17
Maandblad voor de Koninklijke Luchtmacht 63 e jaargang - nummer 4 - april 2007 de Vliegende Hollander de Vliegende Hollander SERGEANT-MAJOORS UITGEDAAGD Meer zelfstandigheid in opleiding APACHES VOOROP IN AFGHANISTAN Belangrijke rol voor gevechtshelikopters CHINOOKS NA JAAR WEER OP UITZENDING

"De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

Maandblad voor de Koninklijke Luchtmacht

63e jaargang - nummer 4 - april 2007

de Vliegende Hollanderde Vliegende Hollander

SERGEANT-MAJOORS UITGEDAAGD Meer zelfstandigheid in opleiding

APACHES VOOROP IN AFGHANISTANBelangrijke rol voor gevechtshelikopters

CHINOOKS NA JAAR WEER OP UITZENDING

Page 2: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

18

14

11

8

‘De Apache is een heel erg fl exibel platform.’

‘Door in het diepe te springen, krijg je uiteindelijk betere prestaties.’

‘Het zijn misschien kleine stapjes, maar het gaat in de goede richting.’

‘De opwerking is nog nooit zo intensief geweest.’

Technische toelage toegelichtDe fi nanciële toelage voor technisch personeel wordt door velen met gejuich ontvangen. Anderen

zetten vraagtekens bij de afbakening van de doelgroep. Commodore Bert Buitenga, Directeur Opera-

tionele Ondersteuning geeft tekst en uitleg over deze behoudsmaatregel.

Apaches gewild in AfghanistanNa een intensieve uitzending van vier maanden weet de net teruggekeerde commandant van het

Apachedetachement in Tarin Kowt er alles van: Apaches vormen een onmisbare schakel tijdens de

missie in Afghanistan.

Beroep op sergeant-majoorsHet traject om sergeant-majoor te worden is onlangs nog wat zwaarder geworden. Met meer

zelfstandigheid in de Middelbare Onderoffi ciers Opleiding KLu komen de cursisten niet alleen heel

veel leerstof, maar ook zichzelf tegen.

Centralized Approach De naderingsverkeersleiding begeleidt toestellen van en naar de vliegbases, tot de verkeerstorens

het kunnen overnemen. Deze begeleiding is sinds kort gecentraliseerd op het AOCS Nieuw

Milligen.

Chinooks staan weer klaarNa een jaar zonder uitzendingen gaat de Chinooks weer aan het werk in Afghanistan. Van een jaar

rust was echter geen sprake met opleidingen, trainingen, de invoering van Militaire Luchtvaarteisen

en een intensief opwerkprogramma.

Vaste rubrieken

Vervlogen tijdenTerug in de tijd met de Curtiss P-40N Kittyhawk, het eerste jachtvliegtuig dat Nederland kon inzet-

ten in de strijd tegen de Japanse bezetter.

In den vreemdeIn gesprek met adjudant-onderoffi cier Richard Westenborg, in het dagelijks leven stafmedewerker

bij de CIMIC Support Unit in Apeldoorn, maar tot eind maart werkzaam bij de staf van het PRT in

Tarin Kowt.

Leeswijzer

Journaal

Mensen & Mutaties

4

8

11

16

18

6

14

22

23

30

C O L O F O N

UITGAVECommando Luchtstrijdkrachten,

Bureau Luchtmachtcommunicatie

HOOFDREDACTIELuitenant-kolonel Hans Breemans

EINDREDACTIELuc Haen

REDACTIEArno Marchand, June Smit

VORMGEVING EN LITHOGRAFIETDS printmaildata

DRUK en OPLAGEOBT bv, Den Haag - 29.000 ex.

REDACTIESECRETARIAATTelefoon 076 544 71 30

Fax 076 544 71 31

INTERNETwww.luchtmacht.nl

[email protected]

BEZOEKADRES‘Eurotoren’, Westbroek 3, 4822 ZX Breda

POSTADRESPostbus 8762, 4820 BB Breda

A D R E S W I J Z I G I N G E N

Actief dienende militairen, reservisten en

burgermedewerkers van de Koninklijke

Luchtmacht wordt verzocht de adres wijziging te

laten muteren in PeopleSoft.

Postactieven, reservisten, veteranen,

betalende abonnees en alle overige lezers wordt

verzocht de adresdrager met vermelding van het

juiste adres op te sturen naar het retouradres:

Staf Commando Luchtstrijdkrachten

CLSK/Kabinet/Bureau Postactieven

Abonnementenadministratie Vliegende Hollander

Postbus 8762, 4820 BB Breda

Telefoon 076 544 7133 of 544 7136

BOT-militairen en burgermedewerkers die hun

contract met Defensie voortijdig beëindigen en

BBT-militairen die de dienst verlaten,

hebben geen recht op een gratis abonnement

horend bij de status van postactieve.

Een abonnement op de Vliegende Hollander

kost €17,02 per jaar (buitenland €21,55)

en kan worden aangevraagd bij:

Abonnementenland

Postbus 20, 1910 AA Uitgeest

Telefoon: 0251 31 39 39

Fax: 0251 31 04 05

E-mail: [email protected]

Opzegtermijn bedraagt zes weken.

Aanhaling uit en overname van (delen van)

artikelen in dit blad is toegestaan,

met toestemming van de redactie

en mits de bron wordt vermeld.

ISSN 0024-0389

OmslagfotoEen loadmaster van de Chi-

nook houdt de omgeving in

de gaten tijdens de oefening

Highblaze in de bergen van

Italië. Foto: Arnoud Schoor,

Fotovlucht Vliegbasis Soes-

terberg

I N H O U D

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

2 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

3

Foto: Arnoud Schoor, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg

Foto: Richard Westenborg

Foto: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografi e LCKLu

Foto: Richard Frigge, AVDD

Page 3: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

5

T I T E L

Waarom krijgt vliegtuig- en heli-gebonden technisch personeel een toelage?‘Als behoudmaatregel. Om de organisa-tie centraal te vullen is zowel instroom nodig, als het tegengaan van uitstroom. Wat betreft instroom ben ik redelijk optimistisch. We hebben goede contac-ten opgebouwd met Regionale Opleiding Centra (ROC), contracten afgesloten met bedrijven als Lufthansa en Fokker en de introductie van leerdoc’s. Onze uitdaging ligt vooral in het behoud van het ervaren vliegtuig- en heligebonden technisch personeel. Dat heeft voor-namelijk te maken met de invoering van de Militaire Luchtvaart Eisen. Niet iedereen kan tegenwoordig zomaar een kist vrijgeven, daar heb je een bepaald ervaringsniveau voor nodig. Als perso-neel met die ervaring weggaat, dan kan ik dat niet vervangen door ander ervaren personeel. Vandaar dat de toelage ook hoger is, naarmate de mensen meer jaren ervaring hebben.’

Is de toelage de enige manier om deze doelgroep te behouden?‘Zeker niet. We willen niks afkopen, maar wel een signaal afgeven, dat we iets doen met het probleem. De toelage is slechts een korte termijnmaatregel. Maatregelen voor de middellange termijn zijn praten met mensen, loopbaanontwikkeling, zor-gen dat het leuk blijft. Het gaat niet alleen om geld, maar wel een beetje. Geld staat op nummer zes op het lijstje wat werk bevredigend houdt. Het is een begin. We werken ook aan zekerheid, toekomstper-

spectief, werk en privé kunnen combi-neren waaronder uitzendingen, werk-omgeving en werkinhoud. Uiteindelijk is het ook het verhaal van de kip en het ei. Personeelsbehoud betekent een goed gevulde organisatie en een goed gevulde organisatie betekent een verlaging van de uitzenddruk.’

We zijn toch ‘één team één taak’? Waarom ontvangen andere functiegroepen niks? ‘De toelage heeft niks te maken met belonen, waarderen of compenseren van de uitzenddruk. Het is ook niet zo dat we ons motto ‘één team één taak’ niet serieus nemen. Het betekent alleen niet: gelijke monniken, gelijke kappen. Soms moet je differentiëren.’

In tal van andere functiegroepen zijn ook tekorten. Worden die ook opge-lost met een toelage?‘Ik denk dat differentiatie binnen be-paalde functiegroepen in de toekomst

onoverkomelijk is. Sterker nog, de eerste verkenningen hiervoor moeten naar mijn mening onderdeel zijn van het arbeids-voorwaardelijk overleg. Om welke func-tiegroepen en onder welke voorwaarden dat zou zijn, is dus nog niet bekend.’

De toelage is een tijdelijke fi nanciële maatregel. Hoe tijdelijk is die?‘De maatregel blijft in stand totdat er een defensiebrede maatregel is geko-men. Die wordt in het arbeidsvoor-waardelijk overleg besproken.’

In 2003 is in het kader van reorgani-saties ook technisch personeel weg-bezuinigd. Had deze ‘behoudsmaatre-gel’ niet voorkomen kunnen worden?‘Nee, dat was geen oplossing geweest. In een reductie gaat het zowel om aantallen als om mensen in functie-groepen. We hadden bij de sluiting van Vliegbasis Twenthe kunnen zeggen: ‘jullie gaan allemaal naar andere vel-den’, maar het is ook een stukje sociaal beleid om van bepaalde afvloeiingsre-gelingen gebruik te laten maken.’

De vorige maatregel werkte niet naar behoren. Merkt u nu al wel resultaat?‘De vorige maatregel was geen behoud-maatregel, maar gebaseerd op waarde-ring. Daarnaast hebben we onderkend dat deze zogenoemde ‘vierduizend gul-den maatregel’ niet goed werd toege-past. Nu praten we over een structurele toelage op grond van ervaring, waar bovendien geen einddatum op staat. De maatregelen zijn dus niet te verge-

lijken. En ja, we merken al resultaat. Op de Vliegbasis Twenthe zijn nu al mensen die nog anderhalf of twee jaar willen blijven, zodat ze het bedrag nog kunnen ontvangen. Dat kan. Zolang je in dezelfde functiegroep werkzaam blijft, heb je recht op de toelage. Uit-eindelijk werkt het ook door op de pen-sioenregeling. Daarnaast hebben we al gesprekken gehad met mensen die heroverwegen om toch te blijven. Geld is niet alles, maar kan net dat zetje in de juiste richting zijn.’ •

I N T E R V I E W

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

4 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

5

Om de uitstroom van ervaren vliegtuig- en heligebonden technisch personeel tegen te gaan, krijgt deze doelgroep sinds 1 januari 2007 een maandelijkse toelage. Waarom dit slechts voor deze groep geldt, vertelt commodore Bert Buitenga, Directeur Operati-onele Ondersteuning.

‘Soms moet je differentiëren’

Tekst: June Smit | Foto’s: Richard Frigge, AVDD

Commodore Buitenga over toelage ervaren technisch personeel

I N T E R V I E W

Wie ontvangen de toelage?

BOT-onderoffi cieren aan wie een orga-nieke functie is toegewezen in de functie-gebieden VOT, AVT, NDO, Vliegtuigplaat-werk en Wapentechniek. Dat kunnen ook functies zijn binnen een bedrijfsbureau, als diegene rechtstreeks bijdraagt aan de inzetgereedheid van een toestel. BBT-on-deroffi cieren komen niet voor de toelage in aanmerking, omdat zij door hun BBT aanstelling al behouden zijn voor deze vakgebieden. Voor meer vragen over de toelages, kunt u contact opnemen met uw personeelsconsulent.

Page 4: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

vervlogen t i jden vervlogen t i jden

6V L I E G E N D E H O L L A N D E R V L I E G E N D E H O L L A N D E R7

Beiden groeiden op in Nederlands-Indië, waar ze eind jaren dertig de Japanse dreiging duidelijk voelden. ‘Toen de mobi-lisatie in 1941 uiteindelijk een feit was, werd dat een trieste toestand’, zegt Fokkinga. ‘Als in een komische act van een toneelstuk. Niemand was geprepareerd voor een oorlog tegen de Japanners.’ Beiden lieten in 1942 hun geboortegrond achter zich en vluchtten naar Australië. Daar pakten ze hun vlieger-opleidingen waarmee ze in Indië waren begonnen, weer op. Na verloop van tijd gingen ze per boot, zigzaggend over de oceaan om Japanse onderzeeërs te ontwijken, naar de Verenigde Staten. Daar volgde eerst de basisopleiding op Fort Leavenworth, waar Fokkinga en Haye, beter bekend als “Boebie”, elkaar voor het eerst ontmoetten. Fokkinga: ‘Er was sprake dat Nederland de tweemotorige P-38 Lightning zou aanschaffen, maar tot onze grote spijt ging dat niet door.’ ‘Nee, helaas’, beaamt Boebie. ‘In plaats daarvan werd het de P-40. Daarvan was de motor

vloeistofgekoeld in plaats van door lucht, en dat maakte hem veel kwetsbaarder’, zegt Fokkinga. ‘Eén kogel kon de motor al uitschakelen.’

Loos alarmWeer terug in Australië kwamen Haye en Fokkinga terecht bij het 120 Netherlands East Indies (NEI) Squadron, dat nog van de grond af aan moest worden opgebouwd. Fok-kinga: ‘Nog tijdens die opwerking werd er ineens groot alarm geslagen. Een Japanse aanvalsvloot zou het op de westkust van Australië, en vooral de haven Freemantle, hebben gemunt. Wij daar hals over kop met man en machine naartoe. Uiteindelijk ging het om loos alarm.’ In april 1944 was er dan het moment dat 120 NEI Squadron vertrok naar Merauke, aan de zuidkust van Nederlands

Nieuw Guinea, op de grens met het Australische deel. Fokkinga en Boebie zaten in de eerste groep die er neerstreek. Boebie: ‘Dit gebied is overigens nooit bezet geweest. Het was niet interessant voor de Japanners, maar was wel door hen platgebombardeerd. Nu kwam er nog af een toe een verkenningsvliegtuig over, dat wij dan moesten onderscheppen. Het duurde echter ongeveer een half uur voordat we op hoogte waren, want de P-40 is echt een vliegende tank, zo zwaar. Die verkenner was dan ook al lang weg.’

KannibalenMaar de Kittyhawk bewees wel degelijk zijn waarde. Boebie: ‘Vooral na de verhuizing naar Biak in mei 1945. Het was trouwens nog best een hele uitdaging om met de P-40 over twaalfduizend voet hoge bergen te vliegen.’ Ook ging er wel eens iets mis. ‘Dat gebeurde me na een missie naar de Vogelkop’, zegt Fokkinga. ‘Mijn toestel hield ermee op, en ik moest een noodlanding maken op het strand. Dát ging. Maar daarmee was ik er nog niet, want dat gebied stond bekend om de koppensnellers, compleet met botje door de neus en een peniskoker. En die kannibalen wilden zo’n beetje dikkige, malse jongen als ik vast wel in de pot hebben. Met een pistool hou je ze nog wel een tijdje tegen, maar je kogels raken een keer op. Gelukkig kwam de Catalina vliegboot snel

De Kittyhawk was het eerste jachtvliegtuig waarover Nederland de beschikking kreeg om terug te vechten tegen de Japanse bezetter. Maar de motor was niet krachtig genoeg om het zware toestel tot een echte jager te maken. Als jachtbommenwerper voldeed hij echter prima. Tweede luitenant b.d. Gerard Fokkinga, 84 jaar, en sergeant-majoor b.d. Hugo Haye, 83 jaar, vlogen er samen mee tegen Japan. Nu zijn het buren van elkaar in Houten.

‘De P-40 is echt een vliegende tank, zo zwaar.’Tekst: Arno Marchand | Foto’s: Uit archief Willem Sessink/www.nmlh.nl

om me op te pikken.’ Als Fokkinga terugdenkt aan die peri-ode realiseert hij zich hardop: ‘Wat heb ik toch geboft. Ik denk bijvoorbeeld aan een gecombineerde aanval met bommenwerpers. Ik dacht dat die later zouden zijn, maar tijdens mijn tweede run schoten ineens de vlammen uit de grond, en zat ik midden in hun bommenregen. Bomen kwamen letterlijk cirkelend door de lucht op cockpithoogte voorbijvliegen. Dat was gewoon een stommi-teit van ons.’

HaaiOf die keer na een duikbombardement op een Japans peilstation. ‘Toen bleef een van mijn bommen hangen en kreeg de motor twee inslagen te verwerken’, gaat Fokkinga verder. ‘Ik had mijn riemen al los om te springen boven Japans gebied, maar ik besloot toch een noodlanding te maken en deed mijn riemen weer vast. En ik maakte een van de mooiste noodlandingen ooit. Eerst met de staart in het water, en dat hoor je heel goed. Maar nadat de neus het water raakte, was het ineens doodstil. Met de bom ging het gelukkig goed. Ik klom razendsnel uit mijn kist, want die bleef geen seconde drijven. Ik dobberde daar wat rond in mijn dinghy, hoorde de motoren van een Japanse boot aangaan, en de wind en stroming dreven me naar het strand. Ik had een verdedigingsplan bedacht, maar de Japanners kwamen niet. Wel een tijgerhaai. Hij was niet zo heel groot, maar ik vond hem groot genoeg. Ik heb ‘m met de dinghy op z’n neus geramd en hem uitgescholden. Daarna werd het weer doodstil.’ Dat duurde totdat de Catalina arriveerde en de Japanners het vuur op het watervliegtuig openden. ‘Als ze maar durven te landen, dacht ik’, zegt Fokkinga. ‘Maar dat moet ik ze nageven, dat déden ze! Al-leen, hij kwam op vaarsnelheid recht op mij afgevaren! “Dit gaat fout”, dacht ik. In een laatste poging om het toestel te ontwijken, “eskimoteerde” ik. Ik draaide me dus met bootje en al om, en zette me, voor zover dat ging, tegen de bodem ervan af om dieper onder water te komen. Op dat moment raakte ik ook de onder-zijde van de romp van de vliegboot. Maar ik kon me afzetten, en kwam weer boven. De bemanning van de “Cat” die inmiddels tot stilstand was gekomen, keek apathisch alsof ze naar een dode moesten zoeken en hees mij stomverbaasd aan boord. Ik had echt gezwijnd.’

Geen frustraties‘Ik heb in de oorlog niet een kogel op een Japanner afgescho-ten’, lijkt Boebie ietwat mistroostig te zeggen. ‘Nee hoor, ik

heb er geen frustratie van. Je legt je erbij neer. Ik was of op recuperatie in Australië, of vliegtuigen aan het ferryen. Ik verlangde er ook niet naar om boven door Japan bezet gebied te vliegen hoor of om ze onderweg te ontmoeten. Zij hadden superieure kisten en je deed gewoon wat je moest doen.’Maar ook Boebie kreeg zijn portie. ‘Ik zal het nooit vergeten’, zegt hij. ‘Tijdens een oefenpatrouillevlucht begon de motor te sputteren, en kreeg ik brandende spetters olie op de ruit. Dit ging ik niet halen, dus maakte ik een landing op het water. Snel m’n harnas uit en op vleugel om in het water te springen… maar hij zonk niet. Ik was voor de zuidkust van Nederlands Nieuw Guinea in zeer ondiep water terechtgekomen. En ineens zag ik een KNIL-hoed op me afkomen, en werd aangesproken door een Papua. Hij vroeg me in het Maleis – en dat sprak ik ook – of ik mee wilde naar de Kampong, en daar ben ik door reddings-boot van het squadron opgepikt. Kijk, wij werden opgeroepen om te vliegen voor koningin en vaderland, en dat deden we zon-der problemen. Ik heb m’n best gedaan.’ Zijn buurman beaamt dat: ‘Ik ben trots dat ik een bijdrage heb kunnen leveren.’ •

Verouderd concept Kittyhawk zag volop actie in nadagen WO II

Type: Curtiss P-40N Kittyhawk

Eenheid: 120 NEI SquadronDienstperiode: van 1943 tot 1950 Aantal: 67

De Kittyhawk “Wham Bam”, net terug van de eer-ste operationele missie van het 120 NEI Squa-dron. De bellytank hangt nog onder de romp. De ophangpunten voor bommen onder de vleugels zijn leeg.

Haye, midden bovenin, deelt in de belangstelling na de eerste raid van het 120 Squadron op Japanse stellingen in Timoeka en Japero.

Formatie van vier P-40 Kittyhawks, elk met twee bommen, op weg naar door Japan bezet gebied. De naam van de nummer luidt ‘Snafu’, wat staat voor ‘situation normal all fucked up’.

Fokkinga maakt zich klaar voor een vlucht in een P-40. Na het lange wachten en oefenen is het voor hem eindelijk tijd om in actie te komen.

Page 5: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

‘Ik vind het eigenlijk supergaaf gegaan, al is dat een vreemd woord in deze context’, zegt overste Eichelsheim, net terug uit Afghanistan. ‘Van meet af aan was de sfeer goed en we hebben een belangrijke bijdrage kunnen leveren.’ Het Apache-detachement verruilde in het najaar van 2006 thuisbasis Kandahar voor Tarin Kowt, of TK zoals het kortweg wordt ge-noemd. Daarvandaan opereren ze dichter bij de Nederlandse gevechtseenheden van de Task Force Urzugan (TFU). ‘Voor hun inzetgebied is het gewoon korter vliegen vanaf TK, dan vanaf Kandahar’, zegt Eichelsheim, die normaliter com-mandant 301 Squadron op Gilze-Rijen is. ‘Voorafgaand aan de verhuizing waren de KLu-militairen hierover nog wat sceptisch, maar de keuze heeft heel goed uitgepakt. Belangrijke factor daarbij is de bevoorrading en die verliep uiteindelijk bijzonder goed. Vanaf TK kunnen we beter integreren met de grondtroepen. Als er nu een peloton de poort uitgaat, geven ze dit over de radio door aan onze OPS. Wij hebben ook hun plannen en weten dus exact waar ze op welk moment zijn, en wat ze gaan doen. Natuurlijk kan dit ook vanaf Kandahar, maar dit gaat directer. Nu hebben we dagelijks face to face contact tijdens briefi ngs en debrie-fi ngs. Vertrouwen is essentieel om te kunnen samenwerken. Dat oefenen we dan ook geregeld op Gilze-Rijen met een compagnie die dan een week te gast is en waarmee we intensief trainen. Zo leer je elkaar écht kennen.’

NoodzakelijkDe KLu-Apaches staan overigens niet alleen paraat voor de TFU-eenheden. ‘Het inzetgebied is het hele Regional Command South (RC South, red.), dat onder leiding staat van de KL generaal-majoor Ton van Loon’, verduidelijkt Eichelsheim. ‘Dat betekent dat we dus niet alleen boven Uruzgan vliegen, maar ook boven de provincies Helmand, Kandahar en Zabul. De Apaches zijn een schaars goed, dus het is noodzakelijk om elkaar te helpen. We hebben daarom ook een blik geworpen in de keuken van de Britten, om te zien hoe zij met acht Apaches opereren. Je merkt dat intercon-nectiviteit érg belangrijk is geworden. Niet alleen met de grondeenheden, maar juist ook met andere wapensystemen als de A-10 en de F-16 voor close air support en de B-1 zware bommenwerper, en de onbemande verkenningstoestellen

Global Hawk en Predator. Die laatste twee zijn echte force multipliers, want er is geen enkel ander middel dat zo lang een gebied in de gaten kan houden. Ze zijn absoluut noodzakelijk voor het werk dat we hier doen. Dat is heel sterk naar voren gekomen.’

HandigSamenwerking met F-16’s werd al steeds intensiever, wat volgens Eichels-heim voor een groot deel te danken is aan trainingen als de Helicopter Weapons Instructor Course (HWIC). Daarin wordt al meer samengewerkt door de twee disciplines. ‘Wij kun-nen met de Apache en zijn Hellfi res heel veel, maar niet alles. Dus móeten we samenwerken, want soms is een vijfhonderd- of duizendponder heel handig. Maar de Apache is wel een heel

erg fl exibel platform. Je kan met de on-scene-commander overleggen, en de tac-tiek ter plaatse makkelijker aanpassen dan met een fi xed wing-toestel. Maar bij vuursteun zijn alle facetten belangrijk: F-16’s, Apaches én de pantserhouwit-zers van de artillerie. Een Apache is echter meer dan vuursteun alleen. De vliegers hebben een grote mate van interactie met de grondtroepen. Wij zit-ten met de Apache ín het gevechtsveld, terwijl een vliegtuig het gevechtsveld be-zoekt. Om alle facetten zo goed mogelijk te laten samenwerken, hebben we dan ook geregeld overleg met de Forward Air Controllers, de F-16 en de helikop-tergemeenschap.’

SperwerIn het kader van de samenwerking wil de detachementscommandant zéker

‘Als je je tijdens de uitzending druk kan maken over

details, dan mag je stellen dat het werk goed gaat en

dat je organisatie staat.’ Dat stelt luitenant-kolonel

Onno Eichelsheim, commandant van het begin maart

teruggekeerde Apache-detachement uit Tarin Kowt.

‘Een Apache is meer dan vuursteun alleen’

Vertrouwen is essentieel voor samenwerking met grondtroepen in Afghanistan

Commandant 301 Squadron luitenant-kolonel Onno Eichelsheim, droeg onlangs het commando van het

Apache-detachement op Tarin Kowt over aan overste Pier Schipmölder.

Tekst: Arno Marchand | Foto’s: Richard Frigge, AVDD

Spectaculaire tegenlicht opname van een Apache die

de fl ares uit zijn zelfbescherminsgspods gebruikt.

Naast het ondersteunen van grondtroepen houden de Apaches in Afghanistan ook de omgeving scherp in de gaten.

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

9

I N T E R V I E W I N T E R V I E W

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

8

Page 6: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

Sergeant-majoor als leider, vakman én militair

Meer zelfstandigheid in Middelbare Onderoffi ciers Opleiding KLuniet voorbij gaan aan de Sperwer, het Unmanned Aerial Vehicle (UAV) van de Koninklijke Landmacht. Sinds eind vorig jaar worden die operationeel ingezet vanaf TK. ‘De Apache is natuurlijk een relatief duur platform, maar zeer goed in verkenning, het bekijken van een on-bekend gebied, en de surveillance, het in de gaten houden van een gebied dat je al kent. Juist dat laatste kan een onbemand verkenningsvliegtuigje als de Sperwer ook goed, zij het op een veel beperkter afstand dan bijvoorbeeld de Predator. Zodra blijkt dat er iets gaande is, komen wij met de Apache voor de nodige show of force, of daadwerkelijk gerichte actie. Ook wanneer bij gevechtshandelingen het zwaartepunt uit de strijd gaat, kan de Sperwer de observatie overnemen. Dat werkt erg prettig als je zo dicht bij elkaar staat op Tarin Kowt. Bemand vliegen blijft echter noodzakelijk. Ik zeg dat na-tuurlijk als vlieger, maar ik beoordeel dit objectief. UAV’s vormen een aanvulling, geen overname.’

PRT’s Volgens Eichelsheim is er in Nederland misschien wel erg weinig besef wat de Provincial Reconstruction Teams (PRT’s) doen. ‘Ze bereiken veel en daar is dito waardering voor, zowel vanuit de Afghaanse overheden, als vanuit ISAF. Ook internationale hulporganisaties zien echt vooruitgang, en dat is wel de beste graadmeter. Kijk, eerst moet er stabiliteit zijn in de zogenoemde Afghan Develop-ment Zones, de ontwikkelingsgebieden, voordat de PRT’s aan de slag kunnen. Wij zorgen vanuit de lucht voor de omstandigheden waarin onze gevechts-eenheden en de PRT’s hun werk kunnen

doen. PRT’s worden overigens altijd begeleid door bewapende troepen. Is het eenmaal gelukt stabiliteit in één gebied te krijgen en is dat deel van de provin-cie op bestuurlijk gebied opgebouwd, pas dan kunnen we verder uitbreiden. Nederlandse PRT’s werken in mijn ogen niet anders dan die van andere naties. Iedereen doet ongeveer hetzelfde, zoals dat gestuurd wordt vanuit het RC South. Nederland richt zich wel erg sterk op de bevolking, en misschien zit het in de snelheid waarmee de Afghan Develop-ment Zones worden benaderd. Maar het is vooral ook een combinatie van factoren. Om zoveel mogelijk problemen uit te sluiten, hebben de commandan-ten van zowel de Battle Groups, als de PRT’s, het Apache- en het F-16-detache-ment, hierover dan ook vaak contact met elkaar.’

Niet zwaarmoedigDe commandant vindt het werk voor zowel de grondtroepen als de vliegers intensief. De staf en de ondersteunende diensten kennen een uitzending van vier maanden, de technische dienst drie, en de vliegers rouleren om de negen weken. Ondanks de hoge werkdruk was de sfeer volgens Eichelsheim erg goed. ‘In het begin waren er in Kamp Hol-land nog weinig recreatiemogelijkheden, was er vaak slecht weer, en kenden we brandstoftekorten. Maar gaandeweg de rit bouwden we een eigen recreatie- en sportruimte en begonnen de operaties en bevoorrading te lopen. We hebben ons zelfs geregeld afgevraagd of we wel zoveel mochten lachen in een gebied als waarin we zaten.’

De dagelijkse bezigheden van Eichels-heim speelden zich voornamelijk af op de grond, maar hij vindt het belangrijk om zelf te vliegen om zogezegd het gevoel bij de verhalen van collega’s te krijgen. ‘Ik wil weten waar de vliegers het over hebben’, zegt hij. ‘Je weet dat wanneer je er op uitgaat, je je wapens moet gebrui-ken. Maar dat doen we alleen als het echt moet. Je beseft daarbij altijd hoe gevaar-lijk het is. Maak je een fout, dan creëer je voor de PRT’s een heel moeilijke situatie. Daar wordt zeker over gesproken, maar niet op een zwaarmoedige manier. Op een gezonde wijze geven we het juist een plek. De buitenwereld doet daar vaak dramatischer over. Het is me tijdens het vliegen trouwens wel opgevallen dat het daar ’s nachts écht donker is. Heel wat anders dan in Nederland, waar je altijd nog wel wat restlicht hebt. Dat heb je daar in de bergen absoluut niet.’

BalansOp de vraag of het personeel voorafgaand aan de uitzending voldoende is getraind, antwoordt Eichelsheim met een resoluut ‘ja’. ‘En daarbij hebben we natuurlijk al heel wat uitzendervaring opgedaan de laatste jaren. Maar we moeten wel goed oppassen met de trainingen in Europa of de VS, die ons wachten als we weer terug zijn. Doordat we zo vaak van huis verblij-ven, wordt de werkdruk wel erg hoog. Dat is niet erg, als er maar een balans is. Vlie-gers en technici is nu al teveel nachten van huis om een permanente uitzendca-paciteit te garanderen. We moeten dus naar een nieuwe balans, waarbij we meer in Nederland trainen. Dat wordt mijn uitdaging voor de komende tijd.’ •

De opleiding tot sergeant-majoor is vernieuwd. De Middelbare Onderoffi ciers

Opleiding KLu duurt niet alleen langer, maar kenmerkt zich ook door een

actievere manier van opleiden. De eerste pilot ging 20 februari van start bij

het 132 Squadron DMLO op Vliegbasis Woensdrecht.

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

10 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

11

I N T E R V I E W R E P O R T A G E

Onderdeel van de MOOK is de letrabaan, waarbij het

groepsproces van groot belang is.

De veelvuldige inzet van de gevechtshelikopters vraagt ook om intensief onderhoud. Dit vindt plaats in de speci-

ale clamshelters, waar mens en materieel beschermt zijn tegen de felle zon.

Tekst: June Smit | Foto’s: Jolanda Dam-Bloothoofd, Werkcentrum Fotografi e LCKLu

Page 7: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

en organiseren. Die verbeter ik onder andere door presentaties en LTV (lei-derschap training vaardigheden, red.) en door het plannen van mijn huis-werk. Ik vind het heel leerzaam. Als je vanuit de werkvloer sergeant-majoor wordt, komen er toch wel een hoop dingen op je af. In mijn huidige functie ben ik bezig met het opbouwen van een werkplaats, die in de nieuwe O.T. (Organisatie Tabel, red.) gaat draaien. Dan heb ik maar één adjudant boven me, dus ik moet het ook zelf kunnen runnen. Ik denk dat die cursus daar heel erg bij helpt, zeker op momenten dat de druk toeneemt.’

CompetentiesDe MOOK is de eerste luchtmachtop-leiding die gebaseerd is op competen-ties die van belang zijn in de rang van sergeant-majoor. In totaal gaat het om twaalf competenties. Voor aanvang van de opleiding krijgt de cursist een zogenoem-de nulmeting, waaruit blijkt over welke competenties hij of zij reeds beschikt en in hoeverre ze ontwikkeld zijn. Aan het einde van het traject krijgt de cursist dezelfde meting. ‘We kijken dan of er een leercurve is ontstaan’, zegt Alssema. ‘Elke kandidaat heeft een persoonlijk leerplan, waarbij de nadruk ligt op een aantal competenties. Mocht er aan het

einde van de cursus nog een leerbehoefte overblijven, dan krijgt de cursist hulp bij het invullen daarvan. Dat gaat in overleg met zijn of haar direct leidinggevende.’ Ook tijdens de opleiding wordt de direct leidinggevende betrokken bij het leerpro-ces. Van Vugt: ‘Als de cursist de com-petentie ‘spreken in het openbaar’ moet ontwikkelen, dan heeft diegene op de werkplek iemand nodig die hem of haar begeleidt. Zo kun je bijvoorbeeld met je chef afspreken dat als er in het openbaar gesproken moet worden, jij dat oppakt.’ Alssema: ‘Deze koppeling tussen werk-plek en opleiding is bijzonder. Ik heb dan ook erg veel vertrouwen in deze cursus. Het is zwaar en het verlegt grenzen, maar we hopen dat ze hiermee heel goede sergeant-majoors worden. En wellicht komt er in de toekomst een vervolg met de LOOK voor sergeanten en de HOOK voor adjudanten.’

Sergeant-majoor Michel van Vliet, Paresto chef-kok

‘Ik verwacht dat ik na deze cursus sterker op mijn werkplek terugkom. Omdat ik vier koks onder me heb, krijg ik in mijn werk veel met leiding-gevende aspecten te maken. Hier krijg ik daar tools voor. Van mijn voorgan-gers had ik gehoord dat je de cursus achterover leunend ging halen, dat het alleen maar luisteren en ont-vangen was. Dat is veranderd, maar ik ervaar het als goed. Je bent hier echt bezig om jezelf te verbeteren. Door in het diepe te springen krijg je uiteindelijk betere prestaties. Mijn aandachtspunten zijn delegeren en communiceren en daar hebben we al aspecten van behandeld. De afge-lopen dagen hebben we ook lessen over dienstcorrespondentie gehad. Dat vind ik persoonlijk handig, want misschien kom ik daar in de toekomst wel meer mee in aanraking. Boven-dien word je er niet dommer van. Tot nu toe heb ik een goed gevoel over de cursus. Alles wat ik krijg is nieuw, boeiend, maar ook heel veel. Mis-schien is het een verbeterpuntje om dingen wat beknopter aan te leveren. Je moet best wel veel lezen, soms tot in de late uurtjes. Het is absoluut leuk, maar ik loop tegen de veertig en ik verwachtdat het voor iemand die wat ouder is, misschien nog wel zwaarder is.’ •

De tijd om ‘achterover leunend’ de oplei-ding tot sergeant-majoor te volgen, zoals wel gesuggereerd wordt, is voorbij. Onder de noemer Middelbare Onderoffi ciers Opleiding KLu (MOOK) heeft het 132 Squadron van Opleidingen Koninklijke Luchtmacht (OKLu) de opleiding een nieuw leven ingeblazen. Hierin voert niet het luisteren en ontvangen de boventoon, maar zelfstandigheid en actief meeden-ken. ‘De C-LSK was persoonlijk sterk betrokken bij deze ontwikkeling’, zegt majoor Dick Alssema, commandant 132 Squadron DMLO (Didactiek Militair Lei-derschap en Opleidingen). ‘Volgens hem is de categorie van sergeant-majoor tot

kapitein degene die ’s ochtends het licht aandoet en ‘s avonds uitdoet. Daarom wilde hij voor de rang sergeant-majoor echt een kwalitatieve cursus, waarin niet alleen het kennen, maar ook het kunnen van de cursist wordt verbeterd. Daarnaast stamde de vorige opleiding, de NOHO (Niveau Opleiding tot Hoofd Opzichter, red.) uit 1991. Inmiddels is er heel wat veranderd in de organisatie. Binnen de KLu is altijd veel aandacht geweest voor de sergeant-majoor als vakman.’ ‘Nu is er ook meer aandacht voor de sergeant-majoor als leider’, vult majoor Ron van Vugt aan. ‘En besteden we meer aandacht aan de sergeant-majoor in zijn rol als militair.’

Sergeant-majoor Danny Gies-bert, instructeur onderhouds-systeem vliegtuigen (IMS)

‘Het is zeker een nuttige cursus, maar het heeft een nieuwe opzet dus het uiteindelijke effect moet nog blijken. De opleiding stuitte in de eerste in-stantie wel op weerstand. Het is iets

nieuws, het duurt langer en boven-dien is niet elke vernieuwing altijd een verbetering. Maar iedereen die sergeant-majoor is geworden, moet binnen drie jaar de opleiding volgen. Ons werd verteld dat we de pilot gin-gen volgen. Na de nulmeting en het rollenspel kregen we onze zwakke en sterke punten te horen. Voor mij niks nieuws, want ik weet waar mijn zwak-ke punten liggen. Ik hoop hier dingen mee te krijgen die ik kan hanteren als leidinggevende. Of dat gaat lukken, is uiteindelijk allemaal afwachten. Je neemt natuurlijk al wat levenser-varing mee, maar tot nu toe zijn het

allemaal onderwerpen die ik nog niet heb gehad. De eerste week was al meteen behoorlijk zwaar. Sommigen die er een flinke reistijd op hadden zitten, waren aan het eind van de dag al de weg kwijt. ’s Morgens neem je het nog op, ’s middags minder en ’s avonds vaak helemaal niet meer. Het is een beetje zoeken naar een goede lijn om de cursus op te pikken. Degene die de NOHO hebben gehad, roepen nu lachend: ‘wij hebben maar vier weken gehad’. Wij zeggen dan: ‘ja, maar wij worden supersergeant-majoors!’

VerdrinkenDe MOOK bestaat uit drie delen, die in totaal zeven weken beslaan. Het eerste deel duurt vijf weken, de volgende elk een week. In deze periode wordt steeds toegewerkt naar een integrale opdracht, waarvoor de cursisten de opgedane kennis en kunde gebruiken. Na elke module keert de persoon terug naar de werkvloer. Na het laatste deel vindt een proeve van bekwaamheid plaats. Onder-

tussen wordt nogal wat van de cursist verwacht. In plaats van alleen maar luisteren, moet hij of zij vooral door lezen en casussen de stof eigen maken. ‘We hebben gekozen voor een andere onderwijsfi losofi e’, zegt Van Vugt. ‘Wij zijn geen instructeurs meer, maar studiebegeleiders. De cursisten zijn nu zelf verantwoordelijk voor hun eigen leerproces, dat ze bijhouden in een di-gitaal portfolio. Theorie over dienstcor-respondentie gaan we ze bijvoorbeeld niet leren, dat moeten ze zelf lezen.’ ‘Iedereen moet maximaal aan het werk’, zegt Alssema. ‘We hebben ze ook gezegd: “Ja jullie worden nat, maar we

gaan jullie leren zwemmen”. Natuurlijk kijken wij ook of ze niet verdrinken. Tot nu toe hebben wij het idee dat ze een uitdaging willen, de cursisten pakken het erg goed op.’

Sergeant-majoor Dennis Kruize, dockchief Apache grootonderhoud

‘Dat het zwaarder zou zijn dan de NOHO had ik wel verwacht, maar niet dat dat al op dag één zou beginnen. Nu twee weken later valt alles op zijn plek. Het zelfstandige staat bij de MOOK hoog in het vaandel. Het is ongeveer tachtig procent zelfstudie en twintig procent begeleiding. Je krijgt te horen wat je moet leren en daarna bespreek je de stof in casussen. Omdat je het meteen in de praktijk brengt, verhel-dert het een hoop. Wat dat betreft is het beter dan de stof alleen maar leren. Bovendien kun je alle hulp krijgen als je er maar naar vraagt en hebben we veel steun aan elkaar. Mijn persoonlij-ke aandachtspunten zijn communicatie

Op de letrabaan moeten de cursisten met de beschikbare middelen aan de overkant komen. Daarbij heeft ieder-

een een taak.

De MOOK kenmerkt zich door een andere manier van lesgeven, waarbij de cursisten ook actief en zelfstandig

deelnemen aan de lessen.

De groep bespreekt een opdracht in het kader van leiderschapstraining. Tijdens een kennismakingsoefening zetten de cursisten hun kwaliteiten op papier.

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

12 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

13

R E P O R T A G ER E P O R T A G E

Page 8: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

‘Het eerste Provincial Reconstruction Team (PRT) had

een zware kluif aan het opbouwen van de eerste contac-

ten in Uruzgan. Dat wist ik al voordat we hier in november

vorig jaar heen gingen. Omdat wij die contacten nog ver-

der moesten uitbouwen, verwachtte ik een hele uitdaging

en die hebben we inderdaad gekregen. In Nederland werk

ik nu al twee jaar bij de CSU (Civil Military Cooperation

Support Unit, red.) als stafmedewerker. Ik werd hiervoor

gevraagd toen de eenheid nog in oprichting was. CIMIC

staat voor civiele militaire samenwerking in de breedste

zin van het woord, maar dat doen we voornamelijk door

met de bevolking te praten over hun problemen, maar ook

met projecten voor wederop-

bouw. Op stafniveau probe-

ren we de overheid te onder-

steunen, door te adviseren

hoe je plannen kunt maken.

Onze teams doen dat op

dorpsniveau. Uiteindelijk is

ons werk in uitzendgebieden

maar een tijdelijke maatregel.

We zorgen ervoor dat NGO’s

(Non Governmental Organi-

sations, red.) en IO’s (Inter-

national Organisations, red),

zoals Unicef of het World

Food Programme ons werk

uiteindelijk overnemen. Zij

hebben daar ook de expertise

voor in huis. Dat kan echter

alleen als het veilig is. Wij

doen dus de eerste aanzet,

maar ons streven is dat onze

aanwezigheid op termijn niet

meer nodig is.’

Lang duren

‘Voorlopig zijn we echter nog nodig. Met educatie, waar ik

op stafniveau voor verantwoordelijk ben, is het bijvoorbeeld

heel slecht gesteld in Uruzgan. Op dit moment kan 82 pro-

cent van de mensen in de provincie niet lezen of schrijven.

Daardoor is het mogelijk dat zij eerder beïnvloed kunnen

worden door Taliban. In verband met de veiligheid kunnen

echter veel scholen nog niet open, want de Taliban is nog in

groten getale actief in gedeeltes van de provincie. Maar er

speelt nog meer. Veel leraren worden bedreigd of zijn nau-

welijks geschoold, meisjesonderwijs is een groot probleem,

er is veel corruptie en schoolschriften en pennen, maar ook

voedselhulp van het World Food Programme wordt regel-

matig op de lokale bazaar verkocht. Ik heb de afgelopen tijd

geprobeerd inzicht te krijgen in wat er is aan scholen, leer-

lingen en geldstromen. Daarnaast heb ik maanden moeten

werken aan relatieopbouw met regionale bestuurders, terwijl

ik wist dat deze corrupt waren. Ik ben dan ook ontzettend

blij dat ik nu met één soort onderminister, een deputy direc-

tor, kan praten. Ik heb een tienstappenplan ontwikkeld voor

de provincie Uruzgan waaraan wij samen invulling proberen

te geven. Eén keer in de week koppel ik het plan met hem

terug. Hij is positief, maar het gaat wel lang duren.’

Beïnvloeden

‘Een ander belangrijk departement, waar we mee samen-

werken, is Information and Culture, oftewel kranten en radio.

Dit behoort ook tot één mijn taken. Voordat wij hier kwamen

was er één overheidszender, die een bereik had van twaalf

kilometer. Nu is er met steun van Nederland een Afghaanse

nationale radiozender die binnenkort driekwart van Uruzgan

kan bereiken. Het is een ontzettend goed project. De radio

is een uitstekend medium om mensen te bereiken en te

beïnvloeden. ISAF heeft geen betrokkenheid bij de invulling

van de programma’s, daar zorgen de Afghanen helemaal

zelf voor. Wel is er de mogelijkheid voor ISAF om in samen-

werking met de zender ISAF boodschappen uit te zenden.

Door middel van een dramaserie probeert de zender de nog

conservatieve bevolking in Uruzgan zaken mee te geven,

zoals het belang van ziekenhuizen, inentingen, gezond-

heidszorg voor vrouwen en educatie vanuit het gezin. We

proberen hier alles op een op een Afghaanse manier te

doen en een Afghaans gezicht te geven, om zo de overheid

te promoten.

Op de Westerse

manier werken,

kunnen we

natuurlijk perfect,

maar dat zal niet

het gewenste

effect hebben.

Wij kaarten

problemen aan

en komen samen

met de bevolking

tot een oplossing

en tot nu toe gaat

dat goed.’

Zelfmoordaanslag

‘Ondanks dat mijn functie weinig met de luchtmacht van

doen heeft, denk ik wel dat mijn uitgebreide instructievaar-

digheden een goede aanvulling zijn op de werkzaamheden

binnen het PRT. Onze manier van praten en briefen is toch

weer anders dan bij de KL. Toen we hier in november kwa-

men, waren we met twee luchtmachters. De rest van de 64

man die in het PRT van Tarin Kowt en Derah Wood zitten,

zijn landmachters. Mijn KLu collega en ik hebben elkaar

tijdens de opwerking leren kennen. Eind januari raakte hij

echter betrokken bij een zelfmoordaanslag. De gebeurtenis

was heel vervelend, maar uiteindelijk is hij gelukkig goed

verzorgd door de medische dienst en snel naar Nederland

getransporteerd. Hier zat de schrik er ook even in, maar gek

genoeg duurde dat maar vijf minuten. Daarna ga je de reali-

teit weer in en gaat iedereen weer naar buiten met hun mis-

sieteams. Iedereen is zich er ook van bewust dat het kan

gebeuren, maar we zijn allemaal goed opgeleid en het werk

draait door. Het 11 Tankbataljon, waarbij ik ben geplaatst is

een gemotiveerde, enthousiaste, maar ook heel collegiale

eenheid. Niemand is te beroerd om iets voor elkaar te doen,

echt fantastisch.’

Overdragen

‘Eind maart mag ik weer naar huis. Aan de ene kant ben

ik daar heel gelukkig mee, want dan ga ik weer naar mijn

vrouw. Aan de andere kant vraag ik me dan wel af of het

wel zo loopt zoals ik had bedoeld. Maar dat moet je toch uit

handen geven. Ik zie er overigens wel heel erg naar uit om

terug te gaan. De afgelopen drie jaar ben ik in totaal dertien

maanden van huis geweest. Maar ik ga zeker met een goed

gevoel naar huis. Het zijn misschien kleine stapjes die we

maken, maar het gaat in de goede richting. We mogen ook

geen wonderen verwachten, maar langzamerhand verbetert

er wat. Er zijn hier zeker Afghanen die hun best doen om

veranderingen voor elkaar te krijgen. De volgende lichting

kan misschien weer een grotere stap maken.’ •

Naam: Richard Westenborg Leeftijd: 38 jaarRang: adjudant-onderofficierFunctie: Stafmedewerker PRT/CIMIC

Support ElementSinds: half november 2006 tot eind

maart 2007

Vliegende Hollander 0014 +++ IN DEN VREEMDE Vliegende Hollander 0015 +++ IN DEN VREEMDE

Opbouwen op z’n AfghaansTekst: June Smit | Foto´s: Richard Westenborg

Hoewel Richard Westenborg op de staf zit, gaat hij geregeld met missieteams van

de PRT Uruzgan in. Hier is hij in gesprek met dorpsoudsten in Chora.

Eén team, één taak. Toch werkt niet iedere luchtmachter binnen het CLSK-team, maar in een

paarse omgeving of in het buitenland. Deze maand een gesprek met adjudant-onderoffi cier

Richard Westenborg. In het dagelijks leven stafmedewerker bij de CIMIC Support Unit in

Apeldoorn, maar tot eind maart werkzaam bij de staf van het PRT in Tarin Kowt.

Voor veel kinderen in Uruzgan is onder meer vanwege veiligheidsreden nog geen

onderwijs mogelijk. Westenborg probeert hier verandering in te brengen.

Dit is Westenborg‘s tweede uitzending. In 2004/2005

werd hij naar Bosnië uitgezonden.

Page 9: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

16

T I T E L T I T E L

Luchtverkeersleiding is in Nederland verdeeld in drie disciplines. Naast de alge-mene verkeersleiding op grotere hoogte vanuit AOCS Nieuw Milligen, staan op de militaire vliegbases de verkeerstorens. Van daaruit krijgen vliegers de laatste begeleiding, vanaf zo’n veertien kilometer buiten het vliegveld, tot aan de landing. Het deel daarvoor wordt behandeld door de naderingsverkeersleiding, die verant-woordelijk is voor het luchtruim rond

de vliegbasis tot ongeveer zes kilometer hoogte. Deze naderingsverkeersleiding maakte tot voor een paar jaar nog gebruik van inmiddels sterk verouderd materieel. De technische levensduur van de radars en bijbehorende apparatuur was gesteld op twaalf jaar, maar deden toen inmid-dels al tien jaar langer dienst. Vervanging en een ingrijpende modernisering was dus noodzakelijk, maar hoe? ‘Aan het eind van de technische levensduur, zo in

het midden van de jaren negentig, luidde de vraag, “moet er naderingsverkeerslei-ding op de vliegbases aanwezig blijven?”’, zegt Commandant 711 MilATCC-Squa-dron, luitenant-kolonel Niels Lokman. ‘Met andere woorden: wil je een auto-noom radarplatform met de daarbij beho-rende medewerkers op iedere vliegbasis, of is het wenselijk, technisch haalbaar en doelmatiger deze krachten op één plek te concentreren?’

‘De ogen op de velden, de hersens op Nieuw Milligen’

Offi ciële ingebruikname naderingsverkeersleiding Centralized Approach Implementatie

De beslissing over deze kwestie viel in de tweede helft van de jaren negentig. Lokman: ‘De keuze viel uiteindelijk op Centralized Approach, ofwel CAPP. De implementatie van het moderne en multifunctionele CAPP werd aan het begin van 2006 afgerond. ‘Dat lijkt al met al misschien een lange tijd, maar het betreft een groot en complex materieel-project, en daar staat vanaf het bedenken van het concept tot aan de uiteindelijke realisatie maar zo een jaar of tien voor’, tekent Lokman aan. Daarna behoefde het systeem nog de nodige testen om zeker te zijn dat alle radar- en vluchtinformatie juist werd weergegeven, de operatio-nele validatie. Die fase werd in januari afgerond.

Drie clusters

Centralized Approach verdeelt het naderingsverkeer in het Nederlandse luchtruim in drie clusters te weten Noord (Leeuwarden en Twenthe), Zuid (Volkel en Eindhoven) en West (Gilze-Rijen, Soesterberg en Woensdrecht). Drie clusters gecentraliseerd op Nieuw Mil-ligen leveren winst op ten opzichte van zeven radars en bijbehorend personeel, op evenzoveel vliegbases. Fysiek zijn er daarvoor in de bunker van het 711 Squa-dron drie rijen met consoles gebouwd, waarbij iedere rij één cluster vormt.

Lokman: ‘CAPP werkt in totaal met 45 man, waarvoor er 25 zijn verhuisd van de vliegbases naar het AOCS. Bij CAPP zit de winst onder andere in het afstoten van de PAR-operators, maar kwam ook uit een stuk overlap met de taken van de algemene verkeersleiding.’ Aandachts-punt is volgens de commandant het personeel dat van de velden komt. ‘Dat mist uiteraard de band met het vliegende bedrijf. We moeten zorgen dat die directe

band er blijft, ook al zitten wij hier op de Veluwe. Dat geldt zéker ook voor jong en/of nieuw personeel. Zij moeten het vliegverkeer niet alleen maar vanaf een scherm kennen.’

Koppeling

Voordat CAPP operationeel werd, moest er wel nog een en ander gebeuren. Als eer-ste werden op de vliegbases alle radarsen-soren vervangen, en vervolgens gekoppeld aan een systeem dat huist op het AOCS NM. Daarmee staan de ogen op de velden,

maar de “hersens” om de koppeling tot stand te kunnen brengen op Nieuw Mil-ligen. Als tweede werd de Precision Ap-proach Radar (PAR) afgestoten. In plaats daarvan kwam het Instrument Landing System, of kortweg ILS. Een belangrijk verschil is dat de PAR een operator nodig heeft. Hij of zij ziet het beeld van een na-derend vliegtuig, interpreteert dat en geeft de bevindingen of correcties door aan de vlieger. Bij ILS, dat zonder operator werkt,

ziet de vlieger in de cockpit zelf in beeld wat zijn positie is. Lokman: ‘Hij vliegt als het ware een trechter in, waarbij het smalste punt de landing op de vliegbasis betekent.’

Betrouwbaar

Het is niet een nieuw systeem, want het heeft zich al ruimschoots bewezen in de burgerluchtvaart. De KLu koos dus voor een beproefd en betrouwbaar systeem. Daarvoor moesten overigens niet alleen de vliegbases met ILS-antennes worden

uitgerust, maar kregen ook alle F-16’s een ILS-ontvanger’, zegt de commandant die zelf algemeen verkeersleider op het AOCS was, en toren- en naderingsverkeerslei-ding op Twenthe heeft gedaan. Hij kijkt dan ook met vertrouwen naar de toekomst. ‘Het MilATCC is een serviceverlener. Wij beantwoorden aan de wens van de klant en met CAPP hebben we een systeem waar-mee we de velden de komende vijftien jaar naar wens kunnen ondersteunen.’ •

Eerste luitenant Jan van Bienen, kapitein Dave Gerrits en sergeant Roberto Warner (v.l.n.r.) handelen het

luchtverkeer van de vliegbases Gilze-Rijen, Soesterberg en Woensdrecht af.

Tekst en foto’s: Arno Marchand

R E P O R T A G E R E P O R T A G E

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

16 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

17

De slogan van het 711 Military Air Traffi c Control Center (MilATCC)-Squadron luidt ‘Het oog

dat het vaderland bewaakt’. Dat dekt de lading volledig, want boven een hoogte van zes kilo-

meter regelt het MilATCC al het militaire vliegverkeer, en in het lagere luchtruim het burger-

vliegverkeer dat door het militaire luchtruim vliegt. Vijf jaar geleden kwam daar stapsgewijs een

taak bij: het begeleiden van naderend en vertrekkend vliegverkeer van de militaire vliegbases.

De Militaire verkeersleiding van AOCS Nieuw Milligen zei op donderdag 18 januari offi cieel vaarwel tegen het tijdelijke verkeersleidingssysteem Traffi c Display (TRADIS). Dit bezat niet de gewenste functionaliteiten die voor de verkeersleiding benodigd zijn, maar werd als back- up systeem voor de millen-niumovergang in 1999 ingevoerd. Tevens diende het als back-up voor de overgang van de klassieke naderingsverkeersleiding naar het moderne CAPP. Terwijl de camera van TV Gelderland liep, draaide het Hoofd Systemen Luchtverkeersbeveiliging majoor Ton Kouwenhoven de knop van TRADIS om, en ging de beeld-buis op zwart. Foto: Johann Rehwinkel

Page 10: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

R E P O R T A G E R E P O R T A G E

Het is alweer een jaar geleden dat de Chinooks voor het laatst op uitzending zijn geweest.

Maar wie roept dat ze een jaar lang hebben uitgerust, vindt bij het 298 Squadron op

Vliegbasis Soesterberg geen luisterend oor.

Chinooks klaar voor nieuwe uitdaging

Tekst: Luc Haen | Foto’s: Arnoud Schoor, Fotovlucht Vliegbasis Soesterberg

‘Het is vrij uniek dat we er dit jaar niet uit zijn gegaan’, zegt luitenant-kolonel Bart Hoitink, commandant 298 Squadron op Vliegbasis Soesterberg. ‘Dat gebeurde daarvoor vrijwel continue. Het jaar ‘rust’ was overigens een intensief jaar, waarin we de tekorten konden wegwerken. Dat was ook nodig. De opleiding om bijvoor-beeld vlieginstructeur te worden duurt maanden en dat lukt niet met een grote uitzenddruk. We hebben het afgelopen jaar daarom gebruikt om te investeren in mensen met opleidingen en trainin-gen.’ Dat geldt niet alleen voor bestaand personeel, want voor zowel vliegers en loadmasters als voor technisch personeel moesten nieuwe mensen worden opge-leid. Naast deze opleidingen moest het squadron ook nog de Militaire Luchtvaar-teisen doorvoeren. ‘We zijn inmiddels door de Militaire Luchtvaart Autoriteit doorgemeten en we hebben een goed rapportcijfer gehaald’, zegt Hoitink. ‘Alles bij elkaar was van rust dus weinig sprake. Sterker nog, in sommige opzichten is een uitzendperiode meer routinematig en daarmee zelfs rustiger.’

Extreme conditiesHet jaar was niet alleen nodig om te investeren in mensen, maar ook in materieel. Tijdens de vorige uitzending verloor het squadron twee toestellen. Hoitink: ‘Daaruit hebben we diverse lessen geleerd. We hebben nu meer standaardisatie in training en procedures, zoals de “Blaze”-oefeningen (zie kader, red.). We moeten onze heli’s namelijk ook inzetten voor anderen, bijvoorbeeld voor de Luchtmobiele Brigade. Onze oefendoelstellingen zijn dan onderge-schikt. Bij de Blaze-oefeningen gaan we zonder andere eenheden en staan onze

eigen doelstellingen bovenaan. Deze environmental training, dus oefenen in alle weersomstandigheden onder extreme condities, zoals zand, sneeuw en hoge bergen, is een internationale trend. Er is een heel directe link met lessons learned. Die aanpak heeft geholpen. Na de laatste uitzending was de sfeer bedrukt na het verlies van twee machines. Het was een zware uitzending en iedereen werd geconfronteerd met de beperkingen van de Chinook, waarvan het gevoel bestond

dat er letterlijk en fi guurlijk geen berg te hoog voor was. In de Blaze-oefeningen zoeken we grenzen van het toestel zo veel mogelijk op, zodat mensen bewust wor-den van de beperkingen van het toestel en zichzelf.’

UitdagingNaast het verlies van twee toestellen heeft het squadron te kampen met het vertrek van collega’s naar de burger-maatschappij. De kennis en ervaring in

Na jaar vol training en herstel weer naar Afghanistan

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

18 19 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

‘Dit wordt mijn elfde uitzending, varië-rend van twee weken tot zes maanden. In totaal ben ik in acht jaar tijd 23 maanden op uitzending geweest. Het thuisfront gaat protesteren, absoluut. Naast de uitzendingen heb je natuur-lijk ook nog de oefeningen. Allemaal begrijpelijk en nodig, want anders kun je je uitzendingen niet draaien, maar je bent wel van huis. Dat is thuis soms moeilijk te verkopen, zeker als je kleine kinderen hebt. Een jaar rust is hier geen jaar rust. Het enige dat we niet hebben gedaan, is een uitzending. Ik denk wel dat we nu klaar zijn voor de uitzending. Het programma van de opwerking is nog nooit zo intensief geweest, waarbij we ons specifi ek op het scenario van Afghanistan hebben gericht. Dat is een groot verschil met voorgaande voorbereidingen, waarin het meer ging om generieke tactieken

voor een algemeen plaatje. Maar elk plaatje vereist een andere oplossing. Een ander verschil met de voorgaande missie is ons takenpakket. Vorige keer waren we een transportmiddel van de Nederlandse eenheden in een kleiner gebied. We deden direct zaken met de klant, de Nederlandse special forces. Nu zitten we in een grote pool van heli’s onder Regional Command South, waar de opdrachten vandaan komen. Dat betekent de ene dag voor Nederlan-ders vliegen en de volgende voor Brit-ten of Canadezen. Het omvat boven-dien een veel groter gebied. Dat maakt het uitdagender. Je kunt nooit zeggen dat je er helemaal klaar voor bent, want je weet nooit precies wat je te wachten staat. Wel kun je veel situaties beoefe-nen, zodat je in ieder geval handvaten hebt als je er in de werkelijkheid mee moet omgaan.’

‘De opwerking is nog nooit zo intensief geweest’Kapitein Leo, vluchtcommandant 298 squadron

Tijdens de oefening Hotblaze in Spanje krijgt een Chinook bij het landen te maken

met een ‘brownout’, een stofwolk die het zicht belemmert. Om eventuele miscommunicatie te voorkomen, vindt regelmatig nauw overleg

plaats tussen de leden van de fl ightcrew.

De twee ongevallen met de Chinooks in Afghanistan maakten de

beperkingen van het toestel en het personeel pijnlijk duidelijk.

Page 11: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

R E P O R T A G E R E P O R T A G E

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

21DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

20

dit specifi eke beroep is erg gewild in de maatschappij. In de burgermaatschap-pij is de hele systematiek in de cockpits hetzelfde, dus de overstap is makkelijk. Denk aan helikopters richting booreilan-den of traumaheli’s. Daar heb je ervaren mensen voor nodig die bijvoorbeeld ook ’s nachts kunnen vliegen en die zitten bij de luchtmacht. We hadden in 2005 ook weinig loadmasters. Er hebben zich een hoop aangemeld, maar voordat die volledig combat ready zijn, ben je bijna drie jaar verder. Voor vliegers geldt hetzelfde, daar duurt het zelfs nog langer. In 2006 is een behoorlijk aantal irregulier vertrokken, waarmee geen re-kening was gehouden. Daarmee verlies je niet alleen personeelsleden, maar ook heel veel ervaring. Ik lever bij wijze van

spreken met zes ervaren mensen 30.000 vlieguren in en krijg daar zes nieuwe mensen voor terug met in totaal 2000 uur. In een dergelijk krimpend erva-ringsbestand is het opleiden van jonge mensen soms net koorddansen. Je wil eigenlijk alle twee doen, uitzendingen draaien en mensen goed opleiden, maar dat gaat niet.’

AanpassenDe uitstroom heeft wel gevolgen gehad voor de komende uitzending. ‘De conse-quentie is dat we de detachementsamen-stelling en het aantal vlieguren moesten aanpassen’, aldus Hoitink. ‘We kunnen straks vijf detachementen bemannen met drie heli’s, waarvan twee continue operationeel. Een jaar geleden was de

intentie nog vier toestellen, maar wegens het vertrek van personeel en een aantal niet gerealiseerde opleidingen gaan we dat niet halen. Om ons personeel wat te verlichten, hebben we in het afgelopen jaar het aantal maanden van huis tot een minimum beperkt. De Blaze-oefeningen moet iedereen uiteraard doen, maar vroeger gingen we tijdens oefeningen collectief drie weken weg. Nu volgen onze mensen een intensief programma, ze werken hun syllabus af en kunnen daarna direct naar huis. Ze zijn dus minder nachten van huis, maar hun ge-traindheid is wel toegenomen. Daarnaast heeft iedereen nu duidelijkheid. Dat we weer een ronde gaan, wisten we een jaar geleden al en bovendien weet iedereen dat ze de komende vijftien maanden een keer op uitzending gaan in het vijf-rota-tiemodel. Daarmee geef je de garantie dat de mannen en vrouwen één keer gaan en vier keer niet.’

Nieuwe toestellenOp materieelgebied ziet de toekomst er wat rooskleuriger uit. Zo is onlangs een contract met Boeing afgesloten over de aanschaf van zes nieuwe toestel-len. Hoitink: ‘Wij hebben momenteel het deltamodel en kopen nu het fox-trotmodel. Wat we al hebben, gaan we opwaarderen naar het nieuwe model, dat is voorzien van de zogenaamde ACMS Block 6 cockpit. Het is dezelfde cockpit als we nu hebben, alleen met een paar software- en hardwarematige aanpas-

singen. Daarnaast gaan we een aantal toestellen voorzien van SF-kits (special forces, red.), dus met zwaardere bewa-pening, betere nachtzichtapparatuur, betere beschermings- en communica-tiemiddelen voor de lange afstanden. We worden daarmee geen SF eenheid, maar gaan de SF wel meer onder-steunen. In 2010 verwachten we de eerste nieuwe machines. Dat betekent nieuwe mensen in opleiding en extra trainingen. Dat is een grote taak, gezien de uitzenddruk, de verhuizing van ons squadron naar Gilze-Rijen en de zuigwerking vanuit de burgermaat-schappij. Om personeel te behouden moet je substantieel hogere vergoe-dingen geven en voor langere tijd. We kunnen zoveel spullen kopen als we willen, zonder goed opgeleid perso-neel gaat geen kist de lucht in. Voor de komende missie is iedereen gelukkig optimaal voorbereid, dus daar heb ik een goed gevoel over. We kunnen weer laten zien wat we kunnen.’

Blaze-oefeningenVoordat ze combat ready en dus uit-zendbaar zijn, volgen vliegers en load-masters van de Chinooks en Cougars een aantal oefeningen:

• Highblaze in de bergen van Italië, om te wennen aan het vliegen op grote hoogtes.

• Snowblaze in de besneeuwde wouden van Noorwegen, waarbij getraind wordt met bijvoorbeeld de whiteout: een sneeuwwolk die tijdens het landen en opstijgen het zicht belemmert.

• Hotblaze in de droge gebieden van Spanje, waar personeel leert omgaan met het fenomeen brownout (stofwolk, red.). Dit vormt ook in Afghanistan een grote uitdaging voor het vliegend personeel.

• Tacblaze in Engeland, om tactische aspecten te oefenen. Denk hierbij aan procedures wat te doen als je bescho-ten wordt. Dat laatste heeft uiteraard te maken met het hogere gewelds-spectrum tijdens missies als Irak en Afghanistan.

Dat jaar rust is heel relatief. Je bent toch veel weg voor oefeningen en we zijn heel druk bezig geweest met het opleiden van loadmasters. Het is een baan als in een spannend jongensboek, maar toch heb-ben we vreselijke tekorten. Mensen staan weliswaar in de rij, maar de opleidingsca-paciteit is eenvoudig te klein en er zijn te weinig kisten beschikbaar. Dit wordt mijn achtste uitzending. De voorbereiding voor de komende uitzen-ding is heel erg druk, maar ik heb er een goed gevoel over. De voorbereiding is ten opzichte van andere missies in positieve zin veranderd. Het is veel meer missiege-richt en dat is prettig aangezien missies qua dreigingsniveau steeds serieuzer wor-den. Die onzekerheid is voor het thuis-

front heel moeilijk. Humanitaire missies zijn thuis toch makkelijker te verkopen en je ziet zelf direct wat het resultaat is. Het is fi jn om door de tranen in de ogen van een vluchteling een dankbare blik te zien van ‘die heeft mij geholpen’. Het is minder abstract dan een missie in Irak of Afghanistan.Het leuke van de eerste periode draaien is dat je van alles moet opbouwen. De eerste paar weken besef je bijna niet eens en voor je het weet is de helft al voorbij. Je ziet in de voorbereiding de groep ook echt samensmelten door situaties als een team te bespreken en oplossingen te zoeken. Iedereen heeft dezelfde mindset: samen een goed product neerzetten en samen weer veilig thuiskomen.’

‘Je ziet de groep echt samensmelten’Adjudant Paul, loadmaster instructeur

‘Veel rust hebben we niet gehad. Het afgelopen jaar hebben we veel moeten opruimen van de vorige uitzending. We zijn ook met nieuwe containers bezig, waar werkplaatsen in zitten plus opslag. Rust zou ook betekenen minder vlieg-uren en daarvan kun je niet spreken. Als er uitzendingen draaien, worden er drie tot vier oefeningen ingepland. Is er geen uitzending, dan zijn het er al snel vijftien. Er is ook aardig wat ervaren personeel weg. De technische toelage is een stap in de goede richting, maar dat mag ook wel gezien de verantwoordelijk-heid die wij hebben. Wij geven toch de vrijgave dat een vliegtuig de lucht in kan.

Daar mag ook wat tegenover staan. Het lastige is dat een BBT’er het niet krijgt, terwijl die dezelfde verantwoordelijkhe-den heeft. Je werkt toch samen met die collega’s.Toch heb ik wel een goed gevoel over de komende uitzending. Je zit er met een aantal nieuwe mensen en voor hen is het allemaal nieuw en spannend. Dat maakt het voor mij ook aantrekkelijker. In prin-cipe is het werk voor ons hetzelfde als tijdens de vorige uitzending. Zij vragen een heli, wij leveren hem. Het is wel jammer dat je vier maanden opgesloten zit op een kamp. Niet dat je echt ver naar buiten zou willen in die woestijn. Ik

geloof wel dat we straks betere slaap-plaatsen hebben. Nu zijn het prefabs, wij sliepen de vorige keer in tenten. Het mooie is dat wanneer je met elkaar op uitzending bent gegaan de onderlinge band steeds hechter wordt. Normaal ga je om vijf uur naar huis en kun je je weer opladen voor de volgende dag. Dat lukt daar niet. Dan komen zaken die dwars-zitten er toch uit, dat hou je niet tegen. Op uitzending heb je alle medewerking naar elkaar toe. Dingen gaan vaak ook beter op uitzending, omdat de lijnen veel korter zijn. Maar over het algemeen geldt: als het thuis goed gaat, gaat de uitzending ook goed.’

‘Zij vragen een heli,wij leveren hem.’Sergeant-majoor Maurice Knoppien, fl ight chief vliegtuigonderhoud

Het dikke pak sneeuw in de bossen van Noorwegen vliegt alle kanten op als de

Chinook de landing inzet. Een dergelijke ‘whiteout’ is een van de oefendoelen in de

oefening Snowblaze.

Werken op grote hoogten vraagt specifi eke kennis en ervaring die de fl ightcrew op

kan doen in de oefening Highblaze, in de bergen van Italië.

Page 12: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

ournaalJ“Herinneringen aan de dienstplicht”Het boek verhaalt over het leven en de belevenissen van zowel het kader als de dienstplichtige leerling in de jaren zeventig van de vorige eeuw. Mart van der Linden, zelf ex-instructeur van de LIMOS in Nijmegen, beschrijft een complete lichting vanaf de dag van opkomst tot het vertrek naar de vervolgopleiding of de basis. Vele bekende, maar ook minder bekende zaken ko-men in het boek aan de orde, zoals de velddiensten, schieten, de vierdaagse en de zogenoemde ‘extraatjes’. Veel mensen zullen zich hierin herkennen, ook al is men zelf niet eens dienstplichtig geweest. Herinneringen aan de dienstplicht is daarnaast een stukje heimwee naar een tijd, waarin niet alleen stevig werd ‘gebaald’, maar waarin ook kameraadschap en lol een plaats hadden. De verteltrant is luchtig en voorzien van het nodige ‘vakjargon’ met de erbij horende – zwart/wit – foto’s. Omdat het boek nog niet verkrijgbaar is, kunt u zich intekenen voor een exemplaar. De prijs bedraagt ongeveer e15,00 (dit bedrag behoeft pas te worden betaald nádat het boek is gele-verd!). Bij voldoende intekening zal het in de tweede helft van 2007 verschijnen. Ingeschrevenen krijgen automatisch bericht.

‘RAF Lancaster LL779 en de zilveren armband’In de nacht van 20 op 21 juni 1944 stortte de RAF Lancaster LL779 neer. Deze Britse bommenwerper was het slachtoffer van een Duitse Junkers Ju 88, gevlogen door Unteroffi zier Kurt Boldt die was opgestegen vanaf Fliegerhorst Volkel. De Lancaster was op weg naar de fabrieken voor synthetische brandstof bij Homberg in het Roergebied. Door de aanval van

de nachtjager explodeerde de Lancaster en nam het in zijn val de Ju 88 mee, die bij het Gemertse Berglaren neerstortte. Boldt kon zich nog met zijn parachute in veiligheid brengen, maar zijn boordschutter/telegrafi st Schulz kwam om. Door de explosie werd de Lancaster uiteengereten en de brokstukken kwamen over een groot gebied neer. Een deel van het wrak viel in de Heerenvelden bij het dorpje Handel, terwijl andere delen bij de Gemertse buurtschappen Kranenrijt en Rooie Asch neerkwamen. De gehele bemanning onder leiding van de Ca-nadese Flying Offi cer, Jack Arthur Harvey, vond bij de crash de dood en ligt begraven op de algemene begraafplaats ‘De Oude Toren’ in Woensel. De rode draad door het boek van Ad Hermens vormt een zilveren armband die toebehoorde aan Harvey. De armband werd na het ongeval gevonden door Stien Bevers, die als kind in de directe omgeving van het gecrashte toestel woonde. Via een aantal omwegen kwam de armband bij Harvey’s ouders in Canada terecht. Tijdens een bezoek aan Gemert van de enige overlevende van de familie, Harvey’s zus, kwam de armband weer terug bij Stien.De auteur die al boeken schreef over WO II in Rosmalen en de bombardementen op de Philipsfabrieken te Eindhoven, heeft tijdens zijn onderzoek voor het boek gebruik gemaakt van de informatie die verzameld is in de traditiekamer ‘Typhoon’ op de Vliegbasis Volkel. Het boek is geschreven in zowel het Neder-lands als Engels. Helaas is de kwaliteit van het (technische) En-gels in het boek van een wat mindere kwaliteit. Toch is het een prettig en zeer makkelijk leesbaar boek, dat rijkelijk is voorzien van vele (overwegend) zwart-wit foto’s.‘RAF Lancaster LL779 en de zilveren armband’, 240 pagi-na’s op A-4 formaat, is in eigen beheer uitgegeven, en bij de meeste boekhandels in de Volkelse regio te koop voor e35,00. (Ruud Wildekamp)

Leeswijzer

Het Vaktechnisch Opleidingscentrum “Fokker” (VTOC) en het Duitse Lufthan-sa Technical Training gaan de komende vier jaar 150 luchtmacht leerlingen opleiden. Deze overeenkomst sloten ze op dinsdag 20 maart op Vliegbasis Eind-hoven. Na de tweejarige opleiding met baangarantie die in september begint, komen de leerlingen in dienst bij Defen-sie en worden ze tewerkgesteld bij een onderdeel van de Koninklijke Luchtmacht. In de opleiding is een praktisch deel in het buitenland bij Lufthansa opgenomen. De door de Europese Luchtvaartautoriteit gecertifi ceerde opleiding en luchtmach-tervaring maken de deelnemers uitermate geschikt voor een baan in de civiele luchtvaartbranche na hun periode bij de luchtmacht. Al tijdens de opleiding krijgen de deelnemers een salaris. De Koninklijke Luchtmacht heeft een voortdurende be-hoefte aan technisch personeel voor haar vliegtuigen en helikopters. Beide contract-partijen zijn EASA gecertifi ceerde oplei-dingsinstanties voor specifi eke technische opleidingen voor de luchtvaart. VTOC “Fokker” leidt al sinds 1999 leerlingen op die vervolgens ook werk vinden bij

de luchtmacht. VTOC “Fokker” verzorgt ondermeer voor de luchtmacht zogehe-ten Part 66 opleidingen en is de eerste Europees gecertifi ceerde Part 147 oplei-

dingsinstantie in Nederland die daarmee voldoet aan de EASA eisen. Foto: Petra Aartsen, Fotodienst Vliegbasis Eindhoven

Fokker en Lufthansa werven en scholen voor luchtmacht

De Luchtmachtbasis Twenthe sluit in december 2007 haar poorten. Voor die tijd krijgt (oud-)personeel nog eenmaal de gelegenheid de basis te bezoeken. Op donderdag 27 september 2007 wordt hier van 14.00 tot 20.00 uur een reünie gehouden. Al het personeel dat in de periode 1945 tot heden op Twenthe werkte, wordt met partner voor deze reünie uitgenodigd. Opgave vóór 14 mei door storting van €15 p.p. op rekening 19.23.20.769 t.n.v. KB BTK Emmen, o.v.v. Reünie Tw, postcode en huisnum-mer. Tevens aanmelden via www.lucht-macht.nl of per brief met vermelding van naam, voorletters, adres, registratienum-mer, aantal personen (maximaal twee, geen kinderen), periode werkzaam op Twenthe en bij welk squadron/afdeling. Deze brief graag richten aan Bureau Reünie Sluiting Vliegbasis Twenthe, Post-bus 5013, 7500 GA Enschede. Alleen

bij volledige aanmelding én storting van de eigen bijdrage wordt de inschrijving geaccepteerd. Medio augustus kunt u een bevestiging tegemoet zien met meer informatie en toegangsbewijzen. Huidig personeel van de Luchtmachtbasis Twen-the behoeft niet te reageren.Foto: Voorlichtingcentrum Luchtmacht-basis Twenthe.

Reünie Luchtmachtbasis TwentheMajoor drs. Annette Zeyl-van den Ende is op 24 november 2006 door de Directeur Planning en Control, commodore Geert Bergsma het bre-vet voor Hogere Bekwaamheid in de Bedrijfswetenschappen (HBW) toege-kend. Zeyl-van den Ende studeerde in 2004 af in de bedrijfskunde en werkte aansluitend een KLu-opdracht uit met als onderwerp en ondertitel ‘NATO common funding, de weg naar een apart budget voor de ge-meenschappelijke kosten van vredes-operaties en de samenhang met het Force Generation Proces’. Ten tijde van het beëindigen van haar studie en het schrijven van de opdracht was zij werkzaam als persoonlijk stafof-ficier van luitenant-generaal God-derij, het Hoofd Permanente Militaire Vertegenwoordiging van de NAVO in Brussel.

Brevettering

De overeenkomst is namens Defensie getekend door de Plaatsvervangend Commandant

Luchtstrijdkrachten, generaal-majoor Erik Oliemans.

Het leven en belevenissen op deLIMOS- kazerne te Nijmegen gedurende de jaren

zeventig van de 20e eeuw

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

22 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

23

J O U R N A A L

HERINNERINGEN AAN DE DIENSTPLICHT

BIJ DE LUCHTMACHT

Page 13: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

De website met informatie over de Open Dagen van de Koninklijke Lucht-macht is sinds kort online. Op www.luchtmacht.nl/opendagen2007 staat informatie over het vliegprogramma, de static show en het tentoonstellingster-rein. De site wordt regelmatig ge-up-date omdat details over deelnemers aan de Open Dagen bij stukjes en beetjes bekend worden. De site bevat verder

praktische gegevens voor bezoekers aan de Open Dagen, zoals aanbevolen reisroutes, verkeersmaatregelen rond de vliegbasis en inrichting van de parkeer-plaatsen rondom het publieksterrein. Tevens is er een pagina waarop veelge-stelde vragen worden beantwoord. De Open Dagen worden dit jaar gehou-den op Vliegbasis Volkel op vrijdag 15 en zaterdag 16 juni.

Website Open Dagen online

De Poolse Ambassadeur zijne excellentie Jan Michalowski reikte op 30 januari aan vijf personen een hoge onderscheiding uit. Andries Hoekstra, Geertjan Lassche, luitenant-kolonel Bas Baars, adjudant Hennie Huibrechts en luitenant-kolonel Gerrit Pijpers ontvingen de onderschei-ding voor hun inspanning bij het reali-seren van de uitreiking van de Militaire Willems Orde. Deze vond plaats op 30 mei 2006 aan de Poolse Parachutisten Brigade. De 1st Polish Independent Pa-rachute Brigade nam in september 1944 deel aan de Slag om Arnhem. Lang heeft men deze brigade verweten dat door hun toedoen de slag verloren is gegaan, terwijl ze juist een belangrijke bijdrage hebben geleverd in de verdediging van Arnhem. Hoekstra, Baars, Huibrechts en Pijpers ontvingen de Gouden medaille van de Poolse Strijdkrachten. Lassche heeft naast de Bronzen medaille van de Poolse Strijdkrachten ook het Gouden kruis van Verdienste ontvangen.

Poolse onder-scheiding voor luchtmachters

Ongeveer honderd militairen van de Vliegbasis Volkel kregen op vrijdag 23 februari de Herinneringsmedaille Vredesoperaties uitgereikt uit handen van generaal-majoor Jake Franken, de Deputy Commander Combined Air Operations Centre van de NAVO in Kalkar, Duitsland. De gedecoreerde militairen maakten deel uit van het ISAF F-16 detachement onder leiding van luitenant-kolonel Jack Goense. Tussen april en augustus 2006 was dat gestationeerd op Kabul International Airport in Afghanistan.Foto: Leonie van Helmond, Fotografi e Vliegbasis Volkel

Vredesmedaille voor Volkelse militairen

Reünies* Alle ex-medewerkers van het Vliegveiligheid Oefen en Test Centrum (VOTC)

worden met partner uitgenodigd om op 23 juni het vijftigjarig bestaan van het VOTC te vieren met een reünie. Zij die geen uitnodiging hebben ontvan-gen vóór 1 maart en toch willen deelnemen, kunnen contact opnemen met eerste luitenant Heij, telefoon 0161-296934, of Willem van den Broek, op 0161-226143. E-mailen kan ook via [email protected] (uiterlijk vóór 1 april 2007). Eigen bijdrage is €5,- per persoon.

* Op zaterdag 9 juni 2007 vanaf 10.30 uur wordt in de Kumpulan te Bron-beek een reünie gehouden voor alle Vredesmissie Veteranen van de KLu met partner. Hierbij horen ook actief dienenden. Dit museum is gelegen aan de Velperweg 147 te Arnhem. U krijgt een uitgebreide rijstmaaltijd aangeboden. Drankjes zijn voor eigen rekening. Inschrijving kan door overmaking van € 15,00 per persoon op giro 5129776 ten name van VmVKLu tav J. Donker te Heerlen, ovv ‘reünie Bronbeek’. Uiterlijk 24 mei 2007 binnen. De VmVKLu-er ontvangt ter plekke zijn inschrijfgeld terug. Vol is vol.

* De Identiteitsgroep Steenrode Baretten (ISB) houdt op vrijdag 27 april 2007 de jaarlijkse reünie voor alle (ex) militairen van de Multinational Force & Observers (MFO) met partners. Locatie: Elias Beeckmankazerne, Nieuwe Kazernelaan 2 – 10 te Ede. Ontvangst: 09.30 – 10.15 uur. Einde: 17.00 uur. Aangezien de MFO dit jaar 25 jaar bestaat, zal tijdens de reünie aandacht aan dit feit worden geschonken. Nog geen uitnodiging ontvangen? Meldt u zich dan z.s.m. aan bij: Secretaris Redie Muijlkens (adres: Geleenhof 5, 6715 DM Ede; tel: 0318 639025; e-mail adres: [email protected]) of de webmaster René Goorden (e-mail adres: [email protected]). Voor nadere bijzonder-heden: zie ook website www.steenrode-baretten.nl onder ‘Nieuwsbrief’ en ‘Activiteiten’ – ‘Reünie’

Drie Nederlandse pelotons in Uruzgan hebben onder bescherming van twee Apaches hulp geboden aan bewoners ten zuidwesten van hun kamp in Deh Rawod die als gevolg van overstromin-gen in de problemen zijn gekomen. Door hevige regenval is de rivier de Helmand op verschillende plekken buiten zijn oe-vers getreden. De militairen boden hulp in de vorm van dekens en voedselpak-ketten. Diverse bewoners bevonden zich op de daken van hun huizen, de toppen van bomen en in het water. Voor de eva-cuatie werden drie Nederlandse Cougar transporthelikopters en vijf Amerikaanse Black Hawk-helikopters ingezet, die de Afghanen naar een verzamelplaats aan de oostoever van de rivier brachten. Hier voorzagen de lokale autoriteiten hen van onderdak, voedsel en medische hulp. Foto: Sjoerd Hilckmann, AVDD

Nederlanders evacueren Afghanen na overstroming

In Kamp Holland in Tarin Kowt vond op 17 februari de offi ciële opening plaats van ECHOS-Home ‘The Windmill’, een huis-kamer waar militairen zich in hun vrije tijd kunnen ontspannen. Generaal-majoor Ton van Loon verrichtte de opening waarbij behalve veel Nederlandse militairen, ook afgevaardigden van de moederorganisa-tie K.N.M.B. Pro Rege aanwezig waren. Al jarenlang onderhoudt de non-profi t organisatie Pro Rege Protestantse Militaire Tehuizen in Nederland. Daarnaast worden onder de naam ECHOS-Homes op tien locaties soortgelijke faciliteiten geleverd aan militairen die in het kader van buiten-landse missies langdurig en ver van huis verblijven. Op dit moment wordt door Pro Rege in Kandahar een tweede ECHOS-Home gebouwd. Naar verwachting zal dit tehuis begin april zijn deuren openen.

‘Home away from home’

Missers

Betaaldatasalarissen 2007

In 2007 wordt het salaris uiterlijk de volgende werkdag na de onder-staande betaaldatum op uw rekening bijgeschreven: dinsdag 24 april, donderdag 24 mei (inclusief vakan-tiegeld), vrijdag 22 juni, dinsdag 24 juli, vrijdag 24 augustus, maandag 24 september, woensdag 24 okto-ber, vrijdag 23 november, vrijdag 21 december.Meer informatie is verkrijgbaar bij de Directie Arbeidsvoorwaardenbeleid van het ministerie van Defensie, tel. 070-3187493.

VOOR ADRESWIJZIGINGEN: ZIE COLOFON OP PAGINA 2

VRAGEN AAN – BEHALVE OVER ADRESWIJZIGINGEN – OF BIJDRAGEN VOOR DE VLIEGENDE HOLLANDER? Mail naar [email protected]. Deadline: iedere eerste maandag van de maand.

De commandant van het Apachede-tachement op Tarin Kowt, luitenant-kolonel Onno Eichelsheim droeg op 26 februari het commando over aan luite-nant-kolonel Pier Schipmölder. Tijdens zijn afscheidsrede verwees Eichelsheim naar datgene wat gerealiseerd is in de afgelopen periode. Tevens benadrukte hij de uitstekende samenwerking met de Nederlandse en Australische eenhe-den in het veld. Foto: ISAF

Commando-overdracht Apachedetachement

Kolonel Erik van Heumen droeg op 25 februari het commando van de Air Task Force (ATF) over aan zijn opvolger, kolonel Ben Ruijs. De ATF bestaat momenteel uit circa 250 militairen die ervoor zorgen dat de vijf Cougar’s, zes F-16’s, zus Apaches plus een Hercules voor een korte periode van zes weken hun taken uit kunnen voeren tijdens de ISAF missie in Afghani-stan. De logistieke ondersteuning gebeurt door het Joint Support Detachement dat uit zo’n zeventig personen bestaat. Dit detachement roteert rond april. Foto: ISAF

Detachementsover-dracht Air Task Force

In de vorige editie zijn enkele onjuistheden geslopen: op de cover is het woord homo te lezen. Zeker gezien Commisie Staal uitermate ongelukkig en heeft ook niks te maken met de afgebeelde persoon. Verder staat in het Journaal tweemaal de tekst over een kinderdagverblijf en in Mensen&Mutaties zijn drie mensen bevorderd tot generaal-majoor in plaats van tot majoor.

24

J O U R N A A LJ O U R N A A L

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

25DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

Page 14: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

Een nieuw team van de Vliegbasis Volkel verzorgt voor het seizoen 2007 en 2008 de F-16 demonstraties van de Koninklijke Luchtmacht. Het F-16 Solo Display Team geeft acte de pré-sence tijdens de KLu Open Dagen die plaatsvinden op 15 en 16 juni 2007 op Vliegbasis Volkel. Het demoteam van 313 Squadron bestaat uit vlieger kapitein Ralph Aarts en de coaches kapiteins Pjotrek Bellers en Chris Vaneker. Aan het hoofd van het technisch team staan sergeant-majoors Ed Steen-bergen en Rinus Michels, die elkaar gedurende het seizoen afwisselen. Onder hen vallen vier crewchiefs, sergeanten 1 Gerrit van de Voorde, Willie van Beers, Maarten Toevank, en William Hoitsma, en de hulp vliegtuig-onderhoud korporaal 1 Tim Rensen. Het F-16 Solo Display Team demon-streert op nationale en internationale luchtvaartevenementen de capacitei-ten van het toestel en de vaardighe-den van de vlieger. Een show bevat manoeuvres die tijdens iedere opera-tionele missie met een F-16 kunnen voorkomen, maar die nu direct achter elkaar worden gevlogen, waarbij ze vloeiend in elkaar overlopen. Meer informatie over het demoteam is te vinden op internet, www.lucht-macht.nl/volkel.

Nieuw F-16 Solo Display Team De eerste C-130 met staartnummer

G-275 heeft een nieuwe jas. In plaats van het oorspronkelijke donkergrijs-lichtgrijze camoufl agepatroon, gaat de Hercules nu egaal grijs door het leven. Beide C-130’s krijgen de nieuwe kleur tijdens het standaard grote onderhoud waarbij ook de verfl aag vernieuwd wordt. Er is voor gekozen om de toestellen egaal te spuiten, omdat het oorspronkelijke gevlekte patroon geen toegevoegde waarde heeft qua veilig-heid. Daarnaast is een effen kleur min-

der kostbaar in onderhoud en is deze milieuvriendelijker dan de vorige. De Koninklijke Luchtmacht beschikt over twee C-130H-30 Herculessen. Eén daarvan is nu gestationeerd op Kan-dahar Airfi eld (KAF) ter ondersteuning van het tactisch luchttransport binnen Afghanistan. Naast deze toestellen zijn twee extra C-130’s aangekocht. Deze zijn in de loop van 2008 inzetbaar. Alle Herculessen krijgen dezelfde grijze kleur. Foto: Petra Aartsen, Fotodienst Vliegbasis Eindhoven

Hercules overgespoten

Uit handen van de EAC chairman, de Belg Gilbert Buekenberghs, kreeg Ed de Bruijn onlangs de Air Show Achiefment Award uitgereikt voor zijn inspanningen voor de KLu Open Dagen Deze blijk van waardering is uitsluitend voor ‘een persoon of een organisatie die een bui-tengewone importantie heeft binnen het airshowcircuit’. De European Airshow Council (EAC) is een overlegorgaan van

22 landen met als doel het uitwisselen van kennis, ervaring en deelnemers van internationale luchtvaartevenementen, waaronder vliegshows als de KLu Open Dagen. Display Directors zoals Ed de Bruijn die de KLu Open Dagen voor zijn rekening neemt, proberen in dit orgaan bovenal tot een Europese richtlijn te komen om vliegshows nóg veiliger te maken. Foto: Eric Coeckelberghs

Grote waardering KLu Open Dagen

De zoon van luitenant-generaal vlieger-waarnemer J.L. (Jules) Zegers, is in samenwerking met het Neder-lands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) bezig met een biografie over de levensloop van zijn vader. Wie heeft hem persoonlijk gekend en kan hem nadere informatie verstrek-ken over de periodes 1946-1948 (C- Commando Luchtvaarttroepen), 1949-1951 (C- VLB TW), 1951-1952 (C-CTL)? Uw reacties in de vorm van anekdotes of andere persoonlijke er-varingen worden zeer op prijs gesteld. U kunt contact opnemen met H.A.J. Zegers, Orchislaan 21, 2811 CR Reeuwijk, tel. 0182-393926, e-mail: [email protected].

Oproep

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

26 27

J O U R N A A L

Page 15: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

Een F-16 van de Vliegbasis Leeuwar-den is op 27 februari met problemen geland op zijn thuisbasis. De vlieger bleef ongedeerd. Het toestel voerde een reguliere trainingsmissie uit bij duisternis, maar verloor tijdens de start het neus-wiel. Voordat de landing werd ingezet vloog het toestel een tijdje boven het vliegveld om de hoeveelheid brandstof te verkleinen. Na overleg met onder andere de verkeersleiding en fabrikant Lockheed Martin heeft de vlieger de

F-16 door middel van een landing op de underwingtanks en storingspod onder de romp, weer veilig op de grond gezet. Bij het incident zijn de noodzakelijke hulpdiensten van de Vliegbasis Leeuwar-den ingezet. Naar de oorzaak van het incident wordt een onderzoek ingesteld. Het neuswiel is op de basis teruggevon-den en vormt een belangrijk onderdeel in het lopende onderzoek. De omvang van de schade aan het toestel valt nog niet vast te stellen.

Buiklanding F-16 Canadese onder-scheiding voor luchtmachtmajoorMajoor-vlieger Jan Ruedisueli van de Koninklijke Luchtmacht heeft op 28 fe-bruari in Cold Lake (Canada) de General Campaign Star met Allied Force bar ont-vangen. De onderscheiding werd hem uitgereikt door de Wing Commander, Colonel G. Matte. Hij kreeg de medaille als blijk van waardering voor de tijd dat hij bij de Canadese Luchtmacht vloog. Majoor Ruedisueli heeft van 24 maart tot en met 10 juni 1999 als exchange pilot bij het Canadese 441 Tactical Squadron gevlogen. Hij was in die periode met dit squadron gestationeerd in Aviano (Italië) en heeft gedurende operatie Allied Force meerdere malen missies gevlogen boven Joegoslavië, Albanië, Macedonië en de Adriatische en Ionische Zee. De General Campaign Star is in 2004 door Koningin Elizabeth van Groot-Brittannië ingesteld en is bestemd voor de Canadese Strijdkrachten en bondgenoten die met Canadese troepen opereerden tijdens bijzondere missies of in gevechtssituaties.

F-16´s van de Koninklijke Luchtmacht vliegen al geruime tijd boven Afghanistan en hebben onlangs de 5000 vlieguren ge-passeerd. De operaties boven Afghanistan zijn eind 2002 begonnen vanuit Manas, Kirgizië dit in het kader van de Operatie Enduring Freedom. Later in 2005 zijn de F-16´s gestationeerd op Kabul International Airport voor de ISAF operatie en afge-lopen november zijn de F-16´s verhuisd naar Kandahar Airfi eld in het zuiden van Afghanistan. Door de verhuizing naar Kan-dahar is de reactietijd van de F-16’s voor de zuidelijke provincies aanzienlijk verkort. Foto: ISAF

5000 vlieguren F-16 boven Afghanistan

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

28 DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

29

J O U R N A A L

Agenda Militaire Luchtvaartmuseum*‘Jachtvliegers. Van aviateur tot straaljagerpiloot’ De dagelijkse tentoonstelling laat een aantal markante veranderingen zien in het

beroep van jachtvlieger sinds de jaren van vlak voor de Eerste Wereldoorlog tot nu. De wisselwerking tussen mens en vliegtuig staat hierin centraal. Daarnaast wordt aandacht besteed aan de uitstraling van de militaire luchtvaart naar andere sectoren in de samenleving, zoals de auto-industrie, de jeugdcultuur en de modewereld.

*‘Aviation Art-III’ In deze expositie staat werk tentoongesteld van drie digital artists, te weten de

Nederlanders Wiek Luijken en Ronnie Olsthoorn, en de Italiaanse Zweed John Wallin Liberto. Hun fascinatie voor het vliegen in combinatie met een grote professionaliteit op het gebied van computermatige grafi sche vormgeving vormt de basis voor een boeiende expositie, waarmee nieuwe wegen worden ingeslagen in de luchtvaart-kunst. Dagelijks tot en met 3 juni 2007.

* Bob Salto Tijdens de theatervoorstelling ‘Bob Salto’ neemt het Militaire Luchtvaart Museum

u terug naar de jaren dertig toen vlieger Bob van Staeveren met zijn Fokker D.XXI de meest gewaagde capriolen uithaalde. Hij checkt bezoekers op hun vliegwaardig-heid en verhaalt over vliegtuigen en de luchtvaartromantiek van zijn tijd. ‘Bob Salto’ wordt op maandag 9 april opgevoerd om 13.00, 14.00 en 15.00 uur in de Generaal Snijdershal.

* Open Depotdagen Op 14 en 15 april zijn de deuren van normaal niet toegankelijke depots van het

museum geopend van 10.00 tot 16.30 uur. Deze herbergen onder meer de Lockheed T-33A, de Catalina vliegboot, meerdere Starfi ghters, de net aangekochte Brequet Atlantic en grotere vliegtuigonderdelen. Op het museumterrein zijn in het kader van het thema ‘waarnemen’ rondleidingen bij te wonen gericht op de specifi eke waar-nemingstoestellen uit de collectie. Het MLM zet bussen in om de bezoekers vanaf het museumterrein naar de verschillende depots te brengen. Per dag is het aantal bezoekers aan een maximum gebonden. Van tevoren reserveren is niet mogelijk.

* Kinderworkshop Morse Tijdens deze workshop nemen kinderen een kijkje in het radiostation dat ingebouwd

was in de North American B-25 Mitchell. Na de uitleg over het radiostation maken ze onder begeleiding een eigen morseapparaatje. Kosten zijn 6,- per kind. Aanmelden kan via de website of telefonisch.

Bezoek voor meer informatie de website www.militaireluchtvaartmuseum.nl. Hetmuseum is geopend van dinsdag tot en met vrijdag van 10.00 tot 16.30 uur en opzondag van 12.00 tot 16.30 uur. Op paas- en pinksterzondag, Koninginnedag, beidekerstdagen en nieuwjaarsdag is het MLM gesloten. De expositie en het museum zijngratis te bezoeken. Adres: Kamp van Zeist 2-4, Soesterberg, telefoon 0346-356000.E-mail: [email protected].

Page 16: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document

Kolonel

Daatselaar, GP van, Ing. per 01-jan-07

(Afd. Materieel)

Luitenant-kolonel

Oomes, PHWH, Ing. per 01-aug-06 (DVD:

Z Afd. Lok. Vastgoeddnst), Schoofs-Boelens,

F per 01-feb-07 (RESSORT PROJN AFSTO

BET EXTN), Vries, OAFL de per 01-sep-05

(AOCS:STAF GEZONDHEIDSZORG), Waijers,

JHWM per 01-jan-07 (LCW STGP VBT MEO)

Majoor

Berlie, D per 01-jan-07 (LSK:BUR MATLOG

REGELGEVING), Elderen, GJM van per 22-

dec-06 (AFD C3I SYSN KENNISPOOL), Hout-

man, M, Drs. per 01-mrt-06 (LW:GEZOND-

HEIDSCENTRUM), Hummelink, CP, Ing. per

21-nov-06 (AFD B&THELI TYPEMGMT BWP

HELI), Janssen, P, Ing. per 01-jan-07 (LSK:

AFD OPER RESEARCH & EVAL), Jongbloed,

M, Ing. per 12-jan-07 (AFD C3I SYSN KEN-

NISPOOL), Jonkman, D per 08-jan-07 (LSK:

SIE KWALITEIT), Lingen, W van per 01-jul-06

(POOL PROJN PROJ MALE UAV), Marinus,

JW per 01-dec-06 (GGW:CURRENT OPERA-

TIONS), Meerhoff, SRHEM, Drs. per 01-

okt-06 (#CML:LUCHTVAART GEZONDHEIDS-

ZOR), Meersma, AA per 01-dec-06 (POOL

PROJN PROJ ACCS/LINK16), Spaandonk,

GJM van, Ir. ing. per 01-jul-06 (#LCLU:STF

MATLOGBEL&BDRFSRATIO)

Kapitein

Bakker, MA per 01-jan-07 (LSK:BUR

MATLOG REGELGEVING), Brokke, A.C. per

01-jun-06 (Afdeling), Buschgens, C., Mr. per

29-okt-06 (JDV: Sectie 2), Dannenberg, R,

Ing. per 01-jan-07 (AFD B&THELI SYSMGMT),

Denotti, RA per 05-dec-06 (LW:VLUCHT 4

323), Groen, P.B. per 01-jan-07 (Afdeling),

Heijden, HL van der per 01-aug-06 (EHV:

WERKPLAATSEN), Koremans, WMJ per 13-

nov-06 (LSK:SIE OPERAT. ONDERSTEUNING),

Martha, W, Ing. per 02-okt-06 (VKL:BUR

TECHN. ONDERSTEUNING), Oudshoorn, C

per 01-jan-07 (AFD GWPNS SIE SYSMGMT),

Schrier, AD, Ing. per 02-jan-07 (LSK:SIE

IV-BEHEER), Schutte, TGJ per 12-dec-06 (LW:

VLUCHT 1 323), Veldt, GJ van der per 01-

aug-06 (DIR P&V TDL VESTIGING G), Woudt,

M, Ing. per 07-okt-06 (AFD TVLTG&WPS

TYPEMGMT)

Eerste luitenant

Adams, FJ, Ing. per 06-feb-07 (LCW

COMPO CL AVIONICA), Adding, JA, Ing.

per 02-feb-07 (LSK:BUR LUCHTM. COM-

MUNICATIE), Asperen, D van, Ing. per

06-feb-07 (LCW LOGMGMT J&LVTGN),

Brandwijk, MGM per 06-feb-07 (PARESTO/

CO:Sie Logistieke Onde), Breugelmans, CPJ

per 01-jan-07 (OKLU:OA IMO), Degenaar,

LM per 06-feb-07 (GZRY:STAF VOORLICH-

TING), Dieen, S van per 06-feb-07 (GZRY:

BUR RECHTSP&ADMIN), Diessen, RWJM

van, Ing. per 21-nov-06 (VKL:PLANNING

CELL LOG), Dissel, MGH van per 01-jan-

07 (AOCS:SQN COORDINATIECEL 970),

Everink, HJM per 01-sep-06 (AOCS:WE

RPN), Gafner, G per 06-feb-07 (LW:BUR

MANAGEMENT CONTROL), Gils, PJM van

per 05-jun-06 (OKLU:BUR OPLEIDINGSZA-

KEN), Hagting, W, Ing. per 06-feb-07 (LSK:

SIE IV-BESTURING), Haug, SW per 13-feb-07

(LSK:AFD PERSONEELSZAKEN), Hof, LC van

‘t per 06-feb-07 (LCW GSM CL LU VKBEV),

Hoove, JKJ van per 06-feb-07 (OKLU:

BUR MANAGEMENT CONTROL), Karssen,

CT per 06-feb-07 (EHV:TECHN VLUCHT

KDC-10), Kivits, JJMA per 20-feb-07 (LSK:

AFD PERSONEELSZAKEN), Kremer, JFE per

05-jun-06 (OKLU:BUR OPLEIDINGSZAKEN),

Kroon, MGA de per 21-aug-06 (LMG:AFD

LUMA METEO CENTR), Linden, J van der

per 20-feb-07 (LSK:FRONT-OFFICE), Linssen,

MHF, Ing. per 06-feb-07 (LCW LOGMGMT

HELIKOPTERS), Mollinger, BA per 13-feb-07

(LSK:SIE FINAN. ONDERSTEUNING), Pieterse,

ER per 29-sep-06 (SSB:HELIKOPTER ONDER-

HOUD 298), Prins, HK, Ing. per 06-feb-07

(LCW LOGMGMT HELIKOPTERS), Saatrübe,

ML per 06-feb-07 (EHV:SQN STAFBUR 334),

Schrijvers, F, Ing. per 06-feb-07 (AOCS:

BUR BEDRVOERING/INFOVOORZ), Wals,

AEH per 19-dec-06 (EHV:ME OPSLAG EN

DISTRIBUTIE), Wanschers, HA per 06-feb-07

(CML:OPER.GROEP GEZONDHEIDSZORG),

Zijlmans, L per 13-feb-07 (VKL:P&O

ADVISEURS&ONDERST P&O)

Tweede luitenant

Bontekoe, SJA per 15-sep-06 (GGW:BUR

BEDR.VOERING/INFOVOORZ), Klein, A per

31-aug-06 (LSK:AFD PERSONEELSZAKEN),

Kruisman, T., Ing. per 20-okt-06 (SSB:STAF

VKAM), Rossum, APGA van, Ing. per

14-sep-06 (OKLU:BUR INFRASTRUCTUUR),

Smit, R.C., Ing. per 14-sep-06 (LW:BUR

INFRASTRUCTUURBEH.)

Adjudant-onderoffi cier

Eilering, H per 01-jan-07 (LCW FYSDISTR

BACKOFFICE), Hanique, B per 01-jan-07

(LCW ON EQMT BDFBUR), Hoffard, BH per

01-jan-07 (LCW ON EQMT BDFBUR), Muller,

JP per 08-jan-07 (SSB:BEDR BUR 300), Nagel,

DA per 01-jan-07 (LCW ON EQMT CL

HELIKOPTERS), Olffen, JJ van per 01-jan-07

(LCW COMPO MET&OPPBHD), Reinie-

ren, HN per 01-jan-07 (LCW ON EQMT CL

J&LVTGN), Schutten, FJ per 01-jan-07 (LCW

ON EQMT BDFBUR)

Sergeant-majoor

Alewijnse, JC per 01-jan-07 (LCW COMPO

MET&OPPBHD), Boer, AMIM per 01-jan-

07 (LCW ON EQMT CL HELIKOPTERS),

Bouwman, A per 01-jan-07 (LCW COMPO

MET&OPPBHD), Dijck, G van per 01-jan-07

(LCW ON EQMT CL HELIKOPTERS), Dongen,

PJ van per 01-jan-07 (LCW ON EQMT CL

VPKS), Heij, JG per 01-jan-07 (LCW FYS-

DISTR ONTV, OPSL&DISTR), Manduapessij,

N.O.R. per 21-aug-06 (SCH BIJZ OPLN/IN-

STRGP2), Menduapessy, LAJ per 02-jan-07

(OKLU:WE GEREEDSTELLING), Nieraeth,

RJPM per 01-jan-07 (LCW ON EQMT CL

VPKS), Scholtes, PGH per 01-jan-07 (EHV:

CIS OPERATIONS), Tink, WJ per 01-jan-07

(LCW EOD KLU), Treijen, AJJM van per

01-jan-07 (LCW COMPO MOT&MODULES),

Visser, A per 01-jan-07 (LCW ON EQMT

CL VPKS), Vos, TA per 01-jan-07 (LCW FYS-

DISTR ONTV, OPSL&DISTR)

Sergeant der eerste klasse

Degen, AJ per 17-feb-07 (SSB:CIS MAIN-

TENANCE), Groeneveld, PA per 27-nov-06

(LSK:SIE EVALUATIE (A-7)), Hoebe, TGE

per 17-feb-07 (SSB:CIS MAINTENANCE),

Huisman, GNS per 26-feb-07 (EHV:OPS

VLCHT CABIN ATTEND), Jaarsveld, ANJ

van per 23-jan-07 (LCW ON EQMT CL

J&LVTGN), Keulen, AC van per 27-jan-07

(EHV:HONDENSECTIE), Kok, C per 20-feb-07

(GZRY:GEZONDHEIDSCENTRUM), Kooten,

JJ van per 20-feb-07 (AOCS:P&O ADVISEURS

SPECIALISTE), Lokven, JP van per 10-feb-07

(GGW:ONTVANGST & VERZENDING 951),

Meijden, M van der per 09-dec-06 (SSB:

VLUCHT 2 298), Pagano Mirani, L per

24-feb-07 (GGW:CIS MAINTENANCE 800),

Vierling, PJ per 24-feb-07 (GGW:CIS MAIN-

TENANCE 800)

Sergeant

Bie, SM de per 01-dec-06 (VKL:PVE GE-

REEDSTELLING 311), Braber, S.J. den per

13-okt-06 (GZRY:WE VLGTGONDERH/PLAAT-

WRK), Dijk, J.J. van per 02-okt-06 (SSB:WE

VLIEGTUIG-SCHILDER), Hettinga, R.D. per

20-nov-06 (LW:WE POO F-16), Jansen, R per

26-jan-07 (LCW EOD KLU), Kelder, R.M. per

20-nov-06 (VKL:SIE DEELSYSTEMEN), Laan,

E van der per 23-okt-06 (LW:SQN MISSION

SUPPORT 323), Meijer, JSC per 15-jan-07

(SSB:PVE SQN OPERATIEN 300), Melenhorst,

W.R.M. per 29-jan-07 (SSB:HELIKOPTER

ONDERHOUD 300), Muijen, CW per 26-

jan-07 (LCW EOD KLU), Neumeier, M per

29-jan-07 (VKL:WE AVIONICATECHNIEK),

Nijgh, J per 29-jan-07 (VKL:WE AVIONICA-

TECHNIEK), Rooijakkers, RJT per 11-dec-06

(OTCRIJ/B-INSTRCIE/1PEL/B-IGP), Smeets,

JCX per 11-dec-06 (OTCRIJ/B-INSTRCIE/

1PEL/B-IGP), Sollie, R per 02-jan-07 (EHV:

CIS MAINTENANCE), Sonnevelt, S per 22-

sep-06 (SSB:ME MATERIEELVOORZIENING),

Versteegen, J.J.G. per 05-jun-06 (GGW:

BEDRIJFSSTOF&CHEMAFVAL 951)

Korporaal der eerste klasse

Bekkers, DRHB per 07-jan-07 (VKL:BEWA-

KINGS-SPEC OPS VL 640), Noordennen, R

van per 11-aug-06 (OKLU:BRANDWEERPE-

LOTON 2), Schapendonk, B per 17-feb-07

(GZRY:ME POL/OPSL&DISTR)

Korporaal

Bosgraaf, W.A. per 01-feb-07 (AOCS:BE-

WAKING SIE), Bouwknegt, S per 20-nov-06

(LW:PVE BRANDWEER), Donders, M. per 15-

jan-07 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS VL 640),

Gouweleeuw, PC per 20-nov-06 (GZRY:

PVE BRANDWEER), Homburg, J.J.S. per 20-

nov-06 (SSB:DET MLT DEELEN), Huwaë, J.D.

per 30-okt-06 (VKL:BEWAKINGS-SPEC OPS

VL 640), Meeldijk, D.W.C. per 20-nov-06

(LSK:DRUMFANFARE), Roelans, A.P. per

13-nov-06 (OKLU:BEWAKINGSPELOTON 5),

Scheepers, J.W. per 20-nov-06 (VKL:PVE

BRANDWEER), Spijkers, R.J.A. per 20-nov-

06 (GZRY:PVE BRANDWEER), Sterk, J.H. per

20-nov-06 (VKL:PVE BRANDWEER), Teef-

felen, M.P.B. van per 20-nov-06 (EHV:PVE

BRANDWEER), Wal, A van der per 23-jan-06

(GGW:STNGR TM1 PELA TVS BEW 650)

Schaal 5

Aben-van Zwamen, YAEM per 01-jan-07

(GGW:BUR ADJUDANT), Putte-van Gog,

PAM van den per 01-jan-07 (GGW:BUR

ADJUDANT), Reeken, MC van per 01-jan-07

(LSK:AFD COLLECTIE MLM)

Bevorderingen militairen

&Mensen Mutaties

Deze gegevens zijn afkomstig uit PeopleSoft en

zijn aangeleverd door de Interim Beheer Organisa-

tie PeopleSoft & NSK. Wendt u zich voor gegevens

die niet correct in deze rubriek staan vermeld in

eerste instantie tot uw eigen personeelsdienst.

Deze kan mutaties verwerken in PeopleSoft en

indien noodzakelijk contact opnemen met de

Servicedesk Defensie.

Majoor

Hazelbag, HL, (per 01-feb-07), Koor-

evaar, RJ, (per 26-feb-07)

Kapitein

Datema, BWJ, (per 09-feb-07), Gestel,

CM van, (per 01-feb-07), Groot, AFA

de, (per 01-feb-07), Lentz, EL, (per 19-

feb-07), Molenaar, BHO, (per 12-feb-

07), Montfrooy, HH, (per 01-feb-07),

Udo, JJGM, (per 01-feb-07), Vendrig-ter

Hofstede, B, Ing., (per 01-feb-07), Voo-

ren, GJA, (per 01-feb-07),

Eerste Luitenant

Berg, P van den, (per 09-feb-07), Bouw-

mans, AA, (per 01-feb-07), Budel, TFH,

(per 01-feb-07), Pennings, WBR, Ir., (per

01-feb-07), Wijnen, IJM, (per 01-feb-07)

Vaandrig

Baba, NF, (per 01-feb-07), Vliet, J van,

(per 01-feb-07)

Adjudant-onderoffi cier

Burki, EF, (per 01-feb-07), Haan, H de,

(per 01-feb-07), Hummelman, HG, (per

01-feb-07), Kabbedijk, M, (per 01-feb-

07)

Sergeant-majoor

Diepeveen, JA, (per 01-feb-07), Maas,

FDM, (per 01-feb-07), Stenssen, WA,

(per 01-feb-07)

Sergeant der eerste klasse

Bakker, SAH, (per 20-feb-07), Dijk, K

van, (per 10-feb-07), Ensink, LFJ, (per

01-feb-07), Ferwerda, E, (per 01-feb-

07), Gajiç, I, (per 02-feb-07), Haan, WJ,

(per 24-feb-07), Heijden, LPW van der,

(per 01-feb-07), Jorritsma, RM, (per

01-feb-07), Kolthof, AP, (per 01-feb-07),

Ormskirk, GR, (per 21-feb-07), Oude-

laar, H, (per 10-feb-07), Vries, GJ de,

(per 01-feb-07)

Sergeant

Gerards, I, (per 24-feb-07), Timmermans,

RJAM, (per 01-feb-07), Torre, FJA van

der, (per 01-feb-07), Videler, DJC, (per

01-feb-07)

Korporaal der eerste klasse

Berkers, DWHJ, (per 27-feb-07), Braat,

MCM, (per 01-feb-07), Kropman, RHC,

(per 08-feb-07), Kruger, R, (per 01-

feb-07), Pijpker, NDJ, (per 01-feb-07),

Sprenkels, JW, (per 27-feb-07), Verhoe-

ven, PJJ, (per 15-feb-07), Vinne, HW van

der, (per 23-feb-07)

Korporaal

Boer, RJP, (per 05-feb-07), Driever, W.,

(per 01-feb-07), Drummen, F.F.J., (per

16-feb-07), Koelman, M., (per 09-feb-

07), Reijmerink, J., (per 08-feb-07),

Vierenhalm, A., (per 02-feb-07)

Soldaat der eerste klasse

Lamrani, L, (per 17-feb-07), Vis, R, (per

25-feb-07)

Soldaat der tweede klasse

Arend, P.C.M. van den, (per 01-feb-07),

Boef, E den, (per 10-feb-07), Bruinsma,

S, (per 05-feb-07), Oliana, L, (per

16-feb-07), Velden, P van der, (per 01-

feb-07)

Soldaat der derde klasse

Asedoeba, D.C., (per 19-feb-07), Corte,

H.J., (per 02-feb-07), Eerland, W.J., (per

08-feb-07), Zandbergen, S, (per 22-feb-

07), S04 IBBAD; Foppele, MAW, (per

01-feb-07)

Actieve dienst verlaten

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

30

M E N S E N & M U T A T I E S

DE VLIEGENDE H O L L A N D E R

31

M E N S E N & M U T A T I E S

Page 17: "De Vliegende Hollander, april 2007" PDF document