52
!"#$%&’ )#!#*&+,-&../, 0&+1," 2344 lieven haneca¶ rotsak¶ jonas hegi¶ lsbrhd¶ uber and kosher¶ c2f¶

Pauline Scharmann Brot

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Brot Magazine 2012

Citation preview

Page 1: Pauline Scharmann Brot

!"#$%&'()#!#*&+,-&../,(0&+1,"(2344

lieven haneca¶

rotsak¶

jonas hegi¶

lsbrhd¶

uber and kosher¶

c2f¶

Page 2: Pauline Scharmann Brot
Page 3: Pauline Scharmann Brot

!"#$%&'()#!#*&+,-&../,(0&+1,"(2344

Page 4: Pauline Scharmann Brot

‘Dat kunnen ze niet lezen.’; Ik ga ervan uit dat het doelpubliek geen kleuters zijn en wanneer mensen geïntrigeerd raken door een ontwerp ze ook genoeg moeite zullen doen om te weten wat erop staat.aldus Lieven Haneca / pag.6-9

“I still like to switch between different styles and experience new things, I always try to go one step further than what’s actually around me. So I actually don’t care what’s trendy now, I just do, what I think fits best for the project.” Jonas Hegi / pag. 40-45We are doing a lot of things. Working analogue, experimenting, tea-ching, traveling, making music, photographing.Cybu Richli & Fabienne Burri / pag. 12-13

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

click!

2

Page 5: Pauline Scharmann Brot

Wim de Laet, woonachtig te Antwerpen, zoekt een date. Op een videotape zien we de jon-geman, uitgedost in stropdas en kostuum in een misschien gedateerde maar daarom niet minder stijlvolle - jaren ‘90 sfeer. Rotsak / pag. 27-29

“ It is almost impossible to look and read at the same time: they are different actions.”Gerard Unger (°Amsterdam 1942)uit ‘While You’re Reading’

lsbrhd /pag 12-16

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

“Gelukkig houden we zo veel van ons werk dat bepaalde din-gen als hobby kunnen bekeken worden” Martijn Vogelaers & Deborah Bloemen (Uber and Kosher)/ pag. 40-45

Page 6: Pauline Scharmann Brot

16x

4x

10x 20x

2x 18x

1x

100214

112996

110529

1/5

103430

108853

119686

124639

04

Page 7: Pauline Scharmann Brot

50cl

6x 2x

114739

105637

05

Page 8: Pauline Scharmann Brot

a n n e e r vormde je interesse

voor de grafische vorm-geving? Was het eerder een vanzelfsprekende keuze? Welke!opleiding

hebt u gedaan?In 1996 ben ik gestart met de opleiding Grafische vormgeving in Sint-lucas. Ik kwam uit een heel conservatieve! ty-pische katholieke middelbare school in Brugge,! Sint-Leocollege. 6 Jaar op internaat, dit was! voor mij de hel! Ik kwam er heel snel achter dat ik niet thuis hoorde in een systeem waar elke activiteit of! moment van de dag be-gon en stopte met belgerinkel.!Ik heb er Latijn-Grieks en van het vijfde Latijn-Wiskunde gestudeerd. Grafische Vorm-geving was dus zeker geen evidente keuze. Laat staan dat ik wist wat het vak en de richting inhield. Ik was leer-moe maar tekende graag en had daar ook al regelmatig complimenten voor gekregen. Op de opendeurdag van Sint-Lucas zag ik bordjes!hangen met “hier wordt niet gerookt” waar van de “n” in “w” was veranderd. Ik moet eerlijk zeggen dat dit toen!mijn belangrijkste motivatie was om me daar in te schrijven. Oor-spronkelijk wou ik schilderkunst stu-deren!maar mijn ouders drongen aan op een “richting!met iets meer (finan-ciële) toekomst” ;). Achteraf gezien ben ik heel tevreden van mijn keuze maar, het was! eerder een toevalstreffer dan een bewuste keuze… Mijn eerste jaar stelde ook niet veel voor (letterlijk en! figuurlijk). Het contrast tussen kotleven en internaat was net iets te groot. Ik wist nauwelijks wie

mijn!leerkrachten waren. Ik was als gevolg over de hele lijn gebuisd. Het 1e jaar nadien heb ik het over een andere!boeg ge-gooid en ben ik eigenlijk voor het eerst bewust in aanraking gekomen met vormgeving.

Tijdens mijn opleiding was ik heel erg fan van “designer republic” en “büro destruct”. Ik was hun naam! toevallig tegengekomen in een van de artikels in een Emigré-tijdschrift over Designer Republic. Ontwerpen met de!computer zat ongelofelijk in de lift (desondanks mochten wij in het eerste jaar nog geen computer gebruiken!(lacht). In die tijd luisterde ik veel naar Aphex Twin, Squarepusher en µ-uziq, Autechre, Ste-reolab, Amon Tobin, enzo.!Veel van die artiesten hadden releases op het Warp label. De warp-site en verschillende pla-tenhoezen bij!Warp werden ontworpen door het Designer Republic. Zij heb-ben naar mijn gevoel heel wat trends

gezet die tot!op vandaag nog regelma-tig herkauwd en gekopieerd worden. Met dat verschil dat ze toen! vernieu-wend en revolutionair waren en op dit moment eerder afgezaagd zijn, of als een trukendoos overkomen…! Zoals ik al zei was ik enorm geboeid door hun

LIEVEN HANECA WERKT AL EEN TIJD ONDER

DE NAAM ELHA. HIJ ONTWERPT VOOR ONDER

ANDERE MA-FESTIVAL EN OOK TAL VAN ANDERE

PROJECTEN. HIJ HEEFT EEN PASSIE VOOR MU-

ZIEK EN VOOR GRAFISCHE VORMGEVING EN KAN

ENORM GENIETEN VAN GELIJK WIE DIE BEZETEN

IS DOOR ZIJN VAK OF WIENS LEVEN VOLLEDIG IN

FUNCTIE STAAT VAN Z’N PASSIE.

IK MERK DAT IK MAK-

KELIJKER WERK ALS HET

GOED KLIKT TUSSEN MIJ

EN DE KLANT. HET IS

ZELFS BIJNA ESSENTIEEL

DENK IK…

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 9: Pauline Scharmann Brot

supercleane computerstijl, welke ik on-gegeneerd probeerde!na te apen. Op de zolder thuis vond ik het ‘Boek van de Mens’. Een honderd-tal tijdschrift-jes die je in de jaren!70 kon sparen om nadien als medische encyclopedie te bundelen in een tien-tal mappen. De magazine’s!stonden vol naïve en soms ietwat lugubere medische beelden met hoog retro gehalte. Ik denk dat ik na-genoeg!voor!al!mijn opdrachten in het 2e en 3e jaar Sint-Lucas hier mijn beeld-materiaal heb uit gehaald. Ik vond het zonder!meer leuk om de cleane compu tertekeningen (alla designer republic büro destruct) te combineren met!retro-fotografische '70s-beelden uit (meestal) ‘Boek van de mens’. Meer vanuit een buikgevoel en veel!minder bewust in-houdelijk onstond toen op die manier ‘mijn grafische stijl’.

In 1999 was ik een mede-oprichter van het Gentse! platenlabel AimRecords en stiekem droomde ik ervan om naam en faam te verkrijgen als huisontwer-per van een!underground platenlabel. Ik vond het bijzonder fijn dat ik vol-ledige artistieke vrijheid kreeg van zowel! alle ar-tiesten als collega’s. Te-gelijk was het superfijn om voor het eerst ‘echt drukwerk’ in handen te hebben.Ben je direct zelfstan-dig geworden? Of heb je eerst nog ergens ge-werkt? Was dit evident? Hoe komt u in contact met klanten komen zij naar jou of is het eerder

omgekeerd? Na mijn studies heb ik onmiddelijk mijn BTW-nummer aan-gevraagd. M’n ouders zijn beiden zelf-standig, en aangezien ik geen zin had om voor een baas te werken ;), leek me dit een evidente keuze. Ik had het ge-luk direct te kunnen starten met een aantal opdrachten. Mijn eerste klant

was Symfonieorkest Vlaanderen. Via een gemeenschappelijke vriend leerde ik toen de communicatieverantwoor-delijke ook kennen van het orkest. Het klikte meteen bijzonder goed. Ik kreeg vrijwel carte-blanche om een website te ontwikkelen. Het jaar erop kwam er een nieuwe communicatieman bij het orkest waarmee het opnieuw heel goed klikte. Hij richtte dan kort nadien samen met een collega van het Symfo-nieorkest ook het barokorkest B’Rock op en werd nog wat later directeur van Festival van Vlaanderen Brugge alias MAfestival. We konden goed met el-kaar opschieten en deelden de idee dat vormgeving bij klassieke muziek over

het algemeen muf, vrijblijvend en con-servatief was… Onze ‘missie’ bestond erin daar verandering in te brengen. Wat resulteerde in roze konijnen voor de cd-cover van een kamermuziekor-kest, fruitplakkers als identiteit voor het klassieke-muziek-management,

EEN ONTWERPER MOET

VOLGENS MIJ NIETS. ELK

BEHOEFT Z'N EIGEN IN-

VULLING TE GEVEN AAN

WAT 'T ONTWERPEN IS.

HET KOMT ER IN VELE

GEVALLEN OP NEER DAT

JE EERST MOET PROBE-

REN TE ACHTERHALEN

WAT JE KLANTEN ECHT

NODIG HEBBEN.

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

BEELDMATERIAAL PORTFO-

LIO SINT-LUCAS OP WWW.

ELHA.BE

Page 10: Pauline Scharmann Brot

een action-hero-logo voor een barokor-kest en solsleutel-snorretjes voor een ‘oude muziek’ festival. De contacten met alle klanten waar ik tot nu toe voor werkte zijn eigenlijk op een soortgelijke manier tot stand geko-men. Meestal toevallig, via vrienden, kennissen of via klanten.Aan wat moet een ont-werper voldoen volgens u? Wat is de taak van

een ontwerper? Een ontwerper moet volgens mij niets. Elk hoeft zijn eigen invulling te geven aan wat ontwerpen is. Het is mede door slechte vormgeving dat de goeie ont-werpers het verschil kunnen maken. Dus driewerf hoera voor de slechte ont-werper! Voor mezelf vind ik het belang-rijk dat vormgeving inhoudelijk klopt. Dat niets gratuit is en dat alle balast geëlimineerd wordt. Toendat ik begon met ontwerpen wou ik zo snel mogelijk mijn eigen herkenbare stijl ontwikke-len. Ondertussen ben ik wel van me-ning veranderd. Een stijl betekent in vele gevallen veiligheid en zekerheid. maar het sluit ook bepaalde, soms in-teressantere, denkpistes uit. Ik probeer tegenwoordig bij elk ontwerp van nul te beginnen, en heb over het algemeen geen enkel idee waar ik uitkom... Heb je zo een vaste aan-pak wanneer je aan een

werk begint?Meestal is het een combinatie van eu-forie, chaos, paniek, slecht slapen, na-

denken, schetsen, twijfelen, vloeken en vooral veel koffie drinken.Over welk werk ben je zelf het meest te-vreden? Komt het soms voor dat je niet tevreden bent van je werk? Oei, dat is iets heel bizar. Ik heb echt een haat liefde verhouding met mijn portfolio. Ik kan heel trots zijn over be-paald werk om het nadien echt crap te vinden. Als ik het dan een paar maand later uit de kast haal kan ik het terug ok vinden. Op dit ogenblik ben ik, denk ik, wel

tevreden over de festivalcatalogus van Mafestival 2011 en de St-Lucas brochure die ik samen met Johny Van de Vyver gemaakt heb voor de eindejaarsten-toonstelling van Bachelor Beeldende Vormgeving in St-Lucas. Ik ben vooral tevreden van de eindcatalogus omdat ik heel weinig compromissen heb moe-ten sluiten. Er zijn ook (voor de eerste keer) enkel positieve reacties op geko-men. De St-Lucasbrochure was dus een heel leuke samenwerking in die zin dat ik het gevoel had dat we elkaar heel goed aanvulden.Hoe ver kan volgens jou gegaan worden op vlak

leesbaarheid? Leesbaarheid is echt een heel gevoelig punt. Het komt heel vaak voor dat de klant zegt: “dat gaan ze niet kunnen lezen”. Dit kan me erg boos maken. Ik ga ervan uit dat het doelpubliek geen

kleuters zijn en wanneer mensen geïn-trigeerd raken door een ontwerp ze ook genoeg moeite zullen doen om te weten wat erop staat. Ik reken op de nieuws-gierige natuur van de mens. Ik denk dat communicatie ook veel effectiever kan verlope als je er even moet bij na-denken. Mensen worden zo dagelijks overspoeld met beelden waarvan het grootste deel gewoon pap is. Je moet als vormgever proberen het verschil te ma-ken. Ik ga over het algemeen de bood-schap niet zo helder mogelijk proberen communiceren. Langs de andere kant is het ook niet mijn bedoeling om al-

HET KOMT VA AK VOOR DAT DE KL ANT ZEGT:

“DAT GAAN ZE NIET KUNNEN LEZ E N…”.

D I T K A N M E E RG B O O S M A K E N .

IK GA ERVAN UIT DAT HET DOELPU-

BLIEK GEEN KLEUTERS ZIJN

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 11: Pauline Scharmann Brot

les nodeloos moeilijk te maken. Ik wil vooral aandacht trekken, en meestal lukt dit, denk ik, het beste door tegen-draads of onconventioneel te zijn. Dit wil ook zeker niet zeggen dat ik geen rekening houd met leesbaarheid, maar ik probeer wel ergens naar een bepaal-de grens te werken. Veel hangt uiter-aard af van de bereidheid van de klant om hierin mee te gaan. Naar welke vormgevers kijk je zelf op? Waaruit put je je inspiratie?Ik ben bijzonder fan van Karel Mar-tens, Moiré.!(Marc Kappeler & Markus Reichenbach), Geoffrey Brusatto, Kes-sels Kramer, Experimental Jetset, en nog heel veel vormgevers. Ik kan ook heel erg genieten van gelijk wie die bezeten is door zijn vak of wiens leven volledig in functie staat van z’n passie. En dit gaat veel verder dan enkel vorm-geving. Zo vind ik Lucian Freud even intrigerend als Pater Damiaan, John Coltrane, Osamu Tezuka, Le Corbusier, Andrew McAuley of Ferdinand Cheval (oei vooral mannen dus) en euh, Mar-lene Dumas.

Je werkt als vormgever altijd in op-dracht van anderen. Heb je soms al last gehad dat zij dingen van je verwachten waar je het niet mee eens bent? Heb je dan meer moeite om aan die opdracht te werken? Constant! Een veel voorkomend pro-bleem is dat een opdrachtgever zijn vraagstelling veelal formuleert vanuit zijn referentiekader, vanuit dingen die hij kent en reeds gezien heeft. Het komt bijvoorbeeld heel vaak voor dat bij een eerste bespreking voor een nieuwe opdracht een aantal drukwer-ken op tafel liggen die als referentie dienen voor wat de klant denkt dat er gemaakt moet worden. Het komt er in vele gevallen op neer dat je eerst moet proberen achterhalen wat de klant echt nodig heeft. Los van wat hij denkt no-dig te hebben. Zo wordt er nogal vlug,

gratuit een medium of formaat vast-gelegd zonder er echt bij stil te staan of dit wel de juiste of meest bruikbare vorm is. Zo heb ik een klant gehad die absoluut geen vouwfolder wou omdat dit volgens hem zeer moeilijk te lezen is. Achteraf bleek dat diezelfde klant zich enkel baseerde op vouwfolders die heel slecht opgemaakt waren en waar de leesbaarheid afging van de zetwijze en foute typografie en niet van het vou-wen… Het is denk ik heel belangrijk om alles voldoende in vraag te stellen bij de briefing. En indien mogelijk de klant waar nodig bij te sturen in zijn opvattingen.U ontwerpt dus folders, flyers, affiches, cd hoe-zen, enzo. Waarin kan u het meest creativiteit

kwijt?Ik doe het liefst affiches. Geen idee waarom. Wellicht heeft het met het formaat te maken. Ik werk graag groot. Brochures vind ik ook zeer leuk. De ma-terialiteit wordt veel belangrijker bij brochures en vormt een extra laag in het ontwerp. Ik werk sowieso het liefst als er inhoudelijk een uitgangspunt is. Dit zorgt voor houvast, een kader om binnen te werken. Dit is minder het geval bij cd’s of platenhoezen. Maar af-wisseling is voor mij het belangrijkst. Enkel nog affiches ontwerpen lijkt me erg saai. Ik merk ook dat ik veel makke-lijker werk als het goed klikt tussen mij en de klant. Het is zelfs bijna essentieel denk ik.Voor wat zou je ooit nog willen ontwerpen? Waar zou je over 10 jaar

willen staan?Geen idee… Een opdracht voor boek-ontwerp zou ik zeker niet afslaan. Ik weet vooral waar ik niet meer voor wil werken. Ik heb een hekel aan opdracht-gevers die niets uit handen willen ge-ven of die bang zijn van vormgeving of ideeën die ze nog niet kennen of nog niet eerder gezien hebben. Over

het algemeen vind ik opdrachten voor de culturele sector veel interessanter. Groot geld verdienen is nooit echt een ambitie geweest. Ik ben eerder lui en werk enkel als het nodig is. Ik vrees dat ik ook te weinig voeling heb met ‘com-merciële opdrachten’ om daarin voluit te kunnen gaan. Wat niet wil zeggen dat ik elke commerciële opdracht wei-ger. Ik doe dit puur uit opportunisme als er voldoende geld mee te verdienen valt. Dit geeft me de ruimte om ook dingen te ontwerpen die niet zo goed verdienen maar waarin ik mij ten volle kan uitleven. Op zich ben ik wel tevre-den met de situatie waarin ik me nu bevind. Ik zal dus zeker niet misnoegd zijn mocht ik op werkvlak over 10 jaar nog steeds op dezelfde manier mijn brood kunnen verdienen. De juiste lot-tocijfers zouden uiteraard wel het een en ander veranderen...

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

Page 12: Pauline Scharmann Brot

4x

2/510

Page 13: Pauline Scharmann Brot

4x 11

Page 14: Pauline Scharmann Brot

Could you describe the position you find yourself at in your ca-

reer now?We are a young communication de-sign company. Our focus now is on a visual communication for arts, archi-tecture, business, design, education, cultural clients, sciences. And we do want to go further.Everybody has some heroes to look up to.

What are yours?

A lot of other graphic designers have our biggest respect. Some Rick Vali-centi. Since many years he is able to keep a high quality. He experiments a lot and he is collaborating with a young team. He never lost the passion for his job. Sometimes he is doing cra-zy designs. And sometimes we like it or not. But there is always something magical.Then there are our students: They are always very motivated and doing a very good job. We learn a lot of them.

It’s the best collaboration and also a big motivation for us.What are you doing be-sides graphic design, or when you’re not work-ing on your computer?We are doing a lot of different things. Sometimes we are working analogue, experimenting, teaching, traveling, making music, photographing.You won numerous aw-ards, prices. That must be motivating. But how

F A B I E N N E B U R R I C Y B U R I C H L I

I N F O TA G 2 0 1 0 - P O S T E R F O R T H E

I N F O R M AT I O N D AY 2 0 1 0 O F T H E

L U C E R N E U N I V E R S I T Y O F A R T A N D

D E S I G N .

M U LT I F U N C T I O N A L G R A P H I C

D E S I G N - T H I S R E S E A R C H P R O J E C T

I S A B O U T M U LT I F U N C T I O N A L I T Y I N

G R A P H I C D E S I G N . T H E R E A R E T W O

D I F F E R E N T A R E A S O F A P P L I C AT I O N :

F I R S T T H E P R O D U C T O R I E N T E D M U L -

T I F U N C T I O N A L I T Y A N D S E C O N D T H E

D E S I G N P R O C E S S I T S E L F . T H E R E S U LT

O F T H I S P R O J E C T I S S U M M A R I S E D I N A

B O O K , W H I C H S H O W S A C O L L E C T I O N

O F V A R I O U S S T U D I E S A S T O H O W

M U LT I F U N C T I O N A L I T Y I S U S E D I N

G R A P H I C D E S I G N .

I N V E S T M E N T- P O R T F O L I O - T H E S E

I N F O G R A P H I C S R E S U LT E D F R O M

T H E E V A L U AT I O N O F T H E R E S E A R C H

P R O J E C T F O R M O R N I N G S TA R . T H E Y

R E P R E S E N T T H E R E A L D ATA O F A

C O M P L E T E F I N A N C I A L P O R T F O L I O .

12

Page 15: Pauline Scharmann Brot

about all the stress on that high level?

Of course, getting awards and prices is very motivating. But the work re-mains the same. We always want to do a good job, no matter for who or what or why.You are both teaching. I wish I had teachers like that. Can you live from your work or is teaching handy to pay

the bill?

Yes, we can live from our work. Our passion has become our job. And we want to do this job a lifetime.Teaching is very a good variety to the job in our studio. Currently Cybu star-ted teaching at the Zurich University of Arts. Together we also give work-shops. We always have fun to teach. You two are from Swit-zerland, I’m from Bel-gium. Is there a big

“Art scene”?Yes, in Switzerland there’s a big de-

sign scene and the quality is very high.We don’t know a lot of belgian design-ers. But hopefully it changes soon.So what advice do you have for those coming

up behind you?Just be open for new stuff and always do a good job.

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

Page 16: Pauline Scharmann Brot

!

14

Page 17: Pauline Scharmann Brot

15

Page 18: Pauline Scharmann Brot

15

et de bedoeling een zodanig juiste beschrijving op te stellen van het begrip ‘leesbaar-heid’, zou ik er in vergelijking de Engelse benaming ‘readability’ bij willen betrekken. Dit verschaft ons namelijk de mogelijkheid om een minimaal verschil aan te duiden

tussen readability en legibility. Wanneer men het heeft over de legibility van een typgrafisch geheel, mikt men op de kwaliteit van het eigenlijke design, in zijn vormelijke zin. Legibility is een maatstaf voor het van elkaar onderscheiden van de afzonderlijke letters, binnen een tekstgeheel. Een goede uitbalancering van zaken als het gewicht, de massa, contrasten in lijndikte en plaatsing van de afzondelijke letters spelen mee tot het verhogen van de legibilty.De omvatting readability doelt dan weer op de algemene gemakkelijkheid waarmee een tekst te lezen en begrijpen is. Hierbij komen factoren aan bod die te maken hebben met de menselijke perceptie, bvb. reflexen en oogmoeheid.

Not all typefaces are designed to be legible. Many are drawn to create a typographic statement, or provide a particular spirit or feeling to graphic communication. Some are even designed just to stand out from the crowd. To the degree that a typeface has an own personality, spirit, or distinction, however, it often suffers proportionally on the

legibility scale.Alan Haley

Als de leesbaarheid van een font geen vereiste meer is binnen de moderne typografie, wanneer kun-nen we dan nog spreken van een lettertype?

IT’S SORT OF THE ATOMIC LEVEL... IT WOULD BE VERY UNUSUAL TO SOMEONE TO BE

ABLE TO RECOGNIZE THEIR SUIT THREAD BY THREAD - IN THE SAME WAY PEAPLE

DON’T RECOGNIZE TYPEFACES LETER BY LETTER ON THE PAGE (PAUL STANDARD)

16

Page 19: Pauline Scharmann Brot

Bij wijze van aanknopingspunt zou ik dit fe-nomeen dus om te beginnen in nauw verband willen stellen met het graag en in overvloed gebruikte begrip ‘experiment’. Als we ons be-rusten op de encyclopedische verklaring van het woord, gaat het hierbij over een soort on-derzoek dat verbonden is met een bepaalde vraagstelling. De proef wordt uitgevoerd op verschillende manieren, om een bepaalde hy-pothese te bekrachtigen of weerleggen. Hoe-wel dit een eerder wetenschappelijke definitie blijkt, komt het bij een typografisch experi-ment op hetzelfde neer. Bij zulk experiment wordt er verwacht dat men een aftasting van onbekende territoria, het onconventionele voorlegt. Bij dezen is het echter wel zo dat de basis steeds wordt gelegd bij een conventioneel gegeven. Dit zal dienst doen als vertrekpunt voor verdere scherpe en gevatte bedenkingen. De sterkte en uitdaging ligt er voor mij dus niet in om deze conventies aan je laars te lappen, maar ze vanuit een persoonlijk perspectief kritisch te beschouwen en gebruiken, zonder ze te herkauwen.

Wanneer men experimenteert met de grenzen van de leesbaarheid, wordt men binnen het proces geconfronteerd met de aard van typografie als kunstzinnig en functioneel gegeven. Het ontwer-pen van letters omvat een heleboel conventies. Welke deze regels zijn zet ik voorlopig even terzijde, terwijl ik me de vraag stel of zij per se een gebrek aan vrijheid betekenen. Naar eigen ervaringen beschouw ik dit soort beperkingen eerder als positief dan negatief. Ik geloof dat het al dan niet zelf vormen van een omkadering zelfs een vereiste kan zijn voor het creëren van een - voor jezelf en bepaalde anderen - betekenisvol werk. Dit lijkt een strenge aanpak van de kwestie, maar is in realiteit ruim op te vatten. Telkens wanneer men een persoonlijke keuze maakt, dit kan zelfs gaan over eenvoudige handma-tigheden zoals de manier van afdrukken, papierformaat of materiaalkeuze, reduceert men let-terlijk gezien het eigen aantal mogelijkheden. Men legt zich een bepaald gegeven op, waarop dan verder wordt gebouwd, waarnaartoe men werkt. Het vormen van die keuze kan in dienst staan van zijn functie, of een specifiek effect dat het wil teweegbrengen. Deze manier van werken is typerend aan de toegepaste vormgeving waaronder typografie behoort.

De Franse designer Thomas Huot-Mar-chand ontwierp een reeks van experimen-tele karakters die de naam ‘Totema’ kre-gen. Hiervoor werk-te hij samen met typograaf Sébastien Truchet. De tekens zijn geïnspireerd op de schrijfstijl van kunstschilder Klaus

Ramka, voor wie het lettertype dan ook dienst deed als aanduiding bij zijn tentoon-stellingen.

GEOMETRY CAN PRODUCE LEGIBLE LETTERS, BUT ART ALONE MAKES THEM BEAUTIFUL. ART BEGINS WHERE GEOMETRY ENDS,

AND IMPARTS TO LETTERS A CHARACTER TRANSCENDING MERE MEASUREMENT. (MATTHEW CARTER)

17

Page 20: Pauline Scharmann Brot

Een ander soort werkproces zou ik hierbij niet over het hoofd willen zien; men kan beginnen bij de beslissing welk medium men wil gebruiken om een bepaald idee of concept tot uiting te brengen. Hierbij komt het medium op de tweede plaats en is mogelijk ondergeschikt aan het concept. Aange-zien men bij conceptuele kunst dus op het eerste zicht geen beperkingen blijkt te hebben (en er in dit genre toch betekenisvolle werken bestaan in de geschiedenis) zou dit al een eenvoudige ontkrach-ting kunnen zijn van mijn stelling. Het is echter zo dat een idee, wanneer dit concreet genoeg is, op zich sowieso een specificatie met zich meebrengt. Deze specificatie is essentiëel om tot een per-soonlijke conclusie of bevrediging te komen. Als er sprake is van het idee in zijn louter semantische vorm is er geen communicatie en is het moeilijk om van een kunstwerk te spreken. Hier bevind ik me natuurlijk op een zeer heikel pad; John Cage’s 4’3” is bvb. al een van de uitzonderingen. Om dus terug te komen op de typografie, is dit weliswaar een vorm van visuele communicatie.

Bij het ontwerpen van een lettertype ondervind ik in het begin van het proces allerhande problemen op vlak van leesbaarheid; Hoe ver kan ik gaan met het weglaten van letteronderdelen, het uitpuren van de vorm? Moet de letter op zich leesbaar zijn, of vooral binnen het gehele alfabet? Maar de strikte regels en schijnbaar kleine aandeel van mogelijkheden kan leiden tot verdere diepgang binnen zijn perken. Er blijken steeds meer mogelijkheden bij te komen en te ontdekken. Dit principe doet denken aan een fenomeen binnen de filosofie; Hoe meer specifieke vragen men stelt over een algemeen onderwerp, hoe meer verdere vragen er daarop verschijnen.Ik stootte vaak op een bestemde moeilijkheid, nl; Volstaat het wanneer een letter an sich, binnen een lettertype, vormelijk geen enkele andere optie biedt dan deze bepaalde letter te zijn; rekeninghoudend met de ge-

Deze quote van Sol Lewitt wordt door het ty-pografische collectief ‘letterror’, bestaande uit Erik van Blokland en Just van Rossum, mooi geïllustreerd. Zij onderzochten op een kritische manier het grafisch creatieproces. Hierbij constateerde het duo dat we als ont-werpers gretig gebruik maken van bepaalde tools, door programmeurs ontwikkeld. Op die manier zouden deze technici eigenlijk een grotere invloed hebben op esthetische trends dan de meeste designers. Om die re-den dienen grafici hun eigen creatieve tools te ontwikkelen.Een van de projecten van Letterror is een uitwerking van een virtuele font; ‘Bitfont’ is geen design maar een code die het lettertype zou maken en de vorm aanneemt van een bit-mapfont. Ze besloten niet het eindresultaat te examineren en besturen, maar eerder het designproces, wat tot onverwachte resulta-ten leidde.

THE IDEA BECOMES THE MACHINE THAT

MAKES THE ART

moet dus aan de hand van klank, een col-lectie van herinneringen, associaties ende context afleiden wat de betekenis is. Opdie manier heeft Sciullo het alfabet ge-reduceerd tot 16 karakters.‘Sinétik wordt gepeild als een economisch zeer voordelige font vanwege zijn plaatsbe-sparende eigenschap. De dikte van een boek uitgegeven in dit lettertype wordt tot 30% verminderd. Volgens dit principe wordt er bvb ook meer ruimte gecreëerd voor adver-tenties. (saving in space, time, and money)

ierre di Sci-ullo maakte met het let-

tertype ‘Sinétik’ een persoonlijke analyse van het taalkundigeaspect van de typo-grafie. Iedere aparte phonethisch homo-gene lettergreep ofklinker wordt op de-zelfde manier ge-speld. De gebruiker

Verder experimenteerde de Franse designer met typografische verwerkingen van de pa-lindromen van Georges Perec. Scullio maak-te een speels ontwerp voor Perecs langste gedicht dat in twee richtingen gelezen kan worden.

Le Paresseux (lui) is een lettertype waarbij door het spiegelen en draaien van 9 basisvor-men 26 letter worden gevormd.

18

Page 21: Pauline Scharmann Brot

bruikte stijlkenmerken van zijn 25 soortgenoten? De letter kan soms zelfs, bij afzondering een ab-stracte vorm lijken. Bij dit soort van onconventionele lettervormen is het belangrijk dat zijn functie wordt vastgelegd. Ieder lettertype heeft zo zijn specifieke, meest gunstige gebruiksvorm.

In een essay kaart de ontwerper en typograaf Peter Bil’ak het begrip ‘conceptuele typografie’ aan als een oxymoron. Dit is een stijlfiguur waarbij twee woorden elkaar in hun letterlijke betekenis tegenspreken, maar toch worden gecombineerd tot één bevatting. Hij beschrijft de typografie als een soort ambacht, waarbij men als proces een idee omvormt tot een functioneel en bruikbaar let-tertype, dat steeds afhankelijk is van zijn uitvoering. Hierdoor zou er niet echt een conceptueel lettertype kunnen ontstaan. Bil’ak beschouwt een lettertype voordat het effectief is uitgewerkt slechts als een idee. Als voorbeeld haalt hij hier-bij een project aan van een van zijn studenten, die elke letter van het alfabet op een technische wijze had omschreven; ‘Drie horizontale lijnen worden aan hun linker uiteinde gekruisd door een verticale lijn’, vormde zo abstract gezien de kapitaal E. In principe kan een vorm als een letter worden beschouwd wanneer men hieraan een betekenis heeft gelinked. Die betekenis kan een klank zijn, waarna een opeenvolging van klanken een com-municatief geheel kan vormen, die louter bestaat uit een algemene overeenkomst. In die zin zou ik dus evengoed mijn tandenborstel als de letter K kunnen aanzien. Het is de herhaling van die bijgevoegde functie van dat voorwerp die hieraan zijn betekenis geeft.

ls afstudeerproject aan het St Lukas te Brussel (1999) bedacht de Belgische vormgever Jo de Baerde-

maker ‘Construct’. Bij deze eerste ervaring met het ontwerpen van een lettertype, liet hij zich inspireren door decoratieve, niet-Latijnse schrijfwijzen (Kufi Arabic, Deva-nagari,…) De onderkastletters worden naar boven toe doorgetrokken en per zin ver-bonden met een horizontale lijn. De gehele constructie geeft zowel een arabische als di-gitale sfeer met zich mee.

e Franse designer Thomas Huot-Marchand ontwikkelde een uit-zonderlijke letterfamilie, bestemd

voor de grafische identiteit van het project ‘Utopies et Innovations’. Het alphabet van ‘Minuscule’ rust op de kenmerkende functie dat het bedoeld is voor de corpsen 5pt-2pt. Hoewel de leesbaarheid van een tekst op die grootte doorgaans te wensen overlaat, slaag-de Marchand erin hierbij toch duidelijkheid te scheppen. In zijn jarenlange onderzoeken naar leesbaarheid liet hij zich inspireren

door de negentiende eeuwse opthalmoloog Emile Javal.Minuscule bestaat uit een overblijfsel van typografisch elementaire modules, beko-men door een sterke reductie van de klassie-ke structuren. Van de letter ‘O’ bijvoorbeeld blijft op 2pt uiteindelijk enkel nog zijn con-tour over; een zwart vierkant. Voor elk corps bestaat er een afzonderlijk lettertype.

“DRIE HORIZONTALE LIJNEN WORDEN

AAN HUN LINKER UITEINDE GEKRUISD

DOOR EEN VERTICALE LIJN”

19

Page 22: Pauline Scharmann Brot

19

20

Page 23: Pauline Scharmann Brot

THOMAS HUOT-MARCHANT / UTOPINOV FONT

21

Page 24: Pauline Scharmann Brot

o n a

e f s

c d i

p b h

y t l

p q w

m v x

o g u

22

Page 25: Pauline Scharmann Brot

23

Page 26: Pauline Scharmann Brot

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 27: Pauline Scharmann Brot

16,31

23

18,48

33,83

5,2

8,91

13,17

6,89

24,95

31,7

30,42

32,26

23

18,31

49,69

2,78

8,91

23,61

35,47

0,71

31,7

41,49

86,46

23,7

18,48

15,78

80,67

1,84

13,17

34,29

51,43

2,47

30,42

47,6

76,61

25,84

33,83

38,68

86,19

22,79

6,89

38,36

72,38

0,39

32,26

50,33

84,12

30,98

24,4

32,99

59,99

10,95

22,6

21,32

92,23

4,6

4,36

0

50,54

0

27,52

45,68

73,52

19,93

17,99

30,26

92,42

5,76

0

26,05

73,41

27,03

29,7

54,98

87,41

27,03

20,56

37,78

99,7

9,44

0

39,93

86,93

0

21,91

47,92

100

12,2

0

50,43

84

0

0,49

0

7,24

0

2,2

0

19,88

0

0,69

4,37

28,09

0

6,21

24,3

52,51

0,34

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

UTI

AEVUM

IMMUNDA

AEVUM

PERSPICUUS

MATURUS

LUMEN

Page 28: Pauline Scharmann Brot

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 29: Pauline Scharmann Brot

Ik heb op het web weinig research kunnen doen naar je grafische ac-tiviteiten; je site lijkt ook wat ge-dateerd...

Ah, bestaat die site nog? (lacht) Ik heb verder alles van het net verwijderd. Er stond heel wat werk op facebook, maar ik herkende mijn ideeën geregeld in andermans affiches... Mensen bleven maar ontwerpen stelen!

We zullen dan maar volledig bij het begin beginnen; je werd geboren, behaalde je secundair en toen?

Mijn eerste keuze was grafisch ontwerp in het Sint Lucas in Antwerpen, maar in het eerste jaar buisde ik op mijn eindjury. Ik kreeg daarbij niet echt gerichte commentaar, mijn werk stond hen simpelweg niet aan. Het was soms erg duidelijk; Als je de lijn van de docenten niet volgde, ging je het moeilijk krijgen. Dat gaat soms ver; dan druk-ken ze zo erg hun wil door dat je in het werk van een stu-dent ziet van wie hij les heeft! Een goede schoolcarrière lijkt mij dan ook helemaal geen vereiste voor je toekomst als grafisch ontwerper. Je moet heel hard werken, dat wel. Maar bvb een vriend van mij werd steeds afgekraakt

en buisde op jury’s, terwijl hij echt geniaal is en nu heel veel erkenning krijgt voor zijn werk. In elk geval ging ik dus niet akkoord met de keuze van de docenten, wat voor mij dan ook de reden was om te veranderen van richting. Op die ma-nier ben ik bij de vrije kunsten beland. Daar moedigden ze eerder net je crea-tiviteit aan.

Nadat ik nog drie jaar foto/video had gedaan, ben ik zelf mijn portfolio beginnen rondsturen naar verschillende bureaus. Zo ben ik bij Pur Sang terechtgekomen, een inte-rieurbureau. Zij deden echt heel verscheidene projecten, bvb. de inrichting van AB Café, Noxx Club en Clinic. Na er even stage te hebben gelopen ben ik er nog anderhalf jaar blijven verderwerken.Dan ben ik verhuisd naar een ander bureau, Oona, dat huis-stijlen verzorgt voor merken als Nike en Eastpak. Maar te-gen die tijd was Untitled! zodanig aan het groeien dat ik me daar volledig op wou focussen. Dat neemt nu dan ook over-hand van tijd in; de organisatie, in het weekend draaien,… en mijn grafisch werk is steeds in functie van Untitled! en de muziekscene.

Had je dan technisch genoeg basis?In het Sint Lucas werd er praktisch niks aangeleerd qua designprogramma’s, maar ik had voor deze studie al Mul-timedia gedaan op het SISA. Daar heb ik alles geleerd, ge-woon rats vanbuiten! In het Sint Lukas kreeg ik dan ook vaak de commentaar dat ik teveel met computer begon te werken...Daar wilden ze je net met potlood en papier zien.

Je vertrekt niet vanuit je schetsen?Ik heb wel een basis wat tekenen betreft en om te brain-stormen is dat handig; dan kan je snel iets op papier zet-ten... maar ik gebruik het niet als vertrekpunt... Meestal begin ik eerst te ontwerpen vanuit de typogra-

W I M · D E · L A E T

im de Laet, woonachtig te Antwerpen, zoekt een date. Op een videotape zien we de jongeman, uitgedost in stropdas en

kostuum in een - misschien gedateerde maar daarom niet minder stijlvolle - jaren ‘90 sfeer. Met deze sol-licitatietape, weliswaar als bijdrage tot zijn portfolio vond Rotsak zijn eerste job als grafisch vormgever. De Laet, fulltime vader van het razendsnel groeiende dubstepevenement ‘Untitled!’, werkt onder het gra-fische alter ego ‘Rotsak’. Hij is de ontwerper van de intussen bekende huisstijl en affiche’s van het feest-gebeuren en verder ook bekend als wederhelft van het DJ-duo Kastor & Dice. Met deze bescheiden vormge-ver spreek ik af in het Antwerpse jazzcafé de Muze, want dat blijkt in zijn geval maar twee stappen lopen. Lui kan je hem echter niet noemen. Met een beetje geluk maar vooral hard werken, rolt rotsak tot nu toe

niet toevallig steeds de juiste richting uit.

LIEVER SHOE DISCOUNT DAN NIKE

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

A F F I C H E ‘A J U N G LE S U PR E M E ’, ROT S A K 20 0 8

O N D E R A A N : A F F I C H E VOO R D U B S TE PF O RU M

Page 30: Pauline Scharmann Brot

Anderzijds had je merken in de trand van Shoe Discount, die dan rebranding zochten. Het lijken op zich misschien stommere en minder hippe merken, maar daar haalde ik dan wel het meeste voldoening uit.

Er is op het moment een grote mas-sa aan mogelijkheden met design-programmas e.d. in hoeverre denk je dat deze technische vooruitgang positieve invloeden heeft op de ma-nier van ontwerpen? heeft het ook nadelen?

Voor mij niet, omdat ik nu zelf toevallig meteen begin te ontwerpen op computer. Maar ik vind het wel belangrijk te vertrekken vanuit een idee, niet zomaar random tools beginnen gebruiken. Dat idee kan ook een soort concept omvatten; bvb in de vorm van een reeks. Zo heb ik een hele serie platen gemaakt voor het nieuwe muzieklabel Tube 10. Die brengen zo redelijk vooruitstrevende retromuziek uit. Het label zelf was onzeker of het allemaal wel zou aan-slaan bij het grote publiek. Dan zijn we gaan samenzitten en zoeken naar een oplossing. Zo zijn we tot het besluit gekomen om een hele reeks platen te maken, waarbij we veel aandacht schenken aan het artwork. Op die manier zouden de mensen de hele reeks willen hebben, hoewel ze misschien bepaalde nummers niet goed vinden. Dat heeft supergoed gewerkt. Ze waren snel uitverkocht, vaak simpelweg voor het design! Dit probeer ik momenteel ook te doen voor het Untitled-project.

Vind je het jammer dat het materi-ele van de muziek op plaat wat ver-loren is gegaan met de opkomst van de digitale media?

fie, waarna ik het beeld daarin integreer. Dat lijkt niet zo logisch, de meeste mensen werken andersom. Het komt waarschijnlijk omdat ik ben begonnen met opdrachten als flyer –en affichedesign en dan krijg je altijd een hoop tekst mee die dan verwerkt moet worden. Ik denk dat van daaruit ook mijn stijl is voortgevloeid; die is redelijk vlak en clean. Ik keek daarbij veel naar ontwerpen uit de jaren ’50 - ’60 uit Nederland.

Je evolutieproces is op je site heel duidelijk te zien. de beelden wor-den steeds minder gecompliceerd.

Ja, dan begon ik bepaalde zaken aan te passen; Het aantal elementen bin-nen een ontwerp verminderde. Dus zo kwam ik uiteindelijk enkel tot pure vlakken, meestal met een textuur op. Dit uitdiepen en puurder maken van de vormgeving leidde er uiteindelijk toe dat ik bijna niet meer verder kon gaan. (lacht) En dan begin je gewoon opnieuw.

Het is ook belangrijk dat je in functie van je doel blijft wer-ken; Hoe meer ik bijvoorbeeld bezig was met die events en flyers, hoe meer ik begon te begrijpen hoe je het publiek moet aanspreken. Zo’n affiche moet je blik kunnen vast-grijpen op straat naast een heleboel andere drukke beel-den. Ik reduceer mijn werk tot het opgebouwd is vanuit de klare lijn. Eenvoud en kleur springt er meestal tussen uit. Zo is de meest recente affiche van Untitled! op het net ook digitaal geanimeerd. Er zit een kleine beweging in, waar-door de mensen er even bij blijven hangen.

Ben jij commerciëel ingesteld bin-nen je ontwerpen? Had je als vorm-gever bij de verschillende bedrijven moeite om klantgericht te werken?

Ja, vooral bij Oona. Daar voelde ik me op een bepaald mo-ment meer een verlengstuk van een accountmanager die zelf niet met die tools kon werken. Dat was ook de reden dat ik daar toen ben gestopt. De opdrachten waren over het algemeen wel leuk, maar het probleem bij die grote merken als Nike en Eastpak is dat deze al een vaste huis-stijl hebben. Daar moest je je dan wat inwringen.

DE AFF ICHES ZI JN S IMPEL , SOMS ZELFS GEWOON

ONTSTAAN UIT MIJN ONKUNDE

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 31: Pauline Scharmann Brot

Bij het puur beluisteren primeert de muziek natuurlijk en-kel, maar als ik gevraagd wordt voor dat soort ontwerpen is het anders; Ik ben een digitale ontwerper, maar ik ont-werp niet voor het digitale medium. Print blijft bovenal-nog steeds het allerbelangrijkste.

Is er iets specifiek dat je het liefste doet?

Platen. Je hebt heel veel vrijheid binnen het ontwerpen en werkt steeds met die cirkelvorm, dat is fijn.

Je verkoos voor je studie uit de vrije kunsten boven de toegepaste. Vind je het belangrijk dat die vrijheid al-lesomvattend is? Zijn beperkingen een domper op de creativiteit of is het net een uitdaging om dan bin-nen een beperking zo ver mogelijk te gaan? Bvb. met die cirkel…

Die ronde plaat is eerder je medium. Je begint als ontwer-per met bepaalde keuzes te maken en wat je daarmee wil doen; het formaat, de functie. In zoverre kies ik mijn be-perking wel, maar verder heb ik het liefste carte blanche!

Wordt het begrip ‘inspiratie’ over-schat, of ga jij actief naar op zoek naar materiaal?

Goh, dat gebeurt bewust of onbewust... Maar ik herinner mij dat er op school echt veel aandacht werd gehecht aan je inspiratiebronnen; dat moest je allemaal bijhouden in plakboeken enzo. Ik plakte meestal na het uitvoeren van mijn project pas wat gerief bijeen.Je moest in de academie ook alles kunnen uitleggen; re-denen waarom je zaken op een bepaalde manier plaatst, drijfveer, invloeden. Ik heb daar soms een beetje moeite mee. Dat geldt ook algemener, bvb bij conceptuele kunst. Die ellenlange explanaties hoef ik meestal niet te weten. Het werk moet staan op zich.

Bestaat er volgens jou iets dat telt als een ‘goed design’? Of is dat ge-heel subjectief?

Waarschijnlijk is het toch wel grotendeels subjectief, een menselijk gevoel; dat merkte ik bij de verschillen in me-ning bij de docenten. Maar bij typografie zijn er bijvoor-beeld al heel wat regels op vlak van leesbaarheid, zetting. Onbewust hou je je ook aan die regels, omdat ze evengoed zijn gebaseerd en ontstaan vanuit een gevoel. Dat is dan een algemener gevoel. Zo is het ook in bvb. de fotografie; een beeld kan goed of slecht gekadreerd zijn. Hoewel dit dan ook weer relatief is. Je kan een landschap fotograferen en besluiten enkel de lucht en een klein stukje berg in je beeld op te nemen. Dat klopt schijnbaar niet, maar vanuit een ander opzicht kan het dan weer wel net kloppen. Het is gewoon geen klassieke compositie.Deze paradox gebruikte ik soms in flyerontwerpen; ik gaf een bepaalde sfeer mee in het beeld; clean, kalm, uitgeba-lanceerd. Terwijl het voor een zeer chaotisch, druk evene-ment of feestje was, met pakweg hardcoremuziek.

Doordat je in feite werkt voor jouw eigen organisatie, ben je niet echt genoodzaakt veel compromissen te sluiten...

Ja, ik denk ook dat dat een van de redenen is waarom Un-titled! zo’n succes is geworden; Het beeld, de huisstijl van het evenement is mijn eigen werk, mijn keuze en daarmee persoonlijk. De affiches zijn eenvoudig, soms zelfs gewoon onstaan uit mijn onkunde!

X 420 MM Y 594 MM

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

AFFICHE UNTITLED!, WINTER 2009

Page 32: Pauline Scharmann Brot

3/5

click!

1

2

26

Page 33: Pauline Scharmann Brot

1x

1

2

3

4

114739

108853

27

Page 34: Pauline Scharmann Brot

ALWAYS CHALLENGE YOURSELF , NEVER MAKE COMPROMISES ,

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 35: Pauline Scharmann Brot

JONAS HEGI I S A PROMIS ING 24 YE AR OLD GR APHIC DES IGNER FROM

ZURICH , SWITZERL AND. AFTER SPENDING 2 YE ARS STUDYING AT THE

UNIVERS IT Y OF THE ARTS IN ZURICH HE MOVED ON TO COMPLETE

AN INTERNSHIP AT LUDOVIC BALL AND AND AT CARVALHO BERNAU

IN DEN HA AG. HE I S PART OF THE V J COLLECTIVE ‘ LES ENFANTS TER-

R IBLES ’. HEGI ’ S APPROACH I S VERY SWISS AND INSP IR ING TO THOSE

WHOSE TASTES LE AN IN THAT DIRECTION.

' ENDE GLEICH ZIEL'

B O E K OV E R D E A F S T U D E E R K L A S VA N 'Z U R I C H

U N I V E R S IT Y O F TH E A RT S , 2 010

I N H O U D; A RT I K E L S DOO R PE TE R V E T TE R , KU RT

EC K E RT E N A LE X H A N I M A N N

SO F T COV E R , 112 PAG .

KOSTUME 3

H A N DO U T, 2010

H A N DO U T VOO R D E M O D E S H OW KOS T U M E 3 I N

Z U R I C H , N OV E M B E R 2010 .

U IT S N IT KOS T U M E 3

ALWAYS QUEST ION YOUR WORK.

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

Page 36: Pauline Scharmann Brot

ho is J. Hegi?I’m a 24 years old guy living in Zurich, Switzerland. I just made

my BA-Degree in Visual Communication at the Zurich University of the Arts (ZHDK). At the moment I’m self-employed and working on different projects.How did you end up in de-signing in the first place?

How did it all start?I grew up with drawing and painting and I was always fond of design, photography, ty-

pography and the arts. For me it was always logical to end up in doing something with de-sign and art.For what ex-actly did you graduate, or

where?I did graduate in visual com-munication (former graphic design) at the ZHdK (Zurich

University of the Arts)Could you say your studies differ from graphic design?Differ? It was all about graphic design, a bit photography and illustration!Where (place) has your work

taken you?I was working in Basel, The Hague and Zu-rich. With the VJ Collective (Les Enfants Ter-ribles) actually soon called Sierra) we played mainly in Switzerland, Germany and Austria playing.

And what did these places teach you (that Switzerland

didn’t)?Never make compromises. Always challenge yourself, always question your work. (Which I also learned in Switzerland!)You also had a project with Samuel Weidmann for vj-ing. How did this start and is ‘Les Enfants Terribles’ still

active to this day?Yes it’s still active, actually more than ever. We’re now thinking about a new name – Si-erra. We’re trying to work more on installa-tive projects in a more artistic way. But still, vj’ing is fun and we love to do it.The moment I first heard about you, you were design-ing for Cryptonites. If we look at your more recent work plenty has changed.How would you say your

work has evolved?

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 37: Pauline Scharmann Brot

It’s more about the concept now. And probably way more reduced. I try to create things that may last longer than just for a certain period. I still like to switch between different styles and experience new things, I always try to go one step further than what’s actually around me. So I actually don’t care what’s trendy now, I just do, what I think fits best for the project.Is there a particular work (regardless wether it’s print, digital work, installation,..)

that you are proud of?I think I’m really proud on the final work I did with Samuel Weidmann at my school, the so called “Grafik Kiosk”. We made a concept for a program, which is able to create posters and flyers with the content given by the user. The user just has to tell the program, wether the poster should look funny or serious or what-ever, then the program starts working on the poster. And it works without any templates.At this point I have to give some credits to Philip Laeubli and Mario von Rickenbach,

' R H I N O ' L E T T E RT Y P E , J O N A S H E G I

35

Page 38: Pauline Scharmann Brot

teresting and challenging and it has to make fun, always!You work is amazing, still; how did you get noticed so

quickly? Did you get some support (from big names)?I got noticed so quickly? I really didn’t real-ize that. No, I didn’t get any support from big names. I don’t want to get noticed because of big names or of my person, I want to get no-ticed because of my work.

What are you occupied with the most at this moment?Besides working as a designer, I’m organizing an independent fashion show called Kostume in Zurich. The next show will take place dur-

two of the best programmers I know. Without them the prototype wouldn’t 've been possible.The challenge was to translate composition and intuitive designing in mathematical for-mulas. The program is a prototype and we’re still working on it.Have you had some exposi-

tions yourself?There was just the final school exposition. But for me it is always difficult to exhibit graphic design. There are some self-initiated projects I’m thinking of ex-posing, but it won’t be kind of a résumé of my work. Who did you work for, who do you work for now, who would you like to work for

in the future?I’m working mainly in the cultural section. Beside that, I initiated some projects by my-self. Also type design is a big thing. At the moment I couldn’t say for whom or what I would like to work most. It just has to be in-

I · L O V E · S I L K S C R E E N , · H A N D

P R I NTI N G , · B UT· I ·A L S O · LOV E ·

M Y · L A S E R P R I N T E R

36

Page 39: Pauline Scharmann Brot

ing the fashion week in Zurich. I’m not only working on the appearance of the show, I also have to deal with sponsors, fashion designers and a lot of other things. After the 12th of no-vember, the day of the show, I will focus more on my own projects. After all of your experience so far: can you say what it takes to be a (good) graphic

designer?Passion! And never satisfied.Do you have future goals? If

so, which ones?Euhm, maybe moving to London or to Berlin? Learning French in Paris?Are there any tools, meth-ods you frequently use? (e.g

silkscreen) If so, why?No, I don’t like to use tools because the tools. I like to use a specific tool because I think it’s the best tool to get the best result for the pro-ject. So I love silkscreen, hand printing, but I also love my laser printer.

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

Page 40: Pauline Scharmann Brot

4/5

38

Page 41: Pauline Scharmann Brot

39

Page 42: Pauline Scharmann Brot

S OMM I G E ·MEN S E N ·MA I L E N

G E WO O N ·N E E · O F · J A ·

T E R W I J L · A N D E R E N · J U I S T

E E N · R O M A N · T Y P E N

Je hebt tijdens je opleiding Vrije Grafiek aan de Acade-mie in Antwerpen jouw ei-gen stijl ontdekt. Is die stijl nog steeds dezelfde bij Uber

and Kosher?Er zijn heel veel elementen die er nog zijn. Bij-voorbeeld, na mijn opleiding ben ik heel hard in het digitaal ontwerp gevlogen en maakte ik illustraties via pixelontwerp. Een heel interes-sante techniek en toen was dat echt een ontdek-king, maar ondertussen spreekt mij dat minder aan. Daardoor heb ik vanalles geprobeerd en

heb ik een andere stijl ontwikkeld. Achteraf ben ik wel teruggekeerd naar die vrije grafiek en die basiszaken en -structuren en de analoge invloed van het tekenen, plakken en knippen. Combinaties van foto’s, meestal door Deborah gemaakt, ga ik achteraf nog bewerken met toe-passingen die meer naar vrije grafiek neigen

M A R T I J N · V O G E L A E R S

a een klein uurtje gereden te hebben richting Ant-werpen komen we aan in de Pretoriastraat. De deur van een statig herenhuis doet ons absoluut niet ver-

moeden dat zich hier de creatieve studio Uber and Kosher van Martijn Vogelaers en Deborah Bloemen bevindt. We bellen aan en Martijn doet met een brede glimlach de deur open. Ik stel mijzelf, om het geheugen van Martijn op te frissen nog vlug even voor en Martijn laat mij vervolgens beleefd binnen. Hij vraagt of ik een koffie moet hebben. Ja, graag!, antwoord ik. Gelukkig, zegt hij. Hij gaat naar de keuken waar hij al twee tassen met elk 3 koekjes heeft klaargezet. Suiker?, vraagt hij, terwijl hij een pad in de espressomachine stopt.

Met grote behendigheid en een plateautje met twee tas-sen op neemt hij me mee naar de eerste verdieping. Welkom in de studio, zegt hij nadat hij de eerste deur opent. Ik kijk rond en wat mij als eerst opvalt, is een grote prikbordmuur waar al-

lerlei foto’s en ontwerpen zijn opgeprikt. “Ja dat is ons mood-board. Kan je daar geen foto’s van nemen? Want met sommigen ontwerpen zijn we nog bezig en de klanten zouden het niet leuk vinden moesten bepaalde dingen al openbaar gemaakt worden. Zet je.”, zegt hij terwijl ik mijn jas uitdoe.

U B E R A N D KO S H E R

L O G O C A P I TA L

U B E R A N D KO S H E R

L O G O D E U S

U B E R A N D KO S H E R

L O G O R A DA R

U B E R A N D KO S H E R

L O G O 1 0 DAY S O F F

S E L E C T E D N O N C O M M E R C I A L A RT

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 43: Pauline Scharmann Brot

dan naar illustrator strakke ontwerpen.Op de website staan vooral vintageachtige collages. Is dat de correcte omschrijving

van jullie stijl?Vintage is een heel breed begrip. Dat zou ik er zelf niet op plakken, maar ik snap de benoe-ming wel, omdat het redelijk herkenbaar is en misschien is er ook wel nostalgie in te vin-den. Je voelt de geleefdheid van elk beeld wel. Elk beeld zou kunnen komen van de jaren ’60, ’70, ’80, elk beeld voelt alsof het een verleden heeft. Dat is ook iets waar we bewust naar zoe-ken, een vorm van geaardheid, een beeld dat een bestaansrecht heeft en tegelijk geschiede-nis veinst. We werken vaak met oudere beelden en ar-chiefbeelden. Wij gebruiken ze dan wel in een andere context dan waar ze voor bedoeld zijn. Dikwijls zijn het functionele beelden die niet esthetisch bedoeld zijn, maar waar wij wel de esthetiek van inzien, zij het door een andere ‘ca-drage’ of een kleurverandering of versnijding.Waar halen jullie inspiratie?We heb eigenlijk niet echt één bepaalde inspi-ratiebron… We staan open voor veel zaken, we

hebben een heel lange en brede geschiedenis van inspiratiebronnen en we zoeken ook op heel veel verschillende manieren. Qua sfeer voelen we ons verbonden met sobere en minimale grafische aanpak van de Vlaamse mode-ontwerpers. Ik denk dan aan De Zes (Ant-werpse Zes – zes mode-ontwerpers uit het Ant-werpse die in dezelfde tijd groot zijn geworden – nvdr) en de hele manier waarop zij commu-nicatie aanpakken: de droge en klassieke typo-grafie, hun lay-out en de combinatie van sterke beelden waar heel intense, menselijke emoties inzitten en tijdloze, minimale grafiek. Dat is waar we voor te vinden zijn: de content moet primeren en de vormgeving is helemaal in functie van de content. Op onze site is dat denk

ik heel duidelijk. We maakten vroeger heel veel websites waar we ons ei legden in de navigatie en de interface. Ondertussen is een website meer conform geworden door de vele bestaande degelijke portfolio-formats, blogs en social network sites en is een complexe of grafisch indrukwekkende interface meestal overbodig.

Daarmee bedoel ik: een portfolio-site moet voor ons vooral een galerij zijn. Het moet een wit canvasgevoel hebben, zeker voor de klan-ten die we aantrekken, meestal kunstenaars, fotografen of muzikanten. Het artwork dat daar in verschijnt, moet kunnen spreken voor zichzelf. De rest zijn middelen om die content te presenteren. Onze focus ligt dan ook voor 90%

op art-direction, artwork en identity. Websites zijn slechts een van de vele toepassingen van de identities die we ontwikkelen of ook ontwerpen.Wat was het leukste project waar je tot nog toe aan ge-

werkt hebt?Dat is heel moeilijk om te zeggen, want elk project heeft zijn fijne en zijn mindere kanten. Maar de fijnste projecten zijn nog altijd de projecten waar de klanten gewoon zeggen: ‘Doe gewoon je ding. We willen een Uber and Kosher-ontwerp.’ Een van de voorbeelden van zo’n project is het kappersboek waar ook kunstwerken in zitten. Alle art direction, tot de art direction van de lay-out, het bijsturen van de lay-out en dergelijke en hoe dat het hele project eruit moest zien, heb-ben wij beslist.Kijk, ik zal het eens nemen! (staat recht en neemt trots het boek op). Dat is een heel goed voorbeeld van een totaalproject waar we echt wel onze stempel hebben kunnen op drukken, al hebben we natuurlijk ook rekening gehouden met de klant. Een andere opdracht waar we nu heel intens mee bezig zijn, is de laatste collectie van de ont-werper Thimister(een ontwerper van bvba 32, waar Ann Demeulemeester en Haider Acker-

D E B O R A H · B L O E M E N

41

Page 44: Pauline Scharmann Brot

mann ook bijzitten). We zijn momenteel onder andere het nieuwe logo aan het ontwerpen.Verder heb we ook onze tanden gezet in het artwork van de nieuwste cd van dEus Dat was ook een heel leuk project, omdat we ook alle vrijheid hadden, maar dan wel in samen-spraak met Tom (Barman – red.), een intense maar heel fijne samenwerking. Een samen-werking die nog altijd loopt zelfs, ik was net nog bezig met het ontwerp voor de nieuwe sin-gle. Ook met Arsenal hebben we een fijne sa-menweking. Het leuke is dus dat we redelijk vrij kunnen doen wat we willen. Ondertussen is dat eerder regel dan uitzondering, omdat we op voorhand tegen de klanten zeggen dat het niet de bedoe-ling is dat we uitvoeren, maar dat we bedenken. Weigeren jullie dan dikwijls

klanten?Ja, dat gebeurt regelmatig. Dik-wijls hebben mensen zo’n afgelijnd idee van hetgeen ze willen, dat ze enkel iemand zoeken om dat uit te voeren. Dan zijn ze bij ons niet aan het juiste adres. Soms hebben ze ook al een bestaande huisstijl en willen ze dat verderzet-ten of willen ze hun huisstijl uitgevoerd in een ander medium. Dat zijn zaken die we niet meer doen.”Hoe komen klanten bij jullie terecht? Gaan jullie zelf op

zoek naar klanten? Wij gaan zelf niet op zoek naar klanten omdat we daar geen tijd voor hebben. Indien er perio-des zouden voorvallen waarin we geen opdrach-ten zouden hebben zouden we er waarschijnlijk wel werk van maken. Maar voorlopig zitten onze agenda’s steeds tsjokvol.We trachten steeds eerlijk en sterk werk te maken en om altijd kritisch te zijn over wat er naar buiten gaat. Onze naam staat er ten slotte onder. Wat we wel doen is, is onze portfolio-website goed bijhouden. Dat vinden we heel belangrijk. We zorgen ervoor dat de recentste ontwerpen er opstaan, en dat is onze investe-ring om klanten te werven

Is het een stresserende job?Dat hangt een beetje van de opdracht af. Niet als we een website maken, want dat heeft geen publishmoment. Deze kan je altijd nog achteraf aanpassen. Styling en ontwerp voor print, ze-ker op kleding, is een ander verhaal: dat moet ingediend worden en af zijn. Als het resultaat niet is wat het moest zijn, dan zit je met een probleem. Maar dat doen we uiteindelijk toch het liefst omdat je dan echt wel een moment hebt dat het klaar is: “Closure”.Is er een specifiek domein binnen drukwerk dat je het

liefst doet?

Onze voorkeur gaat naar artwork, en prints voor stoffen. Wij ontwerpen graag dingen die blijven, en die op duurzame materialen worden uitgevoerd. Een kledingstuk wordt vaak echt gekoesterd en gaat jaren mee. Een muziekal-bum is ook zoiets. Het kan jaren in een collectie zitten en kan soms zelfs heroplevingen kennen. Bijvoorbeeld wanneer een album terug in de kij-ker komt te staan. Echt sterke ontwerpen zijn tijdloos. Dat is voor ons het hoogste. Promomateriaal (artwork/ontwerp voor flyers en posters) vinden we ook wel belangrijk om te blijven doen omdat dat juist contemporair en vluchtig is… Het houdt je scherp, als ontwer-per. Het is een platform waarop we kunnen ex-perimenteren.Hoe beginnen jullie aan een

opdracht?Dat hangt een beetje af van het type klant. Meestal gebeurt het dat ze al eens gehoord heb-ben van ons of werk van ons gezien hebben en dan via via eens komen polsen hoe we werken

G E L U K K I G · H O U D E N · W E · Z O · V E E L · V A N

O N S · W E R K · D A T · B E P A A L D E · D I N G E N · A L S

H O B B Y · K U N N E N · B E K E K E N ·WO R D E N ¶

42

Page 45: Pauline Scharmann Brot

en of we ook niet voor hen iets willen maken. Heel officieus, vaak amicaal zelfs. Met veel communicatie en persoonlijk contact, waar-door veel van onze klanten ook vrienden zijn geworden.Voor ons is het ook heel belangrijk dat je vrij tegen elkaar kan zeggen wat je vindt en denkt. We beginnen meestal met lange ge-sprekken over hetgeen ze willen doen, wat de sfeer is, bijvoorbeeld voor een album: wat er anders is aan dit album ten opzichtevan het vo-rige album, waar ze naartoe willen, of het een blij album wordt of een duister album. Bij een ontwerper (kleding) krijgen we de moodboards mee of bekijken we zijn/haar stoffen en schet-sen en dan trekken we steeds een volledige dag uit om rond die moodboards en andere zaken te meeten. Bij een muziekant of band beluisteren we de eerste ruwe opnames.Bij een logo-ontwerp kan het soms zijn wat we er honderden maken, maar soms kan het ook zijn dat we één ontwerp maken en tegen de klant zeggen dat er niet over te discussiëren valt omdat we meteen voelen dat het goed zitDat is wel een enorm risico dat jullie daarmee nemen…Ja… Maar hoe meer logo’s je gemaakt hebt, hoe meer ervaring je hebt en hoe zekerder je bent

van je beslissingen. Dat kan heel verkeerd aankomen, maar we heb-ben het geluk dat dat wel dikwijls goed zit. Wij streven ernaar om heel concreet en liefst zo snel mogelijk ‘boenk d’erop’ te zitten. We denken er echt wel goed over na, we schetsen daarover, we praten erover en als we er echt achter staan, dan stellen we het pas voor. We zijn niet de mensen die keiveel materiaal geven of via omwegen werken.

' LO

KEM

O' A

RSEN

AL

BA

LTH

AZ

AR T- S

HI R

T

T I N E Z L O G O

TH

E S

UBS A

RTW

ORK

, 2011

Een belangrijke stap om tot een ontwerp te ko-men is de mens achter de klant leren kennen?Ja zeker! Het is essentieel dat we elkaar goed kennen, dat we veel babbelen en dat we weten waar we naartoe willen. Wanneer je een heel droge, zakelijke verstandhouding hebt, dan kan je heel functioneel werken. Misschien zelfs functioneler dan dat wij werken, maar dan moet je niet meer zo ver gaan zoeken in de ontwerpen. Dan heb je meestal een gevoel dat je kan vasthouden en daarmee ontwerpen.

01

03

07

09

11

13

15

17

19

21

23

25

27

29

31

33

35

37

39

41

43

45

47

05

Page 46: Pauline Scharmann Brot

Wij zoeken echter wel naar iets extra’s, niet enkel dat eerste gevoel. Voor de meeste vorm-gevers zoeken we het te ver, terwijl artistieke mensen net vinden dat we toegepast werken. Wij vallen eigenlijk een beetje tussen beiden in en dat vinden we positief.Dankzij de verschilllende opdrachten ontmoe-ten we constant andere karakters. Sommige mensen zijn heel cryptisch in hun communica-tie, die mailen gewoon nee of ja, terwijl ande-ren een roman typen. Er zijn dus mensen die je helemaal in hun verhaal wikkelen en anderen die zeggen: zoek het maar zelf uit.

Hoe creatiever de klant, hoe meer we van zijn/haar werk moeten kunnen houden. Als er een niet zo creatieve klant is, dan is het niet zo heel belangrijk voor ons wat die man doet, maar dan is het wel belangrijk dat wij ons ding kunnen doen. Maar als het dus een heel creatieve klant is, dan moeten we echt respect hebben voor zijn werk of dat botert niet. Jij woont en werkt samen met je vrouw. botert dat wat?Dat is heel intens. Dat kan natuurlijk soms ook moeilijk zijn. We hebben vaak verhitte discus-sies over het werk, , omdat we er beiden zo emo-tioneel mee verbonden zijn, zeker over creatieve dingen. Je spaart elkaar niet, aangezien je el-kaar door en door kent. Ik denk wel dat dat ons werk wel ten goede komt, want we maken geen compromissen en vullen elkaar echt aan.Hoe ziet een doordeweekse

werkdag er voor jullie uit?We hebben twee kinderen, één van 11 en één van 4. Wij staan op met de kinderen, smeren de boterhammetjes en zorgen ervoor dat ze alles hebben wat ze moeten hebben om naar school te gaan. Nadat de kinderen naar school zijn gebracht, beginnen wij hier in onze studio te werken of in onze tweede studio. Deborah gaat dikwijls voor fotoshoots of producties op sets of op verplaatsing en ik ben dan heel veel hier in onze studio aan het werk. Soms springt er een derde persoon bij, omdat we het werk anders niet gedaan krijgen. We ontwerpen tot half vijf, dan komen de kinderen thuis en zijn we met de kinderen bezig tot zij in bed liggen om half negen. En dan beginnen wij terug te wer-ken tot elf, twaalf uur om gedaan te krijgen wat we moeten doen. Dat is een werkdag bij ons.Hebben jullie dan nog vrije

tijd?Het goede bij ons is dat wij kinderen hebben en dat wij daar heel bewust mee bezig zijn. Zij ei-sen veel tijd op, maar dat is net een heel goed tegengewicht, zo zijn we verplicht om af en toe eens tijd vrij te nemen. Anders zouden we al-leen maar werken. Gelukkig houden we zoveel van ons werk dat bepaalde dingen als hobby kunnen bekeken worden. Bijvoorbeeld de modeweken in Parijs, waar we de zaken voor onze klanten opvolgen: dat is ook ontspannend voor ons.Zou jullie jezelf omschrijven

als kunstenaars?

00

02

06

08

10

12

14

16

18

20

22

24

26

28

30

32

34

36

38

40

42

44

46

04

Page 47: Pauline Scharmann Brot

vanuit jezelf.

We houden niet zo van mensen die zelf bewe-ren dat ze kunstenaar zijn We ontdekken vaak sterk werk bij mensen die hunzelf geen kunste-naar noemen. Kunst komt naar ons gevoel niet steeds van zelf uitgeroepen kunstenaars. We hebben teveel respect voor het woord kunst om er losjes mee om te springen. We beschouwen en beoordelen liever het werk zelf dan perso-nen op hun artistieke waarde. Dus ik zou nooit zelf zeggen dat ik een kunstenaar ben, maar ik geloof wel dat we met artistieke dingen bezig zijn. Tenslotte doen we natuurlijk een creatieve job. In hoeverre dat die creaties kunst zijn, is een beoordeling die we aan ieder individu zelf persoonlijk overlaten.Heb je nog gouden tips voor

beginnende grafici?Doorgaan tot je bereikt hebt wat je wou berei-ken, niet te snel tevreden zijn dus. Je moet altijd kritisch blijven voor je eigen werk en nagaan of de typografie in verhouding staat tot het logo of een beeld, of het uniek is wat je gemaakt hebt. Achteraf moet je, voor zover dat gaat, kijken naar je werk met een maagdelijk oog: ‘Zou ik het ook goed vinden als ik het niet zelf gemaakt had?’Blijf goed uitkijken dat je niet steeds dezelfde technieken te gebruikt of technieken van an-

dere ontwerpers, omdat je weet dat ze werken. Durf fouten maken, blijf zoeken, blijf spelen… Amuseer jezelf.En dan nog een tip voor als je vastzit met je werk: vraag je af wat je zou doen als het voor jezelf zou zijn. Zou je zelf het T-shirt of de trui dragen die je ontwerpt? Dat vind we de beste referentie. Sommige mensen ontwerpen te veel in functie van de klant. Zij redeneren: ‘Als hij het goed vindt, is het goed genoeg.’ Ik denk niet dat dat een goede werkwijze is. Oordeel steeds

L O O K B O O K U & K

45

Page 48: Pauline Scharmann Brot

5/5

46

Page 49: Pauline Scharmann Brot

47

Page 50: Pauline Scharmann Brot
Page 51: Pauline Scharmann Brot
Page 52: Pauline Scharmann Brot