Upload
others
View
3
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
bestuursverslag 2018
32
1: Continuïteitsparagraaf
KENGETALVERSLAG-
JAAR2019 * 2020 * 2021 * 2022 * 2023 *
(stand 31/12)
Personele bezetting in FTE
- Management / Directie 6,6 6,6 6,6 6,6 6,6 6,6
- Onderwijzend personeel 91,5 83,8 83,0 81,9 80,5 80,1
- Overige medewerkers 28,1 26,5 26,5 26,5 26,5 26,5
Leerlingenaantallen 1.668 1.665 1.649 1.628 1.599 1.592
* Prognose
Toelichting
Zoals elders beschreven in dit bestuursverslag, zal het leerlingaantal de komende jaren afnemen naar
uiteindelijk 1.550. De personele bezetting van het onderwijzende personeel zal gelijke tred houden met deze
ontwikkeling.
Bij de overige medewerkers en directie zijn weinig mutaties te verwachten behalve vervanging van huidige
medewerkers a.g.v. pensionering/vervroegd uittreden.
Er zijn geen belangrijke ontwikkelingen te verwachten rond contractactiviteiten en zogeheten derde geldstroom
activiteiten.
Balans per 31-12 x --
ACTIVA
VERSLAG-
JAAR2019 * 2020 * 2021 * 2022 * 2023 *
VASTE ACTIVA
Materiële vaste activa 1.193 1.159 1.059 998 837 660
Financiële vaste activa 1.734 1.735 1.485 1.085 885 885
TOTAAL VASTE ACTIVA 2.927 2.894 2.544 2.083 1.722 1.545
VLOTTENDE ACTIVA 4.203 3.651 4.113 4.619 3.780 4.026
TOTAAL ACTIVA 7.130 6.545 6.657 6.702 5.502 5.571
PASSIVA
EIGEN VERMOGEN
Algemene reserve 348 259 286 310 194 61
Bestemmingsreserve publiek 1.613 1.321 1.307 1.294 1.288 1.285
Bestemmingsreserve privaat 300 300 300 300 300 300
Bestemmingsfonds publiek 559 571 571 571 571 571
Bestemmingsfonds privaat 6 4 4 4 4 4
VOORZIENINGEN 2.503 2.369 2.505 2.583 1.544 1.789
LANGLOPENDE SCHULDEN 120 119 97 75 53 31
KORTLOPENDE SCHULDEN 1.681 1.602 1.587 1.565 1.548 1.530
TOTAAL PASSIVA 7.130 6.545 6.657 6.702 5.502 5.571
* Prognose
bestuursverslag 2018
33
Toelichting
- De toename van de voorzieningen komt door de dotatie aan de personeelsvoorziening i.v.m. het sparen
van uren persoonlijk budget, waarvan de af/opname vanaf 2018 zichtbaar wordt.
- Op de langlopende schulden vindt de normale aflossing plaats (in de meerjarenbegroting is kortlopend deel
niet gesepareerd).
Staat/raming van baten en lasten x --
VERSLAG-
JAAR2019 * 2020 * 2021 * 2022 * 2023 *
BATEN
Rijksbijdrage 10.646 10.813 10.878 10.751 10.572 10.529
Overige overheidsbijdragen en subsidies 1.293 1.168 1.141 1.127 1.111 1.106
Overige baten 763 600 604 610 614 619
TOTAAL BATEN 12.702 12.581 12.623 12.488 12.297 12.254
LASTEN
Personeelslasten 10.072 10.094 10.142 10.018 9.967 9.921
Afschrijvingen 314 298 291 273 269 264
Huisvestingslasten 766 776 781 786 792 797
Overige lasten 1.488 1.440 1.441 1.448 1.439 1.447
TOTAAL LASTEN 12.640 12.608 12.655 12.525 12.467 12.429
Saldo baten en lasten 62 -27 -32 -37 -170 -175
Saldo financiële bedrijfsvoering 46 46 45 47 48 39
Saldo buitengewone baten en lasten 0 0 0 0 0 0
TOTAAL RESULTAAT 108 19 13 10 -122 -136
*Prognose
bestuursverslag 2018
34
2: Toelichting op financiën en risico-analyse
De school voert een gezond financieel beleid, waarbij het uitgangspunt is het nastreven van een evenwicht tus-
sen baten en lasten. Er zijn voldoende reserves die op goede wijze beheerd worden, zoals ook blijkt uit het ac-
countantsrapport. Een risico-inventarisatie en een risicoprofiel liggen standaard ten grondslag aan het beleid
m.b.t. reserves en de ruimte voor (extra) investeringen in onderwijs en gebouw. Hier wordt onderstaand een
korte samenvatting van gegeven.
Over het jaar 2018 waren er aan de bekostigingskant positieve afwijkingen met name door een verhoging van
de personele bekostiging en diverse arrangementen (SWV). Het overschot over het kalenderjaar 2018 wordt
verklaard door:
- besparing personele kosten door schattingswijziging opbouw voorziening jubilea;
- opname vordering compensatie transitievergoedingen (na 2 jaar ziekte).
Er is in de meerjarenbegroting nadrukkelijk niet gekozen voor het interen op reserves ten behoeve van de
reguliere exploitatie. De reserves zijn voldoende en waren ook voorzien in eerdere nieuwbouw ter vervanging
van de noodlokalen.
Na de nieuwbouw zijn de reserves zoals berekend in de meerjarenbegroting nog in voldoende mate dekkend
voor het risicoprofiel van de school. Het percentage daarvoor was 15 en vervolgens 13%, maar is met de vol-
tooiing van de nieuwbouw in zicht door de Raad van Beheer eind 2014 voor het jaar 2015 op 12% gesteld. Voor
het jaar 2018 is dit vooralsnog gehandhaafd op 12%. De signaleringsgrens voor een school van onze omvang
ligt op 10% (Don-norm), er is dus sprake van een laag maar wel aanwezig risico-profiel.
Het interne risicobeheersingssysteem is zodanig ingericht dat de 2-jaarlijks uitgevoerde risico-analyse wordt
dig) beheersmaatregelen kan treffen.
Risico-inventarisatie 2014:
De tweejaarlijkse risico-inventarisatie is in 2014 op een andere wijze gebeurd dan voorheen. In een breed sa-
mengestelde werkgroep zijn onder leiding van een externe deskundige op planmatige wijze en conform de ISO
31000- ze
rapportage vormt de basis voor acties, maatregelen en beleid waar mogelijk en ge-
wenst. Vanuit de PDCA-cyclus zijn ook voor het bewaken van de voortgang vervolgens concrete afspraken ge-
maakt .
De beleidsterreinen waarop geïnventariseerd en gescoord is zijn gekoppeld aan het Bestuurlijk Toetsingskader
(BTK) en het schoolplan. Het betreft:
- Onderwijs en leerlingbegeleiding
- Personeel en organisatie
- Financiën en beheer
- Huisvesting en materieel
- Kwaliteit en communicatie
- Maatschappelijk draagvlak
- Identiteit
Er is gescoord op een schaal van 1 tot 6, waarbij de scores Kans en Impact tot een waardering hebben geleid.
Maximale waardering is dus 36. Als de kans dat een risico zich voordoet meer is dan 50% dan vereist dit aan-
personeelsgebied. Dit is logisch omdat mensen
in het onderwijs de voornaamste productiefactor zijn en zij bepalen de kwaliteit. De kennis en vaardigheden
zijn het menselijk kapitaal van de organisatie. Dit rechtvaardigt de aandacht en de investeringen op het gebied
van vorming, opleiding en training, maar de personele uitgaven zijn ook meteen de grootste kostenpost van de
organisatie en daarmee een risicopost, te meer door verwachte wijzigingen in de wet- en regelgeving (cao en
Wet Werk en Zekerheid).
bestuursverslag 2018
35
Risico-inventarisatie 2016-2017:
In lijn met de werkwijze zoals gehanteerd in 2014 (toen is een uitgebreide analyse gemaakt), zijn eind 2016 mo-
vragenlijst, de top 10 uit 2014 en -Raad (sectorniveau). Aan de
geselecteerde groep is gevraagd om deze individueel te beoordelen.
Het was de bedoeling dat per risico aangegeven werd hoe groot je de kans inschat dat dit risico zich voordoet.
Verder werd aangegeven wat de impact op de school zou zijn als dit risico zich voordoet. Uiteindelijk kwamen
we eind 2016/begin 2017 tot een nieuwe top -6 van risico's:
Risico-inventarisatie 2018-2019:
In lijn met de werkwijze zoals gehanteerd in 2014, zijn begin 2019
onderwijs, met name in het kader van het transitieproces
vragenlijst, de top 10 uit 2 -Raad (sectorniveau) en ei-
gen risico (vastgesteld door de directie lopende het transitieproces). Aan de geselecteerde groep is gevraagd
om deze individueel te beoordelen.
Het was de bedoeling dat per risico aangegeven werd hoe groot je de kans inschat dat dit risico zich voordoet.
Verder werd aangegeven wat de impact op de school zou zijn als dit risico zich voordoet. Uiteindelijk kwamen
we begin 2019 tot een nieuwe top -5 van risico's. Op het moment van het schrijven van dit bestuursverslag
2018 zijn de uitkomsten en de te treffen beheersmaatregelen nog under construction. Hiervan zal wel verslag
worden gedaan in het bestuursverslag 2019.
In schooljaar 2018-2019 zijn wel op hoofdlijnen de belangrijkste risico
Instabiele bekostiging rijksoverheid
Beschrijving
De zekerheid over de mate van bekostiging is voor publieke partijen, zoals het onderwijs, van belang om goede onder-
wijskwaliteit te kunnen leveren en een betrouwbare werkgever te kunnen zijn. De overschotten of tekorten die op onver-
wachte momenten doorgelegd worden naar de scholen dragen niet bij aan die kwaliteit en betrouwbaarheid en hebben
invloed op de financiële positie van de scholen.
Maatregel
Het ds. Pierson College werkt met meerjarenbegrotingen om een zo goed mogelijke inschatting te maken van baten en
lasten. Via managementrapportages wordt de uitvoering per kwartaal gemonitord en waar nodig (ook voor de lange ter-
mijn) bijgestuurd.
Passend onderwijs
Beschrijving
Met ingang van 2014 is het Passend Onderwijs ingevoerd met als doel dat zoveel mogelijk leerlingen een plek krijgen in
het reguliere onderwijs. Om dat mogelijk te maken zijn er samenwerkingsverbanden ingericht. Het ds. Pierson College is
aangesloten bij het Samenwerkingsverband De Meijerij. De gezamenlijke schoolbesturen binnen dit samenwerkingsver-
band zijn verantwoordelijk voor de opvang en de financiering van zorgleerlingen. Ook de financiering van het LWOO- en
PRO-onderwijs loopt via het Samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband geeft inhoudelijke sturing aan de regi-
onale vraagstukken. Daarnaast moeten eventuele financiële tekorten binnen het samenwerkingsverband door de school-
besturen worden opgevangen.
Maatregel
Het ds. Pierson College heeft er belang bij dat het samenwerkingsverband zowel financieel als inhoudelijk goed functio-
neert. Zij ondersteunt daarmee immers de ambities in de door haar uitgesproken verantwoordelijkheid om zorg te dragen
bestuursverslag 2018
36
voor een stelsel van onderwijsvoorzieningen dat alle jonge mensen ondersteuning biedt die past bij hun aanleg en ambi-
tie middels een pluriform aanbod van scholen. De betrokkenheid en inspraak om mede sturing te geven aan rol, beleid
en uitvoering van het samenwerkingsverband is daarmee wezenlijk, ook om zicht te houden op en waar nodig sturing te
geven aan financiële besluitvorming. Onze rector/bestuurder is dan ook lid van het (toezichthoudend) bestuur en neemt
deel aan activiteiten zoals directiekringen en plaatsingstafels.
Aanbestedingstrajecten
Beschrijving
Het ds. Pierson College doet elk jaar een aantal aanbestedingen waarvan de financiële waarde vaak omvangrijk is, ze-
ker als het om nieuwbouw of renovaties gaat. Ook de komende jaren staan verwachte aanbestedingen voor de deur. De
regelgeving voor aanbestedingen is vastgelegd in specifieke wetgeving. Het niet voldoen aan deze wet- en regelgeving
kan leiden tot extra kosten en/of het gekort worden op de bekostiging.
Maatregel
Gezien de omvang van sommige aanbestedingstrajecten, zoals schoonmaak en leermiddelen, kiest het ds. Pierson Col-
lege ervoor om zich in voorkomende gevallen te laten ondersteunen door inhoudelijke en juridische experts. Door de
directie worden de aanbestedingstrajecten permanent gemonitord.
4. Imagoschade
Beschrijving
Incidenten binnen de school kunnen leiden tot imagoschade met grote financiële consequenties. Negatieve publiciteit in
lokale of landelijke of social media kan rechtstreeks effect hebben op aanmeldingscijfers en op de werving van perso-
neel. Het effect op de instroom van nieuwe leerlingen en daarmee de financiële effecten kunnen nog jaren voortduren.
Maatregel
Er zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop op incidenten wordt gereageerd, maar het is vooral aan de schoolleiding
om vroegtijdig te signaleren waar mogelijke imagoschade kan ontstaan. Het preventief in gesprek gaan, dan wel trachten
een mogelijk incident te voorkomen, staat centraal. De schoolleiding is verplicht vroegtijdig in contact te treden met het
bestuur ter ondersteu
Samenwerking en adequaat, waar mogelijk preventief ingrijpen zijn sleutelbegrippen.
In de komende periode wordt aandacht besteed aan een communicatieplan en aan training met betrekking tot crisisma-
nagement, alsmede aan het opstellen van een integrale veiligheidsvisie.
5. Concurrentie
Beschrijving
(Potentiële) leerlingen moeten wat te kiezen hebben als het gaat om onderwijs. In de Bossche regio is aan keuze wat dat
betreft geen gebrek. De grote hoeveelheid scholen biedt (potentiële) leerlingen een ruime keuze. Voor de scholen zelf
betekent dit dat het onderwijsaanbod van een zodanig kwalitatief gehalte is dat kinderen ook daadwerkelijk kiezen voor
die school en niet voor een andere school in de regio.
Maatregel
Het ds. Pierson College heeft afgelopen jaar in haar strategisch beleidsplan een aantal punten opgenomen die hierop
inspelen. Te noemen valt:
de huidige onderwijskwaliteit wordt geborgd en bij voorkeur verder verhoogd
verdere professionalisering van het onderwijs
invulling geven aan een optimale zorgstructuur
leerlingen worden actief betrokken bij schoolbeleid
duurzaamheid (van gebouwen)
Op al deze beleidsterreinen zijn en/of worden door directie acties ondernomen.
Arbeidsconflicten
Beschrijving
Het ds. Pierson College is een middel-grote onderwijsinstelling met veel medewerkers. Er zullen zich met deze omvang
altijd arbeidsconflicten kunnen voordoen. De effecten van een arbeidsconflict kunnen financieel aanzienlijk zijn. Daar-
naast kan dit tot een nadelige uitstraling leiden binnen een school.
bestuursverslag 2018
37
Maatregel
Binnen het ds. Pierson College worden regelmatig beoordelings- en functioneringsgesprekken gehouden om mogelijke
verstoringen in de arbeidsrelatie in een vroegtijdig stadium te kunnen signaleren. Daarnaast worden aanvullende ge-
sprekken gevoerd tussen schoolleiding en medewerkers van de school indien er ongewenst gedrag wordt waargeno-
men, dat aanleiding kan zijn tot een potentieel arbeidsconflict.
Onvoldoende gekwalificeerd personeel
Beschrijving
In het onderwijs wordt de komende jaren een groot tekort verwacht van bevoegde docenten. Door het feit dat er binnen
-Hertogenbosch een groei te verwachten is van het aantal leerlingen, wordt dit tekort nog verder versterkt.
Maatregel
(Ook) in 2019 wordt (politiek) gelobbyd om hiervoor structurele oplossingen te realiseren. Ook zal Het ds. Pierson Col-
lege waar mogelijk op landelijk gebied meedenken om dit probleem waar mogelijk te beperken.
8.
Beschrijving
De komende jaren zal er sprake zijn van verbouw en renovatie.
De financiering van deze projecten vindt plaats vanuit eigen middelen. Hierbij kunnen onvoorziene omstandigheden op-
treden, zoals budgetoverschrijdingen.
Maatregel
In de meerjarenbegroting worden reserveringen getroffen voor groot onderhoud. Binnen Het ds. Pierson College wordt
daarnaast een stringent budgetbeheer uitgevoerd. Na aanvang van de verbouwing vindt er strikte monitoring plaats op
realisatie en budget. Het ds. Pierson College beschikt over een treasury statuut waarin is vastgelegd op welke wijze fi-
nanciering van projecten plaatsvindt.
9. ICT
Beschrijving
Voor de financiële, personeels- en huisvestingsadministratie wordt gebruik gemaakt van digitale systemen. Deze sys-
temen zijn kwetsbaar voor storingen en virussen, maar ook voor brand- en waterschade. Daarnaast is informatiebeveili-
ging een belangrijk onderdeel geworden vanwege wet- en regelgeving. Het ds. Pierson College hecht er waarde aan dat
gegevens van medewerkers en leerlingen goed beschermd worden en dat voldaan wordt aan de vigerende wet- en re-
gelgeving. Ook op de nieuwe Europese wetgeving (AVG) welke op 25 mei 2018 van kracht is geworden, wil de school
goed voorbereid zijn. Het niet voldoen aan deze wet- en regelgeving kan bovendien leiden tot hoge boetes.
Maatregel
De risicobeperking is versterkt door (waar mogelijk) cloudoplossingen en gebruik te maken van centrale servervoorzie-
ningen in Rotterdam. In 2017 is gestart met de voorbereiding voor de AVG. Er heeft een inventarisatie plaatsgevonden
van de onderdelen waarop nog nadere invulling moest plaatsvinden. De af te sluiten bewerkersovereenkomsten zijn be-
gin 2018 in beeld gebracht en zullen inhoudelijk getoetst en waar (nog) nodig, geformaliseerd worden. Er is inmiddels
een functionaris gegevensverwerking benoemd, zodat ook deze rol volwaardig vervuld is. De privacyreglementen zijn
geformaliseerd en gepubliceerd.
bestuursverslag 2018
38
3: Toelichting op de Financiën - bijzonder
3.1 Financiële kengetallen.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkelingen van de financiële kengetallen over de afgelopen
vijf jaar. De cijfers van de landelijke benchmark zijn gebaseerd op de kengetallen, zoals die zijn teruggekoppeld
door DUO.
financiële kengetallen2014 2015 2016 2017 2018
bench-
mark
liquiditeit (current ratio)
(vlottende activa/kortlopende schul-
den)
2,10 1,89 2,02 2,18 2,50 2,68
solvabiliteit 1 (excl. voorzieningen)
(eigen vermogen/totaal vermogen)0,44 0,40 0,38 0,37 0,40 0,51
solvabiliteit 2 (incl. voorzieningen) 0,72 0,74 0,72 0,72 0,75 0,68
rentabiliteit (resultaat gewone be-
drijfsvoering/totale baten)-6,3% -7,6% -1,3% 0,4% 0,9% -0,3%
Alle kengetallen zijn stabiel gebleven, maar wat vooral opvalt is dat de liquide middelen (inclusief effecten) in
absolute waarde fors zijn gestegen. Dit wordt verklaard door:
-
- het lage
-
- de afn 1.000 (hier negatief effect);
-
- vorming bestemmingsreserve prestatiebox van 262.000
- toename (langlopende) vorderingen
- 9.000;
- f effect).
3.2 Treasury Management
Zowel het liquiditeitenbeheer als het beleggingsbeheer wordt in eigen beheer uitgevoerd, waarbij de treasury-
commissie zich met betrekking tot het beleggingsbeheer laat ondersteunen en adviseren door de ING-Bank. De
treasury-zaken zijn in 2018 een aantal keer besproken. De beleggingen en eventuele mogelijkheden tot externe
financiering, zoals gesuggereerd door de Commissie Vermogensbeheer Onderwijsinstellingen zijn onderwerp
van gesprek geweest. Tevens is gesproken over internetbankieren (Inside Business Payments) en wijzigingen
in het kader van SEPA (Single Euro Payments Area). Het uitgangspunt van het Treasury Management is ge-
handhaafd. Er wordt uitsluitend volgens het Treasury Statuut gehandeld. In 2018 is één obligatie vrijgevallen.
De gelden zijn voorlopig "geparkeerd" op een spaarrekening. Wel zijn in 2018 twee obligaties aangekocht. Ge-
streefd wordt naar continuering van de looptijd, die op dit moment gemiddeld 4 jaar is. Algemeen uitgangspunt
is dat uitzettingen (met name op spaarrekeningen) en beleggingen voldoen aan de Regeling beleggen, lenen en
derivaten OCW 2016 (laatst aangepast op 5 april 2018, nr. 1325371, in verband met aanpassing van de hoofd-
somgarantie van een belegging). Ter beperking van het risico zijn liquide middelen verspreid over meerdere
banken.
bestuursverslag 2018
39
3.3. Onderbouwing reserves en voorzieningen
In de meerjarenbegroting wordt rekening gehouden met voorzienbare uitgaven in de komende 5 jaren. In een
informatiebijeenkomst van de Onderwijsinspectie van begin 2011 werd bevestigd, dat speciale omstandigheden
zoals een noodzakelijke investering om op een komende ontwikkeling te kunnen reageren, opgenomen moeten
worden in de meerjarenbegroting en niet als risico moeten worden omschreven.
Kengetallen en streefwaarden:
kengetalwaarde
sign. waarde
Cie. Don
eigen streef-
waardeconclusie
2018 2017
solvabiliteit 1 (eigen vermogen
excl. voorzieningen) / balansto-
taal
0,40 0,37 >= 20% >=35% is in orde
liquiditeit 2,50 2,18 1,2 is in orde
rentabiliteit 0,9% 0,4% 0-1%*) *)
kapitalisatiefactor (rekening hou-
dend met de grootte van de in-
stelling en excl. privaat ver-
mogen)
55,90% 54,60% 31,85% 40,00% mag/zal dalen
financieringsfunctie 33,37% 30,54% 20,09% - -
transactiefunctie 13,18% 13,94% 5,71% - -
bufferfunctie 9,35% 10,12% 6,05% - -
huisvestingsratio 6,05% 6,21% max. 10% - -
*) De streefwaarde is afhankelijk van de ontwikkelingen in het weerstandsvermogen. Gelet op de hoge kapita-
lisatiefactor en het weerstandsvermogen heeft de school er voor gekozen om in de afgelopen jaren fors te
investeren in het onderwijs, waardoor deze waarden aanzienlijk zullen dalen maar zich nog altijd op accep-
tabel niveau zullen blijven bewegen.
De solvabiliteit bedraagt 36% (2017: 37%) en voldoet daarmee ruimschoots aan signaleringsgrenzen van de
Commissie Don (20%). Het werkkapitaal neemt in 2018 toe en is nog ruimschoots positief.
Dit toont aan dat we (meer dan) voldoende middelen hebben om aan de kortlopende verplichtingen te kunnen
voldoen.
Momenteel is de kapitalisatiefactor nog boven de signaleringsgrenzen van de overheid. In de uitgangspunten
voor de meerjarenbegroting is geformuleerd, dat de kapitalisatiefactor maximaal 5% per jaar mag dalen tot de
gewenste waarde.
Even belangrijk is het echter, dat de investeringen geen ondraaglijke last worden in de jaren na het bereiken
van de gewenste waarde. Dit wordt eveneens jaarlijks bezien.
Toelichting functies van de kapitalisatiefactor:1. Financieringsfunctie: om materiele vaste activa te vervangen. Denk hierbij aan inventaris en ICT-middelen.
2. Transactiefunctie: om schulden op korte termijn te voldoen.
3. Bufferfunctie: er moeten financiële
leerlingen aantallen, de financiële gevolgen van arbeidsconflicten, instabiliteit in de bekostiging en onvolle-
dige indexatie van de bekostiging.
Een nieuw kengetal is de zogenaamde huisvestingsratio. Dit financiële kengetal is toegevoegd aan het toe-
zichtskader van de onderwijsinspectie. De voornoemde kapitalisatiefactor komt vanuit het toezicht te vervallen.
De huisvestingsratio geeft de verhouding aan van de lasten van de huisvesting (inclusief financiële lasten).
bestuursverslag 2018
40
Een beschouwing van een aantal reserves (voor zover nog niet in de jaarrekening zijn toegelicht) laat het vol-
gende beeld zien:
Algemene reserve
Dit zijn overschotten op publieke middelen, die zijn bedoeld om eventuele tegenvallers in de toekomst (afgezien
van de risico-reserve) op te vangen.
Reserve personeel (bestemmingsreserve publiek)
In het verslagjaar is er voor gekozen om de reserve personeel te begrenzen op een bedrag van 1.300.000. Dit
bedrag is gelijk aan de verwachte risico-reserve, zoals geformuleerd in de meerjarenbegroting, namelijk 12%
van de lumpsum-bekostiging.
Reserve eigen activiteiten (bestemmingsreserve privaat)
Eventuele toekomstige verliezen voor 10- -Hertogenbosch zullen hieruit worden gedekt.
3.4. Toelichting realisatie vs. begroting
Uit de exploitatierekening blijkt dat er ten aanzien van de baten en lasten een verschil is tussen
realisatie en begroting. De verklaringen hiervan zijn als volgt:
1. Hogere baten dan begroot
a. Over 2018 is meer lumpsumvergoeding personeel ontvangen (m.n. i.v.m. cao aanpassingen en hogere
pensioenlasten);
b.
c. -
d. Hogere baten SWV De Meierij (diverse arrangementen).
Conclusie: Als gevolg van deze hogere baten is het resultaat nu positief (gebleven).
Hogere directe personele lasten dan begroot.
a. Hogere pensioenlasten (stijging premies ABP);
b. Invloeden nieuwe cao (verhoging salaris per 1 juni 2018 en eenmalige uitkering in oktober 2018);
Kosten vervangingen bij ziekte en zwangerschap (deels bij overige = indirecte personele lasten = hier posi-
tief effect);
Meer externe detachering (hier staan echter ook baten tegenover);
Compensatie transitievergoeding na 2 jaar ziekte - (positief effect);
Andere methodiek berekening voorziening jubilea (positief effect);
Nieuwe functies OOP (medewerker communicatie en coördinator kwaliteitszorg.
3. Hogere indirecte personele lasten dan begroot.
a. Extra kosten i.v.m. inleen extern personeel (o.a. externe vervangers docenten);
b. Reservering lasten ex-werknemer (inclusief transitievergoeding).
4. Hogere materiële baten en lasten.
a. Meer - extra - kosten schoonmaak i.v.m. nieuw contract;
b. Lagere financiële baten;
c. veel Hogere kosten leermiddelen (externe leermiddelenfonds sinds 2018-2019).
bestuursverslag 2018
41
4: Samenvatting begroting 2019
Baten
Rijksbijdragen OCenW
(Normatieve) Rijksbijdrage OCenW 10.813.200
Overige subsidies OCenW
Inkomensoverdracht van rijksbijdragen
1.076.000
92.000
Totaal (Rijks)bijdragen OCenW 11.981.200
Gemeentelijke bijdragen 67.500
Overige 532.000
Totaal Overige overheidsbijdragen 599.500
Totaal baten 12.580.700
Lasten
Personeelslasten 10.094.300
Afschrijvingen 298.000
Huisvestingslasten 776.000
Administratie en beheerslasten 134.500
Inventaris, apparatuur en leermiddelen 792.200
Overige instellingslasten 512.500
Totaal lasten 12.607.500
Saldo baten en lasten -26.800
Financiële baten en lasten
Financiële baten 53.400
Financiële lasten 7.500
Saldo baten en lasten 45.900
RESULTAAT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING 19.100
bestuursverslag 2018
42
5: Grondslagen van de jaarrekening
5.1 Algemene toelichting
1 Activiteiten
Ds. Pierson Stichting voor Voortgezet Onderwijs is het bevoegd gezag van het ds. Pierson College en de activi-
teiten bestaan uit het verzorgen van voortgezet onderwijs in de regio -Hertogenbosch.
2 Continuïteit
Het eigen vermogen van Ds. Pierson Stichting voor Voortgezet Onderwijs bedraagt per 31 december 2018
2.825.420,-- positief.
De in de onderhavige jaarrekening gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn dan ook
gebaseerd op de veronderstelling van continuïteit van de stichting.
3 Vestigingsadres, rechtsvorm en inschrijfnummer handelsregister
Ds. Pierson Stichting voor Voortgezet Onderwijs is feitelijk gevestigd op Geraert ter Borchstraat 1, 5212 CZ te
-Hertogenbosch en is ingeschreven bij het handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer
17109530.
4 Schattingen
Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de leiding van Ds.
Pierson Stichting voor Voortgezet Onderwijs zich verschillende oordelen en schattingen die essentieel kunnen
zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW
vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronder-
stellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten.
5 Toelichting op het kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht
bestaan uit de liquide middelen.
5.2 Algemene grondslagen
1 Algemeen
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de richtlijnen van de Regeling jaarverslaggeving onder-
wijs (Rjo), de verslaggevingsvoorschriften en bepalingen zoals weergegeven in Boek 2 titel 9 van het Burgerlijk
Wetboek en de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (RJ), waaronder Richtlijn 660 Onderwijsinstellingen.
Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of
de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld vindt waardering plaats tegen de
verkrijgingsprijs.
2 Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte
van het voorgaande jaar.
3 Leasing
Bij de stichting kunnen er leasecontracten bestaan waarbij een groot deel van de voor- en nadelen die aan de
eigendom verbonden zijn, niet bij de stichting ligt. Deze leasecontracten worden verantwoord als operationele
leasing. Leasebetalingen worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de lessor, op lineaire
basis verwerkt in de winst-en-verliesrekening over de looptijd van het contract.
4 Financiële instrumenten
De effecten opgenomen onder de financiële vaste activa en de vlottende activa, voor zover deze betrekking
hebben op de handelsportefeuille of met betrekking tot eigen-vermogensinstrumenten buiten de handelsporte-
bestuursverslag 2018
43
feuille, alsmede derivaten met een onderliggende beursgenoteerde waarde, worden gewaardeerd tegen de re-
ele waarde. Alle overige in de balans opgenomen financiële instrumenten zijn gewaardeerd tegen de (geamorti-
seerde) kostprijs.
De reële waarde is het bedrag waarvoor een actief kan worden verhandeld of een passief kan worden afgewik-
keld tussen ter zake goed geïnformeerde partijen, die tot een transactie bereid en onafhankelijk van elkaar zijn.
Indien niet direct een betrouwbare reële waarde is aan te wijzen, wordt de reële waarde benaderd door deze af
te leiden uit de reële waarde van bestanddelen of van een soortgelijk financieel instrument, of met behulp van
-transacties, van de DCF-methode (contante waarde van kasstromen) en/of van optiewaarderings-
modellen, rekening houdend met specifieke omstandigheden.
5.3 Grondslagen voor waardering van activa en passiva
1 Materiële vaste activa
Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht.
Voor de vaststelling of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering wordt
verwezen naar betreffende paragraaf.
De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs inclusief direct toere-
kenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur en
bijzondere waardeverminderingen.
Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de bedrijfsgebouwen is een voorziening voor groot on-
derhoud gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het
onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.
2 Financiële vaste activa
2.1 Overige effecten
De waarderingsgrondslagen van de overige effecten opgenomen onder de financiële vaste activa zijn gelijk aan
de waarderingsgrondslagen voor de effecten onder de vlottende activa. Daarom wordt hiervoor verwezen naar
de paragraaf Effecten.
2.2 Overige vorderingen
De onder financiële vaste activa opgenomen overige vorderingen worden initieel gewaardeerd tegen reële
waarde.
3 Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa
De stichting beoordeelt op iedere balansdatum of er aanwijzingen zijn dat een vast actief aan een bijzondere
waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare
waarde van het actief vastgesteld. Indien het niet mogelijk is de realiseerbare waarde voor het individuele actief
te bepalen, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief
behoort.
Van een bijzondere waardevermindering is sprake als de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseer-
bare waarde; de realiseerbare waarde is de hoogste van de opbrengstwaarde en de bedrijfswaarde. Een bijzon-
der-waardeverminderingsverlies wordt direct als last verwerkt in de winst-en-verliesrekening onder gelijktijdige
verlaging van de boekwaarde van het betreffende actief.
Ook voor financiële instrumenten beoordeelt de stichting op iedere balansdatum of er objectieve aanwijzingen
zijn voor bijzondere waardeverminderingen van een financieel actief of een groep van financiële activa. Bij ob-
jectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen bepaalt de stichting de omvang van het verlies uit
hoofde van de bijzondere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de winst-en-verliesrekening.
bestuursverslag 2018
44
Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs wordt de omvang van de bijzondere
waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schat-
ting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief
zoals die is bepaald bij de eerste verwerking van het instrument. Het waardeverminderingsverlies dat daarvoor
opgenomen was, dient te worden teruggenomen indien de afname van de waardevermindering verband houdt
met een objectieve gebeurtenis na afboeking. De terugname wordt beperkt tot maximaal het bedrag dat nodig is
om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs op het moment van de terugname, als geen sprake
geweest zou zijn van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies wordt in de winst-en-ver-
liesrekening verwerkt.
4 Vorderingen
Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Handels-
vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst
van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële
waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis
van de effectieve rente rente-inkomsten ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Voorzieningen
wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
5 Effecten
Effecten worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde en zijn voor waardering na eerste ver-
werking onder te verdelen in effecten die onderdeel zijn van de handelsportefeuille en effecten die geen onder-
deel zijn van de handelsportefeuille, zijnde eigen-vermogensinstrumenten of obligaties.
Gekochte, rentedragende obligaties die geen onderdeel zijn van de handelsportefeuille worden gewaardeerd
tegen geamortiseerde kostprijs. Indien de reële waarde van een dergelijk individueel effect onder de (geamorti-
seerde) kostprijs komt, wordt de waardevermindering direct verwerkt ten laste van de winst-en-verliesrekening.
Voor rentedragende effecten vindt verwerking van de rentebaten plaats tegen de effectieve-rentemethode.
Effecten als onderdeel van de vlottende activa hebben een looptijd korter dan een jaar.
6 Liquide middelen
quide middelen worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
7 Eigen vermogen
7.1 Algemene reserve
De algemene reserve vormt een buffer ter waarborging van de continuïteit van het bevoegd gezag. Deze wordt
opgebouwd uit de resultaatbestemming van overschotten welke ontstaan uit het verschil tussen de toegere-
kende baten en lasten. In geval van een tekort wordt dit resultaat ten laste van de algemene reserve gebracht.
De algemene reserve wordt beschouwd als publieke middelen.
7.2 Bestemmingsreserve BAPO
De bestemmingsreserve BAPO betreft de vrijgevallen voorziening BAPO welke bestemd is om kosten van niet
opgenomen BAPO-rechten uit het verleden te betalen. De reserve BAPO betreft uitsluitend nog niet opgenomen
BAPO-rechten uit de afgelopen jaren. De reserve is berekend op basis van de contante waarde van de toekom-
stige verplichtingen.
7.3 Overige bestemmingsreserves
Hiervoor wordt verwezen naar de toelichting in de jaarrekening.
8 Voorzieningen
8.1 Algemeen
bestuursverslag 2018
45
Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum
bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op
betrouwbare wijze is te schatten.
De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de
verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. Pensioenvoorzieningen worden gewaardeerd op basis van actu-
ariële grondslagen. De overige voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven
die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te wikkelen, tenzij anders vermeld.
Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze
vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een
actief in de balans opgenomen.
8.2 Pensioenvoorziening
De stichting heeft één pensioenregeling. Dit betreft een Nederlandse regeling welke wordt gefinancierd door
afdrachten aan pensioenuitvoerders, te weten het bedrijfstakpensioenfonds ABP. De pensioenverplichtingen
worden gewaardeerd volgens de 'verplichting aan de pensioenuitvoerder benadering'. In deze benadering wordt
de aan de pensioenuitvoerder te betalen premie als last in de staat van baten en lasten verantwoord.
De stichting heeft geen verplichtingen tot het voldoen van aanvullende bijdragen in geval van tekorten bij ABP,
anders dan het effect van hogere toekomstige premies. Daarom zijn alleen de verschuldigde premies tot en met
het einde van het boekjaar verantwoord in de jaarrekening.
Per 31 december 2018 heeft dit pensioenfonds een dekkingsgraad van 97.0%.
8.3 Voorziening jubilea
De voorziening jubilea wordt opgenomen tegen de waarde van de verwachte uitkeringen gedurende het dienst-
verband. Bij de berekening van de voorziening wordt onder meer rekening gehouden met de blijfkans. In het
afgelopen boekjaar heeft een schattingswijziging plaatsgevonden, waardoor nu meer dan voorheen rekening
wordt gehouden met een blijfkans. Het effect was een winst van ongeveer 65.000.
8.4 Voorziening groot onderhoud gebouwen
Voor uitgaven voor groot onderhoud van gebouwen wordt een voorziening gevormd om deze lasten gelijkmatig
te verdelen over een aantal boekjaren. De toevoegingen aan de voorziening wordt bepaald op basis van het
geschatte bedrag van het groot onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden voor groot on-
derhoud verloopt.
8.5 Voorziening loondoorbetaling bij ziekte
De voorziening vanwege loondoorbetaling bij ziekte wordt gevormd voor op balansdatum bestaande verplichtin-
gen tot het in de toekomst doorbetalen van beloningen aan personeelsleden die op balansdatum naar verwach-
ting blijvend of geheel niet in staat zijn om werkzaamheden te verrichten door ziekte of arbeidsongeschiktheid.
In deze voorziening zijn tevens begrepen eventuele ontslagvergoedingen te betalen aan deze personeelsleden.
De voorziening loondoorbetaling bij ziekte wordt opgenomen tegen de contante waarde van de verwachte loon-
doorbetalingen gedurende het dienstverband.
8.6 Voorziening spaarverlof
Voor op balansdatum bestaande verplichtingen uit hoofde van spaarverlof is een voorziening gevormd. Deze
voorziening is gewaardeerd tegen de contante waarde van de toekomstige uitbetalingen. Betaalde bedragen
inzake spaarverlof worden ten laste van deze voorziening gebracht.
8.7 Voorziening levensfasebewust personeelsbeleid
In de van toepassing zijnde CAO is een persoonlijk budget opgenomen van 50 uur voor elke medewerker en
een aanvullend budget van 120 uur voor medewerkers vanaf 57 jaar. Deze uren kunnen gespaard worden. Het
bevoegd gezag heeft een inschatting gemaakt in hoeverre gespaarde uren tot uitgaven zullen gaan leiden. Voor
bestuursverslag 2018
46
deze inschatting is een voorziening opgenomen, welke is gevormd tegen de contante waarde van de toekom-
stige uitbetalingen.
9 Langlopende schulden
Langlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Transactiekosten die
direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van de langlopende schulden worden in de waardering bij eerste
verwerking opgenomen. Langlopende schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamorti-
seerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag rekening houdend met agio of disagio en onder aftrek van trans-
actiekosten. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt op basis
van de effectieve rente gedurende de geschatte looptijd van de langlopende schulden in de winst-en-verliesre-
kening als interestlast verwerkt.
10 Kortlopende schulden
Kortlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Kortlopende schulden
worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, zijnde het ontvangen bedrag reke-
ning houdend met agio of disagio en onder aftrek van transactiekosten. Dit is meestal de nominale waarde.
5.4 Grondslagen voor bepaling van het resultaat
1 Algemeen
Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de baten en alle hiermee verbonden, aan het verslagjaar toe
te rekenen lasten. De baten en lasten worden toegerekend aan de verslagperiode waarop ze betrekking heb-
ben.
2 Rijksbijdragen
Onder de Rijksbijdragen OCW worden de vergoedingen voor de exploitatie opgenomen verstrekt door het Mi-
nisterie OCW. Tevens worden hier de door het samenwerkingsverband ontvangen doorbetalingen van de Rijks-
bijdrage verantwoord.
De ontvangen (normatieve) Rijksbijdragen en de niet geoormerkte OCW-subsidies (vrij besteedbare doelsubsi-
dies zonder verrekeningsclausule) worden in het waarop de toekenning betrekking hebben volledig verwerkt als
bate in de staat van baten en lasten.
Geoormerkte OCW-subsidies met een vrij besteed overschot (doelsubsidies waarbij het overschot geen verre-
keningsclausule heeft) worden ten gunste van de staat van baten en lasten verantwoord naar rato van de voort-
gang van de gesubsidieerde activiteiten. Het deel van de subsidies waarvoor nog geen activiteiten zijn verricht
per balansdatum worden verantwoord onder de overlopende passiva.
Geoormerkte OCW-subsidies (doelsubsidies met verrekeningsclausule) worden ten gunste van de staat van
baten en lasten verantwoordt in het jaar waarvan de gesubsidieerde lasten komen. Niet bestede middelen wor-
den verantwoord onder de overlopende passiva zolang de bestedingstermijn niet is verlopen. Niet bestede mid-
delen worden verantwoord onder de kortlopende schulden zodra de bestedingstermijn is verlopen op balansda-
tum.
3 Overige overheidsbijdragen
Onder de overige overheidsbijdragen worden de vergoedingen opgenomen verstrekt door de Gemeente, Pro-
vincie of andere overheidsinstellingen. De overige overheidsbijdragen worden toegerekend aan het verslagjaar
waarop ze betrekking hebben.
4. Overige baten
Onder de overige baten worden de vergoedingen opgenomen die niet verstrekt zijn door het Ministerie van
OCW, Gemeenten, Provincies of andere overheidsinstellingen. De overige baten worden toegerekend aan het
verslagjaar waarop ze betrekking hebben.
bestuursverslag 2018
47
5 Personeelsbeloningen
5.1 Periodiek betaalbare beloningen
Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-en-ver-
liesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers respectievelijk de belastingautoriteit.
5.2 Pensioenen
Ds. Pierson Stichting voor Voortgezet Onderwijs heeft alle pensioenregelingen verwerkt volgens de verplichtin-
genbenadering. De over het verslagjaar verschuldigde premie wordt als last verantwoord. Mutaties in de pensi-
oenvoorziening worden ook in de winst-en-verliesrekening verwerkt. Zie ook de grondslagen voor waardering
van activa en passiva, bij Pensioenvoorziening.
6 Afschrijvingen op materiële vaste activa
Materiële vaste activa worden vanaf het moment van gereedheid voor ingebruikneming afgeschreven over de
verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen en vastgoedbeleggingen wordt niet afge-
schreven
Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige af-
schrijvingen aangepast.
Boekwinsten en -verliezen uit de incidentele verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrij-
vingen.
7 Financiële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van
de desbetreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de
verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.
5.5 Financiële instrumenten en risicobeheersing
1 Marktrisico
1.1 Prijsrisico
Ds. Pierson stichting voor Voortgezet Onderwijs
genomen onder financiële vaste activa en effecten, opgenomen onder vlottende activa. De stichting beheerst
het marktrisico door stratificatie aan te brengen in de portefeuille, en limieten te stellen.
1.2 Rente- en kasstroomrisico
Ds. Pierson stichting voor Voortgezet Onderwijs loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name
onder financiële vaste activa, effecten en liquide middelen) en rentedragende langlopende en kortlopende
schulden (waaronder schulden aan kredietinstellingen).
Met betrekking tot de vorderingen worden geen financiële derivaten met betrekking tot afdekking van het rente-
risico gecontracteerd.
2 Liquiditeitsrisico
Ds. Pierson stichting voor Voortgezet Onderwijs maakt gebruik van meerdere banken om over meerdere kre-
dietfaciliteiten te kunnen beschikken. Voor zover noodzakelijk, worden nadere zekerheden verstrekt aan de
bank voor beschikbare kredietfaciliteiten.
bestuursverslag 2018
(na resultaatbestemming)
Activa 31 december 2018 31 december 2017
Vaste activa
1.2 Materiële vaste activa1.2.1 Gebouwen en terreinen - -1.2.2 Inventaris en apparatuur 1.192.986 1.235.271
1.192.986 1.235.271
1.3 Financiële vaste activa1.3.5 Effecten 1.733.924 1.719.216
1.3.6 Overige financiële vaste activa - -
1.733.924 1.719.216
Totaal vaste activa 2.926.910 2.954.487
Vlottende activa
1.5 Vorderingen1.5.1 Debiteuren 21.865 23.952
1.5.5 Overige vorderingen 41.910 93.976
1.5.6 Overlopende activa 163.850 110.257227.625 228.185
1.6 Effecten 366.405 115.292
1.7 Liquide middelen 3.609.556 3.367.880
Totaal vlottende activa 4.203.586 3.711.357
TOTAAL ACTIVA 7.130.496 6.665.844
B2 Balans per 31 december 2018
Jaarrekening 2018
Balans 48
bestuursverslag 2018
(na resultaatbestemming)
Passiva 31 december 2018 31 december 2017
2.1 Eigen vermogen
2.1.1 Algemene reserve 348.125 253.9032.1.2 Bestemmingsreserves (publiek) 1.612.601 1.351.7132.1.3 Bestemmingsreserves (privaat) 300.000 300.0002.1.4 Bestemmingsfonds (publiek) 559.000 546.0002.1.5 Bestemmingsfonds (privaat) 5.694 3.526
2.825.420 2.455.142
2.3 Voorzieningen2.3.1 Onderhoudsvoorziening 1.854.351 1.725.4542.3.3 Overige voorzieningen 649.331 641.826
2.503.682 2.367.280
2.4 Langlopende schulden
2.4.1 Lening o/g gemeente 119.763 141.538
2.5 Kortlopende schulden2.5.1 Kortlopend deel langlopende schuld 21.775 21.7752.5.3 Crediteuren 94.846 46.2342.5.6 Belastingen en premies soc.verz. 388.966 375.6602.5.7 Schulden terzake van pensioenen 125.051 118.0902.5.8 Overige kortlopende schulden 147.616 157.7212.5.9 Overlopende passiva 903.377 982.404
1.681.631 1.701.884
TOTAAL PASSIVA 7.130.496 6.665.844
B2 Balans per 31 december 2018
Jaarrekening 2018
Balans 49
bestuursverslag 2018
B3 Staat van baten en lasten over 2018
2018 2018 2017werkelijk begroting werkelijk
Baten(Normatieve) Rijksbijdrage OCenW 10.646.064 10.410.800 10.361.215Overige subsidies OCenW 1.166.563 1.048.400 986.699Inkomensoverdracht van rijksbijdragen 126.435 113.000 154.3543.1 Totaal (Rijks)bijdragen OCenW 11.939.062 11.572.200 11.502.268
Gemeentelijke bijdragen 67.638 65.500 66.762Overige 695.609 544.300 586.1783.2 Totaal Overige (overheids)bijdragen 763.247 609.800 652.940
Totaal baten 12.702.309 12.182.000 12.155.208
LastenPersoneelslasten 10.072.230 9.701.000 9.883.207Afschrijvingen 313.701 306.000 333.679Huisvestingslasten 765.819 753.000 755.049Administratie en beheerslasten 134.109 137.500 134.251Inventaris, apparatuur en leermiddelen 886.677 795.300 620.986Overige instellingslasten 467.838 507.500 421.178Totaal lasten 12.640.374 12.200.300 12.148.350
Financiële baten en lastenFinanciële baten 54.550 71.300 53.144Financiële lasten 8.287 7.500 7.939Saldo baten en lasten 46.263 63.800 45.205
RESULTAAT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING 108.198 45.500 52.063
Jaarrekening 2018
Staat van baten en lasten 50
bestuursverslag 2018
Kasstroom uit operationele activiteiten
Resultaat 108.198 52.063
Aanpassingen voor:- Afschrijvingen 313.801 333.704- Mutaties eigen vermogen 262.080 -- Mutaties voorzieningen 136.402 167.379
Veranderingen in vlottende middelen:- Vorderingen 560 75.655- Effecten 251.113- 353- Kortlopende schulden 20.253- 91.381
549.675 720.535
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Mutaties materiële vaste act. (investering) 271.516- 96.766-Mutaties materiële vaste act. (desinvestering) - -Mutaties financiële vaste activa 14.708- 73.562-
286.224- 170.328-
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Mutatie lening gemeente (schuld) - -Aflossing lening gemeente (schuld) 21.775- 21.775-
21.775- 21.775-
Mutatie liquide middelen 241.676 528.432
Beginstand liquide middelen 3.367.880 2.839.448Mutatie liquide middelen 241.676 528.432
Eindstand liquide middelen 3.609.556 3.367.880
2018 2017
B4 Kasstroomoverzicht over 2018
Jaarrekening 2018
Kasstroomoverzicht 51
bestuursverslag 2018
Materiële vaste activa
In het voorjaar van 2006 is de nieuwbouw (LUX) in gebruik genomen. Tevens is de financiële afwikkeling met degemeente 's-Hertogenbosch afgerond door middel van een goedkeurende accountantsverklaring.De toenmalige inventaris-aanvraag is geactiveerd, waar tegenover een egalisatierekening is gevormd.(nu vooruitvangen investeringssubsidies onder de kortlopende schulden). De vrijval van deze egalisatierekeningis gelijk aan de afschrijving van het betreffende activum in het verslagjaar.
In 2015 is de nieuwbouw en verbouw (3e bouwlaag LUX, 2e gymzaal en andere utibreidingen) in gebruik genomen.Tevens is de financiële afwikkeling met de gemeente 's-Hertogenbosch afgerond door middel van een goedkeu-rende accountantsverklaring bij de bouwverantwoording.
De verzekerde waarde van de gebouwen is: waarde is bij gemeente 's-Hertogenbosch bekendDe OZB-waarde is als volgt: Geraert ter Borchstraat 1 *) 11.269.000 (peildatum 01-01-2018)
*) Na bezwaarprocedure is de waarde van 14.169.000,-- (peildatum 01-01-2015) teruggebracht naareen bedrag van 11.095.000,--.
Verkrijging Afschrijving Boekwaarde Investering Desinvestering Afschrijving Boekwaarde
per 1-1-2018 t/m 2017 per 1-1-2018 2018 2018 2018 per 31-12-2018
Materiële vaste activa
Inventaris enapparatuur
5.611.507 4.376.236 1.235.271 271.516-
313.801 1.192.986
5.611.507 4.376.236 1.235.271 271.516 - 313.801 1.192.986
AfschrijvingstermijnenInrichting lokalen 20 jaar
Inrichting meubilair 20 jaar
Inrichting overig 20 jaar
Inrichting personeelskamer 20 jaar
Inrichting Beta 20 jaar
ICT – lange(re) levensduur 5 jaar
ICT – korte levensduur 3 jaar
ICT – software 3 jaar
Als activeringscriterium geldt een bedrag van 450,--
Financiële vaste activa 31-12-2018 31-12-2017
Effecten 2.100.329 1.834.508Overige financiële vaste activa - -
2.100.329 1.834.508
Verloop effectenWaardering per 01-01 1.834.508 1.761.299Investering boekjaar 390.512 199.760Uitloting boekjaar 115.292- 115.645-Aanpassing waardering naar marktwaarde 9.399- 10.906-Waardering per 31-12 2.100.329 1.834.508
Specificatie van de effecten 31-12-2018 31-12-2017Langlopend > 1 jaar (financiële vaste activa) 1.733.924 1.719.216Kortlopend < 1 jaar (vlottende activa) 366.405 115.292
2.100.329 1.834.508
B5 Toelichting op onderscheiden posten van de balans
Jaarrekening 2018
Toelichting op de balans52
bestuursverslag 2018
Specificatie van de effecten Verkrijgings- Boekwaarde Marktwaarde Boekwaardeprijs 31-12-2017 31-12-2018 31-12-2018
Ter beurze genoteerde obligaties:4,00% Nederland 08/18 119.849 115.292 - -4,00% Nederland 09/19 118.977 115.613 117.850 115.2154,75% Credit Suisse 09/19 270.402 253.230 257.250 251.1904,00% Nordea Bank 10/20 240.375 247.594 265.250 248.5563,625% ABN-AMRO 10/20 210.588 202.597 210.380 201.5582,75% EIB 11/21 215.086 206.993 216.990 205.1072,25% ESFS 12/22 205.940 203.080 218.150 202.4204,125% Rabobank 10/25 303.450 290.310 302.525 284.9651,00% Ireland Treasury 16/26 199.760 199.799 206.040 199.8230,875% Allianz II 17/27 194.052 - 197.022 194.6960,75% B.N.G. 18/28 196.460 - 200.870 196.799
2.274.939 1.834.508 2.192.327 2.100.329
31-12-2018 31-12-2017
DebiteurenDebiteuren 21.865 23.952
21.865 23.952
De debiteuren zijn in het volgende boekjaar grotendeels ontvangen.
Overige vorderingen 31-12-2018 31-12-2017
Nog te ontvangen rente *) 28.804 29.274Nog te ontvangen bedragen - overige 8.982 33.882(2017: Nog te ontvangen vergoedingen detachering)Rekening-courant DOVO 2.925 1.603Overige vorderingen 1.199 29.217(2017: met name aan crediteur betaald namens VOION)
41.910 93.976
*) De rente van de banken is in januari van het volgende boekjaar ontvangen. De te ontvangen rentevan de obligaties wordt op de rentevervaldatum ontvangen.
Overlopende activa 31-12-2018 31-12-2017
Vooruitbetaalde kosten 123.051 109.832Transitievergoeding (compensatie) - i.v.m. beëindigingarbeidsovereenkomst(en) bij langdurige a.o. *) 40.760 -Verstrekte voorschotten 39 425
163.850 110.257
*) dit bedrag heeft een looptijd van langeer dan één jaar.
31-12-2018 31-12-2017
BankiersING-bank - rekeningen-courant 97.666 75.731ING-bank - spaarrekening(en) 2.489.506 2.269.825Rabobank - rekening-courant 55 125Rabobank - spaarrekening 511.673 511.445ASN-bank - spaarrekening 510.071 509.209
3.608.971 3.366.335KasmiddelenKas 585 1.545
3.609.556 3.367.880
Vorderingen
Liquide middelen
Jaarrekening 2018
Toelichting op de balans53
bestuursverslag 2018
Het verloop van de reserves is als volgt weer te geven:
Saldo Her- Nieuwe Bestemming Mutaties Saldo
Omschrijving per rubricering stand resultaat 2018 per
31-12-2017 vermogen 31-12-2017 2018 31-12-2018
Algemene reserve
Algemene reserve 253.903 - 253.903 211.131- 305.353 348.125 1)
Bestemmingsreserves (publiek)
Reserve Personeel 1.285.155 - 1.285.155 333.198 318.353- 1.300.000 2)
Reserve Prestatiebox - 262.080 262.080 - - 262.080 5)
Reserve BAPO 66.558 - 66.558 16.037- - 50.521
1.351.713 262.080 1.613.793 317.161 318.353- 1.612.601
Bestemmingsreserves (privaat)
Reserve Eigen Activiteiten 300.000 - 300.000 - - 300.000Bestemmingsfonds (publiek)
Fonds Sociaal plan 546.000 - 546.000 - 13.000 559.000 3)
Bestemmingsfonds (privaat)
Wout Hordijk-fonds 3.526 - 3.526 2.168 - 5.694 4)
Totaal 2.455.142 262.080 2.717.222 108.198 - 2.825.420
1) De mutatie betreft: - bestemming resultaat, volgens resultaatverdeling -211.131
- overige mutaties 305.35394.222
Naar verwachting zal de komende jaren de algemene reserve verder positief blijven als gevolg van
(zie meerjarenbegroting 2019-2023) de aanwending van de reserve BAPO tot nihil.
2) In het bestuursverslag wordt de bestemmingsreserve personeel (hoogte en bestemming) nader toegelicht.
3) Begrenzing fonds i.v.m. nieuw DGO 520.000
vermeerdeerd met salarisstijgingen in 2015 (0,8% per 01-01 en 1,25% per 01-09) 10.000
vermeerdeerd met salarisstijgingen in 2016 (3,0% per 01-07) 16.000
Saldo begin jaar 546.000
mutaties 2018 (2,35% per 01-06) 13.000Saldo einde jaar 559.000
4) Na het overlijden van voormalig docent, conrector en plv. rector, de heer W. Hordijk is een eigen
(intern) fonds opgericht. Het beheer geschiedt door de directie van de school.
5) Op basis van RJ 150 zijn de ontvangsten a.g.v. de prestatiebox van schooljaar naar kalenderjaar
toegerekend. Hierdoor is per 31 december 2017 voor dit verschil een reserve gevormd.
Saldo Gevormd Toevoeging Onttrekking/ Saldo
Omschrijving per t.g.v. eigen 2018 vrijval per
31-12-2017 vermogen 2018 31-12-2018
Onderhoudsvoorziening 1.725.454 - 180.000 51.103 1.854.351
Voorziening spaarverlof 98.410 - 7.247 17.021 88.636
Voorziening jubileumgratificaties 194.739 - - 65.337 129.402 *)
Voorziening basisbudget (sparen) 260.395 - 115.171 58.000 317.566 **)
Voorziening WW-lasten (erd) 36.634 - 36.983 5.000 68.617
Voorziening langdurig zieken 51.648 - 40.113 46.651 45.110
Totaal 2.367.280 - 379.514 243.112 2.503.682
Eigen Vermogen
Voorzieningen
Jaarrekening 2018
Toelichting op de balans 54
bestuursverslag 2018
*) Vanaf dit kalenderjaar wordt deze voorziening volgens een andere systematiek berekend (met name
is blijfkans toegevoegd), Hierdoor is er sprake van een aanzienlijke onttrekking.
**) De toevoeging is feitelijk een saldopost van toevoeging minus onttrekking. Redenen voor deze "geringe"
toename zijn: relatief veel opnamen PB-uren, correctie te hoog gereserveerd en uitdiensttredingen.
Onderhoudsvoorziening
Voorziening spaarverlof
De voorziening spaarverlof is opgebouwd om de kosten van vervangers te betalen wanneer de
personeelsleden die gespaard hebben voor verlof het verlof ook daadwerkelijk opnemen.
Voorziening jubileumgratificaties
De voorziening jubileumgratificaties is opgebouwd om de kosten van de eenmalige uitkeringen
bij het bereiken van een 25-jarig en 40-jarig ambtsjubileum te betalen.
Voorziening basisbudget (sparen)
De voorziening basisbudget (sparen) is opgebouwd om de kosten van vervangers te betalen wanneer de
personeelsleden die het basisbudget gespaard hebben het verlof ook daadwerkelijk opnemen. Dotaties
aan deze voorziening vinden plaats ten laste van de exploitatie. Deze mogelijkheid van sparen
bestaat sedert 1 augustus 2014 volgens de (toenmalige) cao VO 2014-2015.
Voorziening WW-lasten (erd)
De voorziening WW-lasten (erd) is opgebouwd om de kosten van verwachte (bovenwettelijke) WW-
uitkeringen (25% individueel deel) van voormalig personeelsleden te reserveren.
Voorziening langdurig zieken
De voorziening langdurig zieken is opgebouwd om de kosten van verwachte langdurig zieke mede-
werkers te reserveren.
Voorzieningen naar looptijd: < 1 jaar 1-5 jaar > 5 jaar Totaal
Onderhoudsvoorziening 343.000 1.509.000 2.351 1.854.351
Voorziening spaarverlof *) 39.684 33.884 15.068 88.636
Voorziening jubileumgratificaties 6.864 39.590 82.948 129.402
Voorziening basisbudget (sparen) *) 20.000 80.000 217.566 317.566
Voorziening WW-lasten (erd) 9.193 35.976 23.448 68.617
Voorziening langdurig zieken 32.874 12.236 - 45.110
Totaal 451.615 1.710.686 341.381 2.503.682
*) Alleen bij deze voorzieningen is de looptijd moeilijk te bepalen, omdat niet bekend is wanneer
werknemers gebruik zullen maken van het gespaarde verlofsaldo. Daarom is op basis van pro-
fessional judgement een verdeling gemaakt.
Dit betreft een in 2015 van de gemeente 's-Hertogenbosch ontvangen (renteloze) geldlening ter groottevan 217.750. Met deze lening is de aanschaf van LED-verlichting gefinancierd. Wij moeten meewer-
ken aan de vestiging van een pandrecht op de LED-verlichting, op eerste verzoek van gemeente.
Verloop lening o/g 2018 2017
Schuld per 01-01 163.313 185.088
Aflossingen boekjaar 21.775- 21.775-
Subtotaal 141.538 163.313
Af: kortlopend deel 21.775- 21.775-Schuld per 31-12 119.763 141.538
De voorziening onderhoud gebouwen dient ter egalisatie van de kosten van groot onderhoud.
Het meerjarenonderhoudsplan is in 2016 herzien. De stand van de voorziening is toereikend
voor het, uit het onderhoudsplan blijkend, uit te voeren onderhoud voor de komende 10 jaar als
de jaarlijkse dotatie op 180.000 per jaar wordt vastgesteld.
Langlopende schulden
Jaarrekening 2018
Toelichting op de balans 55
bestuursverslag 2018
Langlopende schulden naar looptijd: < 1 jaar 1-5 jaar > 5 jaar Totaal
Lening o/g *) - 87.100 32.663 119.763
*) Het kortlopend deel (< 1 jaar) is gerubriceerd onder de kortlopende schulden.
31-12-2018 31-12-2017
CrediteurenCrediteuren volgens openstaande postenlijst 94.846 46.234
(hoger i.v.m. nota's detacheringsbureau's en investeringen)
Belastingen en premies sociale verzekeringenLoonheffing december 388.966 375.660
Schulden terzake van pensioenenPremies ABP december 125.051 118.090
Overige schulden
Verwachte bijdrage huur Sportiom 42.000 42.000
Loonkosten (incl. transitievergoeding) ex-werknemer 19.493 56.504
Rekening-courant 10-14 Onderwijs 's-Hertogenbosch i.o. *) 44.189 -
Rekening-courant "vereniging" Pierson-nestoren 662 717
Overige 41.272 58.500147.616 157.721
*) In 2019 volgt de defintieve afekening van deze verhouding.
Overlopende passiva 31-12-2018 31-12-2017
Vakantie-uitkering 309.946 298.982
Bindingstoelage 29.673 28.315
Vooruitgefactureerde en ontvangen bedragen *) 381.644 193.959
Vooruitontvangen investeringssubsidies **) 131.439 148.897
Overige subsidies OCenW - geoormerkt ***) 10.500 34.256
Overige subsidies OCenW - niet geoormerkt ***) 40.175 277.995
903.377 982.404
*) De vooruitgefactureerde en ontvangen bedragen betreft de ouderbijdrage cursusjaar 2018/2019,
gedeelte 2019 en vooruitontvangen bijdragen Pierson-actief-activiteiten m.b.t. uitvoering in 2019.
Hierin is ook begrepen een deel van de in 2018 ontvangen vergoeding voor verkoop boeken.
**) Voormalige egalisatierekening, deze wordt hierna toegelicht.
Saldo Toerekening Vrijval Saldo
Omschrijving per subsidies subsidies per
31-12-2017 2018 2018 31-12-2018
ICT-Voorhoedeschool 687 - 288 399
Verbouwing en inventaris 4.383 - 807 3.576
Lokalen beta-vakken 58.449 - 5.283 53.166
Inrichtingsbudget 27.540 - 2.930 24.610
Totaal OCenW 91.059 - 9.308 81.751
Inrichting gemeente-budget 57.838 - 8.150 49.688Totaal 148.897 - 17.458 131.439
Kortlopende schulden
Jaarrekening 2018
Toelichting op de balans 56
bestuursverslag 2018
Deze vooruitontvangen investeringssubsidies zullen in de toekomst jaarlijks vrijvallen ten gunste
van het resultaat naar rato van de afschrijvingen over de gedane investeringen met deze subsidies.
Specificatie van de vooruitontvangen investeringssubsidies 31-12-2018 31-12-2017
Langlopend > 1 jaar 115.030 131.753
Kortlopend < 1 jaar 16.409 17.144Totaal 131.439 148.897
***) De overlopende passiva welke zijn benoemd als "Overige subsidies OCenW - geoormerkt en niet geoor-
merkt" zijn bedragen die ontvangen zijn van het Ministerie van OC&W. Deze bedragen mogen in de komen-
de jaren besteed worden voor de aangegeven doeleinden. In een bijlage is een specificatie opgenomen.
Niet uit de balans blijkende activa, rechten en verplichtingen
Vordering Ministerie van OCWUltimo 2018 heeft ds. Pierson College een vordering op het Ministerie van OCW ten bedrage van 712.778
(ultimo 2017: 692.824), die in de jaarrekening is gewaardeerd op nihil. Deze vordering heeft betrekking op
de op balansdatum nog te ontvangen bekostiging voor de betaling van de ABP-premies en de loonheffing
over de maand december en de opgebouwde vakantieuitkering over de periode juni tot en met december.
Deze afwaardering tot nihil heeft in 2007 plaatsgevonden omdat, uitgaande van continuïteit,
deze vordering feitelijk niet zal worden afgerekend en derhalve geen contante waarde kent.
Schoonmaakverplichtingen
Vanwege het aflopen van het contract is in 2017 de schoonmaak en glasbewassing Europees aanbesteed.
De jaarlijkse verplichting is nu 192.212,--.
De nieuwe overeenkomst met Asito is op 1 januari 2018 ingegaan en loopt t/m 31 december
2020, met een optie tot verlenging van drie keer één jaar.
Huurverplichtingen
In 2013 is ds. Pierson College een huurverplichting aangegaan voor de huur van foto- en kopieerapparatuur
met Océ Finance Nederland.
De looptijd is 5 jaar, te rekenen vanaf 1 mei 2013 en de jaarlijkse huurverplichting is 38.841,--.
In het verslagjaar 2018 is dit met een jaar velengd.
Aardgas- en electraverplichtingen
Via Verus (voorheen: besturenraad) is de levering van aardgas en elektriciteit aanbesteed (via inkoop-
collectief "Energie Voor Scholen"). Hieruit is het volgende gegund:
a. Levering van aardgas aan Eneco Zakelijk B.V. voor de periode vanaf 1 januari 2015 t/m 31 december
2020.
b. Levering van elektriciteit aan DVEP Energie voor de periode vanaf 1 januari 2015 t/m 31 december 2020.
Leermiddelenverplichtingen
Via Europees aanbesteden in 2018 is de opdracht voor levering en distributie van leermiddelen/les-
materiaal gegund aan de firma Van Dijk Educatie B.V. De overeenkomst is gestart op 15 april 2018
en loopt t/m 15 oktober 2022, met een mogelijkheid om jaarlijks op te zeggen (door beide partijen).
Het betreft het zogenaamde externe boekenfonds.
Overeenkomst toekenning bijdrage gemeente voor bouw
a. indien de gemeente het schoolgebouw onttrekt aan de onderwijsbestemming, het schoolbestuur recht
heeft op een vergoeding;
b. De vergoeding bestaat uit de boekwaarde van de eigen investering van het schoolbestuur, verminderd
met de jaarlijkse afschrijving. Het investeringsbedrag wordt jaarlijks, lineair afgeschreven over een
periode van 40 jaar met ingang van 1 januari 2015;
c. Indien de gemeente slechts een deel van het gebouw aan de onderwijsbestemming onttrekt, dan wordt
de vergoeding naar rato van het bruto vloeroppervlak berekend.
Jaarrekening 2018
Toelichting op de balans 57
bestuursverslag 2018
B8 Toelichting behorende tot de staat van baten en lasten
Baten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
RijksbijdragenLumpsumvergoeding personeel 1) 9.383.974 9.169.000 9.118.436Lumpsumvergoeding materieel 1.262.090 1.241.800 1.242.779Normatieve rijksbijdrage OCenW 10.646.064 10.410.800 10.361.215
Bekostiging lesmateriaal 527.655 521.900 520.021Prestatiebox VO 466.613 468.000 386.611LerarenOntwikkelFonds 23.756 23.000 45.381Regeling lente- en zomerscholen 2018 85.500 - -Doorstroomprogramma vmbo-mbo 24.500 - -Eerste Opvang Nieuwkomers VO 3.816 - -Prestatiesubsidie voor de convenanten 2018 prestatieafh. 9.500 10.000 -Prestatiesubsidie voor de convenanten 2018 vast 15.915 16.000 -Prestatiesubsidie voor de convenanten 2017 prestatieafh. - - 10.016Prestatiesubsidie voor de convenanten 2017 vast - - 15.889
Subtotaal 1.157.255 1.038.900 977.918Vrijval egalisatierekening OCenW 2) 9.308 9.500 8.781Overige subsidies OCenW 1.166.563 1.048.400 986.699
Lenteschool (2017: via - externe - penvoerder) - - 22.000Schoolbudget (SWV) 95.218 104.000 101.929Arrangement "Eigenaarschap van leerlingen" (SWV) - - 5.308Arrangement "PIP - Projectonderwijs in A-4" (SWV) 5.542 4.375Arrangement "Versnellers" 2016-2017 (SWV) - - 5.542Arrangement "PIP - Versnellers" 2017-2018 (SWV) 3.125 - 3.958Arrangement "PIP - Life Management Skills (SWV) 7.353 - -Extra Ondersteuningsbehoefte (SWV) 6.197 - 2.242Zorgcoördinatie (SWV) 9.000 9.000 9.000Inkomensoverdracht van Rijksbijdragen 126.435 113.000 154.354
Gemeentelijke bijdragenGemeente 's-Hertogenbosch inz. OZB-bijdrage 57.488 55.000 56.612Vrijval egalisatierekening inr. gemeente budget 8.150 9.000 8.150Gemeente 's-Hertogenbosch inzake verkeer 2.000 1.500 2.000
67.638 65.500 66.762Overige baten (exclusief rente)Detacheringen 3) 168.481 70.800 116.341Overige personele baten 4) 96.938 40.000 90.399Totaal overige baten personeel 265.419 110.800 206.740
Ouderbijdragen (inclusief excursies) 5) 402.290 413.500 360.718Overige materiële baten (internationalisering) 6) 27.900 20.000 18.720Totaal overige materiële baten 430.190 433.500 379.438
Totaal overige baten 695.609 544.300 586.178
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten58
bestuursverslag 2018Baten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
1) Volgens laatste beschikking (exclusief verrekening uitkeringslasten) 9.503.707Verrekening collectieve uitkeringslasten 2018 129.538-Verrekening individuele uitkeringslasten oktober 2017 t/m september 2018 5.029-Afrekening collectief deel 2018 14.834
9.383.974
De ophoging van de gemiddelde personeelslast (gpl) 2018 is "pas" op 30 augustus 2018 gepubliceerd.Deze was extra hoog, doordat het kabinet een hogere vergoeding beschikbaar heeft gesteld a.g.v.de salarisverhoging per 1 juni 2018 i.v.m. de nieuwe cao VO 2018-2019.Als gevolg hiervan wijkt de werkelijke bate in 2018 af van de begrote bate.
2) ICT-Voorhoedeschool 288 600 327Verbouwing en inventaris 807 900 806Lokalen bèta-vakken 5.283 5.500 5.304Inrichtingsbudget 2.930 2.500 2.344
9.308 9.500 8.781
3) Radboud Universiteit Nijmegen 19.815 18.600 18.600VO-raad 7.200 - -Onderwijs Coöperatie 20.663 - 46.871SLO 3.163 4.800 1.581SLO (Curriculum.nu) 26.720 - -SWV De Meierij 3.409 - -KW1C 40.053 - -LWEO - - 20.183Cito 47.458 47.400 29.106
168.481 70.800 116.341
4) Subsidie studieverlof (lerarenbeurs) 8.229 9.000 26.278OIIO (Erasmus) 3.892 - 9.730Loopbaan oriëntatie en -begeleiding (gemeente) - - 12.800Re-integratiesubsidie (2017: bij overige) 8.275 - -Levensloopverzekering (i.v.m. opname) 10.599 - -Bijdrage CZ 1.412 - -Baten tbv Wout Hordijk-fonds 3.737 - 5.201Compensatie transitievergoeding 40.760 - -Huiswerk Onder Toezicht 554 1.555Jobcoaching en subsidie arbeidsgehandicapte 8.431 - 13.278Overig 11.049 31.000 21.557
96.938 40.000 90.399
5) Activiteitendagen (schakelweken) leerjaren 139.914 155.000 137.337Pierson Actief 98.002 100.000 63.0902017: enkele activiteiten niet georganiseerd, c.q."doorgeschoven" naar volgend verslagjaarOverige ouderbijdragen 164.374 158.500 160.291
402.290 413.500 360.718
6) Nuffic - subsidie 6.000 - -Uitwisseling Bretagne - bijdrage ouders 8.250 10.000 9.750Uitwisseling Lleida - bijdrage ouders 13.650 10.000 8.970
27.900 20.000 18.720
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten59
bestuursverslag 2018
Lasten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
Personeelslasten
Directe personeelskostenDirectie 1) 246.878 229.500 333.663OP 7.588.203 7.547.500 7.544.160OOP 1.443.238 1.425.000 1.285.862Totaal directe personeelskosten 9.278.319 9.202.000 9.163.685
Indirecte personele lastenDienstverlening Merces (salarisadministratie) 23.651 25.000 26.125in 2017: incl. aankoop servicetegoed en nota dec. 2016Inhuur extern personeel 5) 337.579 146.000 277.008Arbodienst 50.144 26.000 43.496Dotatie voorziening spaarverlof 7.247 12.000 10.230Dotatie voorziening jubilea - 10.000 16.888Dotatie voorziening basisbudget (sparen) 115.171 115.000 18.662lager door meer verwachte opname en minder gebruik van sparenDotatie voorziening WW-lasten (erd) 36.983 - 36.6342018: herberekening werknemer en extra werknemer in WWDotatie voorziening langdurig zieken 40.113 - 51.6482018: terugboeking van in 2017 gereserveerdNascholing 102.578 120.000 121.290Reiskosten 2.930 3.000 1.873Kosten zorgbudget afdelingsleiders 5.817 7.000 4.362Kosten MR 4.680 4.000 5.771Wervingskosten personeel 2) 9.178 10.000 14.107Diverse bijeenkomsten personeel 3) 20.706 23.000 34.776Kantine personeel 15.095 18.000 14.016Uitbesteding VAVO (personele deel) 41.040 15.000 56.430Lasten ex-werknemers (inclusief transitievergoeding) 19.493 - 56.504Overlijdensuitkering derde 9.500 - -WGA-lasten eigenrisicodrager (inlooprisico) - - 2.459Overige kosten personeel 29.904 15.000 23.723Totaal indirecte personele lasten 871.809 549.000 816.002
UitkeringenUitkeringen vangnet-situaties 73.634- 50.000- 48.522-(met name zwangerschaps- en bevallingsuitkeringen)Uitkeringen 1e en 2e jaar van ziekte 4) 4.264- - 47.958-Totaal uitkeringen 77.898- 50.000- 96.480-
Totaal personeelslasten 10.072.230 9.701.000 9.883.207
1) - exclusief deel afdelingsleiders (onder OP gerubriceerd)- inclusief vergoeding leden Raad van Beheer
2) In 2017 eenmalige wervings- en selectiefee van ruim 6.000,--.3) In 2017: onderwijsinspiratiedag en afscheid 2 directieleden.4) Betreft de van het risicofonds (daar was dit risico t/m 31-12-2016 verzekerd) ontvangen
bedragen. Het betreft uitkeringen van werknemers die op 31-12-2016 al ziek waren.
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten
60
bestuursverslag 2018
Lasten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
5) De specificatie is als volgt:Surveillanten toetsen/examens 22.500 7.000 21.426(assistent) Communicatiemedewerker 13.061 - 30.882Vervanging docenten scheikunde 19.609 - 38.800Vervanging docent Duits 9.342 - -Vervanging docent bewegingsonderwijs 8.220 - 2.890Vervanging docenten Engels 63.616 - 30.815Vervanging docent muziek 3.182 - 3.648Vervanging docent Nederlands 25.574 -Vervanging docent Economie 8.191 -Inzet docent verzorging 1.423 - -Inzet docent Betatec 43.357 43.000 40.871Vervanging secretariaat 15.638 - 2.228Functiebouwwerk en andere P&O - - 1.255Aanvulling zorgteam (orthopedagogiek) 14.736 - 5.395Tijdelijke inzet directiefunctie (vervanging) 49.372 53.000 33.577Ondersteuning conciërges 5.523 - 25.4252e lijns remote netwerkbeheer 12.185 28.000 7.454Europese aanbesteding 4.964 - 6.562Student-assistenten (ondersteuning docenten) 4.108 - -Begeleiding profielwerkst. etc. studenten 1.128 2.000 1.922Overige 11.850 13.000 23.858
337.579 146.000 277.008
Specificatie personele lasten naar kostendragersDirectie, inclusief Raad van Beheer 296.250 229.500 367.240Onderwijzend personeel 7.394.826 7.497.500 7.334.902Onderwijs ondersteunend personeel 1.509.345 1.425.000 1.365.063Overig (indirecte personele lasten) 871.809 549.000 816.002
10.072.230 9.701.000 9.883.207
Specificatie personele lasten naar soortBruto-lonen 100% 7.293.194 100% 7.037.789
1) Sociale lasten % bruto-lon. 13% 926.376 12% 879.7032) Pensioenlasten % bruto-lon. 15% 1.098.652 14% 1.035.5383) Overige % bruto-lon. 10% 754.008 13% 930.177
10.072.230 9.883.207
1) Stijging 2018 t.o.v. 2017 door algemene prijsstijgingen en hogere bruto-lonen (ook cao-invloeden).2) Stijging 2018 t.o.v. 2017 door algemene prijsstijgingen en hogere bruto-lonen.3) Daling 2018 t.o.v. 2017 met name door kosten van ziekte van 2018 al naar 2017 te halen
(personele voorziening) en lagere lasten (transitie-vergoeding) ex-werknemer.
Wet normering bezoldiging topfunctionarissenGedurende het verslagjaar zijn aan de toezichthoudende leden van de Raad van Beheer vergoedingenverstrekt ter grootte van 10.127,-- (2017: 9.699,--) in totaal. Zie hiervoor de separate bijlage
Aantal fte. per balansdatum 126,2 123,3
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten
61
bestuursverslag 2018
Lasten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
AfschrijvingenBoekresultaten - overig 100- - 25-Afschrijving inventaris en apparatuur 313.801 306.000 333.704
Totaal afschrijvingen 313.701 306.000 333.679
HuisvestingslastenHuren 45.525 50.000 56.227(in 2018 te teveel gereserveerd)Dotatie aan onderhoudsvoorziening 180.000 180.000 180.000Klein onderhoud en exploitatie 107.928 107.500 95.175Energie (gas, elektra, water), 99.503 107.000 104.359Schoonmaakkosten 6) 247.288 228.000 228.592Heffingen 65.881 68.000 64.694Overige huisvestingslasten 7) 19.694 12.500 26.002
Totaal huisvestingslasten 765.819 753.000 755.049
6) Interne schoonmaak (maandelijkse term.), incl. 192.212 180.000 178.623servicetaak personeelskamer/nalopen aulaControle onderhoud (CSG) 1.939 2.000 1.939Kwaliteitsmetingen (CSG) - 1.500 781Ramen wassen 9.860 9.000 8.366Overige extra schoonmaakkosten, waarvan 10.708 2.500 5.009in 2018: reinigen raambekleding: 5.067(rest is met name vloeronderhoud)Schoonmaakartikelen 1.630 2.500 3.230Handdoek- en zeepautomaten 29.244 27.000 28.164Containerkosten 937 2.500 1.591Overige 758 1.000 889
247.288 228.000 228.592
7) Onderhoud groenvoorziening 9.622 8.000 11.133Kosten beveiliging 2.280 4.500 4.745Ongediertebestrijding 672 - 1.601Europese aanbesteding schoonmaak - - 6.711Bouwaanvraag wijzigen gevelkozijnen 468 - -Taxatie t.b.v. verzekering 4.840 - -Overige 1.812 - 1.812
19.694 12.500 26.002
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten
62
bestuursverslag 2018
Lasten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
Administratie en beheerslastenContributies ondersteunende organisaties 27.880 20.000 26.109Accountantskosten 9) 13.156 13.000 12.997ORION - samenwerkingsverband 4.998 10.000 4.917in begroting andere rubricering (kosten anders verantwoord)Vakliteratuur, tijdschriften en kranten 10.912 8.000 13.343Kantoorbehoeften 499 5.000 1.737Kopieerkosten (lease, papier, toner en overig materiaal) 53.236 60.000 56.477Telefoonkosten 8.596 7.000 5.393Portokosten 10.332 10.000 8.778Overige beheerlasten (bijdrage aan peecee) 4.500 4.500 4.500
Totaal administratie en beheerslasten 134.109 137.500 134.251
9) Controle van de jaarrekening 12.823 13.000 12.997Andere controle diensten - - -Belastingadvies 333 - -
13.156 13.000 12.997
Inventaris, apparatuur en leermiddelenAanschaf lesmateriaal en leermiddelen 179.889 175.000 180.594Doorstroomprogramma vmbo-mbo 19.250 - -Onderwijsbegeleiding (tijdens onderwijs-ontwikkeldagen) 17.500 - -Kosten lenteschool 73.740 - 11.660Overige kosten t.l.v. boekenfonds 10) 29.611 34.500 49.314Afschrijving boekenfonds "gratis boeken" / kosten boeken 507.778 505.600 319.145Aanschaf / onderhoud ICT 53.259 65.200 49.826Uitgaven "Prestatiebox VO" 5.650 15.000 10.447
Totaal inventaris, apparatuur en leermiddelen 886.677 795.300 620.986
Overige instellingslastenWerving leerlingen, incl. open dag 14.450 20.000 25.795Begeleiding, LOB leerlingen, etc. 11) 18.785 10.000 11.298Representatiekosten 8.351 10.000 3.900Kosten Raad van Beheer 4.559 5.000 10.3642017: meer kosten MD en scholingActiviteitendagen, excursies, etc. 12) 222.490 255.000 178.491Kosten ten laste van schoolfonds 148.735 158.500 145.938Overige onderwijskosten 13) 50.468 49.000 45.392
Totaal overige instellingslasten 467.838 507.500 421.178
10) Restituties boekengeld (VAVO-leerlingen) 2.071 - 3.723Loonkosten boekenfondsbeheerder 10.000 25.000 25.000Europese aanbesteding via ORION - - 3.675Oninbare bedragen en administratiekosten 8.074 - 6.108Gymshirts 3.262 3.500 4.025Tekendozen 6.204 6.000 6.783
29.611 34.500 49.314
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten
63
bestuursverslag 2018
Lasten
Rekening Begroting Rekening2018 2018 2017
11) De specificatie is als volgt:Begeleiding leerlingen 7.979 5.000 4.127inclusief mediation bij leerlingenBovenSchoolse Voorziening 4.575 - -LOB 6.231 5.000 5.316
18.785 10.000 9.443
12) Inclusief Pierson Actief, waarvoor bij de baten de bijdrage van de ouders is verantwoord
13) Dit betreft kosten internationalisering:Bretagne 8.686 10.000 9.288Lleida 14.712 10.000 9.363Totaal 23.398 20.000 18.651Kosten veiligheid 4.340 4.000 3.959Bestedingen t,b,v, Wout Hordijk-fonds 1.569 - 2.878Bossche Jeugdparlement 1.948 - -Identiteit (2018: Piersonlezing) 14.349 5.000 12.423(2017 en 2018: inclusief bezinningsdag)Diversen 4.864 20.000 7.481
50.468 49.000 45.392
Financiële baten en lasten
Financiële batenRente baten 14) 54.550 71.300 53.144
Financiële lastenRente lasten 15) 8.287 7.500 7.939
Saldo financiële baten en lasten 46.263 63.800 45.205
14) Rente obligaties 61.571 64.691Meegekochte rente obligatie 451- 1.622-Koersresultaat obligaties *) 9.688- 11.553-Te veel gereserveerd op beginbalans (rente) - 776-Rente bank 3.118 2.404
54.550 71.300 53.144
15) Servicefee beheer effecten 5.656 5.097Rente bank 7- 17-Overige bancaire kosten 2.638 2.859incl. kosten opwaarderen leerlingpasjes (catering)
8.287 7.500 7.939
*) Aanpassing waardering 9.399- - 10.906-Koersresultaat bij expiratie/lossing 289- - 647-
9.688- - 11.553-
Jaarrekening 2018
Toelichting op de staat van baten en lasten
64
bestuursverslag 2018
Voorstel resultaatbestemming
In de vergadering van 27 mei 2019 heeft de Raad van Beheer besloten het resultaat te bestemmen:
Resultaat 2018 108.198
Toevoeging bestemmingsreserve personeel 1)(resultaat personeel) 333.198
225.000-
Onttrekking bestemmingsreserve (publiek) 16.037-(mutatie "oude" BAPO - betreft eigenlijk reserve duurzame inzetbaarheid)
Onttrekking bestemmingsreserve (privaat) gemaximeerd -(eigen activiteiten)
Toevoeging bestemmingsfonds (publiek) niet via resultaatbestemming -(Fonds Sociaal Plan)
Toevoeging bestemmingsfonds (privaat) 3) 2.168(Wout Hordijk-fonds)
Resteert, toevoeging algemene reserve 2) 211.131-
1) Dit betreft de saldopost van direct toerekenbare personele baten (m.n. ministerieOCW) en personele lasten (m.n. salariskosten).
2) Dit betreft het restant saldo na toerekening aan andere posten van het eigen vermogen.
3) Verantwoord in de jaarrekening:Baten 3.737Lasten 1.569
Toevoeging reserve 2.168
Jaarrekening 2018
Resultaatbestemming65
bestuursverslag 2018
D1 Gegevens over de rechtspersoon
Naam en adres van de instelling:ds. Pierson CollegeGeraert ter Borchstraat 1Postbus 7015201 AS 's-Hertogenbosch
Telefoonnummer:Tel: (073) 644 29 29
e-mailadres:[email protected]
Internetsite:www.pierson.nl
Bevoegd-gezagnummer:41070
Naam contactpersoon:mw. A.M. van Bommel, rector-bestuurder
Telefoonnummer contactpersoon:Tel: (073) 644 29 29
e-mailadres contactpersoon:[email protected]
BRIN-nummer: 05PL05PL00 Geraert ter Borchstraat 1, 5212 CZ 's-Hertogenbosch05PL01 Lukas van Leijdenstraat 31, 5213 BB 's-Hertogenbosch *)
*) tijdelijke nevenvestiging als bedoeld in artikel 16 van de WVO, duur is van 1 augustus 2014tot 1 augustus 2015 (bij DUO pas beëindigd per 1 augustus 2016)
Overzicht verbonden partijen:De school heeft geen meerder- of minderheidsdeelnemingen (BV of NV) noch heeft de schoolbeslissende zeggenschap in andere stichtingen of verenigingen.
Het ds. Pierson College heeft in 2018 o.a. samengewerkt met het samenwerkingsverbandDe Meierij rond zorg aan leerlingen en de invoering van Passend Onderwijs
Jaarrekening 2018
Gegevens rechtspersoon 66
bestuursverslag 2018
WNT-verantwoording 2018
Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipubliekesector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op de ds.Pierson stichting voor Voortgezet Onderwijs van toepassing zijnde regelgeving:Het bezoldigingsmaximum in 2018 voor ds. Pierson stichting voor Voortgezet Onderwijs is 146.000(WNT-maximum voor het onderwijs). Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband.
Voor topfunctionarissen zonder dienstbetrekking geldt met ingang van 1 januari 2016 voor de eerste 12kalendermaanden een afwijkende normering, zowel voor de duur van de opdracht als voor het uurtarief.
1. Bezoldiging topfunctionarissen1a. Leidinggevende topfunctionarissen met dienstbetrekking en leidinggevende topfunctionarissen
zonder dienstbetrekking vanaf de 13e maand van de functievervulling.
bedragen x 1 A.M. van Bommel
Functiegegevens rector-bestuurderAanvang en einde functievervulling in 2018 1/1 - 31/12Omvang dienstverband (in fte) 1,0Dienstbetrekking? ja
BezoldigingBeloning plus 92.447belastbare onkostenvergoedingenBeloningen betaalbaar op termijn 16.215Subtotaal 108.662
Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
146.000
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet n.v.t.terugontvangen bedrag
Totaal bezoldiging 2018 108.662
Gegevens 2017bedragen x 1
FunctiegegevensAanvang en einde functievervulling in 2017 1/1 - 31/12Omvang dienstverband 2017 (in fte) 1,0Dienstbetrekking ja
BezoldigingBeloning plus 90.583belastbare onkostenvergoedingenBeloningen betaalbaar op termijn 15.682
Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
141.000
Totaal bezoldiging 2017 106.265
Het hierbij behorende WNT-maximum voor 2018 is 146.000,--.
Jaarrekening 2018
WNT-verantwoording67
bestuursverslag 2018
1c. Toezichthoudende topfunctionarissen
bedragen x 1O.C.Bult
K.G. van derMeulen
K.G. vander Meulen
Functiegegevens voorzitter voorzitter lidAanvang en einde functievervulling in 2018 1/1 - 31/12 n.v.t. 1/1 - 28/2
BezoldigingTotale bezoldiging 3.538 - 236-/- Onverschuldigd betaald en nog nietterugontvangen bedrag n.v.t. n.v.t. n.v.t.Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
21.900 - 2.433
Gegevens 2017bedragen x 1FunctiegegevensAanvang en einde functievervulling in 2017 1/2 - 31/12 1/1 - 31/1 1/2 - 31/12
BezoldigingTotale bezoldiging 3.228 293 1.291Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
19.388 1.763 12.925
Totaal bezoldiging 2017 3.228 293 1.291
bedragen x 1O.C.Bult
P.A. vanTilburg
A.M. Volp-Kortenhorst
Functiegegevens lid lid lidAanvang en einde functievervulling in 2018 n.v.t. 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12
BezoldigingTotale bezoldiging - 625 1.415-/- Onverschuldigd betaald en nog nietterugontvangen bedrag n.v.t. n.v.t. n.v.t.Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
- 14.600 14.600
Gegevens 2017bedragen x 1
FunctiegegevensAanvang en einde functievervulling in 2017 1/1 - 1/2 1/8 - 31/12 1/8 - 31/12
BezoldigingTotale bezoldiging 117 - 587Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
1.175 5.875 5.875
Totaal bezoldiging 2017 117 - 587
N.B.Berekening aantal complexiteitspunten (en categorieën):1. Gemiddelde totale baten – 4 punten2. Aantal bekostigde leerlingen – 2 punten3. Aantal onderwijssoorten – 3 punten
Op basis van dit totaal (9 punten) valt de ds. Pierson Stichting voor Voortgezet Onderwijs in Klasse D.Het hierbij behorende WNT-maximum voor 2018 is 146.000,--.
Jaarrekening 2018
WNT-verantwoording68
bestuursverslag 2018
bedragen x 1A.N.G.J.
KootL.L.H.M.
SchmeitzI.C.A.N.
Sluiter
Functiegegevens lid lid lidAanvang en einde functievervulling in 2018 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 n.v.t.
BezoldigingTotale bezoldiging 1.415 1.415 --/- Onverschuldigd betaald en nog nietterugontvangen bedrag n.v.t. n.v.t. n.v.t.Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
14.600 14.600 -
Gegevens 2017bedragen x 1
FunctiegegevensAanvang en einde functievervulling in 2017 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 26/1
BezoldigingTotale bezoldiging 1.408 1.408 117Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
14.100 14.100 1.175
Totaal bezoldiging 2017 1.408 1.408 117
bedragen x 1 A. de Bruijn
Functiegegevens lidAanvang en einde functievervulling in 2018 1/2 - 31/12
BezoldigingTotale bezoldiging 1.297-/- Onverschuldigd betaald en nog nietterugontvangen bedrag n.v.t.Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
13.383
Gegevens 2017bedragen x 1
FunctiegegevensAanvang en einde functievervulling in 2017 n.v.t.
BezoldigingTotale bezoldiging -Individueel toepasselijkbezoldigingsmaximum
n.v.t.
Totaal bezoldiging 2017 -
2. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNTNaast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met dienstbetrekkingdie in 2018 een bezoldiging boven het individuele WNT-maximum hebben ontvangen. Er zijn in 2018 geenontslaguitkeringen betaald aan overige functionarissen die op grond van de WNT dienen te worden ver-meld, of die in eerdere jaren op grond van de WOPT of de WNT vermeld zijn of hadden moeten worden.
Jaarrekening 2018
WNT-verantwoording69
bestuursverslag 2018
2.5.9 Specificatie overlopende passiva - Overige subsidies OCenW
Geoormerkt en doorlopend na 2018
Omschrijving project Kenmerk Totaalbedrag Ontvangen Besteed Saldo Ontvangen Saldo
toewijzing 31-12-17 31-12-18
Doorstroompro-
gramma vmbo-mboDMBO18201
24.500 - - - 24.500 24.500 - -
LerarenOntwikkel-
Fonds
LOF15-0427-
1009935
19.736 19.736 13.980 5.756 - 5.756 - -
LerarenOntwikkel-
Fonds
LOF16-0077-
1094487
36.000 36.000 7.500 28.500 - 18.000 - 10.500
Subtotaal 80.236 55.736 21.480 34.256 24.500 48.256 - 10.500
Niet geoormerkt en doorlopend na 2018
Omschrijving project Kenmerk Totaalbedrag Ontvangen Besteed Saldo Ontvangen Saldo
toewijzing 31-12-17 31-12-18
Prestatiebox VO
2017811067-1
449.280 449.280 187.200 262.080 - - 262.080 -
Prestatiebox VO
2018887037-1
490.880 - - - 490.880 466.613 - 24.267
Regeling lente- en
zomerscholen 2018VO/1045757
85.500 85.500 85.500 - -
Aanvullende
bekostiging 1e
opvang nieuwkomers
VO
937038-1
3.816 - - - 3.816 3.816 - -
Prestatiesubsidie
voor de convenanten
2018 (vast)860353-1
15.915 15.915 - 15.915 - 15.915 - -
Prestatiesubsidie
voor de convenanten
2018 (variabel)937318-2
9.500 - - - 9.500 9.500 - -
Prestatiesubsidie
voor de convenanten
2019 (vast)934435-2
15.908 - - - 15.908 - - 15.908
Bekostiging
lesmateriaal 2018919387-2
527.655 - - - 527.655 527.655 - -
Subtotaal 1.598.454 465.195 187.200 277.995 1.133.259 1.108.999 262.080 40.175
Subtotaal 1.157.255
13.953
Opgenomen als vordering - -
Totalen 1.678.690 520.931 208.680 312.251 1.157.759 1.171.208 262.080 50.675
Toelichting
De vordering op het Ministerie van OCW wegens de ultimo boekjaar nog te ontvangen vergoedingen voor Loonheffing / premie ABP over december en de overlopende
vakantie-uitkeringen van het personeel is met ingang van 2007 gewaardeerd op nihil.
De nominale waarde van deze vordering bedraagt ultimo 2018 712.778 (ultimo 2017: 692.824).
1.5.2 Kortlopende vorderingen op het Ministerie van OC&W
Bekostigingsjaar Beschikking Bedrag Ontvangen t/m Te vorderen
(nummer en datum) beschikking jaar 2018 31-12-2018
Overlopende post personele lumpsum 2018 861600, 20-11-2018 9.503.707 9.503.707 -
Totaal kortlopende vordering op het Ministerie van OC&W -
Besteed tbv
exploitatie
Wijziging cf.
RJ 150
Toegerekende subsidie egalisatie
t/m 31-12-2017 t/m 31-12-2018
Besteed tbv
exploitatie
Besteed tbv
reserves
t/m 31-12-2017 t/m 31-12-2018
Jaarrekening 2018Specificatie overlopende passiva 70
bestuursverslag 2018
G1. Verantwoording van subsidies zonder verrekeningsclausule
Omschrijving project Kenmerk Datum Bedrag van Ontvangen t/m de prestatie is ultimo verslagjaar conform de subsidiebeschikking
de toewijzing verslagjaar geheel uitgevoerd en afgerond nog niet geheel afgerond
Regeling lerarenbeurs voor
scholing, zij-instroom en
bewegingsonderwijs DL/496389 21-03-2013 8.229 8.229
Regeling lente- en
zomerscholen VO 2018 VO/1045757 09-12-2016 85.500 85.500
LerarenOntwikkelFonds PO/779628 29-09-2015 19.736 19.736
LerarenOntwikkelFonds PO/779628 29-09-2015 36.000 36.000
Subtotaal 149.465 149.465
G2. Verantwoording van subsidies met verrekeningsclausule
G2.A. Aflopend per ultimo verslagjaar
Omschrijving project Kenmerk Datum Bedrag van Ontvangen t/m Totale kosten
de toewijzing verslagjaar
Subtotaal - - - -
G2.B. Doorlopend tot in een volgend verslagjaar
Omschrijving project Kenmerk Datum Bedrag van saldo Ontvangen in
de toewijzing 01-01-2018 verslagjaar
Subtotaal - - - - - -
Saldo nog te
besteden
ultimo
Te verrekenen
ultimo
verslagjaar
lasten in
verslagjaar
totale kosten
31-12-2018
Model G
x
x
x
x
Jaarrekening 2018Model G 71