bij omwonenden leidt. Om die reden is de SEV in nauwe samenwerking met de
corporaties Portaal, Provides, Trudo en Volkshuisvesting Arnhem het project ‘Anders Wonen’ gestart.
Dit project werd in 2012 afgesloten met de publicatie van de handreiking ‘Ernstig overlastgevende
huurders’. Ook is in 2012 een handreiking ‘Woonvaardigheden’ uitgekomen. In Nederland kan je je
laten trainen in alle mogelijke vaardigheden, maar in het geval van woonvaardigheden is er nauwelijks
een doordacht aanbod voor handen. Deze handreiking vult dit gat op.
3.6 Economie
Programma ‘Wijkeconomie’
De inzet van het programma ‘Wijkeconomie’ is om op verschillende plekken te experimenteren met het
aanjagen van economische dynamiek. Niet alleen in de binnenstedelijke gebieden, maar ook in de jaren
zeventig wijk, Vinex-locatie, naoorlogse wijk, groeikern, centrumdorp en krimpdorp. In 2012 heeft een
verkenning plaatsgevonden naar de invulling van dit programma.
Het jaar van de transitie
21
4 Netwerken
De kernactiviteit van de unit Netwerken is het verzamelen en verdelen van kennis ten behoeve van
netwerken van partners in stad en regio. Het uitgangspunt is de al aanwezige kennis bij professionals
en bestuurders (de ‘vakgemeenschap’), en de behoefte aan verbinding en ontwikkeling van
meerwaarde. Het gaat om het scherp krijgen van de actuele en toekomstige vraag en het verbinden van
partijen en personen om kennis uit te wisselen, aan te vullen, te verdiepen en toepasbaar te maken
(‘verdelen’). De activiteiten zijn gericht op de partners van Platfom31 en omvatten expertmeetings,
stadslabs, kennisateliers, debatsessies, kenniskringen, communities of practice, het opstellen van
dossiers en handreikingen en het duiden van beleids-, advies- en onderzoeksdocumenten
(Kennisbank).
4.1 Governance
Goed bestuur en organisatie
Good Governance
Goed bestuur gaat om meer dan de goede dingen doen. Het gaat er ook om dat je zorgt voor goede
structuren en instanties die ‘slechte’ bestuurders kunnen tegenhouden. Dat werd geconcludeerd tijdens
de bijeenkomst Beter Bestuur, op 23 januari 2012 in Dordrecht. Op deze dag werden de resultaten van
het onderzoek ‘Good Governance’ gepresenteerd. Hierin werden acht gemeenten die
experimenteerden met nieuwe vormen van bestuur nader bekeken.
Intervisie Wethouders
In opdracht van de Wethoudersvereniging verzorgt Platform31 in 2012 en 2013 een intervisietraject
voor wethouders. In interactieve bijeenkomsten werken de deelnemers aan concrete vraagstukken
uit hun praktijk als wethouder en het versterken van het persoonlijk opereren.
Regievraagstukken bij de gemeente
Hoe kan een gemeente haar regierol het beste vervullen? Daarover gaat het in 2012 afgeronde
onderzoek ‘Regievraagstukken rondom de gemeentelijke organisatie’. De uitkomsten van dit onderzoek
zijn verzameld in een digitale presentatie met videofragmenten. Deze zijn vervolgens besproken in
verschillende regiesessies.
YURPS
YURPS is het netwerk van de jonge generatie stedelijke en regionale vernieuwers. Centraal staan
kennis, netwerken en persoonlijke ontwikkeling. YURPS fungeert als platform en podium en is actief
met blogs op yurps.nl, Twitter en LinkedIn. Stedelijke vernieuwing op uitnodiging mag niet meer
vrijblijvend zijn. Het netwerk deed daarom in 2012, tijdens de jaarlijkse YURPS-competentiedag, de
oproep voor een levend lab op locatie. Dit is een experimenteerruimte voor innovatie in kleine stappen,
trial and error en de bijbehorende mindshift. Verder verstevigde YURPS in 2012 de lokale netwerken
door in verschillende steden rondetafelgesprekken te organiseren.
Het jaar van de transitie
22
Leefbaarheid en actief burgerschap
Kennismakelaar Actief Burgerschap en Overheidsparticipatie
Op 1 september 2012 startte, in samenwerking met Movisie en het ministerie van BZK, het driejarig
project ‘Ruimte voor Initiatief’. Doel van het project is het verbinden van theorie en praktijk op het terrein
van actief burgerschap en overheidsparticipatie. In het eerste half jaar zijn 35 koplopers bij gemeenten,
maatschappelijke organisaties en burgerinitiatieven geïnterviewd. De resultaten zijn besproken in de
Adviesraad van de kennismakelaar en het Wetenschappelijk Platform Actief Burgerschap en
overheidsparticipatie. Via bijeenkomsten en de websites van de drie deelnemende partijen wordt de
kennis verspreid.
ACTIE-model voor ondersteuning burgerinitiatieven
In 2012 is de laatste hand gelegd aan een driejarig onderzoeksproject onder de titel ‘Burgers maken
hun buurt’. In opdracht van de gemeenten Enschede, Hengelo, Leiden en het ministerie van BZK werd
op basis van een uitvoerige studie naar drie bewonersinitiatieven een praktische handreiking opgesteld.
De handleiding helpt professionals en beleidsmakers objectieve keuzes maken bij de drie rollen die zij
hebben. Op basis van het onderzoek is het ACTIE-model ontwikkeld. De afrondende publicatie is
gepresenteerd op een druk bezochte bijeenkomst in Deventer (24 januari 2013). Ook verzorgde
Platform31 een workshop over deze publicatie op het congres ‘I love Burgers’.
Vakgemeenschap sociale stijging
De vakgemeenschap sociale stijging is gestart in 2012 vanuit een initiatief van Platform Corpovenista
met als doel het versterken van de effectiviteit en professionaliteit van sociale stijgingsprojecten in de
wijk. Platform31 begeleidt de vakgemeenschap, een netwerk van voornamelijk corporatiemedewerkers
die een vertrouwde omgeving, met elkaar het gesprek aan gaan. Het jaar 2012 heeft de
vakgemeenschap afgesloten met de slotnotitie ‘Passende Ambities’. Dit vormde de opmaat voor de
vakgemeenschap sociale stijging 2.0 die in 2013 van start is gegaan.
De verbindende jeugdprofessional
In opdracht van de gemeente Breda ontwikkelde Nicis Institute samen met Pro Education het
(geaccrediteerde) leertraject ‘De verbindende jeugdprofessional’. Doel van dit leertraject was het
voorbereiden van de generalistische jeugdprofessionals van het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) in
Breda op de transitie van de jeugdzorg naar gemeenten. Deelnemers verkenden hun inhoudelijke
paradigma’s, relevante methoden en de bijbehorende wijze van (samen)werken en institutionalisering.
Zo bouwden de deelnemers zowel aan een nieuw Centrum Jeugd en Gezin als aan hun eigen
ontwikkeling als verbindende jeugdprofessional. Het leertraject werd na zes maanden (september 2012)
afgerond met een certificaatuitreiking: 27 CJG-ers rondden het leertraject met goed gevolg af.
Decentralisatie en burgerkracht
Het kennisatelier ‘Burgerkracht in 3D: van principe naar praktijk’ vond op donderdag 5 april plaats te ‘s-
Hertogenbosch en werd georganiseerd in samenwerking met het G32-Stedennetwerk. Bij de drie
decentralisaties werd meer gekeken naar de kracht van de burger. Er heeft een paradigmashift
plaatsgevonden. Voor oplossingen werd eerder gekeken naar de overheid en later naar de markt, nu
ligt die focus vooral op de burger. Deelsessies gingen onder andere over sociale wijkteams en de eigen
kracht centrale. Met sprekers als Corrie Noom, Albert Jan Kruiter, Daniel Giltay Veth en anderen. Dit
thema blijft de komende tijd actueel en dat is ook te zien aan de animo voor onder andere de Leerkring
Sociale Wijkteams 2012-2013.
Het jaar van de transitie
23
Onderwijskwaliteit
In samenwerking met verschillende experts en bestuurders uit G32- en G4-steden is de publicatie ‘Naar
een verbetering van onderwijskwaliteit in de stad’ geschreven. De publicatie gaat in op het sturen op
onderwijskwaliteit en reikt handvaten hiervoor aan. Samen met concrete tips en best practices heeft dit
geleid tot een handzame leidraad. Voorafgaand aan publicatie heeft een bestuurlijke ronde tafel
plaatsgevonden met wethouders van G4- en G32-steden.
Kennisatelier De Rem op de projectencarrousel
Op 1 juni 2012 organiseerde Nicis Institute in Den Haag in samenwerking met het ministerie van BZK
het kennisatelier ‘De Rem op de projectencarrousel’. Op deze bijeenkomst werden de lessen van het
driejarige Rijksexperiment ‘Aanpak projectencarrousel’ in het kader van de wijkenaanpak gedeeld. En
de eindpublicatie van Giltay Veth ‘De rem op de projectencarrousel, geleerde lessen in 2010 en 2011’
werd gelanceerd.
Wet werken naar vermogen
Het Werkatelier ‘Werken naar vermogen’ vond 14 juni 2012 te Arnhem plaats. Ondanks dat de Wet
Werken naar Vermogen controversieel werd verklaard blijven de opgaven die hiermee samenhangen
relevant. Tijdens drie werksessies werd stilgestaan bij belangrijke uitdagingen in het sociale domein:
een effectieve lokale inrichting van ‘werken naar vermogen’ met beperkte middelen, een succesvolle
werkgeversbenadering en een betere aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt. In 2013 blijven deze
onderwerpen relevant in het kader van de voorbereiding op de komende Participatiewet. In 2013 vindt
in oktober de MATCH-conferentie over aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt plaats.
Leerkring sociale wijkteams
In de periode september 2012 t/m april 2013 hebben twee groepen (totaal 31 deelnemende steden,
deelnemers: ambtenaren sociaal domein) deelgenomen aan de Leerkring Sociale Wijkteams.
Platform31 zette deze leerkring op en begeleidde (samen met Radar) op verzoek van het G32-
Stedennetwerk, het netwerk van directeuren sociale domein 100.000+ en het netwerk van WMO-
projectleiders. Per groep zijn vier bijeenkomsten van een dag georganiseerd over de onderwerpen:
inbedding, sturing, opdrachtgeverschap, financiering en verantwoording.
4.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl
Strategie en visie
Stedelijke vernieuwing op uitnodiging
In opdracht van het Rijk, de provincies en gemeenten hebben NICIS en KEI in samenwerking met ruim
tachtig van hun partners werkzaam bij gemeenten, provincies, rijk, woningcorporaties, adviesbureaus,
ontwikkelaar en ontwerpers, gezocht naar het antwoord op de vraag: Hoe moet dat, stedelijk
vernieuwen zonder grote Rijkssubsidies? Om hier achter te komen zijn eind 2011 vier bijeenkomsten
georganiseerd. Deze sessies resulteerden begin 2012 in het essay ‘Stedelijke Vernieuwing op
uitnodiging’. Het essay is breed verspreid en vervolgens door de penvoerders op diverse bijeenkomsten
toegelicht. Het verhaal vormt de onderlegger voor diverse nieuwe programma’s, zoals het traject
‘Waardecreatie in de wijk’ en de leerkring ‘Ontwikkeld beheren’. Ook werd het als thema uitgediept
tijdens de jaarlijkse VRJRS-party in Deventer waar het einde van de stedelijke vernieuwing werd
aangekondigd. Maar direct ook een nieuw begin. Het essay ‘Stedelijke vernieuwing op uitnodiging’ werd
hier officieel overhandigd aan burgemeester Andries Heidema.
Het jaar van de transitie
24
Strategisch voorzieningenbeheer
“Sturen op vitaliteit begint bij de erkenning dat gebieden verschillen en de potentie van de gebieden
verschilt”, aldus het essay ‘Stedelijke vernieuwing op uitnodiging’. Voor het atelier ‘Voorzieningen in de
nieuwe context’ wordt deze conclusie als uitgangspunt genomen. Het doel van het atelier is om na te
gaan waar de mogelijkheden en bedreigingen liggen in deze nieuwe tijd en wat dit betekent voor de
rolverdeling bij voorzieningenplanning.
Natuurlijke wijkvernieuwing
De term Natuurlijke wijkvernieuwing is in 2004 door KEI geïntroduceerd. Het gedachtegoed vindt nog
steeds veel weerklank. Het is een benadering van stedelijke vernieuwing waarbij niet meer wordt
gewerkt vanuit een voor jaren vastgelegde blauwdruk, maar vanuit een streefbeeld voor de langere
termijn. Dit in combinatie met een regelmatig geactualiseerde aanpak op de kortere termijn. In Deventer
werd in mei 2012 de werksessie ‘Natuurlijke wijkvernieuwing’ in Voorstad Oost georganiseerd. Hier
stond de vraag centraal hoe je bewoners meer verantwoordelijkheid kan laten nemen voor het
onderhoud van hun woning en woonomgeving. Stedelijke vernieuwing op uitnodiging en organische
gebiedsontwikkelingen zijn termen die veel van de basisuitgangspunten van natuurlijke wijkvernieuwing
overnemen.
Centrum ontwikkeling Nieuwegein
Nieuwegein staat op het punt om een volgende stap te zetten in de ontwikkeling van haar stadshart. De
ingrijpende binnenstedelijke opgave van de afgelopen jaren maakt grotendeels plaats voor een
sociaaleconomische opgave. Kunnen de kwaliteitsinvesteringen in het centrum als vliegwiel
werken? Op basis van een gedeeld perspectief en gedeelde principes kan een uitnodigingsstrategie
ontwikkeld worden om ondernemende mensen aan te trekken. Deze en meer conclusies trokken de
deelnemers aan de ’Kennisbijeenkomst centrumontwikkeling Nieuwegein’ op 13 september,
georganiseerd door Platform31, Impect en het Projectbureau binnenstad Nieuwegein.
Vernieuwing van de stadsvernieuwing
Met De Nijl Architecten en TU Delft wordt samengewerkt in het onderzoeksprogramma ‘Vernieuwing
van de Stadsvernieuwing’. Nieuwe (ontwerp)strategieën zijn ontwikkeld voor de aanpak van
stadsvernieuwingsgebieden. Vier buurten: Amsterdam Indische Buurt, Leiden Havenkwartier,
Rotterdam Feijenoord en Den Haag Schilderswijk stonden centraal in de ontwerpstudies, uitgevoerd
door vier buitenlandse ontwerpbureaus. De ontwikkelde strategieën gaan in op de betekenis van
economie, infrastructuur en publieke ruimte bij de vernieuwing van woonbuurten. Het toont de rol aan
die de ontwerpende discipline daarin speelt. Rondom de ontwerpstudies zijn Stadslabs georganiseerd.
In 2013 verschijnt een publicatie over het onderzoek.
Proces en partijen
De wijk als businesscase
In 2012 heeft KEI/Platform31 alle benodigde voorbereidingen getroffen voor de uitrol van een vijftal
sessies onder de noemer ‘Kenniskring Wijk als business case’. In nauwe samenwerking met het
ministerie van BZK en AgentschapNL is een inhoudelijke en logistieke aanpak ontwikkeld en zijn na een
uitgebreide selectieprocedure vijf steden en vijf experts aangetrokken. Deze duo’s treden als gastheer
op voor de sessies die in januari t/m juni 2013 plaatsvinden.
Het jaar van de transitie
25
Netwerk ‘Erfgoed en Ruimte’
Het onderzoeks- en onderwijsnetwerk ‘Erfgoed en Ruimte’ is een initiatief van drie ministeries (OCW,
I&M en ELI) en drie universiteiten. Het wordt gefaciliteerd door de Rijksdienst voor het Cultureel
Erfgoed, samen met Nicis Institute/Platform31. Via advisering, debatten en expertmeetings draagt het
netwerk bij aan beantwoording van vragen als: Hoe kunnen we het Nederlandse werelderfgoed als een
geïntegreerd product aanbieden aan toeristen, hoe kunnen we de economische meerwaarde van het
erfgoed kwantificeren, hoe beschermen we ons cultuurlandschap nu de Nationale Landschappen
afgeschaft worden?
4.3 Ruimtelijke kwaliteit als basis
Kenniskring Matchmaking en strategie door het ruimtelijk ontwerp
Bij het zoeken naar een nieuwe werkwijze voor de vernieuwing van de stad kan het ontwerp een
strategische positie vervullen. We gaan op zoek naar de herwaardering van het ontwerp in het
stedelijke ontwikkelingsproces. Welke rol kan het ontwerp vervullen bij strategievorming en
matchmaking? En welke eisen stelt dit aan het ruimtelijk ontwerp en de ontwerper?
In de kenniskring wordt dit aan de hand van cases concreet gemaakt. De kenniskring gaat in 2013 van
start.
Kansen voor de waardekaart
In het essay ‘Stedelijke vernieuwing op uitnodiging’ wordt gesproken over de waardekaart. Een kaart
van een gebied, waarin alle benodigde kennis van het gebied is opgenomen, vormt de onderlegger voor
het maken van een propositie van een plek. Hoe kom je tot een goede propositie van een gebied en
wat is de rol van het ontwerp en de ontwerper hierbij? In gesprekken met architecten, databeheerders
en beleidsadviseurs zijn de randvoorwaarden voor dit instrument verder verkend. Hierbij werd ook
gekeken naar de toepassingsmogelijkheden voor open data. In 2013 worden deze mogelijkheden
breder onderzocht.
4.4 Duurzame ruimtelijke ontwikkelingen
De kracht van OV-knooppunten
Ruimte voor innovatie, optimaliseren van ketenmobiliteit én een sterke rol van de stad zijn van
essentieel belang in de slag met de andere Europese regio’s. Hoe kunnen we de organisatie, ruimte en
mobiliteitsstromen zó inrichten dat het openbaar vervoer zijn functie in stad en regio versterkt? Deze
vragen werden onder meer besproken door bestuurders, ambtenaren, vervoerders en
belangenbehartigers, actief op het thema openbaar vervoer en/of stationsgebiedsontwikkeling, op het
symposium 'De kracht van OV-knooppunten'. Dit symposium (georganiseerd door Platform31 en VOC)
vond op 12 oktober 2012 in Haarlem plaats. In november 2013 wordt wederom met VOC een
jaarsymposium georganiseerd ‘Mobiliteit en ruimte – de boven- en onderkant van het openbaar
vervoer’.
Bestuurlijk Platform Duurzaamheid G32
In 2012 is – op initiatief van verschillende wethouders duurzaamheid uit de G32-steden en ondersteund
door Nicis Institute – het Bestuurlijk Platform Duurzaamheid opgericht. Dit platform voorziet in een
brede behoefte om gezamenlijk een agenda te ontwikkelen op kennisuitwisseling, lobby en concrete
activiteiten (waarbij synergie tussen steden en het creëren van massa belangrijk zijn). Dit platform is
gelieerd aan de Fysieke Pijler van de G32, maar heeft wel zelfstandige ondersteuning en fungeert al
Het jaar van de transitie
26
een open netwerk met een proactieve agenda. Verschillende G32-steden zijn op ambtelijk niveau
betrokken bij agendavorming en het ontwikkelen van het ambtelijke netwerk. Concreet heeft het
platform geleid tot een Community of Practice (‘Baten van Lokale Klimaatprojecten’), verschillende
lobby activiteiten, het ontsluiten en verbinden van netwerken en enkele gelegenheidscoalities waarin de
G32 samen een vraagstuk aanpakken.
4.5 Wonen
Visie en strategie
Leergroep ‘Herprogrammering woningbouw’
In 2012 is de leergroep ‘Herprogrammering’ gestart waaraan 20 G32-steden deelnemen. In deze
leergroep delen de steden kennis en ervaring over het afboeken en herprogrammeren van de
woningbouwplannen. In 2012 zijn drie bijeenkomsten georganiseerd (Alkmaar, Groningen en
Maastricht). In deze bijeenkomsten hebben de steden lessen geleerd over afboeken, omgaan met
onzekerheid en het zoeken naar nieuwe werkwijzen/partijen om de woningbouw op orde te houden. De
vierde en de afsluitende bijeenkomst vinden plaats in 2013.
Stadssafari Spangen
Stilaan begint Rotterdam het mekka voor de middengroepen te worden. In de afgelopen tien jaar
hebben veel initiatieven de kans gegrepen om tot bloei te komen. De initiatiefnemers vormen vaak een
bonte verzameling van bewoners en ondernemers met woningcorporaties en/of gemeente,
ontwikkelaars tot en met scholen aan toe. Om Rotterdam zelf te ontdekken als ‘stad van aankomst en
doorgroeien’ organiseerde Platform31 op 27 april 2012 een stadssafari in Spangen. Deze stadssafari
maakte onderdeel uit van de driedaagse excursie 'An Urban Anthropological Quest to Rotterdam'.
Particuliere woningverbetering
In 2012 verscheen de publicatie ‘E2 Woning zoekt onderhoud; Particuliere woningverbetering in een
veranderend speelveld’. Het is een bundel met onder andere een essay van Ivo van Ophem. In dit
essay schetst hij aan de hand van recente praktijkvoorbeelden een perspectief voor de toekomst van de
particuliere woningverbetering. Praktijkexperts zoomen in de rol van de woningcorporatie, de overheid
en de particulier. Op het congres over particuliere woningverbetering is een inleiding en werkgroep
verzorgd over de rol van bewoners bij particuliere woningverbetering.
Regionalisering
Expertsessie Regionale Samenwerking Wonen en Ruimtelijke economie
In opdracht van de werkgroep Stad in de Regio (fysieke pijler, G32-Stedennetwerk) en in samenwerking
met het ministerie van BZK organiseerde Nicis Institute op 2 februari 2012 in Amersfoort een
expertsessie over regionale samenwerking en ruimtelijke economie. Gemeentebestuurders, financiers,
ontwikkelaars en wetenschappers spraken met elkaar op deze dag over de kansen en knelpunten ten
aanzien van regionale samenwerking, met een expliciete focus op de thema’s (over)programmering van
de woningbouw en bedrijvenlocaties. De input van de dag resulteerde in een notitie van opbrengsten,
die gebruikt is door het G32-Stedennetwerk als bouwsteen voor een integrale G32-visie op regionale
samenwerking.
Het jaar van de transitie
27
Vergrijzing/ Wonen & Zorg
G32-thema ‘Wonen en zorg’
In december 2012 is een voorbereidende sessie gehouden met een selecte groep ambtenaren uit het
G32-Stedennetwerk en het ministerie van BZK over de vormgeving (opzet, inhoud en aanpak) van een
leerkring ‘Wonen en Zorg’. Dit vanwege het signaal dat er vooral binnen de G32 behoefte is om met
steden onderling de opgaven, strategische keuzes en vernieuwende werkwijzen te verkennen en te
ontwikkelen op het gebied van wonen en zorg. De input van deze sessie is verwerkt in het uiteindelijke
voorstel en bijbehorende memo over de Leerkring ‘Wonen en Zorg’. Deze wordt in 2013 onder de
fysieke en sociale pijler van het G32-Stedennetwerk verspreid.
Leefbaarheid in de woonomgeving
Overlast en Verloedering
Platform31 is in 2012, in samenwerking met Pieter Tops en in opdracht van het ministerie van BZK,
gestart met een vervolgadvies over de wijze waarop corporaties, gemeenten en de politie hun
strategische samenwerking kunnen versterken bij het voorkomen en bestrijden van overlast en
verloedering in de directe woonomgeving. Het advies wordt in 2013 gepresenteerd aan het Platform
Veiligheid.
Groen en de stad
Binnen het convenant Groen en Stad, ondertekend door Nicis Institute samen met VNG, het ministerie
van EZ en Entente Florale, is in 2012 op verschillende manieren samengewerkt. De gedachte achter
het convenant is dat de partijen elkaar versterken in kennis en netwerk. En dat de partijen zowel samen
als individueel programma op dit onderwerp ontwikkelen zodat er synergie ontstaat. Dit heeft ertoe
geleid dat we als partnerschap bijvoorbeeld hebben gewerkt aan de Nationale Groendag en dat de
bijeenkomst ‘Stedelijke Groen in Crisistijd’ een grote opkomst kende met een breed inhoudelijk
programma. Het netwerk dat hierbij ontwikkeld wordt, werkt ook in 2013 samen, onder andere in het
project ‘Verdere uitrol en versterking TEEB-stad’.
De onaantastbaren
In februari 2012 vond de expertmeeting plaats over het in 2011 verschenen rapport/onderzoek
‘Onaantastbaren’. Op uitnodiging van burgemeester Noordanus (Tilburg) kwam een grote groep
experts, variërend van gemeentelijke bestuurders, Rijk, Nationale Politie tot wetenschappers en
praktijkdeskundigen, bij elkaar om te zoeken naar een concrete nieuwe manier van het – integraal –
aanpakken van onaantastbare jongeren. Het was een succesvolle bijeenkomst die op verschillende
plekken tot vervolg leidt.
Levendige en veilige openbare ruimte
Op 4 oktober werd een kennisatelier georganiseerd in Rotterdam waarin de resultaten van het
onderzoek ‘De Kracht van openbare ruimte’ zijn gepresenteerd (onderzoek is onderdeel van
onderzoeksprogramma ‘Kennis voor krachtige steden’). De zestig deelnemers deden kennis op over
verschillende onderwerpen die raken aan openbare ruimte, zoals veiligheid en de spanningen tussen
professional en gebruiker.
Strategisch versterken van buurten en wijken
Op 27 januari heeft Nicis Institute samen met het ministerie een kennisatelier georganiseerd over het
Het jaar van de transitie
28
versterken van buurten en wijken. Tijdens deze bijeenkomst heeft onder andere Pieter Tops de ruim
honderd deelnemers lessen meegegeven die zijn opgedaan in het experiment ‘Werken aan wijken’.
Schotelantennes en leefbaarheid
Flatgebouwen met veel schotelantennes zijn een doorn in het oog van gemeenten, woningcorporaties
en bewoners. Ze zijn lelijk, ze zijn stigmatiserend, ze ondermijnen de leefbaarheid en verminderen de
verhuurbaarheid. Kan dit anders? Tijdens een nationaal congres over dit onderwerp zijn oplossingen
besproken, variërend van ‘verbod op’ en boetes tot gemeenschappelijke schotels op het dak.
Jaren 70 en 80 wijken
De wijken gebouwd in de jaren 70 en 80 staan voor specifieke opgaven. Op het congres ’45 jaar new
towns’ georganiseerd samen met VSO (gemeentelijke onderzoekers) is benoemd wat goed gaat in de
deze wijken en wat minder. Waar liggen problemen en kansen? Wat zijn consequenties van het feit dat
alle wijken in beperkte tijd zijn gebouwd? Hoe kan beleid daarop inspelen?
Onder andere naar aanleiding van dit congres is het plan opgevat om een leergroep ‘Ontwikkelend
beheer’ op te zetten met als doel het ontwikkelen van een handelingskader voor een gebiedsgerichte
preventieve aanpak voor de jaren 70 en 80 wijken, oftewel ontwikkelend beheer. Ontwikkelend beheer
staat voor een duurzame manier van stedelijke vernieuwing waarin (vaak kleinschalige) ontwikkelings-
en beheersingrepen organisatorisch en financieel in één proces zijn ondergebracht. In het najaar van
2012 heeft Platform31 deze leergroep ontwikkeld in samenwerking met het G32-stedennetwerk, het
ministerie van BZK en enkele corporaties. De bijeenkomsten van de leergroep vinden plaats in 2013 en
2014.
Expertmeeting ‘Veiligheidsbeleving’
In het voorjaar van 2012 vond de expertmeeting ‘Veiligheidsbeleving’ plaats in samenwerking met het
ministerie van VenJ. Een groep experts bestaande uit verschillende medewerkers van departementen,
wetenschappers, communicatie-experts, de veiligheidsmonitor en een stadsmarinier kwamen bij elkaar
om actuele kennis op het gebied van veiligheidsbeleving (wat is het precies, wat betekent het en wat
kunnen lokale beleidsmakers betekenen in het verbeteren ervan) te bespreken. In een steeds veiligere
samenleving neemt het veiligheidsgevoel niet per definitie toe. Voormalig burgemeester Eenhoorn
(Alphen aan de Rijn) speelde tijdens de bijeenkomst een belangrijke rol als ervaringsdeskundige.
Wijkaanpak
Wijkengids
De Wijkengids biedt inzichten, ervaringen en lessen op alle onderdelen van het buurt- en wijkgericht
werken. Begin 2012 werd het e-book ‘De Wijkengids’ (www.wijkengids.nl) door toenmalig Minister Spies
gelanceerd. In de loop van het jaar heeft de gids een update gekregen met een andere indeling, nieuwe
inzichten, onderzoek en voorbeelden. Deze zijn opgehaald bij professionals uit het veld, onderzoekers
en beleidsmakers. De inzichten uit de gids kunnen worden gebruikt voor het voorkomen van
achterstanden, maar ook om de decentralisaties in het sociale domein verder vorm te geven. De
Wijkengids zal in 2013 worden doorontwikkeld als integraal onderdeel van de website van Platform31.
Dit wordt een vindplek met onderzoek, activiteiten, nieuws en interactiemogelijkheden voor iedereen die
geïnteresseerd is in ontwikkelingen van het buurt- en wijkgericht werken.
Hoewel ‘De Wijkengids’ is ontwikkeld als een op zichzelf staande gids, komt de toepassing van de juiste
kennis in de juiste context pas echt goed tot zijn recht met de aan de gids gekoppelde werkateliers. In
Het jaar van de transitie
29
de lokale werkateliers werd in 2012 en 2013 de kennis uit de wijkengids, op basis van de behoefte en
kennisvraag van de gemeente en verschillende partner uit de wijk op een specifiek thema
overgedragen en toegepast. In 2012 zijn er acht werkateliers gegeven in de gemeenten Delft,
Roermond, Roosendaal, Vlaardingen, Den Helder, Alkmaar, Rotterdam, Schiedam. In 2013 volgen nog
twee ateliers in Den Haag en in Almere.
40+ wijken
Specifiek voor die gebieden die buiten het lijstje van veertig aandachtwijken vallen is een Community of
Practice (COP) opgericht. Deze COP komt twee keer per jaar bij elkaar voor een tweedaagse
bijeenkomst. De deelnemers wisselen kennis en ervaringen uit over wijkgericht werken. In 2012 is de
bijeenkomst in het voorjaar gehouden in Tilburg. Deelnemers hebben dit jaar ervaring op gedaan met
wie ‘best persons’ zijn en hoe je hier op kan sturen. Tevens is de wijkaanpak in Tilburg toegelicht. Ook
is stilgestaan bij de lessen uit ‘Wijkengids’, ‘Wat Werkt in de Wijk’, burgerkracht en bewonersbedrijven.
Beauty contest wijkaanpak
Deelnemers aan de ‘Inspiratiemiddag voor wijkaanpakkers’ konden op 11 juni 2012 beleven hoe vijf
initiatieven beweging in gang hebben gezet. Het meest inspirerende en vernieuwende initiatief won
landelijke publiciteit en een APK voor de buurt. Deze korte check of het initiatief 'vitale onderdelen' goed
functioneert, heeft de winnaar YouRule! in 2013 verzilverd.
10 jaar wijkaanpak in Oud-Krispijn
Op 4 oktober 2012 is een bijeenkomst georganiseerd over wat tien jaar wijkaanpak heeft opgeleverd
voor de wijk Oud-Krispijn. Vijftien jaar geleden stond de Dortse wijk Oud-Krispijn er slecht voor. De wijk
had te maken met overlast en criminaliteit en de kwaliteit van de woningen was er slecht aan toe.
Tijdens de bijeenkomst vond een stadssafari en diverse inspirerende sessies plaats waarin stedelijke
professionals uit het hele land kennis maakten met de winst die tien jaar wijkaanpak voor Oud-Krispijn
had opgeleverd. Veel aandacht werd besteed aan de succesvolle verbinding tussen het fysieke en het
sociale programma dat de wijk zoveel heeft opgeleverd.
10 stedelijke vernieuwing in de Millinxbuurt
In samenwerking met Gemeente Rotterdam, Deelgemeente Charlois en woningcorporatie Woonstad
Rotterdam maakten de deelnemers middels een wijksafari kennis met mensen en projecten die een
beeld van tien jaar stedelijke vernieuwing in de Millinxbuurt gaven. Om de zowel betrokken partijen als
de corporatie en gemeente te inspireren werd een Inspiratielab georganiseerd.
4.6 Economie
Versterking stedelijke economie
In 2012 zijn er verschillende bijeenkomsten georganiseerd over het versterken van stedelijke economie.
Te denken valt aan expertmeetings als ‘Veiligheid en ICT’, ‘Governance in het Economisch Beleidsveld’
en ‘Economische Benchmarks’. Verder zijn conferenties georganiseerd over ‘De Creatieve Industrie’ en
over ‘Zzp’ers en de Stad’. Er is een aantal bijeenkomsten gehouden over ‘Het Nieuwe Winkelen’ en
over ‘Ondernemingspleinen’ en eind 2012 is de verkenning ‘Strategische Agenda Innovatieve
Topregio’s’ afgerond.
Het jaar van de transitie
30
4.7 Diversen
Platform Corpovenista
Kennisplatform Corpovenista ontwikkelt kennis voor de corporatiesector, via het uitwisselen van
ervaringen en het uitzetten van onderzoek. Corpovenista deelt deze kennis actief met medewerkers van
de twaalf aangesloten corporaties en Aedes. Platform31 ondersteunde in 2012 Platform Corpovenista
met het beheer van de website (http://www.corpovenista.nl/) en het versturen van de nieuwsbrieven.
Wat Werkt in de Wijk
Met ‘Wat Werkt in de Wijk’ kunnen wijkprofessionals direct toepasbare kennis over de effectiviteit van
wijkinterventies vinden, zelf ontwikkelen en ontsluiten voor de eigen organisatie of voor anderen. Door
dit systematisch te doen, bouwen ze gezamenlijk aan een betere onderbouwing van de wijkaanpak. Dat
is wat een paar honderd professionals op dit moment aan het doen zijn en de komende jaren blijven
doen. Door veel lokale projecten systematisch te beschrijven, te monitoren en te evalueren kunnen we
leren van wat telkens weer goed werkt. Vervolgens is het identificeren van de heilzame mechanismen
van de wijkaanpak uit deze een belangrijke taak van Wat Werkt in de Wijk’.
2012 was een belangrijk jaar voor ‘Wat Werkt in de Wijk’. Na twee jaar ontwikkelen en bouwen werd in
het midden van het jaar de kennisbank openbaar gemaakt, gevuld met ongeveer honderd
praktijkprojecten op het brede terrein van het wijkgerichte werken. Ook was het een overgangsjaar waar
het initiatief werd overgedragen van Corpovenista – een samenwerkingsverband van woningcorporaties
- aan Platform31. Platform31 heeft het najaar benut om een nieuwe vakgemeenschap en
financieringsmodel rond dit meerjarig initiatief te formeren. Daarnaast is energie gestoken in het
stimuleren van het gebruik van het instrument en het verbeteren van de kwaliteit van de webapplicatie
en de kennis in de kennisbank.
Websites en nieuwsbrieven
Naast alle activiteiten is er ook veel geschreven en vastgelegd in de kennisbanken van het voormalige
Nicis en KEI. Nieuws is het juiste perspectief geplaatst, projecten zijn beschreven en relevante
publicaties zijn gerecenseerd. In 2012 heeft de kennisbank ‘Stedelijke vernieuwing’ een transformatie
ondergaan welke in maart 2012 werd gelanceerd. Dit om de geplaatste berichten overzichtelijker te
ontsluiten. Bij alle items wordt niet alleen aangegeven wat er gebeurt, maar ook waar het gebeurt en
wie erbij betrokken zijn. Ook worden relevante suggesties aangedragen die aansluiten bij de
zoekopdracht. Deze nieuwe manier van kennis ontsluiten wordt doorontwikkeld in de kennisbank van
Platform31 die in 2013 wordt gepresenteerd.
Staat van de G4
Om het accounthouderschap van de G4 op een andere manier in te vullen zijn in 2012 enkele stappen
gezet. Samen met de contactpersonen uit de vier steden zijn de steden individueel bezocht op het
niveau van verschillende afdelingen. Naar aanleiding van deze gesprekken en contacten is een ‘Staat
van de G4’ bijeenkomst georganiseerd om gezamenlijk – met experts uit de steden en uit de
wetenschap – te komen tot een kennisagenda. Dit proces zet zich nog steeds voort door te werken met
een G4-agenda waar door de steden op wordt gestuurd en op verschillende niveaus projecten worden
uitgerold. Een voorbeeld is de samenwerking op de inhoudelijke invulling van het overleg van de
hoofden economie van de G4. Hier speelt Platform31 een actieve rol in.
Het jaar van de transitie
31
5 Professionaliseren
De unit Professionaliseren draagt bij bijdragen aan het versterken van het vakmanschap, de
vaardigheden en de professionaliteit van de professionals werkzaam in het domein van stad en regio.
De projecten, producten en diensten richten zich op het verspreiden van kennis, gedragsverandering,
het aanleren van competenties, het inspireren door voorbeelden te laten zien en het vertalen van kennis
in maatwerkdienstverlening. Dat gebeurt door trainingen, cursussen, congressen, debatten en het
uitgeven van tijdschriften met onafhankelijke redacties (S&RO, Tijdschrift Volkshuisvesting). Ook voert
de unit Professionaliseren het secretariaat voor een aantal andere platforms (zoals de EO
Wijersstichting en het Forum voor stedelijke vernieuwing).
5.1 Governance
Goed bestuur en organisatie
Steden staan op tal van beleidsterreinen voor opgaven die alleen in samenwerking met andere steden
of regionale partners tot goede beleidsuitkomsten kunnen leiden. De stedelijke professional heeft in het
werk te maken met andere steden in de regio, burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties,
media, bestuurders en andere politici. Samenwerken is de sleutel om te komen tot succes, maar wordt
vaak ervaren als complex en lastig. Doel van de activiteiten van Professionaliseren binnen het thema
governance in 2012 is onder meer inzicht geven in de complexiteit van samenwerking en tools
aanbieden om van de samenwerking een succes te maken.
Activiteiten
- Maatwerk Bouwplaats Haarlemmermeer
- Maatwerk Strategie Haarlem
- Maatwerk Haarlem Managers
- Masterclass ‘Stedelijke trends en beleidsuitdagingen’
- Collegereeks De stad in verandering
- Masterclass Toekomst sociaal beleid in kaart 1
Master of Strategic Urban Studies 2012-2014 (MSUS)
De stedelijke context kenmerkt zich door een hoge mate van sociale en economische complexiteit en
een meervoudigheid aan sturingsarrangementen. Voor een (overheids)-organisatie vergt strategisch
opereren in deze omgeving kennis van de sociaaleconomische dynamiek van steden en inzicht in de
mogelijkheden om die met beleid, investeringen en vormen van samenwerking te beïnvloeden
(´governance´). De Masteropleiding Strategic Urban Studies, een tweejarige opleiding in samenwerking
met de NSOB, combineert de laatste inzichten uit de wetenschap en de praktijk van zowel
economische, sociale en governance-vraagstukken rond de stad en kijkt ook nadrukkelijk naar de
internationale context.
Leefbaarheid en actief burgerschap
Workshop ‘Jeugdzorg: een nieuwe manier van werken’
Jeugdzorg wordt een taak van de gemeente. Deze nieuwe verantwoordelijkheid met grote budgetten
vraagt specifieke deskundigheid en vaardigheden van de ambtenaren. In de workshop stonden vragen
Het jaar van de transitie
32
centraal als: Hoe organiseert u regionale samenwerking tussen gemeenten en uitvoeringsinstanties?
Hoe verbindt u de transitie van de jeugdzorg, het preventief jeugdbeleid, de invoering van ‘passend
onderwijs’ én de toeleiding naar de arbeidsmarkt met elkaar?
5.2 Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl
Visie en strategie
Excursiereeks organische gebiedsontwikkeling
Onder de titel ‘Ruimte voor Initiatief’ organiseerde (toen nog) Nirov in het voorjaar van 2012 vier
excursies naar locaties waar ingrediënten voor 'organische stedelijke ontwikkeling' te vinden zijn.
Samenwerking werd gevonden met het Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Planbureau voor de
Leefomgeving en Urhahn Urban Design. De excursies kenden een open inschrijving en werden (zeer)
goed bezocht. In het najaar van 2012 werd (door Platform31) de publicatie ‘Ruimte voor Initiatief’
uitgebracht waarin de eerste lessen over organische ontwikkeling, vanuit deze excursies, diverse
bijdragen van experts en eigen observaties werden opgenomen. Deze excursiereeks bleek de start van
een reeks activiteiten van Platform31 op het thema organische stedelijke ontwikkeling.
Trainingen Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl (In company en open trainingen)
Bij diverse overheden en via open inschrijving werden in 2012 een aantal trainingen
‘Gebiedsontwikkeling nieuwe stijl’ gehouden. Deze trainingen gingen later gedeeltelijk over in trainingen
‘Organische stedelijke ontwikkeling’.
Cursus Wet- en regelgeving in de praktijk voor verschillende doelgroepen;
Deze cursus is afgelopen jaar uitgevoerd als een incompany variant voor de waterschappen De
Dommel en Brabantse Delta. De link tussen gemeentelijke ruimtelijke wet- en regelgeving en
provinciaal beleid werd gelegd met bijvoorbeeld de Keur van de waterschappen en het waterplan van
de provincie Noord Brabant.
IPRO, cursus Inleiding in de Planologie en Ruimtelijke Ordening;
Voor 18 cursisten is de IPRO cursus in 2012 georganiseerd. Inleidend wil zeggen een brede opleiding
waarin veel verschillende ruimtelijke aspecten (cultuurhistorie, water, mobiliteit, wonen, wet- en
regelgeving) aan bod komen.
Bestemmingsplannetwerk Op Dezelfde leest (ODL)
Binnen ODL staan ieder jaar twee onderwerpen centraal: in het bijzonder het bestemmingsplan en
ruimtelijke wet- en regelgeving. In 2012 waren dit onderwerpen ‘Ondergrond en het bestemmingsplan’
en ‘Van bestemmingsplan naar beheersverordening’.
Studiereis Ruhrgebied herverkaveling
In opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken is deze reis georganiseerd om de Duitse
praktijk van Umlegung (herverkaveling) te bekijken en om de regels en processen die hieraan
verbonden zijn, mogelijk te benutten voor de Nederlandse praktijk. Dit om Nederlandse gemeenten
naast actieve grondpolitiek een andere mogelijkheid te geven om tot ruimtelijke ontwikkeling te komen
zonder dat ze zelf actieve grondpolitiek moeten bedrijven. Minder risico voor de gemeente is het doel.
Het jaar van de transitie
33
Proces en partijen
Strategisch handelen in een complexe omgeving
Masterclass over de vele uitdagingen waar een stad mee te maken krijgt, zoals vragen over
regionale samenwerking. In deze masterclass werd ingegaan op de vraag hoe je tot resultaat kan
komen in de krachtenvelden van de publieke samenwerking.
Burgerkracht in de samenleving versterken
De overheid trekt zich terug en de eigen verantwoordelijkheid en de eigen kracht van burgers wordt
belangrijker. De workshop ‘Burgerkracht in de samenleving versterken’ stond stil bij wat dit betekent
voor de koers van een gemeente. Hoe kan burgerparticipatie middels beleid en politiek vergroot worden
en kunnen burgerinitiatieven worden versterkt?
De gemeente als regisseur
De gemeente is steeds vaker ‘regisseur’. In de workshop ‘De gemeente als regisseur’ werd ingegaan
op welke stappen een gemeente kan nemen om met de dilemma’s uit de praktijk om te gaan. In de
workshop werd gebruik gemaakt van rollenspellen en acteurs.
Stedelijke trends en beleidsuitdagingen
De masterclass ‘Stedelijke trends en beleidsuitdagingen’ gaf in onderlinge samenhang een volledig
overzicht van de stedelijke trends en actuele beleidsuitdagingen op de belangrijkste beleidsterreinen. In
2013 wordt deze masterclass weer ingezet.
‘Burgerkracht in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning’
De omslag van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving stelt nieuwe eisen aan de relaties tussen
lokale overheid, instellingen en burgers. De kanteling van de WMO leidt tot het anders inrichten van de
compensatieplicht. Wat betekent de WMO en de ‘kantelgedachte’ voor uw gemeente of instelling? In de
workshop werden concrete voorstellen ontwikkeld en werd advies gegeven hoe hier in de praktijk mee
om te gaan.
5.3 Onderdruk en overdruk
Kennisplatform Demografische Transitie (KDT)
Dit landelijke kennisknooppunt, gecoördineerd door Platform31, brengt mensen, kennis en kunde bij
elkaar. Het KDT bestaat uit een kennisloket (de website vanmeernaarbeter.nl) en de Landelijke
Kennisagenda; een jaarlijks uitgegeven overzicht van de meest actuele kennis over krimp, dat ook
schetst wat de vragen van de toekomst zijn. Het Kennisplatform Demografische Transitie wordt
geraadpleegd door professionals, onderzoekers, pers en beleidsmakers. De nieuwsbrief en website
zorgen voor dynamiek in de vakwereld en de agendering van de thema’s krimp en vergrijzing. Er is een
breed netwerk van actieve kennisontwikkelaars en –delers ontstaan rondom het KDT.
In 2012 vond onder coördinatie van het KDT het eerste Landelijke congres Bevolkingsdaling plaats.
Ruim 350 bezoekers waren in Amersfoort aanwezig en deelden hun kennis. In de ochtend stonden
plenaire, agenderende debatten met onder andere bestuurders op het programma. In de middag werd
de meest actuele kennis en instrumenten gedeeld en verspreid.
Het jaar van de transitie
34
Publicatie ‘Kennis van krimp’
Naar aanleiding van een viertal expertmeetings over de oorzaken en gevolgen van bevolkingsdaling,
gehouden eind 2011, met lokale publieke en private professionals uit vier zogenoemde
anticipeerregio’s, externe experts uit praktijk en wetenschap en ambtenaren vanuit het ministerie van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, werd in mei 2012 de publicatie ‘Kennis van krimp:
oplossingsrichtingen bij het begeleiden van bevolkingsdaling’ gepubliceerd door (toen nog) Nirov. Nirov
voerde de pen. Extra input, cofinanciering en redactie werden geleverd door BMC, het ministerie van
Binnenlandse Zaken (Kennisplatform Intergemeentelijke Samenwerking en Programma
Bevolkingsdaling), P-10, Stimuleringsfonds Volkhuisvesting Nederlandse gemeenten.
Nieuwe coalities, financieringsmodellen en regionale programmering binnen krimpregio’s
In verschillende cursussen en expertmeetings is gewerkt aan de visie op nieuwe coalities,
financieringsmodellen en regionale programmering binnen krimpregio’s. Deze sessies worden
ontwikkeld in opdracht van het ministerie van IenM, en vinden plaatsen in 2013 en 2014. De pilotregio’s,
die het ministerie van IenM heeft aangewezen, worden bediend met kennis over ruimtelijke
transformatie. De bijeenkomsten vinden om het halfjaar plaats.
Studiedag ‘Burgerparticipatie in krimpgebieden’
Platform31 heeft een bijdrage geleverd aan de studiedag ‘Burgerparticipatie in krimpregio’s’. Na
aanleiding hiervan verscheen er een korte publicatie over dit onderwerp op de website.
Wonen boven Winkels
De vereniging ‘Wonen boven Winkels Nederland’ is opgericht met het doel om wonen boven winkels in
binnensteden te bevorderen. In 2012 waren 14 steden, via de gemeentelijke organisatie en/of lokale
woningcorporatie, als lid bij de vereniging aangesloten. Platform31 ondersteunt deze vereniging door
het organiseren van werkbijeenkomsten, leden- en bestuursvergaderingen, bijhouden van een website,
secretariaatswerkzaamheden en financiële administratie. 2012 stond inhoudelijk en procesmatig in het
teken naar het zoeken naar nieuwe businesscases, zowel voor lokale voor WBW-projecten (aantrekken
meer private investeringen), als de vereniging zelf.
5.4 Water en ondergrond
Water
Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR)
De SVIR heeft ‘Ruimte voor waterveiligheid’, ‘een duurzame zoetwatervoorziening’ en
‘klimaatbestendige stedelijke (her)ontwikkeling’ benoemd tot nationale belangen. Het rapport ‘Tijd voor
waterveiligheid’ van de Raden voor de Leefomgeving en infrastructuur geeft een nieuw perspectief op
waterveiligheid vanuit de optiek van ruimtelijke adviseurs.
Klimaatbestendige stedelijke (her)ontwikkeling
De ruimtelijke vakwereld blijkt beperkt op de hoogte te zijn van de ruimtelijke effecten van
klimaatverandering en de opgaven die volgen uit het Deltaprogramma. Het in 2011 georganiseerde
Actualiteitencollege over het Deltaprogramma Nieuwbouw en Herstructurering werd zeer gewaardeerd
en vroeg om een vervolg in 2012. Het beperken van overstromingskansen (preventie), het voorkomen
van overlast en schade door ruimtelijke planning, effectieve hulpverlening, zelfredzaamheid bij rampen
en snelle wederopbouw staan centraal.
Het jaar van de transitie
35
Actieprogramma Water en Ruimte en de Regionale Leergemeenschappen van de Evaluatie Watertoets
Meerlaagsveiligheid is een integrale denkwijze die om een goede samenwerking tussen
waterbeheerders en RO-experts vraagt. Aan de verbetering van die samenwerking wordt onder meer
gewerkt in het Actieprogramma Water en Ruimte en de Regionale Leergemeenschappen van de
Evaluatie Watertoets. Een belangrijke vraag daarin is hoe financiële arrangementen kunnen bijdragen
aan het verleggen van aandacht van primaire veiligheid naar de 2e en 3e laag.
Excursie Heerhugowaard
Een bezoek werd gebracht aan de Stad van de Zon. Deze keer niet in het teken van duurzame energie
maar in het teken van de afstemming tussen Water en RO.
Excursie Enschede
Te vergelijken met het doel van het bezoek aan de Stad van de Zon. Hoe is het waterbelang
meegenomen in de herontwikkeling van Roombeek? Hoe is dit ruimtelijk ingepast?
De basis van Gebiedsontwikkeling inclusief Climategame
In deze cursus is de theorie over gebiedsontwikkeling en de rol van het waterschap besproken.
Vervolgens is men aan de hand van een simulatiegame zelf in een digitale praktijk een gebied gaan
ontwikkelen, ieder met een andere rol en met keuzes die elkaars werkelijkheid beïnvloeden.
Meerlaagsveiligheid
In samenwerking met Deltares is in deze cursus het inzichten en het belang van een visie op
meerlaagsveiligheid voor gebiedsprocessen in het landelijk en stedelijk gebied en de overgangszones
vergroot en in de randvoorwaarden zoals Omgevingsrecht, financiering en communicatie.
De cursus beoogt twee typen resultaten te realiseren.
Waterschappers effectief in de RO-keten
In deze workshop stond het benoemen van de nieuwe rol en mogelijkheden van het waterschap in
ruimtelijke ontwikkeling en inzicht krijgen in ruimtelijke processen voor invloed en inspraak voor het
waterbelang centraal.
Leergemeenschappen Water en Ruimte
Vier regionale bijeenkomsten.
SKINT Uitwisselingsprogramma
Het Europese programma SKINT staat voor North Sea Skills Integration and New Technologies.
Regionale overheden en universiteiten werken samen aan betere kennisuitwisseling tussen de
werelden van de ruimtelijke ordening en waterbeheer.
Onderdeel van het SKINT programma is een uitwisseling van medewerkers van Hoogheemraadschap
Hollands Noorderkwartier (internationaal trekker SKINT) en medewerkers van de gemeenten in het
beheergebied van het hoogheemraadschap. Platform31 begeleidt deze uitwisseling samen met de
Stichting Wateropleidingen begeleiden.
Ondergrond
Carrousel Ondergrond & Ordening
Het jaar van de transitie
36
De Carrousel Ondergrond en Ordening is een initiatief vanuit SKB (bodem) en COB (ondergrond) en
een aantal gemeenten en provincies die de wereld van de RO en bodem/ondergrond dichter bij elkaar
willen brengen. Dit gebeurt door kennis ontwikkeling en kennisuitwisseling aan de hand van lopende
projecten. Platform31 brengt kennis en opgaven uit de ruimtelijke vakwereld in.
Upside down
Een cursus voor bodemexperts en ruimtelijke ordenaars met als doel ruimtelijk ordenaars en
ondergrondexperts met elkaar in contact te brengen en samen te laten werken aan verschillende
onderwerpen waar ruimtelijke ordening en de ondergrond elkaar tegenkomen en elkaar kunnen
versterken. Dit aan de hand van colleges en praktijkcases.
5.5 Ruimtelijke kwaliteit als basis
Strategisch voorraadbeheer
Discussiemiddag ‘Waterweg Wonen’ over strategisch voorraadbeheer: leidt differentie van het
woningaanbod tot waardecreatie? Dit in een context van veranderende bevolkingssamenstelling.
5.6 Wonen
Volkshuisvesting in een nieuwe Realiteit
Meerdaagse opleiding die zicht geeft op het brede werkterrein van Wonen: rollen, partijen, opgaven,
financieringen, beleid en actualiteit.
Wooncongres
Congres in samenwerking met OTB over woningmarkt, en nieuwe opgaven, naar aanleiding van
Begroting Wonen en Woonakkoord.
Leefbaarheid in de woonomgeving
Effectieve aanpak van risicojongeren
Maatwerkcursus en workshops voor onder ander de gemeente Veenendaal. Training over een
effectieve aanpak van risicojongeren en het vormgeven van het programmateam Jeugd en Veiligheid.
5.7 Media/Uitgeverij
De fusie per 1 juli 2012 heeft gevolgen gehad voor de inzet van communicatiemiddelen van Platform31.
Er is gekozen om bij de start van de fusie eerst een half jaar een 'endorsed identiteit' te voeren met
Platform31 als toevoeging aan de bestaande vier merken. Per 1 januari 2013 is volledig overgegaan
naar Platform31-huisstijl. Een nieuwe lijn voor publicaties en rapporten werd geïntroduceerd, een nieuw
format voor nieuwsbrieven gehanteerd en een nieuwe website gelanceerd. De voorbereidingen
daarvoor vonden in 2012 plaats.
Tijdschriften
De corporate magazines (SEV ‘Het Experiment’ en Nicis ‘City Journal’) zijn per fusiedatum gestaakt. De
vaktijdschriften op abonnementsbasis zijn gecontinueerd (Tijdschrift voor de Volkshuisvesting en
S+RO). Beide magazines zijn in 2012 zes maal verschenen.
Het jaar van de transitie
37
Nieuwsbrieven
De digitale nieuwsbrieven die vanuit de oude organisaties werden verstuurd, zijn in 2012 gecontinueerd
onder een gecombineerde identiteit (Platform31 nadrukkelijk in beeld). De wens om enerzijds het
bestaande grote gezamenlijke bereik te behouden (samen circa 16.000 mailadressen) en anderzijds de
wettelijke spelregels rond e-mailnieuwsbrieven te honoreren, heeft er toe geleid dat bestaande
nieuwsbrieven nog tot eind 2012 hebben doorgelopen. In het najaar van 2012 is een nieuwe
nieuwsbrievenlijn ontwikkeld die in 2013 van start ging. Daarbij is aan oude subscribers gevraagd of zij
via opt-in (expliciete instemming) hun inschrijving bij Platform31 wilden continueren.
De dagelijkse nieuwsbrief IKC RO is gecontinueerd, vanwege lopende afspraken met medefinancier
Ministerie IenM. Deze nieuwsbrief telde in 2012 circa 14.000 abonnees, die met dit product werden
geattendeerd op grote en kleine ontwikkelingen in het ruimtelijk domein. De nieuwsitems worden via
nieuwsaggregatie vanuit verschillende bronnen opgehaald en redactioneel beoordeeld. Naast de
nieuwsitems is een agenda met relevante activiteiten opgenomen.
Websites
Eind 2012 is een nieuwe website www.platform31.nl voorbereid die begin 2013 is gelanceerd. De
websites van Nirov, SEV en Nicis Institute zijn daarmee op 'archiefstand' gezet als een subdomein van
platform31.nl. De informatie blijft daarmee bereikbaar. De Kennisbank van voorheen KEI is aan de
website van Platform31 toegevoegd als een levende kennisbron voor achtergronden en analyse, maar
ook vanwege de lopende dossiers die daarin zijn opgenomen.
Naast de eigen websites van Patform31 zijn er in 2012 diverse projectwebites en websites van derden
door Platform31 beheerd, bijvoorbeeld www.verdus.nl, watwerktindewijk.nl, www.veiligheidsmonitor.nl,
www.g32.nl.
Publicaties en rapporten
Eind 2012 is een nieuwe lijn voor rapporten en publicaties ontwikkeld voor Platform31. Deze is in 2013
gestart. De uitgaven die in 2012 zijn verschenen zijn in bestaande reeksen van de oude organisaties,
soms onder gecombineerde Platform31-vlag. De rapporten zijn via de archiefsites te raadplegen en te
downloaden.
Het jaar van de transitie
38
Een overzicht van enkele in verschenen titels 2012
- Klushuur: een realistische oplossing voor Rotterdam-Zuid
- Nieuwe perspectieven voor publieke ruimten
- De aanspreekbare commissaris
- Handreiking Woonvaardigheden
- Analyse maatschappelijk rendement Thuishuis
- Terugtrekstrategieën van woningcorporaties
- Medeontwerp en medebeheer door bewoners
- Ruimte voor initiatief - Organische stedelijke ontwikkeling
- Evaluatie SEV-programma Bewoners en invloed
- Aanpak Rotte Kiezen
- Financiële risico’s op de woningmarkt
- Aanpak ernstig overlastgevende huurders
- Overzicht publicaties Huur op Maat
- Slopen met draagvlak
- Sociale gevolgen van krimp
- Gebouwen bewegen
- Krimp beheersbaar begeleiden
- Een tweede leven voor oude corporatiepanden
- Ontwikkelingspaden voor woningcorporaties
- Bloemkoolwijken toekomstbestendig maken
- Woonservicegebieden klaar voor de volgende ronde
- Voor én met mensen
- Wonen buiten kantoortijd
- Klushuizen en Poolse arbeidsmigranten
- Actief burgerschap in Drentse dorpen
- Het Piramidemodel
- Conflict in samenwerking
- State of the Art Duurzame Gebiedsontwikkeling
- Kennis van krimp
- Ondergrond en het bestemmingsplan
- Van bestemmingsplan naar (beheers)verordening
- Stedelijke vernieuwing op uitnodiging
Het jaar van de transitie
39
6 Europa
Platform31 profileert zich internationaal en kent daarvoor een (staf)eenheid Europa. Deze onderneemt
een groot aantal activiteiten in Europees verband. In 2012 zijn vanuit Platform31 zes Europese
projecten en programma’s uitgevoerd:
6.1 European Metropolitan network Institute (www.emi-network.eu)
EMI (www.emi-network.eu), een initiatief van Platform31 en de gemeente Den Haag, heeft in 2012 drie
kennisagenda’s opgeleverd: ‘Polycentrische metropolitane regio’s’, ‘Duurzame mobiliteit’ en
‘Economische vitaliteit en slimme specialisatie’. De kennis- en onderzoeksagenda’s zijn opgesteld in
nauwe samenwerking met onderzoekers en steden in diverse Europese landen om, op basis van het
principe ‘research based, practice led’ kennislacunes te identificeren en voorstellen te doen voor verder
onderzoek. Elke kennisagenda bevat uitgebreide casestudies van Europese steden. De agenda’s
vormen de basis voor toekomstige onderzoeksvoorstellen maar zijn ook relevant voor een breder
publiek van stedelijke professionals.
EMI voerde in 2012 het secretariaat van het internationaal stedelijk onderzoeksprogramma van
Europese lidstaten, het Joint Programming Initiative (JPI) Urban Europe. EMI ondersteunt het JPI met
een website, nieuwsbrieven en communicatie met stakeholders. Eind 2012 zijn met succes twee
projecten ingediend, die het JPI de komende jaren zal ondersteunen.
6.2 European Urban Knowledge Network (EUKN)
Sinds eind 2012 is EUKN (www.eukn.eu) een Europese rechtspersoon, met een nieuwe bestuursvorm.
De lancering van EUKN als Europese Groepering voor Territoriale Samenwerking (EGTS) vond plaats
tijdens een seminar in Brussel. Als EGTS komt EUKN in aanmerking voor directe financiering door
Europese programma’s. Dit versterkt de positie van het netwerk in de periode 2014-2020. De hechte
band met Platform31 is echter onveranderd sterk: het instituut is het Nederlandse “national focal point”
binnen het Europese netwerk en zorgt voor kennisdeling tussen Nederlandse/Europese steden.
Medewerkers van het Europese EUKN-secretariaat participeren bovendien in de Europese projecten
van Platform31.
De hoofdactiviteiten van EUKN liggen op het vlak van kennisdisseminatie en ondersteuning van landen
die voorzitter zijn van de EU. In 2012 breidde EUKN zijn kennisbank uit tot ruim 6.000 door de EUKN-
partners gevalideerde kennisdocumenten, inclusief thematische dossiers over “Health & Quality of Life”,
Urban Climate Resilience” en “Sustainable mobility”. Verder zijn maandelijkse nieuwsbrieven naar ruim
3.000 abonnees gestuurd. Op het gebied van sociale media maakt EUKN een enorme groei door:
binnen twaalf maanden steeg het aantal leden van de EUKN LinkedIn-discussiegroep van honderd naar
meer dan 2.000. In 2012 vond de EUKN-jaarconferentie plaats in Essen (Duitsland). De EUKN-studie
“Shrinking areas: front-runners in innovative citizen participation” bevat naast wetenschappelijk studies
diverse casestudies van krimpregio’s in Nederland, Tsjechië, Duitsland, Denemarken en het VK.
Net als in voorgaande jaren heeft EUKN studies uitgebracht voor de landen die in 2012 voorzitter waren
van de EU. In opdracht van Denemarken produceerde EUKN discussiepapers voor de vergadering van
de DGs voor stedelijke ontwikkeling: over “Inclusive local economic development”, “Social Mixing” en
Het jaar van de transitie
40
“Urban Design”. Voor Cyprus verrichte EUKN een studie over “Immigrant immigration in European
Cities”, eveneens door DGs besproken. Met EUKN heeft Platform31 een strategische kennispartner in
huis die, mede door de nauwe samenwerking met het ministerie van BZK in Nederland en collega-
ministeries in andere Europese landen, stedelijke onderwerpen op de Europese agenda kan plaatsen.
6.3 Integrated Measures for an Energy Efficient Approach
IMEA (www.savingenergytogether.eu), een door de Europese Commissie gefinancierd (INTERREG
IVc) project, met een looptijd van drie jaar, is begin 2012 officieel van start gegaan met Platform31 als
coördinator. Tien partners uit vijf landen gaan lokale en regionale autoriteiten ondersteunen bij
praktische projecten die leiden tot energiebesparing in de gebouwde omgeving. In 2012 zijn twaalf
“change cases” onderzocht en zijn vijf praktijkvoorbeelden geselecteerd die verder worden
ondersteund. In 2013 zullen de bestaande change cases worden uitgebreid; in totaal wordt advies
uitgebracht aan zes projecten in Nederland (Assen), Hongarije, Portugal, Denemarken en Roemenië.
6.4 Energie-efficiëntie in de gebouwde omgeving binnen de Benelux
Net als in 2011 heeft EUKN een studie verricht in het kader van het URBISCOOP-programma van de
Benelux. De praktische studie bevat een analyse inspirerende energiebesparingsprojecten in de drie
Benelux-landen en Nordrhein-Westfalen (Duitsland). Hierbij zijn drie aspecten onderzocht:
bewustwording en burgerparticipatie, financiële instrumenten en bestuurlijke arrangementen, trans-
sectorale samenwerking voor schaalvergroting. De studie vormt de basis van een bestuurlijk akkoord
dat in 2013 wordt gesloten.
6.5 URBAN-NEXUS
2012 was een belangrijk jaar voor URBAN-NEXUS (www.urban-nexus.eu). Eeen door de Commissie
gefinancierd project dat door Platform31 wordt geleid (looptijd: drie jaar). URBAN-NEXUS wil een
bijdrage leveren aan duurzame stedelijke ontwikkeling en identificeert kennisvragen en kennislacunes.
Twee studies vormden de basis voor bijeenkomsten met onderzoekers, beleidsmakers, private partijen
en burgerorganisaties. In het zogenoemde “Dialogue Café” van Glasgow stond het thema ‘Urban
Climate Resilience’ centraal; thema van de bijeenkomst in Barcelona was ‘Health and Quality of Life.’
De uitkomsten van deze Dialogue Cafés zijn verwerkt in twee vervolgrapporten. De studies en de
vervolgrapporten bevatten state-of-the-art analyses van de thema’s en voorbeelden uit allerlei landen in
Europa. De studies leggen de basis voor aanbevelingen voor praktisch gericht onderzoek in het kader
van het nieuwe Europese onderzoeksprogramma ‘Horizon 2020’.
6.6 Reference Framework for Sustainable Cities (RFSC)
In 2012 kreeg Platform31 van de Europese Commissie (DG Regionaal en Stedelijk Beleid) een
vervolgopdracht om 500 steden in Europa vertrouwd te maken met het RFSC; een praktische toolkit
waarmee steden hun projecten/programma’s kunnen doorlichten op duurzaamheid (integrale
benadering, evenwicht tussen sociale, fysieke en economische banderingen, et cetera). Eerder heeft
Platform31 een pilotversie van het RFSC getest met 66 Europese steden. Tot 2014 heeft Platform31,
met ICLEI en CEMR, de tijd om 500 steden te laten werken met dit instrumentarium. Behalve
interactieve indicatoren, benchmarks en scorelijsten, bevat het RFSC tal van inspirerende voorbeelden
voor Europese steden.
Het jaar van de transitie
41
7 Veiligheidsmonitor
De Veiligheidsmonitor, een jaarlijks terugkerend bevolkingsonderzoek naar onder andere leefbaarheid,
veiligheid en ervaren slachtofferschap, wordt sinds 2008 uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van
Veiligheid en Justitie, het CBS, de politie en gemeenten. Vanwege de gehanteerde onderzoeksopzet
zijn de resultaten van de Veiligheidsmonitor op verschillende bestuurlijke niveaus beschikbaar en
vergelijkbaar.
Na vier jaargangen werd geconstateerd dat het tijd was voor een verdere doorontwikkeling van het
instrument. Deze doorontwikkeling is eind 2011 gestart en heeft in 2012 geleid tot een vernieuwde
Veiligheidsmonitor. Er zijn een paar belangrijke wijzigingen ten opzichte van voorgaande jaren. In de
eerste plaats het jaarlijks beschikbaar krijgen van resultaten tot op het niveau van de 167 basisteams
van de Nationale politie en voor de 70.000+ gemeenten (naast regionale en landelijke uitkomsten)
zonder daarvoor afhankelijk te zijn van de lokale deelname. Er is naast het CBS één andere partij
aangetrokken (middels een Europese aanbesteding) om het veldwerk te verrichten. Dit om eventuele
verschillen in uitvoering tussen meerdere bureaus tegen te gaan. Tot slot is er een betere vragenlijst
opgesteld die enkel nog via internet of schriftelijk wordt afgenomen.
Het veldwerk van de Veiligheidsmonitor 2012 liep vanaf medio augustus tot en met eind november. In
deze periode hebben ongeveer 80.000 personen de vragenlijst op internet of op papier ingevuld. De
resultaten van de Veiligheidsmonitor 2012 zijn op 1 maart 2013 gepubliceerd.
Bureau Veiligheidsmonitor, ondergebracht bij Platform31, verzorgt de begeleiding en coördinatie van
(de uitvoering van) het onderzoek. Met Bureau Veiligheidsmonitor heeft Platform31 een belangrijke
kwantitatieve basis in huis voor veiligheidsvraagstukken van stad en regio.
Het jaar van de transitie
42
Uitgave Platform31.
Redactie : Fanny Gelissen en Natasja van der Veer
Drukwerk : Multicopy Rotterdam
Hoewel grote zorgvuldigheid is betracht bij het samenstellen van dit rapport, aanvaarden Platform31 en
de betrokkenen geen enkele aansprakelijkheid uit welke hoofde dan ook voor het gebruik van de in
deze publicatie vermelde gegevens.
Alles uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar worden gemaakt mits de bron wordt
vermeld.
Den Haag, september 2013
Postbus 30833, 2500 GV Den Haag twitter: @platform31www.platform31.nl
Platform31 is de fusieorganisatie van KEI, Nicis Institute, Nirov en SEV
Het jaar van de transitieInhoudelijke verantwoording 2012