View
217
Download
0
Category
Preview:
DESCRIPTION
Het tijdschrift "Limburgs Erfgoed" verschijnt driemaandelijks met actuele initiatieven binnen de erfgoedsector.
Citation preview
LIMBURGSERFGOED
afgiftekantoor 3500 Hasselt 1aPriL—JUni 2008Jaargang 13 n° 2—
3-maandelijks tijdschrift
erkenningsnummer P 509 339
—
De Sluis van Lozen (Bocholt)
België - Belgique
P.B. - P.P.
3500 HASSELT 1
BC 2630
Europa Nostra Prijs 2009
COLOFON
—
De deputatie van de provincie Limburg
Steve Stevaert, gouverneur-voorzitter
Marc Vandeput, Sylvain Sleypen, Gilbert Van Baelen, Frank Smeets,
Hilde Claes en Erika Thijs, gedeputeerden en Renata Camps, provinciegriffier
REDaCtIE Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed
Willekensmolenstraat 140, 3500 Hasselt
tel. 011 23 75 75, fax 011 23 75 85, e-mail: pcce@limburg.be
tEkStEddy Leunen, Jef Mailliet, Anne Milkers en Raf Schepers
FOtOGRaFIE&tEkENINGENAnnemie America (Stad Hasselt),
Eddy Daniels, Willy Pee en Steven Vandewal
Lay-OUtGeoffrey Brusatto
DRUkwERkdrukkerij Paesen, Opglabbeek
VERaNtwOORDELIjkEUItGEVER
M. Laenen, Willekensmolenstraat 140, 3500 Hasselt
wEBSItEwww.limburg.be
Voor projecten die van een internationale samenwerking het resul-
taat zijn, voorziet de Europese Unie opnieuw een subsidieprogramma
Cultuur (2007-2013). Dit programma vervangt het Cultuur 2000 pro-
gramma en loopt tot 31 december 2013. Voor deze periode 2007 - 2013
is een totaalbudget van 400 miljoen € voorzien. Het programma wordt
ingezet voor de bevordering van de multiculturele samenwerking in
Europa (met aandacht voor gemeenschappelijke culturele waarden
en voor de rijke culturele diversiteit binnen Europa). Elke culturele
organisatie (publiek of privé) met rechtspersoonlijkheid kan als
hoofdaanvrager of co-organisator optreden in een Cultuur (2007-2013)
dossier. Dus ook erfgoedorganisaties kunnen deze subsidiemaatregel
aanspreken voor projecten rond internationale samenwerking. Een
projectdossier voor Europese steun indienen, vraagt een grondige
voorbereiding, effectief uitgebouwde internationale contacten en een
stevig dossier. Voor erfgoed lijken de “meerjarige samenwerkings-
projecten” of de “kortlopende samenwerkingsacties” het meest re-
levant. Een aanvraag voor een “meerjarig samenwerkingsproject” kan
wel voorbereid worden via een “kortlopende samenwerkingsactie”.
Kortlopende samenwerkingsacties lopen over max. 24 maanden, heb-
ben minimaal drie deelnemende landen en kunnen aanspraak maken
op een subsidie van 50 000 tot 200 000 €. De eerstvolgende indien-
datum is 10 september 2008. Meerjarige samenwerkingsprojecten
lopen over 3 tot 5 jaren, hebben minimaal zes deelnemende landen en
kunnen aanspraak maken op een subsidie van 200 000 tot 500 000 €.
De eerstvolgende indiendatum is 20 september 2008. Indien u geïn-
teresseerd bent om een samenwerkingsproject op te starten of verder
uit te bouwen en hiervoor Europese steun wil aanvragen, neemt u best
vooraf contact met het CultuurContactpunt Vlaanderen, Departement
Cultuur, Jeugd, Sport, Media, afdeling beleid, Arenbergstraat 9, 1000
Brussel; tel. 02 553 06 59 of cultuurcontactpunt@vlaanderen.be of
gudrun.heymans@cjsm.vlaanderen.be — Meer algemene info vindt
u ook op www.vlaanderen.be/ccp
In september 2008 zal voor iedereen die voor cultureel erfgoed
interesse heeft, het resultaat van de ontwikkeling van ErfgoedLim-
burg.be zichtbaar zijn. ErfgoedLimburg.be bestaat uit een erf-
goedbank en een erfgoedwijzer. De erfgoedbank brengt bestaande
informatie over cultureel erfgoed samen in een uniforme data-
structuur. De erfgoedwijzer maakt deze informatie toegankelijk
voor alle geïnteresseerden. We hebben nu een bijzonder krachtig
werkinstrument om constant te blijven werken aan de verbete-
ring van de documentatie en de kennis over ons cultureel erfgoed!
Voor diegenen die dagelijks met het behoud en beheer van col-
lecties bezig zijn, willen wij SPECTRUM, het handboek voor col-
lectiemanagement in musea, voortaan in het Nederlands beschik-
baar, niet onthouden. Niet alleen voor grotere musea, maar ook
voor kleinere collectiebeherende instellingen is het een handig
hulpmiddel. Bovendien kondigen we graag twee cursussen aan
die in het najaar 2008 voor medewerkers van musea en collectie-
beherende instellingen georganiseerd worden: de cursus “regis-
tratie en documentatie” en de cursus “museum en publiek”.
Sterke voorbeelden van behoud en ontsluiting van cultureel
erfgoed worden jaarlijks bekroond met de EU-prijs voor cultureel
erfgoed / Europa Nostra Awards. De kandidaturen voor de Europa
Nostra Prijs 2009 worden tegen 1 oktober 2008 ingewacht!
Voor projecten die van een internationale samenwerking het
resultaat zijn, voorziet de Europese Unie opnieuw een subsi-
dieprogramma Cultuur (2007-2013). Dit programma wordt vooral
ingezet voor de bevordering van de multiculturele samenwer-
king in Europa met aandacht voor gemeenschappelijke culturele
waarden en voor de rijke culturele diversiteit binnen Europa.
Tot slot kan u kennismaken met een aantal vakwerkhoeves in
Wellen die recent beschermd werden.
CULtUreeL erfgoed
door giLbert van baeLen,
gedePUteerde van CULtUUr
Europees subsidieprogrammacultuur (2007-2013) voor internationale samenwerking
Woord Vooraf
Tegen 1 oktober 2008 worden de kandidaturen voor de EU-prijs
voor cultureel erfgoed/Europa Nostra Awards 2009 opgevraagd.
Europa Nostra bekroont jaarlijks sterke voorbeelden van behoud en
ontsluiting van cultureel erfgoed in Europa. Prijzen worden voor vier
categorieën voorzien: 1. conservatie, 2. onderzoek, 3. organisaties en
individuen die zich voor cultureel erfgoed inzetten en 4. educatie,
sensibiliseren en opleiding. Van de inzendingen kunnen 6 initiatieven
rekenen op een prijs van 10 000 €; 25 projecten kunnen een medaille
ontvangen. — Meer info op www.europanostra.org of bij Sander van
der ven, den Haag, tel. 0031 (70) 302 40 59 of
awards@europanostra.org
02
SPECTRUM, het handboek voor collectiemanagement in mu-
sea, is voortaan ook beschikbaar in het Nederlands: SPECTRUM-N,
versie 1.0. Een dikke turf die geenszins van A tot Z ingelezen kan of
moet worden. Het is een naslagwerk waarin éénentwintig procedures
rond handelingen met collectiestukken in musea worden beschreven:
bruikleenverkeer, verwerving, transport, registratie en documentatie,
afstoting, actieve en preventieve conservering, risicobeheer, rechten,
het gebruik van collecties, enzovoort. De procedures worden stap voor
stap toegelicht; de minimumstandaard wordt aangegeven (waarmee
moet je als museum zeker rekening houden – wat is absoluut nodig
en wat is wenselijk?) en de vereiste informatiegroepen worden opge-
lijst. In een tweede luik worden de informatie-eenheden opgenomen.
Informatiegroepen zijn gebundelde infomatie-eenheden. Deze een-
heden beschrijven op hun beurt welke informatie bij voorkeur bij
de objecten geregistreerd wordt. Om de procedures goed te kunnen
uitvoeren, is het registreren van correcte informatie over museumob-
jecten noodzakelijk. Die informatie moet bovendien toegankelijk zijn
voor alle museummedewerkers. Registratieprogramma’s zijn daarbij
vaak een adequaat hulpmiddel.
Het op deze manier documenteren van (het gebruik van) collecties
is essentieel om problemen te vermijden. Problemen zijn doorgaans
te wijten aan een gebrekkig collectiemanagement: informatie is niet
centraal vastgelegd of niet toegankelijk voor iedere museummedewer-
ker, procedures zijn niet sluitend of niet goed afgesproken, controles
worden te weinig uitgevoerd … Het standaardiseren van deze infor-
matie is nuttig om uitwisseling van informatie soepel te kunnen laten
verlopen. SPECTRUM–N 1.0 wil met andere woorden tegemoet ko-
men aan de huidige nood aan standaardisering en afspraken omtrent
collectiebeheer en –gebruik in musea. Het instrument is beslist niet
alleen voor de grote musea bedoeld, maar ook voor de kleinere col-
lectiebeherende instellingen is het een handig hulpmiddel waaruit elk
museum op maat en volgens de eigen behoefte kan putten om de eigen
collectie goed te kunnen beheren volgens de normen die de 21ste eeuw
voorschrijft.
De Engelstalige versie (The UK Museum Documentation Standard
3.1) werd vertaald naar een “standaard voor collectiemanagement
in musea”. Deze vertaling werd onder meer voor juridische aspecten
en wet- en regelgeving aangepast aan de “lokale situatie” in Vlaan-
deren of Nederland. Deze Nederlandse vertaling is een primeur: het is
het product van een samenwerking tussen de “Collections Trust” in
Groot-Brittannië (voorheen de MDA en oorspronkelijke uitgever), het
Landelijk Contact Museumconsulenten Nederland (LCM) en FARO,
Vlaams steunpunt voor cultureel erfgoed vzw. In het afgelopen jaar
hebben een twintigtal pilootmusea in Nederland en Vlaanderen een
procedure uitgetest en hun ervaringen met de redactie gedeeld. Ex-
perten uit het museumveld zijn eveneens geraadpleegd voor de ver-
taling. Spectrum wordt voortaan een aandachtspunt binnen het cur-
susaanbod voor museummedewerkers en wordt via de website van
FARO en van LCM voorzien van commentaren uit de museale prak-
tijk.
—
SPeCtrUM-n 1.0 kan je downloaden op www.spectrum-n.be of
www.faronet.be. voor vragen of info kan je terecht bij faro, griet
Lebeer, griet.lebeer@faronet.be of bij de museumconsulent in het
PCCe, tel. 011 23 75 80, amilkers@limburg.be
CULtUreeL erfgoed
SPECTRUM, standaard voor collectiemanagement in musea vertaald in het Nederlands
03
In 2002 werd door het Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed
(PCCE) het ontwerp voor de erfgoedbank gemaakt. Het idee was toen
nog sterk vernieuwend en baanbrekend, want de technologie die een
dergelijk concept mogelijk maakt, stond nog in zijn kinderschoenen.
Na een periode van haalbaarheidsstudies en beslissingsmomenten
kon in 2005 het project officieel van start gaan. Ondertussen was de
technologie wel wat verder ontwikkeld, maar het baanbrekende
karakter zeker nog niet verminderd. De aanloop tot het uitvoerings-
project werd mede gefinancierd door het Ministerie van de Vlaamse
Gemeenschap. De uitvoering genoot de financiële steun van het
Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling.
Nu, in juni 2008, staan we aan het einde van het driejarige ontwik-
kelingstraject en binnenkort zal het resultaat zichtbaar en bruikbaar
worden voor iedereen die voor cultureel erfgoed interesse heeft. Het
werk is echter niet afgelopen. Integendeel! De erfgoedbank staat open
voor aanvulling en uitbreiding en we hebben nu een bijzonder krachtig
werkinstrument om constant te blijven werken aan de verbetering van
de documentatie en de kennis over ons cultureel erfgoed.
ErfgoedLimburg.be bestaat uit een erfgoedbank en een erfgoed-
wijzer. De erfgoedbank brengt bestaande informatie over cultureel
erfgoed samen in een uniforme datastructuur. Alle cultureel erf-
goed moet zijn plaats kunnen vinden: zowel bouwkundig erfgoed als
voorwerpen in musea en privé collecties, archieven, documenten en
beschrijvingen van immaterieel erfgoed. Iedereen die een relevante
erfgoedinventaris of -documentatie heeft, moet zijn bijdrage aan de
erfgoedbank kunnen leveren. De informatie blijft eigendom en de ver-
antwoordelijkheid van degene die de collectie beheert. De erfgoed-
bank is geen vervanging van de bestaande inventarissen.
De erfgoedwijzer maakt de informatie toegankelijk voor alle geïn-
teresseerden: het beleid voor het nemen van geïnformeerde beslissin-
gen, technici en wetenschappers voor vergelijkingen of voor het uit-
diepen van hun onderzoek, onderwijs en toerisme voor het maken van
afgeleide producten en iedereen die wel iets meer wil weten over zijn
eigen omgeving of over de omgeving die ze willen bezoeken.
Inventarissen kunnen op twee manieren in de erfgoedbank inge-
voerd worden: door conversie van een bestaande inventaris die verder
zijn eigen leven blijft leiden of door het rechtstreeks invoeren van een
nieuwe inventaris. Voor kleinere collecties (zoals van kerken of heem-
kundige kringen) wordt aan de beheerders de mogelijkheid geboden
hun inventaris aan te maken en te onderhouden via internet. Dit ge-
beurt door middel van een speciaal ontworpen invoermodule, waar-
voor een erfgoedcollectiebeheerder een collectiecode en paswoord
kan aanvragen. Op dit ogenblik is er een module voor erfgoedvoor-
werpen; de mogelijkheid zal uitgebreid worden met modules voor o.a.
afbeeldingen en documenten. De op die manier aangemaakte inventa-
rissen worden direct opgenomen in de erfgoedbank.
Het goede beheer van ons erfgoed is in de eerste plaats de verant-
woordelijkheid van de eigenaars of de door hen aangeduide beheer-
ders. Volledige en kwaliteitsvolle inventarisatie en documentatie zijn
een eerste voorwaarde van goed beheer en zijn ook de verantwoorde-
lijkheid van de eigenaars of beheerders. Het PCCE reikt hulpmiddelen
en advies aan om de inventarisatie van erfgoed te ondersteunen. Met
ErfgoedLimburg.be gebeurt dit op de volgende manieren. De docu-
mentatie aangemaakt voor inventarisatie krijgt door opname en pu-
blicatie in de erfgoedwijzer een nieuwe uiterst boeiende dimensie; de
gedane inspanning wordt daarbij sterk gevaloriseerd. De aangemaakte
documentatie neemt deel aan een proces van kwaliteitscontrole en
–verbetering. Goede documentatie en publicatie zijn essentiële pre-
ventieve methodes voor de bewaring van erfgoed en meer specifiek
voor bescherming tegen diefstal. Beheerders krijgen de mogelijkheid
hun eigen inventaris te onderhouden op een kwaliteitsvolle manier,
zonder daarvoor gespecialiseerde software te moeten aankopen en
aanleren. Bovendien is ondersteuning voorzien in de vorm van infor-
matievergaderingen en studiedagen en indien gewenst ook individu-
ele begeleiding.
Om de erfgoedbank te voeden, werd vertrokken van een aantal
pilootcollecties: de collecties van twee provinciale musea - het Pro-
vinciaal Openluchtmuseum Bokrijk (Genk) en het Provinciaal Gallo-
Romeins Museum (Tongeren) - en de databank Licobecu, waarin de
inventarissen van 133 kerkfabrieken werden samengebracht.
In de loop van 2008 werden ook de deelcollecties “schilderijen,
liturgisch vaatwerk en liturgische voorwerpen” van het Museum
Vlaamse Minderbroeders (Sint-Truiden) en de publiekscollectie van
Het Stadsmus (Hasselt) opgenomen in de erfgoedbank en klaarge-
maakt voor ontsluiting via de erfgoedwijzer.
CULtUreeL erfgoed
Uitkijken naar ErfgoedLimburg.be
04
Voorjaar 2008 werden een 160-tal kerkfabrieken die op dat ogen-
blik in de erfgoedbank ingevoerd waren, uitgenodigd voor een aantal
informatiesessies, verspreid over de provincie Limburg. Op die ma-
nier werden in totaal 135 beheerders van kerkelijke collecties bereikt.
Ze maakten kennis met ErfgoedLimburg.be en met de invoermodule
voor kerkfabrieken, waarbij ze via een code en paswoord toegang kre-
gen tot hun eigen collectie. Hun gegevens kunnen ze voortaan con-
troleren en verder aanvullen. De teller van ingevoerde collecties van
kerkfabrieken staat inmiddels op 170 en blijft voortdurend aangroeien.
Steeds meer kerkfabrieken raken overtuigd van de voordelen van het
werken met de invoermodule. Het PCCE zal in de komende jaren ook
veel aandacht besteden aan het verhogen van de inhoudelijke kwaliteit
van de informatie. Hiertoe werd een meerjarenplanning opgesteld.
Geschied- en heemkundige kringen zijn vaak ook beheerders van
allerlei (kleinere) collecties, o.a. objecten en allerhande documentair
materiaal. Binnenkort krijgen ook zij een invoermodule ter beschik-
king om deze collecties te inventariseren. Enerzijds via een invoer-
module voor objecten (analoog met wat ontwikkeld werd voor de
kerkfabrieken), anderzijds via een invoermodule voor fotografisch
materiaal, waarmee ingescande oude foto’s, prentkaarten, affiches
geïnventariseerd kunnen worden en ontsloten via de erfgoedwijzer
voor een breed publiek. Een viertal kringen werden al gecontacteerd
voor het testen van de module. Dit zal binnenkort van start gaan.
Kringen die interesse hebben om aan te sluiten, kunnen contact opne-
men met het PCCE.
Sinds 2006 is er samenwerking opgestart met de Erfgoedcel van
Leuven en de provincie Vlaams-Brabant. De Erfgoedcel was op zoek
naar een oplossing om de erfgoedcollecties in en rond Leuven op één
website voor het publiek toegankelijk te maken. Al gauw bleek één
gezamenlijke erfgoedbank de beste oplossing, waarbij elke partner het
netwerk van zijn deelnemers zou beheren. Indien gewenst kan ook
elke partner zijn eigen erfgoedwijzer vormgeven. Daardoor kunnen
kosten gedeeld worden en kan het systeem onder de
beste omstandigheden verder ontwikkeld worden.
De context en samenhang van het cultureel erfgoed
is niet aan administratieve grenzen onderworpen.
De samenwerking met Vlaams-Brabant werd eind
2007 door beide deputaties bekrachtigd en Leuven
speelt daarbij in een eerste fase een pilootrol voor
Vlaams-Brabant. — Meer info bij Jef Malliet,
tel. 011 23 83 84 of jmalliet@limburg.be en
raf Schepers, tel. 011 23 75 79 of rschepers@
limburg.be
Cursusaanbod najaar 2008
In het najaar 2008 worden twee cursussen voor medewerkers van
musea of collectiebeherende instellingen georganiseerd. De cursus
“registratie en documentatie” leert hoe de collectie van het museum
op een doelmatige en verantwoorde wijze kan worden ontsloten, met
of zonder hulp van de computer. Tijdens deze cursus leert u niet met
een specifiek softwareprogramma werken, maar de informatie is wel
bruikbaar voor alle softwareprogramma’s. De invoermodule van Erf-
goedLimburg.be voor kleinere museale collecties komt aan bod. Aan
de hand van vragen uit de praktijk worden problemen en oplossingen
besproken. Bij de cursus hoort de syllabus “Registratie en documen-
tatie”, uitgegeven door het Landelijk Contact Museumconsulenten,
Nederland.
Praktisch de cursus vindt plaats op 13 en 20 oktober 2008, tel-
kens van 10.00 tot 16.00 uur in het Provinciehuis, Universiteitslaan 1,
Hasselt. Het maximum aantal deelnemers is beperkt tot 15. Deel-
nemen kost 45 euro (inclusief syllabus en broodjeslunch). Aanmelden
kan nog tot 1 oktober 2008 bij amilkers@limburg.be
De cursus “museum en publiek” wordt na Hasselt en Gent opnieuw
in Turnhout georganiseerd en richt zich tot publieksmedewerkers van
musea en collectiebeherende instellingen. De deelnemers leren hoe
het museum voor de bezoeker optimaal toegankelijk kan worden ge-
maakt. De cursus vertrekt vanuit een breed kader rond de plaats en
functie van publiekswerking in musea en focust concreet op commu-
nicatie en educatie voor diverse doelgroepen. Marketing, pr, promotie
en omgaan met media komen in deze cursus niet aan bod. Aan de hand
van vragen uit de praktijk worden problemen en oplossingen bespro-
ken.
Praktisch de cursus vindt plaats op 29 september en 6 oktober
2008, telkens van 9.30 tot 16.30 uur, in TRAM 41, Nationaal Muse-
um van de Speelkaart, Druivenstraat 18, 2300 Turnhout. Het maxi-
mum aantal deelnemers is beperkt tot 15 (voorrang gaat voorlopig
uit naar Antwerpse musea). Deelnemen kost 45 euro (inclusief syl-
labus en broodjeslunch). Aanmelden kan tot 15 september 2008 bij
inge.geysen@admin.provant.be
05
Reliekbeeld Johannes de Doper, O.-L.-V.-Geboorte Basiliek,
Tongeren en inventarisfiche
—
Deze rubriek bespreekt enkele monumenten die de laatste
maanden definitief beschermd werden. Een volledige lijst van de
beschermde monumenten en de ontwerplijst van de voor bescher-
ming vatbare monumenten en landschappen is te raadplegen bij
het Provinciebestuur, 5de Directie Cultuur – Afdeling Cultureel
Erfgoed, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt (per adres PCCE, Wille-
kensmolenstraat 140), tel 011 23 75 78 of bij de Vlaamse overheid,
Agentschap RO Vlaanderen Onroerend Erfgoed, Koningin Astridlaan
50 bus 1, 3500 Hasselt, tel 011 74 22 20 of http://www.monument.
vlaanderen.be.
beschermd in 2008
Een elftal vakwerkgebouwen gelegen in de gemeente Wellen werden
beschermd als monument en/of dorpsgezicht bij ministerieel besluit
van 21 november 2007, omwille van enerzijds hun historische in casu
architectonishe waarde, anderzijds hun sociaal-culturele waarde.
Deze waardevolle gebouwen, alle met vakwerkkernen of -restan-
ten hiervan, getuigen van eeuwenlange bouwtraditie. Ze zijn dikwijls
documentaire getuige van lokale en volkse bouwactiviteiten, waar-
van er in de streek vele voorbeelden bewaard gebleven zijn, in een
unieke densiteit, echter hoe langer hoe meer aangetast door sloop- en
bouwactiviteiten.
Enkele van deze als monument beschermde vakwerkgebouwen
worden hierna besproken.
Wellen: gesloten hoeve-Bloemenstraat 44
beschermd bij MB van 21 november 2007
De oudste kern van deze gesloten hoeve, nl. het woonhuis en de
inrijpoort, dateert van rond 1857. De lagere stal stamt uit 1861. Van be-
lang zijn hier ook de intacte opkamer en de centrale haard. De schuur
bevat structurele elementen van vakwerkbouw. De poortdoorgang
tussen woongedeelte en schuur bleef goed bewaard. De twee volumes
behielden straatgevels in zeldzaam wordend stijl- en regelwerk met
gewitte vullingen op een bakstenen stoel. De vrijstaande kopgevel van
CULtUreeL erfgoed
Cultureel erfgoed beschermd
06
de stalling bleef in vakwerk bewaard. De zadeldaken zijn eveneens
traditioneel. De achterliggende tuin en boomgaard samen met het ten
noorden gesitueerd boerenburgerhuis dragen bij tot de authenticiteit
van de omgeving.
Wellen: gesloten hoeve-Langenakkerstraat 46
beschermd bij MB van 21 november 2007
Bij deze huidige semi-gesloten hoeve gaat het woonhuis in de
kern terug tot 1858. De rest dateert van eind 19de en begin 20ste eeuw.
Traditionele elementen zijn de ordonnantie van de woonhuisvleugel,
waarbij het rechter gedeelte mogelijk oorspronkelijk een stal her-
bergde, het vakwerk met lemen en bakstenen vullingen op een bak-
stenen stoel, de zadeldaken met Vlaamse pannen bedekt en de oor-
spronkelijke indeling van het woonhuis met laterale gang en in het
linkerdeel enkele door een centrale schoorsteen verwarmde vertrek-
ken. In het woonhuis bleven de opkamer en de centrale haard be-
waard. De tuin, het weiland en een boomgaard maken integraal deel
uit van dit agrarisch kader.
Wellen: L-vormige hoeve-Langenakkerstraat 133
beschermd bij MB van 21 november 2007
In de Atlas van de Buurtwegen (1844) staat deze hoeve reeds
als een lang volume primitief gekadastreerd. Omstreeks 1936
werd de basis gelegd van de huidige samenstelling met het
L-vormig hoofdvolume. Traditionele te bewaren elementen zijn de or-
donnantie met de stal naast de woning met het stijl- en regelwerk, deels
opgevuld met leem, deels met bakstenen en de behouden zadeldaken
en gevelbekledingen met Vlaamse pannen. Het woongedeelte heeft
een traditionele opbouw met twee vertrekken, gescheiden door een
wand met een centrale haard. De dienstgebouwtjes behielden hun
origineel interieur. De grote dwarsschuur is volledig opgebouwd in
vakwerk met lemen vullingen.
isch
Wellen: U-vormige hoeve -Plattestraat 36
beschermd bij MB van 21 november 2007
De U-vormige hoeve wordt reeds aangeduid op de Ferrariskaart
(1771-77) als een semi-gesloten complex. Het komt nog in grote lijnen
overeen met wat in de Atlas van de Buurtspoorwegen (1844) primitief
gekadastreerd is. Hier ziet men echter hoe de U en de L-vorm geëvo-
lueerd zijn naar afzonderlijke eigendommen. In de paardenstal be-
vindt zich een balk, gedateerd 1732. Alle traditionele kenmerken van
regelwerk, opvullingen met leem en baksteen, een bakstenen stoel,
zadeldaken met oude Vlaamse pannen zijn nog aanwezig. Eveneens
behouden zijn de ordonnantie van de rechtervleugel: woonhuis-
koestal, het origineel bolkozijn van het woonhuis, alsook het erf met
bloemperk op de plaats van de vroegere mestvaal.
Nieuw bij Monumentenwacht!Inspecties en toestandsrapporten voor varend erfgoed.
Naar aanleiding van het decreet van 29 maart 2002 tot bescher-
ming van het varend erfgoed en de hierbij horende uitvoeringsbeslui-
ten kon het beheer van het varend erfgoed in Vlaanderen definitief
starten. Eind 2005 begon de cel Maritiem Erfgoed van het Vlaams In-
stituut voor Onroerend Erfgoed (VIOE) aan een beleidsgerichte inven-
tarisatie.
Naast bescherming van erfgoed is, zoals steeds, ook aandacht
nodig voor optimaal beheer en onderhoud. Monumentenwacht Vlaan-
deren kreeg daarom de opdracht een dienstverlening voor het varend
erfgoed uit te bouwen. Begin 2008 is er inmiddels een mobiel inspec-
tieteam van de Monumentenwacht voor het varend erfgoed opge-
richt. Het team samengesteld uit twee specialisten (scheepsbouw) is
centraal gehuisvest aan de voormalige scheepswerven van Baasrode
in Oost-Vlaanderen. Het team staat ten dienste van de vijf Vlaamse
provincies.
Vanaf 2009 kunnen alle eigenaars van beschermd of waardevol
niet-beschermd maritiem erfgoed, lid worden. Het jaarlijks lidgeld
bedraagt, zoals bij alle andere monumentenwachtverenigingen, 40,00
euro (incl. BTW) per aangesloten vaartuig. Het inspectietarief bedraagt
zoals gebruikelijk: 24,32 euro (incl. BTW) per monumentenwachter
en per uur. — voor meer info: www.monumentenwacht.be
Wellen: hoeve met erf-Overbroekstraat 56
beschermd bij MB van 21 november 2007
Deze L-vormige hoeve is reeds aangeduid op de Ferrariskaart
(1771-77) als een gesloten geheel. In de Atlas van de Buurtspoorwegen
(1844) staat ze primitief gekadastreerd.
Het bewaard gebleven stijl- en regelwerk heeft een lemen invulling
en is in mindere mate met bakstenen opgevuld. De daken bestaan uit
Vlaamse pannen. Het schrijnwerk van de deur met bovenlicht met
roedeverdeling is van midden 19de eeuw. Het overige schrijnwerk o.a.
de ramen dateert van de 19de eeuw. De aansluitende haag is voor een
deel nog een oude aanplanting van gele kornoelje en maakt integraal
deel uit van de omgeving.
Wellen: hoeve met erf-Overbroekstraat 60
beschermd bij MB van 21 november 2007
Het thans semi-gesloten hoevetje is reeds op de Ferrariskaart
(1771-77) als langerekt monovolume aangeduid en in de Atlas van de
Buurtspoorwegen (1844) als L-vormig complex.
Het stijl- en regelwerk van het woonhuis zijn bewaard gebleven,
deels met baksteen opgevuld, deels met lemen invullingen. Typisch
aan het woonhuis zijn het zadeldak, bekleed met Vlaamse pannen met
een zwartkruis in de dakbedekking en het schijnbaar oorspronkelijk
deurschrijnwerk. De inplanting bij de vijfsprong en het nabijgelegen
hoevetje (nr. 61), voor het eerst kadastraal geregistreerd in 1869, zijn
van belang. De skeletstructuur bleef bewaard en het volledig versteend
vakwerkgebouwtje (nr. 59) draagt bij tot de bijzondere kwaliteit van
het geheel.
07
kimVaNDENLaNGENBERG(et.al.),
Statuutgidsenenreisleiders.Naareen
aangepastsociaalenfiscaalstatuutvoor
gidsenenreisleiders,Brussel,2008,
XIV–246p.(ISBN978-90-8126-761-8)
—
De Universiteit Antwerpen kreeg de op-
dracht het sociaal en het fiscaal statuut van
gidsen te onderzoeken en beleidsaanbevelin-
gen te formuleren. Over dat statuut bestaat
tot op vandaag nogal wat onduidelijkheid.
Nochtans is een gedegen statuut onontbeer-
lijk om gidsen en reisleiders toe te laten een
goede service aan de kritische bezoeker van
stad, museum of natuurdomein te bieden.
Vandaag kunnen gidsen of reisleiders nog
kiezen tussen een vrijwilligersstatuut, een
werknemersstatuut of het statuut van zelf-
standige in hoofd- of bijberoep. Ook over
het fiscaal statuut bestaan vandaag nog on-
duidelijkheden. Het boek geeft uitgebreid in-
formatie over de mogelijkheden en beperkin-
gen van de verschillende statuten. Dit moet
gidsen en reisleiders nu alvast toelaten een
goed geïnformeerde keuze te maken. Het
boek geeft verder beleidsaanbevelingen aan
overheden om het sociaal en fiscaal statuut
aan te passen aan de huidige realiteit. Wordt
vervolgd.
PieterUyttENHOVE,Recollecting
landscapes.Herfotografie,geheugenen
transformatie1904–1980–2004,Brug-
ge,2006,384p.(ISBN9-07671-427-4)
—
Het principe is intussen gekend: plaats een
foto van een dorpskern of een landschap van
100 jaar geleden naast een recente foto die
vanuit eenzelfde camerastandpunt is geno-
men en vergelijk. Het is vaak onthutsend vast
te stellen op welke manier onze omgeving is
veranderd. Dit boek vergelijkt opnamen die
de botanicus Jean Massart tussen 1904 en
1911 van landschappen in Vlaanderen maakte
met twee meer recente momenten van “her-
fotografie” of opnamen vanuit eenzelfde
camerastandpunt: opnamen uit 1980 van
Georges Charlier en opnamen uit 2003-2004
van Jan Kempenaers. Het resultaat is een ont-
luisterend document dat niet alleen toelaat te
zien hoezeer het landschap transformeerde,
maar ook hoe landbouw en stedenbouw, bio-
diversiteit, infrastructuur, bedrijfsleven en
wooncultuur in de afgelopen eeuw in Vlaan-
deren wijzigden. Het boek hoort bij een ten-
toonstelling die reeds in 2006 in het SMAK
Gent werd opgezet. Toch blijft de publicatie
een erg relevant document op zich met his-
torische achtergronden, commentaren bij de
foto’s en interviews met experten in diverse
domeinen. Het boek is een mooi resultaat van
een collectief creatief proces en een onder-
zoeksproces.
IngeVERDURMEN&DriestyS,CaIIII.
Dearcheologischewaardevanmilitaire
heidedomeinen.Standvanzakenen
richtlijnenvoortoekomstigbeheer,
VIOE-Rapporten03,Brussel,2007,162
p.(ISSN1781-4936)
—
Een onderzoek door het Vlaams Instituut
voor Onroerend Erfgoed naar de cultuurhis-
torische en archeologische waarden van een
twaalftal militaire domeinen in Vlaanderen.
Het onderzoek is een eerste verkenning op
basis van een aantal bronnen: de CAI of Cen-
traal archeologische inventaris, historisch
cartografisch materiaal, luchtfoto’s, topony-
mie … Deze militaire domeinen zijn vandaag
ook belangrijke natuurgebieden die nog heel
wat cultuurhistorische informatie in zich
dragen. De studie probeert de leemten in
de kennis over de militaire domeinen aan te
vullen. Tegelijk worden pistes voor toekom-
stig onderzoek aangegeven. Verder worden
aanbevelingen gegeven aan de verschillende
belanghebbende partijen om het toekomstig
beheer van de domeinen te organiseren met
dienSt doCUMentatie
Nieuwe aanwinsten over het cultureel erfgoed
De onderstaande werken kunnen geraadpleegd worden in het
Provinciaal Centrum voor Cultureel Erfgoed, Willekensmolenstraat 140
te Hasselt, tel. 011 23 75 83, op werkdagen van 9 tot 12 uur en van 13.30
tot 17 uur. Ze kunnen er tevens gefotokopieerd worden.
provincieLimburgUniversiteitslaan1B-3500Hasselt
limburg.be
v.U
. M. L
aene
n, W
illek
ensm
olen
stra
at 1
40
, 35
00
Has
selt
aandacht voor de erfgoedwaarden ervan.
Dit moet natuurherstel, dat onder meer tot
“heideherstel” kan leiden, mogelijk maken.
Voor Limburg zijn het Kamp Beverlo in Leo-
poldsburg, het “Schietveld” van Houthalen-
Helchteren en de Molenheide in Zonhoven
onder de loep genomen.
MiekeVaNZaNtEN,Religieuserfgoeduit
kerkenenkloostersindeLageLanden.
GeïllustreerdlexiconvanNederlandseen
Vlaamsetermen,Zutphen,2008,312p.
(ISBN978-90-5730-522-1)
—
Het belang dat vandaag aan de uitwisseling
van informatie en documentatie van erfgoed-
collecties gehecht wordt, maakt een uniforme
of gestandaardiseerde beschrijving van die
collecties noodzakelijk. Dit geldt onder meer
ook voor collecties religieuze objecten, waar-
voor reeds geruime tijd vanuit Nederland en
vanuit Vlaanderen aan de standaardisering
van trefwoordenlijsten werd gewerkt. Onder
impuls van de Stichting Kerkelijk Kunst-
bezit Nederland (SKKN) en met medewerk-
ing van Nederlandse en Vlaamse organi-
saties waaronder het Centrum Religieuze
Kunst en Cultuur (CRKC), werd dit mooi
geïllustreerd lexicon van religieus erfgoed
gerealiseerd. Op de website van de Stich-
ting Kerkelijk Kunstbezit Nederland (SKKN)
is reeds langer het digitale “objecten ABC”
toegankelijk. Het boek beschrijft en illus-
treert voorwerpen die in de liturgie en in het
kerkelijk en kloosterlijk leven een rol spelen.
Van schilderijen, beelden, glas-in-lood en
devotionalia tot minder geloofsgebonden ob-
jecten. Het lexicon neemt zowel Nederlandse
als Vlaamse termen op. Een onontbeerlijk in-
strument voor de registrator van religieuze
objecten.
Recommended