48
     A    f   g    i    f    t   e    k   a   n    t   o   o   r   :    2    0    6    0    A   n    t   w   e   r   p   e   n    6    P    1    0    9    1    6    0    D   r    i   e   m   a   a   n    d   e    l    i    j    k   s   :   a   p   r    i    l     m   e    i      j   u   n    i     2    0    0    5  V ol 7 Lente 2005 Nr 2

Theosofie Vol7 Nr2

  • Upload
    azdawg

  • View
    60

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 1/48

 

 

   A   f  g   i   f   t  e   k  a  n   t  o  o  r  :   2   0   6   0   A  n   t  w  e  r  p  e  n   6

   P   1   0   9   1   6   0

   D  r   i  e  m  a  a  n   d  e   l   i   j   k  s  :  a  p  r   i   l  -  m  e   i  -   j  u  n

   i    2   0   0   5

Vol 7 Lente 2005 Nr 2

Page 2: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 2/48

 

InhoudWIL DE WARE JUDAS OPSTAAN! 37OVER ‘METAFYSISCH GENEZEN’ 40AFFIRMATIES EN ONTKENNINGEN 46ZOALS EEN MENS DENKT (DEEL II) 50INDIVIDUALITEIT EN NIRVANA 58AAN DE AARTSBISSCHOP VAN CANTERBURY 67

Abonnementen THEOSOFIE: 15€ - Nederland: op postbankrekening 342654 t.n.v. Stichting Theosofie,

Veldweg 51, 4874 ML Etten-Leur. Tel. (076) 503.45.03(e-mail: [email protected])

- België: op bankrekening 412-0113551-42 t.n.v. THEOSOFIE ,St.Norbertusstraat 16, 2060 Antwerpen. Tel. 03 411.06.02

- Dit tijdschrift is een onafhankelijke uitgave, niet gebonden aan enigetheosofische of andere organisatie.

- Brieven van lezers met kritiek, vragen of opmerkingen met betrekkingtot onderwerpen besproken in dit tijdschrift zijn welkom.- Verantwoordelijke uitgever:

P. Wouters c/o St.Norbertusstraat 16, 2060 Antwerpen, België.(e-mail: [email protected])

- Wettelijk depot: 1987-4759-1.

DE DRIE THEOSOFISCHE DOELSTELLINGEN

Het vormen van een kern van Universele Broederschap van de

Mensheid, zonder onderscheid van ras, geloof, geslacht, persoonlijkeomstandigheden of richting.

De vergelijkende studie van oude en moderne religies, filosofieën enwetenschappen en het aantonen van het belang van zo’n studie.

Het onderzoek van de onverklaarde natuurwetten en de latentepsychische vermogens in de mens.

Afbeelding voorpagina:De Lotus

Page 3: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 3/48

 

Wil de ware Judas opstaan!

MET EEN GOED GEVOEL voor timing meldde het Nederlandsedagblad Het Parool daags voor Pasen dat een nieuw evangelie is

opgedoken: het evangelie van Judas.1 Ruim 1800 jaar nadat het vanwegezijn godslasterlijke inhoud door de kerk in de ban werd gedaan, wordt ditverboden evangelie weer openbaar gemaakt. Het aangetaste document-in leer gebonden, 62 bladzijden- is afkomstig uit Muhazafat Al Minya inMidden-Egypte. Wetenschappers dateren het evangelie zeer vroeg, ergenstussen 34 en 110 na Christus. Daarmee is het ongeveer even oud als het bijbelse evangelie van Johannes. Een Zwitserse stichting heeft inmiddelseen kopie van het evangelie en werkt momenteel aan een vertaling.2 Uitde tweede hand was al eeuwen geleden bekend dat er een Judas-evangeliemoest hebben bestaan. Zo verwees de 2de-eeuwse kerkvorst Irenaeüs,

  bisschop van Lyon, al waarschuwend naar deze tekst in zijn geschriftAdversus haereses (Tegen de ketterijen). Het evangelie zou bestaan uit

een dialoog tussen Jezus en Judas Iskariot, de discipel die zijn Meestervoor een handvol zilverlingen verried en aan de Romeinen uitleverde.Het evangelie blijkt verbonden met de vroegchristelijke groepering derKa ï nieten, vernoemd naar de oudtestamentische zoon van Adam en Evadie zijn broer Abel doodsloeg. Volgens Irenaëus geloofden de aanhangersvan deze ‘ketterse’ beweging dat Ka ï n zijn voortbestaan dankte aan ‘deHoogste Macht’ en dat Judas, “de waarheid kennende zoals geen anderdie kende, het geheim van het verraad volbracht, waardoor alle dingen,zowel op aarde als in de hemel in verwarring werden gebracht. Zij bedachten een eigen geschiedschrijving, die ze het Evangelie van Judasnoemden.”3 

Wat maakt deze vondst zo bijzonder? Uiteraard heeft deze tekst eengrote historische waarde, maar veel belangrijker is dat dit evangelie eenander, wellicht meer theosofisch licht werpt op het vroege christendom

Theosofie Vol. 7 Nr. 2

April 2005

Editoriaal

37

1 “Evangelie van Judas opgedoken”, Het Parool , 26 maart 2005.2 Meer informatie over het Judas-evangelie op de volgende websites:

www.earlychristianwritings.com/gospeljudas.html

www.facts.ch/dyn/magazin/kultur/453048.html3 “Een goed inpasbare Judas”, De Volkskrant , 29 maart 2005.

Page 4: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 4/48

 

en de ware symbolische betekenis van Jezus de Christus. Het verbandmet de Ka ï nieten geeft al aan dat we hier te maken hebben met eeninwijdingsgeschrift, want volgens de theosofie is Ka ï n, net als Hermes, eenpersonificatie van gnosis of esoterische wijsheid.4 Ka ï n (en vermoedelijk ook Judas) verwijst niet naar een historische figuur, maar naar een

 bepaalde functie, namelijk de functie van Leraar en Inwijder. Alles wijster op dat het Judas-evangelie een gnostisch document is. Niet alleen doorhet feit dat Irenaeüs het als zodanig identificeerde, maar ook omdat tweeandere teksten die het evangelie vergezelden -een brief van Petrus aanPhilippus en de Eerste Openbaring van Jacobus- gnostisch zijn. Het Judas-evangelie is dus van evenveel belang als de Nag Hammadi-geschriften,die in 1945 in Egypte werden gevonden, en is qua inhoud waarschijnlijk 

even explosief als de inmiddels bekende evangeliën van Thomas en MariaMagdalena. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat de kerk dit geschriftals ketters bestempelde en dat het alleen van horen zeggen bekend bleef.Waarschijnlijk verschijnt nog dit jaar een vertaling van het Judas-evangelie,maar in afwachting hiervan kunnen we de volgende gnostieke boodschapvan H.P.Blavatsky overdenken; een boodschap die ons nu reeds een sleutelverschaft tot wat Judas ons mogelijk te zeggen heeft:

“Er is geen duivel, geen kwaad, buiten de mensheid die een duivel voortbrengt.Kwaad is een noodzaak in, en één van de dragers van het gemanifesteerdeheelal. Het is nodig voor vooruitgang en evolutie, zoals de nacht nodig is

om de dag voort te brengen, en de dood om leven voort te brengen – opdatde mens eeuwig mag leven. Satan vertegenwoordigt metafysisch eenvoudighet omgekeerde of de tegengestelde pool van alles in de natuur. Hij is allegorischde ‘tegenstander’, de ‘moordenaar’ en de grote vijand van alles , omdat erin het gehele heelal niets is dat niet twee kanten heeft – de keerzijden vandezelfde medaille. Maar in dat geval kunnen licht, goedheid, schoonheid,enz. met evenveel recht satan worden genoemd als de duivel, omdat zijde tegenstanders zijn van duisternis, slechtheid en lelijkheid. En nu zullende filosofie en de logische grondslag van bepaalde vroege christelijke sekten

-die ketters werden genoemd en werden beschouwd als de gruwel van huntijd- begrijpelijker worden. Wij gaan misschien begrijpen hoe het kwam

dat de sekte van de SATANISTEN werd verguisd en zonder enige hoopop rehabilitatie in de toekomst in de ban werd gedaan; zij hielden namelijk hun leringen geheim. Hoe de KAÏNIETEN op grond van hetzelfde beginselwerden verguisd, en zelfs de (Judas) ISKARIOTTEN; want de ware aardvan deze apostel en verrader is voor de rechtbank van de mensheid nooitop de juiste manier weergegeven.”5

38

4 H.P.Blavatsky, Isis Ontsluierd , II, Eng.p.508.5 H.P.Blavatsky, De Geheime Leer , II, Eng.p.389.

Page 5: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 5/48

 

39

Kaïn vermoordt Abel.Gustave Doré (1832-1883)

Volgens De Geheime Leer (II, Eng.p.273vn, 388, 469) verwijst dezemythologische broedermoord onder meer naar de splitsing dergeslachten. Ka ï n is het symbool van de eerste mannelijke, Abel van deeerste vrouwelijke mensheid. Het ‘doodslaan’ betekent bloedvergieten enverwijst naar de menstruatiecyclus en het baren van kinderen, niet naarhet nemen van leven

De redactie

lL lL lL

Page 6: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 6/48

 

Over ‘Metafysisch Genezen’

[De twee hiernavolgende artikelen zijn een vertaling van Of ‘MetaphysicalHealing’ en Af  firmations and Denials van de heer Judge, oorspronkelijk gepubliceerd in Path  , januari en maart 1892 (Theosophical Articles byWilliam Q. Judge  , Vol. II, Los Angeles, The Theosophy Co., 1980, pp.422-427 en pp.429-432). In deze artikelen geeft de heer Judge de theosofischevisie weer op gedachtegenezing, soms ook wel metaphysical healing genoemd, omdat volgens deze geneesmethode ziekte metafysisch slechtseen illusie is. Ziekte moet worden beschouwd als een inbeelding vanhet denken. De mens kan zich van zijn kwalen verlossen, door via zijndenken de schijnbare realiteit van ziekte te ontkennen. Eind negentiendeeeuw werd deze geneesmethode vooral bekend door de Christan Science-

 beweging, opgericht in 1876 door Mary Baker-Eddy. De centrale leer vanChristian Science is het niet bestaan van het kwade, zoals ziekte, armoedeof andere vormen van lijden. Omdat God volmaakt en zuivere Geest is, ende mens naar Zijn beeld is geschapen, zijn wij ook volmaakt en zuivere

Geest. Doordat de mens enkel Geest is, is hij onsterfelijk, is hij gezond, enkan hij derhalve niét ziek worden. Dat hij tòch ziek wordt, ligt aan het feitdat hij ten onrechte gelooft dat hij niet reeds volmaakt is. Alleen door ditgeloof te veranderen, kan de mens genezen, want zolang de mens denktdat ziekte een werkelijkheid is, zal hij ziek blijven. Deze op het eerste zichtaantrekkelijke gedachte wordt door de heer Judge bekritiseerd, omdathet metafysisch uitgangspunt -de totale ontkenning van relativiteit enonvolmaaktheid- volstrekt onjuist is. Het gemanifesteerde universummet zijn paren van tegenstellingen -zoals goed versus kwaad, ziekteversus gezondheid en armoede versus rijkdom- is niet het product vanonze subjectieve inbeelding, maar een objectieve, zij het relatieve realiteit,

waarmee de mens wel degelijk rekening dient te houden. Wie derhalveprobeert om via het denkvermogen deze relatieve werkelijkheid dertegenstellingen op een magische wijze weg-te-denken, verlost zichzelf niet van ziekte, maar schept voor zichzelf een fantasiewereld, die zuiverhet resultaat is van autosuggestie. Judge wijst op het gevaar dat door eenregelmatige herhaling van af firmaties (bevestigingen) en ontkenningen

-zoals: “ik ben gezond. Er bestaat geen ziekte”- fysieke problemen naarde psycho-mentale of meer innerlijke niveaus van de mens wordenteruggedreven. Het lijkt dan alsof de mens van zijn kwaal is genezen, maar

Filosofie

40

Page 7: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 7/48

 

in werkelijkheid is deze slechts teruggedrongen naar de meer onzichtbareaspecten van de mens. Zo’n kunstmatige aanpak betekent de ziekten

“weer naar hun schuilplaats drijven, de ontwikkeling ervan onderdrukken,de uitputting ervan tot staan brengen en het overbrengen ervan naar degrovere levensniveaus. Ze worden met geweld teruggesleurd om slechtsopnieuw te wachten tot ze in een volgend leven op natuurlijke wijzetot uiting kunnen komen. Die natuurlijke uitwerking verloopt via hetlichaam.” (W.Q.Judge, “Replanting diseases for future use”, TheosophicalArticles  , II, p.439.) Judge benadrukt dat de meeste aanhangers vangedachtegenezing voortreffelijke mensen zijn met goede motieven, maardat hun gebrek aan inzicht in betrouwbare esoterische filosofie ervoorzorgt dat zij de krachten van het denkvermogen misbruiken. Hij was

het er helemaal mee eens dat het een goede zaak is over een evenwichtigen opgewekt denken te beschikken en dat men het leven moedig enpositief tegemoet moet treden, maar dat betekent nog niet dat menvia het denken de pijnlijke aspecten van het leven dient te ontkennen.Dat is verkeerd en gevaarlijk. Als we geen volledig ware aansluitinghouden met de werkelijkheid, komt er vroeg of laat een terugslag. De  beschouwingen van de heer Judge over gedachtegenezing zijn nogsteeds actueel, omdat deze methode ook in onze tijd, vooral binnen deNew Age-beweging, veel aanhangers kent. Een bekend voorbeeld is EenCursus in Wonderen , waarvan de leerstellingen over ziekte en gezondheidin wezen weinig verschillen van Christian Science. De boodschap van

deze moderne bijbel van het Nieuwe Tijdsdenken is immers dat dezegemanifesteerde wereld van dood, lijden en ziekte een collectieve illusieis. Het is een door het menselijk denken gecreëerde nachtmerrie, zonderenige objectieve werkelijkheid, want een volmaakte God kan onmogelijk een onvolmaakte wereld scheppen. Niet God, maar de mens heeft doorzijn denken deze zogenaamde fysieke wereld geschapen. Ook het fysiekelichaam is niet meer dan een verkeerde gedachte in ons denken. Inwerkelijkheid dromen we slechts dat we een fysiek lichaam hebben, dushoe kunnen we ooit echt ziek worden. De ‘healing’ waarvoor Een Cursusin Wonderen een hulpmiddel wil zijn, bestaat er vervolgens in dat wevia onze ‘denkgeest’ doordrongen raken van het feit dat deze relatieve

wereld niet bestaat. Hoewel Een Cursus in Wonderen mogelijk enkelewaardevolle psychologische inzichten bevat -bijvoorbeeld over vergevingen angst- getuigt het werk van een onjuiste metafysica die de mens op eengevaarlijk spoor kan brengen, door bijvoorbeeld alle onaangenaamhedenvan het leven als een mentale illusie te beschouwen. Dit kan leiden tot eenongezond escapisme. Een onbevooroordeelde overpeinzing van wat deheer Judge zegt over de valkuilen van gedachtegenezing heeft dus ook anno 2005 nog zijn waarde.]

41

Page 8: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 8/48

 

DE TIJD VOOR COMPROMISSEN of stilzwijgen met betrekking totwat respectievelijk Gedachtegenezing , Mental Science , Christian Science 

en dergelijke wordt genoemd, is nu voorbij en het ogenblik is aangebrokenwaarop er duidelijkheid dient te worden geschapen over deze en ook over sommige andere onderwerpen. De eerste toon werd gezet op detheosofische bijeenkomst van 1890, toen H.P. Blavatsky in de door haarrondgezonden boodschap schreef, dat sommige van deze praktijken veelweg hadden van ‘zwarte magie’, zoals zij het in die boodschap uitlegde.Zij zegt : “Met andere woorden, telkens wanneer de genezer, bewust of onbewust, zich mengt in de vrije mentale activiteit van de persoon diehij behandelt, is dit Zwarte Magie.”1 Op dat ogenblik voelden heel watmensen zich gekwetst, sommigen omwille van zichzelf, en anderen omdat

zij het gevoel hadden dat mensen uit de categorie die in die zogenaamdewetenschappen geloven en ze in de praktijk brengen, bijgevolg zoudenworden weggestuurd uit de [Theosophical] Society. Vandaar dat heel watleden er zich angstvallig van onthielden om deze zaak nog ter sprake te brengen en in heel wat afdelingen werd dit onderwerp doodgezwegen.

Eerst en vooral mogen we niet beweren dat er nooit genezingen hebbenplaatsgevonden door middel van de bedoelde praktijken. Er zijn gevallenvan genezing geweest. Want men zou inderdaad blind moeten zijn voorde verslagen uit de medische wereld indien men zou zeggen dat voorhet denkvermogen geen rol is weggelegd bij de genezing van ziekten.

Die rol bestaat inderdaad, zoals elke dokter weet, want als de patiëntzich depressief blijft voelen (in zijn denken), dan kan dat leiden tot hetfalen van het genezingsproces of zelfs tot de dood.2 Maar dat is geen‘gedachtegenezing’ of ‘mentale genezing’; het is een ondersteuning bij dereguliere behandeling. En aangezien heel veel menselijke ongemakken zijningebeeld, soms in acute vorm ten gevolge van het inbeeldingsvermogen,kan het in dergelijke gevallen gebeuren dat genezingen tot stand wordengebracht door de leerscholen waarover we het nu hebben. Sommigezenuwaandoeningen zouden op die manier kunnen worden genezen. Enals dat wordt verwezenlijkt door het denkvermogen van de patiënt naarhogere gedachten te leiden, dan kan daartegen geen bezwaar bestaan.

Maar indien het denkvermogen vervuld is van een verkeerde filosofie,of als er gebruik wordt gemaakt van de af firmaties en ontkenningen diewe in deze ‘wetenschappen’ aantreffen, of er wordt binnengedrongenin de ‘constructie van de goddelijke en spirituele vorm’, dan is het helegebeuren ronduit slecht.

42

1 H.P.Blavatsky gaat uitvoerig in op Christian Science en aanverwante bewegingen,

in haar artikel “Christian Science”, in   H.P.Blavatsky, Collected Writings, Vol.X, The

Theosophical Publishing House, 1964, pp.34-42. [NvdR]2 Zie ook het in dit nummer opgenomen artikel “Zoals een Mens Denkt” van James Allen.

[NvdR]

Page 9: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 9/48

 

Het is dus gepast om onze houding te bepalen aangaande de genezingvan lichamelijke kwalen. Het is zo dat voor zover ze van fysiekeoorsprong zijn of zich fysiek uiten, die kwalen die voortkomen uit eenverkeerd denkpatroon zullen verdwijnen wanneer we tevreden zijn en bij onze wezenskern blijven, terwijl aandoeningen die chronisch zijn, dusmechanisch en fysisch, met gelijksoortige middelen behandeld zoudenmoeten worden en niet via een poging om het spirituele en goddelijke neerte halen naar dit zijnsgebied. In geen enkele van de oude leerscholen washet iemand toegestaan om goddelijke of spirituele krachten voor zichzelf te gebruiken of ze te verkopen. Verder zien we dat de primitieve mensende gezondste zijn. Toch zijn ze niet op de hoogte van die dingen en staanzij onverschillig ten opzichte van dergelijke ideeën. Ondanks het feit dat

de Indiaan in vroegere tijden veel uit moorden ging en niet rechtschapenleefde, was hij een prachtig voorbeeld van fysieke gezondheid. Dit toontaan dat men gezondheid in stand kan houden door aandacht te schenkenaan de gewone natuurwetten op het materiële gebied, door aandachtte besteden aan hygiëne en lichaamsoefeningen. En het is eens te meerduidelijk dat, als we naar de bokser en de atleet kijken, zij door soortgelijkevoorschriften in acht te nemen en door volledig de fraaie theorieën van dementale genezers te negeren, gezond en sterk worden en in staat zijn degrootste vermoeidheid en ontbering te verdragen. Hetzelfde deed zichvoor in de tijd van de atleten van Rome en Griekenland.

In deze methoden dienen een aantal hiaten te worden aangestipt.Gebruikmakend van het woord ‘gedachte’ zeggen ze dat onze ziekten hetgevolg zijn van onze gedachten, maar ze negeren het feit dat kleine kinderenvaak aan zeer hardnekkige ziekten lijden en dit op een zo jonge leeftijddat niemand zal beweren dat ze de tijd of mogelijkheid hebben gehadom te denken. Er zijn baby’s geweest met de ziekte van Bright en anderekwalen. Dit is een feit dat dreigend opdoemt tegenover de argumentenvan de mentale genezer en dat nooit zal worden onderuitgehaald. Maarindien we dit vanuit een theosofisch perspectief bekijken, dan weten wedat de gedachten van het vorige leven de oorzaak zijn van de problemenen vreugden van dit leven, en dat is de reden waarom deze problemen

nu uitgewerkt worden via het geëigende kanaal -namelijk het lichaam- endus zo op weg zijn om van binnen naar buiten eruit  te verdwijnen. Datverdwijnen zou niet mogen worden tegengehouden. Immers: door teproberen om te genezen op de manier van de gedachtegenezer wordende ziekten vaak tegengehouden en teruggestuurd naar hun plaats vanherkomst, en worden ze opnieuw in het denkvermogen geplant in de vormvan onuitgewerkte oorzaken die ongetwijfeld op één of ander ogenblik opnieuw naar boven zullen komen in dit of in een ander leven. Dit is éénvan de grootste gevaren. Het leidt in vele gevallen tot krankzinnigheid.

43

Page 10: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 10/48

 

De volgende misvatting zit in de methode van af firmaties en ontkenningen.Beweren zoals zij dat er geen materie is, dat alles geest is, en dat er geenkwaad is maar dat alles goed is, en dat “dit lichaam van mij zuiver is enin goede conditie en vrij van problemen”, is filosofisch en zelfs zuivertaalkundig volledig verkeerd. ‘Geest’ en ‘Stof’ zijn immers begrippen diealleen maar samen kunnen bestaan, en als men het bestaan van één van beide ontkent dan moet de andere ook verdwijnen. Het zijn de twee grotetegenpolen. Zoals de Bhagavad Gita zegt, is er geen geest zonder dat er ook materie is. Het zijn de twee eeuwige waarheden, de twee manifestaties,één aan de ene pool en één aan de andere pool van het absolute, dat nochmaterie noch geest is maar totaal onbeschrijfelijk behalve -zoals (eerder)gezegd- dat het tegelijkertijd geest en stof is. Op dezelfde manier zijn

Goed en Kwaad twee tegenpolen die wederkerig bestaan en waarvan deene noodzakelijk is om de andere te leren kennen, want als er geen kwaadzou zijn dan zouden we niet weten wat het goede te noemen. Men zoudan evengoed kunnen zeggen dat er geen duisternis is, maar dat alleslicht is. Door deze dwaze af firmaties heeft men een einde gemaakt aanalle relativiteit en wordt ons gevraagd om elk juist woordgebruik te latenvaren teneinde tegemoet te komen aan diegenen die wensen aan te tonendat optimisme op alle vlakken en op elk ogenblik de juiste houding is.Degene die de Christian Science aanhangt gaat nog verder en zegt dat Godalleen maar goed is, een stelling die in feite helemaal niets betekent daneen woordspel met de term god. Het zou niet werken in het Spaans, want

daar is goed bueno en god is dios. Deze bewering weigert eenvoudigweghet harde feit toe te geven dat indien God bestaat hij zowel slecht als goedmoet zijn, tenzij we terugvallen op de oude Katholieke opvatting dat deduivel even sterk is als God. En zelfs indien we stellen dat God de duivelheeft gemaakt en hem op zekere dag zal stoppen, dan is het kwade eendeel van God tenzij hij in sommige opzichten niet verantwoordelijk isvoor de wereld en de wezens. Maar de zonet genoemde af firmatie, datiemands lichaam in goede conditie en zuiver is en vrij van ziekte, is zowelvernederend als vals. Het mag dan waar zijn dat lichamen illusies zijn,maar het zijn niet de illusies van afzonderlijke individuen maar van hetcollectieve denkvermogen van de mensheid, en daarom zijn ze -zoals ze

nu opgebouwd zijn- relatief echt voor de lagere wezens die de mensheidsamenstellen. Niemand heeft de kracht om te ontsnappen uit deze groteillusie van het collectieve denkvermogen tot hij is opgeklommen toteen werkelijk bewuste verwezenlijking van dat denkvermogen op alleniveaus. Deze af firmatie weerlegt zichzelf, want indien één persoon opdie manier deze relativiteit kan tenietdoen voor zover het hemzelf betreftdoor ze eenvoudigweg te ontkennen, hoe komt het dan dat de illusienog steeds blijft bestaan voor en vat heeft op de overblijvende miljoenenmensen? Bovendien weten we dat het lichaam bestaat uit een geheel van

44

Page 11: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 11/48

 

zaken die goed noch zuiver zijn, en dat in de abstracte betekenis vandeze bevestigingen de meeste onopgemerkte fysiologische handelingeneigenlijk afstotelijk zijn.

De grenslijn tussen zwarte en witte magie is zeer dun, maar wordt vrijduidelijk wanneer men ziet dat de geneeskunst, die gebruik maakt vanzulke hogere krachten zoals opgeëist door de betreffende leerscholen,uitgeoefend wordt voor zuiver zelfzuchtige doeleinden en bovendien nogvoor geld. Daarin schuilt gevaar en alle theosofen zouden goed moetenopletten dat ze er zelf niet in vervallen of dat ze er niet voor zorgen datanderen in die richting gaan.

Het grote gevaar komt uit de verstoringen die door deze praktijk wordenteweeggebracht. Het is een soort yoga maar zonder enige juiste kennisvan de methode; het is een blind ronddolen te midden van krachten die zosubtiel en zo krachtig zijn dat ze elk moment zouden kunnen losbarsten.Door op de aangeleerde manier verder te gaan wekt een persoon eigenlijk vanaf het begin latente lichaamsstromen op, die ageren en re-ageren ophet astrale en psychische niveau en tenslotte schade veroorzaken. Ik hebverschillende gevallen in gedachte en sommige daarvan zijn gevallenvan werkelijke krankzinnigheid, die volledig te wijten zijn aan dezepraktijken. Ik zal daarover op een ander ogenblik meer vertellen, en ik zal dan mogelijk in staat zijn om naar buiten te komen met een rapport

dat diegenen zal verbazen die, louter ter genezing van bepaalde ziektendie de geneeskunde perfect in staat is te genezen, voor een andere wegkiezen en met krachten spelen waarvan ze geen kennis hebben, en die ook nog in handen leggen van anderen die nog onwetender zijn, en zichzelf ondertussen bedriegen met de gedachte dat ze bezig zijn met hoogstaandefilosofie. Filosofie heeft hiermee niets van doen, behalve als middel om hetdenken op zodanige wijze centraal te plaatsen dat er innerlijke krachtenkunnen worden opgewekt. Hetzelfde resultaat zou kunnen worden bereiktdoor om het even welk systeem van praten of denken, en dit ongeacht hetmisleidende karakter ervan

William Q. Judge

lL lL lL

45

Page 12: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 12/48

 

Affirmaties en Ontkenningen

IN HET TIJDSCHRIFT PATH  van januari [1892] werd een discussiegestart over ‘gedachtegenezing’ en soortgelijke onderwerpen.* Sindsdien

hebben wij een aantal brieven ontvangen van en gesprekken gehad met

diegenen die denken dat het artikel niet juist is, of dat het een foutief standpunt inneemt, of dat het niet alle standpunten van alle leerscholenweergeeft. Toen we vervolgens de vraagstellers verwezen naar publicatiesvan aanhangers van deze leerscholen werd ons gezegd dat die de kwestieniet in het juiste daglicht plaatsen, enzovoort. Het is de bedoeling om in ditartikel te verwijzen naar enkele gepubliceerde uitlatingen van voormeldeaanhangers, zodat die kunnen worden onderzocht.

In het januarinummer van een tijdschrift dat Christian Science heet engepubliceerd werd in Boston, klaarblijkelijk onder de auspiciën van eeninstituut van deze cultus, staat het volgende te lezen in een artikel met als

titel Mijn Genezende Boodschap van Minna Peckham:“Ik verklaar bij deze dat alle pijn, ziekte of dood geen belang heeften niets betekent. Er is geen ziekte. Ik ontken dat er ooit enige ziekte

 bestond. Ik geloof niet in armoede; ik weet dat er geen armoede is; erwas nooit enige armoede; er zal nooit enige armoede zijn. We hebbengrote hoeveelheden rijkdom; iedere man, vrouw en kind is rijk. Hetontbreekt hen aan niets. Ik geloof niet in stormen. Ik weet dat er geenstormen bestaan. Er waren nooit (enige) stormen; er zullen er ook nooitzijn. Ik ontken eens en voor altijd de realiteit van stormen. Ik geloof niet in ongevallen, ik weet dat er nooit ongevallen waren en dat die ernooit zullen zijn.”

En al dit geraaskal wordt uitgesproken in volle ernst, gaat nog een grootaantal paragrafen door en eindigt als volgt: “Ik ben een boodschapper vanGod’s liefde en een drager van positieve boodschappen over wat waaris.” 

Sommigen wijzen ons erop dat dit soort dingen “geen authentiek voorbeeld is; het is niet representatief.” De moeilijkheid is echter dat de

46

* Zie het vorige artikel: Over ‘Metafysisch Genezen.’ [NvdR]

Filosofie

Page 13: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 13/48

 

verschillende ‘metafysici’ van elkaar hetzelfde zeggen en wanneer ze inhet nauw gedreven worden door zo’n confrontatie, zeggen ze: “O, dat isniet waar het om gaat.” Maar een nog grotere moeilijkheid is dat de zonetaangehaalde onzin (ook) het exacte resultaat is van de andere methoden,want ze berusten allemaal op een systeem van af firmatie en ontkenningen dat moet, als het tot een logische gevolgtrekking wordt doorgevoerd,precies leiden tot datgene wat Miss Peckham zegt. Zij is klaarblijkelijk niet

 bang om onversaagd op haar doel af te gaan en zichzelf en alle anderedingen en wezens op deze planeet tot niets te herleiden. Het is trouwensvolkomen rechtmatig om nog wat verder te gaan dan haar ‘boodschap’,teneinde de uitgezette redeneertrant als volgt door te voeren: “Er bestaatniets; ik denk niet, ik heb nooit gedacht, ik zal nooit denken, en de

gedachten die ik net heb uitgesproken hebben geen bestaan en daaromis alles wat ik heb gezegd niets, en vandaar dat alles wat ik heb ontkendprecies het tegenovergestelde is.” Dit is volkomen logisch en correct enhet herleidt de hele zaak tot zijn juiste dimensie. De hele reeks af firmatiesen ontkenningen doet ons denken aan de passages in de geschriften vande grote Ziener Swedenborg, waar hij die zielen beschrijft die om het evenwat bevestigen en ontkennen en die elke bewering herleiden tot precies hettegenovergestelde van wat zou kunnen zijn gezegd. Wij nemen niemandin de maling, maar zijn uiterst serieus en zijn bereid om alle mogelijkeargumenten en alle werkelijke onderzoeksscholen aan het woord te latenom onze stelling te onderbouwen. Natuurlijk zullen sommigen het er niet

mee eens zijn, maar we zijn bereid de zaak in handen te laten van diegenendie zijn opgeleid om het ware verloop van een argument te begrijpen. Er

  bestaan regels van de logica die dienen te worden gevolgd, tenzij weop een leeftijd zijn gekomen dat al deze dingen zijn gepasseerd. En deGenezende Boodschap wordt nu ter sprake gebracht, omdat deze publicatiede aandacht trekt van theosofen en theosofische boeken adverteert.

Relativiteit

Zodra het Absolute zich begon te manifesteren, of, als u wilt, onmiddellijk nadat de Almachtige God de dingen en de wezens schiep, begint de

relativiteit, en alle denkvermogens raken verstrikt in haar web en wordenverplicht om op relatieve wijze naar de dingen te kijken. En zo gebeurt hetdat we ‘goed’ en ‘kwaad’ moeten gebruiken, evenals alle andere woorden,die verwijzen naar deze relatieve dingen en ideeën. Indien er geen materiezou bestaan, zou er geen geest zijn, en evenmin zou het goede er zijnindien het kwade niet zou bestaan. Daarom druist het tegen elke logicaen gezond verstand in om te zeggen dat er geen kwaad is. Het is enkelhet verlangen van de optimist die niet naar de dingen wil kijken zoals zezijn, dat mensen ertoe aanzet om te bevestigen dat alles goed is of om te

47

Page 14: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 14/48

 

ontkennen dat er kwaad bestaat. Alles is relatief, en er is zowel goed alskwaad, juist zoals licht en duisternis bestaan. Want als het ene niet bestonddan zouden we nooit iets over het andere kunnen weten, aangezien deze

 begrippen zijn ontstaan vanuit tegengestelden.

In deze zogenaamde metafysische kunsten of ‘wetenschappen’ wordtde relativiteit van dingen en ideeën voortdurend ontkend vanuit hetverlangen om alles perfect te hebben en precies zoals wij dat wensen. Maarhoe kunnen deze optimisten weten dat ze het juist voor hebben indienze de relativiteit van tafel vegen? En hoe kan iemand van ons zeggen datverdriet en armoede niet bestaan? Armoede is een feit -het feit van zondergeldmiddelen te zijn of zonder de dingen die met geldmiddelen kunnen

worden gekocht- en dit is zo, ongeacht of de algemene noden van het landwaarin men leeft groot of klein zijn. Het is in geen geval een gevoel of tewijten aan inbeelding. Vandaar dat armoede hiér rijkdom kan betekenenvoor iemand in India, enzovoort, maar voortdurend is er armoede in éénof ander land, ongeacht hoe de relativiteit met betrekking tot dat soort vanarmoede verandert in een andere natie.

Het is dus strijdig met eenieders ondervinding om te zeggen dat ergeen armoede is, en het is eveneens in strijd met de logica. Maar het isniet verkeerd om te zeggen dat het effect op je denken kan veranderen alnaargelang de manier waarop je naar de zaak kijkt; en dus kun je arm zijn

en toch tegelijkertijd tevreden. Maar de armoede blijft niettemin een feit,ondanks de spirituele of morele rijkdom. Werkelijke tevredenheid ontstaatniet vanuit verkrachting van de logica en de feiten, maar vanuit een juistekijk op dit relatieve universum. En zo’n juiste zienswijze zal nooit bereiktworden door ontkenningen die niet staande kunnen worden gehouden.

Veel van de bezwaren die geuit werden tegen de beschouwingen inhet artikel van januari [Over ‘Metafysisch Genezen’] sloegen de plank (volledig) mis, want ze hielden de stelling van de schrijver, die ook aande andere leden van de [Theosophical] Society werd toegeschreven, voorhet standpunt dat we moeten blijven denken dat we ziek zijn terwijl we

dat niet zijn, en dat we ons ellendig moeten blijven voelen terwijl dit enkelhet gevolg is van de ziekelijkheid van het denken. Dit is het uitgangspunthelemaal niet. Veel van onze ellende is te wijten aan ontevredenheid en aanego ï sme, en zal verdwijnen zodra we tevreden en oprecht worden. Veel vanonze lichamelijke klachten verdwijnen wanneer we het denkvermogenin zijn normale activiteit hebben hersteld. Maar deze normale activiteitkan niet verworven worden door ongezonde logica en nog ongezonderestatistieken. Het gebeurt door het feit te erkennen dat “het denken eengebied op zich is, dat van de hel een hemel, en van de hemel een hel kan

48

Page 15: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 15/48

 

maken.” Als we zien dat een reeks van omstandigheden de ene mensgelukkig en de ander precies het tegenovergestelde kan maken, dan wetenwe dat veel afhangt van de manier waarop we naar onze omgeving kijken;maar dit is een oude denkwijze, die al gangbaar was bij de oudsten vande ouden. Welk recht hebben de ‘metafysici’ om zich dit toe te eigenen?Alle goede dokters hebben gezegd dat veel afhangt van het denken vande patiënt, maar dit neemt de noodzaak van goede dokters niet weg. Hetroept enkel op tot meer gezond verstand aan de kant van de patiënten.

Laat ons veronderstellen dat er een volk zou bestaan dat van geboortetot dood doordrongen is van de absurde ontkenningen en af firmaties diewe hebben vermeld en probeer u eens voor te stellen wat het effect zou

zijn op de volgende incarnatie van zo’n volk. Waarschijnlijk gelooft MissPeckham niet in re ï ncarnatie maar indien ze dat wel deed, zou ze zeggendat het effect goed zou zijn. Maar zouden alle armoede en de stormenen aardbevingen daarmee hebben opgehouden te bestaan? Nauwelijks,omdat in het geval van de natuurlijke worstelingen van Moeder Aarde, watook de gedachten mogen zijn die hen hebben veroorzaakt, deze buiten onsgezichtsveld vallen en niet onder invloed staan van onze ontkenningen.Zouden de tegenstellingen die de ware veroorzakers zijn van armoede,ongeacht het bestaansgebied daarvan, ophouden te bestaan? We denkenvan niet, tenzij alles door middel van het opmerkelijke proces, uitgelegdin het aangehaalde artikel, zou worden herleid tot één levenloos niveau.

Maar we weten op zijn minst dat evolutie op alle vlakken een natuurwetis en dat er geen levenloos niveau mogelijk is. Onder de werking van dewet van evolutie moeten deze tegenstellingen er zijn, ongeacht hoe hoogwe gaan of hoe lang we voortgaan in deze grote stroom.

Dus als deze af firmaties en ontkenningen tot gevolg zouden hebben datwe zouden worden opgeheven van deze sfeer naar een andere, dan zoudende ontkenners en bevestigers daar weer opnieuw moeten beginnen, methet vermoeiende proces van zichzelf te storten in een zee van illusoiregedachten, ontdaan van enige logica, en louter optimistisch. Als dezevoorstelling van zaken juist is, is het dan verstandig om dit systeem voort

te zetten of er op één of andere wijze morele steun aan te verlenen?

William Q. Judge

lL lL lL

49

Page 16: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 16/48

 

Zoals een Mens Denkt (deel II)

[Onderstaand artikel is het tweede deel van de vertaling van As a Man Thinketh van James Allen. Het eerste deel is verschenen in Theoso fie , Herfst 2004, Vol 6, Nr4, p.141. Een volledige elektronische versie van As a Man Thinketh kan wordengeraadpleegd in het door de GLT uitgegeven internet-tijdschrift The Aquarian

Theosophist: www.teosofia.com/Docs/vol-4-12.pdf]

Gevolgen van gedachten op gezondheid en lichaamHet lichaam is de dienaar van het denkvermogen. Het gehoorzaamt dewerkingen van het denkvermogen, of die nu opzettelijk gekozen zijnof automatisch tot uitdrukking komen. Op bevel van onrechtmatigegedachten verzinkt het lichaam snel in ziekte en verwording. In opdrachtvan blije en mooie gedachten wordt het bekleed met jeugdigheid enschoonheid. Ziekte en gezondheid zijn, net als onze omstandigheden,geworteld in gedachten. Ziekelijke gedachten zullen worden uitgedruktdoor een ziekelijk lichaam. Van angstgedachten is bekend dat ze een

mens net zo snel kunnen doden als een kogel en ze doden voortdurendduizenden mensen even trefzeker, hoewel minder snel. De mensen diein angst voor kwalen leven, zijn de mensen die ze krijgen. Zorgelijkheiddemoraliseert het hele lichaam snel en maakt het toegankelijk voor ziekte,terwijl onzuivere gedachten, zelfs al worden ze niet fysiek uitgeleefd,vroeger of later het zenuwstelsel zullen vernietigen. Sterke, zuivere engelukkige gedachten bouwen het lichaam op in vitaliteit en gratie. Hetlichaam is een verfi jnd en buigzaam instrument dat gemakkelijk reageertop de gedachten die erop worden afgedrukt en denkgewoonten zullenhun eigen gevolgen erop hebben, hetzij goed of slecht. Mensen zullenonzuiver bloed blijven hebben zolang ze onzuivere gedachten blijven

hebben. Uit een schoon hart komt een schoon leven en een schoon lichaam.Uit een vervuild denkvermogen komt een vervuild leven en een aangetastlichaam. Denken is de bron van handelen, leven en manifestatie; maak de bron schoon en alles zal schoon zijn. Verandering van dieet zal iemand niethelpen die zijn gedachten niet verandert. Wanneer een mens zijn gedachtenzuiver maakt, verlangt hij niet langer naar onzuiver voedsel. Schonegedachten scheppen schone gewoonten. De zogenaamde heilige die zijnlichaam niet wast, is geen heilige. Hij die zijn gedachten heeft versterkten gezuiverd hoeft geen rekening te houden met het onheilbrengende.

Psychologie

50

Page 17: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 17/48

 

Als u uw lichaam wilt perfectioneren, bewaak dan uw denkvermogen. Alsu uw lichaam zou willen vernieuwen, verfraai dan uw denken. Gedachtenvan kwaadaardigheid, afgunst, teleurstelling en vertwijfeling beroven hetlichaam van haar gezondheid en gratie. Een zuur gezicht ontstaat nietdoor toeval; het wordt door zure gedachten gemaakt. Ontsierende rimpelsworden gemaakt door dwaasheid, passie en trots. Zoals u geen fi  jne engezonde woning kunt hebben als u er niet vrijelijk lucht en zonneschijn  binnenlaat, zo kan een sterk lichaam en een stralend, gelukkig, of sereen gelaat alleen ontstaan door de vrije toegang van gedachten vanvreugde en goede wil en vredigheid in het denken. Ik ken een vrouw vanzesennegentig die het heldere, onschuldige gezicht van een meisje heeft.Ik ken een man die nog niet de middelbare leeftijd heeft bereikt, en wiens

gezicht in disharmonieuze trekken is geplooid. Het ene is het gevolg vaneen lieve en zonnige instelling, het andere is het resultaat van passie enontevredenheid. Op gezichten van bejaarden zijn er rimpels die doormedegevoel zijn ontstaan, andere door sterke en zuivere gedachten ennog andere zijn gekerfd door passie; wie kan ze niet onderscheiden? Bijdegenen die rechtschapen hebben geleefd, is de ouderdom kalm, vredigen zacht en mild, als de ondergaande zon. Onlangs heb ik een filosoof opzijn sterfbed gezien. Hij was niet oud, behalve in jaren. Hij stierf net zo beminnelijk en vredig als hij had geleefd.

Er is geen betere arts voor het verdrijven van de kwalen van het lichaam

als opgewekte gedachten. Er is geen trooster vergelijkbaar met goede wilvoor het verdrijven van de schaduwen van verdriet en leed. Voortdurendleven in gedachten van kwaadwilligheid, cynisme, achterdocht en afgunstis opgesloten zitten in een zelfgemaakte gevangeniscel. Maar door overiedereen goed te denken, door tegenover iedereen opgewekt te zijn,geduldig te leren om het goede in alles te vinden, zulke onzelfzuchtigegedachten zijn de werkelijke poorten tot de hemel. Dag in dag uit ingedachten van vrede voor alle wezens vertoeven zal overvloedige vrede brengen aan de bezitter ervan.

Denken en doelbewustheid

Totdat denken verbonden wordt met doelbewustheid bestaat er geenintelligente vervulling. De meeste mensen laten het schip van het denkendoelloos meedrijven op de oceaan van het leven. Doelloosheid is eenondeugd en degene die zijn koers wil uitzetten vrij van catastrofen envernietiging moet niet doorgaan met dat gezwalk. Zij die geen centraaldoel hebben in hun leven vallen gemakkelijk ten prooi aan bezorgdheid,angsten, moeilijkheden en zelfmedelijden, die alle aanwijzingen vanzwakheid zijn. Net zo zeker als opzettelijke zonden leidt dat, hoewel viaeen verschillende weg, naar mislukking, droevigheid en verlies, want

51

Page 18: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 18/48

 

zwakheid kan niet blijven bestaan in een universum dat kracht ontwikkelt.Een mens zou zich in zijn hart een legitiem doel moeten voorstellen endan ernaar streven om het te bereiken. Dit doel zou hij tot het centralepunt van zijn denken moeten maken. Het kan de vorm van een spiritueelideaal aannemen of een werelds doel zijn, afhankelijk van zijn aard opdat moment. Maar wat het ook is, hij moet zijn gedachtekrachten gestadigrichten op het doel dat hij zich heeft gesteld. Hij zou dit doeleinde tot zijnopperste plicht moeten maken en zich helemaal wijden aan het bereikenervan en niet toestaan dat zijn gedachten afdwalen naar kortstondigegrillen, verlangens en fantasieën.

De wil om te doen komt voort uit de kennis dat we het kunnen doen.

Twijfel en angst zijn de grote vijanden van kennis en hij die ze aanmoedigt,ze niet uitroeit, dwarsboomt zichzelf bij elke stap. Degene die twijfel enangst heeft overwonnen, heeft mislukking overwonnen. Elk van zijngedachten is verbonden met kracht en alle moeilijkheden worden dapperonder ogen gezien en overwonnen. Zijn doeleinden zijn op de juiste tijdgeplant en ze bloeien en brengen vruchten voort die niet voortijdig op degrond vallen. Denken wordt een scheppende kracht als het onbevreesdaan een doelstelling is gekoppeld. Wie dit weet, is klaar om iets te wordendat hoger en sterker is dan een verzameling weifelende gedachtenen wisselende indrukken. Wie dit doet, is de bewuste en intelligentegebruiker van zijn mentale vermogens geworden.

De factor van het denken in het verwezenlijken van onze doelenAlles wat een mens bereikt en alles wat hem niet lukt om te bereiken, is hetdirecte gevolg van zijn eigen gedachten. In een juist geordend universum,waar verlies van evenwicht totale vernietiging zou betekenen, moetindividuele verantwoordelijkheid absoluut zijn. De zwakheid en kracht,zuiverheid en onzuiverheid van een mens zijn van hemzelf en niet vaneen ander. Ze zijn door hemzelf teweeggebracht en niet door een ander. Zekunnen ook alleen door hemzelf veranderd worden, nooit door een ander.Zijn omstandigheden zijn ook van hem en niet van een ander. Zijn lijden engeluk zijn van binnenuit ontstaan. Zoals hij denkt, zo is hij; zoals hij blijft

denken, zo blijft hij. Een sterk mens kan een zwakkere niet helpen tenzijdie zwakkere bereid is geholpen te worden. En zelfs dan moet de zwakkemens uit zichzelf sterk worden. Hij moet door eigen inspanning de krachtontwikkelen die hij bewondert in een ander. Niemand behalve hijzelf kanzijn situatie veranderen. Gewoonlijk denken en zeggen mensen: “velenzijn slaven omdat er één een onderdrukker is; laat ons de onderdrukkerhaten!” Maar onder een toenemend aantal mensen bestaat echter deneiging om dit oordeel om te keren en te zeggen: “één is de onderdrukkeromdat velen slaven zijn; laat ons de slaven verachten”. De waarheid is dat

52

Page 19: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 19/48

 

de onderdrukker en de slaven in onwetendheid samenwerken en terwijlhet lijkt alsof ze elkaar kwaad doen, doen ze in werkelijkheid zichzelf kwaad. Een volmaakte Kennis neemt de werking van wetmatigheidwaar in de zwakheid van de onderdrukte en de verkeerd toegepastemacht van de onderdrukker. Een volmaakte Liefde, die het lijden zietdat beide toestanden inhoudt, veroordeelt geen van beide. Een volmaaktMededogen omvat zowel de onderdrukker als de onderdrukten. Wiezwakheid heeft overwonnen en alle zelfzuchtige gedachten opzij heeftgezet, behoort noch tot onderdrukker noch tot onderdrukten. Hij is vrij.

Een mens kan alleen maar opstaan, overwinnen en presteren door zijngedachten te verheffen. Hij kan alleen zwak, onderworpen en ellendig

  blijven door te weigeren zijn gedachten te verheffen. Voordat eenmens wat dan ook kan bereiken, zelfs in wereldse dingen, moet hij zijngedachten boven slaafse dierlijke toegeeflijkheid verheffen. Hij hoeft nietnoodzakelijkerwijs alle dierlijkheid en zelfzucht op te geven om te slagen,maar tenminste een deel ervan moet worden opgegeven. Een mens wienseerste gedachte bestiale bevrediging is, kan niet helder denken nochmethodisch plannen maken. Hij kan zijn latente vermogens niet vindenen ontwikkelen en zou mislukken in elke onderneming. Omdat hij nietis begonnen zijn gedachten krachtig te beheersen, is hij niet in een positieom zaken te beheersen en serieuze verantwoordelijkheden op zich tenemen. Hij is niet geschikt om onafhankelijk te handelen en er alleen

voor te staan, maar hij is slechts beperkt door de gedachten die hij kiest.Er kan geen vooruitgang of verworvenheid zijn zonder opoffering en hetwereldse succes van een mens zal worden afgemeten volgens de maatstaf waarmee hij zijn dierlijke gedachten opoffert en zijn denkvermogenricht op de ontwikkeling van zijn plannen en het versterken van zijnvastberadenheid en zelfvertrouwen. Hoe hoger hij zijn gedachten verheft,des te moediger, oprechter en rechtvaardiger hij zal zijn, en des te meerzijn verworvenheden gezegend en duurzaam zullen zijn.

Het universum is de ego ï sten, oneerlijken en boosaardigen niet gunstiggezind, hoewel het oppervlakkig bezien soms wel zo kan lijken. Het helpt

de eerlijken, de grootmoedigen, de deugdzamen. Al de grote Lerarenvan alle eeuwen hebben dit op verschillende manieren verklaard eneen mens hoeft zichzelf alleen maar steeds deugdzamer te maken doorzijn gedachten te verheffen om dit te bewijzen en te weten. Intellectueleprestaties zijn het resultaat van denken dat gewijd is aan de zoektochtnaar kennis of naar het schone en ware in de natuur. Zulke prestatieskunnen soms gekoppeld zijn aan ijdelheid en ambitie, maar ze zijn niet hetresultaat van deze kenmerken. Ze zijn het natuurlijke uitvloeisel van langeen moeizame inspanning en van zuivere en onzelfzuchtige gedachten.

53

Page 20: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 20/48

 

Spirituele verworvenheden zijn de vervulling van een heilig streven. Wievoortdurend is afgestemd op hoogstaande en verheven gedachten engericht op alles wat zuiver en onzelfzuchtig is, zal net zo zeker als de zontot zijn hoogste punt rijst en de maan vol wordt, wijs en hoogstaand vankarakter worden en een positie van invloed en gezegendheid bereiken.

Iets bereiken, wat dan ook, is de bekroning van inspanning, hetdiadeem van denken. Met behulp van zelfbeheersing, vastberadenheid,zuiverheid, rechtschapenheid en goedgerichte gedachten verheft eenmens zich. Door dierlijkheid, luiheid, onzuiverheid, verdorvenheid enverward denken degradeert een mens. Een mens kan opklimmen naargroot succes in de wereld, zelfs naar verheven hoogten in het spirituele

rijk en opnieuw afdalen in zwakheid en ellende door toe te laten datarrogante, zelfzuchtige en verdorven gedachten bezit van hem nemen.Overwinningen die worden verkregen door juist denken kunnen alleendoor waakzaamheid worden gehandhaafd. Velen bezwijken zodra succesis verzekerd en vallen snel terug in mislukking. Alle prestaties, of het nuin de zakelijke, intellectuele of spirituele wereld is, zijn het resultaat vanvastberaden gerichte gedachten, worden door dezelfde wet bestuurd enzijn onderworpen aan dezelfde methode. Het enige verschil ligt in het te bereiken doel. Wie weinig zou willen bereiken hoeft maar weinig op tegeven; wie veel zou willen bereiken moet veel opgeven. Wie het hogerewil bereiken moet zeer veel opofferen.

Visies en idealenDromers zijn de verlossers van de wereld. Zoals de zichtbare wereldwordt ondersteund door de onzichtbare, zo wordt de mensheid door alhaar beproevingen, zonden en laagheden heen gevoed door de prachtigevisioenen van hun individuele dromers. De mensheid mag haar dromersniet vergeten; zij mag hun idealen niet laten vervagen en uitsterven; zijleeft in hen; zij kent hen via de realiteiten die ze op zekere dag zal zien enherkennen.

Componist, beeldhouwer, schilder, dichter, profeet, wijze; zij zijn de

makers van het hiernamaals, de architecten van de hemel. De wereld ismooi omdat zij hebben geleefd. Zonder hen zou de zwoegende mensheidvergaan. Wie een mooi visioen, een verheven ideaal in zijn hart koestert,zal het ooit verwerkelijken. Columbus koesterde een visie over eenandere wereld en hij ontdekte die. Copernicus koesterde de visie vaneen veelheid aan werelden en een ruimer universum en hij onthuldehet. Boeddha aanschouwde het visioen van een spirituele wereld vansmetteloze schoonheid en volmaakte vrede en hij trad er binnen. Koesteruw visies; koester uw idealen. Koester de muziek die zich in uw hart roert,

54

Page 21: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 21/48

 

de schoonheid die zich in uw denken vormt, de pracht die uw zuiverstegedachten omkleedt. Want daaruit zullen alle heerlijke omstandighedengroeien, alle hemelse omgevingen; hiermee zal uiteindelijk uw wereldworden opgebouwd, als u ze trouw blijft. Verlangen is verkrijgen; strevenis bereiken. Zullen de laagste begeerten van de mens de hoogste mate vanvervulling vinden en zijn zuiverste aspiraties ontkrachten door gebrek aan onderhoud? Zo zit de Wet niet in elkaar. Dat is onmogelijk. “Vraag enu zal gegeven worden.” Droom verheven dromen en zoals u droomt, zozult u worden. Uw visie is de belofte van wat u ooit zult zijn. Uw ideaalis de voorspelling van wat u uiteindelijk zult ontsluieren. De grootsteprestatie was aanvankelijk en een tijdlang een droom. De eik slaapt in deeikel; de vogel wacht in het ei. En in de hoogste visie van de ziel roert zich

een ontwakende engel. Dromen zijn de zaailingen van realiteiten.

Misschien zijn uw omstandigheden onaangenaam, maar ze zullen nietlang zo blijven als u slechts een ideaal waarneemt en ernaar streeft omhet te bereiken. U kunt niet innerlijk reizen en uiterlijk stilstaan. Neem bijvoorbeeld een jongeman die gebrek lijdt onder armoede en hard werk.Lange uren opgesloten in een ongezonde werkplaats, ongeschoold enhet ontbreekt hem aan elke vaardigheid tot verfi  jning. Maar hij droomtvan betere dingen. Hij denkt aan intelligentie, aan verfi  jning, aan gratieen schoonheid. Hij stelt zich een ideale levenssituatie voor of bouwtdie mentaal op. He beeld van ruimere vrijheid en een groter perspectief 

neemt bezit van hem; onrust spoort hem aan om te handelen en hijgebruikt al zijn vrije tijd en middelen, hoe armzalig die ook zijn, om zijnlatente krachten en vermogens te ontwikkelen. Al gauw is zijn denkenzo veranderd dat de werkplaats hem niet langer kan vasthouden. Dieis zo onharmonieus met zijn geestestoestand geworden dat die wegvaltuit zijn leven, zoals een kledingstuk wordt afgedankt. Door de groei vanmogelijkheden die passen bij de bewegingsruimte van zijn toenemendekrachten, stapt hij er voorgoed uit. Jaren later zien we deze jongemanals een volwassen man. We bemerken in hem een meester van bepaaldegeestelijke vermogens die hij uitoefent met wereldwijde invloed enhaast onvergelijkbare kracht. In zijn handen houdt hij de touwtjes van

gigantische verantwoordelijkheden. Hij spreekt en zie: levens wordenveranderd. Mannen en vrouwen hangen aan zijn lippen en zijn woordenhervormen hun karakters. Net als de zon wordt hij het vaste en stralendemiddelpunt waaromheen ontelbare lotsbestemmingen zich wentelen. Hijis de verwezenlijking van zijn jeugdvisioen geworden. Hij is één metzijn ideaal geworden. Ook u zult het droombeeld van uw hart -en nietslechts de nutteloze wens- verwezenlijken, of deze nu laag of mooi is, of een mengeling van beide. Want u zult altijd aangetrokken worden in derichting van datgene wat u in het geheim het meeste liefheeft. De exacte

55

Page 22: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 22/48

 

resultaten van uw eigen gedachten zullen in uw handen geplaatst worden.U zult datgene ontvangen wat u verdient; niets meer, niets minder. Watuw huidige omgeving ook mag zijn, u zult met uw gedachten, uw visie,uw ideaal, vallen, blijven of opklimmen. U zult net zo klein worden als de

 begeerte die u beheerst of net zo groot als uw overheersende aspiratie.

Zij die onnadenkend, onwetend en lui zijn, zien alleen de schijnbaregevolgen van dingen en niet de dingen zelf, en spreken over geluk of fortuin en toeval. Als ze een mens rijk zien worden, zeggen ze: “wat eengeluksvogel!”. Als ze een ander gadeslaan die geschoold wordt, roepenze uit: “wat wordt hij toch voorgetrokken”. En bij het zien van het heiligekarakter en grote invloed van een ander, merken ze op: “het toeval helpt

hem voortdurend”. Ze zien niet de beproevingen, mislukkingen enworstelingen waarmee deze mensen te maken hebben gehad teneindehun ervaring te verwerven. Ze hebben geen idee van de opofferingendie ze zich hebben getroost, van de onversaagde inspanningen die zehebben geleverd, van het geloof dat ze hebben uitgeoefend zodat zij hetschijnbaar onoverkomelijke konden overwinnen en de visie van hun hartverwerkelijken. Ze kennen de duisternis en het hartzeer niet. Ze zienalleen het licht en de vreugde en noemen het ‘geluk’. Ze letten niet op delange, inspannende reis, maar aanschouwen alleen het aangename doelen noemen het ‘voorspoed’ Ze begrijpen het proces niet, maar nemenalleen het resultaat waar en noemen het ‘toeval’. In alle menselijke zaken

zijn er inspanningen en zijn er resultaten. De kracht van de inspanningis de maatstaf voor het resultaat. Toeval bestaat niet. Gaven, krachten,materiële, intellectuele en spirituele bezittingen zijn de vruchten vaninspanning. Het zijn voltooide gedachten, bereikte doelen, verwerkelijktevisies. De visie die u in uw geest verheerlijkt, het ideaal dat in uw harttroont, hiermee zult u uw leven bouwen; dit zult u worden.

SereniteitKalmte in het denken is één van de mooie juwelen van wijsheid. Het ishet resultaat van lange en geduldige inspanning in zelfbeheersing. Deaanwezigheid ervan is een aanduiding van gerijpte ervaring en van een

meer dan gewone kennis van de wetten en werkingen van het denken.Een mens wordt kalm in die mate waarin hij zichzelf opvat als een uitdenken voortgekomen wezen, want zulke kennis verplicht hem om ook anderen als het product van hun denken te begrijpen. Terwijl hij een juist begrip ontwikkelt en de interne relaties van dingen door de werking vanoorzaak en gevolg steeds duidelijker ziet, houdt hij op met zich druk te maken, ophef en woedeuitbarstingen te veroorzaken, zich zorgen temaken en wrok te koesteren. Hij blijft evenwichtig, bedaard en sereen.

56

Page 23: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 23/48

 

De kalme mens, die geleerd heeft zichzelf te besturen, weet hoe zichaan te passen aan anderen. Zij hebben op hun beurt ontzag voor hunspirituele kracht, voelen dat ze van hem kunnen leren en op hem kunnenvertrouwen. Hoe rustiger een mens wordt des te groter zijn succes, zijninvloed en zijn macht ten goede. Zelfs de gewone handelaar zal merkendat de bloei van zijn zaak toeneemt naarmate hij meer zelfbeheersing engelijkmoedigheid ontwikkelt, want mensen zullen er altijd de voorkeuraan geven om handel te drijven met iemand wiens houding billijk is. Desterke kalme mens is altijd geliefd en wordt gerespecteerd. Hij is als een

  beschuttende boom in een dor landschap, of een beschermende rots ineen storm. Wie houdt niet van een rustig hart, van een goedgehumeurd,evenwichtig leven? Het doet er niet toe of het regent of de zon schijnt, of 

welke veranderingen tot hen komen die deze zegeningen bezitten wantze zijn altijd sereen en kalm. Dat verfi jnde evenwicht van karakter dat wesereniteit noemen is de laatste les in beschaving. Het is de bloesem vanleven, de oogst van de ziel. Het is zo kostbaar als wijsheid, begeerlijker danzelfs het fi jnste goud. Hoe onbelangrijk lijkt het louter zoeken naar geld invergelijking met een sereen leven. Een leven dat in de oceaan van waarheidverblijft, beneden de golven, buiten bereik van stormen, in de EeuwigeKalmte! Hoeveel mensen kennen we niet die hun leven verzuren, die allesvernielen door een explosief temperament, die hun karakterbeheersingvernietigen en kwaad bloed zetten! Het is de vraag of de meerderheid vande mensen hun levens niet ruï neren en hun geluk bederven door gebrek 

aan zelfbeheersing. Hoe weinig mensen ontmoeten we in het leven dieevenwichtig zijn, die dit verfi jnde gedrag hebben dat kenmerkend is voorhet afgeronde karakter. Ja, de mensheid bruist van onbeheerste passie, isonstuimig door stuurloos verdriet, wordt heen en weer geblazen doorangst en twijfel. Alleen de wijze mens, alleen degene wiens gedachten beheerst en gezuiverd zijn, zorgt dat de winden en de stormen van de zielhem gehoorzamen. Zielen die door stormen gegrepen zijn, waar jullie ook mogen zijn, onder welke omstandigheden jullie ook mogen leven, weetdat in de oceaan van het leven de eilanden van gelukzaligheid glimlachenen dat de zonnige kust van jullie ideaal jullie komst verwacht. Houd jehanden stevig vast aan het roer van je denkvermogen. In de kern van jullie

ziel rust de Meester die bevel voert; hij slaapt alleen maar. Wek hem op.Zelfbeheersing is een krachtbron. Juist denken is meesterschap. Kalmte betekent kracht. Zeg tegen uw hart: “Vrede. Wees stil” 

 James Allen

lL lL lL

57

Page 24: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 24/48

 

Individualiteit en Nirvana

[Onderstaand artikel is een vertaling van een brief van Damodar K.Mavalankar aan W.Q. Judge, d.d. 6 september 1881, oorspronkelijk verschenen in The Path (januari 1896) onder de titel “Some Views of an

Asiatic”, en later gepubliceerd in S. Eek, Damodar and the Pioneers of theTheosophical Movement  , TPH, Madras, 1965. p.65, alsook in TheosophicalArticles and Notes  , Los Angeles, The Theosophy Co., 1985, p.257. Indeze brief geeft Damodar niet alleen uitleg over de metafysischegrondbeginselen van de theosofie, maar staat hij ook stil bij enkeleminder bekende leringen over nirvana. De verklarende voetnoten zijndeels van de redactie van The Path (van de heer Judge) en deels van deredactie van Theoso fie. Damodar. K. Mavalankar was één van de jongsteen ijverigste werkers in de oorspronkelijke Theosophical Society. Nadat hijin contact was gekomen met H.P.Blavatsky en haar als esoterisch leraar(h)erkende, heeft hij afstand genomen van het Indische kastensysteem

waarin hij als brahmaan was opgevoed. Vanaf het moment dat hij lidwerd van de Theosophical Society heeft hij zich ononderbroken ingezetvoor de verspreiding van de theosofie. Al vlug bleek uit zijn levenswijze,zijn onvermoeibare toewijding en zijn begrip van de occulte filosofie, eenuitzonderlijke geschiktheid voor esoterisch leerlingschap. Dat hij door deMeesters van Wijsheid werd gezien als een voorbeeld voor iedere theosoof,

 blijkt uit de volgende woorden van Mahatma K.H.: ”De ‘Broeders’ willendat ik U allen, inheemsen  , meedeel dat tenzij iemand bereid is een echtetheosoof te worden, d.w.z. te doen zoals D. Mavalankar deed, -de kaste enzijn oude bijgeloven volledig op te geven en zich een waar hervormer tetonen (vooral in het geval van het kinderhuwelijk)- , hij eenvoudig een lidvan de Society zal blijven, zonder enige hoop ooit iets van ons te horen.”(A.T. Barker, De Mahatma Brieven aan A.P. Sinnet , TUP, 1979, p.514). Na eenproefperiode van 7 jaar kreeg hij in februari 1885 -hij was toen 27 jaar- vanzijn Meester de opdracht naar Tibet te reizen, om daar zijn scholing alsaangenomen chela (leerling) verder te zetten. Wat er na zijn vertrek methem is gebeurd, is niet precies bekend. In een brief aan Sinnet (17 maart1885) maakt HPB evenwel de volgende opmerking: “Gelukkige Damodar!Hij ging naar het land van Gelukzaligheid, naar Tibet en moet nu ver wegzijn in de oorden van onze Meesters. Ik verwacht niet dat iemand hem nuooit nog zal zien.” (De Mahatma Brieven aan A.P. Sinnet  , p.521). Een jaar

Metafysica

58

Page 25: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 25/48

 

later verscheen in The Theosophist van juli 1886 een mededeling van H.S.Olcott en T. Subba Row dat Damodar veilig zijn bestemming had bereikt.In The Theosophist van januari 1888 merkt Olcott op dat Damodar reedsdrie jaar verblijft in de Ashram van zijn Geestelijke Leraar, en in een brief aan haar oude vriend Khandalavada (november 1889) ontkent HPB degeruchten dat Damodar de reis naar Tibet niet zou hebben overleefd. Zijschrijft bovendien dat “Damodar vanaf zijn laatste geboorte klaar was hethoogste PAD te betreden.” (The Theosophist , augustus, 1932, pp.623-4).]

()

Mijn beste Judge,

Ik heb uw brief van 11 juli ontvangen. U vraagt me naar mijn overtuigingover “re ï ncarnatie”. Dit is een ingewikkelde zaak en daarom moet ik ueen duidelijke uiteenzetting geven van mijn volledige levensvisie. Omte beginnen ben ik een Panthe ï st en geen The ï st of een De ï st. Ik geloof dat het hele Universum God is. U moet echter wel begrijpen dat hetwoord “God” voor mij niet dezelfde betekenis heeft die daaraan doorWesterlingen wordt gegeven. Onder God versta ik de Natuur of hetUniversum en niets meer. Daarom zou ik misschien beter een ”Naturalist”kunnen worden genoemd. Volgens mij is het niet mogelijk dat er een

 buitenkosmische God bestaat. Als die wel zou bestaan, zou de harmonieof het evenwicht in de natuur niet in stand kunnen worden gehoudenen zou het gehele Universum, in plaats van een harmonieus geheel, eenToren van Babel zijn. Zo’n harmonie kan alleen behouden blijven door dewerking van de Onveranderlijke Wetten van de Natuur. En als de Wettenvan de Natuur onveranderlijk zijn, dan zijn ze blind en hebben ze geenleiding nodig.1 Hieruit volgt dat het bestaan van een buitenkosmischeGod onmogelijk is. Voor zover ik dit kan begrijpen, is dit de voornaamstelering en grondstelling van de Arische Filosofie.2 De Arische en Semitischefilosofieën verschillen van mening over dit fundamentele idee. Terwijl deeerste panthe ï stisch is en dus het bestaan van een buitenkosmische god

niet erkent, is de laatste monothe ï stisch en aanvaardt zij dat er buiten dekosmos een intelligente Schepper bestaat. In hoeverre de ene visie meerwaar is dan de andere weet ik niet, maar ik accepteer de eerste visie omdatdeze, zoals ik het begrijp, een logisch standpunt inneemt, terwijl de laatstemeer een kwestie is van blind geloof.

1 Hier moet het gebrek aan kennis van de Engelse taal in aanmerking genomen worden.

Wat hier wordt bedoeld, is dat de inherente impuls naar zijn eigen wetten handelt zonder

enige buitencosmische inmenging als gids. [Red. The Path]2Arisch betekent hier het oorspronkelijke Indogermaanse ras in Noord-India [Red.Theoso fie]

59

Page 26: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 26/48

 

Sommige panthe ï sten erkennen het bestaan van twee bestaansvormen,namelijk Stof en Geest. Maar als ik dieper nadenk over dit onderwerpkom ik tot de conclusie dat deze zienswijze niet geheel logisch is. Wantvoor zover ik het begrijp, kan er maar één Oneindig Bestaan zijn en geentwee. Noem het Stof of Geest, of welke naam u er ook aan wilt geven,het is één en hetzelfde. Want wie kan er bepalen dat dit Geest en dat Stof is? Kun je ergens een lijn trekken tussen die twee?3 Neem het volgendevoorbeeld. IJs is een grove vorm van materie. Als het een beetje verfi jnd isdan krijg je water, wat we nog altijd materie noemen. Op een hoger niveaukrijg je damp, maar dat is nog steeds materie. En nog hoger wordt het deatmosfeer, maar ook dat is materie. Vervolgens wordt het ether, maar nogsteeds is het materie, en zo kun je doorgaan ad in finitum.4 Meer en meer

gesublimeerd bereikt het zijn hoogtepunt in het proces van vergeestelijking.Maar het wordt nooit ”niets”. Want als dit zo zou zijn, zou er een momentkomen waarop het gehele Universum niets zou worden. En als dat zo is,dan is het Universum niet oneindig, aangezien het ooit een einde heeft.Als het echter een einde heeft, dan moet het ook een begin hebben. Maarals het een begin heeft, moet het zijn geschapen en moeten we dus het

  bestaan van een buitenkosmische Godheid aanvaarden, hetgeen, zoalszonet is opgemerkt, een onlogisch standpunt is. Zo ontdekken we dus oplogische gronden dat de hoogst gesublimeerde vorm van stof niet “niets”kan zijn. In dat geval heeft de stof zo’n hoge vorm van Sublimatie of “Vergeestelijking” bereikt dat iedere verdere activiteit het zou verdichten

in plaats van verfi jnen.

Wat doorgaans onder het woord “Geest” wordt verstaan is niets andersdan die vergeestelijkte vorm van stof, die we met onze eindige zintuigenniet kunnen vatten. Maar het blijft nog steeds materie voor zover het nogaltijd “iets” is en het de mogelijkheid heeft zich te verdichten. Sommigen

  beweren dat deze termen gebruikt worden om de twee extremetoestanden van stof aan te duiden. Maar dan kan ik met mijn beperktezintuigen niet begrijpen waar je de lijn trekt tussen Geest en Stof. En daarde gradaties oneindig zijn, moet ik als een onvolmaakt eindig wezen dezepoging tot begrijpen opgeven. Kortom: er is slechts één eeuwig Oneindig

Bestaan, of je dat nu Geest of Stof noemt. Ik noem het Stof daar deze3 Vgl. “De Eenheid van Bewustzijn en Materie”, Theoso fie, Winter 2003, Vol 5, Nr 1, pp.4-

17. [Red. Theoso fie]4 Of in de woorden van Mahatma K.H.( De Mahatma Brieven aan A.P. Sinnet , p.154): “In

het boek van Kiu-te, wordt de Geest de uiterste sublimatie van de stof genoemd, en stof 

de kristallisatie van de geest. En er kan geen betere illustratie worden gegeven dan in het

zeer eenvoudige verschijnsel van ijs, water, damp en de uiteindelijke verspreiding van

de laatste, een verschijnsel dat zich in omgekeerde volgorde herhaalt in opeenvolgende

openbaringen en dan de val van de Geest in de stof, of het wordingsproces, wordt

genoemd.” [Red. Theoso fie]

60

Page 27: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 27/48

 

term zoals deze gewoonlijk wordt begrepen het meest geschikt is voormijn verdere uiteenzetting. Stof noemen wij, zoals u weet, een  Maya. Nuzijn er sommigen die beweren dat stof illusoir en tijdelijk is wanneer heteen vorm en gedaante heeft aangenomen, en dat stof om die reden nietecht bestaat. Ik ben het daarmee niet eens. In mijn opinie -en dat is dievan elke rationele metafysicus- is het het enige Bestaan. Het wordt slechts

  Maya genoemd door deze Transformaties.5 Het staat nooit stil. Het Proces isaltijd actief.6 De ene Oneindige Verzameling van stof wordt in sommigeaspecten grover en in andere meer en meer vergeestelijkt. De Cirkelondergaat zijn eeuwige kringloop en er is niets dat hieraan ontsnapt. Alles

 blijft binnen zijn grenzen door de activiteit van de Middelpuntzoekendeen Middelpuntvliedende Krachten. De vormen veranderen maar deInnerlijke substantie blijft dezelfde.7 

U zult natuurlijk vragen wat het nut is van goed of slecht te zijn als deNatuur haar eigen verloop heeft? Onze zielen zullen toch op het juistemoment etherischer worden. Maar wat is een Ziel? Is zij stoffelijk of onstoffelijk? Voor mij is ze stoffelijk want, zoals zonet is opgemerkt, bestaater niets onstoffelijks. Wat is ze dan? Voor zover ik het kan begrijpen, is zeeen verzameling van alle eigenschappen tegelijk met datgene wat onshet bewustzijn verschaft dat wij zijn. En zoals Gedachte Stof is, zo is ook iedere eigenschap Stof. Men kan zich dan afvragen of onze zielen zich ophet juiste moment zullen vergeestelijken. Welnu, laat ons hier opnieuw

het voorbeeld van het ijs nemen. Dit is de meest grofstoffelijke vormvan stof. Wij zeggen dat het water wordt. Maar zou dit gebeuren als hetniet met warmte in aanraking kwam? Absoluut niet. De werking van demiddelpuntzoekende kracht is sterk en houdt de ijsdeeltjes samen. Hetheeft de werking van de middelpuntvliedende kracht nodig en dat gebeurtals er hitte wordt toegevoegd. Als het ijs op een koude plaats zou blijvenzou het niet veranderen totdat door toeval de Zonnestralen of iets andersvoor warmte zouden zorgen. Dit geldt ook voor de mens. De werking vande middelpuntzoekende kracht houdt ons in onze grofstoffelijke vorm.

5 Zie ook: “De Eenheid van Bewustzijn en Materie”, Theoso fie, Winter 2003, Vol 5 Nr 1,

p.9-10. [Red. Theoso fie]

6 Mahatma K.H. zegt hierover ( De Mahatma Brieven aan A.P. Sinnet , p.62): “Wij wetendat de stof eeuwig is, d.w.z. geen begin had (a) omdat de stof de Natuur zelf is (b) omdat

wat zichzelf niet kan vernietigen en onvergankelijk is, noodzakelijkerwijs bestaat – en

daarom noch een begin noch een einde kan hebben (c) omdat de som van ervaringen

van talloze eeuwen en die van de exacte wetenschap ons tonen dat de stof (of natuur)

handelt door haar eigen bijzondere kracht, en dat geen atoom ervan ooit in een staat van

absolute rust verkeert en daarom altijd bestaan moet hebben, d.w.z. dat haar stoffelijk

aspect voortdurend andere vormen, combinaties en eigenschappen vertoont, maar dat de

beginselen of elementen ervan volstrekt onvernietigbaar zijn.” [Red. Theoso fie]7 Zie ook: “Wat is Leven?”, in Theoso fie, Lente 2004, Vol 6, Nr 2, p.54. [Red. Theoso fie]

61

Page 28: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 28/48

 

Als we willen vergeestelijken hebben we de middelpuntvliedende krachtnodig en dat is onze WIL. Dit is het eerste beginsel van het OCCULTISME.

 Juist zoals onze Zielen etherischer worden door de werking van onze Wil,zo is alles het resultaat van iets anders. De Wet van Oorzaak en Gevolgregelt de activiteit van de werking van de Kringloop van Stof. Niets kan

  bestaan zonder deze Wet. Alles is in zichzelf tegelijkertijd een oorzaak én een gevolg. Neem nu bijvoorbeeld hitte. Het is er de oorzaak vandat ijs smelt tot water en het is tegelijkertijd het gevolg van een anderekracht. Het ontstond niet uit het niets. Dus hoe kunnen wij onszelf danvergeestelijken? Door het bestuderen van de werking van Oorzakenen Gevolgen en door daarnaar te handelen. Met andere woorden: doorkennis te verkrijgen over de Krachten van de Natuur, in één woord: door

het bestuderen van occultisme.

 Je zou kunnen vragen of we niet hoger en hoger kunnen klimmen zonderoccultisten te zijn? Dan is mijn antwoord: zeker niet tot die hoogte dieeen occultist kan bereiken. Wens je hoger te stijgen? Wel, zoals hierbovenis opgemerkt, dit betreft enkel het eerste beginsel van het occultisme, enzoals de ene stap je een zekere vooruitgang brengt, zal meer kennis je toteen grotere vooruitgang leiden, want ieder gevolg moet in verhoudingstaan tot de oorzaak die het heeft voortgebracht. Zoals gezegd, de werkingvan stof gaat altijd voort. Op ieder moment trekken wij verschillendesoorten stoffelijke atomen aan en stoten ze ook weer af. De vele verlangens

van iemand die geen occultist is, zullen er de Oorzaak van zijn dat hijonbewust die stoffelijke atomen aantrekt die niet geschikt zijn voor zijnhogere ontwikkeling. Op dezelfde manier is het mogelijk dat hij de doorhem uitgezonden atomen een zodanige neiging meegeeft, dat deze zichzullen mengen met andere atomen van dezelfde negatieve aard waardoorindividuen die daardoor worden be ï nvloed onterecht zullen moeten lijdenvoor fouten die zij niet hebben begaan. Een Occultist heeft beide processenonder controle. Hij is Meester over de Situatie. Hij wordt niet geleid doorde blinde Krachten van de Natuur. Hijzelf leidt deze Krachten. En doordathij hun werking kent kan hij voorwaarden scheppen die hem helpen om“Nirvana” te bereiken.8 

Maar wat is Nirvana? Ik bedoel met Nirvana geen plaats maar eentoestand. Het is die toestand waarin we zo vergeestelijkt zijn dat, in plaatsvan slechts een uitdrukkingsvorm te zijn van het ene Eeuwige Bestaan, wevolledig zijn opgenomen in de Totaliteit of HET GEHEEL zijn geworden.Er is nog een andere reden waarom een gevorderd occultist superieur isaan diegene die tevreden is met de hierboven vermelde eerste stap. Hoe

8 Er wordt gezegd dat de Buddha Nirvana heeft bereikt voor hij de aarde verliet, dus was

hij sindsdien altijd al vrij. [Red. The Path].

62

Page 29: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 29/48

 

meer hij de Wetten van de Natuur en hun werking heeft bestudeerd en begrepen, des te meer hij in de mogelijkheid is om de Mensheid te helpen.Terwijl de eerste al tevreden is met zijn eigen vooruitgang, vindt de verdergevorderde occultist zijn geluk in het welzijn van de Mensheid, die hijvooruithelpt en begeleidt. U kunt zich afvragen waarom we ons moeten

 bezighouden met de studie van het occultisme enzovoort, als er toch eentijd moet komen waar het proces van evolutie overgaat in dat van involutie;en als dat gebeurt zal toch alles, en dus ook wij, opgaan in Nirvana? Erzijn twee redenen om het toch te doen. Ten eerste weten we niet wanneerhet proces van involutie zal beginnen, misschien zullen er miljoenen enmiljarden jaren verstrijken voordat alles in Nirvana zal opgaan. Wie weetdoor hoeveel transformaties wij nog zullen moeten gaan, want Stof is nooit

hetzelfde maar verandert steeds van vorm. De praktische occultist bereiktdeze toestand in een relatief korte tijd. Ten tweede, als alles in Nirvana zalzijn, zal ik het niet zijn die Nirvana bereikt. Hier moet ik opmerken dat ik geloof dat de mens alleen in dit leven en geen ander Nirvana kan bereiken.U zal zich dan afvragen waar ik dan uiteindelijk naar toe ga, als ik enigetijd na mijn dood niet naar Nirvana ga? Mijn antwoord is, dat als ik mijnIndividualiteit niet behoud, ik ze zal verliezen. Mijn [Geestelijk] Ego blijft,maar mijn Individualiteit gaat verloren. Ik verlies datgene dat mij op ditogenblik het bewustzijn verschaft dat ik Damodar ben en dat ik als zodanig

 besta.9 Mijn Geestelijke Ziel of Ego, indien zuiver en goed, zal vergeestelijktworden en Nirvana bereiken, maar het zal niet langer de Individualiteit

van Damodar zijn die deze staat bereikt. Dus moet ik deze Individualiteit behouden tot ik de Nirvanische staat bereik.10 Het Occultisme leert hoe je9 Uit de context blijkt dat D.K. Mavalankar het woord Individualiteit hier niet gebruikt als

een synoniem voor het Geestelijke Ego, maar in de betekenis van de persoonlijke identiteit  

van de mens, of zoals hij zelf aangeeft: “datgene dat mij op dit ogenblik het bewustzijn

verschaft dat ik Damodar ben en dat ik als zodanig besta.“ Zie ook hierna voetnoot 12. De

filosoof Franklin Merrell-Wolff zegt hierover (in zijn Experience and Philosophy, SUNY,

1994, p.174): “Vaak wordt de fout gemaakt de overmeestering van egoïsme te beschouwen

als het equivalent van de vernietiging van individualiteit. Met andere woorden: Bevrijding

wordt dan gezocht als een toestand van zuiver Universeel Bewustzijn zonder enig element

van zelf-bewustzijn. Het is mogelijk dit te bereiken, maar een dergelijk pad resulteert in

een toestand die lager is dan de hoogste lotsbestemming van de mens. Individualiteit,

de essentiële basis van zelf-bewustzijn of het vermogen te weten dat men weet, kanworden behouden in een vorm die zodanig is bevrijd van de droesem van egoïsme dat zij

zich vermengt met Universeel Bewustzijn. In dit geval is de microcosmos als het ware

gesmolten, zodat deze niet langer gekristaliseerd is, maar blijft zij niettemin bestaan als

een vloeiende draaikolk of kracht, die weliswaar voortdurend één is met de Universele

Kracht, maar die zich toch in een bepaald opzicht als een draaikolk daarvan onderscheidt.

Dit is het Pad dat leidt tot de hoogste Lotsbestemming van de mens.” [Red. Theoso fie].10 Vergelijk dit met de volgende uitspraak in De Geheime Leer (deel I, Eng.p.53-54): “Men

moet bedenken dat paranishpanna het summum bonum is, het Absolute en dus hetzelfde als

paranirvana. Het is behalve de eindtoestand tevens die toestand van subjectiviteit die met

63

Page 30: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 30/48

 

dat moet doen. Ik ben niet uit Niets ontstaan. De deeltjes waaruit ik bengevormd, hebben altijd al bestaan en toch weet ik niet in welke vorm zijtevoren bestonden. Waarschijnlijk zijn zij door miljoenen en miljardentransformaties gegaan.11 En waarom weet ik dat nu niet? Omdat ik mijnIndividualiteit niet heb behouden. Ik heb de werking van de kracht nietgevoed, die de desintegratie van mijn Individualiteit12 zou hebben belet.Het Occultisme geeft ons die Sleutel. Als ik overeenkomstig handel zalik Nirvana bereiken. Maar dan zal ik niet eeuwig in die toestand blijven.Want het is oneerlijk dat we voor de handelingen van enkele jaren eeuwig

 beloond of gestraft zouden worden. Hoe lang kan een mensenleven duren?Niet meer dan vierhonderd jaar. Zou het dan eerlijk zijn dat mijn dadenvan zo’n korte periode voor eeuwig zouden worden beloond of bestraft?

Want wat zijn zelfs miljarden jaren in vergelijking met de eeuwigheid?

Nu zou je kunnen vragen wat het nut is Nirvana te bereiken als we weermoeten terugkomen? Er zijn twee redenen. Ten eerste, ik zal een tijdje inNirvana blijven zolang als de werking van de Kracht mij daar houdt. Metandere woorden: ik zal daar blijven als resultaat van de kracht van mijnpoging om er te geraken; het gevolg moet altijd in verhouding staan tot deoorzaak. Hier kun je weer vragen of we dit proces niet ad in finitum kunnenvolhouden? Natuurlijk kan dat niet, want de Wet van Uitputting moetzich voltrekken.13 Alles wat je doet moet zich voltrekken ten koste van iets

niets anders verband houdt dan de ene absolute waarheid (para-mârthasatya) op haar eigen

gebied. Door die toestand verkrijgt men een juiste waardering van de volledige betekenis

van Niet-zijn dat, zoals werd verklaard, het absolute Zijn is. Vroeg of laat zal alles wat

nu schijnbaar bestaat, in werkelijkheid en in feite in de toestand van paranishpanna

zijn. Maar er is een groot verschil tussen bewust en onbewust ‘zijn’. De toestand van

paranishpanna zonder paramârtha, het zichzelf analyserend bewustzijn (svasamvedana),

is geen gelukzaligheid maar eenvoudig uitdoving (zeven eeuwigheden lang). Zo zal een

ijzeren bal die aan de verzengende stralen van de zon wordt blootgesteld, door en door

worden verhit, maar de warmte niet voelen of waarnemen, terwijl dit wel bij de mens het

geval is. Om zich te bevrijden van het persoonlijke bestaan, op te gaan in en één te worden

met het Absolute en in het volle bezit van paramârtha te blijven, moet men beschikken

over ‘een helder en door de persoonlijkheid niet verduisterd verstand’ en moet men ‘de

verdiensten van verscheidene levens, gewijd aan het Zijn als geheel (het hele levende en

bezielde Heelal) in zich hebben opgenomen”.11 Dat alle stofdeeltjes van het universum door miljoenen transformaties zijn gegaan en in

alle soorten vormen zijn geweest, is een oude bewering van de Adepten. H.P.B. wijst hier

op in Isis Ontsluierd en De Geheime Leer. Zij toont aan hoe de adepten materie kunnen

gebruiken en verwijst ook naar de proteïsche vorm die de astrale substantie kan aannemen.

[Red. The Path]12 Dit woord is gebruikt om de persoonlijkheden aan te duiden, de persoon in iedere

geboorte. Sinds het schrijven van de brief wordt het woord  Individualiteit meer gebruikt

voor het onvernietigbare deel. [Red. The Path]13 Als dit juist is -en ik ben het ermee eens- moet Nirvana eindigen net als Devachan en als

64

Page 31: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 31/48

 

anders, met andere woorden, je put een zekere hoeveelheid Energie uitwaarbij je een zeker Resultaat teweegbrengt. Ten tweede, terwijl je doordit proces gaat van vergeestelijking, geef je een zekere neiging mee aande deeltjes waaruit je bent opgebouwd. Deze neiging zal altijd blijventerugkeren, en zo zul je in iedere Kringloop d.w.z. in iedere Cyclus van

  je transformatie of Re ï ncarnatie dezelfde voordelen hebben die je kuntgebruiken om snel bevrijd te zijn. Door langer in de Nirvanische Toestandte blijven dan de meerderheid van de mensheid ben je in vergelijkingvrijer.14 Dus ieder bewustzijn dat eens volledig werd ontwikkeld zalmoeten ontbinden als het niet wordt behouden door de zuiverheid vanzijn opeenvolgende Ego’s, tot aan het bereiken van de Nirvanische staat.Ik geloof dat de volledige ontplooiing van mijn bewustzijn als Damodar

alleen mogelijk is op deze aarde15 en daarom moet iemand op deze aardeworden herboren als hij sterft voordat zijn bewustzijn is ontwikkeld. Endit is maar in twee toestanden mogelijk, namelijk: bij iemand die idiootis vanaf de geboorte of als men in de kinderjaren sterft. Er is echter nogeen derde toestand mogelijk en dat is de volgende. Veronderstel dat ik hetOccultisme bestudeer en ik bereik een zeker stadium waarin het mogelijk is mijn Individualiteit te behouden, en veronderstel dat mijn lichaam zouworden uitgeschakeld voor de praktische doeleinden ervan. Dan kanik met mijn kennis gelijk welk lichaam kiezen, want zoals hierboven isgezegd, is de toestand van Nirvana alleen te bereiken in dit aardse leven. Ik mag mij dan wel in een ander lichaam bevinden, maar mijn Individualiteit

zal dezelfde blijven als nu en ik zal mezelf kennen als Damodar.16

het eindigt dan moet het individu terugkomen naar één of ander gemanifesteerd gebied of 

wereld om verder te werken. [Red. The Path]14 Hier wordt de vergelijking gemaakt met de algemene toestand van alle mensenrassen.

Ze zijn niet steeds vrij. Volgens de mening van de schrijver is er een zekere vorm van

vrijheid als men in Nirvana is, maar hij verwijst naar andere en geheime leringen die hij

niet verklaart. [Red. The Path]15 Het feit is altijd aanvaard dat we alleen op de aarde de grote potentiële drie-eenheid

in ieder van ons kunnen verenigen, zodanig dat we er ons ook van bewust zijn, en dat

wanneer dat is gebeurd we over alle illusies in zowel naam of vorm, plaats of tijd of wat

dan ook zullen triomferen. [Red. The Path]16 Mahatma K.H beschrijft dit occulte proces van het verwerven van ‘persoonlijke’

onsterfelijkheid als volgt ( De Mahatma Brieven aan A.P. Sinnet , p.140-141): “het woord‘onsterfelijkheid’ [heeft] voor ingewijden en occultisten een heel andere betekenis. Wij

noemen alleen het ene Leven in zijn algemene collectiviteit en algehele of Absolute

Abstractie ‘onsterfelijk’; dat wat begin noch einde heeft, noch enige onderbreking in zijn

continuïteit. Is deze term op iets anders van toepassing? Zeker niet. Daarom gebruikten de

oude Chaldeeën verschillende voorvoegsels voor het woord ‘onsterfelijkheid’, waarvan

er één, de Griekse, de zelden gebruikte term is –  panaeonische onsterfelijkheid, d.w.z.

beginnend met de manvantara en eindigend met het  pralaya van het Zonne Heelal. Zij

heeft de duur van een aeon of ‘periode’ van onze pan of ‘gehele natuur’. Onsterfelijk is

hij, in de panaeonische onsterfelijkheid wiens eigen bewustzijn en waarneming van het

65

Page 32: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 32/48

 

Dit is denk ik nu voldoende voor u. Het is zeer moeilijk om dergelijkegedachten op papier te zetten, want het proces is inspannend. Dergelijkezaken dienen intu ï tief te worden begrepen en daarom zijn onzevoorstellingen daarover meer etherisch. Het eerste wat ik moet doen ismijn gedachten materialiseren, ze een vorm geven en ze dan neerschrijven.Ik moet ook denken aan de tegenwerpingen die zullen rijzen. Daaromvind ik het gemakkelijker rechtstreeks te discussiëren dan te schrijven of te spreken. Ik ben waarschijnlijk veel punten vergeten, maar ik heb u de

 belangrijkste ideeën weergegeven, zodat u vragen kunt stellen die ik graagzal beantwoorden. Ik moet u echter vragen alleen mij verantwoordelijk te stellen voor mogelijke vergissingen. Ik heb slechts Isis Ontsluierd enDe Hoger Krachten gelezen en heb HPB soms met anderen horen praten.

Van hen heb ik aanwijzingen gekregen. Maar het onderhavige werk ishelemaal van mijn hand. Als u denkt dat het goed of correct is, dan is allelof voor hen -onze Broeders- want de richtlijnen kwamen van hen en vanHPB. Als er vergissingen in staan dan is dat volledig mijn fout omdat ik hun leringen niet goed heb begrepen. Dit zou erop wijzen dat mijn intu ï tiemij in de steek laat. U vraagt mij naar mijn mening over het Westen? Wel,om eerlijk te zijn, ik kan geen hoge dunk hebben van een TheosophicalSociety die niet zonder kinderlijk ritueel kan!

Damodar K. Mavalankar

lL lL lL

 Zelf in welke vorm ook, nooit zelfs geen seconde wordt onderbroken tijdens de periode

van Egoïteit […] Het is voor het ogenblik voor U voldoende om te weten dat een mens,

een Ego als het Uwe of het mijne, onsterfelijk kan zijn van de ene tot de andere [evolutie]

Ronde. Laten we zeggen dat ik mijn onsterfelijkheid begin in de huidige vierde Ronde,

d.w.z. dat ik een volslagen adept ben geworden, (die ik helaas niet ben) dan weer ik de

hand van de Dood af wanneer ik wil, en als ik mij er tenslotte aan moet onderwerpen,

brengt mijn kennis van de geheimen van de natuur mij in de positie waarin ik mijn

bewustzijn en eigen waarneming van het Zelf, als voorwerp van mijn reflectief bewustzijn

en waarneming, behoud; en door zo het uiteenvallen van beginselen te vermijden, dat in

de regel na de stoffelijke dood van de gemiddelde mens plaatsvindt, blijf ik als Koothoomi

in mijn Ego tijdens de hele reeks geboorten en levens door de zeven werelden en  Arupa-

loka’s [vormloze gebieden], totdat ik tenslotte weer op deze aarde beland tussen de mensen

van het vijfde ras van de volledige vijfde Ronders. Ik zou in zo’n geval – ‘onsterfelijk’

zijn geweest voor een (voor U) ondenkbaar lange periode, die vele miljarden jaren omvat.

Maar betekent dit dat ‘ik’ daarmee werkelijk onsterfelijk ben? Tenzij ik op dezelfde wijze

te werk ga als nu, om opnieuw voor mijzelf vrijstelling te verkrijgen van de Natuurwet, zal

Koothoomi verdwijnen en misschien mijnheer Smith worden of een onschuldige Babu als

zijn verlof is verstreken. Er zijn mensen die zulke machtige wezens worden, er zijn mensen

onder ons die misschien voor de resterende tijd van de Ronden onsterfelijk worden, en dan

de hun toegewezen plaats innemen onder de hoogste Chohans, de Planetarische bewuste

‘Ego-Geesten’.” [Red. Theoso fie]

66

Page 33: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 33/48

 

Aan de Aartsbisschop van Canterbury [Naar aanleiding van de benoeming van Joseph Ratzinger tot pausBenedictus XVI publiceren we een open brief van H.P.Blavatsky aan deAartsbisschop van Canterbury, oorspronkelijk gepubliceerd in Lucifer ,

Vol. 1, No. 4, December 1887 (H.P.Blavatsky, Collected Writings  , Vol. VIII,Adyar, The Theosophical Publishing House, 1960, pp.268- 283). In deze  brief geeft HPB de theosofische visie weer op religie, het christendomen meer in het bijzonder op het instituut kerk. Zij brengt de lezer inherinnering dat theosofie de esoterische kern vormt van iedere religie,dus ook van het oerchristendom. Theosofie is dus niet anti-christelijk,zoals velen ten onrechte denken, maar wel anti-kerkelijk. HPB wijst invlijmscherpe bewoordingen op het wezenlijke onderscheid tussen de inoorsprong theosofische boodschap van Jezus de Christus en de geloofsleerdie door de kerk wordt gepredikt. Hoewel deze brief in 1887 is geschrevenen is gericht tot de geestelijk leider van de Anglicaanse Kerk, zal de lezerniet veel moeite ervaren om hem te lezen alsof hij anno 2005 voor pausBenedictus XVI is bedoeld.]

()

Gegroet! – Mijn Heer Aartsbisschop van heel Engeland,

Daar wij van mening zijn dat de tijd daarvoor gekomen is, maken wijgebruik van een open brief aan uwe Genade als middel om een korteverklaring omtrent het standpunt dat de Theosofie ten opzichte van hetChristendom inneemt aan u over te brengen, en via u aan de geestelijkheid,aan haar scharen en aan de Christenen in het algemeen, die ons als devijanden van Christus beschouwen.

Het is uwe Genade ongetwijfeld bekend dat Theosofie geen religie is,maar een filosofie die zowel religieus als wetenschappelijk is; en dat hetvoornaamste werk van The Theosophical Society tot dusver daarin heeftgelegen in iedere religie de eigen bezielende geest te doen herleven door hetstimuleren van en helpen bij het onderzoek naar de ware betekenis van deleringen en voorschriften ervan. Theosofen weten dat hoe dieper men in de

 betekenis van de dogma’s en ceremoniën van alle religies doordringt, des

Religie

67

Page 34: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 34/48

 

te groter hun overeenkomst wordt die er klaarblijkelijk aan ten grondslagligt, tot uiteindelijk een inzicht in hun fundamentele eenheid wordtverkregen. Deze gemeenschappelijke basis is geen andere dan Theosofie– de Geheime Leer van alle tijden, die verwaterd en vermomd om aande mogelijkheden van de massa en aan de eisen van de tijd tegemoet tekomen, de levende kern van alle religies is geweest. The Theosphical Society heeft afdelingen die respectievelijk worden gevormd door Boeddhisten,Hindoes, Mohammedanen, Parsen, Christenen en Vrijdenkers, die als

  broeders samenwerken op de gemeenschappelijke basis van Theosofie;en het is juist omdat Theosofie geen religie is, noch voor de massa deplaats van een religie kan innemen, dat het succes van de Society zo grootis geweest, niet alleen wat haar groeiend ledental en toenemende invloed

 betreft, maar ook met betrekking tot het uitvoeren van het werk dat zij opzich heeft genomen – het doen herleven van spiritualiteit in de religie, enhet cultiveren van het gevoel van BROEDERSCHAP onder de mensen.

Wij Theosofen geloven dat een religie een natuurlijk voorval in het levenvan de mens in zijn huidige staat van ontwikkeling is; en dat ondankshet feit dat in zeldzame gevallen individuele mensen zonder religieusgevoel geboren kunnen worden, een gemeenschap een religie moethebben, dat wil zeggen, een gemeenschappelijke band – op straffe van socialeverwording en materiële vernietiging. Wij geloven dat geen religieuzeleer méér kan zijn dan een poging om in de termen van onze aardse

ervaringen grote cosmische en spirituele waarheden op ons huidige  beperkte begripsvermogen over te brengen, die wij in onze normale  bewustzijnstoestand meer vagelijk aanvoelen dan werkelijk waarnemenen begrijpen; en een openbaring moet noodzakelijkerwijs, zo deze ietswil openbaren, tegemoetkomen aan dezelfde aardgebonden behoeftenvan het menselijk intellect. Daarom kan naar onze mening geen enkelereligie absoluut waar zijn, en geen enkele absoluut onwaar. Een religie iswaar naar de mate waarin deze in de spirituele, morele en intellectuele

  behoeften van de tijd voorziet en in deze opzichten de ontwikkelingvan de mensheid bevordert. Zij is onwaar naar de mate waarin zij dezeontwikkeling belemmert en het spirituele, morele en intellectuele deel van

de menselijke natuur krenkt. En de transcendentale spirituele ideeën vande leidende krachten van het Universum zoals deze door een Oostersewijze worden gekoesterd, zouden evenzeer een onware religie zijn voorde Afrikaanse wilde als de laag bij de grondse fetisjdienst van de laatstedit zou zijn voor de wijze, hoewel beide visies noodzakelijkerwijs relatief waar moeten zijn, omdat ze beide voor de respectieve individuen dehoogst bereikbare ideeën vertegenwoordigen van dezelfde cosmisch-spirituele feiten, die nooit in hun waarheid door de mens kunnen wordengekend zolang hij slechts mens blijft.

68

Page 35: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 35/48

 

Theosofen respecteren daarom alle religies, en zij koesteren een diepe  bewondering voor de religieuze ethica van Jezus. Het zou niet anderskunnen, want deze aan ons overgeleverde leringen zijn dezelfde alsdie van de Theosofie. In zoverre het moderne Christendom daaromhaar aanspraak waar maakt de praktische religie te zijn die door Jezuswerd onderwezen, staan de Theosofen er van harte achter. In zoverreals zij tegen die ethiek ingaat, zijn de Theosofen niets anders dan haartegenstanders. Iedere Christen kan, als hij wenst, de Bergrede vergelijkenmet de dogma’s van zijn Kerk, en de geest die eruit ademt met de principesdie deze christelijke beschaving bezielen en zijn eigen leven beheersen;en dan zal hij in staat zijn voor zichzelf te bepalen in hoeverre hij en deTheosofen het met elkaar eens zijn. Maar belijdende Christenen, in het

  bijzonder de geestelijken, schrikken ervoor terug deze vergelijking temaken. Als kooplieden die bevreesd zijn voor een faillissement, schijnenzij te vrezen een verschil in hun boekhouding te ontdekken, dat niet zoukunnen worden geëgaliseerd door materiële bezittingen af te wegen tegengeestelijke verantwoordelijkheden. De vergelijking tussen de leringen van

  Jezus en die van de Kerken is echter regelmatig gemaakt -en vaak metgrote geleerdheid en kritische scherpzinnigheid- zowel door hen die hetChristendom zouden willen afschaffen als door diegenen die het zoudenwillen hervormen; en de gezamenlijke uitkomst van deze vergelijkingen,zoals uwe Genade zeker zal weten, komt neer op het bewijs dat de leringender Kerken en de praktijken van de Christenen op bijna alle punten in

directe tegenstelling met de leringen van Jezus zijn.

Gewoonlijk zeggen wij tegen de Boeddhist, de Mohammedaan, deHindoe of de Pars; “Voor u ligt de weg naar de Theosofie in uw eigenreligie.” Wij zeggen dit, omdat deze overtuigingen een diep filosofischeen esoterische betekenis bevatten, die de allegorieën verklaart die aan hetvolk werden gegeven; maar tegen de Christenen kunnen wij niet hetzelfdezeggen. De opvolgers van de Apostelen hebben nooit de  geheime leer van

  Jezus opgetekend -de ‘mysteriën van het koninkrijk der Hemelen’- dieslechts aan hen (zijn apostelen) gegeven was te kennen.1 Deze werdenachtergehouden, uit de weg geruimd, vernietigd. Wat op de stroom

der tijd tot ons is gekomen, zijn de leerspreuken, de gelijkenissen, deallegorieën en de fabels, die Jezus uitdrukkelijk richtte tot de spiritueeldoven en blinden om later aan de wereld te worden verklaard, en die hetmoderne Christendom of geheel letterlijk neemt, of naar de grillen vande Vaders der wereldlijke Kerk interpreteert. In beide gevallen zijn ze alsafgesneden bloemen: ze zijn gescheiden van de plant waaraan ze groeiden,en van de wortel waaraan die plant zijn leven onttrok. Zouden wij daaromde Christenen aanmoedigen hun eigen religie voor zichzelf te bestuderen,

1  Marcus, iv, 11; Mattheüs, xiii, 11; Lukas, viii, 10.

69

Page 36: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 36/48

 

zoals wij de aanhangers van andere overtuigingen doen, dan zou nietkennis van de betekenis van de mysteriën er het gevolg van zijn, maar óf de herleving van middeleeuws bijgeloof en intolerantie, vergezeld van eenenorme uitbarsting van loze lipgebeden en preken -iets dergelijks als watde stichting van de 239 Protestantse sekten in Engeland alleen tot gevolghad- óf anders een grote toename van scepticisme, want het Christendomheeft geen aan zijn beoefenaars bekende esoterische grondslag. Want zelfsu, mijn Heer Aartsbisschop van Engeland, moet zich er pijnlijk van bewustzijn, dat u absoluut niet méér weet van die ‘mysteriën van het koninkrijk der Hemelen’ die Jezus aan zijn discipelen onderwees, dan het nederigsteen meest ongeletterde lid van uw Kerk.

Het is daarom gemakkelijk te begrijpen, dat de Theosofen niets inbrengentegen de politiek van de rooms-katholieke kerk, die enig zulk individueelonderzoek naar de betekenis van de ‘christelijke’ dogma’s verbiedt,noch tegen die van de Protestantse Kerken die dit afraadt, zoals dit bijde esoterische studie van andere religies wel het geval zou zijn. Met hunhuidige ideeën en kennis zijn belijdende Christenen niet in staat om metgoed gevolg een kritisch onderzoek naar hun geloof te ondernemen. Hetonvermijdelijke effect zou zijn, dat hun sluimerende religieuze gevoelenseerder verlamd zouden worden dan gestimuleerd; want bijbelkritiek envergelijkende mythologie hebben onomstotelijk aangetoond -tenminsteaan hen die geen gevestigde spirituele of tijdelijke belangen in de

handhaving van de orthodoxie hebben- dat de christelijke religie zoalsdeze nu bestaat, is samengesteld uit het kaf van het Juda ï sme, flardenheidendom en de half verteerde overblijfselen van het gnosticisme enneo-platonisme. Deze wonderlijke samenstelling welke zich geleidelijk vormde rond de opgetekende uitspraken (logia) van Jezus, is na verloopvan eeuwen, nu begonnen uiteen te vallen en af te brokkelen van hetpure en waardevolle juweel van theosofische waarheid, dat er zo langdoor werd bedekt en verborgen, maar deze noch kon vervormen nochvernietigen. Theosofie redt niet alleen deze waardevolle juwelen van hetlot dat dreigt voor het afval waarin ze zo lang opgesloten lagen, maarredt dat afval zelf van volledige ondergang; want ze toont aan dat het

resultaat van bijbelkritiek allesbehalve de uiteindelijke analyse van hetChristendom is, daar elk der stukken die het wonderlijke moza ï ek van deKerken samenstellen, eens tot een religie behoorden welke een esoterische

 betekenis had. Slechts indien deze stukken worden teruggevoerd tot deplaatsen die ze oorspronkelijk innamen, kan de verborgen betekenis ervanworden waargenomen en de werkelijke betekenis van de dogma’s van hetChristendom begrepen. Om dit alles te doen is echter een kennis vereistvan de Geheime Leer zoals deze bestaat in de esoterische grondslag vanandere religies; en deze kennis is niet in handen van de Geestelijkheid,

70

Page 37: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 37/48

 

want de Kerk heeft de sleutels verborgen, en sindsdien verloren.

Uwe Genade zal nu begrijpen waarom The Theosophical Society de studievan die Oosterse religies en filosofieën, die zo’n helder inzicht in deinnerlijke betekenis van het Christendom geven, tot één van haar drie‘doelstellingen’ heeft genomen; en u zult, hopen wij, ook inzien dat wijop deze wijze niet handelen als de vijanden, maar als de vrienden van dedoor Jezus onderwezen religie – in feite van het ware Christendom. Wanthet is slechts door de studie van die religies en filosofieën, dat Christenenooit tot een begrip van hun eigen geloof kunnen komen, of de verborgen

  betekenis van de gelijkenissen en allegorieën kunnen zien, die deNazarener aan de spiritueel kreupelen van Judea vertelde; en door deze

óf als nuchtere feiten óf als fantasieën te beschouwen, hebben de Kerkende leringen zelf belachelijk en verachtelijk gemaakt en het Christendom inernstig gevaar van volledige ineenstorting gebracht, ondermijnd als het isdoor historische kritiek en mythologisch onderzoek, naast het feit dat hetdoor de voorhamer der moderne wetenschap is vergruizeld.

Moeten dan de Theosofen zelf door de Christenen als hun vijandenworden beschouwd, omdat zij geloven dat het orthodoxe Christendom inhaar geheel genomen tegengesteld is aan de religie van Jezus; en omdatzij de moed hebben de Kerken te vertellen dat zij verraders zijn van deMEESTER die zij beweren te eerbiedigen en te dienen? In werkelijkheid

verre van dat. Theosofen weten dat dezelfde geest die de woorden van Jezus bezielde, latent aanwezig is in de harten van Christenen, zoals dezevan nature in het hart van ieder mens ligt. Hun fundamentele leerstellingis de Broederschap der Mensen, waarvan de uiteindelijke verwezenlijkingslechts mogelijk wordt door datgene wat lang voor het leven van Jezus

  bekend was als ‘de Christus-geest’. Deze geest is zelfs nu potentieel inieder mens aanwezig en zal tot activiteit worden gebracht als menselijkewezens niet langer door de scheidsmuren van strijd en haat die doorpriesters en prinsen zijn opgericht, worden weerhouden van begrip,waardering en sympathie voor elkaar.

Alle Kerken hebben vele nobele, opofferingsgezinde en deugdzamemannen en vrouwen, verlangend om naar hun inzichten en mogelijkhedengoed te doen in hun generatie en vol aspiratie naar hogere dingen dandie der aarde – volgelingen van Jezus ondanks hun Christendom. Voormensen als deze voelen de Theosofen de diepste sympathie; want slechtseen Theosoof, of anders een persoon van de delicate gevoeligheid en grotetheologische geleerdheid als uwe Genade, kan de enorme moeilijkhedenop waarde schatten, waarmee de tere plant van natuurlijk medelijden tekampen heeft als hij zijn wortel in de onsympathieke grond van onze

71

Page 38: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 38/48

 

christelijke beschaving dwingt en in de koude en dorre atmosfeer vantheologie tot bloei tracht te komen. Hoe moeilijk moet het bijvoorbeeldniet zijn om een God ‘lief te hebben’, zoals die in een bekende passage vanHerbert Spencer wordt afgebeeld:

“De wreedheid van een God der Fiji-eilanden, die, voorgesteld alsde zielen der doden verslindend, verondersteld mag worden tijdensdit proces marteling teweeg te brengen, is gering, vergeleken metde wreedheid van een God die mensen tot martelingen veroordeeltdie eeuwig zijn (…) De bezoeking over honderden generaties aande nakomelingen van Adam van vreselijke straffen voor een kleineovertreding die zij niet begingen, het verdoemen van ieder mens

die zichzelf niet bedient van een beweerde wijze van vergiffenisverkrijgen, waarvan de meeste mensen nooit hebben gehoord, en het

 bewerkstelligen van verzoening door een zoon te offeren die volstrektonschuldig was teneinde te voldoen aan de vermeende noodzaak vaneen zoenoffer, zijn handelwijzen die, indien zij aan een menselijkeheerser zouden worden toegeschreven, uitingen van afschuw teweegzouden brengen …”2

Uwe Genade zal zonder twijfel zeggen dat Jezus nooit de aanbidding vaneen dergelijke god heeft onderwezen. Hetzelfde zeggen wij Theosofen.Toch is het die god wiens eredienst of ficieel door u in de Kathedraal van

Canterbury wordt geleid, mijn Heer Aartsbisschop van Engeland; en uweGenade zal het zeker met ons eens zijn dat er inderdaad een goddelijkevonk van religieuze intu ï tie in de harten van mensen moet zijn, die hen instaat stelt zich zo goed te verweren tegen de dodelijke werking van zo’ngiftige theologie.

Indien uw Genade vanaf uw hoge troon een blik om u heen wilt werpen,zult u een christelijke beschaving waarnemen waarin een razende engenadeloze strijd van mens tegen mens niet alleen het duidelijke kenmerk is, maar het algemeen aanvaarde beginsel. Het is thans een aanvaardwetenschappelijk en economisch axioma, dat alle vooruitgang wordt bereikt

door de strijd om het bestaan en het overleven van de meest geschikte;en de meest geschikten om in deze christelijke beschaving te overlevenzijn niet degenen die beschikken over de kwaliteiten die door de moraalvan alle tijden als de beste worden beschouwd -niet de edelmoedigen,de mededogenden, de edelen van hart, de vergevingsgezinden, denederigen, de waarheidslievenden, de eerlijken en de vriendelijken- maarzij die het sterkst zijn in zelfzuchtigheid, in handigheid, in huichelarij, in

2 “Religion: A Retrospect and Prospect,” in the Nineteenth Century, Vol. XV, No. 83,

Januari 1884.

72

Page 39: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 39/48

 

 bruut geweld, in valse pretenties, in gewetenloosheid, in wreedheid en inhebzucht. De spirituelen en de altru ï sten zijn ‘de zwakken’, die door de‘wetten’ die in het universum heersen als voedsel worden gegeven aan deego ï sten en materialisten –’de sterken’. Dat ‘macht hebben gelijk staat aangelijk hebben’ is de enige gerechtvaardigde conclusie, het laatste woord vande negentiende eeuwse ethiek, want de wereld is een gigantisch slachtveldgeworden, waarop ‘de meest geschikten’ als gieren neerdalen om de ogenen de harten van degenen die in de strijd zijn gevallen uit te rukken. Maaktde religie een eind aan deze strijd? Drijven de Kerken de gieren terug, of troosten ze de gewonden en de stervenden? Aan religie kan nog niet hetgewicht van een veer worden toegekend in de hedendaagse wereld zoalsdeze in het algemeen is, wanneer werelds voordeel en zelfzuchtig plezier

in de andere schaal wordt gelegd; en de Kerken staan machteloos om hetreligieus gevoel onder de mensen te doen herleven, omdat hun ideeën,hun kennis, hun methoden en hun argumenten middeleeuws zijn. MijnHeer Aartsbisschop, uw Christendom loopt vijfhonderd jaar achter.

Zolang de mens redetwistte over de vraag of de ene of de andere god deware was, of over de vraag of de ziel na de dood naar de ene of de andereplaats ging, begreep u, de geestelijkheid, de vraag en had argumenten bijde hand om de opinie te be ï nvloeden – door sluitrede of marteling, al naarhet geval vereiste; maar momenteel is hetgeen in twijfel wordt getrokken of ontkend, het bestaan van enig wezen als God in het algemeen, of van enige

soort onsterfelijke geest. De wetenschap ontwikkelt nieuwe theorieënover het Universum die achteloos aan het bestaan van enige god voorbijgaan; moralisten brengen theorieën tot stand over ethiek en sociaal levenwaarin het als vanzelfsprekend wordt beschouwd dat een toekomstigleven niet bestaat; in de natuurkunde, in de psychologie, in de wetgeving,in de geneeskunde, is het enige dat wordt vereist om welke leraar danook het recht te geven op gehoor, dat zijn ideeën geen enkele verwijzing

 bevat naar een Voorzienigheid of een ziel. De wereld wordt snel tot deovertuiging gevoerd dat god een mythologische voorstelling is, die geenfeitelijke grondslag of plaats in de Natuur heeft; en dat het onsterfelijkedeel van de mens de dwaze droom van onwetende wilden is, bestendigd

door de leugens en listen van priesters die hun oogst binnenhalendoor het bij de mens cultiveren van de angst dat hun mythologischeGod hun denkbeeldige ziel tot in alle eeuwigheid zal martelen in eenlegendarische Hel. In deze eeuw staan de geestelijken stom en machteloostegenover al deze zaken. Het enige antwoord dat de Kerk op dergelijke‘tegenwerpingen’ wist te geven, waren de pijnbanken en de brandstapel;maar deze vormen van logica kan ze nu niet aanwenden.

Het is duidelijk dat als de God en de ziel die door de Kerken worden

73

Page 40: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 40/48

 

onderwezen denkbeeldige entiteiten zijn, de christelijke verlossingen verdoemenis slechts hersenschimmen zijn, voortgebracht door hethypnotiserende proces van bewering en suggestie op een reusachtigeschaal, cumulatief werkend op generaties van milde ‘hysterici’. Welk antwoord heeft u op een dergelijke theorie over de christelijke religie,

  behalve een herhaling van beweringen en suggesties? Over welkemethoden beschikt u om mensen terug te voeren tot hun oude geloof,

 buiten het doen herleven van hun oude gewoonten? “Bouw meer kerken,zeg meer gebeden, richt meer missies op, en uw geloof in verdoemenisen verlossing zal herleven, en een hernieuwd geloof in God en de ziel zalhet noodzakelijke resultaat zijn.” Dat is de politiek der Kerken, en hunenige antwoord op agnosticisme en materialisme. Maar het moet uwe

Genade toch bekend zijn, dat het tegemoet treden van de aanvallen dermoderne wetenschap en kritiek met zulke wapens als beweringen engewoonten, is als het erop uit trekken tegen machinegeweren, gewapendmet boemerangs en leren schilden. Zolang echter de voortgang der ideeënen de toename van kennis de populaire theologie ondermijnt, brengt elkewetenschappelijke ontdekking, elke nieuwe opvatting van de Europesevoortschrijdende gedachtewereld de negentiende eeuwse geest dichtertot de ideeën van Goddelijkheid en Spiritualiteit, die in alle esoterischereligies en in de Theosofie bekend zijn.

De kerk beweert dat het Christendom de enige ware religie is, en deze

 bewering bevat twee duidelijke stellingen, namelijk dat het Christendomware religie is en dat er geen ware religie is buiten het Christendom. Hetschijnt Christenen nooit op te vallen dat God en Geest in enige anderevorm zouden kunnen bestaan dan die welke in de leringen van hun Kerk wordt weergegeven. De wilde noemt de missionaris een Athe ï st omdathij geen afgodsbeeld in zijn koffer met zich meedraagt; en de missionarisnoemt op zijn beurt iedereen een Athe ï st die geen voorstelling vaneen afgod in zijn gedachten houdt; en noch de wilde noch de Christenschijnt ooit te vermoeden dat er een hoger idee dan dat van hemzelf zoukunnen bestaan van de grootste verborgen kracht die het Universum

  bestuurt, waarop de benaming ‘God’ veel meer van toepassing is. Het

is twijfelachtig of de Kerken meer moeite doen om te bewijzen dat hetChristendom ‘waar’ is, dan te bewijzen dat enige andere vorm van religienoodzakelijkerwijs ‘onwaar’ is; en de kwalijke gevolgen van deze, hunlering, zijn verschrikkelijk. Wanneer mensen dogma’s terzijde schuiven,denken zij dat zij tevens het religieuze gevoel hebben weerlegd, enzij concluderen dat religie in het menselijke leven overbodig is – eentoeschrijven aan de wolken wat aan de aarde toebehoort, een verspillingvan energie dat met meer profi jt in de strijd om het bestaan zou kunnenworden aangewend. Het materialisme van deze tijd is daarom het directe

74

Page 41: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 41/48

 

gevolg van de christelijke leer dat er geen leidende kracht in het Universumen geen onsterfelijke Geest in de mens is, behalve die welke in christelijkedogma’s wordt bekendgemaakt. De Athe ï st, mijn Heer Aartsbisschop, isde bastaardzoon van de Kerk.

Maar dit is niet alles. De Kerken hebben de mensen nooit enigeandere of hogere reden geleerd waarom zij rechtvaardig, vriendelijk en waarheidslievend zouden moeten zijn dan de hoop op beloning ende angst voor straf; en als zij hun geloof in de Goddelijke grilligheid enGoddelijke onrechtvaardigheid laten varen, is de grondslag van hunmoraal ondergraven. Zij kunnen niet eens terugvallen op natuurlijkemoraliteit, want het Christendom heeft hun geleerd deze zonder waarde

te achten op grond van de natuurlijke verdorvenheid van de mens. Om diereden wordt eigenbelang de enige gedragsregel, en de angst om te worden

 betrapt het enige afschrikkende middel tegen kwaad. En daarom voert hetChristendom de mensen met betrekking tot moraliteit, zowel als tot Goden de ziel, van het pad dat tot kennis leidt af, en stort hen in de afgrondvan ongeloof, pessimisme en kwaad. De Kerk is nu de laatste plaats waarde mensen voor hulp zouden komen tegen het onheil en het lijden van hetleven, omdat zij weten dat het bouwen van kerken en het herhalen vanlitanieën, noch de krachten der Natuur, noch de raadsvergaderingen dernaties be ï nvloedt; omdat zij instinctief aanvoelen dat toen de Kerken hetprincipe van opportunisme aanvaardden, ze hun macht verloren om de

harten der mensen te bewegen, en sindsdien slechts op het uiterlijk gebiedkunnen opereren als de schilddragers van de politieagent en de politicus.

De functie van de religie is de mensheid te troosten en te bemoedigenin haar levenslange strijd met zonde en smart. Dit kan ze alleen doendoor de mens nobele idealen van een gelukkiger bestaan na de dood eneen beter leven op aarde voor te leggen, in beide gevallen door bewustekrachtsinspanning te verkrijgen. Wat de wereld nu nodig heeft, is eenKerk die van Goddelijkheid zal spreken, van het onsterfelijk beginselin de mens, hetgeen tenminste zal aansluiten bij de ideeën en de kennisvan deze tijd. Dogmatisch Christendom is niet geschikt voor een wereld

die de rede aanwendt en nadenkt, en slechts diegenen die zichzelf ineen middeleeuwse geestestoestand kunnen storten zijn in staat een Kerk te waarderen wier religieuze (los gezien van haar sociale en politieke)functie het is, God in een goed humeur te houden, terwijl de lekendatgene doen waarvan zij geloven dat hij het niet goedkeurt; te biddenvoor weersveranderingen, en nu en dan de Almachtige te danken voorzijn hulp bij het verslaan van de vijand. Het zijn geen ‘medicijnmannen’,maar spirituele gidsen die de wereld nu zoekt – een ‘geestelijkheid’ diehaar idealen zal verschaffen die even geschikt zijn voor het intellect van

75

Page 42: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 42/48

 

deze eeuw als de christelijke Hemel en Hel, God en Duivel dit waren voorde eeuwen van duistere onwetendheid en bijgeloof. Voldoet, of kan dechristelijke geestelijkheid aan deze eis voldoen? Het lijden, de misdaad,het kwaad, de zelfzucht, de beestachtigheid, het gebrek aan zelfrespecten zelfcontrole, die onze moderne beschaving markeren, verenigen hunstemmen in één verschrikkelijke kreet en antwoorden – NEEN!

Wat is de betekenis van de reactie tegen materialisme, waarvan detekenen heden ten dage de lucht vervullen? Het betekent dat dewereld doodziek is geworden van het dogmatisme, de arrogantie, dezelfgenoegzaamheid en de spirituele blindheid der moderne wetenschap– van diezelfde Moderne Wetenschap welke men gisteren nog toejuichte

als de bevrijder van godsdienstige dweperij en christelijk bijgeloof, maardie als de Duivel uit de legenden der monniken als prijs voor zijn dienstenhet offer van de onsterfelijke ziel van de mens verlangt. En wat doen deKerken intussen? De Kerken slapen de zoete slaap van subsidies, vansociale en politieke invloed, terwijl de wereld, het vlees en de duivel hunwachtwoorden, hun wonderen, hun argumenten en hun blinde geloof aanwenden. De spiritisten -o! Kerken van Christus- hebben het vuur vanuw altaren gestolen om hun séancekamers te verlichten; de aanhangersder Bevrijdingsleer hebben uw sacramentale wijn genomen en drinkenzichzelf een spirituele roes in de straat; de ongelovige heeft de wapenengestolen waarmee u hem eens weerstond en vertelt uw triomfantelijk 

dat ‘wat u naar voren brengt, tevoren al zo vaak werd gezegd’. Hadde geestelijkheid ooit zo’n schitterende gelegenheid? De druiven in dewijngaard zijn rijp en wachten slechts op de juiste werkers om geoogstte worden. Als u de wereld enig bewijs zou geven op het niveau van dehuidige intellectuele standaard van waarschijnlijkheid, dat Goddelijkheid-de onsterfelijke Geest in de mens- even werkelijk bestaat als feiten in deNatuur, zouden de mensen u dan niet toejuichen als hun verlosser vanpessimisme en wanhoop, van de gekmakende en verdierlijkende gedachtedat er geen andere toekomst is voor de mens dan een eeuwig niets, na eenpaar korte jaren van bitter zwoegen en smart? – ja; als hun verlosser vande door paniek bevangen strijd van materieel plezier en werelds voordeel,

hetgeen het directe gevolg is van het geloof dat dit sterfelijk leven allefacetten van het bestaan omvat?

Maar de Kerken bezitten noch de kennis noch het geloof dat nodig is omde wereld te redden, en uw Kerk, mijn Heer Aartsbisschop, misschien welhet minst van alle, met de molensteen van £ 8.000.000 per jaar om haarnek. Tevergeefs tracht u het schip wat lichter te maken door de ballastvan leringen, die uw voorvaders essentieel achtten voor het Christendom,overboord te zetten. Wat kan u Kerk nu nog meer doen dan met kale

76

Page 43: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 43/48

 

masten voor de storm gaan, terwijl de geestelijken een zwakke pogingdoen de gapende lekken met de ‘herziene versie’ op te vullen, en met hunsociaal en politiek drukkende last trachten het schip voor kapseizen, en zijnlading van dogma’s en fondsen voor zinken te behoeden? Wie bouwde deKathedraal van Canterbury, mijn Heer Aartsbisschop? Wie vond de grotekerkelijke organisatie uit, die een Aartsbisschop van Canterbury mogelijk maakt; wie gaf er leven aan? Wie legde de grondslag van het uitgebreidesysteem van godsdienstige belastingen die u £ 15.000 per jaar en een paleisoplevert? Wie installeerde de vormen en ceremonieën, de gebeden enlitanieën, die enigszins gewijzigd en ontdaan van kunst en ornamenten,de liturgie van de Kerk van Engeland vormen? Wie ontwrong aan demensen de trotse titels van ‘goddelijke hoogwaardigheidsbekleder’ en

‘Man van God’ die de geestelijkheid van uw Kerk zich zo vol vertrouwenaanmatigt? Inderdaad, wie anders dan de Kerk van Rome! Wij sprekenniet in een geest van vijandschap. De Theosofie heeft de opkomst en de valvan vele geloven gezien, en zal bij de geboorte en de dood van nog velemeer aanwezig zijn. Wij weten dat het leven van religies onderhevig is aanwetmatigheid. Of u nu uw legitimiteit hebt geërfd van de Kerk van Romeof door geweld verkregen, wij laten het aan u over om met uw vijandenen met uw geweten in het reine te komen; want onze geesteshouding tenopzichte van uw Kerk wordt bepaald door de intrinsieke waardeloosheidervan. Wij weten dat als ze niet in staat is de ware spirituele functie vaneen religie te vervullen, ze zeker weggevaagd zal worden, zelfs als de fout

meer ligt in haar erfelijke omstandigheden, of in haar milieu en omgeving,dan in haarzelf.

De Kerk van Engeland, om een alledaagse vergelijking te maken, is alseen trein die loopt op een impuls die ze kreeg voordat de stoom werdafgesloten. Toen ze het hoofdspoor verliet, geraakte ze op een zijspoordat nergens heen leidt. De trein is bijna tot stilstand gekomen, en velepassagiers hebben haar ten gunste van andere vervoermiddelen verlaten.Degenen die blijven zijn er zich voor het grootste gedeelte van bewust datzij al die tijd afhankelijk zijn geweest van het beetje stoom dat in de ketelachterbleef nadat de vuren van Rome eronder vandaan waren gehaald.

Zij vermoeden dat zij mogelijk nog slechts ‘treintje spelen’; maar demachinist blijft aan de fluit trekken, de controleur gaat rond om de kaartjeste knippen, en de remmers doen hun remmen knarsen, en bij nader inzienis het allemaal best leuk. Want de rijtuigen zijn warm en comfortabel ende dag is koud, en zolang zij fooien krijgen zijn alle werknemers van devervoersmaatschappij zeer welwillend. Maar zij die weten waarheen zijwillen gaan, zijn niet zo tevreden.

Gedurende een aantal eeuwen heeft de Kerk van Engeland het gepresteerd

77

Page 44: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 44/48

 

gelijktijdig naar twee kanten te weifelen – tegen de rooms-katholiekenzeggend: “Wees redelijk!” en tegen de Sceptici: “Geloof!” Door dehevigheid van haar tweeslachtigheid aan te passen, is ze er zo lang ingeslaagd te voorkomen dat ze van de omheining zou vallen. Maar nu

 begeeft de omheining het zelf. Beëindiging van subsidie en scheiding vankerk en staat hangen in de lucht. En wat voert de Kerk namens haarzelf aan? Haar nuttigheid. Het is nuttig om verspreid door het land een aantalonderlegde, morele, onwereldse mensen te hebben, die voorkomen datde wereld het begrip religie helemaal vergeet en die optreden als centravan liefdadigheid. Maar het is momenteel geen kwestie meer van hetherhalen van gebeden en het geven van aalmoezen aan de armen, zoalsdit vijfhonderd jaar geleden het geval was. De mensen zijn volwassen

geworden en hebben hun denken en de richting van hun sociale, privé- enzelfs spirituele zaken in eigen hand genomen, want zij hebben ontdekt datde geestelijkheid niets méér weet over ‘Hemelse zaken’ dan zij zelf.

Maar de Kerk van Engeland, zo is gezegd, is dermate liberaal gewordendat allen haar zouden moeten steunen. Waarlijk, men kan een uitstekendeimitatie van de mis bezoeken, of geregeld ter kerke gaan bij een voorstandervan eenheid, en nog steeds in haar schoot verkeren. Deze schitterendetolerantie betekent echter dat de Kerk het noodzakelijk heeft geoordeeldzichzelf tot een open gemeenschap te maken, waarin een ieder kan doenwat in zijn eigen kraam te pas komt, als hij maar wil helpen de fondsen te

verdedigen. Tolerantie en liberalisme zijn tegengesteld aan de wetten vanhet bestaan van enige Kerk die in goddelijke verdoemenis gelooft en deverschijning ervan in de Kerk van Engeland is geen teken van hernieuwdleven, maar van naderende desintegratie. Niet minder misleidend is deenergie die de Kerk aan de dag legt in het bouwen van kerken. Waredit een maatstaf voor religie, hoe vroom zou deze eeuw zijn! Nog nooitwas dogmatisme zo goed behuisd, hoewel menselijke wezens mogelijk 

  bij duizenden op straat moeten slapen en letterlijk van honger moetomkomen in de schaduw van onze majestueuze kathedralen, gebouwdin de naam van Hem die geen plek had Zijn hoofd ter ruste te leggen.Maar heeft Jezus u verteld, uwe Genade, dat religie niet in de harten der

mensen ligt, maar in tempels die met handen werden gemaakt? U kuntuw piëteit niet in steen veranderen en het ook in uw leven aanwenden; ende geschiedenis toont aan dat een verstening van het religieuze gevoel eeneven dodelijke ziekte is als verharding van het hart. Zou het aantal kerkenechter met honderd worden vermenigvuldigd, en zou iedere geestelijkeeen centrum van liefdadigheid worden, dan zou dit slechts het werk datde armen van hun medemensen behoeven maar niet van hun spiritueleleiders, in de plaats stellen van datgene wat zij vragen en niet kunnenkrijgen. Het zou slechts de spirituele onvruchtbaarheid van de leringen

78

Page 45: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 45/48

 

der Kerk duidelijker doen uitkomen.

De tijd nadert dat de geestelijkheid zal worden opgeroepen om rekenschapte geven van haar beheer. Bent u gereed, mijn Heer Aartsbisschop, omaan UW MEESTER uit te leggen waarom u Zijn kinderen stenen hebtgegeven toen zij schreeuwden om brood? U glimlacht in uw vermeendegeborgenheid. De dienaren hebben zo lang carnaval gevierd in deinnerlijke kamers van het huis des Heren, dat zij denken dat Hij zekernooit zal terugkeren. Maar Hij zei u dat Hij zou komen als een dief inde nacht; en zie daar! Hij komt reeds in de harten der mensen. Hij komtom daar bezit te nemen van Zijn Vaders koninkrijk, waar Zijn koninkrijk alleen heerst. Maar u kent Hem niet! Indien de Kerken zelf niet waren

meegespoeld met de vloed van ontkenning en materialisme die deSamenleving heeft overspoeld, zouden ze de snel groeiende kiem vande geest van Christus in de harten der mensen herkennen, die ze nu

  brandmerken als afvalligen en woestelingen. Ze zouden daar dezelfdegeest van liefde, van zelfopoffering, van immens medelijden met deonwetenden, de dwazen en de lijdenden van de wereld herkennen, die inzijn zuiverheid in het hart van Jezus verscheen, zoals deze was verschenenin de harten van andere Heilige Hervormers in andere tijden; en die hetlicht is van alle ware religie en de lamp waarnaar de Theosofen van alletijden gepoogd hebben hun schreden te richten langs het smalle pad datnaar bevrijding voert – het pad dat wordt betreden bij elke incarnatie van

CHRISTOS of de GEEST VAN WAARHEID.

Bij deze, mijn Heer Aartsbisschop, hebben wij met veel respect devoornaamste punten van verschil en onenigheid tussen de Theosofie en dechristelijke Kerken aan u voorgelegd, en u verteld van de eenheid van deTheosofie met de leringen van Jezus. U hebt onze geloofsbelijdenis gehoorden kennis genomen van de grieven en aanklachten die wij het dogmatischeChristendom voor de voeten werpen. Wij, een handvol nederigeeenlingen, noch in het bezit van rijkdom noch van wereldse invloed, maarsterk in onze kennis, hebben ons verenigd in de hoop het werk te doenwaarvan u zegt dat uw MEESTER dit aan u heeft toegewezen, maar dat zo

droevig wordt veronachtzaamd door die rijke en dominerende kolossus– de Christelijke Kerk. Zult u dit aanmatigend noemen, vragen wij ons af?Zult u, in dit land van vrijheid van meningsuiting, vrijheid van sprekenen vrijheid van onderneming, het wagen ons geen andere erkenning tegeven dan de gebruikelijke banvloek die de Kerk voor de hervormer heeftklaarliggen? Of mogen wij hopen dat de bittere lessen van ervaring, diedeze politiek de Kerken in het verleden heeft verschaft, de harten van hunleiders heeft veranderd en hun inzicht heeft verlicht; en dat het komende

  jaar, 1888, getuige zal zijn van Christenen die ons in gemeenschap en

79

Page 46: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 46/48

 

goede wil de hand reiken? Dit zou slechts een terechte bevestiging zijn dathet relatief kleine lichaam, dat The Theosophical Society wordt genoemd,geen voorloper is van de Anti-Christ, geen broedsel van de Duivel, maarde praktische helper, de redder wellicht, van het Christendom, en dathet slechts tracht het werk te doen hetgeen Jezus, evenals Boeddha en deandere ‘zonen van God’ die hem voorgingen, aan al zijn volgelingen heeftopgedragen op te nemen, maar hetgeen de Kerken, dogmatisch als ze zijngeworden volstrekt onbekwaam zijn om uit te voeren.

En tot slot, indien uwe Genade kan aantonen, dat wij de Kerk waarvan uhet Hoofd bent, of de populaire Theologie onrecht aandoen, beloven wijonze vergissingen publiekelijk te erkennen. Maar – “WIE ZWIJGT STEMT

TOE.”

H.P.Blavatsky

lL lL lL

80

Page 47: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 47/48

Page 48: Theosofie Vol7 Nr2

5/10/2018 Theosofie Vol7 Nr2 - slidepdf.com

http://slidepdf.com/reader/full/theosofie-vol7-nr2 48/48

 

DE GEÜNIEERDE LOGE VAN THEOSOFEN

BEGINSELVERKLARING

Het richtsnoer van deze Loge is onafhankelijke toewijding aande belangen van de Theosofie. De Loge staat buiten elke Theoso-fische organisatie. Zij blijft getrouw aan de grote Stichters van de

Theosofi

sche Beweging en houdt zich niet op met onenigheden of persoonlijke meningsverschillen.

Het werk dat ze ter hand heeft genomen en het doel dat zevoor ogen houdt, nemen haar te zeer in beslag en zijn te verhevenom haar tijd te laten of lust te doen voelen zich met bijzaken op tehouden. Dat werk en dat doel zijn de verbreiding van de Theoso-fische grondstellingen en de toepassing van die beginselen in depraktijk van het leven door een zich steeds beter bewust worden vanhet Zelf; een diepere overtuiging van Universele Broederschap.

Zij verklaart dat de onaantastbare grondslag voor eenheidonder Theosofen, waar en hoe ook geplaatst, overeenkomst vandoel, streven en lering is. Daar deze grondslag de enig mogelijke envolmaakte band tussen de bij haar aangeslotenen vormt, is verderereglementering of een bestuur overbodig. Zij stelt zich ten doel dit

 begrip onder Theosofen te verspreiden om zodoende de onderlingeeenheid te bevorderen.

Zij acht allen ‘Theosoof’ die de mensheid zonder onderscheidvan ras, geloof, geslacht, persoonlijke omstandigheden of richting

in waarheid dienen. Zij heet allen welkom die instemmen met dezegrondslag en die wensen zichzelf door studie en op andere wijze te

 bekwamen om anderen steeds beter te helpen en te onderwijzen.

‘De ware Theosoof behoort tot geen geloof noch sekteen toch behoort hij tot alle.’