Upload
others
View
1
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
32.5Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
Bliksemstroom- en overspanningsbeveiliging Algemeen
Een selectief opgebouwde net-beveiliging wordt door een 3-traps beveiligingsconcept bereikt. De vereiste maatregelen,voor het beveiligen van de hoofdvoeding en de apparatuur tegen overspanningen, worden in onderstaande stappen ingedeeld:
Trap 1:
De bliksemstroombeveiliging (grofbeveiliging) beveiligt de hoofdvoeding en wordt in de hoofdverdeler geplaatst.De bliksemstroombeveiliging is geconstrueerd conformEN 61643-11, type 1
Trap 2:
De overspanningsbeveiligingen (middenbeveiliging) wordenvoornamelijk toegepast in de onderverdelers van de installatie(andere toepassingen zie de installatie-voorbeelden op de vol-gende pagina’s). De overspanningsbeveiligingen zijn geconstru-eerd conform EN 61643-11, type 2.
Trap 3:
Apparatuurbeveiligingen (fijnbeveiliging) dienen met name voorhet beveiligen van gevoelige apparatuur en worden in de onder-verdelingen geplaatst t.b.v. de eindgroepen, type 3.
Deze drie trappen onderscheiden zich in hoofdzaak door dehoogte van het afleidvermogen (bliksemstroom IB) en door de ver-eiste spanningsbegrenzing (restspanning). Het afleidvermogen ende vereiste spanningsbegrenzing worden bepaald door de isola-tievastheid van het gedeelte van de installatie, waar de beveili-gingscomponenten zijn toegepast. De trappen van het beveiligingsconcept dienen op elkaar te worden afgestemd. De beveiligingscomponenten dienen van el-kaar te zijn ontkoppeld. De ontkoppeling houdt in dat beveili-gings componenten met een laag afleidvermogen door de componenten met een hoger afleidvermogen worden beschermd.De leidingen, welke tussen de verschillende beveiligings compo-nenten zijn aangebracht, werken als ontkoppelings inductiviteit (zievoor de leidinglengte: installatie-gegevens en voorbeelden). Deontkoppeling kan ook met behulp van speciale inductiviteitenSP936 of SP937 worden bereikt.
4 kV 6 kV
Hoofdver deler Onderver deler Eindapparatuur
Stap 1
Ener gie- net
Bliksem - str oom I B
I B
Stootspanningsvastheid van de isolati e
Apparatuur - beveiliging
(fijn- beveiliging)
D
Stap 2 Stap 3
1,5 kV
≤ 4 kV ≤1,5 kV
Bliksem - str oom -
beveiliging (gr ofbeveiliging)
B
Over - spannings- beveiliging (middel-
beveiliging) C
Elektrische installatie
type 1type 2
type 3 ≤ 1,25 kV
32.6 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Algemeen
Keuze van de beveiligingen:
Overspanningen veroorzaken ieder jaar weer aanzienlijke schadein elektrische installaties. De blikseminslag kan afhankelijk van de ligging van een gebouwen de wijze van constructie, lichte schade aanrichten of zware ge-volgen hebben. Daarnaast kunnen door schakelhandelingen in hetnet of installatie, overspanningen ontstaan, die storingen ofbeschadigingen veroorzaken in elektrische en/of elektronischeapparatuur.Bij de keuze van de beveiliging(en) zal altijd in aanmerking moeten worden genomen, dat naast de directe kosten (beschadiging van leidingen, kabels, apparatuur enz.) ook indirecte kosten (het uitvallen van de installatie en bijv. het computer-netwerk) ontstaan.
In onderstaande tabel worden de beveiligingen in 3 klassen ingedeeld:- Bliksemstroombeveiliging (grofbeveiliging): type 1- Overspanningsbeveiliging (middenbeveiliging): type 2- Apparaatbeveiliging (fijnbeveiliging): type 3
Voor de keuze van de beveiliging(en) dienen 2 criteria in aanmerking te worden genomen:- de omgeving, waarin het gebouw staat, in relatie tot het
bliksemgevaar- de gevoeligheid van de te beveiligen apparatuur
(1) Ondanks het mindere risico van bliksemgevaar kunnen overspanningen als gevolg van schakelhandelingen ontstaan;daarom is de toepassing van een overspanningsbeveiliging (middenbeveiliging) aan te bevelen.
Groot risico
- Bergachtig/heuvelachtiggebied
- Vrijstaande ge b o u w en in‘open’ gebied
- Gebouwen:- met bliksemafleider-
systemen- in de nabijheid van
hoge bouwwerken,bomen of in de nabijheid van hoog- spanningsleidingen
Gemiddeld risico
- Middelhoge gebouwenin steden
- Gebouwen in ‘beperktopen’ gebied
Minder risico
- Woningen in dorpen,stadsdelen
Gevoeligheid van de
apparatuur
minder gevoelig:
motoren/generatorentransformatoren
1 + 2 2 2 (1)
gevoelig:
huishoudelijke apparatuur1 + 2 2 2
zeer gevoelig:
elektrische en elektronische apparatuur
1 + 2 + 3 1 + 2 1 + 2
Omgeving in relatie tot bliksemgevaarBeveiligingskeuzetabel
32.7Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
Leidinglengte
l2
naar keuze
naar keuze
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Algemeen
Installatievoorbeelden:
Stootspannings-vastheid van deisolatie 1,5 kV
Bliksemstroom-
beveiliging
1
+
Overspannings-
beveiliging
2
+
Apparatuur-
beveiliging
3
Overspannings-
beveiliging
2
+
Apparatuur-
beveiliging
3
Bliksemstroom-
beveiliging
1
+
Overspannings-
beveiliging
2
Overspannings-
beveiliging
2
Combinaties
beveiligingen
Hoofdverdeler Onder-
verdeler 1
Onder-
verdeler 2
Apparatuur Leidinglengte
l1
15 m
15 m
2
2
2
2 3
3
3
2 3
32
2
2 3
32
2
El*1 2
El*1 2
2El*1 3
1
1
1l1
l1 l2
l2
l1
l1
l1
4 kV6 kV
* EI = Ontkoppelingsinductiviteit SP936 / SP937zie pag. 32.15
televisie
Hifi-apparatuur
PC
wasmachine
wasdroger
diepvriezer
enz.
naar keuze
15 m
naar keuze
Belangrijke installatie-gegevens:
- Voorwaarde voor een optimale betrouwbaarheid van de installatie is een volledige, volgens de geldende bepalingen uitgevoerde, potentiaalvereffening/aarding.
- De verbindingen van de verdelervoeding naar de beveiligingenen van de beveiligingen naar de potentiaalvereffeningsrail dienen zo kort mogelijk te zijn, om spanningsverliezen in de ver-bindingen te vermijden.
- De bliksemstroombeveiliging (grofbeveiliging) dient bij de voeding van de hoofdverdeler te worden gemonteerd. De overspanningsbeveiligingen (middenbeveiliging) worden bij devoeding in de onderverdelers aangebracht.
- Tussen de beveiligingscomponenten dienen bepaalde leiding-lengten te worden aangehouden:
Zoals is aangegeven, werken de leidingen, die tussen de verschil-lende componenten aangebracht zijn als ontkoppelingsinductivi-teit. Gemiddeld is voor ontkoppeling tussen de bliksemstroom- ende overspanningsbeveiligingen een leidinglengte van 15 m toe-reikend.
Indien deze leidinglengte niet kan worden gerealiseerd, dan kun-nen de ‘kunstmatige inductiviteiten’ type SP936 / SP937 wordentoegepast.
- Bliksemstroombeveiliging (grofbeveiliging): type 1- Overspanningsbeveiliging (middenbeveiliging): type 2- Apparatuurbeveiliging (fijnbeveiliging): type 3
32.8 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Gecombineerde beveiligingen TN-C, TN-C-S
Parallelle aansluiting
De voorbeveiliging F4-F6 mag max. 315 A bedragen.
FgL/gG
F≤ 125 A
�OK
F> 125 A
�TNC
parallel
F
F1 - F2gL/gG
F1> 315A
�F2
= 315A
F1≤ 315A
�F2
F
F1 S2 S3 F2A mm2 mm2 A
25 10 16 -35 10 16 -40 10 16 -50 10 16 -63 10 16 -80 10 16 -
100 16 16 -125 16 16 -160 25 25 -200 35 35 -250 35 35 -315 50 50 -
>315 50 50 315
F1- F3 S2 S3A mm2 mm2
25 10 1635 10 1640 10 1650 10 1663 10 1680 16 16
100 25 16125 35 16
De voorbeveiliging F4-F6 mag max. 125 A bedragen
Toepassing in meerdere stroomstelsels:
TN-C stelsel en TN-C-S stelsel
SPN800 - SPN800R
Seriële aansluiting
32.9Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
FL1
L2
L3
PE
S2
S3
L1'
L2'
L3'
N N'
PE’
SPN 801 - SPN 801RL1 L1' L2 L2' L3 L3' N N'
PE
�
Parallelle aansluiting
�
F2
F1L1
L2
L3
PE
S2
L1'
L2'
L3'
PE
N N'
L1 L1' L2 L2' L3 L3'
PE
S3
SPN 801 - SPN 801RN N'
FgL/gG
F≤ 125 A
�OK
F> 125 A
�TNS
parallel
F
F1 - F2gL/gG
F1> 315 A
�F2
= 315 A
F1≤ 315 A
�F2
F1
F2
F1 S2 S3 F2A mm2 mm2 A
25 10 16 -35 10 16 -40 10 16 -50 10 16 -63 10 16 -80 10 16 -
100 16 16 -125 16 16 -160 25 25 -200 35 35 -250 35 35 -315 50 50 -
>315 50 50 315
F S2 S3A mm2 mm2
25 10 1635 10 1640 10 1650 10 1663 10 1680 16 16
100 25 16125 35 16
Toepassing in meerdere stroomstelsels:
TN-S stelsel
SPN801 - SPN801R
Seriële aansluiting
2
1CLICK !
2
1
GrünGreenVert
Zielony
RotRed
RougeCzerwony
OK
groen rood
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Toepassing in stroomstelsels TN-S
Steekelement
32.10 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Toepassing in stroomstelsels TT
INL1
L2
L3
N
S2
S3
L1'
L2'
L3'
N'
PE
L1 L1' L2 L2' L3 L3'
PE
N N'
SPN 802 - SPN 802R
�
Parallelle aansluiting
SPN80xR
�
IN1
S2
L2
L3
N
L1
L2'
L3'
N'
L1'
S3
PE
IN2
L1 L1' L2 L2' L3 L3'
PE
N N'
SPN 802 - SPN 802R
Toepassing in meerdere stroomstelsels:
TT stelsel
SPN802 - SPN802R
Seriële aansluiting
11 14 12
max. 1.5 mm2
I mini 250 V AC / 0,5 A250 V DC / 0,1 A
I maxi 125 V DC / 0,2 A75 V DC / 0,5 A
121411
�
> 20 cm
L2 L2' L3 L3'
PE
�
Pozidriv 3
7 Nm
mini L1, L1’,L2, L2’,L3, L3’, N, N’, PE, �
35 mm2 50 mm2
10 mm2
maxi L1, L2, L3, N, PE
25 mm2 35 mm2maxi L1’, L2’, L3’, N’, �
�
IN≤ 125 A
OK
IN
IN> 125 A
TT 3+1parallel
IN
1616161616161616
�
FA
S2mm2
1010101010162535
S3mm2
253540506380
100125
�
315 AgL/gG
IN1 IN2Type
IN
> 315 AgL/gG
315 AgL/gG
> 160 A 160 A
160 A
Hager
HagerHager
Hager
�
16161616161616162535355050
F1A
S2mm2
10101010101016162535355050
S3mm2
253540506380
100125160200250315
> 315
Aarding Hulpcontacten
32.11Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Gecombineerde beveiligingen
Gecombineerde beveiligingen SPN800(R) t.b.v. TN-C-netten Gecombineerde beveiligingen SPN801(R) en SPN802(R)
voor TN-S- of TT-netten
Bestelnr. SPN800(R)
Normen EN 61643-11
Breedte in modulen (17,5 mm) 6 8 8
Netstelsel TN-C, TN-C-S
Nominale spanning Uc(max.toegelaten spanning)
255 V / 50 Hz
Beproevingsstroom Iimp(10/350 μs) 75 kA
Beschermingsniveau Up ≤ 1,5 kV
Voorbeveiliging
- seriele bedrading - parallelle bedrading
125 A315 A
Kortsluitvastheid Ifi 50 kA rms
Beschermingsgraad IP 20
Bedrijfstemperatuur - 40°C tot 60°C
Aanspreektijd ≤ 100 ns
Aandraaimoment 7 Nm
SPN801(R)
TN-S
100 kA
SPN802(R)
TT
32.12 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Toepassing
Toepassing in meerdere stroomstelsels:
TN-C-stelsel en TN-C-S-stelsel
a of een 3-polige bliksemstroom-beveiliging SP320
b of een 4-polige overspanningsbeveiliging SPN415(Opmerking: Bij de meerpoligeoverspanningsbeveiligingen is de aarde-aansluiting reeds doorverbon-den)
De voorbeveiliging F2 kan vervallen, indien de beveiligingF1 ≤ 100 A is.
Aansluitschema, voorbeeld TN-C-stelsel
Opmerking:
Indien de beveiliging F3 groter is dan 125 A, dan dient een extravoorbeveiliging F4 van 125 A te worden opgenomen.
TN-S-stelsel
Bij een TN-S-stelsel is voor de nulleider een extrabliksemstroom- en overspanningsbeveiliging vereist.
ba
32.13Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging Toepassing
Toepassing in TT-stelsel:2-traps beveiligingsconcept in TT-stelsel. Hier wordt de bliksemstroombeveiliging SP150 toegepast.
Opmerking:Indien de beveiliging F3 groteris dan 125 A, dient een extravoorbeveiliging F4 van 125 Ate worden opgenomen.
Aansluitschema, TT-stelsel met aardlekschakelaar
Opmerking:Indien een grofbeveiliging en middenbeveiliging in 1 verdelerworden opgenomen, moet een ontkoppelingsinductiviteit wordentoegepast.
a of één 3-polige bliksemstroombeveiliging SP320b of 3 x SPN115 + 1 x SPN118
a b
NB: in de gedruktecatalogus is neven-
staand schema onjuist
32.14 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroombeveiliging type 1
Niet uitblazende bliksemstroombeveilingen
grofbeveiliging type 1
Deze beveiligingen kunnen zeer energierijke stootstromen (IEC 1024-1) verwerken.
Door de gekapselde bouwvorm, waardoor geen uitblazing plaats-vindt, kunnen de beveiligingen direct naast de hoofdschakelaarworden gemonteerd.
De beveiligingen SP120 en SP320 behoeven in installaties meteen voorbeveiliging van kleiner dan 160 A niet apart te wordenvoorbeveiligd. Bij installaties met een voorbeveiliging groter dan160 A, dienen de bliksemstroombeveiligingen met een voorbeveili-ging van 160 A te worden beveiligd (zie aansluitschema’s op de vorige pagina’s).
Bliksemstroombeveiliging SP120 Bliksemstroombeveiliging SP320 Bliksemstroombeveiliging SP150
SP120SP150
SP320
Best.nr. SP120 SP320 SP150 *
Normen EN 61643-11, IEC 61643-1
Aantal polen 1 3 1
Afmeting (modulen) 2 4 2
Max. bedrijfsspanning Uc 255 V / 50 Hz
Kortsluitstroomblussend
bij max. bedrijfsspanning Uc
1,5 kAeff 100 Aeff
Beproevingsstroom Iimp(10/350 μs)
25 kA (1-polig) 75 kA (3-polig) 50 kA (1-polig)
Beveiligingsniveau ≤ 4 kV
Max.voorbeveiliging
(zie boven)160 A gL/gG -
Kortsluitvastheid
(bij max. voorbeveiliging)50 kA / 50 Hz -
Beschermingsgraad
Aanspreektijd ta
IP20
≤ 100 ns
Omgevingstemperaturen:
Opslagtemperatuur -40°C tot +80°C
Bedrijfstemperatuur -40°C tot +80°C
Isolatieweerstand ≥ 103 MΩ
Aansluiting:
adereindhuls
massief
10 tot 35 mm2
10 tot 50 mm2
Aandraaimoment 7 Nm
* Speciale uitvoering voor toepassing in TT-stelsel (schakeling 3+1)tussen nulleider N en aarde PE / potentiaalvereffening.
E DIN VDE 0675-6: 1989-11 en -6/A1:1996-03 en -6/A2:1996-10
32.15Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
Bliksemstroom en overspanningsbeveiliging ontkoppelingsinductiviteit
Ontkoppelingsinductiviteit (EI) SP936 35A
Bi-connect aansluiting (bovenzijde)
SP936
Ontkoppelingsinductiviteit (El) SP937 63 A
Bi-connect aansluiting (bovenzijde)
SP937
De ontkoppelingsinductiviteiten (EI) zijn ‘kunstmatige’ inductivitei-ten, die tussen de bliksemstroombeveiliging type 1 (grofbeveili-ging) en de overspanningsbeveiligingen type 2(middenbeveiliging) kunnen worden geplaatst.
Indien de natuurlijke inductiviteit van de bedrading / bekabelingtussen de componenten niet toereikend is - aanbeveling: min. 15 meter leidinglengte - dan dient een inductiviteit te wordenopgenomen. De inductiviteiten zijn geschikt voor een nominalestroom van max. 35A, resp. 63 A.
F1
L1
B C
L1
PAS
EI
Aansluitschema van ontkoppelingsinductiviteit (EI)
1: Bliksemstroombeveiliging SP120EI: Ontkoppelingsinductiviteit2: Overspanningsbeveiliging, bijv. SPN115 of SPN117
Voorbeveiliging:De inductiviteiten worden voorbeveiligd met max. 35 A (SP936),resp. 63 A (SP937).
Best.nr. SP936 SP937
Uitvoering Modulair Modulair
Afmetingen (modulen) 2 4
Nominale spanning Un 500 V~ / 50 Hz
Nominale stroom In 35 A 63 A
Inductiviteit 15 μH ± 20% 15 μH ± 20%
Beschermingsgraad IP20
Opgenomen vermogen 5 W 8 W
Kortsluitvastheid
(bij max. voorbeveiliging)50 kA / 50 Hzvoorbeveiliging 35A gl / gG
50 kA / 50 Hzvoorbeveiliging 63 A gl / gG
1 2
32.16 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroom- en overspanningsbeveiliging type 2
Overspanningsbeveiliging1-polig SPN117
Overspanningsbeveiliging3-polig SPN317
Overspanningsbeveiliging4-polig SPN417 (4+0)
Overspanningsbeveiliging4-polig SPN419 (3+1)
Overspanningsbeveiligingen (middenbeveiliging type 2)
Deze beveiligingen kunnen stootstromen tot 20 kA (volgens de im-pulsvorm 8/20 µs) meerdere malen afleiden. De restspanning (be-veiligingsniveau) bij 20 kA bedraagt 1,25 kV. Volgens derichtlijnen, zijn de overspanningsbeveiligingen voorzien van eenthermische beveiliging. De beveiliging schakelt het beveiligings-element - een vermogensvaristor - van het net, wanneer dezedoor frequent voorkomende of energierijke overspanningen wordtoverbelast. Een defect-indicatie (rood) op de voorzijde van hetsteekelement signaleert de afschakeling van het beveiligingsele-ment. Het voordeel van een 2-delige uitvoering is de mogelijkheid
om tijdens een isolatiemeting het steekelement te verwijderen; te-vens kan het steekelement in geval van aanspreken worden uitge-wisseld zonder dat de voeding behoeft te worden uitgeschakeld.De overspanningsbeveiligingen zijn zowel met als zonder signale-ringscontact leverbaar. Met behulp van het signaleringscontactkan de functie, resp. een defect van de beveiliging worden gemeld. Bij de meerpolige uitvoeringen wordt de functie van allevaristors, resp. het defect van minstens 1 varistor gemeld. Deoverspanningsbeveiligingen zijn voorzien van bi-connect aansluit-klemmen. Hierdoor kunnen de beveiligingen eenvoudig wordendoorverbonden met een aardlekschakelaar of installatieautoma-ten.
L1
F2
F1
PE
N
SPN 015 SPN 015
“3” + “0”
L3
F2
F1
L2
L1
PEN
PEN
SPN 015 SPN 015 SPN 015
L1 L2 L3
“4” + “0”
L3
F2
F1
L2
L1
N
PE
NL1 L2 L3
SPN 015SPN 015 SPN 015 SPN 015
L3
F2
F1
L2
L1
N
SPN 018
PE
L1 L2 L3 N
SPN 015 SPN 015 SPN 015
“3” + “1”
S SPN115 is gelijk aan SPN117,
echter zonder signalerings-contact
SPN315 is gelijk aan SPN317,echter zonder signalerings-contact
SPN415 is gelijk aan SPN417,echter zonder signalerings-contact
SPN418 is gelijk aan SPN419,echter zonder signalerings-contact
Voorbeveiliging / montage-aanwijzingen:- Aansluitschema’s zie pag. 32.12 en 32.13.- De overspanningsbeveiligingen mogen met maximaal 125 A wor-den voorbeveiligd.
- De potentiaalvereffeningsleiding gemeten te worden. De mini-male doorsnede dient 6 mm2 te bedragen.
- De verbindingen naar de overspanningsbeveiligingen en van debeveiligingen naar de potentiaalvereffeningsrail dienen zo kortmogelijk te zijn en van gelijke doorsnede als de hoofdstroomge-leiders, met een max. van 25 mm2 (soepel) of 35 mm2 (massief).
Schakelvariant 4+0 en 3+1:
4+0:4 steekelementen in varistor-uitvoering voor toepassing in TN-S stelsel
3+1:3 steekelementen in varistor-uitvoering + 1 steekelement in gasontladingsafleider-uitvoering voor toepassing in TT-stelsel
Aansluiting van het potentiaalvrije signaleringscontact bij deoverspanningsbeveiligingen SPN117, SPN317, SPN417,SPN419Schakelvermogen:
Bestelnummer reservecontactblokje: H99/OSB1
Min. 0,25 mm2 0,25 mm2
Max. 1,5 mm2 1,5 mm2
250 V AC / 0,5 A250 V DC / 0,1 A
125 V DC / 0,2 A75 V DC / 0,5 A
12 14 11
NB: de montageaanwijzingen hierboven zijniets uitgebreider dan in de gedrukte catalogus
32.17Technische wijzigingen voorbehouden
Mod
ulai
r sch
akel
enen
bev
eilig
en
Bliksemstroom- en overspanningsbeveiliging type 2
Technische gegevens:
Best.nr. SPN015 SPN018
Normen EN61643-11, IEC61643-1
Afmeting (modulen) 1
Nominale spanning Un 230 V~ (50/60 Hz) 230 V~ (50/60 Hz)
Max. bedrijfsspanning Uc 275 V~ (50/60 Hz) 255 V~ (50/60 Hz)
Nominale afleidstroom Isn (8/20 μs) 15 kA 20 kA
Max. afleidstroom Imax (8/20 μs) 40 kA 30 kA
Beveiligingsniveau Up ≤ 1,5 kV ≤ 1,5 kV
Max. voorbeveiliging 125 A gL / gG –
Techniek Varistor (defectindicatie: rood) Gasontladingsafleider
Steekelement voor SPN115, SPN117, SPN315, SPN317,SPN415, SPN417, SPN418, SPN419
SPN118, SPN418, SPN419
Omgevingstemperaturen:
OpslagtemperatuurBedrijfstemperatuur
-40°C tot + 80°C-40°C tot + 80°C
Overspanningsbeveiliging - steekelementen
(middenbeveiliging type 2)
Best.nr. SPN115 SPN117 SPN118 SPN315 SPN317 SPN415 SPN417 SPN418 SPN419
Steekelement 1 xSPN015
1 xSPN015
1 xSPN018
3 xSPN015
3 xSPN015
4 xSPN015
4 xSPN015
3 x SPN0151 x SPN018
3 x SPN0151 x SPN018
Aantal polen 1 1 1 3 3 4 4 4 4
Omgevings-
temperatuur
Beschermingsgraad IP20
Signaleringscontact – 3 – – 3 – 3 – 3
Signaleringscontact
(wisselcontact)Schakelvermogen
250 V AC – 0,5 A – – 0,5 A – 0,5 A – 0,5 A
250 V DC – 0,1 A – – 0,1 A – 0,1 A – 0,1 A
125 V DC – 0,2 A – – 0,2 A – 0,2 A – 0,2 A
75 V DC – 0,5 A – – 0,5 A – 0,5 A – 0,5 A
Aansluiting
signaleringscontact:
min.max.
––
0,25 mm2
1,5 mm2
––
––
0,25 mm2
1,5 mm2
––
0,25 mm2
1,5 mm2
––
0,25 mm2
1,5 mm2
Aansluiting:
soepel met adereindhuls
massief
Overspanningsbeveiliging
(middenbeveiliging type 2)
-40°C tot + 80°C
1,5 mm2 … 25 mm2
1,5 mm2 … 35 mm2
Aandraaimoment 5 Nm
32.18 Technische wijzigingen voorbehouden
Bliksemstroom- en overspanningsbeveiliging type 3
Om een optimale overspanningsbeveiliging te garanderen, is hetaan te bevelen om groepen met eindapparatuur, zoals bijv. perso-nal computers, hifi-apparatuur, tebis-producten enz. te voorzienvan een apparaatbeveiliging SP202N.De apparaatbeveiliging is de laatste stap van het net-beveiligings-concept. De apparaatbeveiliging heeft de taak om het spannings-niveau naar een voor de apparatuur acceptabele waarde te
reduceren. De apparaatbeveiliging SP202N kan recht streeks ach-ter de middenbeveiliging worden geïnstalleerd. De beveiliging isvoorzien van een signaleringscontact, voor signalering op afstanden een groene LED-indicatie (in bedrijf) aan de voorzijde. ZodraLED-indicatie uit is dan is SP202N defect.
Apparaatbeveiliging SP202N (fijnbeveiliging type 3) Aansluitschema:
hager
SP202N
368823
230 V ~ 50/60
In: 3/5 kA
Uoc: 6/10 kV
Up: 1,25 kV
Uc: 256 V ~ PE
hagerSP202N368823
N L LN
230 V ~ 50/60
In: 3/5 kA
Uoc: 6/10 kV
Up: 1,25 kV
Uc: 256 V ~
PE
N
L
Technische gegevens: Overspanningsbeveiliging:
Apparaatbeveiliging
(Fijnbeveiliging type 3)
Best.nr. SP202N
Normen EN 61643-11, IEC 61643-1
Afmeting (modulen) 2
Nominale spanning Un 230 V~ (50/60 Hz)
Max. bedrijfsspanning Uc 250 V~ (50/60 Hz)
Nominale afleidstroom
Isn (8/20 μs)L(N) PE, L N = 3 kAL + N PE = 5 kA
Uoc L(N) PE, L N = 6 kVL + N PE = 10 kV
Beveiligingsniveau Up L N ≤ 1,25 kVL(N) PE ≤ 1,5 kV
Voorbeveiliging 16 A gL/gG of C 16 A
Aanspreektijd ta L N: ≤ 25 ns ; L(N) PE: ≤ 100 ns
Omgevingstemperaturen:
OpslagtemperatuurBedrijfstemperatuur
-40°C tot + 80°C-40°C tot + 80°C
Aansluiting:
adereindhulsmassief
1 mm2 … 6 mm2
1,5 mm2 … 10 mm2
IP20
Signaleringscontact
Schakelvermogenverbreekcontact
250 V AC 0,5 A
250 V DC 0,1 A
125 V DC 0,2 A
75 V DC 0,5 A
Aansluiting signaleringscontact:
soepel met adereindhulsmassief
1 mm2 … 2,5 mm2
1,5 mm2 … 2,5 mm2
Beschermingsgraad