19
TOPONDERWIJS DE AMBITIES VAN MARIëTTE HAMER TRANSPARANTIE NAAR EEN BETROUWBARE KEUZEGIDS GRENZELOOS 3 DOCENTEN & DE JEUGD VAN TEGENWOORDIG MAART 2010 Is een mbo-opleiding te min? VMBO’ERS GAAN LIEVER NAAR DE HAVO: OPINIEBLAD OVER BEROEPSONDERWIJS EN EDUCATIE BACK STAGE # 3 MBORAAD.NL

Backstage Magazine

Embed Size (px)

DESCRIPTION

testversie

Citation preview

Page 1: Backstage Magazine

Toponderwijs de ambiTies vanmariëTTe Hamer

TransparanTie naar een beTrouwbare keuzegids

grenzeloos3 docenTen & de jeugdvan Tegenwoordig

maart 2010

Is een mbo-opleiding te min? Vmbo’ers gaan lIeVer naar de haVo:

Opi

nie

bla

d O

ver

berO

epsO

nd

erw

ijs

en e

du

ca

tie

back

sta

ge#3

mboraad.nl

Page 2: Backstage Magazine

back stage back stage

2 / 3

cOlOfOn

Back Stage is het tweemaandelijkse opinieblad van de MBO Raad. De MBO Raad is de brancheorganisatie voor middelbaar beroepsonderwijs en volwasseneneducatie.

eerste jaargang, nummer 3, maart 2010Overname van teksten is toegestaan onder bronvermelding en met toestemming van de redactie.redactie Twan Stemkens (hoofdredacteur), Marije Hulsbosch (adviseur), Marie-José Linders (eindredacteur), Dagmar de Kruif-Pot (redacteur), Tanja Krieger (redacteur).aan dit nummer werkten mee: Berber Bijma, Somajeh Ghaeminia, Seb Jarnot, FMAX, Friso Keuris, Caroline Koetsier, Corien Lambregtse, Christoph Meng, Luuk Obbink, Jeroen Poortvliet, Ed van Rijswijk, Roel Smit, Annette van Soest, Frans Strous, Henk Veenstra, Elmer Veerhoff.

concept en vormgeving Link Design, Amsterdam.drukwerk: Senefelder Misset, Doetinchem.coverfoto: Claudia Rehm/Getty Images. abonnementen en adreswijzigingen: [email protected]. Back Stage wordt gericht, kosteloos, toegezonden aan onderwijsorganisaties en particulieren. Betaalde abonnementen kosten 30 euro per jaar inclusief BTW en verzendkosten.redactie-adres: Houttuinlaan 6

3447 GM Woerden tel. 0348 - 75 35 00 [email protected] www.mboraad.nl/backstage

20 We VerWaarlozen de toekomst

Het boek ‘De grenzeloze generatie’ zorgde voor ophef. Onzejeugd kampt met forse problemen: drugs, schulden, school­uitval. Drie docenten aan het woord over hun studenten.

4 haVo-IserIngOuders zien hun kind liever op de havo dan het mbo. Terwijl de weg via het mbo juist zo’n succesvolle route is. Hoe imago een sector parten speelt.

12 marIëtte hamer Verklaart haar ambItIes

Met de motie Hamer stelt ze de norm: het Nederlandse onderwijs moet naar de internationale top vijf. De fractie­voorzitter wil nu plannen van het onderwijs. En snel graag.

36 100% duurzaam mbo

Duurzaamheidscoördinator Rob de Vrind was er al mee bezig voordat Al Gore er ooit van had gehoord. De mbo­sector moet in 2015 honderd procent duurzaam inkopen. Maar hoe duurzaam is het beroeps­onderwijs nu helemaal?

32 op naar échte transparantIe

MBO Raad­voorzitter Jan van Zijl in discussie met de uitgever van de MBO Keuzegids.

rubrieken

8 dat dan weer welmet sieneke naar het songfestival en studenten

verzorgen de wereld expo in Shanghai.

15 columnStageplaatsen behouden? Subsidieer bedrijven

stelt roa-onderzoeker christoph meng voor.

16 wat doet zij zoal?rapporten, schoolbezoeken, gesprekken met

studenten. de werkweek van een inspecteur.

18 in beeldmaak kans op een overnachting in leerhotel

het klooster!

24 columnJan van zijl over het einde van de drempelloze

instroom in het mbo.

25 carrièremakerSdisney zet zijn zinnen op belevingskunstenaar

michel den dulk.

34 columnelmer Veerhoff ziet het gebeuren: we krijgen

rollator-onderwijs…

35 StaatSSecretariS voor 1 dagdan wil d66-kamerlid boris van der ham

ruimte creëren.

35 pittige taalHet basisonderwijs is verkwanseld. en dat komt

door mbo’ers, vindt oud-docent Jon derks.

11 uitblinker

‘mIJn Werk maakt verschil, In het leVen Van anderen’ anne gribnau begon haar carrière in het bedrijfsleven, maar koos toch voor de zorg.

Page 3: Backstage Magazine

back stage

4 / 5

Steeds meer vmbo-leerlingen kiezen liever voor de havo dan een mbo-opleiding. De trend die een paar jaar geleden begon, zette in 2008/2009 stevig door, blijkt uit de nieuwste cijfers. Het imago van het mbo speelt een belangrijke rol. Bovendien stellen veel vmbo’ers hun beroepskeuze graag een paar jaar uit. Maar dit stapelen gaat ze niet altijd succesvol af.

Tekst Berber Bijma Beeld Judith Dekker/HH Beeldbewerking Link Design

Wie naar het mbo gaat, moet vanaf het begin

een concreet beroep voor ogen hebben en loopt

kans terecht te komen op een roc met veel les -

uitval en altijd wel een paar criminele mede-

scholieren. Wie voor de havo kiest, kiest voor

de ‘bovenkant’ van de samenleving en bereidt

zich goed voor op een hbo-opleiding. Dat is

– een beetje kort door de bocht – het beeld dat

steeds meer vmbo’ers hebben als ze hun

vervolgopleiding kiezen. De keuze voor de havo

wordt dan ook steeds populairder. In de zomer

van 2008 gingen ruim 9.000 vmbo’ers door naar

de vierde klas van de havo, omgerekend zo’n

19 procent van de vmbo’ers met een diploma op

het juiste niveau op zak. Vier jaar eerder lag dat

percentage nog op 14. Een duidelijke stijging dus.

Overigens kunnen alleen leerlingen die op het

vmbo de theoretische leerweg (tl) en gemengde

leerweg (gl) hebben gevolgd, naar de havo.

‘Stapelen’ blijft populair in het Nederlandse

onderwijs, concludeert het Centraal Bureau

voor de Statistiek, dat deze cijfers vorige maand

bekendmaakte. Vmbo’ers gaan graag naar de

havo; veel havisten willen graag naar het vwo.

Trapsgewijs proberen leerlingen het hoogste

onderwijsniveau te halen.

Maar er is meer aan de hand. Want een vmbo’er

die naar de havo gaat om daarna een hbo-

opleiding te kunnen doen, had de route ook via

het mbo kunnen laten lopen. Verreweg de meeste

vmbo’ers, zo’n 70 procent, kiezen na hun examen

overigens voor zo’n mbo-opleiding. De groep

die voor de havo kiest, wordt echter gaandeweg

groter. En niet alleen omdat die route, mits

succesvol gevolgd, één of twee jaar korter is.

“De route vmbo-mbo heeft niet zo’n goede naam”,

zegt Teus Beijer, vmbo-decaan in Ede en voor-

zitter van de vmbo-decanen die verbonden zijn

aan de NVS-NVL, een vereniging van school-

decanen en leerlingbegeleiders. “Ouders en

kinderen proberen er alles aan te doen om die

back stage

dan maar liever naar de …

Imago mbo zorgt voor verschuivende voorkeur vmbo-leerlingen

route niet te volgen. De investeringen daarin

beginnen soms heel vroeg. Ouders trainen al

met hun kinderen voor de Cito-toets in groep 8,

zodat het kind niet naar het vmbo zal hoeven.”

Leerlingen die wel naar het vmbo gaan, proberen

vervolgens aan het eind van die opleiding de

vervolgkeuze voor het mbo te voorkomen. Beijer:

“Soms om heel begrijpelijke redenen. In de

regio waar ik werk zijn twee roc’s. Bij een daar-

van is nogal wat fout gegaan bij de invoering

van het competentiegerichte beroepsonderwijs.

Studenten moeten veel zelfstandig werken en

hebben maar weinig les. Ze komen nog weleens

bij mij op bezoek. Moet jij niet op school zitten,

vroeg ik laatst. ‘Nee meneer, vandaag geen les

meer, morgen ook niet, overmorgen pas weer.’

In zulke gevallen begrijp ik wel dat ouders en

kinderen de havo een betere keuze vinden.”

stapelen Wordt struIkelenZowel op de havo als op het mbo struikelen

nogal wat voormalige vmbo’ers. Van degenen

die wel een havo- of mbo-diploma halen, haakt

vervolgens nog een behoorlijk aantal tijdens de

hbo-opleiding af. Op basis van verschillende

cijfers van onder meer het ministerie van

Onderwijs concludeert onderwijsadviesbureau

APS dat uiteindelijk maar zo’n 13 procent van

de vmbo-tl’ers een hbo-diploma haalt.

Overigens doen mbo’ers het in het hbo iets

beter dan havisten. Het lukt dus maar al te

vaak niet het ‘stapelvoornemen’ in praktijk te

brengen. Voor de groep die tijdens de hbo-

opleiding afvalt, betekent dat de arbeidsmarkt

op met een havo- óf een mbo-diploma. Nu

steeds meer vmbo’ers voor de havo kiezen,

betekent dat dus dat er meer havisten zonder

afgeronde vervolgopleiding op de arbeidsmarkt

komen. Veel is daarvan nog niet waar te nemen,

zegt Gertrud Visser-van Erp, secretaris onderwijs

voor de gezamenlijke werkgeversorganisaties

VNO-NCW en MKB-Nederland. “De ontwikkeling

Marc Veldhoven:

‘Het gaat om wat goed

is voor de individuele

student’

Page 4: Backstage Magazine

back stageback stage

6 / 7

dan maar lIeVer naar de haV0VerVolg

is nog te kort gaande om er al iets van te merken

bij werkgevers. Maar het is wel jammer dat er

in verhouding minder mbo’ers zullen afstuderen

de komende jaren. Het mbo biedt waardevolle

opleidingen die goede kansen geven op de

arbeidsmarkt. In veel gevallen betere kansen

dan de havo, omdat je een specifiekere opleiding

hebt gevolgd. Kinderen worden erg gepusht om

naar de havo te gaan, terwijl het mbo minstens

zo’n goede keuze is. Dat is jammer.”

De instelling van opleidingsdomeinen zal helpen

het mbo aantrekkelijker te maken voor studenten

die nog niet precies weten welke richting ze

willen kiezen, hoopt ze. Domeinen zijn

clusteringen van mbo-opleidingen die aan

elkaar verwant zijn. De honderden verschillende

opleidingen die er nu zijn worden met ingang

van het studiejaar 2011-2012 gebundeld in

zestien verschillende domeinen, studenten

kunnen hiervoor kiezen. Een domein omvat

alle mbo-opleidingen die dicht bij elkaar liggen

en waartussen studenten in de praktijk nu al

vaak switchen. De domeinstructuur moet dat

overstappen eenvoudiger maken en ervoor

zorgen dat mbo’ers geen of zo weinig mogelijk

studievertraging oplopen als ze van opleiding

veranderen.

kennIsmaken en dan pas kIezenDe domeinen moeten er daarnaast voor zorgen

dat vmbo-studenten bij het mbo niet meer het

beeld hebben dat je al vóór je eraan begint moet

weten welk beroep je wilt gaan uitoefenen.

Want ook dat is vaak een reden om naar de havo

te gaan: de beroepskeuze nog even uitstellen.

Sommige roc’s werken, in afwachting van de

invoering van domeinen, al met ‘brede basisjaren’

die het mogelijk maken een specifieke beroeps -

richting wat later te kiezen. ROC de Leijgraaf in

Veghel en omgeving wil beginnende studenten

binnenkort de keuze geven in een domein in te

stromen of zelfs in een nog verdere clustering

van domeinen. In het eerste jaar maken

studenten kennis met alle mogelijkheden

binnen hun eigen domein, om vervolgens in

het tweede jaar gerichte keuzes te maken. Voor

studenten een flinke vooruitgang vergeleken

met het woud van opleiding waar ze voorheen

meteen al uit moesten kiezen, zegt Marc

Veldhoven, voorzitter van het college van

bestuur van ROC de Leijgraaf.

Maar Veldhoven beseft dat het argument van

de uitgestelde beroepskeuze bij de gang naar de

havo voor veel leerlingen minder zwaar weegt

dan het imago van het mbo. “Er zijn roc’s die

moeite hebben de basis van hun onderwijs

goed voor elkaar te krijgen. En het merk roc is

nu eenmaal zo sterk als de zwakste schakel.

Daar gaan de media weleens mee aan de haal.

Maar het mbo als geheel krijgt onterecht een

negatief imago opgedrukt. Er zijn veel prachtige

mbo-scholen met goed praktijkonderwijs, mooi

ingerichte lokalen, een goede leeromgeving en

sociale cohesie. Ons eigen roc is daarvan een

voorbeeld. Je kunt aan je imago niet veel méér

doen dan dat voortdurend te laten zien.”

De meeste vmbo’ers zijn beter af op een mbo-

opleiding, is Veldhovens overtuiging. “Het

overgrote deel van de vmbo-studenten heeft

een gemengde leerstijl: ze gedijen het best als

ze met hart, hoofd en handen kunnen leren.

Gaan ze door naar de havo, dan moeten ze

gedwongen nog twee jaar op hun handen

zitten. Als politici horen van de uitval van

vmbo’ers op de havo, zeggen ze: er moet betere

aansluiting komen. Maar dat is maar een kant

van het verhaal. Politici moeten beseffen hoe

belangrijk de gemengde leerstijl, die je op het

mbo meer vindt dan op de havo, is voor een

grote groep. De havo praktijkgerichter maken,

heeft geen zin, want dan maak je er in feite een

mbo van.”

netWerkschool op maat “Je kunt niet zeggen dat vmbo-studenten over

het algemeen ‘typische mbo’ers’ zijn,” weerlegt

Frank Kalshoven, directeur van De Argumenten -

fabriek, een organisatie die onder meer bezig is

met advisering en vernieuwing binnen het mbo.

“Wij duwen leerlingen op twaalfjarige leeftijd

in een mal. Inderdaad, als je ze in een vmbo-

mal stopt, worden ze misschien wel typische

mbo’ers. Het zou beter zijn al eerder met

maatwerk te beginnen. Als je vroeg kijkt naar

de sterke en zwakke kanten van een leerling

en daar het onderwijs op aanpast, wordt een

vmbo’er misschien wel een havo-leerling. Een

vmbo’er die goed is in Engels, zou dat vanaf het

begin op havo-niveau kunnen krijgen. Dat is

maatwerk.”

In het mbo moet dat maatwerk voortgezet

worden, zegt Kalshoven. Zijn organisatie

ontwikkelde het concept van de ‘netwerkschool’,

een roc dat klassikaal onderwijs combineert

met individueel maatwerk. Iedere student volgt

een traject – breed of smal, afhankelijk van hoe

duidelijk de student al een beroepskeuze voor

ogen heeft – dat speciaal voor hem of haar is

ontworpen en de studenten treffen elkaar in de

klassen waar hun leertrajecten elkaar kruisen.

Vanaf volgend studiejaar gaat een aantal roc’s

met het concept van de netwerkschool

experimenteren.

Het zou mooi zijn als mbo-opleidingen met maat-

werk weer meer studenten kunnen trekken,

zegt Kalshoven. Maar voor de arbeidsmarkt zal

dat op lange termijn volgens hem niets

uitmaken. “Een mbo’er krijgt misschien wat

makkelijker een eerste baan, vanwege zijn

specifieke opleiding. Maar steeds minder

mensen werken veertig jaar lang in hetzelfde

beroep of dezelfde sector. De meeste mensen

hebben na een jaar of acht een beroep

waarvoor ze niet opgeleid zijn, tenzij je, zoals

artsen en piloten, veel in je beroepskeuze hebt

geïnvesteerd. Bovendien: van alle beroepen die

over tien jaar bestaan, bestaat misschien wel

dertig procent nu nog niet. Wie had twintig jaar

geleden kunnen bedenken dat er nu zoveel

ICT’ers zouden zijn? Kortom: voor je uiteindelijke

loopbaan is je soort opleiding totaal niet van

belang. Het niveau wel, maar dat is voor

havisten en mbo4-studenten ongeveer gelijk.

Die komen elkaar op de arbeidsmarkt dus wel

weer tegen.”

Roc-bestuursvoorzitter Marc Veldhoven is het

niet met Kalshoven eens. Hij ziet voor een

grote groep studenten wel degelijk voordeel in

het leren met ‘hart, hoofd en handen’, ook voor

de lange termijn. Wat hem betreft wordt de

route vmbo-mbo weer populairder. Hij verwacht

daarvoor medewerking van vmbo-decanen.

“Wie voor de havo kiest, kiest voor de boven-

kant van de samenleving. Van ouders kan ik

het wel billijken dat ze hun kind, vaak uit

onwetendheid, daar graag naartoe willen

hebben, maar decanen kunnen hun advies niet

baseren op begrip voor de sociale voorkeuren

van ouders. Een decaan die zegt: ‘ik begrijp het

wel hoor, dat u uw kind liever op de havo hebt

dan op een roc’, is ronduit onprofessioneel.

Waar het om gaat is wat goed is voor de indivi-

duele student.”

Doorstroom gediplomeerden naar havo

Doorstroom van gediplomeerde schoolverlaters van de mavo en de theoretische

leerweg van het vmbo naar de havo. Meer dan één op de vijf van de gediplomeerde

vmbo-tl-leerlingen koos in 2003 voor de havo. Bron: ROA en onderwijsmatrix (OCW).

Frank Kalshoven:

‘We duwen leerlingen

op 12-jarige leeftijd al

in een mal’

Rendement naar vooropleiding op het hbo

Vooropleiding Na 5 jaar (cohort 2003)

Mbo’ers maken het hbo soms niet af omdat ze met hun diploma, in tegenstelling tot

havisten, al goede kansen hebben op de arbeidsmarkt. Bron: HBO-raad.

Havo

mbo

vwo

Totaal

53,9 %

71,0 %

58,8 %

58,0 %

Bruto maandloon van werkzame schoolverlaters 2008 naar opleidingscategorie

Opleidingscategorie

Bron: ROA (SIS)

mbo-economie

mbo-gezondheidszorg

mbo-sociaal-cultureel

mbo-techniek

mbo-groen

Havo/vwo

vmbo-tl € 810

€ 1.170

€ 1.500

€ 1.790

€ 1.780

€ 1.960

€ 1.600

% 25

20

15

10

5

01998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007

mavo

vmbo­tl

Page 5: Backstage Magazine

een ‘happier street’

china verwacht zeventig miljoen bezoekers tijdens de wereld- tentoonstelling die op 1 mei start in shanghai. rond het thema ‘better city better life’ geven 185 landen en vijftig steden hun visie op de innovatie en menselijke leefomgeving in de stad van de 21e eeuw. Ook nederland presenteert zijn nieuwe en duurzame oplossingen voor de verstedelijkingsproblematiek op de ‘Happy street’.

En studenten leveren ook hun bijdrage. Ruim honderdvijftig

mbo’ers en hbo’ers gaan aan de slag als kok, camerajournalist,

sous chef, technicus of VIP Area Info Host. Via internet worden

de studenten begeleid, speciale bpv-bezoekers zijn verant-

woordelijk voor de inhoudelijke studie voortgang ter plaatse.

Studenten uit heel Nederland konden zich aanmelden voor een

stageplek in het Holland Paviljoen. Na het schrijven van een

sollicitatiebrief met motivatie en na een pittig assessment

ontvingen de gelukkigen tijdens de China-dagen in Den Haag

hun felbegeerde stagecontract.

www.holland-expo2010.nl

back stagebackstageback stage

8 / 9

dat dan Weer welVervolg voor 6-daagse beroepsonderwijs

na een succesvolle eerste editie in 2009 komt er dit jaar ook weer een 6-daagse beroepsonderwijs. Het evenement begint op maandag 4 oktober met competentcity, op 5 oktober volgt de dag van de stagiair en 8 oktober staat in het teken van het speciale uitblinkersgala.

Daarnaast houden mbo-scholen weer een open huis en staat er

natuurlijk nog veel meer op het programma, waar nu nog de

laatste hand aan wordt gelegd. Net als in 2009 wordt de 6-Daagse

Beroeps onderwijs georganiseerd door een samenwerkings-

verband van de MBO Raad, proces management MBO 2010 en de

Stichting Branche promotie Beroepsonderwijs Nederland (BBN).

www.6dbo.nl

mbo raad aan de tweet

Ook zo benieuwd naar nieuws over het mbo? Volg dan de MBO

Raad op twitter. Veel handiger dan die oude rss-feeds! Dus:

www.twitter.com/mbonieuws

koken doe je Xo

Wie denkt aan Woerden,

denkt aan de MBO Raad. Maar

Woerden heeft meer te bieden.

Wil je genieten van het ‘echte’

Woerden loop dan eens

binnen bij Café Restaurant XO.

Oud Albeda College-docent

Peter Neervoort serveert

gerechten op basis van

streekproducten. Hij wordt

hierbij geholpen door

enthousiaste mbo-stagiaires.

www.xowoerden.nl

OKT. 4 - 9

personalIa

Het college van bestuur van

rOc leiden is met ingang van

maandag 15 februari tijdelijk

uitgebreid met de komst van

jeroen knigge. Wanneer de

huidige voorzitter, Jacques van

Gaal, de pensioengerechtigde

leeftijd bereikt zal Knigge het

voorzitterschap overnemen.

Knigge was voorheen werk -

zaam bij de Hogeschool van

Amsterdam. Waar hij achter-

eenvolgens de functie van

secretaris, directeur van het

bestuursbureau en algemeen

directeur vervulde.

antoine wintels volgt met

ingang van 1 mei Kees Tetteroo

op als voorzitter college van

bestuur rOc eindhoven.

Wintels werkte de afgelopen

negen jaar bij de SNS Bank,

onder andere als directeur

SNS Advies en voorzitter

Strategische Programma’s.

Eerder was hij directeur bij de

Kamer van Koophandel voor

Noord- en Midden-Limburg.

Professor andré knottnerus

treedt op 1 mei aan als

voorzitter van de weten-schappelijke raad voor het regeringsbeleid. Hij volgt

daarmee Wim van de Donk

op, die in oktober 2009 is

afgetreden wegens zijn be-

noeming tot Commissaris van

de Koningin in Noord-Brabant.

Knottnerus is sinds 1998

hoogleraar huisartsgenees-

kunde aan de Universiteit van

Maastricht, voorzitter van de

Gezondheidsraad en voorzitter

van de sectie geneeskunde

van de Koninklijke Nederlandse

Academie van Wetenschappen.

Geke faber, burgemeester van

de gemeente Zaanstad, is

sinds 1 januari de nieuwe

voorzitter van de Raad van

Toezicht van het rOc van amsterdam en rOc flevoland.

Faber was al eerder betrokken

in een toezichthoudende func-

tie bij ROC Flevoland. Zij was

voorheen onder andere staats-

secretaris van LNV, waar-

nemend burgemeester van

Den Helder en Wageningen en

burgemeester van Zeewolde.

De sociaal-economische raad

heeft Henk schenk benoemd

tot plaatsvervangend kroonlid.

Hij is hiermee de achtervang

voor Leo Stevens. Schenk is

hoogleraar economische

wetenschappen en leidt

momenteel voor de commissie-

De Wit een onderzoek naar

wet- en regelgeving over en

toezicht op financiële markten.

Op voorstel van staatssecretaris

Bussemaker van VWS heeft de

ministerraad ingestemd met

de voordracht van prof. dr.

esther-Mirjam sent en prof.

dr. Marion van san tot leden

van de raad voor Maatschap-pelijke Ontwikkeling. Sent is

hoogleraar economische

theorie en economisch beleid

aan de Radboud Universiteit.

Van San is hoogleraar jeugd en

educatie bij Universiteit Utrecht.

De huidige bestuursvoorzitter

van de publieke omroep, Henk Hagoort, wordt met ingang

van 1 april voorzitter van de

raad van toezicht van stichting kennisnet. Hij volgt daarmee

Paul ’t Hoen op. Kennisnet is

de onafhankelijke publieke

organisatie die onderwijs-

instellingen in het primair,

voortgezet en middelbaar

beroepsonderwijs, ondersteunt

en inspireert bij het effectief

gebruik van ICT in het onder-

wijs. De PO-Raad, VO-Raad,

MBO Raad en Aoc Raad dragen

de rvt-leden voor.

Oeps…In het artikel ‘Mbo-sector: in

2015 honderd procent duur-

zaam inkopen’ wordt Ton van

Gerven, voorzitter college van

bestuur Koning Willem I

College genoemd als één van

de trekkers van het convenant

Duurzaam Inkopen. Dit had

moeten zijn: Cor van Gerven,

lid college van bestuur Koning

Willem I College.

In het artikel ‘Excellente

vrouwen over excellent

onderwijs‘ wordt ten onrechte

vermeld dat Jos Leenhouts

Onderwijskunde studeerde.

In werkelijkheid studeerde zij

Sociale Geografie.

nieuws?Berichten voor de rubriek

personalia kunt u

sturen naar:

[email protected]

Bro

n H

olla

nd-e

xpo2

010

.nl

Bro

n X

O W

oerd

en

een gezonde ScHool en gezond bedrijf! dat willen we tocH allemaal? Meer beweging en vitaliteit in de programma’s van beroepsopleidingen is het centrale thema van de

conferentie ‘Vitaal voor leren en werken’ op 7 april in Groningen. Organisatoren zijn het Instituut voor

Sportstudies van de Hanzehogeschool Groningen, de KVLO en MBO Raad.

www.mboraad.nl/bewegenensport

Page 6: Backstage Magazine

back stage back stage

uitblinker

‘WInst zIt In een glimlach of een traan’mbo: daar zIt muziek In!

back stage

dat dan weer wel

Lange Frans (29)Hij volgde weliswaar geen mbo-opleiding,

maar nam onlangs wel een rap op met

studenten van Gilde Opleidingen: ‘De wereld is

van jou’. Vier jaar terug mocht deze rappert niet

spelen op het Bevrijdingsfestival: een ambassa-

deur tegen zinloos geweld die een leerling slaat

is natuurlijk niet handig. Frans heeft zijn leven

gebeterd en zoekt de samenwerking.

10 / 11

Tim Knol (20)Liet voor eerst van zich horen in 2008; tijdens

een singer-songwriteravond in het Utrechtse

EKKO, van oudsher al een broedplaats voor

talent. En dat is de Herman Brood Academie,

waar Knol studeert, inmiddels ook. Ondertus-

sen verovert hij Nederland en heeft hij een

platencontract op zak. Onthoud deze naam:

hier gaan we veel van horen.

Frans Bauer (36)Is in het echt net zo lief als hij doet voorkomen.

Neerlands populairste volkszanger ging na

de mavo naar de meao, maar maakte deze

opleiding niet af. Hoe het toch nog goed kan

komen met een voortijdig schoolverlater.

DJ Tiësto (41)Oftewel Thijs Michiel Verwest. Volgde een meao-

opleiding, won een zilveren harp, werd uitgeroepen

tot ‘s werelds beste dj en kreeg ook nog eens de

Popprijs. Commercieel doet deze trance-jongen

het goed, in de undergroundscene spreekt men

over ‘DJ Triesto’; trance is niet overal populair.

Ondertussen heeft iedereen het nakijken.

begonnen als restaurantmedewerker bij V&d doorliep high potential anne gribnau (34) als twintiger in sneltreinvaart de interne opleiding tot verkoopmanager. Vereerd door de kansen en het vertrouwen dat zij kreeg vergde anne het uiterste van zichzelf. Iets te veel. ze liep tegen haar grenzen aan en gooide haar leven drastisch om.

Tekst Dagmar de Kruif-Pot Foto Henk Braam

“Ik ben mezelf gewoon voorbij gelopen. Ik werkte hard, soms wel

vijftig uur per week, en daar kwam dan nog mijn reistijd bij. Het

werd gewoon te veel. Ook de commerciële aanpak stuitte me vaak

tegen de borst. Je werkt voor het geld. Ik voel me er niet prettig bij

dat ik tegen een klant moet zeggen dat die oranje jas haar goed

staat terwijl dit niet zo is.”

“Mijn ziekte heeft mij zeker gevormd. Het heeft ervoor gezorgd dat

ik bewust ben gaan nadenken over wat ik wil met mijn leven. Met

hulp van een psychologe kwam ik er achter dat winst voor mij niet

zit in geld, maar in het welzijn van mensen. Ik wil kleur geven aan

het leven van anderen. Ik heb dan ook bewust de overstap

gemaakt van de commercie naar de zorg.”

“Als activiteitenbegeleider stimuleer ik ouderen hun talenten te

benutten. Zo help ik ze hun gevoel van eigenwaarde terug te vinden.

Wanneer een bejaarde man met een verlamde arm, glimlachend

en vol trots zijn zelfgemaakte schilderij aan zijn familie laat zien,

dan geeft dat veel voldoening. Winst zit voor mij in een glimlach of

een traan. Tevreden, vrolijke cliënten maken het werk van

verzorgend personeel een stuk gemakkelijker, daar lever ik zo mijn

bijdrage aan. Mijn werk als activiteiten begeleider wordt soms

onderschat. Maar je maakt een verschil in het leven van ouderen.”

“Natuurlijk ben ik trots dat ik benoemd ben tot Uitblinker van ROC

Nijmegen en ook nog bij de laatste drie eindigde in de landelijke

verkiezing. Maar ik besef dat dit niet alleen mijn eigen verdienste

is. Ik ben bevoorrecht met de manier waarop mijn opleiding

vormgegeven is en de persoonlijke begeleiding die ik heb gekregen.

Het was pittig om weer terug naar school te gaan. Ik moest leren

fouten te durven maken. Tijdens mijn opleiding kreeg ik daar de

ruimte voor. Ik kan met volle overtuiging zeggen dat ik er alles

uitgehaald heb. Ik wist dat ik het kon, want ik wilde het zo graag.

Ik gun iedere student zo’n traject.”

“Teleurgesteld dat ik niet de Ambassadeur Beroepsonderwijs 2009

ben geworden, ben ik niet. Ik ben vooral dankbaar dat ik dankzij

mijn nominatie als Uitblinker anderen net dat duwtje in de rug

kan geven het meeste uit het leven te halen.”

Foto

Am

aury

Mill

er/H

HFo

to M

arko

Bak

kerr

/HH

Foto

Pim

Ras

/HH

Foto

Lod

ewijk

Dui

jves

teijn

Lisa Loïs (2

2)

Weer zo’n talent van de Herman Brood Academie.

Won in 2009 X Factor met een cover van de

Leonard Cohen-klassieker Hallelujah. Dit leverde

haar een vette nummer 1-hit op én een platen-

contract. In het volgende nummer van Back Stage

een speciaal interview met deze belofte.

Sieneke (17)Dat wordt weer een spannend avondje voor de buis: hoe ver komt Sieneke tijdens het Song-festival met ‘Ik ben verliefd’? Wij leven mee met deze kappersstudente: sta je daar in Oslo met een nieuwe variant van het Smurfenlied. Succes Sieneke: sha-la-lie-sha-la-la!

sieneke vertegenwoordigd in mei ons land tijdens het eurovisie songfestival. nu is deze mbo-studente niet de enige met muzikale aanleg, wacht dacht je van dJ tiësto, lisa loïs, frans bauer en aanstormend talent tim knol.

Foto

HFo

to

Foto

Lau

ra O

lden

broe

k

Page 7: Backstage Magazine

back stage

12 / 13

back stage

Is het nodig, zo’n motie? In de pIsa-scores ontlopen we nummer 1 finland nauwelijks.“In het Nederlandse onderwijs wordt

keihard gewerkt aan goed onderwijs,

maar we hebben nog een kwaliteitsslag te

maken. De kennis in het onderwijs moet

toegankelijker worden voor het bedrijfs -

leven en er vallen nog te veel jongeren

uit. Er moet een lange termijnplan voor

het onderwijs komen: wat is er nodig om

bij die top vijf te komen? Het kabinet

heeft een begin gemaakt met het Actieplan

LeerKracht, daar is duidelijk het accent

gelegd op de leraren en zijn we begonnen

met het investeren in de basis. Als

onderwijswoordvoerder heb ik steeds

geprobeerd ministers er toe te verleiden

zo’n plan op te stellen. Dat is nooit

gedaan. Ik ben hier al zo’n tien jaar mee

bezig. Er wordt vaak niet verder gekeken

dan de regeerperiode van vier jaar. Na

elke kabinets formatie zie je het gebeuren:

een nieuw kabinet met verschillende potjes.

Scholen moeten snel projecten indienen

en vaak is het potje leeg voordat de aan-

vragen binnen zijn. Dat is een handicap;

ik vind het allemaal nogal onrustig voor

het onderwijs.”

uw motie verandert dit?“Als we nu niet kiezen om voor het onder-

wijs een lange termijnplan te ontwikkelen,

dan laten we een gigantisch moment

verloren gaan. De situatie waar we mee te

maken hebben is uniek. We staan voor een

operatie van heroverwegingen waarbij we

niet alleen naar de besparingen moeten

kijken, maar ook naar investeringen. Ik

zag dit dan ook als mijn kans om tijdens

de algemene beschouwingen mijn

ambitie neer te leggen. Maar we moeten

keuzes maken, en als de PvdA moet

kiezen, zeggen wij: ‘dan maar minder

asfalt en meer onderwijs’.”

uw motie is nog vrij algemeen. Wat moet er nu precies gebeuren?“Tijdens de debatreeks Mariëtte Markeert

heb ik veel mensen uit het onderwijsveld

gesproken over wat het inhoudt als je tot

die top vijf behoort. Dan komt naar voren

dat je de beste docenten nodig hebt, zorgt

dat schooluitval verdwenen is, maar ook

het stapelen, wat nu gelukkig weer kan, is

ontzettend belangrijk. Met mijn collega

Kamerleden Depla, Kraneveldt en Besselink

heb ik hoofdopdrachten voor het onderwijs

geformuleerd: verbeter de kwaliteit van

leraren en het taal- en rekenonderwijs,

zorg dat ieder talent benut wordt en zet in

op wetenschappelijk toponderwijs.”

en wat betekenen uw ambities voor het mbo?“Ik vind het mbo de belangrijkste sector

van het onderwijs. Zo ongeveer de helft

van onze kinderen volgt een mbo-opleiding.

Onze economie draait op deze mensen.

Nederland heeft niet alleen managers

nodig, maar ook veel doeners. Het mbo is

nog steeds een van de sectoren waar niet

automatisch de aandacht naar toe gaat. Ik

kom zelf uit het beroepsonderwijs en het

is altijd al zo geweest dat beleidsmakers

een beeld hebben bij het hbo of weten -

schappelijk onderwijs, maar niet bij het

mbo. Nu vind ik het belangrijk, en ik wil

niet meteen een structuurdiscussie

beginnen, dat er goed gekeken moet

worden hoe de aansluiting tussen vmbo

en mbo beter kan, hoe dat meer één

traject kan worden. Het is voor veel vmbo-

leerlingen onbegrijpelijk dat ze met een

vmbo-diploma eigenlijk nog niets kunnen.

Daar is nog meer winst te behalen.

Daarnaast moeten de zwakke opleidingen

in het mbo aangepakt worden en moeten

de lesuren op orde zijn. Dan zitten we

alweer in de dagelijkse politiek, terwijl ik

vind dat we nu juist naar de lange termijn

moeten kijken. Ik wil af van het bij elke

kabinetsformatie weer nieuwe projectjes

starten. Ik wil een structurele aanpak voor

het onderwijs, innovatie en de arbeids-

markt en hoe we het mbo daar nu eens

een veel sterkere rol in kunnen geven.”

mooie plannen, maar we moeten 35 miljard bezuinigen. de kIa-coalitie berekende dat de top vijf-landen meer investeren dan nederland. zweden geeft per geboren baby jaarlijks 75 duizend euro meer uit aan kennis dan ons land. “We moeten dat op peil brengen. In de

totale operatie van heroverwegingen

zullen we dat geld vrij moeten maken,

dat is geen gevecht dat al gewonnen is.

Ik voel me gesterkt door het feit dat de

Kamer mijn motie ondersteunt en dat het

onderwijsveld zich positief heeft uitge-

sproken voor deze lijn. En de lijn begint

nadrukkelijk bij de inhoud en niet bij ‘er

moet een miljard of zo bij’. Dat weten we

nog niet. Ik vind het jammer als we alleen

Het Nederlandse onderwijs moet in 2020 bij de internationale top vijf horen. Een Kamermeerderheid schaarde zich in september achter deze motie van PvdA-fractievoorzitter Mariëtte Hamer. Hoe dit te bereiken? Nederland investeert minder in onderwijs dan andere toplanden en onderwijs is geen taboe bij de komende bezuinigingen.

Tekst Marie-José Linders Illustratie Seb Jarnot - Unit CMA

begIn nIet bIJ het geld, maar bIJ de Inhoud

mariëtte markeert

‘Als we nu niet

kiezen laten we een

gigantisch moment

verloren gaan’

Page 8: Backstage Magazine

back stage

‘hands on’, ook In tIJden Van economische crIsIs

‘Hands on’ in de beroepsbegeleidende leerweg zoals marja van

bijsterveldt het heeft ervaren of toch liever veel uren met de neus in

de boeken in de beroepsopleidende leerweg: het mbo biedt het. Het

mbo voorziet in de heterogeniteit van de vragende jongeren en dat

maakt het mbo dan ook zo ‘hot’ dat jan van zijl er graag aandelen

van zou kopen. ik steun hem daarin, maar als kleine aandeelhouder

zie ik graag de waarschuwing ‘rendementen uit het verleden bieden

geen garantie voor de toekomst’. juist dit heeft de recente recessie

ons duidelijk gemaakt. Het grootste gevaar schuilt daarbij in de

conjunctuurgebonden verschuiving van bbl naar bol.

bbl-plaatsen worden in eerste instantie door bedrijven en niet door

scholen aangeboden. een economische recessie verlaagt het aanbod

aan bbl-plaatsen aanzienlijk: bedrijven die in economisch zwaar

weer terechtkomen, nemen immers minder snel nieuwe studenten

aan. “niets aan de hand” zal de gewiekste aandelenverkoper nu

roepen. in plaats van ‘hands on’ dient een relatief grote groep

jongeren nu met ‘de neus in de boeken’ de opleiding te volgen: bol in

plaats van bbl. deze verschuiving is al in september 2009 duidelijk

zichtbaar geworden. en jawel, de mbo’s kunnen het aan.

misschien is het op de scholen iets drukker dan in de jaren ervoor,

maar ik heb nog geen tentenkampen gezien buiten mbo-scholen

waarin les gegeven wordt. waar ligt dan het gevaar? Het gevaar kan

liggen in een verminderde motivatie van jongeren die gedwongen

met de ‘neus in de boeken’ gedrukt worden, in het wegvallen van het

testen van de geschiktheid van jongeren voor een bepaalde opleiding

door bedrijven die bbl-plaatsen aanbieden, maar ook simpelweg in

het feit dat jongeren niet met de neus in de boeken willen en daarom

voor het onderwijs verloren gaan. Het gevolg: een verhoogd aantal

voortijdige schoolverlaters en een waardedaling van mbo-aandelen

in het publiek debat.

om de waardebestendigheid van de ‘aandelen’ te garanderen dient

de opleidingscapaciteit van de bbl in tijden van economische malaise

in stand gehouden te worden. een anticyclische subsidie aan bedrijven

kan hierbij helpen: in tijden van economische bloei de subsidie verlagen

om in tijden van economische malaise de subsidie te verhogen. dit zal

een stabieler aanbod van bbl-plaatsen garanderen. en om in tijden van

terugvallende overheidsinkomsten lange discussies te voorkomen,

dient deze anticyclische subsidie voor een langere periode

vastgesteld te worden.

Christoph Mengsenior onderzoeker bij het researchcentrum voor onderwijs en arbeids-

markt en verantwoordelijk voor alle school verlatersonderzoeken.

cOluMn

Foto Friso Keuris

14 / 15

currIculum VItae

geboren 1958 in Amsterdam.

studie lerarenopleiding omgangskunde en Nederlands.

Kandidaatsexamen Nederlandse taal en letterkunde,

doctoraalexamen algemene taalwetenschappen.

Werk Tweede Kamerlid sinds 1998, fractievoorzitter PvdA (sinds

2008), vicefractievoorzitter (2002­2008), hoofd strategisch

beleid directie hbo ministerie OCW (1995­1998), projectleider

directie bve ministerie OCW (1992­1995), algemeen directeur

volwasseneneducatie Stichting ‘in petto’ (1986­1992).

nevenfuncties voorzitter Haags Centrum voor Onderwijs­

ondersteuning, voorzitter Regionaal Bureau voor samenwerking

Onderwijs en bedrijfsleven te Rotterdam.

uitgaan van het geld. Want dan hebben

we het niet over wát we willen bereiken.

Ik snap dat het geld er moet komen, maar

we moeten eerst weten wat we moeten

doen en hoe. Wat verstaan we onder

kwaliteit? Wat is nodig om die kwaliteit te

halen? Anders doen we hetzelfde wat de

afgelopen jaren steeds is gedaan. Dat is

ook mijn bezwaar tegen de aanpak die

Alexander Pechtold kiest. Hij wil niet

bezuinigen op onderwijs, maar daar gaat

het niet over. Iedereen weet dat de be-

zuinigingen ook het onderwijs betreffen.”

onderwijs is geen taboe bij de bezuinigingen, u spreekt wel over een ‘status aparte’.“We moeten kijken of elk dubbeltje goed

uitgegeven wordt en als we geld vinden,

dan moet dat linea recta terugvloeien

naar het onderwijs. Ik wil het hebben over

hoe we zorgen dat de kwaliteit omhoog

gaat. En ik loop lang genoeg mee om te

weten dat kwaliteit niet kan zonder geld,

maar we doen nu al jaren het omgekeerde.

Daar schiet niemand wat mee op.”

de geus en rinnooy kan zien onderwijs als de beste investering in de economie. brengt nederland zijn pIsa-score naar fins niveau, dan betekent dat een bbp-stijging van 177 procent. Wordt onderwijs te veel gezien als kostenpost?“We moeten toe naar een breder welvaarts-

begrip. Wouter Bos zei dit al in zijn Den

Uyl-lezing. Dit is ook een discussie die we

al jaren voeren. Het blijkt moeilijk naar

onderwijs te kijken als inkomsten en niet

als uitgave. Allerlei berekeningen onder-

steunen dat. Onze economie draait beter

als het kennisniveau van ons land hoger

is, mensen zijn gelukkiger als ze hun

talenten ontwikkelen. We kunnen verant-

woorden dat we onderwijs een aparte

status geven. Zo’n motie van Pechtold om

niet te bezuinigen, vind ik totaal ambitie-

loos. Dan ga je uit van behouden wat we

hebben, het gaat er juist om dat de

kwaliteit omhoog moet.”

Wie moeten het plan schrijven?“Nu is echt het onderwijs aan zet. Je ziet

vaak dat het hbo, mbo en de universiteit-

en met aparte plannen komen. Ze willen

allemaal die kwaliteit, het zou beter zijn

als het onderwijs zich daar gezamenlijk

sterk voor maakt. Dan heb ik het over het

basis tot het hoger onderwijs. Uiteindelijk

moet het een plan zijn van het onderwijs,

bedrijfsleven en de politiek. Het onderwijs

is koploper: zij kunnen, beter dan de

politiek, aangeven wat nodig is om bij de

top vijf te komen. Wat dat betreft wil ik

het onderwijs wel een beetje opjutten. In

mei presenteren de werkgroepen hun

plannen, het zou goed zijn als er dan een

beeld ligt van wat we nodig hebben. Ik

hoop dat iedereen in staat is om over zijn

eigen grenzen heen te kijken en uit te

gaan van wat Nederland en de kinderen

van Nederland in de toekomst nodig

hebben. Dat moet kunnen, zeker omdat

het niet van vandaag op morgen

gerealiseerd hoeft te worden. Hier is tijd

voor nodig, dat begrijp ik ook.”

Wat zijn uw ambities na deze verkiezingen?“Ik leef van dag tot dag. Maar mijn ambitie

is eigenlijk al lang dezelfde. Onderwijs is

de belangrijkste motor voor dit land,

maar ook voor de mensen zelf. Daar zit

ook een persoonlijke motivatie achter.

Mijn broer is autistisch en ik weet hoe

belangrijk zijn onderwijstijd voor hem is

geweest en hoe het mis kan gaan. Dat

geldt niet alleen voor hem, maar voor veel

kinderen. Mijn broer groeide op in een

tijd waarin we allerlei dingen die we nu

wel weten over handicaps nog niet wisten.

Dat hij autisme heeft, was toen nog niet

duidelijk. Hij kreeg op de lagere school

een nul voor gedrag en een nul voor vlijt.

Eenmaal op de mulo haalde hij zijn

diploma niet omdat hij dichtklapte als hij

voor een groep moest spreken. Daarmee

negeer je een kind, het tekent een mens

voor zijn verdere leven. Gelukkig is daar

meer aandacht voor, maar kinderen lopen

nog steeds deuken op. Ieder kind verdient

het allerbeste onderwijs, daar volgt

immers je hele geschiedenis op.”

marIëtte markeertVerVolg

‘Ik vind het allemaal

nogal onrustig voor

het onderwijs’

Page 9: Backstage Magazine

back stage back stage

16 / 17

onderzoekende geest “Afhankelijk van onderzoeken

die ik bij scholen doe, flexwerk ik één dag per week. Thuis

bereid ik mijn schoolbezoek aan Amarantis Onderwijs-

groep voor. Hiervoor moet ik stapels documenten lezen:

een zelfevaluatie van de school, uitkomsten van een

audit, een analyse die onze analisten gemaakt hebben

van de beschikbare gegevens. Zo bepaal ik de vragen

die ik tijdens het schoolbezoek wil stellen. Om uit alle

informatie de hoofdpunten te halen heb ik analytische

kwaliteiten nodig. Ik kan wel stellen dat dit na zeventien

jaar een tweede natuur is geworden.”

IntegratIe toezIcht onderWIJskWalIteIt en eXamens “De inspectie wil met ingang van

1 januari 2012 het toezicht op de onderwijs-

kwaliteit en examens samenvoegen. Het toezicht

op de examens is in 2007 overgegaan van KCE

naar de inspectie. Scholen hebben profijt van de

integratie omdat ze met één toezichthouder te

maken hebben. Ik maak deel uit van de project-

groep teambuilding, professionalisering en

rollen. We hebben het over hoe we het toezicht

moeten inrichten en wie welke functie(s) gaat

vervullen. Ik ben ook begonnen met het rapport

over mijn bezoek aan Amarantis. Dit doe ik zo

snel mogelijk na het bezoek zodat de informatie

nog vers in mijn geheugen zit.”

Interessante gesprekken “Met een collega

bezoek ik een ICT-opleiding bij Amarantis Onder-

wijsgroep. Om een zo goed mogelijk beeld van de

opleiding te krijgen, woon ik lessen bij, observeer

ik studenten als ze aan het werk zijn en spreek ik

met docenten en coördinatoren. Uit een gesprek

met studenten krijg ik een positief beeld over de

begeleiding die ze ontvangen en de kwaliteit van

de lesinstructies. Het bezoeken van scholen vind

ik erg leuk aan mijn werk. Hetzelfde geldt voor

gesprekken met leden van colleges van bestuur.

Dit maakt mijn functie uitermate afwisselend en

is de reden dat ik al zo lang werk als inspecteur.”

dag Vol oVerleg “Inspecteurs zijn veel

onderweg. We reizen het hele land door. Om

toch met collega’s te kunnen overleggen is

woensdag de kantoordag. De hele dag heb ik

besprekingen. Tijdens het inspecteurenover-

leg hebben we het over actuele zaken; zo blijf

ik op de hoogte van wat er speelt in het mbo.

Verder wisselen we ervaringen uit en stemmen

we af hoe we zaken beoordelen. Daarna praat ik

met collega’s over zowel lopende onderzoeken

als onderzoeken die de komende twee maanden

plaats gaan vinden. Ook bel ik alvast met de

scholen waar ik binnenkort onderzoek doe.”

naar buIten “Hoewel ik op vrijdag vrij ben, besteed ik

een deel van de ochtend vaak nog aan werk. Ik rond de

laatste zaken af, stuur nog wat e-mails, bel met collega’s

en kijk vooruit naar de komende week. Zo kan ik ontspan-

nen het weekend in. De hele week zit ik veel; in de auto,

op kantoor, bij overleggen. Op vrijdagmiddag komt daar

verandering in. Dan wandel ik in het bos en kom tot rust

na een drukke werkweek. In de natuur kan ik mijn werk

volledig loslaten. Vanavond ga ik met met drie oud-collega’s

naar het theater. Altijd leuk om van hen te horen wat in

andere onderwijssectoren speelt.”

mado

di

wo

vr

‘onderWIJsInspecteur: Van alle markten thuIs’

Documenten lezen en analyseren, scholen bezoeken, overleggen met collega-inspecteurs,

praten met colleges van bestuur, deelnemers en managers. Het hoort allemaal bij de wekelijkse

activiteiten van een onderwijsinspecteur. Henny Damen (55) is sinds 2001 inspecteur voor

de bve-sector en al in 1993 begonnen als onderwijsinspecteur.

en wat dOet zij zOal?

Tekst Tanja Krieger Foto’s Ed van Rijswijk

de week van henny damen

Page 10: Backstage Magazine

in beeld

Ondanks een lichte daling boeken we dit jaar 35,5 miljoen vakanties. Door

de crisis zijn we voorzichtiger met grote uitgaven, ook willen we meer

waar voor ons geld: een unieke, persoonlijke benadering in een mooie,

intieme omgeving. Leerhotel Het Klooster in Amersfoort is zo’n verborgen

juweeltje. “Alle studenten verdienen het om cum laude af te studeren”,

schreef een undercover recensent van de Volkskrant. De journalist gaf het

Leerhotel een plek in de top 5 van meest bijzondere Nederlandse reis-

locaties. Hbo-, mbo- en vmbo-studenten runnen het voormalige klooster.

www.hetkloosterhotel.nl

Tekst Dagmar de Kruif-Pot Foto Jannis Lootens

In hogere sfeeren

aanbieding

speciaal voor back stage-lezers heeft leerhotel Het klooster een

bijzondere aanbieding: de eerste vijftig inzenders krijgen 25 procent

korting op de huur van een vergaderzaal in het leerhotel (t.w.v.

115 euro p/dagdeel). de eerste tien maken ook nog kans op een

overnachting voor twee personen met driegangen diner t.w.v.

circa 150 euro. sowieso krijgt u een rondleiding door het hotel.

stuur een mail met uw gegevens naar:

[email protected] o.v.v. ‘lezersactie back stage’

Page 11: Backstage Magazine

back stage

20 / 21

Tekst Corien Lambregtse Foto Sabine Joosten/HH, Ed van Rijswijk, Henk Veenstra

De jeugd van Nederland mag volgens Unicef de gelukkigste ter wereld zijn, vele jongeren kampen met grote problemen. Schulden, obesitas, drugs, schooluitval. Onderzoeksbureau Motivaction maakte de balans op met een spraakmakend boek: ‘De grenzeloze generatie’. Drie docenten: Lieke Drukker (hbo), Lennert Jansen (vmbo) en Harm Visscher (mbo) geven hun visie op de jeugd van tegenwoordig.

als de wereld aan je voeten ligt, wat moet je dan kiezen? als alles kan en alles mag, is het dan niet logisch dat jongeren problemen krijgen met geld, eten en discipline? Is het met de jeugd van tegenwoordig ernstiger gesteld dan vroeger? motivaction stelt dat jongeren verwend worden en daardoor op zichzelf gericht zijn. als dat doorzet, wordt de maatschappij steeds harder. zien jullie dat ook zo?

lennert: “Zo zwart-wit zie ik het niet. Ik geef

les op een vmbo met veel allochtone studenten.

Ik denk dat die allochtone ouders wel proberen

grenzen aan te geven. Er zijn natuurlijk altijd

etters bij, maar er zijn veel meer geweldige

allochtone meiden en jongens. Dat geeft mij

juist hoop. Ik zie wel dat jongeren materialis-

tisch zijn. Een baantje om geld te verdienen, is

vaak belangrijker dan school.”

lieke: “Ontwikkelingen gaan altijd in golven.

Kinderen die te weinig grenzen hebben mee-

gekregen, willen hun eigen kinderen strenger

opvoeden. Ik herken het beeld van die

agressieve, egoïstische jongeren niet zo, maar

ik moet zeggen: op het hbo zitten wel de hoger

opgeleide, meer kansrijke jongeren.”

Harm: “Ik zie dat jongeren materialistischer en

mondiger worden, maar bij ons op school zijn

ze wel verbonden met elkaar. In deze tijd ligt

de nadruk op het individu. Dat moet op een

bepaald moment gecorrigeerd worden in de

richting van de gemeenschap. Het is een pendel -

beweging, de vraag is alleen of er nog genoeg

veerkracht is om die beweging terug te maken.

Er zijn ook voorbeelden in de geschiedenis van

culturen die zo pervers en hedonistisch zijn

geworden, dat ze ten onder zijn gegaan. Maar je

kunt uiteindelijk niet als individu leven. Je bent

altijd van anderen afhankelijk.”

nederlandse jongeren zijn volgens unicef-onderzoek de gelukkigste ter wereld, maar hebben wel grote persoonlijke problemen. Is dat niet gek?

lennert: “Wat heeft Unicef dan precies gemeten?

En wat noemen we problemen? Wij kunnen

schooluitval als heel problematisch zien, maar

de studenten die het betreft, vinden het proble -

matischer om op school te blijven. Ze nemen

liever een baantje en volgen dan misschien wel

een bedrijfsopleiding. Ik denk dat we ook meer

problemen zien, omdat we jongeren veel sneller

naar hulp verwijzen. Het is tegenwoordig een

stuk gemakkelijker om hulp te accepteren dan

tien jaar geleden. Ouders vragen zelf ook eerder

om hulp.”

Is het met de jongeren van nu echt erger dan vroeger?

Harm: “De omstandigheden van nu zijn anders

dan vroeger. Tegenwoordig werken veel ouders

allebei om rond te komen of de levensstandaard

op peil te houden. Daardoor is er minder tijd

voor de opvoeding. Maar kinderen moeten hun

back stage

drie docenten over ‘de grenzeloze generatie’

lennert Jansen

(42, twee kinderen) is docent

en teamleider op het vader

rijncollege in utrecht, een

school voor vmbo. Hij werkt

vijftien jaar in het onderwijs.

‘Kinderen zIJn nIet Van suIker’

Page 12: Backstage Magazine

back stage

lennert: “Er is echt een verschil tussen autoch-

tonen en allochtonen. Allochtone ouders

proberen wel grenzen te stellen, al lukt dat niet

altijd omdat de straatcultuur zo sterk is. Maar

daar zetten ze dan weer buurtvaders en straat-

coaches voor in. Ik vind wel dat veel ouders

tegenwoordig niet áchter kun kinderen, maar

vóór hun kinderen gaan staan. Als ze denken

dat het kind onrecht wordt aangedaan, komen

ze direct naar school. Maar daarmee helpen ze

vaak niet. Ouders en docenten moeten één lijn

trekken, zeker waar het kind bij is, anders maakt

het daar misbruik van. Kinderen varen wel bij

duidelijkheid. Sommige dingen moeten of mogen

gewoon niet. Dat is niet streng, daar leren ze

van. Kinderen zijn niet van suiker. Ze smelten

heus niet als er iets van hen gevraagd wordt.”

scholen moeten volgens motivaction duidelijker maken waar ze staan. moeten scholen meer zorg en structuur bieden? Harm: “In die grote scholen van tegenwoordig

voelen studenten zich niet gezien. Er is weinig

contact. Docenten zijn met een hele papier-

winkel bezig en hebben nauwelijks tijd over

voor een gesprek. We moeten terug naar kleinere

eenheden, naar een soort leerling/gezelsysteem.

Het is belangrijk dat jongeren iemand hebben

die ze wegwijs maakt op school of in een bedrijf.

Een ouderejaars of een leermeester. Iemand

van wie ze kunnen leren hoe het is van een vak

te houden. We hebben niet meer geld nodig,

maar meer aandacht. Dat is vooral van belang

voor lager opgeleide jongeren.”

lennert: “Duidelijkheid is voor kinderen en

ouders het beste. Weten wat de keuzes en

mogelijkheden zijn en wat niet. Een redelijk

klassiek onderwijsstelsel, een duidelijk rooster,

daar vaart iedereen zo ongeveer wel bij. Ik ben

absoluut vóór competentiegericht onderwijs,

als maar helder is wat er van de studenten

wordt verwacht. Bij ons op school heeft dat

nogal wat tijd gekost, maar nu is het helder wat

de studenten moeten leren, hoe ze erop scoren

en wat ze eraan hebben. Ik heb zat kinderen

22 / 23

kInderen zIJn nIetVan suIkerVerVolg

belevenissen kwijt en hebben regelmaat nodig.

Ik denk ook dat kinderen haast geen goede

voorbeelden hebben, mensen aan wie ze zich

kunnen optrekken, die laten zien hoe we met

elkaar om moeten gaan. Ze kijken naar popidolen,

fotomodellen en voetbalsterren, maar zijn die

wel zo gelukkig?”

lieke: “De welvaart is nog nooit zo groot geweest

als nu. De opkomst van internet en de mobiele

telefoon maakt de wereld steeds kleiner. Er is

een soort hebberigheid. Als alles voorbij komt,

wil je ook alles hebben. Het hoort overigens ook

wel bij de levensfase. Op deze leeftijd zijn

jongeren gewoon veel met zichzelf bezig en

overal tegenaan schoppen hoort erbij. Dat is

altijd zo geweest. Het kan zijn dat het hier in

het noorden nog meevalt. In de Randstad is het

vast harder.”

lennert: “Ik zie het materialisme wel toenemen.

Meer dan in mijn tijd. Als je geen merkschoenen

draagt, word je gemeden als de pest. Het uiterlijk

is ontzettend belangrijk. Maar ik moet ook

zeggen: ik kom nog wel eens jongeren tegen die

ik in de klas heb gehad en toen uiterst vervelend

en egocentrisch waren. Vier, vijf jaar later blijken

het toch prima burgers te zijn geworden.”

moet de opvoeding strenger?

lieke: “Ik denk het wel. Ik denk dat we jongeren

vrijheid moeten geven, maar binnen bepaalde

grenzen. Die moeten duidelijk zijn. Je hoeft als

ouder niet de beste vriend van je kind te zijn.

Al die ‘wenskinderen’ moeten een leuk leven

krijgen. Daar zetten ouders zich voor in. Maar

die kinderen moeten zich wel leren beheersen

en moeten ook leren dat niet alles kan.”

Harm: “Ouders kunnen dat niet alleen. Ze hebben

andere ouders nodig, de school en ook de over-

heid. Bijvoorbeeld om horecagelegenheden in

het weekend eerder te sluiten of coffeeshops te

verbieden. Het is allemaal erg inconsequent. Je

moet als ouders meer regels stellen, maar o wee

als je ze in de ogen van anderen beknelt. Ouders

hebben sociale verbanden nodig waar bepaalde

normen en waarden gezamenlijk worden uit-

‘Er is een verschil tussen autochtonen en allochtonen.

Allochtone ouders proberen wel grenzen te stellen’

back stage

lieke drukker

(30, geen kinderen), is sinds

anderhalf jaar docent bij

Toegepaste psychologie

aan de Hanzehogeschool

in groningen en werkte

hiervoor als psycholoog op

een school voor speciaal

onderwijs.

harm Visscher

(51, vier kinderen) docent

aan het reformatorische roc

Hoornbeeck college locatie

rotterdam. afgestudeerd

in technische natuurkunde,

maatschappelijk werk en

hbo theologie. zit sinds 1990

in het onderwijs, waarvan

acht jaar in het mbo.

gedragen, ook richting de kinderen. Maar sociale

verbanden kosten tijd, en dat is tegenwoordig

een groot probleem, omdat beide ouders werken.

De materiële wensen zijn vaak zo belangrijk

dat de kinderen erdoor in de knel komen.”

gezien die daarmee verder zijn gekomen dan ze

anders zouden zijn gekomen.”

lieke: “Het hbo is niet de meest representatieve

plek als het om opvoeding gaat. Wij hebben

studenten die zelf voor deze opleiding hebben

gekozen. Maar natuurlijk zijn er ook bij ons

drop-outs. Een deel vertrekt omdat ze het niveau

niet aankunnen of de studie niet leuk vinden.

Dat is niet erg. Een ander deel heeft psychische

problemen, dat vind ik pijnlijker. Sommige

studenten hebben al enorme problemen terwijl

ze nog maar zo jong zijn. Ik vind dat de school

de taak heeft die studenten zo goed mogelijk te

volgen en te begeleiden. De school is niet

verantwoordelijk voor de opvoe ding, maar wij

kunnen er wel een rol in spelen. De school

moet duidelijkheid bieden, bijvoor beeld over de

manier waarop we binnen de school met elkaar

omgaan. Op dat punt moet je geen compromis-

sen sluiten.”

Is het nog wel leuk om in het onderwijs te werken?

lieke: “Ik kan niet zeggen hoe het is op het

vmbo en mbo, daar zou ik niet zo geschikt voor

zijn, maar ik vind het hbo heel leuk. Ik denk dat

je als docent een belangrijke taak hebt. Niet

alleen vakinhoudelijk, maar je moet jongeren

ook motiveren, erbij houden. Al die jongeren

zijn in ontwikkeling, zoeken hun grenzen.

Daarbij hebben ze wel wat controle van buiten

nodig.”

lennert: “In elke groep zit een hoop talent.

De kunst is dat talent eruit te halen. Je moet

het aan-knopje weten te vinden. Bij negentig

procent lukt dat wel. Maar als docent moet je

geen watje zijn. Wie te slap is, redt het niet.”

Harm: “Het belangrijkste is dat je iets hebt met

studenten en dat je iets wilt overdragen. Het

onderwijs gaat niet over producten leveren,

maar over mensen vormen, hen iets meegeven

voor nu en later. Voor mij is het een missie.

Studenten voelen meteen haarscherp aan hoe

iemand die voor de klas staat, erin zit.”

het boek: nederlandverwaarloost de toekomst

de nederlandse samenleving verwaarloost de

jeugd en daarmee de toekomst. dit concluderen

motivaction-onderzoekers Frits spangenberg

en martijn lampert op basis van jarenlang

waardenonderzoek onder 22.000 nederlanders.

jongeren (15-23 jaar) zijn gefascineerd door

uiterlijk en status. staan positief in het leven,

maar ervaren ook schadelijke gevolgen van een

alles mag/alles kan-cultuur: obesitas, alcohol-

misbruik, schooluitval, schulden en agressie.

steeds meer jongeren komen terecht bij jeugd-

zorg. die problemen zijn niet zozeer aan henzelf

te wijten, als wel aan hun opvoeders.

Het grote verschil met voorgaande generaties

is dat steeds meer ouders het ‘forever young-

ideaal’ hebben omarmd. ze willen het, mede

door tijdgebrek en schuldgevoel daarover,

vooral leuk hebben met hun kinderen. kinderen

leren zichzelf niet te beheersen en kennen

weinig verantwoordelijkheid. jongeren zijn

nauwelijks betrokken bij de samenleving, niet

geduldig, niet spaarzaam en niet milieubewust.

motivaction ziet een scherpe tweedeling onder

de jeugd. een groep van veertig procent, vooral

hoger opgeleiden, kan prima met deze tijd

omgaan, maar een ongeveer even grote groep,

vooral laagopgeleide jongeren, redt het niet

met zo weinig leiding en vastigheid, en valt

bijvoorbeeld uit op school. de onderzoekers

vinden dat ouders de regie in handen moeten

nemen. scholen moeten duidelijk maken waar ze

voor staan en wat ze verwachten van studenten

en ouders.

‘Jongeren hebben haast geen goede voorbeelden

aan wie ze zich kunnen optrekken’

Page 13: Backstage Magazine

carrièreMakers

belevingsontwerper michel den dulk:

‘elke dag In Eftelingsferen’

Tekst Somajeh Ghaeminia Foto Europa-Park

24 / 25

“Mijn opleiding was een overgangsperiode

naar wat ik écht wilde doen: ontwerpen maken

voor attractieparken. Na het vmbo koos ik voor

vakschool SintLucas in Boxtel. Daar leerden

we driedimensionaal ontwerpen, bijvoorbeeld

het interieur voor een restaurant. Dat sloot niet

altijd aan bij wat ik het liefste deed: sprookjes-

achtige creaties maken voor de Efteling.”

creatIeVe basIs“Als klein jongetje tekende ik die plaatjes al.

En wat ik tekende, zag ik later bij de Efteling in

het echt. Sommige docenten zeiden: je focust

je teveel op de Efteling, op die scheve muurtjes

en kasteeltjes. Een modern ontwerp was in hun

ogen strak. Maar er waren ook docenten die me

stimuleerden. Mijn docent illustreren bijvoor-

beeld. Die vond het prachtig dat ik als een van de

weinigen het klassieke illustreren zo mooi vond.”

“Toen ik na mijn stage bij de Efteling begon,

ontwikkelde ik een werkmethode die het

tegenovergestelde is van wat ik op school had

geleerd. Ik begin altijd te schetsen en pas later

zoek ik informatie en plaatjes erbij. Bij SintLucas

moest dat juist andersom: eerst oriënteren,

dan pas tekenen. Toch heeft de vakschool me

gebracht waar ik nu ben. Zonder mijn opleiding

had ik nooit stage kunnen lopen bij de Efteling.

Nu ben ik gevraagd door Tony Baxter van Walt

Disney. Hij is een grote legende. Wat Steven

Spielberg is in filmland, is Baxter in de ontwerp-

wereld van attractieparken. Dat hij interesse

heeft in een gewone jongen uit Eindhoven

maakt me trots.”

“Ondanks dat ik wat anders wilde worden, ging

ik met plezier naar school. SintLucas was een

kleine, gemoedelijke school. Iedereen kende

elkaar, bij dat kleine kasteeltje, half verscholen

achter in de bossen. Elke dag in Eftelingsferen,

misschien was dat het.”

naam Michel den Dulk.

school SintLucas.

afgestudeerd 2002.

trots op “Mijn ontwerp

van het meisje met de

zwavelstokjes in de

Efteling.”

minder trots op

“Mijn uitstelgedrag.”

terug naar hetberoeponderwijs

de afgelopen maand kregen we een storm van kritiek over

ons heen. laat het duidelijk zijn: soms is de kritiek terecht.

als de kwaliteit van onderwijs achterblijft, moeten we de

zaken snel op orde brengen. daar hebben onze studenten

recht op en mag geen discussie over zijn. Tegelijk is kritiek

soms te gemakkelijk. onderwijs is niet alleen afhankelijk

van de docent of schoolorganisatie. achter ‘de voordeur’

bestaat een krachtenveld van (tegengestelde) verwach-

tingen, rolpatronen en regelgeving. Het mbo heeft de

ambitie dit te veranderen, in het belang van het beroeps-

onderwijs. waarbij we ons niet laten leiden door inciden-

tenpolitiek, maar gaan voor een toekomstbestendig mbo.

daarvoor ontwikkelen we een position paper, een gids

voor de lange termijn. belangrijk in onze aanpak is een

nog effectievere samenwerking met het bedrijfsleven.

net zo logisch: transparantie over prestaties, de verant-

woordingslast terugdringen zodat docenten hun tijd

kunnen besteden aan onderwijs, de samenwerking met

vmbo en hbo verbeteren zodat studenten probleemloos

doorstromen, zorgen dat het beroepsonderwijs toegan-

kelijk blijft voor iedereen, dus alleen marktwerking met

verstand.

geen verheffende zaken misschien, maar wel van levens-

belang voor de slag die we met oog op de kwaliteit willen

en moeten maken. eer u denkt, niks nieuws onder zon, we

willen ook ‘terug naar de kern van het beroepsonderwijs’.

en dat is wel degelijk een trendbreuk.

alleen het mbo kent een drempelloze instroom, ook

zonder diploma kun je bij ons terecht. dat biedt kansen

en is tegelijk een risico. jongeren die bij ons binnenkomen

zonder afgeronde vooropleiding zijn veelal kwetsbaar en

torsen soms veel problemen met zich mee. een opleiding

is dan moeilijk bij te benen en dat vergroot de kans op

afhaken. in het mbo is daardoor soms teveel de nadruk

komen te liggen op de rol van ‘maatschappelijk werker’.

en dat bijt met onze kerntaak: zoveel mogelijk studenten

succesvol opleiden.

daarom gaan we van jongeren die een mbo-opleiding

op niveau 2, 3, of 4 willen volgen, een diploma van een

vooropleiding verlangen. jongeren zonder dat diploma

laten we niet los. integendeel! voor hen blijft niveau 1

drempelloos. door ze op dit niveau de kans te bieden

alsnog een diploma te halen, kunnen ze binnen het mbo

verder studeren. de drempelloze instroom op de hogere

niveaus loslaten is in het belang van student, docent en

school. daardoor wordt beroepsonderwijs weer waarvoor

het bedoeld is.

Jan van Zijlvoorzitter mbo raad

cOluMn

Foto Friso Keuris

Michel den dulk (30) ontwerpt ‘beleving’ voor attractieparken. zijn anton pieckcreaties in de efteling maakten hem beroemd. nu werkt hij bij walt disney in los angeles. zijn beroep kent geen specifieke studie. toch kreeg Michel via zijn mbo-opleiding reclamevormgeving de start van een droomcarrière: een stage bij de efteling.

back stage

Page 14: Backstage Magazine

26 / 27

back stageback stage

“Wisten jullie dat een Google-zoekopdracht

net zoveel CO2-uitstoot genereert als een

spaarlamp die 10 minuten brandt?” Als

ware hij Al Gore schetst Rob de Vrind een

klas studenten ICT-beheer aan de hand van

een PowerPoint-presentatie hoe het er voor

staat met de planeet. Een boodschap met

een duidelijke waarschuwing: toen hij in de

schoolbanken zat, telde de aarde 3 miljard

mensen, nu 6,8 miljard. “En bij 10 miljard

hebben we echt een probleem.” Maar ook

hoopgevend. “Al die 6,8 miljard breinen raken

in netwerken meer en meer met elkaar

verbonden. Kijk eens wat een denkkracht

dat bij elkaar oplevert. Dan kan het heel

hard gaan met het vinden van oplossingen.

En ook jíj maakt deel uit van dat netwerk.”

De Vrind was al duurzaamheidscoördinator

toen het woord nog niet bestond: hij begon

vijftien jaar geleden als milieucoördinator,

na een carrière als biologieleraar. Vandaag

geeft hij les aan een groepje ICT’ers, maar

dat hadden ook kapsters kunnen zijn. Geen

vak te bedenken, of er zitten wel allerlei

duurzaamheidsaspecten aan. “Vroeger ging

het vooral om techniek en bouwen, tegen-

woordig gaat het overal over. Het mooiste is

als ik twee lessen kan geven: een algemene

les over het belang van duurzaamheid en

dan nog een waarbij ik op het specifieke

vakgebied inga.” Zo komt bij het ICT-onderwijs

het astrono mische energieverbruik van

“De aarde is keimooi en uniek. Had ‘ie iets dichter bij de zon gestaan, of iets verder weg, dan konden we

hier niet leven”, schetst Rob de Vrind. Maar... de aarde warmt op, bronnen raken uitgeput. Welkom bij

een les van de duurzaamheidscoördinator van het Koning Willem I College in Den Bosch. Vorig jaar

ondertekende de mbo-sector het Convenant Duurzaam Inkopen, maar het Bossche roc is hier al veel

langer mee bezig.

duurzaamheId

sIJpelt door naar het mbo

Tekst Luuk Obbink

een groep van vijf derde-

jaars studenten werktuigbouw

van het roc van amsterdam

heeft afgelopen zomer bij de

dutch open solarboat

challenge een aanmoedi-

gingsprijs in de wacht gesleept

met een prima boot, die

echter veel te langzaam ging.

dit jaar volgt de herkansing,

met ‘een geniaal ontwerp’.

bij het project komen

allerlei, soms onverwachte

technische aspecten kijken

die met duurzaamheid te

maken hebben.

Page 15: Backstage Magazine

back stage

duurzaamheId sIJpelt door naar mboVerVolg

28 / 29

een groep van dertig

studenten van de opleiding

bouwkunde van het roc

Tilburg heeft deze winter

een zogeheten energie-

nulwoning ontworpen.

Hierbij wordt met warmte-

pompen en zonnepanelen

en dergelijke voldoende

energie opgewekt om

in de behoefte van het

huishouden te voorzien.

actueel, omdat vanaf 2020

nieuwgebouwde woning

aan strenge isolatie-eisen

moeten voldoen. en de

technieken staan nog niet in

de schoolboeken.

servers van internetproviders aan de orde en de

bijbehorende warmteontwikkeling, veelal

verloren energie. Behalve in Den Bosch.

duurzaamheId In de genenMaar de duurzaamheidscoördinator doet

uiteraard meer. De Vrind organiseert bijvoor-

beeld jaarlijks de Community Week, waarin

studenten hun talenten inzetten voor duurzame

projecten. “Zo hebben studenten een business-

plan opgesteld rond het aanbrengen van water-

besparende douchekoppen. Ze hadden berekend

dat huishoudens in achterstandswijken jaarlijks

180 euro konden besparen, bij een investering

van 60 euro. De gemeente betaalde die 60 euro

en de studenten schroefden de douchekoppen

er ook in, in plaats van ze uit te delen. Ze hebben

hier een prijs voor gekregen.” En zo heeft De

Vrind talloze projecten op het gebied van

duurzaamheid op zijn naam staan, waaronder

vele met een internationaal karakter.

En last but not least: De Vrind is oprichter en lid

van Duurzaam MBO Nederland (DMBO), een

organisatie die duurzaamheid bij mbo-instellin-

gen ‘in de genen’ probeert te krijgen, zowel in

het onderwijs als in de bedrijfsvoering van

scholen. Dit onder meer door een netwerk te

bieden, kennis te delen, prijzen in te stellen,

bijeenkomsten te organiseren en het in de lucht

houden van de website www.duurzaammbo.nl,

met een schat aan lesmateriaal en andere

informatie over duurzaamheid in het mbo.

Op zijn thuisbasis hebben al zijn inspanningen

hun vruchten afgeworpen, want het Koning

Willem I College geldt inmiddels als een voorloper

als het gaat om duurzaamheid. Zo worden er op

de horeca-afdeling nog uitsluitend seizoen- en

streekgebonden, biologische producten gebruikt.

“We hebben laatst een blinde smaaktest gedaan

en het bleek nog overtuigend lekkerder ook”,

zegt De Vrind. En vergeet het warmteterugwin-

systeem niet, waar de school vorig jaar 880.000

euro in investeerde. Hierbij wordt warm water

– onder meer afkomstig uit de ruimte waar de

servers staan en van het energiedak – opgesla-

gen in ondergrondse tanks, om er op het moment

dat het nodig is de gebouwen mee te verwarmen.

Toch is De Vrind niet op overmatige trots te

betrappen. “Kijk”, zegt hij, “zo’n installatie is

natuurlijk mooi en het past bij een van onze

kernwaardes: ‘voor een betere wereld’. Maar de

core business hier is lesgeven, het is natuurlijk

vooral een centenkwestie. We zitten hier gewoon

met torenhoge energienota’s en hopen wat te

besparen.” En het Bossche roc mag dan voorloper

zijn – het was een van de initiatiefnemers van

het Convenant Duurzaam Inkopen dat de

mbo-sector onlangs ondertekende – dat wil niet

Het aoc clusius college in alkmaar is dit studiejaar met een geheel

nieuwe opleiding gestart: de sportvisacademie. studenten kunnen

hier van hun hobby hun beroep maken, maar dan wel met kennis van

alles wat met visstandbeheer, waterbeheer en landschapsbeheer te

maken heeft. doorlopend is er de nadruk op duurzaamheid. een hbo-

vervolgopleiding staat in de planning.

kan je de energie die door-

gaans bij het gebruik van

fitnessapparatuur verloren

gaan niet nuttig besteden,

vroeg een kunstenares

zich af. maar zelf was ze

niet zo handig. een groep

van vijftien studenten

elektrotechniek van het

roc van amsterdam was

dat wel en ontwikkelde een

roeisimulator die sap kan

centrifugeren, een trimfiets

die koffie kan zetten en

nog een exemplaar dat

sinaasappels kan persen.

de rijksoverheid heeft zich

gecommitteerd aan honderd

procent duurzame inkoop

in 2010. met de onderte-

kening van het convenant

duurzaam inkopen neemt

ook de mbo-sector zijn

verantwoordelijkheid. de

sector wil in 2012 vijftig

procent duurzaam inkopen.

in 2015 moet dit honderd

procent zijn.

zeggen dat alles vanzelf gaat. “Ik gooi hier al

vele jaren kwartjes in de fruitautomaat. Soms

komt er opeens wat uit”, schetst De Vrind. En

soms ook niet. “Fair trade koffie in de automaat

bijvoorbeeld, een kleinigheidje. Is twee cent

duurder per kopje, waarvan er één in de zak

van de exploitant verdwijnt. Dat laatste wordt

niet geaccepteerd dus het gebeurt niet. Maar

goed, drammen heeft geen zin.”

nu de rest nogEr is zeker nog een wereld te winnen, zowel op

zijn roc als elders in het land en wel op alle

fronten. “Drie of vier roc’s zijn op een vergelijk -

bare manier als wij bezig met duurzaamheid,

een stuk of acht willen er wel mee bezig en de

rest zit er ongeveer tussenin. Langzaam krijgt

iedereen wel door dat het belangrijk is. Maar de

kenniscentra lopen nog behoorlijk achter en

hopelijk zetten zij de schouders er ook onder.

Dit is dan ook een van de thema’s van het

DMBO-congres op 2 juni.”

En zo zijn er wel meer knelpunten. “We zijn in

de fase aangeland dat duurzaamheid niet meer

iets is van beleidsmakers, maar van de handjes

die het uitvoerende werk doen. Het is nu echt

doorgesijpeld naar het mbo. Maar er zijn

bijvoorbeeld nog veel te weinig stageplaatsen

bij bedrijven die iets met duurzaamheid doen.

Neem de HRe-ketel, die naast warmte ook

elektriciteit levert. Nu nog heel nieuw, maar

vanaf 2020 gemeengoed. We moeten leerlingen

daar nu voor opleiden. Daar gaat het om bij

duurzaamheid: zorgen dat je klaar bent voor de

toekomst. Vroeger hadden we het over het

milieu, nu noemen we het duurzaamheid, maar

over een tijdje spreken we van innovatie. Slim

zijn in de toekomst.”

En dat is ook de boodschap die hij graag aan

zijn klasje ICT’ers meegeeft. “Doe een kleine

vinding waarmee je 6,8 miljard mensen

duurzaam mee vooruit helpt en die je dus

wereldwijd kunt verkopen. Dan kun je

spekkoper worden.”

back stage

rob de Vrind

‘Een Google-

zoekopdracht

genereert net zoveel

CO2-uitstoot als

een spaarlamp’

Foto

Fra

ns S

trou

s

Foto

Fra

ns S

trou

s

Page 16: Backstage Magazine

back stage

30 / 31

deelnemersteVredenheId

de nieuwjaarstoespraak van het college van bestuur ging hierover.

Hoe belangrijk tevredenheid van studenten voor ons onderwijs is.

elke docent van de icT academie leiden is er mee bezig. als positie-

ve speerpunten worden genoemd: de groei, professionalisering van

docenten, stabiliteit in het personeelsbestand. dan de deelnemer:

die moet uitgedaagd worden.

professor ewald engelen in de groene amsterdammer: “Het eigen-

lijke probleem is dat nederlandse studenten luie flikkers zijn die

op kosten van de belastingbetaler leuk een verlengde puberteit

genieten en ondertussen de internationale reputatie van de horeca

om zeep helpen. Het moet maar eens gezegd: te veel van onze lieve

zoons en dochters zijn verwende kwasten die de grote gunst die de

nederlandse belastingbetaler hen verleent absoluut niet weten te

appreciëren en dat is al decennia aan de gang, daar zouden we wat

aan moeten doen.”

dus: onderwijs op meerdere niveaus. Flexibele instroom. goede

gebouwen. een gezonde en veilige leeromgeving. parallelle onder-

wijs trajecten om kennis te verbreden. Het zorgt voor extra druk:

elke docent wordt maximaal ingezet voor lesgeven en andere taken.

vele malen in de week hoor ik docenten tegen elkaar zeggen:

“je moet nee leren zeggen.”

de gemiddelde leeftijd van docenten is hoog, boven de veertig.

Het nederlandse onderwijs is rollator-onderwijs aan het worden.

docenten geven les met een attitude van dertig jaar geleden.

nieuw competentiegericht onderwijs met rollator-docenten.

dat kan nooit. moet je ook niet willen. ik merk dat oudere docenten

moeite hebben met de snelheid waarmee alles ingevoerd wordt.

bij elke poging nieuwe onderwijsveranderingen door te voeren loop

je tegen een muur van onwil op. Helaas zitten we aan de beschuit

met muisjes omdat collega’s opa worden! Tel daar het alsmaar

durende geldgebrek bij op en het is onmogelijk aan de eisen van het

hedendaagse onderwijs te voldoen. elke deelnemer telt, iedereen

doet er toe. vakbekwame docenten die studenten gemotiveerd

naar de eindstreep helpen. wie zaait, die oogst!

Elmer Veerhoffdocent icT academie roc leiden en schreef als songwriter

vele nederlandstalige hits

cOluMn

back stage

“Hbo, mbo en vmbo denken nog erg in hokjes;

ze hebben allemaal een aparte raad. Onderwijs

wordt te weinig gezien als een keten, terwijl

een student doorlopende leerlijnen moet hebben.

Ik wil het leerlingentraject centraal stellen in

plaats van het sectoraal belang. Als staats-

secretaris eis ik van het vmbo en mbo, maar

ook van het mbo en hbo, dat ze met gezamenlijke

plannen komen.”

maatWerk Is het toVerWoord“Daarnaast pak ik schooluitval harder aan,

vooral door de aansluiting tussen vmbo en mbo

te verbeteren. Want dat is de belangrijkste

oorzaak waardoor het vaak fout gaat. Er is

structureel iets mis met het systeem. Jongeren

moeten zichzelf vroeg vastleggen in een vakken-

pakket. Zeker vmbo-studenten worden te vroeg

tot een keuze gedwongen. Ik zou in de wet-

geving willen veranderen dat we daar flexibeler

in worden, want als studenten een keuze maken

die uiteindelijk niet de juiste blijkt te zijn,

verliezen ze hun interesse in het onderwijs en

vallen ze sneller uit. Maatwerk is het toverwoord.

Je moet niet naar een soort eenheidsworst

gaan, maar per student bekijken hoe je ervoor

zorgt dat die zijn kruit droog houdt tot het

moment dat hij werkelijk weet wat hij wil. Dat

het mbo nu gaat werken met opleidingsdomein-

en vind ik een interessante ontwikkeling.”

“Ik sta niet per se afwijzend tegenover grote

onderwijsvernieuwingen. Maar je moet er heel

voorzichtig mee omgaan, dat heb ik wel gezien

Boris van der Ham, D66­Tweede Kamerlid:

‘ALS IK MARJA BEN, verbeter IK DE AANSLuITING TuSSEN VMBO EN MBO’

als lid van de commissie-Dijsselbloem. Als het

tot een stelselverandering komt, moeten we dat

rustig aan doen en geen blauwdruk op het hele

onderwijs plempen. Mbo is maatwerk: het ‘hoe’

moet je overlaten aan de professionals, de leraren.

De overheid zou ruimte moeten scheppen voor

lokale experimenten en oplossingen. Er zijn

voorbeelden van geïntegreerde vmbo- en mbo-

scholen. Heel goed, maar de politiek moet daar

niet bovenop springen en dat meteen landelijk

willen invoeren. Het competentiegericht

onderwijs is een voorbeeld waar ik me zorgen

over maak. Dat soort onderwijs heeft zeker

goede aspecten, maar niet voor elke student.

Blauwdrukken werken hier ook niet. Voor één

verandering ben ik zeker te porren: uitstel van

de keuze voor een vakkenpakket of school.”

leerrechten Voor peuters“Ik wil zorgen dat het onderwijs efficiënter

georganiseerd wordt, en er valt ook nog wel

meer geld te besparen. Dat bespaarde geld

moet wel ten gunste komen van het onderwijs.

Daarbovenop moet er meer geïnvesteerd worden.

In het preventief inzetten van onderwijs bij

peuters: geef kinderen vanaf twee jaar een

leerrecht, zodat ze eerder kunnen instromen,

spoor taalachterstanden tijdig op. Pas kop-

klassen, zaterdag- en zomerscholen meer toe om

achterstanden in te halen. Daarmee voorkom je

later problemen in het vmbo en mbo. Op dit

moment is investeren in méér en kwalitatief goede

docenten het belangrijkste in het onderwijs.”

staatssecretaris vOOr 1 daG

Tekst Annette van Soest Foto’s Nout Steenkamp (FMAX)

‘De politiek moet

ruimte creëren

voor lokale

experimenten’

Foto Friso Keuris

van boris van der Ham, tweede kamerlid voor d66, mag niet worden bezuinigd op onderwijs. er moet juist meer geld naartoe. Hij weet wel wat hij doet als hij één dag staatssecretaris van onderwijs zou zijn. “dan kom ik met een hele waslijst aan dingen die ik anders doe.”

Page 17: Backstage Magazine

back stage back stage

Tekst Roel Smit Foto’s Jeroen Poortvliet

discussie

s “De reactie van de MBO

Raad heeft ons erg verrast.

Er zijn andere manieren om

met elkaar in discussie te gaan

over de inhoud van een

publicatie. Op het allerlaatste

moment niet meewerken aan

de officiële presentatie, dat

was stormrampolitiek. Het

gevoel dat ik daaraan over heb

gehouden was dat de MBO Raad

niet wil dat er over scholen

wordt geoordeeld zonder dat

ze daar zelf invloed op heeft.”

vz “Natuurlijk hijsen we

de stormbal als we

essentiële kritiek hebben op

een gids die scholen met elkaar

vergelijkt en waarin cruciale

zaken niet juist worden weer-

gegeven. Laat ik voorop stellen:

er is veel goed aan deze Keuze-

gids. De toonzetting, het soort

informatie, de diepgang, de

lay-out, dat heeft onze leden

allemaal aangenaam verrast.

Maar de hardcore van de gids,

de eerste tien, twintig pagina’s,

waarin de scholen in score-

lijstjes met elkaar worden

vergeleken, daar hebben we

moeite mee. En dat is toch des

poedels kern. De samenstel-

lers hebben te weinig rekening

gehouden met de enorme

diversiteit in het mbo. Boven-

dien is bij het beoordelen van

opleidingen voor tachtig

procent afgegaan op het oordeel

van studenten en voor twintig

procent op objectief meetbare

resultaten. Wij vinden meet -

baar rendement minstens zo

belangrijk als de vraag of

studenten een instelling een

gezellige school vinden. De

consequentie van deze handels-

wijze is dat bijvoorbeeld het

ROC Kop van Noord-Holland

bij de sléchtste tien scoort. Als

het studentenoordeel buiten

beschouwing was gelaten, zou

de school bij de béste tien

horen.”

s “Als de Consumenten-

bond ijskasten test, dan

kan het ook voorkomen dat een

bepaald model op alle fronten

goed scoort; bedieningsgemak,

prijs, energie gebruik, maar dat

het op één punt, bijvoorbeeld

storings gevoeligheid, onderuit

gaat. Ja, dat gebeurt.”

vz “Daar valt bij ijskasten

misschien wat voor te

zeggen. Toch zou ik als het om

scholen gaat echt een ander

gewicht geven aan het studen -

tenoordeel.”

s “Ik vind onze keuze goed

te verdedigen om voor

tachtig procent af te gaan op

de oordelen van de studenten,

zoals die naar voren komen

uit de jaarlijkse ODIN-enquête

van studentenorganisatie JOB.

Die oordelen gaan immers

over een groot aantal aspecten

van de onderwijskwaliteit. En

wij maken ze apart zichtbaar.

Zijn er voldoende docenten? Is

de begeleiding goed? Zijn de

faciliteiten voldoende?

In onze gids voor het hoger

onderwijs hanteren we

inmiddels weliswaar een

verhouding van vijftig-vijftig,

maar over hoger onderwijs

bestaan meer betrouwbare

rendementscijfers. Die zijn er

te weinig over het mbo. En de

rendementscijfers die over

mbo-scholen beschikbaar zijn,

zeggen ook lang niet alles. Ze

geven aan welk percentage na

een bepaalde periode een

diploma heeft, maar niet wat

daarna gebeurt. En over de

instroom in de opleidingen –

type vooropleiding, milieu

– zeggen de cijfers ook niets.

Als je je hierop baseert,

vergelijk je ook appels met

peren. Dan is onze ervaring

dat studentenenquêtes – als je

zakelijke vragen stelt – minstens

zo betrouwbare resultaten

geven.”

vz “Ik snap best dat het

nog een hele klus zal

zijn om tot betere cijfers over

Jan Van zIJlin discussie met

…franksteenkamp

De presentatie van de eerste MBO Keuzegids leidde tot een kleine mediarel. De MBO Raad weigerde mee te werken aan het feestje. Is de gids betrouwbaar of niet? Jan van Zijl in discussie met uitgever Frank Steenkamp (Hoger Onderwijs Persbureau).

rankings van opleidingen geven geen

garantie voor een goede keuze

32 / 33

Page 18: Backstage Magazine

back stageback stage

pittiGe taal

Jan Van zIJl In dIscussIe met frank steenkampVerVolg

het rendement van mbo-scholen

te komen. Wij willen daar als

MBO Raad actief aan bijdragen.

Maar waarom zo weinig kritisch

over de kwaliteit van de ODIN-

enquête als daarmee ook nog

het nodige mis is? Kijk naar de

aard van de vragen, de soms

beperkte deelname, de

gebrekkige representativiteit.

Als je twijfels hebt over de

kwaliteit van rendements-

gegevens, moet je dan het

studentenoordeel zo zwaar

laten wegen, als daarop ook

het nodig valt af te dingen?”

s “We hebben in 2008 de

presentatie van de laatste

ODIN-enquête bijgewoond.

Dat was een juichende presen-

tatie. Het viel ons wel op dat

de omvang van de steekproef

bij een aantal studierichtingen

nogal beperkt was. Daarom

hebben we niet alleen gekeken

naar de uitslag van de laatste,

maar ook naar die van de

voorlaatste enquête. Dat er bij

roc’s overigens zoveel kritiek

was op de kwaliteit van dit

onderzoek hebben we niet

geweten. Die kritiek is

publiekelijk ook nooit geuit.

Anders hadden we nog wel

even overwogen of het eind-

resultaat inderdaad voor

tachtig procent door de mening

van studenten bepaald zou

moeten worden.”

vz “Wat de samenstellers

van de MBO Keuzegids

echt hebben onderschat is dat

het mbo een veel complexere

onderwijssoort is dan het hbo.

Al die niveaus, al die verschil-

lende opleidingen, de grote

verschillen in herkomst van

studenten. Rotterdam is heel

anders dan Boxtel. Het staat

verderop in de gids misschien

wel beschreven, maar het

komt allemaal niet tot

uitdrukking in de eerste tien,

twintig pagina’s. Daar staat

gewoon een top tien, waarbij

een orthodox gereformeerde

school wordt vergeleken met

een vakinstelling.”

s “Het is dezelfde argumen-

tatie die koks hanteren

als de Michelingids verschijnt.

Het is altijd gecompliceerd,

het is altijd moeilijk, maar we

hebben ons wel geconcentreerd

op een deel van het mbo:

alleen de opleidingen op de

niveaus drie en vier.

Daarnaast staat de vergelijk-

ing van verwante opleidingen

centraal. Ik heb begrepen dat

deze vergelijking per vakgebied

zeer wordt gewaardeerd. Als

het inleidende gedeelte echt

de steen des aanstoots is, dan

willen we daar volgend jaar best

nog eens kritisch naar kijken.”

vz “Ik aanvaard in

dankbaarheid dat

hierover te praten valt. Je moet

onvergelijkbare scholen niet in

dezelfde lijstjes plaatsen.”

s “Wij vinden het oordeel

van bestuurders in het

mbo belangrijk genoeg om dat

volgend jaar serieus te nemen.

De start van zo’n gids verloopt

wel vaker wat stroef. We

vergelijken hbo-scholen al

sinds 1991 en publiceren

daarover in een HBO Keuzegids.

Dat wilden die hbo’s in het

begin helemaal niet; de loop-

gravenoorlog heeft in het hbo

vele jaren geduurd. Wat dat

betreft zijn we nu in de samen-

werking met het mbo al veel

verder.”

vz “Transparantie is

belangrijk. Natuurlijk

bestaat bij een deel van onze

leden nog koudwatervrees – of

gewoon angst omdat bepaalde

opleidingen onder de maat

presteren. Intern heeft de

verschijning van deze gids dan

ook wel wat disciplinerend

gewerkt. Transparantie, het

afleggen van verantwoording

over de besteding van publieke

middelen, is niet meer dan

normaal.”

‘Het is altijd gecompliceerd, het is altijd moeilijk’

‘Transparantie en verantwoording zijn niet meer dan normaal’

De kwaliteit van het basisonderwijs is met sprongen achteruitgegaan. Dat stelde Jon Derks (61), oud-docent aan de Katholieke Pabo Zwolle, in NRC Handelsblad. Derks weet waar de schoen wringt: “Door de massale toestroom uit het mbo naar de pabo’s is het niveau van de groepsleer-kracht verontrustend gedaald.” Pittige taal, maar moeten we echt zo pessimistisch zijn?

Wat mankeert er aan het basisonderwijs in nederland?

“de manier waarop de lesstof wordt aangeboden, is verouderd.

Thuis zijn kinderen uiterst bedreven in het vergaren van

informatie via moderne media. op school stoppen we

vijfentwintig leerlingen met één volwassene in een

lokaal en moeten die kinderen de hele dag boven

een boekje hangen. dat botst. we betitelen steeds

meer kinderen als ‘zorgleerling’, maar dat is vaak

niet terecht. ze vervelen zich slechts stierlijk.

daarnaast droppen we alles wat ouders, media en

politici hebben verprutst, bij de leerkracht. Het

basisonderwijs is het afvoerputje van de maatschappij.”

en het niveau van de leerkracht is fors gedaald? “nog maar weinig hoger opgeleiden kiezen voor dit vak. als je

een school bezoekt, voel je op je klompen aan dat de meeste

leerlingen uit dezelfde cultuur en hetzelfde milieu komen als hun

leerkracht. de laatste heeft niets bijzonders toe te voegen. die

tendens moeten we doorbreken, want de status van het beroep is

gedaald tot het nulpunt.”

de toestroom van mbo’ers heeft geleid tot de niveaudaling. Is het zo eenvoudig? “Het is een belangrijke factor. midden jaren ’80 fuseerde de

opleiding tot kleuterleidster met de pedagogische academie; de

pabo was geboren. Tegelijk veranderde het didactisch klimaat op

school: niet langer stonden culturele en cognitieve vorming

centraal. in plaats daarvan ging het om de belevingswereld van het

kind. ook de aandacht voor het kind met leerproblemen groeide.

deze ontwikkelingen werkten als een magneet op meiden –

mbo’ers, maar ook havisten – die voorheen kleuterleidster werden.

meiden voor wie de pedagogische academie te hoog gegrepen was.

die volgen sinds die tijd massaal de pabo.”

de diagnose is gesteld; hoe genezen we het basisonderwijs?

“de juf (en een enkele meester) heeft te veel taken op haar bordje.

zij is behalve onderwijzer ook opvoeder, entertainer en medewerk-

er van een kinderdagverblijf. Het onderwijs lijdt daaronder. de

functies moeten weer gescheiden worden. waar dient de school

voor? ik zeg: om kinderen intellectueel te verheffen. dat is de core-

business en het is de taak van een hoogopgeleide leerkracht. de

overige, meer ondersteunende rollen kunnen heel goed door andere

mensen vervuld worden. bijvoorbeeld mbo’ers. we moeten op weg

naar de smalle school, als onderdeel van het centrum voor kinder-

opvang. de brede school voert ons precies de verkeerde kant op.”

tegenstanders zullen zeggen: derks is een oudere, gefrustreerde en elitaire docent…

“ik ben geen verzuurde mopperpot die vindt dat vroeger alles beter

was. maar als we niets doen, gaat het definitief de verkeerde kant

op met het basisonderwijs. en daarmee met hele generaties

nederlandse kinderen.”

Tekst Sander Peters Foto Caroline Koetsier

back stage

34 / 35

Pittige taal Van… Jon derks

discussie

‘Het niveau van de

basisschool is gedaald

door de massale toe-

stroom van mbo’ers’

Page 19: Backstage Magazine

‘onderwijs heeft geen vijanden in nederland, maar ook weinig vrienden.

onderwijs zou de irrelevante verschillen tussen mensen moeten verkleinen

en tegelijkertijd de relevante verschillen moeten vergroten.

op beide punten is het nog niet op orde.’alexander rinnooy kan wordt filosofisch tijdens een d66-bijeenkomst.

‘maar volgens mij zijn leerlingen

nóóit tevreden over hun opleiding.’

mbo-studente debby de vries (roc zadkine) reageert

op de stakingen.

‘het tij keert als al onze wc’s ver-

stopt zitten en er geen loodgieter

meer te krijgen is.’

ally dijkstra, hoofd Techniek drenthe college over het

gebrek aan belangstelling voor technische studies.

‘het echte probleem met het mbo

is dat daar jongens en meisjes heen

moeten die vroeger zo ontzettend

blij waren dat ze op hun 14e van die

vreselijke school af waren.’

een zij-instromende mbo-docent verklaart in

de volkskrant de misstanden op het mbo.

‘‘onbegrijpelijk, die typisch

nederlandse reflex tot versimpeling

als iets moeilijk blijkt. We passen de

afstand van de elfstedentocht toch

ook niet aan, opdat meer mensen

deze uitrijden?’

gymnasiasten hoeven geen latijnse en griekse teksten

meer te vertalen voor het examen. een docent vindt

daar het hare van in het dagblad van het noorden.

‘de laatste weken was de weide

voor mijn huis sneeuwwit.

toen ik vandaag opstond, had het

plaatsgemaakt voor het groen van

de bloeiende lente van de jonge

cinematograaf.’

een docent van roc rijn ijssel is in de gelderlander

metaforisch trots op zijn studenten bij de première

van hun films.

‘zoiets als lucky fonz III is een

vondst, en ik kwam daar maar niet

op. Je hoopt dan op een ingeving,

maar op een dag was het:

tim knol, prima. zo heet ik.’

ondertussen geldt de Herman brood academie-student

Tim knol als de nieuwe neil Young en verkoopt hij alle

poptempels uit.

‘de school is de beste plek om

leeftijdgenoten te ontmoeten en

om - als de hormonen opspelen -

te kijken of je een leuke relatie

kunt opscharrelen. de pauze is

populairder dan de lessen.’

Frans meijers, onderwijsonderzoeker en lector pedago-

giek aan de Haagse Hogeschool, legt in de leeuwarder

courant uit waarom jongeren naar school gaan.

‘als je in het bedrijfsleven meer

wil verdienen dan dit salaris (lees

€3.000,- euro netto p/mnd), dan

moet je flink je best doen, dat kan

ik garanderen.’

een ingezonden brievenschrijfster uit in elsevier

haar ongenoegen over een docente die klaagde over

haar salaris.