Upload
others
View
3
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
Digitale Procesregelaars E5@R 1
Digitale Procesregelaars
E5@RNieuwe modellen die compatibel zijn met DeviceNet, bieden een even hoge snelheid en nauwkeurigheid als universele Digitale Procesregelaars, maar zijn nog breder inzetbaar.
InhoudDigitale Procesregelaars
E5AR .......................................................................................... 5
E5ER .......................................................................................... 19
Eigenschappen van alle regelaars
• Nomenclatuur ............................................................................. 37• Installatie .................................................................................... 38• Uittrekken ................................................................................... 39• Voorzorgsmaatregelen bedrading .............................................. 39• Initiële instellingen ...................................................................... 40• Specificatie instellingen na inschakelen voedingsspanning ....... 41• Foutweergave (het opsporen en oplossen van fouten)............... 50• Het opsporen en oplossen van fouten........................................ 51• Randapparatuur ......................................................................... 52• Voorzorgsmaatregelen ............................................................... 53• Garantie en beperking van aansprakelijkheid ............................ 55• Toepassingen ............................................................................. 55
E5@R serie
E5AR E5ER
96 × 96 × 95 mm 96 × 48 × 95 mm
2 Digitale Procesregelaars E5@R
E5@R Selectie SheetStandaard uitvoering
4 alarmuitgangen, 2 event-ingangen,2 uitgangen (besturing/retransmissie)
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen,RS485-communicatie, 2/4 uitgangen (besturing/retransmissie)
4 alarmuitgangen, 6 event-ingangen,RS485-communicatie, 2/4 uitgangen (besturing/retransmissie)
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen,2 relaisuitgangen (openen, sluiten)RS485-communicatie, 1 uitgang (transmissie)
Standaard
E5AR(96 × 96 mm) 1 regelkring voor standaardregeling/
1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling
2 regelkringen voor standaardregelingen/2 regelkringen voor verwarmings- en koelregeling1 regelkring voor cascaderegeling1 regelkring voor regeling met Remote SP1 regelkring voor proportionele regeling
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen,RS485-communicatie, 4 uitgangen (besturing/retransmissie)
4 regelkringen voor standaardregeling 2 regelkringen voor verwarmings- en koelregeling
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen,2 relaisuitgangen (openen, sluiten)
Klepsturings-modellen
1 regelkring voorklepsturingsregeling
4 alarmuitgangen, 2 event-ingangen,2 uitgangen (besturing/retransmissie)
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen,RS485-communicatie, 2 uitgangen (besturing/retransmissie)
2/4 alarmuitgangen, 2/6 event-ingangen,RS485-communicatie, 2/4 uitgangen (besturing/retransmissie)
Basismodellen
1 regelkring voor standaardregeling/1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling
2 regelkringen voor standaardregelingen/1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling1 regelkring voor cascaderegeling1 regelkring voor regeling met Remote SP1 regelkring voor proportionele regeling
Klepsturings-modellen
1 regelkring voorklepsturingsregeling
Basismodellen
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen, 2 relaisuitgangen (openen, sluiten)
4 alarmuitgangen, geen event-ingang, 2 relaisuitgangen (openen, sluiten)RS485-communicatie, 1 uitgang (transmissie)
Standaard
E5ER(48 × 96 mm)
Modellen met 2 regelkringen
Modellen met 4 regelkringen
Modellen met 2 regelkringen
Digitale Procesregelaars E5@R 3
DeviceNet-type
4 alarmuitgangen, 2 event-ingangen, DeviceNet-communicatie
2 alarmuitgangen, 4 event-ingangen, DeviceNet-communicatie
DeviceNet-compatibele
E5AR(96 × 96 mm)
1 regelkring voor standaardregeling/1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling
2 regelkringen voor standaardregeling1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling2 regelkringen voor verwarmings- en koelregeling1 regelkring voor cascaderegeling1 regelkring voor regeling met Remote SP1 regelkring voor proportionele regeling
4 alarmuitgangen, 4 event-ingangen, DeviceNet-communicatie
4 regelkringen voor standaardregeling 2 regelkringen voor verwarmings- en koelregeling
4 alarmuitgangen, geen event-ingangen,2 relaisuitgangen (openen, sluiten)DeviceNet-communicatie
Klepsturings-modellen
1 regelkring voorklepsturingsregeling
2 alarmuitgangen, 2 event-ingangen, DeviceNet-communicatie
2 alarmuitgangen, 4 event-ingangen, DeviceNet-communicatie
Basismodellen
1 regelkring voor standaardregeling/1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling
2 regelkringen voor standaardregelingen/1 regelkring voor verwarmings- en koelregeling1 regelkring voor cascaderegeling1 regelkring voor regeling met Remote SP1 regelkring voor proportionele regeling
Klepsturings-modellen
1 regelkring voorklepsturingsregeling
Basismodellen
2 alarmuitgangen, geen event-ingangen,2 relaisuitgangen (openen, sluiten)DeviceNet-communicatie
DeviceNet-compatibele
E5ER(48 × 96 mm)
Modellen met 2 regelkringen
Modellen met 4 regelkringen
Modellen met 2 regelkringen
4 Digitale Procesregelaars E5@R
Toepassingen
EigenschappenEenvoudige koppeling met PLC’s door een keuze te maken uit verschillende I/O
• Maximaal 6 event-ingangenExterne besturing van het schakelen tussen geheugenbanken (4/8banken), RUN/STOP- of SP-modebewerkingen, in-/uitschakeling vancommunicatieschrijfbewerkingen en andere bewerkingen met event-ingangen.
• Maximaal 2 retransmissie-uitgangenExterne uitvoer van PV's, SP's, MV's en SP ramp voor elke regel-kring.
• Maximaal 4 hulpuitgangenExterne uitvoer van waarschuwingen voor 11 alarmstanden eningang-fouten.
• RS485 seriële communicatieEenvoudig gegevens zoals PV's en SP's uitwisselen met eenOMRON PLC (zonder speciale programmeerhandelingen). U hoeftalleen instellingen op te geven.
• DeviceNet-communicatieSnelle communicatie met de PLC tot stand brengen zonder specialeprogrammeerhandelingen. De communicatie kan ook centraal wor-den beheerd via een DeviceNet Configurator.
Maximaal 4 regelkringen besturen met één unit
Er zijn modellen met 1, 2 of 4 analoge ingangen beschikbaar (zieopmerking). In de software-instellingen kunnen diverse regelmetho-des worden geselecteerd, waaronder standaardregeling, verwar-mings- en koelregeling, cascaderegeling, klepsturingsregeling enregeling met remote SP. Hierdoor is meerpuntsregeling (maximaalvier ingangen voor E5AR en maximaal twee regelkringen voor deE5ER), cascaderegeling en proportionele regeling mogelijk met éénunit. De temperatuur, vochtigheid en druk kunnen gelijktijdig voor 4 pun-ten worden geregeld met één unit, zodat de kosten afnemen en erminder grote panelen vereist zijn.
Opmerking: De modellen met 4 analoge ingangen hebben eenformaat van 96 x 96 mm (alleen E5AR).
Coi
Toepassingen• Bindapparatuur
• Evaporatieapparatuur
• Spoelwikkelmachines
Gebrek aan redelijk geprijsde procesregelaars voor apparaten die een hoge responssnelheid vereisen (bijv. keramisch verwarmingselement), wat leidt tot het gebruik van dure machines met onnodige functies.
Probleem Oplossing
Toepassingen• Productielijnen voor halfgeleiders (blootstelling, airconditioning)
• Apparatuur voor milieuonderzoek
• Vacuümverwarmingsoven
• Sterilisatieapparatuur
• Voedselverwerkingsapparaten
Hoge resolutie vereist bij meting en controle van interne temperaturen van apparaten bij de verwerking van schommelingen met een hoge resolutie.
Probleem Oplossing Hogere ingangsresolutie dankzij Pt-Sensor (resolutie van 0,01°C)
Hogesnelheid
Hogeresolutie
Verbeterde regelprestaties met snelle 50 ms sampling.
Voordelige prijs en eenvoudige bediening.
DeviceNet-compatibeleE5@R-DRT Digitale Procesregelaar
DeviceNetconfiguratie
DeviceNet-master NS-bibliotheek
Instelling van verhouding
4 regelkringen besturen met één unit Cascaderegeling met één enkele unit
Proportionele regeling met één enkele eenheid
E5AR
PV1
PV1
MV1
MV1+=RSP
MV2
MV2
MV3 MV4
PV2PV2
PV3 PV4
E5AR/E5ER
E5AR/E5ER
MV
PV
Digitale Procesregelaars E5AR 5
Digitale Procesregelaars
E5ARE5AR Digitale Procesregelaars bieden een hoge snelheid, zijn zeer nauwkeurig, beschikken over meervoudige I/O en zijn voorzien van een LCD-display met 5 cijfers en 3 regels voor een uitstekende visuele weergave.
• Door een korte samplingperiode van 50 ms kunt u deze bij toepassingen gebruiken die een hoge responssnelheid vereisen.
• PV-, SP- en MV-gegevens worden tegelijkertijd weergegeven in een negatief LCD-display met 3 regels met achtergrondverlichting.
• Staafdiagram om MV (uitgestuurde waarde), klepopening of afwijking weer te geven.
• Besturing met meerdere regelkringen, cascade- en proportionele regelingen zijn mogelijk met een enkele regelaar.
• Wanneer u modellen gebruikt met communicatiefuncties, is het mogelijk instellingen te downloaden en instellingen te maskeren met de configuratiesoftware (ThermoTools).
• Standaard uitgerust met rekenfuncties (bijv. vierkantswortels en lineaire interpolatie).
• DeviceNet-communicatieInstellen en monitoren van data zonder speciale programmeerhandelingen.
Verkrijgbare uitvoeringen
Opbouw typenummer
1. Constante waarden/ProgrammaGeen: Constante waarde
2. BesturingsmethodeBlanco: Standaardregeling of verwarmings- en koelregelingP: Klepsturingsregeling
3. Uitgang 1R: DPST-NO-relaisuitgangenQ: Pulsspanning en uitgangen voor pulsspanning/-stroomC: Stroom en stroomuitgangen
4. Uitgang 2Blanco: GeenR: RelaisuitgangenQ: Pulsspanning en uitgangen voor pulsspanning/-stroomC: Stroom en stroomuitgangen
5. HulpuitgangenBlanco: Geen4: 4PST-NO-relaisuitgangenT: 2 transistoruitgangen
6. Optionele functie 1Blanco: Geen3: RS485-communicatie
7. Optionele functie 2Blanco: GeenD: 4 event-ingangen
8. Ingang 1B: Multi-ingang en 2 event-ingangenF: Multi-ingang en potentiometeringangW: Multi-ingang en multi-ingang
9. Ingang 2Blanco: GeenW: Multi-ingang en multi-ingang
10.CommunicatiemethodeBlanco: GeenFLK: RS485 (CompoWay F/MODBUS)DRT: DeviceNet
2 3 4 5 106 7 8 91E5AR-@@@@@@@@@-@@@
6 Digitale Procesregelaars E5AR
Bestelinformatie
Digitale Procesregelaars
Standaardregelaars
Opmerking 1: Geef bij uw bestelling de specificaties voor de voedingsspanning op. De modelnummers voor 100 tot 240 VAC verschillen van denummers voor 24 VAC/VDC.
2: Deze modellen zijn alleen voor 100 tot 240 VAC.
Afme-ting
Besturings-type
Besturingsmodus Uitgangen(regeling/
transmissie)
Optionele functies Model
Hulpuit-gangen (SUB)
Event-ingan-
gen
Seriële communi-
catie
96 × 96 mm
Basisregelaar (1 regelkring)
Standaardregeling met één enkele regelkringVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
4 2 Nee E5AR-Q4B
2 punten: stroom en stroom
E5AR-C4B
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
RS485 E5AR-Q43B-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: stroom en stroom
E5AR-C43B-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
6 E5AR-Q43DB-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: stroom en stroom
E5AR-C43DB-FLK (zie opm. 2.)
4 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom en stroom (2 punten)
E5AR-QC43DB-FLK
Regeling met 2 regelkringen
Standaardregeling met twee regelkringenVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkringCascaderegeling met één enkele regelkringRegeling met één enkele regelkring en Remote SPProportionele regeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
4 4 RS485 E5AR-Q43DW-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: stroom en stroom
E5AR-C43DW-FLK (zie opm. 2.)
Standaardregeling met twee regelkringenVerwarmings- en koelregeling met twee regelkringenCascaderegeling met één enkele regelkringRegeling met één enkele regelkring en Remote SPProportionele regeling met één enkele regelkring
4 punten: pulsspanning (2 punten) en pulsspanning/-stroom (2 punten)
E5AR-QQ43DW-FLK
Regeling met 4 regelkringen
Standaardregeling met vier regelkringenVerwarmings- en koelregeling met twee regelkringen
4 punten: stroomuitgang (4 punten)
4 4 RS485 E5AR-CC43DWW-FLK
4 punten: pulsspanning (2 punten) en pulsspanning/-stroom (2 punten)
E5AR-QQ43DWW-FLK (zie opm. 2.)
Klepsturings-regeling(1 regelkring)
Klepsturingsregeling met één enkele regelkring
Relaisuitgang(1 openen, 1 sluiten)
4 4 Nee E5AR-PR4DF
Relaisuitgang(1 openen, 1 sluiten) en één stroomuitgang (retransmissie)
RS485 E5AR-PRQ43DF-FLK
Digitale Procesregelaars E5AR 7
Regelaars die compatibel zijn met DeviceNet
Opmerking: Geef bij uw bestelling de specificaties voor de voedingsspanning op. De modelnummers voor 100 tot 240 VAC verschillen van denummers voor 24 VAC/VDC.
KalibratieresultatenHet kalibratierapport kan tegelijk met de Digitale Procesregelaarworden besteld met behulp van het volgende modelnummer.
Kalibratierapport (apart verkrijgbaar)
Afdekkap voor aansluitklem (apart verkrijgbaar)
Afmeting Besturings-type
Besturingsmodus Uitgangen(regeling/
transmissie)
Optionele functies Model
Hulpuit-gangen (SUB)
Event-ingan-
gen
DeviceNet-communi-
catie
96 × 96 mm
Basisrege-laar(1 regelkring)
Eén regelkring voor standaardregelingVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
4 2 Ja E5AR-Q4B-DRT
2 punten: stroom enstroom
E5AR-C4B-DRT
4 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom en stroom (2 punten)
E5AR-QC4B-DRT
Regeling met 2 regelkrin-gen
Standaardregeling met twee regelkringenVerwarmings- en koelregeling met twee regelkringenCascaderegeling met één enkele regelkringRegeling met één enkele regelkring en Remote SPProportionele regeling met één enkele regelkring
4 punten: pulsspanning (2 punten) en pulsspanning/-stroom (2 punten)
4 Geen Ja E5AR-QQ4W-DRT
Regeling met 4 regelkrin-gen
Standaardregeling met vier regelkringenVerwarmings- en koelregeling met twee regelkringen
4 punten: stroom(4 punten)
4 Geen Ja E5AR-CC4WW-DRT
Klepsturingsregeling(1 regelkring)
Klepsturingsregeling met één enkele regelkring
Relaisuitgang(1 openen, 1 sluiten)
4 Geen Ja E5AR-PR4F-DRT
Relaisuitgang(1 openen, 1 sluiten) en stroomuitgang (retransmissie) (1 punt)
E5AR-PRQ4F-DRT
Omschrijvingen Model
Kalibratierapport voor E5AR E5AR-K
Omschrijvingen Model
Aansluitklem afdekkap voor E5AR E53-COV14
8 Digitale Procesregelaars E5AR
Specificaties
Toegestane waarden
Opmerking 1. De voedingsspanning (d.w.z., 100 tot 240 VAC of 24 VAC/VDC) hangt af van het model. Zorg ervoor dat u bij het bestellen het benodigde type opgeeft.2. De regelaar is uitgerust met meerdere sensoringangen. De temperatuuringang of analoge ingang kan worden geselecteerd met de instellingsschakelaar
voor het ingangstype. Er is voorzien in standaardisolatie tussen de voedingsspanning en ingangsklemmen, voedingsspanning en uitgangsklemmen entussen de ingangs- en de uitgangsklemmen.
Item Voedingsspanning(zie opm. 1)
100 tot 240 VAC, 50/60 Hz 24 VAC, 50/60 Hz; 24 VDC
Aansluitspanningsbereik 85% tot 110% van de nominale voedingsspanning
Opgenomen vermogen 22 VA max. (met maximale belasting) 15 VA/10 W max. (met maximale belasting)
Sensoringang (zie opm. 2) Thermokoppel: K, J, T, E, L, U, N, R, S, B, WPlatina weerstandsopnemer: Pt100Stroomingang: 4 tot 20 mA DC, 0 tot 20 mA DC (inclusief remote SP-ingang)Spanningsingang: 1 tot 5 VDC, 0 tot 5 VDC, 0 tot 10 VDC (inclusief remote SP-ingang)(Ingangsimpedantie: 150 Ω voor stroomingang, ong. 1 MΩ voor spanningsingang)
Regeluitgang Spanningsuitgang (puls)
12 VDC, 40 mA max. met kortsluitbeveiliging (E5AR-QQ@WW-@: 21 mA max.)
Stroomuitgang 0 tot 20 mA DC, 4 tot 20 mA DC; belasting: 500 Ω max. (inclusief retransmissie uitgang)(Resolutie: ong. 54.000 voor 0 tot 20 mA DC; ong. 43.000 voor 4 tot 20 mA DC)
Relaisuitgang Klepsturingsregeling modellen (open, gesloten)N.O., 250 VAC, 1 A (inclusief inschakelstroom)
Hulpuitgang RelaisuitgangN.O., 250 VAC, 1 A (ohmse belasting)TransistoruitgangMaximale belastingsspanning: 30 VDC; Maximale belastingsstroom: 50 mA; Restspanning: 1,5 V max.; Lekstroom: 0,4 mA max.
Potentiometeringang 100 Ω tot 2,5 kΩEvent-ingang Contact Ingang AAN: 1 kΩ max.; UIT: 100 kΩ min.
Contactvrij Ingang AAN: Restspanning van 1,5 V max.; UIT: Lekstroom van 0,1 mA max.
Kortsluiting: ong. 4 mA
SP-invoer op afstand Zie de informatie op de sensoringang.
Retransmissie-uitgang Zie de informatie op de besturingsuitgang.
Besturingsmethode 2-PID of AAN/UIT-regeling
Instelmethode Digitale instelling met druktoetsen op het frontpaneel of instelling met seriële communicatie
Indicatiemethode 7-segments digitaal display en een indicator met enkele verlichtingTekenhoogtedisplay 1: 12,8 mm; display 2: 7,7 mm; display 3: 7,7 mm
Overige functies Hangt af van model.
Omgevingstemperatuur tijdens bedrijf
−10 tot 55°C (zonder ijs- of condensvorming) 3 jaar verzekerd van gebruik: −10 tot 50°C (zonder ijs- of condensvorming)
Omgevingsvochtigheidsgraad 25% tot 85%
Opslagtemperatuur −25 tot 65°C (zonder ijs- of condensvorming)
Digitale Procesregelaars E5AR 9
IngangsbereikenDe E5AR heeft meerdere ingangen. De standaardinstelling is 2 (K-type thermokoppel, −200,0 tot 1300,0°C of −300,0 tot 2300,0°F).
Platina weerstandsopnemeringang
Thermokoppel ingang
Stroom/Spanningsingang
Ingang Pt100
bereik °C −200,0 tot 850,0
−150,00 tot 150,00
°F −300,0 tot 1500,0
−199,99 tot 300,00
Instelling 0 1
Minimale insteleenheid (SP en alarm)
0,1 0,01
Instellingsschakelaar ingangstype Instellen op TC.PT.
IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
Ingang K J T E L U N R S B W
bereik °C −200,0 tot 1300,0
−20,0 tot 500,0
−100,0 tot 850,0
−20,0 tot 400,0
−200,0 tot 400,0
0,0 tot 600,0
−100,0 tot 850,0
−200,0 tot 400,0
−200,0 tot 1300,0
0,0 tot 1700,0
0,0 tot 1700,0
100,0 tot 1800,0
0,0 tot 2300,0
°F −300,0 tot 2300,0
0,0 tot 900,0
−100,0 tot 1500,0
0,0 tot 750,0
−300,0 tot 700,0
0,0 tot 1100,0
−100,0 tot 1500,0
−300,0 tot 700,0
−300,0 tot 2300,0
0,0 tot 3000,0
0,0 tot 3000,0
300,0 tot 3200,0
0,0 tot 4100,0
Instelling 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Minimale in-steleenheid (SP en alarm)
0,1
Instellings-schakelaar ingangstype
Instellen op TC.PT.IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
Ingang Stroom Spanning
4 tot 20 mA 0 tot 20 mA 1 tot 5 V 0 tot 5 V 0 tot 10 V
bereik Een van de onderstaande bereiken wordt weergegeven, afhankelijk van de schaalinstellingen.−19999 tot 99999−1999,9 tot 9999,9−199,99 tot 999,99−19,999 tot 99,999−1,9999 tot 9,9999
Instelling 15 16 17 18 19
Instellingsschake-laar ingangstype
Instellen op ANALOOG.
IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
10 Digitale Procesregelaars E5AR
Kenmerken
Opmerking 1. Thermokoppel K, T of N bij −100°C max.: ±2°C ±1 cijfer max.Thermokoppel U of L: ±2°C ±1 cijfer max.Thermokoppel B bij 400°C max.: Geen nauwkeurigheidsspecificatie.Thermokoppel R of S bij 200°C max.: ±3°C ±1 cijfer max.Thermokoppel U of L: (±0,3% van PV of ±3°C, afhankelijk van welke groter is) ±1 cijfer max.
2. Thermokoppel U of L: ±1°C ±1 cijferThermokoppel R of S bij 200°C max.: ±1,5°C ±1 cijfer
3. 'EU' (Engineering Unit = Eenheid) geeft de Eenheid volgens de schaalindeling weer. Als er een temperatuursensor wordt gebruikt, is dit °C of °F.
Communicatiespecificatie
RS485 seriële communicatie
Meetnauwkeurigheid Thermokoppel ingang met koude-lascompensatie: (±0,1% van PV of ±1°C, afhankelijk van welke groter is) ±1 cijfer max. (zie opm. 1.)Thermokoppel ingang zonder koude-lascompensatie: (±0,1% van FS of ±1°C, afhankelijk van welke kleiner is) ±1 cijfer max. (zie opm. 2.)Analoge ingang: ±0,1% FS ±1 cijfer max.Platina weerstandsopnemeringang: (±0,1% van PV of ±0,5°C, afhankelijk van welke groter is) ±1 cijfer max.Positie-proportionele potentiometeringang: ±5% FS ±1 cijfer max.
Besturingsmodus Standaardregeling (verwarmings- of koelregeling), verwarmings-/koelregeling, standaardregeling met Remote SP (modellen met 2 ingangen), verwarmings-/koelregeling met Remote SP (modellen met 2 ingangen), standaard cascaderegeling (modellen met 2 ingangen), cascade verwarmings-/koelregeling (modellen met 2 ingangen), proportionele regeling (modellen met 2 ingangen), klepsturingsregeling (alleen klepsturingsmodellen)
Cyclustijd 0,2 tot 99,0 s (in units van 0,1 s) voor tijdsproportionele regeluitgang
Proportionele band (P) 0,00% tot 999,99% FS (in units van 0,01% FS)
Integraaltijd (I) 0,0 tot 3.999,9 s (in units van 0,1 s)
Differentiatie tijd (D) 0,0 tot 3.999,9 s (in units van 0,1 s)
Hysteresis 0,01% tot 99,99% FS (in units van 0,01% FS)
Handmatige reset-waarde 0,0% tot 100,0% FS (in units van 0,1% FS)
Bereik alarminstelling −19.999 tot 99.999 EU (zie opm. 3.)(De positie van het decimaalteken hangt af van het ingangstype en de positie-instelling van het decimaalteken).
Ingang samplingperiode 50 ms
Isolatieweerstand 20 MΩ min. (bij 500 V gelijkstroom)
Diëlektrische sterkte 2,000 VAC, 50/60 Hz voor 1 min (tussen geladen aansluitklemmen met verschillende polariteit)
Trillingsbestendigheid 10 tot 55 Hz, 20 m/s2 voor 10 min. elk in de X-, Y- en Z-richting
Schokbestendigheid 100 m/s2 elk in de X-, Y- en Z-richting, 3 keer per richting
Inschakelstroom 100 tot 240 VAC-modellen: 50 A max.24 VAC/VDC-modellen: 30 A max.
Gewicht E5AR: Alleen regelaar: ong. 450 g; Montagebeugel: ong. 60 g; Aansluitklem afdekkap: ong. 30 gE5ER: Alleen regelaar: ong. 330 g; Montagebeugel: ong. 60 g; Aansluitklem afdekkap: ong. 16 g
Beschermingsgraad Frontpaneel: NEMA4X voor gebruik binnenshuis (gelijk aan IP66); Achterzijde behuizing: IP20; Aansluitklemmen: IP00
Geheugenbeveiliging Niet-vluchtig geheugen (aantal schrijfprocedures: 100,000)
Relevante normen UL3121-1, CSA C22.2 Nr. 1010-1EN61010-1 (IEC61010-1): Vervuilingsgraad 2/overspanningscategorie 2
EMC EMI: EN61326Sterkte uitgestraalde interferentie elektromagnetische veld: EN55011 groep 1 klasse AStoring klemspanning: EN55011 groep 1 klasse A
EMS: EN61326Diëlektrische sterkte: EN61000-4-2: 4 kV contactontlading (testniveau 2)
8 kV luchtontlading (testniveau 3)Bestendigheid tegen elektromagnetische storingen: EN61000-4-3: 10 V/m (amplitudegemoduleerd, 80 MHz tot 1 GHz,
1,4 GHz tot 2 GHz) (testniveau 3)Bestendigheid tegen stoorpulsen: EN61000-4-4: 2 kV voedingslijn (testniveau 3)
2 kV uitgangslijn (relaisuitgang) (testniveau 4)1 kV meetlijn, I/O-signaallijn (testniveau 4)1 kV communicatielijn (testniveau 3)
Bestendigheid tegen storingen door geleiding:EN61000-4-6: (0,15 tot 80 MHz) (testniveau 3)Bestendigheid tegen spanningspieken: EN61000-4-5: 1 kV kabel naar kabel (voedingslijn, uitgangslijn (relaisuitgang))
(testniveau 2)2 kV kabel naar aarde (voedingslijn, uitgangslijn (relaisuitgang))(testniveau 3)
Bestendigheid tegen magnetische velden van stroomfrequenties: EN61000-4-8: 30 A/m (50 Hz) continue veldsterkteBestendigheid tegen spanningsuitval/-onderbreking: EN61000-4-11: 0,5 cyclus, 100% (nominale spanning)
Verbinding overdrachtsweg Meerdere punten
Communicatiemethode RS485 (tweedraads, half-duplex)
Synchronisatiemethode Start/stop-synchronisatie
Baudrate 9.600, 19.200, of 384.000 bps
Transmissiecode ASCII (CompoWay/F), RTU Remote Terminal Unit (MODBUS)
Aantal databits 7 of 8 bits
Aantal stopbits 1 of 2 bits
Foutdetectie Verticale pariteit (geen, even, oneven)Blockcheckcharacter (BCC)Dataformaat start/stop-synchronisatie
Flow control Geen
Interface RS485
Herhalingsfunctie Geen
Digitale Procesregelaars E5AR 11
DeviceNetItem Specificaties
Communicatieprotocol Conform DeviceNet
Communicatiefuncties Decentrale I/O-communicatie
• Master/slave-verbindingen (polling, bit-strobe, COS of cyclisch)• Conform DeviceNet-specificaties
I/O-toewijzingen • I/O-gegevens toewijzen met de Configurator. • Kan alle gegevens toewijzen, zoals parameters, die betrekking hebben op het DeviceNet- en
variabele-gebied van de Digitale Procesregelaar.• Maximaal 2 blokken voor het IN-gebied, in totaal maximaal 100 woorden.• Eén blok voor het OUT-gebied, maximaal 100 woorden (het eerste woord wordt altijd
toegewezen aan Output Enable Bits).
Berichten • Explicit message communications• CompoWay/F-communicatie commando’s kunnen worden verzonden (commando’s worden
verzonden in explicit message format).
Type aansluiting Combinatie van multi-drop- en T-branch aansluitingen (hoofd- en aftaklijnen)
Baudrate DeviceNet: 500, 250 of 125 kbps of automatische detectie van master-baudrate
Communicatiemedia Speciale 5-aderige kabel (2 signaallijnen, 2 voedingslijnen en 1 afschermingslijn)
Communicatieafstand Baudrate Lengte van netwerk Lengte van Drop line Totale lengte van Dropline
500 kbps max. 100 m (max. 100 m) max. 6 m max. 39 m
250 kbps max. 250 m (max. 100 m) max. 6 m max. 78 m
125 kbps max. 500 m (max. 100 m) max. 6 m max. 156 m
De waarden tussen haakjes zijn van toepassing wanneer er dunne kabels worden gebruikt.
Voedingsspanning Voedingsspanning van DeviceNet: 24 VDC
Toegestane spanningsbereik Voedingsspanning van DeviceNet: 11 tot 25 VDC
Stroomverbruik Max. 50 mA (24 VDC)
Maximum aantal nodes dat kan worden verbonden
64 (inclusief eventuele Configurator)
Maximum aantal slaves dat kan worden verbonden
63
Foutcontrole CRC-foutdetectie
Voedingsspanning Voeding geleverd door DeviceNet-communicatieconnector.
12 Digitale Procesregelaars E5AR
Aansluitklemmen
Aansluitingen voor E5AR-standaardprocesregelaarE5AR-Q4B E5AR-C4B
E5AR-Q43B-FLK E5AR-C43B-FLK
65
4
3
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
6
5
4
3
2
1B EDCA
KJIHGF
OUT2Spanningsuitgang 12 V 40 mA
+
+
-
-OUT1Spanningsuitgang 12 V40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
KF TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4B-500
E53-ARQC E5AR-A4B-500
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
3
65
4
2
1B
E5AR-A4B-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
65
4
3
2
1
A
6
5
4
3
2
1B EDC
KJIHGF
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
+
+
-
-3
65
4
2
1OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
KF TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E53-ARCC E5AR-A4B-500
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4B-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
F
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E53-ARQC3
E5AR-A4B-500
E5AR-A4B-500
100-240 VAC
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E5AR-A4B-500
E5AR-A4B-500
100-240 VAC
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
F
E53-ARCC3
Digitale Procesregelaars E5AR 13
E5AR-Q43DB-FLK E5AR-C43DB-FLK
E5AR-QC43DB-FLK
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
B(+)
A(–)RS485
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
F
K
E
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E53-ARQC3
E5AR-A4B-500
E53-ARB4
E5AR-A4B-500
100-240 VAC
Event-ingangen
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGFEV6
COM
EV5
EV4
EV3
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
K
E
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E5AR-A4B-500
E53-ARB4
E5AR-A4B-500
100-240 VAC
Event-ingangen
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
F
E53-ARCC3
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
B(+)
A(–)RS485
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
OUT3Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-3
65
4
2
1UIT4Stroomuitgang 4-20 mA DC, max. 500 0-20 mA DC, max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
G
B
F
K
E
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4B-500
E53-ARQC3
E53-ARCC E5AR-A4B-500
E53-ARB4
E5AR-A4B-500
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
Event-ingangen
14 Digitale Procesregelaars E5AR
E5AR-Q43DW-FLK (2 regelkringen) E5AR-C43DW-FLK (2 regelkringen)
E5AR-QQ43DW-FLK (2 regelkringen)
B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
+ +
- -
+
-
TCPTVI + +
- -
+
-
Ingang 1
Ingang 2
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
F
B
E
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4W-500E5AR-A4W-500
E53-ARQC3
E53-ARB4
E5AR-A4W-500
100-240 VAC
Event-ingangen
B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
B
F
E5AR-A4W-500
E53-ARCC3
E5AR-A4W-500100-240 VAC
3
65
4
2
1
+ +
- -
+
-
TCPTVI + +
- -
+
-
Ingang 1
Ingang 2
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4W-500
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1EE53-ARB4
Event-ingangen
B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
+ +
- -
+
-
TCPTVI + +
- -
+
-
Ingang 1
Ingang 2+
+
-
-3
65
4
2
1
UIT4Spanningsuitgang12 V 40 mA
OUT3Spanningsuitgang 12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA, Ω max. DC 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
F
B
E
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4W-500
E53-ARQC3
E53-ARQC
E53-ARB4
E5AR-A4W-500
Event-ingangen
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4W-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
Digitale Procesregelaars E5AR 15
E5AR-CC43DWW-FLK (4 regelkringen) E5AR-QQ43DWW-FLK (4 regelkringen)
E5AR-PR4DF E5AR-PRQ43DF-FLK
B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1
J, K
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 3(J)Ingang 1(K)
Ingang 2(K)Ingang 4(J)+
+
-
-3
65
4
2
1UIT4Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT3Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
B
F
E
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E53-ARCC3
E53-ARCC E5AR-A4WW-500
E5AR-A4WW-500
E53-ARB4Event-ingangen
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4W-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+ B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1
J, K
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 3(J)Ingang 1(K)
Ingang 2(K)Ingang 4(J)+
+
-
-3
65
4
2
1UIT4Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT3Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
B(+)
A(–)RS485
+
-
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
B
F
E
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E53-ARCC3
E53-ARCC E5AR-A4WW-500
E5AR-A4WW-500
E53-ARB4Event-ingangen
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4W-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
B EDC
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1
K
A
JIHGF
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+3
65
4
2
1
Openen
OUT2
OUT1
Sluiten
Relais-uitgangen 250 VAC 1 A
B
FK
E
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-PA4F-500
E53-ARB4
E53-ARRR E5AR-PA4F-500
Event-ingangen
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-PA4F-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
B EDC
K65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
+
+
-
-3
65
4
2
1
UIT4Spanningsuitgang 12 V 40 mAOUT3Spanningsuitgang 12 V 40 mA of Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
3
65
4
2
1
Openen
Sluiten
Relaisuitgang 250 VAC 1 A
B(+)
A(–)RS485
OUT2
OUT1
F
E
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-PA4F-500E5AR-PA4F-500
E53-ARQC
E5AR-PA4F-500E53-ARRR3
E53-ARB4
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
Event-ingangen
16 Digitale Procesregelaars E5AR
Aansluitingen voor E5AR-procesregelaar met DeviceNetE5AR-Q4B-DRT E5AR-C4B-DRT
E5AR-QC4B-DRT
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E53-ARDRT
E5AR-A4B-500
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
F
E53-ARQC
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4B-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermokoppel)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E53-ARDRT
E5AR-A4B-500
+
+
-
-3
65
4
2
1OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
F
E53-ARCC
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4B-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B EDC
KJIHGF
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
B
KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4B-500
E53-ARDRT
E5AR-A4B-500
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mA
OUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen dooruitgangstype-instelling)
F
E53-ARQC
OUT3Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-3
65
4
2
1UIT4Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
E53-ARCC
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4B-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
Digitale Procesregelaars E5AR 17
E5AR-QQ4W-DRT (2 regelkringen) E5AR-CC4WW-DRT (4 regelkringen)
E5AR-PR4F-DRT E5AR-PRQ4F-DRT
B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
3
65
4
2
1
+ +
- -
+
-
TCPTVI + +
- -
+
-
Ingang 1
Ingang 2+
+
-
-3
65
4
2
1
UIT4Spanningsuitgang12 V 40 mA
OUT3Spanningsuitgang 12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mA
OUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
F
B
K
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-A4W-500E5AR-A4W-500
E53-ARQC
E53-ARQC
E53-ARDRT
E5AR-A4W-500
100-240 VAC 24 VAC/DC+
-
-
+
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
B EDC
K
654321
654321
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
J, K
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 3(J)Ingang 1(K)
Ingang 2(K)Ingang 4(J)+
+
-
-3
65
4
2
1UIT4Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT3Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
B
F
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-A4WW-500
E53-ARCC
E53-ARCC E5AR-A4WW-500
E5AR-A4WW-500
E53-ARDRT
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
B EDC
65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1
K
A
JIHGF
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+3
65
4
2
1
Openen
OUT2
OUT1
Sluiten
Relaisuitgang 250 VAC 1 A
B
FKTC
(Thermokoppel)PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-PA4F-500
E53-ARDRT
E53-ARRR E5AR-PA4F-500
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-PA4F-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
B EDC
K65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1
JIHGF
ACOM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
+
+
-
-3
65
4
2
1
UIT4Spanningsuitgang 12 V 40 mAOUT3Spanningsuitgang 12 V 40 mA of Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
G
3
65
4
2
1
Openen
Sluiten
Relaisuitgang 250 VAC 1 A
OUT2
OUT1
F KTC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5AR-PA4F-500
E53-ARQC
E5AR-PA4F-500E53-ARRR
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5AR-PA4F-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
E53-ARDRT
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
18 Digitale Procesregelaars E5AR
AfmetingenOpmerking: Alle eenheden zijn in millimeters, tenzij anders aangegeven.
Rubberen pakking (apart verkrijgbaar)Y92S-P4 (voor E5AR)
Als u de rubberen pakking kwijt bent of alsdeze beschadigd is, kan deze met het vol-gende modelnummer worden besteld:Y92S-P4.
Afhankelijk van de bedrijfsomgeving kan derubberen pakking verslechteren, krimpen ofverharden en om de waterdichtheid tegaranderen die in NEMA4 is gespecificeerd,wordt u aangeraden de pakking regelmatigte vervangen.
Opmerking: De rubberen pakking wordt bijde regelaar geleverd.
Afdekkap voor aansluitklem (apart verkrijgbaar)E53-COV14 (voor E5AR)
Unitlabelvel (apart verkrijgbaar)
Y92S-L1
1
1
2
3
4
5
6
2
3
4
5
6
1
2
3
4
5
6
1
2
3
4
5
6
1
2
3
4
5
6
1
2
3
4
5
6
111
Afmeting schroefaansluiting: M3
3 2
11,5 95 (99)*Aansluitklemafdekkap (E53-COV14; apart te bestellen)
110
96
96
92+0,8 0
92+0,8 0
110 min.
Paneeluitsparingen
120 min.• De aanbevolen paneeldikte is 1 tot 8 mm.
• Groepsmontage is niet mogelijk. (Houd rekening met de opgegeven montageruimte tussen de procesregelaars.)
• Als er twee of meer procesregelaars worden gemonteerd, moet u controleren of de omgevings-temperatuur niet boven de maximale bedrijfs-temperatuur komt die wordt vermeld in de specificaties.
Regelaars die compatibel zijn met DeviceNet, achterpaneel
* De waarde tussen haakjes heeft betrekking op procesregelaars die compatibel zijn met DeviceNet.
MS/NS-indicatoren Boven: MS Onder: NS
Connector voor DeviceNet-communicatieHiermee worden de DeviceNet-communicatiekabels aangesloten. De stroomvoorziening voor DeviceNet-communicatie verloopt ook via deze connector. Bij procesregelaars die compatibel zijn met DeviceNet, wordt een connector meegeleverd van het type FKC 2.5/5-STF-5.08 AU M (PHOENIX CONTACT).
95
95
28,5
10,1
11,8
4,8
Digitale Procesregelaars E5ER 19
Digitale Procesregelaars
E5ERE5ER Digitale Procesregelaars bieden een hoge snelheid, zijn zeer nauwkeurig, beschikken over meervoudige I/O en zijn voorzien van een LCD-display met 5 cijfers en 3 regels voor een uitstekende visuele weergave.
• Door een korte samplingperiode van 50 ms kunt u deze bij toepassingen gebruiken die een hoge responssnelheid vereisen.
• PV-, SP- en MV-gegevens worden tegelijkertijd weergegeven in een negatief LCD-display met 3 regels met achtergrondverlichting.
• Meerpuntsregeling, cascade en proportionele regelingen zijn mogelijk met een enkele regelaar.
• Wanneer u modellen gebruikt met communicatiefuncties, is het mogelijk instellingen te downloaden en instellingen te maskeren met de configuratiesoftware (ThermoTools).
• Standaard uitgerust met rekenfuncties (bijv. vierkantswortels en lineaire interpolatie).
• DeviceNet-communicatie instellen en monitoren van data zonder speciale programmeerhandelingen.
Verkrijgbare uitvoeringen
Opbouw typenummer
1. Constante waarden/ProgrammaGeen: Constante waarden
2. BesturingsmethodeBlanco: Standaardregeling of verwarmings- en koelregelingP: Klepsturingsregeling
3. Uitgang 1R: DPST-NO-relaisuitgangenQ: Pulsspanning en uitgangen voor pulsspanning/-stroomC: Stroom en stroomuitgangen
4. Uitgang 2Blanco: GeenR: RelaisQ: Pulsspanning en uitgangen voor pulsspanning/-stroomC: Stroom en stroomuitgangen
5. HulpuitgangenBlanco: Geen4: 4PST-NO-relaisuitgangenT: 2 transistoruitgangen
6. Optionele functie 1Blanco: Geen3: RS485-communicatie
7. Optionele functie 2Blanco: GeenD: 4 event-ingangen
8. Ingang 1B: Multi-ingang en 2 event-ingangenF: Multi-ingang en potentiometeringangW: Multi-ingang en multi-ingang
9. Ingang 2Blanco: GeenW: Multi-ingang en multi-ingang
10.CommunicatiemethodeBlanco: GeenFLK: RS485 (CompoWay F/MODBUS)DRT: DeviceNet
2 3 4 5 106 7 8 91E5ER-@@@@@@@@@-@@@
20 Digitale Procesregelaars E5ER
Bestelinformatie
Digitale Procesregelaars
Standaardregelaars
Opmerking 1. Geef bij uw bestelling de specificaties voor de voedingsspanning op. De modelnummers voor 100 tot 240 VAC verschillen van denummers voor 24 VAC/VDC.
2. Deze modellen zijn alleen voor 100 tot 240 VAC.3. De hulpuitgangen zijn transistoruitgangen.
Afmeting Besturings-type
Besturingsmodus Uitgangen (rege-ling/transmissie)
Optionele functies Model
Hulpuit-gangen (SUB)
Event-ingan-
gen
Seriële commu-nicatie
48 × 96 mm
Basisrege-laar (1 regel-kring)
Standaardregeling met één enkele regelkringVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
4 2 Nee E5ER-Q4B
2 punten: stroom en stroom
E5ER-C4B
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
RS485 E5ER-Q43B-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: stroom en stroom
E5ER-C43B-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
2 (zie opm. 3)
6 E5ER-QT3DB-FLK (zie opm. 2.)
2 punten: stroom en stroom
E5EAR-CT3DB-FLK (zie opm. 2.)
4 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom en stroom (2 punten)
4 2 E5ER-QC43B-FLK
Regeling met 2 regelkringen
Standaardregeling met twee regelkringenVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkringCascaderegeling met één enkele regelkringRegeling met één enkele regelkring en Remote SPProportionele regeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanning en pulsspanning/-stroom
2 (zie opm. 3)
4 RS485 E5ER-QT3DW-FLK
2 punten: stroom en stroom
E5ER-CT3DW-FLK
Klepsturings-regeling(1 regelkring)
Klepsturingsregeling met één enkele regelkring
Relaisuitgang(1 open, 1 gesloten)
2 (zie opm. 3)
4 Nee E5ER-PRTDF
Relaisuitgang(1 open, 1 gesloten) en stroomuitgang (retransmissie) (1 punt)
4 Nee RS485 E5ER-PRQ43F-FLK
Digitale Procesregelaars E5ER 21
Regelaars die compatibel zijn met DeviceNet
Opmerking 1. Geef bij uw bestelling de specificaties voor de voedingsspanning op. De modelnummers voor 100 tot 240 VAC verschillen van denummers voor 24 VAC/VDC.
2. De hulpuitgangen zijn transistoruitgangen.
KalibratieresultatenHet kalibratierapport kan tegelijk met de Digitale Procesregelaarworden besteld met behulp van het volgende modelnummer.
Kalibratierapport (apart verkrijgbaar)
Afdekkap voor aansluitklem (apart verkrijgbaar)
Afmeting Besturings-type
Besturingsmodus Uitgangen (rege-ling/transmissie)
Optionele functies Model
Hulpuit-gangen (SUB)
Event-ingan-
gen
Device-Net-com-municatie
48 × 96 mm
Basisrege-laar (1 regel-kring)
Standaardregeling met één enkele regelkringVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanning pulsspanning/-stroom
2 (Zie opm. 2)
2 Ja E5ER-QTB-DRT
2 punten: stroomstroom
E5ER-CTB-DRT
Regeling met 2 regelkrin-gen
Standaardregeling met twee regelkringenVerwarmings- en koelregeling met één enkele regelkringCascaderegeling met één enkele regelkringStandaardregeling met één enkele regelkring en Remote SPProportionele regeling met één enkele regelkring
2 punten: pulsspanningpulsspanning/-stroom
2 (Zie opm. 2)
Geen Ja E5ER-QTW-DRT
2 punten: stroomstroom
E5ER-CTW-DRT
Klepstu-ringsrege-ling (1 regel-kring)
Klepsturingsregeling met één enkele regelkring
Relaisuitgang(1 open, 1 gesloten)
2 (Zie opm. 2)
Geen Ja E5ER-PRTF-DRT
Omschrijvingen Model
Kalibratierapport voor E5ER E5ER-K
Omschrijvingen Model
Aansluitklem afdekkap voor E5ER E53-COV15
22 Digitale Procesregelaars E5ER
Specificaties
Toegestane waarden
Opmerking 1. De voedingsspanning (d.w.z. 100 tot 240 VAC of 24 VAC/VDC) hangt af van het model. Zorg ervoor dat u bij het bestellen hetbenodigde type opgeeft.
2. De regelaar is uitgerust met meerdere sensoringangen. De temperatuuringang of analoge ingang kan worden geselecteerd metde instellingsschakelaar voor het ingangstype. Er is voorzien in standaardisolatie tussen de voedingsspanning en ingangsklemmen,voedingsspanning en uitgangsklemmen en tussen de ingangs- en de uitgangsklemmen.
Item Voedingsspanning(zie opm. 1)
100 tot 240 VAC, 50/60 Hz 24 VAC, 50/60 Hz; 24 VDC
Aansluitspanningsbereik 85% tot 110% van de nominale voedingsspanning
Opgenomen vermogen 17 VA max. (met maximale belasting) 11 VA/7 W max. (met maximale belasting)
Sensoringang (zie opm. 2) Thermokoppel: K, J, T, E, L, U, N, R, S, B, WPlatina weerstandsopnemer: Pt100Stroomingang: 4 tot 20 mA DC, 0 tot 20 mA DC (inclusief SP-ingang op afstand)Spanningsingang: 1 tot 5 VDC, 0 tot 5 VDC, 0 tot 10 VDC (inclusief SP-ingang op afstand)(Ingangsimpedantie: 150 Ω voor stroomingang, ong. 1 MΩ voor spanningsingang)
Regeluitgang Spanningsuitgang (puls)
12 VDC, 40 mA max. met kortsluitbeveiliging(E5AR-QQ@WW-@: 21 mA max.)
Stroomuitgang 0 tot 20 mA DC, 4 tot 20 mA DC; belasting: 500 Ω max. (inclusief retransmissie-uitgang)(Resolutie: ong. 54.000 voor 0 tot 20 mA DC; ong. 43.000 voor 4 tot 20 mA DC)
Relaisuitgang Klepsturingsregeling modellen (open, gesloten)N.O., 250 VAC, 1 A (inclusief inschakelstroom)
Hulpuitgang RelaisuitgangN.O., 250 VAC, 1 A (ohmse belasting)TransistoruitgangMaximale belastingsspanning: 30 VDC; Maximale belastingsstroom: 50 mA; Restspanning: 1,5 V max.; Lekstroom: 0,4 mA max.
Potentiometeringang 100 Ω tot 2,5 kΩEvent-ingang Contact Ingang AAN: 1 kΩ max.; UIT: 100 kΩ min.
Contactvrij Ingang AAN: Restspanning van 1,5 V max.; UIT: Lekstroom van 0,1 mA max.
Kortsluiting: ong. 4 mA
Remote SP Zie de informatie op de sensoringang.
Retransmissie-uitgang Zie de informatie op de besturingsuitgang.
Besturingsmethode 2-PID of AAN/UIT-regeling
Instelmethode Digitale instelling met druktoetsen op het frontpaneel of instelling met seriële communicatie
Indicatiemethode 7-segments digitaal display en een indicator met enkele verlichtingTekenhoogtedisplay 1: 9,5 mm; display 2: 7,2 mm; display 3: 7,2 mm
Overige functies Hangt af van model.
Omgevingstemperatuur tijdens bedrijf −10 tot 55°C (zonder ijs- of condensvorming) 3 jaar verzekerd van gebruik: −10 tot 50°C (zonder ijs- of condensvorming)
Omgevingsvochtigheidsgraad 25% tot 85%
Opslagtemperatuur −25 tot 65°C (zonder ijs- of condensvorming)
Digitale Procesregelaars E5ER 23
IngangsbereikenDe E5ER heeft meerdere ingangen. De standaardinstelling is 2 (K-type thermokoppel, −200,0 tot 1300,0 °C of −300,0 tot 2300,0 °F).
Platina weerstandsopnemeringang
Thermokoppel ingang
Stroom/Spanningsingang
Ingang Pt100
bereik °C −200,0 tot 850,0
−150,0 tot 150,0
°F −300,0 tot 1500,0
−199,99 tot 300,0
Instelling 0 1
Minimale insteleenheid (SP en alarm)
0,1 0,01
Instellingsschakelaar ingangstype Instellen op TC.PT.
IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
Ingang K J T E L U N R S B W
bereik °C −200,0 tot 1300,0
−20,0 tot 500,0
−100,0 tot 850,0
−20,0 tot 400,0
−200,0 tot 400,0
0,0 tot 600,0
−100,0 tot 850,0
−200,0 tot 400,0
−200,0 tot 1300,0
0,0 tot 1700,0
0,0 tot 1700,0
100,0 tot 1800,0
0,0 tot 2300,0
°F −300,0 tot 2300,0
0,0 tot 900,0
−100,0 tot 1500,0
0,0 tot 750,0
−300,0 tot 700,0
0,0 tot 1100,0
−100,0 tot 1500,0
−300,0 tot 700,0
−300,0 tot 2300,0
0,0 tot 3000,0
0,0 tot 3000,0
300,0 tot 3200,0
0,0 tot 4100,0
Instelling 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14
Minimale in-steleenheid (SP en alarm)
0,1
Instellings-schakelaar ingangstype
Instellen op TC.PT.IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
Ingang Stroom Spanning
bereik 4 tot 20 mA 0 tot 20 mA 1 tot 5 V 0 tot 5 V 0 tot 10 V
Instelling 15 16 17 18 19
Instellingsschakelaar ingangstype
Instellen op ANALOOG.
IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
24 Digitale Procesregelaars E5ER
Kenmerken
Opmerking 1. Thermokoppel K, T of N bij −100°C max.: ±2°C ±1 cijfer max.Thermokoppel U of L: ±2°C ±1 cijfer max.Thermokoppel B bij 400°C max.: Geen nauwkeurigheidsspecificatie.Thermokoppel R of S bij 200°C max.: ±3°C ±1 cijfer max.Thermokoppel U of L: (±0,3% van PV of ±3°C, afhankelijk van welke groter is) ±1 cijfer max.
2. Thermokoppel U of L: ±1°C ±1 cijferThermokoppel R of S bij 200°C max.: ±1,5°C ±1 cijfer
3. 'EU' (Engineering Unit = Eenheid) geeft de eenheid volgens de schaalindeling weer. Als er een temperatuursensor wordt gebruikt, is dit °C of °F.
Communicatiespecificatie
RS485 seriële communicatie
Meetnauwkeurigheid Thermokoppel ingang met koude-lascompensatie: (±0,1% van PV of ±1°C, afhankelijk van welke groter is) ±1 cijfer max. (zie opm. 1.)Thermokoppel ingang zonder koude-lascompensatie: (±0,1% van FS of ±1°C, afhankelijk van welke kleiner is) ±1 cijfer max. (zie opm. 2.)Analoge ingang: ±0,1% FS ±1 cijfer max.Platina weerstandsopnemeringang: (±0,1% van PV of ±0,5°C, afhankelijk van welke groter is) ±1 cijfer max.Positie-proportionele potentiometeringang: ±5% FS ±1 cijfer max.
Besturingsmodus Standaardregeling (verwarmings- of koelregeling), verwarmings-/koelregeling, standaardregeling met Remote SP (modellen met 2 ingangen), verwarmings-/koelregeling met Remote SP (modellen met 2 ingangen), standaard cascaderegeling (modellen met 2 ingangen), cascade verwarmings-/koelregeling (modellen met 2 ingangen), proportionele regeling (modellen met 2 ingangen), klepsturingsregeling (alleen klepsturingsmodellen)
Cyclustijd 0,2 tot 99,0 s (in units van 0,1 s) voor tijdsproportionele regeluitgang
Proportionele band (P) 0,00% tot 999,99% FS (in units van 0,01% FS)
Integraaltijd (I) 0,0 tot 3.999,9 s (in units van 0,1 s)
Diffentiatie tijd (D) 0,0 tot 3.999,9 s (in units van 0,1 s)
Hysteresis 0,01% tot 99,99% FS (in units van 0,01% FS)
Handmatige reset-waarde 0,0% tot 100,0% FS (in units van 0,1% FS)
Bereik alarminstelling −19.999 tot 99.999 EU (zie opm. 3.)(De positie van de decimaalpunt hangt af van het ingangstype en de positie-instelling van het decimaalpunt).
Ingang samplingperiode 50 ms
Isolatieweerstand 20 MΩ min. (bij 500 V gelijkstroom)
Diëlektrische sterkte 2,000 VAC, 50/60 Hz voor 1 min (tussen geladen aansluitklemmen met verschillende polariteit)
Trillingsbestendigheid 10 tot 55 Hz, 20 m/s2 voor 10 min. elk in de X-, Y- en Z-richting
Schokbestendigheid 100 m/s2 elk in de X-, Y- en Z-richting, 3 keer per richting
Inschakelstroom 100 tot 240 VAC-modellen: 50 A max.24 VAC/VDC-modellen: 30 A max.
Gewicht E5AR: Alleen regelaar: ong. 450 g; Montagebeugel: ong. 60 g; Aansluitklem afdekkap: ong. 30 gE5ER: Alleen regelaar: ong. 330 g; Montagebeugel: ong. 60 g; Aansluitklem afdekkap: ong. 16 g
Beschermingsgraad Frontpaneel: NEMA4X voor gebruik binnenshuis (gelijk aan IP66); Achterzijde behuizing: IP20; Aansluitklemmen: IP00
Geheugenbeveiliging Niet-vluchtig geheugen (aantal schrijfprocedures: 100,000)
Relevante normen UL3121-1, CSA C22.2 Nr. 1010-1EN61010-1 (IEC61010-1): Vervuilingsgraad 2/overspanningscategorie 2
EMC EMI: EN61326Sterkte uitgestraalde interferentie elektromagnetisch veld: EN55011 groep 1 klasse AStoring klemspanning: EN55011 groep 1 klasse A
EMS: EN61326Diëlektrische sterkte: EN61000-4-2: 4 kV contactontlading (testniveau 2)
8 kV luchtontlading (testniveau 3)Elektromagnetische immuniteit: EN61000-4-3: 10 V/m (amplitudegemoduleerd, 80 MHz tot 1 GHz,
1,4 GHz tot 2 GHz) (testniveau 3)Bestendigheid tegen stoorpulsen: EN61000-4-4: 2 kV voedingslijn (testniveau 3)
2 kV uitgangslijn (relaisuitgang) (testniveau 4)1 kV meetlijn, I/O-signaallijn (testniveau 4)1 kV communicatielijn (testniveau 3)
Bestendigheid tegen storingen door geleiding: EN61000-4-6: (0,15 tot 80 MHz) (testniveau 3)Bestendigheid tegen spanningspieken: EN61000-4-5: 1 kV kabel naar kabel (voedingslijn, uitgangslijn (relaisuitgang)) (testniveau 2)
2 kV kabel naar aarde (voedingslijn, uitgangslijn (relaisuitgang)) (testniveau 3)Bestendigheid tegen magnetische velden van stroomfrequenties: EN61000-4-8: 30 A/m (50 Hz) continue veldsterkteBestendigheid tegen spanningsuitval/-onderbreking: EN61000-4-11: 0,5 cyclus, 100% (nominale spanning)
Verbinding overdrachtsweg Meerdere punten
Communicatiemethode RS485 (tweedraads, half-duplex)
Synchronisatiemethode Start/stop-synchronisatie
Baudrate 9.600, 19.200, of 384.000 bps
Transmissiecode ASCII (CompoWay/F), RTU Remote Terminal Unit (MODBUS)Aantal databits 7 of 8 bits
Aantal stopbits 1 of 2 bits
Foutdetectie Verticale pariteit (geen, even, oneven)Blockchecksum (BCC)Dataformaat start/stop-synchronisatie
Flow controle Geen
Interface RS485
Herhalingsfunctie Geen
Digitale Procesregelaars E5ER 25
DeviceNetItem Specificaties
Communicatieprotocol Conform DeviceNet
Communicatiefuncties Decentrale I/O-communicatie
• Master-slaveverbindingen (polling, bit-strobe, COS of cyclisch)• Conform DeviceNet-specificaties
I/O-toewijzingen • I/O-gegevens toewijzen met de Configurator. • Kan alle gegevens toewijzen, zoals parameters, die betrekking hebben op het DeviceNet- en
het variabele-gebied van de Digitale Procesregelaar.• Maximaal 2 blokken voor het IN-gebied, in totaal maximaal 100 worden.• Eén blok voor het OUT-gebied, maximaal 100 woorden (het eerste woord wordt altijd toege-
wezen aan - Output Enable bits).
Berichten • Explicit Message communications• CompoWay/F-communicatiecommando’s kunnen worden verzonden (commando’s worden
verzonden in een explicit message format).
Type aansluiting Combinatie van multi-drop- en T-branch aansluitingen (hoofd- en aftaklijnen)
Baudrate DeviceNet: 500, 250 of 125 kbps of automatische detectie van master-baudrate
Communicatiemedia Speciale 5-aderige kabel (2 signaallijnen, 2 voedingslijnen en 1 afschermingslijn)
Communicatieafstand Baudrate Lengte van netwerk Lengte van Dropline Totale lengte van Dropline
500 kbps max. 100 m (max. 100 m) max. 6 m max. 39 m
250 kbps max. 250 m (max. 100 m) max. 6 m max. 78 m
125 kbps max. 500 m (max. 100 m) max. 6 m max. 156 m
De waarden tussen haakjes zijn van toepassing wanneer er dunne kabels worden gebruikt.
Voedingsspanning Voedingsspanning van DeviceNet: 24 VDC
Toegestane spanningsbereik Voedingsspanning van DeviceNet: 11 tot 25 VDC
Stroomverbruik Max. 50 mA (24 VDC)
Maximum aantal nodes dat kan worden verbonden
64 (inclusief eventuele Configurator)
Maximum aantal slaves dat kan worden verbonden
63
Foutcontrole CRC-foutdetectie
Voedingsspanning Voeding geleverd door DeviceNet-communicatieconnector.
26 Digitale Procesregelaars E5ER
Aansluitklemmen
Aansluitingen voor E5ER-standaardprocesregelaarE5ER-Q4B E5ER-C4B
E5ER-Q43B-FLK E5ER-C43B-FLK
EDC65
4
3
2
1
B
6
5
4
3
2
1A
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E53-ARR4E5ER-AB-500
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mA
+
+
-
-OUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
3
65
4
2
1
C
E53-ARQC
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
EDC65
4
3
2
1
BA
6
5
4
3
2
1
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
E53-ARR4
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
3
65
4
2
1
C
E53-ARCC
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AB-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
B(+)
A(–)RS485
+
+
-
-
+
-
3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARQC3
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
E53-ARR4E5ER-AB-500100-240 VAC
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
E53-ARR4E5ER-AB-500100-240 VAC
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-
+
-
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
3
65
4
2
1
C
E53-ARCC3
B(+)
A(–)RS485
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermokoppel)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
Digitale Procesregelaars E5ER 27
E5ER-QT3DB-FLK E5ER-CT3DB-FLK
E5ER-QC43B-FLK
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
B(+)
A(–)RS485
+
+
-
-
+
-
3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARQC3
E5ER-AB-500
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1B
E53-ARB4
Event-ingangen
100-240 VAC
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
B(+)
A(–)RS485
+
+
-
-
+
-
3
65
4
2
1
C
E53-ARCC3
E5ER-AB-500
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1B
E53-ARB4
Event-ingangen
100-240 VAC
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
--
-
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
B(+)
A(–)RS485
+
+
-
-
+
-
3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARQC3
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AB-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
E53-ARR4
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
+
+
-
-
OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
3
65
4
2
1
D
E53-ARCC
28 Digitale Procesregelaars E5ER
E5ER-QT3DW-FLK (2 regelkringen) E5ER-CT3DW-FLK (2 regelkringen)
E5ER-PRTDF E5ER-PRQ43F-FLK
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
B(+)
A(–)RS485
+
+
-
-
+
-
3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARQC3
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 1
Ingang 2
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AW-500
E
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1B
E53-ARB4
Event-ingangen
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AW-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1BA
B(+)
A(–)RS485
+
+
-
-
+
-
3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARCC3
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AW-500
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1B
E53-ARB4
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 1
Ingang 2
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AW-500
E
Event-ingangen
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1BA
3
65
4
2
1
Openen
Sluiten
Relaisuitgang 250 VAC 1 A
C
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ARRR
E53-ART2
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-PAF-500
EV6
COM
EV5
EV4
EV3
3
65
4
2
1B
E53-ARB4
Event-ingangen
OUT2
OUT1
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-PAF-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
+
+
-
-3
65
4
2
1
UIT4Spanningsuitgang 12 V 40 mAOUT3Spanningsuitgang 12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
D
3
65
4
2
1
Openen
Sluiten
Relaisuitgang 250 VAC 1 A
B(+)
A(–)RS485
C
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
100-240 VAC24 VAC/DCE5ER-PAF-500
E53-ARRR3
E53-ARQC
COM
SUB1
SUB2
COM
SUB3
SUB4
Hulpuitgangen(Relaisuitgangen)
3
65
4
2
1B
E53-ARR4
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-PAF-500
+
-
-
+
OUT2
OUT1
+
-
Digitale Procesregelaars E5ER 29
Aansluitingen voor E5ER-procesregelaar met ondersteuning van DeviceNet
E5ER-QTB-DRT E5ER-CTB-DRT
E5ER-QTW-DRT (2 regelkringen) E5ER-CTW-DRT (2 regelkringen)
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1A B
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARQC
EV2
COM
EV1Event-ingangen
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AB-500
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AB-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
E53-ARDRT
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1BA
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARCC
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AW-500
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
E53-ARDRT
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 1
Ingang 2
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AW-500
E
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1BA
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AW-500
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 1
Ingang 2
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AW-500
E
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
E53-ARDRT
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Spanningsuitgang12 V 40 mAOUT1Spanningsuitgang12 V 40 mA ofStroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARQC
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1BA
+
+
-
-3
65
4
2
1
OUT2Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)OUT1Stroomuitgang 4-20 mA DC, Ω max. 500 0-20 mA DC, Ω max. 500(Overschakelen door uitgangstype-instelling)
C
E53-ARCC
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-AW-500
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ART2
100-240 VAC24 VAC/DC+
-
-
+
E53-ARDRT
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
3
65
4
2
1
+
-
+
-
TCPTVI + +
+
- -
-
+
-
Ingang 1
Ingang 2
TC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-AW-500
E
30 Digitale Procesregelaars E5ER
E5ER-PRTF-DRT
EDC65
4
3
2
1
6
5
4
3
2
1BA
3
65
4
2
1
Openen
Sluiten
Relaisuitgang 250 VAC 1 A
C
D
3
65
4
2
1
D
+
+
-
-SUB1
SUB2
Hulpuitgangen(Transistoruitgangen)
E53-ARRR
E53-ART2
C
W
OPotentiometer
3
65
4
2
1
+ +
- --
+
ETC(Thermokoppel)
PT
(Weerstandsthermometer)
V(Spanning)
I(Stroom)
E5ER-PAF-500
OUT2
OUT1
Voedingsspanning ingang is afhankelijk van het model. 100 tot 240 V AC of 24 V AC/DC (geen polariteit)
E5ER-PAF-500100-240 VAC24 VAC/DC
+
-
-
+
E53-ARDRT
DeviceNet-connector Rood (V+) Wit (CAN H) − (Afscherming) Blauw (CAN L) Zwart (V−)
Digitale Procesregelaars E5ER 31
AfmetingenOpmerking: Alle eenheden luiden in millimeters, tenzij anders aangegeven.
Rubberen pakking (apart verkrijgbaar)Y92S-P5 (voor E5ER)
Als u de rubberen pakking kwijt bent of als dezebeschadigd is, kan deze met het volgende modelnum-mer worden besteld: Y92S-P5.
Afhankelijk van de bedrijfsomgeving kan de rubberenpakking verslechteren, krimpen of verharden en omde waterdichtheid te garanderen die in NEMA4 isgespecificeerd, wordt u aangeraden de pakking regel-matig te vervangen.
Opmerking: De rubberen pakking wordt bij de rege-laar geleverd.
Afdekkap voor aansluitklem (apart verkrijgbaar)E53-COV15 (voor E5ER)
Unitlabelvel (apart verkrijgbaar)
Y92S-L1
Paneeluitsparingen
120 min.
• De aanbevolen paneeldikte is 1 tot 8 mm.
• Groepsmontage is niet mogelijk. (Houd rekening met de opgegeven montageruimte tussen de procesregelaars.)
• Als er twee of meer procesregelaars worden gemonteerd, moet u controleren of de omgevingstemperatuur niet boven de maximale bedrijfstemperatuur komt die wordt vermeld in de specificaties.
1
2
3
4
5
6
1
2
3
4
5
6
Afmeting schroefaansluiting: M3
111
3 2
11,5 95 (99)*
110
96
48Aansluitklemafdekkap (E53-COV15; apart te bestellen)
60 min.
45+0,80
92+0,80
Regelaars die compatibel zijn met DeviceNet, achterpaneelMS/NS-indicatoren Boven: MS Onder: NS
* De waarde tussen haakjes heeft betrekking op procesregelaars die compatibel zijn met DeviceNet.
ector voor DeviceNet-municatie
Hiermee worden de DeviceNet-communicatiekabels aangesloten. De stroomvoorziening voor DeviceNet-communicatie verloopt ook via deze connector. Bij procesregelaars die compatibel zijn met DeviceNet, wordt een connector meegeleverd van het type FKC 2.5/5-STF-5.08 AU M (PHOENIX CONTACT).
48
95
28,5
10,1
11,8
4,8
32 Digitale Procesregelaars E5ER
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 33
Algemene gegevens van de E5AR/E5ER
Functies/prestatiesZeer snelle sampling binnen 50 ms voor een stabiele regeling van toepassingen die een hoge responssnelheid vereisen
De E5@R-DRT biedt zeer snelle sampling binnen 50 ms voor4 regelkringen (twee- tot vijfmaal sneller dan vorige OMRON-produc-ten). Dit is optimaal voor regelprocessen zoals regelingen met hogeresponssnelheid in keramische verwarmingselementen, debietrege-ling en drukregeling.
Nauwkeurige regeling door temperatuuringangen/analoge ingangen met een hoge resolutie. Extractie van vierkantswortel voor debietregeling.
Nauwkeurige regeling/transmissie dankzij de hoge resolutie ennauwkeurigheid van de ingangen (Pt100, 0,01°C-resolutie) en dehoge resolutie van de uitgangswaarden, alsmede de externe correc-tiefunctie voor overschrijdingen. De analoge ingangen beschikken over een hoge resolutie (weergavemet vijf cijfers bij een resolutie van 0,01% voor Pt) en een hogenauwkeurigheid van ±0,1% FS (twee- tot driemaal beter dan devorige OMRON-producten). De transmissie- en regeluitgangen heb-ben ook een hoge resolutie van 1/43.000 (voor 4 tot 20 mA, een ver-betering van een factor 20 ten opzichte van de vorige OMRON-producten). Naast PID-autotuning beschikt de regelaar over interfe-rentieparameters om de weerstand tegen externe interferentie te ver-beteren. Hierdoor is een hoge resolutie beschikbaar bij het meten,het detecteren van wijzigingen of het registreren van de interne tem-peratuur of vochtigheidsgraad van apparaten, zoals meetapparatuurvoor milieuonderzoek.
Gelijktijdige digitale weergave van PV's en SP's met vijf cijfers
Proceswaarden (PV's), Setpoints (SP's) en regelgrootheden (MV's)/banknummers worden gelijktijdig weergegeven op een digitaal dis-play met drie regels. Hiermee worden de PID-tuning en het monito-ren van de regelaarstatus vereenvoudigd. De informatie wordt opvisueel overzichtelijke wijze weergegeven dankzij het negatieveLCD-display met achtergrondverlichting en de gelijktijdige weergavevan een staafdiagram (alleen E5AR).
Meerpuntsregeling, cascaderegeling en proportionele regelingen zijn mogelijk met één unit die beschikt over 2 temperatuuringangen/analoge ingangen. Standaardre-geling van 4 regelkringen is mogelijk met één unit die beschikt over 4 ingangen (zie opmerking) en bovendien is klepsturingsregeling beschikbaar.
Deze serie bevat modellen met 1, 2 of 4 temperatuuringangen/ana-loge ingangen (zie opmerking). In de software-instellingen kunnendiverse besturingsmodi worden geselecteerd, waaronder standaard-regeling, verwarmings- en koelregeling, cascaderegeling, proportio-nele regeling en remote SP regeling. Hierdoor is meerpuntsregeling(alleen voor E5AR maximaal vier ingangen), cascaderegeling enproportionele regeling mogelijk met één unit.
Bij meerpuntsregeling kunnen 4 punten, zoals de temperatuur, voch-tigheidsgraad en druk, gelijktijdig worden geregeld met één unit,waardoor de kosten per regelkring afnemen en er minder grotepanelen vereist zijn.
Modellen met ondersteuning voor klepsturingsregeling kunnen wor-den gebruikt voor de regeling van proportionele motoren.
Opmerking: De modellen met 4 analoge ingangen hebben eenformaat van 96 x 96 mm (alleen E5AR).
Eenvoudig de regeling van PLC's coördineren met meervoudige I/O
Er zijn maximaal 6 event-ingangen beschikbaar (afhankelijk van hetmodel). Deze kunnen worden gebruikt om het schakelen tussengeheugenbanken, RUN/STOP- of SP-modebewerkingen en auto/handmatige of decentrale/lokale bewerkingen extern te regelen.Bovendien wordt één retransmissie-uitgang (afhankelijk van hetmodel) meegeleverd. Hiermee kunnen PV's, SP's, MV's en instelling-Setpoint Ramp voor elke regelkring extern worden overgebracht. Erzijn ook maximaal 4 hulpuitgangen beschikbaar. Hiermee kunnen11 alarmstanden en ingang fouten extern worden overgebracht.
Met RS485-communicatie (CompoWay/F) kunnen gegevens gemak-kelijk met PLC's uit de CS/CJ-serie of andere OMRON PLC's wordengedeeld via een eenvoudige CJ1W-CIF21-communicatie-unit. HetMODBUS-protocol wordt ook ondersteund.
Biedt ondersteuning voor het Multivendor DeviceNet-netwerk
Dankzij een DeviceNet-verbinding is snelle gegevensoverdrachtmogelijk door instellingen en parameters toe te wijzen die moetenworden gecontroleerd in I/O-gebieden van de PLC. Hiermee wordtde noodzaak weggenomen om nieuwe programma's te ontwikkelenvoor de communicatie.
Met DeviceNet Configurator kunnen alle parameters in één bewer-king worden geüpload of gedownload. Instelparameters kunnen ookworden opgeslagen, geladen en afgedrukt, waardoor de onderhoud-stijd sterk afneemt.
Diverse rekenfuncties
Rekenfuncties zijn standaard beschikbaar, zoals setpoint ramp,extractie van vierkantswortel en rechte- of onderbroken-lijnbenade-ring.
Standaardinstellingen downloaden en maskeren, afdrukken, opslaan in CSV-indeling of weergave-instellingen interactief afstemmen vanaf een personal computer. (Alleen modellen die compatibel zijn met CompoWay/F en beschikken over communicatiefuncties)
Met ThermoTools (apart verkrijgbare ondersteuningssoftware) kun-nen de standaardinstellingen eenvoudig worden ingesteld vanaf eenpersonal computer. (Wanneer de gebruikte instellingen wordengedownload, is er minder tijd vereist voor het instellen.)
De vereiste instellingsgegevens kunnen ook afzonderlijk wordenweergegeven en ingesteld. De instellingsgegevens kunnen wordenopgeslagen als een document. De PID-tuning kan ook plaatsvindentijdens het monitoren van de PV-trends (fijninstelling is ook mogelijk).
34 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Algemene gegevens van de E5AR/E5ER
I/O-blokdiagram
Standaardbesturingsmodus
Verwarmings- en koelbesturingsmodus
PV1 PID
MV bij PV-fout
MV bij beëindiging
Handmatige MV
MV
Fout
STOP
Handmatig
LSP (lokale SP)
EV1
Toewijzingen van event-ingangen
SP (instelpunt)
SUB4
Alarm 1, alarm 2, alarm 3, alarm 4, ingangsfout, RSP-ingangsfout voor opgegeven regelkringen of voor alle regelkringen voor alle vier uitgangen.
UIT4
Opmerking: Toewijzingen van retransmissie-uitgangen
MV (verwarmen), MV (koelen), SP, SP helling SP, PV, MV (gesloten), MV (open) of klep-opening voor opgegeven regelkringen.
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
RUN/STOP
A/M
Externe besturing van het schakelen tussen geheugenbanken (4/8 banken), RUN/STOP- of SP-modebewerkingen en in-/uitschakeling van communicatieschrijfbewerkingen voor maximaal zes ingangspunten.
EV2 EV3 EV4 EV5 EV6
MV-begrenzer wijzigingscijfer
MV-begrenzer
SUB3SUB2SUB1OUT3OUT2OUT1
IN1
Bew
erki
ng
onde
rbro
ken-
lijnb
enad
erin
g 1
Bew
erki
ng p
rimai
reve
rtrag
ings
func
tie 1
:
Bew
erki
ngvo
orts
chrij
ding
s-
gem
idde
lde
1
Bew
erki
ng e
xtra
ctie
va
nvi
erka
ntsw
orte
l 1
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
PID-waarde, MV-boven-/ondergrens, Bovengrens automatisch selectiebereik PID-instelnr.
PID-instelnr. 1
PID-instelnr. 2
PID 1
PID 2
PID 7
PID 8
PID-instelnr. 7
PID-instelnr. 8
Selectie PID-instelnr.: Automatisch geselecteerdin overeenstemming met PV of deviatie of opgegeven voor elke bank.
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Banknr. 0
Banknr. 1
BANK 0
Banknr. 6
Banknr. 7
BANK 6
BANK 7
BANK 1
Setpoint Ramp Lokale SP
Selectie banknr.: Event-ingang of toetsbediening, communicatie
Lokale SP, alarmwaarde, PID-instelnr.
Toewijzingen van hulpuitgangen
PV1 PID
OUT1
MV
EV1
SUB4SUB1 SUB3OUT3
RUN/STOP
A/M
Dode band
MV (verwarmen) MV (koelen)
EV3 EV4 EV5 EV6EV2
OUT2 UIT4 SUB2
IN1
BANK 0
BANK 6
BANK 7
BANK 1
PID 1
PID 2
PID 7
PID 8
MV bij PV-fout
MV bij beëindiging
Handmatige MV
LSP (lokale SP)
Toewijzingen van event-ingangen
SP (instelpunt)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Externe besturing van het schakelen tussen geheugenbanken (4/8 banken), RUN/STOP- of SP-modebewerkingen en in-/uitschakeling van communicatieschrijfbewerkingen voor maximaal zes ingangspunten.
MV-begrenzer wijzigingscijfer
MV-begrenzer
Bew
erki
ng
onde
rbro
ken-
lijnb
enad
erin
g 1
Bew
erki
ng p
rimai
re
vert
ragi
ngsf
unct
ie 1
:
Bew
erki
ng
voor
tsch
rijdi
ngs-
ge
mid
deld
e 1
Bew
erki
ng e
xtra
ctie
va
nvi
erka
ntsw
orte
l 1
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
PID-waarde, MV-boven-/ondergrens, Bovengrens automatisch selectiebereik PID-instelnr.
PID-instelnr. 1
PID-instelnr. 2
PID-instelnr. 7
PID-instelnr. 8
Selectie PID-instelnr.: Automatisch geselecteerdin overeenstemming met PV of deviatie of opgegeven voor elke bank.
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Banknr. 0
Banknr. 1
Banknr. 6
Banknr. 7
Setpoint Ramp
Lokale SP
Selectie banknr.: Event-ingang of toetsbediening, communicatie
Lokale SP, alarmwaarde, PID-instelnr.
Fout
STOP
Handmatig
Alarm 1, alarm 2, alarm 3, alarm 4, ingangsfout, RSP-ingangsfout voor opgegeven regelkringen of voor alle regelkringen voor alle vier uitgangen.
MV (verwarmen), MV (koelen), SP, SP helling SP, PV, MV (gesloten), MV (open) of klepopening voor opgegeven regelkringen.
Toewijzingen van hulpuitgangen
Opmerking: Toewijzingen van retransmissie-uitgangen
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 35
Klepsturingsbesturingsmodus met één enkele regelkring
Cascadebesturingsmodus met één enkele regelkring (regelaar met 2 regelkringen)
PV1
MV
RUN/STOP
A/M
Openen Sluiten
CO
Bestendigheid tegen feedback (opening)Klepsturingsmotor
Openen Sluiten
Openingsregeling (met dode band)
W OUT1 SUB4SUB1 SUB3OUT3OUT2 UIT4 SUB2
PID
EV1 EV3 EV4 EV5 EV6EV2
IN1
BANK 0
BANK 6
BANK 7
BANK 1
PID 1
PID 2
PID 7
PID 8
MV bij PV-fout
MV bij beëindiging
Handmatige MV
LSP (lokale SP)
Toewijzingen van event-ingangen
SP (instelpunt)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Externe besturing van het schakelen tussen geheugenbanken (4/8 banken), RUN/STOP- of SP-modebewerkingen en in-/uitschakeling van communicatieschrijfbewerkingen voor maximaal zes ingangspunten.
MV-begrenzer wijzigingscijfer
MV-begrenzer
Bew
erki
ng
onde
rbro
ken-
lijnb
enad
erin
g 1
Bew
erki
ng p
rimai
re
vert
ragi
ngsf
unct
ie 1
:
Bew
erki
ng
voor
tsch
rijdi
ngs-
ge
mid
deld
e 1
Bew
erki
ng e
xtra
ctie
va
nvi
erka
ntsw
orte
l 1
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
PID-waarde, MV-boven-/ondergrens, Bovengrens automatisch selectiebereik PID-instelnr.
PID-instelnr. 1
PID-instelnr. 2
PID-instelnr. 7
PID-instelnr. 8
Selectie PID-instelnr.: Automatisch geselecteerdin overeenstemming met PV of deviatie of opgegeven voor elke bank.
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Banknr. 0
Banknr. 1
Banknr. 6
Banknr. 7
Setpoint Ramp Lokale SP
Selectie banknr.: Event-ingang of toetsbediening, communicatie
Lokale SP, alarmwaarde, PID-instelnr.
Fout
STOP
Handmatig
Alarm 1, alarm 2, alarm 3, alarm 4, ingangsfout, RSP-ingangsfout voor opgegeven regelkringen of voor alle regelkringen voor alle vier uitgangen.
MV (verwarmen), MV (koelen), SP, SP helling SP, PV, MV (gesloten), MV (open) of klepopening voor opgegeven regelkringen.
Toewijzingen van hulpuitgangen
Opmerking: Toewijzingen van retransmissie-uitgangen
PV1
MV
PV2
PV1
MV
RSP
RUN/STOP
A/M
OUT2OUT1 SUB4SUB1 SUB3OUT3 UIT4 SUB2
PID1
PID2
EV1 EV3 EV4 EV5 EV6EV2
PID 1
PID 2
PID 7
PID 8
BANK 0
BANK 6
BANK 7
BANK 1
IN1
IN2
MV bij PV-fout
MV bij beëindiging
Handmatige MV
LSP (lokale SP)
Toewijzingen van event-ingangen
SP (instelpunt)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Externe besturing van het schakelen tussen geheugenbanken (4/8 banken), RUN/STOP- of SP-modebewerkingen en in-/uitschakeling van communicatieschrijfbewerkingen voor maximaal zes ingangspunten.
MV-begrenzer wijzigingscijfer
MV-begrenzer
Bew
erki
ng
onde
rbro
ken-
lijnb
enad
erin
g 1
Bew
erki
ng p
rimai
re
vert
ragi
ngsf
unct
ie 1
:
Bew
erki
ng
voor
tsch
rijdi
ngs-
ge
mid
deld
e 1
Bew
erki
ng e
xtra
ctie
va
nvi
erka
ntsw
orte
l 1
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
PID-waarde, MV-boven-/ondergrens, Bovengrens automatisch selectiebereik PID-instelnr.
PID-instelnr. 1
PID-instelnr. 2
PID-instelnr. 7
PID-instelnr. 8
Selectie PID-instelnr.: Automatisch geselecteerdin overeenstemming met PV of deviatie of opgegeven voor elke bank.
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Banknr. 0
Banknr. 1
Banknr. 6
Banknr. 7
Setpoint Ramp Lokale SP
Selectie banknr.: Event-ingang of toetsbediening, communicatie
Lokale SP, alarmwaarde, PID-instelnr.
Fout
STOP
Handmatig
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Bew
erki
ng p
rimai
re
vert
ragi
ngsf
unct
ie 2
:
Bew
erki
ng
voor
tsch
rijdi
ngs-
ge
mid
deld
e 2
Bew
erki
ng e
xtra
ctie
va
nvi
erka
ntsw
orte
l 2
Alarm 1, alarm 2, alarm 3, alarm 4, ingangsfout, RSP-ingangsfout voor opgegeven regelkringen of voor alle regelkringen voor alle vier uitgangen.
MV (verwarmen), MV (koelen), SP, SP helling SP, PV, MV (gesloten), MV (open) of klepopening voor opgegeven regelkringen.
Toewijzingen van hulpuitgangen
Opmerking: Toewijzingen van retransmissie-uitgangen
36 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Proportionele besturingsmodus met één enkele regelkring (regelaar met 2 regelkringen)
R/L
RUN/STOP
A/M
Instelling van verhouding
PV1 PID
MV
RSP (Remote SP)
IN1
BANK 0
BANK 6
BANK 7
BANK 1
PID 1
PID 2
PID 7
PID 8
EV1 EV3 EV4 EV5 EV6 IN2EV2
Bewerking voortschrijdingsgemiddelde 2 AP1
Bewerking primaire vertragingsfunctie 2
Bewerking rechte-lijnbenadering 1
Bewerking rechte-lijnbenadering 2
Vermenig- vuldiging
OUT1 SUB4SUB1 SUB3OUT3OUT2 UIT4 SUB2
MV bij PV-fout
MV bij beëindiging
Handmatige MV
LSP (lokale SP)
Toewijzingen van event-ingangen
SP (instelpunt)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Externe besturing van het schakelen tussen geheugenbanken (4/8 banken), RUN/STOP- of SP-modebewerkingen en in-/uitschakeling van communicatieschrijfbewerkingen voor maximaal zes ingangspunten.
MV-begrenzer wijzigingscijfer
MV-begrenzer
Bew
erki
ng
onde
rbro
ken-
lijnb
enad
erin
g 1
Bew
erki
ng p
rimai
re
vert
ragi
ngsf
unct
ie 1
:
Bew
erki
ng
voor
tsch
rijdi
ngs-
ge
mid
deld
e 1
Bew
erki
ng e
xtra
ctie
va
nvi
erka
ntsw
orte
l 1
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
PID-waarde, MV-boven-/ondergrens, Bovengrens automatisch selectiebereik PID-instelnr.
PID-instelnr. 1
PID-instelnr. 2
PID-instelnr. 7
PID-instelnr. 8
Selectie PID-instelnr.: Automatisch geselecteerdin overeenstemming met PV of deviatie of opgegeven voor elke bank.
Naar retransmissie-uitgang (zie opm.)
Banknr. 0
Banknr. 1
Banknr. 6
Banknr. 7
Setpoint Ramp Lokale SP
Selectie banknr.: Event-ingang of toetsbediening, communicatie
Lokale SP, alarmwaarde, PID-instelnr.
Fout
STOP
Handmatig
Alarm 1, alarm 2, alarm 3, alarm 4, ingangsfout, RSP-ingangsfout voor opgegeven regelkringen of voor alle regelkringen voor alle vier uitgangen.
MV (verwarmen), MV (koelen), SP, SP helling SP, PV, MV (gesloten), MV (open) of klepopening voor opgegeven regelkringen.
Toewijzingen van hulpuitgangen
Opmerking: Toewijzingen van retransmissie-uitgangen
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 37
Nomenclatuur
E5AR
E5ERItems zonder uitleg worden uitgelegd in het schema voor de E5AR.
Werkingsindicatoren
KanaalweergaveGeeft het kanaalnummer van de weergegeven instellingsgegevens weer dat voor verschillende kanalen afzonderlijk is ingesteld. Het kanaal wordt alleen weergegeven bij modellen met meerdere ingangen. Bij andere modellen is het kanaal altijd uit. (Oranje)
Staafdiagram Display 1Geeft de PV's, de instelbenamingen en fouten weer. (Rood)
Display 2Geeft SP's, instelwaarden en ver-warmingsstroombewakingswaarden weer. (Groen)
Display 3Geeft MV's, banknummers en niveau-benamingen weer. (Oranje)
Toets OmhoogDruk op deze toets om de waarde in dis-play 2 te verhogen. Houd de toets ingedruktom de waarde sneller te verhogen. De toetskan ook worden gebruikt om door de instel-lingsgegevens te bladeren.
Toets OmlaagDruk op deze toets om de waarde in dis-play 2 te verlagen. Houd de toets ingedruktom de waarde sneller te verlagen. De toetskan ook worden gebruikt om door de in-stellingsgegevens terug te bladeren.
Deze toets werkt als een functietoets enactiveert de functieset met de PF1-instellingwanneer u hierop drukt.
/ Functietoets 1
Bij modellen met meerdere ingangenfunctioneert deze toets als een kanaaltoets.Bij modellen met slechts één ingang werkt deze als een functietoets en activeert defunctieset met de PF2-instelling wanneer uhierop drukt.
Functietoets 2/Kanaaltoets Niveautoets
ModetoetsDruk op deze toets om tussen verschillendeinstellingsgegevens binnen een instel-niveau te schakelen.
Druk op deze toets om tussen deverschillende niveaus te schakelen.
Gebruik deze toetsencombinatie om naarhet beveiligingsniveau te gaan.
+ Niveau- en modetoetsen
• SUB1Brandt wanneer de functie die is toegewezen aan hulpuitgang 1, is ingeschakeld en brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• SUB2Brandt wanneer de functie die is toegewezen aan hulpuitgang 2, is ingeschakeld en brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• SUB3Brandt wanneer de functie die is toegewezen aan hulpuitgang 3, is ingeschakeld en brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• SUB4Brandt wanneer de functie die is toegewezen aan hulpuitgang 4, is ingeschakeld en brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• CMWBrandt wanneer schrijven via communicatie is inge-schakeld en brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• MANUBrandt tijdens de functie in handmatige mode. Anders brandt deze niet.
• UIT1Brandt wanneer besturingsuitgang 1 is ingescha-keld. Brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• UIT2Brandt wanneer besturingsuitgang 2 is ingescha-keld. Brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• UIT3Brandt wanneer besturingsuitgang 3 is ingescha-keld. Brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• UIT4Brandt wanneer besturingsuitgang 4 is ingescha-keld. Brandt niet wanneer deze is uitgeschakeld.
• STOPBrandt wanneer de functie wordt gestopt. Anders brandt deze niet. Brandt wanneer de functie wordt gestopt door event- of uitvoer/stop-ingang.
• RSPBrandt wanneer de SP-mode is ingesteld op Remote SP. Anders brandt deze niet.
WerkingsindicatorenDisplay 1
Display 2
Display 3
Bedieningstoetsen
Gebruik deze toetsencombinatie om naarhet beveiligingsniveau te gaan.
+ Niveau- en modetoetsen
• CH2Brandt wanneer waarden voor kanaal 2 worden weergegeven. Anders brandt deze niet.
38 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Installatie
E5AR1. Zorg voor waterdichtheid door de rubberen pakking te monteren.2. Plaats de E5AR in het montagegat van het paneel.
3. Steek de montagebeugels in de groeven aan de boven- enonderkant aan de achterzijde van de behuizing.
4. Draai de schroeven van de montagebeugels afwisselend vast omeen evenredige balans te behouden, totdat de pal niet meerverder kan.
E5ER1. Zorg voor waterdichtheid door de rubberen pakking te monteren.2. Plaats de E5ER in het montagegat van het paneel.
3. Steek de montagebeugels in de groeven aan de boven- enonderkant aan de achterzijde van de behuizing.
4. Draai de schroeven van de montagebeugels afwisselend vast omeen evenredige balans te behouden, totdat de pal niet meerverder kan.
Waterdichte pakking
E5AR
Waterdichte pakking
E5ER
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 39
UittrekkenHoewel de unit voor standaardbediening niet uit de behuizing hoeft te worden getrokken, is dit wel mogelijk voor onderhoudsdoeleinden.
Het frontpaneel verwijderenEen schroevendraaier met een plat uiteinde (zie hieronder) is benodigd om het frontpaneel te verwijderen.
1. Steek de schroevendraaier in de gaten (2) aan de boven- enonderkant van het frontpaneel en maak de haken los.
2. Steek de schroevendraaier in het gat tussen het frontpaneel ende achterbehuizing en trek het frontpaneel er iets uit. Houddaarna de boven- en de onderkant van het frontpaneel vast entrek het in de richting van de pijl (zie hieronder) om het teverwijderen.
Voorzorgsmaatregelen bedrading• Voorkom de invloed van stoorsignalen door de ingangslijnen en
voedingslijnen te scheiden.• Gebruik krimpvoeten.• Draai de aansluitklemmen vast met een koppel tussen 0,40 en
0,56 Nm.• Gebruik M3 krimpvoeten met de volgende afmetingen.
(2)
(1)
(1) 0,4 2,0
20 m
in.
Platte schroevendraaier(Units: mm)
max. 5,8 mm
max. 5,8 mm
40 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Initiële instellingen
StandaardvoorbeeldDit voorbeeld toont aan hoe u de initiële instellingen voor de E5AR-Q4B (100 tot 240 VAC) moet uitvoeren en is gebaseerd op devolgende condities.
Ingangstype: Pt100 (−200,0 tot 850,0°C)Regelmode: PID-regelingUitgang: Spanningsuitgang pulsCyclustijd: 0,5 sAlarm 1: Bovengrens alarm bij 5,0°CAlarm 2: Absolute waarde alarm bovengrens bij 200,0°CPID: Verkregen door auto-tuning (AT)SP: 150,0°C
OUT1IN1
Besturings- object
Spanningsuitgang: 12 VDC
Alarm 1Alarm 2
Temperatuursensor:Pt100
SUB2SUB1COM
SSR
M
M
PV/SP/MV
Wijzig hetingangstypemet deUD-toetsen.
Wijzig hetalarmtypemet deUD-toetsen.
Voeding AAN1. Voeding AAN
Alarm 1 type 2 : Alarm bovengrenswaarde
Alarm 2 type2→8 : Absolute waarde alarm bovengrenswaarde
Ingangsinitialisatieniveau
Initialisatieniveau regeling
Regeling stopt.
Houd korter dan 1 s ingedrukt. l.1 verschijntin display 3 (Initialisatieniveau regeling).
Controleer het alarmtype.
Alarminstelniveau
Houd korter dan 1 s ingedrukt. l.3verschijnt in display 3 (alarminstelniveau).
Instelgebied 1
Ingangstype 12 : K (1) -200,0 tot 1300,0˚C
Ingangsinitialisatieniveau
Houd min. 3 s ingedrukt. l.0 verschijnt in display 3 (ingangsinitialisatieniveau).
Het ingangs-type wordtweergegeven.
UD
Houd min. 1 s ingedrukt om naar het bedrijfsniveau terug te keren.
Besturingsmodus 0 : Standaard PID-regeling
Controleer debesturings- modus.
Bedrijfsniveau
l.1
mode 0
Uitgangstype 11→0 : Puls spannings- uitgangl.1
o1-t 0
l.3
alt2 8
l.3
alt1 2
Wijzig hetuitgangstypemet deUD-toetsen.
2. Ingangstype instellen
5. Cyclustijd wijzigen
6. Alarmwaarde1 instellen
7. Alarmwaarde 2 instellen
8. SP instellen
9. AT uitvoeren
10. Werking starten
3. Besturingsmodus instellen
4. Alarmtype instellen
Werking starten
Stel alarm-waarde 1 in met de UD-toetsen.
Stel alarm-waarde 2 in met de UD-toetsen.
PV/SP/MV
Banknummer0 : Bank 0
Aanpassingsniveau
Weergegeven bankselectie0: Bank 0
Bank 0 alarmwaarde 10.0→5.0 : 5,0˚C
Bank 0 alarmwaarde 20.0→200.0 : 200,0˚C
Minder dan 1 s
Minder dan 1 s
Minder dan 1 s
Minder dan 1 s
Minder dan 1 s
Wijzig decyclustijdmet deUD-toetsen.
Cyclustijd (verwarming)20.0→0.5 : 0,5 s
Banknummeruit→0 : AT-uitvoering
PV/SP/MV0.0→150.0 : 150,0˚C
Bedrijfsniveau
Banknummer0 : Bank 0
Bankinstelniveau
Controleer of de weerge- geven bank- selectie 0 is.
Weergegeven PID-selectie1: PID nr.1
PV/SP/banknummer
Minder dan 1 s
PID-instelniveau
Bedrijfsniveau
Aanpassingsniveau
Bedrijfsniveau
Regeling stopt.
M geeft aan dat de M-toets herhaaldelijk wordt ingedrukt totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
M geeft aan dat de M-toets herhaaldelijk wordt ingedrukt totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
Voer de ATuit met deUD-toetsen.
Stel de SPin met deUD-toetsen.
Ingangstype 12→0 : Pt100 (1) -200,0 tot 850,0˚C
M geeft aan dat de M-toets herhaaldelijk wordt ingedrukt totdat de gewenste instelling wordt weergegeven.
25.00.00.0
i1-t 2l.0
l.0
i1-t 0
l.0
l.3
l.1
l.0
25.0 0.0 0.0
0.0
l.adj
bank
bnk
0
l.adj
cp 0.5
l.bnk
l.adj
M
l.bnk 0
l.bnk
0.al-1
.
5.0
l.bnk
0.al-2 200.0
M
M
l.pid
l.pid
d.pid 1
25 150.0
Na AT
Tijdens AT
l.adj
at 0
l.adj
at off
l.adj
bank 0
l.adj
at 0
M
25.0 150.0
0.0
l.adj
[1
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 41
Specificatie instellingen na inschakelen voedingsspanning
Configuratie instelniveau en toetsbedieningDe instellingsgegevens worden verdeeld in 'niveaus' en de instellingen worden 'parameters' genoemd. Met de E5AR/E5ER worden deinstellingsgegevens geclassificeerd in de 17 typen die hieronder worden weergegeven. Wanneer de voedingsspanning wordt ingeschakeld,branden alle indicatoren ongeveer 1 minuut voordat de unit het bedrijfsniveau betreedt.
Opmerking: Afhankelijk van het model of de instellingen worden sommige niveaus niet weergegeven.
Regeling stopt.
Aanpassings- niveau
Minder dan 1 sMinder dan 1 s Minder dan 1 s
Minder dan 1 sMinder dan 1 s
1 s
3 s
Display knippert wanneer u erop drukt 1 s
1 s
Minder dan 1 s
Minder dan 1 s
Aanpassings- niveau 2
Bankinstel- niveau
Item monitorniveau
Bedrijfsniveau
Voeding AAN
Beveiligingsniveau
Benaderings-instelniveau PID-instelniveau
Initialisatieniveau-regeling
Minder dan 1 sMinder dan 1 s Minder dan 1 s
Minder dan 1 sMinder dan 1 s
Minder dan 1 s
Wachtwoord ingangs-instelling "1201"
Wachtwoord ingangs-instelling "–169"
Opmerking: Keer terug uit het kalibratieniveau door de voeding te resetten.
Minder dan 1 s
Minder dan 1 s
Initialisatieniveau-regeling 2
Alarminstelniveau
Communicatie-instelniveau
Ingangs-initialisatieniveau
Geavanceerdinstelniveau
Kalibratieniveau
Uitbreiding regelinginstelniveau
Regeling in bedrijf
Regeling gestopt(regeling gestopt voor alle regelkringenbij modellen met meerdere ingangen)
SchermweergaveAanpassings-
niveau
1 s3 s
Display knippert wanneer u erop drukt.
M+
M+ M+
42 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Ingang toewijzingslijst
• De initiële instelling is 2 en de fabrieksinstelling voor deingangstype schakelaar is TC.PT.
Instel-ling
Naam ingangs-
type
Ingangsbereik Ingangstype schakelaar(°C) (°F)
0 Pt100 (1) −200,0 tot 850,0
−300,0 tot 1500,0
Instellen op TC.PT
1 −150,00 tot 150,00
−199,99 tot 300,00
2 K −200,0 tot 1300,0
−300,0 tot 2300,0
3 −20,0 tot 500,0
0,0 tot 900,0
4 J −100,0 tot 850,0
−100,0 tot 1500,0
5 −20,0 tot 400,0
0,0 tot 750,0
6 T −200,0 tot 400,0
−300,0 tot 700,0
7 E 0,0 tot 600,0
0,0 tot 1100,0
8 L −100,0 tot 850,0
−100,0 tot 1500,0
9 U −200,0 tot 400,0
−300,0 tot 700,0
10 N −200,0 tot 1300,0
−300,0 tot 2300,0
11 R 0,0 tot 1700,0
0,0 tot 3000,0
12 S 0,0 tot 1700,0
0,0 tot 3000,0
13 B 100,0 tot 1800,0
300,0 tot 3200,0
14 W 0,0 tot 2300,0
0,0 tot 4100,0
15 4 tot 20 mA Een van de volgende bereiken wordt bij de schaalindeling weergegeven.−19999 - 99999−1999.9 - 9999.9−199.99 - 999.99−19.999 - 99.999−1.9999 - 9.9999
Instellen op ANALOOG
16 0 tot 20 mA
17 1 tot 5 V
18 0 tot 5 V
19 0 tot 10 V
IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
IN1 TYPE
TC.PT
ANALOOG
Schakelaar ingangssoort (onder)
SV
100˚C/˚F
Alarmwaarde
10˚ ˚F
0˚C/˚F
Alarmwaarde
110˚C/˚F
Het volgende voorbeeld geeft de instellingen weer die nodig zijn omhet alarm in te schakelen wanneer de temperatuur hoger is dan110°C/°F.Alarmen anders dan absolute-waarde-alarmen (alarmtypen 1 t/m 7)
Stel de alarmwaarde in als eenafwijking van het SP.
Absolute-waarde-alarmen (alarmtypen 8 t/m 11)
Stel het alarm in als eenabsolute waarde ten opzichtevan 0°C/°F.
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 43
Lijst met alarmtypenAlarmwaarden worden in de onderstaande tabel aangeduid met 'X'.Als de boven- en de ondergrens onafhankelijk van elkaar zijningesteld, wordt de bovengrens aangeduid met 'H' en de ondergrensmet 'L'. Als de boven-/ondergrens, het boven-/ondergrensbereik ofde boven-/ondergrens met standby sequentie geselecteerd is als hetalarmtype, moet u de waarden van zowel de bovengrens als deondergrens instellen. Stel bij een andere selectie de (enkele)alarmwaarde in.
Opmerking 1: Met instellingen 1, 4 en 5 kunnen boven- enondergrenswaarden onafhankelijk worden ingesteld.Ze worden respectievelijk met 'H' en 'L' aangeduid.
2: Instelling 1: Boven-/ondergrensalarm
3: Instelling 4: Bereik boven-/ondergrens
4: Instelling 5: Boven-/ondergrens met standby sequentieOp basis van bovenstaande verklaring voor de boven-en ondergrensalarm zal de functie in gevallen 1 en 2,als de boven- en ondergrenzen elkaar effectief overlap-pen vanwege de hysteresis, altijd zijn uitgeschakeld. Ingeval 3 zal de functie altijd zijn uitgeschakeld.
5: Instelling 5: Boven-/ ondergrens met standby sequen-tieAls de boven- en ondergrenzen elkaar effectief over-lappen vanwege de hysteresis, zal de functie altijd zijnuitgeschakeld.
6: Zie voor meer informatie over de standby sequentie deUser’s Manual (Z182).
7: Als setpoint ramp wordt gebruikt, zal de alarmfunctietijdens Run werken afhankelijk van het Setpoint na deramp, tijdens Stop werkt de alarmfunctie afhankelijkvan het Setpoint.
Instel-ling
Alarmtype Alarmuitgangsfunctie
Positieve alarmwaarde (X)
Negatieve alarmwaarde (X)
0 Geen alarmfunctie
Uitgang UIT
1
(zie opm. 1)
Boven-/ondergrens
(zie opm. 2)
2 Bovengrens
3 Ondergrens
4
(zie opm. 1)
Bereik boven-/ondergrens
(zie opm. 3)
5
(zie opm. 1 en 6)
Boven-/ondergrens met standby sequentie
(zie opm. 4)
6
(zie opm. 6)
Bovengrens met standby sequentie
7 Ondergrens met standby sequentie
8 Absolute waarde bovengrens
9 Absolute waarde ondergrens
10
(zie opm. 6)
Absolute waarde bovengrens met standby sequentie
11
(zie opm. 6)
Absolute waarde ondergrens met standby sequentie
AAN
UITSP
L H
AAN
UITSP
X AAN
UITSP
X
XAAN
UITSP
AAN
UITSP
X
AAN
UITSP
L H
AAN
UITSP
L H
SP
XAAN
UIT
AAN
UITSP
X
XAAN
UITSP
AAN
UITSP
X
AAN
UIT0
X AAN
UIT0
X
0
XAAN
UIT0
XAAN
UIT
0
XAAN
UIT0
XAAN
UIT
0
XAAN
UIT0
XAAN
UIT
L H
H < 0, L > 0|H| < |L|
SP
Behuizing 1
L H
H > 0, L < 0|H| > |L|
SP
Behuizing 2
LHH < 0, L < 0
SP
LHH < 0, L > 0
|H| > |L|SP
LHH > 0, L < 0
|H| < |L|SP
Behuizing 3 (altijd AAN)
L H
H < 0, L > 0
SP
Behuizing 1
L H
H > 0, L < 0
SP
Behuizing 2
LHH < 0, L < 0
SP
L
L
H SP
HSP
Behuizing 3 (altijd AAN)
H < 0, L > 0|H| > |L|
H > 0, L < 0|H| < |L|
Moment waarop alarm afgaat
(alarm bovengrenswaarde)
Instelwaarde na helling
SP
44 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Parameterlijsten
Weergave van parameternamen en instellingenVoeding AAN
25.00.0
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
manu
25.00.0
bnk.0
25.00.0
25.00.0
rsp0.0
sp-m0.0
o0.0
V-m0.0
r-srun
a-mauto
0.0
bnk.0
c-o0.0
oapt0
icpt0
wtptoff
M
M
M
l.prt
M
pfptoff
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
bank0
atoff
cmwtoff
spmdlsp
c-sc1.00
c-db0.00
CH
of-r50.0
hys 0.10
chys0.10
cp20.0
c-cp20.0
db2.0
oc-h0.8
sprum
sprh0
sprl0
mV-s0.0
mV-e 0
0.0
orl
corl 0.0
isi.1-200.0
iss.10.00
isi.21300.0
iss.20.00
dogn0.65
dotc1.00
do-b0.000
dojw0.00
1.p10.00
UD
CH CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
Beveiligingsniveau
Bedrijfsniveaul.adj
Aanpassingsniveau
+ M + M
Wijzigen met toetsen
(zie opm. 1)
(zie opm. 2)
DOJW: Verstoring evaluatiebreedte–99,99 tot 99,99
DO-B: Verstoring rectificatieband0,000 tot 9,999
DOTC: Verstoring tijdconstante0,01 tot 99,99
DOGN: Toename verstoring –1,00 tot 1,00
ISS.2:Ingangscorrectie 2–199,99 tot 999,99
ISI.2:Ingangswaarde 2 voor ingangscorrectie–19999 tot 99999
ISS.1:Ingangscorrectie 1–199,99 tot 999,99
ISI.1:Ingangswaarde 1 voor ingangscorrectie –19999 tot 99999
CORL:MV-wijzigingsbegrenzing (koelen) 0,00 tot 100,0
ORL: MV-wijzigingsbegrenzing (verwarmen) 0,0 tot 100,0
MV-E: MV bij PV-fout-5,0 tot 105,0 (standaardtype)–105,0 tot 105,0 (verwarmings-/koelingstype)*
MV-S: MV bij beëindiging–5,0 tot 105,0 (standaardtype)–105,0 tot 105,0 (verwarmings-/koelingstype)*
SPRL:Daalsnelheid Setpoint Ramp 0 tot 9999(0: Functie Setpoint Ramp uitschakelen)
SPRH:Stijgsnelheid Setpoint Ramp 0 tot 9999(0: Functie Setpoint Ramp uitschakelen)
BANK: Banknr.0 tot 7
AT:AT uitvoeren/annulerenUIT/0 tot 8
CMWT: Schrijven viacommunicatieUIT/AAN
SPMD: SP-modeLSP/RSP
C-SC:Koelingscoëfficiënt0,01 tot 99,99
C-DB: Dode band–199,99 tot 999,99
OF-R:Handmatige resetwaarde0,0 tot 100,0
HYS:Hysteresis (verwarmen)0,01 tot 99,99
CHYS:Hysteresis (koelen)0,01 tot 99,99
CP:Cyclustijd (verwarmen)0,2 tot 99.0C-CP:Cyclustijd (koelen)0,2 tot 99,0
DB:Positie-proportionele dode band0,1 tot 10,0
OC-H:Hysteresis openen/sluiten0,1 tot 20,0SPRU:Tijdeenheid Setpoint RampEU/sec: S, EU/min: M,EU/uur: H
A-M: AUTO/MANU
R-S: RUN/STOP
V-M: Klepopening monitor
C-O: MV-monitor(koeling)
O: MV-monitor(verwarming)
SP-M:Setpoint Ramp monitor
RSP:Remote SP monitor
PV/SP (display 3)Aanwezig/SP/banknr.
PV/SP (display 2)Aanwezig/SP/MV
PV/SP (display 1)PV/SP/banknr.
PV/handbediende MV(Klepsturingsmodel:PV/openingsstand klep
Betreden via standaard instellingsgebied.
korter dan 3 seconden
korter dan 1 seconde
PFPT: PF-toetsbeveiligingUIT(0)/AAN(1)
WTPT: Instelwijzigings- beveiligingUIT(0)/AAN(1)
ICPT: Standaardinstellings- beveiliging0 tot 2
OAPT: Bedrijfsaanpassings-beveiliging 0 tot 4
Instelwaarde (de standaard-waarde wordt weergegeven).
Parameter-naam
korter dan 1 seconde
Opm. 1: In handmatige mode2: Afhankelijk van de instelling
Schermselectie wordt een van de volgende items weergegeven: 1. Display 1/Display 202. Display 2/Display 33. Alleen display 14. Alleen display 2
korter dan 1 seconde
* Klepsturingsmodel: Sluiten/neutraal/openen (–1/0/1)
Opmerking: Hoewel alle parameters in de lijst wordenweergegeven, zullen de parameters diedaadwerkelijk worden weergegeven va-riëren afhankelijk van het model en/of degebruikte functies.
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 45
Regeling stopt.
fi01.10.000
M
si2.1
si1.1
so1.1
so2.11.000
0.000
1.000
0.000
M
M
M
M
si2.2
si1.2
so1.2
so2.21.000
0.000
1.000
0.000
M
M
M
fi20.1
M
0.000
lagp.1
maVp.1
maVp.2
sqrp.1
sqrp.2
ap.1
0.000
0.000
0.0
0.0
1.000
1
1
M
M
M
M
M
M
lagp.2
M
lagp.3
0.0
0.0
M
lagp.4
M
maVp.3
maVp.41
1
M
M
sqrp.3
sqrp.40.000
0.000
M
M
d.bnk0
1
2
7
U
M
0.lsp
0.al-1
0.al1h
0.al1l0
0
0
0
0
M
M
M
M
0.pid
M
M
0.al4l0
7.lsp
7.al-1
7.al1h
7.al1l
copyoff
0
M
M
M
M
M
7.pid
M
7.al4l
M
M
0
d.pid1
2
3
8
D
U
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
1.p10.00
1.i233.0
1.d40.0
1.ol-h105.0
1.ol-l-5.0
M
1.aut1450.0
.00
.00
.00
.00
8.p10.00
8.i233.0
8.d40.0
8.ol-h105.0
8.ol-l-5.0
M
M
M
8.aut1450.0
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
l.ad2
Aanpassingsniveau 2 Bankinstelniveaul.bnk l.pid
PID-instelniveaul.tec
Benaderingsinstelniveau
D
Bedrijfsaanpassingsgebied
Druk 3 seconden op de toets om naar het ingangsinitialisatieniveau te gaan (pagina 46).
0.
Bankselectie weergevenBank 0
Bank 1
Bank 2
Bank 7
FI20.1: Onderbroken lijnbenadering 1Ingang 20–1,999 tot 9,999
FI01.1: Onderbroken lijnbenadering 1Ingang 1–1,999 tot 9,999
SO2.1: Rechte lijnbenadering 1Uitgang 2–1,999 tot 9,999
SO1.1: Rechte lijnbenadering 1Uitgang 1–1,999 tot 9,999
SI2.1: Rechte lijnbenadering 2Ingang 1–1,999 tot 9,999
SI1.1: Rechte lijnbenadering 2Ingang 1–1,999 tot 9,999
SO2.2: Rechte-lijnbenadering 2Uitgang 2–1,999 tot 9,999
SO1.2: Rechte-lijnbenadering 2Uitgang 1–1,999 tot 9,999
SI2.2: Rechte-lijnbenadering 2Ingang 2–1,999 tot 9,999
SI1.2: Rechte lijnbenadering 2Ingang 1–1,999 tot 9,999
8.P: PID8Proportionele band0,00 tot 999,99 (standaard)*1
8.I: PID8 Integraaltijd 0,0 tot 3999,9 (standaard, klepsturing(gesloten regeling))*2
8.D: PID8Derivatieve tijd0,0 tot 3999,9
8.OL-H: PID8 MV-bovengrensMV-ondergrens0,1 tot 105,0 (standaard)*3
8.OL-L: PID8MV-ondergrens-5,0 tot MV-ondergrens MV-bovengrens –0,1 (standaard )*4
8.AUT:PID8Automatische selectie bereik bovengrensInstelgebied sensor,–19999 tot 99999 (temperatuur)*5
7.AL4L: Bank 7 Alarm ondergrenswaarde 4–19999 tot 99999
7.AL1L: Bank 7 Alarm ondergrenswaarde 1–19999 tot 99999
7.AL1H: Bank 7 Alarm bovengrenswaarde 1–19999 tot 99999
7.AL-1: Bank 7 Alarmwaarde 1–19999 tot 99999
7.PID: Bank 7 PID-instelnummer 0 tot 8
7.LSP: Bank 7 LSP Ondergrens SP Bovengrens SP
LAGP.1:Primaire vertragingsfunctie1: Tijdconstante0,0 tot 999,9LAGP.2:Primaire vertragingsfunctie2: Tijdconstante0,0 tot 999,9LAGP.3: Primaire vertragingsfunctie3: Tijdconstante0,0 tot 999,9LAGP.4:Primaire vertragingsfunctie4: Tijdconstante0,0 tot 999,9
MAVP: Voortschrijdingsgemiddelde 1Telling voortschrijdingsgemiddelde1/2/4/8/16/32
MAVP: Voortschrijdingsgemiddelde 2Telling voortschrijdingsgemiddelde1/2/4/8/16/32
MAVP: Voortschrijdingsgemiddelde 3Telling voortschrijdingsgemiddelde1/2/4/8/16/32
MAVP: Voortschrijdingsgemiddelde 4Telling voortschrijdingsgemiddelde1/2/4/8/16/32
SQRP.1:Extractie van vierkantswortel 1Laag uitgesneden punt0,000 tot 9,999SQRP.2:Extractie van vierkantswortel 2Laag uitgesneden punt0,000 tot 9,999
SQRP.3:Extractie van vierkantswortel 3Laag uitgesneden punt0,000 tot 9,999SQRP.1: Extractie van vierkantswortel 4Laag uitgesneden punt0,000 tot 9,999AP.1: Analoge parameterBesturingssnelheid–1,999 tot 9,999
PID-selectie weergevenPID1
PID2
PID3
PID8
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
*1 Klepsturingsmodel: 0,01 tot 999,99.*2 Klepsturingsmodel (zonder terugkoppeling) type: 0,1 tot 3999,9.
*5 Analoog type: –10% tot 110% van weergavebereik schaalindeling, met een maximum van –19999 tot 99999.
*3 Verwarmings- en koelregeling: 0,0 tot 105,0.*4 Verwarmings- en koelregeling: –105,0 tot 0,0.
46 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Geavanceerd functie-instelniveau
pidh
off
cont
0.50
M
M
M
M
M
sptr
p-on
alfa
pVtroff
0.65
mani
at-g
M
M
1.0
lcma
M
20.0
tate
M
10.0
0.0
pV
M
pidi
p-db0
M
M
orlm0
M
at-h0.2
M
rbmpoff
pmec
M
off
dost
M
off
M
M
cjc.1
cjc.4
on
on
manthold
pf1
pf2
a-m
r-s
M
M
M
ch-n
M
cmoV
M
0
M
M
pf2.11
off
init
M
pf1.1
pf1.5
1
M
0
M
pf2.50
CH
pf2.20
CH
pf1.20
rammbkup
i1-t2
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
M
i1duc
i2-t2
i2duc
i3-t2
i3duc
i4-t0
i4duc
inp.14.000
dsp.10
inp.220.000
dsp.20
0dp
rsph1300.0
M
rspl-200.0
M
pVdpon
amoV
50hzsnc
0
Password: -169
co1-t
co3-t
co4-t
sl-h
sl-l
oreV
1300.0
1
1
1
1
M
M
M
M
M
M
M
M
co2-t
clfl
-200.0
or-r
float
o1-t1
M
o3-t
M
1
mode0
M
l.adf
Uitbreiding regeling instelniveaul.exc
Ingangsinitialisatieniveaul.0
Initialisatieniveau regelingl.1
P-ON: Werking bij ingeschakelde voedingCONT/STOP/MANU
PIDH: PID-set automatische selectiehysteresis0,10 tot 99,99
CJC.1: Ingang 1Koude-lascompensatieUIT/AAN
CJC.4: Ingang 4Koude-las-compensatieUIT/AAN
ALFA: α0,00 tot 1,00
PVTR: PV-traceringUIT/AAN
SPTR: SP-traceringUIT/AAN
MANI:Handbediende MV- initiële waarde –5,0 tot 105,0 (standaardregeling) (zie opm. 1.)
AT-G: AT-berekenende versterking0,1 tot 10,0
LCMA: Grenscyclus MV-amplitude5,0 tot 50,0
TATE: Voorlopige AT-uitvoeringafwijkingsevaluatie0,0 tot 100,0
Opmerking: Verwarmings/koelregeling: –105,0 tot 105,0.
SPID: SPID-set automatischselectiegegevensPV/DV
P-DB: PV dode band0 tot 99999
ORLM: Grensmode MV-wijzigingscijferMode 0:0/mode 1:1
AT-H: AT-hysteresis0,1 tot 9,9
RBMP: Zonder stoten bij uitschakelen: UIT/Inschakelen: AAN
PMEC: Werking bij potentiometeringangsfoutStoppen: UIT/Doorgaan: AAN
DOST: VerstoringsovershootaanpassingsfunctieUIT/AAN
MANT: Handbediende uitgangsinstellingHOLD/INIT CH-N: Aantal
ingeschakelde kanalen
CMOV:Naar kalibratieniveau gaan–1999 tot 9999
PF1.1: PF1-monitor/Instellingsgegevens 10 tot 20
PF1.2: PF1-monitor/Instellingsgegevens 20 tot 20
PF1.5: PF1-monitor/Instellingsgegevens 50 tot 20
PF2.1: PF2-monitor/Instellingsgegevens 110 tot 20
INIT:ParameterinitialisatieUIT/AAN
PF2.2: PF2-monitor/Instellingsgegevens 20 tot 20
PF2.5: PF2-monitor/Instellingsgegevens 50 tot 20
PF1: PF1-instellingOFF/RUN/STOP/R-S/ALLR/ALLS/AT/BANK/A-M/PFDP
PF2: PF2-instellingOFF/RUN/STOP/R-S/ALLR/ALLS/AT/BANK/A-M/PFDP
RAMM: RAM-schrijfmodeBKUP/RAM
I1-T: Ingangssoort ingang 10 tot 19
I2-T: Ingangssoort ingang 20 tot 19
I1DU:Temperatuurseenheden ingang 1˚C/˚F
I2DU:Temperatuurseenheden ingang 2˚C/˚F
PVDP: PV weergave decimaalpuntUIT/AAN
AMOV:Naar geavanceerd functie-instelniveau gaan–1999 tot 9999
DP: Positie decimaalpunt0 tot 4
I3-T: Ingangssoort ingang 30 tot 19
I3DU:Temperatuurseenheden ingang 3˚C/˚F
I4-T: Ingangssoort ingang 40 tot 19
I4DU:Temperatuurseenheden ingang 4˚C/˚F
INP.1:Schaalindeling ingangswaarde 1
DSP.1: Schaalindeling weergegeven waarde 1–19999 tot schaalindeling weergegeven waarde 2-1
INP.2:Schaalindeling ingangswaarde 2
DSP.2: Schaalindeling weergegeven waarde 2Schaalindeling weergegeven waarde 1, +1 tot 99999
RSPH:Bovengrens Remote SP Ondergrens bereik sensorinstelling tot bovengrens bereik sensorinstelling
RSPL:Ondergrens Remote SP Ondergrens bereik sensorinstelling tot bovengrens bereik sensorinstelling
SNC: Sensorinductiestoringsreductie 50 Hz/60 Hz
CO1-T:Lineair stroomuitgangstype 10 tot 20 mA (0)//4 tot 20 mA (1)
SL-L: Ondergrens SP*2
OREV: Werking in forward/reverse Reverse (verwarmen): OR-R/Forward (koelen): OR-D
CO2-T:Lineair stroomuitgangstype 20 tot 20 mA (0)//4 tot 20 mA (1)
CO3-T:Lineair stroomuitgangstype 30 tot 20 mA (0)//4 tot 20 mA (1)
SL-H: Bovengrens SP*1
CO4-T:Lineair stroomuitgangstype 40 tot 20 mA (0)//4 tot 20 mA (1)
CLFL: Gesloten/zonder terugkoppelingZonder terugkoppeling: FLOAT/Gesloten: CLOSE
01-T: Uitgangstype 1Spanningsuitgang puls (0)/Lineaire stroomuitgang (1)
03-T: Uitgangstype 3Spanningsuitgang puls (0)/Lineaire stroomuitgang (1)
MODE: Besturingsmodus*3
Ingevoerd van bedrijfsaanpassingsgebied.
korter dan 1 seconde 1 s min.
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
*1 Temperatuur: Ondergrens van SP + 1 tot bovengrens bereik sensorinstelling Analoog: Ondergrens SP + 1 tot 99.999 of weer- gegeven waarde die overeenkomt met ingangsbovengrens, afhankelijk welke kleiner is weergave waarde 2*2 Temperatuur: Ondergrens van sensorinstelling bereik tot bovengrens SP –1 Analoog: –1.999 of weergegeven waarde die overeenkomt met ingangsondergrens
*3 1/4 ingang Standaard (0)/verwarmen of koelen (1) 2 ingang Standaard (0)/verwarmen of koelen (1) Standaard met Remote SP(2)/ Verwarmen of koelen (3) met Remote SP/ Proportioneel (4)/cascade standaard (5)/ Cascade verwarmen of koelen (6)
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 47
psel
bps
len
sbit
prty
sdwt
eVen
2
1
cwf
20
7
9.6
M
M
M
M
M
M
M
u-nobart
d.ref
sc-m
sc-t2
0
std
off
off
M
M
M
MM
ret
spdp0
M
monl
M
off
M
MM
M
M
M
M
M
M
M
l.3
M
M
M
M
alt12
off
a1lt
alh10.02
alt22
a2ltoff
alh20.02
alt32
off
a3lt
alh30.02
alt42
n-osb1n
M
n-osb2n
M
n-osb3n
M
n-osb4n
off
a4lt
alh40.02
resta
eV.60
eV.1
M
trl.1
trh.1
trh.2
M
M
M
M
M
sbo.1
sbo.4
out.4
out.10
0
M
M
1
4
M
scl.1
M
M
trl.2
trh.4
trl.4
lag.2
lag.1off
off
M
M
maV.2
off
off
maV.1
sqr.2
off
off
scl.2off
off
sqr.1
off
fnc.1
trh.3
calb
mot30
off
0
trl.3
M
M
M
M
M
Regelingsinitialisatie- niveau 2
l.2
Alarminstelniveau
Standaard-instellinggebied
l.4
Schermweergave Aanpassingsniveau
l.5
Communicatie- instelniveau
Druk min. 1 s op de toets om naar het bedrijfsniveau te gaan (pagina 44).
TRH.4: Retransmissie-uitgang 4bovengrens
TRL.4: Retransmissie-uitgang 4ondergrens
LAG.1: Primaire vertragingsfunctie 1 ingeschakeldUIT/AAN
LAG.2: Primaire vertragingsfunctie 2 ingeschakeldUIT/AAN
MAV.1: Voortschrijdingsgemiddelde 1 ingeschakeld UIT/AAN
MAV.2: Voortschrijdingsgemiddelde 2 ingeschakeld UIT/AAN
SQR.1: Extractie van vierkantswortel 1 ingeschakeld UIT/AAN
SQR.2: Extractie van vierkantswortel 2 ingeschakeld UIT/AAN
FNC.1: Onderbroken-lijnbenadering 1 ingeschakeld UIT/AAN
CALB: MotorkalibratieUIT/AAN
MOT: Verplaatsingstijd1 tot 999
TRL.3: Retransmissie-uitgang 3ondergrens
EV.1:Toewijzing event-ingang 10 tot 25
EV.6:Toewijzing event-ingang 60 tot 25
SBO.1:Toewijzing hulpuitgang 10 tot 36
SBO.4: Toewijzing hulpuitgang 40 tot 36
TRH.1: Retransmissie-uitgang 1bovengrens
TRL.1: Retransmissie-uitgang 1ondergrens
TRH.2: Retransmissie-uitgang 2bovengrens
UIT.1: Toewijzing regel-/retransmissie-uitgang 10 tot 32
UIT.4: Toewijzing regel-/retransmissie-uitgang 40 tot 32
TRL.2: Retransmissie-uitgang 2ondergrens
TRH.3: Retransmissie-uitgang 3bovengrens
SCL.1: Rechte-lijnbenadering 1ingeschakeldUIT/AAN
SCL.2: Rechte-lijnbenadering 2ingeschakeldUIT/AAN
ALT1: Alarm 1 type0 tot 11
ALH1: Alarm 1 hysteresis0,01 tot 99,99
ALH2: Alarm 2 hysteresis0,01 tot 99,99
ALH3: Alarm 3 hysteresis0,01 tot 99,99
ALH4: Alarm 4 hysteresis0,01 tot 99,99
ALT3: Alarm 3 type0 tot 11
ALT4: Alarm 4 type0 tot 11
ALT2: Alarm 2 type0 tot 11
SB1N: Hulpuitgang 1 niet-bekrachtigendBekrachtiging: N-O/Geen bekrachtiging: N-C
SB2N: Hulpuitgang 2 niet-bekrachtigendBekrachtiging: N-O/Geen bekrachtiging: N-C
SB3N: Hulpuitgang 3 niet-bekrachtigendBekrachtiging: N-O/Geen bekrachtiging: N-C
SB4N: Hulpuitgang 4 niet-bekrachtigendBekrachtiging: N-O/Geen bekrachtiging: N-C
REST: Standby sequentie opnieuw startenConditie A/Conditie B
A1LT: Alarm 1-vergrendelingUIT/AAN
A2LT: Alarm 2-vergrendelingUIT/AAN
A3LT: Alarm 3-vergrendelingUIT/AAN
A4LT: Alarm 4-vergrendelingUIT/AAN
BART: Staafdiagram display-itemUIT/Afwijking 1: EU, 2EU, 5EU, 10EU/Regelgrootheid (verwarming) Klepopening: O/Regelgrootheid (koeling): C-O
D.REF: Refresh-periode displayUIT/0,5/1/2/4
SC-M: Start display-scan bij inschakelen voedingUIT/AAN
SC-T: Scanperiode display0 tot 99
RET: Automatische terugsteltijd display0 tot 99(0: Automatische terugsteltijd display uitgeschakeld)
MONL: Instelniveau itemmonitor*
PSEL: ProtocolselectieCWF/MOD
U-NO: Communicatie unit nr.0 tot 99
BPS: Baudrate9,6/19,2/38,4
LEN: Communicatiegegevenslengte7/8
SBIT: Communicatiestopbit1/2
PRTY: CommunicatiepariteitNONE/EVEN/ODD
SDWT: Transmissie-wachttijd0 tot 99
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
SPDP: "PV/SP" schermselectie display 0 tot 3
korter dan 1 seconde
korter dan 1 seconde
* Geblokkeerd: UIT Ingangsinitialisatieniveau: l.0 Initialisatieniveau regeling: l.1 Initialisatieniveau regeling 2: l.2 Alarminstelniveau: l.3 Schermweergave Aanpassingsniveau: l.4 Communicatie-instelniveau: l.5 Geavanceerd functie-instelniveau: l.adf Uitbreiding regeling instelniveau: l.exc
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
CH
48 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
BeveiligingsniveauDe beveiligingsfunctie kan worden gebruikt om de instellingsgege-vens te beperken die kunnen worden gewijzigd en zo onbedoeldeinstellingswijzigingen voorkomen. De beveiligingsfuncties diegebruikt kunnen worden, omvatten beveiliging van de bedrijfsaan-passing, het initialisatieniveau, het wijzigen van de instellingen enPF-toetsbeveiliging.
Beveiliging bedrijfs-/aanpassingsniveauToetsbediening op het bedrijfsniveau, het aanpassingsniveau 2, hetbankinstelniveau, het PID-instelniveau, het waardebepalingsinstel-niveau en het item monitorniveau kan worden beperkt met de onder-staande instellingen.
: Kan worden weergegeven en gewijzigd: Kan worden weergegeven: Kan niet worden weergegeven en er kan niet door de niveausgelopen worden. Standaardinstelling: 0
Beveiliging initialisatieniveauVerplaatsing naar het ingangsinitialisatieniveau, het besturingsinitia-lisatieniveau (1+ 2), het alarminstelniveau, het weergaveaanpasni-veau en het communicatie-instelniveau kunnen worden beperkt metgebruik van de hieronder getoonde instellingen.
• Als de instelling voor de beveiliging van het initialisatieniveau op2 wordt ingesteld, gebeurt er niets wanneer er een poging wordtgedaan om het ingangsinitialisatieniveau van het bedrijfsniveau,het aanpasniveau (1+2), het bankinstelniveau, het PID-instelniveau, het waardebepalingsinstelniveau of het itemmonitorniveau te betreden door min. 1 s op de niveautoets tedrukken (het display zal niet knipperen zoals gewoonlijk bij hetwijzigen van een niveau).
• De standaardinstelling voor de beveiliging van het initialisatieni-veau is 0.
Beveiligingsinstelling tegen wijzigingenInstellingen kunnen worden beveiligd tegen wijzigingen met gebruikvan de omhoog- en omlaagtoetsen volgens de onderstaandeinstellingen.
• Standaardinstelling: UIT
PF toetsbeveiligingDe toetsen PF1 en PF2 kunnen met de onderstaande instellingenworden in-/uitgeschakeld.
• De standaardinstelling voor PF-toetsbeveiliging is UIT.
Communicatie-instelniveauStel de communicatiespecificatie in het communicatie-instelniveau in met de frontpaneelbewerkingen. De communicatieparameters en huninstellingen staan in de volgende tabel.
Opmerking: De gemarkeerde waarden geven de standaardinstellingen weer.
Voordat communicatie uitgevoerd wordt, dient u het communicatieunitnummer, de baudrate en andere communicatieparameters in testellen met de toetsbediening zoals hieronder wordt uitgelegd. Zie deUser’s Manual (Z182) voor gegevens over andere bewerkingen.
1. Druk min. 3 s op de niveautoets om van het bedrijfsniveau naarhet initialisatieniveau te gaan.
2. Druk op de niveautoets om van het initialisatieniveau naar hetcommunicatie-instelniveau te gaan.
3. Druk op de modetoets om langs de parameters te lopen zoals hieronder is weergegeven.
Instel-ling
Werking Aanpassing,aanpassing 2
Bankinstel-ling, PID-instelling,
waardebepa-lingsinstel-ling, item monitor
PV/SP Overig
0
1
2
3
4
Instel-ling
Verplaatsing naar het ingangsinitialisatieniveau
Verplaatsing naar het besturingsinitialisatieni-
veau (1+2), het alarminstel-niveau, het weergaveaan-pasniveau en het commu-
nicatieinstelniveau
0 Mogelijkheid om naar ge-avanceerde instelniveaus te gaan.
Toegestaan
1 Geen mogelijkheid om naar geavanceerde instelniveaus te gaan.
Toegestaan
2 Niet toegestaan Niet toegestaan
Instelling Beschrijving
UIT Instellingen kunnen worden gewijzigd met toetsbediening.
AAN Instellingen (behalve die in het beveiligingsniveau) kunnen niet met toetsbediening worden gewijzigd.
Instelling Beschrijving
UIT PF1- en PF2-toetsen zijn ingeschakeld.
AAN PF1- en PF2-toetsen zijn uitgeschakeld. (Werking als bedieningstoetsen of regelkringtoetsen zijn niet toegestaan.)
Parameter Weergegeven tekens Instellingen Weergegeven instellingen
Protocolkeuze psel CompoWay/F, Modbus cwt / mod
Communicatie unitnummer u-no 0 tot 99 0, 1 tot 99
Baudrate bps 9,6/19,2/38,4 (kbps) 9.6 / 19.2 / 38.4
Gegevenslengte len 7 of 8 bits 8-bits
Stop bits sbit 1 of 2 bits 1 / 2
Pariteit prty Geen/even/oneven geen / eUen / one en
Wachttijd communicatierespons sdwt 0 tot 9.999 s 0 to 20 tot 9999
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 49
4. Wijzig de parameterinstellingen naar behoeven met gebruik vande omhoog- en omlaagtoetsen.
Protocolkeuze (psel)Selecteer CompoWay/F of Modbus als het communicatieprotocol.CompoWay/F is een universeel op communicatietechnieken geba-seerd eenduidig communicatieprotocol dat ontworpen is doorOMRON. Modbus is een communicatieprotocol dat voldoet aan deRTU procedure van het Modicon Inc.’s Modbus Protocol (specifica-ties: PI-MBUS-300 Rev. J).
Communicatie unitnummer (u-no)Wanneer u communiceert met de hostcomputer, moet het unitnum-mer van elke regelaar worden ingesteld, zodat de hostcomputer elkeregelaar kan identificeren. Het nummer kan op elke gehele waardeworden ingesteld binnen het bereik van 0 t/m 99. De standaardinstel-ling is 1. Wanneer u meerdere regelaars gebruikt, moet u ervooroppassen dat u niet twee keer hetzelfde nummer gebruikt. Dubbeleinstellingen veroorzaken storing. De instelling wordt van kracht wan-neer de voeding eerst wordt uitgeschakeld en daarna weer wordtingeschakeld.
Baudrate (bps)Gebruik deze parameter om de snelheid van de communicatie metde hostcomputer in te stellen. Deze kan worden ingesteld op een vande volgende waarden; 9,6 (9.600 bps), 19,2 (19.200 bps) of 38,4(38.400 bps). De instelling wordt van kracht wanneer de voedingeerst wordt uitgeschakeld en daarna weer wordt ingeschakeld.
Datalengte (len)De lengte van communicatiedata kan worden ingesteld op 7 of 8 bits.
Stopbits (sbit)Het aantal communicatiestopbits kan worden ingesteld op 1 of 2.
Pariteit (prty)De communicatiepariteit kan worden ingesteld op geen, even ofoneven.
Wachttijd communicatierespons (sdwt)Wijzigingen van de wachttijd van het versturen van een responsworden van kracht nadat de software opnieuw is ingesteld of nadat ude voeding hebt uitgeschakeld en weer hebt ingeschakeld.
Communicatieunitnummer
Protocolkeuze
Gegevenslengte
Stop bits
Pariteit
Wachttijd versturenrespons
Zorg dat de communicatieparametersmet die van de computer overeenkomenom te kunnen communiceren.
Baudrate
50 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Foutweergave (het opsporen en oplossen van fouten)Wanneer er een fout optreedt, verschijnen er in display 1 en/of display 2 foutcodes. Controleer de verklaring voor de foutmelding en neem de juistetegenmaatregelen.
Opmerking: Als de regelaar na het invoeren van de instellingen niet naar verwachting werkt, dient u de bedrading en de instellingen tecontroleren. Als de regelaar nog steeds niet naar verwachting werkt, is het mogelijk dat er parameters foutief ingesteld zijn. Het israadzaam de regelaar te initialiseren en de instellingen opnieuw in te voeren. (Door de regelaar te initialiseren worden alleinstellingen teruggezet naar de standaardwaarden. Noteer de instellingen voordat u de initialisatie uitvoert.)
Display 1 Display 2 Foutbe-schrijving
Remedies Uitgangsstatus bij fout
Regeluitgang Alarmuitgang
unit err Unitfout Eerst dient u de voeding te resetten. Als het display niet verandert, is er een reparatie nodig. Als de fout is opgelost, is het mogelijk dat de oorspronkelijke fout door stoorsignalen is veroorzaakt. Controleer of er geen mogelijke bronnen zijn voor stoorsignalen.
UIT UIT
unit chg Unitwijzi-ging
disp err Unitfout weergeven
sys err Hoofdunit-fout
Eerst dient u de voeding te resetten. Als het display niet verandert, is er een reparatie nodig. Als de fout is opgelost, is het mogelijk dat de oorspronkelijke fout door stoorsignalen is veroorzaakt. Controleer of er geen mogelijke bronnen zijn voor stoorsignalen.
UIT UIT
eep err EEPROM-fout
Eerst dient u de voeding te resetten. Als het display niet verandert, is er een reparatie nodig. Als de fout is opgelost, is het mogelijk dat de oorspronkelijke fout door stoorsignalen is veroorzaakt. Controleer of er geen mogelijke bronnen zijn voor stoorsignalen.
UIT UIT
s.err Normale weergave
Sensorin-gangsfout
Controleer of de ingangsbedrading correct is, dat de schakelaar voor het ingangstype correct is ingesteld, dat alles is aangesloten en er geen kortsluiting is en dat het ingangstype correct is.Als de bovenstaande items geen problemen geven, dient u de voeding te resetten. Als het display niet verandert, is er een reparatie nodig. Als de fout is opgelost, is het mogelijk dat de oorspronkelijke fout door stoorsignalen is veroorzaakt. Controleer of er geen mogelijke bronnen zijn voor stoorsignalen.
MV wordt aangestuurd volgens de 'MV bij PV-fout'-instelling.
Dezelfde werking als wanneer de bovengrens wordt overschreden.
<<<<<
>>>>>
Normale weergave
Buiten weergave-bereik (on-der)Buiten weergave-bereik (bo-ven)
Dit is geen fout, maar de actuele waarde valt buiten het weergavebereik (−19999 tot 99999).
Normaal bedrijf Normaal bedrijf
Normale weergave
De RSP RUN-indica-tor knippert
RSP-in-gangsfout
Controleer of de bedrading naar de RSP-ingang onderbroken of kortgesloten is.
MV wordt aangestuurd volgens de instelling 'MV bij PV-fout'.
UIT
Normale weergave
----- Potentiome-teringangs-fout
Controleer de bedrading van de potentiometer. Normaal bedrijf Normaal bedrijf
calb err IJkfout mo-tor
Controleer de bedrading naar de potentiometer en de klepaandrijfmotor en ijk de motor nogmaals.
UIT UIT
i1-t
i2-t
i3-t
i4-t
Een instel-ling knippert
Fout scha-kelaar in-gangstype
Zorg ervoor dat de schakelaar van het ingangstype en de weergegeven instelling 'Ingangstype' overeenstemmen met het ingangstype dat u gaat gebruiken.
UIT UIT
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 51
Het opsporen en oplossen van foutenAls de temperatuur niet stijgt, uitgangen niet worden ingeschakeld of als er grote afwijkingen in de temperatuur worden aangegeven, voert u decontroles in de onderstaande tabel uit.
Probleem De te controleren items en mogelijke oorzaak Tegenmaatregel
De temperatuur stijgt niet.Uitgangen worden niet ingeschakeld.
1. Is de regeling gestopt? Als de STOP-indicator brandt, is de regeling gestopt.
Stel uit oeren/stoppen in om uit te oeren op het bedrijfsniveau. De STOP-indicator wordt uitgeschakeld.
2. Is de regeling ingesteld op 'direct operation'? De regeling moet zijn ingesteld op 'reverse operation' voor de verwarmingsregeling.
Wijzig oreU in or-r in het initialisatieniveau.
3. Branden de UIT-indicatoren voor de regeluitgang of knipperen ze? Als de regeluitgang geen stroomuitgang is, worden de UIT-indicatoren ingeschakeld overeenkomstig de uitgang.
Als de UIT-indicatoren helemaal niet branden, dient u items 1 en 2 te controleren. Als de UIT-indicatoren continu branden, dient u de verbindingen met sensoren, verwarmingsinstallaties en andere randapparatuur te controleren.
4. Bij gebruik van een PID-regeling is het mogelijk dat de PID-constanten ongeschikt zijn.
Indien mogelijk, verkrijgt u de PID-constanten met gebruik van auto-tuning. (Auto-tuning gebruikt 100% uitgang ten opzichte van de belasting en zodoende kan er overshoot optreden.)
De temperatuur geeft grote afwijkingen weer.
1. Is het correcte sensortype gebruikt? Nadat u het sensortype hebt gecontroleerd, dient u de instelling voor het ingangstype te controleren (i-t) in het initialisatieniveau. (: 1 tot 4)
2. Zijn de ingangscorrectiewaarden ingesteld? Controleer de instellingen voor ingangscorrectie (isi., iss.) in het aanpasniveau. (isi, : 1 tot 4) Wanneer u de temperatuur wilt weergeven zoals deze door de sensor is gemeten, stelt u deze in op 0,0.
3. Wordt er een compensatiekabel gebruikt om de thermokoppelverbinding uit te verlengen?
Zorg ervoor dat u een compensatiekabel gebruikt die geschikt is voor de gebruikte sensor.
4. Wordt de sensor op grote afstand gemonteerd? Is de invoeglengte kort?
Controleer de installatielocatie van de sensor ten opzichte van het gemeten object. De invoeglengte van de sensor dient ten minste 20 keer de diameter van de afschermhulzen te bedragen.
De temperatuurregelaaringang controleren:ThermokoppelOverbrug de ingangsklemmen om de kamertemperatuur weer te geven.Platina weerstandsopnemerSluit een weerstand aan op de ingangsklemmen en controleer het display. Sluit 100 Ω aan op A-B en overbrug B-B: 0°CSluit 140 Ω aan op A-B en overbrug B-B: ong. 100°C
52 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
Randapparatuur
Temperatuursensor en SSR
Aansluitvoorbeeld met SSR
→
RegelaarBelasting
Verwarming
Belastingsvoeding
E5AR
5 Units(E5AR/ E5ER)
Nominaleingangsspanning:12 tot 24 VDC
Nominaleingangsspanning: 12 tot 24 VDC
Simultane driefasen-besturing met eeningebouwd koellichaam
Nominaleingangsspanning: 5 tot 24 VDC
Nominaleingangsspanning:5 tot 24 VDC
Nominaleingangsspanning:12 VDC
Nominaleingangsspanning:5 tot 24 VDC
Uitgangsklem-spanning(voor het besturenvan SSR)
Nominaleingangsspanning: 12 tot 24 VDC
Max. Nr. van parallelaansluitbare SSR's
E5@R
SSR
INGANG BELASTING
g
Omzetter, digitale paneelmeter, debietmeter, contactloze temperatuursensor,afstandsensor, etc.
AGHTU
A
A
NOT AAAAA
Analoge waarden die temperatuur,debiet of concentratie voorstellen
Di t l itiDirecte aansluitingis mogelijkis mogelijk
E5ER
E52
240 VAC
G3PC (SSR met foutdetectie)
Compacte en smallemodellen met eeningebouwd koellichaam
5 Units (E5AR/ E5ER)
4 Units(E5AR/ E5ER)
240 VAC (15 A, 25 A, 35 A, 45 A)
G3PB (enkelfase)
Compacte en smallemodellen met eeningebouwd koellichaam
G3PB (drie fasen)240 VAC/400 VAC (15 A, 25 A, 35 A, 45 A)
G3PA240 VAC (10 A, 20 A, 40 A, 60 A)400 VAC (20 A, 30 A, 50 A)
Compacte en smallemodellen met eeningebouwd koellichaam
5 Units(E5AR/ E5ER)
5 Units (E5AR/ E5ER)
2 Units (E5AR/ E5ER)
G3NA240 VAC (5 A, 10 A, 20 A, 40 A)480 VAC (10 A, 20 A, 40 A)
Standaardmodellenmet schroef-verbindingen
G3NE
240 VAC (5 A, 10 A, 35 A, 20 A)
Compacte en scherp-geprijsde modellen metfaston aansluitingen
G3NH
Voor regeling vanverwarmingen met een hoog vermogen
8 Units(E5AR/ E5ER)
Het maximale aantal SSR's berekenen die parallel aansluitbaar zijnA: Max. belastingsstroom van de spanningsuitgang van de digitale procesregelaar waarmee de SSR's worden aangestuurd, is 40 mA voor de E5AR (E5AR-QQ@WW-@ = 21 mA).B: De ingangsimpedantie van de SSR's is 7 mA voor G3NAIn dit geval zou het maximale aantal parallel aansluitbare SSR's als volgt zijn:A/B = 5De maximale belastingsstroom in het aansluitvoorbeeld is 40 mA.
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 53
Voorzorgsmaatregelen
Voorzorgsmaatregelen voor een veilig gebruik
1. Gebruik en bewaar het product binnen de opgegevenomgevingstemperatuur en vochtigheidsgrenzen. Als er meerdereproducten naast elkaar of verticaal zijn gemonteerd, kan door degegenereerde warmte de inwendige temperatuur van deproducten stijgen, waardoor de levensduur afneemt. Zorg zonodig voor koeling van de producten met een ventilator of eenandere methode.
2. Zorg dat er voldoende ruimte rondom het product beschikbaar isom de warmte te dissiperen. Blokkeer de luchtopeningen op hetproduct niet.
3. Gebruik het product binnen de opgegeven voedingsspanning ennominale belasting.
4. Controleer de naam en polariteit van elke aansluitklem voordat ude klemmenstrook en connectors aansluit.
5. Sluit niets op ongebruikte aansluitklemmen aan. 6. Gebruik de opgegeven afmetingen van de krimpvoeten voor de
bedrading (M3, breedte: 5,8 mm max.). 7. Als u blanke draden wilt aansluiten op de klemmenstrook,
gebruikt u AWG22 tot AWG14 (dwarsdoorsnede: 0,326 tot 2,081mm2) om de aansluitklemmen voor de voedingsspanning te ver-binden en AWG28 tot AWG16 (dwarsdoorsnede: 0,081 tot 1,309mm2) voor de overige aansluitklemmen. (Lengte van blootlig-gende bedrading: 6 t/m 8 mm)
8. Controleer of het nominale voltage uiterlijk na 2 seconden na hetinschakelen wordt bereikt.
9. Schakel de stroom uit voordat u het product uit de behuizinghaalt. Raak de aansluitklemmen of de elektronische onderdelennooit aan en voorkom fysieke schokken. Wanneer u het productin de behuizing plaatst, dient u te voorkomen dat de elektronischeonderdelen de behuizing raken.
10.Verwijder de inwendige printplaat niet. 11.De uitgang wordt uitgeschakeld wanneer in bepaalde modi wordt
overgeschakeld naar het niveau van de standaardinstelling. Houdhier rekening mee wanneer u het regelsysteem instelt.
12.Laat het product ten minste 30 minuten opwarmen na hetinschakelen.
13.Installeer overspanningsdempers of ontstoringsfilters in appara-ten dicht bij het product die storingen veroorzaken (vooral appara-ten met een inductiecomponent, zoals motoren, transformatoren,elektromagneten en magnetische spoelen). Controleer de span-ning en stroomsterkte bij gebruik van een storingsfilter voor devoeding en installeer dit zo dicht mogelijk bij het product. Plaatshet product zo ver mogelijk bij apparaten vandaan die sterkehoogfrequente storingen genereren (zoals hoogfrequente lasap-paraten en naaimachines) of stroompulsen. Verbind de ingang-/uitgangsbedrading van ontstoringsfilters nietmet elkaar.
14.Houd de bedrading van de klemmenstrook voor het productbuiten bereik van hoogspanningskabels om inductiestoring tevoorkomen. Voer de bedrading niet parallel aan of plaats dezeniet in dezelfde kabel als de voedingslijnen. De invloed vanstoring kan ook worden verminderd door aparte kabelgoten ofbeschermkabels te gebruiken.
15.Installeer een schakelaar of stroomonderbreker en voorzie dezevan een duidelijk label zodat de operator de stroom onmiddellijkkan uitschakelen.
Zorg altijd dat het netwerk is voorzien van beveiligingscircuits. Zonder beveiligingscircuits kunnen storingen leiden tot ongelukken waarbij ernstig letsel of grote schade optreedt. Voorzie de externe regelcircuits van dubbele of driedubbele veiligheidsmaatregelen, zoals noodstopcircuits, vergrendelcircuits of limietcircuits, om de veiligheid in het systeem te garanderen als er een storing optreedt door een productdefect of een externe factor die invloed heeft op de werking van het product.
Probeer het product niet te demonteren, te repareren of te modificeren. Als u dit wel doet, kan er letsel optreden als gevolg van elektrische schokken.
Raak de aansluitklemmen of de elektronische onderdelen of patronen op de PCB niet aan tenzij deze meer dan één minuut is uitgeschakeld. Als u dit wel doet, kan er letsel optreden als gevolg van elektrische schokken.
Zorg dat er geen stukjes metaal, afgeknipte draad of fijn metalen schaafsel van de installatie in het product komen. Als u dit wel gebeurt, kunnen er elektrische schokken, brand of storingen optreden.
Gebruik het product niet op locaties met ontvlambare of explosieve gassen. Als u dit wel doet, kunnen er kleine of middelgrote explosies plaatsvinden met licht tot middelzwaar letsel en beschadigde eigendommen tot gevolg.
Draai de schroeven op de klemmenstrook en de connectorschroeven stevig aan met een spansleutel binnen het volgende bereik. Door losse schroeven kan brand ontstaan met licht tot middelzwaar letsel of beschadigde apparatuur tot gevolg.
Schroeven voor klemmenstrook: 0,40 tot 0,56 Nm Connectorschroeven: 0,25 tot 0,30 Nm
Configureer de juiste instellingen voor het product conform de toepassing. Als u dit niet doet, kan de regelaar in bepaalde gevallen onbetrouwbaar functioneren met licht tot middelzwaar letsel of beschadigde apparatuur tot gevolg.
Neem veiligheidsmaatregelen voor het geval er een productdefect optreedt. Installeer bijvoorbeeld een afzonderlijk alarmsysteem ter voorkoming van oververhitting. Door productdefecten kan het onder bepaalde omstandigheden onmogelijk zijn om de alarmuitgangen te bedienen of te gebruiken, waardoor schade optreedt in de aangesloten faciliteiten en apparaten.
Gebruik de apparatuur niet voor metingen binnen de meetcategorieën II, III of IV (in overeenstemming met IEC61010-1). Als u dit wel doet, kan de regelaar onbetrouwbaar functioneren met licht tot middelzwaar letsel of beschadigde apparatuur tot gevolg. Gebruik de apparatuur alleen voor metingen binnen de meetcategorie waarvoor het product is ontworpen.
De servicelevensduur van de uitgangsrelais hangt af van het schakelvermogen en de schakelomstandigheden. Houd rekening met de feitelijke toepassingsomstandighe-den en gebruik het product binnen de nominale belasting en elektrische servicelevensduur. Als u het product na de servicelevensduur blijft gebruiken, kunnen de contacten onder bepaalde omstandigheden smelten of verbranden.
Zorg dat het product geen negatieve gevolgen ondervindt als de cyclustijd voor DeviceNet wordt verlengd doordat het programma wordt gewijzigd tijdens online bewerkingen. Als u de cyclustijd verlengt, kan de regelaar in bepaalde gevallen onbetrouwbaar functioneren met licht tot middelzwaar letsel of beschadigde apparatuur tot gevolg.
!WAARSCHUWING!
!VOORZICHTIG
Controleer of de veiligheid van de nodes in orde is voordat u programma's overbrengt naar andere nodes of het I/O-geheugen van andere nodes wijzigt. Als u het programma of het I/O-geheugen van andere nodes wijzigt, kan de regelaar in bepaalde gevallen onbetrouwbaar functioneren met licht tot middelzwaar letsel of beschadigde apparatuur tot gevolg.
Probeer het product niet te demonteren, te repareren of te modificeren. Als u dit wel doet, kan er licht tot middelzwaar letsel optreden als gevolg van elektrische schokken.
54 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
16.Gebruik het product niet op de volgende locaties. • Locaties waar stof of corroderende gassen (met name zwavel-
gas of ammoniakgas) aanwezig zijn. • Locaties waar ijsvorming of condensatie kunnen optreden. • Locaties die onderhevig zijn aan direct zonlicht. • Locaties die onderhevig zijn aan overmatige schokken of trillin-
gen. • Locaties waar het product in contact kan komen met water of
olie. • Locaties onder invloed van directe stralingswarmte van verwar-
mingsapparatuur. • Locaties die onderhevig zijn aan extreme temperatuurschom-
melingen. 17.Reiniging: gebruik geen verdunners. Gebruik in de handel ver-
krijgbare alcohol. 18.Gebruik de opgegeven kabels voor de communicatieverbindingen
en blijf binnen de opgegeven communicatieafstanden voor Devi-ceNet. Raadpleeg de DeviceNet Manual (W267) voor informatieover de specificaties van de communicatieafstand en kabels.
19.Trek niet hard aan de communicatiekabels voor DeviceNet enbuig deze niet verder dan de normale kromming.
20.Wanneer de stroom is ingeschakeld voor DeviceNet, moet u geenconnectors aansluiten of verwijderen. Als u dit wel doet, kunnener productdefecten of -storingen optreden.
Voorzorgsmaatregelen voor een verstandig gebruik
LevensduurGebruik het product binnen de volgende temperatuur- en vochtig-heidsgrenzen:
Temperatuur: −10 tot 55°C (zonder ijsvorming of condensatie)Vochtigheidsgraad: 25% tot 85%
Als het product in een bedieningspaneel is geïnstalleerd, moet u zor-gen dat de temperatuur rondom het product (niet de temperatuurrondom het paneel) niet boven 55°C stijgt.
De levensduur van dit product en vergelijkbare elektronische appara-ten wordt niet alleen bepaald door de mechanische levensduur vanrelais, maar ook door de levensduur van interne elektrische onderde-len. De levensduur van onderdelen wordt beïnvloed door de omge-vingstemperatuur: hoe hoger de temperatuur, hoe korter delevensduur en hoe lager de temperatuur, hoe langer de levensduur.Daarom kan de servicelevensduur worden verlengd door de tempe-ratuur van het product te verlagen.
Installeer het product in overeenstemming met de opgegeven voor-waarden. Als u dit niet doet, kan de interne temperatuur van het pro-duct stijgen als gevolg van de gegenereerde hitte, waardoor deservicelevensduur afneemt. Zorg zo nodig voor koeling van het pro-duct met ventilatoren of een andere ventilatiemethode.
Bij geforceerde koelmethodes moet u oppassen dat u niet alleen deaansluitklemgedeelten koelt om meetfouten te voorkomen.
Tegenmaatregelen stoorsignalenHoud de bedrading van de klemmenstrook voor het product buitenbereik van hoogspanningskabels om inductiestoring te voorkomen.Voer de bedrading niet parallel aan of plaats deze niet in dezelfdekabel als de voedingslijnen. De invloed van storing kan ook wordenverminderd door aparte kabelgoten of beschermkabels te gebruiken.
Installeer overspanningsdempers of ontstoringsfilters in apparatendicht bij het product die storingen veroorzaken (vooral apparaten meteen inductiecomponent, zoals motoren, transformatoren, elektro-magneten en magnetische spoelen).
Controleer bij gebruik van een storingsfilter voor de voeding despanning en stroomsterkte en installeer het zo dicht mogelijk bij hetproduct.
Plaats het product zo ver mogelijk bij apparaten vandaan die sterkehoogfrequente storingen genereren (zoals hoogfrequente lasappara-ten en naaimachines) of stroompulsen.
MeetnauwkeurigheidBij het verlengen van de bedrading van het thermokoppel moet u zor-gen dat u compensatiekabels gebruikt die met het thermokoppeltypeovereenkomen.
Bij het verlengen van de bedrading van de platina weerstandsopne-mer, moet u zorgen dat u kabels gebruikt met een lage weerstand endat de weerstanden van de drie kabels gelijk zijn.
Als de meetnauwkeurigheid laag is, moet u controleren of deingangsverschuiving correct is ingesteld.
WaterbestendigheidDe beschermingsgraad wordt hieronder weergegeven.
Frontpaneel NEMA4X voor gebruik binnenshuis (gelijk aan IP66)
Achterbehuizing IP20
Aansluitingen IP00
Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER 55
Garantie en beperking van aansprakelijkheid
GARANTIEOMRON geeft de exclusieve garantie dat de producten geen materiaal- en/of fabricagefouten bevatten voor een periode van één jaar (tenzij eenandere periode is aangegeven) na datum van aankoop.
OMRON WIJST ELKE GARANTIE OF VERKLARING AF, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET, TEN AANZIEN VAN NIET-SCHENDING VANRECHTEN VAN DERDEN, VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL VAN DE PRODUCTEN. ELKE KOPEROF GEBRUIKER ACCEPTEERT DAT ALLEEN DE KOPER OF GEBRUIKER ZELF HEEFT BEPAALD DAT DE PRODUCTEN AAN DE EISEN VANHUN BEDOELDE GEBRUIK VOLDOEN. OMRON WIJST ELKE ANDERE GARANTIE AF, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET.
BEPERKINGEN VAN AANSPRAKELIJKHEIDOMRON AANVAARDT GEEN AANSPRAKELIJKHEID VOOR BIJZONDERE, INDIRECTE OF GEVOLGSCHADE, WINSTDERVING, OF WELKANDER BEDRIJFSVERLIES DAN OOK IN VERBAND MET DE PRODUCTEN, ONGEACHT OF CLAIMS ZIJN GEBASEERD OP CONTRACTEN,GARANTIES, ONACHTZAAMHEID OF STRIKTE AANSPRAKELIJKHEID.
In geen geval overschrijdt de vergoeding van OMRON voor welke schade dan ook de afzonderlijke prijs van het product waarop garantie isverleend.
IN GEEN GEVAL IS OMRON VERANTWOORDELIJK VOOR GARANTIE-, REPARATIE- OF ANDERE CLAIMS TEN AANZIEN VAN DEPRODUCTEN, TENZIJ UIT ANALYSE DOOR OMRON BLIJKT DAT DEZE PRODUCTEN JUIST ZIJN BEHANDELD, OPGESLAGEN,GEINSTALLEERD EN ONDERHOUDEN EN NIET ZIJN BLOOTGESTELD AAN VERONTREINIGING, MISBRUIK OF ONJUISTE AANPASSINGOF REPARATIE.
Toepassingen
GESCHIKTHEID VOOR GEBRUIKOMRON is niet verantwoordelijk voor de naleving van standaarden, codes of voorschriften die van toepassing zijn op de combinatie van deproducten binnen de toepassing van de klant of het gebruik van de producten.
Op verzoek van de klant zal OMRON toepasbare certificatiedocumenten van derden leveren die de specificaties en beperkingen van het gebruikvan de producten identificeren. Deze informatie is op zich niet voldoende voor een volledige vaststelling van de geschiktheid van de producten incombinatie met het eindproduct, de machine, het systeem of andere toepassing of gebruik.
Hieronder volgen enkele voorbeelden van toepassingen waaraan u speciale aandacht moet besteden. Dit is geen volledige lijst van alle mogelijketoepassingen van de producten en niet bedoeld om te impliceren dat de toepassingen geschikt zijn voor de producten.
• Toepassing in de buitenlucht, toepassingen waarbij mogelijk chemische contaminatie of elektrische storing voorkomt of condities of toepassin-gen die niet in deze catalogus zijn beschreven.
• Besturingssystemen in kerncentrales, verbrandingssystemen, spoorwegsystemen, luchtvaartsystemen, medische apparatuur, amusementsma-chines, voertuigen, veiligheidsuitrustingen en installaties met aparte industrie- of rijkskeuringsvoorschriften.
• Systemen, machines en apparatuur die gevaar kunnen opleveren voor mensenlevens of eigendommen. Zorg dat u kennis hebt van alle verboden van het gebruik van alle producten.
GEBRUIK DE PRODUCTEN NOOIT VOOR EEN TOEPASSING DIE MENSENLEVENS OF EIGENDOMMEN IN GEVAAR BRENGT ZONDERERVOOR TE ZORGEN DAT HET SYSTEEM DEZE RISICO'S OPLOST EN DAT DE OMRON-PRODUCTEN JUIST ZIJN GESPECIFICEERD ENGEINSTALLEERD VOOR HET BEDOELDE GEBRUIK BINNEN DE ALGEMENE UITRUSTING OF HET SYSTEEM.
56 Digitale Procesregelaars E5AR/E5ER
In verband met verbeteringen van het product kunnen technische gegevens zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Cat. No. H122-NL1-02
NEDERLANDOmron Electronics B.V.Wegalaan 61, 2132 JD HoofddorpTel: +31 (0) 23 568 11 00Fax: +31 (0) 23 568 11 88www.omron.nl
BELGIËOmron Electronics N.V./S.A.Stationsstraat 24, B-1702 Groot-BijgaardenTel: +32 (0) 2 466 24 80Fax: +32 (0) 2 466 06 87www.omron.be