Elektrische installaties - blog.immobalcaen.be€¦ · Elektrische installaties Een elektrische installatie omvat een voeding, verdeelborden, leidingen, machines, toestellen, stopcontacten

Elektrische installaties

Een elektrische installatie omvat een voeding, verdeelborden, leidingen, machines, toestellen, stopcontacten en lichtpunten en is begeleid van de nodige elektrische schema’s. Tijdens de de keuring moeten alle lokalen veilig toegankelijk zijn, alsook de eventuele gemeenschappelijke de-len. De nodige isolatiemetingen vergen een korte onderbreking van de spanning.

De keuringen worden opgelegd door het A.R.E.I. – Al-gemeen Reglement op de Elektrische Installaties – en eventueel bijkomende specifieke voorschriften. Het A.R.E.I. heeft betrekking op de veiligheid van de instal-latie.

Het AREI bevat volgende controle- verplichtingen voor woningen:

• AREI art.270 : keuring voor de indienststelling of gelijkvormigheidsonderzoek » nieuwe installatie » uitbreiding van een bestaande installatie (o.a. zon-

nepanelen)• AREI art.271 : periodieke keuring om de 25 jaar (voor

installaties na 1.10.1981)• AREI art.276 : keuring bij verzwaring van de aanslui-

ting op het net (installaties voor 1.10.1981)• AREI art.276bis : keuring bij verkoop van wooneen-

heid (installaties voor 1.10.1981)

Niet-huishoudelijk

AREI art.270 : keuring voor de indienststelling of gelijkvormigheidsonderzoek• nieuwe installatie• uitbreiding van de bestaande installatie (o.a. groene-

stroom en/of WKK) AREI art.271 : periodieke keuring om de 5 jaarK.B. 2.06.2008 : minimale voorschriften inzake veilig-heid van bepaalde oude elektrische installaties op arbeidsplaatsen. Voorschriften voor installaties van voor 1.10.1981 of 1.01.1983 die tegen juli 2013 moeten gevolgd worden voor installaties waarop het AREI niet van toepassing is.

AREI art. 272 : hoogspanningsinstallaties• gelijkvormigheidsonderzoek : bij indienststelling en

bij elke belangrijke wijziging of omvangrijke toevoe-ging.

• controlebezoek : jaarlijks Specifieke bijkomende voorschriften.Buiten het AREI kunnen ook specifieke bijkomende voorschriften van toepassing in functie van de aard van het gebouw of van de uitbating : klinieken, rustoorden, kinderopvang, hoge gebouwen, lastenboek verzekeraar, ...

Maak uw afspraak op www.btvcontrol.be, bekijk er onze andere controles of bel:

Beter Zeker.

• BTV Antwerpen, tel.: 03 216 28 90• BTV Brussel, tel.: 02 230 81 82• BTV Limburg, tel.: 011 42 18 34• BTV Noord-West-Vlaanderen, tel.: 051 70 25 48

• BTV Oost-Vlaanderen, tel.: 09 252 45 45• BTV Vlaams-Brabant, tel.: 016 63 47 45• BTV Zuid-West-Vlaanderen, tel.: 056 70 54 05

Goederenliften, personenliften en fabrieksliftenGoederen en fabrieksliften:

» moeten periodiek om de drie maanden gekeurd worden.

» Indienststellingen kunnen uitgevoerd worden op basis van het artikel 280 van het A.R.A.B.

Liften (voorheen personenliften):

m.b.t. het K.B. van 09.03.2003 (met wijziging 17/03/2005 & 13/05/2005 & 10/12/2012), over de veiligheid van liften, voert BTV de preventieve inspec-ties, risico-analyse en herkeuringen na modernisatie-werken uit. Bij de preventieve inspecties wordt er vooral aandacht geschonken aan het veilig functioneren van het toestel en de algemene staat (specifieke onderdelen alsook bv. slijtagecriteria). Hier valt de omschrijving “preventief”, die toelaat inzicht te verschaffen in techni-sche problemen die zich in de toekomst kunnen stellen.

In de risicoanalyse wordt vastgesteld wat het veilig-heidsniveau van de lift is. De keuringen na modern- isatiewerken beogen een evaluatie van de geboden veilige oplossing van de risico’s en de vakkundige uit-voering hiervan, welke moeten uitgevoerd worden tegen eind 2014 (voor liften van na 01/04/1984), 2016 (voor

liften gebouwd tussen 1958 en 01/04/1984) en tegen eind 2022 voor liften van voor 1958. Het beoogd eind-resultaat is een lift die beantwoordt aan de Europese regelgeving.

Voor liften in nieuwe gebouwen of volledige renovaties kan BTV als Europees aangemelde instantie (NoBo) instaan voor de eindcontrole (vroegere indienststelling) volgens Europese richtlijn 95/16/EG, omgezet in Bel-gisch Recht bij KB van 10/08/1998 (en 12/08/2008). Deze onderzoeken worden uitgevoerd in opdracht van liftconstructeurs: bij positief resultaat zal in de liftkooi de EG-markering CE 0892 aangebracht zijn.

Als eigenaar of beheerder bent u verantwoordelijk voor het beheer van het onderhoud, de periodieke of pre-ventieve inspectie van liften, alsook voor conformiteits-onderzoeken, risicoanalyses en moderniseringen.

De data voor de afspraak voor de risicoanalyse en de effectieve risicoanalyse hangen af van het bouwjaar (ingebruikstelling) van de lift: liften moeten volgens het KB van 10/12/2012 een eerste risico-analyse ondergaan 15 jaar (voorheen 10 jaar) na de eerste ingebruikname. De vastgestelde risico’s moeten verholpen zijn binnen de 3 jaar na uitgevoerde risico-analyse.


Beter Zeker.

• BTV Antwerpen, tel.: 03 216 28 90• BTV Brussel, tel.: 02 230 81 82• BTV Limburg, tel.: 011 42 18 34

• BTV Oost-Vlaanderen, tel.: 09 252 45 45• BTV Vlaams-Brabant, tel.: 016 63 47 45• BTV West-Vlaanderen, tel.: 056 70 54 05

Bouwjaar Afspraak voor de risicoanalyse Uitvoering van de risicoanalyse

Vóór 01/01/1958 Vóór 10/11/2005 10/05/2006

Tussen 01/01/1958 en 31/3/1984 Vóór 10/11/2005 10/05/2007

Tussen 01/04/1984 en 10/05/1998 Vóór 10/11/2005 10/05/2008

Na 10/05/1998 - Max. 15 jaar na de indienststelling

De data voor de afspraak voor de risicoanalyse en de effectieve risicoanalyse hangen af van het bouwjaar (ingebruikstelling) van de lift:

Controle Aardgasinstallatie

Meest voorkomende ongevallen met aardgasin-stallaties zijn CO-vergiftiging, brand en explosie. In België zijn er jaarlijks meer dan 1000 slachtof-fers waarvan meer dan 30 dodelijk ten gevolge van CO-vergiftiging. Uit preventief oogpunt is het aangeraden om uw aardgasinstallatie regelmatig te laten controleren.

Een gekwalificeerd BTV-agent komt ter plaatse de installatie onderzoeken. Deze controle omvat het on-derzoek van de gasleidingen, de gasverbruikstoestellen met hun voorzieningen voor verbrandingsgasafvoer en luchttoevoer en de ruimte waar deze in opgesteld staan. Tevens wordt aan de hand van een meting bepaald of de gasleiding lekdicht is.

De gasdistributeur eist een conformiteitverklaring van de aardgasinstallatie voor de opening van de gasteller en ook indien de installatie vernieuwd of gewijzigd is. Deze conformiteitsverklaring aan de Belgische normen kan afgeleverd worden door BTV.

De aardgasinstallatie, na de teller van de distributienet-beheerder, wordt onderzocht op de conforme uitvoering aan de Belgische normen NBN D 51-003, NBN D 51-004, NBN B 61-001 en NBN B 61-002.

Het ARAB art 52.11 legt een periodieke controle van de gasinstallatie op.

• In rustoorden voor bejaarden en ziekenhuizen vraagt het K.B. een 3 jaarlijkse dichtheidsproef van de aard-gasinstallatie.

• Een jaarlijkse controle van de gasinstallatie wordt op-gelegd door het K.B. voor manifestaties in openlucht-inrichtingen en voetbalstadions.

• In Vlaanderen is een driejaarlijkse dichtheidscontrole verplicht voor de installaties in toeristische logies.

• Een jaarlijkse controle moet worden uitgevoerd in de gebouwen voor kinderopvang gelegen in het Vlaamse Gewest.

• Een controle kan ook worden opgelegd door de verze-keringsmaatschappij of ander instanties.

De opening van gasteller kan gebeuren door BTV, voor Infrax-aardgasklanten in de provincie Limburg en Vlaams-Brabant (excl. Kampenhout en Steenokkerzeel) en de gemeente Laakdal. In andere gemeenten wordt de opening enkel door de distributienetbeheerder uitgevoerd.

Het getuigschrift met isometrisch schema, volgens het K.B. van 28 juni 1971, moet door de installateur of doe-het-zelver ingevuld en ondertekend worden voor wat betreft de nieuwe (delen van een) aardgasinstallatie.

Het isometrisch schema van de gasinstallatie kan u alvast voorbereiden in 3 exemplaren. Dit isometrisch schema wordt tijdens de controle in bijlage van het ge-tuigschrift geplaatst, het getuigschrift zelf wordt u door BTV aangeboden op het ogenblik van de controle.


Beter Zeker.



Blowerdoortest

Een blowerdoortest of luchtdichtheidstest is een meting van een gebouw door gebruik te maken van overdruk en onderdruk. Hiervoor wordt een aangepaste ventilator in een deuropening geplaatst die lucht in de woning blaast totdat een zeker drukverschil wordt bereikt (50 Pa). Omdat de woning luchtlekken vertoont zal de ventilator moeten blijven draaien om ontsnapte lucht terug aan te vullen: hoe meer lekken, hoe meer debiet hij moet leveren.

Het luchtdebiet, nodig om het drukverschil te behouden is dan ook een goede maat voor de luchtdichtheid van de woning. Het doel van het uitvoeren van luchtdicht-heidstesten is een maximaal luchtdichtheids-niveau te bekomen. Het lekdebiet bij ontstentenis in de EPB-software bedraagt 12, terwijl dit in de praktijk meestal minder dan de helft bedraagt. Indien er nog extra werk gemaakt wordt van luchtdichtheid is dit getal en dus ook het resultaat nog beter!

De voordelen van deze controle:

• verlaging van het E-peil en bijgevolg de score op het energieprestatiecertificaat.

• verminderen van de energiekosten: beperken van het warmteverlies door minder lekken.

• vermijden van structurele problemen: vermijden van condensatie, vocht-problemen of bouwschade van koude bruggen, eventueel gevolgd door de ontwikke-ling van schimmels.

• verbeteren van comfort en vermijden van tochtgevoel• verminderen van koellasten bij warme temperaturen• verminderen van geluidslekken• verbeteren van de brandweerstand• beheersing van de luchtstromen zodat de ventilatie

een beter rendement haalt of zodat er ook niet teveel (ongewenst) geventileerd wordt.

De luchtdichtheidstest kan uitgevoerd worden, zowel na volledige afwerking van het gebouw als tijdens de uitvoering om bijvoorbeeld nog te kunnen bijsturen. Om lekken in een gebouw / woning te detecteren maken we gebruik van:

• eventueel een thermografische camera• rookstaafjes• windsnelheidsmeter

BTV kan voor u deze test uitvoeren, al dan niet vooraf-gegaan door een tussentijdse test tijdens de uitvoering zelf en met de nodige adviezen bij de bestelling om tot een goed luchtdichtheidsniveau te kunnen komen.

BTV is BELAC-geaccrediteerd en kan daardoor op onaf-hankelijke wijze en met grote expertise testen uitvoe-ren. Ook speciale luchtdichtheidstesten voor o.a. “Clean rooms”, labo’s en zelfs metingen voor het bepalen van de luchtdichtheidsklasse voor ramen en deuren... kan u bij BTV bestellen.


Beter Zeker.



Controle EPCVerplicht Energieprestatiecertificaat (EPC) bij verkoop en verhuur.

Het energieprestatiecertificaat is een verplicht certificaat dat mogelijke kopers of huurders infor-meert over de energiezuinigheid van een woning. Op basis van het EPC kan u de energieprestaties van woningen vergelijken.

Wanneer een woning of appartement te koop of te huur wordt aangeboden dan is het energieprestatiecertifi-caat (EPC) verplicht. Het EPC moet beschikbaar zijn op het moment dat de woning te koop of te huur wordt aangeboden.

Onze energiedeskundige berekent de energiescore van uw woning op basis van onder andere de verwarmings-installatie en de gebruikte isolatiematerialen in het dak, de muren, de vloer, de ramen en deuren. Hij volgt hierbij het inspectieprotocol dat werd opgesteld door het VEA (Vlaams Energie Agentschap). Hij zal eveneens advies geven over kosteneffectieve maatregelen voor de verbe-tering van de energieprestatie van het gebouw.

Hoe meer documenten u kan voorleggen, hoe nauw-keuriger het EPC kan opgemaakt worden en hoe beter de resultaten worden. Hiervoor worden best volgende zaken klaargelegd: plan hoe de woning gebouwd werd, eventuele subsidie-aanvragen voor isolatie, facturen van verwarmings-installatie, isolatiematerialen, lasten-boek, technische documentatie van de verwarmings-ketel, vaststellingen uit werfverslagen, postinterventie-dossier, vorderingsstaten of bv. een EPB-aangifte.

Het energieprestatiecertificaat blijft 10 jaar geldig. Wanneer de wooneenheid opnieuw verkocht of ver-huurd wordt, binnen deze geldigheidstermijn van tien jaar, moet geen nieuw EPC voor verkoop of verhuur opgemaakt worden.

Als in de woning intussen maatregelen zijn doorgevoerd waardoor het gebouw energiezuiniger is geworden, bijvoorbeeld het vervangen van enkel glas door isole-rend glas, kan de eigenaar er baat bij hebben om een nieuw energieprestatiecertificaat te laten opmaken. Het nieuwe EPC zal dan een betere score geven.

Indien de woning na 2006 werd gebouwd zodat reeds een energieprestatiecertificaat nieuwbouw beschikbaar is, moet geen EPC voor verkoop en verhuur van woon-gebouwen opgemaakt worden zolang het energiepres-tatiecertificaat voor nieuwbouw geldig is (eveneens 10 jaar).

Combinatiecontrole EPC en elektrische laagspanningsinstallaties

BTV beschikt over erkende energiedeskundigen type A en kan voor u het EPC combineren met de keuring elek-trische laagspanning en opslagtanks voor huisbrandolie. Dit in één vlotte keuring op hetzelfde moment aan een voordeeltarief. U betaalt immers maar één verplaatsing en onze inspecteur kan voor u beide keuringen tijdens dezelfde afspraak afwerken.


Beter Zeker.



Opslagtanks: indienststelling en periodieke controles

BTV verzorgt de indienststelling van stookolie-tanks en periodiek onderzoek waarbij de voor-naamste prioriteit het opsporen van mogelijke lekken is. Daarbij wordt ook corrosiviteit en indien nodig de kathodische bescherming onderzocht.

De periodiciteit is afhankelijk van de regio en de aard van de constructie (dubbelwandig, enkelwandig,…).

Vlaamse Gewest

BTV beschikt over personen met volgende erkenningen op vlak van milieu:• Milieudeskundige bodemcorrosie.• Milieudeskundige in de discipline houders voor

gassen of gevaarlijke stoffen.

En dit voor volgende controles:• De controle op de bouw van houders voor opslag

van gevaarlijke producten en de aanvaarding van alternatieve systemen voor de opslag van gevaarlijke producten.

• De controle op de bouw van overvulbeveiligings- systemen.

• De controle van lekdetektiesystemen.• De aanvaarding van alternatieve systemen van niet

toegankelijke leidingen.• De controle voor de plaatsing en voor de inge-

bruikname van ondergrondse en bovengrondse van P-producten en andere dan P-producten

• Het uitvoeren van periodiek onderzoek van onder-grondse en bovengrondse houders van P-producten en andere dan P-producten.

• Controle voor houders van gassen.• Opslagplaatsen handelspropaan –butaan en meng-

sels.• LPG stations (opslagplaats en vulplaats).• Compressoren. Brussels Hoofdstedelijk Gewest

BTV is erkend als studiebureau voor opslaginstallaties en kathodische bescherming.

Waalse Gewest

BTV is erkend voor de discipline tankstations.


Beter Zeker.



Rioleringskeuring:Keuring riolering op privaat terrein in Vlaanderen

Sinds 2004 is het in Vlaanderen verplicht een geschei-den lozing te hebben van afvalwater en hemelwater bij (ver)nieuwbouw.

Sinds 2008 wordt door de Vlarem wetgeving ook de afkoppelingsplicht doorgetrokken naar bestaande woningen, wanneer deze op een nieuw gescheiden rioleringsstelsel worden (her)aangesloten.

Een foutieve aansluiting resulteert in wateroverlast, minder drinkwaterwinning, problemen met het her-gebruik van het hemelwater en een slecht werkende waterzuiveringsinstallatie.

Elke privéwaterafvoer moet in de volgende gevallen gekeurd worden voor de (her)aan-sluiting, vanaf 1 juli 2011:• Voor de eerste ingebruikname• Bij belangrijke wijzigingen• Bij aanleg van gescheiden riolering op het openbaar

domein, met de verplichting om het regenwater te scheiden van het afvalwater op het privé domein, conform de bepalingen van het Vlarem

• Na de vaststelling van een inbreuk

De keuringsplicht wordt opgelegd door het algemeen waterverkoopreglement.

Dit algemeen waterverkoopreglement regelt de rechten en plichten van de drinkwaterbedrijven, de rioolopera-toren en de klanten voor de levering van drinkwater en de sanering ervan.

BTV keurt enkel huishoudelijke installaties bij de aansluiting van de private waterafvoer op de openbare riolering voor afvalwater en/of hemelwater of op een Individuele Behandeling voor Afvalwater (IBA).

Wat kunt u al voorbereiden voor het bezoek van onze inspecteur?• Onderdelenlijst van de afvoerinstallatie (3 onderte-

kende exemplaren)• Het uitvoeringsplan van de installatie (3 onderte-

kende exemplaren)• De deksels moeten geopend worden tijdens de

keuring

Indien mogelijk:• Foto’s gemaakt tijdens de aanleg van de installatie• Facturen (vb.: regenwaterput, infiltratievoorziening,

voorbezinkput, septische put, …)• Een kopie van de bouwvergunning met afgestempeld

plan.

Meer info vindt u terug in de waterbrochure bouwen en verbouwen van VMM die u kan terugvinden op: http://www.vmm.be/water/waterwegwijzerbouwen


Beter Zeker.



Thermografische onderzoeken

Wat is thermografie ?

Zoals de benaming “thermografie” reeds laat vermoe-den, bestaat de methode uit een visualisering van de warmteontwikkeling van de beschouwde punten. Elk voorwerp op een hogere temperatuur dan 0°K zendt elektromagnetische straling uit. Deze thermische straling situeert zich in het infraroodspectrum. Een thermografische camera kan deze straling opnemen en omzetten naar een bepaalde temperatuur.

Waarom zou u thermografie gebruiken?

De toepassing van thermografie in België geraakte in een stroomversnelling toen op 1/4/’86 thermogra-fisch onderzoek een verplicht onderdeel werd van het jaarlijks onderzoek van de elektrische installaties indien men een attest voor de brandverzekering wou beko-men. Bij vele verzekeringsmaatschappijen wordt een fikse korting gegeven als het onderzoek wordt uitge-voerd.

Afgezien van een eventuele verplichting, is thermogra-fie een ideaal instrument voor de bewaking en controle van industriële processen en installaties. Door het opsporen van “warme punten” kunnen fouten, be-schadigingen of nakende defecten immers vroegtijdig opgespoord worden. Dit leidt tot belangrijke besparin-gen en een verhoogde veiligheid van de onderzochte installaties. Dankzij een thermografisch onderzoek kan u immers brand en elektriciteitsuitval voorkomen.

Mogelijke toepassingen van thermografische inspecties:• Laagspanningsinstallatie: schakel- & verdeelkasten • Hoogspanningsinstallatie: transformatoren en hoog-

spanningsleidingen• Mechanische installatie: pompen, motoren, lagers en

assen • Chemische industrie: pijpleidingen, condenspotten,

isolatieschade aan opslagtanks• Gebouwen: opsporen van koudebruggen, isolatie-

schade, lekken, verwamingslekkage in de vloer• (Dier-) geneeskundig onderzoek: koorts en ontste-

kingen• Productmiddelen: productkwaliteit, industriële ovens

Onderzoek van een elektrische installatie

Onder belasting kunnen vanop afstand gebrekkige aan-sluitingen, beschadigen, ongelijkmatige fasebelastingen e.d. opgespoord worden. Een gedetailleerde verslagge-ving met infraroodfoto vergemakkelijkt de plaatsbepa-lingen achteraf van de defecte installatiedelen.

De opdrachtgever krijgt de geschikte middelen in han-den om op de gepaste manier maatregelen te treffen en zijn installaties zonder productverlies op een veilige manier in werking te houden. Thermografie is boven-dien vrijwel de enige onderzoeksmethode waarmee men defecten kan opsporen van elektrische installaties in werking.


Beter Zeker.



Controle op waterbedelingsinstallaties

Alle nieuwe waterinstallaties moeten sinds 2004 verplicht gekeurd worden voor indienststelling conform de wettelijke normen. Nadat een goedkeuring verkregen wordt, zal het waterbedrijf uw aansluiting in dienst stellen.

Binneninstallaties voor drinkwater in Vlaanderen:

• BTVvoertcontrolesuitinhetkadervanhetTech-nischreglementvoorwaterbestemdvoormenselijkeaanwending(SVW)

• Repertorium2010:Technischevoorschriftenbinnen-installaties(Belgaqua)

• Richtlijnenvoorkeuringvanhuishoudelijke,sanitairebinneninstallatiesconformhetSVW-technischregle-ment(SVW)

Welke installaties kunnen door BTV gekeurd worden?

• Huishoudelijkeinstallaties• Eéntapsinstallaties

Welke installaties kunnen niet door BTV gekeurd worden?

• Geengemeenschappelijkedeleninapp.-gebouwen• Geenwinkel,dokterspraktijk,kapper,hotel,…• Voorniethuishoudelijkeinstallatiesisoverlegmetde

lokalewatermaatschappijaangewezen.

Inderegio’sTMVWenVMWkandetellerindewoningenookgeopendwordendoorBTVnacontrolemetpositiefresultaat.

Controle

Eenaantaltoestellenmoetenminimaalgeplaatstzijn:warmwater-productie,toilet,kranen,…Eennietafgewerkteinstallatiekangeenaanleidinggeventoteenpositiefverslag.

Volgende documenten zijn te voorzien door de aanvrager:

• Synoptischplan(3ex.)• Toestellenlijst(3ex.)


Beter Zeker.

• BTVAntwerpen,tel.:032162890• BTVBrussel,tel.:022308182• BTVLimburg,tel.:011421834• BTVNoord-West-Vlaanderen,tel.:051702548

• BTVOost-Vlaanderen,tel.:092524545• BTVVlaams-Brabant,tel.:016634745• BTVZuid-West-Vlaanderen,tel.:056705405

Zonnepanelen:indienststelling elektrische installatie

Zonnepanelen in Vlaanderen

De keuring van de nieuwe installaties van zonnepanelen wordt opgelegd door het AREI – Algemeen Reglement op de Elektrische Installaties en wordt bijkomend vereist door de VREG in het kader van het bekomen van Groenestroomcertificaten. Op de website van Synergrid vindt men de voorschriften van de Distributienetbe-heerders voor dergelijke installaties.

Het bijplaatsen van zonnepanelen kan ook een invloed hebben op de reeds bestaande installatie.

De belangrijkste aandachtspunten zijn :• de nominale stromen van de differentieels• de secties van de interne bruggen in het bord• schema en situatieplan van de uitbreiding• bijkomende equipotentiale verbindingen naar de

metalen draagstructuur van de panelen• de waarde van de verspreidingsweerstand


Beter Zeker.



Veiligheidscoördinatie op bouwwerven

BTV kan voor uw nieuwbouwprojecten voorzien in de veiligheidscoördinatie op de bouwwerven.

Er wordt in de veiligheidscoördinatie een onderscheid gemaakt tussen een veiligheidscoördinator voor het ontwerp en de veiligheidscoördinator voor de uitvoe-ring. Eventueel kan één persoon deze twee functies uitvoeren.

De veiligheidscoördinator voor het ontwerp detecteert alle risicovolle elementen en stelt in functie hiervan een veiligheids- en gezondheidsplan op met daarin de maatregelen die genomen moeten worden.

De veiligheidscoördinator voor de uitvoering zal nagaan of alle opgesomde maatregelen gerespecteerd worden en zal bij risicovolle werken controleren of alles op de meest veilige manier gebeurt.

Wanneer moet een veiligheids- coördinator aangesteld worden?

• Indien u een beroep doet op twee of meer aannemers bij de bouw of verbouwing van een gebouw

• Wordt de woning voor beroepsdoeleinden gebruikt, dan bent u als opdrachtgever verantwoordelijk

• Indien er geen architect bij de werken betrokken is,

ligt de verantwoordelijkheid voor de veiligheidscoör-dinatie bij één van de aannemers die de werken uit-voert. Doorgaans is dit de eerste aannemer waarmee je een overeenkomst sluit. Deze aannemer stelt de coördinatoren aan en controleert hun werk

Wat is een postinterventiedossier?

• Een postinterventiedossier wordt opgesteld bij de bouw of belangrijke renovatie

• Het dossier bevat documenten die belang hebben bij onderhouds- renovatie- of uitbreidingswerken aan het bouwwerk

• De inhoud heeft betrekking op de architecturale en technische elementen van het bouwwerk

• Het dossier wordt opgesteld door de veiligheidscoör-dinator en wordt na de werken via de architect aan de bouwheer overhandigd

• Wanneer de coördinatieverplichting niet van toepas-sing is moet de bouwheer zelf dit dossier opstellen of laten opstellen door een bevoegd persoon (architect of aannemer)

• De eigenaar moet het dossier bewaren en voorleggen aan de veiligheidscoördinator van latere werken

• Bij verkoop moet het dossier overgemaakt worden aan de nieuwe eigenaar


Beter Zeker.



BranddetectieWaarom is een controle op de branddetectie noodzakelijk?

Brand blijft een moeilijk controleerbaar element door het onvoorspelbare gedrag en uitbreidingssnelheid. Zelfs bij nieuwe gebouwen die meer en meer aan pas-sieve beschermingsmaatregelen beantwoorden (Rf compartimenten, brandgedrag van de uitrustingen,…) zijn actieve maatregelen nodig om een brandhaard snel te kunnen lokaliseren. Daarom is conform de wet en de voorschriften van de brandweer een branddetectie ver-eist als het gaat over hotels, rustoorden, kinderopvang, industriële gebouwen, appartementsgebouwen,…

De doelstellingen

De branddetectieinstallaties moeten door een erkend controleorganisme gekeurd worden. Dit verzekert dat het materieel en de installatie voldoen aan de wettelijke normen. Hierbij wordt nagekeken of het materieel be-trouwbaar en functioneel is bij de indienststelling en ge-durende de werkingstijd tijdens de periodieke controle.

Controle conform de norm NBN S 21-100

De Belgische norm “ Opvatting van algemene instal-laties voor automatische brandmelding door punt-melder ” is verplicht volgens de voorschriften van de brandweerdiensten en eisen voor sommige gebouwen (hoge gebouwen,…). De norm herneemt gedetailleerde voorschriften m.b.t. de inplanting en het aantal brand-detectoren, het type te gebruiken materieel,…

Handige informatie voor installateurs:

• Sinds mei 2010, is een verordering van het ministe-rie van kracht voor de inplanning en realisatie van branddetectie-installaties.

• De norm NBN S21-100 legt BOSEC certificatie of een Europees equivalent op.

• Het gebruikte materiaal moet voldoen aan de voor-schriften van de EN-54 norm.

• De inplanning en realisatie van de installaties moet conform voor het bewuste gebouw van kracht zijnde wetgeving uitgevoerd worden. Let op de voorschriften van de brandweer en verplichtingen opgenomen in het lastenboek.

• De aanwezigheid van de installateur is noodzakelijk voor een kwalitatieve branddetectie-controle.

Handige informatie voor de gebruikers:

• Zij moeten zorgen voor een goed onderhoud en continu functioneren van het systeem.

• De noodprocedures en de richtlijnen in geval van gevaar moeten gekend zijn en gevolgd worden.

• Specifieke opleiding voor het personeel kan gevraagd worden.

• Het is aangewezen aan het controle-organisme alle nuttige informatie over de installatie mee te delen (koppeling met een alarmsysteem, automatische melding naar een bewakingsfirma of brandweer,...)

• Conform de norm NBN S21-100 is jaarlijks onderhoud en 5-jaarlijkse afstelling van de detectoren verplicht.

• Bovendien moeten volgende documenten in de buurt van de branddetectie-installatie beschikbaar zijn: onderhoudsboekje,vereenvoudigde gebruiksaan- wijzing, te respecteren maatregelen in geval van nood, plan van de geplaatste detectoren, ....


Beter Zeker.



EPB certificaat Brussel Kantoren & diensten >500m²

U bent eigenaar van een kantoor van meer dan 500 m² gelegen in het Brus-sels Hoofdstedelijk Gewest en u bent van plan te verkopen of te verhuren?

Aan welke verplichtingen voldoen? Sinds 1 mei moet uw gebouw bij verkoop beschikken over een certificaat voor energieprestatie van gebou-wen (EPB). Bij verhuur moet u sinds 1 november 2011 een afschrift van dit certificaat aan de huurder bezor-gen.

Doel? De kandidaat -kopers of –huurders beter informeren over de energieprestaties van vastgoed en een vergelij-king mogelijk maken.

Wat kan BTV voor u doen? BTV beschikt over meerdere (door Leefmilieu Brussel erkende) tertiaire certificateurs en kan voor u het EPC combineren met andere keuringen (zoals elektriciteit). Hierdoor kunnen de certificering en keuring tijdens dezelfde afspraak afgewerkt worden. BTV heeft in de loop der jaren een ruime expertise opgebouwd in dit marktsegement. Als onafhankelijk erkend orga-nisme staan wij bovendien garant voor professioneel, betrouwbaar en objectief advies. Afhankelijk van de grootte van het gebouw, de aanwezigheid van plannen en het raadplegen van de informatie i.v.m. de isolatie, ventilatie, verwarming en koeling, maken wij graag een aangepaste offerte voor u.

Geldigheid? Voor zover er geen enkele wijziging aan de energie-ei-genschappen van het gebouw wordt aangebracht blijft het energiecertificaat 10 jaar geldig.

Inhoud van het certificaat Het EPB-certificaat staat voor certificaat van energie-prestatie van gebouwen. Het geeft een beschrijving van de energetische kwaliteit van het verkochte of verhuur-de gebouw met vermelding van volgende gegevens:

• de energieprestatie als dusdanig: de energetische klasse (van A tot G), het primaire en totale energie-verbruik/m²

• de CO2-uitstoot van het gebouw per m² • drie aanbevelingen om de energiescore te verbeteren Benodigdheden opmaak EPB-certificaat Om een zo goed mogelijk energieprestatiecijfer te be-halen, is het belangrijk om de certificeerder zoveel mo-gelijk informatie te verschaffen over het gebouw. Het is tevens van het groot belang dat er een toegang is tot elk lokaal en tot het stooklokaal. Hieronder een opsomming van de benodigde gegevens om het EPB-certificaat te kunnen opmaken:

• Vroegere EPB-aangifte of afgeleverd EPB-certificaat • Werfverslagen en post-interventiedossier • Bouwplannen (vergunningsaanvraag of uitvoerings-

plannen of schetsen…) • Goedgekeurde subsidieaanvragen • Facturen bouwmaterialen/installaties met voldoende

informatie over de materialen en installaties (vnl. isolatie, koeling, ventilatie, verwarming)

• Technische documentatie (verw., koeling, ventilatie) • Diagnoseverslag & opleveringsattest (installaties) • Attest periodieke controle (installaties) • Chronologie van foto’s van tijdens het bouwproces • Vroegere bouwvergunning(en) met eventuele

renovatiedatum en beschrijvende facturen van de uitgevoerde werken

Toepassingsgebied: kantoren & diensten

• hetzij voor werk dat verband houdt met het beheer of de administratie van een onderneming, een openbare dienst, een zelfstandige of een handelaar;

• hetzij voor de uitoefening van een vrij beroep;• hetzij voor activiteiten van ondernemingen die intel-

lectuele diensten verlenen, met inbegrip van activitei-ten van dienstverlenende ondernemingen. Voor bijkomende informatie of een afspraak kan u ons contacteren via [email protected] of via het kantoor op het nummer +32 (0)2 230 81 82

Maak uw afspraak op www.btvcontrol.be of bekijk er onze andere controles.

Beter Zeker.

Iedere ruimte van ondernemingen waar gevaar voor ontploffing bestaat dient te worden geklas-seerd in zones. Dit naargelang de waarschijnlijk-heid van het aanwezig zijn in deze ruimten van een explosieve atmosfeer (een mengsel van lucht en ontvlambare substanties in de vorm van gas, dampen, nevels of stofdeeltjes, onder atmosfe-rische omstandigheden waarin de verbranding zich na ontsteking uitbreidt tot het gehele niet verbrande mengsel.).

De gassen, dampen of nevels met een vlampunt lager dan 55 graden Celsius vallen hieronder net als brand-bare stofdeeltjes kleiner dan 0,5 mm. Het opstellen van deze zoneringsdossiers wordt op-gelegd door het A.R.E.I. –Algemeen Reglement op de Elektrische Installatie- en door eventueel bijkomende specifieke voorschriften. Het AREI beschrijft het vol-gende: AREI art. 105 : Algemeenheden

• Algemene preventiemaatregelen• Indeling van de gevaarlijke ruimten (zones)• Noodzakelijke info van gebruikt materiaal / Proces-

sen• Wat bij wijzigingen AREI art. 110 : Voorschriften Industriële accumulator-batterijen (bv. Batterij heftruck) Volgende gegevens dienen te worden verzameld voor het bezoek van BTV:

• Beschrijving van de processen• De karakteristieken van de ontvlambare gasvormige

substanties met name de concentratie, de relatieve dichtheid, de minimale ontstekingstemperatuur, de dampdruk, de ontploffingsgrenzen, vlampunt, …

• De karakteristieken van de brandbare substanties onder de vorm van stof met name de korrelgroot-teverdeling en hun concentratie in de lucht, de vochtigheidsgraad, de zelfontbrandingstemperatuur, de minimale ontstekingstemperatuur, de minimale ontstekingsenergie, de ontploffingsgrenzen, …

• De plaats en de karakteristieken (debiet, frequentie en duur van de emissie) van de emissiebronnen en de hoeveelheid geloosde brandbare substantie

• Indien mogelijk plannen van te zoneren installatie (dwg)

• Indien mogelijk een algemeen overzichtsplan van het bedrijf waarop de zoneringslocaties op kunnen worden aangeduid (dwg, pdf)

• Eventuele zoneringsplannen en voorschriften al opge-legd door de fabrikant van de machines. (dwg, pdf)

• De kenmerken van natuurlijke en/of kunstmatige ven-tilatie alsook de luchtverplaatsing die de vorming van stofwolken tot gevolg kan hebben.

• Bij een eventuele kunstmatige ventilatie dient men de bedrijfszekerheid van deze installatie te weten.

• Aangeven of er eventuele drukverschillen zijn tussen de ruimtes.

Om een zoneringsdossier op te stellen kan u steeds contact opnemen met:

• BTV West-Vlaanderen – Gerdi Cailliau – 056 70 54 05

• BTV Brussel – Jeroen Desmedt – 02 230 81 82• BTV Limburg – Davy Jans - 011 42 18 34


• BTV Antwerpen, tel.: 03 216 28 90• BTV Brussel, tel.: 02 230 81 82• BTV Limburg, tel.: 011 42 18 34


Zoneringsdossier en explosieveiligheid.

Beter Zeker.Bien Sûr.

Hijs- & hefwerktuigen: indienststelling en periodieke controles


Beter Zeker.

• BTVAntwerpen,tel.:032162890• BTVBrussel,tel.:022308182• BTVLimburg,tel.:011421834• BTVNoord-West-Vlaanderen,tel.:051702548

• BTVOost-Vlaanderen,tel.:092524545• BTVVlaams-Brabant,tel.:016634745• BTVZuid-West-Vlaanderen,tel.:056705405

BTV voert voor uw hijs- & hefwerktuigen indienststellingen en periodieke controles uit. Volgende toestellen vallen onder de A.R.A.B. wetgeving:

Wettelijke verplichte indienststellingen volgens artikel 280 van het A.R.A.B. en drie-maandelijkse keuringen volgens art 281 van het A.R.A.B. op volgende hefwerktuigen:• hijstoebehoren• kabels• hoogwerkers• snelmontagekranen• torenkranen• mobielekranen• materiaalliften• ladderliften• behandelingstoestellengebruiktalshijstoestel• autolaadkranen• rolbruggenentakels

Wettelijk verplichte jaarlijkse keuringen volgens art 283 bis van het A.R.A.B. • autohefbruggen

Wettelijk verplichte jaarlijkse keuringen volgens voorschriften in de Codex:• Persoonlijkebeschermingsmiddelen• Antivaltoestellen

Keuringen in het kader van:• Verankeringspunten• Richtlijnmachines2006/42• Afschermingen• Stellingbouw

Voorbereidingen die u kan treffen:

Voor periodieke keuringen: • Toestellenaanbiedenmeteenbediener

Voor indienststellingen: • Denodigetestgewichtenvoorzien(10en25%over-

lastdientaanwezigtezijn)• Bedieneroftechniekertevoorzienvoorhetuitvoeren

vandetestenendeafregelingen• Denodigeveiligetoegangsmiddelenzijnvoorzien

voorwerkenindehoogte(ladderhoogtewerker,...)

Documents

Elektrische installaties - blog.immobalcaen.be€¦ · Elektrische installaties Een elektrische installatie omvat een voeding, verdeelborden, leidingen, machines, toestellen, stopcontacten