Upload
others
View
54
Download
1
Embed Size (px)
Citation preview
1. Het schaap
Owilde schapen (orspronkelijijijke w Ovis aries) zijn afkomstigs
Het zijn nauwe verwanten van wat
moefl on (Ovis orientalis) kennen.s
or op Sardinië, Corsica en Cyprus.
land, Oostenrijk, Roemenië,
d. Schapen zijn, samen met geiten,
isdieren. Eerst werd op wilde
un sociale gedrag leenden ze zich
Dit vond voornamelijk plaats in het
en fokkerij speelden voornamelijk
s het Laristan- (Ovis larestanica),
rialschaap (Ovis vignei) een rol. In ii
speelden en spelen schapen een
rol voor rondzwervende herdersvol-
archeologische opgravingen blijkt
e ruim 7000 v. Chr. (en vermoe-
jk al daarvoor) bekend waren in
omgeving van Jericho. Vanuit het
dden-Oosten verspreidden half-
domesticeerde schapen zich naar
den rondom de Middellandse Zee,
ze zich verder ontwikkelden.
Schapen in Europa
ongeveer 4000 v. Chr.
n komen uit Duitsland en kort
nd, waar ze het eerst in
uden. Omstreek 1000 v. Chr. kwa-
derland en België voor, waar ze
t heide-, kust- en polderschapen en
pen. In de 19e eeuw waren in deze
Het rustige karakter van het schaap
zorgde dat dit dier al vroeg werd gedo-
mesticeerd. Kennis van dit karakter, het
diereigen gedrag en de anatomie van
schapen is noodzakelijk om de dieren op
een verantwoorde manier te houden.
wilde schorspro eliijke w
-Oosten. uit het Miiidddden-
dig als de wiiij tetetegegegenwoord
kelijk vooDDeD ze komen ooooroo spronk
Ze zijn later uitgezet in GriekenlZe zijn later uitgezet in
Slowakije, Tsjechië en Duitsland
de oudst bekende landbouwhui
schapen gejaagd, maar door hu
uitstekend voor domesticatie. D
Midden-Oosten. In de selectie e
Aziatische schapenrassen zoals
Argeli- (Ovis ammon) en Ur
het Midden-Oosten s
belangrijke r
ken. Uit
dat ze
deli
de
Mi
ge
lalan
waar
Schapen in
Inn E Europa zijn schapen vanaf
bekend. De eerste meldingen
dadadaara na uit België en Nederlan
ZuuZ id-Limburg werden gehou
mmem n ze vrij algemeen in Ned
ziziccch verder ontwikkelden tot
zozogenoemde kortstaartschap
6 | Schapen
hobbydieren_schaap_10.indd 6hobbydieren_schaap_10.indd 6 19-12-2008 11:08:3519-12-2008 11:08:35
Het schaap | 7
regio ruim vijftien rassen bekend. De doorbraak van de schapen-
houderij kwam met de ontwikkeling van het Texelse schaap.
Lokale pijlstaartschapen werden met Engelse rassen ingekruist
met als resultaat een snel groeiend dubbeldoelras – voor vlees
en wol – aanvankelijk met een lagere vruchtbaarheid. De kwali-
teit van de Texelaar is bevleesdheid en bespiering en daarnaast
weinig vet. De Suffolk groeit veel sneller. Ze komen nu door heel
Europa en zelfs daarbuiten voor. Al in 1909 werd een vereniging
tot verbetering van de schapenfokkerij in Noord-Holland, het
Texels Schapenstamboek Noord Holland (TSNH) opgericht. Deze
vereniging telt nu ruim 800 leden, die elk gemiddeld veertig
Texelaars houden. De TSNH werkt nauw samen met een tweede
stamboek van Texelaarschapen: het Nederlandse Texels Stamboek
(NTS) voor de rest van Nederland.
Voor de fokkerij is het van belang dat een Texelaar een goede
afstamming heeft, dat wil zeggen vooral afkomstig is uit een
familie waarin veel meerlingen voorkomen. Een goede lammeren-
productie is van belang om dit ras rendabel te kunnen houden.
Melk, vlees en wolBij de ontwikkeling van schapen
ontstonden drie fokrichtingen: melk-,
vlees- en wolschapen. Variëteiten wa-
ren gehoornd, ongehoornd, groot, klein
en vele andere verschijningsvormen.
Ook werd in West-Europa onderscheid
gemaakt tussen heide- en weidescha-
pen. De eerstgenoemde waren meer
bestand tegen een sobere levenswijze
dan de laatste.
S chapen zijn ontstaan in het Midden-Oosten en hebben zich eerst in noordoostelijke richting verspreid. Later verspreidden ze zich naar het westen via de landen rond de Middellandse Zee. Wilde schapen komen nog voor van Klein-Azië via Iran en Tibet tot Mongolië en Siberië in Azië, en in het westen van Noord-Amerika van Alaska tot Noord-Mexico. Verwil-derde populaties komen onder andere voor op eilanden in de Middellandse Zee en de Orkney-eilanden.
M oeflons zijn oorspronkelijk wilde schapen.
Texelse schapen waren de doorbraak voor de Nederlandse schapenhouderij.
hobbydieren_schaap_10.indd 7hobbydieren_schaap_10.indd 7 19-12-2008 11:08:4319-12-2008 11:08:43
8 | Schapen
Ontwikkelingen in de schapenhouderij
Rond 1900 waren er circa 750.000 schapen (inclusief lammeren)
in Nederland. In de jaren vijftig van de vorige eeuw lag het aantal
schapen op ongeveer 380.000, waarna door intensivering van de
veehouderij het aantal gehouden schapen per jaar weer toe-
nam, totdat aan het begin van de jaren negentig bijna 2.000.000
schapen werden gehouden. Hierna daalde het aantal weer onder
invloed van een verslechterend rendement, de mestwetgeving
en de te hoge arbeidskosten die het professioneel houden van
schapen met zich meebrengt.
Op dit moment is er een veelheid aan inheemse, buitenlandse en
speciaal gefokte effi ciëntere gebruiksrassen zoals de Swifter, Fle-
volander en Noordhollander te vinden. Bij de jaarlijkse landbouw-
telling van 2007 werd vastgesteld dat er bijna 1.400.000 schapen
in Nederland gehouden worden. De laatste jaren groeit het aantal
schapen nog steeds, hoewel er een tendens is om naast de
traditionele rassen ook speciale en buitenlandse schapenrassen
en de moderne bedrijfsrassen (die jaarrond afl ammeren) te gaan
houden. Het totale aantal schapenhouders ligt rond de 14.000. Op
ongeveer 4000 professionele bedrijven worden meer dan honderd
schapen gehouden terwijl op 1100 bedrijven minder dan vijf
schapen worden gehouden. Het meeste schapenvlees is bestemd
voor export. Mensen houden ook steeds vaker schapen als hobby,
waarbij naast de traditionele schapenrassen zoals de Texelaars,
polderschapen en de Oud-Nederlandse rassen ook steeds meer
buitenlandse rassen hun intrede doen.
Anatomie
Het is lastig om een beschrijving van de bouw van een schaap te
maken zonder een voorbeeld. Er is gekozen om dit aan de hand
van de Texelaar te doen. Vanzelfsprekend zijn uitgangspunten te
vertalen naar andere rassen. Opmerkelijke verschillen tussen ras-
sen zijn te lezen in het betreffende hoofdstuk.
Het uiterlijk is zeer belangrijk voor fokschapen. In verband met
het inschrijven in het Stamboek vindt in het najaar een beoorde-
ling van het exterieur van Texelaars plaats. Bij de beoordeling
wordt onder andere gelet op een goed type, goede ontwikkeling,
evenredigheid in lichaamsbouw, bespiering, beenstand en een
voldoende ontwikkeld uier. Bij een Texelaar moeten lichaam en
hals bijvoorbeeld een compacte gedrongen indruk maken, maar in
geen geval te beknopt zijn. De breed gebouwde bovenbouw en de
gevuldheid van voor-, midden- en de schuin afl opende achterhand
zijn nodig voor een duidelijk vleestypisch dier.
hobbydieren_schaap_10.indd 8hobbydieren_schaap_10.indd 8 19-12-2008 11:08:4919-12-2008 11:08:49
Het schaap | 9
E xterieur Texelaar
Vleestypisch met goede lengte en lange, schuin aflopende achterhand
Zie tekst bij rasbeschrijving op blz 20.
naar boven toe dunner
toelopende nek
horizontale rug met
brede lendenwervels
breed, vlak, iets
hellend kruis
goed ontwikkelde,
bol-vormige, soepele
balzak met ingedaalde
testikels
breed voorhoofd,
staande oren,
vriendelijke ogen
recht neusbeen, goed
sluitende bek
ruime, diepe borst
stevige, rechte voorpoten
met rechte koten
in achteraanzicht:
rechte, evenwijdige
hakken
lange gewelfde ribben en
ruime, diep buik
V oor een goede groeisnelheid moeten lammeren ruimte en volop eten hebben
hobbydieren_schaap_10.indd 9hobbydieren_schaap_10.indd 9 19-12-2008 11:08:5119-12-2008 11:08:51
10 | Schapen
Het geraamte
Van het skelet van schapen bestaan weinig goed afbeeldingen.
Doordat er veel met schapen gekruist is, wijken de afbeeldingen
vaak af van het gemiddelde of lijken ze zoveel op die van melk-
geiten dat nauwelijks onderscheid te maken is. Er zit vooral veel
variatie in borst en lendenwervels, terwijl ook de schedel anders
kan zijn. Het hierbij afgebeelde skelet laat dan ook dat van een
gemiddeld schaap zien.
De beenderen van het lichaam, in hun natuurlijke onderlinge
verband, vormen samen het geraamte of skelet. Het dient om
vorm, steun en stevigheid aan het lichaam te geven. Verder
beschermt het skelet kwetsbare, tere delen van het lichaam zoals
de ingewanden. Ook biedt het aanhechtingplaatsen voor pezen
en spieren. De met vet en merg gevulde beenderen spelen een be-
langrijke rol bij de vorming van bloed. Het geheel van beenderen
is op te splitsen in onbeweeglijke en beweeglijke delen. De laat-
ste hebben verschillende gewrichtsvormen, zoals kogel-, schar-
nier- rol- en samengestelde gewrichten. Hierdoor kunnen schapen
verschillende, soms vrij ingewikkelde bewegingen maken.
bovenkaak
onderkaak
neusbeen
atlas
draaier
voorhoofdsbeen
halswervels
schouderblad
ribben
ruggenwervelslendenwervels
voorknie
pijpbeen
kootbeen bijklauwtje
elleboog
hak en sprong-
gewricht
schenkelbeen
kniegewricht
staartwervels
dijbeen
heupgewricht
kruisbeenwervels
pijpbeen
borstbeen
onderarm
opperarm
oogkas
hobbydieren_schaap_10.indd 10hobbydieren_schaap_10.indd 10 19-12-2008 11:08:5419-12-2008 11:08:54
Het schaap | 11
Het gebit
De tanden en kiezen van een schaap vormen het begin van dde
spijsvertering. Aan de hand van het aantal, het wisselen, het
formaat, de mate van slijtage, het uit elkaar gaan staan en hhet
uiteindelijk uitvallen ervan is een goede leeftijdschatting te
maken. Schapen hebben, net als geiten en runderen, alleen in
de onderkaak tanden. Kiezen zijn aanwezig in zowel de ondeer als
bovenkaak. In totaal zijn er in een volgroeid gebit (op een leeeftijd
van 34 à 48 maanden) 24 kiezen: twaalf in de onderkaak en twaalf
in de bovenkaak. De voorste kiezen wisselen, de achterste kkomen
later als blijvende kiezen door. Bij de geboorte zitten er al twwee
tot drie paar (soms vier paar) kleine melktandjes in de onderkaak.
De blijvende tanden zijn breder. Op een leeftijd van ca. 14–188
maanden beginnen deze volgens onderstaand patroon te
wisselen. Het tempo van wisselen verschilt per schapenras, maar
duurt gemiddeld langer dan bij geiten.
Als schapen tussen hun zesde en achtste levensjaar hun tannden
en kiezen beginnen te verliezen, kunnen ze het voedsel niet goed
meer opnemen, met als gevolg een langzaam conditieverliess en
uiteindelijk het levenseinde.
Tot 18 maanden
0 volwassen tanden
18 - 20 maanden
2 volwassen tanden
18 - 26 maanden
4 volwassen tanden
30 - 36 maanden
6 volwassen tanden
34 - 48 maanden
uitgewisseld of 8 volwassen tanden
LeeftijdschattingTot 14–18 maanden zijn alle tanden melktanden
Hierna komen de grotere blijvende tanden door:
18–20 maanden de binnenste twee tanden
18–26 maanden de binnenmiddentanden
30–36 maanden de buitenmiddentanden
34–48 maanden de buitenste tanden.
hobbydieren_schaap_10.indd 11hobbydieren_schaap_10.indd 11 19-12-2008 11:08:5619-12-2008 11:08:56
12 | Schapen
De spijsvertering
Kenmerkend voor schapen is dat ze onbekend voedsel eerst even
met de lippen ‘proeven’. Bij goedkeuring eten ze daarna een fl inke
hoeveelheid in korte tijd, die later verder wordt herkauwd. Ze eten
gras door het met de tanden in de onderkaak tegen de tandeloze
harde rand in de bovenkaak te drukken en het af te rukken met
kleine zijwaartse bewegingen van de kop. Ze zijn gek op een verse
weide met vrij kort gras en weidekruiden, met als risico dat ze zich
overeten. Schapen zijn herkauwers en beschikken over een viertal
magen. De drie voormagen zijn de pens, netmaag, boekmaag en
de echte maag is de lebmaag. In de pens (ca. 10 liter) bevinden
zich drie lagen: bovenaan gas, daaronder voedsel en onderin
maagsappen, die doorlopend in beweging zijn. Via de netmaag
(ca. 2 liter) komt het voedsel in de pens. Voor een goede werking
van de pens is structuurhoudend materiaal nodig, zoals gras,
hooi, voordroogkuil of stro, dat volume geeft aan de voeding.
Daarnaast wordt krachtvoer (schapenkorrel) met minder volume
verstrekt voor extra energie.
Tijdens de voorbereidende spijsvertering in de pens werken
bacteriën, gisten en eencelligen in op de voedselmassa en vinden
belangrijke omzettingen plaats. Nadat het voer is opgenomen,
begint het schaap na ongeveer een half uur tot een uur te herkau-
wen. Hierbij wordt een spijsbrok uit de pens opgerispt, waarbij
hoor- en ruikbaar gassen ontsnappen. Het schaap herkauwt de
brok dan ongeveer een minuut, maar dit kan ook langer of korter
zijn – afhankelijk van het voedsel, de leeftijd van het schaap en
haar temperament. Na het herkauwen komt het voedsel weer in
de netmaag terecht. De netmaag dankt zijn naam aan de netvor-
mige wandstructuur. De spijsbrok wordt verder vermengd met
pens
boekmaag
lebmaag
netmaag
slokdarm
G razende schapen.
hobbydieren_schaap_10.indd 12hobbydieren_schaap_10.indd 12 19-12-2008 11:08:5819-12-2008 11:08:58
Het schaap | 13
spijsverteringsappen en naar de boekmaag verplaatst. Dit is de
kleinste maag (ca. 1 liter), die zijn naam dankt aan de bladen
waaruit de wand is opgebouwd. Door het grote oppervlak dat
hierdoor ontstaat, kunnen de voedselsappen effectief worden
opgenomen in het bloed. Het voedsel gaat nu naar de lebmaag
(ca. 3,5 liter). Vervolgens passeert de voedselbrij de twaalfvinge-
rige darm, waarin de alvleesklier en de galblaas uitmonden. De
alvleesklier scheidt een sap af met diverse enzymen die nodig zijn
voor de splitsing van eiwit, zetmeel en vet. Hierna gaat het voed-
sel naar de dunne darm, waar de voedingsstoffen in de bloedbaan
worden opgenomen. Via de dikke darm en de endeldarm zullen de
mestballetjes uiteindelijk naar buiten komen. De nieren scheiden
de urine uit, die via de blaas het lichaam verlaat.
Diereigen gedrag
Kuddedieren met rangorde
Schapen zijn typische kuddedieren. Een schaap dat alleen gehou-
den wordt, zoekt gezelschap van andere dieren of de mens. In de
vrije natuur zou een schaap dat alleen is niet makkelijk overle-
ven. In de kudde heerst een bepaalde rangorde. De ram hoeft
niet noodzakelijkerwijze de hoogste in rangorde te zijn. Dit kan
ook een oudere of sterk dominante ooi zijn. Schapen opereren
en exploreren hun omgeving groepsgewijs. In de groep vinden
verschillende handelingen plaats, bijvoorbeeld foerageren, rus-
ten, vluchten of doortrekken. Aan de rand van de groep treft u de
bewakers aan, of dieren die op onderzoek gaan bijvoorbeeld naar
nieuw voedsel. Meestal treft u daar ook de wat hoger in de groep
geplaatste dieren en de ‘regelneven’ aan. In een kleine groep is
dit gedrag niet altijd even duidelijk waarneembaar, tenzij u er spe-
ciaal op let. Het zijn vaak dezelfde dieren die een bepaalde functie
vervullen in een groep. S chapen zijn echte kuddedieren.
hobbydieren_schaap_10.indd 13hobbydieren_schaap_10.indd 13 19-12-2008 11:09:0219-12-2008 11:09:02
14 | Schapen
Ervaring van de auteur
Het territoriumgedrag van schapen is
heel sterk. Ik herinner me nog goed mijn
eerste koppel nieuwe schapen, dat ik
even samen met onze hond zou
inspecteren. Zowel de hond als ik
werden binnen de kortste keren door
een nog jonge ram uit de wei gewerkt.
Of de aanval van een Hampshire Down
ram die me vol op mijn dijbeen ramde.
Vandaar wellicht het woord: rammen.
Gewoontedieren
Het is moeilijk schapen iets aan te leren. Wel kunt u inspelen op
bepaalde gewoonten.
Bijvoorbeeld het vluchtgedrag. Niet voor niets zegt het spreek-
woord ‘Als er een schaap over de dam is, volgen er meer’.
In letterlijke zin is dat juist en ze zullen zich dan door niets en
niemand laten tegenhouden. Schapen hechten ook aan een vast
ritme en het lijkt haast wel of een ze goed ontwikkeld gevoel
voor tijd hebben. Bij verandering van zomer- naar wintertijd en
omgekeerd is dit goed te merken. Waar ze anders op u staan te
wachten, doen ze dat nu eerder of later. Ook hebben ze een goed
inzicht in vaste volgorden, zoals eerst hooi ontvangen in de ruif
en daarna pas krachtvoer in een voerbak. Probeer het maar eens
andersom en ze raken in de war! Ze kunnen ook goed personen
herkennen. Het kind dat lekkere hapjes komt brengen, de dage-
lijkse verzorger en de dierenarts worden duidelijk herkend en ze
stemmen hun gedrag er op af. Een vaste voertijd voorkomt dat u
vervelende schapen krijgt.
Territoriumdrang
Schapen, zowel de ram als de ooi, hebben een goed ontwikkeld,
territoriumgericht gedrag. Hoe verder een schaap is gedomes-
ticeerd, hoe minder dat overigens merkbaar is. In de paartijd
treedt dit gedrag weer aan het licht en ook als ze op een klein
terrein verblijven en niet kunnen vluchten. Bij rammen is dat meer
ontwikkeld dan bij ooien, maar de laatste tonen dat gedrag meer
als ze lammeren hebben. Rammen lopen eerst een paar passen
achteruit (let daarop!) voordat ze tot de aanval overgaan. De
eerste reactie op iets vreemds binnen hun territorium is vluchten,
de tweede is overgaan tot de aanval, maar soms loopt dit gedrag
snel in elkaar over.
Vreemde schapen die u in het fokseizoen aan een bestaande
groep wilt toevoegen, worden vaak niet getolereerd. Houdt, als
u voor werkzaamheden of controle bij uw schapen moet zijn, ze
goed in het oog, zodat u een eventuele aanval voor kunt zijn.
Verstoten lammeren
Het voorjaar met volop lammeren is de leukste tijd van het jaar
voor de schapenhouder.
Maar wat te doen als één of meerdere lammeren verstoten
worden en ook bij een pleegmoeder niet welkom zijn? Waarom
een lam wordt verstoten, is niet helemaal duidelijk. Soms ligt
het aan de ooi zelf, als er bijvoorbeeld een probleem met de uier
is, of het haar van nature aan moedereigenschappen ontbreekt.
E ten aan de hooi- en voerruif.
R ammen met horens moeten met respect behandeld worden.
hobbydieren_schaap_10.indd 14hobbydieren_schaap_10.indd 14 19-12-2008 11:09:0319-12-2008 11:09:03
Het schaap | 15
Soms mankeert er iets aan het lam, wat de ooi wel, maar u (nog)
niet ziet. Soms is er ook gewoon geen verklaring voor te geven
en rest niets anders dan het met fl es groot te brengen. Als u het
schaap later gewoon als schaap wenst aan te houden, voer dan
niet te lang door met de fl es, maar leer het al jong gras, hooi en
lammerenkorrel te eten en voeg het zo snel mogelijk toe aan de
andere schapen. Anders loopt u het risico dat het lam te veel op
mensen gefi xeerd raakt en later niet meer gewoon als schaap kan
functioneren. Kenmerkend zijn later bijvoorbeeld dekproblemen
bij schapen die kunstmatig werden opgefokt.
Spelende lammeren
Schapen tonen op jonge leeftijd, tot ongeveer vijf maanden,
speelgedrag dat bij het volwassen worden verloren gaat.
Ze spelen met elkaar, met de ooi maar niet met de ram.
Klauteren, hard rennen en huppelen en dartelen, doen ze dan het
liefst. Ook springen ze recht omhoog met 4 poten in de lucht en
dat is bijzonder grappig om te zien. Verder dagen ze elkaar in het
spel uit en met wat meer ruimte in de weide spelen ze meer dan in
een kleine weide.
hobbydieren_schaap_10.indd 15hobbydieren_schaap_10.indd 15 19-12-2008 11:09:0919-12-2008 11:09:09
16 | Schapen
Stampvoeten
Schapen kunnen en zullen in de praktijk stampvoeten. Letter-
lijk. Dit is een teken van opwinding en om de andere schapen te
waarschuwen. U ziet dit als er gevaar dreigt, als voorteken van
vluchtgedrag en soms ook zeer kort voor de aanval ter verdedi-
ging. Het is dus niet bedoeld, zoals wel eens gedacht, om indruk
te maken. Het stampvoeten komt meer in de kudde voor dan bij
een individueel schaap.
Blaten
Schapen communiceren met elkaar door middel van blaten.
Tevreden schapen blaten weinig. Onrustige, hongerige of dorstige
schapen des te meer. Ooien en lammeren ‘praten’ veelvuldig met
elkaar om de moeder-kind relatie te onderhouden. Schapen die
pas geschoren zijn, blaten ook meer naar elkaar om de nieuwe si-
tuatie (herkenning, geur etc.) te bestendigen. Het is soms roerend
om te zien hoe lammeren bij de geschoren vacht naar de geur en
het geluid van hun moeder staan te zoeken.
Zintuigen
Horen
De zintuigen van schapen zijn goed ontwikkeld. Vooral het gehoor.
Van verre horen ze al iets aankomen en reageren daarop. De
eerste levensdagen herkennen ze hun lammeren eerder aan het
geluid en de geur, dan aan iets anders. Verder communiceren
schapen veel door middel van het blaten, waaraan ze elkaar ook
herkennen. Bij een schaap dat niet reageert op het rammelen met
een emmer voer, moet u oren controleren. Soms zijn de oren met
vuil verstopt, soms wordt een schaap doof.
Zien
Het zien van schapen is veel minder dan het horen. Binnen een
afstand van ongeveer vijfentwintig meter zien ze goed, tot vijftig
meter wordt dat al minder en daarna zullen ze zaken pas laat
opmerken als het uitsluitend om het zien gaat. Wel kunnen ze hun
verzorger of eventuele bedreigingen herkennen, maar ook hier is
zien ondergeschikt aan horen en ruiken. Deze eigenschappen zijn
veel beter ontwikkeld dan de andere.
Voelen
Het tastzintuig wordt vooral bij de voedering gebruikt. Als bijvoor-
beeld een weide fl ink is ondergesneeuwd, krabben ze deze met
hun gevoelige poten schoon en beoordelen vooral door middel
hobbydieren_schaap_10.indd 16hobbydieren_schaap_10.indd 16 19-12-2008 11:09:1319-12-2008 11:09:13
Het schaap | 17
van voelen of er nog enig gras of ander eetbaars aanwezig is.
Het lijkt wel of ze minder gevoelig zijn voor pijn in het algemeen,
hoewel dat op sommige delen van het lichaam verschillend is.
Zo is de buikzijde veel gevoeliger dan de rugzijde. Schapen zijn
gevoelig voor schrikdraad en zullen, nadat ze eenmaal hiermee in
aanraking zijn gekomen, niet gauw meer in de buurt komen.
Ruiken
Ruiken is bij schapen zowel voor de onderlinge omgang als voor
de voeding belangrijk. Naast de andere zintuigen is het ruik-
vermogen goed ontwikkeld. De ram kan al op grote afstand een
dekbare ooi ruiken. Uit een grote groep lammeren herkennen ze
hun eigen lammeren tijdens de eerste levensdagen vooral aan
de geur. Dat is ook het geval in de omgang met elkaar. Voedsel
wordt eerst geroken en dan geproefd. Graskuil of hooi dat niet
goed ruikt, zullen schapen laten staan. Dat zelfde kan het geval
zijn met oud of schimmelig voer. Pas in uiterste nood zullen ze
daar iets van eten. Ook herkennen ze honden op afstand al aan
hun geur.
Proeven
De smaak en daarmee het vermogen van proeven is bij schapen
goed ontwikkeld. Bij wisseling van het voer kan dat problemen ge-
ven. Ze hebben een duidelijke voorkeur voor zoete en iets bittere
voedingsmiddelen. Vers jong gras en geurig hooi onderscheiden
ze feilloos van ouder, gemaaid gras en hooi van mindere kwali-
teit. Voordat ze een ander voer gaan eten, proeven ze het eerst
voorzichtig. Ook hebben ze een voorkeur voor vrijwel smaak- en
geurloos drinkwater. Om die reden drinken ze water met een
smaakje, zoals kalkrijk of ijzerhoudend, niet graag.
S lootwater kan goed drinkwater zijn, maar is dat bij u wel zo?
hobbydieren_schaap_10.indd 17hobbydieren_schaap_10.indd 17 19-12-2008 11:09:1519-12-2008 11:09:15