40
BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, www.hubkaho.be KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000 Gent Tel 09-265 86 10, Fax 09-225 62 69, www.hubkaho.be Onderwijsgroep Professionele Opleidingen Studiegebied Onderwijs Academiejaar 2013-2014 Erfgoed in Herne Hoe erfgoed uit Herne integreren in de klaspraktijk? Bachelorproef aangeboden door Rani Van Eeckhoudt tot het behalen van de graad van Bachelor in Onderwijs: Lager Onderwijs Promotor: Alain Vermeire en Karen Van Buggenhout C AMPUS D IRK M ARTENS K WALESTRAAT 154 9320 A ALST T EL : 053-72 71 70

BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

  • Upload
    others

  • View
    6

  • Download
    0

Embed Size (px)

Citation preview

Page 1: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

BACHELORPROEF

Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel

Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, www.hubkaho.be

KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000 Gent

Tel 09-265 86 10, Fax 09-225 62 69, www.hubkaho.be

Onderwijsgroep Professionele Opleidingen Studiegebied Onderwijs

Academiejaar 2013-2014

Erfgoed in Herne Hoe erfgoed uit Herne integreren in de

klaspraktijk?

Bachelorproef aangeboden door

Rani Van Eeckhoudt tot het behalen van de graad van

Bachelor in Onderwijs: Lager Onderwijs

Promotor: Alain Vermeire en Karen Van Buggenhout

C A M P U S D I R K M A R T E N S K W A L E S T R A A T 1 5 4 9 3 2 0 A A L S T

T E L : 0 5 3 - 7 2 7 1 7 0

Page 2: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

2

Voorwoord Erfgoed wordt bij vele volwassenen en kinderen gezien als een ver-van-mijn-bed-show, terwijl het eigenlijk een begrip is waar we dagelijks, al dan niet onbewust, mee te maken hebben. Ik vind dat er concreet gezien te weinig rond erfgoed wordt gewerkt in de klaspraktijk. De kinderen zijn er vaak wel mee bezig, maar dit zonder dat ze het beseffen. Ze hebben er dus ook helemaal geen idee van wat erfgoed nu juist is. Dit eindwerk schrijven had ik niet gekund zonder de informatie en de tips die ik kreeg van mijn promotor Alain Vermeire, hiervoor wil ik hem dan ook uitvoerig bedanken. Ook de Erfgoedcel van het Pajottenland en Zennevallei, meer bepaald Karen Van Buggenhout bezorgde me ook heel wat tips en educatief materiaal. Aangezien deze Bachelorproef vooral in het teken staat van het erfgoed in Herne ging ik ook langs op de dienst cultuur in het Gemeentehuis van Herne. Hierbij wil ik graag Sarah Copriau bedanken voor het zeer aangename ontvangst en het leerrijke gesprek. Zij bezorgde me ook heel wat materiaal en feiten rond het erfgoed in Herne.

Page 3: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

3

Inhoudstabel 1. Inleiding ........................................................................................................................................... 4

2. Werkwijze ........................................................................................................................................ 0

3. Theoretisch luikje ............................................................................................................................ 2

3.1 Wat is erfgoed? ............................................................................................................................. 3

3.2 Verschillende soorten erfgoed ...................................................................................................... 4

3.2.1 Materieel erfgoed ................................................................................................................ 4

3.2.1.1 Roerend erfgoed .............................................................................................................. 4

3.2.1.2 Onroerend erfgoed .......................................................................................................... 5

3.2.2 Immaterieel erfgoed .......................................................................................................... 5

3.3 Wat met cultureel erfgoed? .......................................................................................................... 6

3.4 UNESCO ......................................................................................................................................... 7

3.5 Erfgoed in Herne ............................................................................................................................ 8

3.6 Erfgoeddag 2014 ......................................................................................................................... 10

3.7 Erfgoeddag op school .................................................................................................................. 11

4. In de klaspraktijk............................................................................................................................ 12

5. Besluit .............................................................................................................................................. 5

6. Bijlagen ............................................................................................................................................ 6

- Max. 6 niveaus

Page 4: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

4

1. Inleiding

Mijn Bachelorproef gaat niet zomaar over erfgoed. Ik heb ervoor gekozen om me toe te spitsen op het erfgoed van Herne. De onderzoeksvraag die ik behandel in dit eindwerk heeft er dan ook alles mee te maken. “Hoe erfgoed uit Herne integreren in de klaspraktijk?”. Herne is een idyllisch dorpje in het Pajottenland in Vlaams-Brabant, dat helemaal niet zo groot is. Het bestaat uit vier dorpskernen, waarvan de hoofdgemeente Herne zelf en drie deelgemeentes Herfelingen, Sint-Pieter-Kapelle en Kokejane. Ondanks de grootte bevat het een knap staaltje erfgoed, zowel immaterieel als materieel. In mijn eindwerk vind je eerst een theoretisch luikje over wat erfgoed precies inhoudt. De deelaspecten heb ik ook allemaal verduidelijkt. Ik maakte ook een praktisch gedeelte met lesvoorbereidingen om erfgoed in verschillende vakgebieden aan te brengen bij de leerlingen.

Page 5: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

KAHO Sint-Lieven - Campus Dirk Martens, Kwalestraat 154, 9320 Aalst

tel. 053 72 71 70, fax 053 72 71 00, www.kahosl.be

2. Werkwijze

Vooraleer ik kon starten met het schrijven van mijn Bachelorproef moest er natuurlijk eerst een onderwerp uit de bus komen. Ik had het idee te werken rond de ziekte van Gilles de la Tourette, maar dit bleek te moeilijk te zijn wegens de zeldzaamheid. Ik wilde nadien graag iets doen dat te maken kon hebben met mijn ingroeistage, te Herne. Ik kwam op het idee te werken rond erfgoed, namelijk het erfgoed in Herne. 2.1 Onderzoeksvraag

Bij elke bachelorproef hoort een thema en bij elk thema hoort een onderzoeksvraag. Mijn onderzoeksvraag is volledig praktijkgericht. “Hoe erfgoed uit Herne integreren in de klaspraktijk?” is de vraag die ik zal behandelen. Hierbij ga ik eerst algemeen kijken naar wat erfgoed nu precies is, om me dan meer toe te spitsen op het erfgoed van Herne zelf. 2.2 Opbouw

Deze bachelorproef bestaat uit een theoretisch en een praktisch gedeelte. Binnen het stukje theorie wordt alles in verband met erfgoed uitgelegd. Je vindt hier wat het verschil is tussen immaterieel erfgoed en materieel erfgoed, maar je komt ook te weten wat een erfgoeddag allemaal inhoudt. Heel belangrijk in mijn bachelorproef is ook het praktisch deel, waarbij ik allerlei lesvoorbereidingen heb opgesteld, die ik ter beschikking stel voor anderen om te integreren in de klaspraktijk. 2.3 Werkwijze

Om tot de vele informatie te komen heb ik verschillende gesprekken gehad. Zo ontmoette ik de verantwoordelijke voor de dienst cultuur, op het gemeentehuis van Herne. Ik had een lang gesprek met Sarah Copriau. Zij vertelde me alles wat ik moest weten over de mooiste plekjes in Herne en het belangrijkste erfgoed. Mijn promotor en ik trokken ook samen naar de Erfgoedcel Pajottenland/Zennevallei, te Dilbeek. Op 28 december had ik een afspraak met Sarah Copriau, in het gemeentehuis van Herne. Ze was zeer enthousiast om me te ontvangen en vond het geweldig dat ik interesse had in het erfgoed van Herne. Ik werd met open armen ontvangen en ze vertelde uitvoerig. Ik nam het hele gesprek op met een dictafoontje en schreef alles uitgebreid uit onder het stukje ‘Erfgoed in Herne’. De mondelinge bron werd verder aangevuld met allerlei verschillende schriftelijke bronnen zoals brochures.

Page 6: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

1

Het uitwerken van het praktisch gedeelte vond ik niet gemakkelijk. Ik koos ervoor om eerst een brainstorm te maken, om zo tot vernieuwende ideeën te komen. Ik raadpleegde ook verschillende educatieve websites.

Page 7: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

2

Roerend erfgoed Voorstellen van ons erfgoed

Cultureel erfgoed

Wat is erfgoed?

Immaterieel erfgoed UNESCO

Op ontdekking in ons dorp!

Onroerend erfgoed

Koffer met oude spullen

Oorlogsgetuigenissen

BRAINSTORM ERFGOED

Draaiboek?

Erfgoededucatie Erfgoeddag

Gebouwen

Herne Monumenten namaken

Kartuizerklooster

Oude sporten Dialecten

De Kruisweg, Meunier

Drievuldigheidsprocessie Dominicanessenklooster

Speelgoed, vroeger en nu

Maak een klaskrant, erfgoed in ons dorp

In de toekomst …

Waltrudismolen

3. Theoretisch luikje

In het kader van mijn Bachelorproef is het belangrijk om niet alleen erfgoed te verwerken in de praktijk, maar ook even stil te staan bij wat erfgoed nu net inhoudt en welke soorten erfgoed er allemaal bestaan. Binnen dit theoretisch luikje vind je heel wat informatie terug, verzameld vanuit verschillende bronnen.

Page 8: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

3

3.1 Wat is erfgoed?

Erfgoed is een veelbesproken woord in de volksmond, maar weet iedereen wel welke betekenis erachter schuilt? Kunnen we een eenduidend antwoord geven op de vraag “Wat is erfgoed?”? Uit verschillende bronnen kwam ik antwoorden te weten. Zo verklaren de Erfgoedcellen en de website van ErfgoedKids dat erfgoed als iets cultureel, materieel of immaterieel uit het verleden, gebonden aan een bepaalde streek of cultuur wordt aanzien als iets belangrijks en daarom vandaag de dag wordt bewaard, gekoesterd en bestudeerd. Het zijn waardevolle zaken die van generatie op generatie worden overgedragen. In de lesbrief over en voor erfgoedschatten die ik heb aangevraagd bij LECA vzw vind je een wat beknoptere, maar wel bruikbare omschrijving van wat erfgoed is: “Sporen uit het verleden die een samenleving de moeite van het bewaren waard vindt.” De reden waarom je iets de moeite waard vindt om te bewaren kan voor iedereen verschillen. De ene wilt iets bewaren omdat het erg mooi is, de andere wilt het bewaren omdat het een grote emotionele of financiële waarde heeft. Ook omdat iets heel oud is of omdat het zeldzaam is kan een reden zijn. Vanuit deze laatste definitie kan je zeker starten met het aanbrengen van erfgoed in de lessen, maar hieruit weet je natuurlijk niet welke soorten erfgoed er allemaal bestaan. Daarom licht ik er enkele hieronder even toe.

Page 9: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

4

3.2 Verschillende soorten erfgoed

Zoals je kan lezen in de definitie van de erfgoedcellen behoort er heel wat tot het begrip ‘erfgoed’. Gebouwen, monumenten, archeologische vondsten, kunstwerken, historische voorwerpen, foto’s, verhalen, tradities, dialecten en nog heel wat meer kunnen allemaal aanzien worden als erfgoed. Om een hier wat duidelijkere kijk op te krijgen heeft men erfgoed onderverdeeld in verschillende soorten. Zo staat geschreven in de scriptie van Bourgeois R. (2010) dat erfgoed wordt ingedeeld in twee grote groepen. Enerzijds heb je het materieel erfgoed met hieronder het roerend en onroerend erfgoed, anderzijds heb je het immaterieel erfgoed.

Tastbaar of materieel erfgoed Niet-tastbaar of immaterieel erfgoed

Verplaatsbaar of roerend Niet-verplaatsbaar of onroerend

Voorbeelden: - Schilderij

- Beelden

- Juwelen

- Relikwieën

- Munten

- Zegels

- Meubels

- Tapijten

- Boeken

- Foto’s

- Films

- Muziekinstrumenten

- Literatuur

- Documenten

- …

Voorbeelden: - Historische sites

- Historische steden

- Monumenten

- Molens

- Landschappen

- Kanalen

- …

Voorbeelden: - Ambachten

- Technieken

- Rituelen

- Verhalen

- Gebruiken

- Recepten

- Feesten

- Talen

- Overtuigingen

- Liederen

- Podiumkunsten

- Sporten

- Spelen

- …

(Cultuurbeleid, AFL. 16, oktober 2007, 95, school en samenleving)

3.2.1 Materieel erfgoed

Het materieel erfgoed is één van twee grote pijlers binnen het begrip erfgoed. Dit kan gaan over zowel roerend als onroerend erfgoed en daarom maak ik hieronder ook nog even deze indeling:

3.2.1.1 Roerend erfgoed

Wikipedia (2013) schrijft dat men met ‘roerend erfgoed’ het erfgoed bedoelt dat letterlijk verplaatsbaar is, in tegenstelling tot onroerend erfgoed. Dit kunnen bijvoorbeeld oude schilderijen zijn, munten van vroeger, unieke muziekinstrumenten, …

Page 10: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

5

3.2.1.2 Onroerend erfgoed

Onroerend erfgoed is zowel bouwkundig, archeologisch, landschappelijk, heraldisch als maritiem erfgoed.

3.2.2 Immaterieel erfgoed

De erfgoedcel van Meetjesland omschrijft immaterieel erfgoed als ontastbare dingen. Immaterieel erfgoed omvat verteltradities en andere uitingen van taal zoals dialecten, volksverhalen, rituelen, festivals.

Page 11: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

6

3.3 Wat met cultureel erfgoed?

Binnen de onderzoeksuitwerking van S. Van der Auwera en A. Schramme ‘Erfgoededucatie in het Vlaamse Onderwijs’ wordt het Vlaamse Erfgoeddecreet aangehaald om het begrip ‘cultureel erfgoed’ te omschrijven. Zo wordt het begrip in het Vlaamse Erfgoeddecreet (Vlaamse Regering, 7 mei 2004) omschreven als: “Onder ‘cultureel erfgoed’ wordt de brede waaien van het roerend en immaterieel erfgoed verstaan:

- Het roerend erfgoed omvat de gistorische objecten, informatie of andere ‘dynamische’ of

beweeglijke culturele bronnen die mogelijkheden inhouden van gemeenschappelijke betekenissen,

bijvoorbeeld binnen en industrieeltechnisch, archeologisch, artistiek, wetenschappelijk,

(cultuur)historisch of antropologisch referentiekader.

- Het immaterieel erfgoed en de immateriële aspecten van het cultureel erfgoed omvatten de

beeldvorming via gistorische beschrijvingen of andere ‘dynamische’ of beweeglijke bronnen die

mogelijkheden inhouden van gemeenschappelijke betekenissen, bijvoorbeeld allerhande verhalen,

‘geschiedenissen’, sporen, verbanden en kleine(re) en grote(re) referentiekaders. “

In het tijdschrift ‘School- en klaspraktijk’ werd cultureel erfgoed als volgt omschreven door Ann Callens: “Cultureel erfgoed is:

- Datgene wat (groepen) mensen op een bepaald moment en op een bepaalde plaats waardevol

vinden

- Om te bewaren en te beschermen

- En vandaag respectvol te integreren in een samenleving

- Om aan de volgende generaties door te geven. “

Ook belangrijk om te vermelden is het feit dat cultuur dynamisch is, steeds in beweging. Zo schreef Joke Schauvliege de visienota ‘Een beleid voor immaterieel cultureel erfgoed in Vlaanderen’ (2010), waarin zij het volgende vermelde: “Gebruiken, gewoontes en overtuigingen veranderen in confrontatie met andere gebeurtenissen, zijn aangepast aan de omgeving (onder andere de sociale, ruimtelijke en natuurlijk omgeving) waarin de mens zich bevindt, door contact met andere culturen en veranderingen in de maatschappij of in de samenleving, door een veranderende bevolkingssamenstelling, door nieuwe kennis … Daarom is de politiek van vandaag anders dan die in het verleden, verandert religie, evolueren gebruiken en alledaagse gewoontes en krijgen we ook andere kunst en literatuur. De traditie, de gewoonte of “hoe we het in het verleden deden” werken er in door. Er is een continuüm.” Wat ze hiermee wilt zeggen is dat cultureel erfgoed voortdurend verandert. Wat de ene dag als cultureel erfgoed wordt gezien, kan de volgende dag al niet meer van betekenis zijn. Zo kan ook iets de ene dag helemaal onbekend zijn en de volgende dag als cultureel erfgoed wordt erkend.

Page 12: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

7

3.4 UNESCO

United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization of vertaald ook wel ‘Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur’ genoemd. UNESCO werd opgericht op 16 november 1945 en heeft haar hoofdkantoor in Parijs. Zij hebben vooral als missie het bijdragen aan de vredesopbouw, armoedebestrijding, duurzame ontwikkeling en interculturele dialoog door onderwijs, wetenschap, cultuur en communicatie. Dit is hoe Unesco zichzelf voorstelt op haar eigen website: ‘In 1945, UNESCO was created in order to respond to the firm belief of nations, forged by two world wars in less than a generation, that political and economic agreements are not enough to build a lasting peace. Peace must be established on the basis of humanity’s moral and intellectual solidarity.

UNESCO strives to build networks among nations that enable this kind of solidarity, by:

Mobilizing for education: so that every child, boy or girl, has access to quality education as a fundamental human right and as a prerequisite for human development.

Building intercultural understanding: through protection of heritage and support for cultural diversity. UNESCO created the idea of World Heritage to protect sites of outstanding universal value.

Pursuing scientific cooperation: such as early warning systems for tsunamis or trans-boundary water management agreements, to strengthen ties between nations and societies.

Protecting freedom of expression: an essential condition for democracy, development and human dignity.’

Page 13: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

8

3.5 Erfgoed in Herne

Nooit gedacht dat Herne zoveel erfgoed kon bezitten! Het barst er van het materieel en immaterieel erfgoed en blijkt een dorpje te zijn met een zeer mooie geschiedenis! Hieronder worden de materiele elementen in kaart gebracht en aan de hand van verschillende bronnen krijg je een goede beschrijving.

3.5.1 Situering

3.5.2 Beschrijving

Het eerste grote monument dat meteen opvalt in Herne is de Sint-Petrus en Pauluskerk dat zich op het dorpsplein bevindt. Het werd opgetrokken aan het einde van de 11de eeuw en het begin van de 12de eeuw. De muren bestaan uit ijzerzandsteen, zandsteen, kalksteen en vooral leisteen dat afkomstig is uit de steengroeve van Sint-Pieters-Kapelle. De Sint-Pieterskerk dateert van 1420. De toren, de middenbeuk, de oude sacristie en het koor werden in 1911 wegens hun uitzonderlijk karakter en als voorbeelden voor de laatgotische stijl beschermd. Het portaal is neoromaans en dateert uit de 20ste eeuw. Toch is de kerk zelf niet het meesterwerk, maar wel wat je er binnenin vindt! Stap even binnen en bewonder ‘de Kruisweg’, een reeks schilderijen van de hand van Constantin Emile Meunier. Niet enkel deze schilderijen zijn er waardevol, maar ook het orgel dat dateert uit 1870 trekt nog steeds veel toeristen! De kerk van Herfelingen heeft ook zijn hoogtepunten. Het orgel werd gebouwd door Stan Arnouts in de renaissance stijl, maar werd later opnieuw nagebouwd. Het orgel is zeer uniek in deze streek. Toeristen gaan deze bezoeken om de speciale en unieke klank te horen. Naast de verschillende kerken en toebehoren in groot Herne behoren ook de Mark en zijn watermolens tot het erfgoed van Herne. De Mark, een zijrivier van de Dender, stroomt over een afstand van bijna 4km van noord naar zuid doorheen de gemeente. Verscheidene op de Mark gelegen molens getuigen van de intense graanteelt in de Dendervallei. De Sint-Waltrudismolen in de Rendriesstraat wordt ook de Hernemolen, of in de volksmond molen van Looiken, genoemd. Een eerste vermelding van deze molen dateert uit 1219. Het was een middeleeuwse banmolen. De laten waren verplicht hier hun graan te malen en een gedeelte ervan af te staan aan hun leenheer. De boesmolen met ijzeren rad in de Boesmolenstraat was reeds in 1219 bekend als Bossemel. Het huis zelf dateer van 1860 en de molen bleef in werking tot 1963! Verder kent Herne ook de scheibeekmolen en de molen van Neerom, maar deze zijn niet zo mooi en indrukwekkend om te bezichtigen. In Herne bevinden zich ook heel wat kloosters en kapellen. Het Kartuizerklooster in de Kapellestraat werd in 1314 gebouwd in opdracht van Walter, een heer uit Edingen. Het werd bewoon door mystici, kunstenaars, geleerden, edelen en monniken. Het is het oudste klooster uit de Nederlanden en was enorm belangrijk voor het culturele leven in de middeleeuwen.

Page 14: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

9

In 1580 werd het door Ninoofse protestanten geplunderd en in brand gestoken. Het nog bestaande gastenkwartier en de tiendenschuur werden begin 18de eeuw heropgebouwd. Een kaart van de Kartuis in 1760 verraadt dat hier ooit een grote hoogstamboomgaard stond. Het klooster vormde ook het centrum van kopiisten en deed dienst als vertaalcentrum voor andere kloosters. De eerste vertaling van de bijbel uit het Latijn naar het Middelnederlands gebeurde bovendien in dit klooster. Deze vertaling gebeurde door de alomgekende Petrus Naghel, vandaar de naam van de bibliotheek in Herne. De vertaling van de bijbel is te vinden in de Koninklijke Bibliotheek van Brussel, maar werd helaas wel verspreid. Het Kartuizerklooster is nu enkel langs de buitenkant te bewonderen, want is niet langer in het bezit van de gemeente maar werd privébezit. Elke zondag deden de kartuizers een ommegang naar de stomme kapel. Deze werd zo genoemd omdat ze niet mochten praten, ze waren doofstom. Het jaar is vermeld in ‘Gij maaket spreekt voor alle dienaren: Grote letters, dus zo kan je het jaartal afleiden. -> 1712 De reden waarom dit jaartal werd verborgen in de tekst is niet geweten. Het boek Hernia werd uitgegeven, hierin vind je elk kapelletje vanuit groot Herne. Naast het Kartuizerklooster bevindt er zich ook het Dominicanessenklooster in Herne. Dit klooster is in bezit van de gemeente zelf. Qua waarde kan het zeker niet concurreren met de waarde van een kerk, want het werd gebombardeerd in de tweede wereldoorlog. In het Dominicanessenklooster worden heel wat vormingen gehouden. Soeur sourire zou hier verbleven hebben als dominicanesse. Tot het onroerend erfgoed van Herne behoren zeker de landelijke gilden en de prachtige hoeves die overal op de uitgestrekte landschappen te vinden zijn. Wat in Herne zeker tot immaterieel erfgoed kan gerekend worden is de DVD die Hernia in 2008 produceerde waarin de ‘laatste getuigen’ hun belevenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog vertellen als politiek gevangene, soldaat of werkweigeraar. De vijf getuigenissen van Adolf Bombaert, René Deblander, Nestor Demeulder, Georges Snel en Marcel Wittebrood zijn stuk voor stuk aparte verhalen met elk een persoonlijke ziel. Vier van hen zijn reeds overleden. Georges Snel verblijft nu in het rusthuis te Herne. Naast deze DVD is de Petrus Naghel bibliotheek ook in het bezit van het boek ‘Kleine kroniek van het groene kwadrant’. Dit boek werd uitgegeven naar aanleiding van 800 jaar Herne in 2011. In dit boek vind je al de belangrijke gebeurtenissen van Herne binnen al die jaren. Kaatssport is een oude sport die niet alledaags is en op weinig plaatsen nog gekent. Toch is het in Herne een alom gekende sport die nog steeds levende wordt gehouden. De schuttersverenigingen in Herne zijn ook nog steeds populair!

Page 15: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

10

3.6 Erfgoeddag 2014

Sinds 2001 wordt jaarlijks de Erfgoeddag georganiseerd, telkens op de eerste zondag na de Paasvakantie. Op zondag 27 april 2014 wordt ook dit jaar opnieuw een Erfgoeddag georganiseerd. Deze editie zal in teken staan van grenzen. Meer bepaald ‘Grenzen: waar trek je die in erfgoedorganisaties?’. De grote vragen zijn wat je toont of wat je vertelt aan je publiek, bewust al dan niet onbewust en wat vertel je zeker niet? Op de website van Faronet krijg je volgende uitleg: “Grenzen: waar trek je die in erfgoedorganisaties? Wat toon of vertel je, bewust of onbewust, aan het publiek, en wat precies niet? Hoe ga je om met drempels en toegangen, binnen en buiten? En tot waar krijgt het publiek inzage in wat er bij jou voor en achter de schermen gebeurt? Op deze Erfgoeddag kan je tonen hoe grensverleggende ideeën en invloeden uit het buitenland (UNESCO, ICOM…)bij jou hun beslag krijgen. Of nog, confronteer het publiek met vragen, kansen en problemen die opduiken wanneer je de grens -letterlijk- oversteekt, met je collectie(s), je werk, je denken en je invloed. Daarnaast is het in 2014 exact vijftig jaar geleden dat de Marokkaanse en Turkse migratie op gang kwam na de bilaterale akkoorden in 1964. Bovendien zal het in 2014 veertig jaar geleden zijn dat de Islam als officiële eredienst werd erkend in België. Meteen ook voldoende aanleiding om op zoek te gaan naar islamitisch religieus en cultureel erfgoed in Vlaanderen en Brussel. Grenzeloos is een ruim in te vullen thema. Ook toerisme, jumelages, circus- en kermiserfgoed, cartografie, kolonisatie, smokkel en douane, van postduif tot het internet … komen met dit thema in de spotlight te staan. Kortom: een Erfgoeddag zonder grenzen dus! “

Page 16: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

11

3.7 Erfgoeddag op school

De Erfgoeddag die jaarlijks georganiseerd wordt is een zeer leerrijk initiatief voor jong en oud. Het is iets ideaal om een bezoekje te brengen met de lagere school. Jammer genoeg wordt de Erfgoeddag telkens op een zondag georganiseerd en is het onmogelijk om er als leerkracht met je klas naartoe te gaan. Daarom had ik het idee om een ‘Erfgoeddag’ op school te organiseren. Hierbij zouden het hoofdzakelijk de leerlingen uit de derde graad zijn die iets voorbereiden voor de hele school en hierbij hun kennis overdragen aan de lagere graden in verband met erfgoed. Deze dag zou het slot zijn van een hele lessenreeks die doorgaat voor de volledige school. Waar? Bij ons op school! Waarom? Naar aanleiding van de erfgoeddag 2014 Wie? De leerlingen van het 5de en 6de leerjaar (3de graad) Wat?

Toneelstukje De leerlingen uit de derde graad kunnen samen een toneelstuk voorbereiden over het erfgoed in Herne. Dit toneelstuk kan bijvoorbeeld gaan over het leven van de kartuizers in het Kartuizerklooster van vroeger. Ook de ommegang langs de stomme kapel zou perfect kunnen worden in scène gezet. Op deze manier leren de jongere kinderen op een leuke manier iets bij over hoe het vroeger was in hun dorp!

DVD met oorlogsgetuigenissen In de klas kan een hoekje voorzien worden met computers en hoofdtelefoons waar de leerlingen om beurten een stukje van de DVD bekijken met de oorlogsgetuigenissen van de mensen uit Herne.

Kaatssport Wat zeker niet mag ontbreken op de erfgoeddag is een spelletje kaatsen op de speelplaats! In competitievorm kunnen verschillende teams het tegen elkaar opnemen om zo uit te komen tot de uiteindelijk winnaar van het tornooi!

Rollen omdraaien De leerlingen uit de derde graad kregen net voor deze erfgoeddag een hele lessenreeks over het erfgoed in Herne. Deze leerlingen kunnen nu ook zeker heel wat uitleg geven aan de jongere kinderen. De leerlingen uit de derde graad worden in groepjes verdeeld en kiezen elk een onderwerp. Zij worden de leerkrachten en gaan aan de leerlingen die in hun hoekje langskomen les geven over hun eigen stukje.

Domino spelvorm In Herne zijn er ook nog steeds watermolens die tot het erfgoed behoren. Deze werden vroeger gebruikt voor het malen van graan, dus het proces van graan tot brood is zeker van belang om aan te leren aan de leerlingen. Aan de hand van een domino kunnen de leerlingen dit op een leuke manier in groep ontdekken.

Page 17: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

12

4 In de klaspraktijk

Hieronder vind je de lesvoorbereidingen die werden gemaakt voor de derde graad van een lagere school. Het erfgoed van Herne werd in verschillende lessen geïntegreerd. 4.1 Instaples erfgoed

Voorbereiding Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: +-30min. Leergebied: WO. – Instaples ‘Erfgoed’ Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: In deze instaples binnen het thema ‘Erfgoed’ worden de leerlingen meteen meegenomen in het thema aan de hand van een verhaal. Door middel van oude spullen en spullen waaraan de leerlingen zelf belang hechten komen we tot de definitie van erfgoed. Voorkennis van de leerlingen: Dit is de eerste les binnen het thema ‘Erfgoed’. Leerlingen hechten aan bepaalde voorwerpen meer waarde dan aan andere. Bronnen: Digitale leerplannen VVKBaO – Wereldoriëntatie

Eindtermen: De leerlingen: 1.1 kunnen gericht waarnemen met alle zintuigen en kunnen waarnemeningen op een systematische

wijze noteren. 5.9 tonen belangstelling voor het verleden, heden en de toekomst, hier en elders.

Leerplan: 0.1 Kinderen willen meer te weten komen over de wereld in al z’n dimensies, hier en elders, vroeger en nu. 0.2 Kinderen uiten hun verwondering over het (on)(be)grijpbare, het goede, het mooie, het mysterieuze, het verrassende … in de wereld. 0.4 Kinderen leven waardegericht. 0.9 Kinderen kunnen nauwkeurig waarnemen met al hun zintuigen. 3.7 Kinderen vormen zich een eigen mening over allerlei kunstuitingen waarmee ze in contact komen. 4.7 Kinderen kunnen respect en waardering opbrengen. 8.14 Kinderen beseffen dat er naast een heden, ook een verleden en een toekomst zijn.

Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: / Andere:

‘Lesbrief over en voor erfgoedschatten’, samengesteld door Villa Futura, 2007 Eigen inbreng Bijlagen (ingevulde werkbladen, bordschema,…):

1. Verhaal ‘Een koffer vol geheimen’ Reflectie vooraf: Ik verwacht dat de leerlingen zullen geboeid zijn door het voorgelezen verhaal en meteen nieuwsgierig naar de voorwerpen die in de kist zitten. Door het feit dat ze hun eigen voorwerp mogen voorstellen zullen de leerlingen ook zeer betrokken zijn bij de les.

Page 18: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

13

Fase 1: Een koffer vol geheimen … (timing: 20min.) Doelstelling(en): Interesse opwekken. Respectvol omgaan met oude voorwerpen zoals een spiegeltje, oude foto’s, brief, kruisje, ... Inhoud: Persoonlijke voorwerpen in de koffer met een grote emotionele waarde. Verhaal: “Een koffer vol geheimen.” “Wat zie je?” “Waarvoor zou je het gebruiken?” “Waarom denk je dat oma dit in de koffer heeft gestopt?” “Zijn deze voorwerpen ook veel geld waard?” “Is dit voor jou ook een waardevol voorwerp? Waarom wel/niet?” Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De leerlingen zitten allemaal in een grote kring. In het midden van de kring staat een oude koffer. Het verhaal ‘Een koffer vol geheimen’ wordt voorgelezen. Nadien vertelt de leerkracht dat ze de oude koffer van haar oma heeft meegebracht naar de klas. Enkele voorwerpen worden eruit gehaald. De voorwerpen worden ook doorgegeven in de kring. De kinderen mogen het vasthouden, bekijken, er aan ruiken, … Hierbij worden er drie belangrijke vragen gesteld: ‘Wat zie je?’, ‘Waarvoor zou je het gebruiken?’ en ‘Waarom denk je dat oma dit in de koffer heeft gestopt?’. De echte antwoorden worden achteraf gegeven door de leerkracht. Media:

- Verhaal: ‘Een koffer vol geheimen …’ - Een oude koffer vol voorwerpen

Fase 2: Onze eigen spullen (timing: 2min.) Doelstelling(en): Voorstellen van een eigen voorwerp. Verklaren waarom iets belangrijk is. Inhoud: Voorwerpen bespreken Mogelijke vragen: Waarom ben je gehecht aan dat voorwerp? Van wie heb je het gekregen? Zou je het erg vinden als je dat voorwerp niet meer zou hebben? Je draagt er dus veel zorg voor? Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De leerlingen kregen als voortaak vandaag iets mee te brengen naar de klas dat voor hen veel waarde heeft. Toen deze taak werd gegeven werd er hen gevraagd wat voor hen écht van belang is. Wat zouden ze nooit willen verliezen? De leerlingen brachten elk een eigen voorwerp mee naar de klas dat voor hen van groot belang is. Elke leerling komt aan bod om te vertellen waarom ze juist zoveel gehecht is aan dat voorwerp. De volgorde waarin de leerlingen aan bod komen is willekeurig. Om beurt mag er een leerling een voorwerp nemen dat niet van hem is en hier worden enkele vragen rond gesteld. Nadien gaat de leerling van wie het voorwerp is vertellen waarom dit zo belangrijk is. Media:

- Voorwerpen van de leerlingen

Page 19: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

14

Fase 3: Wat is erfgoed? (timing: 10min.) Doelstelling(en): Het begrip ‘erfgoed’ met eigen woorden omschrijven en gepaste voorbeelden geven. Inhoud: Erfgoed:

- Iets wat mensen belangrijk vinden om te bewaren. - Iets van vroeger, maar ook van vandaag! De dingen die wij uitkiezen om te bewaren voor in de

toekomst, bepaalt wat de mensen later nog over ons zullen weten. - Dingen die we hebben geërfd van vorige generaties.

Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De leerkracht legt de oude koffer samen met de foto’s en de verhalen. Er wordt gevraagd wat deze met elkaar zouden kunnen te maken hebben. De leerlingen zullen mogelijk antwoorden dat het allemaal dingen zijn van vroeger. De leerkracht vertelt dat we hier kunnen spreken over ‘erfgoed’. Er zijn vast geen leerlingen die hier al zullen over gehoord hebben. Het begrip erfgoed wordt uitgelegd. Ook kunnen er spullen in de koffer zitten die verwijzen naar bepaalde gebeurtenissen. Bijvoorbeeld een voorwerp waarmee aan sport gedaan wordt of een deegrol waarmee mama heel lekkere taart maakt op een verjaardagsfeestje, … Media:

- Oude koffer met spullen - Foto’s van erfgoed uit Herne, persoonlijke foto’s, foto’s van oude spullen - Verhalen van de leerlingen, verhalen uit Herne (vb. DVD met oorlogsgetuigenissen), verhalen over

een feest, …

Page 20: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

15

4.2 Erfgoed van bij ons

Voorbereiding

Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: +- 115 minuten Leergebied: WO. – ‘Erfgoed bij ons’ Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: Nadat de leerlingen in een voorgaande les leerden wat ‘erfgoed’ betekent gaan ze zelfstandig brainstormen over wat in Herne allemaal tot erfgoed zou kunnen behoren. Nadien wordt er in groep bekeken wat ze juist hadden door allerlei brochures door te nemen. Elke leerling krijgt een foto waarop iets van erfgoed uit Herne staat afgebeeld. De leerlingen gaan deze foto’s categoriseren in verschillende kolommen en hierbij komen we tot de twee grote groepen erfgoed, materieel en immaterieel. Voorkennis van de leerlingen: De leerlingen maakten reeds kennis met de definitie van ‘erfgoed’. Bronnen: Digitale leerplannen VVKBaO – Wereldoriëntatie

Eindtermen: De leerlingen: 7.1 kunnen op hun niveau verschillende informatiebronnen raadplegen.

Leerplan: 0.13 Kinderen kunnen informatiebronnen op een doeltreffende manier hanteren. 0.14 Kinderen kunnen informatie ordenen, rubriceren, classificeren.

Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: Andere:

Bijlagen (ingevulde werkbladen, bordschema,…): Reflectie vooraf:

Page 21: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

16

Fase 1: Erfgoed bij ons? (timing: 15min.) Doelstelling(en): Opsommen wat erfgoed zou kunnen zijn in hun eigen dorp Herne. Inhoud: Mogelijke woorden van de kinderen, vb. kerk Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De leerlingen zitten in groepjes van vier of vijf en op elk eilandje ligt een groot A3 blad. De leerlingen denken na over de definitie ‘erfgoed’ en schrijven op het blad waarvan zij denken dat het tot erfgoed behoort uit Herne. Media:

- A3-bladen Fase 2: Verschillende bronnen zeggen … (timing: 15min.) Doelstelling(en): Opzoeken wat tot erfgoed wordt beschouwd in Herne. Inhoud: Erfgoed in Herne: “Wat had je meteen juist?” “Wat verbaast je?” “Vind jij dat er iets tot erfgoed zou moeten beschouwd worden, dat er nu nog niet tussen staat?” Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Nadat de leerlingen in groep hebben nagedacht over wat erfgoed in Herne zou kunnen zijn gaan ze op onderzoek uit. De ene helft van de groep (twee of drie leerlingen) gaan aan de computers zitten, de andere helft gaat informatie opzoeken in brochures. Na tien minuten keren de leerlingen terug naar hun eilandje en ze omcirkelen op hun A3-blad de woorden die ze juist hadden. Met een andere kleur vullen ze verder aan wat ze nog gevonden hebben op het internet of in de brochures. De resultaten van de leerlingen worden besproken. Media:

- A3-bladen - Computers, internetverbinding - Verschillende brochures over Herne

Page 22: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

17

Fase 3: Foto’s uit ons eigen dorp (timing: 25min.) Doelstelling(en): Afbeeldingen rangschikken naar gelang hun kenmerken. Inhoud: Foto’s: Kolommen: Gebouwen – Sport – Gebeurtenis – Voorwerpen Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Elke leerling krijgt een foto waarop iets typisch staat vanuit het dorp Herne. Aan bord staan enkele kolommen getekend. Het is de bedoeling dat de leerlingen hun eigen foto in de juiste kolom hangen. Elke foto wordt besproken. Media:

- Foto’s van erfgoed in Herne Fase 4: Soorten erfgoed (timing: 35min.) Doelstelling(en): Verschillende soorten erfgoed kunnen benoemen. Inhoud: Volksverhaal Duivel:

- Weet jij waarom de duivel de ziel van het meisje wilde? Volksverhaal Weerwolven:

- Volgens het verhaal kan de weerwolf enkel gedood worden door zijn voorhoofd te kwetsen. Als de weerwolf dan sterft keert hij terug in zijn menselijke gedaante. Weet jij waarom men een weerwolf enkel kan laten bloeden op zijn voorhoofd?

Volksverhaal Toverheksen: - Heksen probeerden vaak in de buurt van kinderen te komen. Weet jij waarom? - Welke raad gaven ouders aan hun kinderen om zich te beschermen wanneer ze door een heks

zouden worden aangeraakt? Volksverhaal Paasnagel

- Vroeger stak men paasnagels of gewijde voorwerpen onder de dorpels om de tovenaressen tegen te houden, zodat de heks niet meer binnen kon. Weet je wat een paasnagel is?

Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De fase wordt gestart door het beluisteren van een volksverhaal. De leerlingen uiten hun gevoel hierbij. Bij de verhalen horen verschillende vragen die de leerlingen klassikaal zullen beantwoorden. Na het beluisteren van het fragment en het beantwoorden van de vragen worden enkele foto’s bekeken. Media:

- Internet: website Villa Futura, volksverhaal - Computer, boxen

Page 23: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

18

Fase 5: Op onderzoek! (timing: 25min.) Doelstelling(en): Zelf interessante weetjes ontdekken over erfgoed in Herne door op onderzoek uit te gaan. Inhoud: Hoe kom je meer te weten over erfgoed? Wat kan je ondernemen om meer te weten te komen? Didactische werkvorm (leeractiviteit, organisatievorm): Op de mediatafel vooraan in de klas staan verschillende voorwerpen. Er liggen ook foto’s en volksverhalen bij. De klas wordt verdeeld in groepjes van twee leerlingen en samen kiezen ze iets uit. Op de achterkant of de onderkant van elk item staat de naam vermeld. Aan de hand van verschillende bronnen gaan de leerlingen op zoek naar wat het precies is en waarvoor het diende. Ook vermelden ze of het gaat over materieel of immaterieel erfgoed en waarom. Media:

- Computer, internetaansluiting - Erfgoedtrolley uit bibliotheek Gooik - Webquest

Page 24: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

19

4.3 Kerken en zijn objecten

Voorbereiding Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: Leergebied: WO. – Erfgoed van bij ons, Kerken en zijn objecten

Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: De leerlingen geven algemene begrippen over een kerk. Er wordt een brainstorm gemaakt met woorden die van de kinderen komen. Nadien gaan we de kerk van Herne bekijken en kijken naar welke woorden ook hierbij passen. Individueel of per twee gaan de leerlingen te werk in hun eigen werkbundel. Voorkennis van de leerlingen: De leerlingen kregen reeds een instaples over wat erfgoed precies is. Het erfgoed van Herne werd algemeen bekeken. Bronnen: Digitale leerplannen VVKBaO – Wereldoriëntatie

Eindtermen: Mens en zingeving

Leerplan: Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: Andere:

Bijlagen (ingevulde werkbladen, bordschema,…): Reflectie vooraf:

Page 25: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

20

Fase 1: Raadseltje (timing: 5min.) Doelstelling(en): Aan de hand van enkele kenmerken kunnen raden waarover iets gaat. Inhoud: Raadseltje: Vroeger kreeg ik heel veel bezoek, maar het aantal daalt elk jaar. Het is hier steeds fris. Soms ben ik puntig, soms wat gebogen, maar vaak wel heel hoog! Jezus is steeds bij me.

Ik ben een knap staaltje erfgoed in Herne. Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De leerkracht leest een raadseltje voor en de leerlingen raden waarover het gaat. Media: / Fase 2: Brainstorm! (timing: 10min.) Doelstelling(en): Kenmerken van een kerk kunnen opsommen. Inhoud: Woorden van de leerlingen Vb. koud – hoog – mooi – oud – Jezus – begrafenis – geboorte - … Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Aan bord wordt het woord ‘kerk’ geschreven. De leerlingen mogen om beurten naar voor komen om een woord te schrijven dat zij associëren met de kerk. Het is de bedoeling dat er evenveel verschillende woorden aan het bord staan als dat er leerlingen zijn. Media: / Fase 3: Werkbundel (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Wat denk je?

1. Wat is het eerste waar je aan denkt als je het woord ‘kerk’ hoort? Maak er ook een tekening bij. 2. Hoeveel kerken zijn er in Herne denk je? Vind je dit veel? Waarom wel/niet? 3. Weet jij waar deze kerken staan? 4. Wat denk jij dat er allemaal in een kerk gebeurt? 5. Wat zou jij willen weten van mensen die naar de kerk gaan? Bedenk enkele vragen voor een

mogelijk interview. Wat zie je?

1. Symbolen 2. Kleuren 3. Voorwerpen

Wat doe je? 1. Hoe de kerk begon … 2. Wat doen die mensen van de eerste kerk? 3. De kerk … Jezus als voorbeeld 4. De kerk … viert avondmaal

Page 26: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

21

5. Opdrachten.

Didactische werkvorm (leeractiviteit, organisatievorm): Media: Fase 4: Sint-Petrus en Paulus kerk (timing: min) Doelstelling(en): De kerk van Herne kunnen beschrijven. Inhoud: ‘Heb je deze kerk al eens eerder gezien? Waar staat deze kerk?’ Kerk van Herne: Romaans-Gotisch Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Aan bord wordt een grote foto gehangen van de Kerk van Herne. De leerlingen vertellen of ze weten welke kerk dit is en waar ze staat. In de werkbundel wordt op het kaartje aangeduid waar de kerk van Herne zich precies bevindt. Media:

- Grote foto van Sint-Petrus en Paulus kerk - Kaartje in de werkbundel

Fase 4: Petrus en Paulus? (timing: min) Doelstelling(en): Verklaren waarom de kerk van Herne twee namen heeft. Inhoud: ‘Wat valt jullie op aan deze naam?’ ‘Wie van jullie heeft ook twee namen?’ ‘Waarom kreeg je twee namen?’ ‘Waarom zouden ze dit bij de kerk ook zo gedaan hebben?’ Waarom de kerk twee namen kreeg: Oorspronkelijk heette de kerk van Herne ‘Sint-Pieter’, maar door de fusionering in 1977 met Sint-Pieters-Kapelle waren er in Herne twee kerken met dezelfde naam. De kerk van Sint-Pieters-Kappele was de oudste en mocht zijn naam behouden. De kerk van Herne kreeg de naam ‘Sint-Petrus’, als verwijzing naar ‘Sint-Pieter’ en ‘Sint-Paulus’, enkel en alleen om verwarring te voorkomen. Didactische werkvorm (leeractiviteit, organisatievorm): Bij de foto aan bord wordt nu ook de naam van de kerk geschreven. Verschillende vragen worden gesteld. Media:

- Foto van de Sint-Petrus en Paulus kerk -

Page 27: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

22

4.4 Onze molens

Voorbereiding

Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: Leergebied: WO. – Onze molens Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: Voorkennis van de leerlingen: De leerlingen kregen reeds een algemene les over erfgoed. Ze maakten ook reeds kennis met de kerk als erfgoed. Bronnen:

Eindtermen: Leerplan: Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: Andere:

Bijlagen (ingevulde werkbladen, bordschema,…): Reflectie vooraf:

Page 28: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

23

Fase 1: Hoe ziet een molen er eigenlijk uit? (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Tekenen van een molen

- Wieken - Waterrad

Woordspin Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): De leerlingen gaan per twee een molen teken. Eerst wordt met elkaar overlegt hoe een molen er uitziet. Nadien wordt aan bord een woordspin gemaakt met woorden die de leerlingen zelf aanhalen. Media:

- Tekenbladen - Potloden

Fase 2: Verschillende molens (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Aan bord worden prenten gehangen van verschillende soorten molens. Media:

- Grote prent van watermolen - Grote prent van windmolen

Fase 3: Een molen zoals bij ons … (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Media: Fase 4: Titel (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit, organisatievorm): Media:

Page 29: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

24

4.5 Het Kartuizerklooster

Voorbereiding

Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: Leergebied: WO. – Het Kartuizerklooster Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: Voorkennis van de leerlingen: De leerlingen kregen al heel wat lessen over het erfgoed in Herne, maar het Kartuizerklooster kwam nog niet eerder aan bod. Bronnen: Digitale leerplannen VVKBaO – Wereldoriëntatie

Eindtermen: Leerplan: Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: Andere:

Bijlagen / Benodigdheden (ingevulde werkbladen, bordschema,…):

- Oude prenten Kartuizerklooster - Krantenknipsels over Kartuizerklooster - Foto’s viering 700 jaar

Reflectie vooraf: Ik verwacht dat er slechts enkele leerlingen het Kartuizerklooster zullen herkennen, omdat het nu in privébezit is en dus niet meer zomaar te bezichtigen.

Page 30: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

25

Fase 1: Hoe het vroeger was … (timing: 10min.) Doelstelling(en): Aan de hand van oude foto’s het Kartuizerklooster herkennen en benoemen. Inhoud: Herkennen jullie wat staat afgebeeld op de foto’s? Wie weet hoe dit gebouw heet? Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Aan bord worden verschillende oude afbeeldingen en krantenknipsels van het Kartuizerklooster gehangen. Verschillende vragen worden gesteld. Nadien worden foto’s bekeken van het feest dat onlangs werd gevierd voor het 700 jarige bestaan van het Kartuizerklooster. Media:

- Oude foto’s van Kartuizerklooster -

Fase 2: ‘Kartuizer’klooster? (timing: min) Doelstelling(en): Functie van het Kartuizerklooster uitleggen. Betekenis van ‘kartuizer’ verklaren. Inhoud: Weten jullie wat een klooster is? Kennen jullie ook de betekenis van het woordje ‘kartuizer’? Wat zou dit kunnen betekenen? Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Het woord ‘Kartuizerklooster’ wordt in het groot aan bord geschreven, maar gesplitst in ‘kartuizer’ en ‘klooster’. Functie verklaren Media: Fase 3: Geschiedenis (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Geschiedenis van het klooster Vertellen via ppt of periodeband Media: Fase 4: Het Kartuizerklooster de dag van vandaag … (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit, organisatievorm):

Page 31: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

26

Hoe het nu is Bij excursie dezelfde foto plaatsen in boekje voor lln Media:

Page 32: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

27

4.6 Sport – Kaatsen

Voorbereiding

Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: 50min. Leergebied: LO. – Kaatsen Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: Binnen de lessenreeks over Herne wordt ook de kaatssport aangehaald, omdat ook dit aanzien wordt als een deeltje erfgoed uit het dorp. De leerlingen maakten reeds kennis met de spelregels en het kaatsen wordt hier gespeeld. Voorkennis van de leerlingen: VOOR AANVANG VAN DE LES EERST UITLEG GEVEN De leerlingen maakten reeds kennis van de kaatssport in Herne. Er werd gesproken over het standbeeld dat op het kaatsplein staat en de leerlingen leerden reeds op voorhand de regels. Tijdens een vrij moment speelden de leerlingen reeds het spel kort op de speelplaats. Bronnen: Digitale leerplannen VVKBaO – Bewegingsopvoeding

Eindtermen: De leerlingen: ET 1.18 kunnen eenvoudige spelideeën uitvoeren in eenvoudige bewegingsspelen. ET 1.23 bewegen op aangepaste manier in de vrije natuur.

Leerplan: MC 6.18 De leerlingen lopen om ter vlugst om zo snel mogelijk ergens te komen. GVL 2 Veiligheidsvoorschriften, - afspraken en –regels naleven. GVL 4 Rust ervaren als tegenpool van actie. (GVL 5 Bewegen in openlucht.)

Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: / Andere: Eigen inbreng

Website kaatssport Grimminge: http://www.kaatsclub-grimminge.be/OP_en_OVER.htm Bijlagen / Benodigdheden (ingevulde werkbladen, bordschema,…):

- Instructiekaartje spelregels -

Reflectie vooraf: Aangezien de leerlingen op een voorgaand moment de spelregels reeds kregen uitgelegd verwacht ik na een korte herhaling geen problemen meer.

Page 33: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

Doelen Leerinhouden Organisatie Materiaal

- Opwarming

-

- Uithoudingsvermogen - Reactiesnelheid - Fair play

Kern: Kaatsen Spelregels:

De opslager van de ploeg A bevindt zich in zijn eigen opslagvak en serveert de bal in het opslagvak van ploeg B waar de bal verplicht

een stuit moet maken. De speler van ploeg B mag echter niet in zijn eigen opslagvak komen vooraleer de opgeslagen bal daarin gebotst is.

Bij een slechte opslag krijgt de opslager een tweede kans. Indien hij ook die mist, gaat het punt naar de tegenstander.

De middellijn dienst steeds als een soort van vaste kaats. De ploeg die er kan voor zorgen dat de bal voorbij de middellijn geraakt zonder dat de tegenstander deze kan terugspelen vooraleer de bal

tweemaal botst of rolt, maakt een punt. Vandaar dat meestal 3 koordspelers aan de middellijn postvatten.

Een bal over het plein slaan levert eveneens een punt op, maar dit is echter niet zo evident doordat met een grote bal en de blote hand wordt gespeeld.

De bal is uit wanneer de zijlijnen worden geraakt.

Spelers mogen pas het andere kamp betreden nadat de opgeslagen bal in het opslagvak van de tegenstander is gestuit. Het terrein verlaten langs de achterlijn is eveneens niet toegestaan. Langs de zijlijn mag men uiteraard wel het terrein verlaten om een bal te bespelen.

Elk team slaat beurtelings op : van zodra een spel afgelopen is, gaat de opslag naar de tegenpartij. Alle spelers in een team slaan eveneens beurtelings op en die beurtrol blijft behouden gedurende de hele wedstrijd.

Opslagen mag zowel onder- als bovenhands.

Zie instructiefiche - Tennisbal -

Page 34: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

1

- Aandachtig blijven - Snel reageren - Rustig worden

Afsluiter: Napoleon De leerlingen gaan allen in een grote kring staan en één leerling wordt ‘Napoleon’. Hij stapt rond de kring met een doekje. Wanneer hij stopt tussen twee leerlingen gaan deze twee rond de kring lopen. Als ze elkaar tegenkomen spelen ze vliegensvlug ‘schaar steen papier’ en lopen ze weer verder. Wie als eerste de handdoek kan bemachtigen mag als volgende rondgaan. Na afloop van het spel gaan de leerlingen allemaal in kleermakerszit zitten met hun hoofd naar beneden en hun ogen gesloten. Wie een tik op de rug voelt mag zich gaan omkleden.

- Handdoek

Page 35: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

2

Instructiefiche: Het terrein is net als bij het traditionele spel 70m lang, maar met 20m wel een stuk breder. Het rechthoekige speelveld wordt door middel van een middellijn netjes in twee gelijke delen verdeeld. Op elke speelhelft bevindt zich een vierkantig opslagvak van 6 meter op 6 meter. Beide opslagvakken liggen op 12 meter van de middellijn. In geval van jeugdwedstrijden kan uiteraard best gekozen worden om het speelveld te verkleinen in functie van de leeftijdscategorie. Het spel kan gespeeld worden op diverse ondergronden : asfalt, gravel, gras,... . Het meest technische en spectaculaire spel is te spelen op gras. Teams Twee teams met elk vijf veldspelers en een wisselspeler nemen het elkaar op. De meest courante opstelling is met 2 keerders en 3 koordspelers. Materiaal Heel weinig materiaal is nodig om een wedstrijd te spelen. Handschoen zijn in deze discipline immers verboden, dus wordt gewoon met de blote hand of de vuist geslagen. De bal waarmee gespeeld wordt is een volledig afgepelde tennisbal. Spelwijze

De opslager van de ploeg A bevindt zich in zijn eigen opslagvak en serveert de bal in het opslagvak van ploeg B waar de bal verplicht een stuit moet maken. De speler van ploeg B mag echter niet in zijn eigen opslagvak komen vooraleer de opgeslagen bal daarin gebotst is. Bij een slechte opslag krijgt de opslager een tweede kans. Indien hij ook die mist, gaat het punt naar de tegenstander. De middellijn dienst steeds als een soort van vaste kaats. De ploeg die er kan voor zorgen dat de bal voorbij de middellijn geraakt zonder dat de tegenstander deze kan terugspelen vooraleer de bal tweemaal botst of rolt, maakt een punt. Vandaar dat meestal 3 koordspelers aan de middellijn postvatten. Een bal over het plein slaan levert eveneens een punt op, maar dit is echter niet zo evident doordat met een grote bal en de blote hand wordt gespeeld. De bal is uit wanneer de zijlijnen worden geraakt. Spelers mogen pas het andere kamp betreden nadat de opgeslagen bal in het opslagvak van de tegenstander is gestuit. Het terrein verlaten langs de achterlijn is eveneens niet toegestaan. Langs de zijlijn mag men uiteraard wel het terrein verlaten om een bal te bespelen. Elk team slaat beurtelings op : van zodra een spel afgelopen is, gaat de opslag naar de tegenpartij. Alle spelers in een team slaan eveneens beurtelings op en die beurtrol blijft behouden gedurende de hele wedstrijd. Opslagen mag zowel onder- als bovenhands. Puntentelling Men speelt naar 6 gewonnen spellen, met eenzelfde telling als in het tradionale kaatsen (15, 30, 40, spel). Iedere wedstrijd zijn 3 punten te verdelen. De winnaar gaat met minstens 2 punten naar huis. De verliezer behaalt één punt als hij minstens 3 spellen behaalt. Behaalt de verliezer minder dan 3 spellen, dan gaat het derde punt ook naar de winnaar. In geval van een competitie wordt het klassement opgemaakt op basis van het aantal gewonnen wedstrijden. Indien deze gelijk zijn tussen ploegen, wordt pas naar het puntentotaal gekeken.

Page 36: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

3

4.7 Excursie doorheen Herne

Voorbereiding

Student: Rani Van Eeckhoudt Leerjaar: 3de graad Klas: 3 BaLo a Aantal leerlingen: / School: / Datum: / Mentor: / Aanvang les en duur: Leergebied: WO. – Excursie doorheen Herne Precieze omschrijving en situering van het lesonderwerp: In deze les worden de leerlingen op sleeptouw genomen doorheen hun eigen dorp. Wat ze tijdens de lessen allemaal op foto gezien hebben wordt nu realiteit. De leerlingen doorlopen verschillende opdrachten en komen zo nog meer te weten over het erfgoed in eigen dorp. Voorkennis van de leerlingen: De leerlingen kregen reeds verschillende lessen omtrent het erfgoed in Herne. De kerken en de objecten werden bekeken, net als de … Bronnen:

Eindtermen: Leerplan: Handboek: Auteur, Titel, Plaats, Uitgever, Jaar, Druk: Andere:

Bijlagen (ingevulde werkbladen, bordschema,…): Reflectie vooraf:

Page 37: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

4

Fase 1: Titel (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Media: Fase 2: Titel (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Media: Fase 3: Titel (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit , organisatievorm): Media: Fase 4: Titel (timing: min) Doelstelling(en): Inhoud: Didactische werkvorm (leeractiviteit, organisatievorm): Media:

Page 38: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

5

4. Besluit

Page 39: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

6

5. Bijlagen

In de lesvoorbereidingen komen verschillende werkbladen, foto’s, instructiekaartjes voor die nodig zijn om de lessen in de praktijk goed te kunnen uitvoeren. Hier vind je per les de verschillende bijlagen die nodig zijn. 6.1 Instaples erfgoed

Bijlage 1: Verhaal ‘Een koffer vol geheimen’ Toen ik klein was, speelden mijn zus, mijn neefjes, nichtjes en ik elke woensdagnamiddag na school bij mijn oma. We waren allen te samen wel met negen kinderen. Weet je waarom we zo graag bij mijn oma speelden? Mijn oma heeft een fantastisch groot huis met vele kleine kamertjes en hoekjes waar we ons goed konden verstoppen. Op een dag wilde ik mij verstoppen in de kast. Maar wanneer ik de kast opendeed, vond ik een geheimzinnige koffer. Ik kon mijn nieuwsgierigheid niet de baas en deed de koffer open… Er zaten allerlei vreemde spulletjes in. Sommige dingen waren echt geheimzinnig, andere zagen er grappig uit, andere een beetje griezelig. Maar ik kon echt niet raden wat de dingen waren en waarvoor ze dienden. Ik riep mijn zus, neefjes en nichtjes bijeen, en we probeerden te raden wat de dingen waren. We keken naar de kleur, de vorm, het gewicht, wat je ermee kon doen,… We speelden het raadspelletje de hele namiddag. Plots hoorden we onder aan de trap mijn oma roepen: “Waar blijven jullie? Spelen jullie nog altijd verstoppertje?” Een beetje geschrokken probeerden we vlug alle spulletjes terug in de koffer weg te bergen. Maar daar hoorden we oma al de trap op komen. Ze kwam de kamer binnen en zag dat we de spulletjes in de kast hadden gevonden. Ze glimlachte en kwam bij ons zitten. “Ah, jullie hebben mijn schatkist gevonden.” “Wat zijn al die spulletjes oma? Waarvoor dienen ze?”, vroeg ik. “Willen jullie dat echt weten? Dit is mijn schat.” “Maar oma, er zitten toch geen juwelen in!?!”, zei ik verwonderd. “Er zitten alleen rare dingen in.” “Aha”, zei oma, “die dingen zijn misschien niet veel geld waard, maar voor mij zijn ze héél belangrijk. Ik zou ze willen bewaren voor later. Ooit geef ik ze aan jullie.”

6.2 Erfgoed van bij ons

6.3 Kerken en zijn objecten

6.4 Onze molens

6.5 Het Kartuizerklooster

6.6 Sport – Kaatsen

6.7 Excursie doorheen Herne

Page 40: BACHELORPROEF...BACHELORPROEF Hogeschool-Universiteit Brussel, Warmoesberg 26, 1000 Brussel Tel: 02-210 12 11, Fax 02-217 64 64, KAHO Sint-Lieven, Gebroeders De Smetstraat 1, 9000

7

6. Literatuurlijst 7.1 Handboeken / Brochures

7.2 Educaties

7.3 Websites

Bron cultureel erfgoed (Ann Callens, School- en klaspraktijk 189 47ste jaargang 2005 – 2006) Erfgoededucatie in het Vlaamse Onderwijs, Sigrid Van der Auwera en Annick Schauwe, Brussel, 2007, uitgegeven door Vlaamse overheid Wandelkaart: Wandelgebied Pajottenland Herne Kartuizerklooster https://inventaris.onroerenderfgoed.be/dibe/relict/39612 http://www.faronet.be/erfgoeddag/2014-2015 http://nl.wikipedia.org/wiki/Erfgoeddag https://www.onroerenderfgoed.be/