Upload
others
View
2
Download
0
Embed Size (px)
Citation preview
83
9] directe democratie: referenda & deliberatieve democratie
"Het Engelse volk denkt vrij te zijn. Maar ze vergissen zich enorm. Ze zijn vrij op
het moment dat ze leden voor het parlement kiezen; maar zodra die gekozen zijn,
is het electoraat weer slaaf." (J.J. Rousseau: Du Contrat social, boek III)
wat we sinds de 19e eeuw onder democratie verstaan is een speciefieke vorm ervan: representatieve democratie
middels verkiezingen brengt het electoraat haar stem uit op verschillende volksvertegenwoordigers
de mate van legitimiteit van deze afgevaardigden is afhankelijk van de opkomst tijdens verkiezingen
de instelling van het algemeen kiesrecht ging gepaard met een, ‘in het landsbelang’, wettelijke opkomstplicht
de evenredige vertegenwoordiging in het parlement moest een maximale representatie van het volk garanderen
in 1970 werd de opkomstplicht uit de kieswet geschrapt, omdat het leidde tot politieke afkeer onder burgers
sindsdien daalde de opkomst van gemiddeld 94% (voor 1970) naar 73% (1998: Paars II)
het toenemende kiezers-absenteïsme leidde tot discussies over de legitimiteit van de volksvertegenwoordiging:
vertegenwoordigt ‘de politiek’ het volk nog wel, als steeds meer stemgerechtigden bij verkiezingen afhaken?
ligt het aan ‘de politiek’ / politici? of aan het gebrek aan burgerschap onder ‘het volk’?
over de oorzaken van kiezers-absenteïsme in westerse democratieën wordt veel gespeculeerd
ontzuiling / verzorgingsstaat zou de sociale cohesie en politieke betrokkenheid van burgers hebben ondermijnd
groeiende technocratie / professionalisering van de politiek zou de kloof tussen politiek en burger hebben vergroot
sinds Fortuyn (2002) hebben partijen als de LPF, TON en de PVV een nieuw electoraat aangeboord
door beroep op ‘de stem van het volk’ wisten ‘populisten’ door partijen genegeerde thema’s op de agenda te zetten
kiesgerechtigden die voorheen thuis bleven werden door een nieuw discours naar de stembus gelokt
zaken die tot dan toe als onbespreekbaar werden ervaren (migratie, globalisering, EU) werden gepolitiseerd
‘politiek incorrecte’ uitspraken als “Nederland is vol” (Fortuyn) bleken een gevoelige snaar te raken
de politieke elite had te lang ‘de stem van het volk’ genegeerd, en daarmee het volk van zich vervreemd
het pluche / de regenten-klasse werd arrogantie verweten; niet alleen nationaal maar ook op Europees niveau
"Wir beschließen etwas, stellen das dann in den Raum und warten einige Zeit ab, was passiert.
Wenn es dann kein großes Geschrei gibt und keine Aufstände, weil die meisten gar nicht begreifen,
was da beschlossen wurde, dann machen wir weiter; Schritt für Schritt, bis es kein Zurück mehr gibt."
Jean-Claude Juncker, 1999
het betrekken van ‘de stille meerderheid’ bij de politiek kan gezien worden als een stap voor democratisering
toch was de reactie van het politieke en culturele ‘establishment’ overwegend negatief / afkeurend
het populisme zou een gevaar vormen voor de beschaving, de representatieve democratie, de rechtsstaat, etc
formeel was er geen sprake van een ‘cordon sanitaire’, maar van acceptatie was ook zeker geen sprake
het populisme, en de reactie erop, heeft geleid tot polarisering onder de bevolking, en politieke onzekerheid
vanaf 2002 trekken politici massaal de wijken in om in contact te treden met ‘de gewone man’ (M/V)
84
de afgelopen 15 jaar is er een onmiskenbare verschuiving gaande in het politieke landschap
de oorzaken ervan zijn divers en complex, maar om er een paar te noemen:
angst voor globalisering, immigratie, economische onzekerheid, verlies van identiteit, autonomie, etc
het geloof in een betere toekomst heeft plaats gemaakt voor onzekerheid en wantrouwen in het niet-eigene
de derde-weg politiek van de jaren '90 betekende een depolitisering van de politiek (polder-model)
globalisering van de economie dicteert deregulering en liberalisering; "there is no alternative"
een stabiel beleid en betrouwbaar bestuur is in het belang van zowel de economie als het sociaal beleid
hiermee legitimeerden politici achterkamertjes-politiek, regeer-akkoorden, loyaliteit t.o.v. coalitie-partners
de reactie hierop heeft het stempel 'populisme' gekregen, maar is ook een repolitisering van de politiek
opkomst van het internet en social media heeft de burger meer kennis & macht gegeven / assertiever gemaakt
hij is beter / sneller op de hoogte, en kan ook meteen online zijn mening uiten (in GeenStijl-jargon: reaguren)
opinie-peilingen, mainstream-media en twitter zorgen voor een 24/7-economie van informatie (en des-informatie)
dit beïnvloedt politici, die steeds harder hun best (zeggen te) doen om naar de burger te luisteren
langzaam zien we een onwillige omarming van populistische thema’s en retoriek door gevestigde partijen
deze tegemoetkoming lijkt echter vooral ingegeven door strategie: om het populisme de wind uit de zeilen te nemen
deze ‘geste’ heeft niet kunnen voorkomen dat nieuwe partijen een einde aan de ‘oude politiek’ eisen
meer democratie betekent meer inspraak en transparantie, vooral via referenda, aldus de nieuwe partijen:
PVV (Wilders), VNL (Roos), Forum voor Democratie (Baudet), Nieuwe wegen (Monasch), Piraten-Partij (v/d Leest)
"Nederland heeft genoeg van het buitensluiten van de burger, zelfs na referenda, door de gevestigde politiek"
Jacques Monasch (Nieuwe wegen, voorheen PvdA)
"Schoon schip maken! Als een volk in beweging komt, is eigenlijk alles mogelijk." (Geert Wilders, PVV)
Frank Hendriks: de democratische antithese 1
de vertrouwde links/rechts-dichotomie voldoet niet meer… hoe moeten we de nieuwe polarisatie duiden?
het gaat niet meer zozeer over hoe de samenleving eruit moet zien, maar over de politiek zelf
Hendriks onderscheid 2 dimensies (assen) in het hedendaagse debat over de democratie:
direct versus indirect, en competitief versus coöperatief
85
pendule-democratie verkiezingsstrijd tussen (vaak twee) grote partijen die geen coalitie aangaan
de meeste stemmen tellen (the winner takes all)
Verenigd Koninkrijk / Verenigde Staten (Angelsaksisch model)
consensus-democratie verkiezingsstrijd tussen vele partijen die noodgedwongen coalities aangaan
dit leidt tot consensus / compromis (regeer-akkoord) over toekomstig beleid
Nederland (Rijnlands model)
kiezers-democratie kiezer heeft direct invloed op beleidsvoorstellen (via bijv. referenda)
stemmingen staat daarbij voor: gemoederen, alsook voor: votes
California / Zwitserland
participatie-democratie burger is actief betrokken bij vormgeving van beleid via burger-initiatieven
IJsland / Ierland / Canada
het referendum
D66 pleit sinds 1986 voor het invoeren van (vooral lokale) referenda (o.a. over een gekozen burgemeester) 2
op lokaal niveau zijn er sindsdien vele referenda gehouden, over tal van onderwerpen
er zijn vele manieren denkbaar waarop referenda georganiseerd kunnen worden
de naamgeving is echter niet eenduidig: termen worden op uiteenlopende maneren gebruikt
een analyse in begrips-dimensies:
frequentie incidenteel (EU, Ukraine) regulier (zoals in Zwitserland)
onderwerp bepaald / beperkt (bij wet) (vrijwel) alles
aanleiding facultatief wettelijk verplicht
initiatief volksraadpleging (consultatief) correctief / raadgevend / volksinitiatief
opties meer-keuze (opties) 2-keuze (voor / tegen) 1-keuze (tegen)
geldigheid opkomst-quorum uitkomst-quorum geen quorum
uitkomst bindend niet-bindend (advies)
toelichting:
opkomst-quorum (drempel): pas bij x% opkomst van de stemgerechtigden is het referendum geldig
meerderheid-quorum: pas bij x% van de ja/nee-stemmers van de stemgerechtigden is het geldig
bij een 1-keuze referendum stemmen alleen tegenstanders (opkomst-quorum = meerderheids-quorum)
d.w.z: iedereen die niet stemt is het eens met het voorstel cq. laat het aan de politiek
referendum over Europese grondwet (2005)
in juni 2005 is in Nederland voor het eerst in 200 jaar een landelijk raadplegend referendum gehouden
dit ging over het Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor Europa (initiatief van GroenLinks, PvdA en D66)
3 dagen na het Franse referendum stemde ook in Nederland een meerderheid ‘nee’ (vraag was: ‘nee’ tegen wat?)
Wet Raadgevend Referendum (Wrr - 2015)
in de wet verwijst 'raadgevend' naar een niet-bindend correctief referendum
een referendum kan aangevraagd worden voor alle aangenomen wetten (m.u.v. rijkswetten, begroting, koningshuis)
1e fase: verzoek door 10.000 stemgerechtigde Nederlanders binnen 4 weken na publicatie van de wet
2e fase: binnen 6 weken 300.000 handtekeningen verzamelen
geldigheid: bij meerderheid van stemmen tegen de wet, en opkomst boven de 30%
het parlement kan de wet dan alsnog goedkeuren (het is immers een niet-bindend correctief referendum)
86
6 april 2016: nationaal raadgevend referendum over de Associatie-overeenkomst tussen de EU en Ukraïne
aangevraagd door GeenPeil (samenwerking tussen GeenStijl, Burgercomité EU en Forum voor Democratie)
in totaal werden 427.939 geldige verzoeken bij de Kiesraad ingediend, meer dan de benodigde 300.000
vraag: "bent u voor of tegen de wet tot goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de EU en Oekraïne?"
opkomst: 32% voor: 38% (12% van stemgerechtigden) tegen: 61% (19% van stemgerechtigden) blanco: 1%
kritiek op het ‘Ukraïne-referendum’
volgens critici (o.a. Casper Albers, RuG) leidt de opkomst-drempel (opkomst-quorum) tot een prisoner's dilemma
het dwingt voorstanders tot het maken van een keuze die kan leiden tot hun gezamenlijk nadeel
als ze wel gaan stemmen dragen ze bij aan het behalen van de opkomst-drempel, en wellicht dus de ‘nee’-stem
als ze niet gaan stemmen, en de ‘nee’-stemmers alleen behalen de opkomst-drempel, wint het ‘nee’-kamp geheid
dit bleek het geval bij het ‘Ukraïne-referendum’: strategisch stemmen werd gokken op opinie-peilingen
een 2e punt van discussie werd hoe de uitslag geïnterpreteerd moest worden:
waren de thuisblijvers niet geïnteresseerd, of tegen het referendum, of om strategische redenen thuis gebleven?
waren de ‘ja’-stemmers voor het verdrag, of tegen het referendum (georganiseerd door GeenPeil)?
waren de ‘nee’-stemmers tegen het verdrag, of tegen de EU, of tegen de ‘oude politiek’?
"Dat hele verdrag met Oekraïne interesseert me niet zo veel [...] Het is een kapstok om te pleiten voor meer
directe democratie [...] Als we woensdag winnen gaat de regering wat sleutelen aan dat verdrag en dan komt
het er toch [...] Het gaat mij erom dat we mensen een stem geven die zich al jaren ergeren aan het gebrek
aan democratische inspraak. Als daar vervolgens niet naar wordt geluisterd, tonen we dat in ieder geval aan."
Bart Nijman (GeenPeil) - Volkskrant, 1 apr 2016
een 3e punt van kritiek betrof de vraag in hoeverre kiezers inhoudelijk begrepen waarover ze stemden
het bleek dat veel ‘nee’-stemmers meenden dat het over toetreding van Ukraïne tot de EU ging
dit vermoeden werd gevoed door het zgn. ‘inleg-velletje van Rutte’, dat deze vrees moest wegnemen
een 4e punt van kritiek betrof de wijze waarop er met de uitslag van het referendum werd omgegaan
hoewel het een niet-bindend referendum was, was er de toezegging dat de uitslag gerespecteerd zou worden
dit is na lang dralen uiteindelijk ‘half’ gebeurd: het ‘inleg-velletje van Rutte’ moest de onvrede wegnemen
maar juist daardoor groeide de verwarring (of desinformatie):
"Er zijn behoorlijke aanpassingen gemaakt. […]
Het is een heel ander verdrag geworden waarin het 'nee' vertaald is." (Pechtold, D66)
"Zelfs de regering geeft toe dat het inlegvel niets aan de tekst van het Oekraïneverdrag wijzigt. [...]
Oekraïne heeft het inlegvelletje niet getekend en ook niet officieel aanvaard." (Omtzigt, CDA)
echte democratie (= directe democratie?)
het niet-bindend correctief referendum gaat volgens de PVV en de nieuwe partijen op rechts niet ver genoeg
in het door de PVV bestelde rapport Echte Democratie (2016) pleiten Baudet & Cliteur voor het volgende:
87
niet raadgevend maar bindend
voor een bindend referendum is eerst nog een grondwetswijziging nodig (voorstel ligt bij 1e & 2e kamer)
artikel 81: “de vaststelling van wetten geschiedt door de regering en Staten Generaal gezamenlijk”
moet aangevuld met “behoudens de mogelijkheid van een referendum”
daartoe krijgt het voorstel na verkiezingen van 2e kamer (maart 2017) en 1e kamer (mei 2019) een ‘2e lezing’
d.w.z: beide kamers moeten het voorstel tot wijziging van de grondwet opnieuw behandelen
daarnaast is een ⅔ meerderheid nodig
niet slechts correctief maar ook initiërend
hiervoor moet art. 4 van de wet raadgevend referendum worden aangevuld met een extra optie:
- ‘onderwerpen die burgers zelf voorstellen’
om een uitgewerkt wetsvoorstel bindend door te kunnen voeren moet de grondwetwet gewijzigd
het wettelijk initiatief-recht op grond van grondwet art. 82 ligt bij regering en 2e kamer
voor een niet uitgewerkt wetsvoorstel, maar een algemeen idee, moet art. 67 lid 3 worden gewijzigd
niet slechts facultatief maar ook verplicht
bij een tweetal categoriën wetten moet een referendum verplicht worden: 3
- wetten die soevereiniteits-overdracht met zich meebrengen (tast functioneren van het parlement aan)
parlementariers zijn volksvertegenwoordigers; en ze kunnen niet iets weggeven wat zij niet bezitten
- wetten, die zaken die via een referendum zijn gerealiseerd, aanpassen of terugdraaien
referenda & representatieve democratie
“ik geloof in referenda, niet om het representatieve stelsel te vernietigen,
maar juist om dat te corrigeren wanneer het niet meer representatief is” - Theodore Roosevelt
of referenda de representatieve democratie aanvullen, dan wel ondermijnen, is onderwerp van veel debat
de discussies die ontstonden in de nasleep van het Ukraïne-referendum (2016) illustreren dit
gekozen parlementariërs beloofden om zich bij de uitslag van het (niet-bindend) referendum aan te sluiten
de 'bindende' uitslag van de 2e kamer-verkiezingen (2012) werd zo 'overruled' door 19,5% van de bevolking
referenda zijn volgens critici daarom geen verbetering, maar de bom-gordel van de (represenatieve) democratie
het 2 keuze-referendum erkent niet de keuze om de reeds gegeven stem voor de 2e kamer te laten prevaleren
representatieve democratie houdt weliswaar in dat volksvertegenwoordigers afgevaardigden van het volk zijn
maar hun taak is niet om op elk willekeurig moment de ‘wil van het volk’ (waan van de dag) te weerspiegelen
zij zijn veeleer zaakwaarnemers die, eenmaal gekozen, gemachtigd zijn om autonoom beslissingen te nemen
zij moeten naar eer en geweten, naar beste inzicht en na zorgvuldige overweging, zelf besluiten nemen
"Your representative owes you, not his industry only, but his judgment; and he betrays, instead of
serving you, if he sacrifices it to your opinion" - Edmund Burke: Speech to the electors of Bristol, 1774
in de Nederlandse parlementaire democratie kennen we dit beginsel als ‘stemmen zonder last of ruggespraak’ 4
zonder last = zonder opdracht: de volksvertegenwoordiger moet op basis van eigen inzicht oordelen
grondwet art. 67 lid 3: “de leden (van de Staten-Generaal) stemmen zonder last” 5
88
zonder ruggespraak = zonder overleg: de afgevaardigde heeft het recht zelfstandig besluiten te nemen
d.w.z. zonder daarover eerst met iemand uit de achterban overleg ('ruggespraak') te plegen
stemmen zonder ruggespraak was vastgelegd in artikel 140 van de grondwet van 1815
het werd in 1983 geschrapt om niet de indruk te wekken dat kamerleden niet met hun partij mogen overleggen
(stemmen volgens de fractie-discipline is het andere uiterste, en zien we de afgelopen jaren toenemen)
art. 50 van de Grondwet stelt: “de Staten-Generaal vertegenwoordigen het gehele Nederlandse volk”
idee erachter: de afgevaardigde dient zich niet te laten leiden door deelbelangen, maar door het algemeen belang 6
in de huidige politieke cultuur met partijen-stelsel lijkt dit beginsel verwaterd, en wellicht achterhaald
men heeft te maken met partij-programma's, beginsel-verklaringen, fractie-discipline, coalities, regeer-akkoorden, etc
toch wordt het beginsel weer vaker genoemd, vooral in verband met de roep om meer inspraak, via bijv. referenda
het principe van stemmen zonder last of ruggespraak wordt volledig overboord gegooid door GeenPeil
het motto van deze partij (organisator achter het Ukraïne-referendum) luidt: “stem op jezelf”
“In constitutionele termen wil GeenPeil de invoering van het zogenaamde mandat impéritif. Het mandaat van
volksvertegenwoordigers is daarin niet te vergelijken met een voogd of zaakwaarnemer die naar eigen inzicht besluit
wat hij denkt dat in het belang van de vertegenwoordigde is, maar het lijkt op het mandaat van een ambtenaar die
doet wat hem gevraagd wordt of van een diplomatieke zaaksgelastigde die de boodschap van een ander overbrengt.
De invoering van een mandat impéritif wordt in het staatsrecht doorgaans voor onwenselijk en vooral voor onmogelijk
gehouden. Door de digitale revolutie is ‘directe representatie’ echter niet langer onmogelijk en het is vooral
onwenselijk om op de oude democratische voet door te gaan, aldus Dijkgraaf. GeenPeil wijst de parlementaire
democratie uit 1848 fundamenteel af door te beloven niet aan debatten deel te nemen. Evenmin willen ze meedoen
volgens de spelregels van de partijen-democratie uit 1917. Ze beloven met niemand in een coalitie te gaan zitten.
GeenPeil wil verder met de identiteits-democratie waar Van Mierlo het in 1966 over had: regeren volgens de
verzamelde individuele wil. De plannen van GeenPeil staan daarmee haaks op de oorspronkelijke gedachte achter
het verbod van last (en vroeger: ruggespraak) zoals dat nog altijd in artikel 67 derde lid van de Grondwet staat. Het
negatieve lastverbod werd door Thorbecke uitgelegd als de positieve plicht voor individuele Kamerleden om alleen
conform het eigen geweten te beslissen.” - Geerten Boogaard (docent staatsrecht Univ. Leiden) 7
overwegingen / bedenkingen
om het referendum op waarde te schatten is het nuttig om na te gaan waar het een oplossing voor moet bieden
bestrijden van absenteïsme en cynisme door het dichten van de kloof tussen politiek en burger
stimuleren van het maatschappelijk debat, burgerschap en politiek engagement in de publieke sfeer
specifieke vragen die gesteld kunnen worden zijn dan bijv:
welk soort referendum zal de kloof tussen burger en politiek dichten, dan wel uitdiepen?
welke onderwerpen mogen onderworpen worden aan een referendum? 8
mag het hele volk stemmen? of moet er onderscheid gemaakt worden tussen stake-holders?
de Engelsen kozen voor Brexit, de Schotten niet, en die willen nu een referendum voor onafhankelijkheid
hoe zorg je voor gedegen, onpartijdige, toegankelijke informatie-voorzieing?
(hoe) kun je het publieke domein vrijwaren van desinformatie, spin, lobby, propaganda, etc?
hoe kan deliberatie / publiek debat worden gestimuleerd? (deliberatieve drempels / garanties)
inspraak zonder burgerschap of publiek verantwoordelijkheidsgevoel leidt niet tot meer democratie
89
deze vragen zijn relevant, om het limbo waarin de Britten verkeren na hun Brexit te voorkomen
“In England and Wales, many university towns emerged from the referendum as isolated outposts of pro-EU
sentiment in a sea of Brexit. Newcastle, York, Nottingham, Norwich, Cambridge, Brighton, Warwick, Exeter,
Bristol, Reading, Oxford and Cardiff all voted remain. I live in Cambridge, which voted remain by a margin of
74 to 26. There was consternation here following the result. It was accompanied by a barely suppressed
feeling that ignorance had won the day. I lost count of the number of times I was told that one of the top
trending searches on Google in the immediate aftermath of the vote was: 'What is the EU?' The implication
was that we had been taken out of Europe by people who did not even know what it was they were being
asked to decide about.” - David Runciman, 2016 9
nodigt een volksinitiatief als initiërend, bindend referendum in het huidige politieke klimaat niet uit tot sabotage?
zal het referendum niet de ‘weg-stem-knop’ worden van alles 'wat de heren in Den Haag bekokstoofd hebben'?
het referendum consolideert dan de jura de ‘reaguurders-democratie’ die we volgens critici de facto al hebben.
‘het volk krijgt de kans de elite eens goed de oren te wassen’, maar krijgt ‘het volk’ het ook voor het zeggen?
de afrekening / het wegstemmen overschaduwt dan het inhoudelijke debat dat zou moeten plaatsvinden
het referendum als vote zonder voice (Will Kymlicka) zal het cynisme niet wegnemen, maar slechts voeden
het leidt er niet toe dat de burger zich gehoord voelt, maar voedt juist het wantrouwen in de politici
rol van de media
het voornaamste nadeel van referenda (en verkiezingen) is dat opinie-vorming plaatsvindt via de media
de mainstream en social media lenen zich slecht voor een open dialoog, waarbij argumenten centraal staan
de gemediatiseerde strijd leidt tot mediacratie & emocratie, anderzijds tot cynisme en wantrouwen in politici
de kanaliserende instanties die het publieke debat vormgaven, zijn vervangen door kijkcijfer-gestuurde media
op social media worden roddels en schandalen, alsook regelrechte desinformatie, al snel trending topics
de nieuwe ‘mondigheid’ manifesteert zich dan als instant reacties op instant berichten; een permanente hetze
dit draagt niet bij tot deliberatie (overleg / dialoog), maar slechts tot reactie op reactie (reaguurders-democratie)
dit komt een neutrale informatie-voorziening en evenwichtige opinie-vorming niet ten goede
ook lost het het probleem dat de burger zich niet gehoord voelt niet op; stemmen (votes) worden alleen geteld
de burger blijft consument, en zal zich niet betrokken voelen bij, of verantwoordelijk voelen voor het resultaat
het resultaat kan zijn dat stemmen voor de 'boze burger' een subversieve daad wordt: het referendum als molotov
"Trump was voor de ontevreden middenklasse een molotov om naar Washington te gooien" - Michael Moore
intrekking van de Wrr 10
in het Regeerakkoord 2017 staat dat een voorstel tot intrekking van de Wrr zal worden ingediend
want: het heeft 'als tussenstap' naar een bindend referendum niet gebracht 'wat ervan werd verwacht,
onder meer door een controverse over de wijze van aanvragen en verschillende interpretaties van de uitslag'
critici stellen dat het een regenteske zet zou zijn om de Wrr al na één onwelgevallige uitslag af te schaffen
sowieso zou daar dan nog, op basis van de Wrr, een referendum over gehouden kunnen / moeten worden
maar eerst zal er nog een referendum volgen over de Wet Inlichtingen- en veiligheidsdiensten (‘aftapwet’ / ‘sleepwet’)
deze is gepland op 21 maart 2018, tegelijkertijd met de gemeenteraadsverkiezingen
90
votes & voices
dat de democratie onder druk staat lijkt anno 2017 een breed gedragen gevoel (maar niet universeel)
deels heeft dat te maken met mondiale ontwikkelingen die zorgen voor instabiliteit en onzekerheid
het geloof dat de wereld zich aan het ontwikkelen is richting een liberale democratie (Fukuyama) lijkt gelogenstraft
religieus extremisme, nationalisme, autoritarisme en wellicht een nieuwe koude oorlog dienen zich aan
maar dat de democratie in Nederland / Europa onder druk staat is vooral een kwestie van perceptie
sommigen zien de toenemende macht van trans-nationale verbanden (globalisering, EU) als bedreiging
we moeten onze soevereiniteit, nationale identiteit, en normen & waarden koesteren, is hun devies
anderen zien populisme, nationalisme, sektarisme en provincialisme als bedreiging voor de democratie
we moeten humanistische waarden als vrijheid, gelijkheid & solidariteit nastreven en uitdragen
de rechtsstaat vormt de belangrijkste (maar niet de enige) voorwaarde voor de democratie
hier dient zich een belangrijk punt aan: er wordt veel gesproken over identiteit, normen en waarden
maar de rechtsstaat wordt steeds minder vaak genoemd als constitutionele basis van de samenleving
hierin schuilt het gevaar van de ochlocratie, de tyranny of the majority (John Adams, Tocqueville, J.S. Mill)
de combinatie van nationalistisch populisme, commerciele media en referenda versterkt dit gevaar
democratie legt de macht bij het volk, maar het volk bestaat niet los van iets wat het volk definieert
dit 'iets' is in een democratische rechtsstaat de constitutie: de (grond)wet + democratische instituties
de democratische constitutie waarborgt de lege plaats van de macht (Lefort: le lieu vide du pouvoir) 11
anderzijds vormt de civil society / publieke sfeer een belangrijke voorwaarde voor de democratie
zonder maatschappelijk betrokken burgers wordt de politiek overgelaten aan afgevaardigden (politici)
deze representanten vertegenwoordigen dan slechts de belangen van hun achterban in het politieke spel
en die achterban bestaat dan uit consumenten met belangen, maar zonder idee over het publieke goed
op die manier wordt de lege plaats van de macht bezet door beroeps-politici die de status quo dienen
politiek verwordt dan tot een op consensus gerichte strijd over economische groei en koopkracht
ideeën over 'het goede leven', over fundamentele waarden en immateriële thema's, sneeuwen dan onder
democratie veronderstelt debat tussen burgers over de toekomstige inrichting van de samenleving
Will Kymlicka benadrukt daarom het belang om onderscheid te maken tussen voice- en vote-oriented democracy 12
votes zijn uitgebrachte stemmen, die slechts geteld kunnen worden, maar lastig geinterpreteerd
voice verwijst naar een onder woorden gebrachte mening van burgers waarnaar geluisterd kan worden
het referendum leent zich voor het eerste, maar niet voor het tweede
alternatief voor het referendum: deliberatieve democratie
het verticale model van de representatieve democratie doet het slecht in de horizontaliserende 21e eeuw
de roep om meer inspraak en transparantie komt voort uit een assertieve, geinformeerde bevolking
of we deze roep typeren als de legitieme eis van het soevereine volk, of een opstand der horden, is niet relevant
het feit van het populisme is er, en blijkt geen tijdelijke oprisping, en dient onderkent te worden
gezien de roep om ‘echte’ democratie is de representatieve democratie daarom wellicht aan herziening toe
niet alleen op inhoudelijke gronden, maar vooral op pragmatische: 'het volk' roert zich, en zal niet meer zwijgen
91
het model van de representatieve democratie gaat impliciet uit van de onbekwaamheid van het volk
politici zijn bekwaam (aristos) in het besturen, politiek bedrijven, deugdelijk oordelen, etc; de gewone man niet
maar de afgelopen 100 jaar heeft de burger zich ontwikkeld, en is de maatschappij complexer geworden
dat maakt dat politici niet meer de alwetende elite zijn, en het volk veel expertise bezit ('wisdom of the crowd')
de 'wisdom of the crowd' moet niet onderschat worden, en de wijsheid en integriteit van politici niet overschat
maar komt de 'wisdom of the crowd' wel bovendrijven door referenda? deliberatieve democratie meent van niet
niet de mening / wijsheid van de burger, maar de vorm / het middel referendum vormt een probleem
"In een referendum vragen we de mensen rechtstreeks wat zij denken, zonder dat ze hebben moeten
denken – terwijl ze in de maanden voor de stemming met alle mogelijke vormen van manipulatie
worden gebombardeerd. Referenda en verkiezingen zijn twee archaïsche instrumenten voor de
publieke besluitvorming. Als we weigeren om onze democratische technologie te updaten, zullen
we binnenkort vaststellen dat het systeem niet meer te herstellen is." (Van Reybrouck, 18 nov 2016)
wil je de burger een stem geven, dan moet je hem van meet af aan betrekken bij het proces
“geef burgers palet en penseel in handen” (Van Reybrouck), geen molotov (Michael Moore)
Terrill Bouricius heeft hiervoor een model geopperd, waarin loting en deliberatie centraal staan
dit hoeft geen vervanging, maar kan ook een aanvulling zijn op het huidige representatieve stelsel
op die manier kan de voice-oriented directe democratie haar meerwaarde bewijzen (of niet)
in ieder geval kan de burger zien in hoeverre zijn stem (voice) serieus genomen wordt
ook zal de protest-stem (een gemakkelijk ‘nee’ / ‘tegen’) daardoor de wind uit de zeilen worden genomen
David van Reybrouck: Tegen verkiezingen (2013)
onze democratie (in haar huidige vorm) voldoet niet meer aan de eisen van de 21e eeuw, stelt Van Reybrouck 13
ze lijdt aan het democratisch vermoeidheidssyndroom (en lage verkiezingsopkomst is slechts één symptoom)
politici staan onder permanente druk van één lange opiniepeiling, voortdurend ligt de afrekening op de loer
er heerst zo een permanente verkiezingskoorts, en de media (massa- en sociale media) versterken dat effect
zowel kiezers als politici reageren steeds meer op 'de waan van de dag', wat ten koste gaat van lange-termijn visie
"Politici moeten in hun doen en laten de waarden die ertoe doen levend houden. Dus houd je een beetje in en
doe niet mee aan het overdrijven, aan het verschrikkelijke jezelf exposeren, aan die overspannen onderlinge
concurrentie. Politici, opgejaagd door spindoctors en adviseurs, nemen zelden nog de rust om na te denken
over hun eigen positie en stellingname. Daarom vind ik het ook zo moeizaam als Diederik Samsom spreekt
over zijn idealen, zonder ze te noemen. Wat zijn dan die idealen?" (Kees Schuyt, de Groene, sept. 2014)
de opkomst bij verkiezingen loopt terug, kabinetsformaties duren steeds langer, en kabinetten sneuvelen vaker
burgers vertrouwen politici niet meer, en omgekeerd: sinds de opkomst van het populisme is de elite wantrouwend:
"Misschien moet de regering het volk ontbinden, en een ander volk kiezen?" (Peter Mertens, PvdA Belgie)
wederzijds wantrouwen ondermijnt visie, geloofwaardigheid en engagement; "verkiezing wordt verzieking"
"Het verlenen van het recht om eens in de vier jaar een stem uit te brengen, voldoet niet langer aan de noden
van de moderne samenleving. Mensen kunnen van dag tot dag, zelfs van minuut tot minuut, volgen wat er in
de actualiteit gebeurt, [...] maar ze mogen pas na vier jaar weer politici kiezen die vervolgens verlamd zijn
door de kieskoorts en niets durven te doen. Noem dat maar democratie." (Van Reybrouck)
92
maar democratie is niet synoniem aan eens in de 4 jaar je stem uitbrengen op een partij
"In het populistisch stemgedrag van burgers gebeurt iets zeer belangrijks: het wijst op het
verlangen naar betrokkenheid van de laagopgeleide klasse bij de samenleving." (Van Reybrouck)
het potentieel van die betrokkenheid wordt echter niet benut door opiniepeilingen
"Opiniepeilingen meten wat het publiek denkt als het niet denkt; een deliberatieve peiling
meet wat het publiek zou denken als het de kans kreeg om na te denken" (James Fishkin)
politici hebben te maken met complexe materie, tegenstrijdige doelen en belangen, en een publiek / achterban
het electoraat heeft geen zicht op de complexiteit, heeft geen boodschap aan andere belangen, en heeft geen publiek
als men niet betrokken wordt in het democratisch proces voelt men zich minder verantwoordelijk voor keuzes
maar er zijn minder indirecte, meer directere vormen van democratie dan onze representatieve democratie
de delibaratieve democratie kent een grote rol toe aan participatie bij het democratisch proces, door overleg
loting van kandidaten uit de bevolking is daarbij een belangrijk ingredient
in Athene (bakermat van de democratie) werd in de 5e en 4e eeuw voor Chr. al loting op grote schaal gehanteerd
en in de Renaissance waren stadsstaten in Italië en in Spanje gebaseerd op loting, meer dan op verkiezing
Aristoteles: een kenmerk van democratie is vrijheid, en vrijheid betekent afwisselend regeren en geregeerd worden
een meritocratie leidt in praktijk tot een aristocratie, want economisch, sociaal en cultureel kapitaal accumuleert
zodoende blijft de macht geconcentreerd in bepaalde bevolkingslagen, en verwordt democratie tot multiple choice
"Loting is de beste manier om te vermijden dat alleen wie geld, diploma's of connecties heeft, mag spreken"
loting hoeft verkiezing niet te vervangen: het beste is een op de maatschappelijke context aangepaste balans
daar waar meer expertise (technocratie) nodig is, is verkiezing (niet loting) belangrijker
daar waar het om de leefwereld gaat (denk aan 'leefbaarheid') is inspraak belangrijker, en dus loting
"Loting maakt de democratie representatiever. Die ingelote leken hoeven er trouwens niet alleen voor te
staan, ze moeten overleggen met experts en gekozen politici. Alle ervaringen in het buitenland tonen aan:
ze nemen hun taak bijzonder ernstig. Het onderscheid tussen bestuurders en bestuurden vervalt: burgers
kunnen beide rollen vervullen. Dat is het allerbelangrijkste om het vertrouwen in de politiek te herstellen."
nu zien we de representatieve democratie d.m.v. verkiezingen als de enige legitieme vorm van democratie
maar deze vorm is tot stand gekomen door conservatieve reflexen na de revoluties in Frankrijk en Amerika
de burgerlijke elites hebben de erfelijke aristocratie (vorst en adel) vervangen door representsatieve democratie
maar alleen de hogere burgerij mocht stemmen, dus is de ene aristocratie voor de andere in de plaats gekomen
Founding Father James Madison (vader van de Amerikaanse Grondwet): "wij willen geen democratie"
(vreemd genoeg is er wel sprake van loting in de rechtspraak, als het om de veroordeling van verdachten gaat)
het elitaire karakter van de representatieve democratie lijkt opgeheven door het algemeen stemrecht (1917-1919)
maar in politiek Den Haag is meer dan 80% universitair geschoold, tegen minder dan 20% onder de bevolking
anno 2017 heeft iedereen inmiddels wel een redelijke opleiding en toegang tot informatie via talloze media
de burger neemt geen genoegen meer met 'vadertje staat' die bepaalt wat wel of niet goed voor de burger is
2 okt. 2015 publiceerde het SCP het rapport: Meer democratie, minder politiek? (Josje den Ridder & Paul Dekker)
conclusie: Nederlanders zijn positief over de democratie, maar niet over de politiek
93% noemt de democratie de beste vorm van regeren die er is, maar de uitvoering laat te wensen over
politici luisteren niet naar het volk en gewone burgers hebben weinig te zeggen
93
meer dan de helft van de Nederlanders wil meer inspraak, bijv. via referenda
directe democratie is nu vooral populair bij de mensen die weinig vertrouwen hebben in ‘de politiek’
Nederlanders willen dus meer inspraak-mogelijkheden, maar niet per se meer inspreken;
het gaat meer om het idee dat ze aan de rem kunnen trekken als het nodig is
naar andere manieren om de politiek responsiever te maken (bijv. door loting) moet verder onderzoek worden gedaan
“het wordt tijd om de kiezers te vragen wat voor alternatief ze zélf eigenlijk in gedachten hebben”
maar dat onderzoek is al reeds 25 jaar in ontwikkeling en heeft geleid tot talloze publicaties en experimenten
IJsland: 25 burgers hebben in 4 maanden de grondwet herschreven, die met 70% van de stemmen is goedgekeurd
Ierland: 66 ingelote burgers en 33 partij-politici hebben een aantal artikelen uit de Grondwet herschreven
steeds meer wordt de 'gesloten' multiple choice democratie aangevuld met een 'open' deliberatieve democratie
de G1000 bijv. is een burger-top (zoals de G8 een economische top is) ontstaan vanuit een burger-initiatief 14
crisis van de representatieve democratie
volgens David van Reybrouck is de representatieve democratie nodig aan vernieuwing toe
in Tegen verkiezingen (2013) schetst hij de crisis van de representatieve democratie als volgt:
1980 - 2000
vanaf de jaren '80-'90 werd de publieke ruimte ingrijpend hervormd door deregulering en marktwerking
het maatschappelijk middenveld en de media werden onderworpen aan commerciële imperatieven
de publieke sfeer wordt ingevuld door private spelers (ook publieke media volgen de markt-logica)
kijk-, lees- en luister-cijfers werden de dagelijkse aandelenkoersen van de publieke opinie
politieke partijen zagen zichzelf steeds minder als intermediaire organisaties tussen massa en macht
ze verschoven van de civil society naar de buitenste schil van het staats-apparaat
als quasi-staatsinstellingen moeten ze eens in de paar jaar ‘bij de kiezer langs om legitimiteit te tanken’
door afkalving van het georganiseerde middenveld verliest het electorale stelsel stabiliteit
de burger werd consument van voorheen publieke diensten, en van de electoraal-gerichte politiek
de partij-trouw neemt af, en verkiezingen worden een gemediatiseerde strijd om de gunst van de kiezer
ondanks de hevige passies (stemmingen) tijdens verkiezingen groeide de irritatie bij alles wat ‘naar politiek riekt’
"het moet lastig zijn om iemand te vinden die niet cynisch is geworden over de aard van
het commerciële media-spektakel dat ons gepresenteerd wordt als verkiezingen" [...]
"Elections are just a beauty contest for ugly people" - Michael Hardt
2000-nu
sociale media en de economische crisis zetten de representatieve democratie verder onder druk
nieuwe media zorgen voor nieuwe mondigheid: de online reaguurders-democratie
het electorale spel komt nog meer onder druk te staan: de campagne is permanent geworden
regeerwerk lijdt onder de verkiezingskoorts, en de geloofwaardigheid onder de profileringsijver
daarbij voedt de financieel-economische crisis het populisme, technocratie en anti-parlementarisme
Colin Crouch noemt dit door massa-media gecontroleerde bestel post-democratie:
94
"Hoewel binnen dat model verkiezingen zeker nog bestaan en tot een andere regering kunnen leiden,
is het publieke verkiezingsdebat een zorgvuldig gecontroleerd spektakel geworden, dat gemanaged wordt
door rivaliserende teams van professionele experts in overredingstechnieken, een spektakel dat slechts
over een beperkt aantal onderwerpen mag gaan dat op voorhand geselecteerd is door die teams.
Het gros van de burgers speelt een passieve, gedweeë en zelfs apathische rol die louter bestaat uit het
reageren op de signalen die ze voorgeschoteld krijgt. Achter de schermen van het electorale spelletje
krijgt de echte politiek vorm tijdens discrete contacten tussen gekozen regeringen en elites die bovenal
zakelijke belangen vertegenwoordigen." - Colin Crouch: Coping with Post-Democracy (2000)
doordat het civiele middenveld machtelozer is geworden gaapt er opnieuw een gat tussen staat en massa
‘individualisme’ suggereert dat het de schuld van de burger is dat collectieve structuren zijn weggevallen
maar de kanaliserende instanties binnen de publieke sfeer zijn uitgeleverd aan de markt-logica
een volgende stap in de verbrokkeling van de publieke sfeer zijn de 'sociale' media 15
de politicus ziet niet alleen onmiddellijk of zijn voorstellen bij de burger in de smaak vallen,
ook ziet hij hoeveel mensen er door die burger kunnen worden opgezweept
de nieuwe mondigheid doet het electorale stelsel nog meer in zijn voegen kraken
zowel grote, gevestigde bedrijven als onwrikbare dictaturen verliezen de greep op de massa
politieke partijen bundelen niet langer de stemmen uit de samenleving, maar worden erdoor uiteengereten
het patriarchale top-down model van belangen-behartiging werkt niet meer in de tijd van de mondige burger
klassieke massa-media en sociale media versterken elkaar, wat zorgt voor een feedback-loop
doordat ze voortdurend elkaars nieuws oppikken en terugkaatsen, ontstaat er een permanente hetze
concurrentie, afhakende adverteerders en dalende verkoop nopen tot inhaken op de waan van de dag
politiek is verworden tot een dagelijkse soap vol intriges, schandalen en opgeklopte conflicten
oude spelers van de democratie zijn drenkelingen geworden die zich luid krijsend aan elkaar vastklampen
de ‘vrije pers’ is gebonden aan formats, oplagecijfers, kijkcijfers, aandeelhouders en obligate hitsigheid
door de collectieve hysterie van de (sociale) media en politieke partijen is de verkiezingskoorts permanent
dit gaat ten koste van efficiëntie, legitimiteit, lange-termijn-denken en het algemeen belang
verkiezing wordt verzieking: eens in de 4 jaar een bolletje kleuren naast een naam op een lijst,
waarover maandenlang is bericht in een commerciële omgeving die baat heeft bij rusteloosheid
aldus is democratie gereduceerd tot representatie, en representatie tot verkiezingen
de stembusgang geeft nog slechts een zeer voorlopig mandaat: we roeien met steeds kortere riemen
verkiezingen zijn de ‘fossiele brandstof’ van de politiek: ooit goud goed, nu vooral een probleem
om de democratie te redden pleit Van Reybrouck tegen verkiezingen, en voor deliberatieve democratie
hij beroept zich hiervoor vooral op het werk van James Fishkin (deliberatieve peilingen) en Terrill Bouricius
Terrill Bouricius: multi-body sortition
in de Atheense democratie werd loting niet gebruikt voor één enkele instelling, maar voor een hele reeks
de Raad van 500 bepaalde de agenda en bereidde wetsontwerpen voor de Volksvergadering voor
de Raad van 500 kon zelf niet over wetten stemmen, dat deed de Volksvergadering
een wet aangenomen door de Volksvergadering kon herroepen worden door een Volksrechtbank
het ene gelote lichaam hield het andere in de gaten: een systeem van checks & balances
meerdere gelote lichamen (multi-body sortition) zorgt voor meer legitimiteit en efficiëntie
95
"De Atheense scheiding der machten tussen verschillende gelote organen en de zelfgeselecteerde deelnemers aan
de Volksvergadering vervulden drie belangrijke doelstellingen die onze moderne gekozen legislaturen niet hebben:
1) de wetgevende lichamen representeerden de burgerbevolking relatief goed;
2) ze waren in hoge mate bestand tegen corruptie en te grote concentratie van politieke macht; en
3) de kans om mee te doen en mee te besluiten was breed verspreid onder de relevante populatie." (Bouricius)
vijf dilemma’s voor de deliberatieve democratie in de 21e eeuw:
ideale grootte van de groep
je wilt dat loting voor een grote, representatieve steekproef zorgt,
maar je weet ook dat het in kleinere groepen makkelijker werken is
ideale duur
je wilt een snelle rotatie om participatie te bevorderen,
maar je weet ook dat langere mandaten degelijker werk opleveren
ideale selectie
je wilt iedereen die dat wil mee laten doen,
maar je weet ook dat je dan een oververtegenwoordiging van hoogopgeleide, mondige burgers krijgt
ideale beraadslaging
je wilt burgers met elkaar laten beraadslagen,
maar je weet ook dat dan groepsdenken dreigt, de neiging om te snel consensus te vinden
ideale groepsdynamiek
je wilt zoveel mogelijk macht geven aan een geloot lichaam,
maar je weet ook dat sommige individuen te zwaar op het groepsproces gaan drukken
het ideale is een utopie, dus zoek in plaats daarvan naar het optimale: een systeem van checks & balances
hiertoe oppert Bouricius een systeem van verschillende lichamen / fora met specifieke taken / functies
wetsvoorstellen komen in verschillende fasen / stadia tot stand, in verschillende fora:
1: de agenda council (geloot onder aanmeldingen) duidt thema’s / topics aan, maar werkt ze niet verder uit
andere burgers kunnen hun petitie-recht laten gelden (op basis van handtekeningen)
2: interest panels (groepjes van 12 geinteresseerde burgers) opperen een (gedeeltelijk) wetsvoorstel
dit kunnen willekeurige burgers zijn, maar ook lobbyisten, experts, ervaringsdeskundigen, etc
zij bundelen hun expertise in concrete beleidsvoorstellen
bijv: als verkeersveiligheid op de agenda komt, dan zou het gaan om buurtorganisaties, fietsersbonden,
buschauffeurs, mensen uit de transportsector, ouders van verongelukte kinderen, ANWB, etc
3: review panels evalueren de voorstellen (vgl. parlementaire commissies / Raad van 500 in Athene)
elk beleidsdomein heeft z'n review panel: bijv. verkeersveiligheid kan vallen onder review panel 'mobiliteit'
review panels kunnen geen wet initiëren noch er stemmen; ze doen louter het werk tussenin
a.h.v. input uit de interest panels organiseren ze hoorzittingen, nodigen experts uit, ontwerpen wetteksten
maximaal 150 leden per panel, geloot uit vrijwilligers, met een grote verantwoordelijkheid (grote inzet vereist)
zetelen voor 3 jaar, werken fulltime en krijgen vergoeding (vgl. parlementaire wedde)
rotatie gebeurt tussentijds: 50 zetels per jaar
96
4: de policy jury moet voorstellen accepteren of verwerpen d.m.v. geheime stemming
de policy jury heeft geen vaste leden: 400 gelote burgers komen kortstondig (1 a 2 dagen) bijeen
loting geschiedt onder de gehele volwassen bevolking (vgl. burger-jury bij een rechtszaak)
deelname is verplicht en wordt financieel vergoed
eenieder stemt in eer en geweten wat het algemeen belang op lange termijn het beste dient
5: rules council: opstellen van procedures voor lotingen, hoorzittingen en stemmingen
6: oversight council: ziet erop toe dat procedures worden gevolgd en behandelt eventuele klachten
Bouricius' systeem van checks & balances moet machts-concentratie tegen gaan
en het brengt de politiek terug naar de burger: het onderscheid tussen bestuurders en bestuurden vervalt
dit komt meer overeen met de oorspronkelijke opvattingen van democratie van het huidige stelsel
Aristoteles: "democratie is vrijheid, en vrijheid betekent afwisselend regeren en geregeerd worden"
Abraham Lincoln: "government of the peoply, by the people, for the people"
Van Reybrouck pleit (voorlopig) voor een bi-representatief stelsel:
de parlementaire democratie (met verkiezingen) wordt aangevuld met Bouricius’ multi-body sortition
1 boeken: Vitale democratie (2006), Democratie onder druk (2012), Referenda: zegen of vloek (2017)
2 sinds 2001 was het mogelijk via een raadplegend referendum de bevolking te laten kiezen tussen twee kandidaten
dit is echter in 2008 weer afgeschaft, wegens lage opkomsten 3 er zou een bepaling kunnen worden toegevoegd aan art 91 Grondwet, waarin “alle verdragen waarin soevereiniteit wordt overgedragen aan een supranationale instantie, slechts middels een referendum kunnen worden geratificeerd” 4 Ton Elias over functioneringsgesprekken in de VVD-fractie: "We worden zonder last of ruggespraak gekozen… Nog vreemder dat daar de partijvoorzitter bij zit. Die heeft daar geen moer mee te maken." – Elsevier, 22 mrt 2017 5 d.w.z. hij mag zich niet laten opdragen in een stemming een bepaald standpunt in te nemen
je stem laten ‘kopen’ door een lobby, of stemmen volgens de fractie-discipline is strikt genomen uit den boze
6 Bovendien wordt de besluitvorming versneld doordat leden zich hebben verplicht niet eerst overleg te voeren met anderen voordat zij hun
stem uitbrengen. Deze opvatting werd in de Nederlandse wet vastgelegd omdat ten tijde van de Republiek der Zeven Verenigde
Nederlanden de afgevaardigden naar de verschillende Statenvergaderingen juist wel stemden met last en ruggespraak. Dit betekende dat
voor ieder besluit de afgevaardigden opnieuw naar hun opdrachtgevers dienden te gaan. Met name in Friesland met zijn elf steden en dertig
grietenijen kon dit tot spreekwoordelijke traagheid leiden: 'op zijn elf-en-dertigst'. Nog aan het eind van de 19e eeuw was een afgevaardigde
uit het district Appingedam twee dagen onderweg om in Den Haag te komen. Door de verplichting zonder last of ruggespraak te stemmen,
dienden de volksvertegenwoordigers direct een besluit te nemen en zo konden de Staten-Generaal en de Provinciale Staten in het Koninkrijk
der Nederlanden slagvaardiger optreden dan hun voorgangers onder de Republiek. – wikipedia
97
7 http://www.publiekrechtenpolitiek.nl/geenpeil-liquid-democracy-en-the-speech-to-the-electors-of-bristol/ 8 gegeven de sociaal-politieke realiteit moeten we naar een model waarin de burger zich niet gepasseerd voelt,
maar waarin het wel mogelijk is om afspraken op nationaal, internationaal en supranationaal niveau te maken
een systeem waarin gemaakte afspraken worden teruggedraaid al naar gelang de stemming in het land werkt niet
op een liquid democracy kunnen afspraken niet staan, en kun je geen sociale instituties en relaties bouwen 9 David Runciman: How the education gap is tearing politics apart (The Guardian, 5 okt 2016)
https://www.theguardian.com/politics/2016/oct/05/trump-brexit-education-gap-tearing-politics-apart?
10 http://stukroodvlees.nl/gaat-er-gebeuren-wet-raadgevend-referendum/ 11 Claude Lefort (1924-2010)
Lefort zag de vernietiging van de publieke sfeer als een cruciaal element voor het totalitarisme
het totalitarisme ontkent het 'principe van de interne verdeling van de maatschappij'
daartegenover wordt een opvatting van de samenleving als 'totaliteitsbevestigend' geplaatst
verschil van mening wordt afgeschaft; zelfs persoonlijke voorkeuren worden gestandaardiseerd
doel is een geünificeerde samenleving op basis van gemeenschappelijke waarden, meningen en gedrag
het organische totalitaire systeem presenteert zich als een lichaam, het 'sociale lichaam'
om ‘gezond’ te blijven moet dit lichaam vijanden / ziekten bezweren: de ander (l'autre maléfique)
de reactie van het volk op deze 'ander' heeft altijd een preventief en ziektebestrijdend karakter
tegelijk wordt het volk gedefinieerd door 'de ander'; de 'vijand' maakt intrinsiek deel uit van het systeem
democratie is het regime waarbinnen conflicten worden geïnstitutionaliseerd binnen de samenleving
het legitimeert uiteenlopende belangen, tegengestelde meningen en incompatibele wereldbeelden
de plaats van de macht werd ooit ingenomen door een transcendent principe (arche / vader / God)
met de democratie is de plaats van de macht per definitie een lege plaats (lieu vide)
die plaats wordt tijdelijk ingenomen, op basis van verkiezingen, en strijdige belangen en meningen
het 'sociale lichaam' is dus niet één, maar per definitie altijd verdeeld
politieke macht is louter een reeks instrumenten die een gekozen regering tijdelijk ter beschikking staan
democratie wordt dus getypeerd door het feit dat zij eeuwig onbepaald en onaf blijft
democratie is een uitvinding, de stichting van nieuwe manieren om tegen onderdrukking te vechten
de burgerlijke maatschappij moet dus gescheiden blijven van de staat, alsook van de economie
noch politieke of economische elites, noch één nationale ideologie mag de publieke sfeer usurperen
elke groep mag op een legitieme manier strijden voor nieuwe rechten of het behoud van vrijheden
politiek heeft dus betrekking op alle vormen van georganiseerd vormgeven aan de samenleving
democratie is niet beperkt tot het representatieve parlementaire systeem
ook sociale bewegingen en politiek activisme spelen een vitale rol in elke democratie
zonder publieke sfeer verwordt de democratie tot een procedureel technocratisch bestuur
12 zie bijv: Will Kymlicka & Simone Chambers: Alternative Conceptions of Civil Society (2002)
13 een reclamespotje dat oproept om te gaan stemmen bij de verkiezingen van 2006 is tekenend:
fragmenten uit Idols, de Bus, Big Brother, Expeditie Robinson, het Blok etc. laten zien hoe graag het volk stemt
de voice-over besluit de reclame: “U houdt van stemmen? Ga stemmen 7 maart. U heeft het voor het zeggen”
14 http://g1000.nu/
15 Facebook en Twitter zijn net zo goed commerciële media als CNN en Fox
verschil is dat de eigenaars niet willen dat je kijkt en luistert, maar reageert, ‘liket’ en 'sharet'
doel is je zo lang mogelijk op de site houden, want dat is goed voor de adverteerders
vandaar het belang van ‘friends’, ‘followers’, ‘likes’, ‘retweets’, 'trending topics', etc