Upload
brusselnieuwsbe
View
278
Download
1
Embed Size (px)
DESCRIPTION
Brussel Deze Week van 17 tot 23 augustus
Citation preview
N° 1291 VAN 18 TOT 25 AUGUSTUS 2011 ¦ WEEK 33: WEEKBLAD, EEN UITGAVE VAN VZW BRUSSEL DEZE WEEK, FLAGEYPLEIN 18, 1050 ELSENE, REDACTIE: 02-226.45.40, ABONNEMENTEN: 02-226.45.45, FAX: 02-226.45.69, E-MAIL: [email protected]
Geen woontoren, wel markthal
D e kerk werd gebouwd in de tweede helft van de ne-gentiende eeuw, op het ge-
dempte Katelijnedok, naar plannen van de roemruchte architect Joseph Poelaert. Het was niet het beste ontwerp van de schieven architek, esthetisch noch technisch. De vrij kolossale kerk is een allegaartje van stijlen, romaans, gotisch, renais-sance, en ze is gebouwd in een wei-nig duurzame zandsteen. Jarenlang stond boven de ingang een houten overkapping om de kerkgangers te behoeden voor vallende brokstuk-ken.Voor de Stad Brussel was de kerk nooit een prioriteit, zodat er nooit geld kwam voor de broodnodige res-
tauratie. Pas in 1982 lukte het om het gebouw te laten beschermen. Daarna duurde het nog bijna dertig jaar voordat de Stad erin slaagde om de voorgevel door Beliris te laten restaureren. Die restauratie is nog volop aan de gang.Intussen kampte de kerk met een te-rugloop van het aantal parochianen en passanten. De kerk werd te groot en er waren diefstallen: zo verdween er een mooi houten engeltje. Daar-om deelde de kerkfabriek het grote gebouw doormidden met een ijzeren hek. Achter dat hek werd een gezel-ligere gebedsruimte ingericht en werden alle waardevolle objecten bijeengebracht. In een stukje van de kale, overgebleven ruimte mogen de
BRUSSEL – De Sint-Katelijnekerk aan de vismarkt krijgt een nieuwe bestemming. De kerkfabriek had al langer een plan om alleen het voorste stuk te behouden en de achterkant om te vormen tot woontoren. Maar nu wil de Stad Brussel, die eigenaar is, er een markt voor groen-ten en fruit.
Stedenbouw > Sint-Katelijnekerk krijgt nieuwe bestemming
Filmkijken onder de blote hemel
ANDERLECHT – PleinOPENair, het openluchtfilmfestival van Cinema Nova, is weer in de stad. Afgelopen weekend werden de tenten opgeslagen aan de Biestebroekkaai in Kuregem. Dat is beslist geen toeval: het filmfestival heeft er een handje van weg om desolate plekken in de stad te kiezen waar in de nabije toekomst een en ander staat te veranderen. Aan de Biestebroekkaai bijvoorbeeld plannen vastgoedontwikkelaars een luxueuze jachthaven met woningen.De komende weken zijn er nog meer verrassende films op verrassende plekken in de openlucht, allemaal langs het kanaal, het thema dit jaar. Bij zware regen verhuist het festival naar Cinema Nova, bij zachte regen worden de paraplu’s bovengehaald. SVG
PleinOPENair, nog tot en met 27 augustus. Meer op www.nova-cinema.org
© BART DEWAELE
ADVERTENTIE
AFGIFTEKANTOOR BRUSSEL X P303153
180811
VRIENDEN-PRIJSJESKijk snelop p. 22
DB35/798099H1
van schepen Philippe Close (PS) ging uitwerken. “Close wil de kerk verder renoveren en er een grote markthal voor groenten en fruit van maken. Hij kwam hier begin juni al kijken,” zegt Nobels. Voor een kerk zou in dat project geen plaats meer zijn, hoogstens voor een klein kapelletje. De parochie verdwijnt dus. Aartsbisschop Léonard heeft de kerkfabriek inmiddels gevraagd zich niet te verzetten tegen dat plan. Nobels: “Ik ga dus vechten om toch zeker dat kapelletje uit de brand te slepen. Maar wat er met de parochie zal gebeuren, is een groot vraagte-ken.”� Bettina�Hubo
zouden dan vooraan een kleine kerk behouden. Op de momenten dat we meer ruimte nodig hebben, voor een bijeenkomst van Taizé bijvoorbeeld, zouden we de grote zaal gebruiken. De Stad Brussel zou een stuk grond verkopen en dus ook baat hebben bij het project.”Het bisdom stemde in en burge-meester Freddy Thielemans (PS) vond het volgens Nobels ook een interessant plan. Staatssecretaris Emir Kir (PS) van Monumenten zei echter njet: een beschermd gebouw mag niet afgebroken worden, ook niet deels.Dit jaar bracht de kerkfabriek het ontwerp opnieuw ter sprake. Eind mei beloofde Thielemans het dos-sier voor te leggen aan minister-president Charles Picqué (PS), die nu bevoegd is voor Monumenten. Een paar weken later bedacht de burgemeester zich. Nobels ontving een brief waarin Thielemans hem meedeelde dat zijn plan niet verde-digbaar is en dat de Stad het project
Roemeense orthodoxen hun dien-sten houden. Maar ook na die opde-ling blijft het gebouw te groot en te duur in onderhoud en verwarming, zegt Yvan Nobels, voorzitter van de kerkfabriek. Daarom kwam hij drie jaar geleden met een spectaculair plan. Twee derde van het gebouw – het lelijke achterste deel – zou af-gebroken worden. Op die plek zou een woontoren verrijzen met twaalf verdiepingen en een polyvalente zaal van 1.100 vierkante meter. “We
Woontorenplan van kerkfabriek krijgt geen steun meer.
BDW 1291 PAGINA 2 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Aan de vooravond van Maria-Tenhemelopneming trok een stoet gelovigen van de Lourdesgrot van Jette naar de Syrisch-orthodoxe kerk in de Jacobs-Fontainestraat. Er werd afgesloten met een kaarsjesprocessie.
© IVAN PUT
DE WEEK IN BEELD DOOR IVAN PUT
‘Cyclovia wordt geen autoloze zondag-bis’
Uitgelicht > Nieuw evenement wil meer Brusselaars op fiets
C yclovia, Spaans voor ‘fiets-pad’, is een primeur voor Bel-gië, maar in het buitenland
bestaat het evenement al een hele tijd. Het originele concept komt uit het Colombiaanse Bogota, waar men in de jaren 1970 begon met de hoofdstraten – een parcours van elf kilometer – een paar zondagen per jaar autovrij te houden. Vandaar dijde het initiatief uit naar steden als Melbourne, Los Angeles, Parijs, Buenos Aires en San Francisco.In Bogota is het nu elke zondag en elke feestdag Ciclovía. De fietsers,
lopers en skaters beschikken er in-middels over honderdtwintig kilo-meter autovrije straten.Zo’n omvang neemt het evenement nog niet meteen aan in Brussel. Daar begint het Gewest, in samen-werking met de Stad Brussel, met een parcours van tien kilometer. Dat loopt van de Vlaamsepoort over het Muntcentrum naar het Ju-belpark. Op die route wordt twee zondagen tussen 11 en 16 uur een veilige zone afgebakend. Op som-mige plaatsen wordt de weg volle-dig vrijgemaakt, bijvoorbeeld in de
Wetstraat, tussen de Kleine Ring en het Schumanplein. In die buurt zijn dan ook de tunnels dicht. Op andere plaatsen worden door middel van fluokegels rijstroken vrijgehouden voor de zachte weggebruiker. “Dit is het grote verschil met autoloze zon-dag,” zegt staatssecretaris De Lille. “Fietsers en voetgangers krijgen veel meer plaats, maar het autoverkeer ligt niet volledig lam.”Ander verschil is dat er langs het parcours van Cyclovia ook veel ani-matie is, maar dat die louter met mobiliteit te maken heeft. De Logos Foundation Singing Bicycles fiet-sen bijvoorbeeld mee. De Lille: “Op die manier willen we vermijden dat Cyclovia een soort autoloze zon-dag-bis wordt. Bij autoloze zondag kun je je vragen stellen. Het is een soort Vlaamse kermis geworden, een staaltje citymarketing. Iedereen fietst en loopt waar hij wil. Fietsers rijden door het rood, voetgangers wandelen in het midden van de
Kom Brusselse zinnekes soeme komt allemoe gelaaik Van welke cotij of welke sitij da gaaile oek mo zaait Kom dut na mè ons mij en zet ale na in de raa Hoil ’t beste oit de kas en droegt a stientje baa Leut ons soeme demonstrijre in iene gruute stoot Oen al dee ’t wille wijte hoo ’t ee in Brussel goet
De Fanfaar en Emballage Kado staken zeventiende-eeuwse liederen in een Nieuw-Brussels jasje.
Meer over het project Ik ben getrouwd met een kwaaie Griet in een interview met de letterkundige Maartje De Wilde, p. 12-13 in deze krant.
BRUSSEL – Op zondag 21 augustus en op 11 september, een week voor autoloze zondag, kunnen fietsers langs een beveiligd parcours van de kanaalzone naar het Jubelpark fietsen. De straten worden die twee dagen (gedeeltelijk) autovrij gemaakt zodat fietsers, skaters, joggers en wandelaars hun gang kunnen gaan. Toch wordt Cyclovia geen autoloze zondag-bis, zegt staats-secretaris voor Mobiliteit Bruno De Lille (Groen!).
weg. Autoloze zondag is een insti-tuut en heeft zijn plaats, maar het biedt weinig soelaas voor mensen die echt meer willen gaan fietsen in de stad. Daarom was er behoefte aan een nieuw mobiliteitsevene-ment.”De eerste editie van Cyclovia in Brussel wordt een test waar het Gewest vooral van wil leren. “We doen het, op aanraden van de orga-nisatoren in Bogota, meteen twee keer. Dan kunnen we de tweede keer verbeteringen aanbrengen en zit er geen jaar tussen,” zegt De Lille. De bedoeling is dat het evenement groeit en dat er volgend jaar andere
gemeenten meedoen, zodat het tra-ject uitgebreid kan worden.Maar is het niet zinvoller om, in plaats van autoloze zondagen en Cy-clovia’s te organiseren, alle energie te steken in de aanleg van fiets- en voetpaden waarvan de Brusselaar elke dag gebruik kan maken? “Daar steekt het Gewest al veel energie en geld in,” zegt De Lille, “dit jaar al-leen al 11,5 miljoen euro.” Ook de Stad Brussel doet veel voor fietsers, vindt schepen van Mobiliteit Chris-tian Ceux (CDH). “En dat is ook nodig, want de meerderheid van de inwoners van de Vijfhoek heeft geen auto.” De Stad heeft een fietscomité
BDW 1291 PAGINA 3 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011 WEEKOVERZICHTWOENSDAG 10 AUGUSTUSMOSkEElEiDErS bESchUlDiGD vAN frAUDE. Het parket verdenkt twee hoofden van de El Mohsinine-moskee in Sint-Gillis van gesjoemel met bedrijfsvoorheffing en het verduisteren van fondsen. Dat schrijft La Libre Belgique. Een van de verdachten is de voormalige ondervoorzitter van de Moslimexecutieve. El Mohsinine is een van de grootste moskeeën van Brussel.
DONDErDAG 11 AUGUSTUScYclOviA vOOr ZWAkkE WEGGEbrUikErS. Op de zonda-gen 21 augustus en 11 september organiseert de Brusselse regering
Cyclovia. Dat kondigt staatssecre-taris voor Mobiliteit Bruno De Lille (Groen!) aan. Fietsers, wandelaars en skaters beschikken die twee dagen over een autoluw traject van
de kanaalzone naar het Jubelpark. Het evenement is een aanvulling op autoloze zondag.
ThEEhUiS kOrT EN klEiN. In de Schoolstraat in Sint-Jans-Molenbeek raken een groep Marokkanen en een groep Algerijnen slaags na een ruzie over een meisje. Woedende Marokkanen viseren daarop een Algerijns theehuis. De politie moet tussenbeide komen. Als twee verdachten worden aangehouden, daagt een aangezwollen groep Marokkanen op aan het commissariaat, maar nieuw geweld wordt voorkomen.
PETiTiE vOOr GEMENGDE kOPPElS. Het actiecomité Musul-mans Progressistes lanceert een petitie ter verdediging van gemeng-de koppels na het recente geweld tegen een gemengd allochtoon-au-tochtoon koppel in Schaarbeek. De progressieve moslims stellen dat het ook mogelijk moet zijn de eigen gemeenschap te ontvluchten.
STEEDS MEEr ZElfSTANDiGEN. In 2010 kwamen er meer dan vierduizend buitenlandse zelfstandigen bij in het gewest. Dat blijkt uit overheidscijfers. De nieuwe zelfstandigen komen vooral uit Oost-Europa. Het aantal zelfstandigen uit die regio is in vijf jaar tijd zelfs vervijfvoudigd, tot meer dan tienduizend.
vriJDAG 12 AUGUSTUShONGErSTAkErS: NUl OP rEkEST. De Pakistaanse honger-stakers die al anderhalve maand een pand in de Elsense Dublinstraat bezetten, demonstreren voor het kabinet van ontslagnemend fede-raal staatssecretaris Melchior Wathelet (CDH). Die is bevoegd voor Asiel en Migratie. De politie ontbindt de betoging. De Pakistanen willen verblijfspapieren.
ZATErDAG 13 AUGUSTUSTUrTElbOOM: MiSDAADGElD vOOr POliTiE. Ontslagne-mend federaal minister van Binnenlandse Zaken Annemie Turtel-boom (Open VLD) pleit er in De Morgen voor om geld uit de verkoop van in beslag genomen goederen aan de politiediensten te geven. Volgens de liberale politica wordt het aanpakken van illegale econo-mieën een prioriteit in grote steden.
fOUTE AfvAlZAkkEN. Net Brussel vraagt om pmd-vuilnis-zakken (de blauwe) met verkeerde instructies erop gedrukt terug te brengen naar de winkel. Op een aantal is abusievelijk de handleiding voor het sorteren van papier en karton (de gele zak) gedrukt.
ZONDAG 14 AUGUSTUSZWAArGEWONDE OP METTEWiElAAN. Een dronken be-stuurder veroorzaakt een zwaar verkeersongeval op de Louis Mette-wielaan in Molenbeek. Een dertiger rijdt door het rood en ramt een auto lateraal. Het slachtoffer wordt uit de wagen geslingerd.
DiNSDAG 16 AUGUSTUSDAN TOch GEEN kAP? Brussels minister-president Char-les Picqué (PS) overweegt de plannen voor de heraanleg van de Havenlaan te herbekijken. Hij wil daarvoor een vergadering met zijn minister van Vervoer en Openbare Werken Brigitte Grouwels (CD&V). Tegen het omhakken van driehonderd platanen (en tegen de volledige heraanleg van de kasseiweg) is de voorbije maanden druk actie gevoerd.
brUSSElSE filM NAAr TOrONTO. De langspeelfilm Swooni van de Brusselse regisseur Kaat Beels is geselecteerd voor het film-festival van Toronto en zal daar ook in première gaan. De film vertelt het verhaal van zes mensen in een fictief hotel. Hij werd volledig opgenomen in Brussel. Samengesteld door christophe Degreef
MEER NIEUWS DE HELE WEEK
ROND OP
dat volgens Ceux bij elke heraan-leg zijn zeg mag doen. “Zo komt er een fietspad in het stuk Wetstraat tot aan de Koningsstraat en in de Naamsestraat.”Volgens De Lille en Ceux is een ver-beterde fietsinfrastructuur alleen niet voldoende. “Er moet ook een mentaliteitswijziging komen zo-dat mensen graag de fiets nemen,” zeggen ze. En daarvoor dient een evenement als Cyclovia. “We wil-len laten zien dat het mogelijk is om veilig door de stad te fietsen,” zegt De Lille. “Het past in onze doel-stelling om in Brussel tegen 2020 twintig procent fietsers te krijgen.”
Zal een dergelijke actie volstaan om mensen ook te overtuigen om op hun stalen ros naar het werk te gaan? Fietsen langs een beveiligd traject op zondag is wel iets anders
dan zich tijdens de ochtendspits per fiets naar het werk begeven. De Lil-le: “Daarvoor hebben we iets anders: Bike Experience, een initiatief waar-bij kandidaat-fietsers een tijdje op hun tocht door het drukke verkeer begeleid worden door een coach. Dit jaar hebben er zo’n honderdveertig mensen aan deelgenomen. De re-sultaten zijn bemoedigend. Negen-tig procent gaat nu minstens een keer per week met de fiets naar het werk, en meer dan dertig procent zelfs elke dag.” bettina hubo
www.cyclovia-brussel.be
Je negeert je binnenstad niet zonder risico (...). Voor Brussel vrees ik voor de toekomst.”
Een bloedernstige stand-up comedian Nigel Williams over de zware rellen in Engeland (op Radio 1).
We hebben van Brussel een bedelaar gemaakt.” Volgens minister van Buitenlandse Zaken Steven Vanackere (CD&V) moet de financieringswet rekening houden met de plaats waar de rijkdom wordt geproduceerd, niet alleen met de plek waar de mensen ’s avonds gaan slapen (in De Standaard).
Tienduizend euro per vierkante meter woonoppervlak-te. Dat was in 2010 de hoogste prijs die (in het Brusselse gewest) voor een optrekje werd neergeteld. En waar mag dat gelegen zijn? Lang en diep nadenken hoeft niet, het antwoord ligt voor de hand: aan de Clos des Milliardai-res, de chique privéstraat – officieel heet ze Bossquare – waar onder meer François-Xavier de Donnea, voormalig liberaal burgemeester van de Stad Brussel, woont. Maar hiermee staat Brussel binnen België nog niet op één: daarvoor moeten we naar de Zeedijk in Knokke, waar
10.000HETGETAL
© A
DR
IMC
M
““
“Autoloze zondag is een Vlaamse kermis geworden”
Cyclovia komt overgewaaid uit de Colombiaanse hoofdstad Bogota: in de jaren 1970 begonnen ze daar met elf kilometer; intussen is het elke zon- en feestdag Ciclovía, over een traject van 120 kilometer.
vlotjes 23.000 euro per vierkante meter voor een pent-house werd betaald. Maar voor die prijs hebt u wel zicht op zee. Brussel is wel duurder dan Sint-Martens-Latem, waar de hoogste prijs ‘maar’ 4.200 euro bedroeg. De cijfers komen van Le Soir, die een klassement vroeg aan Engel & Völkers, gespecialiseerd in vastgoed voor de rijken. In de top tien komt er nog een buurt in Brus-sel voor, maar Ukkel spant de kroon met vier buurten. Sint-Pieters-Woluwe telt er twee; Elsene en Watermaal-Bosvoorde moeten het met één stellen. Dv
BDW 1291 PAGINA 4 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Reeks (3) > Minister-president voor één dag: architecte-stedenbouwkundige Nedjma Hadj
‘Pas als we weten wat ons bindt,kunnen we verder’
SINT-JOOST-TEN-NODE – Welke richting moet Brussel uit? Hoe kan de stad leefbaarder? BDW vond vier uit-eenlopende persoonlijkheden bereid om voor één dag minister-president van Brussel te spelen. Nedjma Hadj ruilde begin jaren 1990 Algiers in voor Brussel. Ze is architect-stedenbouwkundige van opleiding, werkt voor de Hallen van Schaarbeek, schrijft en filmt en raakt niet uitgekeken op steden.
‘Z ie je dat plantsoen? Veel te net als je het mij vraagt. Je mag er het gras niet be-
treden. Dat er soms een expositie in het tuintje plaatsvindt, is wel tof, maar er gaapt een kloof tussen de filosofie achter het plantsoen en de behoeften van de bewoners. Elk stukje openbare ruimte moet goed gebruikt worden in een dichtbe-volkte buurt als deze. Wat heb je aan park of speeltuin als ze voor zes uur al weer dicht gaan? Gelukkig is er nog het Josaphatpark.”Nedjma Hadj gidst me door haar wijk. Op het Houwaertplein wijst ze naar twee miezerige banken. “Dit plein is niet spectaculair gereno-veerd. Maar het is er wel op verbe-terd. Onder meer door die domme banken. Kleine ingrepen kunnen een groot verschil maken.” Die filo-sofie duikt vaker op in het discours van onze minister-president voor één dag.
Drietalig onderwijsOp de spanningen en conflicten tussen de Vlaamse en de Franse Gemeenschap heeft Hadj het niet begrepen. “Ze monopoliseren al zo lang het debat. Het idee woekert
dat je tot de ene of tot de andere gemeenschap behoort. En Brussel is het kind van de rekening. Ik be-hoor zoals bijna de helft van Brussel niet tot een van beide kampen en wil daar niet toe verplicht worden. De eeuwige discussies tussen Neder-landstalige en Franstalige mensen
en structuren zijn vervelend, con-traproductief en steriel.”Minister-president Nedjma Hadj zet resoluut in op drietaligheid. “Naast Frans en Nederlands zouden scho-len in een derde taal moeten mogen onderwijzen. De Europese school kan een model zijn. Die derde taal
wordt best afgestemd op de realiteit in de buurt. Dat zou dan Arabisch, Spaans of Turks kunnen zijn. Ge-daan met straf schrijven omdat je tijdens de speeltijd op een Neder-landse school Frans sprak of op een Franse school Arabisch! Dat is Brussel niet. Brussel is meertalig. Dat moeten we aanvaarden. Taal is, nog veel meer dan de keuken, hét kanaal om de cultuur van de andere te leren kennen. Mooi meegenomen: wie zijn kind Arabisch wil leren, is niet langer aangewezen op koran-scholen.”
Minimale waardenBegin jaren 1990 spoelde Nedjma Hadj in Brussel aan. “Brussel is
een kleine, maar hechte stad. Het cultureel aanbod is groot, maar enorm versnipperd. Als minister-president zou ik zoeken naar een gemeenschappelijke basis voor een cultureel project dat voor iedereen toegankelijk is. ‘Wat bindt ons?’ zal de vraag zijn. Respect? De ontplooi-
ing van het individu? Dat laatste botst al meteen met de Maghrebijn-se gewoonte om de gemeenschap voorrang te geven op individuele vrijheid. Waar kunnen we ons wel samen achter scharen? Wat zijn de minimale waarden? Veel culturele instellingen voeren diversiteit hoog in het vaandel. De vrijheid voor het individu, de vrijheid om te creëren en tolerantie lijken me ook sleutel-begrippen. Maar we zijn er duidelijk nog niet uit. In dit debat zou ik als minister-president tijd en geld in-vesteren. Pas als we weten wat ons bindt, kunnen we de stad verder ontwikkelen.”
MicrokredietenEen volgend strijdpunt van de re-gering-Hadj I is armoede. “Te veel Brusselaars zijn gemarginaliseerd. Wie zijn werk verliest of er geen vindt, valt te snel door de mazen van het net. Een te grote kloof tussen arm en rijk is nefast voor de stad. Zonder solidariteit redden we het niet. Burgerinitiatieven die solida-riteit in de praktijk brengen, krijgen van mij extra middelen. Vervolgens moedig ik zoveel mogelijk synergie en netwerken aan. En bijna even belangrijk vind ik de strijd tegen im-materiële armoede.” Ook de werkloosheid moet stante pede aangepakt worden. “We ont-snappen voorlopig aan de grote rel-len die Londen en Parijs geteisterd hebben. Maar niets doen aan de hoge werkloosheid bij jongeren, dat is erom vragen. Geen perspectief hebben is dramatisch.”“Welke strategie is nu de beste? Ik
n Geboren in Algiers.n Studeert er in 1985 af
aan de École Polytechnique d’Architecture et d’Urbanisme.
n Vier jaar burgerdienst.n Trekt naar België als begin
jaren 1990 de integristen van het Front Islamique du Salut (FIS) de verkiezingen winnen en er een bloederige burgeroorlog uitbarst.
n Volgt een master aan de KUL. Is in 1999 aan de universiteit verbonden als wetenschappelijk medewerker.
n 1995: heeft een stad nodig, vindt Brussel genereus, belandt bij theatergezelschap Dito’Dito, dat later opgaat in de KVS.
n Stelt tegenwoordig het programma samen voor de Hallen van Schaarbeek.
NR
Wie is Nedjma Hadj?
Veel buitenlandse studenten in Brussel.
STEEDS MEER BRUSSELSE ERASMUS-STUDENTEN
BRUSSEL – Het aantal Brusselse uitwisselingsstudenten neemt toe, blijkt uit cijfers van de VGC. En ook Brussel is aantrekkelijk voor buitenlandse studenten die hier een tijdje willen studeren.
Tijdens het academiejaar 2009-2010 volgden 102 studenten van
Nederlandstalige Brusselse univer-siteiten of hogescholen een oplei-ding aan een buitenlandse instel-ling. Zo’n uitwisselingsprogramma heet Erasmus. In de periode 2007-2008 ging het nog maar om 67 stu-denten.Brusselse Nederlandstalige uni-versiteiten trekken ook genoeg
buitenlandse studenten aan: 541. Een van de populairste richtingen voor buitenlandse studenten is be-drijfsbeheer, gevolgd door kunst en architectuur. Ook talen en commu-nicatiewetenschappen zijn in trek. De Brusselse cijfers vertegenwoor-digen maar een klein deel van het totale aantal Belgische Erasmus-studenten: 4.781 in 2007-2008, 5.269 in 2009-2010. Spanje en Frankrijk zijn de landen die het meest in trek zijn om te studeren.Achttien studenten aan een Neder-landstalige Brusselse hogeschool
ten slotte volgen een uitwisseling aan een Franstalige Belgische uni-versiteit. Dat programma heet Eras-mus Belgica en wordt gesteund door het Prins Filipfonds. In 2006 waren er zeven zulke studenten. Ook de ULB is een gastinstelling voor deze studenten.De cijfers werden opgevraagd door Brussels parlementslid Bianca De-baets (CD&V) bij Jean-Luc Vanraes (Open VLD), het collegelid bevoegd voor Onderwijs in de Vlaamse Ge-meenschapscommissie (VGC).� CD
© S
AS
KIA
VAN
DE
RS
TICH
EL
E
© S
AS
KIA
VAN
DE
RS
TICH
EL
E
“Het tijdperk van de grote urbanistische projecten is voorbij. Dus géén Guggenheim, en al helemaal geen nieuwe kathedraal of moskee voor Brussel. Er zijn andere prioriteiten”
BDW 1291 PAGINA 5 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
ADVERTENTIE
ben geen expert. Ik vermoed dat we aan de opleidingen moeten sleutelen en dat we minder moeten uitgaan van de traditionele beroepen. Jon-geren moeten we zwaar aanmoedi-gen om hun ding te doen. Ik geloof in kleinschaligheid, in vele kleine bedrijfjes die je maximaal onder-steunt. Dat creëert een dynamiek. Ik heb daar veel vertrouwen in.”“Voor de oprichting van al die be-drijfjes heb je microkredieten no-dig. Wellicht moet het bancaire systeem dan wat aangepast wor-den. Dat is idealistisch. Maar als ik dan toch minister-president ben...”
One-coloredOndanks haar opleiding hoef je van minister-president Hadj geen grote
stadsplanningsprojecten te ver-wachten. “Vroeger kon het idee van een groot cultureel project me ver-blijden, maar a) ik ben realistischer geworden, en b) het tijdperk van de grote urbanistische projecten is voorbij. Dus géén Guggenheim en al helemaal geen nieuwe kathedraal of moskee voor Brussel. Er zijn andere prioriteiten. Het ontbreekt bijvoor-beeld nog altijd aan sportterreinen en plekken waar de jeugd zichzelf kan zijn en iets kan doen. Waarom overtuigen we de privébedrijven er niet van om een deel van hun ruimte voor iedereen open te stellen? Met een sportzaal, vergaderruimte of feestzaal kunnen ze veel buurten blij maken. Niet alles moet van de overheid komen. We moeten voor-
bij het taboe durven te denken.” Hadj pleit voor flexibiliteit. “Ver-anderingen maken me niet nos-
talgisch. Een volle stad als Brussel moet nieuwelingen en nieuwighe-den aanvaarden.” Ze zou wel ingrij-pen als een buurt te fel gemono-poliseerd wordt door één kleur of gemeenschap. “Ik ben geen dictator, maar te veel van hetzelfde is niet
goed. Ik gruw van one-colored wij-ken, met uitsluitend Maghrebijnen of uitsluitend rijke blanken, waar je je op een andere planeet waant.”“Hoe kun je dat vermijden? Zorg voor circulatie tussen de verschil-lende wijken. Breng ze met elkaar in contact. Grijp in voordat de laatste bakker met echte pistoleekes ver-trekt. Samenwonen moet mogelijk zijn zonder dat het een overlevings-strijd is die alleen de dapperen aan-kunnen. Dat zou een van de mini-male waarden van Brussel kunnen zijn. We zijn die strijd aan het verlie-zen, en dat is zéér jammer.” “Ik zou de grote projecten ver-plichten zich in te passen in het bestaande, en rekening te houden met het algemeen belang. Uit den
boze zijn volledig omheinde sites. Thurn & Taxis is een gemiste kans. Bouw lofts, luxeappartementen én bescheiden sociale woningen, en je krijgt vanzelf een mix van stedelin-gen.”
Dichterlijke epiloogOp de terugweg belanden we weer op het Houwaertplein. Op de buste van Jan Baptist Houwaert, een zes-tiende-eeuwse dichter en Meester der Rekeningen des Hertogdoms van Brabant, lezen we ‘Hovdt Middel Mate’. Hadj: “Dat vind ik een mooi principe voor Sint-Joost. Laten we samen zoeken naar iets doenbaars en leefbaars voor iedereen.”
� Niels�Ruëll
Minister-president Nedjma Hadj op het Houwaertplein. De buste van Jan Baptist Houwaert staat even verderop. Hadj houdt van ’s mans devies, ‘Hovdt Middel Mate’. “Dat vind ik een mooi principe voor Sint-Joost. Laten we samen zoeken naar wat doenbaar en leefbaar is voor iedereen.”
© S
AS
KIA
VA
ND
ER
STI
CH
EL
E
ENECO: BELGIË ZONDER HOOFDSTAD
BRUSSEL – Het Nederlandse energiebedrijf Eneco wordt actief in België. Maar niet in de hoofd-stad.
Volgens de elektriciteits- en gas-leverancier is de Brusselse con-sument te goed beschermd, zelfs bij wanbetaling. Dat is onder meer het gevolg van een reeks nieuwe energieordonnanties die onlangs
zijn goedgekeurd: Brusselse wan-betalers kunnen makkelijker aan-kloppen voor het statuut van ‘be-schermde klant’ en kunnen op die manier hun energie laten be ta-len door de overige consumen ten. De ordonnanties leggen daar -naast de leverancier strenge regels op.De beslissing van Eneco is niet uniek. Vorig jaar kondigde de ener-
gieproducent Nuon aan Brussel te verlaten om dezelfde redenen: te logge Brusselse wetgeving, te ver-regaande bescherming van wanbe-talers. De Brusselse energiemarkt blijft vooral gedomineerd door Electrabel. Negentig procent van de Brusselse gezinnen neemt daar gas en/of elektriciteit af. De energie-markt werd in de hoofdstad begin 2007 vrijgemaakt.� CD
ADVERTENTIE
“Niet alles moet van de overheid komen”
BDW 1291 PAGINA 6 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
W erkpaard Bert Ballegeer van de Belgian Homeless Cup (BHC) zal in Parijs
de werking en de sociale drijfveren van het Belgische thuislozenvoetbal toelichten voor het internationale gezelschap. Blijkbaar lopen we er nu al in de kijker.Ik en voetbal, euh? Wacht, het zit zo. Ik werd op straat aangesproken door Mustafa, een van de thuisloze acteurs uit Kaputt! (theaterproject met ‘thuislozen en zielsverwanten’ van Kaerts in het najaar van 2010, red.), intussen een vriend én een voetballende Baron. Of ik de finale van de Belgian Homeless Cup op 11 juni in Genk niet kon bijwonen? Dat de
ministers gingen komen kijken, en dat de winnaars in augustus naar Parijs gaan voor het wereldkampioenschap. Of ik niet met de spionkop van de Baronnen per bus naar het verre Limburg kon meekomen? Zucht, diepe zucht!Tot 11 juni 2011 was mijn liefde voor het voetbal die van een varken voor een legertank uit Leopoldsburg. Maar hier stond ik oog in oog met Mustafa. En ik had al eerder ondervonden dat mijn hart één keer in contact met zijn slag van volk, groter, weker en meer bescheiden wordt. Een jeugdtrauma of wat privéweltschmerz wordt dan al snel een bagatel, en de hangsloten der
BRUSSEL – Tussen 21 en 28 augustus worden de benen van de Eiffeltoren één grote goal. Pakweg vijftig landen vaardigen voetbalploegen af voor de Homeless World Cup. Thuislozen zullen één grote sportieve broederschap vormen en de wereld en elkaar fier in de ogen kijken. Na hun verrassende zege op het Belgisch kampioenschap in Genk verdedigen Les Barons de Bruxelles er de eer van het Belgische thuislozenvoetbal. Kris Kaerts, over de streep getrokken door Baron Mustafa, was erbij in Genk en aanschouwde een wonder.
Een stralende Mustafa, centraal in beeld, en zijn mede-Baronnen zijn Belgisch kampioen. Het WK in Parijs lonkt...
© F
RA
NÇ
OIS S
NIJD
ER
S
Sport > Les Barons naar Homeless World Cup in Parijs
Ze voetballen, dus ze bestaan
toegeeflijkheid klikken soepel open.Voetbal als middel om opnieuw in de maatschappij te belanden? Steffen Van Wymeersch, polyvalent medewerker van de thuislozen organisatie CAW ArchipelHobo, is er zelf wat sceptisch over, hoewel het hem niet aan werkplezier ontbreekt. “Dit jaar gaan we, na afloop van het gebeuren in Parijs, extra zorg besteden aan het natraject. Twee van onze spelers gaan alvast meespelen in een reguliere voetbalploeg. Dat is toch al een stapje in een hele keten.”
Parsifal en den BarryMaar wie is nu de mens achter de voetballer Mustafa? Hoe zit dat dan
tussen Mustafa en onze maatschappij?Wekelijks maakt hij soep voor de andere thuislozen met Les Fils du Café Mama in het Anker, een van de vele armenorganisaties. Wekenlang repeteerde hij voor de succesvolle Muntproductie Parsifal van het Italiaanse avantgarde wonderkind Romeo Castellucci. Avondenlang stond hij met driehonderd figuranten op de planken in ’s lands grootste cultuurtempel. Hij volgt lessen Nederlands bij Brusselleer, je kunt hem altijd opbellen als er weer een kast verschoven moet worden of een canapé verhuisd of een muur geschilderd. Hij wil er geen geld voor, hij rookt niet en hij drinkt niet. Hij doet geen vlieg kwaad. Hij heeft geen vrouw en geen huis, geen geld en geen baan. Hij heeft een gouden hart en zijn geloof, en als er geen bed te vinden is in de doorgangshuizen, dan slaapt hij op straat. En hij voetbalt. Niet zo goed als zijn kompaan Izmaouen, die een whizzkid
is en tovervoetbal kan combineren met een stevig esbattement. Niet zo goed als ‘den Barry’ en nog wel wat natuurvedetten. Maar Mustafa smijt
zich en werd vooral geselecteerd om zijn kwaliteiten als mens.Het sportieve is in het Belgische thuislozenvoetbal pas het allerlaatste criterium. Belangrijker zijn aanwezigheid, fair play, stiptheid, respect. Allesbehalve vanzelfsprekend. Ik denk dat Mustafa en zijn kompanen voetballen zien als een
Voetbal als middel om opnieuw in de maatschappij te belanden?
11 juni 2011: finale van de Belgian Homeless Cup. Les Barons de Bruxelles winnen.
De Baronnen, omringd door andere hoogwaardigheidsbekleders, onder wie maar liefst drie Vlaamse ministers (Ingrid Lieten, Jo Vandeurzen, Philippe Muyters): feestje!
ADVERTENTIEBDW 1291 PAGINA 7 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
bewijs van hun bestaan. Als hij in Genk de kampioenenbeker uit de handen van Vlaams minister van Sport Philippe Muyters ontvangt, zie je hem niet glunderen, maar zie je echt de hoop woeden in zijn ogen, een jarenlang smeulend vuur. Muyters, die blijkbaar was komen supporteren voor de Antwerpse ploeg, kon het in Genk niet laten eerst zijn heimatploeg te feliciteren.
Djembé en vuvuzelaMustafa voetbalt al jaar en dag bij het Brusselse thuislozenvoetbal. Acht Brusselse ploegen nemen het tegen elkaar op in de Brusselse thuislozencompetitie, en daaruit werden de Baronnen geselecteerd. Dat gebeurde met de steun van de VGCSportdienst, Pigment, Buurtsport, ja, zelfs den Anderlecht (via Open Stadion).Onze Mustafa is aanwezig op elke training, ook als er al eens wat misloopt met de zaalregeling. Hij is altijd veel te vroeg. Hem hoef je niet uit te leggen wat fair play en respect zijn. Hij kan het beter aan jou of aan zijn medespelers en desnoods aan de minister uitleggen. En nu staat hij hier op zijn sokken te vragen of ik mee wil. Want bij voetbal horen toch supporters.Toen ik dan uiteindelijk in Genk stond, was ik een gelukkige mens en tegelijkertijd zeer ongelukkig. Gelukkig, omdat ik verrast was door de kracht van dit voetbalspel. Diepspijtig en tegelijkertijd revelerend vond ik het dat de doorsneeburger hier niet lijfelijk bij betrokken geraakte. Ondanks de stevige omkadering blijft het gebeuren volgens mij heel erg binnenskaders en voor de eigen club. Terwijl deze spelers hun publiek en het voetbal een prachtig cadeau doen. Voetbalgoden, laat de Frank Vercauterens van deze wereld maar lekker in de diepste olieputten van Dubai duiken, laat ze maar zwemmen in het geld, zich desnoods drijvend houden aan een plastic voetbal. Maar zorg er ook voor dat toeristen, bewoners en andere passanten in de Hoofdstad van de Clochards massaal halt houden en genieten van dit superhumane voetbalschouwspel.Schenk deze sportmannen buiten categorie, hun geweldige coaches Yannick en Kobe, hun supersympathieke délégué JeanPaul, hun magnifieke spionkop vol djembés, vuvuzela’s en schuddende achterwerken, hun polyvalente begeleiders in de lichtstad Parijs opnieuw de tonnen energie waarmee ze in de maand des heren juni 2011 een daverende overwinning boekten.Schenk hun een gezicht. Schenk Guido Belcanto (‘muzikaal en sociaal ambassadeur’ van BHC, red.) binnenkort de meest pakkende inspiratie voor een hymne aan het thuislozenvoetbal, en laat volgend jaar ook onze Walenbroeders toehappen in de Belgian Homeless Cup.Uw paarswitte dienaren, de enige echte Baronnen van Brussel, zullen het afbrokkelende rijk der Belgen vertegenwoordigen in Parijs. De bal is rond, de armoedecirkel hopelijk niet lang meer vicieus.�� Kris�Kaerts
P-PRAAT
CHIEN ÉCRASÉ
De actievoerders die strijden voor het behoud van de driehonderd platanen aan de Havenlaan, hebben er iets nieuws op gevonden: de Wikipediapagina van Brigitte Grouwels aanpassen. De online encyclopedie is vrij toegankelijk, zowat iedereen kan er de waarheid kwijt, en dus lezen we nu onder aan de uitleg over de CD&Vminister van Vervoer: “Recent kreeg mevrouw Grou-wels veel tegenwind van zowel Nederlandstalige Brusselaars als Franstalige voor de controversiële heraanleg van de Havenlaan. Deze heraanleg werd nodig geacht om de toegang van zwaar vrachtver-voer tot een nieuw logistiek centrum (Bilc) naast de site van Thurn & Taxis te vergemakkelijken, maar zou het historische en groene karakter van deze laan tenietdoen. Nadat de Brusselse regering afzag van de bouw van het Bilc, weigerde de mi-nister echter de plannen te herzien.”
Zeer evenwichtige informatie. En mocht u nog twijfelen waarom er niet gekapt mag worden: dat zou het historische en groene karakter van de laan tenietdoen. Nà.
Het is alweer een tijdje geleden; 6 augustus om precies te zijn. Le Soir titelt: “Une Flandre indépendante!” (let op het uitroepteken). Neen, niet een of andere NVA’er zegt dit, en ook geen geïsoleerde gek, maar oude vos François Perin, de 90jarige grondwetspecialist en voorname Waalse beweger. Krant openvouwen, en binnenin wordt het nog erger: “Finissons-en!” (let op het uitroepteken). In het interview laat Perin uitschijnen dat België een grap van de geschiedenis is, en dat Wallonië weinig anders rest dan zich aan te sluiten bij Frankrijk. Staatsgevaarlijke praat dus. Maar wie denkt dat Perin niet meer bij zijn volle verstand is, leze dan zijn antwoord op de vraag waarom hij op vakantie is in SintIdesbald: “C’est une station balnéaire essentiel-lement pour enfants, donc les mères sont jeunes...” (let op de puntjes...)
GROTE MARKT – De tentoonstelling This is Belgium in het Huis van de Hertogen moet de deuren sluiten. Een deel van het plafond is naar beneden gekomen. Meer hebben we daar niet aan toe te voegen.
MARLOWSQUARE – Meer België vinden we ook in Ukkel, waar men aan de Marlowsquare werkt. Werkzaamheden betekent omleidingen, en blijkbaar is de wagen die de glasbollen op het plein leegmaakt, verloren gereden. Dus staat er een ontzagwekkende hoop leeggoed te stinken op de square Marlow à Uccle. Het kan ook zijn dat men ter plaatse massaal in de zuip is gevlogen en de glasbolruimer de toevloed leeggoed niet aankon, maar dat lijkt ons ietsje te vergezocht.
CHAUSSÉE DE WATERLOO/WATERLOOSESTEENWEK – Tot nog toe is er niemand met een kleefbare G komen opdagen, en dus wonen Nederlandstalige inwoners op een bepaald deel van de Waterloosesteenweg nog altijd op een steen-wek. Akkoord, er zijn dringender problemen, en het is natuurlijk de betere folklore – daar houdt men in deze stad van, nietwaar? –, maar we vragen ons af of een automobilist die iemand op de Waterloosesteenwek in het Nederlands omverrijdt, niet kan worden vrijgepleit omdat het ongeval niet gebeurde op de chaussée, maar op de rijwek. Vormfout, u weet hoe dat gaat.
ELSENE – Mocht u het bovenstaande niet begrijpen, gelieve dan de krant van vorige week ter hand te nemen.
ADVERTENTIE
www.thewshopping.be
Affiche_Braderie_1200x820.indd 1 03/08/11 12:59
Grote braderiein augustus
van donderdag 25 tot en met zaterdag 27 augustus.
BDW 1291 PAGINA 8 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
God van de daken (3) > De Sint-Augustinuskerk in Vorst
De straat die er nooit kwam
“Van boven af bekeken is Brussel in feite een vrij kleine stad.”
© S
AS
KIA
VAN
DE
RS
TICH
EL
E
W e hebben het niet gecon-troleerd, maar het dak van de Sint-Augustinus-
kerk aan Hoogte Honderd moet het hoogste punt van Brussel zijn dat via een kerk te bereiken is, mis-schien zelfs het hoogste punt tout court. Het zicht reikt dan ook erg ver. De zendmast van Sint-Pieters-Leeuw is makkelijk te zien. Het Zoniënwoud strekt zich in al zijn omvang uit. Daarachter in een put moet Halle liggen. Richting stad ligt het Zuidstation, mooi ingebed in de Zennevallei. De Pensioentoren piekt.“De stad vanuit de hoogte bekijken is boeiend,” vindt ook Jakob De-bruyne, pastoor in Vorst, die met
ons de kerk beklimt. “Het leert je veel over hoe een stad ontstaat. En zo bekeken is Brussel in feite een vrij kleine stad.”Lang kunnen we niet op de toren blijven. In de verte spuien donkere wolken regenvlagen, die als een slui-er over de stad gaan hangen. Niet lang erna bereikt de striemende re-gen ook de Sint-Augustinuskerk en moeten we snel weer naar beneden.De kerk ligt in het midden van een stervormig stratenplan. Dat is van boven af goed te zien. “Toch is de ster niet volledig,” merkt Debruyne op. “Eén straat is nooit aangelegd. Aan de villa van de grootindustrieel Alexandre Bertrand mocht niet ge-raakt worden. Hierdoor is het ster-
vormige plan in zekere zin geampu-teerd.”De bebouwing van deze plek in Vorst is tamelijk recent. Hoogte Honderd deed in de middeleeuwen nog dienst als executieterrein. Ter-doodveroordeelden werden er aan de galg gehangen. Nadien werden het velden in de luwte van de steeds verder oprukkende stad.Alexandre Bertrand (1846-1920), voorzitter van de Beurs van Brus-sel, kwam hier graag. Het zicht op de stad was er magnifi ek. Bertrand bouwde er een villa voor zichzelf en kreeg later de gronden van de ge-meente in concessie om ze te gelde te maken. Hij richtte de vastgoed-maatschappij Villa’s van Vorst op
en mocht zich bezighouden met de ontwikkeling van de Sint-Augusti-nuswijk.
Oorlog Bertrand zette een mecenaat op: een kerk mocht hier niet ontbreken. Die moest in het midden van het ster-vormige stratenplan komen. Toen er geld genoeg in het laatje was, kon de bouw van de kerk beginnen, in romaanse stijl. De Grote Oorlog maakte daar abrupt een einde aan. Pas eind jaren 1920 was er genoeg geld voor een nieuwe kerk. Die werd in beton opgetrokken. Hiermee kon-den de kosten worden gedrukt, en het bood tegelijk de mogelijkheid om te bouwen in een stijl die toen in zwang was: het modernisme. De ar-chitecten André Watteyne en Léon Guiannotte kozen voor een sobere, strakke, haast egyptiserende stijl. De architecten wilden de kerk be-kleden met mozaïek of natuursteen,
maar bij gebrek aan centen is dat er nooit van gekomen. Pas in 1988 werd de kerk beschermd; een res-tauratie drong zich op: de kerk viel ten prooi aan betonrot. Sinds 1997 is de kerk opnieuw in al haar glorie te bewonderen.Pastoor Debruyne brengt ons naar een cafeetje op het plein. Hij toont de vergeelde foto’s van Alexandre Bertrand die er aan de muur hangen. De man met wie alles begon, maar die tegelijk ook de aanleg van een straat tegenhield.We praten nog wat na over het da-lende aantal kerkgangers in Brussel. Volgens Debruyne zal het bisdom de komende jaren een twintigtal ker-ken sluiten. Maar het gesprek gaat ook over de Vorstse gemeentepoli-tiek, het gemeenschapscentrum, de Vlamingen in Brussel. Een pastoor moet zijn wereld kennen.
� Steven�Van�Garsse
De Brusselse kerken lopen leeg. De gebouwen blijven staan. Ze zijn niet uit de wijken weg te denken. Wij kropen op het dak. Zo hoog we konden. En zagen Brussel in al zijn brute schoonheid.
18-08-2011
VORST
BDW 1291 PAGINA 9 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Hoewel de Sint-Lambrechtsbiblio-theek niet zo erg veel open is, is ze dat op donderdagavond wél tot 21 uur, en zelfs op zondagvoormiddag kun je er terecht.
De klantvriendelijke uren worden allemaal ‘geklopt’ door een veer-tiental vrijwilligers waarvan deze niet-erkende bibliotheek helemaal afhangt. Ze doen hier voorts ook open op woensdagnamiddag, en tijdens het schooljaar op maan-dag en dinsdag voor de klasuitlenin-gen. We treffen het. Op donderdagavond is het net ‘plakavond’, en dus stro-men de goedgemutste vrijwilligers binnen in de kelderverdieping van het gemeenschapscentrum Op-Weule. Bij een doos ‘te plakken’ boeken kleven ze de signaturen op de boekenruggen, Siso-nummers voor de non-fictie, afgekorte au-teursnamen voor de romans.Aan een andere tafel wordt de col-lectie verder gescand. “We voeren de streepjescode in zonder de com-puterprogramma’s en de ondersteu-ning die de erkende bibliotheken
Gestut door vrijwilligers©
AN
DE
VRO
E
Vrijwilligers op de ‘plakavond’ (l.), en dan achteraf (r.) boeken kiezen: “Zoiets moet je mij niet meer meegeven, hoor!”
OPENBARE BIBLIOTHEKEN IN BRUSSEL aflevering 18 SINT-LAMBRECHTS-WOLUWEvert al meer dan tien jaar om erkend te worden, want: “Hoelang zullen onze vrijwilligers het nog uitzingen? Een argument van de gemeente van Olivier Maingain om geen stappen in die richting te zetten, is dat de Franstalige bibliotheken, die ook nog deels met vrijwilligers werken, ook niet erkend zijn.”In Vlam, het maandblad van Op-Weule, is er een vaste en enthou-siaste rubriek ‘Bib-nieuws’, de leestafels kreunen onder de nieuwe titels (831 in 2010!) en er komen er nog steeds bij. Elke maand springt Vanheste weleens binnen bij Stan-daard Boekhandel, Fnac,... De aan-winstentafel wordt het eerst beke-ken door de bezoekers.Gespreksstof leveren boeken in deze familiale sfeer altijd op. “Zo’n boek moet je mij niet meer meegeven!” En iemand heeft chocolaatjes mee-gebracht omdat hij zo goed aan een boek werd geholpen. Op donderdagavond kun je na je be-zoek aan de bibliotheek nog terecht in de bistro van Op-Weule. En op zondag haal je tegelijk je boeken en je aperitief.� An�Devroe
GC Op-Weule (kelderverdieping), Sint-Lambertusstraat 91, 1200 Sint-Lambrechts-Woluwe, [email protected], bibcatalogus via www.opweule.be
in Brussel krijgen,” zegt drijvende kracht Rita Vanheste. “Maar wij hebben Luc Vandermaelen, de voorzitter van Op-Weule, en zijn softwareprogramma dat hij twaalf
jaar geleden speciaal voor de Sint-Lambrechtsbibliotheek geschre-ven heeft en dat hij voortdurend bijwerkt. De bezoekers krijgen nu een geprint overzicht van hun te-
ruggebrachte en geleende boeken.”De Sint-Lambrechtsbibliotheek ij-
ADVERTENTIE
De hele reeks nalezen? www.brusselnieuws.be/bib
Welkom in het huisvandeMens!
Je kan bij ons terecht voor:
> Informatie, vormingen, debatten over ethische,
maatschappelijke en levensbeschouwelijke thema’s
> Vrijzinnig humanistische plechtigheden
> Waardig levenseinde
> Morele bijstand
> Vrijwilligerswerk
Stalingradlaan 18-20, 1000 Brussel[Premetrostation Anneessens]tel. 02 242 36 02 E-mail: [email protected]
Jetse Laan 362, 1090 Jette[Bus 14 halte Legrelle]tel. 02 513 16 33 E-mail: [email protected]
BDW 1291 PAGINA 10 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Eigenaar laat gevel zwart schilderen, buurt steigert, gemeente is niet happy. “Jammer,” zegt de (niet bij deze renovatie betrokken) architect Peter Flamend, “want hier zit een visie achter.”
© SASKIA VANDERSTICHELE
Architectuur > Peter Flamend: ‘Deze renovatie houdt rekening met ziel van gebouw’
Een mooi zwart huis en een dosis regelitis
Het stedenbouwkundig beleid in het Brussels Gewest biedt de bur-ger geen rechtszekerheid meer. Elke week komt er wel een nieuwe of ge-wijzigde verordening uit, nog vaak verschillend tussen de gemeenten.Ook de gewesten leven volledig naast elkaar. Het mooiste voorbeeld is de recente EPB-normering (ener-gieprestatiebesluit, red.), waarbij Brussel een energieprestatie van E=70 oplegt, Vlaanderen E=80 en Wallonië E=100. En geloof het of niet, maar ook de brandnormen ver-schillen. Bouwheren en architecten gaan te rade bij de ambtenaar, die ook stilaan het noorden verliest.
Als een eenduidig beleid ontbreekt, dan slaat de willekeur toe. Regelitis leidt uiteindelijk tot het omgekeerde effect van wat men wil bekomen. Bekijk het als de opvoeding van je kinderen: hoe meer je ze wilt contro-leren, hoe meer zij aan die controle zullen proberen te ontsnappen.Er is geen eenvormigheid in de ra-tionele en empirische normering. Is die er dan wel in de irrationele, de gevoelsmatige waardering, zoals het beoordelen van een architecturale kwaliteit? Neen, en het gezegde De gustibus et coloribus non disputan-dum est is hier geen excuus. Er valt namelijk wél over te redetwisten, en er is wél consensus mogelijk.Hoe meer je leert over architectuur, des te beter je begrijpt dat er een be-paalde wetmatigheid heerst, die dui-
delijk goede en slechte architectuur van elkaar scheidt. Deze wetmatig-heden zijn dezelfde als in de kunst, design, gastronomie, productont-wikkeling en dies meer. Het geheel moet kloppen. Dat is net de reden waarom Apple zo’n succes heeft: technologie, design, gebruiksgemak enzovoort zijn met elkaar verbon-den tot één uitgekiend geheel.Hoe kun je dan de architecturale kwaliteiten van een bouwaanvraag beoordelen? Gemeenten dienen bij het afleveren van een bouw-vergunning een beroep te doen op professio nele medewerkers voor de beoordeling van architecturale kwaliteiten. De invoering van de Gemeentelijke Overlegcommissies (‘Concertation’) tracht hieraan te be-antwoorden. Maar in veel gemeen-
ten is het aantal professionals in die commissie in de minderheid. De niet-professionals zullen zich laten leiden door hun gevoel of zullen hun kiezers naar de mond praten.Laten we het voorbeeld nemen van de renovatie van een art-decowo-ning in de René Comhairelaan 88 in Sint-Agatha-Berchem (door Hontoir & Associés uit Jette, red.).De eigenaar heeft bij de renovatie de gevel volledig zwart laten verven. Er
ontstond onmiddellijk een hevige discussie bij de buren, waardoor uiteindelijk het gemeentebestuur liet verstaan niet happy te zijn met de renovatie. Jammer, want de eige-naar heeft bij de renovatie een dui-delijke visie gehad, en heeft die dan ook consequent gevolgd.De monolithische architectuur van de art-decowoning wordt versterkt door de zwarte gevel, waarbij ook het dakvlak bijna naadloos aansluit door het gebruik van zwarte zinkbe-kleding. De raamopeningen worden als perforatie geaccentueerd door de witte gordijnvlakken, waarbij het raamsmeedwerk een prachtige con-trasterende achtergrond krijgt. De sierelementen in blauwe hardsteen bekronen de massa. Dit kan geen toevalstreffer zijn, maar een bestu-deerd ontwerp, dat overduidelijk rekening houdt met de ziel van het gebouw.In het Brussels Gewest zien we nu gelukkig stilaan het beleid verande-ren. De inschakeling van de Bouw-meester, de professionele beman-ning van de adviescommissies en een grotere kennis van architectuur bij de bevolking (jawel, via internet op een Apple...) maakt dat het Brus-selse erfgoed langzamerhand uit een diep dal kan kruipen.
� Peter�Flamend
Peter Flamend, stichter-partner van ESTE architects (Jette), bouwt op dit moment het nieuwe gemeenschapscentrum De Kroon in Sint-Agatha-Berchem
“Als een eenduidigbeleid ontbreekt, dan slaat de willekeur toe”
BDWOPINIE
SINT-AGATHA-BERCHEM / JETTE – Wat is goede architectuur, wat is slechte? Wat maakt een renovatie geslaagd of mislukt? Maakt u zich er maar niet van af met ‘Over kleuren en smaken valt niet te twisten’: architect Peter Flamend kent de wetmatigheden die het kaf van het koren scheiden. Hij neemt het hieronder op voor een renovatie in Berchem die buren en gemeentebestuur boos heeft gemaakt, en die hij bijzonder geslaagd vindt.
PETER FLAMEND
BDW 1291 PAGINA 11 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
BDWOPINIEJongeren door Anne Brumagne
Welke Britse plunderaars choqueren ons nu het meest? Diegenen die elektronische snuf-jes uit de winkels pikten? De zestienjarige gast die voor de camera – hoodie helemaal voor de ogen getrokken – verklaarde dat hij pampers was gaan stelen voor zijn kind? De miljardairsdochter die werd betrapt met gestolen goederen op de achterbank? Er werd geplunderd op exact hetzelfde moment dat bijna geen enkel land meer veilig leek voor een financieel debacle en de beurzen alarme-rend in het rood gingen. Enig herstel kwam
er pas toen er in een aantal landen een verbod kwam op short selling, een techniek om superwinsten te halen dankzij een dalende beurs.Wat een tijden. Nogal wat waarnemers trokken parallellen tussen de plunderingen en de financiële wereld: bankiers uit The City die miljoe-nen mensen jarenlang toxische producten aansmeerden om miljoe-nenbonussen te halen, zijn in hetzelfde bedje ziek als de jongeren die redeneerden: “If you can’t make it, take it.” Psycholoog en auteur Paul Verhaeghe van de Universiteit Gent maakte een interessante analyse van de Britse gebeurtenissen in De Standaard: “Je hoort politici en opi-niemakers nu zeggen: die jongeren hebben geen waarden en normen. Maar dat is onzin. Ze hebben net dezelfde normen en waarden als de rest van de maatschappij. En daarin is status, succes en materiële rijk-dom het enige wat nog telt.”Als er dan hopelijk al één positief gevolg kan komen op de toestanden van afgelopen week, dan is het dat er meer aandacht komt voor jonge-ren, het wereldbeeld dat we hun (misschien onbewust) meegeven en de toekomstkansen die ze hebben. Want zelfs voor wie nu een verwend leventje leidt, oogt de toekomst onzeker. En kansen, die moet je voor een deel zelf grijpen, maar voor een ander deel worden ze door een oudere generatie aangereikt – of niet. Blinde besparingen die vooral jongeren treffen, zijn niet de oplossing. De ogen sluiten voor uitwassen die de toekomst bezwaren – financiële achterpoortjes bijvoorbeeld – zijn dat evenmin.Vorige week leek het er soms op dat de Belgische media zaten te wachten (stiekem te hopen?) op een Brussels burning. Maakte een beter uitgebouwd netwerk van straathoekwerkers (dixit criminoloog Brice De Ruyver) of een politie die sneller optreedt dan in Groot-Brittannië (dixit minister Annemie Turtelboom) het verschil? Beide allicht, én de jongeren die niet begonnen te plunderen, natuurlijk. Maar het debat over de toekomst van de Brusselse jeugd moet wel degelijk gevoerd worden. Met wat meer urgentie dan nu het geval is. En door de belang-rijkste beleidslieden.
EVA HILHORST
BRIEVEN VAN LEZERS [email protected]
Parkeerboete
Op woensdag 27 juli kreeg ik bezoek van familie (uit de provincie Antwerpen). Bij het wegrijden stelden ze vast dat ze een parkeerboete hadden, uitgeschreven door stewards van de firma Rauwers. In onze straat (Frans Léonstraat) staat tot op heden geen enkel bord (niet bij het in-, niet bij het uitrijden van de straat) met de aan-duiding dat het een blauwe zone is en dat er dus een schijf nodig is om twee uur te mogen staan.Naar de firma gebeld voor uitleg. We kregen als ant-woord dat er in de omgeving voldoende borden staan. Toen ik aan verschillende bestuurders uitleg vroeg, kreeg ik te horen dat de boete niet logisch was. Bij de politie kreeg ik ook geen uitsluitsel. Na veel omwegen kwamen we telefonisch opnieuw bij de firma Rauwers terecht; na het gebruikelijke ‘Druk op 1’ enzovoorts konden we meer dan tien minuten muziek beluisteren zonder dat men ons verwittigde dat alle lijnen bezet waren. (...) Na de middag maar opnieuw proberen. Toen kwam de melding dat de kantoren dicht waren en dat men tussen bepaalde uren moest bellen. Na nog meer informatie verzameld te hebben heb ik gehoord dat er een wettekst zou bestaan die zegt dat elke verandering in de verkeerssituatie gemeld moet worden door een ver-keersbord. Graag zou ik van iemand die het weten kan, vernemen hoe de vork in de steel zit. Ik wil er wel bij ver-melden dat ik geen wagen heb en dus ook niet honderd procent de wetgeving in deze materie beheers.
� Roger�Certyn,�Evere
Taal (1)
Ik lees in uw blad 1287 (7 juli) een brief van mevrouw Elza Frederix, het zoveelste slachtoffer van de schending van de taalwetgeving in de diensten van de Brusselse overheden.Mevrouw Frederix heeft gelijk: de Vaste Commissie voor Taaltoezicht is inderdaad een papieren tijger. Een klacht wordt in het beste geval binnen het jaar beantwoord, en van de bevoegdheden tot actieve tussenkomst die men aan de Vaste Commissie heeft toegekend, is nog nooit – ik herhaal nooit – gebruikgemaakt. Daarom heeft het Vlaams Komitee Brussel een juridische werkgroep opgericht, die ook mevrouw Frederix kan bijstaan met advies en zo nodig procedures, gedragen door het VKB. Mevrouw Frederix mag contact met mij opnemen, en dan kunnen we proberen rechtzetting en zelfs schade-vergoeding te verkrijgen. Juridische acties vereisen wel precisie: op welke dag, op welk uur, bij welke dienst me-vrouw zich heeft aangeboden, hoe en door wie ze werd ontvangen (ruwe persoonsbeschrijving), kopie van aan-gevraagde en verkregen documenten, vermelding van niet-bekomen documenten vanwege welke overheden.Hoewel iedereen weet hoeveel onrecht op taalgebied er is in Brussel, moeten wij steeds precieze bewijzen kun-nen voorleggen om de rechten van slachtoffers te beko-men – en al te vaak beperkten zij zich tot het schrijven van brieven, welke uw blad gelukkig nog publiceert. De betrokken overheden vertellen steeds dat ze geen klach-ten hebben ontvangen, maar... we geven niet op.
prof.�dr.�Joost�Rampelberg,�voorzitter�Juridische�Werkgroep�VKB,�Ganshoren
Taal (2)
Dat Agenda, een uitgave van Brussel Deze Week, dank-zij subsidies van de Vlaamse regering en de VGC in drie talen verkrijgbaar is op tal van plekken in Brussel, is fantastisch. Veel minder fantastisch is dat op de rekken
waarin Agenda uitgestald is, eentalig Engelse affiches hangen: ‘Summer Edition July’ en ‘Summer Edition Au-gust’. Dat kan anderstaligen enkel de indruk geven dat Nederlandstaligen de voorkeur geven aan het Engels boven hun eigen taal. Het is een typisch voorbeeld van hoe Vlamingen de eigen taal onderuithalen. Zo zien we in Agenda van augustus ook een eentalig Engelse ad-vertentie... van Agenda zelf (‘Read Agenda online, look for back issues, find distribution points’) en hebben het woord vooraf (‘Here comes the sun’) en tal van rubrieken eentalig Engelse namen. Kan daar a.u.b. verandering in komen.� Rudi�Coel,�Overijse
Plataan (1)
Beste Marcel Rijdams,
Dank voor uw uitstekende brief in BDW (1290 van 11 augustus) die ik volledig onderschrijf. Ik heb dat aan minister Grouwels laten weten.Ik wens u een prettige verderzetting van uw vakantie.
prof.�dr.�Dirk�De�Meyer,�vakgroep�Architectuur�&�Stedenbouw�(UGent),�Brussel
Plataan (2)
De voorbije weken leerden we de bûûmredders kennen: buurtbewoners die de geplande heraanleg van de Ha-venlaan opnieuw naar de tekentafel wensen te verwij-zen. De bouwaanvraag voor deze heraanleg werd inge-diend in... maart 2008 (!).Als medebuurtbewoner kijk ik wél uit naar de heraan-leg. En ik ben niet alleen. Een heraanleg mét nieuwe bomen, mét brede en veilige fietspaden, mét brede en veilige voetpaden, mét veilige oversteekplaatsen en mét een busbaan.De komende jaren komen er honderden inwoners bij in onze wijk (Thurn & Taxis, Tivoli, Upsite), komt er re-creatie (Becopark, inclusief een grote speeltuin! Super, al had een grote zwem- en schaatsvijver ook niet mis-staan...) en komen er nieuwe scholen en crèches (onder andere in de oude kazerne in de Dieudonné Lefèvre-straat en op het Willemsplein). De huidige en nieuwe inwoners en passanten verdienen het om op een veilige en comfortabele manier de wijk in en uit te kunnen.Het Bilc komt er niet: uitstekend! Maar het TIR-cen-trum, de betoncentrale, de huidige en toekomstige klei-ne industrie (onder meer op de Tivoli-site), die diensten én werkgelegenheid leveren dicht bij de stad, in een wijk met torenhoge werkloosheid, hebben een kwalitatief hoogstaande Havenlaan nodig. Ook de op stapel staande grote werven in de wijk (bouwen en verbouwen) brengen transport met zich mee. De verse groenten en fruit die we willen kopen, vallen ook niet uit de lucht. De winkels in de Nieuwstraat, Dansaertstraat of Maria-Christina-straat worden ook niet beleverd zonder transport.De heraanleg van de Havenlaan zal al deze functies ver-zoenen. Ik vind dan ook geen afdoende argumenten om dit project tegen te houden om opnieuw jaren plannen te maken en studiebureaus met belastinggeld te betalen. (...)Wij willen veilig met de fiets naar het werk! Wij willen dat de vele kinderen die in de buurt op school zitten, zich op een veilige manier kunnen verplaatsen! Dit verdient nu een nieuwe Havenlaan, we wachten al veel te lang.
Stefaan�De�Corte��als�inwoner�van�de�Roodhuis-/�
Maria-Christinawijk,�Laken
SPELREGELS VOOR LEZERSBRIEVEN: Mail uw bijdrage naar [email protected]. Schrijven kan naar BDW-Brieven van Lezers, Flageyplein 18, 1050 Elsene; faxen naar 02-226.45.69. Vergeet niet uw adres te vermelden, ook in e-mails: zonder het adres van de afzender beschouwen we een brief als anoniem, en wordt hij niet gepubliceerd. De maximumlengte van een bijdrage is 2.500 tekens, inclusief spaties. Wilt u graag een langere, meer uitgewerkte opiniebijdrage schrijven (max. 5.000 tekens)? Neem dan eerst contact met ons op voor overleg via [email protected]. De redactie mag lezersbrieven redigeren of weigeren. Moties, manifesten of omzendbrieven worden niet (in deze rubriek) opgenomen.
BDW 1291 PAGINA 12 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
VADROUILLEDE CULTUUR- EN VRIJETIJDSBIJLAGE VAN BRUSSEL DEZE WEEK
Maartje De Wilde bij een Brussels moeselken (doedelzak) op het Bruegelfonteintje in de Begijnhofwijk.
© S
AS
KIA
VAN
DE
RS
TICH
EL
E
DAARKom ZoEKT BI-HAPJE
BRUSSEL – Een Brusselse half-en-half (glaasje wijn/schuimwijn) is sinds mensenheugnis bekend. Nu zoekt het Vlaams-Marokkaanse culturen-huis Daarkom naar een culinaire evenknie. Het gerecht krijgt de naam Nas-Nas (‘half-en-half’) , en keuken-prinsen en -prinsessen mogen recep-ten indienen. Voor de wedstrijd wordt gezocht naar een klein koud hapje (genre tapa), een ‘bi-communautair’ hapje dat iets van beide culturen ver-enigt. Witloof én griesmeel moeten er sowieso allebei in. Tijdens het ope-ningsweekend van het nieuwe Daar-kom zullen de tien beste deelnemers uitgenodigd worden voor de zon-dagsbrunch op 25 september. Dan worden de twee beste inzendingen bekroond. (Meer op 02-227.64.10 en www.daarkom.be.) � JMB
LEER JE PLEKJE KENNEN
BRUSSEL – Waar staan Verregat en Vallemolen in Laken voor? En Velle-molen in Woluwe dan? Vergadering in Ganshoren? Transvaal in Oudergem? En Thurn & Taxis? De RTBf-journalist en ULB-docent Jean-Jacques Jespers geeft uitleg bij de toponiemen in Le nouveau dictionnaire des noms de lieux en Wallonie et Bruxelles (uitg. Racine, 34,95 euro). Uitsluitend in het Frans verkrijgbaar, maar uitermate interes-sant om de oorsprong van straatna-men, wijken, monumenten, kastelen, groene plekken en waterlopen te leren kennen.We onthouden u de antwoorden op de opgeworpen vragen overigens niet. Verregat op de grens met Wem-mel komt van Verkensgat, hier ver-klaard als ‘passage des pourceaux’. Vallemolen in Laken is daar waar de Molenbeek in het molenrad valt. En Vellemolen in Sint-Lambrechts-Wolu-we verwijst naar de vijftiende-eeuwse papiermolen, die later een leerlooierij werd. En o ja, in Vergadering kwam iedereen bijeen, en Transvaal is de spotnaam voor de wijk rond de Car-toucherie Marga, die de Zuid-Afri-kaanse Boer bevoorraadde.� JMB
© W
WW
.FL
AN
DR
A.B
E
ADVERTENTIE
Deze dienst wil u de nodige informatie bezorgen om u wegwijs
te maken in uw zoektocht naar mogelijkheden, voorzieningen voor
personen met een handicap
Handicap & informatie
alle werkdagen van 9 tot 12u30 uitgezonderd donderdag van 14 tot 17u.
Bezoeken enkel op afspraak
02/463.58.58
Muziek > Zeventiende-eeuws Brussel op schijfjes geperst
Van wys Maartje en moeselkens
BRUSSEL – Een herderslied, liefdesklachten, tafel- en kluchtliederen of een lofzang op Sint-Goedele, het doet er niet toe: jonge Brusse-laars zongen er in de zeventiende eeuw op los. Dat blijkt onder meer uit gedrukte liedboeken van toen, waaruit de Erfgoedcel Brussel een selectie geeft in Ik ben getrouwd met een kwaaie Griet – Lief en leed in de Brusselse liederen uit de 17de eeuw. Lees, luister en geniet.
BDW 1291 PAGINA 13 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
PAARDRIJDEN EN THUISKomEN
Uit liefde voor een man ruilde Louise Baterna haar journalistieke carrière in de Filipijnen in voor een leven in België. Nu runt ze in Turks Schaarbeek met succes Les Trouvailles de Louise en (binnenkort) L’Estaminet, maar de zoektocht naar haar nieuwe ik was lang en niet altijd makkelijk. Een gesprek met Karel Van der Auwera. LEES MEER OP PAGINA 16-17
ZAZIE IN DE ZomER
Welk beeld doet jou lachen, huilen, huiveren, dromen...? Zazie vraagt het, alweer voor de vijfde keer, aan een Brusselse kunstenaar, en vandaag is dat aan Dominique Goblet. Toen zij kennismaakte met het werk van Stéphane Mandelbaum, heeft het haar drie jaar gekost om te bekomen van de schok.
ZAZIEZOMERPORTRETTENGALERIE OP PAGINA 20-21
L etterkundige Maartje De Wilde promo-veerde onlangs aan de Universiteit Ant-werpen op De lokroep van de nachtegaal
– Wereldlijke liedboeken uit de Zuidelijke Ne-derlanden in de zeventiende eeuw (1628-1677). Die twee data omsluiten een tijdspanne waar-in twaalf verschillende titels van liedboeken verschenen, allemaal gedrukt in Brabantse steden zoals Brussel, Antwerpen en Meche-len.Waarom de liederen in Ik ben getrouwd met een kwaaie Griet aan Brussel worden toegeschre-ven, vat De Wilde in drie criteria samen: ofwel was de dichter een Brusselaar, ofwel werden de liedboeken in Brussel gedrukt, ofwel gaan de liedjes over Brussel, al zijn ze niet per se door Brusselse liedschrijvers gemaakt. Rond de liederenschat werd een project uitge-werkt op initiatief van de Erfgoedcel Brussel. Ensemble Cannamella haalde, onder leiding van Aline Hopchet, deze oude liederen van onder het stof en reconstrueerde de vroegmo-derne melodieën. Omdat veel liederen zonder muzieknoten zijn overgeleverd, kwam daar flink wat speurwerk bij kijken. De folkgroe-pen Emballage Kado en De Fanfaar maakten eigentijdse dialectversies op de liederen. En lezingen van De Wilde verduidelijken deze herfst hoe al dat nachtegaalgekweel te verkla-ren valt.De Wilde: “De trend om zogenaamde ‘nieu-we’ liedboeken te maken, ontstond begin ze-
Emballage Kado en De Fanfaar (l.) vullen een cd met eigentijdse dialectversies; Ensemble Cannamella (r.) brengt de cd met oude muziek uit.
© F
ILIP
Wo
UTE
RS
ventiende eeuw in Amsterdam. De bundels waren bestemd voor de welgestelde jeugd, en werden gedrukt op quartoformaat en in oblong (lange zijde horizontaal). Brusselse en Antwerpse drukkers maakten kleinere, min-der luxueuze boekjes. De productie van deze ‘pockets’ kostte minder, en boekhandelaren konden ze tegen een democratische prijs slij-ten in hun winkel. De drukkers verkochten ook elkaars werk; zo was Het Brussels moesel-ken (een moeselken is een doedelzak, red.) ook in Antwerpen te vinden.”“Onder de Brusselse schrijvers van wereld-lijke liederen had je mannen (geen vrouwen, red.) als Jan Mommaert, Claude en Joan de Grieck en Willem van der Borcht. Van der Borcht was advocaat en schreef al heel jong – op zijn negentiende – het liedboek Brus-selschen blom-hof van Cupido (1641), dat lief-des-, herders- en kluchtliedjes bundelde. Hij hoorde bij het literaire netwerk De Vrije Lief-hebbers der Rijmerskonste, een schare ama-teurkunstenaars die zich distantieerden van de rederijkerskamers, die geld en opdrachten kregen van de stad.”“Een andere bekende Brusselaar was de dichter en drukker Jan II Mommaert, die de bestseller Het Brabandts nachtegaelken sa-menstelde en uitgaf. De oudst overgeleverde editie is de tiende druk uit 1650 en bevat een bundeling van eigen dichtwerk en liederen die al via mondelinge overdracht of via schrift-
© D
AVI
DS
Fo
ND
S U
ITG
EVE
RIJ
De liederen hielpen de jonge vrijers en vrijsters bij het uiten van hun emoties
© m
AR
C G
YSE
NS
© S
TÉP
HA
NE
mA
ND
EL
BA
Um
cultuur circuleerden. Daarin komen lokale re-ferenties voor als Koekelbergs bier en tal van mythologische personages die bij de tijdgeest pasten. Ook geestelijke liederen, die deugd-zaamheid en vroomheid loofden, hadden bij-val. Daniël Bellemans behoorde tot de abdij van Grimbergen en schreef een lied over het Sacrament van Mirakel (over de legende van de bloedende hosties, red.).”Waarom dit soort liedboeken verscheen, is maar deels bekend. “Boekhistorisch onder-zoek in mijn proefschrift maakt duidelijk wie
de auteurs, de drukkers en de opdrachtgevers waren. Of hoeveel die boeken kostten en wie die boeken lazen. Hoofdzakelijk richtten de bundels zich tot de burgers en vooral tot de jeugd. Veel van die liedjes hielpen vrijers en vrijsters om al zingend hun gevoelens te uiten. Grofweg was er keuze uit vier thema’s: lief-desliederen, herdersliederen, drink- of tafel-liederen en kluchtliederen. In liefdesliederen zingen mannen vaak over hoe moeilijk zij de herhaalde afwijzingen van hun geliefde kun-nen verwerken. Door erover te zingen hoopt men op begrip van haar kant. Of er werd als koppel samen gezongen tijdens een ommetje. De drink- en kluchtliederen trokken het re-gister open van wat er allemaal fout kan gaan op liefdesvlak. Zo wordt er gespot met vrou-wen die hun minnaars blijven afwijzen: zij dreigen te eindigen als oude vrijsters. Andere teksten bevatten dan weer karikaturen van de werkelijkheid, net als de plattelandsschilde-rijen van Bruegel. Ze hekelen mateloosheid en wangedrag. Als liedjes te scabreus en erotisch getint waren of ‘kerk en staat’ hekelden, dan konden ze niet door de beugel en hield de cen-sor – doorgaans een theoloog – de publicatie tegen. Toch blijven veel teksten heel spitant en fris, ook al zijn ze bijna vierhonderd jaar oud.”�� Jean-Marie�Binst
Ik ben getrouwd met een kwaaie Griet – Lief en leed in de Brusselse liederen uit de 17de eeuw, boek en dubbel-cd, uitg. Davidsfonds, 29,95 euro. Wandelvoordrachten, lezingen, concerten en workshop op verschillende locaties in oktober en november. Meer op 02-512.89.43 en www.brussel.davidsfonds.be
BDW 1291 PAGINA 14 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Reportage > Op zoek naar nat Brussel (3)
Watertanden naar meer moeras
‘D oor het versneld afvoeren van beekwater, wat tot de jaren 1970, 1980 heeft
geduurd, en door de verharding van de grond als gevolg van de verste-delijking is het grondwaterpeil zo sterk gedaald dat de moerassen van Jette en Ganshoren eerder vochtige hooilanden zijn geworden,” zegt Erik Meerschaut van Natuurpunt. “Verdroging is samen met vermes-ting en verzuring een van de drie grote V’s waaronder de natuur het meest lijdt.”
Herstel“Poelen, moerassen, drassige zo-nes, ze hebben hun reputatie niet mee,” zegt Mathias Engelbeen van
de dienst Biodiversiteit-Strategie van Leefmilieu Brussel. “Ook nu moeten ze het af en toe ontgelden, zeker in de zomer, als poelen gaan stinken of muggen aantrekken. Zo werd onlangs nog een vijvertje aan de Europese Commissie dichtge-gooid omdat het bleef stinken. Dat komt door een gebrek aan doorstro-ming: de bronnen zijn te veel gekop-peld aan de riolering. Veel visvijvers zijn ook organisch vervuild, ook al door te voederen.”Moerassen en vochtige ruigten worden vandaag nochtans opnieuw gewaardeerd: als opslagplaats voor overtollig water beschermen ze te-gen overstromingen, ze zuiveren het water, en ze hebben een grote
biologische en zelfs recreatieve waarde. Maar gebeurt er lange tijd niets, dan zal een moeras verlanden, weer gewoon land worden.Zowel het Blauw Netwerk als het Europese Natura 2000-programma verhelpt dit door moerassen weer nat te maken. Engelbeen over het verschil: “Het Blauw Netwerk kun je zien als een regionaal project voor het ecologisch en recreatief opwaar-deren van waterlopen, vijvers en an-dere waterlichamen. Natura 2000 is het belangrijkste Europese ini-tiatief voor de bescherming van de biodiversiteit. In het Brusselse ge-west is veertien procent afgebakend als Natura 2000-gebied.” Naast de moerassen van Ganshoren en Jette gaat het bijvoorbeeld ook over het Struybeekmoeras en Maloupark, het Zoniënwoud, de Massarttuin, het Roklooster, het Tournay-Sol-vaypark, het Ter Kamerenbos en de Kauwberg.“De twee projecten – Natura 2000
GANSHOREN – In het moeras van Ganshoren mogen de mensen van Natuurpunt en Leefmilieu Brussel voor ons uit lopen. Stel dat we wegzinken... Tot blijkt dat het droogvallen van de moerassen een veel groter gevaar is.
In Ganshoren, op de grens met Zellik, meandert de Molenbeek weer. Renaud Bocquet (Blauw Netwerk) over de wilg: “Ik kon het niet laten: één veroordeelde boom moest blijven staan.”
© A
N D
EVR
OE
Brussel, kind van het moeras, koestert zijn laatste vochtige gebieden. Een zomerse wandeling in vier etappes naar de ziel van onze stad.
en Blauw Netwerk – overlappen elkaar in vochtige gebieden langs waterlopen, omdat net daar vaak de meest bedreigde habitats en soorten voorkomen.”
LievevrouwebedstroRenaud Bocquet van het Blauw Net-werk (Leefmilieu Brussel) is de man van het terrein. “Eind maart werd hier de Molenbeek gerestaureerd. Het is de bedoeling het water van
Vlaanderen weer te laten aansluiten op de moerassen van Ganshoren en Jette of d’helle (volgens Meerschaut noemden de boeren de oninteres-sante oevers van de Molenbeekvallei d’helle, rottering of vortzak, AD), en dus ook te laten doorlopen onder de spoorweg die nu beide moerassen verdeelt. We hebben het tracé tot op de centimeter laten berekenen op basis van de laatste atlas van de on-bevaarbare waterlopen uit 1956. Nu is de Molenbeek opnieuw zichtbaar; daarvoor dook ze gewoon de moer-riool in.”Meerschaut stond erbij tijdens de werkzaamheden in maart. “De kraanbestuurder maakte er een sport van om het goed te doen. Hij heeft het stuk oever met lievevrou-webedstro gewoon opzijgelegd en het na het uitgraven van de beek weer op zijn plaats ingepast. Met het extract van de witte bloemetjes en witte wijn maak je Maitrank, heel fris.”
BDW 1291 PAGINA 15 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Enkele van de eigenaardigste smaken die een mens eet of drinkt voor zijn plezier, moeten wel in de familie van de drop te zoeken zijn. Hier in België is drop een vrij weinig populair snoepje, maar in de Vikingenwereld is dat wel anders.
Drop is een Nederlands woord dat sinds eeuwen ‘druppel’ betekent. Een druppel hoeft niet nood-zakelijk van een vloeistof te komen; het kan ook van gom, sap of hars, stroperige dingen die hard worden als druppels op het tafelblad. Daarom zijn dropjes (in het Engels spreekt men ook van drops ) al heel lang alle soorten kleine bolletjes van medicijn of snoep.Vandaag kennen we drop meer bepaald als berei-dingen op basis van het sap van zoethout. Zoethout is geen hout, maar de gedroogde wortel en wortel-stok van een doorlevend kruid uit de bonenfamilie, Glycyrrhiza glabra L. In ons taalgebied hebben we voor de smaak van drop dat druppel-woord ge-leend, maar in andere talen is men van de Griekse wetenschappelijke naam uitgegaan, die ‘(gladde) zoete wortel’ betekent. Glukurhiza werd in het Engels verbasterd tot liquorice , een woord dat dus niets met likeur te maken heeft. In het Noors werd het lakris en in het Frans réglisse . In het Brussels spreekt men van kalisj . Ik zie voor dat woord enkel een oorsprong in het Franse calisson , een snoepje dat lang geleden bij het buitengaan van de kerk werd uitgedeeld door de pastoor, uit een kelk ( ca-lice ). Er komen dropplanten in verschillende soorten voor over heel de wereld. Overal heeft men er wel gekauwd. Vóór de beschikbaarheid van goedkope suiker in onze streken was zoethout een van de weinige zoete stoffen in de voorraadkast. Het weef-sel en vooral de schors bevatten vier procent glycyr-rhizine, een stof die vijftigmaal zo zoet zou zijn als suiker. Ik heb me overigens altijd afgevraagd hoe men zoiets vergelijkt.Men kan het ‘hout’ nog altijd kopen in de betere snoepwinkel, maar in onze technologische tradi-tie is men hier al sinds de late middeleeuwen de smaakstoffen gaan extraheren en concentreren. Dat leidde tot de drop zoals we die vandaag ken-
nen. Ik herinner me als ontdekkende jonge man nog een piepklein winkeltje aan de Kolenmarkt, vlak naast de Goede Bijstandskerk. Men verkocht er nog grote klompen zwarte drop, waarschijn-lijk om verder te laten verwerken door beroeps-snoepmakers. Het zag er allemaal behoorlijk indrukwekkend uit.Drop heeft veel toepassingen. Naast zoet smakende glycyrrhizine bevat de plant ook nog allerhande geurige stoffen zoals anethol, dat ook in anijs voorkomt. Het is heel lang gebruikt als geneesmiddel, om zijn bijzonder sterke geur, maar dat is niet altijd een bewijs van nuttigheid. Van alle claims rond deze plant zijn er maar weinig overeind gebleven. Als er al een werking is, dan is die in elk geval niet spectaculair. Mensen met een hoge bloeddruk wordt geadvi-seerd niet te veel zoethout en drop
te eten. Wie van drop houdt, voelt zich er natuurlijk wel behaaglijk mee,
wat al een medicijn op zich is.Drop is dus vooral een smaakkruid. Behalve in snoepjes wordt het in verschillende drankjes ge-daan. Men brengt er wodka mee op smaak en in Engeland werd (wordt?) het gebruikt om stoutbier te kruiden. Bepaalde overzoete bruine bieren wer-den in mijn omgeving trouwens altijd al afgedaan als ‘kalisjesap’. Dat laatste is in de oorspronkelijke betekenis een volksdrank die ook bij ons bekend was. Mijn moeder vertelt nog hoe ze als kind zoet-hout (elders: een stuk zwarte drop) in water schudde om een drankje te maken voor de vriendinnen. Drop haalde ook muffe smaakjes uit de drinkbussen van de arbeiders. Kennissen van een zekere leeftijd ver-tellen mij over bouwarbeiders die hun een slok van hun ‘coco’ aanboden ter verfrissing in de zomer. Een lezer bracht mij zelfs dergelijke oplosdrop mee uit Frankrijk. Het fl esje komt van een stokoud bedrijf en heet Antésite. Dat goedje bestaat in verschillende bijsmaakjes, en met enkele druppeltjes geef je een glas water wat meer pit. Niet slecht eigenlijk. De mijne was van drop met munt.Wat ze in andere landen met drop uitspoken, ligt bij de grenzen van het eetbare. Dropveters zijn hier nog bekend, maar u hebt toch ook al die designwon-
dertjes aanschouwd die men Engelse drop noemt ( all sorts in het Engels)? Ballen en kubussen in roze, wit en zwart, staven en schijven die niets meer met natuurlijk eten te maken hebben. Wonderlijk, ze zetten een mens aan het denken over wat voedsel nu is.De Nederlanders, echte dropfanaten, hebben ze het liefst zout, neen, dubbelzout. Belgische kinderen kijken bedenkelijk bij het idee dat iemand zijn snoep dubbelzout zou lusten. Maar ze doen het echt! En rond de Baltische Zee van Noorwegen tot Rusland, de oude Vikinglanden dus, doen ze in hun drop sal-miak , een oude benaming voor ammoniumchloride. Salmiak is irriterend voor de luchtwegen en werd daarom lang gebruikt als hoestmiddel. Het goedje geeft de drop een weeë ammoniaksmaak. Rare jon-gens, die Vikings.Snoep en medicijn, ze hebben een lange gemeen-schappelijke geschiedenis. Smakelijk.
De hele reeks nalezen?www.brusselnieuws.be/trachet
Drop
BRUSSEL EN DE WERELD CULINAIR ONTDEKT
Nick Trachet
De linkeroever van de opnieuw mooi meanderende Molenbeek heeft zich al helemaal hersteld. Eén veroor-deelde wilg is toch blijven staan, Bocquet kon het niet over zijn hart krijgen. “Stroomafwaarts moeten er ook een paar populieren gekapt wor-den. Dat zijn bomen die tot driehon-derd liter water per dag opzuigen. Ze worden vervangen door wilgen, typisch voor valleigebieden.”Door populieren te kappen in de Flossendelle, een vallei van het na-tuurreservaat van het Roklooster, is het gebied direct veel vochtiger
geworden en maken de brandnetels plaats voor echte moerasplanten.Aan de monding van de Laarbeek in de Molenbeek toont Meerschaut de krioelende visjes: “Stekelbaarsjes! Doordat het Laarbeekje, dat zichzelf al heeft uitgegraven, zich in de Mo-lenbeek stort, is het hier heel zuur-stofrijk.” Ooit was er hier zoveel slib, dat het water zelfs stroomopwaarts
“Poelen, moerassen, drassige zones: ze hebben hun reputatie tegen”
Ik herinner me nog een piepklein winkeltje aan de Kolenmarkt, naast de Goede Bijstandskerk. Men verkocht er grote klompen zwarte drop
© C
HR
IS V
AN
DE
N H
AU
TE /
HYL
A
Erik Meerschaut van Natuurpunt toont (l.) een ringslang: die houdt van vocht én zon. Zaaddozen aan de gele lis (r.): typisch voor augustus.
© W
IM V
AN
DE
R E
LS
T / L
AC
A
© A
N D
EVR
OE
liep. En stroomopwaarts, dat is Zel-lik, waar Natuurpunt Asse ijvert om enkele natuurgebiedjes in de vallei-en van de Maal- en de Molenbeek te verbinden met het Boudewijnpark. Dit jaar nog wordt de Maalbeek op-nieuw blootgelegd en aan de Molen-beek gekoppeld. Aquafi n legde hier al een waterbekken van drieduizend kubieke meter aan, een buffer voor ‘tienjaarlijkse regenval’. “Zelfs de moerassen overstromen dan.”
IJsvogel Het grasland in het moeras van Ganshoren krijgt zijn zomerse maaibeurt. Waar nodig wordt ook geplagd, waarbij de bovenste grond-lagen afgevoerd worden om de oor-spronkelijke zaadbank weer aan de oppervlakte te brengen. Met resul-taat, zag Meerschaut. “In de lente vind je hier kleurtapijten van de dot-terbloem, later de koekoeksbloem, kernplanten van vochtig hooiland.”Nog andere relictsoorten profi teren van het natuurherstel, en Engelbeen en Meerschaut vullen elkaar aan: “Moerassprinkhaan, zeggekorfslak, salamanders, bosrietzanger, kleine karekiet, dwergmuis, vleermuizen, gele lis, moerasspirea, riet, lisdod-de, moesdistel, wilgen en elzen,...” De ijsvogel wordt ook gespot, maar broeden doet hij hier nog niet. Toch is Natuurpunt hoopvol: “Het werk in Ganshoren kan ervoor zorgen dat de ijsvogel genoeg van zijn hoofdvoed-sel, stekelbaars, vindt in de buurt van zijn broedplaats, bij voorkeur een holletje in een wortelkluit.”“En schijnt de zon, dan kun je op de spoorwegbermen ringslangen zien zonnebaden. Zij houden van zon én vocht. Natuurpunt zou hier graag broeihopen voor hen aanleg-gen, een hoop maaisel en bladeren op een bed van takken. De ringslang is ongevaarlijk en niet giftig voor de mens. Ook voor het amfi bieën-bestand hoeft niet gevreesd te wor-den, want over een prooi doet de slang wel twintig dagen. Het is een mooie populatie, die zich hier blijk-baar spontaan en graag vermenig-vuldigt. Dat is een compliment voor ons beheer.” An Devroe
Volgende week in het vierde en laatste deel: laat je (niet) verrassen door moerassen
In Laeken ancien et moderne (1904) vond Arthur Cosyn dat de Molenbeek (hier aan de La-kense Médori straat) overwelfd moest worden ‘voor de ge-zondmaking van de gemeente’.
nen. Ik herinner me als ontdekkende jonge man nog een piepklein winkeltje aan de Kolenmarkt, vlak naast de Goede Bijstandskerk. Men verkocht er nog grote klompen zwarte drop, waarschijn-lijk om verder te laten verwerken door beroeps-snoepmakers. Het zag er allemaal behoorlijk indrukwekkend uit.Drop heeft veel toepassingen. Naast zoet smakende glycyrrhizine bevat de plant ook nog allerhande geurige stoffen zoals anethol, dat ook in anijs voorkomt. Het is heel lang gebruikt als geneesmiddel, om zijn bijzonder sterke geur, maar dat is niet altijd een bewijs van nuttigheid. Van alle claims rond deze plant zijn er maar weinig overeind gebleven. Als er al een werking is, dan is die in elk geval niet spectaculair. Mensen met
te eten. Wie van drop houdt, voelt zich er natuurlijk wel behaaglijk mee,
wat al een medicijn op zich is.Drop is dus vooral een smaakkruid. Behalve in snoepjes wordt het in verschillende drankjes ge-Nick
© N
ICK
TR
AC
HE
T
BDW 1291 PAGINA 16 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Louise Baterna: “Na mijn verhuizing naar België was ik alleen nog bezig met het feit dat ik hier anders was dan de anderen, en met de vraag hoe ik me een weg moest banen. Het is het lot van zowat elke immigrant, denk ik.”
L es Trouvailles de Louise is er een beetje vanzelf gekomen, zegt mijn goedlachse en charmante gastvrouw terwijl ze een
courgettetaart in de oven schuift.“Mijn vijf broers, mijn twee zussen en ik heb-ben onze ouders nooit in loondienst zien wer-ken. Mijn vader was schrijver en journalist. Hij was daarnaast ook actief in vastgoed en heeft daarna nog een reclamebureau geopend, om-dat er nu eenmaal tien monden gevoed moes-ten worden. Toch heeft hij nooit zijn creativi-teit verloochend: daarvan getuigt de film die hij in die jaren heeft geproduceerd.”
“Ook mijn moeder heeft meer dan haar duit in het zakje gedaan. Ze heeft een schoenwin-kel gehad, een zaak in huishoudtoestellen, en daarna is ook zij in de vastgoedsector gestapt. De up and downs hoorden erbij. Soms lacht de wereld je toe, soms heb je het moeilijk. Alleen mijn twee zussen hebben achteraf een andere weg gekozen, in Australië. De ene werkt in een bank, de andere voor de universiteit van Syd-ney.”“Ikzelf heb na mijn aankomst in België ook een aantal jaar nine-to-five jobs gehad, maar nu zowat tien jaar geleden wilde ik eindelijk
op eigen benen te staan. Ik deed dat met een groothandel, import van Filipijnse mango’s en andere specialiteiten. In Schaarbeek, dat mij als het ware heeft gekozen, niet omge-keerd: ik was op zoek naar een opslagplaats, en hier achterin was er een ruimte die perfect geschikt was. Beetje bij beetje ben ik me hier thuis beginnen voelen. Deze buurt doet me een beetje denken aan Manilla. Het loopt hier niet strikt volgens het boekje, de mensen trek-ken hun plan. Ik vind de negatieve kijk die veel mensen op het Turkse gedeelte van Schaar-beek hebben, ook niet fair. Meer nog, ik voel
me hier beschermd. Mocht hier iets gebeuren, dan zouden de buren aan komen rennen. Ik weet niet of dat elders het geval zou zijn.” “De tweede stap was de invoer van fairtrade-producten, vervolgens heb ik het winkeltje ge-opend en uiteindelijk, daaraan gekoppeld, een lunch- en tearoom. ‘De culminatie van mijn integratie’ noem ik deze plek steevast, het bewijs dat ik deel uitmaak van de Belgische gemeenschap, door mijn eigen baan te creë-ren, door Belgen en andere klanten te verwel-komen in mijn wereld. Hier ben ik gelukkig, hier hoor ik thuis. Hier wil ik mensen geluk-kig maken: voor mij is dat de essentie van ko-ken. Echt goed in het volgen van recepten ben ik niet, ik volg mijn hart. En om dat goed te doen, moet ik zelf goed in mijn vel zitten. Ben ik triest of boos, dan bak ik er weinig van. Ge-lukkig ben ik meestal goedgemutst.”“Het is hard werken, maar tegelijk is dit
© MARC GYSENS
SCHAARBEEK – “Ik ben gelukkig dat Schaarbeek mij gekozen heeft. In Sint-Lambrechts-Woluwe, waar ik woon, zou mijn kruidenierswinkeltje annex thee- en lunchhuisje een van de zovele zijn. Hier, in deze straat waar Turkse kruideniers de toon zetten, ben ik de vreemde eend in de bijt. Anders, en toch geadopteerd door mijn buren.” In haar peperkoeken huisjes verwent Louise Baterna haar klanten met exotische en fairtradeproducten, huisbereid gebak, quiches, soep en thee uit alle windstreken.
‘Als een ufo in de buurt neergestreken’
Louise Baterna, van Manilla naar Turks Schaarbeek
Verjaardagsfoto thuis in Iloilo. België is dan nog ver weg...
BDW 1291 PAGINA 17 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
FREDDI SMEKENS
Beuze
N u men het hier en daar over het wel en wee van de beurswaarden en an-dere aandeelproblemen heeft, wou
ik graag ons Brusselse woordje beuze aan-halen. Want zoals de gehaaide lezer wel zal weten, gaat het hier om een uitdrukking die alleen in ons Brussels een haast univer-sele betekenis krijgt. Om het even simpel te zeggen: ge meugt het kiere of drooije gelak as ge wilt, mo ’n beuze blaaft ’n beuze.Natuurlijk moet ik nog uitvissen waar ons woord beuze juist vandaan komt. Welnu, waarde lezer, ik zeg het ni geire, mo ik weit het zeulf ni. “Zou het vantaaid masscheen eet mè kluutzak te moeke hemme?” vraag ik me dan in stilte af. Ik doe hierbij een oproep aan alle lezers om mijn lantaarn wat bij te lichten.Maar misschien even over naar de Beuze waarover we het in het begin van deze ru-briek hadden. De meeste opmerkingen die ik de laatste tijd hoor, gaan van: “Ik verstoen niks van wat er on het gebeure es. Het ienige wa da’k weit, es dat er waal eet op onze kop goe valle.” En eerlijk gezegd, waarde lezer, ik verstoen er oek niks van. Wil dat dan zeg-gen da we allemoe beuzes zaain? Laat mij u geruststellen door te zeggen dat ik denk van niet. En wel hierom. Mensen die het reilen en zeilen van de financiële markten en de fluctuaties van de beurzen wereldwijd analyseren en becommentariëren, kunnen evengoed beuzes zijn. Niet allemaal natuur-lijk, waarde lezer, dat zou maar triestig zijn. Enfin, het gaat er mij hier niet om de beuze of zijn vrouwelijke collega, de kaffeibeuze, frontaal aan te vallen. Ik stel vast dat ieder van ons, of we dat nu willen of niet, af en toe als ’n beuze door de wereld moet. Zelf noem ik mensen die mij zo bestempelen, niet gewoon beuzes, maar eerder dikke beu-zes.Het pittige en tegelijk geheimzinnige is dat een beuze of kaffeibeuze niet noodzake-lijk dom of onwetend moet zijn om aldus omschreven te worden. Men zou gerust kunnen stellen dat er een waas van slij-merige geheimzinnigheid over die beuze hangt. Want hij of zij is niet noodzakelijk ne smeirlap, nen ambetanterik, ne klaun...
Maar natuurlijk staat die beuze ook niet boven alle voornoemde omschrijvingen. Eigenlijk neemt hij in de grote familie der Ongewensten een van de laagste plaatsen in, net ietsje hoger dan diegene van wie ge-zegd wordt: “Daan (of dei) es niks.”En toch kan of wil ik mij geen wereld voor-stellen waarin we af en toe geen beuze tegen het lijf zouden lopen. Want telkens als dat het geval is, voelen we ons duidelijk minder beuze dan we soms denken te zijn.De vraag is nu, waarde lezer, of men nog een trapje lager kan gaan wanneer men het over ’n beuze heeft. Ik wil hier iemand op slechte gedachten brengen, maar wat mij betreft kan men het in dat geval gerust hebben over ’n wandelende beuze – met dien ver-stande dat in dat geval beuze vervangen kan worden door kaffeibeuze. Wie ben ik dat ik dat mag zijn? Maar bij alles wat voorafging, wou ik toch nog een wijze raad meegeven: veuda we eemand ’n beuze noome, moote we altaaid draa kiere noepaaze. Bij andere om-schrijvingen – als daar zijn: ne stoemerik, ne flaave of eventueel nen urk – mag dat even-tueel wat minder het geval zijn.Welnu, waarde lezer, in faaite veul ik ma ’n betche gegeneid om het hee in het lang en in het bried auver ’n beuze g’had t’hemme. Maar dat komt natuurlijk vooral omdat ons woordje beuze op een even sympathieke als subtiele manier zegt wat het wil zeggen. En ineens schiet mij het volgende te binnen: wee da echt ni auver ’n beuze wil spreike, kan het altaaid auver ‘ne zak’ hemme. Maar nogmaals, waarde lezer, het is altijd beter – en het loont ongetwijfeld de moeite – om negatieve oordelen over anderen zo niet voor onszelf, dan toch binnensmonds te houden. “Da’s na neki nen ooitleg van ’n echte beuze,” zeg ik in alle stilte bij mezelf. Ik haup da ge da ni vouch zult zegge.Om eerder met een interessante dan met een droevige noot af te sluiten, toch nog even dit, waarde lezer. Wie ooit langs de Brusselse Beurs, de Beuze dus, wandelt, moet even naar de twee leeuwen afzonder-lijk kijken. Er es iene dee lacht en iene dee bleit. En zonder ijdel te willen zijn: ’t es gien beuze dee het aaile gezeid heit.
mijn ontspanning. En als ik mezelf extra wil verwennen, dan lees ik een goed boek of ga ik eens lekker shoppen; dat mag zelfs in su-permarkten zijn. Ga ik naar het buitenland, Parijs of Londen, dan spendeer ik minstens twee uur in warenhuizen. Nieuwe producten ontdekken, zien wat de mensen eten, experi-menteren. Ook Brussel is op dat vlak interes-sant. Her en der verspreid vind je hier etnische shops: Russische, Poolse, oosterse, Japanse... Maar voor kleding ga ik liever naar Parijs en zeker Londen. Londen is op zich niet zo duur omdat het pond zo laag staat, en je hebt een onmetelijke keuze, veel groter dan hier. Niet dat ik het zoveel doe. Te weinig tijd, niet ge-noeg geld.”
RegeltjesAlles heeft Louise Baterna van nul moeten le-ren. “Voor mijn komst naar België had ik zelfs nooit een ei gekookt. Maar al doende leert een mens snel. Een zaak runnen in België was een veel hardere leerschool. Het Belgische sys-teem is niet zo vriendelijk voor zelfstandige
ondernemers als het Filipijnse. Heel veel red tape: rigide regeltjes alom; strenge, soms on-duidelijke administratieve verplichtingen. Dat weegt. Zeker als je, zoals ik, alles zelf moet doen. Vergissingen worden niet vergeven. Fysiek, mentaal en emotioneel is het zwaar, en zelfs financieel zorgt het voor constante stress. Je moet er ook een beetje voor gemaakt zijn, veel mensen zouden er onmogelijk mee kunnen leven. Maar ik doe het omdat ik het ontzettend graag doe, al is het omzeggens negen dagen werken op de zeven. Zeker nu ik
“Echt goed in het volgen van recepten ben ik niet, ik volg mijn hart. En om dat goed te doen, moet ik zelf goed in mijn vel zitten. Ben ik triest of boos, dan bak ik er weinig van. Gelukkig maar dat ik meestal goedgemutst ben!”
ONS MAILEN? Al onze mailadressen zijn volgens dezelfde structuur opgebouwd: [email protected] (losse bestanddelen van voornaam of naam aan elkaar, en zonder trema’s, verbindingsstrepen en andere tekens).
REDACTIE BRUSSEL DEZE WEEK Flageyplein 18, 1050 Elsene, 02-226.45.40, fax 02-226.45.69, [email protected]. ABONNEMENTEN Josiane De Troyer ([email protected]), 02-226.45.45, fax 02-226.45.69. Gratis binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest. Rest van België 15 euro per jaar; rekeningnummer 424-5529822-66 van vzw Brussel Deze Week. Buiten België 25 euro per jaar. DISTRIBUTIE EN PROMOTIE Ute Otten ([email protected]), Paul De Weerdt. RECLAME IN BDW Rika Braeckman ([email protected]), 02-226.45.41, 0477-97.21.27, fax 02-226.45.69. OPLAGE 70.490 exemplaren. HOOFDREDACTIE Anne Brumagne ([email protected]). EINDREDACTIE Katrien Stroobants ([email protected]). REDACTIE Jean-Marie Binst ([email protected]), Christophe Degreef ([email protected]), Bettina Hubo ([email protected]), Patrick Jordens ([email protected]), Freddi Smekens ([email protected]), Steven Vandenbergh ([email protected]), Steven Van Garsse ([email protected]), Danny Vileyn ([email protected]). REDACTIESECRETARIAAT Isabelle De Vestele ([email protected]), Lien Annicaert ([email protected]), Gerd Hendrickx ([email protected]). MEDEWERKERS Michaël Bellon, Lieven Bulckaert, An Devroe, Philip Ebels, Eva Hilhorst, Ilah, Francis Marissens, Niels Ruëll, Bruno Schols, Tim Schoonjans, David Steegen, Benjamin Tollet, Georges Tonla Briquet, Nick Trachet, Karel Van der Auwera, Matthias Vanheerentals. FOTOGRAFEN Bart Dewaele, Anja Galicia, Marc Gysens, Ivan Put, Herman Ricour, Dieter Telemans, Saskia Vanderstichele, Jo Voets. VORMGEVING Peter Dhondt ([email protected]). FINANCIËLE ADMINISTRATIE Manu De Hertogh ([email protected]). VERANTWOORDELIJKE UITGEVER Anne Brumagne, BDW, Flageyplein 18, 1050 Elsene. ALGEMENE DIRECTIE Marijke Vandebuerie ([email protected]). Brussel Deze Week wordt gedrukt op de persen van de nv Roularta, Meiboomlaan 33, 8800 Roese-lare en wordt gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap en de Vlaamse Gemeenschapscommissie.
enkele weken geleden nog een zaak heb geopend hier in Schaarbeek. Een lunchbistro in het Mai-son des Arts. (Daar, aan de Haachtsesteenweg, nam Baterna L’Estaminet over van Eric Paterek, red.) Een gezellige bedoening die Brusselse ge-schiedenis ademt, een beetje in de trant van de taverne van Theater Toone. Gelukkig maar dat mijn man en dochter heel begripvol zijn ge-weest, want het was een heel stresserende pe-riode waarin ik bijna nooit thuis was. Dat zal ik op een andere keer toch moeten goedmaken, vrees ik.”“Mijn moeder is minder in haar nopjes. In mei is ze nog op bezoek geweest, samen met mijn twee zussen. We hebben toen een kleine cruise gemaakt voor haar 75ste verjaardag. Hoe mijn leven is gelopen, fascineert en bedroeft haar tegelijkertijd. Altijd had ze gedacht dat ik zou kiezen voor een comfortabeler leven, met min-der onzekerheid, minder werk, minder zorgen. Ik vind het vreemd dat het haar verrast, dat ze het moeilijk kan aanvaarden. Dan zeg ik: ‘Je vergeet hoe je zelf was, ik heb je ook steeds in de weer gezien. Je was bijna nooit thuis.’ Maar tegelijkertijd is ze trots, hoor. En ik denk dat mij hetzelfde te wachten staat. Mijn dochter Simone, nu veertien, heeft thuis ook nooit iets anders gezien; net als ik werkt mijn man zelf-standig, als freelance journalist. Enkele dagen geleden vroeg mijn beste vriendin haar wat ze later wil. Haar antwoord was: ‘Een zaak uit de grond stampen. Iets in fashion.’ Zo zie je maar dat de appel niet ver van de boom valt.”
Als op een paard Wait and see, in het leven weet je maar nooit. Was Baterna begin jaren 1990 niet als corres-pondente voor The Manila Bulletin naar een toeristisch congres in Indonesië gegaan – ze heeft journalistiek gestudeerd –, dan had haar toekomst er anders uitgezien.“Ik heb er mijn man leren kennen, het was liefde op het eerste gezicht. Dus koos ik voor een le-ven aan de zijde van François. Ik had daarvoor al veel gereisd, maar ik kende België of Brussel van haar noch pluim. Ik wist echt niet wat me te wachten stond. Maar ik was wel bereid me in het avontuur te storten, voor de volle honderd procent.”“Simpel was het niet, dat nieuwe leven in een vreemd land waarvan je de talen niet spreekt, een vreemde cultuur, ver weg van familie en vrienden. Het was een reality check, snel weer met beide beentjes op de grond. Alles klinkt, oogt en ruikt anders dan wat je hebt gekend. Ik was zoveel met al die dingen bezig, dat ik niet echt de tijd nam om mijn nieuwe omgeving in me op te nemen en dingen te ontdekken. Ik was alleen nog bezig met het feit dat ik hier anders was dan de anderen, en met de vraag hoe ik mij een weg moest banen. Een beetje verloren. Het is het lot van zowat elke immigrant, denk ik. Je vaderland blijft in je leven, onvermijdelijk. Het is net als boven op een paard zitten. Het ene been hier, het andere daar. En nostalgie is nooit ver weg. Net als de vraag hoe je leven geweest zou zijn als je gebleven was.”“Ik neem dan ook elke gelegenheid te baat om mijn vaderland in een positief daglicht te stel-len. Ik ben dan wel niet actief binnen de Filipijn-se gemeenschap, maar ik heb er toch een punt van gemaakt in België iets te doen voor het land waar ik ben opgegroeid en waar ik nog elk jaar terugkom. Zo heb ik onder meer een modeshow met ontwerpen uit Filipijnse weefsels georgani-seerd, en importeerde ik – als eerste – Filipijnse mango’s in Europa. En samen met mijn man heb ik het boek van Chris De Stoop over vrou-wenhandel, Ze zijn zo lief, meneer, vertaald naar het Engels, ter publicatie in de Filipijnen. Als waarschuwing.”�� Karel�Van�der�Auwera
Les Trouvailles de Louise, Josaphatstraat 290, 1030 Schaarbeek, www.lestrouvaillesdelouise.com
BDW 1291 PAGINA 18 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
BRUSSEL – Catherine Lallemand is een gúlzige loopster. De ingeweken Brusselse proefde tijdens haar carrière zowel van de piste en het veld als de bergpaden en de weg. Het leverde haar een mooi palmares op, maar ook flink wat ontgoochelingen. Onlangs nam ze een beslissing: haar loop-schoenen hangt ze niet aan de haak, ze blijft actief als trainer.
‘D ankzij de Olympische Spelen van 1992 in Barcelona kreeg ik de smaak te pakken,” vertelt de 32-ja-
rige Lallemand. “Op mijn twaalfde was ik be-gonnen met lopen, maar kort daarna ben ik door ziekte vier jaar moeten stoppen. In 1996 pikte ik de draad weer op en werd ik meteen Belgisch crosskampioene. Toen is het voor mij echt begonnen.”Als jong meisje combineerde Lallemand cross en piste. Het leverde haar een paar Belgische titels op, en mooie ereplaatsen op Europese en zelfs wereldkampioenschappen. Tot ze op een dag besliste de piste vaarwel te zeggen. “Als je op een bepaald niveau terechtkomt, word je ge-confronteerd met doping. Ik heb meisjes gezien die volledig onder de doping zaten. Ik weigerde dat en heb de piste links laten liggen. Ik wou absoluut niet in die vicieuze cirkel belanden.”
Lallemand begon in de bergen en later op de weg te lopen. “Ik ben met berglopen begonnen op aanraden van een kennis. Het sprak me wel aan omdat het een sport is die ‘natuurlijker’ is, gezonder. Maar ik veronderstel dat je er ook wel doping vindt. Ach, doping is overal.”“Het heeft me nooit doen walgen van de sport. Iedereen doet wat hij wil. Als iemand die zich-zelf dopeert, nog in de spiegel kan kijken, des te beter voor hem...”In het berglopen groeide Lallemand snel uit tot de Europese top. In 1997 en 1998 werd ze respectievelijk derde en vierde op het WK voor junioren. In 2003 kwam haar moment de gloire: “Ik ben toen Europees kampioene bij de senioren geworden. Dankzij die zege was ik meteen gekwalificeerd voor het daaropvolgen-de WK, maar daarvoor heb ik bedankt. Dat was in Alaska en ik moest er alleen heen. Op dat moment wou ik me ook meer concentreren op de marathon.”“Berglopen is een wedstrijd op bergpaden langs een parcours van acht à tien kilome-ter. Vrij kort, maar heel zwaar en intensief. Een goede verhouding gewicht/lengte is ook belangrijk. Ik loop nu nog altijd af en toe een bergloop.” En nog was de honger van Lalle-mand niet gestild. Vooral in de halve mara-thons behaalde ze een paar successen, onder
meer een Belgische titel. Maar ze bouwde door de jaren vooral een speciale band op met de 20 km door Brussel. “Die heeft een belangrijke rol gespeeld in mijn carrière: ik heb er drie
keer gewonnen (in 2005, 2006 en 2007, TS). Mijn laatste competitie was niet voor niets de 20 km van dit jaar. Ik ben tweede geëindigd. Uiteraard had ik liever gewonnen, maar het was toch een mooi afscheid.”
VrijheidOnlangs besliste Lallemand te stoppen met competitielopen. Ze heeft naast haar sport-carrière altijd gewerkt, en dat begon door te
wegen. De recuperatie tussen de trainingen gebeurde op de werkvloer, wat niet meteen ideaal is. Een aanslepende blessure speelde ook een beslissende rol.“In België krijg je alleen een profcontract als je een topniveau haalt. Ik behoorde alleen in het berglopen echt tot de top, en dat is geen olympische discipline, waardoor het minder in the picture staat. Maar ik heb geen spijt, ik ben trots op wat ik heb bereikt. Eén ding mis ik wel: een deelname aan de Olympische Spe-len. Door de Spelen ben ik toch begonnen met lopen. Maar uiteindelijk verandert het niets aan mijn leven. Ik zou er niet rijker of groter van zijn geworden.”Lallemand kan terugkijken op een mooie, uit-gebreide carrière. Ze omschrijft zichzelf als een gepassioneerde, vastberaden en ongedul-dige atlete. Die kenmerken neemt ze nu mee als coach. “Ik ben personal trainer. Voor ‘ge-wone’ mensen, niet speciaal voor atleten. Of ik in de toekomst atleten ga trainen? Dat kan ik nu niet zeggen, dat zien we later wel. Ik stop nu met competitie, maar stoppen met lopen doe ik zeker niet. Lopen is vrijheid, en dat wil ik niet missen.”� Tim�Schoonjans
www.myrunningcoach.be
‘Doping is overal’Atletiek > Catherine Lallemand zegt competitie vaarwel
de CLUB
Een hechte groep individualistenMotor Union Brussels
BRUSSEL – In de stad rijden bestuurders rond die zich piloot wanen. Een illusie. De échte zitten bij Motor Union Brussels.
“De club heette Motor Union Saint-Josse,” legt voorzitter John Lingier (53) uit, “maar toen ik het roer zes jaar geleden overnam, hebben we dat veranderd naar Motor Union Brussels. Dat klinkt toch beter. We hebben ook de Brusselse iris in ons logo opgenomen.”“Bij ons vind je zowat alle disciplines van de automobielsport. Binnenkort begint een ze-venjarige bij ons met karting, de voorkamer van de Formule 1. Sommigen hebben dan ook de ambitie om de Formule 1 te halen, of in de rallywereld door te breken. Maar onze specia-liteit zijn de klimwedstrijden: racen op de open-bare weg op een bergachtig parcours van twee tot vijf kilometer. Heel wat piloten bijten hun tanden stuk op klimwedstrijden: het kleinste tijdverlies betaal je cash.” De meeste klim-wedstrijden vinden plaats in Wallonië: ze zijn er een specialiteit. Maar de Brusselaars laten zich gelden: “Onze Jelle De Coninck wordt dit seizoen wellicht Belgisch kampioen.”
Motor Union Brussels is een van de drie au-tomobielclubs in de hoofdstad en telt een twintigtal piloten. Tot de renstal toetreden is noodzakelijk als je autosport wilt beoefenen. “Na de aansluiting moet je je licentie halen en dan gaan wij je zo goed mogelijk omkade-ren. Dat houdt ook in dat we je aan het juiste materiaal en de beste trainers helpen. Een auto heb je al vanaf 2.500 euro. Met drie-,
vierduizend euro kun je je al goed amuseren.”Een renstal is wat te vergelijken met een wie-lerploeg: iedereen traint in zijn eentje en ziet elkaar vooral tijdens de wedstrijden. Die zijn overigens meteen zowat de enige mogelijk-heid tot training: doordeweeks zijn de par-cours gewone autowegen. “Op een wedstrijd-dag kan je ’s morgens het parcours een paar keer afleggen als training, om na de middag de
proef te rijden. Onze piloten zien elkaar niet zoveel, maar er heerst wel een goede team-spirit. Tijdens competities helpen ze elkaar zo nodig met wisselstukken, en we zorgen er ook voor dat we altijd samen eten. Hoewel het een individuele sport is, vormen we een hechte groep.” TS
Meer bij John Lingier op 0477-84.39.96
Links de Norma M20S van Jelle De Coninck, wellicht de volgende Belgische kampioen; rechts de Honda Civic van John Lingier.
© J. C
EL
LIE
R
“Als iemand die zichzelf dopeert, nog in de spiegel kan kijken, des te beter voor hem”
Met een tijd van 1:13.22 finishte Catherine Lallemand als tweede snelste vrouw op de laatste 20 km door Brussel, haar allerlaatste competitiewedstrijd.
© A
LA
IN R
OL
LA
ND
/ BE
LGA
BDW 1291 PAGINA 19 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Zaterdagavond 6 augustus, halfzes. Ik breng het weekend met mijn naaste familie door in de enige echte badstad van het land, met de nadruk op -stad: Oostende. Elke familie heeft zo haar gewoonten en rituelen.Mijn vrouw en ik drinken een aperitief in de Brasserie du Parc, het café van het gelijkna-mige hotel. Hôtel du Parc is een landmark, een baken. Het prachtige beschermde art-decohotel doet denken aan Brussel tijdens de hoogdagen. Het Brussel van Victor Horta, Gustave Strauven en Henry van de Velde. Kenners zien het verschil tussen art nouveau en art deco, maar voor mij, leek en trotse Brusselaar, staan beide stijlen heel dicht bij elkaar. Het gebouw dat de rode draad in mijn leven vormt – de Basiliek van Koekelberg –, schijnt art deco te zijn. Wereldvermaarde gebouwen en monumenten zijn in art-de-costijl opgetrokken: het Chrysler-gebouw in New York, het Tuschinski in Amsterdam en het Christusbeeld in Rio de Janeiro.We voelen ons helemaal thuis in de bras-serie van het Oostendse hotel. Plots gaat de telefoon. Ik neem zuchtend op. Ik heb nu echt geen zin in journalisten of ander werk. Nu even niet; we genieten. Ik kijk naar het schermpje en beantwoord onmiddellijk de telefoon. Het is de zaakwaarnemer van Ro-melu Lukaku. “David, Christophe hier. Er is een akkoord met Chelsea.” Alles wordt stil. Oostende ligt op de weg naar Londen.Een tweede oproep komt bijna gelijktijdig binnen. Herman Van Holsbeeck. We spre-ken af dat we klokslag 19 uur het vertrek op de website aankondigen. Na de telefoonge-sprekken voel ik me helemaal leeg. Andere terrasgasten hebben ongewild meegeluis-terd. De man naast ons troost me bijna. “Tja, daar valt niets aan te doen. We zijn een klein voetballand. Jammer voor Anderlecht.”De dag ervoor heeft de Gouden Jongen zijn laatste doelpunt tegen KV Mechelen ge-
scoord. Toen Mbark Boussoufa vertrok, waren er ook emoties. ‘Bous’ was al een doorgewinterde vedette. Dat maakt het aan-vaardbaar. Met Romelu is het anders. Het is alsof het lievelingsbroertje, plots groot geworden, in het buitenland gaat werken of studeren. Traantjes.In het appartement wordt het vermaledijde persbericht opgesteld. Tijdens de redac-tie flitsen de twee seizoenen met Romelu Lukaku door het hoofd. Op de dag van zijn eerste doelpunt (augustus 2009), op Zulte Waregem, voetbalde ik tegen zijn vader op het toernooi van Black Star in Neder-Over-Heembeek. De eerste persbriefing kan ik me moeiteloos voor de geest halen. Zijn laatste mediaoptreden, in Extra time op Canvas, was nauwelijks vijf dagen voor de bevesti-ging van zijn vertrek. In de wagen vertelde hij me hoe dankbaar hij was voor de korte gesprekken die we voor elk interview voer-den. “Na de vergaderingen lees ik je raadge-vingen twee keer. Niet meer. Ik kan snel ont-houden, en dan pas vorm ik mijn mening. Dat is echt wel super,” zei hij. Een achttien-jarige die praat en denkt als een dertigjarige.Romelu Lukaku heeft alles helemaal alleen afgedwongen, maar alle medewerkers van Royal Sporting Club Anderlecht mogen trots zijn. Zij hebben stuk voor stuk, van hoog tot laag, een belangrijk aandeel in zijn succes en ontwikkeling gehad.De twee grootse persoonlijkheden van het Belgische voetbal, Vincent Kompany en Ro-melu Lukaku, zijn als voetballer en als mens in Brussel groot geworden en hebben vanuit de hoofdstad onnoemelijk veel harten ver-overd. Toeval bestaat niet.
www.brusselnieuws.be/steegen
David Steegen is persverantwoordelijke van voetbalclub RSC Anderlecht
David Steegen
ADVERTENTIE
Home and Away
CITy 2 wORDT GROOTSTE STADION
BRUSSEL – Het winkelcentrum City 2 wordt van 18 augustus tot en met 17 sep-tember omgetoverd tot het grootste sport-centrum van de hoofdstad.
Het hele winkelcentrum zal de sfeer van een megastadion uitademen. Zo komt er de rond-reizende fototentoonstelling Spirits of sports, die de mooiste foto’s van fairplay-gebaren verzamelt. Maar het blijft niet bij kijken. Als het begint te kriebelen, kunt u een initiatie in allerhande sporten krijgen: klimmen, bok-sen, tafelvoetbal of fietsen, voor elk wat wils. Er zijn zelfs videospellen waarbij de fysieke
inspanning met virtueel amusement wordt gecombineerd. Daarnaast zijn er ook demon-straties door en ontmoetingen met topspor-ters.Een en ander moet jongeren helpen bij hun keuze voor de sport die hen past, want het nieuwe sportseizoen staat voor de deur. Daarom komt er een grote informatiestand waar alle informatie verzameld kan worden over sport en clubs in Brussel. Voor de al-lerkleinsten zijn er op zaterdag van 11 tot 18 uur ook creatieve ateliers met, uiteraard, sport als thema.� TS
PETANqUE MET EEN GLAS PASTIS
ANDERLECHT – Neerpede verwelkomt voor de vijfde keer de grote finale van het Anderlechtse petanquetoernooi.
Petanque wordt in Anderlecht uitdrukkelijk gepromoot als het idea le middel om samen met de buren iets leuks te doen. Zo is het aantal banen in de gemeente aangegroeid tot maar liefst meer dan zeventig.De afgelopen weken zijn er over heel de ge-meente wijktoernooitjes gespeeld. De fina-
listen mogen op 28 augustus deelnemen aan de grote finale op het plein aan de Bloeistraat in Neerpede. Daar wordt de eerste bal om 13 uur geworpen. Niet alleen spelers zijn welkom: iedereen kan komen supporteren en ondertussen genieten van animatie, ook voor de kleinsten, voor wie er onder meer een zandbak wordt aangelegd. Er wordt ook een glaasje pastis aangeboden, net als een bar-becue. De winnende trio’s worden om 19 uur bekendgemaakt.� TS
BDW 1291 PAGINA 20 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Geur?Een snor (zelfs als die er niet is).
Smaak?De eitjes van de zalm (op het moment dat ze openbarsten).
Klank?Regen op het zeil van een perfect waterdichte tent.
Kinderboek of strip? Petzi (in het Nederlands: Pol, Pel en Pingo), een strip van Carla en Vilhelm Hansen. Plekje in of om Brussel?Het Arboretum in Tervuren.
Vakantie-ervaring?Een vierdubbele regenboog boven een veld van agaven in Mexico.
W elk beeld vond je zo bijzonder dat het in je hoofd is blijven hangen? Welk kunstwerk heeft
je ooit aan het lachen, huilen, huiveren, dromen... gebracht?
We vroegen het aan zeven Brusselse kunstenaars: (strip)tekenaars, prentenboekenmakers, fi lmregisseurs... Zij tonen jou deze zomer hun favoriete beeld. Dat kan je telkens bewonderen op de
rechterpagina. En daarnaast stellen ze zichzelf voor. Onder andere met een uniek zelfportret, speciaal getekend of bedacht voor deze zomerreeks.
Welkom in de Zaziezomerportrettengalerie!! Deze week is het de beurt aan Dominique Goblet, striptekenares, schilderes, illustratrice en fotografe.(Kijk maar eens op www.lagoblette.be!)
ZAZIEZOMERPORTRETTENGALERIE (5)
De favorieten van Dominique Goblet
DOOR PATRICK JORDENS©
PR
IVÉ
VER
ZA
ME
LIN
G C
HA
RL
EM
AG
NE
PA
LE
STI
NE Beeld?
Ik ben nooit iemands fan of groupie geweest.
Als adolescent had ik zelfs geen enkele
poster op mijn kamer hangen. En ik heb altijd
gedacht dat ik nooit beïnvloed zou worden
door een groot tekenaar of groot schilder.
Tot ik het werk van de Brusselaar Stéphane
Mandelbaum ontdekte, aan het eind van mijn
studie. Dankzij zijn broer, die ik af en toe
ontmoette in een café vlak bij het kerkhof van
Elsene.
Het was een schok, een echte tsunami. Ik
ben toen ook beginnen tekenen met Bic. Plots
begreep ik ook dat een tekening niet per se
in een boek thuishoort. Dat je ook op muren
een verhaal kan achterlaten, dat een tekening
‘schrift’ kan worden, en het schrijven ‘een
tekening’... Alles was mogelijk.
Het heeft me zowat drie jaar gekost om
daarvan te bekomen, drie jaar lang heb ik niet
meer naar zijn tekeningen willen kijken.
Ik heb Stéphane Mandelbaum zelf nooit
ontmoet. Hij is jong gestorven, op zijn
25ste, drie maanden voor ik zijn werk leerde
kennen. In de toiletten van dat café aan het
kerkhof van Elsene hing nog de affi che van de
tentoonstelling in de Botanique die toen aan
hem gewijd was.
Dominique Goblet door Dominique Goblet.
ZAZIEBDW VO
OR
IEDEREEN VAN 9
TOT
99
JAAR •
ZIEza
BDW 1291 PAGINA 21 - DONDERDAG 18 AUGUSTUS 2011
Stéphane Mandelbaum, ‘Opium’, 1983.