Upload
others
View
4
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
1
de stad/kleine projecten
1111
met 35 inspirerende
voorbeelden van
community art uit de
praktijk!
Maarten Reith
verbindingdoor
verbeeldingHoe kunst en samenleving
elkaar versterken
in Gelderland
Community art resulteert in nieuwe maatschappelijke verbindingen
en een nieuwe kijk op de alledaagse werkelijkheid. Dat smaakt naar
meer, leert een rondgang langs 35 inspirerende projecten in de provincie
Gelderland.
Deze uitgave is opgebouwd rond de verschillende niveaus waarop
kunst en maatschappelijke ontwikkeling elkaar kunnen versterken: de
Locatie, de Straat, de Wijk, de Stad en de Streek. Elk hoofdstuk bevat
een inleidend verhaal over de specifi eke kansen en kenmerken van
dat niveau. Aansluitend worden aansprekende voorbeelden uit de
Gelderse praktijk beschreven. Deze hoofdstukken worden afgewisseld
door interviews met betrokkenen, die vanuit hun bevlogenheid over
community art vertellen. Kunstenaars, cultuur aanjagers, bewoners
en vertegenwoordigers vanuit gemeenten, onderwijs, welzijn en
volkshuisvesting schetsen in welke richting community art zich nog
verder kan ontwikkelen.
Laat je inspireren en ga er zelf ook mee aan de slag.
LABORATORIUM VOOR KUNST & SAMENLEVING
9 789081 849524 >
CAL XL • Boek community art in Gelderland Omslag MP DEF.indd 1 12-11-12 14:04
3 Voorwoord
4 Inleiding
5 Interview met Elsbeth Rozenboom, KCG
6 Interview met Sikko Cleveringa, CAL-XL
8 Interview met Bram Kluen en Olga Lozeman, cultuurscouts
10 de locatie12 Projecten
14 Buiten komt voorbij
16 Heerlijk buiten
18 Interview met Lieneke Postema, wooncorporatie De Goede Woning
20 de straat20 Projecten
22 Sprengendorp presenteert HUIS
24 Zon op Zuid
26 Interviews met bewoners
28 Interview met Henk van Haeften, Cultuurknooppunt Wijchen-Beuningen
30 de wijk32 Projecten
34 Waalsprongfilm
36 Kunst in Veldhuizen
38 Interview met Paula Walta, choreograaf
40 de stad40 Projecten
42 Nijmegen exposeert
44 Swing on 2
46 Interview met Marco te Nijenhuis, jongerenwerker en Johan Godschalk,
KCG-Cultuurpact
48 de streek48 Projecten
50 Spoelspektakel
52 Het landschap vertelt
54 I nterview met Michiel ten Dolle, wijkmanager Nijmegen en Karin Eetgerink,
cultuurambtenaar Tiel
56 Colofon
58 CAL-XL in Gelderland
inhoudsopgave
3Community art legt zich toe op het maken van kunst mét
mensen en niet vóór mensen. Zij zet de verbeeldingskracht
van de kunsten in om zichtbaar te maken wat mensen
beweegt. Daarin ligt, in mijn optiek, de essentie van deze
bijzondere kunstprojecten.
Community art is sterk in ontwikkeling en dat is niet
voor niets. Zij sluit naadloos aan bij de huidige tijdgeest
waarin nieuwe verbindingen worden gezocht tussen kunst
en samenleving.
In deze kunstprojecten werken kunstenaars samen
met een groep mensen. Deze samenwerking start al aan
het begin van het creatieve proces. Zo komt kunst tot
stand, waarin de betrokken mensen,
en hun omgeving, zich herkennen.
Kunst waarmee ze zich kunnen iden-
tificeren en die betekenis krijgt in
hun dagelijks leven.
Deze bijzondere vorm van kunst
maken zorgt voor nieuwe dy-
namiek in de cultuursector. Ze
voegt iets wezenlijks toe aan de
‘gevestigde’ kunsten, die meer
autonoom tot stand komen
en die meestal worden getoond
aan publiek in de gebruikelijke context van musea, the-
aterpodia en concertzalen. Niet iedereen voelt zich door
deze laatstgenoemde vorm van kunst en kunstbeleving
aangesproken.
Bij community art ligt dat anders. Die zorgt er juist
voor dat kunst direct ‘integreert’ in het dagelijks leven
van mensen, en wel op een haast vanzelfsprekende, in-
teractieve en respectvolle manier. Vooral dit vind ik van
grote waarde.
Community art gaat op zoek naar wat mensen beweegt
en wat mensen bindt. Deze vorm van kunst gaat uit van
de kracht van mensen. Het lijkt erop dat zij inzetbaar is
bij tal van maatschappelijke opgaven, zoals leefbaarheid,
krimp, maatschappelijk isolement, sociale samenhang en
gebiedsontwikkeling. Zaken die zeker ook in Gelderland
aan de orde zijn. Daarom toont deze publicatie veel
inspirerende voorbeelden van projecten uit onze provincie.
Deze kunstprojecten hebben niet alleen het vermogen
zichtbaar te maken wat er bij de mensen leeft, maar
kunnen ook de gezamenlijkheid van de groep versterken,
de communicatie verbeteren en mensen betrekken bij
ontwikkelingen die voor hen van belang zijn.
Hier lijken mooie kansen te liggen om community art
vaker in te zetten voor maatschappelijke veranderingen.
Deze publicatie, met de kernachtige titel Verbinding door
verbeelding, presenteert aansprekende voorbeelden uit de
Gelderse praktijk. De samenstel-
lers maken zo de kwaliteiten, de
inzetbaarheid en de diversiteit
van community art zichtbaar
voor geïnteresseerd publiek en
potentiële partners binnen en
buiten de cultuursector. Zij willen
vooral organisaties en professio-
nals aanspreken, die in hun eigen
werkpraktijk wellicht iets willen en
kunnen met community art, maar die
nog zoekende zijn naar het hoe en wat.
Ik zelf raak geïnspireerd als ik lees
hoeveel bijzondere projecten er al in Gelderland zijn.
Ik wens u ook veel inspiratie toe!
Annemieke Traag
Gedeputeerde Cultuur en Erfgoed
Provincie Gelderland
kunst mét mensenvoorw
oord
‘Community art gaat uit van de
kracht van mensen’
4
verbinding door verbeeldingWe leven in een tijd waarin in verschillende maatschap-
pelijke sectoren een gemis aan gezamenlijkheid wordt
ervaren. Het begrip ‘samen leven’ vraagt om een
nieuwe invulling.
Daarnaast is kunst op zoek naar nieuwe uitingsvor-
men, nu ze haar traditionele betekenisgevende rol in
de maatschappij aan het verliezen is.
In community art komen deze ontwikkelingen samen.
Daarmee ontstaat verbinding door verbeelding.
leeswijzer Deze publicatie is opgebouwd rond de verschillende
niveaus waarop gemeenschappen zich rond kunst kun-
nen vormen: de Locatie, de Straat, de Wijk, de Stad en
de Streek. Op al deze schaalgroottes ontstaan nieuwe
groepen dankzij de verbindingen en ontmoetingen
die kunstenaars met hun verbeeldingskracht creëren.
Elk hoofdstuk bevat een inleidend verhaal over de
specifieke kansen en kenmerken van dat niveau.
Aansluitend vindt u twee aansprekende voorbeelden
uit de Gelderse praktijk, evenals een aantal projecten
die we beknopt beschrijven. Samen bieden ze u een
inspirerende rondleiding.
interviewsDeze hoofdstukken worden afgewisseld door inter-
views met betrokkenen, die vanuit hun bevlogenheid
over community art vertellen. Kunstenaars, cultuur-
aanjagers, bewoners en vertegenwoordigers vanuit
gemeenten, onderwijs, welzijn en volkshuisvesting
schetsen in welke richting community art zich nog
verder kan ontwikkelen.
Uit hun verhalen komt naar voren dat de ingrediënten
voor succesvolle projecten bekend zijn, maar dat hét
beproefde recept niet bestaat. Elke gemeenschap heeft
immers zijn eigen dynamiek en identiteit, iets waar
community art keer op keer op wil inhaken.
projectscanCommunity art is volop in beweging en kent vele ge-
zichten. Elk project heeft te maken met een gezond
spanningsveld tussen sociale uitgangspunten en ar-
tistieke vrijheid, tussen proces en resultaat, tussen
participeren en creëren, tussen individuele ontwik-
keling en groepsbelang. Het is telkens opnieuw de
kunst daarin de balans te vinden. De Projectscan (zie
pagina 6) is hiervoor een zeer geschikt hulpmiddel.
De scan maakt de verschillende krachten binnen een
project inzichtelijk, met als doel deze te versterken.
Zo komt het potentieel van community art nog meer
tot zijn recht.
aan de slagDiverse organisaties in Gelderland zijn actief op het
gebied van community art. Op pagina 59 leest u waar
u hen kunt vinden. Ze helpen u graag op weg om zelf
aan de slag te gaan. Want dat is het doel van deze
publicatie.
een inspirerende rondleiding
Community art creëert de verbinding tussen kunst en
samenleving. Dit levert in de praktijk veel op, leert een
rondgang langs 35 projecten. Vanuit diverse achter-
gronden geven betrokkenen in deze publicatie hun visie.
inleidin
g
De eigenheid aanwakkeren binnen de amateurkunst,
dat is de passie van Elsbeth Rozenboom, senior adviseur
bij KCG. Binnen community art ziet ze dat heel sterk
terug. “Als ik zie hoe kunstenaars erin slagen groepen
mensen boven zichzelf te laten uitstijgen, dan krijg ik
een brok in mijn keel. Als mensen zich op hun allerbest
laten zien, zijn ze op hun mooist.”
Bevlogen somt ze op waar de kracht zit: “Com-
munity art laat groepen, zonder ervaring, iets doen
waarvan ze niet dachten dat ze dat konden. Het doet
een appèl op sociaal gedrag en de zorg voor elkaar.
Community art haalt het kunstzinnige en authentieke
in mensen naar boven. Zo laten zij iets zien wat door
geen ander zo gemaakt had kunnen worden.”
nieuw fenomeenCommunity art bestaat al sinds de jaren zestig. “Maar
de term kwam in 2003 bij de Raad van Cultuur pas voor
het eerst ter sprake”, vertelt Rozenboom. “Voor veel
raadsleden was het een nieuw fenomeen.”
Arnhem was er met community art relatief vroeg bij:
met wijktheater van Peter van der Hurk (vertrok naar
Rotterdam), Stichting Beleven met haar cultuurscouts
en Stichting InterArt die de rol van kunst in samenleving
stimuleerde. Later zijn ook in andere steden initiatieven
van de grond gekomen, zoals in Apeldoorn, Wageningen
en Nijmegen en in het landelijk gebied.
ontwikkelingDe provincie Gelderland heeft deze ontwikkelin gen
actief ondersteund door bij te dragen aan grote
‘parapluprojecten’ zoals Code groen, Nijmegen ex-
poseert en Zon op Zuid waarin kunstenaars ervaring
konden opdoen met deze manier van werken.
Ook droeg de provincie financieel bij aan scholing.
Rozenboom: “Samen met EDU-ART heeft KCG de voor-
loper van CAL-XL benaderd om een scholingstraject
op te zetten in Gelderland: Partners in community art
(PICA). Die is inmiddels drie keer gegeven aan zo’n
veertig personen: kunstenaars, professionals met
een CMV-achtergrond, docenten en projectleiders in
kunsteducatie, welzijnswerkers, beleidsmedewerkers,
cultuuraanjagers bij culturele en maatschappelijke
instellingen en zelfstandig adviseurs.”
volgende stapMet de komst van CAL-XL, de landelijke netwerkorga-
nisatie, is er in 2011 ook een provinciale regiegroep in
het leven geroepen met een regionaal actieplan. Samen
met CAL-XL wordt gewerkt aan netwerkvorming, scho-
ling, onderzoek en documentatie. Nu is het moment
aangebroken voor verdere verbreding en het actief
uitdragen van de rijke mogelijkheden van community
art binnen de provincie. De volgende stap heeft de
KCG-adviseur ook al in haar hoofd. “Mijn ambitie is
het oprichten van een provinciaal matchingsbureau
tussen opdrachtgevers en uitvoerders, om vraag en
aanbod te koppelen.”
Van de praktijk naar de theorie,
van theorie naar beleid, en dan
weer terug naar de praktijk.
In tien jaar tijd heeft Elsbeth
Rozenboom community art in
Gelderland sterk zien groeien.
authentiek gelders
interview
5
Gelderland timmert stevig aan de weg met community art
s
ocia
le in
fr
astructuur culturele infrastructuur
soci
ale
cohe
sie
publieke beeldvorming fysieke leefbaarheid
Cr
eatiereGi e
gem
eens
chap
publiek fysieke ruimteze
lfor
gani
sati
e
p
roductie programm
ering
sociale deelname culturele dee
lnam
e
persoonlijke ontwikkeling brongroep
erfgoed & educatie
de projectscan
interview
6
instrument helpt sociaal-artistiek project verder
Sikko Cleveringa is projectleider van CAL-XL, de landelijke
netwerkorganisatie van koplopers in community art en nieuwe
cultuurfuncties.Volgens hem is het inmiddels heel duidelijk
waar community art om draait. “De kinderziektes zijn er nu uit
en we weten wat de ingrediënten van de soep zijn. Nu kunnen
we de soep steeds lekkerder maken.”
Community art heeft de afgelopen tien jaar een gigantische
ontwikkeling doorgemaakt. Dat is vooral te danken aan het
rijksgeld dat vanaf 2000 via het Grote Stedenbeleid en het Actie-
plan Cultuurbereik beschikbaar kwam. “Vanuit de twee fondsen
zijn in veel gemeenten cultuuraanjagers, -makelaars en –scouts
aangesteld. Ook is een groot aantal nieuwe projecten mogelijk
gemaakt op de grens van kunst en maatschappelijke ontwikkeling”,
zegt Cleveringa. “Door die subsidies hebben kunstenaars en andere
professionals volop kunnen experimenteren binnen community art.”
Recentelijk heeft hij met collega-koplopers hun praktijkervaring
samengebracht in een ‘community of practice’. Dit heeft onder meer
geresulteerd in de publicaties ‘De Kracht van cultuur’ (NICIS 2011) over
kunst als waardenmaker en ‘Cultuur nieuwe stijl’ (CAL-XL 2012) met
een gedetailleerde uitwerking van de projectscan.
hulpmiddelDeze projectscan is bedoeld als hulpmiddel voor iedereen die met com-
munity art projecten aan de slag gaat en geeft antwoord op vragen als:
Wie met community art aan de slag
wil, hoeft niet opnieuw het wiel uit
te vinden. Tien jaar pionieren heeft
veel kennis en ervaring opgeleverd.
Via de Projectscan van CAL-XL
is die informatie voor iedereen
toegankelijk.
7
interview
hoe kun je een sociaal-artistiek project aanscherpen?
Hoe krijg je helder waar je mee bezig bent? Hoe haal
je het maximale eruit wat erin zit? “Met de projectscan
kun je een project uittekenen op een bierviltje, maar de
scan is ook online beschikbaar als digitaal instrument in
de landelijke databank. Een project kan zowel vooraf,
tijdens als na afloop van de uitvoering worden ingevuld.”
CAL-XL wil met de scan vooral bijdragen aan de verdere
professionalisering van community art (ontwerponder-
zoek) maar het instrument leent zich ook uitstekend voor
de legitimering van praktijken (evaluatieonderzoek). Je
kunt er zelf mee aan de slag maar
je kunt er ook externe onderzoe-
kers mee laten rapporteren. Met
een landelijke onderzoeksagenda
wordt er ook een link gelegd met
wetenschappelijk onderzoek.
vragen en antwoordenDe projectscan helpt je om re-
gie te voeren op vier krachten
die van belang zijn voor een
succesvol community art project.
Wat is de voedingskracht van het project? Waarom doen
mensen mee? Gaat het vooral om persoonlijke ontwik-
keling, om publieke beeldvorming, sociale cohesie of om
fysieke leefbaarheid? En wat is de creatieve kracht: wat is
het juiste artistieke antwoord op deze maatschappelijke
vraag? Wat betreft de samenwerkingskracht: wie heb je
allemaal nodig in een proces van co-creatie? Wie zijn de
deelnemers en welke professionele ondersteuning heb-
ben ze nodig? En tot slot de vormkracht: community art
gaat over empowerment, over het veranderen van een
bestaande situatie. Hoe geef je een nieuwe betekenis aan
de relatie tussen de brongroep (ik), het algemene publiek
(zij), de gemeenschap (wij) en de fysieke omgeving (het).
Hoe wordt de brongroep meer ‘meester’ over haar eigen
vermogens en hoe zorg je dat instituties vanuit hun eigen
beleid daar een rol in gaan spelen? De scan helpt je om
systematisch de antwoorden te zoeken op deze vragen.
Zo krijg je het project ‘in balans’.
nadenken en keuzes“Community art kun je op veel verschillende manieren
aanpakken. Met de scan doe je geen uitspraken over
wat wel en niet goed is, maar het invullen van de scan
dwingt wel tot nadenken over de keuzes die je maakt
of gemaakt hebt”, zegt Cleveringa. “Vaak zijn mensen
intuïtief met een project bezig. De scan maakt expliciet
wat er impliciet al in zit. Met de scan kun je een project
makkelijker doorgronden, er over communiceren en het
met andere projecten vergelijken.”
Het ene project heeft een zwaartepunt in de leefwereld
van de brongroep, het andere meer in de systeemwereld
van professionele instellingen.
Het ene project is wat meer artis-
tiek, het andere is meer sociaal.
“Met de scan kun je een eigen
project of dat van anderen in dat
krachtenveld positioneren. De pro-
jecten die in deze publicatie worden
omschreven, zijn ook geanalyseerd
met de scan. Je kunt dan bijvoorbeeld
zien dat projecten die in een gebouw
plaatsvinden vaak een ander accent
hebben dan projecten in een wijk.”
programmascanVoor organisaties die met community art echt meerjarig in
een gebied of gemeenschap aan de slag willen gaan, wordt
nu ook een programmascan ontwikkeld. “Met behulp van
een programmascan krijg je een indicatie wat de culturele,
sociale en economische vermogens zijn aan het begin en
het eind van je meerjarige programma. Vooraf geeft dat
een goede basis voor strategische beslissingen over het
hoe en waarom van bepaalde projecten. Achteraf kun je
aannemelijk maken in welke mate deze projecten ook
daadwerkelijk het verschil hebben gemaakt.”
Zie voor meer informatie over netwerkvorming, scholing,
onderzoek en documentatie www.cal-xl.nl. Je vindt hier
ook een actueel overzicht van Gelderse projecten in het
‘projectenweb’.
de projectscan
‘De projectscan is een hulpmiddel
voor iedereen die met community art
projecten aan de slag gaat’
instrument helpt sociaal-artistiek project verder
olga
loz
eman
(li
nks
) en
bra
m k
luen
8
interview
Ze zijn de spin in het web en spelen in wijken een voor-
trekkersrol op het gebied van community art en cultuur-
participatie. De cultuuraanjagers, -scouts en -makelaars
die in steeds meer gemeenten actief zijn, stimuleren en
initiëren projecten en ontwikkelen nieuwe samenwerkingen
tussen diverse instanties. Zo ook in de provinciehoofdstad,
waar Kunstbedrijf Arnhem zes cultuurscouts heeft verdeeld
over de belangrijkste wijken en stadsdelen.
Bram Kluen, cultuurscout in de wijk Geitenkamp, en zijn
collega Olga Lozeman, afgelopen jaren onder meer actief in
Klarendal, praten bevlogen en gepassioneerd over hun werk.
Kluen: “Met kunst kom je op een totaal andere manier met
elkaar in contact. Community art is niet bezig met het oplossen
van problemen, maar kijkt naar de mogelijkheden en de kansen
van een gemeenschap. ‘Hoe kun je samen iets moois creëren’
is een heel andere vraag dan ‘hoe lossen we de hondenpoep
op’. Als je met kunst de vitaliteit van wijkbewoners weet aan te
boren, levert dat een intense ervaring op.”
projectenDe zes cultuurscouts zijn betrokken geweest bij een groot aantal
sociaal-artistieke projecten. Zo ‘exploiteerde’ Lozeman twee seizoenen
achtereen het Ballroom Theater, een geïmproviseerd theater in een
leegstaand winkelpand in de wijk Klarendal. Buurtbewoners lieten
Samen een onbekend avontuur
aangaan, risico nemen, iets doen
wat je nog niet kent en jezelf laten
zien aan anderen. En dat met de
hoogst haalbare artistieke ambitie.
Groepen als wijkbewoners, leren
elkaar zo op een andere manier
kennen, waardoor nieuwe
gemeenschappen ontstaan. Dat
is de kracht van community art,
vinden de cultuurscouts.
spin in het web
Cultuuraanjagers geloven in kracht van community art
9
interview
op het podium hun talenten zien, vaak in onverwachte
combinaties. Zo klonken er opera-aria’s tijdens een de-
monstratie Turks olieworstelen. Het Ballroom Theater
was altijd uitverkocht.
Kluen stimuleerde bewoners van de wijk Geitenkamp
mee te doen aan de Geitenparade: een bonte optocht
van kunststof geiten die bewoners op hun eigen manier
hadden beschilderd en versierd. De parade vormde de
opening van een theaterfestival, als kleurrijke afspiege-
ling van de diversiteit in de wijk.
strategieënDe cultuurscouts opereren vooral op
wijkniveau, met een nadruk op de
krachtwijken. Dat wil niet zeggen dat
ze telkens de gehele wijk erbij betrek-
ken. “Klein beginnen kan al een brede
uitwerking hebben”, zegt Kluen. “Als
mensen hun straatgenoten leren ken-
nen, voelen ze zich vaak veiliger.
Stimuleren van de ontmoeting is
daarom een belangrijk doel van
onze projecten.”
De zes cultuurscouts volgen
daarin verschillende strategieën. De een legt vooral de na-
druk op het creatieproces, de ander stelt het eindresultaat
voorop. “Er zijn vele wegen die naar Rome leiden”, zegt
Lozeman. “Wat we gemeen hebben, is dat we sociaal-
artistieke projecten zo professioneel mogelijk aanpak-
ken, met een hoge artistieke ambitie. Dat zit in alles: in
de keuze van de kunstenaars, de locatie, de materialen,
de apparatuur, de promotie, enzovoorts. De deelnemers
voelen zich voor honderd procent serieus genomen en dan
kun je het onderste uit de kan halen. Ook de zogeheten
magneetwerking –kwaliteit trekt kwaliteit – is dan het
sterkst. Op andere deelnemers en op het publiek.”
Kluen vult aan: “Deelnemers zijn het vaak niet gewend
om zo benaderd te worden. Dat je hen van het hoogste
niveau acht, geeft energie. Als je de lat hoog legt, geeft
dat een extra dimensie. Daardoor stijgt de inzet en de
motivatie. Dan is het geen gezellig sociaal-cultureel
theekransje, maar streef je samen naar hetzelfde. Samen
iets moois neerzetten heeft echt impact. Hoe hoger de
artistieke kwaliteit daarvan is, hoe langer het nagalmt
op het sociale vlak.”
De cultuurscouts zien community art ook als tegen-
hanger voor de individualisering. “In buurten waar de
sociale samenhang wankelt, is het belangrijk nieuwe
vormen van gemeenschappelijkheid te creëren. Wie bin-
nen een kunstproject in staat is om zichzelf te laten zien,
wordt ook moediger om zich in de sociale omgang met
anderen te tonen”, stelt Kluen.
sleutelfigurenLang niet elke bewoner staat direct te trappelen om
mee te doen als een nieuw pro-
ject wordt gelanceerd. Lozeman:
“Je hebt vaak eerst sleutelfiguren
in de wijk nodig. Daarna kun je
de kring uitbreiden. Wat je hoopt,
is dat mensen erover gaan praten
bij de snackbar, de kapper of in de
rij bij de supermarkt.”
Community art komt vaak pas goed
van de grond als diverse partneror-
ganisaties zich achter een project
scharen en hun kennis en netwerk
inzetten, leert de ervaring van de cultuurscouts. Ge-
meenten, woningcorporaties, welzijns-, onderwijs- of
zorginstellingen, allemaal kunnen ze op hun manier aan
kunstprojecten bijdragen. “Ook binnen die organisaties
heb je sleutelfiguren nodig want het is niet altijd mak-
kelijk om de karakteristiek van dergelijke instituties mee
te laten bewegen met jouw artistieke drive”, zegt Kluen.
“Zeker als de uitkomst van het creatieproces aan het begin
nog open ligt en onbekend is. Dan moeten instanties hun
vaste manier van werken loslaten.”
Lozeman: “Het gevoel dat je samen sterk staat,
ontbreekt nog wel eens. Soms worden we gezien als
concurrent terwijl wij juist de samenwerking zoeken.
Wij hoeven niet zo nodig op de voorgrond te treden. We
willen anderen laten schitteren.”
www.kunstbedrijfarnhem.nl/kunst-in-de-wijk
‘Community art kijkt naar de
mogelijkheden en de kansen van een
gemeenschap’
spin in het web
Cultuuraanjagers geloven in kracht van community art
de locatie
de loc atie10
s
ocia
le in
fr
astructuur culturele infrastructuur
soci
ale
cohe
sie
publieke beeldvorming fysieke leefbaarheid gem
eens
chap
publiek fysieke ruim
tezelf
orga
nisa
tie
productie program
mering
sociale deelname culturele
deeln
ame
persoonlijke ontwikkeling brongroep
erfgoed & educatie
CreatiereGi e
11
de locatie
mijn eigen locatieHet zorgcentrum, de school, de zorgboerderij, het
woonwagenkamp, het bedrijf, de fabriek, het zijn al-
lemaal gebouwen en plekken waar je woont, werkt of
verblijft met min of meer hetzelfde soort mensen. Een
dergelijke locatie herbergt een relatief homogene groep,
zoals ouderen, kinderen, zigeuners, studenten, gezin-
nen (flat), mensen met een beperking, ambtenaren
of arbeiders. Ook al voelt het als je eigen domein, er
gelden over het algemeen sterke normen en waarden
waar je zelf niet zomaar invloed op hebt. Je kunt zo’n
plek als heel veilig en vertrouwd ervaren maar ook als
bedreigend en vervreemdend.
belevingswereld Binnen de muren van de eigen locatie kennen de
meeste mensen elkaar, al is dat soms oppervlakkig.
Met community art ontstaat die ándere activiteit:
als alternatief voor de bingo in de ouderencentra,
als nieuwe vorm van cultuureducatie op school, als
manier om je medebewoners op een andere manier
te ontmoeten, als frisse invalshoek voor het eventueel
doorbreken van vaste patronen en het aangaan van
nieuwe relaties. Thema’s hebben betrekking op zaken
die de deelnemers direct raken en sluiten aan op hun
belevingswereld.
intimiteitDe intimiteit en veiligheid van de locatie zorgt ervoor
dat mensen zich makkelijker van hun kwetsbare kant
durven laten zien dan bij projecten op grotere schaal.
De drempel om mee te doen, is relatief laag, ook door de
herkenbaarheid van de thema’s. Potentiële deelnemers
zijn direct aanspreekbaar, mond-tot-mondreclame
werkt goed. Bij projecten in flats hebben kunstenaars
wel eens voor de ingang postgevat om mensen te
werven. Daar komt iedereen voorbij.
De kleinschaligheid brengt tevens met zich mee dat
community art hier in eerste instantie intern gericht
is: op de (talent)ontwikkeling van het individu, op zijn
plek binnen de groep en op de identiteit van de groep
als geheel. Een presentatie aan het publiek heeft dan
als doel om buitenstaanders binnen te halen. Ook een
installatie als Buiten komt voorbij heeft dat effect.
Het gebeurt ook andersom: projecten als Heerlijk
buiten en Buurtklinkers zijn er juist op gericht de
muren van het gebouw te doorbreken. Aan de hand
van levensechte vragen trekken de scholieren erop
uit om buiten de school activiteiten en optredens te
organiseren. Zo vormt de school geen eilandje maar
krijgt die meer betekenis voor de wijk.
verantwoordelijkWie meedoet aan een project op een locatie, voelt zich
snel sterk betrokken en mede-eigenaar van het project.
Kunstenaars kunnen dit versterken door verantwoor-
delijkheden uit handen te geven en veel te delegeren.
Dat heeft ook op langere termijn een gunstig effect. Zo
beschouwen de bewoners van de flats in de Apeldoornse
wijk Zevenhuizen de kunst in de trappenhuizen als iets
van henzelf. De muurschilderingen en foto-installaties
zijn daardoor vrijwel nooit doelwit van vandalisme.
Vaak zijn projecten in locaties eenmalig en project-
matig. Ze geven een positieve impuls aan de mensen
die er wonen, leren of werken. De band die hierdoor
ontstaat is vaak duurzaam omdat mensen elkaar
blijven ontmoeten.
Je woning is je privédomein, de alledaagse plek waar je de dag
start en eindigt. Maar er zijn nog meer plekken die je tot je eigen
domein kunt rekenen. Op je werk, op school of in een woon-
zorgcentrum deel je een ruimte met mensen die daar net zoals jij
heel vanzelfsprekend aanwezig zijn. alle andere mensen komen
daar hoogstens binnen als bezoek.
12
de locatie
portret van oud en jongJe zet twee mensen tegenover elkaar
met een minimaal leeftijdsverschil
van twintig jaar, en geeft hen de op-
dracht elkaar te portretteren. Zo krijg
je ontmoeting tussen verschillende
generaties. Dat is de kern van Portret
van Oud en Jong, een project dat Die-
derik Grootjans op eigen initiatief is
gestart. In 2012 is het voor de vierde
keer in Nijmegen gehouden met 360
deelnemers van onder meer scholen
en ouderencentra.
http://portretvanoudenjong.blogspot.
nl/
metropolis: without the heartVoor de opening van het openlucht-
theater in Tuin de Lage Oorsprong in
Oosterbeek maakte Telder in 2011 de
dansvoorstelling Without the heart,
geïnspireerd op de beroemde film
Metropolis (1927). Het verhaal over
de onmogelijke liefde in een ongelijke
maatschappij is door twee professi-
onele dansers en twee musici samen
met amateurdansers vormgegeven,
waaronder een groep ouderen van
vegetarisch woon-zorgcomplex
Felixoord.
www.beeldenddanstheatertelder.nl
supportersOp de muur van de nieuwe gymzaal
van De Rozelaar in Barneveld prij-
ken vrolijke silhouetten. Cliënten van
deze instelling voor mensen met een
verstandelijke beperking én de bur-
gemeester van Barneveld zijn door
kunstenares Julia Borsboom afge-
beeld als juichende supporters. De
‘meepraatraad’ koos het ontwerp uit.
In het kader van NL Doet schilderden
burgemeester en wethouders in de
gymzaal zelf mee.
13
de locatie
buurtklinkersEen wijkfestival vol muziekoptredens
van scholieren, ouders, grootouders
en andere buurtbewoners. Dat is
de finale van Buurtklinkers (2012),
een project op twee basisscholen in
Wijchen. Externe muziekdocenten en
leden van amateurorkesten hebben de
scholieren aan het musiceren gezet.
Samen met de buurt is het festival
opgezet. Zo heeft de muziekeducatie
een impuls gekregen én is de betrok-
kenheid van de wijk versterkt.
www.cultuurknooppunt.nl
trappenhuis vol muurschilderingenFlatbewoners en hun herkomst, kle-
derdracht, muziek, dans en feesten
vormen de grote inspiratiebron voor
kunstenaar Stephan Peters. In de
Apeldoornse wijk Zevenhuizen heeft
hij in zes jaar tijd de trappenhuizen
van drie hoge flats voorzien van 150
muurschilderingen die de anonimi-
teit doorbreken. Opdrachtgever De
Goede Woning wilde met dit project
bewerkstelligen dat bewoners weer
trots zijn op de plek waar ze wonen en
dat ze zich meer met elkaar zouden
verbinden.
www.penpaints.nl
multi meUnieke en gedeelde identiteiten vor-
men de rode draad in Multi me, een
project van Françoise Braun in een
flat in de Apeldoornse wijk Zeven-
huizen. Op tien zaterdagen vroeg ze
bepaalde bewoners van de honderd
flatwoningen naar beneden te ko-
men. Zo fotografeerde ze iedereen
die voetbalt, een tatoeage heeft of
muziek maakt. Daarmee maakte ze
een foto-installatie in het trappenhuis
om de anonimiteit te doorbreken.
www.francoisebraun.nl
14
de locatie
Op een binnenpleintje van ver-
pleeghuis Eldenstaete staan twee
omafietsen. Beide stevig verankerd
voor een vier meter breed panora-
mascherm. Daarop is een landschap
geprojecteerd uit de omgeving van
Eldenstaete, gefilmd vanuit een
vast standpunt tijdens verschil-
lende seizoenen. Een rustgevend
beeld, met wuivend riet, grazende
paarden en overvliegende vogels.
Meer beweging ontstaat er als
iemand op de fiets plaatsneemt.
Zodra de trappers ronddraaien,
komen allerlei passanten voorbij.
Een vrouw met een kinderwagen,
spelende kinderen, een dweilorkest,
Sinterklaas, een man met een gras-
maaier, ze wandelen in rustig tempo
door het landschap. Als het fietsen
stopt, blijven de figuren stilstaan.
De personages roepen veel herin-
neringen op bij de bewoners van
het verpleeghuis, wat aanleiding
vormt voor korte gesprekjes.
Buiten komt voorbij luidt de
toepasselijke titel van deze in-
stallatie. Medewerkers, familie en
buurtbewoners zijn ingeschakeld als
Verpleeghuis Eldenstaete in Arnhem is de trotse
eigenaar van een interactief kunstwerk, speciaal
ontwikkeld om mensen met dementie zowel
fysiek als mentaal in beweging te brengen.
Het is innovatie ten voeten uit, bekroond met
de NUZO-Stimuleringsprijs voor vernieuwende
ouderenzorg.
fietsen voor de verbeelding
‘Zodra de trappers ronddraaien, komen
allerlei passanten voorbij’
15
de locatie
figuranten. Zo’n 250 verschillende
filmpjes hebben ontwerpers Ca-
rien Poissonnier en Job van Nuenen
met hen opgenomen. Die worden
in willekeurige volgorde over het
landschap geprojecteerd, de een
na de ander. Zo blijft het telkens
een verrassing wat er komen gaat.
‘Maak een kunstwerk waarin ont-
moeting centraal staat’, was de
algemeen geformuleerde opdracht
van zorgaanbieder Pleyade waar-
mee Poissonnier aan de slag ging.
Redenerend vanuit de mogelijke be-
hoeften van mensen met dementie
en Alzheimer, kwam ze zelf tot drie
aangescherpte doelen: het aanzet-
ten tot bewegen, het stimuleren van
sociale contacten en het oproepen
van verwondering.
Die ontmoeting is niet alleen
tussen bewoners teweeg gebracht.
Het filmen van de figuranten voor
een groot groen doek in het restau-
rant van Eldenstaete is door mede-
werkers ervaren als een vorm van
teambuilding en krijgt vermoedelijk
een vervolg. Ook buurtbewoners
werkten graag mee en voelen zich
nu meer betrokken bij het verpleeg-
huis.
Het project heeft een lange aanloop
gehad van bijna vier jaar. Er is veel
onderzoek aan vooraf gegaan voor-
dat het definitieve ontwerp gereed
was. Zo is bekeken welke prikkels
deze specifieke doelgroep nodig
heeft om de kwaliteit van leven te
verbeteren. Dat voorwerk, inclusief
prototypes, heeft duidelijk vruchten
afgeworpen. Zo ontdekten Poisson-
nier en Van Nuenen dat ouderen
met dementie minder snel op een
hometrainer stappen dan op een
vertrouwde omafiets.
De uiteindelijke installatie is
zo uitnodigend dat die geregeld
wordt gebruikt, zowel spontaan als
met een lichte stimulans. Andere
ouderen kijken toe als er iemand
fietst en komen met hun eigen
verhalen. Een bruidsjurk, een stuk
gereedschap, een sporter, elk nieuw
beeld dat voorbij komt, kan daartoe
aanleiding zijn.
Dankzij Buiten komt voorbij
komen woonbegeleiders meer te
weten over de bewoners en hebben
fysiotherapeuten een middel om
hen in beweging te krijgen. Psy-
chologen kunnen op een andere
manier met hun cliënten contact
maken, familieleden kunnen tijdens
bezoek iets actiefs ondernemen en
buurtbewoners hebben meer aan-
leiding om eens bij het verpleeghuis
binnen te stappen.
Andere zorginstellingen hebben
al belangstelling getoond voor
Buiten komt voorbij. Nu de eerste
installatie gereed is, zijn meerdere
exemplaren relatief makkelijk op
maat te maken.
/
titel Buiten komt voorbijLocatie Verpleeghuis Eldenstaete, ArnhemDoelgroep Bewoners van het verpleeghuisartistieke leiding Carien PoissonnierProjecteigenaar PleyadeDiscipline Beeldende kunstLooptijd Geopend op 1 februari 2012Website www.buitenkomtvoorbij.nl
fietsen voor de verbeelding
‘een kunstwerk waarin ontmoeting
centraal staat’
16
de locatie
“Wat doen jullie eigenlijk als jullie
niet werken”, vraagt een jongen uit
groep zeven van brede school Noor-
derlicht in Wijchen aan bewoners
van zorgboerderij De Hagert in Leur.
Een ontwapenende vraag, waar
de dementerenden, verstandelijk
gehandicapten en medewerkers
van de zorgboerderij niet zo snel
antwoord op hebben.
Maar het is wel het soort vraag
waarvan De Hagert hoopt dat die
vaker gesteld gaat worden. Meer
kinderen op bezoek op en rond het
erf is namelijk een grote wens van
de instelling voor ouderenzorg.
Scholieren van brede school Noor-
derlicht (basisschool Paulusschool
en BSO De Eerste Stap) is gevraagd
hiervoor plannetjes te maken.
In dat kader brengen de scho-
lieren in 2009 eerst een werkbezoek
aan de Hagert. Daarna gaan ze
brainstormen in de klas en werken
ze hun ideeën vervolgens in groep-
jes verder uit. Dan komen de bewo-
ners van de Hagert naar de klas om
te luisteren naar de presentaties,
waarna bewoners, medewerkers
en scholieren er gezamenlijk drie
uitkiezen. Die worden uitgevoerd.
Onder de titel Heerlijk buiten
bedenken de kinderen dat de Hagert
vooral aantrekkelijk zou kunnen
zijn voor het houden van verjaar-
dagsfeestjes. Samen met de ou-
deren kan dan appeltaart worden
gebakken. Daarvoor ontwerpen de
scholieren vrolijk servies dat van
keramiek wordt vervaardigd. Ook
maken ze een activiteitenkist om
de natuur rond de zorgboerderij
te ontdekken en om samen iets te
maken. Zo kunnen kinderen tijdens
een feestje ‘boerderijgezichten’
knutselen; bewoners en kinderen
maken dan portretten van elkaar
van ijzerdraad. Tenslotte ontwerpen
de scholieren een herkenbaar en
wervend bord dat bij de ingang van
de Hagert wordt geplaatst. Aan het
eind van het schooljaar 2009-2010 is
het complete Heerlijk buiten-pakket
feestelijk overgedragen.
Het hele proces is begeleid door
kunstenares Lotte van Campen en
William van den Akker van natuur-
educatiecentrum Het Dijkmagazijn
in Beuningen. Zij werden aangesteld
nadat het schoolbestuur de vraag
van de Hagert had neergelegd bij
EDU-ART. Authentiek leren, waarbij
tevens de verbinding werd gelegd
tussen de leergebieden cultuur-
educatie, natuur & milieu en waar
mogelijk techniek, vormde de rode
draad van het project.
Dat levensecht leren -niet uit
een boekje maar leren door te doen
- gaven Van Campen en Van den
Akker vorm door de kinderen op
excursie mee te nemen en door hen
het complete creatieve proces mee
scholieren gaan de boer opZorgboerderij De Hagert in Leur krijgt
tegenwoordig geregeld groepjes kinderen over de
vloer, die op en rond het erf verjaardagsfeestjes
vieren. Daarbij ontstaat ook contact met de
bewoners. Scholieren hebben dit Heerlijk Buiten-
project zelf bedacht en uitgevoerd.
‘Niet leren uit een boekje maar leren
door te doen’
‘De kunst is iets te kiezen wat praktisch uitvoerbaar is’
17
de locatie
te laten maken vanaf het eerste
idee tot en met de uitvoering.
Dat de scholieren iets hebben
gecreëerd dat daadwerkelijk wordt
gebruikt, is daarin zeer waardevol.
Ze ontdekten ook dat je tijdens
een brainstorm wilde creatieve
ideeën kunt bedenken, maar dat
het daarna de kunst is iets te kiezen
wat praktisch uitvoerbaar is.
Daarnaast is de ontmoeting tus-
sen jong en oud van grote waarde
geweest. Scholieren en dementeren-
den hebben elkaar en elkaars wereld
leren kennen. Dankzij Heerlijk buiten
zijn Noorderlicht en De Hagert stevig
met elkaar verbonden.
/
titel Heerlijk buitenLocatie WijchenDoelgroep Scholieren en bewoners van een zorgboerderijartistieke leiding Lotte van Campen en William van den AkkerOpdrachtgever Cultuur Netwerk Nederland en schooldirecteur Henk van HaeftenProjecteigenaar Brede school NoorderlichtBetrokken organisaties Brede school Noorderlicht, zorgboerderij de Hagert, CNME Het Dijkmagazijn, EDU-ARTDiscipline Beeldende kunst en natuur- en milieueducatieLooptijd 2009-2010 Website www.cultuurnetwerk.nl
scholieren gaan de boer op
De trappenhuizen van de tienverdiepingenflats in de Apeldoornse
wijk Zevenhuizen boden jarenlang een troosteloze aanblik. Een
deel van de bewoners leeft in problematische situaties: er zijn
huurachterstanden en overlast en vervuiling geven de flats een
slecht imago. De anonieme trappenhuizen raakten snel vervuild.
Dat was de situatie waarmee kunstenaar Stephan Peters aan de
slag ging. Hij besloot muurschilderingen te maken met bewoners in
de hoofdrol. Je ziet hen in hun hedendaagse outfit, in traditionele
kleding uit hun land van herkomst of in het uniform van de fanfare.
Sindsdien weten de bewoners iets beter wie hun buren zijn, hebben
ze gesprekjes in de gang en gaan ze iets zorgvuldiger om met de col-
lectieve ruimte. Zevenhuizen haalde bovendien positief het nieuws.
betrokkenheidKunst is zeker geen wondermiddel dat alle problemen oplost. Wel is
het een van de vele stapjes die je kunt zetten om het leefklimaat te
verbeteren, vindt Lieneke Postema, teamleider afdeling Mens en Buurt
van de Apeldoornse wooncorporatie De Goede Woning.
Het bevorderen van de leefbaarheid behoort sinds begin deze eeuw tot
het vaste takenpakket van woningcorporaties. Het bestrijden van overlast
en het tegengaan van verpaupering zijn daar belangrijke elementen van.
“Zoiets kunnen we nooit alleen organiseren. Daar hebben we betrokken-
heid van bewoners voor nodig. Die zijn de ogen en oren van de buurt. Maar
als ze iets te melden hebben, moeten ze ons wel weten te vinden. Daarom
kunst als middel
interview
18
Wooncorporatie wil meer participatie van huurders
lien
eke
post
ema
Kunst kan een bindmiddel zijn
voor bewoners van buurten,
straten en flats. “Net als sport
of een culinaire activiteit.
Het gaat om de ontmoeting,
elkaar leren kennen. Dat
mensen elkaar weer groeten
op straat, is in sommige
buurten al heel wat.”
19
interview
moeten we aanwezig zijn in de wijken. En bewoners
moeten het gevoel hebben dat het zin heeft zich te
melden, ze moeten zien dat wij problemen daadwer-
kelijk aanpakken”, legt Postema uit.
Daarnaast wil De Goede Woning bewoners aan-
sporen zelf met ideeën en initiatieven te komen. “Niet
alleen focussen op de problematische kanten, maar ook
kijken naar de mogelijkheden en kansen. Het liefste
zouden we zien dat bewoners zelf verantwoordelijkheid
nemen in plaats van te blijven klagen. Als bewoners een
ontmoetingsactiviteit of een schoonmaakactie willen
organiseren, dan staan we klaar om dat te faciliteren.”
bindmiddelDe realiteit is dat die betrokkenheid
in sommige buurten ver te zoeken is.
Sommige bewoners staan onderaan
de participatieladder, zoals dat heet.
Een wooncorporatie zal extra haar
best moeten doen deze bewoners
hoger op die participatieladder te
krijgen. Eerste vereiste daarbij is
dat de anonimiteit wordt door-
broken. Mensen die elkaar ken-
nen, spreken elkaar makkelijker
aan op hun gedrag en maken ook eerder plannen om
samen iets in de buurt te ondernemen.
Postema: “Een kunstproject zie ik als een middel
om dat te stimuleren. Net als een sportactiviteit of een
culinaire middag. Het dient als bindmiddel, het zorgt
voor ontmoeting en draagt ertoe bij dat mensen weten
wie er in buurt wonen.”
Kunst beantwoordt bovendien aan de wens om
bewoners niet vanuit problemen maar vanuit mogelijk-
heden te benaderen. “Een kunstenaar boort een andere
bron aan, heeft een frisse blik op de samenleving. Dat
zie ik als meerwaarde.”
Als voorbeeld noemt ze een project tijdens Triën-
nale Apeldoorn, toen in meerdere wijken kunstenaars
aan de slag gingen. In een van die wijken waren veel
problemen met voortuintjes vol troep en rotzooi. Dat
zorgde voor overlast. “Wij zijn geneigd om zoiets alleen
vanuit de beheerskant te benaderen. De kunstenaar
zag daarentegen iets anders. Hij zag het als uitdruk-
king van de identiteit van de bewoners en herkende
daarin zowel hun diversiteit als uniformiteit.”
Samen met de bewoners zocht de kunstenaar
honderden verschillende voorwerpen en schilderde die
allemaal blauw. Iedereen mocht er drie uitkiezen die
in hun voortuintje werden geplaatst. Een collectieve
expositie waarin individualiteit en eenvormigheid
samenkwamen. “Het gevolg was dat bewoners met
elkaar in gesprek gingen over hun voortuintjes. Over
welke betekenis en waarde ze eraan gaven. De kunst
was tijdelijk, dat gesprek is gebleven.”
Opnieuw benadrukt Postema dat hiermee slechts
een kleine stap is gezet. “Ik hoop dat ze hiermee
weer een treetje hoger op de
participatieladder staan. Dat
mensen elkaar weer gaan groe-
ten op straat, is in sommige
buurten al heel wat.”
lerenDe Goede Woning heeft veel
kunstprojecten opgezet, vaak in
samenwerking met Markant, instel-
ling voor cultuureducatie. “Wat we
hebben geleerd, is dat we alleen de
vraag bij een kunstenaar moeten neerleggen, geen
kant-en-klaar idee. Wel stellen we als randvoorwaarde
dat bewoners erbij betrokken moeten worden. De
ervaring leert dat er dan veel meer uitkomt.”
Uiteraard kijkt de wooncorporatie ook naar de
effecten en resultaten. De investering moet wel iets
opleveren. Postema: “Dat is niet altijd makkelijk. Het
management wil natuurlijk het liefst harde cijfers zien
dat de schoonmaakkosten in de flats in Zevenhuizen
zijn gedaald. Maar met één bewoner die in de lift
urineert, ben je zo terug bij af. Wel kan ik laten zien
dat we dankzij de kunstprojecten meer aanwezig zijn
in de wijk. Dat de afstand tussen ons en bewoners
kleiner is geworden. Samen bouwen aan een betere
leefomgeving, dat is wat we willen.”
www.degoedewoning.nl
kunst als middel
‘De kunst is tijdelijk, het gesprek is
gebleven’
20
de straat
de straat
gandhiphonieEen uniek muziekstuk op basis van
straat- en (t)huisgeluiden, dat is de
Gandhiphonie die Daphne Questro en
Koen van Baal componeerden voor en
met bewoners van de Mahatma Gan-
dhiweg in Arnhem. De Gandhiphonie
werd live in de openlucht uitgevoerd
tijdens de manifestatie Zon op Zuid.
Tuinhekken, bladblazers en tanden-
borstels vormden de instrumenten.
Bewoners die in verschillende talen
‘welkom’ zeiden, maakten de Gand-
hiphonie compleet.
www.zonopzuid.nl
code groenHet groen in en buiten de wijken be-
nadrukken, dat is het doel van Code
groen, een project tijdens Triënnale
Apeldoorn (2008) waarbij dertig kun-
stenaars op honderd locaties in de
stad samen met bewoners kunst laten
ontstaan. Zoals begroeide sculpturen,
schilderingen van mos, levende tapij-
ten en voortuinexposities. Groepen
bewoners wisselen artistieke stekjes
uit of maken een gezamenlijke soep
van zelfgekweekte groente.
www.francoisebraun.nl
kinderkunstmuseum ‘achter die zon’Pliep, pliep, poink, poink, ruimte-
ruissssss, zwarte gaten, onbekende
sterrenstelsels, raketten en een
oneindig universum: kinderkunst-
museum Achter DIE Zon is één grote
ontdekkingsreis. Leerlingen van basis-
school de Arabesk in Arnhem veran-
derden een ruimte in Kunstwerkplaats
Schuytgraaf samen met kunstenaar
Dennis Gunsing in een ruimtelijke
bestemming, met een explosie van
fluorescerende tekeningen die met
speciale zaklampen tot leven komen.
Bezoekers van Zon op Zuid roepen
‘oooh’ en ‘aaah’.
www.zonopzuid.nl
20
s
ocia
le in
fr
astructuur culturele infrastructuur
soci
ale
cohe
sie
publieke beeldvorming fysieke leefbaarheid gem
eens
chap
publiek fysieke ruim
tezelf
orga
nisa
tie
productie program
mering
sociale deelname culturele
deeln
ame
persoonlijke ontwikkeling brongroep
erfgoed & educatie
CreatiereGi e
21
samen hebben wij een straatDe straat is een ruim begrip en bestaat in vele soorten
en maten. Het is een bepaald gebied waar de mensen
die er wonen op het eerste gezicht weinig gemeen
hebben. Wel hebben ze met elkaar te maken. Of je wilt
of niet, de sfeer op straat klinkt direct door in je huis.
Om te zorgen dat de straat als thuis voelt, moeten
bewoners zich ermee verbonden voelen. Daarom is
het belangrijk dat ze elkaar kennen. Pas dan kunnen
ze samen zorgdragen voor veiligheid en het aanzicht
van de straat.
ontmoetingSamen met het gebouw vormt de straat het niveau
waar community art tot nu toe het sterkst tot zijn
recht komt. Kleine interventies hebben vaak veel effect.
Toch zijn er grote verschillen tussen deze niveaus. Dat
zit met name in de anonimiteit die binnen een straat
doorgaans groter is dan binnen een gebouw.
De behoefte om die anonimiteit te doorbreken
en elkaar te leren kennen is vaak wel aanwezig. Ont-
moeting is daarom een kernbegrip van community art
op straatniveau. In veel gevallen komt die tot stand
dankzij eenmalige projecten met een duidelijk begin
en einde.
De straat vormt meestal een intieme setting waarin
bewoners zich veilig genoeg voelen om zich op een
persoonlijke en kwetsbare manier te tonen. Spren-
gendorp is hiervan een mooi voorbeeld.
over de hegEen of twee trekkers in de straat, aangestuurd door
een kunstenaar, kunnen een project al van de grond
tillen. Zo is Zon op Zuid ook begonnen. Een kwestie
van aanbellen, elkaar over de heg aanspreken en het
balletje kan gaan rollen. Maar dan moeten bewoners
wel een goed verhaal te vertellen hebben. De keuze
van het thema is daarbij van groot belang. Als dat
aansluit bij iets wat in de straat speelt en als bewo-
ners zich erin herkennen, voelen ze zich makkelijker
aangesproken om mee te doen. Uiteraard werkt dat
beter in een straat waar al enige sprake is van sociale
verbondenheid. In andere straten zorgt het aanbellen
voor de allereerste ontmoeting.
avontuurEen straatproject zorgt enerzijds voor kennismaking,
anderzijds voor een ontmoeting op een ander niveau
dan tijdens de jaarlijkse straatbarbecue. Kunst kan
bewoners immers uitdagen iets te doen wat ze nog
nooit hebben gedaan of om zich op een andere manier
te laten zien. Samen dit avontuur aangaan schept een
blijvende band.
Daarnaast kunnen bewoners binnen een project hun
talenten delen met omwonenden. Buren weten soms
niet van elkaar wie er muziek maakt, schildert, danst of
toneelspeelt. Dat zorgt voor verrassende ontmoetingen
en een blijvende verbinding tussen mensen die dezelfde
hobby blijken te beoefenen. Soms ontstaan zo nieuwe
clubjes die samen fotograferen of muziek maken.
Een project kan extra meerwaarde krijgen als het
resulteert in een voorstelling of presentatie waarin de
straat als fysieke plek een rol speelt. Een voorbeeld
daarvan is Code groen. Zo kan een andere kijk op de
directe leefomgeving ontstaan.
de straat Je directe omgeving, daar waar je je thuis voelt zodra je de hoek
omgaat en de straat binnenrijdt. Waar de kinderen met elkaar
spelen, de bewoners elkaar gedag zeggen, waar de buren de
planten watergeven tijdens de vakantie. Zo zou de straat voor veel
mensen moeten zijn.
de straat
22
vertellingen in de voortuin
de straat
In hun voortuintjes vertellen bewo-
ners van Sprengendorp verhalen .
Over de blauwe engel, het snoep-
winkeltje van mevrouw Tullekens,
de rattenplaag, maandag wasdag,
de geur van brood in de schuilkel-
der, leren fietsen op straat en het
slachten van het varken.
Het zijn hun eigen verhalen die,
theatraal bewerkt, sterk tot de ver-
beelding spreken bij het publiek dat
van de ene naar de andere voortuin
in Sprengendorp wandelt. Tijdens
zes avonden komen driehonderd-
zestig wijkbewoners op een van de
twaalf voorstellingen af. De vertel-
lers, verbaasd over de vele positieve
reacties, raken vervuld van trots.
Sprengendorp presenteert HUIS,
zoals de vertelvoorstelling heet,
is een project dat Françoise Braun
in opdracht van wooncorporatie
De Goede Woning heeft opgezet.
Aanleiding was dat Sprengendorp
in korte tijd sterk was veranderd.
Een grootschalige renovatie van
het historische buurtje, dat op de
Monumentenlijst staat, had voor
veel onrust gezorgd onder de veelal
oudere bewoners. De gemiddelde
leeftijd van 71 jaar zal er de ko-
mende tien jaar drastisch dalen; de
plek van ouderen wordt ingenomen
door nieuwe bewoners. Dat proces is
al bezig en zorgt voor een tweede-
ling. Er is weinig contact tussen jong
en oud en de verhalen van vroeger
dreigen te verdwijnen.
Het project is begonnen met en-
kele bijeenkomsten waar bewoners
konden vertellen wat er leeft in
het ‘dorp’. Daar is het concept van
Sprengendorp presenteert HUIS uit
voortgekomen. Tijdens aparte bij-
eenkomsten per straat zijn de ver-
halen vervolgens geïnventariseerd.
Dat leverde enerzijds persoonlijke
verhalen op, over de oorlog of de
emigratie vanuit Italië. Daarnaast
kwamen mythische verhalen over
het dorp los, over de rattenplaag en
het geheim van de boom.
Elf schrijvers uit Apeldoorn en
omgeving zijn vervolgens, onder
begeleiding van een docent thea-
terschrijven, aan de slag gegaan.
Ze hebben de bewoners geïnter-
viewd, de verhalen geschreven en
aan hen voorgelezen. Dat was een
bijzondere bijeenkomst. Bewoners
luisterden muisstil hoe de schrijver
hun verhaal voorlas. Er werd gela-
Een levendige vertelvoorstelling in voortuintjes heeft
voor nieuwe binding gezorgd tussen bewoners van het
Apeldoornse Sprengendorp. Daardoor voelen de oudere
inwoners van het monumentale buurtje zich meer op hun
plek tussen de nieuwkomers.
‘De verhalen van vroeger dreigen te
verdwijnen’
23
vertellingen in de voortuinde stra
at
chen en soms, stiekem, kwam er
een traan. Daarna hebben de bewo-
ners het vertellen van de verhalen
gerepeteerd, zowel in groepen als
individueel.
Sprengendorp presenteert HUIS
leefde sterk in het dorp. Mensen
spraken er veel over. Vooral de ou-
dere generatie van rond de zeventig
jaar participeerde sterk, maar ook
een aantal nieuwkomers (dertigers,
veertigers en vijftigers) deed mee.
Bewoners vervulden niet alleen de
rol van verteller, maar werkten ook
mee aan het decor, in de horeca, als
figurant of als gids.
Zonen, dochters en enkele klein-
kinderen van de bewoners heb-
ben bovendien meegewerkt door
de verhalen in te spreken voor de
luister-cd. Die is aan het eind van
het project begraven bij een boom
in de wijk. Een van de mythische
verhalen gaat over het geheim van
deze boom, waar een koker met
onbekende inhoud onder zou liggen.
Daar is, als finale, een tweede koker
bij begraven. Die bevat, naast de cd,
ook een boekje met verhalen, een
dvd en foto’s van Sprengendorp
presenteert HUIS. Als blijvend mo-
numentje voor deze monumentale
buurt.
/
titel Sprengendorp presenteert HUISLocatie Sprengendorp, ApeldoornDoelgroep Bewoners van Sprengendorpartistieke leiding Françoise BraunOpdrachtgever/projecteigenaar: Wooncorporatie De Goede WoningBetrokken organisaties De Goede Woning, centrum voor kunsteducatie Markant Apeldoorn, welzijnsorganisatie WisselwerkDiscipline TheaterLooptijd September 2010 t/m september 2012Website www.francoisebraun.nl en www.markantapeldoorn.nl
‘Bewoners vervullen niet alleen de rol
van verteller, maar ook die van figurant
of gids’
de straat
Arnhem-Noord. Daar bruist het,
daar ligt het centrum, het culturele
hart van het Oosten van Nederland.
Arnhem-Zuid, dat is het toonbeeld
van karakterloosheid, in slaap ge-
sust in uniforme nieuwbouwwijken.
Je zult er maar wonen.
Het zuidelijke stadsdeel, waar
meer dan de helft van de Arnhemse
bevolking woont, kampt al jaren
met dit hardnekkige vooroordeel.
Bewoners weten wel beter. Hun
wijken zijn zeer divers, qua vorm-
geving, landschap, woonvormen
en culturele achtergronden. En de
bewoners zijn tot veel in staat, zeker
ook op het gebied van kunst en cul-
tuur. Dat is wat Zon op Zuid heeft
laten zien.
Dit grootschalige project in zeven
relatief jonge stadswijken heeft
bewoners van achttien straten
maandenlang met kunstenaars aan
het werk gezet. Culminerend in een
zuid bruist van de cultuurDe culturele kracht van Arnhem-Zuid op een positieve
manier in de schijnwerpers zetten, dat is het doel van
Zon op Zuid. Een jaar voorbereiding in achttien straten
resulteerde in een sprankelende manifestatie die nog
steeds nagalmt.
‘achttien straatambassadeurs
hebben een essentiële rol
gespeeld’
24
25
de straat
groot festival op 14 en 15 mei 2011.
In dat weekend breekt de zon door
boven Arnhem-Zuid. Bewoners be-
zingen hun buurt in een rap, tonen
hun kleurige glaskunstwerk, dansen
op hun Sinti-muziek, laten hun bloe-
metjesjurken in de wind wapperen,
bakken artistieke pannenkoeken,
vertellen hartverscheurende ver-
halen, schilderen hun dromen en
voeren een choreografie op van
het drinken van een kopje koffie.
Achttien straten waar indivi-
duen zijn samengesmeed tot tij-
delijke groepen die zich tijdens de
manifestatie collectief presenteren
aan de 2.500 bezoekers die te voet
of te fiets kunstzinnige activiteiten
op een of meerdere locaties bij-
wonen. Daar klinkt geregeld luid
applaus en laat het publiek veel
lovende reacties achter.
Zon op Zuid volgt de formule van het
sneeuwbaleffect. Het begint met
het werven van contactpersonen
in de zeven wijken. Deze achttien
straatambassadeurs hebben een
essentiële rol gespeeld in het geheel
en vormden de schakel tussen hun
medebewoners en de kunstenaar.
Ze hebben allereerst kunnen aan-
geven aan welke kunstdiscipline ze
de voorkeur gaven, mede bepalend
voor de keuze van de kunstenaars
die aan elke straat werden gekop-
peld. Tijdens een kennismakings-
feestje per straat is de kunstenaar
daarna bij de andere bewoners ge-
introduceerd.
Wie belangstelling had, kon
vervolgens deelnemen aan brain-
stormsessies waarbij het concept
werd ontwikkeld voor het artis-
tieke product. De kunstdiscipline
en de thema’s, interesses en mo-
gelijkheden die de straatbewoners
aandroegen, vormden daarbij het
uitgangspunt.
Tijdens een drukbezochte
kick-off-bijeenkomst in de lounge
van stadion GelreDome zijn alle
concepten door de kunstenaars
gepresenteerd. Op basis daarvan
zijn extra deelnemers geworven.
Daarna is het creatieve maakpro-
ces van start gegaan, een periode
waarin het op elke locatie gonsde
van de activiteiten en waarin de
spanning naar de slotmanifestatie
werd opgebouwd. Dat weekeinde
vol belevenissen in Arnhem-Zuid
is een groot succes geworden en
roept om herhaling.
Wel vonden veel deelnemers het
jammer dat ze zelf amper de kans
hadden in een van de andere stra-
ten te gaan kijken. Bij een vervolg-
project wordt daar rekening mee
gehouden. Zo bestaat het idee om
Zon op Zuid op iets kleinere schaal
voort te zetten. Daarvoor is al van-
uit diverse straten belangstelling
getoond.
/
titel Zon op ZuidLocatie Zeven wijken in Arnhem-ZuidDoelgroep Bewoners van achttien stratenartistieke leiding Françoise BraunProjectleiding Lies JoostenOpdrachtgever/projecteigenaar Kunstbedrijf ArnhemBetrokken organisaties Kunstbedrijf Arnhem, Volkshuisvesting Arnhem, Portaal, Vivare, stichting Rijnstad, gemeente Arnhem, wijkplatforms, SIZA en RIBWDiscipline Alle kunstdisciplinesLooptijd Juni 2010 t/m juni 2011Website www.zonopzuid.nl
zuid bruist van de cultuur
‘elke locatie gonsde van de activiteiten’
26
interview
Naam: Gert Boer (54)
Project: Swing on 2
Waarom heb je meegedaan?
“Vooral om andere mensen in de
wijk te ontmoeten. Ik woon alleen in
deze flat en zoek meer contact in de
buurt. Het leek me leuk om hen op
een andere manier te leren kennen.
Ook zoek ik altijd de uitdaging in
nieuwe dingen. Moderne dans had
ik nog nooit gedaan.”
Hoe kijk je er op terug? “Ik zou zo
weer willen meedoen. We hebben
veel lol gehad en het enthousiasme
was groot. Het was best ingewik-
keld om bepaalde choreografieën in
je hoofd te prenten. Ook thuis moest
ik oefenen. Dat we uiteindelijk zelfs
in de schouwburg stonden om op
te treden, was best spannend. Niet
alles ging helemaal goed, maar
onze blijdschap en spontaniteit
sloeg over op het publiek. Na afloop
waren we onderling heel blij.”
Wat heeft het je opgeleverd? “Ik
heb veel mensen ontmoet die ik nu
nog steeds tegenkom. Op straat
maken we dan een praatje. Het
maakt het wonen in deze wijk fijner,
er is meer vriendelijkheid. Daar-
naast heeft de kennismaking met
moderne dans losgemaakt dat ik
nu vaker voorstellingen wil zien.”
Naam: Jeffry van den Driesschen
(19), Hannie van den Driesschen
(51) en Jolanda Vos (48)
Project: Swing on South, Swing on 2
Waarom heb je meegedaan? Jef-
fry: “We hadden met een aantal
wijkbewoners al meegedaan aan de
Processie van beeldententoonstel-
ling Sonsbeek2008. Daarna werden
we door de cultuurscout benaderd
voor Swing on. Je doet iets amicaals
met buurtgenoten, wat je nog nooit
hebt gedaan. Dat geeft een andere
sfeer.”
Hoe kijk je er op terug? Hannie:
“De lessen van de Braziliaanse dan-
sers waren heel intensief. Het was
best afzien, maar het resultaat was
geweldig.”
Jeffry: “Dat we uiteindelijk in de
schouwburg hebben opgetreden,
vind ik een hele eer. Dat doet wel iets
met je.” Jolanda: “Dansen maakt
een prettig stofje in je vrij. En dat
er dierbaren in de zaal zaten die
speciaal voor jou zijn gekomen,
voelt heel bijzonder.”
Wat heeft het je opgeleverd? Jo-
landa: “Het vergroot de saamhorig-
heid in de buurt.” Jeffry: “Je leert
een aantal buurtbewoners op een
andere manier kennen. In plaats
van alleen ‘hallo’ zeggen, maak je
nu sneller een praatje met iemand
op straat.” Hannie: “Via Facebook
heb ik nog veel contact met de Bra-
ziliaanse dansdocenten.”
samen aan de slag
‘ik heb veel nieuwe mensen ontmoet
en die spreek ik nu regelmatig’
27
interview
Naam: Mieke van Rooijen (65)
Project: Zon op Zuid
Waarom heb je meegedaan? “Er is
weinig samenhang in deze nieuw-
bouwwijk. Iedereen is op zichzelf
gericht. Zo’n project draagt ertoe
bij dat je elkaar beter leert kennen.
Zo creëer je een basis waar je op
kunt terugvallen. Het is prettig als
er in deze nieuwbouwstraat een
soort dorpsgevoel ontstaat, zodat
je bij elkaar kunt aanbellen als je
iets nodig hebt.”
Hoe kijk je erop terug? “De voor-
bereiding met een klein kernteam
was hectisch en chaotisch; dat heeft
veel van ons gevergd. Maar uitein-
delijk heeft 65 procent van de 55
huishoudens meegedaan met de
Gandhiphonie, de straatcomposi-
tie die we samen met muzikanten
Daphne Questro en Koen van Baal
hebben gemaakt. Dat is geweldig. Ik
heb ontdekt hoeveel nationaliteiten
er in deze straat wonen. Dat hoor
je terug in de compositie. Iedereen
vond het burencontact heel leuk en
bij elk optreden was het supervol.”
Wat heeft het je opgeleverd? “Ik
kan nu vrijwel overal in de straat
aanbellen als er iets georganiseerd
moet worden. Er is duidelijk onder-
ling meer contact ontstaan, op al-
lerlei manieren. Samen hebben we
geschiedenis gemaakt.”
Naam: Zana Weis (48)
Project: Zon op Zuid
Waarom heb je meegedaan? “Ons
woonwagenkamp aan de Fries-
landsingel bestaat al sinds 1988,
maar het is bij veel mensen uit de
wijk onbekend. Ze durven hier niet
te komen, omdat ze niet weten
hoe het hier is. Door mee te doen
wilden we laten zien dat we geen
boemannen zijn. We zijn Sinti en
daar zijn we trots op.”
Hoe kijk je erop terug? “We hebben
een tent neergezet waar zigeuner-
muziek werd gespeeld. Ook is er
gedanst. Omdat zigeuners geen ei-
gen land hebben, hebben we samen
met kunstenaars bedacht dat we
onze eigen ‘Vrijstaat Frieslandsin-
gel’ zouden uitroepen. Compleet
met een nieuw ontworpen vlag,
een boekje en een visumaanvraag.
Het was echt leuk en gezellig. Wij
waren de drukste locatie van Zon
op Zuid, mensen bleven tot laat
hangen. Met de bar hebben we ook
wat geld verdiend voor onze eigen
muziekschool waar de vierde gene-
ratie Mirando’s wordt opgeleid.”
Wat heeft het je opgeleverd? “Bij
bepaalde mensen is de drempel wat
lager geworden om op het kamp
te komen om iets te vragen. Dat
is voldoende.We hoeven niet zo
nodig bij elkaar op de koffie. Zolang
wij en de burgers elkaar maar met
rust laten.”
Bewoners zoeken de ontmoetingsamen aan de slag
‘Het is prettig als er in deze
nieuwbouwstraat een soort
dorpsgevoel ontstaat’
een ruimere blik
interview
28
School moet creativiteit van kinderen stimuleren
Henk van Haeften is een groot liefhebber van het VPRO-televi-
sieprogramma Taarten van Abel. “Een kind vertelt zijn verhaal
of herinnering. Abel geeft daar een draai aan en voegt er zijn
verbeeldingskracht aan toe. Samen met het kind geeft hij dat
vorm in een bijzondere taart. Dat is precies wat er gebeurt als
er een kunstenaar in de klas komt. Die heeft een andere kijk, een
ruimere blik. Zo ervaren kinderen een andere werkelijkheid”, zegt hij.
Van Haeften is een bevlogen onderwijsman, met veertig jaar er-
varing in het basisonderwijs waarvan 25 jaar als schooldirecteur.
Sinds twee jaar leidt hij het Cultuurknooppunt Wijchen-Beuningen,
een organisatie voor cultuureducatie.
cultuurknooppuntCultuureducatie is vaak een ondergeschoven kindje binnen het ba-
sisonderwijs, zo weet hij maar al te goed. Aan rekenen en taal wordt
prioriteit gegeven, ook omdat scholen daarop worden afgerekend. Geld
dat eigenlijk bestemd is voor cultuureducatie verdwijnt nogal eens in
de grote pot. Ten onrechte, oordeelden de Raad voor Cultuur en de On-
derwijsraad. De staatssecretaris heeft daarom besloten dat de scholen
hun cultuurbudget vanaf 2013 moeten besteden aan het aanstellen van
een ‘cultuurexpert’. Die moet ervoor zorgen dat scholieren voldoende met
cultuur in aanraking komen.
Wijchen-Beuningen is de rest van Nederland wat dat betreft een paar
stappen voor. Daar is in 2010 al een bijzondere situatie gecreëerd: het
De samenleving heeft creatieve en
ondernemende mensen nodig. Daar
moeten basisscholen zich extra
voor inspannen, vindt Henk van
Haeften. “Het is heel inspirerend
voor kinderen als er een
kunstenaar in de klas komt.” h
enk
van
hae
ften
29
interview
Cultuurknooppunt is ontstaan vanuit het onderwijs en
is ingebed binnen de regionale onderwijskoepel. “We
zijn verankerd binnen het onderwijs en worden door de
scholen gefinancierd. Daar hebben we wel voor moeten
vechten”, zegt Van Haeften.
verbondenheidHet Cultuurknooppunt verzorgt het complete aanbod
cultuureducatie voor het basisonderwijs, vergelijkbaar
met het Kunstmenu-lespakket van EDU-ART. Maar het
liefst zetten Van Haeften en zijn team nog een stap ex-
tra: het ontwikkelen van projecten op maat, afgestemd
op een specifieke vraag van een school, aansluitend bij
bepaalde jaarthema’s en passend binnen
de leerdoelen. Projecten waarbij lokale
kunstenaars worden ingezet om samen
met een klas iets vorm te geven. “Dan
gaat het echt bruisen”, zegt hij.
Als voorbeeld noemt Van Haeften
het dorp Bergharen waar het zeven-
honderdjarig bestaan van een kapel
werd gevierd. Samen met filmma-
kers is daar het idee ontwikkeld om
met de zestig kinderen van groep
7 en 8 een film te maken rond de
legende die over de kapel bestaat. Ze hebben zelf het
scenario gemaakt, de scènes uitgeschreven en de kleding
gekozen.
“Zo hebben ze een eigen versie van de legende ge-
maakt en hun eigen beleving van iets uit hun omgeving
in beeld gebracht. Die film is in juni gepresenteerd in het
Kulturhus. Kijk, dan heb je nog eens een jaarafsluiter”, zegt
Van Haeften. “Een musical kun je zo inkopen, maar dit is
eigen werk van de kinderen. Bovendien geeft het extra
verbondenheid in de klas als scholieren heel gericht samen
met iets bezig zijn. Optimaler kun je het niet krijgen.”
kunstenaarsHet Cultuurknooppunt bedacht het filmproject in het kader
van Mijn omgeving, een meerjarig programma van KCG
Cultuurpact. Mijn omgeving resulteerde op een andere
school in een foto-expositie. Die school ligt midden in het
bos. Scholieren werden door een kunstenaar uitgedaagd
te verbeelden hoe ze in dat bos zouden kunnen spelen
(bijvoorbeeld als reuzen en dwergen) en hebben daar
foto’s van gemaakt.
“Kinderen krijgen zo een andere kijk op hun vertrouwde
omgeving. Dat is het inspirerende van dat project. Je
haalt iemand van buiten die je met kinderen aan de slag
zet en samen ontstaat er iets heel moois. Voor mij is dat
cultuuronderwijs pur sang”, zegt Van Haeften. “De meeste
leerkrachten zijn zelf onvoldoende toegerust om zoiets te
kunnen doen. Dan heb je de inspiratie van kunstenaars
nodig om een stapje verder te komen.”
Dat zag hij ook bij een Jenaplanschool die iets zocht in
aansluiting op het geschiedenisthema Gouden Eeuw. “We
hebben lokale kunstenaars benaderd die portret-
ten en stillevens schilderen en
die dat ook met schoolklassen
wilden doen. Je moet er dan wel
voor waken dat die kunstenaars
in staat zijn iets aan kinderen over
te brengen. Niet iedereen kan dat.”
talent aanborenVan Haeften is zijn hele onderwijs-
carrière een warm pleitbezorger van
cultuureducatie, maar ervaart ook
dat je daarvoor moet blijven knokken.
“Soms is het een kwestie van geld en tijd. Daarnaast staan
leerkrachten onder grote druk om te presteren op taal en
rekenen. Het ís ook belangrijk dat een school op dat vlak
de zaken goed op orde heeft. Wie minder presteert, heeft
daarmee een argument om aan andere dingen minder
aandacht te schenken. Maar dat kun je niet te vaak doen
want dan verschraalt het onderwijs”, betoogt hij. “Je moet
niet te smal focussen, dan mis je de boot. Als je het talent
van kinderen niet aanboort, kunnen ze niets ontwikkelen.
We hebben creatieve en ondernemende mensen nodig in
de samenleving en daarom is het belangrijk dat scholen
iets extra’s doen. Neem kinderen mee naar buiten, laat
ze dingen beleven en verruim hun blikveld.”
www.cultuurknooppunt.nl
een ruimere blik
‘als je het talent van kinderen niet
aanboort, kunnen ze niets ontwikkelen’
de wijk
de wijk30
s
ocia
le in
fr
astructuur culturele infrastructuur
soci
ale
cohe
sie
publieke beeldvorming fysieke leefbaarheid gem
eens
chap
publiek fysieke ruim
tezelf
orga
nisa
tie
productie program
mering
sociale deelname culturele
deeln
ame
persoonlijke ontwikkeling brongroep
erfgoed & educatie
CreatiereGi e
31
de wijk
reputatieBewoners voelen zich wel verbonden met hun wijk,
maar tegelijkertijd is het een te groot begrip om je
er echt verantwoordelijk voor te voelen. De straat is
nog te overzien, de wijk niet meer. De zorg voor de
veiligheid en voor de aanblik van de wijk leggen de
bewoners neer bij de professionals, zoals gemeente
en woningcorporaties.
In een wijk wonen veel soorten (groepen) mensen
die soms op een prettige manier samenleven, soms
finaal langs elkaar heen leven en soms met elkaar
botsen. Daarnaast kan de wijk een slechte reputatie
hebben, dit vaak tot ongenoegen van de bewoners.
Soms voelen ze zich eerder beledigd dan aangesproken
door de term ‘krachtwijk’.
lange ademCommunity art in de wijk is complexer dan in een ge-
bouw of in een straat. Het richt zich vaak op de grotere
thema’s die er spelen, zoals leefbaarheid, sociale cohesie
of imago. Voor velen zijn dat abstracte begrippen.
Bij projecten in een wijk is het vaak een kwestie van
lange adem; een eenmalige, korte interventie sorteert
weinig effect. Een meerjarige, programmatische aanpak,
zoals bij Kunst in Veldhuizen, werkt hier veel beter, met
olievlekwerking en sneeuwbaleffect als sleutelbegrip-
pen. Een kleine, betrokken groep die zich in het thema
herkent (vaak de koplopers in de wijk) kan als pionier
fungeren. Hun enthousiasme kan daarna overslaan
op andere wijkbewoners. Kleine projecten kunnen een
voedingsbodem zijn voor vervolgprojecten. Het is dan
wel van belang zichtbaar te zijn op openbare plekken
in de wijk. Bijvoorbeeld met exposities in het buurthuis
of verrassingsoptredens in het winkelcentrum.
Aangezien een wijk bestaat uit een verzameling
straten, kan het goed werken te starten met een
aantal straatprojecten dat onder dezelfde noemer
(gelijktijdig) wordt vormgegeven. Communicatie is
dan essentieel om de wijk op de hoogte te houden en
de samenhang te benadrukken. Wijkkrant, websites,
flyers en posters in de supermarkt dragen ertoe bij
dat het project gaat leven.
Ook eenmalige projecten met een zeer grote aan-
trekkingskrant, zoals de Waalsprongfilm en de film
Buitenspel, zijn gebaat bij een stevige PR. Daarnaast
is een vervolgactiviteit na afloop van belang om de
ontstane contacten te bestendigen.
partnersIn een wijk zijn meerdere organisaties actief op het
gebied van leefbaarheid, veiligheid en sociale cohe-
sie. Woningcorporaties, welzijn, gemeente, culturele
instellingen en bewoners(-verenigingen) spelen hierin
allemaal een rol. Een project wint aan kracht als al deze
partijen erbij worden betrokken. Ze brengen kennis in,
spreken hun netwerk aan, vergroten het draagvlak en
helpen bij de financiering. Op wijkniveau is het vaak
de cultuuraanjager die als spin in het web al deze
partijen met elkaar verbindt.
De wijk is een handig begrip als je anderen globaal wilt uitleggen waar
je woont. Je bent er iets anoniemer dan in de straat, al kom je ook in
de wijk veel mensen tegen die je ergens vaag van gezicht kent. als je
je wijk binnenkomt, krijg je meer het gevoel van ‘bijna thuis’ dan van
‘thuis’. toch is de wijk ook van jou. Het is de plek waar je de winkeliers
kent. Waar je naar school gaat. Waar je de hond uitlaat.
de wijk
32
de wijk
fietstunnel harderwijkLelijke graffiti in de fietstunnel in het
Oostzeepad in Harderwijk vervangen
door iets wat de buurt verbindt. Vanuit
die opdracht van de gemeente en
kunstencentrum ’t Klooster hebben
Tiemen Voorhorst, Claire Mumford
en Marja Meijering de tunnel verrijkt
met muurschilderingen. Leerlingen
van twee basisscholen aan weerszij-
den van de tunnel zijn van idee tot
uitvoering betrokken geweest. Een
droomlandschap vol silhouetten is
het resultaat.
www.mumfordvisuals.nl
oog voor klarendalTweehonderd bewoners uit de Arn-
hemse wijk Klarendal fotografeerden
in 2001 onder leiding van kunstenaar
Roel Simons hun leefomgeving. Deze
6500 foto’s werden als één grote
panoramafoto geprint op een zeil-
doek, dat als een rok om de molen
van Klarendal hing. Het project was
destijds de start van een grootscheeps
wijkaanpaktraject. In 2011 is het doek
opnieuw tijdelijk opgehangen om tien
jaar wijkaanpak te markeren. In 2012
hebben bewoners samen met kunste-
naars het doek verwerkt tot tassen.
www.oogvoorklarendal.nl
kiek’n & koek’nGeliefde, onbekende plekken in Zut-
phen door 24 bewoners beschreven
in persoonlijke verhalen en door Zut-
phense fotografen op bijzondere wijze
vastgelegd. Die vormen samen een
verzamelalbum, dat zo’n achthonderd
mensen in juni 2009 completeerden
tijdens het evenement Kiek’n & koek’n.
Inclusief mini-picknick en veerboot
bezochten ze de 24 locaties -vaak bij
schrijvers thuis - en kregen daar de
foto’s voor hun album. Vele ontmoe-
tingen kregen ze er gratis bij.
www.loestenascher.nl
de wijk danstEen kerk, plein of terras in de Arn-
hemse wijken Klarendal, Sint Marten
en Sonsbeekkwartier is het podium
van De wijk danst, onderdeel van de
jaarlijkse manifestatie Wijken voor
kunst. Professionele choreografen
maken deze voorstellingen met be-
woners. Na drie edities dans volgde
De wijk speelt, een theatervoorstelling
met het huis als podium waarbij het
publiek door de ramen gluurt.
www.wijkenvoorkunst.nl
33
de wijk
locatie spatieLeegstaande panden worden tijdelijk
ingericht als sociaal-artistieke broed-
plaats midden in de Arnhemse wijk
Presikhaaf. Locatie Spatie verbindt
hier kunstproductie met kunstparti-
cipatie. Kunstenaars huren er goed-
kope werkruimte en stellen zich in ruil
daarvoor beschikbaar voor betaalbare
kunsteducatie aan kinderen en vol-
wassenen uit de wijk. Een unieke plek,
tot 2016 gevestigd boven de HEMA in
winkelcentrum Presikhaaf.
www.locatiespatie.nl
spijkerkwartsSpijkerkwarts in het Arnhemse Spij-
kerkwartier is een bijzonder voorbeeld
van het werken op locatie. De pro-
ductie bestaat uit veel kleine voor-
stellingen op meerdere locaties in de
wijk: van huiskamer tot balkon, van
groenteboer tot kapsalon. Wijkbe-
woners vormen een bonte verschei-
denheid amateurs én professionele
uitvoerenden, artistiek begeleiders,
locatie-eigenaren, publieksbegeleiders
en productiemedewerkers. Muziek-
theater De Plaats tekent voor deze,
volledig uitverkochte, productie. Het
succes van editie 2011 is in 2012 ge-
evenaard.
www.spijkerkwarts.nl
buitenspelEen mix van tweehonderd bewoners
van de Edese wijk Veldhuizen vormt
de crew van Buitenspel, een film over
hun eigen wijk. De productie ging in
première in Cinemec in Ede en trok
belangstelling van de lokale, regionale
en zelfs landelijke media. Daardoor
voelden de bewoners zich gezien en
gehoord, en bereikten Woonstede
(volkshuisvesting), Welstede (welzijn)
en gemeente Ede wat ze voor ogen
hadden: een positief beeld neerzetten
van Veldhuizen.
www.veldhuizenthemovie.nl
bobbyBloemenhuis De Lindenhorst is een
ontmoetingsplaats voor verschillende
culturen in de Edese wijk Veldhuizen.
Bloemiste Frieda brengt klanten met
elkaar in gesprek en is een katalysator
voor verbinding in de wijk. Bobby, haar
vrolijk blaffende hondje, begroet ie-
dereen die de winkel betreedt. Daarom
is Bobby door kunstenares Barbara
Recourt vereeuwigd op een van de
transformatorhuisjes in de wijk. Als
symbool van verbondenheid.
www.kunstinveldhuizen.nl
34
Een mooie scène uit de Waalsprong-
film: tientallen kinderen die ge-
lijktijdig in een hele straat belletje
trekken waarna alle bewoners de
voordeur openen en naar buiten
stappen. Het is alsof sommigen
elkaar voor het eerst zien. Ontmoe-
ting tussen buren is het onbedoelde
resultaat van dit kattenkwaad.
De Waalsprongfilm, die in sep-
tember 2010 in première ging, is
een sterk voorbeeld van de aan-
trekkingskracht van een profes-
sioneel opgezet sociaal-artistiek
project. Opnames maken binnen de
setting van een echte filmset, dat
is iets waar velen aan mee willen
doen. Daarom kostte het niet al te
veel moeite om spelers, figuranten,
grimeurs, decorbouwers en andere
filmmedewerkers te werven onder
oude en nieuwe bewoners van Lent,
Ressen en Nijmegen-Oosterhout.
Sleutelposities als regie, camera en
montage waren wél in professionele
handen om de kwaliteit te waarbor-
gen. Vertoning van de film in het
Nijmeegse filmtheater Lux en op
TV Gelderland, mits van voldoende
niveau, hing als een motiverende
belofte over het project.
Die is volledig waargemaakt,
tot grote trots van alle betrokke-
nen. Het bereik is daardoor zeer
groot geweest. Duizenden heb-
ben de speelfilm gezien die zowel
universele thema’s als typische
Waalsprong-onderwerpen behan-
delt. Een Lentse kweker die zijn kas
moet verkopen vanwege de aanleg
van een weg, de komst van stadse
yuppen in een dorpse omgeving,
een vader die de toekomst van zijn
zoon wil bepalen, een dochter die
veel voor haar vader geheim houdt,
kinderen die hun hele buurt als één
grote speeltuin beschouwen. Het
zijn allemaal ingrediënten voor een
spannend verhaal.
De Waalsprongfilm is bedacht door
Doeko Pinxt (Peer Producties) in op-
dracht van de gemeente Nijmegen.
Aanleiding was het gegeven dat het
stadsdeel Nijmegen-Noord het decor
is van grootschalige ontwikkelingen
ware ontmoeting in speelfilmZo’n tweehonderd amateurs, waarvan vijftig zeer intensief, zijn
betrokken geweest bij de productie van de Waalsprongfilm, een
speelfilm over hun eigen wijken en dorpen.
Vele weekenden stonden ze op een professionele filmset.
de wijk
‘Ontmoeting en verbinding tussen
oude en nieuwe bewoners’
35
op het gebied van woningbouw en
infrastructuur. De gemeente daagde
zes culturele organisaties uit met
voorstellen te komen die moesten
leiden tot ontmoeting en verbinding
tussen oude en nieuwe bewoners.
Pinxt bouwde het project van klein
naar groot op. Via de Cultuurraad in
Waalsprong, bestaande uit bewo-
ners, formeerde hij een kernteam
van tien personen. Samen met een
professioneel scenarioschrijver be-
dachten ze het verhaal, gebaseerd
op thema’s die in het stadsdeel
spelen.
Werving voor spelers, grimeurs,
technici, kostuummakers en an-
deren gebeurde daarna via flyers,
posters, de Gelderlander en de wijk-
krant. Ook sloeg het enthousiasme
van het kernteam over op hun ei-
gen netwerken. Daarnaast werd de
samenwerking gezocht met lokale
organisaties, zoals de school, de
sportvereniging en de supermarkt,
vooral ook omdat dat gefilmd werd.
Zo ging het project als een lopend
vuurtje rond.
Het resultaat is ook op dvd versche-
nen. Een mooi aandenken aan een
prachtige periode van intensieve
samenwerking. Maar belangrijker
dan de herinnering, zijn de nieuwe
vriendschappen die zijn gesloten, de
kennismaking met medebewoners
die zich op een heel andere manier
aan elkaar hebben laten zien en het
formeren van nieuwe groepen. Zo is
uit de groep grimeurs een nieuwe
theatergroep ontstaan. Ook zijn er
buren die elkaar daadwerkelijk voor
het eerst hebben ontmoet tijdens
de belletje-trek-scène.
/
titel WaalsprongfilmLocatie Stadsdeel Nijmegen-NoordDoelgroep Bewoners van Lent, Ressen en Nijmegen-Oosterhout Projectleiding Michelle de Witidee en conceptontwikkeling Doeko Pinxtregie Ruut van der BeeleOpdrachtgever Gemeente NijmegenBetrokken organisaties Pink Sweater Produc-tions (sinds 2011 Peer Producties), gemeente Nijmegen, de wijkraden Nijmegen Noord, Tandem welzijn, brede school, tennis vereniging, voetbalclub, ondernemers, Omroep Gelderland, Nijmegen 1, LuxDiscipline Film Looptijd 1 april 2009 tot 10 september 2010 (première film)
Website www.peerproducties.nl
ware ontmoeting in speelfilm de w
ijk
‘Buren die elkaar voor het eerst
hebben ontmoet bij de belletje-trek-
scène’
36
de wijk
In 2001 was de Edese wijk Veld-
huizen even wereldnieuws, toen
Marokkaanse jongeren na de aan-
slagen van 9/11 juichend de straat
opgingen. Een gebeurtenis die sym-
bool werd voor het problematische
karakter van de wijk.
De culturele instelling Cultura
en welzijnsorganisatie Welstede
hebben daar de afgelopen jaren
een aantal nieuwe, positieve sym-
bolen tegenover gezet. Parallel
aan de omvangrijke fysieke her-
structurering van de wijk hebben
zij in opdracht van de gemeente
Ede kunst en cultuur ingezet om
het zelfrespect van de bewoners
te vergroten.
Dit wijkgericht cultuurbeleid,
een noviteit voor Ede, kent drie doe-
len: ontmoeting stimuleren tussen
buurtbewoners met verschillende
culturele achtergronden, bewoners
in aanraking brengen met kunst en
cultuur en het aanzien van de wijk
tijdelijk of permanent veranderen.
Dat is tot uiting gekomen in diverse
community art projecten onder de
gezamenlijke noemer Kunst in
Veldhuizen. Zo componeerde een
groep jongeren een eigen wijklied
en bracht dit ten gehore in een leeg-
staand winkelpand in het centrum
van Ede. Ook is er met kinderen een
wijkmusical gemaakt.
Kunstenaar Barbara Recourt en
componist Daphne Questro brach-
ten de verhalen van acht senioren
tot leven in poëtische portretten
en een compositie met fragmenten
uit hun bewogen levens. Onder de
noemer Ontmoeten in het groen
gebruikten ze een kamerplant als
kapstok om deze verhalen te ver-
zamelen.
Fotograaf Jorge Jordan ging
aan de slag in de nieuw gebouwde
woontorens van de Leeuwenhorst.
De kersverse bewoners (velen af-
komstig uit gesloopte woningen
in de wijk) moesten nog wennen
aan hun nieuwe woonomgeving.
Jordan vroeg hen foto’s te maken
van iets persoonlijks in hun woning.
Die voegde hij samen tot grote ta-
bleaus in de hal, als symbool van
verbinding tussen de bewoners.
Een actieve groep flatbewoners
heeft naar aanleiding hiervan zelf
een fotografieclubje opgezet en
deelt de resultaten onderling via
een eigen Facebook-pagina.
Een ander project, Veldhuizen ver-
telt verhalen, had tot doel meer
sociale samenhang te creëren in
de multiculturele wijk die 85 nati-
onaliteiten huisvest. Tussen al die
groepen van verschillende culturen
bestaat veel onbegrip. Meer kennis
over ieders eigen verhaal, zijn ge-
schiedenis in de wijk, verhalen over
positievere kijk op de wijkEen negatief imago kan ook inspirerend zijn. Voor bewoners
van de Edese wijk Veldhuizen vormde het slechte beeld van
hun woonomgeving een belangrijke drive om mee te doen
aan Kunst in Veldhuizen. Daarmee hebben ze laten zien dat
hun buurt ook een positief gezicht heeft.
‘Kunst inzetten om het zelfrespect van bewoners te
vergroten’
37
de wijk
positievere kijk op de wijk
‘Meer sociale samenhang creëren in de multiculturele
wijk’
het moederland of over de reis naar
Nederland, zouden meer begrip voor
elkaar kunnen kweken. Cultura en
Welstede begonnen daarom een
project rond het verzamelen en
verspreiden van verhalen van de
bewoners.
Zo hebben kinderen van drie
basisscholen een vertelworkshop
gevolgd. Daarna zijn ze, gewapend
met opname-apparatuur, bij buren
en ouderen langsgegaan om verha-
len los te weken bij de Veldhuizena-
ren van allerlei pluimage. Die wer-
den gebundeld in een boek waarvan
de oplage van 750 exemplaren snel
op was. Van een vervolgproject met
nieuwe verhalen zijn vervolgens
duizend stuks verspreid.
Belangrijk effect van al deze
projecten is dat er in Veldhuizen een
netwerk is ontstaan tussen de be-
trokken bewoners en organisaties.
Zoals bewonerscomités, leefbaar-
heidswerkgroepen, de Marokkaanse
vereniging, woningcorporaties,
welzijnswerk en ouderenzorg. Be-
woners nemen bovendien zelf het
initiatief tot nieuwe projecten om
het leefklimaat in hun buurt te ver-
beteren.
/
titel Kunst in VeldhuizenOndertitel Veldhuizen vertelt verhalenLocatie De wijk Veldhuizen, EdeDoelgroep Bewoners van VeldhuizenProjectleiding Pieternel van Langevelde en Hanneke WeijersOpdrachtgever Gemeente EdeProjecteigenaar Stichting CulturaBetrokken organisaties Cultura, gemeente Ede, Welstede, Woonstede, Vilente, Liander, SWOKunstdisciplines Verhalen vertellen, muziek, dans, beeldende kunst, fotografieLooptijd Januari 2009 t/m juni 2012Website www.kunstinveldhuizen.nl en www.facebook.nl/kunstinveldhuizen
interview
38
Paula Walta is dansdocent en choreograaf en maakt
professionele producties met haar eigen beeldend-
danstheatergroep Telder. Bij toeval kwam ze zo’n zes
jaar geleden met community art in aanraking. Sindsdien
komen er geregeld dergelijke projecten op haar pad.
Een gevluchte ballerina uit Sarajevo, die tien jaar niet
had gedanst, kreeg ze weer in beweging. Op indrukwek-
kende wijze verbeeldde de vrouw haar eigen verhaal
tijdens een bewonersmanifestatie in de Nijmeegse wijk
Dukenburg-Malvert.
Met een groep bejaarden uit een Arnhemse serviceflat
maakte Paula een choreografie rond het drinken van een
kopje koffie – een van de weinige bewegingen die de soms
stramme ouderen allemaal nog konden maken. Ook liet ze
enkele ouderen dansen op hun balkonnetjes. Filmopnames
daarvan werden vertoond tijdens Zon op Zuid – afgewisseld
met de koffiedans.
En wijkbewoners van Klarendal en Sint Marten in Arnhem
dansten tijdens de manifestatie Wijken voor kunst op diverse
spannende locaties in hun directe woonomgeving. Met ver-
halen die er zich zouden kunnen afspelen, over geborgenheid,
veiligheid en gevaar. Hierbij liet Paula hen dansen met enkele
professionele dansers.
paul
a w
alta
Verhalen en ideeën van bewoners
vormen altijd de bron voor de
dansproducties die choreograaf
Paula Walta met hen maakt.
Zij geven haar inspiratie. “Hun
inbreng is onontbeerlijk. Maar het
moet wel een artistiek product
opleveren. Ik laat hen hard
werken, zoek de grenzen op en
wil het maximale uit hen halen.
Volgens mij is dat de sleutel.”
Kunstenaar wil het maximale uit deelnemers halen
artistieke kracht
39
interview
veeleisend“Sommige opdrachtgevers zien een kunstproject als
een pleister op een moeilijke plek in de wijk. Dat mag,
maar voor mij persoonlijk is het belangrijk dat het
artistiek interessant is. Ik kom iets maken – dat is mijn
vak – en daarin ben ik best veeleisend. Deelnemers
merken direct dat het maken van een dansvoorstelling
iets anders is dan een wekelijks gezelligheidsclubje. Ik
neem hen serieus, zij nemen mij serieus. En dan kun
je er heel veel uithalen.”
Het vertrekpunt van Paula is nooit blanco, maar
ze stapt wel open het proces in. “Ik zoek groepen
en locaties op die mij inspireren en
kom binnen met een rugzak vol ruwe
ideeën. Maar wat het wordt, weet ik
dan nog niet. Mijn ervaring is dat je
geen al te vastomlijnd plan moet
hebben. Dan heb je wellicht minder
in de hand wat het eindresultaat
wordt, maar het stelt je wel in staat
om je mee te laten nemen in de
input van de bewoners. Hun ver-
halen vind ik onontbeerlijk. Als
je daarvoor openstaat, krijg je
vaak verrassingen. Dan blijkt een van de deelnemers
ineens iets te kunnen wat je niet had verwacht maar
wat heel mooi past. Dat zijn cadeautjes.”
Een voorstelling maken met bewoners is funda-
menteel anders dan werken met professionele dansers.
“Zij zijn de enigen die zo kunnen dansen als ze doen,
het is hun eigen verhaal. Professionele dansers kun-
nen zich verschuilen achter hun techniek. Ze kunnen
dansen zonder veel van hun persoonlijkheid te laten
zien. Bij amateurs is elke beweging direct, ze bewegen
allemaal net iets anders waardoor het meer zegt over
wie ze zijn.”
motievenVoordat Paula Walta zelf met community art begon,
dacht ze dat community art projecten waren van
sociaal werkers die iets met kunst deden. “Dat zag ik
mezelf niet doen, daar ben ik niet voor opgeleid. Ik ben
een maker. Maar in de praktijk werkt dat juist goed.
Opdrachtgevers hebben vaak geen speciaal artistiek
doel, wel andere motieven. Soms geven ze me vooraf
een schets van wat er speelt in de wijk – als aanleiding
voor een kunstproject. Maar ik wil daar nooit te veel van
weten. Dan ga je te veel in het negatieve zitten, werk
je vanuit problemen. Ik werk vanuit mogelijkheden.”
Opdrachtgevers zien het liefst dat de kunstenaar
álles uit de bewoners zelf haalt, van idee tot en met
het eindresultaat, is haar ervaring. “Elke kunstenaar
gaat daar binnen community art iets anders mee om.
De een hecht veel waarde aan zijn eigen artistieke vrij-
heid, de ander stelt zich helemaal ten dienste van
het proces. Ik zit daar ergens
tussenin. Mijn dansproducties
zijn een combinatie van mijn
eigen ideeën en hun input.”
gezamenlijkDat neemt niet weg dat Paula
zeker ook oog heeft voor de sociale
aspecten van haar projecten. “Een
mooi voorbeeld is de dans met ou-
deren in de serviceflat. Daar bleek
een ‘schoolpleinsfeer’ te bestaan: in
de flat wonen veel verschillende groepjes ouderen die
samenklitten en over elkaar roddelen. De deelnemers
aan mijn dansproject waren vooral individuen die hun
eigen gang gaan en er overal een beetje buitenval-
len. Nu hebben deze individuen iets gezamenlijks, ze
steunen elkaar in hoe ze zijn.”
Er was nog een ander winstpuntje. “De piano
in de gemeenschappelijke ruimte zat altijd op slot.
Omdat er toch niemand op speelt, zei de leiding. Sinds
het dansproject is het slot eraf en kruipt er af en toe
iemand spontaan achter om muziek te maken. Zulke
kleine dingen hebben grote invloed op de leefbaarheid
in die flat.”
www.beeldenddanstheatertelder.nl
‘De verhalen van bewoners vind ik
onontbeerlijk’
artistieke kracht
40
de stad40
de stad
doetinchem gaat soloOntroerend, grappig, hartstochtelijk
en soms schokkend: de theatersolo’s
van zeventig bekende en onbekende
Doetinchemmers raken stuk voor stuk
het publiek. Het Gruitpoort-jubileum-
project Doetinchem gaat solo, een
initiatief van Jos Spijkers en Wendelien
Wouters, ging in juni 2010 in premi-
ère. Onder leiding van professionele
theatermakers werkten ze aan hun
eigen solo van zang, dans, poëzie of
toneel en deelden die met een intiem
publiek. Voor 2013 staat de tweede
editie op de rol.
www.gruitpoort.nl
prateurNa de geslaagde eerste editie in 2011
heeft muziektheater De Plaats in 2012
wederom Prateur georganiseerd, een
locatievoorstelling in Arnhem met
ongewone samenwerkingen tussen
amateurgezelschappen en professio-
nals. Centraal dit keer stond Rijnboog,
een gebied in het centrum van de stad
dat het decor is voor grootschalige
ontwikkelingen. Publiek kon kiezen uit
twee routes van telkens zes locaties
met korte voorstellingen.
www.prateur.nl
opgejaagd wildDe Doetinchemse theatermaker Jos
Spijkers maakt graag voorstellingen
met, zoals hij het zelf omschrijft, ‘groe-
pen waarop de maatschappij niet zit
te wachten’. Zoals dementerenden,
gedetineerden, asielzoekers of gehan-
dicapten. Met daklozen in Doetinchem
maakte hij in 2008 Opgejaagd wild,
een voorstelling waarin ze hun eigen
rauwe leven naspelen. Geen makkelijk
project met een groep die nauwelijks
repetitiediscipline kent. Een zowel
tedere als confronterende voorstelling
is het resultaat.
zoet & zout in culemborgZoveel mensen, zoveel smaken. Dat
is het motto van de culinaire verha-
lenroute Zoet & zout in Culemborg.
Dit project uit 2011-2012 had tot doel
ontmoetingen te stimuleren tussen
autochtone en allochtone stadsbe-
woners. Kinderen en volwassenen
hebben meegedaan aan theater-,
dans- en muziekworkshops, met
eten en de daarbij horende verha-
len en tradities als thema. In een
wijkcentrum en in theater De Fran-
sche School gaven ze uitverkochte
eindpresentaties.
www.zoetenzoutinculemborg.nl
s
ocia
le in
fr
astructuur culturele infrastructuur
soci
ale
cohe
sie
publieke beeldvorming fysieke leefbaarheid gem
eens
chap
publiek fysieke ruim
tezelf
orga
nisa
tie
productie program
mering
sociale deelname culturele
deeln
ame
persoonlijke ontwikkeling brongroep
erfgoed & educatie
CreatiereGi e
41
mijn stadDe stad als geheel is meestal een te groot begrip
voor community art projecten. Daarom wordt er vaak
categoraal gewerkt (met bepaalde groepen, zoals de
dak- en thuislozen in Opgejaagd wild). Andere keren
wordt de stad opgeknipt in kleinere, beter behapbare
stukken die onder dezelfde paraplu vallen (Nijmegen
exposeert).
Projecten op stadsniveau kunnen ook connecties
leggen tussen de stadsbewoners en stadsgezelschap-
pen die, zoals Introdans, op landelijk niveau opereren.
Daarnaast gebeurt het dat bewoners uit allerlei stads-
delen worden samengebracht in één presentatie, zoals
bij Doetinchem gaat solo.
publieksbereikDe diversiteit aan soorten projecten op stadsniveau
zorgt ook voor een verscheidenheid aan thema’s. Die
lopen uiteen van zeer persoonlijk tot universeel.
De nadruk ligt wel vaak op beeldvorming: het imago
van de stad als geheel, van groepen bewoners of van
een culturele instelling. Vanwege die insteek resulteren
deze projecten doorgaans in grotere presentaties voor
het publiek. Het bereiken van zoveel mogelijk mensen
is soms een doel op zich.
kiemProjecten op stadsniveau ontstaan meestal vanuit
culturele instellingen die op zoek gaan naar nieuwe
wegen. Ze willen verkennen hoe kunst een andere
rol kan spelen in de stad en hoe ze met een nieuwe
manier van werken een verbinding met de stad kun-
nen maken. Zo onderzoekt Nijmegen exposeert hoe
met met negen kortlopende projecten zoveel mogelijk
mensen betrokken kunnen worden. Bij Prateur wordt
onderzocht hoe amateurgezelschappen in nieuwe
samenwerkingen en met input van professionals naar
een hoger niveau getild kunnen worden. Bij Swing on
wordt met een relatief kleine groep wijkbewoners een
goede dansproductie neergezet waarmee Introdans
een nieuwe publieksgroep aanboort.
Dergelijke projecten zijn een kiem voor nieuwe ont-
wikkelingen op het gebied van kunst en cultuur. Het
is een kwestie van zaaien en oogsten. Van oorsprong
eenmalige projecten krijgen vaak een vervolg omdat
iets in beweging is gezet dat niet te stoppen is.
parapluprojectenEen parapluproject bestaat uit een serie kunstprojec-
ten op straat- of wijkniveau, met een overkoepelende
naam en thematiek. Er is een centrale regie over de
programmering, de communicatie en de publiciteit. Zon
op Zuid, Code groen en Nijmegen visueel zijn hiervan
sterke voorbeelden.
Hun kracht ligt op drie niveaus: micro (de deelnemers-
groep en zijn directe omgeving), meso (de identiteit
van en sfeer in de straat en de wijk) en macro (de
beeldvorming van de stad of het stadsdeel). Binnen pa-
rapluprojecten werken veel partijen samen. Zo kunnen
nieuwe netwerken op het gebied van cultuurparticipatie
ontstaan, die samen zorgen voor een cultuurimpuls.
de stadde stad
in een stad woon je toevallig of bewust. Je bent er geboren en opge-
groeid of je bent erheen verhuisd vanwege liefde, studie of werk. Wie
zegt dat hij van zijn stad houdt, identificeert zich vooral met de posi-
tieve aspecten ervan. Dankzij de binnenstad, de winkels, de terrassen,
de voetbalclub, het theater, de festivals, de dynamiek en de eigen sfeer
spreekt een stad makkelijk tot de verbeelding. Het is een plek waar
je zowel anoniem kunt vertoeven als waar je bekenden tegen het lijf
loopt.
42
de stad
Een oude SRV-wagen houdt midden
in de straat halt. Kunstenaar Esther
van Winkel stapt uit en belt links en
rechts aan, met de vraag of bewo-
ners een eigengemaakt kunstwerk
hebben of iets anders waar ze trots
op zijn. Met dit object onder de arm
stappen de bewoners even later
de SRV-wagen binnen. Daar staat
kunstenaar Jeroen Bomers klaar
om deze schilderijen, tekeningen,
kantkloswerken of andere creaties
op te hangen.
Binnen een uur is de straatex-
positie een feit. In deze Kunstbus,
een mobiel cultureel platform in
Nijmegen-Zuid, ontmoeten straat-
bewoners elkaar op een bijzondere
manier. Levensverhalen komen naar
boven bij het bespreken van elkaars
kunstwerk, mensen komen achter
gedeelde interesses. Iemand die
al twintig jaar niet meer heeft ge-
schilderd, besluit om weer te gaan
schilderen nadat ze van haar buren
complimenten ontvangt voor haar
schilderkunst. Dit tafereel herhaalt
zich in elke straat waar de kunste-
naars hun bus parkeren.
De Kunstbus, inmiddels landelijk
opererend, is een van de geslaagde
voorbeelden van Nijmegen expo-
seert, een project uit 2011 waarbij
negen kunstenaars(-duo’s) in negen
stadsdelen van Nijmegen aan de
slag zijn gegaan om van ontmoeting
een kunst te maken. Per stadsdeel
werd met bewoners een kunstwerk
gemaakt dat paste bij die wijk. De
ontmoeting ontstond met name
tijdens dit maakproces.
Nijmegen exposeert is ontstaan
als een vervolg op Nijmegen visueel,
een project uit 2008/2009 waarbij
44 wijken in beeld werden gebracht
door kunstenaars en bewoners. Dat
leverde een uniek tijdsbeeld van de
stad op. Gevoed door het enthou-
siasme van dit project ontstond de
vraag vanuit bewoners en kunste-
naars om hieraan een vervolg te
geven. Aan ontmoeting door middel
van kunst bleek veel behoefte.
Die behoefte heeft vorm gekregen in
negen projecten, zoals een festival
rond sterke verhalen uit de wijk
Oud West, een foto-expositie van
een spontane straatexpoBewoners van Nijmeegse wijken waren zo enthousiast
over een kunstproject dat ze zelf vroegen om een
vervolg. Binnen Nijmegen exposeert hebben ze zaken
vormgegeven die hen na aan het hart liggen.
‘in de Kunstbus ontmoeten
straatbewoners elkaar op een
bijzondere manier’
43
de stad
portretten van wijkbewoners in
Nijmegen-Oost en allerlei creatieve
manieren waarop bewoners van
Lindenholt elkaar complimenten
hebben gegeven. Met de projecten
hebben bewoners vorm kunnen
geven aan iets dat hen na aan het
hart ligt. Ook hebben ze zichzelf op
een andere manier laten zien wat
bij anderen herkenning oproept.
Ontmoetingen en verbindingen die
door Nijmegen exposeert zijn ont-
staan, kunnen aanleiding zijn voor
een vervolg. Met name dankzij de
aanstelling van cultuuraanjagers
in een aantal wijken kan het vluch-
tige, eenmalige contact worden
omgezet in iets dat beklijfd. Met een
aanpak die bestaat uit meerdere
programma’s kunnen zij doorbor-
duren op het succes van Nijmegen
exposeert en zo nieuwe zaken in
beweging zetten.
Bijzonder aspect aan Nijmegen ex-
poseert is de extra aandacht die
is uitgegaan naar scholing van de
kunstenaars in het specialisme van
community art. Twee landelijke ex-
perts op dit gebied, Sikko Cleveringa
en Adriaan Nette, hebben hierover
aan zo’n dertig kunstenaars een
tweedaagse masterclass gegeven.
Doel was om hen scherp te laten
nadenken over de spanningsboog
tussen kunst en sociale participatie,
en om deze nieuwe kennis te ver-
werken in hun oorspronkelijke pro-
jectplannen. Dat heeft de kwaliteit
van de sociaal-artistieke projecten
verhoogd.
/
titel Nijmegen exposeertLocatie Negen wijken in NijmegenDoelgroep Bewoners van Nijmegenartistieke leiding Adriaan Nette en Sikko CleveringaProjectleiding Michelle de Witidee en conceptontwikkeling Doeko PinxtOpdrachtgever Pink Sweater Productions (sinds 2011 Peer Producties)Betrokken organisaties Pink Sweater Productions, gemeente Nijmegen, woningcorporaties, winkeliers, Tandem welzijnwerk, wijkcentraLooptijd September 2010 t/m juni 2011Website www.nijmegenexposeert.nl en www.kunstindewijk.nu
een spontane straatexpo
‘Met projecten hebben bewoners
vorm kunnen geven aan iets dat hen na
aan het hart ligt’
44
de stad
krachtwijk swingt met sambaEen dans van ongeschoolde amateurs als onderdeel van
een professionele dansproductie in een groot theater is
ongebruikelijk. Introdans durfde het aan en liet bewoners
van de Arnhemse ‘krachtwijk’ Malburgen schitteren
in Schouwburg Arnhem. Als kers op de taart van het
succesvolle Swing on-project.
45“In Brazilië zijn mensen veel opener.
Dat zouden Nederlanders ook eens
moeten proberen. Niet zo stijf en
bang maar wat losser.” De bewoner
van de Arnhemse wijk Malburgen
schudt nog eens met haar heupen.
Onder leiding van Braziliaanse dan-
sers oefent ze samen met wijkge-
noten de samba, een dans die staat
voor kracht, blijdschap, energie en
bevrijding. “Als je met deze houding
de wereld instapt, voel je je waardig
en blij”, zegt de docente. “Het is een
manier om je ellende te vergeten en
nieuwe energie op te doen. Samen
dansen, zingen, musiceren, dat is
samba.”
Bewoners uit Malburgen kennis la-
ten maken met moderne dans en,
dankzij uitwisseling met danspart-
ners uit andere werelddelen, kennis
uit het buitenland naar Nederland
halen. Dat is het doel van het Swing
on-project van Introdans Interactie
(de educatieve afdeling van Intro-
dans). Dat project begon in 2010
met Swing on South!, met mede-
werking van het Zuid-Afrikaanse
gezelschap Flatfoot Dance Company
– ervaren in het werken in arme
townships. In 2011 volgde Swing
on 2, met twee gezelschappen uit
Brazilië: Arquitetura do Movimento
uit Rio de Janeiro en Corpo Cidadao
uit Belo Horizonte.
Onder leiding van de Braziliaanse
dansdocenten repeteerden twee
groepen (een groep jongeren en
een gemengde groep) een week
lang elke avond in wijkcentrum De
Spil. Het resultaat presenteerden
ze eerst in het wijkcentrum, ver-
volgens twee keer in Schouwburg
Arnhem. Tijdens de pauzes van de
premièrevoorstellingen van GEK-
KEBEKKEN van Introdans Ensemble
voor de Jeugd dansten de Malbur-
gers in de foyer. Dat was een niet
eerder vertoond intermezzo van
de première. Schouwburgpubliek
kwam onverwachts in aanraking
met het talent, de energie en de
saamhorigheid van de enthousiaste
groep uit ‘krachtwijk’ Malburgen.
Een bijzondere ontmoeting tussen
twee verschillende werelden.
Een groep wijkbewoners (een multi-
culturele mix) bleek zo gemotiveerd
dat tot een vervolg werd besloten.
Dit keer lag de lat een stuk hoger:
onder leiding van Introdans werd
toegewerkt naar een uitvoering
tijdens het KERSTGALA enkele
maanden later. Niet als pauzenum-
mer in de foyer, maar als serieus
onderdeel,tussen de professionele
dansers op het hoofdpodium.
Vooraf hield Introdans een slag
om de arm; de dans moest wel
voldoende kwaliteit hebben. Dat
lukte, met glans. Twintig bewoners
repeteerden wekenlang in de dans-
studio van Introdans de nieuwe
choreografie 40 FEST. Hun uitvoe-
ring tijdens het KERSTGALA kreeg
een staande ovatie en haalde zelfs
het landelijke nieuws.
Resultaat van Swing on 2 is on-
der meer dat de deelnemers zich
in korte tijd behoorlijk hebben
ontwikkeld in moderne dans. De
Braziliaanse choreografen hebben
vanuit hun kennis bovendien veel
aandacht besteed aan het vormen
van een groep. Hierdoor hebben de
wijkbewoners, vanuit al hun multi-
culturele achtergronden, elkaar op
een intensieve manier leren kennen
Daarnaast hebben andere Arnhem-
mers op een onverwachte plek ken-
nis gemaakt met de vitaliteit van
een groep bewoners uit een wijk
die niet altijd even positief in het
nieuws komt.
/
titel Swing on 2Ondertitel Vervolg van Swing on South!Locatie Wijk Malburgen, ArnhemDoelgroep Bewoners Malburgenartistieke leiding Adriaan Luteijn (Introdans)Projectleiding Annemieke Vervoort (Introdans) en Marijn Swarte (Kunstbedrijf Arnhem)Opdrachtgever Introdans InteractieBetrokken organisaties Introdans, Kunstbedrijf Arnhem, Corpo Cidadao, Arquitetura do MovimentoDiscipline DansLooptijd Januari 2011 – februari 2012Website www.swingon2.nl
krachtwijk swingt met sambade stad
‘Samen dansen, zingen, musiceren,
dat is samba’
‘een bijzondere ontmoeting tussen twee verschillende
werelden’
interview
46
joh
an g
odsc
hal
k (r
ech
ts)
en m
arco
te
nij
enh
uis
Een spannend middel om jongeren te bereiken en ‘beter te
maken’. Zo omschrijft jongerenwerker Marco te Nijenhuis het
welzijnsbelang van de diverse kunstprojecten die onder de ge-
meenschappelijke noemer Keten met jongeren in de Achterhoek
zijn vormgegeven.
Te Nijenhuis, verbonden aan Jongerenopbouwwerk Oost Gelre,
is projectleider van Keten, een project dat hij samen met Johan
Godschalk van KCG-Cultuurpact Achterhoek heeft opgezet.
“Vanuit welzijn wil je jongeren leren kennen, je wilt weten wat
er leeft, zorgen dat ze jou vertrouwen en dat ze je weten te vinden.
Dan pas kun je hen ondersteunen in hun ontwikkeling”, zegt Te Nij-
enhuis. “In plaats van passief afwachten moet je als jongerenwerker
actief op de jongeren af. Met kunst, op de wijze waarop we dat binnen
Keten gebruiken, heeft welzijn een prachtig nieuw middel om hen te
bereiken.”
kunst makenKeten, dat sinds 2010 in tien Achterhoekse gemeenten wordt uitgevoerd,
is hiervan een pakkend voorbeeld. Vijf kunstenaars hebben met groepen
jongeren theater, musicals en beeldende kunst gemaakt. In de meeste
gevallen gebeurde dit in samenwerking met de lokale jongerenwerker.
Het project richt zich op ‘ongeorganiseerde’ jongeren, die niet via school,
vereniging of instelling actief met kunst en cultuur bezig zijn. Het vierjarige
project heeft inmiddels zo’n twintig producties opgeleverd, zoals exposities,
Ondersteuning bieden aan
mensen om hun eigen leven
vorm te geven. Dat is een
belangrijke doelstelling van het
welzijnswerk. Kunstprojecten
kunnen daarbij een prachtig
middel zijn, zo leert de
ervaring in de Achterhoek.
nieuwe ingang
Welzijnswerk kan jongeren bereiken dankzij kunst
47
interview
straatoptredens, musicaluitvoeringen en een theater
dinershow voor ouderen tijdens de kerstdagen.
De titel van het project is drieledig uit te leggen:
Keten heeft betrekking op het leggen van verbindin-
gen tussen kunst, welzijn, jongeren, gemeenten en
bedrijfsleven, het slaat op plezier maken en het verwijst
naar de jongerenketen, een populair verschijnsel in de
Achterhoek en dé plek waar veel ongeorganiseerde
jongeren zich ophouden. Een positief verschijnsel,
benadrukt Te Nijenhuis. De sociale controle is er groot
en jongeren leren er verantwoordelijkheid te dragen.
“Ze regelen alles zelf. De keetjongere van nu is het
dorpsraadlid van de toekomst”, stelt hij.
proces en resultaatHet samengaan van kunst en welzijn
kwam uit de koker van de tien ge-
meenten die bij Cultuurpact Achter-
hoek betrokken zijn. Een spannende,
niet alledaagse combinatie, omdat
kunst meestal niet voorkomt in
de gereedschapskist van de wel-
zijnswerker.
“Kunst als middel of kunst als
doel, dat vormt het spannings-
veld binnen het project”, zegt Te Nijenhuis. “De
kunstenaar wil een mooi eindresultaat, vanuit welzijn
ben je vooral bezig met het proces. Uiteindelijk zijn
we tot de ontdekking gekomen dat ze allebei even
belangrijk zijn. Hoe sterker het proces, des te beter het
eindresultaat en des te trotser de jongeren zijn over
hetgeen ze hebben neergezet. Het levert een intense
ervaring op die ze nooit meer vergeten.”
Die proceskant is essentieel, vindt ook Godschalk.
“Dat geeft dit project veel meer diepgang dan reguliere
kunst- en cultuuractiviteiten van een welzijnswerker.
Wat je vaak ziet, is dat ze een bandjeswedstrijd of een
talentenavond organiseren. Er is niets makkelijker dan
dat. Je belt een kroegeigenaar of je een podium mag
neerzetten, je regelt een stukje in de krant, er komt
publiek en je hebt een winnaar. Mooi, dat moet er
ook zijn. Maar het leidt bijna nooit tot enige verdie-
ping. Het kunstproject zoals Keten vereist veel meer.
Zowel van de jongeren als van de kunstenaars en de
jongerenwerkers. Er zitten zoveel kanten aan, je weet
niet precies waar je aan begint en wat de uitkomst is.
Je moet niet bang zijn om dat aan te gaan. Dat is de
charme van het hele verhaal. Kunst is bovendien zo
veelzijdig dat bij voorbaat iedereen kan meedoen.”
raamwerkHet tweetal noemt diverse welzijnsaspecten die tijdens
het creatieproces naar boven komen. Zoals ontdekken
wie je bent, leren samenwerken, nieuwe gemeenschap-
pen vormen, je ei kwijt kunnen en talenten ontwikkelen.
Stoere pubermeiden die aanvankelijk lacherig over
anderen deden en zich wat afzijdig hielden, ontpopten
zich als de meest enthousiaste deelneemsters van een
beeldend kunstproject en hebben
zich inmiddels aangemeld voor
de kunstacademie. Aan een
ander project deed een autis-
tische jongen mee die met zijn
gedrag botste met de rest van de
groep, wat bijna tot een splitsing
leidde. In individuele gesprekken
lukte het toch de groep bijeen te
houden en over en weer begrip
te kweken.
Te Nijenhuis: “Daarnaast ben je
als jongerenwerker altijd op zoek naar een ingang om
jongeren aan te spreken, om hen te leren kennen. De
ontmoeting lost de helft van de problemen op. Als je
samen met hen iets moois meemaakt, dan schept dat
een band waarop je verder kunt bouwen.”
Oog hebben voor het proces betekent ook dat
de kunstenaar geen vastomlijnd idee moet hebben,
vervolgt hij. “De kunstenaar zet een raamwerk neer
waarbinnen de jongeren vervolgens een zo groot
mogelijke inbreng hebben. Het vormgeven van hun
eigen leefomgeving, dat is wat je wilt vanuit welzijn.
Het moet van de jongeren zelf zijn, ze moeten het
zelf voelen en bedenken. Dan kom je tot het mooiste
resultaat. Maar in de kern is Keten geen welzijnsproject.
Het is een kunstproject met welzijnsaspecten.”
www.ketenachterhoek.nl
‘De keetjongere van nu is het
dorpsraadlid van de toekomst’
nieuwe ingang
48
de streek
de streek48
verdronken dorpenVerdronken dorpen, een project van
KCG-Cultuurpact Rond Arnhem, heeft
de geschiedenis zichtbaar gemaakt
van zes Gelderse dorpen die door
overstromingen uit het landschap
zijn verdwenen. Dat gebeurde met
een publicatie, een fietsroute en per-
manente dichtkunst op locatie. In de
zomer van 2011 werden de dorpen
bovendien tot leven gewekt met dans,
theater, muziek en beeldende kunst
op locatie, door kunstenaars en met
bewoners gemaakt.
www.verdronkendorpen.nl
d, out of the blueHelp, D. out of the blue. He’s from the
virtual world. Give him a real life. In
this world.
Met dit gedichtje heeft EDU-ART in
2008 de fantasie geprikkeld van 2700
scholieren in acht gemeenten. Als
fictief personage dook D. plotseling
op in hun stad, zonder lichaam, thuis
of identiteit. Aan de scholieren de
taak om D.’s bestaan vorm te geven.
Samen met kunstenaars ontwierpen
ze kamers, vervoersmiddelen, kleding,
dans en film.
ketenjongeren tussen de 13 en 24 jaar in
de Achterhoek actief en passief la-
ten kennismaken met kunst en cul-
tuur, dat is de opzet van Keten, een
driejarig project in tien Achterhoekse
gemeenten. Vijf professionele regis-
seurs en kunstenaars gaan, samen
met jongerenwerkers, op zoek naar
ongeorganiseerde jongeren om in uit-
eenlopende amateurkunstdisciplines
samen iets te maken, Welzijnswerk
speelt hierbij een belangrijke rol.
www.ketenachterhoek.nl
natlandOer-Rivierenlanders, strenggerefor-
meerden, boeren die uit nood geboren
een camping begonnen, de zoon van
de laatste riviervisser, Poolse pluksters
die ieder jaar een paar maanden in
het Rivierenland wonen, een scooter-
Marokkaan vol boosheid en frustratie
en een Molukse vol verterend heimwee
naar haar geboorteland. Al hun stem-
men kwamen in mei 2012 aan de oever
van de Waal samen in de voorstelling
Natland, muziektheater voor, door en
over Rivierenlanders.
www.natland.nu
s
ocia
le in
fr
astructuur culturele infrastructuur
soci
ale
cohe
sie
publieke beeldvorming fysieke leefbaarheid gem
eens
chap
publiek fysieke ruim
tezelf
orga
nisa
tie
productie program
mering
sociale deelname culturele
deeln
ame
persoonlijke ontwikkeling brongroep
erfgoed & educatie
CreatiereGi e
49
de streek
In de streek (het landelijk gebied) is de graad van zelfor-
ganisatie hoog. En al neemt het af, het verenigingsleven
is er nog relatief groot. Dat maakt in een landelijk gebied
de gemeenschapszin meer vanzelfsprekend dan in de
stad. Daar staat tegenover dat de denk- en leefpatronen
over het algemeen vaster zijn. Het is daardoor moeilijker
om met een community art project zaken in beweging te
zetten en nieuwe betekenis aan iets te geven.
schaalgrootteZoals een stad bestaat uit wijken, zo bestaat de streek
uit dorpen. Hoewel het onderscheid tussen een stad en
een dorp niet altijd even scherp te maken is, kom je in
dorpen nauwelijks op zichzelf staande community art
projecten tegen. Als er iets in een dorp gebeurt, dan is dat
meestal onderdeel van een grotere keten van activiteiten
die langs meerdere kernen in een bepaald gebied loopt.
Dat heeft alles te maken met de schaalgrootte in het
landelijk gebied. Hier bestaat vaak nog geen netwerk van
instellingen en professionele partijen op het gebied van
kunst en cultuur, omdat hun dichtheid laag is.
Voor kunstenaars die hier een community art project
vormgeven, betekent dit veel pionieren en vooral zelf
verbindingen zien, creëren en maken. Goed samenwerken
met welzijnswerk, dat goed vertegenwoordigd is in de
streek, werpt hierbij vruchten af, zoals in de Achterhoek
gebeurt bij Keten.
Rivierenland vormt een uitzondering en kent wél een groot
netwerk voor community art. Vanwege de nabijheid tot
de Randstad wonen hier juist veel professionals die graag
iets willen doen in hun eigen omgeving. Het aanwezige
potentieel is in het Spoelspektakel en in Natland op grootse
wijze gezamenlijk tot uitdrukking gebracht.
themaEen project in de streek wordt krachtiger en spreekt meer
tot de verbeelding als het thema een sterke bindende factor
heeft en geworteld is in het gebied. Historie, legendes of
streekverhalen vormen hiervoor prima ingangen. Ook kan
de keuze voor een bepaalde brongroep de verbindende
schakel vormen. Zo zoekt Keten de ongeorganiseerde
jongeren in de Achterhoek op en richt Het landschap
vertelt zich in diverse regio’s op zelfstandig wonende
ouderen en bewoners van zorgcentra.
meerjarigEen streek is, net als de wijk, over het algemeen gebaat
bij een programmatische aanpak, waarbij meerjarig
een stroom aan projecten onder dezelfde noemer wordt
uitgerold. Zo wordt langdurig het hele gebied gevoed,
uitgedaagd en zichtbaar gemaakt. Zeker omdat patronen
vaak vaster zijn, is er een langere adem nodig om iets in
beweging te zetten en nieuwe betekenissen te creëren.
Een goede samenwerking tussen diverse organisaties is
daarbij van groot belang.
de streek De streek is een groot territoriaal begrip. Zoals het rivierenlandschap
rond Culemborg en tiel, de bosrijke omgeving op de Veluwe, het
agrarisch gebied in de achterhoek. aan de ene kant is de streek zo
groot en abstract dat het weinig tot de verbeelding spreekt bij zowel
bewoners als buitenstaanders. aan de andere kant zijn het gebieden
waar mensen een deel van hun identiteit aan kunnen ontlenen,
soms ook met een zekere trots. De achterhoeker, de Betuwenaar, de
rivierenlander, bewoners van Het Gelders eiland, ze zullen die afkomst
niet snel verloochenen.
50
de streek
Het Werk aan het Spoel, gelegen
aan de Lek in Culemborg, geldt als
een van de markantste onderdelen
van de Nieuwe Hollandse Waterli-
nie. Afgelopen jaren heeft het een
nieuwe bestemming gekregen, met
respect voor de historie: een gast-
vrije ontmoetingsplaats met veel
culturele activiteiten. Zo is er een
amfitheater gebouwd en zijn er
ruimtes gekomen voor schilderen,
beeldhouwen, bijeenkomsten en
horeca.
Zoiets moet op grootse wijze
worden geopend, bedacht Stichting
Werk aan het Spoel. Zodat het pu-
bliek weet wat hier te beleven valt.
En zodat culturele instellingen uit
Culemborg en Rivierenland worden
uitgedaagd de mogelijkheden van
deze nieuwe ontmoetingsplaats te
benutten.
Het resultaat is het Spoelspek-
takel, een productie waarin acteurs,
dansers, muzikanten, vertellers en
beeldend kunstenaars uit Culem-
borg en omgeving de Canon van Ne-
derland tot leven hebben gebracht.
Elk gezelschap (24 amateurclubs
en twaalf professionele groepen)
nam een van deze vijftig historische
gebeurtenissen voor zijn rekening.
waterlinie als theaterdecorEen groot, gevarieerd theaterspektakel met
honderden amateurs en professionals die
gezamenlijk de geschiedenis van Nederland
uitbeelden, in de historische omgeving van een
verdedigingswerk van de Nieuwe Hollandse
Waterlinie. Dat is het Spoelspektakel waarmee
het Werk aan het Spoel in Culemborg in juni 2012
op prachtige wijze is geopend.
51
de streek
Daarnaast is er een 51ste venster
toegevoegd: Het geheim van de
Hollandse waterlinie, een muziek-
theaterstuk speciaal geschreven
door Kees van der Zwaard.
Zo zijn 2700 bezoekers tijdens twee
uitvoeringen overspoeld door the-
ater, muziek en beeldende kunst.
Wandelend over Werk aan het
Spoel maakten ze een reis langs
memorabele historische feiten en
ontmoetten ze Nederlandse be-
kendheden van toen. Zo wekte het
koor OtherWise Aletta Jacobs tot le-
ven en speelde de Vlinderfabriek een
ontroerend theaterstuk over Anne
Frank. Een groep van de Molukse
gemeenschap vertegenwoordigde
de V.O.C. met een tentoonstelling
over de Molukken. In een bunker
luisterden groepjes van acht perso-
nen naar verteller Fred Delfgaauw
die een kort verhaal van Godfried
Bomans voordroeg. Elders werd
het publiek verleid actief in enkele
thema’s te participeren. Vol verba-
zing en verwondering belandden
de bezoekers daarna in het amfi-
theater voor het slotspektakel: Het
geheim van de Hollandse waterlinie.
Het project is gestart met het aan-
stellen van een productieleider
en een artistiek leider. Naast het
organiseren van een inspirerend
publieksevenement kregen zij als
opdracht nieuwe verbindingen
te leggen tussen professionals
en amateurs. In Culemborg, in de
luwte van de Randstad, wonen
veel professionals die hun talen-
ten willen inzetten voor projecten
in hun omgeving. Hun expertise is
nadrukkelijk aangeboord binnen het
Spoelspektakel. Ook is veel gebruik
gemaakt van bestaande netwer-
ken van amateurgezelschappen,
Werk aan het Spoel, het NME, het
ArchiefCollectief, de omringende
forten en scholen voor voortgezet
onderwijs. Die lokale inbreng heeft
de betrokkenheid vergroot.
Volgens productieleider Mark
van Dooren is het amateurveld
dankzij de samenwerking met pro-
fessionele kunstenaars naar een
hoger niveau getild. Vooral door de
ontmoeting tussen groepen onder-
ling en het in aanraking komen met
andere kunstvormen. Deelnemers
hebben elkaar tijdens intensieve
repetities beter leren kennen en
hebben zich kunnen presenteren
aan een breed publiek.
Daarnaast is de hoofddoelstel-
ling bereikt: velen hebben Werk aan
het Spoel ontdekt als een levendige,
inspirerende plek met culturele ac-
tiviteiten. Een plek waar Culemborg
trots op kan zijn.
titel SpoelspektakelLocatie Werk aan het Spoel, CulemborgDoelgroep Makers uit Culemborg (professioneel en amateurs), scholieren, inwoners van Culemborgartistieke leiding Bea LeekProductieleiding Mark van DoorenOpdrachtgever Stichting Werk aan het SpoelBetrokken organisaties Stichting Werk aan het Spoel, De Veldkeuken, diverse amateur- en profes-sionele gezelschappen en meerdere scholenDiscipline Theater, beeldende kunst, dans, verhalenLooptijd September 2011 Website www.werkaanhetspoel.nl en http //spoelspektakel.wordpress.com
waterlinie als theaterdecor
‘een gastvrije ontmoetingsplaats met veel culturele
activiteiten’
‘Nieuwe verbindingen te leggen tussen
professionals en amateurs’
52 “Mijn vriendinnetje en ik waren zes-
tien jaar. We fietsen naar Bergharen.
Wat zou ons te wachten staan?” Zo
begint het verhaal van mevrouw De
Heus, bewoonster van zorgcentrum
De Kasteelhof in Druten. Haar herin-
nering over haar eerste kus op een
mooie zondagmiddag in 1941 zorgt
voor hilariteit onder de aanwezigen.
de streek
wie vertelt is niet alleenVerhalen vertellen is een kunst. Zelfstandig
wonende ouderen en hun leeftijdsgenoten in
woonzorgcentra volgen samen workshops.
Daarna laten ze het publiek met rode oortjes
luisteren.
53 In de kelder van het zorgcen-
trum luisteren 75 mensen geboeid
naar de verhalen die vijf bewoners
deze avond voordragen. Dat de
bijeenkomst, die tot acht uur zou
duren, een uurtje uitloopt, deert nie-
mand. Hier krijgt iedereen energie
van. De zaal zit vol medebewoners
en familieleden. Samen genieten ze
van de verhalen die de deelnemers
met rode wangen vertellen.
De vertelavond is de eerste in
een serie, die de komende tijd in
zorgcentra in Beuningen, Druten,
Groesbeek, Heumen, Millingen aan
de Rijn, Ubbergen en Wijchen wordt
gehouden. Onder de titel Het land-
schap vertelt wil KCG-Cultuurpact
Rond Nijmegen op deze manier
ouderen uit hun isolement halen
en in contact brengen met anderen.
Het landschap vertelt richt zich
in eerste instantie op zelfstandig
wonende ouderen omdat bij hen
het risico op vereenzaming het
grootst is. Het project speelt zich
telkens af in een woonzorgcentrum
of andere ouderenlocatie. Zo kan de
ontmoeting tussen ouderen binnen
en buiten het zorgcentrum worden
gestimuleerd en kan de zelfstandig
wonende oudere in aanraking ko-
men met de andere activiteiten die
er worden georganiseerd.
De idee achter het project is dat
de verhalen van vroeger van deze
ouderen de moeite waard zijn om
verteld te worden. Boeiend vertellen
is echter een hele kunst. Daarom
krijgen de ouderen begeleiding van
een ‘vertelbuddy’, een lid van de
plaatselijke toneelvereniging. Die
helpt om het verhaal goed op te
bouwen. Zo komt er spanning in
het verhaal en blijft de luisteraar
geboeid.
Per locatie duurt Het landschap
vertelt een hele week. Het project
begint met een presentatie door
een professionele verteller die een
streekverhaal voordraagt. Daarna
krijgen de deelnemers onder leiding
van theatermaker Boaz Boele twee
workshops in verteltechnieken. Ver-
volgens gaan ze samen met hun
buddy aan de slag.
Druten heeft het spits afgebeten
waarmee ervaring is opgedaan voor
de overige locaties. Het streven om
voor de helft zelfstandig wonende
ouderen te werven voor deelname,
is hier wegens tijdgebrek mislukt.
Het vergt een extra inspanning
om die doelgroep te bereiken, zo
is gebleken. Daarom deden dit keer
alleen bewoners van De Kasteelhof
mee.
De kracht van het project is dat
het woonzorgcentrum er na afloop
zelfstandig mee kan doorgaan. Zo
is er blijvend een nieuwe activiteit
toegevoegd als welkome afwis-
seling voor reguliere activiteiten
zoals de bingo. Het contact dat is
ontstaan met de plaatselijke to-
neelvereniging kan ook weer tot
nieuwe activiteiten leiden.
Tenslotte hebben de vijf deelne-
mers en het publiek een bijzondere
avond beleefd. Het vertellen van
verhalen vol persoonlijke herinne-
ringen heeft bij hen een emotionele
laag aangesproken die ze beiden
lang niet hebben gevoeld.
/
titel Het landschap verteltLocatie Ouderencentrain Beuningen, Druten, Groes-beek ,Heumen, Millingen aan de Rijn, Ubbergenen WijchenDoelgroep Zelfstandig wonende ouderen en bewoners woonzorgcentraProjectleiding Ans Jacobs (stichting Kalorama)Opdrachtgever KCG-Cultuurpact Rond NijmegenBetrokkenorganisaties Ouderencentra, Stichting Kalorama, Circustheater Stoffel, Katholieke Ouderen-bond, StichtingDelaFonds, plaatselijke organisaties voor ouderen en toneelverenigingenDiscipline Verhalen vertellenLooptijd Eind 2011 tot eind 2012Website www.cultuurpact.nl
de streek
wie vertelt is niet alleen
‘Genieten van de verhalen die met
rode wangen verteld worden’
‘Boeiend vertellen is een hele kunst’
interview
54
Vergaderen met bewoners, de knelpunten op een rij zetten
en daar acties bij verzinnen. Dat is de traditionele manier om
een wijkvisie te ontwikkelen, schetst Michiel ten Dolle. Hij is een
van de wijkmanagers van de gemeente Nijmegen.
Maar het kan ook anders. Zo is in een van de negen stadsde-
len het project Lindenholt Maakt Geschiedenis opgezet waarbij
bewoners de geschiedenis van hun wijk in verhalen, voorwerpen
en anekdotes verzamelen en interactief ontsluiten. Het project is
opgezet om belangstelling te kweken voor het cultuurhistorisch
erfgoed van Lindenholt.
Ten Dolle ziet hierin ook toepassingen voor de toekomst. “Nadenken
over wat waardevol is in de wijk is een heel ander startpunt dan
nadenken over de problemen. Als je die elementen vervat in een
geschiedenis- of kunstproject, begint het maken van een wijkvisie
niet zwaar beladen, maar leuk, uitdagend en creatief”, zegt hij. “Pro-
blemen in een wijk moet je aanpakken, dat staat buiten kijf. Maar
denken vanuit problemen in plaats van kansen, is vaak overheersend.
Als je wilt kijken naar de kansen die een wijk biedt, naar de positieve
kanten, dan werkt kunst heel goed.”
sociale cohesieHet zijn geen grote daden, eerder bescheiden stapjes waarmee kunst het
woonklimaat kan verbeteren, weet de wijkmanager. Ten Dolle en zijn vijf
collega’s, die samen de ogen en oren van het gemeentebestuur vormen in
Faciliteren, aanmoedigen of
actief een balletje opgooien.
Die rollen kunnen gemeenten
spelen bij community art.
De uitvoering laten ze aan
anderen over. Wel wordt de
waarde ervan onderkend.
“Met kunst stap je buiten de
probleemdynamiek.”
kijk op kansen
Kunstproject als alternatief voor nieuwe wijkvisie
kari
n e
etge
rin
k en
mic
hie
l te
n d
olle
55
interview
de Nijmeegse stadsdelen, ontdekten de waarde van
creatieve interventies tijdens de projecten Nijmegen
visueel en Nijmegen exposeert. Binnen deze paraplu-
projecten gingen kunstenaars met een groot aantal
groepen bewoners aan de slag. Het doel was de stad
op een andere manier te bekijken en te beleven met
meer sociale cohesie als gevolg. “Dat we toen hebben
gezien hoe kunst kan werken, maakt dat we er nu
scherper op zijn”, zegt hij.
potentieDe wijkmanagers kunnen putten uit een potje voor
bewonersinitiatieven om kunstprojecten te stimuleren.
“Mensen met ideeën voor laagdrem-
pelige kunst waarbij de focus ligt op
samen iets maken en doen, mogen
altijd langskomen”, klinkt het uitno-
digend. “Als ik met bewoners spreek
over de wijkaanpak, gooi ik ook
weleens een balletje op en wijs hen
op kunstprojecten in andere wijken.
Het schetsen van die mogelijk-
heid zet al aan tot nadenken.
Als mensen met plannen komen,
dan kijken we onder meer of het
idee mensen met elkaar in contact brengt en of het
potentie heeft voor een vervolg. Projecten waar je een
tijdje op kunt voortborduren hebben onze voorkeur.”
Als voorbeeld noemt hij de verzameling sterke
verhalen uit Oud-West die zijn ontstaan als onderdeel
van Nijmegen exposeert. “Het vervolg idee is om daar
een stripboek van te maken. De opbrengst van de
verkoop komt in een wijkfonds waaruit nieuwe activi-
teiten in de wijk worden gefinancierd. Daar kun je van
alles bij verzinnen”, legt Ten Dolle uit. “Ze vragen ons
om startkapitaal voor het boek, dat geeft de aanzet.
Daarna is het aan de wijk zelf.”
dynamiekDorpen en kleine steden hebben een heel andere
dynamiek dan een grote stad als Nijmegen. Zo kent
de gemeente Tiel vooral projecten op stadsniveau of
binnen het grotere geheel van het landelijk gebied.
Voorbeelden van wijkprojecten in Tiel zijn nog niet
voorhanden, zegt cultuurambtenaar Karin Eetgerink.
“We hebben geen Vogelaarwijken of verpauperde
plekken. Met de inzet van kunst als cement voor de
leefbaarheid zijn we daarom niet zo bezig.”
Dat wil niet zeggen dat Tiel stilzit, al is de rol van de
gemeente vooral faciliterend. Zo was Eetgerink namens
de gemeente betrokken bij het mogelijk maken van
de doorstart van een organisatie die tweejaarlijks een
grote musical maakt met alle getalenteerde scholieren.
Ook met volwassenen worden dergelijke producties,
gebaseerd op streekverhalen, gemaakt, Een belangrijke
activiteit voor heel Tiel. “Dan zit de schouwburg een
aantal zaterdagen achter elkaar vol. De gemeente
staat op afstand maar maakt
zoiets wel medemogelijk.”
Die bescheiden rol aan de
zijlijn speelde Tiel ook bij de
productie Natland, een initiatief
van KCG-Cultuurpact waarbinnen
diverse gemeenten hun regio-
nale cultuurbeleid vormgeven. In
Natland werden levensverhalen
van en door diverse groepen Rivie-
renlanders verbeeld, ondersteund
door amateurorkesten. “Heel in-
drukwekkend”, noemt Eetgerink deze wijze waarop
Rivierenlanders gezamenlijk toonden wie ze zijn, in al
hun kracht.
stadsvisieDat is ook een aspect dat Ten Dolle aanvoert. “De
meeste bewoners van Lindenholt zijn trots op hun
wijk en zijn er heel gelukkig. De politiek is juist ge-
neigd op de problemen te focussen, maar ik vind het
belangrijk om ook die andere kant te laten zien. Dat
kan dankzij community art. Er wordt nu een nieuwe
stadsvisie gemaakt voor Nijmegen in 2020. Wat mij
betreft worden daarin ook al die pareltjes in de wijken
opgenomen, al die mooie dingen die er de afgelopen
jaren zijn gemaakt. Ook binnen citymarketing kun je
dat gebruiken. Want dit is óók Nijmegen.”
‘Nadenken over wat waardevol is in de wijk in plaats van nadenken over de
problemen’
kijk op kansen
Kunstproject als alternatief voor nieuwe wijkvisie
56
colofon Concept Françoise Braun, Maarten Reith en Hanneke Weijers
auteur Maarten Reith
Projectanalyses Françoise Braun en Hanneke Weijers
advies Sikko Cleveringa (CAL-XL), Elsbeth Rozenboom (KCG), Yvonne Drissen (EDU-ART),
Corien van der Poll (Huis van Puck), Marijn Swarte (Kunstbedrijf Arnhem), Berenice van
Woerden (KCG) en Lies Joosten (Kunstbedrijf Arnhem).
Fotografie Maarten Reith (portretten), Janneke Aalbers, Helma van Ast Fotografie, Hans
van den Bos / bosbeeld, Julia Borsboom, Françoise Braun, Lotte van Campen, Irene Compan-
jen, Ben Deiman, Diederik Grootjans, Dennis Gunsing, Rolf Henzel, Merel Holleboom, Zefanja
Hoogers, Barbara Kerhof, Renée Krijgsman, Max Kuiper, Lex Kwee & Erik Vos & Koos Kostwinder,
Tom Meerman, Appie Meijer, Esther Meijer, Marja Meijering, Lieske Meima & Berenice van
Woerden, Job van Nuenen/Studiobeneden, Simon van den Oever, Stephan Peters, Roberto
Rizzo, Seppe Ruberti, Gerald Schaapman, Sanne Steenbreker, Casper Teijgeler, Bart Versteeg,
Ton van Vliet, Jen Warmels, Michelle de Wit.
Vormgeving De Ruimte Ontwerpers vof
eindredactie Sikko Cleveringa en Elsbeth Rozenboom
Uitgever CAL-XL, Utrecht 2012
Uitgeefmanagement Jacqueline Pijcke – PCK Publishing
tekstcorrectie Aukje de Boer
Opdrachtgever Platform Community Arts Gelderland
Drukwerk Roto Smeets GrafiServices
Met dank aan Britt Arp, Loes ten Ascher, Gert Boer, Julia Borsboom, Lotte van Campen,
Michiel ten Dolle, Mark van Dooren, Hannie van den Driesschen, Jeffry van den Driesschen,
Karin Eetgerink, Gerard Evers, Marieke van de Geyn, Johan Godschalk, Diederik Grootjans,
Jeanet Hacquebord, Henk van Haeften, Maria Harmse, Albert Hoex, Saskya Kamps, Bram
Kluen, Lex Kwee, Olga Lozeman, Mathilde Maas, Marja Meijering, Marco te Nijenhuis, Ruud
Paauw, Stephan Peters, Doeko Pinxt, Gerry Poelert, Carien Poissonnier, Lieneke Postema,
Barbara Recourt, Mieke van Rooijen, Claudia Schouten, Jos Spijkers, Jolanda Vos, Paula Walta,
Zana Weis, Michelle de Wit en Wendelien Wouters.
Met ondersteuning van Provincie Gelderland
iSBN/eaN 978-90-818495-2-4
© CAL-XL, Utrecht www.cal-xl.nl
community artis een artistiek antwoord op een
maatschappelijke vraag die,
vanuit een synergie tussen professionele
kunst en actief burgerschap,
resulteert in een nieuwe kijk op
de werkelijkheid en in nieuwe
maatschappelijke verbindingen.
maak gebruik van het aanbod van cal-xl
Of help het te organiseren in je eigen regio
Ontmoet ons op
www.cal-xl.nl/netwerk/gelderland
Community Arts Lab XL (CAL-XL) is de landelijke
netwerkorganisatie van koplopers in community art
en nieuwe cultuurfuncties. CAL-XL biedt producten
en diensten aan om de verdere ontwikkeling van
community art te versterken. In elke provincie is een
lokaal netwerk actief. CAL-XL betrekt daarbij graag
nieuwe partners en makers. In Gelderland is KCG het
centrale aanspreekpunt.
KCG is het Gelders kenniscentrum voor kunst
en cultuur. Vanuit de visie dat kunst en cultuur
onmisbaar zijn voor de leefbaarheid in Gelderland,
geeft zij invulling aan haar missie: het versterken van
Gelderland met kunst en cultuur.
KCG hanteert hiervoor vier strategieën: kennis
delen en adviseren; versterken van bovenlokale
samenwerking in de regio’s; ontwikkelen en scholen;
het bieden van een podium en ontwikkelen van talent.
Netwerkvorming ▶ netwerk- en intervisiebijeenkomsten voor zowel kop lopers als nieuw geïnteresseerden.
Cultuur nieuwe stijl / Cultuur op tafelNeem deel aan netwerk- en intervisiebijeen-komsten in de regio rond actuele thema’s voor beleidsmakers, opdrachtgevers en aanjagers uit verschillende sectoren.
Kunst in de wereldNeem deel aan netwerk- en intervisiebijeen-komsten in de regio rond actuele thema’s voor kunstenaars en andere artistieke professionals.
Scholing ▶ post hbo-opleidingen met ervaren trainers, inspirerende docenten en gemotiveerde medecursisten.
Partners in Community artsRealiseer je eigen project als aanjager of ontwikkelaar. Leer in zes dagdelen optimaal werken met een projectscan, creatieregie en andere inspirerende methodieken.
Community arts Learning LabWerk gedurende een jaar aan je competenties als maker. Scherp je eigen missie, visie en creatieve kracht in een ondernemingsplan, een leerpraktijk en vijftien studiedagen.
Onderzoek ▶ onderzoek en advies door ervaren onderzoekers die kennis delen binnen
het netwerk van Cal-xl
ProjectonderzoekProfiteer van gespecialiseerde onder-steuning bij het analyseren, optimaliseren en documenteren van je eigen projectaanpak en -resultaten
effectonderzoekMeet en weet de culturele en maatschappelijke effecten van je project of programma voor deelnemers, publiek en andere waardevangers.
Documentatie ▶ opbouw en verspreiding van kennis over community arts en nieuwe
cultuurfuncties
Website Vind alles over community arts en nieuwe cultuurfuncties op één website, inclusief nieuws, agenda items, sociale media en inter-nationale links: www.cal-xl.nl
Projectenweb Bekijk en vergelijk sociaalartistieke praktijken uit heel Nederland en documenteer ook je eigen projecten in de geavanceerde landelijke databank.
Kijk voor meer informatie over landelijke en regionale netwerken en activiteiten op onze web-sites. Veel projecten staan ook in het projectenweb op www.cal-xl.nl CAL-XL landelijk contact: Sikko Cleveringa - 06 81592248Ingrid Docter – 06 11352492KCG provinciaal contact:Elsbeth Rozenboom - 026 351 90 29 / 06 22 97 50 64 [email protected] www.kcg.nl
1
de stad/kleine projecten
1111
met 35 inspirerende
voorbeelden van
community art uit de
praktijk!
Maarten Reith
verbindingdoor
verbeeldingHoe kunst en samenleving
elkaar versterken
in Gelderland
Community art resulteert in nieuwe maatschappelijke verbindingen
en een nieuwe kijk op de alledaagse werkelijkheid. Dat smaakt naar
meer, leert een rondgang langs 35 inspirerende projecten in de provincie
Gelderland.
Deze uitgave is opgebouwd rond de verschillende niveaus waarop
kunst en maatschappelijke ontwikkeling elkaar kunnen versterken: de
Locatie, de Straat, de Wijk, de Stad en de Streek. Elk hoofdstuk bevat
een inleidend verhaal over de specifi eke kansen en kenmerken van
dat niveau. Aansluitend worden aansprekende voorbeelden uit de
Gelderse praktijk beschreven. Deze hoofdstukken worden afgewisseld
door interviews met betrokkenen, die vanuit hun bevlogenheid over
community art vertellen. Kunstenaars, cultuur aanjagers, bewoners
en vertegenwoordigers vanuit gemeenten, onderwijs, welzijn en
volkshuisvesting schetsen in welke richting community art zich nog
verder kan ontwikkelen.
Laat je inspireren en ga er zelf ook mee aan de slag.
LABORATORIUM VOOR KUNST & SAMENLEVING
9 789081 849524 >
CAL XL • Boek community art in Gelderland Omslag MP DEF.indd 1 12-11-12 14:04