de VERGADERING.€¦ · den heer griffier dien heer binnen te leiden. De heer Drion, door den griffier binnengeleid, legt de bij de Grondwet voorgeschreven eeden in handen van den

Vel 2. 5 Tweede Kamer.

2de VERGADERING. Med. v. ingek. «tukken. — Verslag uitgebr. Comm. voordr

2de VERGADERING.

VERGADERING VAN DONDERDAG 23 SEPTEMBER 1020.

(Bijeenroepingsuur 1 namiddag)

Ingekomen: berichten van leden. — Verslas: uitgebracht door de Commissie, die belast is geweest met het aan-bieden van de voordracht voor het voorzitterschap der Kamer. — Nog ingekomen: een Koninklijk besluit, houdende benoeming van den heer mr. D. Fock tot Voorzitter der Kamer, gedurende de tegenwoordige zitting. — Aanvaarding van het voorzitterschap. — Beëediging en zitting nemen van het nieuwbenoemde lid der Kamer, den heer F . J . W. Drion. — Verder ingekomen: 1°. een schrijven, houdende kennisgeving van het overlijden van den heer D. de Klerk; 2°. ont-wefpen van wet; 3°. Koninklijke besluiten ; 4J. missives van de Eerste Kamer; 5°. missives van d m directeur van het Kabinet der Koningin; 6°. missives; 7°. solli-citaties naar de betrekkinrc van commies-griffier der Kamer; 8°. verzoekschriften; 9°. verklaringen van adhaesie; 10". verschillende bescheiden; 11°. boek-werken. — Verslajr uitgebracht over ontwerpen van wet. — Verlenging van den termijn voor het uitbren-gen van verslagen door Bijzondere Commissies. — Aanvulling van een Bijzondere Commissie. — Regeling van werkzaamheden. — Benoeming van de Commissie voor Buitenlandsohe aangelegenheden. — Mededeeling van de indeelinjr der leden in Begrootingscommissies. — Trekking der af deelingen. — Benoeming van de leden der Huishoudelijke Commissie, der Gemengde Commissie voor de Stenografie en het Kort Verslag. — Schorsing en hervattinsr der vergadering. — Mede-deeling van de benoeming van voorzitters en onder-voorzitters van de af deelingen. — Nadere regeling van werkzaamheden. — Benoeming van de leden der Com-missie voor de Verzoekschriften. — Toestaan van de verzoeken van de heercn Weitkamp en Sanncs om vragen te mogen richten tot den Minister van Land-bouw, Nijverheid en Handel.

Handelingen der Staten-Generaal. — 1920-1921. —. I I .

23 SEPTEMBER 1920.

Voorzitter. — Med. ben. Voorzitter. Aanv. Voorzitterschap.

Tijdelijk Toorzitter: de heer Fock.

Tegenwoordig, met den Voorzitter, 80 lecbn, te weten: de heeren Arts, Fleskens, Weitkamp, Reymer, van Doorn,

Kolkman, de Wijkerslooth de Weerdesteyn, Kuiper, van Sasse van Ysselt, Fruytier, Kooien, Beumer, L. M. Hermans, van de Laar, van der Molen, Kolthek, Schouten, Poels, de Jonge, Dresselhuys, Bulten, Bakker, van Wijnbergen, Win-termnns, van Groenendael, van Zadelhoff, Sannes, Schokking, van Stapele, de Groot, mevr. Groen^weg, de heeren Zijlstra. van Rijzewijk, Hugenhoilz, Nolens, Lely, Ter Hall, Duymaer van Twist, Deckers, de Monté ver Leren, van Ryckevorsel, Swane, Bomans, Kleerekoper,Visser van IJzendoorn. Gerhard, Troelstra, Ketelaar, Helsdingen, Otto, Engels, Colijn, Haaze-voet, van de Bilt, Oud. Snoeck Henkemans, Rink, Heemskerk, Marchant, de Savornin Lohman, van den Tempel, Rutgers, de Wilde, van Rappard, Henri Hermans, van Dijk, Abr. Staalman, van der Waerden, Bongaerts, Teenstra, K. ter Laan, Duys, de Buisonjé, van Veen, van Beresteyn, van Schaik, Drion, Juten. Sineenk.

De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering worden gelezen en goedgekeurd.

De tijdelijke Voorzitter: Ik deel aan de Vergadering mede. dat zijn ingekomen de volgende berichten van leden, die ver-hinderd zijn de vergadering bij te wonen: van den heer Scha-per, wegens ambtsbezigheden, en van den heer Oudegeest, de eerste maand, wegens verblijf in het buitenland.

Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.

Da tijdelijke Voorzitter: Ik geef het woord aan den heer Beumer tot het uitbrengen van verslajr namens de Com-missie, die belast is geweest met de aanbieding aan H. M. de Koningin van de voordracht voor het voorzitterschap der Kamer.

De heer Beunier: Mijnheer de Voorzitter! De Commissie, door u benoemd ter aanbieding, aan Hare Majesteit de Koningin, van do in art. 88 der Grondwet bedoelde opgave van drie leden ter benoeming van een Voorzitter van deze Kamer, heeft zich gisterenmorgen te 11 uur ten paleize van haar taak gekweten.

Nadat de voordracht was overhandigd, heeft het Hare Majesteit de Koningin behaagd te verklaren, dat het Haar zeer aangenaam was de voordracht uit handen van de Com-missie te mogen ontvangen en dat Zij zich ten spoedigste met do benoeming onledig zou houden.

De tijdelijke Voorzitter: Namens de Kamer dank ik de Commissie voor het volbrengen van haar taak. Ik stel voor het door haar uitgebracht verslag voor kennisgeving aan te nemen.

Daartoe wordt besloten.

De tijdelijke Voorzitter: Ik deel aan de Kamer mede, dat is ingekomen een Koninklijk besluit van 22 September 1920 n°. 31, houdende benoeming van den heer mr. D. Fock tot Voorzitter der Kamer voor het tijdperk der aangevangen zitting.

Dit besluit wordt voor kennisgeving aangenomen.

De Voorzitter: Medeleden! Vóór de wijziging van het Reglement van Orde, dat is vóór het optreden van deze Kamer, had de inistalla.tiej van den Vooiteiitter een meer; formeel en meer plechtig karakter. Het was toen gewoonte, dat de nestor van deze Kamer hier stond en den benoemden Voorzitter toesprak, wees op diens gebreken en deugden op diens al of niet geschiktheid voor het voorzitterschap, en hem verder wenken gaf, die hij in acht had te nemen. Da Voor-zitter nam dan deze plaats in en hield een rede, die uit den

6

2de .VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Aanvaarding .Voorzitterschap. — Installatie van een lid. — Ingekomen stukken.

(Voorzitter.) aard der zaak een weerslag was op de rede van den nestor.

Dat is nu anders en oenvoudiger geworden. Nadat ik in de voiïgo Kamer eenigo malen, eerst door den tocnmaligen ge-achten onder-Voorzitter den heer Schaper en daarna door den geachten nestor, den heer de Savornin Lohraau, ben ge-instaïleerd, is het nu reeds de derde maal, dat ik mij zelf installeer. Het spreekt vanzelf, dat ik mij zelf niet kan toe-spreken en niet kan gelukwenschen, dat ik niet over mijn eigen gebroken en deugden kan spreken, en dat ik mij zelf ooi geen wenken kan geven. Ik; het> dus eigenlijk zeer weinig te zeggen. Als ik nu toch het woord neem, is het om in de eerste plaats dank te brengen aan Hare Majesteit de Koningin voor mijn benoeming, en om in de tweede plaats mijn erkentelijkheid te betuigen aan de Kamer voor haar voor-dracht; ik stel die voordracht in hoog© mate op prijs.

Het is noodzakelijk, dat er tusschen de Kamer, dat zijn I de leden, en den Voorzitter een goede en sterke band bestaat, •want wie er ook op deze plaats zit, de Voorzitter behoeft den steun ©n de medewerking van alle leden der Kamer. Ik heb zoowel in de vorige Kamer als thans sdert twee jaar in deze Kamer dien steun en die medewerking steeds in ruime mat© ondervonden. Het is wel waar, dat in het laatst© zittingjaar een cogenblik een wolkje aan d© lucht is geweest, maar dat was van voorbij gaanden aard en ik zal dat maar niet verder in herinnering brengen.

De Kamer wachten belangrijke en moeilijke werkzaam-hedeii. Naast de ontwerpen, die reeds zijn ingediend en die ten deele reeds in voorbereiding zijn, zyn ons bij de Troonrede tal van ontwerpen aangekondigd en daaronder ook outwer-pen tot herziening van de Grondwet. Terwijl wij dus in het afgeloopen zittingjaar bezig zijn_ geweest om, ter uitvoering

I van de vorige Grondwetsherziening, de Lager-onderwijswet te behandelen, zullen vrij thans de Grondwet zelf weer ter hand moeten nemen.

Ik dring nu niet meer aan op kortheid of zelfbeperking; ik heb dat re©ds zoo dikwijls gedaan. En wanneer ik thans

• weder aandrong op kortheid enzelfbeperking, zou de buiten-1 staander allicht den indruk krijgen, dat de Kamer een der-

gelijken aandrang noodig had, en dat is natuurlijk het geval niet.

Met den wensch, dat er een goede samenwerking ook in dit zittingjaar zal zijn tusschen den Voorzitter en de leden van de Kamer, verklaar ik het definitieve voorzitterschap van de Kamer te hebben aanvaard.

(Atgemeene teekenen van instemming.)

De Voorzit ter: Het nieuwbenoemde lid, de heer F . J . W. Drion, tot wiens toelating reeds in de vorige vergadering is

| besloten, is in het gebouw der Kamer aanwezig. Ik verzoek den heer griffier dien heer binnen te leiden.

De heer Drion, door den griffier binnengeleid, legt de bij de Grondwet voorgeschreven eeden in handen van den Voor-

| zitter af.

De Voorzit ter: Ik wensch den beer Drion geluk met zijn benoeming en verzoek hem in ons midden plaats te nemen.

, Ik deel verdeu mede:

A. dat zijn ingekomen:

1°. een schrijven van mevrouw de wed. C. de Klerk— Man in ' t Veld', van 25 Juli 1920 gedagteekend, houdend© kennisgeving van het overlijden van haar echtgenoot, den heer D. de Klerk, oud-lid der Kamer.

Dit schrijven, hetwelk door den Voorzitter, namens de Kamer, met een brief van rouwbeklag is beantwoord, wordt voor kennisgeving aangenomen;

2°. 46 Koninklijke boodschappen, ten geleide van de vol-ge nde ontwerpen van wet:

Verklaring van het algemeen nut der onteigening ten be-hoeve van aanleg van een verbindingsbaan tusschen den spoor-

weg Haarlem—Uitgeest, nabij het station Beverwijk, en den spoorweg den Helder—Amsterdam, nabij het station Krom-menie—Assendelft;

Aanvulling en wijziging van de begrooting van uitgaven van liet weduwen- en weezenfonds voor burgerlijke ambte-naren voor het dienstjaar 1919;

Aanvullinsr en wijziging van de begrooting van uitgaven van het weduwen- en weezenfonds voor burgerlijke ambte-naren voor het dienstjaar 1920;

AVi.jziging en verhooging van de begrooting van uitgaven van het Pensioenfonds voor de gemeente-ambtenaren voor het dienstjaar 1919;

Wijziging en verhooging vsu de begrooting van uitgaven van het pensioenfonds voor de gemeente-ambtenaren voor het dienstjaar 1920;

Verbetering: van de wet van 26 Maart 1920 (Staatsblad n°. 148), tot wijziging van de termijnen, bedoeld in d© artt. 523, 526 en 549 van het Burgerlijk Wetboek, en afschaffing der wet van 9 Jul i 1855 (Staatsblad n°. 67);

Verhooging van de begrooting van uitgaven van het Zui-derzeefonds voor het dienstjaar 1920;

Wijziging van het IXd© hoofdstuk der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1920;

Opleggen van voorloopige aanslagen in de directe belas-tingen ;

Wijziging1 en verhooging van d© begrooting van uitgaven van het Staatsmuntbcdrijf voor het dienstjaar 1920;

Bevordering van den aanleg en het in exploitatie brengen van een net van tramwegen in de provincie Limburg;

Verhooging van het kredietbedrag ter voorziening in het kastekort van den Indischen dienst hier te lande gedurende het jaar 1920;

Nadere wijziging van de wet van 30 April 1815 (Staatsblad n°. 33), houdende instelling van de Militaire Willemsorde (verhooging van de riddersoldijen);

Electriciteitsvoorziening van het land; Verklaring van het algemeen nut der onteigening van

eigendommen, noodig voor den bouw van arbeiderswoningen te Haarlem;

Verklaring van het algemeen nut der onteigening van gron-den, noodig voor den bouw van woningen te Amsterdam (uit-breiding Zuid);

Herziening van de wet vam 14 December 1916 (Staatsblad n°. 530), tot heffing van statistiekrecht;

Bepalingen nopens het verleenen van een weekkrediet voor gelden, te betalen op de ontvangkantoren der invoerrechten en accijnzen;

Regeling der ziekenverzorging; Instelling van een Fonds ten behoeve van do mijnstreken

en daarmede verband houdende voorzieningen; Verklaring van het algemeen nut der onteigening van

eigendommen, noodig voor den bouw van arbeiderswoningen te Amersfoort;

Verklaring van het algemeen nut der onteigening van eigendommen, noodig voor den bouw van arbeiderswoningen te Beek (L.) ;

Verklaring van het algemeen nut der onteigening ten behoeve van de Landbouwhoogeschool en van het Rijksproef-station voor Zaadcontróle t© Wageningen;

Goedkeuring van het op 11 Mei 1920 te Caracas tusschen Nederland en de Vereenigde Staten van Venezuela gesloten verdrag tot borstel der diplomatieke betrekkingen tusschen de beide Staten;

Verklaring van het algemeen nut der onteigening ton behoeve van uitbreiding van het stationsemplacement Breda;

7

2de VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Mededeeling van ingekomen stukken.

(Voorzitter.) Beschikbaarstelling van een renteloos voorschot uit 's Rijks

kas ten behoeve van de N. V. ..Waterleidingmaatschappij Woord West Brabant", gevestigd te Oudenbosch;

Wijziging van de Postwet (Staatsblad, 1919, n°. 643), de Pakketpostwet (Staatsblad 1917, n°. 566), en andere wetten, waarin bepalingen voorkomen, op het vervoer per post be-trekking hebbende;

Verklaring van het algemeen nut der onteigening ten behoeve van aanleg van een spoorweg Roodeschool—Delfzijl;

Aanwijzing van het Staatsboschbeheer als Staatsbedrijf; Verklaring van het algemeen nut der onteigening van

gronden, noodig voor den bouw van woningen te Amsterdam .(aan en nabij de Ringvaart van de Watergraafsmeer);

Wijziging van de Steenhouwerswet; Wijziging varo de Caissonwet-1905; Wijziging van de Phosphorluciferswet-1901; Wijziging van de Veiligheidswet, en Wijziging van de Stuwadoorswet; Wijziging van de begrooting van inkomsten en uitgaven

Van de Posterijen, de Telegrafie en' Telefonie over het dienst-jaar 1920;

Regeling ân het bewaarschoolonderwijs; Wijziging van het VlIIste hoofdstuk der Staatsbegrooting

Soor het dienstjaar 1920 (Verschillende artikelen); _ Verklaring van het algemeen nut der onteigening van

eigendommen, noodig voor den bouw van arbeiderswoningen te Rotterdam;

Tijdelijke afwijkingen van de Militiewet; Landstormvoorzieningen; Verhooging van hoofdstuk I I der Staatsbegrooting; Verhooging van hoofdstuk I I I der Staatsbegrooting; .Verhooging van hoofdstuk IV der Staatsbegrooting; Verhooging van hoofdstuk V der Staatsbegrooting; Verhooging van hoofdstuk V 4 der Staatsbegrooting; .Verhooging van hoofdstuk VI der Staatsbegrooting; .Verhooging van hoofdstuk V I I B der Staatsbegrooting; VerhoQging van hoofdstuk V I I I der Staatsbegrooting; Verhooging van hoofdstuk IX der Staatsbegrooting; Verhooging van hoofdstuk X der Staatsbegrooting; .Verhooging van hoofdstuk X A der Staatsbegrooting; .Verhooging van hoofdstuk XI der Staatsbegrooting, alle voor het dienstjaar 1920; Bekrachtiging eener overeenkomst met de Nederlandsche

Handelmaatschappij voor den verkoop in Nederland van de voor Landsrekenmg in Nederlandsck-Indië gewonnen voort-brengselen van land- en mijnbouw, na afloop van de overeen-komst, bekrachtigd bij de wet van 27 November 1919 (Staats-blad n°. 783);

Wijziging en verhooging van hoofdstuk V der Staats-begrooting voor het dienstjaar 1920;

Aanvulling en verhooging van het l i l d e hoofdstuk der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1920;

Verhooging van hoofdstuk V A der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1920;

Wijziging en aanvulling ven art. 22 van de Postwet (Staatsblad n°. 543 van 1919) (Postchèque- en girodienst);

Wijziging en nadere aanvulling der begrooling van mid-delen van Nederlandsch-Indië voor het dientsjaar 1920;

Nadere wijziging en aanvulling van de Indische Taiiefwet; Wijziging en aanvulling van de begrooling van inkomsten

en uitgaven van het Leeninjrfonds l9 l4 voor hot dienstjaar 1920, alsmede van het Vilde hoofdstuk A der Staat?l>egroo-ting voor het dienstjaar 1920;

Goedkeuring van den onderhandschen verkoop aan het Roomsen-Katholiek kerkbestuur van den heiligen Joseph te Delfzijl van voormaligen vestinggrond, kadastraal bekend: aldaar, sectie C, n°. 2286, groot 30,75 aren;

Goedkeuring van den onderhandschen verkoop aan de gemeente Delfzijl van voormaligen vestinggrond, kadastraal Bekend: gemeente Delfzijl, sectie C, nos. 1384, 2287, 2165, 1980 en 1979. te zamen groot 1.06.94 H.A. ;

Vaststelling van de begrooting van uitgaven ten behoeve van de voltooiing van het vestingstelsel, dienst 1921;

Verklaring van het algemeen nut der onteigening ten be-hoeve van verbouwing van het stationsemplacement Gouda;

Wettelijke bescherming van het diploma voor ziekenver-pleging;

Bepalingen betreffende de jacht; Aanvulling en verhooging van het tiende hoofdstuk der

Staatsbegrooting voor bet dienstjaar 1920 (Verleening van finanuieelen steun aan de Stoomvaartmaatschappii „Zee-land") .

Deze ontwerpen van wet, welke met de daarbij behoo-rende stukken reeds zijn gedrukt en rondgedeeld, zullen worden gezonden aan de af deelingen of aan de te be-noemen begrootingscommissies;

3°. de volgende Koninklijke besluiten: een, van 2 Juli 1920 n°. 68, waarbij aan den heer jhr. G.

A. A. Alting von Geusau, met ingang van 2 Juli 1920, op zijn verzoek, eervol ontslag wordt verleend als lid van den Burgerlijken Pensioenraad en van den Pensioenraad voor de Gemeente-ambtenaren;

een, van 13 Augustus 1920 n°. 92, waarbij aan den majoor-titulair op non-activiteit van het wapen der infanterie L. F . Duymaer van Twist, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, de titulaire rang van luitenant-kolonel wordt verleend;

een, van 14 September 1920 n°. 52, betreffende de sluiting van de vorige Zitting der Staten-Generaal;

een, van 16 September 1920 n". 25, betreffende de benoe-ming van den heer J . J . G. baron van Voorst tot Voorst tot Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal ge-durende de zitting, die zal aanvangen op den derden Dinsdag in September 1920.

Deze besluiten worden voor kennisgeving aangenomen;

4°. 57 missives van do Eerste Kamer der Staten-Generaal, dat zij zich heeft vereenigd met de haar door de Tweede Kamer toegezonden voorstellen van wet.

Deze missives, welke betrekking hebben op de ontwer-pen van wet, aangenomen in de vergaderingen van de Eerste Kamer van 20, 22, 23, 27, 28, 29 Juli 1920, wor-den voor kennisgeving aangenomen;

6°. 266 missives van den directeur van het Kabinet der Koningin, houdende kennisgeving, dat Hare Majesteit heeft goedgekeurd even zooveel door de Staten-Generaal aange-nomen voorstellen van wet.

Deze missives, betrekking hebbende op de ontwerpen van wet, welke door de Eerste Kamer zijn aangenomen in haar vergaderingen van 30 Juni, 1 en 2 Juli 1920, worden voor kennisgeving aangenomen;

6°. de volgende missives: een, van den Minister van Koloniën, ten geleide van de

verslagen van de Algemeene Rekenkamers in Nederland en in Nederlandsch-Indië, bercffende haar werkzaamheden over 1918;

een, van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op het adres van G. A. Zeldenrust, gewezen ambtenaar bdj de uit-

8


(Voorzitter.) voering der Distributiewet te Amsterdam, houdende verzoek om uitbetaling van hem z.i. toekomend traktement;

een, van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, houdende inlichtingen op het adres van S. L. Rood-schild, te 's Gravenhage, houdende verzoek om schadever-goeding in verband met een hem niet verstrekte uitvoerver-gunning voor oude schoenen en oud leder;

eon, van den Minister van Koloniën, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op twee adressen van de Koloniale Staten van Suriname, betreffende de uitgifte van bauxiet-cojicessies;

een, van den Minister van Koloniën, ten geleide van de in 1918 en 1919 afgelegde verklaringen aangaande de verhou-ding tot den Lando van eenige zelfbesturende landschappen in de gewesten Oostkust van Sumatra, Westcraf deeling van Borneo, Celebes en Onderhoorigheden en Timor en Önder-hoorigheden, en de verplichtingen van hun bestuurders jegens de Regeering van Nederlandsch-Indië, met bijbehoo-rende Nota van Toelichting.

Deze stukken zijn reeds gedrukt en rondgedeeld;

een, van den Minister van Financiën, ten geleide van de rekening van inkomsten en uitgaven van het Staatsmuntbe-drijf over bet dienstjaar 1917, met de daarbii behoorende balans, winst-en-verlies- en kapitaal-rekening.

Deze stukken zullen niet worden gedrukt en rondge*-deeld, doch ter griffie nedergelegd ter inzage van de leden;

een, van den Minister van Oorlog, ten geleide van het Algemeen Verslag nopens de werken, welke voor de vol-tooiing van het Vestingstelsel tot stand gekomen of in uit-voeiïng zijn ;

een, van. den Minister van Oorlog, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op het adres ven D. van Brouwers-haven, te Gorinchem, houdende verzoek om vergoeding van door hem geleden financieele schade in verband met het bezorgen van brood aan militairen in de forten of leger-plaatsen nabij Gorinchem gedurende de mobilisatie;

een, van den Minister van Koloniën, ten geleide van een afschrift van het Koninklijk besluit van 9 Augustus 1920 n°. 59 (Staatsblad n°. 690), tot af- en overschrijving van het Iste op het I lde hoofdstuk der begrooting van uitgaven van Nederlandsch-Indië voor het dienstjaar 1919;

een, van den Minister van Financiën, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op het adres van W. Schilperoort. ge-wezen Rijksklerk 1ste klasse bij de administratie der directe belastingen, invoerrechten en accijnzen, te Breda, houdende verzoek om verhooging van zijn pensioen tot het bedrag, dat hij genoten zou hebben, indien zijn zijdelingsehe dienst-tijd werd medegerekend.

Deze stukken zijn reeds gedrukt en rondgedeeld;

een, van den Minister van Financiën, ten geleide van het door den mnntmeester opgemaakte verslag met de daarbij behoorende bijlagen, betreffende de muntwerkzaamhedeu over het jaar 1919.

Deze missive is reeds gedrukt en met de ingezonden exemplaren van het verslag aan de leden rondgedeeld;

een, van den Minister van Binnenlandsche Zaken, ten ge-leide van de rekening wegens de inkomsten en uitgaven vaa het Staatsbedrijf der Algemeene Landsdrukkerij over het dienstjaar 1918, met de daarbii behoorende balans, kapitaal-rekening en winst-en-verliesrekening.

Deze stukken zullen niet worden gedrukt en rondge-deeld, doch ter griffie nedergelegd ter inzage van de leden;

een, van den Minister van Oorlog, houdende inlichtingen op het adres van J . Rosenbrand, te 's Gravenhage, en J .

Augustus, te Heerlerheide (Heerlen), beiden voorheen mare» chaussee bij de 2de divisie Koninklijke marechaussee, hou-dends verzoek om schadevergoeding in verband met de over-neming van hun paarden door het Rijk bij het verlaten van den militairen dienst;

een, van den Minister van Koloniën, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op het adres van mr. A. A. de Vries, oud-lid van den Raad van Justitie te Batavia en oud-admi-nistrateur bij het Ministerie van Koloniën te 's Gravenhage, betreffende de regeling van zijn pensioen in verband met de in de wet tot regeling van de pensioenen der burgerb'ike ambtenaren voorkomende bepaling, dat Indisch en Neder-landsoh pensioen niet gelijktijdig kan worden genoten boven eon gezamenlijk bedrag van f 3000;

oen, van den Minister van Arbeid, houdende inlichtingeu op het adres van B. Bruinink, te Harderwijk, betreffende hot niet uitbetalen van rente door de Rijksverzekeringsbank aan de weduwe R. Bruinink, wegens het om het leven komen van haar zoon;

een, van den Minister van Oorlog, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op het adres van J . Borg. landstorm-plichtig sergeant der infanterie, dienende bij het grens-wachtdetachement Coevorden, te Coevorden, houdende ver-zoek om uitbetaling van de bijzondere toelage ingevolge Legerorder 1919, B 276;

een, van den Minifier van Landbouw, Nijverheid en Han-del, houdende iutrekking van het ontwerp van wet tot ver-hooging van het tiende hoofdstuk der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1919 (aankoop landgoed „Planken Wam-buis" ) .

Deze stukken zijn reeds gedrukt en rondgedeeld; een, van den Minister van Oorlog, ten geleide van twee

exemplaren van het rapport der Commissie tot onderzoek naar de organisatie en de werking van den militairen phar-maceutischen dienst.

Deze missive is reeds gedrukt en rondgedeeld; de in-gezonden exemplaren van het rapport zijn ter griffie nedergelegd, ter inzage van de leden;

een, \an den Minister van Financiën, betreffende het ver-vaardigen en in oralcop brengen in Hongarije van uit zijde gemaakto bank- en muutbiljetten.

Deze missive, welke reeds is gedrukt en rondgedeeld, wordt voor kennisgeving aangenomen;

een, van den Minister van Oorlog, ten geleide van het advies van do Isto afdeeling van den Raad van Defensie, mei een daarbij behoorende nota van de leden M. D. A. For-bes Wels en F . J . H . Evers van dien Raad. betrekking heb-bende op het ontwerp van wet nopens maatregelen en werken aoodig tot voorziening in de belangen van de landsverdedi-±ring in verband met de afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee.

Deze missive is êeds gedrukt en rondgedeeld; de bij deze missive ingezonden stukken zijn ter griffie nedejv gelegd ter kennisneming vcor d* leden;

een, van den Minister van Financiën, houdende intrek-k m g van het ontwerp van wet tot heffing van oen vermo-£tnsaanwasbolasting;

een, van den Minister van Koloniën, ten geleide van een Nota van Inlichtingen op het adres van R. S. Casajangan Soripada, Oost-Indisch ambtenaar met verlof te Leiden, houdende verzoek om uitbetaling van hem z. i. nog toe-komend? inkomsten.

Deze stukken zijn reeds gedrukt en rondsedeeld; een, van den Minister van Oorlog, ten geleide van «\ia

staat van ontvangsten wegens door het Departement vaa Oorlog gedane verstrekkingen in het jaar 1919.

Deze stukken zullen niet worden gedrukt en rondge~ deeld, doch ter griffie nedergelegd ter inzage van de leden;



(Voorzitter.) een, van de Eerste Kamer, houdende niededeeling van een

bh, die Kamer bezorgd aan de Staton-Generaal gericht tele-gram van de:i Voorzitter van den Volksraad, waarbij wordt verzocht: 1°. ingeval de Minister van Koloniën in de door den Volksraad met groote meerderheid aangenomen bela&-tingvoorstellen ingrijpende wijzigingen mocht brengen, deze in hun oorspronkelijken vorm te herstellen, en 2°. het ontwerp van wet tot wijziging1 van art. 62 van het Regee-ïïngsreglenient (Inlandsen grondbezit) niet te willen aan-noinen, doch ter fine van nader advies na raadpleging van den Volksraad aan de Indische Regeering te doen terug-zenden.

Deze missive wordt voor kennisgeving aangenomen;

een, van den Voorzitter van den Volksraad. ten geleide van twee in de vergaderingen van dien Raad van 5 en 7 Juli j.920 aangenomen moties van dezelfde strekking als het zooeven medegedeelde telegram.

Deze stukken, waarvan mededeeling is gedaan aan Je begiootingscoinmissie voor de Indische begrooting, wor-den voor kennisneming aangenomen;

een, van den Ministor van Arbeid, ten geleide van 105 exemplaren van een aanschrijving aan de gemeentebesturen beseffende den steun voor woningbouw.

De ingezonden exemplaren dezer aanschrijving zijn aan de leden rondgedeeld;

©on, van den Minister van Buitenlandsche Zaken, ten R*-leide van 104 exemplaren van een verhandeling van pro?, dr. H. Brugnians, hoogleovaar aan de universiteit van Am-sterdam, getiteld: ,,De Wielingen, Rechten en Belangen".

De ingezonden exemplaren dezer verhandeling1 zijn aan de leden ïondgodeela;

een, van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Han-del. ten geleide van 103 exemplaren van de balans en de verlies-en-winstrekening van het tijdelijk „Bureau voor de distributie van Graan en Meel", per 31 Juli en 2 Augustus 1920, met bijlagen.

De ingezonden exemplaren van de balans en verlies-en-winstrekening zijn aan de leden rondgedeeld;

een. van de ..Anscliluss-Ausschuss des Tiroler Landtages, politische Gruppe", waarbij wordt toegezonden een afschrift van een tot den Raad van den Volkenbond en den Franschen Senaat gerichte protestnota, in zake de aansluiting van Tirol bij Duitschland;

een, van den Voorzitter der Eerste Kamer, houdende mede-deeling, dot door die Kamer zijn benoemd tot leden der Gemengde Commissie voor de Stenografie, de heeren H. P . Staal, mr. W. L. baron de Vos van Steenwijk en jhr. mr. E. X. A. Verheijen.

Deze stukken worden voor kennisgeving aangenomen;

7J. twee adressen, houdende verzoek om benoeming tot commies-griffier der Kamer, van:

L. W. R. van Deventer, doctorandus in de staatsweten-schappen en candidaat in de Nedsrlandsdie letteren, admini-etratief ambtenaar 1ste klasse bij de Yisscherij-inspectie, plaatsvervangend chef van de afdeeling Verslag en Statistiek, te 's Gravenhage;

mr. E . EL J . baron van Voorst tot Voorst, secretaris der •permanente Commissie van Be'-oep voor het Staatsbedrijf der Posterijen, de Telegrafie en Telefonie, te 's Gravenhage.

Deze adressen zullen ter griffie worden nodergelegd, ter inzage van de leden, en de namen van adressanten zullen worden geplaatst op oon lijst van sollicitanten;

Handelingen der Staten-Generaal. — 1920—1921. — I I .

8°. de volgende verzoekschriften: een, betreffende het voorstel van wet van den heer Rutgers

c.s. tot wijziging der Drankwet, van: burgemeester en wethouders van Utrecht; den raad der gemeente Hardinxveld; een, betreffende het ontwerp van wet tot wijziging der

Postwet (Staatsblad 1919, n°. 543), van den voorzitter en den secretaris namens het dagelijksch bestuur van het Ver-bond van Nederlandsche Fabrikanten-Vereenigingen;

een, betreffende het ontwerp van wet tot wijziging en aan-vulling van de bepalingen van het Burgerlijk Wetboek omtrent de erfopvolging, van den voorzitter en den secretaris van het bestuur van de Groninger Maatschappij van Land-bouw;

twee, betreffende het ontwerp van wet betreffende het opleggen van voorloopige aanslagen in de directe belastingen, van;

den voorzitter en den secretaris namens het dagelijksch bestuur van het Verbond van Nederlandsche Fabrikanten-Vereenigingen ;

de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Rotterdam; twee, betreffende het ontwerp van wet tot nadere regeling

van het muziekauteursrecht, van: A. H. A. Bakker, te Amsterdam, e. a., allen importeurs

van en handelaren in rollen, platen en andere voorwerpen, bestemd om muziekwerken langs mechanischen weg ten gehoore te brengen, en

mr. H . J . Biederlack, advocaat en procureur, te Am-sterdam ;

zes, betreffende het ontwerp van wet tot wijziging van de Huurcommissiewet, van:

de voorzitters van de Huurcommissies I , I I , IV—VI te Amsterdam;

F . la Fontaine, te 's Gravenhage; drie, betreffende het ontwerp van wet tot wijziging der

Gemeentewet en der wet op de Inkomstenbelasting 1914, van:

den voorzitter en den secretaris der Vereeniging Bussum's Gemeentebelangen;

den raad der gemeente Watergraafsmeer; de directie, namens het bestuur der Vereeniging van Neder-

landsche Gemeenten; een, betreffende de derde uitkeering aan de gemeenten uit

de opbrengst der oorlogswinstbelasting, van burgemeester en wethouders van Schiedam;

een, betreffende het ontwerp van wet tot herziening van verschillende titels van het Tweede Boek van het Wetboek van Koophandel, enz., van de wd. voorzitter en den secretaris van de Nederlandsche Juristenvereeniging;

drie, betreffende de ontwerpen Pensioenwetten voor de Land- en Zeemacht:

van den voorzitter en den secretaris van het comité tot behartiging van de algemeene belangen van het marine-personeel beneden den rang van officier;

twee, van den voorzitter en den secretaris namens het hoofd-bestuur van den Koninklijken Bond van gepensionneerde en eervol ontslagen militaire officieren van Moederland en Kolo-niën en hunne weduwen ,,Beudor", te 's Gravenhage;

een, van J . Arents, te Helder, e. a., allen machinisten der Koninklijke marine, houdende verzoek te bevorderen, dat de bij de nieuwe militaire pensioenwetten voorgestelde verhoo-ging van hun pensioenen voor Indische jaren in overeen-stemming worde gebracht met hun rang;

een, van de besturen der gemeenten Akersloot en 42 andere gemeenten, houdende verzcek de schade, die zij geloden heb-

10 " " ' ' I ' *

2de VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Mededeuliug van ingekomen stukken.

(Voorzitter.) ben door de prijsdaling van carbidK door hot Rijk te doen vergoeden;

een, van den voorzitter en den secretaris van den Konink-lijken Bond van gepensionneerde en eervol ontslagen militaire officieren van Moederland en Koloniën en hun weduwen „Bendor", te 's Gravenhcge, houdende verzoek aan de nieuwe pensioenregeling voor de Indische officieren terugwerkende kracht te verleenen ook ten aanzien van de vóór 1 Januari 1920 gepensionneeraen;

een, van den voorzitter en den lste-secretaris van het hoofd-bestuur van den Nederlandschen Bond van Gemeente-ambtenaren betreffende een tot de Kamer gericht adres van ambtenaren in dienst der gemeente Watergraafsmeer in zake het wetsontwerp tot uitbreiding van het grondgebied der ge-incente Amsterdam;

een, van den voorzitter en den secretaris van den Centralen Bond van Post-, Telegraaf" en Telefoonpersoneel, ten vervolge op een vorig tot de Kamer gericht adres betreffende de sala-rieering van assistenten, conducteurs en hoofdbestellers der posterijen en telegrafie;

een, van den secretaris, namens het bestuur der afdeeling Gorincliem der vereeniging' „Ons Belang", Vereeniging van Onderofficieren, enz., houdende verzoet om regeling van de salarissen der onderofficieren, zooals door die vereeniging is .voorgesteld;

twee, van den voorzitter en den lste-secretaris der ver-eeniging „Pensioenbelang", te Helder, houdende verzoek om verhooging der pensioenen;

een, van den voorzitter en den secretaris van het comité tot behartiging van de algemeone belangen van het mariueper-soneel beneden den rang van officier, te Helder, betreffende de bezoldiging van het militair personeel der zeemacht;

oen, vain den voorzitter en den secretaris van het Neder-landsch Verbond van Vakvereenigingen te Amsterdam, kou-dende verzoek om verhooging van de salarissen der arbei-ders en ambtenaren in 's Rijks dienst;

een, van den voorzitter en den secretaris van het hoofd-bostuur van den Nederlandschen Roomsen-Katholieken Onderofficiersbond „Sint Martinus", te Amersfoort, kou-dende verzoek aan het militair personeel over 1920 een toeslag te verleenen;

een, van G. J . M. baron van Slingelandt, te Voorburg, houdende verzoek om wijziging der Motor- en Rijwielwet;

een, van den voorzitter en den secretaris van de Broeder-iBchap van Commissarissen van Politie in Nederlandsch-Indië, houdende verzoek om den steun der Kamer voor vijf in afschrift daarbij gevoegde verzoekschriften aan den Goe-verneur-Generaal van Nedertlandsph-Indië, betrfetf f ende: 1°. het medetellen van den tijd, doorgebracht in buiteu-landsch verlof, als werkelijke diensttijd; 2°. verhooging der verlofstraktementen j 3°. net opnemen van personen van vreemde nationaliteit bij de Algemeene Politie; 4". het ver-voeren van commissarissen van politie der 2de klasse in de eerste klasse op do mailschepen; 5°. de benoeming van of fi-eieren tot commissaris van politie der 1ste klasse;

een, van B. Boekhoudt, gepeiisionneerd districtscommis-saiis in Suriname, te Soestdijk, betreffende het medetellen bij den vcor pensioen geldigen diensttijd van West-Indische ambtenaren van den tijd met buitonlandsch verlof doorge-bracht en betreffende verhooging dier pensioenen;

een, van den lste-secretaris namens het hoofdbestuur der Vereeniging van Bouwkundigen in Nederlandsch-Indië, be-treffende de moeilijkheden in zake personeelyoorziening voor de technische diensten in Nederlandsch-Indië en de oprich-ting van een middelbare technische school daar te lande;

een ; van den voorzitter en den secretaris der Lc«dsenver-ecnigmg „Nederland", te Rotterdam, houdende verzoek om de medewerking der Kamer om het loodswezen te doen re*-eorteeren onder het Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel, of wel onder oen afzonderlijk op te richten De-partement van Handel en Scheepvaart;

een, van C. d« Vries, te Amsterdam, betreffende een door hem ontdekt middel tot bestrijding von het mond- en k la uw-zeer en de veepest;

een, van den raad der gemeente Helmond, betreffende ver-hooging der pensioenen van de gemeente-ambtenaren en hun weduwen en weezen met 40 pet.;

een, van burgemeester en wethouders van Velsen, betref -fende het gedeeltelijk ten laste der gemeenten brengen van de kosten wegens uitkeeringen aan gedemobiliseerden;

een, van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Veendam—Wildervank, betreffende verbetering van de dienstregeling van de spoorwegen, in verband met de be-langen der veenkoloniën;

een, van den voorzitter en den secretaris, namens het hoofd-bestuur van den Bond voor Staatspensionneering, houdende verzoek om verhooging der ouderdomsrente;

een, van mevr. de wed. A. J . de Blécourt—Timmermans, te 's Gravenhage, houdende verzoek de 40 pet. verhooging der pensioenen ook uit te betalen aan hen. wier pensioen tus-schen 1 Januari 1920 en den datum van inwerkingtreding der wet verviel;

een', van den secretaris van het Algemeen Comité uit de Bonden van Overheidspersoneel, houdende verzoek aan het geheele Rijkspersoneel over 1920 een voorloopige salarisver-. hooging van f 300 toe te kennen; '

een, van den voorzitter en den secretaris van den Centralen Bcnd van Ned. Post-, Telegraaf, en Telefoonpersoneel, hou-dende verzoek om voorziening in den nood van het Rijksper-soneel;

een, van E. Brummelman, te Oldenzaal, houdende verzoek om verhooging van de rente der Rijkspostepaarbankboekjes en der Staatsschuldboekjes;

een, van het dagelijksch bestuur der Vereeniging von Ren-tetrekkers, betreffende het nemen van maatregelen tot voor-ziening in den noodtoestand, waarin de rentetrekkers inge-volge de Ongevallenwet-1901 verkeeren;

een, van1 H. J . Walle, gepens. adjunct-commies der Maat-schappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen, te Leiden, hou» dende verzoek om verhooging der pensioenen van het spoor-wcgpersoDeel;

een, van den raad der gemeente Appingedam, houdende odhaesie aan de motie van den raad der gemeente Belling-wolde in zake het nemen van maatregelen tegen den hoogen roggebroodprijs en houdende verzoek in ieder geval te bevor-deren, dat in de plaats van een toeslag op den prijs van het bruinbroodmeel een toeslag vanwege het Rijk worde verleend op den prijs van de rogge of het roggebrood voor die streken, waar het roggebrood als volksvoedsel een groote plaats in-neemt;

een, van den voorzitter en den secretaris van de Vereeniging van Militaire Kapelmeesters der Nederlandsche Landmacht betreffende de salarieering en de pensionneering der militaire kapelmeesters;

een, van C. Colijn, te 's Gravenhage, houdende verzoek om uitbetaling van haar h. i. toekomende ouderdomsrente;

een, van J . van Goor, arbeider te Bonnerveen, gem. Gieten, betreffende verkooging van de huur van hem toebehoorende woningen;

een, van J. A. Saurel, gepens. kapitein der infanterie van het leger in Ned.-Indië, te s Gravenhage, houdende verzoek om herstel van het hem z. i. aangedaan onrecht door zijn niet-bevordering tot majoor;

een, van denzelfde, betreffende den datum van ingang van zijn ontslag en houdende verzoek om uitbetaling van hem z. i. nog toekomende bezoldiging;

een', van J . Grous, te 's Hertogenbosch, betreffende de behandeling van zijn vorige tot de Kamer gerichte adressen;

een, van K. Weerdmeester, hulpkommies op daggeld te Drieborg, gem. Beerta, houdende verzoek om uitbetaling van een bijzondere toelage;

11

2d« VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Mededeeling van ingekomen stukken.

(Voorzitter.) een, van E. van Gunst, te 's Gravenhage, betreffende het

aan zijn eehtgenoote uitbetaalde voorschot op den duurtebij-slag 1919 en betreffende de berekening van zijn aalaris en dat van zij© eehtgenoote;

een,' van A. Deen. gepens. sergeant-majoor-administrateur van het 23ste bataljon L.W.I . , te 's Gravenhage, houdende verzoek om toekenning van vergoeding wegens kostwinner-schap;

een, ran H. Beek, rivierventer, te Leeuwen-Beneden, gem. Wamel, betreffende de belemmering in zijn beroep door de rivierpolitie;

een, van J . H. Otto, kweeker, te Bussuin, ten vervolge op zijn vorig adres, houdende verzoek om vergoeding wegens inundatieschade;

een, van F . J . Jansens, te Breda, ten Vervolge op zijn vorig adres, houdende verzoek om schadevergoeding in verband met het niet meer gebruik maken van adressantg diensten als deskundige voor het bepalen der waarde van mobilair voor de personeel o belasting;

een, van H. Meijer, onderwijzer te Noordwolde (Zand-huizen). gemeente .Weststellingwerf, houdende verzoek om uitbetaling' van een extra-maand salaris;

een, van H. L. Roelfsema, gepensionneerd dirigeerend officier van gezondheid der 1ste klasse, te Soerabaja, houden-de verzoek een onderzoek in te stellen naar de wijze, waarop hij door het Nederlandsch-Indisch legerbestuur is behandeld en om herstel van geleden onrecht;

een, van H. L. van de Ven, te Herstal (Bslgiö), betreffende een tegen hem als O.-I. militair uitgesproken veroordeeling en houdende verzoek om rechtsherstel en toekenning van een gratificatie en gagement;

een, van M. N. Bosman, smid-magazijnsknsoht ds* artil-lerie, te Hellevoetsluis, houdende verzoek om terugbetaling van door hem z. i. te veel betaalde huishuur;

een, van A. F . E. Siegert, oud-hoofdinspecteur van politie, afdeelangsehef, te Amsterdam, in zake zijn niet-benoeming tot commissaris van politie;

een, van J . G. van den Berg, magazdjnsknecht der artil-lerie, tevens tijdelijk wachter bij de batterijen, te Jutphaaa, houdende verzoek om terugbetaling van een op zijn loon gekort bedrag wegen» woning-huur;

zes adressen, houdende verzoek om vergoeding van de volle schade, geleden door het afmaken van vee, van:

N. de With, veehouder, te Lopikerkapel; M. J . Hoedeman, als voren; D. Verburg Hz., als voren, te Lopik; C. Zaal Jz., als voren; P . de Groot Wz., als voren; J . Schep, als voren;

een, van P . Mulder, gepensionneerd korporaal, te Ermel'r, houdende verzoek cm geldelijke ondersteuning;

een, van J . W. Pietera, te Schaesberg, betreffende het optreden van grensbeambten in den winkel van adressant;

een, van denzelfde, betreffende het onthouden door de belastingautoriteiten van den inslag aan adressant;

een, van P . J . Horn, te Hilversum, houdende verzoek zijn eehtgenoote in het militaire weduwenfonds op te nemen en betreffende het doen behouden van de geheele toelage door weduwen van broeders in de orde van den Nederlandschen Leeuw;

een, van douairière W. baron van Ittersum—Wolter, te Hardenbefg, houdende verzoek om verhooging van haar weduwenpensioen;

twee, van F . Modder en A. M. Modder, te Oud-Valkenburg, houdende verzoek om naturalisatie;

een, van H. J . Beulink, pakhuisknecht, gewezen dienst-plichtige van de lichting 1919, te Arnhem, houdende verzoek om toekenning van een toelage;

een, van J . Th. Smit, eervol ontslagen arts bij den dienst der pestbestrijding in Ned.-Indië en gepensionneerd officier

van gezondheid 1ste klasse bij het leger in Ned.-Indië, te Landoemg, houdende verzoek hem vrijen overtocht naar Ni-ceiland te vorleenen en vergoeding van geleden financieels schade;

een, van B. E. Stokman, electricien, te Arnhem, houdende veTzoek om uitbetaling van de uitkeering volgens L. O. 31U, § 2, punt 2a;

een, van C. Amels, broodbakker, te Heer Hugowaaid, houdende verzoek zijn zoon een hoogere uitkeering toe te kennen, wegens in den militairen dienst ontstane lichaains-gebreken;

een, van K. A. van Schelven, kapitein van de militaire administratie bij den vrijwilljgen landstorm, laatstelyic civiel-gezaghebber bij het Binnenlandsch Bestuur in Neder* landsch-Indië, houdende verzoek om terugbetaling van door hem ten behoeve zijner eehtgenoote betaalde overtochtskosten van Nederland naar Nederlandsch-Indië;

een, van J . H . van den Bergh, te Barendrecht, houdende verzoek om restitutie van een op zijn traktement ingehouden bedrag wegens onrechtmatig genoten militair pensioen;

een. van H. Stigter, gedetineerde in de centrale gevangenis voof Europeanen te Semarang, houdende verzoek hem naar Nederland op te zenden, ten einde de hem opgelegde straf te ondergaan;

een, van J . H. van Maanen, magazijnsknecht te Arnhem, ten vervolge op zijn vorig adres, houdende verzoek om uit-keering der vergoeding, bedoeld in punt 10 van Legerorder n°. 421;

een, van A. C. J . Goossens, schildersknecht, te Arnhem, ten vervolge op zijn vorig adres, houdende verzoek om uit-keering der vergoeding, bedoeld in punt 7 en 9 van Leger-order n°. 421;

een, van J . H. van Aken en twee anderen, allen adjunct-commies ter directie van de P.ijkspostspaarbank, houdende verzoek om hun op grond van de dcor hen gedane stu ' ie een extra snianr.verhoogmg toe te kennen.

Deze adressen zullen worden gesteld in handen van de betrokken commissiën;

een, van de Algemeene Ambtenaarsvereeniging te Wil-lemstad, houdende verzoek om steun bij den Minister voor onmiddellyko salarisverbetering.

Dit adres wordt als ongeteekend ter zijde gelegd,

9*. de volgende adhaesoe-verklaringen: a. aan het adres vanden raad der gemeente Schagen, in

zake wijziging van art. 59 der Gemeentewet, in dien zin.. dt.t de ingezetenen der gemeente ten opzichte van da burgem.>es-tersbanoeming medezeggenschap zullen krijgen door indie-ning eoner aanbeveling van drie personen door den raad. van :

de raden der gemeenten Cuyk c a . , Sappemeer, Wijchen; b. aan de motie van den raad der gemeente Smallinger-

land, betreffende verhooging van de Rijksuitkeering he-coeld bij art. 10 der wet van 24 Mei 1897 {Staatshlad n ' . 5 56), tot 50 pet. ven het bedrag der jaarwedden van burge-meesters en secretarissen, van:

de raden der gemeenten Cuyk c a . , Koudekerk; c. aan het voorstel van wet van den heer Rutgers c.s. tot

wijziging der Dro.nk.wet, van: de raden der geneenten Midwolda en Dordrecht; d. aan het adres van den Nationalen Bond voor Plaatï2-

lijke Keuze, in zake het voorstel van wet van den heer Ru> gers c.s. tot wijziging der Drankwet, van:

de raden der gemeenten Haarlem en Leerdam; e. aan het adres van de Nederlandsche Unie van Vrou-

wenbelangen in zake het wetsontwerp tot invoering van den kinderrechter en van de onder-toezicht-stelling van minder-jarigen, van;

http://Dro.nk.wet

12

2de .VERGADERING. ~ 23 SEPTEMBER 1920. Mededeeling v^n ingekomen stukken.

(Voorzitter.) de presidente en de secretaresse van de vereeniging

•,,Onderlinga Vrouwenbescheirning", te 'aGravenhage; de voorzitster en secretaresse van de Vereeniging van

Vrouwen uit den Economischen Bond, te 's Gravcnhage; f. aan do motie van den raad der gemeente Oud-Bcijer-

umd, in zako da reorganisatie van de politie in kot algemeen en van do gemeentepolitie in het bijzonder, van:

de raden der gemeenten Vreeswijk, Smilde, Kerkrade, 'Aalsmeer, Calijnrnlaat, Aduard, BLeinenoord, Franeku1, Boek Ófj.), Woerden, Warffum, Rijswijk (Z.-H.), Wateriu-gen, Zijpe, Grave, Winsum, Buurmnlsen, Gouderak, Hinde-'.oopeu, Yerseke, Douiawerstal, Anloo, Delft, Nieuwerkerk a/d IJssel, Nieuwe schans, Schaesberg;

ff. eau do motie van den raad dor gemeente Oud-Beijer-land, ir. zake de reorganisatie der politie in het algemeen en van de gemeentepolitie in het bijzonder, van:

den raad der gemeente Tubbergen, onder opmerking, dat rijns inziens do politie in steden voor regeling van het ver-keer niet onder de Rijkspolitie behoort gerangschikt !•'* worden;

h. aan do motie van den raad der gemeente Oud-Beyer-land, in zake de reorganisatie der politie in het algemeen en van de genieente-politie in het bijzonder, van:

den raad der gemeente Hasselt, onder mededeeling even-wel, dat bn bedeelde reorganisatie voldoende worde gezorgl, dat hot platteland niet te veel van politiepersoneel wordt ontbloot; j i. aan de motie van den raad der gemeente Bellingwolde, in zake het van Rijkswege nemen van maatregelen cm kec lOggebrcod terug te brengen op den tot voor kort geldenden pirj=, van:

de racen der gemeenten Haren (G.), Oldenzaal, Winscko-fan Kunne, Beerta, Delfzijl. Kantens, Havelte, Ambt-Vol-lenkove. Peize, Nieuwolda, Rolde, Slochteren, Sappemeer, Anloo, Termunten, Steenwijkerwold, Ncordbroek, Finster-volde ; Rvjssen, Eenrum, Steenwijk, Muntendani, Giethoorn, Ten Beer, Marum, Usquert, Emmen, Wrjke (0.), Rmille, \ \ msuni, Vlagtwedde, Borger, den Ham (0.), Wedde, Losser;

£. ran het adres van den raad der gemeente Hemelumor OHephoert, houdende bezwaren tegen het wetsontwerp in zake oen tweede uitkeering aan gemeenten uit de opbrengst oer ooriogswinstbclasting, van:

de raden der gemeenten Balk, Stavoren, Franekeradeel, Hennaarderadeel, Schiermonnikoog;

l. aan de motie van den raad der gemeente Tennunten, in z.ikc het vrijlaten der gemeenten in het bepalen van den aftrek voor noodzakelijk levensonderhoud voor den hoofde-lijken oinslag, van:

de raden der gemeenten Arkel, Midwoud, Lekkcrkerk, Barsingerhoru;

m. aan de motio van den raad dor gemeente Termunten, m zake het vrijlaten der gemeenten in het bepalen van Am nltrek voor noodzakelijk levensonderhoud voor den hoofd^ lijken omslag, van:

den raad der gemeente Terschelling, voor zooveel betrett het eerste lid dier motie;

n. aan het adres van de Kamer van Koophandel »n Fabrieken, te Rotterdam, in zake spoedige behandeling van het wetsontwerp tot herziening van verschillende titels van het Tweede Boek van het Wetboek van Koophandel, van:

de Kamers van Koophandel en Fabrieken te Utrecht, Hno-gfzand-Sappemeer, Breda, Maastricht, Meppel, Ter Neuzeu, Middelburg, Venlo, Helmond, Delft, Leeuwarden;

o. aan Let adres van de vereeniging ..Bussums Gemeeu-iebelangen", in z:<ke het wetsontwerp tot wijziging van de Gemeentewei en van de Wet op de Inkomstenbelasting 1914, van den raad der gemeente Heemstede;

p. aan do motie van de vereeniging „Indië Weerbaar", m zake de verdediging van Nederlnndsch-Indië, van:

den voorzitter, namens het bestuur van de vereeniging , .Je Maintiendrai", te Mcdan;

q. aan het adres van den Amsterdamschen Bestuurders-Lond, in zake het wetsontwerp tot wijziging der Huurlcom-nnssiewet, van:

het bestuur van den Rotterdamschen Bestuurdersbond. Deze verklaringen worden voor kennisgeving aange-

nomen;

10°. de volgende bescheiden: een missive van het gemeentebestuur van Kwadijk. hou-

dende kennisgevinir van een door den raad dier gemeente aangenomen motie betreffende reorganisatie van de politie in het algemeen en de gemeente-politie in het bijzonder;

een missive van het gemeentebestuur van Bellingwolde. ten geleide van een dcor den raad dier gemeente aangenomen motie in zake het van Rijkswege nemen van maatregelen om het roggebrood terug te brengen op den tot voor kort geiden-den prijs;

een missive van burgemeester en wethouders van Ferwer-dcradeel, betreffende het niet ontvangen van een uitkeering uit de opbrengst der oorlogswinstbelastine door die gemeente:

een missive van het gemeentebestuur van Rockanje, ten geleide van een door den raad dier gemeente aangenomen motie betreffende aanleg van de tramlijn Rockanje—Oost-voorne;

een afdruk van een door de kringvergadering van den Bond van R.-K. Xicsvcrecmgngen in den Statenkie3kring Grave aangenomen motie betreffende de beteugeling van waferrampen in N.O. Noordbrabant;

een afdruk van een door de afdeeling St. Gabriël, te Amsterdam, van den Ned. R. K. Bond van Post-, Telegraaf-en Tclefoonpersoneel St. Petrus, _ in haar vergadering op 8 September jl. aangenomen motie betreffende den nood waarin het P . T. T.-personeel verkeert;

van den secretaris namens het bestuur van de Vereeniging van Ambtenaren bij het Binnenlandsch Bestuur in Nedei-landsch-Indië, een afschrift van een door die vereeniging tot den Gouverneur-Generaal gericht adres betreffende een nieuwe salarisregeling voor de ambtenaren bij het Binnen-landsch Bestuur;

dertien moties, alle betreffende de noodzakelijkheid om verschillende maatregelen te nemen tot spoedige voorziening in den noodtoestand, waarin het Rijkspersoneel, dan wel in het bijzonder het poet-, telegraaf" en telefoonpersoneel ver-keert, aangenomen door:

het post-, telegraaf" en telefoonpersoneel te Groningen, bijeen in een vergadering op 26 Juli 1920;

de afdeelin<ren Rotterdam. Gouda. Schoonhoven en Amster-dam vax: den Centralen Bond van Post-, Telegraaf" en Tele-foonpersoncel;

het post". telegrwf- en telrfoonpersoneel te Hilversum, bijeen in een vergadering op 9 September 1920;

als voren te Goes en omstreken, bijeen in een vergadering op 12 Augustus 1920;

de gecombineerde vergadering» van af deelingen uit de samenwerkende bonden, gehouden op 15 Augustus 1920 te Hengelo;

het Rijkspersoneel in vergadei-ing bijeen te Haarlem op 11 Augustus 1920;

de vergadering van Rijkspersoneel in vergadering te 'e Hertogenbosch bijeen op 22 Augustus 1920;

het plaatselijk comité van actie te 's Gravenhage; •den voorzitter en den secretaris van de afdeeling Leo X I I I

yan den Roomsch-Katholieken Bond van P . T. T.-personeel;



(Voorzitter.) do vergadering van Post-, Telegraaf- en Telefoonperso-

neel op 10 September 1920 te Uithoorn gehouden; van het hoofdbestuur van den Bond van Marine-onderoffi-

iricicn een do;ir de op 30 en 31 Juli 1920 gehouden alg.>-inceno vergadering van dien bond aangenomen resolutie en motie betreffend* de finaneieele positie, enz. van het marinepersoneel;

van den voorzitter en den secretaris van het hoofdbestuur der vcrecniging „Indië Weerbaar" een op 24 Mei 1920 door de algemeene vergadering dier vereeniging aangenomen motie in zake de verdediging van Ncderlandsih-Indië.

twee mi.-sives van K. Schraver, g?'i>. late-luitenant, plani-selijk adjudant, to Rotterdam, ten geleide van een artikel en van een gedieht van zijn hand;

een missive van E. Janssen, bewaarder in de Bijzondere Strafgevangenis te 's Gravenhage, betreffende zijn natura-lisatie;

een missive van J . R. Falk, gedagteekend Weltevreden, 25 Mei 1920. ten geleide van ongeveer 9000 adhacsie-betui-gingen met do door hem gevoerde actie ter verkrijging van hooger pensioen veer de Indische ambtenaren;

een missive van G. T. M. baren van Slingelandt, te Voor-burg, „Ontwerp-regeling voor volontairs ter secretarie" ;

een telegram, onderteekend ..Het Personeel", waarin wordt medegedeeld, dat de overgroote meerderheid van Ker. kantoor- en bestellend personeel van het Rijkstelegraaf- en telefoonkantoor, te Rotterdam, verlangt een spoedige gelde-lijke uitkeering of voorschot en eenigszins voldoende gelde-lijke tegemoetkoming tot leniging van hun nood.

Deê stukken worden voor kennisgeving aangenomen;

11°. de volgende boekwerken: ~\an den Minister van Onderwijs, Kunsten en Weten-schappen:

1 exemplaar van „De archieven van kloosters en andere stichtingen in Delfland" door dr. J . M. Sernee en na haar overlijden voortgezet door dr. S. W. A. Drcssaers en jhr. mr. W. G. Feitii;

van den Minister van Marine: 1 exemplaar van het 34ste deel, 4de aflevering, van Je

Mededeelingen betreffende het Zeewezen; 1 exemplaar van kaait n°. 19, 20, 27, 91, 96, 152, 156, 171,

372, 254, 259, 319, 327, 416; Catalogus en aanv. bl. DVI ; van den Minister van Waterstaat: 1 exemplaar van het blad der herziene Rivierkaart serie

I I , n°. 9, Wijk bij Duurstede, met bijl>ehoorende gegevens; 1 exemplaar van de Handdinrjcn en Bijlcif/en van de beide

Enmers der Staten-Generaal, betreffende het ontwerp van wet tot afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee;

1 exemplaar van het blad Assen 3 van de Waterstaats-kaart van Nederland;

1 exemplaar van het verslag „Openbare Werken." 1919; van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel: 1 exemplaar in de Fransche taal van de laatst versohenen

afleveringen en aanvuilingslladen van het „Bulletin Inter-national des Douanes";

1 exemplaar van deel I a van het verslag der Staatscom-missie voor het Pachtvraagstuk;

van den Minister van Koloniën: 1 exemplaar van het verslag van den dieust der Zoutregie

en van de daarbij behcorende afdeelirg: Vervoer en verkoop over 191G en 1917;

1 exemplaar van het verslag van de in April en Mei 1919 to Batavia en Bandoeng gehouden examens ter verkrijging

Handelingen der Sta ten-Generaal,. — 1920-1921. — I I .

van een akte van bekwaamheid tot het geven van lager onderwijs;

1 exemplaar van het verslag van den Dienst der Pestbe-strijding over 1916 (1ste kwartaal) en over 1917; '

1 exemplaar van het advies van de technische onderwijs-commissie, met bijlagen, betreffende de opleiding1 in Nedér-landisch-Indië tot civiel, bouwkundig, werktuigkundig en scheikundig ingenieur;

1 exemplaar van de doelen V I I I en IX (anno 1919) van de Mededeelingen van den burgerlijken geneeskundigen dienst in Nederlandsch-Iudië;

li exemplaar van de ,,Statistiek der rechtsbedeeling in Nedcriandsch-Indiö ever het jaar 1907";

1 exemplaar van de ..Statistiek van den handel en de in-en uitvoerrechten in Nederlandsch-Iudië over 1918", deel I I 6 (Buitenbezittiugen);

1 exemplaar als voren over 1919, deel I I a (Java en Madoera);

1 exemplaar van de Statistiek van de Scheepvaart in Neder-landsch-lndië over 1916 en 1919;

1 exemplaar van het verslag van den zoutaanmaak op Madoera over het jaar' 1918;

1 exemplaar va n de „Mededeelingen omtrent enkele onder-werpen van algemeen belang" (afgesloten 1 Januari 1920);

1 ex. van het verslag van de Commissie tot herziening van de Staatsinrichting van Ned.-Indië;

1 ex. van het Jaarboek van Nederlandsch-Indië. 1920; 1 ex. van het Verslag van deu dienst der Arbeidsinsp?ctie

in Ned.-Indië over het jaar 1919. (Zesde Verslag); 1 ex. van het Jaarverslag over 1918 van de Opiumfabriek; 1 ex. van de Crimineele Statistiek van Ned.-Indië over

het jaar 1916; van het Centraal Bureau voor do Statistiek: 1 ex. van de statistiek van de in- en uitklaringen van zee-

en rivierschepen over 1919; 1 ex. van het verslag van dat bureau over 1919; van den griffier der Staten van Zeeland: 1 ex. van het verslag van den toestand dezer provincie over

het jaar 1919; van Gedeputeerde Staten van Drenthe: 1 ex. van het verslag der beraadslagingen in de buiten-

gewone zitting der Staten dezer provincie, gehouden op 9 Maart 1920;

van Gedeputeerde Staten van Noordhollend: 1 ex. van het Overzicht van het door de provincie Noordr

holland gesubsidieerde Vakonderwijs over 1919; van den secretaris namens curatoren der Rijksuniversiteit

te Utrecht een exemplaar van de volgende academische proef-schriften;

J. J . B . Mulder, Quaestiones nonnuliae ad athenieusiurn matrimonia vitamque coniugalem pertinentes;

P . Serton, Rotterdam als haven voor massale goederen; A. E . Ribbius Peletier, Leden-contracten; J . R. Jansma, Louis de Bils en de anatomie van zijn tijd; A. E . van Arkel, Uitvlokkingssnelheid van het seloensol; H Groot, Stralingsdruk beschouwd in verband met zijn

beieekenis voor de physica der zon; S. F . H . J . Berkelbach van der Sprenkel, Vrees en religie; S. P . Engelbrecht, Geschiedenis van de Nederduitsch

Hervormde Kerk in Zuid-Afrika, sedert den srooten trek tot aan de eerste annexatie van Transvaal. Eerste stuk;

O. van der Hagem, De clementie alexandrini sententüs oeconomicis, soeialibus, politicis;

14


(Voorzitter.) K. do Snoo, Over het aminozuur-gehalte van het bloed; H . L. van de Sande Bakhuyzen, Analyse der fototropische

fctenimingsverschijnselen; P . A. I . J . Nuysink, Over de Binet^Simonsche tests voor

12-jarigcn (1808) «n hun waarde voor het intelligentie-onderzoek van schoolgaande normale en achterlijke kinderen van 6 tot 12 jaar;

H . W. Stenvers, Klinische studie over de functie van het cerebellum en de diagnostiek der cerebellum- en Bruggehoek-

| tumoren; \ C. A. VG.II der Willigen, Onderzoekingen over den bouw van het zenuwstelsel der Lamellibranchiata;

A . M . M. van der Willigen, De Laxeerende werking van | zwavel, calomel en phenolphtaleine;

F . Daubanton, Nevel-Electricitej,t j&n Physiologisch werk-zcme stoffen, inzonderheid van Alcaloiden;

J . E. B. Blasé, Johannes Colerus en de groote twisten in de Nederlandsche Lutbersche Kerk zijner dagen;

Mr. dr. J . S. Barbas, Wijsgeerige beschouwingen over de verhouding tusschen staatkunde en zedeleer;

Balth. van der Pol Jr . , De invloed van een geioniseerd gas (op het voortschrijden van electro-magnetische golven en toe-passingen daarvan op het gebied der draadlooze telegraphie en bij metingen aan glimlichtontladingen;

M. de Waal, Onderzoek naar de insecticide kracht der com-positen, in het bijzonder van Helenium Autumnale L ;

G. Das, Foppe van Aitzema, Bijdrage tot de kennis van de diplomatieke betrekkingen der Nederlanden tot Denemarken, de Hanzesteden, den Nedersaksischen kreits en den Keizer tijdens den dertigjarigen oorlog;

1 W. A. Weisfelt, Over den invloed der heterophorie op de accommodatiebreedte;

( W. N. Dinger, Het zakelijk karakter van het recht van den eersten kooper;

H. de Groot, De herkenning en behandeling van tand-l wortelkijsten;

R. Tumbelaka, Ziekte van Redlich-Alzheimer; | M. A. MUUSSES, Koecultus bij de Hindoes;

A. Rauwerda, Physisch-Chemische eigenschappen van cytisine en de zouten;

J . B. M. Coebergh, Beschutting van geneesmiddelen tegen den invloed van licht;

van den rector-magnificus van de Rijksuniversiteit to Groningen een exemplaar van de volgende academische proefschriften:

J . J . Th. Doyer, Proeve van een onderzoek omtrent het familiair en hereditair voorkomen xan tuberculose volgens de wetenschappelijk genealogische methode;

J . de Haan, Bijdrage tot de kennis der levensverschijnse-len van witte bloedlichaampje;,;

J . Frima, Het strafproces in de Ommelanden tusschen Eems en Lauwers van 1602—1749;

G. H. ten Bruggen Cate, Determination and discussion of tho spectral classes of 700 stars mostly near the North Pole;

van den rector-magnificus van de Rijksuniversiteit te Leiden, een exemplaar van het academisch proefschrift van J . H. Heslinga: ,,Het inlandsch bestuur en zijn reorgani-satie in Nederlandsch-Indië";

van burgemeester en wethouders van Amsterdam een exemplaar van de volgende academische proefschriften:

, mr. J . C. Schreuder, Het bedrijf als grondslag der arbei-der3organisatie;

L. Bierens de Haan, Over de gezichtsscherpte bij zwakke ' verlichtingen en gering contrast, speciaal bij myopen;

F . H. ter Poorten, Over variabiliteit in de zoogenaamde Typhus-.Coligroep;

H. Boschma, Das Hal«kelet der Krokodile; M. H. P . P . van Haeff, Onderzoekingen over een nieuwe

methode ter bepaling van het atifermentgehalte van het bloed bij zwaii geren;

M. H. Coheu, Spinoza en de geneeskunde; C A . Lobry van Troostenburg de Bruyn, Bijdrage tot de

kennis der passiviteit, Onderzoekingen over ijzer en nikkel; P. M. B. van Leeuwen, Proeve van demographie in het

gebied der gezondheidscommissie, gezeteld te Purmerend; W. J . Heislerkamp, De brand-Chomngeverzekering, in het

bijzonder de bedrij f sverzekering; I . Zeehandelaar, Ontogenese uud pthylogenese der Hinter.

strangkerne in verband mit der Sensibilitat; G. A. A. C. Barnasconi, Rechten van krediteuren op per

spoor verzonden goederen; J . D. Meerwaldt, Studia ad generum dicendi historiam

pertinentia, pars I , De dionysiana virtutuni et generum di-cendi doctriua;

H . Rath, OorlogS" en vredes-chirurgie, de methoden der moderne oorlogs-chirurgie toegepast op de vredes-praktijk;

D. van Os, Bijdrage tot de Pharmacie van formaldehyde, hexamethyleentetramine en de daaruit bereide preparaten;

Th. van Schelven, Dwarse laesie's van het ruggemerg; H. de Haan, Bijdrage tot de pharmacie van het opium; van de commissie voor 's Rijks Geschiedkundige Publka-

tiën: 1 exemplaar „Aiidries Vierlingh. Tractaat van Dycka-gie", dcor dr. J . de Hullu en ir. A. G. Verhoeven;

van den secretaris van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Middelburg: 1 exemplaar van het Verslag dier Kamer over het jaar 1919;

van den secretaris van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Hoorn: 1 exemplaar van het Verslag dier Kamei over het jaar 1910;

van den directeur der Gemeentewerken van Rotterdam: 1 exemplaar van „De Haven van Rotterdam"; 1 exemplaar van de brochure „Der Hafcn von Rotterdam" ; van den directeur van den gemeentelijken woningdienst

van Amsterdam: 1 exemplaar van „Het Technisch woning-onderzo?k en de systematische perceelsbeschrijving van Amsterdam". (Inleiding en Eerste deel);

van den secretaris van het Koninklijk Nederlandsen Land-bouw-Ccmité: 1 exemplaar van het Versla? van de Hande-lin g'en over het jaar 1919 van het Koninklijk Nederlandsch Landbouw-Comité. (Verslag 1919, n°. 2 ) ;

van de direetiën der Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen en der Hollandsche IJzeren Spccrwe? Maatschappij: 1 exemplaar van het gemeenschappelijk Ver-sla? dier Maatschappijen over het jaar 1919;

van de Ned. Ind. Spoorwe? Maatschappij: 1 exemplaar van het verslag over 1919, deel I I ; 1 exemplaar van de Bescheiden van geldclijken aard,

dienstjaar 1919; 1 exemplaar van de Statistieke Opgaven 1919; alle betrekkin? hebbende op die maatschappij; van de Deli Spoorwe? Maatschappij: 1 exemplaar van het verslas1 dier maatschappij over 1919; van de Ned.-Westfaalsche Spoorwe? Maatschappij: 1 exemplaar van het versla? dier maatschappij over 1919; van do Commissie voor den Nederlandsch-Zuid-Afrikaan-

fcchen Handel, 1 exemplaar van net Verslag diejr commissie over het

jaar 1919; van de Centrale Vereenigin? voor Openbare Leeszalen en.

Bibliotheken;

http://vg.ii

15

2de VERGADERING. — Ingekomen stukken. — Verslagen uitgebracht over

(Voorzitter.) 1 exemplaar van „Leeszaaljaarboekje 1919"; van den secretaris namens de Commissie voor de Volks-

lectuur in Ned.-Iudië: 1 exemplaar van ,,Een wejr tot Volksontwikkeling" (Open-

bare bibliotheken en leeszalen); van de directie van de Centrale Werkgevers Risico-Bank: 1 exemplaar van het verslag, de balans en de rekeninjr en

verantwoording dier bank over 1919; van den Al*. Ned. Zuivelbond (F.N.Z.): 1 exemplaar van het Vapslng van dien botad over het

jaar 1919; van den schrijver P . J . L. M. Goulmy: 1 exemplaar van de brochure van zijn hand ..Een vast

gezantschap der Nederlanden bij den Heiligen Stoel" ; „De Lager-Onderwijswet" met korte aanteekeningen en

vragen ten dienste van sreineente- en schoolbesturen, hoofden en onderwijzers van lasrere scholen en kweekelingen, door J . Bergnians;

een overdruk van een artikel van J . C. van Reigeröberg Vcrsluy9 in De Indische Mercvur van 9 Juli 1920;) ,,Brand-stoffennood en brandstoffenpolitiek in Ned. Ind ië" ;

de volgende geschriften: „General Gérard und die Pfalz" von P . Jacquot; „Die Eranzosen in der Pfalz" von dr. H. Oncken; „Von Versailles zum Erieden" von Eriedrich Stampfer; „Westpreuszen als Sinnbild" von dr. Karl Hoffmann; „Was kann Deutschland leisten"; „Exposé présenté a la Commission Interalliée de Gouver-

nement et de plébiscite a Marienwerder par Ie Deutsche Ausschuss für Westpreuszen, Zentralstelle der Arbeits-gemeinschaften der politischen Parteien im westpreussischen Abstimmungsgebiet";

Eupen Malmedy Monschau. Deze boekwerken zullen worden eeplaatst in de boe-

kerij der Kamer;

B . dat de Verslagen gereed zijn, en reeds gedrukt en rondgedeeld, van de Commissie van Rapporteurs voor c.e ontwerpen van wet:

Wijziging van de Octrooiwet 1910 (staatsblad n°. 313) (70) ;'

Maatregelen tegen het onbewoond laten van woningen (380);

Wijziging der Huurcommissiewet (881); Aanvulling van de Woningnoodwet (Staatsblad 1918, n \

379) (382); Nadere wijziging van de Woningwet (3S8); Wijziging van de wet van 9 Juni 1902 (Staatsblad n°. 86)

tot regeling van de bevordering, het ontslag en het op pensioen stellen der militaire officieren bij de zeemacht en tot tijdelijke buitenwerkingstelling van enkele bepalingen dier wet (503).

De Voorzitter: Ik deel aan de Kamer mede. dat overeen-komstig de tot mij gerichte verzoeken van de Bijzondere Commissiën voor de ontwerpen van wet:

1°. betreffende invoering van het Wetboek van Militair Strafrecht en van de Wet op de Krijgstucht (84, 78) ;

2°. tot aanvulling en wijziging van de wet van 10 Novem-ber 1900 (Staatsblad n \ 176), houdende algemeene maat-regels omtrent het waterstaatsbestuur (69, 77), en

3°. tot herziening van verschillendo titels van het Tweede Boek van het Wetboek van Koophandel, enz. (448, 79),

tot verlenging van de termijnen voor het uitbrengen van

23 SEPTEMBER 1920. wetsontwerpen, enz. — Regeling van werkzaamheden.

haar verslagen, die termijnen door mij zijn verlengd: voor het ontwerp van wet sub 1°. tot 1 October 1920; voor hel ontwerp van wet sub 2". tot 31 December 1920, en voor het ontwerp van wet sub 3°. tot 1 Januari 1921. De Bijzondere Commissie voor het ontwerp van wet be-

treffende de invoering van het Wetboek van Militair Straf* recht en van de Wet op de Krijgstucht (78) kan binnen den bij art. 32, juncto 44, van het Reglement van Orde bepaalden, termijn, welke tot 1 October 1920 werd verlengd, niet met haar verslag gereed zijn. Zij verzoekt den bedoelden termijn nader te willen verlengen tot 15 October 1920.

Ik stel voor dienovereenkomstig te besluiten.


De Voorzitter: De Commissie van Rapporteurs voor het ontwerp van wet tot invoering van den kinderrechter en van de onder-toexicht-stelling van minderjarigen (75) kan bin-nen den bij art. 32 van het Reglement van Oi*de bepaalden termijn, welke tot 1 October a.s. wvrd verlengd, niet met haar verslag gereed zijn. Zij verzoekt den bedeelden termijn nader te willen verlengen tot 16 Ocicbcr U'20.

Ik stel voor dienovereenkomstig te besluiten.

Daartoe werdt besloten.

De Voorzitter: Verder deel ik mede, dat door mij is benoemd in de plaats van den kc?r Nierstrasz tot lid dei" Bijzondere Commissie voor het ontwerp van wet tot her-zieniiig van verschillende titels van het Tweede Beek van het Wetboek van Koophandel, enz. de heer van Doorn.

In overeenstemming met artikel 159 van het Reglement van Orde stel ik voor om de behandeling te hervatten van de onderwerpen, die in de vorige zitting ongedaan zijn gebleven.


De Voorzit ter: Ingevolge art. 14", van het Reglement van. Orde is een lijst opgemaakt van de adressen, waarover in de vorige zitting geen verslag is uitgebracht, met uitzou-dering van die betrekkelijk bij de Kamer in behandeling zijnde wetsontwerpen en Regeeringsbescheiden.

De op de lijst voorkomende adressen zullen worden gesteld in handen van de nieuw te benoemen Commissie voor de Verzoekschriften; de lijst zal worden opgenomen in het verslag van de Hand el in gen der Kamer.

De Voorzit ter: Volgens art. 146 van het Reglement van Orde moeten bij den aanvang van elke zitting de leden van de vaste Commissie voor Buitenlandr.che Zaken worden be-noemd. Die bsnoeming geschiedt door den Voorzitter, teuzij de Kamer anders besluite.

Wcnscht de Kamer de benoeming aan zich te houden? Zoo niet, dan worden door mij benoemd tot leden der

Commissie voor Builenlaudsche Zaken de heeren de Savorniu Lohmau, Nolens. Troelstra, Kooien, Rutgers en Dresselhuys.

Ik stel voor na de trekking der af deelingen te doen plaats hebben:

de benoeming van do leden der Huishoudelijke Commissie en van de Gemengde Commissie voor de Stenographie;

de bepaling van den tijd tot het doen van vragen, overeen. komstig art . 112 van het Reglement van Orde.


De Voorzitter: Artikel 55 van het Reglement van Orde zegt, dat bij den aanvang der Zitting door den Voorzitter 60 leden worden aangewezen om op te treden ah lid der begrootingscommissiën.

16 r , . . . L ' f ...i...ji.. ... i„ , '

2de VERGADERING. — 33 SEPTEMBER 1920. Benoeming van leden voor de af deelingen en voor commissies.

(Voorzitter.) Ik heb do begrootingsrominissifs benoemd, van welke be-

noeming gisterenavond aan de benoemde leden is kennis 'gegeven.

Alleen de beer Oudegeest, aangewezen in de l>pgrootings-'commissie voor hoofdstuk XA, beeft mij medegedeeld, dat .hij de eerste maand niet in het land zal zijn, waarom door mij de heer Sannes te zijner vervanging is aangewezen. De heef Sannes. die was opgenomen in de begrootingsconv missie voor hoofdstuk X, zal daar worden vervangen door den heer van der Waerden.

Het in art. 55 van het Reglement van Orde bedoelde overleg van den Voorzitter met de 60 leden, aangewezen om

top te treden als leden der begrootingscommissiën, heeft heden plaats gehad.

I Volgens de thans vastgestelde verdeeling der leden in 12 begrootiugscommissic-s, zullen bebooren tot de commissies:

I voor de koloniale begrootingen en hoofdstuk XI der Staats-Ibegrooting de heeren Lely, Scheurer, Albarda, van Bere-/steyn en van Ryckevorsel; | voor de hoofdstukken I , I I , VI I .4, X I I en de Wet op de ;Middelen de heeren Xolens, Schaper, Marchant, Schokking , en Rutgers; ' voor hoofdstuk I I I de hoereu Kooien, de Monté ver Loren, de Wijkerslooth de Weerdesteyn, Dresselhuys en de Jonge;

1 voor hoofdstuk IV do heeren van Sasse van Ysselt, Kleere-', keper, van Schaik, L. M. Hermans en Smeenk; . voor hoofdstuk V de heeren Rink, van der Molen, Stule-Imeijor, Eolthek en de Buisonjé; I voor hoofdstuk VA de heeren Visser van IJzendoorn, iBeumer, Ossendorp, van de Bilt en Bulten;

voor hoofdstuk VI de heeren A. P . Staalman, Fruytier, Hugenholtz, van der Voort van Zijp en Otto;

i voor hoofdstuk V U B de heeren van Wijnbergen, Fleskens, • Ter Hall, Rugge en Zijlstra; : voor hoofdstuk V I I I de heeren Duymaer van Twist, K. ter j Laan, Juten, Bonians en van Rappard; i voor hoofdstuk IX de heeren Ketelaar, Gerhard, Bongaerts, ivyan Rijzewijk en van Stapele; ,' voor hoofdstuk X de heeren Teenstra, Poels, van de Laar, ,yan der Waerden en Bakker; \ voor hoofdstuk XA de heeren Snoeck Henkemans, Sannes, de Groot, Kuiper en Schouten.

De Vergadering gaat over tot de trekking der a fde l ingen .

De uitslag daarvan is, dat zullen behooren: tot de 1ste afdeeling de heeren van Ryckevorsel, Nolens,

Kcolen, van Schaik, de Buisonjé, Ossendorp, van der Voort van Zijp, van Wijnbergen, van Rappard, van Rijzewi.ik, Teenstra, Sannes, Colijn, van Dijk, de Geer, mevrouw Groeneweg, de heeren Reijmer, de Savornin Lohman, de

f Wilde en Wintermans; \ tot de 2de afdeeling de heeren Lely, Marchant, de Wijker-slcoth de Weerdesteyn. Smeenk, Koltbek, Bulten, A. P . Staalman, Fleskens, ïhiymaer van Twist, Bongaerts, van de Laar, de Groot. Braat, Deckers, Duys, van Groenendael, Oud, van Ravesteijn, Swane en Treub;

/ tot de 3de afdeeling de neeren van Beresteyn. Schokking, Dresselhuys, van Sasse van Ysselt, Rink, van de Bilt, Hugen-holtz, Rugge, Juten, van Stapele, Poels, Kuiper, Brautigam, Engels, Haazevoet, Helsdingen, Troelstra, van Veen en Weit-kamp;

; tot de 4de afdeeling de heeren Albarda, Schaper, de Jonge, L. M. Hermans, Stulemeijer, Beumer, Otto, Zijlstra, Bomans, Gerhard, van der Waerden, Schouten, Arts, yan Doorn, Heemskerk, Henri Hermans, Oudegeest, van Vuuren, Wijnkoop en van Zadelhof f;

tot de 5de afdeeling de heeren Scheurer, Rutgers, de

Monté ver Loinn, Kleerekopcr, van der Molen, Visser van IJzendoorn, Fruytier, Ter Hall, K. ter Laan, Ketelaar, Bakker, Snoeck Henkemans, Drion, Kolkman, Kruyt, J . ter Laan, de Muralt, Abr. Staalman, van den Tempel en Wijk.

Aan de orde is:

I . de benoemjuft' van twee leden, die, met den Voorzitter der Kamer, de Commissie voor de Huishoudelijke Aange-legenhcden zullen uitmaken.

De Voorzitter: Ik heb de eer tot stemopnemers te benoe-men de heeren Snoeck Henkemans, Otto, Reijmer en de Jonge.

Ik stel voor om, met afwijking in zoover van art. 124 van het Reglement van Orde, bil deze keuze de namen der beide te benoemen leden op één briefje te plaatsen en ook geldig te verklaren de briefjes, waarop staat ,,de aftredenden of ,,de afgetreden leden".

Daaroe wordt besloten.

Bij de stemming, waaraan 72 leden deelnemen, verkrijgen de heeren Kolkman 57, Visser van IJzendoorn 55, Schaper 9, Hugenholtz 8 stemmen, de heeren Troelstra, Duys, van der Waerden en de Savornin Lohman ieder 1 stem, terwijl 2 niet ingevulde briefjes en 2 briefjes van onwaarde in de bus worden gevonden.

Aangezien de hoeren Kolkman en Visser van IJzendoorn de volstrekte meerderheid van stemmen hebben verkregen, zijn zij benoemd tot leden van de Commissie voor de Huis-houdeïijke Aangelegenheden der Kamer;

I I . de benoeming van drie leden, die. wat de Tweede Kamer betreft, tot de Gemengde Commissie voor de Steno-grafie zullen behooren.

De Voorzitter: Ik verzoek den straks benoemden heeren stemopnemers cok thans te willen fungeeren als zoodanig en stel voor om, met afwijking in zoover van art. 124 van het Reglement van Orde, ook bij deze keuze de namen der drie te benoemen leden op één briefje te plaatsen en ook geldig te verklaren de briefjes, waarop staat ,,de aftredenden" en „de afgetreden leden".


De uitslag van de stemming, waaraan 74 leden deelnemen, is, dat verkrijgen de heeren de Savornin Lohman 63, van Vuuren 59, Rink 57, Gerhard 5, van der Waerden 3, Schaper en Hugenholtz ieder 2 stemmen, de heeren Engels, Swane, Duys en van Stapele ieder 1 stem, terwijl 7 niet ingevulde briefjes in de bus worden gevonden.

Daar de heeren de Savornin Lohman, van Vuuren en Rink de volstrekte meerderheid der stemmen op zich hebben ver-eenigd, zijn zij benoemd tot leden van de Gemengde Com-miseie voor de Stenografie.

De Voorzitter: Dezelfde heeren zullen tevens uitmaken de Commissie voor het Kort Verslag van de vergaderingen der Kamer.

Ik heb de eer den heeren stemopnemers namens de Kamer dank t9 zeggen voor de door hen genomen moeite.

Ik stel nu voor om te bepalen, dat de gelegenheid tot het doen van vragen overeenkomstig art. 112 van het Regie-ment van Orde. zal worden gegeven — even-als in de vorige Zitting — eiken Vrijdag, waarop de Kamer vergadert, des namiddags te 3J uur.


De Voorzitter: Ik verzoek den leden thans sich naar de


2de VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Benoeming van voorzitters en ondervoorzitters van de afdeelingen. — Regeling van werkzaamheden.

(Voorzitter.) afdeelingen te begeven tot bet benoemeu van voorzitters en t w eede- vco r z i 11 e rs.

Na de heropening der openbare vergadering zal een verdere regelinj? van werkzaamheden aan de orde komen.

De vergadering wordt voor een half uur geschorst en daarna hervat.

De Voorzitter: Ik deel aan de Kamer mede, dat door de afdeelingen zijn benoemd:

tot voorzitters: de heeren" Nulens, de Wijkerslooth de [Weerdesteyn, Schokking, Schaperen Visser van IJzendoorn;

tot tweede-voorzitters: de heeren de Savornin Lohman, Duymner ran Twist, van Sasso van Ysselt, van Vuuren en Rutgens.

Voorts deel ik mede, dat de Centrale Afdeeling heeft be-sloten in de afdeelingen te onderzoeken op Dinsdag 5 October te 1 uur en volgende dagen de volgende ontwerpen van wet:

Nummer der Zitting 1919—1930. 1920—1931.

Wijziging en nader* aanvulling van de begrcotir.g der middelen van Nedeilandsch-Indië voor 1920 (belastingvoorstellen) en ïiadore wijziging en aanvulling van de Indische Tariefwat (565) (tl*)

Wijziging van de Postwet (Staatsblad 1919 n°. 543), de Pakketpostwet (Staatsblad 1917 n°. 566). en andere wetten, waarin be-palingen voorkomen op het vervoer per post betrekking hebbende (5*1) (127)

Wijziging en aanvulling van artikel 22 van de Postwet (Staatsblad n°. 543 vanliU9) (Postchèque- en girodienst) (564) (213)

Staatsbegrooting voor 1921 — (2) bij hoofdstukken I , I I , enz.:

Verhoogine van hoofdstukken II—V, Va, VI, Vl l f i . VIII—X, Xrt en XI der Staats-begrooting voor 1920 (Kosten pensioenver-hooging) (557) (137)

bij hoofdstuk I I I : Aanvulling en verhooging van hoofdstuk

I I I en verhooging van hoofdstuk Va der Staatsbegrooting voor 1920 (Subsidie Ver. Nederland in den Vreemde)

bij hoofdstuk V: Wijziging en verhooging van hoofdstuk V

der Staatsbegrooting voor 1920 (Verschil-lende onderwerpen)

bij hoofdstuk V i l a : Aanvulling van het Vi lde hoofdstuk A

der Staatsbegrooting voor 1919 (Rentever-goeding aan den postchèquo- en girodienst) (487)

Wijziging cu aanvulling van de be-grooting van inkomsten en uitgaven van het Leeningfoncls 1914 voor het dienstjaar 1920, alsmede van het Vi lde hoofdstuk A der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1920 —

bij hoofdstuk V I I # : Aanvulling en wijziging van de be-

grootingen van uitgaven van het Weduwen-en weezenfonds voor burgerlijke ambtenaren voor 1919 en 1920 en wijziging en ver-nooging van de begrootingen van uitgaven van het Pensioenfonds voor de gemeente-ambtenaren voor 1919 en 1920 (Verschil-lende onderwerpen) (514)

(562) (211)

(560) (209)

(100)

(60)

Handelingen der Sta. ten-Generaal, T " 1920—1921.

(106)

— I I -

Nummer der Zitting 1919—1920. 1920—:921.

Wijziging en verhooging van de be-grooting van het Staatsmuntbedrijf voor 1920 (Kosten invoering arbeidsreglement Rijkswerklieden; kosten Invaliditeitswet; gratificatiën) (518) (110)

bij hoofdstuk V I I I : Verhooging en aanvulling van het VlIIs te

hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1919 (Verschillende onderwerpen) (502) (102)

Begrooting van het „Fonds ter verbate-ring van de Kustverdediging", dienst 1919 (85) (92)

Begrooting van het ,,Fonds ter verbete-ring van de Kustverdediging", dienst 1920 (234) (93)

Wijziging van het VlI Is te hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1920 (Verschillende onderwerpen) (553) (134)

Vaststelling van de begrooting van uit-gaven, ten behoeve van de voltooiing van het vestingstelsel, dienst 1921 — (217)

bij hoofdstuk I X : Verhooging van de begrooting van het

Zuiderzeefonds en wijziging van hoofdstuk IX der Staatsbegrooting voor 1920 (Beteu-geling Amsteldiep; kosten voorbereidende werken; aankoop grond voor teelt van rijs-hout) :... (516) (108)

Wijziging van de begrooling van inkom-sten en uitgaven van de Posterijen, de Tele-grafie en Telefonie voor 1920(Verschillende onderwerpen) (549) (132)

bij hoofdstuk X: Aanvulling en verhooging van het Xde

hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1920 (Posten wegens crisisuitgavenj (481) (97)

Aanvulling en verhooging van hoofdstuk X der Staatsbegrooting voor 1920 (Ver-leening van financieelen steun aan de Stoomvaartmaatschappij Zeeland) — (239)

bij hoofdstuk XA: Wijziging van het afzonderlijk hoofdstuk

der Staatsbegrooting voor het dienstjaar 1918, dat de uitgaven bevat voor het Ministerie van Arbeid (479) (96)

Aanvulling en verhooging van hoofdstuk Xfl der Staatsbegrooting voor 1919 (Ver-schillende onderwerpen) (507) (103)

bij hoofdstuk X I : Verhooging van het kredietbedrag ter

voorziening in het kastekort van den Indi-schen dienst hier te lande gedurende het jaar 1920 (521) (112)

Bekrachtiging cener overeenkomst met de Nederlandsche Haudel-Maatschappij voor den verkoop in Nederland van de voor Landsrekening in Nederlandsch-Indië ge-wonnen voortbrengselen van land- en mijn-b ° u ^ . enz (558) ^138)

met dien verstande dat beide ontwerpen van wet behandeld zullen worden door de Commissie van Rapporteurs van de begroo-tingscommissie.

Voorts: Ontwerp-Zondagswet (444) (94) Wijziging van de Plantenziektenwet, de

Meeldauwwet 1912 en de Aardappelwet .... (471) (95)

18

2de VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Regeling Tan werkzaamheden.

(Yoorzitter.) Nummer der Zitting

1919—1920. 1920—1921.

Wijziging dor Merkenwet (482) (98) Nadere wijziging der wet van 12 Decem-

ber 1S92 (Staatsblad n°. 268) op het Neder-landorschap eu het ingezetenschap, enz. ... (483) (90)

Pensioenwetten voor de land- en zee-macht (494) (101)

Maatregelen en werken, noodig tot voor-ziening in de belangen van de landsver-dcdiging in verband met de afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee (508) (104)

Onteigening ten behoeve van aanleg van een verbindingsbaan tusschen den spoorweg Haarlem—Uitgeest nabij het station Bever-wijk en den spoorweg den Helder—Amster-dam nabij het station Krommenie—Assen-delft (511) (105)

Verbetering van de wet van den 26sten Maart 1920 (Staatsblad n°. 148), tot wijzi-ging van de termijnen bedoeld in de artike-len 523, 526 en 549 van het Burgerlijk Wat-boek en afschaffing der wet van 9 Jul i 1855 ^Staatsblad n°. 67) (515) (107)

Opleggen van voorloopige aanslagen in de directe belastingen (517) (109)

Bevordering van den aanleg en het in exploitatie brengen van een net van tram-wegen in de provincie Limburg (519) (111)

Nadere wijziging van de wet van 30 A pril 1815 (Staatsblad n°. 33*)houdende instel-ling van do Militaire Willemsorde (Ver-hooging van de riddersoldijen) (523) (111)

Onteigening voor den bouw van arbei-derswoningen te Haarlem (526) (115)

Onteigening voor den bouw van woningen te Amsterdam (uitbreiding Zuid) (527) (116)

Herziening van de wet van 14 December 1916 (Staatsblad n°. 530) tot heffing van statistiekrecht (528) (117)

Bepalingen nopens het verleenen van een weekkrediet voor gelden, te betalen op de ontvangkantoren der invoerrechten en accijnzen (529) (118)

Instelling van een fonds ten behoeve van de mijnstreken en daarmede verband hou« dende voorzieningen (532) (120)

Onteigening voor den bouw van arbei-derswoningen te Amersfoort (533) (121)

Onteigening voor den bouw van arbei-derswoningen te Beek (L.) (534) (122)

Onteigening ten behoeve van de Land-bouwhoogeschool en van het Rijksproef-station voor zaadeontröle te Wageningon ... (536) (123)

Goedkeuring van het op 11 Mei 1920 te Caracas tusschen Nederland en de Vereenig-de Staten van Venezuela gesloten verdrag tot herstel der diplomatieke betrekkingen tusschen de beide Staten (537) (124)

Onteigening ten behoeve van uitbreiding van het stationsemplacement Breda (539) (125)

Beschikbaarstelling van een renteloos voorschot uit 's Rijks kas ten behoeve van

' de N. V. ,.Waterleidingmaatschappij Noord-West-Brabant" te Oudenbosch .....*. (540) (126)

Onteigening ten behoevo van aanleg van een spoorweg Roodeschool—Delfzijl (542) (128)

Aanwijzing van het Staatsboschbeheer als Staatsbedrijf.,...., (543) (129)

Nummer der Zitting 1919-1920. 1020-1921.

Onteigening voor den bouw van woningen te Amsterdam aan en nabij de ringvaart van de Watergraafsmeer ....' (545) (130)

Wijziging van: de Steenhouwerswet; do Caissonwet 1905; de Phosphorluciferswet 1901; de Veiligheidswet en de Stuwadoor* wet (54S) (131)

Onteigening voor den bouw van arbeiders-woningen te Rotterdam (554) (135)

Goedkeuring van den onderhandschen verkoop aan het Roomsch-Katholiek Kerk-bestuur van den Heiligen Joseph to Delfzijl van voormaligen vestinggrond. kadastraal bekend aldaar, sectie C, u°. 2286, groot 30,75 aren — (215)

Goedkeuring van den onderhondschen verkoop aan de gemeente Delfzijl van voor-maligen vestinggrond. kadastraal bekend gemeente Delfzijl, sectie C, nos. 1384, 2287, 2165, 1960 en 1979, te zarnen groot 1.06.94 H.A : -_ (216)

Verklaring van het algemeen nut der ont-eigening ten behoeve van verbouwing van bet stationsemplacement Gouda — (218)

Wettelijke bescherming van het diploma voor ziekenverpleging —, (219)

Ik stel nu aan de Kamer voor om in een op Donderdag 7 October, de3 namiddags te 1 ure. te houden openbare ver-gadering over te gaan tot de benoeming van een commies-griffier.

Daartoe wordt besloten. De Voorzit ter: Het ligt in de bedoeling in deze verga de-

n n g van 7 October tevens over te gaan tot een regeling van werkzaamheden en daarbij voor te stellen om na afloop van het aan de orde gestelde afdeelingsonderzoek en wel tegen Dinsdag 19 October, te 1 uur, cenige onderwerpen aan c'e orde te stellen.

Er zal dan moeten worden overwogen welke van de navol-gen de onderwerpen dan aan de orde kunnen worden gesteld. Ik noem:

de interpellatie van den heer Weitkamp over de gevolgde zuivelpolitiek;

de interpellatie van den heer Sannes betreffende de prijzen van brcod en melk in verband met de algemeene duurte,

wanneer de Kamer die interpellaties zal hebben toegestaan. Voorts de ontwerpen van wet:

Nummer der Zitting 1919—1920. 1920—1921.

Vaststelling van hoofdstuk VI der Staats-begrooting voor 1920 (451) (37)

Wijziging van de wet van 9 Juni 1002 (Staatsblad n°. 86) tot regeling van de be-vordering, het ontslag en het op pensioen stellen der militaire officieren bü de zee-macht, enz (503) (38)

Nadere wijziging der wet van 20 Au<ms-tus 1859 (Staatsblad n°. 93), houdende"be-palingen op den loodsdienst voor zeeschepen € n z •; • (272) (29)

Gedeeltelijke herziening van de Leer-plichtwet (40) /gf\

Maatregelen tegen het onbewoond laten van woningen (3go) (32)

Wijziging der Huurcommissiewet (381) (33) Aanvulling van de Woningnoodwet

(Staatsblad 1918, n°. 379) (382) (34)

19

2de VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Regeling VÖIJ werkzaamheden.

(Voorzitter e. a.) Nummer der Kitting

1919-1920. 1920—1921. Nadere wijziging van de Woningwet ... (388) (35) Heffing van een recht voor het afgeven

van zeebrieven (356) (31) Wijziging der Gemeentewet en van de

Wet óp de Inkomstenbelasting 1914 (66) (25) Dit tijn dus de ontwerpen van wet, waaromtrent den 7den

October zal kunnen worden beslist, welke daarvan den 19den October d.a.v. in openbare behandeling kunnen worden ge-bracht. Het is natuurlijk onmogelijk en ligt dus niet in de bedoeling al deze wetsontwerpen vóór het Kerstreces af te doen, maar ik deel deze lijst mede, opdat do leden kunnen overwegen en den 7deu October bepalen, welke zij willen benandclen en welke niet. Daarbij moet in het oog worden gehouden, dat het wenschelijk is 9 November met de belinu-deling van de Staatsbcgrooting te beginnen.

De heer Oud: Mijnheer de Voorzitter! Ik zou u willen verzoeken, in overweging te willen nemen om aan de lij^t der in openbare vergadering te behandelen wetsontwerpen toe te voegen het voorstel van wet van den heer Marchant c.s. betreffende de zoogenaamde heffing in eens.

De Voorzitter: Dat kan dan ook op 7 October overwogen .worden.

De heer Kolthck: Mijnheer de Voorzitter! Ik zou willen voorstellen om de beide moties, die ik heb ingediend bij mijn interpellatie betreffende de quaesties aan het Vetbureau nog vóór de begrooting in behandeling te nemen. Do bebande-linff van die interpellatie is destijds geschorst om oen nader onderzoek te kunnen instellen. Het rapport daaromtrent is reeda lang uitgebracht en dus zou ik het zeer op prijs stellen, dat thans die inotie-3 zoo spoedig mogelijk op de agenda worden geplaatst.

De Voorzitter: Daarover kan ook op 7 October worden beslist.

De heer van der Waerden: Mijnheer de Voorzitter! Bij de wetsontwerpen, die in de afdeelingen zullen worden onderzocht, mis ik het wetsontwerp betreffend© de electrici-teitsvooizieniiifv van Nederland. Ik zou er sterk op willen aan-dringen, dit wetsontwerp nog aan de lijst toe te voegen, want op het oogenblik verkeeren tal van gemeenten en in het bijzonder de gemeente Utrecht, in buitengewoon moeilijke omstandigheden, wat de electriciteitsvoorziening betreft, terwijl ik meen, dat ook de Minister prijs stelt op een spoe-dige behandeling.

De Voorzitter: De Centrale Sectie heeft besloten, met het cog op het feit, dat de agenda voor het afdeelingsonderzoek reeds ico overvuld is, voorloopig dit wetsontwerp niet in de afdeelingen te doen onderzoeken. Het kan bij een vol-gende gelegenheid worden onderzocht.

Tniicn de heer van der Waerden echter dit wenscht, kan h r voorstellen, het door hem genoemde ontwerp van wet n':wio,{ aan de agenda voor het afdeelingsonderzoek toe te voegen.

De heer van der Waerden: Dan doe ik daartoe het voor-stel, Mijnheer de Voorzitter.

De Voorzitter: De heer van der Waerden stelt voor, het wetsontwerp betreffende de electriciteitsvoorziening van Nedorlard (114) alsnog op de agenda voor het a.s. afdeelings-onderzee!: te plaatsen.

De beraadslaging wordt geopend.

De heer de SaTornin Lohman: Mijnheer de Voorzitter'! Ik zcu u willen verzoeken, over dit voorstel Ie laten stern-men, want ik meen, dat «r reeds aooveol ontwerpen in de

(de Savornin Lohinan e. a.) afdeelingen te onderzoeken zijn, dat wij niet meer ontwerpen aan de lijst kunnen gaan toevoegen ;

De Voorzit ter : Dat is ook de reden, waarom de Centraio Sectie er van heeft afgezien.

De heer Tan BeresteTn: Mijnheer de Voorzitter! Wat de heer van der Waerden gezegd heeft is volkomen juist! Ik ben toevallig op de hoogte met hetgeen er in Utrecht gebeurt in zake de uitbreiding vau de electrische centrale en het komt mij voor, dat, waar de Regeering het besluit van de gemeente Utrecht tot uitbreiding van de electri.che centrale geschorst heeft, deze gemeente en andere gemeenten, die in dezelfde omstandigheden zullen komen, recht hebben op een zoo spoe-dig mogelijke beslissing om te weten, in welke richting het zal gaan. Dit is zeker niet een zaak om op de lange baan te schuiven, want er zijn groote belangen, ook financieele, bij betrokken.

Mijnheer de Voorzitter! Ik acht het gewenscht dat de Kamer zich hierover zoo spoedig mogelijk uitspreekt en ik ondersteun daarom het voorstel-van der Waerden.

De heer Nolens: Mijnheer de Voorzitter! Ik wil even uit-eenzetlen op welke gronden de Centrale Sectie dit ontwerp niet op de lijst voor het afdeelingsonderzoek gezet heeft.

Wij hebben er heel kalm over gesproken, en de eeniga grond, waarop wij besloten hebben het ontwerp niet op de lijst te plaatsen, was, dat er reeds zoo veel op stond, waaroii'ier wetsontwerpen, waarvan de behandeling veel tijd in beslag zal nemen, eu die tijd tot twee weken is beperkt.

Intusschen, dit ontwerp is van veel belang, en daarom heb ik reeds den wenk gegeven: misschien bestaat er enkele weken na afloop van dit eerste sectie-onderzoek wel gelegenheid, dit belangrijke wetsontwerp op een afzonderlijken dag in de afdeelingen te doen onderzoeken.

Dat is beter, omdat wij ook rekening moeten houden met den tijd. waarin al deze wetsontwerpen behandeld mcettli worden. Dat is de eenige reden, waarom de Centrale Sectie niet heeft voorgesteld, dit ontwerp in de afdeelingen te behandelen.

De Voorzit ter: Het is, zooals de heer Nolens zegt, en zooals ik zelf ook reeds gezegd heb, dat de agenda voor het afdeelingsonderzoek reeds overvol is. Daarom meende de Cen-tiale Sectie, dat dit ontwerp niet aan de lijst behoort te worden toegevoegd.

De heer van der Waerden: Mijnheer de Voorzitter! Ik wilde toch even opmerken, dat wanneer de behandeling van dit wetsontwerp wordt uitgesteld, ten gevolge daarvan greote moeilijkheden zullen ontstaan, in het bijzonder voor de pro-vincies Utrecht en Noordholland, die op het oogenblik ever-leg moeten plegen over de hoogspanningslijn, die gelegd moet worden. Dit werk wacht op de behandeling van liet wetsontwerp. Daarom geloof ik, dat het zeer noodzakelijk is, nu de prijzen van deze materialen eenigermate gezakt zijn en alle mogelijke centrales bezig zijn zich uit te breiden, Jat dit ontwerp behandeld wordt. Anders zou door dat dcor mij genoemde worden vooruitgeloopen op hetgeen de Regeering in dit opzicht wil. Het schijnt mij dus toe, dat het op liet oogenblik de tijd is, om zoo spoedig mogelijk zekerheid to geven aan de belanghebbende besturen.

De Voorzit ter: Dus u handhaaft uw voorstel?

De heer Tan d*er Waerden: Ja, Mijnheer de Voorzitter!

Het voorstel van den heer van der Waerden wordt in stemming gebracht en aangenomen met 35 tegen 22 stammen.

Vóór hebben gestemd de heeren Troektra, Ketelaar. Hel > dingen, Haazevoet, van de Bilt, Oud, Kink. van den Tempel, Henri Hermans, Abr. Staalman, van der Waerden, Teenstra, Duys, de Bujsonjé, van Beresteyn, van Schaik, Reijmer, *an Doorn, Kuiper, L. M. Hermans, van de Laar, KoltLe::.

20

2de VERGADERING. — 23 SEPTEMBER 1920. Benoeming van leden van een Commissie. — Verlof tot het houden van 2 interpellaties.

t (Voorzitter e. a.) 'Poels. de Jonge, Bulten, Wintermans, van Zadelhoff, Sannes, ivan Rijzewijk, Hugenholtz, Lely, Ter Hall, Duymaer van Twist, Kleerekoper en Gerhard,

' Te/fen hebben gestemd de heeren Engels, Snoeck Hen-'kemans. Heemskerk, de Savornin Lohmau, Rutgers, van (Dijk, van Veen, Drion, Weitkamp, de Wijkerslooth de .{Weerdesteyn, Kooien, Beumer, Schouten, Dresgelhuya, (Schokking, Zijlstra. Nolens, Deekers, de Monté ver Loren, 'Swane, Visser van IJzendoorn en de Voorzitter. L t De Voorzit ter: Ik heb de MP te benoemen tot leden van 'de Commissie voor de Verzoekschriften de heeren Scheurer, 'Oud, mevrouw Groeneweg en de heeren Swane en Reijmer.

'Aan de orde is de behandeling van: I. het verzoek Tan den heer Weitkamp om verlof tot

het richten van vragen aan den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel over de gevolgde zuivelpolitiek.

De Voorzitter: Ik stel voor, dit verzoek toe te staan.

Daartoe wordt besloten;

I I . het verzoek Tan den heer Sannes om verlof tot het richten van vragen aan den Minister van Landbouw. Nijver* heid en Handel, betreffende de prijzen van brood en melk in verband met de algemeen© duurte.

De Voorzit ter: Ik stel voor, dit verzoek toe te staan.


De vergadering wordt gesloten.


Lfjii van adressen, waarover geen ver?ln<r is uitgebracht.

L I J S T DER A D R E S S E N , in de Zitting 1910—1920 ingekomen en waarover geen verslag la uitgebracht, met uitzondering van die betrekkelijk bij de Kamer In behandeling zijnde wets-ontwerpen en Regeeringsbescheiden.

Ingekomen in do

vergadering van

Nummer van het verzoek* schrift.

Namen der adressanten. Onderwerp.

1919. 18 November.

18 November.

2 December. 4 December.

9 December.

9 December. 10 December.

23 December.

1920. 7 Januari.

10 Februari.

10 Februari. 300 2 Maart. 420

11 Maart. 443

17 Maart. 457

24 Maart.

15 April.

21 April.

131

139

158 164

172

174 1S6

249

265

29S

483

562

590

Voorzitter en algemeen secretaris namens het hoofdbestuur van don Bond van Nederlandsehe Onderwijzers te Amsterdam.

A. Lenstra en 2 anderen, hoofden van herhalings-scholen in Groningen.

Burgemeester en wethouders van Zaandam. Raad der gemeente 's-Heer Abtskerke.

Voorzitter en secretaris namens het bestuur der Vereeniging ter bevordering van het Zeevaart' onderwijs.

J. H. N. Pieters, te St. Pieter. Directie der Vereeniging van Nederlandsehe Ge-

meenten, te 's Gravenhage.

R. van der Meulen. eervol ontslagen gemeente* en onbezoldigd ryksveldwachter, te Gorssel.

G. Westerhof, leeraar aan de Rijks- Hoogere Burger-school te Neuzen.

J. ('<. Suring, hoofd der Roonisch-Katholieke school te Maarssen, en 4 anderen.

Voorzitter en secretaris van het Burgerlijk Arm-bestuur van 's Gravenmoer.

Handelsvennootschap onder de firma Gebroeders van Hoeken, te Leiden.

M. den Oudsten, eerste onderwijzer en teekenonder-wyzer aan do openbare lagere school n°. 2 te Gouda.

Th. Passtoors, arts, e. a., allen bewoners van de 87 perceelen, bewoond door iuim 600 personen, die vallen zullen onder de voorgenomen ont-eigening ten behoeve van verkeersverbetering omtrek Spui en verplaatsing der Nederlandsehe Bank te Amsterdam.

H. J. Brinkhof, eervol ontslagen bewaarder in de bijzondere strafgevangenis te Leeuwarden.

M. Dijk.

DageUjksch bestuur van de vereeniging _Roomseh-Katholieke Volksuniversiteit", te Amsterdam.

Aanneming van de motie van orde van den heer Oudogeest c.s. betreffende opheffing der Stakingswetten 1903.

Betr. de door hen genoten belooning wegens het geven van lessen aan die scholen.

Verhooging van de onderwijzerfsalarissen. Verhooging van het aantal opcenten op do

grondbelasting. Betr. het brengen onder het Departement van

Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen van de examens ter verkrijging van een diploma van stuurman en van machinist aan boord van koopvaardijschepen. .

Naturalisatie. Te besluiten tot de instelling van een Rijks-

instituut tot bestudeering van de vraag-stukken der volksopleidingen tot voorlichting van Rcgecring, gemeentebesturen en bijzon-dere organisaties, voor zoover zy zich op dat gebied bewegen.

Schadevergoeding en pensioen.

Toekenning eener gratificatie wegens door hem gemaakte extra kosten ten gevolge van den woningnood in die gemeente.

Aan de bijzondere onderwijzers, door wie de verklaring werd afgelegd, dat zy niet deel-gerechtigd wenschen te zijn in het weduwen-en wezenfonds voor burgerlijke ambtenaren, alsnog de gelegenheid te geven op deze ver-klaring terug te komen.

Uitvoering van de wet inzake het onderzoek naar het vaderschap.

Toekenning van eene tegemoetdoming in de door haar op eene leverantie hout geleden schade.

Uitbetaling van een hem z. i. toekomend bedrag voor het geven van leekenonderwijsaan die school.

Bezwaar tegen die onteigening.

Toekenning van een wachtgeld tot zyn 65ste jaar.

Geven van gelegenheid aan gevangenen tot het uitbrengen van klachten.

Toekenning van een jaarlijksch subsidie.

Handelingen der Sta ten-Generaal. 1920-1921. „ I I .

22

Lijst van adressen, waarover peen verslag ia uitgebracht.

Ingekomen Nummer van het verzoek-schrift.

in de vergadering van

Nummer van het verzoek-schrift.

Namen der adreseanten. Onderwerp.

21 April. 591 L. J. M. Hulsman, onderwijzers aan de openbare lagere school letter B te Schoten.

Betr. de berekening van zjjn salaris.

28 April. 604 Gemeentebestuur van Watergraafsmeer. Verhooging van de jaarwedden der onderwijzers. 28 April. 609 Dr. H. E. Keeser, afdeelingschef aan de Ryks-

seruminrichting. Betr. zijne salarieering.

28 April. 613 A. Jansen, huisvrouw van G. van Diek, te Zevenaar. Financieele steun. 6 Mei. 648 A. E. B. Omloo, hoofd der Rijksleerschool ver-

bonden aan de Rijkskweekschool voor onder-wijzers, te Maastricht.

Betr. zy'ne salarieering.

7 Mei, 656 Burgemeester en wethouders van Beilen. Betr. de salarieering van onderwijzers. 7 Mei 657 Burgemeester en wethouders van Vlissingen. Idem. 7 Mei. 658 A. F. E. Siegert, oud-hoofdinspecteur van politie,

te Amsterdam. Inzake zyne niet-benoeming tot commissaris

van politie in Augustus 1919. 11 Mei. 669 K. W. Elhorst, gepensionneerd hoofdinspecteur

van politie, afdeelingschef der gemeente Amster-dam, wonende aldaar.

Een onderzoek in te stellen naar zyne z. i. ongemotiveerde passeering voor commissaris van politie, enz.

12 Mei. 672 L. J. M. Hulsman, onderwyzer aan de openbare lagere school letter B te Schoten.

Betr. de berekening van salaris.

18 Mei. 684 J. 't Hart, te Rotterdam. Inzake den vaccine-dwang. 18 Mei. «90 H. van 't Vliet, te Harlingen. Schadevergoeding. 26 Mei. 703 Raad der gemeente Leek (Gr.) Verhooging van de aanvangssalarissen der on-

derwijzers. 8 Juni. 727 D. Spijler, wachtmeester 1ste klasse bjj de Konink-

lijke Militaire Academie, te Breda. Betr. de vaststelling van zijn salaris.

9 Juni. 734 P. J. TrUbels, caféhouder te Haanrade, gem. Kerk-rade.

Vergoeding van schade geleden door de sluiting van zy'n café door het militair gezag.

11 Juni. 740 R. de Meel, weduwe van E. van Heeke, te Philipine. Pensioen of onderstand. 17 Juni. 747 Voorzitter en secretaris van het Federatief Bureau

van oud- en actief dienende militairen, te Rot-terdam.

Behandeling der invaliden in het Militair In-validenhuis te Leiden.

17 Juni. 748 P. Verboon, gewezen ambtenaar ter gemeente-secretarie te Rotterdam.

Toelage uit het pensioenfonds voor de gemeente-ambtenaren.

18 Juni. 749 K. Th. Hiemsta, te Sneek. Toekenning van ouderdomsrente. 22 Juni. 758 A. C. Heijne, commies bij den Post-, Telegraaf-

en Telefoondienst in Nederlandsch-Indie, thans met buitenlandsch verlof te 's Gravenhage.

Vergoeding der door hem gemaakte kosten, veroorzaakt door gedwongen oponthoud tij-dens zijn terugreis.

23 Juni. 760 Wed. J. A. Bogaard, te Aardenburg. Uitkeering van steun ingevolge de steunregeling van 27 December 1918 en Maart 1919 voor haar in militairen dienst geweest zijnden zoon.

29 Juni. 764 Voorzitter en secretaris, namens het hoofdbestuur van den Koninklijken bond van gepensionneerde en eervol ontslagen militaire officieren van Moe-derland en Koloniën en hunne weduwen „Ben-dor" te 's Gravenhage.

Intrekking van de maximum grens van f 4000 voor de pensioenen.

29 Juni. 766 L. J. Laden berg, kantoorlooper bij het Loodswezen in het 6de district te Vlissingen.

Verbetering van salaris en in aanmerking te mogen komen voor een vaste aanstelling.

30 Juni. 770 F. R. N. van Lelyveld, te Amsterdam. Een onderzoek in te stellen naar de gedragingen en handelingen van den hoofdcommissaris van politie te 's Gravenhage, H. J. Versteeg.

1 Juli. 773 G. J. van der Laan, te Katwijk aan Zee. Vergoeding der schade, toegebracht aan een hem toebehoorend pand, waarin militairen waren ondergebracht.

Documents

de VERGADERING.€¦ · den heer griffier dien heer binnen te leiden. De heer Drion, door den griffier binnengeleid, legt de bij de Grondwet voorgeschreven eeden in handen van den