Upload
ivio-examenbureau
View
226
Download
0
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Gids voor emigranten en expats
Citation preview
Anderland v o l w a s s e n v e r k a s s e n
Mieke M.E. Janssen-Matthes
Over de auteur Mieke M.E. Janssen-Matthes, transcultureel pedagoog
9 789085 830313 >
ISBN 978-9-085-83031-3
Van jongs af aan was Mieke Janssen-Matthes geïnteresseerd in contacten met mensen van buiten de landsgrenzen. Na een werk- en studieperiode in Engeland werkt zij sinds 1953 met kinderen die te maken krijgen met cultuurwisseling. In de studie pedagogiek aan de universiteit van Utrecht waren begeleiding van en onderwijs aan anderstalige kinderen in het Nederlandse onderwijs haar speciali-satie. Werkzaam als pedagogisch en onderwijskundig coördinator in het voortgezet onderwijs begeleidde zij jongeren van 76 verschillende nationaliteiten bij het opgroeien in een nieuwe cultuur. De daarbij opgedane ervaring en kennis droeg zij via de Peda-gogische Centra over aan docenten en via lezingen en workshops tijdens internationale congressen aan collega’s uit de hele wereld. Zeer waardevol waren daarbij haar internationale bestuursfuncties van NGO’s als executive vice-president in SIETAR Inter-national (Society for Intercultural Education, Training and Research) in Washington en als oprichter en eerste president van SIETAR Europa in Haarlem.
Ondanks dat Mieke al vele jaren grootmoeder is reist zij nog steeds graag de wereld rond. Haar familie is met recht multicultureel te noemen met zes verschil-lende culturen die daarin hun plaats hebben.
In 1992 begon zij een interculturele pedagogische praktijk MIJAM: advisering van jongeren en opvoeders in wisselende culturen. Dit resulteerde o.a. in de publicatie van de succesvolle serie:• Op Reis naar Anderland, Wereldschool 1998,
bewerkt in Engelse versie als Off to Otherland, Wereldschool 2008.
• Het Geheim van Anderland, in 2012 in heruitgave bij de Wereldschool, bewerkt in Engelse versie, Unlocking the Secret of Otherland.
• Anderland mail, een interactief boek voor tieners die zich langdurig in het buitenland gaan vestigen, Wereldschool 2008
Deze interactieve boeken zijn opgezet als persoon-lijke coaching van kinderen in een interculturele situatie. In een begeleid leerproces bieden zij mogelijkheden om zich zelfstandig op het vertrek naar Anderland voor te bereiden om zich daarna gemakkelijker thuis te gaan voelen in de nieuwe omgevingwaar zij terug kunnen vallen op voort- gezette begeleiding.
Sinds 2006 ontwikkelt Mieke Interculturele Pedagogische Bijdrages voor de wereldomroep rnw.nl.
In Canada ontving zij van SIETAR International in 1990 de “Senior Interculturalist Award” en in 2005 in Nice van SIETAR Europa voor haar interculturele opvoedkundige werk de “International Lifetime Achievement Award”.
Anderland
vo
lw
as
se
n v
er
ka
ss
en
M
ieke M.E. Janssen-M
atthes
2
Anderland, volwassen verkassen
Een leidraad voor gezinnen die naar het buitenland vertrekken.
door
Mieke M.E. Janssen-Matthes
4
Colofon
Auteur: Mieke M.E. Janssen-Matthes
Omslag: Frans Kwakkenbos
Redactie: Emil Roelofs
Uitgever: IVIO-Wereldschool
Pascallaan 71
8218 NJ Lelystad
www.wereldschool.nl
© 2012 IVIO-Wereldschool bv, Lelystad
Niets van deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt
in enige vorm of op enige wijze door middel van druk, fotokopie, microfilm, internet of op welke wijze dan ook, zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Voor reproducties, zoals bedoeld in artikel 16b en 17 van de Auteurswet 1912 (ten bate van eigen oefening, instellingen, enz.)
van een of meer pagina's is een vergoeding verschuldigd.
Voor inlichtingen betreffende de hoogte en afdracht van de vergoeding kan men zich wenden tot de Stichting Reprorecht
(www.reprorecht.nl).
No part of this book may be reproduced in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without written
permission from the publisher.
ISBN 9789085830313
8
Inhoudsopgave
5
Inhoudsopgave
Voorwoord .................................................................................................................................. 7
Inleiding ....................................................................................................................................... 9
1 Onze eerste oriëntatie ‐ Wordt het hemel of hel? ................................................................. 11
2 De uitzending .......................................................................................................................... 27
3 De periode voor ons vertrek .................................................................................................. 39
4 Hoe vertellen we het? ............................................................................................................ 51
5 Het vertrek.............................................................................................................................. 59
6 De partner van ........................................................................................................................ 65
7 We zijn er! En wat nu? ........................................................................................................... 75
8 Dan is er het gezin .................................................................................................................. 81
9 Het gezin en de opvoeding ..................................................................................................... 85
10 Kinderen zijn flexibel, toch? ................................................................................................. 95
11 De tieners ........................................................................................................................... 101
12 Ouderstress ........................................................................................................................ 107
13 Onderwijs in het buitenland ............................................................................................... 115
14 Wat willen kinderen weten? .............................................................................................. 125
15 Crisis in intercultureel perspectief ..................................................................................... 131
16 Bijzondere dagen ................................................................................................................ 141
17 Terugkeer ........................................................................................................................... 147
Achtergronden en informatie ................................................................................................. 163
Voorwoord
9
Voorwoord
‘Anderland, volwassen verkassen’ is een boek dat, zoals de titel al aangeeft, bedoeld is voor
volwassenen die naar een ander land willen verhuizen. Het bespreekt de weg naar
Anderland, en het verblijf in Anderland. De weg erheen is voor ieder verschillend, het land en
het verblijf aldaar zullen voor allen anders zijn. Het boek is dus geen gids die per land
informatie over voorschriften, gewoonten en gebruiken biedt, maar een wegwijzer voor
succesvol verkassen in algemene zin.
In zeventien hoofdstukken komen de verschillende facetten van beslissen, voorbereiden,
loslaten, weggaan en weer hechten naar voren. Ieder zal zich een eigen weg door deze
hindernissen moeten banen. Een ding is echter zeker – en dat geldt voor iedereen: voetangels
en klemmen, prachtige vergezichten, maar ook beren liggen op de weg te wachten! Hiermee
zit ik al midden in de Anderland-problematiek.
Voor de schrijver en de lezer doet zich een verwant probleem voor: welke toon moet ik in dit
boek aanslaan? Wat verwacht de lezer die zich ‘u’ voelt wanneer hij met ‘je’ wordt aan-
gesproken? En hoe ongemakkelijk voel jij je wanneer ik je consequent ‘u’ noem? Na wikken
en wegen heb ik voor de volgende oplossing gekozen: wanneer u zich ergert aan ‘je’ in de
tekst leest u gewoon ‘u’. Erger je je daarentegen aan de formele toon van ‘u’, lees dan ‘je’!
Schrijf ik over ‘hij’ en ‘zijn’ dan nodig ik u uit om daarvoor ook ‘zij’ of ‘haar’ te lezen, in dien
het niet nadrukkelijk als onderscheid bedoeld is. Hiermee loopt deze voorzichtige flexibele
opstelling al vooruit op situaties die in Anderland veel voor zullen komen! U of je bent
gewaarschuwd!
U zult ervaren, zeker in het begin, dat uit veel zaken en relaties de vanzelfsprekendheid
verdwenen is. De wereld van alledag en de regels die daarin gelden moeten opnieuw ontdekt
worden, niet alleen door uzelf maar ook door uw partner en uw kinderen. Zij vormen
belangrijke schakels bij het succesvol verkassen!
Bij al dit soort zaken wil dit boek behulpzaam zijn. Ik heb daarbij geput uit studie en jaren-
lange ervaring. De directe aanleiding om dit boek te schrijven waren de vragen van ouders die
terugvielen op de kinderboeken ‘Op reis naar Anderland’, ‘De ontdekking van het geheim van
Anderland’ en ‘Anderland-mail’. Nu is er dan ook voor volwassenen een eigen editie,
uitgewerkt voor hun situatie.
Dankbaar ben ik voor alle informatie waarover ik door de jaren heen via collega’s, leerlingen,
ervaringsdeskundigen, familieleden en theoretici kon beschikken, zowel nationaal als
internationaal - nooit klopte ik met vragen vergeefs aan - en altijd vormde de Wereldschool
een stimulans.
Voorwoord
10
Graag verneem ik ook uw reacties om die te verwerken in een eventueel volgende uitgave.
Zo hoop ik dat u met dit boek een volwassen basis kunt leggen onder het (toekomstig) verblijf
in Anderland, zodat jullie daar meer zult genieten van een prettig leven, na volwassen verkast
te zijn. Dat wens ik u van harte toe.
Mieke M.E. Janssen-Matthes
februari 2012
Inleiding
11
Inleiding
Met vlag en wimpel! Houd het simpel!
Dan is de kogel door de kerk, het kwartje is gevallen!
De inhoud
“Het is geweldig!” of “Wat een ramp!”, maar we gaan ervoor, in het buitenland wonen,
samen, alleen of met zijn allen. Voor de een komt dit ogenblik na een periode van wikken en
wegen, voor de ander als een volslagen verrassing. Maar hoe het ook zij: nu moet er
gehandeld worden. Want, er komt nogal wat bij kijken voor u kunt vertrekken, en er komt
nog eens wat op u af voordat de draai gevonden is in Anderland.
Twee zulke totaal verschillende situaties: van opbreken en loslaten tot weer opbouwen en
een plek vinden, weer aarden, dat vraagt om een bijzondere inzet.
Daarover wil ik het in dit boek hebben:
Hoe kan men het zich in de komende periode zo eenvoudig mogelijk maken?
Hoe kan men de kans van slagen vergroten, hoe maken we er samen het beste van?
Hoe gaat daarbij het welbevinden, het prettige leven niet verloren?
Hoe benutten we onze kansen in het nieuwe land optimaal!
Ongetwijfeld zijn de omstandigheden van iedereen uniek en bovendien is geen mens het-
zelfde, maar toch zijn er wel algemene hobbels en kuilen waar men wel graag voor
gewaarschuwd wil zijn. Een gewaarschuwd mens telt immers voor twee en een goede
voorbereiding is het halve werk!
De juiste mind-set gekoppeld aan de nodige kennis kan geen wonderen verrichten, maar
maakt de beleving van wat komen gaat bewuster, waardoor de kans van slagen in het nieuwe
land groter wordt. Die instelling kunnen we ons eigen maken.
De opzet
In de opzet wordt informatie regelmatig gevolgd door praktische ‘Tips en Tricks’ die de ronde
doen in een circuit waar u straks ook deel van uit gaat maken. Dit alles beschreven door een
intercultureel pedagoog, ervaren in deze problematiek: het gezin en de kinderen blijven dus
niet buiten beschouwing!
Centraal staat de bespreking van de vragen:
Wanneer en hoe bereid ik mij voor op de verschillen waar ik mee te maken krijg in
cultureel, psychologisch en praktisch opzicht? In werk, school, gezin en samenleving?
Wat is er, in algemene zin, bekend over het leven en werken in een andere cultuur? Wat
kan dat voor mij betekenen?
Welke rol kunnen de werkgever en de human resource manager spelen?
Inleiding
12
Wat is er anders aan een verhuizing naar Anderland, waar haal ik de juiste informatie?
Maken we privé een rolverdeling?
Wat leer ik van andermans ervaringen?
Wat wordt de partnerrol? Hoe is die in te vullen?
Verandert de opvoeding van onze kinderen, en in welke zin?
Hoe onderhouden we contacten met de achterblijvers?
Wat zijn de voor- en nadelen van een langdurig buitenlandse tijd?
Welk crisisbeleid hanteren we?
En dan? De terugkeer.
Bijlages
Tot slot vindt u in bijlages een verdere verdieping van een aantal items die in de verschillende
hoofdstukken aan de orde komen; voor de een misschien interessant voor de ander diep
gravend of te uitgebreid.
Steeds komen niet alleen praktische zaken, maar ook de menselijke kant van een vertrek naar
een ander land aan de orde. Wat kan dit proces, deze verandering van perspectief doen met
een volwassene, met de kinderen, de onderlinge relaties, maar ook met de achterblijvers?
Hoe veranderen gevoelens, wat kan men verwachten, kortom wat is ‘normaal’?
Stappenplan
Dit alles is verwerkt in een stappenplan. Een plan dat ruimte biedt voor een persoonlijke
invulling, meer een blauwdruk van een vertrek en vestigingsroute, met aandacht voor
opvallende vergezichten, historische inzichten en moeilijk te nemen hordes!
Omdat dit plan gestructureerd is voor het vertrek van het thuisland naar een ander land, heb
ik waar mogelijk ook aansluiting gezocht bij de Anderland - boeken die ik als lees - en doe-
boeken voor de kinderen schreef. Zo is, ook voor het gezin, een sluitend geheel ontwikkeld
waar iedereen op zijn eigen manier mee aan de slag kan.
Verdieping
Daar ieder mens anders is en internationaal verkassen een belangrijke fase is met een
complex proces, blijven er natuurlijk nog vragen liggen. Daarom voeg ik ook een adres- en
literatuurlijst toe. Ieder kan zich daarin verder al naar behoefte verdiepen, zoals ook ik deed
bij het schrijven van dit boek.
Onze eerste oriëntatie
13
Onze eerste oriëntatie - Wordt het hemel of hel?
“niet bespotten, niet betreuren, niet verzachten, maar begrijpen”
Spinoza, 1632-1677, over menselijk handelen
Het land, het klimaat
‘Wat zal me te wachten staan?’ is de gedachte die iedereen die langdurig naar het buitenland
wil vertrekken regelmatig bekruipt. Dus gaan we informatie zoeken, over het land, het
klimaat en de samenleving. Er zijn prachtige gidsen - de Lonely Planet boekjes zijn een begrip
onder trekkers – de Bosatlas en Google geven een aardige kijk op de geografie van een land.
We gaan de taal leren. Al deze gegevens kan men opslaan, op zich in laten werken, leren en
straks gebruiken in Anderland. Dat zijn feiten.
We kunnen ons voorbereiden op leven in grote hitte, op maanden regen tijdens de moesson,
op grote droogte of donkere ijskoude winters al naar onze bestemming. Moeizame
internationale verbindingen, lange communicatie lijnen, met grote regelmaat uitvallen van
stroomvoorzieningen, onbetrouwbaar kraanwater of flitsende infrastructuren, grote luxe, je
kunt je ertegen wapenen of je erop verheugen; met alles kan men leren leven! Maar het
beleven wordt nog wat anders! Dat zijn de niet te voorspellen reacties, emoties en
ervaringen.
De samenleving
Nog ingewikkelder wordt het als we ons in de samenlevingen gaan verdiepen Een samen-
leving dat is echt mensenwerk, in ieder land creëren de mensen door de eeuwen heen
manieren om zo prettig mogelijk in hun klimaat en onder deze omstandigheden te leven, om
samen te overleven. Zo zijn culturen ontstaan en zo zijn wij dan ook stuk voor stuk onderdeel
van de Nederlandse cultuur. Wij voelen ons – en worden ook zo gezien door anderen, ook
door buitenlanders –Nederlander, soms zelfs vanuit een ander werelddeel Europeaan, man of
vrouw, vakgenoot en in een later stadium, vriendin of vriend, partner of echtgenoot. Een
goed voorbeeld hiervan is de heisa die ontstond toen prinses Maxima bij een officiële
presentatie de uitspraak deed dat de Nederlander niet bestond. De uitspraak, gelezen als dé
Nederlander bestaat niet, klopt feitelijk wel: we zijn te verschillend, maar menselijk gezien
paste het niet bij ons gevoel van Nederlander zijn.
De cultuur
In het menselijke, het culturele vlak staan ons dan ook de grootste verrassingen te wachten
bij een langer verblijf in een ander land. -Wat eerst interessant is, kan al gauw irritant worden
- De mens is geprogrammeerd en geformatteerd door zijn eigen cultuur. Onbewust zijn we
uitgerust met Nederlandse eigenschappen en lopen we door een Nederlandse bril naar de
wereld te kijken. We denken, handelen en communiceren zoals we dat van huis uit geleerd
hebben. Vraag je elkaar hier eens kritisch “waarom zo en niet anders?”, dan komt er meestal
Onze eerste oriëntatie
14
een schouder ophalen, het is nu eenmaal zo. Wanneer we buiten onze grenzen komen of hier
buitenlanders ontmoeten die zich verbazen , niet nakomen van afspraken, veel te laat komen,
grote bureaucratie, geen of onlogische verkeersregels, onduidelijkheid, vaagheid en een
ander tempo kunnen geaccepteerde smeermiddelen zijn in een samenleving die wij nog niet
kunnen doorgronden.
De identiteit
Bij alle verrassingen die zich in de nieuwe situaties aan ons voor kunnen doen is deze
gedachte essentieel, - dit is mijn perspectief, ik zie dit door mijn bril -, maar hoe ziet men dat
hier? We kunnen er van uitgaan dat in andere culturen de meeste mensen niet zullen denken
als wij. De begrippen ‘nature and nurture’ worden zo werkelijkheid. Van hetzelfde deeg, maar
verschillend gekneed.. Voor alles is een reden! Sociale interactie is het minst voorspelbaar.
Dan is het ogenblik gekomen dat we ons realiseren dat het onbegonnen werk is om alle do’s
en don’t’s van een land te leren.
We zullen ons moeten verdiepen in manieren om cultuurverschillen te hanteren, want dat
kan men wel leren. Een open geesteshouding, - mind-set- is niet aan één cultuur gebonden.
Hooggespannen verwachtingen brengen zelden geluk, maar een realistische kijk op de
werkelijkheid kan een mens zich wel aanleren. Men kan zich op het feit van het verschil in
cultuur wel voorbereiden, dat zal veel onbehagen weg nemen terwijl je met de gevoelens van
frustratie kunt leren omgaan. Hiermee kan dus, net als met feiten leren kennen, al voor het
vertrek begonnen worden. Dan wordt straks “veel begrijpen veel vergeven”! Deze vaardig-
heid in de omgang met verschillende culturen en samenlevingen komt altijd goed van pas ook
binnen onze eigen samenleving in Nederland, waarin de culturele diversiteit toeneemt. In
2011 telt Amsterdam bij voorbeeld 178 verschillende nationaliteiten! (Trouw, mei 2011)
Interculturele vaardigheidstraining
Onverwachte reacties
Hoe worden we ons bewust van die Nederlandse bril waar we door kijken? Hoe passen we
ons in een vreemd land aan in een vreemde cultuur, zonder onszelf geweld aan te doen?
Eigenlijk kunnen we ons zelf hierin heel goed sturen, want we weten dat mensen van nature
hetzelfde zijn, dat zei Confucius al in ca. 550 v.C., alleen gedragen zij zich verschillend! Met
gedrag krijgen we in ons Anderland te maken, gedrag van een groep of gedrag van
individuen. Juist daar waar men onverwacht verschil vindt, ontstaat er een verkeerde reactie
uit onlustgevoel: het onverwachte element speelt een grote rol.
Wennen, accepteren, aanpassen?
Hoe ga je daar mee om? We moeten dus aan de ene kant wennen aan onbekend gedrag, het
accepteren, of ons aanpassen, terwijl we tegelijkertijd ons realiseren dat ook ons “gewone”
gedrag vergelijkbare irritatie kan opwekken bij de locale bevolking. Zo werkt het immers ook
in Nederland? Ondanks intensieve inburgeringstrajecten loopt het in Nederland ook nog
stroef met de integratie van nieuwe Nederlanders. Zolang we door deze wisselwerking in
Onze eerste oriëntatie
15
gedrag wantrouwen en gebrek aan respect laten ontstaan zal het moeilijk zijn ons thuis te
voelen in Anderland, of effectief te zijn in ons werk daar. Wederzijds respect vraagt om
inlevingsvermogen, een gevoel van veiligheid, flexibiliteit en kennis van zaken.
“Ja, interculturele communicatie kan geleerd worden, maar sommigen hebben er meer
aanleg voor dan anderen. Mensen met een opgeblazen ego, een lage tolerantie voor
onzekerheid, een geschiedenis van emotionele instabiliteit, of notoire racistische of extreme
politieke sympathieën, maken weinig kans op succes; de training gaat tenslotte uit van het
vermogen van mensen om enige afstand te nemen van overtuigingen die hun zelf na aan het
hart liggen. …..het is verstandig om te onderzoeken of bij uitzending van een gezin ook de
partner en de kinderen evenwichtig genoeg zijn.” (Dr G. Hofstede, Allemaal Andersdenkenden)
Er zijn trainers die mensen aanraden vooral de volgende eigenschappen verder te ontwik-
kelen: Benieuwdheid, Bescheidenheid, Buigzaamheid ( ik noem het een BBB-model ) geven
managers in het internationale domein een grotere kans van slagen.
Wanneer men
Benieuwd is naar wat een ander, ook in een andere cultuur, te vertellen heeft;
Bescheiden zich opstelt en bereid is zijn mening ter discussie te stellen;
Buigzaam kan incasseren, om daarna weer op te veren;
zal het werken en leiding geven, het omgaan met paradox en dubbele bodems, vlotter
verlopen. Men toont respect voor de gewoontes en gebruiken in Anderland, veronderstel
niet dat u alles beter weet. De buigzame leider zoekt naar de verwachtingen die men van
hem heeft in de nieuwe situatie. Niemand zit te wachten op een betweter die vanuit het
hoofdbestuur op hen af is gestuurd.
Overigens, ook in het leven van alledag versoepelen dergelijke omgangsvormen die samen
hangen met het BBB-model, de menselijke contacten. Het leven wordt een stuk leuker. (G. Levitan)
Het ijsberg model
Hoe ingewikkeld dit proces verloopt is gevat in het “ijsberg model”, waarin persoonlijk gedrag
het stuk van de ijsberg is dat boven water uitsteekt. Daar hebben we in het dagelijks leven
mee van doen, wat je zegt, hoe je het zegt, wat je doet of laat, je mimiek. Zo leren we elkaar
ook kennen in de oppervlakkige contacten in het dagelijks leven.
Wanneer we dan echter de diepte in gaan in onze contacten, in persoonlijke gesprekken, bij
conflicten of het uiten van gevoelens, komen we in het gebied van de overtuigingen, de
opgebouwde levenservaring en de opvoeding. Dit gebied ligt onder water, is niet duidelijk
zichtbaar en kan voor verrassingen zorgen, dit gebied stuurt ons gedrag.
Diep op de bodem ligt het onderste stuk van de berg, de basis of het fundament; voor de
mens is dat zijn basis gevormd door zijn genetisch patroon, zijn aanleg zijn karakter. Dit
draagt ons functioneren.
Onze eerste oriëntatie
16
Het is duidelijk dat in en door deze drie lagen de cultuur waarin iemand leeft, doorwerkt.
Het genetisch fundament
Gedrag, woorden/taal, gewoontes en tradities liggen in deze volgorde gestapeld in dat deel
van de ijsberg dat boven water zichtbaar is. Hier kun je rekening mee leren houden, je kunt
het al van veraf zien!
Onder het wateroppervlak, als ijs, liggen geloof, waardensystemen, vooronderstellingen en
denkwijzen gestapeld boven op een genetisch fundament. Juist op die onzichtbare keiharde
delen onder water varen schepen hun kiel stuk en leiden schipbreuk. Zo vergaat het ook de
mens in interculturele contacten: de buitenkant is vaal al moeilijk te duiden, maar wat de
mensen werkelijk bezielt, hun fundament blijkt voor de echte raadsels en problemen te
zorgen. Goede communicatie en contacten, vragen dus net als in de zeevaart, om goed
zeemanschap.
Er volgen nu wat praktijkvoorbeelden ter verduidelijking van ‘onder water’ beïnvloeding.
Voorwaardelijk denken, als dan denken is Westers denken.
In de klas met veel verschillende buitenlandse leerlingen zegt de docent: “als jullie je
huiswerk niet leren, halen jullie morgen een onvoldoende”. Een Nederlandse leerling hoort
de boodschap, leert zijn werk of denkt dat zoek ik zelf wel uit of ik heb nu even geen zin!
Een leerling met een Aziatisch denkraam hoort de mededeling niet als waarschuwing; de
boodschap komt niet over: als……, dan is hem vreemd. Hij verwacht “jij leert vanavond, jij
maakt morgen een proefwerk. Jij leert het goed, het proefwerk is ook goed.”
De frustratie bij de Aziatische leerling kunnen we ons makkelijk voorstellen.
Onze eerste oriëntatie
17
Opmerking: docent én leerling zullen oog moeten krijgen voor het verschil in denktrant.
De leerling zal als dan denken moeten leren, de leraar zal het verschil uit moeten leggen en
zeker aanvankelijk veel aandacht moeten besteden aan de formulering van zijn opdrachten,
zelf bewust van zijn eigen denktrant.
Ook in een bedrijfssituatie, in directie of bestuursvergaderingen, komt dit wederzijdse
onbegrip voor dat tot pijnlijke misverstanden kan leiden.
Telescopisch denken kan ook heel verwarrend zijn: gebeurtenissen die jaren geleden plaats
vonden, kunnen dan worden verteld alsof ze gisteren gebeurd zijn. Wij denken dan al snel: is
dit fantaseren, liegen of is er iets anders aan de hand? (bron: verhalen uit de Zuid Chinese
zee)
In sommige samenlevingen, culturen vol zuidelijke hoffelijkheid, vindt men het onbeleefd om
van mening te verschillen Dus vertelt men tegen beter weten in wat u graag wilt horen i.p.v.
wat nuttig is om te weten! Bedenk wel dat het ook gebruikt kan worden om eigen onkunde te
camoufleren. (A.Huxley)
De directheid van Nederlanders wordt door veel buitenlanders als botheid, onbeleefdheid of
gebrek aan hoffelijkheid ervaren, vooral mensen die gewend zijn aan indirecte communicatie
vinden deze manier van communiceren vaak zeer ergerlijk. Ook binnen onze eigen cultuur
liggen hier nuance verschillen die te maken hebben met achtergrond, opleiding en
opvoeding. In vergaderstijlen komt dit soms sterk naar voren, vergelijk: na een opmerking van
de voorzitter ons “Nou, hier ben ik het dus helemaal niet mee eens!” met het Engelse “Excuse
me, but I’m afraid I disagree.” of het beschaafdere Nederlandse: “Graag zou ik hier iets
tegenin willen brengen”.
Financiële ondersteuning door rijke landen kan door ontvangende regeringen gevoeld
worden als sturing, neo-kolonialisering of onbegrip. “ Wij zijn Latino’s“, aldus het hoofd van
de Mexicaanse vakverenigingen tegen een Amerikaanse journalist, “Wij hebben hier een
totaal andere mentaliteit, wij kunnen beter tegen armoede dan tegen een slechte
behandeling. Als jullie dat in de Verenigde Staten beter begrepen, stonden we een stuk
dichter bij elkaar”. (C. Storti)
De taal, communicatiemiddel bij uitstek, kan ons voor verrassingen plaatsen. Zegt een
Duitser: “Wir haben beschlossen” (aldus is besloten) dan bedoelt hij ”Dit is definitief”, einde
verhaal. De Amerikaan interpreteert dit als “Er is nog speelruimte”’. Dit is een voorbeeld uit
een lijstje van 13 mogelijke misverstanden in zakelijke gesprekken tussen Duitsers en
Amerikanen. (G.F. Weber, Interculturelles Management,)
De beheersing van een vreemde taal maakt een juiste overdracht van bedoelingen ook
lastiger: zo wordt een Nederlander die goed Engels spreekt toch verdacht van botheid,
omdat zijn woordkeus, zijn toon dat suggereren. De interpretatie van de boodschap leidt tot
Onze eerste oriëntatie
18
irritatie. Zo komt ook de Nederlander die op zijn betoog de Amerikaanse reactie ‘very
interesting’ krijgt, bedrogen uit als hij denkt dat dit een positieve reactie is! De Amerikaan
zegt immers iets erg negatiefs.
Ook onze uiterlijke verschijning kan ongewild onverwachte reacties, op grond van andere
gedachtes, oproepen. Mensen met een blanke huid en blonde haren worden soms betast om
te voelen of het echt is, of afgeeft (dit is historisch) en wat hier normale zomerkleding is kan
elders beschouwd worden als hoerig. Een hoofddoek bij een Marokkaanse wordt geduid als
teken van onderdanigheid, terwijl zij het kan dragen als verzetssymbool of als bescherming
tegen stof en UV-straling.
Non verbale uitingen
Niet alleen ons uiterlijk, onze woorden en ons denken zijn doordrenkt van de cultuur waarin
we opgroeiden, ook de non verbale communicatie: gebaren, lachen, huilen zelfs de stiltes en
de snelheid in ons spreken zijn cultureel gekleurd.
Voorbeelden
“Dat was ik niet, ik lag ziek in bed”, zei Velutha, met zo’n welgemeende leuke glimlach.
“Kijk je glimlacht” was Rachel’s reactie, dat betekent dat jij het wel was. Glimlachen betekent
echt dat jij het was. “Dat is alleen maar zo in Engeland!” zei Velutha, in India zei mijn leraar
altijd: “glimlachen betekent dat je het niet was”. (A. Roy, The God of small things)
Wanneer in een gesprek met Vietnamese jongeren pijnlijke herinneringen naar boven komen,
gaat dat niet onder tranen, maar met gelach. Ook een vraag waar geen antwoord op
gevonden kan worden (een pijnlijke ervaring voor een slimme leerling) krijgt een glimlach als
reactie.
Een gat dat valt in een gesprek, de ‘dominee die voorbij komt’, wordt per cultuur verschillend
geduid: een uitnodiging tot spreken; een pijnlijke ervaring die ongemakkelijk voelt; of een
teken van vertrouwelijkheid.
Laat een auto nooit een parkeerplaats in loodsen door een Griek zonder zijn non-verbale taal
te kennen: zijn gebaar voor : “Ho stop”, is voor ons ‘”OK kom maar”. Maar zelfs een talig
misverstand in eigen land kan flinke schade geven: Het Friese “kan net” bij het passeren van
een brug met je boot, wordt gehoord als ABN “het kan precies”, maar betekent dat het niet
kan; mast in tweeën! Ook hier dus: Luister Kijk, Leer! Misschien voorkomt de non verbale
toelichting schade!
Hand in hand lopen, begroeten, zoenen in het openbaar, naast elkaar, achter elkaar lopen op
straat, wie loopt rechts, wie loopt links?, gedrag dat in alle culturen kan verschillen.
Tafelmanieren, deuren open of dicht in huis of in kantoor, telefoonbeantwoording kunnen
irritaties of verbazing oproepen.
Onze eerste oriëntatie
19
Een 14 jarige Nederlands of Duitse tiener gaat met school in een uitwisselingsproject naar
Frankrijk. Uitgedost met een nieuw petje met klep en een speciaal uitgezochte zonnebril
voelt hij zich cool. De Franse gastvrouw sommeert hem bij aankomst onmiddellijk pet en
zonnebril op te bergen, “c’ est rebellieux, deze kleding! En niet gepermitteerd”. De Neder-
landse docenten vonden deze dracht normaal.
Uit deze voorbeelden blijkt hoe we vaak ongewild cultureel blind kunnen zijn en zo de mist in
gaan. (Overigens is deze mist-metafoor in veel culturen niet bruikbaar!)
De opbrengst
Hierboven zagen we dat wederzijds respect vraagt om inlevingsvermogen, een gevoel van
veiligheid, flexibiliteit en kennis van zaken. Daar wil ik aan toevoegen dat een gezonde dosis
humor, geduld en doorzettingsvermogen nu uitstekend van pas komen als we goed willen
functioneren in een vreemde cultuur.
Een gewaarschuwd mens telt voor twee en een goede voorbereiding is het halve werk: we
stellen onze verwachtingen bij, we krijgen grip op wat er staat te gebeuren. Dit gevoel van
toenemende eigen controle neemt veel van de onzekerheid over hoe het zal zijn weg en
daardoor kunnen we meer genieten van wat er komen gaat. De leuke kant van een buiten-
lands leven is al snel duidelijk, dat merk je vanzelf, omgaan met de moeilijke kant vraagt wel
wat meer werk, maar ook daaraan valt veel plezier te beleven!
Tip
Zo is het ook mogelijk een model te ontwerpen, zoals ik deed voor de jongeren in het boek
Het Geheim van Anderland, waarbij de lezer zich een bepaalde tactiek eigen maakt om met
frustratie in communicatie en onverwachte reacties in vreemde situaties om te gaan.
Dat gaat als volgt:
“Lees het volgende gedichtje hardop, totdat je het bijna uit je hoofd kent.”
Eigenlijk is het keer op keer:
Stop en kijk, luister en leer.
En als je het dan nog niet weet,
Of wat je doen moet, steeds vergeet,
Dan doe je gewoon als de vorige keer:
Stop en kijk, luister en leer!
Stop en kijk, luister en vraag,
Iemand vertelt het en helpt je graag …
Onze eerste oriëntatie
20
Het is vergelijkbaar met tot 10 tellen om een driftige uitval te bedwingen en jezelf onder
controle te krijgen. Het helpt even goed, zeker als we net als de kinderen ook de volgende
goede raad opvolgen:
Een goede raad:
zoek nieuwe manieren om naar een verhaal, een gesprek te luisteren,
zet je culturele bril af, of stel hem scherp
probeer rustig te blijven, als iets niet meteen duidelijk is,
*verbeeld je raadsels op te lossen als je niet begrijpt wat er staat,
*vraag je zelf, ‘wat weet ik wel?’, niet aldoor ‘wat weet ik niet’
*leer jezelf creatief te denken, buiten de geijkte kaders.
Wanneer u in een moeilijke situatie belandt, waar u echt niet mee om kunt gaan, kruip dan
niet in uw schulp. Neem zelf het initiatief en zoek naar een oplossing, raadpleeg anderen en
praat erover. Niets doen lost niets op, bovendien leert men er niets van voor de volgende
keer. Dat is immers een van de moeilijke kanten van het leven in een andere cultuur, de
stapeling van irritaties en incidenten hoopt zich op en dat veroorzaakt nog meer frustratie.
Dus doe er wat aan! Zo snel mogelijk.
Processen
Bij het vertrek naar een ander land spelen er naast het kennis maken met de feiten en het
zich verdiepen in de menselijke aspecten ook nog andere processen. Het is goed om daarvan
op de hoogte te zijn want als men van te voren al een beetje de loop dingen weet, hoe het
inburgeren meestal gaat, bevordert dat een snellere en simpeler gang van zaken.
Het is opvallend dat er nu veel actie-woorden gebruikt worden, leren, weten, kennen,
loslaten, inburgeren en wennen: kortom er is werk aan de winkel.
Voor het weggaan ligt het loslaten
Bij het verlaten van uw land kunt u niet zomaar de deur achter u dicht trekken alsof u met
vakantie gaat. Allereerst is er het loslaten, het actief geestelijk afstand nemen, van wat nu
huis, omgeving, familie en vrienden, het netwerk en werk voor u zijn. We kunnen het
omschrijven als uitgraven van wortels of het lichten van de ankers. Dat kan al in de stille
periode beginnen, wanneer men aan het idee moet wennen. We kunnen echt niet goed
vertrekken als we nog vast zitten!
Dit kan een verdrietig proces zijn, loslaten kan pijn doen. Het is een vergissing om dit te
negeren, weg te stoppen. Verdriet gaat niet zo maar weg, het gaat mee naar de volgende
fase in het transitieproces. We kunnen ons bijvoorbeeld verdrietig voelen als er gesproken
wordt over een leuk plannetje in de zomer, terwijl wij in april al vertrokken zullen zijn. Je dat
realiseren kan pijnlijk zijn. Zie het onder ogen, praat erover en blijf over zulke dingen niet
tobben. Niet aan denken helpt.
Onze eerste oriëntatie
21
Los ook je onopgeloste conflicten met vrienden of familie op voor je vertrekt, ook de emotio-
nele rekeningen kun je beter vereffenen. Dan is er geen gevoel van bitterheid bij het weg-
gaan.
En dat alles doen we terwijl wij ons ondertussen oriënteren op feiten, verdieping zoeken in de
cultuur en de samenleving, ons cultureel trainen en ons voorbereiden op wat komt.
Het klinkt zo simpel, afscheid nemen, maar het is een hele klus, neem er nu de tijd voor. Want
maar al te snel komt u in een soort stroomversnelling, breekt er een tijd aan van praktisch
zijn, regelen, organiseren en het hoofd koel houden. straks gevolgd door de reis, het
acculturatieproces en het acclimatiseren. Spreid uw energie en ga voor de lange adem! Zo
kan deze onderneming een succes worden terwijl tv uitzendingen laten zien hoe makkelijk “ik
vertrek” kan eindigen als een débacle (zoals vaak in het programma Ik verrek).
Het acculturatieproces
Wanneer dan de huisdeur dicht is, de reis achter ons ligt en we echt weg zijn, komen we in
het vervolgtraject. Het wennen aan het nieuwe land, een plaats vinden in de andere
samenleving.
Dit proces is grondig in kaart gebracht, zie de acculturatie curve, ontwikkeld door Dr Geert
Hofstede op basis van uitvoerig onderzoek. (Allemaal Andersdenkenden)
Onze eerste oriëntatie
22
In de eerste weken in een vreemde culturele omgeving krijgen veel mensen te maken met
gevoelens van opwinding, euforie: wat is het allemaal fantastisch, het reizen, het land, de
cultuur, de mensen. De verhoogde lichtinval, zoals in de tropen, bevordert dit ook. De
wittebroodsweken zijn aangebroken als alles meewerkt.
Daarna komt dan meestal de cultuurschok: we merken dat de fundamentele waarden, die ik
eerder besprak in de ijsberg figuur, waarden die we met de paplepel in gegoten kregen en die
we ons niet echt bewust zijn, lang niet altijd gedragen worden in de nieuwe cultuur. We
herkennen gevoel en gedrag niet, dit leidt tot irritatie, gefrustreerd zijn en soms behoorlijk
wat stress. Veel dingen moet je, net als kind vroeger, weer opnieuw leren. Mensen die voor
hun werk uitgezonden worden en ook migranten hebben in deze beginfase dan ook vaak
meer medische klachten dan voor hun vertrek of na hun aanpassing.
In de derde fase begint men zich van de schok te herstellen, we raken gewend aan de cultuur,
werken aan een nieuw sociaal netwerk, we voelen ons steeds meer wortel schieten of wel
ons anker begint te pakken. De acculturatie is in volle gang.
In de laatste fase is er een nieuw mentaal evenwicht ontstaan, de uitkomst kan individueel
verschillen:
Sommigen voelen zich blijvend vervreemd, houden veel last van heimwee en blijven
vergelijken met hun thuisland, terwijl anderen zich gediscrimineerd voelen. Terugkeer is
dan een alternatief, zij voelen zich de spijtoptanten;.
Ook kan er een vlucht ontstaan in de “social bubble”, ons kent ons, Hollanders onder
elkaar;
Anderen kiezen rigoureus voor de nieuwe wereld, gaan daar helemaal in op en worden
ook wel impats genoemd, “gone native”;
De biculturelen voelen zich thuis in beide culturen en wisselen gemakkelijk van thuisland
– toch zien de bewoners van de 2 thuislanden dat vaak anders -, maar er zijn ook
De transpatriates, zij hebben zich een zo grote cultuurgevoeligheid eigen gemaakt,
hebben zich zo ontwikkeld dat hun culturele vaardigheden inzetbaar zijn in welke cultuur
dan ook. Zij zijn de succesvolle moderne werkers, managers en leiders die van de ene job
naar de andere vliegen of drie jaar hier, twee jaar daar en dan weer thuis gestationeerd
zijn. -Maar wat vindt het gezin?-
Toch kennen ook transpats cultuurschokken, maar kunnen die wellicht beter incasseren door
hun ervaring en persoonlijkheidsstructuur. Wellicht zijn zij in het bezit van een ‘liquid identity’
een vloeibare identiteit (term Z. Baumann) en gaan gemakkelijk in een vreemde haven voor
anker!
Onze eerste oriëntatie
23
De tijdsduur van dit overgangsproces, kan variëren van weken tot een jaar afhankelijk van de
persoon, de cultuur, de situatie en de frequentie. Verschil genoeg dus om niet ongedurig te
worden als het niet aldoor meezit.
Tips
Schuilen op een veilige plek helpt niet, trek erop uit en zoek contacten, wees extrovert en
lees het versje nog een keer. Neem er in ieder geval de tijd voor en laat het glas half vol
zijn in plaats van half leeg.
Echt, een goede voorbereiding zal werken omdat de acculturatie versneld wordt, de
pieken en dalen worden afgezwakt en bovendien voelen we ons er lekkerder bij!
Onderzoek heeft dit uitgewezen. (Geert Hofstede, 1991)
Zo wordt het duidelijk dat de keuze tussen ’hemel of hel’ voor een deel in eigen hand kan
liggen! De feiten blijven hetzelfde, maar de manier van omgaan met die feiten bepaalt
het verschil.
Oordeel niet!
Het is verleidelijk en makkelijk om mensen uitsluitend op hun gedrag af te rekenen, het is
daarentegen een kunst om te verstaan. En werkelijk verstaan doe je in betrokkenheid. Maar
daarmee zet je jezelf ook op het spel en dat vergt de moed tot kwetsbaarheid. En die
kwetsbaarheid laat soms op zich wachten, uit angst voor het nietsontziende oordeel van de
wereld.
Hanna Arendt
Zet vooral de juiste bril op!
De duivel steekt in de verschillen die mensen elkaar aanpraten. (Ilya Trovanov)
Onze eerste oriëntatie
24
Bijlage 1
Nederlandse identiteit
Hoe moeilijk is het niet om de Nederlandse identiteit te definiëren? Het lijkt wel of iedereen
weer andere aspecten belangrijk vindt. Bij mijn zoektocht naar betrouwbare informatie
stuitte ik op de volgende bijdrage op internet van N. Zuijdgeest. Zij studeerde Arabisch en
geeft trainingen in identiteit, beeldvorming en diversiteit.
Bij het in kaart brengen van je identiteit spelen vijf gebieden die iedereen deelt een rol, alleen
bij iedereen op een andere manier. Dat zijn de cultuur van groepen, achterstelling of
discriminatie, bevrijding en emancipatie, je eigen levensverhaal en ándere culturen in
Nederland. Bij identiteit gaat het over zingeving, over continuïteit en ook over verandering.
Want jij blijft als persoon hetzelfde maar facetten kunnen veranderen. Je kan je dus op een
gegeven moment meer of minder Nederlander gaan voelen. F. van Kammen bevestigt die
verandering in een mailtje: “Ik koester in geen geval mijn Nederlandse identiteit, woon in een
klein dorpje in Chili en geniet van de rust en het warme gevoel wat de bewoners mij geven.”
Afkomst
Waar je vandaan komt en wie je ouders en familie zijn speelt een grote rol. Je eigen identiteit
bepalen doe je door naar andere mensen te kijken, als een soort spiegel van jezelf. Als je
eenmaal weet wat je wortels zijn kun je beter bij jezelf blijven, zeker wanneer je in het
buitenland gaat wonen. Als je hecht aan wie je bent wil je die identiteit door geven aan
kinderen en aan kleinkinderen. Dat kan door hen er aan te herinneren dat ze vrienden en
familie hebben in Nederland en hen te vertellen over wat er in Nederland gebeurt.
Uitleg
Lammert de Jong schreef het boek Being Dutch more or less en zwierf over de hele wereld.
Als hij moest uitleggen waar hij vandaan kwam, noemde hij eerst de feiten: waar ligt
Nederland en hoeveel mensen wonen er. Maar: “Voor mij is identiteit vooral een
verbeelding: welke verhalen neem je mee, welke ervaringen in je leven zijn belangrijk en die
verbeelding verandert met de tijd. Dat betekent dat identiteit vooral geconstrueerd is.”
Dat deze redenering van De Jong nog niet zo gek is, blijkt nu Nederland een immigratieland
geworden is. “Van mensen die hier komen eisen we dat zij Nederlander worden. Dat doet
geforceerd aan, omdat daar tal van verschillende meningen over zijn. Waar je wel naar kunt
kijken is naar wat bezonken is in onze samenleving: de wetten en de Grondwet, waarin
dingen verankerd zijn die van belang zijn voor onze samenleving. Maar daarin onderscheiden
we ons niet van andere veel andere landen.' Nederlandse identiteit? Het blijft lastig”.
Voorbeelden
We zijn niet competitief, we kunnen beter niet boven het maaiveld uitsteken, doe maar
gewoon dan doe je al gek genoeg, en een profeet wordt niet geëerd in eigen land. Maar een
Nederlander is niet alleen zuinig bij de thee: we presenteren een koekje, maar we zijn ook
zuinig met complimenten, zoals blijkt uit het volgende stukje op internet. “O, die heb ik al
Onze eerste oriëntatie
25
lang” of “het is een uitverkoopje hoor”. Dat is de klassieke reactie als een Nederlander een
aardige opmerking krijgt over een kledingstuk. Nederlanders en complimenten vormen een
ongemakkelijke combinatie. Zowel in het geven als bij het ontvangen van complimenten:
“Het gaat Nederlanders makkelijker af om elkaar te bekritiseren dan elkaar complimenten te
geven. Dat zit niet echt in onze volksaard. Dan komt het calvinisme een beetje boven. Daar is
op zich niet zoveel mis mee, behalve dat het wel goed zou zijn als mensen kunnen omgaan
met waardering. Daar zijn we gewoon niet zo makkelijk in.”
Hoort bij mijn werk
“Onze calvinistische soberheid zorgt ervoor dat we ook zuinig zijn met het geven van
complimenten. Terwijl het dagelijks leven een stuk prettiger zou zijn als we dat vaker zouden
doen”, zegt Poortvliet. “Er wordt maar heel weinig gezegd: 'dat heb je goed gedaan.' En als
het wel gebeurt, is de reactie maar al te vaak: 'Dat hoort toch bij mijn werk?'”
“Amerikanen zijn wat complimenten betreft de tegenpolen van Nederlanders”, zegt de van
oorsprong Amerikaanse Wereldomroep-verslaggever Robert Chesal: “Je hoort eigenlijk pas
wat in Nederland als je iets niet goed gedaan hebt. En als je niets hoort, kun ervan uitgaan
dat je het goed doet. Maar je hoort het niet expliciet; dat is de heersende cultuur. In Amerika
is dat heel anders; daar geeft men makkelijker complimenten.”
Zelfverzekerd volk
Chesal woont nu bijna 25 jaar in Nederland. Hij is niet ernstig aan zichzelf gaan twijfelen,
maar hij moest wel wennen. “Omdat we zoveel complimenten geven en krijgen, zijn
Amerikanen een vrij zelfverzekerd volk.”
“Managers van Nederlandse bedrijven zouden er goed aan doen hun werknemers vaker een
veer in de hoed te steken”, stelt Poortvliet. Bijvoorbeeld om hun personeel vast te kunnen
houden als de economie verder aantrekt en als de vergrijzing zorgt voor een krappe
arbeidsmarkt. “Werknemers vinden het plezierig om erkenning te krijgen voor hun
inspanningen. De belangrijkste reden waarom ze een punt zetten achter hun baan, is een
gebrek aan waardering,” aldus Poortvliet, die zelf een managementfunctie heeft.
De samenleving lijkt een soort collectieve psychische stoornis op te lopen door de manier
waarop Nederlanders met elkaar omgaan. “Je kunt zeggen dat de hele samenleving lijdt
onder wat men noemt een narcistisch tekort”, zei de socioloog Paul Schnabel onlangs tegen
radiostation BNR Nieuwsradio. “Er is voortdurend behoefte om zelf bevestigd te worden,
maar heel weinig behoefte om anderen te bevestigen,” aldus Schnabel over het breed
gevoelde gebrek aan wellevendheid in de Nederlandse samenleving. Als oplossing ziet de
socioloog dat Nederlanders zelf wat voorkomender en hoffelijker worden. “Het klinkt banaal,
maar dat zijn wel de dingen waar het om gaat.”
Onze eerste oriëntatie
26
Bijlage 2
De Oosterburen
Als er over cultuur gesproken wordt, kun je bijna niet om de stereotypes heen die in de loop
der jaren zijn ontstaan. En alhoewel stereotypes vaak gestoeld zijn op vooroordelen, kan er
ook een kern van waarheid in zitten. Over onze oosterbuur hebben wij Nederlanders
verschillende vooroordelen. Bijvoorbeeld dat ze 'grundlich und punktlich' zijn, geen humor
hebben en elke dag 'Bratwurst' en 'Bier' nuttigen. Onze buren houden van regels en houden
zich eraan, thuis en in het werk.
Wanneer je in Duitsland gaat werken, is het belangrijk om rekening te houden met bepaalde
cultuurverschillen. Ze plannen normaalgesproken afspraken en vergaderingen ver van te
voren in en hebben dan ook al voorbereid wat er precies op de agenda staat. Het is dan ook
raadzaam om een afspraak alleen te verzetten als daar een hele goede reden voor is.
Eerlijkheid wordt gewaardeerd dus laat een half verzonnen smoes liever achterwege.
Brainstorm sessie
Als de vergadering is begonnen, worden de punten van de vooropgezette agenda meestal
keurig afgelopen. Het is dan ook bijna 'not done' om te besluiten een brainstorm sessie
tijdens de vergadering te beginnen zonder dat die van te voren is ingepland. Brainstormen
wordt gezien als een mogelijkheid om wat structuur te geven aan losse ideeën. Maar men
moet van te voren tijd hebben gehad zich hierop voorbereid te hebben.
Tutoyeren en ‘Sie sollen nicht dutzen’
Alhoewel afhankelijk van het betreffende bedrijf, is de bedrijfscultuur in Duitsland in veel
gevallen sterk hiërarchisch. In een Nederlandse situatie is het niet ongewoon om
onaangekondigd het kantoor van een leidinggevende binnen te stappen. In de Duitse context
daarentegen is het onacceptabel om zomaar het kantoor van je baas binnen te lopen. En je
leidinggevende tutoyeren en met de voornaam aanspreken wordt al helemaal als ongepast
geïnterpreteerd. Ook onder collega’s. Deze formele manier van met elkaar omgaan laat zich
bijvoorbeeld zien in de uitdrukking 'Sie sollen nicht dutzen'. Er is geen directe vertaling voor,
maar het mag duidelijk zijn dat het zoveel betekent als dat het niet gepermitteerd wordt
iemand in de tweede persoon enkelvoud aan te spreken. Wallast heeft hier ervaring mee:
Tijdens een volle vergadering sprak ik destijds een directeur aan met 'du' en stelde ik hem
een vraag. Hij slikte even, knipperde met zijn ogen en gaf keurig antwoord. Later begreep ik
van mijn opdrachtgever dat dit niet volledig in lijn met de omgangsvormen was.” Maar echt
last zegt hij niet te hebben gehad van de verschillen in de omgangsvorm: “Duitsers hebben in
die zin alle begrip voor hun onbeschaafde westerburen.” Ofschoon de zaken in Duitsland,
afhankelijk van de persoonlijke en professionele relatie, steeds vrijblijvender worden is het
wijs om voorbereid te zijn op een redelijk formele toon.
Onze eerste oriëntatie
27
Vrienden
Uit alle gesprekken die wij met expats voeren die voor langere tijd in het Duitsland wonen en
werken blijkt dat Duitsers werk en privé redelijk gescheiden houden. Het is over het
algemeen niet een cultuur waarin je heel gemakkelijk vrienden maakt. Maar als je elkaar
beter leert kennen, zul je merken dat je het vertrouwen wint en dan hechte vriendschappen
kunt opbouwen. (rnw)
Onze eerste oriëntatie
28
Achtergronden en informatie
29
De uitzending
Paradoxaal genoeg kun je je eigencultuur pas echt leren kennen wanneer je in het buitenland
zit.
L. Poorter, stelling bij proefschrift
Inzicht
Wanneer we aan het wennen zijn een toekomstige expat, transpat, impat of emigrant te
worden, krijgen we al snel te maken met instanties die betrokken zijn bij ons toekomstige
vertrek. In deze periode voor ons vertrek is goed inzicht in wat ons contractueel te wachten
kan staan belangrijk. We zien hoe de globalisering van de economie historisch gegroeide
situaties kan veranderen en hoe ook hier interculturele vaardigheden, zowel persoonlijk als
bedrijfsmatig, een gunstige invloed kunnen hebben op een geslaagde uitzending.
Dit onderdeel is dan ook niet alleen bedoeld voor de aanstaande expats maar juist ook voor
diegenen die verantwoordelijk zijn voor de uitzending van medewerkers binnen een bedrijf,
een stichting, een kerk of genootschap, de overheid , een niet gouvernementele organisatie
(NGO).
We lazen in het vorige hoofdstuk hoe een uitzending in levens ingrijpt en hoe men zich
daarop kan voorbereiden. De kernvraag is nu: welke extra kennis en kwaliteit zou een HR
manager nog kunnen verwerven om het uitzendbeleid van de werkgever voor alle
betrokkenen te optimaliseren?
Achtergrond
In Nederland, als zeevarende natie, kennen we een eeuwenlange geschiedenis van overzees
handel drijven, met Japan, Indonesië, Suriname en Zuid-Afrika om slechts de bekendste te
noemen. Ook de zending bracht de gelovigen in contact met vreemde culturen. Zelfs nu in
het begin van de 21e eeuw wordt in de politiek nog verwezen naar de volgens sommigen te
prijzen VOC mentaliteit! Internationaal handelen is ons niet vreemd. De kaders zijn wel
veranderd: kralen en glitter werden vervangen door artikelen die passen bij onze con-
sumptiementaliteit. Kolonialisme is uit de gratie, neo-kolonialisme klinkt als een verwijt.
Handelen willen we graag! Nederlanders staan in de cross-culturele polls dan ook vaak
bovenaan. Volgens de laatste gegevens uit 2011, maakt handel een derde van onze economie
uit. Wereldwijd is de globale economie gegroeid, ook voor die landen die historisch gezien
weinig of geen ervaring hebben in internationaal handel drijven.
Toch is het opvallend dat de vakliteratuur over het internationaal uitzenden van mede-
werkers voornamelijk gebaseerd is op gegevens uit de Verenigde Staten van Amerika. Pas de
laatste decennia komen er uitvoeriger analyses van de Europese multinationals en hun
manier van zaken doen. Dit heeft tot gevolg dat er kritisch gekeken moet worden naar de
herkomst van de beschikbare informatie over internationaal, intercultureel management. In
Achtergronden en informatie
30
Amerika liggen immers de verhoudingen tussen de binnen en buitenlandse markten anders
dan in Europa, terwijl historisch gezien het land naar binnen gekeerd is. (H. Scullion, C. Brewster,
2009). China, India en Japan stomen nu in de 21 e eeuw op in de wereldhandel. Amerikaanse
handelsconcepten zijn niet klakkeloos over te nemen. (Mayerhofer, 2002)
In Europa is het handelsklimaat duidelijk beïnvloed door een andere cultuur en historie. Er zijn
op 5 uur autorijden verschillende culturen te vinden, om te zwijgen over de diversiteit binnen
een actieradius per vliegtuig van 5 uur. Er bestaan culturele verschillen met een lange historie
van vaak nog oud zeer die tot uiting komen bij voetbalwedstrijden tegen Duitsland: “We
willen oma’s fiets terug!”, onbewust onbehagen is onberekenbaar.
Nu maakt de Europese Unie, met een vrij vervoer van goederen, kapitaal en werkkrachten, de
uitbreiding van internationalisering van grote én kleine bedrijven eenvoudiger. Met als
mogelijk gevolg overnames, fusies en de privatisering van staatsbedrijven die zo in buiten-
landse handen komen. Voor alle medewerkers, maar zeker voor het management werkt dit
door in bedrijfsvoering en persoonlijke contacten op alle niveaus. Deze processen stellen
hoge eisen aan personeelsmanagers. Temeer daar er door het wegvallen van de grenzen
binnen het Schengen gebied, de uitbreiding met de landen van het voormalige Oostblok
binnen de EU een grotere mobiliteit van werkers is ontstaan. Zo kwamen er zelfs nieuwe
woorden: euro-commuters of euroforensen en frequent-flyer werkers! Niet alleen in laag- of
ongeschoolde arbeid maar tot in het topmanagement toe. Naast de expats kennen we nu ook
de transpats, impats en repats, over wie straks meer.
Volgens het oude gezegde ‘De tijden veranderen en wij met hen’, veranderen ook de cross
nationale contacten - in de wereld voor de gewone burger. Er wordt meer gereisd, ook over
grotere afstanden, een vakantie in Thailand, een winterreis naar de zon? Gaan we lekker naar
Zuid-Afrika? Internationaal is niet exclusief meer, het wordt steeds gewoner. Zo wordt het
handelsverkeer, ook over grotere afstanden steeds frequenter: Chinese wijnen in Europa, een
kleine importeur, big business! Indiase call centres voor Europese bedrijven en zomer-
groentes uit Egypte in de winter in onze supermarkten. Dit vraagt in organisaties om cross
nationale contacten, aanpassingen en overleg, kortom om mensen met interculturele
vaardigheden en kennis. Onder invloed van de bovengenoemde ontwikkeling is een onder-
nemingsklimaat ontstaan waarin de buitenlandse vestigingen van (Nederlandse) bedrijven
steeds meer een autonome positie in zijn gaan nemen. Er ontstaat meer ruimte voor eigen
initiatief, eigen bedrijfsvoering, zolang het maar past in het alomvattende plan van het
moederbedrijf. In het Amerikaanse model wordt vaker van de overzeese bedrijfsonderdelen
verwacht en zelfs geëist dat zij volgens de Amerikaanse blauwdruk werken. Dit is ook terug te
zien in de organisatie van sommige NGO’s.