View
7
Download
0
Category
Preview:
Citation preview
15/03/2016
1
LandschapsecologieCursus Natuurgids
1. Planten en hun (fysische) omgeving
2. Ecologische processen en patronen in het landschap
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
4. Historische ecologie
Deze les is te beschouwen als een basishandleiding voor de biotoopstudie!
2
15/03/2016
2
1. Planten en hun (fysische) omgeving
3
Waar zijn de dieren?
4
15/03/2016
3
Groeiplaatsfactoren
licht, water en CO2 (fotosynthese)
mineralen
klimaat (temp., neerslag, wind)
reliëf (microklimaten)
aanwezigheid andere planten en dieren
5
1. Planten en hun (fysische) omgeving
Ellenberg-waarden
Beschrijven abiotische groeiplaatsfactoren aan de hand van indicatorwaarden:
licht / temperatuur / continentaliteit(verschil tmax en tmin) / vocht / zuurgraad / stikstof / zoutresistentie
Geven via de aanwezige plantengroei informatie over abiotische kenmerken groeiplaats
6
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
4
Plantengemeenschappen
Hiërarchische indeling in
associaties > orden > verbonden > klassen
Met eigen wetenschappelijke naamgeving
Vb. Stellario-carpinetum
= Eiken-Haagbeukenbos
Het voorbereidende veldwerk is erg tijdrovend en vergt veel ervaring!
7
1. Planten en hun (fysische) omgeving
1. Planten en hun (fysische) omgeving
8
15/03/2016
5
Ecologische groepen (ecotopen)
ruimtelijke eenheid die binnen zekere grenzen homogeen is ten aanzien van vegetatiestructuur en voor plantengroei bepalende standplaatsfactoren
Combinatie van plantengemeenschap en indicatorwaarden
‘Ecotopensysteem van Nederland en Vlaanderen’
Zie www.synbiosys.alterra.nl/ecotopen
9
1. Planten en hun (fysische) omgeving
Letter geeft vegetatiestructuur en successiestadium
P = pioniervegetaties / G = graslanden / R = ruigten / H = bossen en struwelen / V = verlandingsvegetaties / W = watervegetaties
Eerste cijfer geeft vochttoestand (1 > 6)
Tweede cijfer geeft voedselrijkdom en zuurgraad (1 < 9)
Vb. H61 = bossen en struwelen op droge voedselarme zure bodem
10
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
6
Floraregionen
floraregionen:gebaseerd op klimaat
onderverdeeld in provincies
11
1. Planten en hun (fysische) omgeving
Vlaanderen ligt in de Atlantische provincie van de Eurosiberische regio
Floradistricten
ook abiotische factoren
12
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
7
Ecoregio’s
gelden voor alle organismen
13
1. Planten en hun (fysische) omgeving
Inheemse en autochtone planten
Inheems = voorkomend in door flora (determineerboek) bestreken gebied
MAAR:
Plantendistricten?
Groeiplaatsfactoren?
Vb. Veldesdoorn
(Spaanse aak)
14
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
8
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15
Walstrobremraap
Klokjesgentiaan
Landschapsecologie – Cursus Natuurgids
Autochtoon = oorspronkelijk inheems
Sedert laatste ijstijd altijd spontaan verjongd, of kunstmatig verjongd uitgaande van lokaal materiaal
16
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
9
Plantenstrategieën 1
1967 Eilandtheorie (Mc Arthur & Wilson)
r-strategen en K-strategen
17
1. Planten en hun (fysische) omgeving
r-strategen:
veel nakomelingen
ruime verspreidingscapaciteit
wijken voor concurrentie
18
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
10
K-strategen:
weinig nakomelingen
beperkte verspreidingscapaciteit
gaan concurrentie aan
19
1. Planten en hun (fysische) omgeving
Plantenstrategieën 2
1979 Grime
20
1. Planten en hun (fysische) omgeving
stress
verstoringlaag hoog
laagCompetitors(C-soorten)
stress-toleranten(S-soorten)
hoogruderalen
(R-soorten)----
K-strategen
r-strategen
15/03/2016
11
1. Planten en hun (fysische) omgeving
21
1. Planten en hun (fysische) omgeving
Paadje(sterke verstoring)
22
Hooiland (matige verstoring)
Veel licht(weinig stress)
Tractorsporen(sterke verstoring)
15/03/2016
12
1. Planten en hun (fysische) omgeving
23
Heide (matige verstoring)
Arme bodem(veel stress)
Paadje(sterke verstoring)
Padrand(± sterke verstoring)
1. Planten en hun (fysische) omgeving
24
Schaduw(veel stress)
Paadje(sterke verstoring)
Bosvegetatie(geen verstoring)
15/03/2016
13
1. Planten en hun (fysische) omgeving
25
Zout in water en via wind(veel stress)
Getijdenwerking(sterke verstoring)
Sterke wind(sterke verstoring)
Levensvormen
1928 Raunkiær
hoe komen
planten
het ongunstige
jaargetijde door?
26
1. Planten en hun (fysische) omgeving
15/03/2016
14
2. Ecologische processen en patronen in het landschap
27
Proces = verandering in de tijd
Patroon = verandering in de ruimte
28
2. Ecologische processen en patronen
15/03/2016
15
Proces: successie
29
2. Ecologische processen en patronen
successie
(netto) productie
veerkracht
r-strategen
diversiteit
weerstand
stabiliteit
K-strategen
factoren die de successie geheel of ten dele terugdraaien
2. Ecologische processen en patronen
30
pioniervegetatie
climaxvegetatie
15/03/2016
16
Hoe reageren vegetaties op milieuverandering?
31
2. Ecologische processen en patronen
permanente pionier-vegetatie op oude muur
pioniervegetatie op vloedmerk
verbossend hooiland
uit-
wijken
trotseren omvormen
Patronen: grenzen, gradiënten, zonatie
1966 Van Leeuwen relatietheorie
32
2. Ecologische processen en patronen
15/03/2016
17
33
2. Ecologische processen en patronen
scherpe grens (ophopingsgrens)
vage grens (spreidingsgrens)
gradiënt
• afnemende begrazing
• verlanding
• overgang slik / schor
• steile afslaanderivieroever
• cultuurgrenzen
Scherpe grens
34
2. Ecologische processen en patronen
15/03/2016
18
Vage grens
35
2. Ecologische processen en patronen
2. Ecologische processen en patronen
36
zonatie
gradiënt met duidelijke
overgangen zonatie
15/03/2016
19
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
37
Inwendig en uitwendig natuurbeheer
uitwendig natuurbeheer: vrijwaren van negatieve invloeden van buitenaf
tot hoever mag de mens gaan?
inwendig natuurbeheer: instandhouden(herstellen) van natuurwaarden
tot hoever moet de mens gaan?
38
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
15/03/2016
20
Uitgangspunten voor natuurbeheer
ruimtelijke milieuvariatie (gradiënten!)
temporele milieuvariatie (dynamiek)
continuïteit in beheer
oppervlakte-effect
samenhang met het landschap
39
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
40
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
schorgrote dynamiek
strandte grote dynamiek
15/03/2016
21
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
41
1
2
1
2 1
2
jaarlijks hooien (juni)
jaarlijks hooien in juni en oktober
elk onpaar jaar hooien in oktober
elk paar jaar hooien in oktober
struweel: afzetten om de 7-10 jaar
Wegbermbeheer: ruimtelijke variatie + continuïteit van beheer
natuurlijkheidsgraad
natuurlijk landschap: flora + vegetatie spontaanhalfnatuurlijk landschap: flora spontaancultuurlandschap: flora + vegetatie beïnvloed
42
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
15/03/2016
22
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
43
Cultuurlandschap: flora + vegetatie kunstmatig
Akkeronkruiden?
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
44
Halfnatuurlijk landschap: flora spontaan + vegetatie kunstmatig
15/03/2016
23
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
45
Natuurlijk landschap: flora + vegetatie spontaan
?
?
Uitwendig natuurbeheer
Soms symptoombestrijding
beheerdilemma’s!
46
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
15/03/2016
24
47
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
storing
storing-vrije kern
houdbaarheid?
Inwendig natuurbeheer
‘Beheerparadox’: door natuurlijke dynamiek uit te schakelen moet de mens zelf dynamiek inbrengen!
48
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
15/03/2016
25
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
49
(gedeeltelijk)
herstelde
biodiversiteit
verlaagde
diversiteit
o.i.v. mens
CULTURELE MOTIEVEN NATUURMOTIEVEN
PRINCIPE: DE NATUUR
HEEFT DE MENS NIET
NODIG
MAAR DE MENS HEEFT
DE NATUURLIJKE
DYNAMIEK VERLAAGD
TOEVOEGING VAN
ANTROPOGENE
DYNAMIEK OM TE
HERSTELLEN
a
b
c
niet ingrijpen
waar mogelijk
wel ingrijpen
waar nodig
maximale
natuurlijke
diversiteit
a
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
50
mozaïeklandschap
vervenen
afplaggentred afbranden
maaien niets doen
hakhoutbeweidingakkers
Westhoff: ‘vroeger deed men overal wat anders, maar steeds hetzelfde; nu doet men overal hetzelfde, en steeds weer anders’
15/03/2016
26
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
51
omploegen
niets doenmaaienbegrazen
niets doen
niets doen
niets doen
omvormings-beheer
maaien en/of begrazen
afnemende begrazings-intensiteit
niets doenpermanente zeer extens. begrazing
tijd
akker
struweel
(vrij) uniform natuurbos
gevarieerd natuurbos
struweel
bemest grasland
verschraald grasland
‘wastine’bomenheide
‘parklandschap’
Natuurbeheer is bevriezen van de successie
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
52
maaien
plaggen
begrazen
15/03/2016
27
Natuurontwikkeling
53
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
natuurontwikkeling
inrichting beheer
structuurvormende factoren
inbrengen begeleiden
abiotiek biotiek uitwendig inwendig
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
54
Gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij
Begrazing met ‘wilde’ grazers
15/03/2016
28
Typologie van grote grazers
55
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
Ecologische referentie: hoe zag onze ‘oernatuur’ er uit?
56
3. Natuurbeheer en natuurontwikkeling
15/03/2016
29
4. Historische ecologie
57
Onderzoek naar het cultuurlijk en natuurlijk archief
58
4. Historische ecologie
Atlas van Ferraris
15/03/2016
30
4. Historische ecologie
Archeologisch onderzoek
59
Publicaties
60
4. Historische ecologie
Recommended