60
Van “fabriek” tot broedplaats Bedrijventerrein Molenberg 60 jaar

60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Van "fabriek" tot broedplaats

Citation preview

Page 1: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Van “fabriek” tot broedplaats

Bedrijventerrein Molenberg

60 jaar

Page 2: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg
Page 3: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Voorwoord“Ich zieë ‘t nog zoeë vuur mich. Op d’r 5e meëts 2007 vaar ich vuur de ieësjte kier onger d’r sjlaagboom vah Muëleberg durch, die groeëte plaatsj op. Hei hant vanaaf 1951 mieë wie 2.000 Philips luu daag en nach gewirkt an bildbuus, lampe en medische appa-rate. Noa zoeng 50 meter vaar ich ‘t ieësjte sjtroätje i en ‘t is mit mich gebuërd: dit wil ich ontwikkele, gelle, get sjoeëns vah make... “

Tijdens mijn eerste bezoek aan het oude Philipscomplex in Heerlen wist ik het meteen: met dit terrein wil ik aan de slag! De historie, het gevoel, de gebouwen, ze vertelden mij toen al een verhaal; van de werkzaamheden die hier hebben plaatsgevonden, maar ook van de mensen die hier hun werkzame leven hebben beleefd.

Trots zijn wij dat het complex na al die jaren van dynamiek in de tijd van Philips nu weer een nieuwe rol in Heerlen heeft gekregen en als werklocatie aan de weg timmert.Trots zijn wij ook op het feit dat dit boek een overzicht geeft van 60 jaar Philips in Heerlen. De vele enthousiaste verhalen en anekdotes van oud-medewerkers brengen dit boek tot leven. Het ‘vertelt’ het verhaal van de mensen die hier hebben gewerkt. Ze hebben er niet alleen hun brood verdiend, maar ze hebben er ook gefeest en gedanst. Kortom, op dit terrein is lief en leed met elkaar gedeeld.

Geerd Simonis, CEO c-mill BV

Page 4: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

InleidingVoor u ligt het boek met daarin opgetekend de geschiedenis van het voor-malig Philipsterrein (nu ©-mill). De anekdotes en ervaringen van acht mannen die er zelf werkten of nog werken, leiden als rode draad door het verhaal. Op woensdag 11 mei 2011 kwamen zij bij elkaar in het hoofdgebouw op het terrein om herinneringen op te halen en om hun kennis, informatie en de geschiedenis te delen. Sommige verhalen gaan wel zestig jaar terug.Een deel van de informatie en aangeleverde foto’s is gebruikt in dit boek. Overigens zien sommige (ex)werknemers elkaar nog maandelijks. Voor anderen was deze bijeenkomst het moment om voor het eerst terug te blikken op de geschiedenis van Philips in Heerlen.

“37 40 34 27”, klinkt het uit de groep. Een telefoonnummer? Een geheime code? “Nee”, lacht Pierre Lemmelijn, “dat was mijn salarisnummer bij Philips.” En daar-mee is de toon van het gesprek gezet. Wat er volgt is een stortvloed aan herinner-ingen. Mooie, vervelende, soms weemoedig verhalen. Opgetekend in... Maar voordat u zich gaat verliezen in feiten en herinneringen stellen we eerst de acht heren aan u voor. Maak kennis met het ‘Philips panel’.

Nog werkzaam op het terreinEd Vossen (1951), kwam in 1979werken bij Philips

“Ik ben gestart bij de techniek die zich richtte op kwaliteitsbuizen, vervolgens hield ik me bezig met de ontwikkeling van reedkontacten. Vanuit daar ben ik weer over-gegaan naar de LCD-productie, dat was rond 1985.” Tegelijkertijd met de LCD-produc-tie werd een panelenfabriek gebouwd, in 1990 kwam er een ander bedrijf die de ondertussen gesloten LCD fabriek overnam.

“Ik ben vanuit de panelen pro-ductie nog naar andere producties overgestapt. Uiteindelijk bij Poly LED uitgekomen, een bedrijf dat vervolgens verkocht is aan een andere organisatie waar ik nu nog steeds voor werk.”

Page 5: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

“We waren altijd een beetje een aparte club”Huub Kamps (1941), in 1999 gestopt

“Iedere machine verving ineens 40 meisjes!”Jo Triepels (1940), kwam in 1956 bij Philips werken

“Hoewel ik Jo heet, was ik op het werk beter bekend als Joep Triepels”, stelt Jo zich voor. “Toen ik hier in 1956 kwam werken, startte ik bij de bedrijfsmechanisatie (BN). Daar heb ik ook nog een theorieopleiding gedaan. Wel twee jaar, in een werkplaats.” Daarna werkte Jo 3 jaar in het onderhoud, waarna hij werd overgeplaatst naar het onderhoud van lijnmontage. “In die periode werd ook de automatisering een feit” herinnert Jo zich. “Iedere machine verving ongeveer 40 werkende meisjes!”

Jo werkte tot 1972 op deze plek, totdat de transistoren werden vervangen door elektronenbuizen. Daarna werd hij uitgeleend aan Philips in Sittard. Toen de LCD-techniek naar Heerlen kwam, werd Jo teruggehaald als technisch as-sistent. “Van LCD produceerden wij de ‘samples’, die gin-gen dan naar Hongkong voor productie. Ik ben vervolgens nog één keer overgeplaatst naar een ander gebouw en daar heb ik gewerkt tot in 2001. Toen ben ik met pensioen gegaan.”

Parkbeveiliging in de jaren’70John van der Molen (1945), 1970-2003 bij Philips gewerkt

“Goed, dan stel ik me nog even voor. Ik ben bij Philips begonnen in 1970 en in 2003 met vervroegd pensioen gegaan. Toch heb ik er nog tot 2009 rondgelopen voor verschillende eigenaren.” “Kort gezegd: in 1970 begonnen als procescontroleur, ploegendienst. In 1979 richtte ik me op de parkbeveiligiging. Daarna ben ik overgestapt naar een technisch bedrijf en daarna nog facilitymanager geworden tot 2003. Toen was het goed en ben ik dus met vervroegd pensioen gegaan.” Philips heeft in al die jaren een eigen Philipsbeveiliging gehad. Buiten toegangscontrole werd er ook gecontroleerd bij het verlaten van het complex. In de avond, nacht en weekenden werden er regelmatig controleronden gelopen in de gebouwen en op het terrein. Onregelmatigheden werden gerapporteerd aan de betreffende Hoofdafdelingschef en Plantmanager. In 1995 werd de Philipsbewaking overgenomen door een externe bewaking. Volgens de Gemeente Heerlen was het Philipscomplex een voorbeeld van beveiliging omdat inbraak en criminaliteit nagenoeg niet voorkwamen.

“Ik werkte van 1982 tot 1999 op het terrein. Wat dat betreft ben ik een broekje qua ervaring in Heerlen.” Huubs eerste ervaring met het terrein lag echter al ver voor 1982: “Ik werkte in de zomervakantie van 1958 al in het atelier” (ja, u leest het goed, er wordt gesproken over een atelier. Dit wordt later nader toegelicht).

“In Eindhoven ben ik begonnen als elektronenopticus. En in 1982 ben ik weer teruggekomen naar Heerlen. Daar ben ik samen met de rest altijd een ‘aparte club’ gebleven. Je werd moeilijk opgenomen door de oude Heerlense club, maar we hebben hier een mooie tijd gehad.”

Page 6: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Giel Frijns is de oudste in dit gezel-schap. Hij kwam in 1957 bij Philips en door-liep gedurende een jaar een “inleertijd” op het Ontwikkelingslab en het Kwaliteitslab voor ontvangbuizen in Eindhoven, met de bestemming een functie te gaan bekleden op het in Heerlen te starten laboratorium. In 1958 werd dit Kwaliteitslab-Heerlen gestart als dependance van het Kwaliteitslab Eindhoven.De vestiging Heerlen bestond toen nog slechts uit de productie van ontvangbuizen voor “entertainment” toepassing en een net gestarte tweede fabriek voor de productie van de zogenaamde SQ-buizen (special quality) voor professionele toepassingen.Het Kwaliteitslab Heerlen nam geleidelijk diverse taken over van Eindhoven, waardoor het uitgroeide tot het internationale kwaliteits-lab voor alle Philips-ontvangbuizen produc-ties. De komst van het Ontwikkelingslab naar Heerlen in 1964 maakte Heerlen tot het Centrum voor ontvangbuizen.

Toen na jaren de vraag naar ontvangbuizen sterk terugliep, werd de productie van diverse typen naar andere landen verplaatst en werd de internationale functie van het Kwaliteitslab Heerlen in 1975 overgedragen aan Blackburn. Zelf heb ik toen de overstap gemaakt naar een opkomende activiteit, de automatisering. Startend als een duo, aanvankelijk gebruik- makend van computer-apparatuur van Philips Sittard, doch al vrij snel uitbreidend en werkend vanaf eigen computerapparatuur in Heerlen met vaste lijnverbinding naar hetPhilips-Rekencentrum te Eindhoven.

“Tot 1992 alles meegemaakt hier”Theo Flipsen (1938), 40 jaar bij Philips gewerkt.

Theo Flipsen, met zijn 73 jaren jong, werkte 5 jaar in Roosendaal en kwam in 1965 naar Heerlen voor het aansluiten van apparatuur. “Tot 1992 heb ik alles meegemaakt hier, en daarna heb ik wel nog alles in de gaten gehouden.” Theo werkte 5 jaar in Roosendaal en 1 jaar in Eindhoven bij een architect-enbureau. In 1965 kwam hij naar Heerlen voor het aansluiten en installeren van apparatuur, het inrichten van nieuwe gebouwen en producties op technisch vlak (hetgeen hij ook in het buitenland deed).

“Met alles wat ik nog na 1992 heb gedaan kom ik eigenlijk op 40 jaar Philips uit”, denkt Flipsen hardop. “Ik ben nog ruim 12 jaar voorzitter van de personeelsvereniging geweest. Van de gepensioneerdenclub kon ik nog geen lid worden, omdat ik nog geen 55 was. Toen ik dat wel was, werd ik door de vorige voorzitter gevraagd om zijn rol over te nemen en dat doe ik nu al 12 jaar.” Men zei me: ”Dat kost je geen tijd, je hoeft er niets aan te doen. Nou, daar ben ik mooi in getrapt”, lacht Theo.

Doordat Heerlen inmiddels een veelheid van activiteiten had aangetrokken als ver-vangende werkgelegenheid, was de Plant-Heerlen veranderd in een verzameling van productie-afdelingen, die onderling geen enkele binding hadden, doch wel nog gezamenlijk gebruik bleven maken van de zo- genaamde ondersteunende afdelingen, zoals: Administratie, Personeelszaken, Materials management, Technische bedrijven, TEO en Automatisering. Alle achtereenvolgens in-gevoerde automatie-systemen werden in alle afdelingen operationeel en functioneerden vanaf meer dan 200 beeldscherm-terminals verspreid over de plant.

Bij de actie “Centurion” in 1991 werden alle medewerkers ouder dan 55 jaar met vervroegd pensioen gestuurd en dreigde de plant Heerlen te worden gesloten. Als alternatieve oplossing werden de resterende productie-afdelingen als zelfstandige bedrijven aangeboden aan “derden.” De plant veranderde daardoor in een bedrijventerrein met een verzameling van zelfstandige bedrijven die hun ondersteuningen in eigen beheer gingen uitvoeren. De taken van de eerder genoemde ondersteunende plant-brede afdelingen kwamen hierdoor te vervallen. Zo ook het tot dan toe met veel inzet opgebouwde computer-netwerk en alle ingevoerde automatie-systemen. Alle activiteit van mijn automatie-groep gedurende mijn laatste Philips-periode (1975 – 1991) werd hierdoor in een klap overbodig verklaard.

“In één klap kwam er een einde aan mijn levenswerk” Giel Frijns (1933), gestart in 1957 en in 1993 met pensioen gegaan

Page 7: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

“De naam Philips is nauwelijks nog aanwezig” Pierre Lemmelijn (1955) nog steeds werkzaam op het terrein

Pierre Lemmelijn kwam in 1979 op het voor hem bekende terrein op de Molenberg werken. “In die tijd zat hier nog de zogenaamde buizentechniek. Er werden toen ook delaylines gemaakt en bij die machines ben ik ook gestart.”

Tot in 1983, want daarna is dit deel van Philips ter ziele gegaan en vertrokken naar India. Pierre maakte vervolgens de overstap naar röntgen- en beeldversterkers: Argus-imaging (hetgeen in 2010, red. verzelfstandigd is).

Vervolgens zwierf hij naar eigen zeggen een beetje rond over het terrein. In 1997 kwam er een reorganisatie bij röntgen- en beeldversterkers waar Pierre deel van uitmaakte. Vervolgens kwam hij weer bij beeldbuizentechniek terecht, dat van Eindhoven naar Heerlen kwam.

“In 2001 ben ik vertrokken. Philips vroeg echter of ik terug wilde komen, maar nu naar de polyLED-fabriek. Hier werd een nieuw soort techniek toegepast in een pilot-fabriek tot in 2005.”

In 2004 stelde Philips dat alles op het gebied van display geen ‘core business’ meer was. Dat werd toen weer verkocht aan de OTB groep, die zich richtte op solar- en displaytechniek. “Hoewel de machine daarvoor aan China was verkocht, zat de organisatie zelf nu nog hier op het terrein” vertelt Pierre. “Al is het aantal mensen sindsdien van 100 naar 40 geslonken.”

“Tja, in 1980 was er al een grote afname van het aantal mensen met wie ik gewerkt heb. De naam Philips is dan ook nog maar weinig aanwezig.”

“Ik deed als laatste het licht uit”Hans Creusen (1942), in 1965 gestart bij Philips en gepensioneerd in 2002 “Ik ben in 1965 begonnen, toen maakten we hier nog veel radiolampen, met wel 2200 man sterk in die tijd.” Tot 1971 was er een ware opleving van deze industrie. Iedereen moest ineens een kleurentelevisie hebben, dus de productie liep hoog op. “De electronenbuizen voor die kleurentelevisies werden hier ontwikkeld en gemaakt. Maarja, toen ieder-een eenmaal een kleuren-tv in huis had, schakelde Philips in 1971 over op transistoren. Een bepaald soort buizen mochten we toen wel nog maken, maar ook dit nam verder af.”

Toen er bij Philips in Heerlen meer en meer problemen ontstonden, werden er va-nuit Eindhoven meer activiteiten overge-bracht, zoals de reedkontacten. Zoals ook Pierre eerder vertelde, werd er in 1980 overgestapt op röntgen- en beeldverster-kers. “Daaraan heb ik tot 1990 met plezier gewerkt. In het gebouw waar ik als laat-ste werkte (LCD-activiteiten), heb ik het licht uit gedaan. Letterlijk.”

Page 8: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1950 - 1960- Geen fabriek maar atelier; - Operatie Phoenix; - De meisjes van Philips;- Mannen & vrouwen;- Werksfeer in de jaren 50;

Wat werd er in Heerlen gemaakt?Elektronenbuizen montage en afwerking 1948-1975Kleine Zendbuizen (glas) 1955 Cijferbuizen 1957 Cadmium-Sulfide Cellen 1957 Verdubbeling Afwerking Elektronenbuizen 1960

Page 9: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

De komst van Philips in Heerlen

“Geen fabriek maar atelier”In november begon Philips met de eerste productie in de Wilhelminaschool (Terwinselen). Daar werd gestart met een klein groepje werknemers. Het complex opde Molenberg stond toen al in de steigers.

In februari 1951 werd zaal Krousen in Terwinselener als extra ruimte bij gehuurd. Al snel werd deopleiding van het personeel met verdubbelde inzetvoortgezet. Het personeel bestond op dat momentvoor een groot deel uit Limburgers en was uitgegroeidtot 400 arbeidskrachten (voornamelijk meisjes).

Volgens het Limburgs Dagblad was er sprake van heelwat kleine, geïmproviseerde onderkomens. Het complex op de Molenberg zou uiteindelijk het definitieve fabriekscomplex gaan worden. In 1952 begon men te bouwen aan een zogenaamdatelier op de Molenberg. “Heerlen bouwt groot modernfabriekscomplex”, kopte het Limburgs Dagblad op 20februari 1952 (de krant doelde op een grote radiobuizenfabriek, red.)

Page 10: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

“Weet je, eigenlijk was hetplan om hier een glasfabriekneer te zetten. Dat hoorde ik vertellen in Eindhoven”, deelt panellid Theo Flipsen mee. “De bedoeling was dat de glasfabriek van Lommel op dit terrein zou worden neergezet. Maar dat hebben ze in Heerlen tegengehouden,omdat ze bang waren dat dit het personeel van de mijnen weg zou halen. Je kon hier eigenlijk geen glasfabriek neerzetten met ovens van 80 tot 100 ton glas, vanwege het verzakkingsgevaar.” De glasfabriek van Lommel kwam er daarom niet. Het panel vertelt verder. Want in het begin werd er niet over een fabriek gesproken.Dat deden de krantenoverigens wel. “Het was eenelektronenbuizen atelier,”stelt Jo Triepels. Zoals hijal aangaf, stond er met grote letters ‘Philips Atelier’ geschreven aan de voorkant van het terrein. “Toen ik Philips in Heerlenvoor de eerste keer opzocht in het telefoonboek, kon ik dan ook geen fabriek vinden.

Maar wel een atelier.”De benaming atelier wasbewust gekozen, omdatLimburgers hun dochters liever niet in een fabriek wilden laten werken. Atelier klonk in die zin vriendelijker.

GroeiLimburgs Dagblad meldt inmei 1953: ‘Philips Heerlenbreidt personeel met 250mensen uit’. De 400 per-soneelsleden die dan in dienst zijn, krijgen gezelschap van nog eens 200 tot 250 extra mensen. Het nieuwe personeel bestaat voornamelijk uit mannen. Naast Philips Sittard (dat dan al 1000 mensen in dienst heeft) groeit het Heerlensebedrijf uit tot eenbelangrijke fabriek. Uitbreidingen in personeelen bouw zouden in de jarendaarna nog veelvuldig onder-werp zijn in de regionale kranten. Zoals op 21 april 1956: ‘Belangrijke nieuwbouw van Philips te Heerlen’ en ‘Personeelsuitbreidingmet ongeveer 500 man’ (Limburgs Dagblad).

Page 11: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

De mijnen vs

fabrieksindustrie

Operatie PhoenixPhilips kwam naar Heerlen toen dit nog een mijnstreek was. Een interessant ver-schil met de mijnindustrie (waaraan men in deze streek natuurlijk gewend was) en de industrie die Philips met zich meebracht, was dat laatstgenoemdesteeds veranderde. Leden van het panel leggen uit: “Mijnmedewerkers waren gewend hun vak te doen en dat te blijven doen. Maar bij Philips moest je steeds opnieuw aan mensen uitleggen dat je niet één soort werk deed. Dat werk veranderde steeds weer en je moest je alsmaar aanpassen. Je bouwde aan de ene kant iets op en ondertussen werd er weer eennieuw gebouw voor nieuwe activiteiten uit de grond gestampt.”

De mijnindustrie en de industrie op het Philipsterrein kwamen in september 1955 angstvallig dicht bij elkaar. Als gevolg van mijnschade op 40 meter diepte, vonden er forse verzakkingen plaats. Toen de gevolgen zichtbaar werden, bleek dat een van de fabrieken op het terrein over de volle oppervlakte in de grond was verzakt. 3.000 ruiten waren gesprongen en de reling in het midden van het gebouw was uit elkaar getrokken en gebro-ken. Vandaag de dag is nog te zien dat het destijds met een schuif-verbinding aan elkaar is gezet en dat het gebouw van de achterhoek tot aan het einde scheef staat. Gelukkig was er het welbekende mijnschade-fonds. De mijnschadecommissie vergoedde alle kosten. Toch maakte dit voorval duidelijk dat de combinatie mijnbouw en fabrieks-industrie (al moeten we in dit beginstadium eigenlijk van atelier spreken) niet helemaal zonder risico was.

Page 12: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

“De meisjes van Philips“‘De meisjes van Philips’ is volgens het panel een apart begrip binnen Philips. Met name in de beginperiode. “Bussen vol met meisjes kwamen naar het terrein. Om stage te lopen, om te leren en natuurlijk om te werken.”

Midden jaren vijftig werkten er zo’n 500 à 600 meisjes. Waarom ze gezamenlijk in een bus naar de Molenberg kwamen? “Dat was de voorwaarde die de parochies stelden” vertelt het panel. “Dat lag destijds best gevoelig. Ergens had het werken hier een beetje een slechte naam. Slecht in de zin dat meisjes er bedorven door konden raken. De meisjes die op het terrein werkten waren soms pas 14 jaar oud, terwijl mannen er de leiding hadden.”

Page 13: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Natuurlijk had het een reden dat de meisjes in de beginperiode in de meerderheid waren. Ze werkten onder andere in het montageatelier en deden al het secure werk. “Daar waren vrouwen gewoon veel beter in dan mannen.” “Dat monteren in de beginperiode was echt vrouwenwerk. Dat kon je niet aan mannen overlaten”, grapt het panel, maar met een serieuze ondertoon. Het afwerken van de producten werd overigens wel door mannen gedaan. Naderhand werden de precieze werkzaam-heden door machines overgenomen. De meisjes werden meer en meer vervangen door apparaten. Enkele panelleden herinneren zich meneer Veldman nog. “Hij vond dat hij recht had om te werken met de beste meisjes. Op maandagmorgen was de selectie. Wie heel geschikt was voor montage kon naar de SQ productie. Minder vaardige meisjes gingen naar de ontvangbuizenafdeling.” De meisjes werkten meestal zo’n drie jaar bij Philips. Daarna trouwden ze en ‘waren ze weg’. Als ze beneden een bepaalde gebiedsgrens woonden, gingen de meisjes naar Heer, een ander deel kwam naar Heerlen.

Op het terrein vielen verschillende types meisjes te onderscheiden. Zoals de ‘Vlinders’. Dat waren meisjes die breed inzetbaar waren. ‘Monteuses’ werkten bij de montage. In de kantine zaten mannen en vrouwen gescheiden. “Dat was immers met scholen destijds ook zo”, merkt een panellid op. Philips wilde dan ook de scheiding mannen/vrouwen heel duidelijk uitstralen, ook om de eerder genoemde ‘slechte naam’ te weerleggen.

Of die scheiding overal zo strikt werd nageleefd, is de panelleden niet duidelijk. Tot 1963 bevolkten ‘De meisjes van Philips’ in grote getale het terrein op de Molenberg.

Vrouwen & mannen

Page 14: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Werksfeer in de jaren ‘50Als de vraag over de werksfeer in de jaren vijftig op tafel komt, grinnikt Pierre Lemmelijn “nu beter het woord aan de oudere heren te kunnen geven.” Sommigen van hen hebben de zo veel besproken sfeer daadwerkelijk aan den lijve ondervonden, anderen hebben het vooral van horen zeggen.

“Ik weet nog goed dat meneer Le Grandaltijd rondsloop en controleerde of allesverliep zoals hij dat wilde. De mensendie de fabriekscomplexen beheerden, warenveelal argwanende types. Nee, dat warengeen prettige mensen. En lang nietiedereen werd gelijk behandeld.”Het Kwaliteitslaboratorium is een goed voorbeeld.

Toen dit net gebouwd was, kon er maar weinig gedaan worden. Er stonden nog maar weinig testbuizen op de levensduur-testramen. “Toch wilde Le Grand dat er bepaalde zaken gedaan werden. Hij was autoritair, deels vergelijkbaar met de verhoudingen en sfeer in de mijn- industrie.” De heer Le Grand gaf opdracht de testramen vol te zetten met uitvalbuizen uit de fabriek.

Een ander voorbeeld was de kantine. Onspanel legt uit dat er een grote kantinewas, maar ook een stafkantine om “eenboterhammetje te eten.” “Zaten we in onze kantine te eten, moest er van hem (Le Grand, red.) plots iemand meekomen omdat diegene hoegenaamd een deur open had laten staan. Een deur! Iedereen keek verbaasd op toen die arme man uit zijn pauze werd weggeroepen om een deur dicht te doen.”

Was de werksfeer dan daadwerkelijk enkelkommer en kwel? “Nee hoor, over het algemeen was de werksfeer redelijk goed. Totdat later voor sommigen de goede sfeer omsloeg in onzekerheid, omdat er mensen weg moesten.”

Zoals eerder vermeld, was voor de leidinglang niet iedereen gelijk, maar waren erook op de werkvloer verschillen. Zoals deverschillende types meisjes (monteuses,vlinders). Al die groepen droegen bepaalde jassen. Die jassen waren in eerste instantie nodig om de werknemers te beschermen tegen stof op de productieafdelingen.

“Die jassen waren wel nodig, je kon nietin je burgerkloffie werken. En om onderscheid te maken, waren er diversekleuren jassen. Bijna net als in het leger.”

Page 15: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

De heer Le Grand, de eerste plantmanager in Heerlen.

Page 16: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Activiteiten en eigen initiatievenDe werksfeer werd volgens het panelsterk bepaald door de afdeling zelf.“Het was zeker mogelijk om dingen teorganiseren. Wanneer we samen iets wildendoen, werd bijvoorbeeld besloten om wateerder te beginnen met werken en kleine pauzes weg te laten. Dat ging best.”

De afdelingen zelf organiseerden ookveel activiteiten. Zo werden er verschillende sportdagen georganiseerd en had Philips eigen toneelclubs, sinterklaasvieringen of modeshows. Activiteiten om de onderlinge band te versterken en de werksfeer te verbeteren. Activiteiten die ook door de buitenwereld werden opgemerkt. ‘Geslaagde sportdag Philips Heerlen’ (Limburgs Dagblad, 21 september 1956).

Men was voor 5 cent per maand verplicht lid van de personeelsvereniging. “Je merkte ook dat wanneer Philips, als overkoepelende organisatie, dingen organiseerde, er vervolgens op afde- lingen en onder medewerkers ook initia-tieven ontstonden. Philips organiseerde voor alle medewerkers onder andere een kerstborrel en een voetbaltoernooi. Dat leidde er bijvoorbeeld toe dat er op eigen initiatief een barbecue bij iemand thuis werd gehouden,” legt het panel uit.

Page 17: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Ook was er de ‘Ideeënbus’, waarin werknemers huntips en ideeën over werkzaamheden mochten deponeren. Want, zo vond men, mensen van de werkvloer hadden immers veel meer inzicht in de werkzaamheden en kwamen eerder tot unieke ideeën dan de leiding. Jaarlijks werd er een riant geldbedrag geschonken aan de werknemer met de beste tip.

Toch overheerste in de jaren vijftig de strenge regels die nageleefd moesten worden. “Soms op hetabsurde af. Want zo was er de regel ‘geen boterhameten terwijl je van het ene gebouw naar het andere loopt’ en dan werd er overdreven gelet op het naleven van die regel. Bij wijze van spreken nog meer dan op de beveiliging van het park.”

Twee werknemers nemen hun prijs in ontvangst na het insturen van een tip of idee. Waaronder C. Ploum (rechts).

Page 18: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1960 1970

- Philips wint zilveren bokaal;- Radiotoestel als welkomstgeschenk;- Philips groeit snel in Limburg;- Werkneemsters Philips showen de laatste mode;- Uitbreiding laboratorium Heerlen;- Plek voor 500 nieuwe personeelsleden;- 8000 Limburgers vieren 75 jaar Philips; - Op zoek naar enkele honderden nieuwe arbeidskrachten;

Wat gebeurde er in Heerlen?Elektronenbuizen montage en afwerking 1948-1975

Verdubbeling afwerking Elektronenbuizen 1960 Uitbreiding montage in Heer/Maastricht 1963

SSM-buizen t.b.v. Navo (Geheime Afdeling) 1966 Elektronenbuizen t.b.v kleuren TV 1967

Page 19: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1960 – kwaliteitscompetitie Ir. Van Beusekombokaal Philips wint zilveren bokaal16 augustus 1960, de kantine van Philips Heerlen is feestelijk versierd. Afdelingschefs, assistenten, bazen en onderbazen hebben zich er verzameld. Applaus klinkt door de ruimte als bekend wordt gemaakt dat Philips Heer-len als prijs voor kwaliteit de Ir. Van Beusekombokaal in ontvangst mag nemen.

Dat maakt Dhr. Ruibing, directeur van de Hoofdindustriegroep Philips-Elcoma te Eindhoven tijdens de feestelijke bijeenkomst bekend. Ook de kleinere en kleine fabrieken worden met hun toe- wijding, kennis en kunde geduchte tegenstanders in de competitiestrijd.

De competitie die 16 internationale deelnemers had, werd in 1957 ingesteld met als doel de kwaliteit op te voeren. Naast Heerlen deden er ook verschillende buitenlandse bedrijven mee. Een fabriek uit Hamburg wist de bokaal twee keer eerder in de wacht te slepen. In 1960 strijkt Heerlen de eer op. Hamburg wordt tweede, op de derde plaats eindigt Hendon (Australië) en vierde wordt Brussel.

Bij de overwinning van Philips Heerlen mag nog vermeld worden dat de fabriek in de mijnstad het laagste zogenaamde ‘uitvalcijfer’ heeft dat ooit bij Philips werd behaald.

De werknemers nemen de bokaal heel enthousiast in ontvangst. De zilveren bokaal die de naam Ir. Van Beusekombokaal draagt, is vernoemd naar het op dat moment in 1960 gepensioneerde hoofd van de kwaliteitslabo-ratoria van Hoofdindustriegroep Elektronen-buizen (HIG) ir. Van Beusekom. Ruibing overhandigt de bokaal aan B. Koolhaas, adjunctdirecteur van de HIG. Hij heeft de supervisie over de fabrieken in Heerlen en Sittard. Koolhaas op zijn beurt geeft de bokaal weer door aan de heer H. Drenth, bedrijfs-leider van de winnende buizenafdeling en de heer C.G.J. Veltman,algemeen bedrijfs-leider van de Heerlense vestiging van Philips. Met name Drenth brengt nog eens onder de aandacht dat het winnen van de kwaliteits-prijs vooral het werk is geweest van de mensen aan de tafels, de machines en de nevenafdelingen.

Page 20: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

5 januari 1960 - 1000ste en 1500ste werknemer krijgen cadeau

Radiotoestel als welkomstgeschenkEind jaren ‘50 werd de 1000ste werknemer begroet. Ondanks de moeilijke arbeidsmarkt groeide dit aantal in drie jaar tijd met 500 personeelsleden. Juist in die lastige tijd vindt bedrijfsleider C. Veltman het heel belangrijk om even bij dat punt van groei stil te blijven staan. De vraag naar meer industrie in de Mijnstreek is groot. Bij Philips Heerlen werken op dat moment 900 vrouwen/meisjes en 600 mannen/jongens; 300 meisjes volgen het Mater Amabilis-onderwijs en veel jonge mannen krijgen les op de Levensschool in Maastricht. De kosten neemt Philips voor eigen rekening.

Een lachende Mia neemt tijdens de feestelijke bijeenkomst het radiotoestel in ontvangst. Via haar vriendinnen kwam ze bij Philips terecht. Een gebeurtenis die ze niet zal betreuren. Want naast het radiotoestel is Mia verzekerd van een baan.

Veltman vestigt er in zijn toespraak nog eens de aandacht op. Hij spoort alle werknemers aan meer bekendheid aan Philips Heerlen te geven. Iets waaraan al hard is gewerkt door onder andere de onderbazenvereniging. Op 6 januari 1960 wordt de 1500ste werknemer van Philips welkom geheten. Om dit heugelijke feit te vieren, ontvangt de gelukkige jongedame,

De 1000ste werkneemster neemt haar felicitaties én radio in ontvangst.

Page 21: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

mejuffrouw Mia Salden, uit handen van bedrijfsleider Veltman een radiotoestel. Tijdens een knusse bijeenkomst wordt de 18 ½ jaar jonge Salden in het zonnetje gezet. Mia Salden woont in de wijk Kaalheide in Kerkrade en volgt begin jaren zestig een eerste opleiding en mag gaan werken in de speciale buizenafdeling van Philips Heerlen.

Volgens overleveringen zal zij die stap naar Philips niet betreuren, want het levert haar een fraai radiotoestel op, echt zo één om op een gezellige jonge meisjeskamer te zetten. Na de verwelkoming van de 1500ste medewerk-ster begint men uit te zien naar de 2000ste. Het vermoeden leeft, dat dat nog even zal duren...

Philips Heerlen wordt op dat moment omschre-ven als een met reuzensprongen gegroeid bed-rijf. Het gymnastieklokaal van de Wilhelmi-naschool in Terwinselen is dan al geruime tijd vervangen door verschillende fabriekshallen op het terrein aan de Jan Campertstraat in Heerlen, waar op 1 septem-ber 1952 de productie van elektronenbuizen begint. Tegen de verwachting in groeit het aantal werknemers.

Page 22: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

17 juni 1961: 10.000 medewerkers in Heerlen, Roermond, Sittard en Weert Philips groeit snel in LimburgPhilips groeit en groeit in Limburg. De gezamenlijke bedrijven in Sittard, Heerlen, Roermond en Weert tellen midden 1961 nog zo’n 7000 werknemers. Dat aantal groeit de volgende twee à vier jaar naar 10.000. Daar is allereerst het nieuwe bedrijf in Weert verantwoordelijk voor; Philips Weert wordt op 30 augustus geopend door F. Houben, de commissaris van de Koningin in Limburg. De fabriek biedt in eerste instantie plaats aan 300 werknemers. Na uitbreiding van de fabriek met een hal van 123 bij 45 meter, zal dit aantal zich ver-dubbelen. De werknemers in Weert houden zich voorname-lijk bezig met het fabricageproces van lampen voor huishoudelijk gebruik, een proces dat men graag in zijn geheel in Weert wil laten plaatsvinden.

Ondertussen laten ook Heerlen, Sittard en Roermond van zich horen. Het aantal werknemers van Philips Sittard, waar net als in Heerlen elektronenbuizen worden vervaardigd, stijgt van 3000 naar 4000. In Heerlen op de Molenberg verrijst in diezelfde periode zelfs een nieuwe fabriekshal van maar liefst 6000 m2. Die uitbreiding betekent een stijging van 250 nieuwe personeelsleden op de plek waar al 800 man werken. Omdat een groot aantal personeelsleden nog jong is, wordt er met steun van Philips in Heerlen een levensschool opgericht. (De levensschool is verge-lijkbaar met het Beroeps Begeleidend Leren van vandaag. Vier dagen in de week werken en één dag naar school).

Page 23: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1961 - modeshow damespersoneel Werkneemsters Philips showen de laatste modeZwierige zomermode, showende medewerksters, man-nequins op de rode loper. Op 3 juni 1961 is de kantine van de Philipsbedrijven op de Mo-lenberg in Heerlen het decor van een grootse modeshow. Het damespersoneel van Philips verzorgt de show in samenwer-king met de firma Schunck. Ria Gidding, sociaal werkster van de Philipsbedrijven Heerlen, is verantwoordelijk voor de organisatie.

Zo’n dertig jonge dames, werk-neemsters van Philips, tonen hun eigengemaakte kleding. Een aantal vrouwen volgt de Mater Amabilisschool en het Zonne-bloem-onderwijs. De kleding-stukken die zijn vervaardigd, mogen de afgesproken kost-prijs niet overschrijden, dat is de opdracht. Ook enkele kleuters, kinderen van het Philipspersoneel, showen de zelfgemaakte jurkjes van de

medewerksters. ‘Mooi en grap-pig’, zo wordt de modeshow om-schreven. De 400 toeschouwers genieten met volle teugen.

Na de pauze zijn de vijf manne-quins van Schunck aan de beurt. Zij showen met veel zwier de vaak prijzige en zeer exclusieve modellen van firma Schunck. Het publiek is ook nu weer enthousiast over de vlotte en charmante zomermode die wordt getoond. Over de rode loper die het plankier siert, komen zomer-jurken van onder andere Frans imprimé-katoen en linnen voor-bij, maar ook pakjes, strand-ensembles, zomermantels van bijzondere snit, vaak met bij-passende hoed. En als kers op de taart enkele exclusieve cocktailmodellen.

Aan het eind van de avond mag de heer C. Velthuis de prijzen aan de dames uitreiken. De show keert jaarlijks terug en dat is niet vreemd. Want volgens de overleveringen zijn de getoonde modellen qua coupe en smaak bepaald charmant.

Page 24: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

27 november 1964 Uitbreiding laboratorium HeerlenWe schrijven het jaar 1964. Het kleine laboratorium van Philips Heerlen wordt uitgebreid met een nieuwbouw. Daarin zal geleidelijk aan het tot dan toe in Eindhoven gevestigde ontwikkelingslaboratorium voor radio- en televisieontvangstbuizen een plek krijgen. Dat alles moet in twee jaar gerealiseerd zijn. Voor Heerlen betekent dat weer werk voor zo’n 50 nieuwe werknemers, waaronder een aantal HTS’ers. Daarnaast komen er in de fabriek nog eens 100 nieuwe arbeidsplaatsen vrij voor meisjes. In het uit te breiden Heerlense laboratorium worden onderzoeken gedaan voor 15 Philipsfabrieken van ontvangbuizen over de hele wereld. Heerlen wordt daarmee, samen met Sittard en Heer, de kern van die groep van 15 fabrieken. Tien procent van het Nederlandse Philipsperso-neel werkt op dat moment in de Limburgse vestigingen Sittard, Roermond, Venlo, Weert Blerick, Heerlen, Helden, Panningen en Heer. Het gaat om 5500 mannen en 2500 vrouwen.

Terwijl door heel Limburg wordt geïnvesteerd in de productie, doet men onder andere in Roermond interessante experimenten op het gebied van werkstructurering. Zoveel mogelijk handelingen die aan de lopende band worden verricht, moeten zinvol zijn en inhoud hebben. Want, zo vindt men in 1964: de werknemers mogen niet degraderen tot een soort robots.

Page 25: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1966 - ook oud-mijnwerkers Plek voor 500 nieuwe personeelsledenNa de mijnen is Philips in Zuid-Limburg de grootste werkverschaffer. Binnen nu en twee jaar kan men in de zuidelijke Philipsvestigingen nog 500 nieuwe personeelsleden gebruiken. Hoewel voor de vestigingen in Noord-Limburg geen cijfers bekend zijn, verwacht men dat ook daar nog voor zeker tientallen werknemers plaats is. Van de 500 nieuwe werknemers die Philips tegemoet mag zien, zal het overgrote deel in de fabrieken in Sittard en Heerlen komen te werken. Dat betekent dat er op dit moment in 1966 in de gezamenlijke Philipsvestigingen in Limburg (Heerlen, Sittard, Weert, Heer, Roermond) 8500 mensen aan het werk zijn.

B. Koolhaas, directeur van de gezamen-lijke Philipsvestigingen in Limburg, licht dat in 1966 nog eens toe: “De uitbreiding van de werkgelegenheid heeft voorlopig niets te maken met een mogelijke nieuwe vestiging. Het fabricageproces groeit en daar zijn nieuwe mensen voor nodig. Ook worden de vestigingen in Heerlen en Sittard uitgebreid.”

In Heerlen-Molenberg zit op dat moment de vestiging Elcoma. De vestiging heeft 1800 werk-nemers en de fabriek wordt nog eens uitgebreid met 3000 vierkante meter. Ook voor de aflopende mijnindustrie kan Philips van grote betekenis zijn, benadrukt Koolhaas in zijn uitleg in 1966. “De mijn-werkers zullen wel een omscholingscursus moeten volgen. Een en ander hangt af van de afdeling waar de mijn-werkers momenteel werken.” Voor nieuwkomers wordt er al een introductiecursus gegeven.

Naast uitbreiding houdt vooral het aanstaande 75-jarig jubileum van Philips de gemoederen bezig. De festiviteiten vinden plaats op 23 en 24 september 1966 en Limburg gaat daar een grote rol in spelen. Want de eerste vestiging van Philips buiten Eindhoven was de fabriek in Sittard. Philips telt op dit moment in de geschiedenis meer dan tachtig vestigingen in Nederland.

Page 26: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

75-jarig jubileum Philips Gloeilampenfabrieken 8000 Limburgers vieren 75 jaar Philips Vrijdag 23 september is het zo ver. Op die dag starten de feestelijkheden in verband met het 75-jarig bestaan van de N.V. Philips Gloeilampenfabrieken. 80.000 Werknemers in totaal, waarvan 8000 Limburgers, vieren feest. Het lampen-fabriekje dat zelfs nog op het randje van faillissement heeft gebalanceerd, groeide uit tot een wereldconcern, met een grote

rol voor de werkgelegenheid in Limburg. Reden voor een uitbundig feest voor de werknemers.

Maar ook het personeel laat zich niet onbetuigd. De werknemers van alle Philips-bedrijven hebben een bedrag van ruim 1 miljoen gulden bij elkaar gebracht. Van dat enorme bedrag wordt een carillon met 61 klokken gekocht. Die klokken staan sym-bool voor de 61 grote en kleinere Philips vestigingsplaatsen. Het carillon krijgt een plek in de nog te bouwen klokkentoren in het Eindhovens stadsdeel Strijp.

Page 27: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Terwijl op die vrijdag, 23 september 1966, in Eindhoven de feestelijkheden losbarsten met onder andere een voetbal-wedstrijd tussen PSV en een gastelftal, wordt ook het Evoluon geopend. Een opval-lend gebouw waarin een permanente indus-triële tentoonstelling wordt gehuisvest. Ir. L.C. Kalff ontwerpt het Evoluon en de afdeling Technische Bedrijven van Philips zorgde voor de uitvoering. De koepel van het gebouw heeft een doorsnee van 77 meter, waarvan het hoogste punt 30 meter is.

Niet alleen Eindhoven dompelt zich onder in feestelijkheden. Ook in Limburg barsten de festiviteiten los. Iedere vestiging vult het feest op zijn eigen wijze in. Maar overal begint het feest rond vier uur, met een verslag van de aanbieding van het carillon. In Heerlen-Molenberg, de vestiging die dit jaar 15 jaar bestaat, klinkt in de middag al muziek van hetzelfde orkest dat ook ’s avonds zal optreden. Want het feestprogramma vindt die avond plaats in de Heerlense Stadsschouwburg. Ongeveer 3000 mensen worden er verwacht. Het hele weekend vinden er cabaretvoorstellingen plaats met artiesten bekend van radio en televisie. Speciale aandacht is er voor de jeugd. Zij mogen op zaterdag genieten van het optreden van een beat-orkest!

Page 28: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg
Page 29: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

25 april 1969 Groei Op zoek naar enkele honderden nieuwe arbeidskrachtenIn april 1969 is de kogel door de kerk; de Philips-fabrieken in Heerlen gaan fors uitbreiden met een nieuw gebouw. Hoewel er enkele weken daarvoor nog geen sprake van was, klinkt eind april de definitieve bevestiging. Hoofdverantwoordelijke van de uitbreiding is de productie van nieuwe technische apparatuur.

Dat betekent dat er snel plaats is voor enkele honderden extra werknemers. Want met de komst van het nieuwe gebouw verdubbelt naar alle waarschijnlijkheid de capaciteit van het bedrijf. De beslissing van de Raad van Bestuur van de N.V. Philips werd sterk beïnvloed door de aantrekkende economie, de beschik-baarheid van voldoende geschoolde industriële arbeidskrachten en de mogelijkheid voor bestaande bedrijven om bij uitbreiding gebruik te maken van de industriële herstructurering Zuid-Limburg (SIOL-regeling). De aanvraag voor de SIOL-regeling is inmiddels de deur uit. Met vertrouwen ziet men een positief besluit tegemoet. Uit de aanvraag kan worden afgeleid dat een groot deel van de nieuwe werknemers in Heerlen uit mijnwerkers zal bestaan.

Page 30: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1970 1980- Honderden arbeids- plaatsen gaan verloren;- Productie professionele buizen naar Heerlen;- Arbeidsplaatsen verdwijnen geruisloos;- Tienduizend gulden voor een idee;- ‘We zijn een klusjes- fabriek’;

24 februari 1972 Inkrimpen 1000 werknemers uit Limburg. Afname productie radiobuizen

Honderden arbeidsplaatsen gaan verlorenZoals na een strenge winter ooit een keer de dooi inzet, zo moet Philips na jaren van groei en bloei inkrimpen. In de eerste maanden van 1972 verdwijnen er in de Philipsvestigingen in Limburg zeker enkele honderden arbeidsplaatsen. Dat zal gedeeltelijk gebeuren door natuurlijke afvloeiing. De ontstane vacatures worden niet meer opgevuld. Dat antwoordde minister Langman van Economische zaken op de schrif-telijke vragen vanuit de Tweede Kamer door de Tweede Kamerleden dr. ir. A.P. Oele uit Geleen en ds. J. Knot uit Heerlen, beiden van de Partij van de Arbeid.

Page 31: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

De woorden van de voorzitter van de Kamer van Koophandel in Roermond worden waarheid. Hij zei in zijn Nieuwjaarstoespraak al dat er 1000 mensen zouden moeten afvloeien uit de Limburgse industrie. In februari wordt duidelijk dat het om Philips gaat, maar de minister van Economische Zaken spreekt uit-drukkelijk tegen dat er hier sprake is van ontslag. Personeelsbeperking, daar gaat het om, volgens minister Langman en dat voert Philips in het hele land door. In verband met die beperkingen gingen er het afgelo-pen jaar al zo’n 110 banen verloren en daar tellen zich de komende maanden nog eens honderden bij op.

Wat werd er in Heerlen gemaakt?Elektronenbuizen montage en afwerking 1948-1975Delay Lines (vertragingsmodule voor KTV) 1970 Gehoorapparaten montage in Heer/Maasricht 1970Productie en ontwikkeling Magnetofoon koppen 1971Kern Geheugens voor computers 1971Cu-S Relais voor Telefooncentrales 1972Reedkontacten specifiek voor Telefooncentrales 1972Montage Galerij Armaturen voor de Lichtgroep 1975Oscilloscoopbuizen voor Meetapparatuur 1976Verwerking transistoren SOT 54 en Sot 25 1978Grote Zendbuizen productie en Ontwikkeling 1979

De beide Kamerleden Oele en Knot stellen voor dat een nieuw acquisitiekantoor in Limburg aan de slag gaat om de herstruc-turering in goede banen te leiden. Volgens minister Langman wordt dat voorstel onderzocht. Verder meldt hij dat hij over deze zaken in overleg is met het provinciaal bestuur.

Page 32: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

5 augustus 1972 Productie professionele buizen

overgeplaatst van Eindhoven naar Heerlen Start productie professionele buizen naar Heerlen (1972-1982)Het zit in de planning, maar het plan wordt pas midden september uitgevoerd; de over-plaatsing van een deel van de productie van professionele buizen van Philips-Elcoma van Eindhoven naar Heerlen. Enkele experts komen vanuit Eindhoven mee naar Heerlen. Het overige personeel moet uit Limburg worden verworven. Overigens hoeft de beschikbare ruimte in Heerlen-Molenberg niet worden uitgebreid. Er is plek genoeg in de huidige accommodatie.

Een tegenstelling, lijkt het, met de laat-ste mededelingen, dat er in Heerlen juist vele arbeidsplaatsen zouden moeten verdwijnen. Een spelletje? Een kat in het nauw maakt namelijk rare sprongen. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat Philips het gezicht wil redden na het tegenspreken van de voorzitter van Kamer van Koophan-del. Neemt niet weg dat de verhuizing van de afdeling Heerlen zo’n 370 werkplekken oplevert. Aan de andere kant groeit het aantal gedupeerden in Eindhoven. De werkge-legenheid in Eindhoven voor vaklieden en indirecte werknemers is ronduit schaars te noemen.

Oorzaak? Het geleidelijke wegtrekken van productieactiviteiten van Philips uit Eindhoven.

De Industriebond Nederlands Katholiek-Vakverbond (NKV) stoort zich aan het feit dat in de studiegroep, die de mogelijke verplaatsing naar Heerlen bestudeert, geen enkele werknemersvertegenwoordiger plaats- heeft. Hoewel de verhuizing aan de ene kant werk oplevert, baart het de NKV zorgen dat er in Eindhoven banen verdwijnen, zo is te lezen in ‘Industrie-revue’, een uitgave van de Industriebond NKV.

Page 33: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

30 oktober 1975

Philips Heerlen en Heer hebben 800 man te veel Arbeidsplaatsen verdwijnen geruisloos De gekozen leden van de ondernemingsraad (OR) in Heerlen hebben een rapport opgezet. Daarin distan-tiëren zij zich van het beleid zoals dat de laat-ste tien jaar in Heerlen is gevoerd. Ook noemen zij in het rapport de aantallen, 800 arbeidsplaatsen in Heerlen en Heer, die al geruisloos zijn verdwenen en 700 tot 800 plekken die in 1976 verdwijnen als men niet snel voor vervangende werkgelegenheid zorgt. De OR eist in het schrijven dat de werkgelegenheid voor minimaal 1900 mensen in Heerlen en Heer wordt gegarandeerd. Een aantal dat al door de directie van Philips werd genoemd in een oriëntatieplan dat afgelopen mei werd gepresenteerd.

Hoewel er door de voorzitter van de Ondernemingsraad Heerlen een embargo op het rapport is ingesteld, is een uittreksel van het rapport op het publicatiebord van het bedrijf geprikt. Met medeweten van de voor-zitter ir. H. Gelling, die als voorzitter het rapport ondertekende. Bij de gekozen leden van de OR rijst de vraag of er wel zwaarwegende motieven zijn om het embargo te handhaven. De bedrijfscommissie mag zich buigen over de vraag of het embargo wel of niet terecht werd opgelegd.

Een selectie van ontvangbuizen die bestemd waren voor radio- en televisietoestellen.

Page 34: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

18 februari 1976 Recordbeloning voor record-idee Tienduizend gulden voor een ideeHet zal je maar gebeuren; je hebt een idee en het bedrijf waarvoor je werkt beloont dat idee met maar liefst tienduizend gulden. Dat over-komt Philipsmedewerker W. Aerts uit Schaesberg van de afdeling Bedrijfsmechanisatie. Hij ver-dient de beloning met een uitvinding voor het fabriceren van zogenaamde reedkontacten in moderne telefooncentrales. Reedkontacten zijn hele dunne draadjes in een glazen buisje. De uiteinden van die draadjes moeten worden geplet en met goud bedekt. Dat pletten is nogal een probleem, want de stempels die bij dit proces worden gebruikt, slijten snel. Aerts’ idee: maak de stempels niet bewegend, maar vast. En dat blijkt in de praktijk prima te werken. Deze gouden tip levert Aerts 10.000 gulden op. Voor het eerst in de geschiedenis betaalt Philips zo’n hoog bedrag uit voor een idee, een recordbeloning. Drie keer eerder meldde Aerts een idee bij de Ideeëncommissie, waarvan er één werd beloond met vijftig gulden. Niet alleen krijgt Aerts het enorme geldbedrag mee naar huis, hij mag ook nog de gouden speld met briljant in ontvangst nemen.

Bedrijfsdirecteur Gelling (rechts) overhandigt de heer Aerts de envelop met waardevolle inhoud.

Page 35: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

24 november 1979 – Steeds minder werk bij

Philips Heerlen/Maastricht ‘We zijn een klusjesfabriek’Van paradepaard tot zorgenkind. Dat is de ontwikkeling die Philips Heerlen/Maas-tricht (Heer) volgens velen heeft gemaakt. Werd er jaren geleden nog trots gewezen op de sfeer van verbondenheid binnen Philips. In 1979 vindt men dat van die grote familie en familiesfeer al jaren niets te merken is. In tien jaar tijd halveert het personeelsbestand tot 1300 medewerkers en aan dat proces lijkt nog geen einde te komen.

Philips heeft nauwelijks nog werk voor de geïntegreerde vestiging Heerlen/Maas-tricht. In Heerlen werken 1070 mensen en in Maastricht 220. Een vestiging, met één directie maar nog altijd twee onder- nemingsraden, die behoort tot de hoofd-industriegroepen Audio en Elcoma. Vooral bij die laatste Philips industriegroep is de werkgelegenheid het sterkst achteruit-gegaan. Die neergang houdt gelijke tred met het verdwijnen van de traditionele ontvangbuis voor de radio. In de jaren na de oorlog groeit Heerlen/Maastricht uit tot de belangrijkste buizenfabriek van Philips. In 1976 werken er maar liefst 2600 mensen. Een gouden toekomst die wreed wordt

verstoord door de opkomst van de transis-tor. De buis moet het veld ruimen. Veel sneller dan Philips ooit heeft kunnen bedenken. De transistorproductie verhuist naar de lageloonlanden en de dupe is Heerlen/Maastricht. Op dit moment in de geschiedenis werken er nog 160 mensen aan de productie van buizen. Eind mei 1980 valt het doek. Want op dat moment heeft Philips een voorraad opgebouwd, waarmee nog vele, vele jaren antieke radio’s van nieuwe ontvangstbuizen kunnen worden voorzien. Een woordvoerder van het FNV-kader bij Philips Heerlen/Maastricht verwoordt het als volgt: “Sinds 1974 zijn we in feite een klusjesfabriek. We worden aan het werk gehouden met klusjes. Goed en struc-tureel werk komt er niet.” De motivatievan het personeel neemt af, het ziekte-percentage stijgt. Het uitsluitsel over de toekomst van Philips Heerlen/Maas-tricht dat voor 1 januari 1980 zou klinken, blijft uit.

Page 36: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1980 1990- Philips in de 1e helft van de jaren ’80- Heerlen ontsnapt aan ramp- Één jaar na de brand: Philips Heerlen perfect beveiligd

Wereldwijde crisis en reorganisatie remmen ‘gezondheid’ Philips Heerlen Philips begin jaren ’80Reorganisaties en een wereldwijde recessie werpen in de eerste helft van de jaren tachtig donkere schaduwen over het Philipsterrein in Heerlen. Ook wordt in deze periode het tien jaar durende traject voor het overplaatsen van professionele buizen afgesloten. Zo vertelt ons panel dat de reorganisaties een gevolg waren van nieuwe technieken en producties. Onder andere de Philipsvestigingen in Heerlen, Sittard en Maastricht waren direct bij deze reorganisatie betrokken. De Maastrichtse vestiging werd zelfs helemaal gesloten. De Philipsvestiging in Heerlen hoefde niet gesloten te worden, maar het tekort aan werk (een probleem waar Philips in Heerlen al lange tijd mee kampte) moest wel opgelost worden.

Pierre Lemmelijn: “Toen ik bij Philips kwam (1979,red.), kreeg ik al snel te maken met een grote reorganisatie. Rond 1980 werd nagegaan: waar zitten overlappingen en welke zaken en activiteiten zijn niet meer zinvol. Daar moesten voor zeker 30 procent aan bezuinigingen uit voort-komen.”

In Heerlen werden er al lange tijd oude productenaangehouden, waardoor er altijd nog werk was voor alle medewerkers. “Overproductie om mensen aan het werk te houden,” legt Lemmelijn uit.

Page 37: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Wat werd er in Heerlen gemaakt?Gasmodules voor Huis-Gasket-els (HR-Ketels) 1980

Functionele Units (PLC-Modules voor besturing) 1981

Röntgenbeeldversterkers voor MSD in Best 1982

Specifieke Galvanie voor diverse produktieafdelingen 1983

Montage schrijfmachines voor IBM 1985 Kabelbomen en Kabelbundels voor MSD en derden; LCD-schermen en modules voor diverse toepassingen; LCD-schermen in Gebouw Z 1987

Mensen die eigenlijk overtollig waren, kregen een puntop hun salarisstrook en werden uit een bepaald potjebetaald om nog te kunnen blijven. “Dat was helemaal nietprettig, want in het dagelijks leven werd bij werkzaam-heden gekeken of iemand zo’n ‘puntnummer’ had. Het was als een soort stigma.”

Sociaal planOp 16 oktober 1980 meldt het Limburgs Dagblad dat dedirectie van Philips met de vakbonden en de ondernemingsraad overeenstemming heeft bereikt over een sociaal plan voor de vestiging Heerlen. “Heerlen isdaarmee de eerste van de bij de reorganisatie betrokkenPhilips-vestigingen waarvoor een dergelijk plan isovereengekomen.”

In het plan wordt rekening gehouden met het feit datPhilips Heerlen in de komende jaren andere en nieuweactiviteiten gaat ontplooien. Het sociaal plan bevatonder meer maatregelen met betrekking tot overplaatsing,detachering en om- of bijscholing.

Recessie remt gezond PhilipsHoewel Philips er in de jaren tachtig naar blijft streven om van de Heerlense vestiging een gezonde fabriek te maken, blijkt het bereiken van dit doel veel moeilijker dan gedacht. De wereldwijde crisis gooit hierbij roet in het eten. Er wordt dan ook gemeld dat Heerlen “tijdelijk een stap terug moet doen”, maar dat het streven is om eind 1983 weer 1.000 mensen aan het werk te hebben bij Philips Heerlen.

Page 38: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

“Het echte verhaal zullen jullie nooit horen” Heerlen ontsnapt aan ramp“Over de brand in de jaren tachtig hebben weveel verhalen gehoord, maar het échte verhaal zullen jullie nooit horen.” Met deze woorden introduceert Theo Flipsen het onderwerp‘blauwzuuralarm’. Hij doelt hiermee opde vele verhalen die over de brand in omloopwaren. “De meeste verhalen zijn onzinen niemand heeft goed onderzoek gedaan. Schrijf maar op: er zijn een aantal meningen over hoe de brand ontstaan kan zijn, maar we kunnen nooit met zekerheid achterhalen wat de oorzaak is geweest.” Stellige woorden, dus reden genoeg om de herinneringen die de heren uit ons panel aan die nacht van 18 april 1984 hebben eens duidelijk te noteren.

In de bewuste nacht brak er ’s nachts branduit in de fabriek op de Molenberg (de galvanische afdeling, om precies te zijn). Omwonenden spraken destijds van een explosie, maar de oorzaak is op het moment van de brand niet duidelijk. De toenmalig directeur van de Heerlense fabriek noemde kortsluiting een van de oorzaken. Kortsluiting in een van de verwarmings-elementen van de zuurbaden, die ’s nachts automatisch werden ingeschakeld. Wat de oorzaak ook geweest mag zijn, het gevolg was vrij snel duidelijk: zuren kwamen in aanraking met cyanide.

Die combinatie zorgde voor hetdodelijke blauwzuurgas. Die nacht was erop de betreffende afdeling gelukkigniemand aan het werk. Volgens het panel was er in die tijd nog geen rampenplanbij Philips Heerlen (hoewel de krant daar wel over spreekt). Brandweermannenwerden uit bed gebeld en de brandweeruit Heerlen rukte met groot materieel uit en kreeg assistentie van de bedrijfs-brandweren van Geleen, Philips Heerlen en Sittard.

De wijk werd hermetisch afgesloten doorpolitieagenten met gasmaskers op. Zijmoesten ervoor zorgen dat inbrekers niet hun slag konden slaan. “Een science- fictionachtige sfeer”, reageerde men in die tijd. Met een geluidswagen riep de politie de bewoners op om de huizen te verlaten. Hier en daar moest de politie aanbellen, maar er brak geen paniek uit. De krantenkop van het Limburgs Dagblad dedag na de brand was duidelijk: ‘Heerlen aan ramp ontsnapt’. Het had veel erger kunnen zijn. Jan Reijen (die op dat moment burgemeester van Heerlen was) zei het volgende: “Gelukkig is het allemaal goed afgelopen. Met de ontruiming hebben we alle risico’s willen uit- sluiten.” Hoewel de schrik en de schade groot zijn, bleef een deel van het complex doordraaien, zo meldt het panel. Om acht over vier ’s nachts was de brandweer het vuur meester.

Page 39: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Krantenknipsels Limburgs Dagblad over de bijna-ramp.

Page 40: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Forse maatregelen na grote schade Één jaar na de brand: Philips Heerlen perfect beveiligdNa de nacht waarin Molenberg werd opge-schrikt door een blauwzuuralarm en de brandweer zo’n twee kilometer slangen had uitgerold, kon de schade opgetekend worden. Hoewel de materiële en financiële schade vele malen groter was, waren er ook genoeg meldingen van menselijke schade.

Zo moesten in de betreffende nacht vijfbrandweermannen naar het toenmalige Weverziekenhuis gebracht worden, omdat zij klachten hadden door het inademen van de rook. Verschillende omwonenden meldden zich met keelklachten.

Op het Philipsterrein stondenambulances gereed: artsen waren aanwezigom onmiddellijk in te kunnen grijpen.Apothekers brachten extra hoeveelheden‘tegengif’ voor het uiterst gevaarlijkeen giftige blauwzuurgas.

De fabriek zelf kwam er ook niet ongeschonden vanaf. De muren van deongeveer 120 vierkante meter grote afdeling waar de brand plaatsvond, stortten in. De afdeling brandde hele-maal uit. Directeur Paul Snijders spreekt op dat moment van minstens 10 miljoen gulden schade. Ons panel weet te vertellen dat dit uiteindelijk zeker 16 miljoen gulden is geworden.

VeiligDe brand is uiteindelijk toch ergens goed voor. Het panel: “Een jaar na hetblauwzuuralarm was het Philipsterrein perfect beveiligd!” De onrust die er na de brand onder omwonenden heerste, werdgrotendeels weggenomen tijdens deOpen Dag in januari. Het angstgevoel voor een nieuwe brand was dan ook een stuk minder na de rondleiding door het bedrijf (en op de nieuwe galvaniseerafdeling).

Door de strengere en aangepaste veilig-heidsmaatregelen leek een nieuwebrand onmogelijk.

Vlak na de brand heerst er onrust over de veiligheid van het bedrijventerrein.

Page 41: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Activiteiten Zwitserse dochteronderneming

komen over naar Heerlen De komst van het LCD-centrumHet is mei 1985 wanneer bekend wordt dat dePhilips-activiteiten in Heerlen worden uit-gebreid met een LCD-centrum. “Dat kwam toenvanuit Zwitserland naar Heerlen”, weet onspanel te vertellen.

Het LCD-centrum diende voor de ontwikkelingen productie van zogeheten LCD’s (liquidcristal displays). Het centrum kost 100miljoen gulden en wordt in 1986 in gebruikgenomen.

Ons panel weet verder te vertellen dat de vakbonden en het Heerlense gemeentebestuur erg blij zijn met het besluit van Philips. Het centrum zorgt in de ogen van de bestuurders voor “een stuk vervangende werkgelegenheid” meldt ook Dagblad de Limburger op 23 mei 1985.De LCD-schermpjes worden in die tijd vooraltoegepast in zakrekenmachines, horloges encomputerspelletjes. Omdat Philips verwachtdat de schermpjes in de toekomst ook opgrote schaal toegepast zouden kunnen wordenin de auto-industrie, de telecommunicatieen de consumentenelektronica, lijkt het demultinational een goed idee om in Nederlandeen ontwikkelingscentrum voor de LCD’s tevestigen.

De keuze viel op Heerlen vanwege hetgunstige industriële klimaat in de regio.Het bedrijf komt vanuit Zwitserland over omdat bepaalde Philipsactiviteiten tot dan toe nog ondergebracht zijn bij een Zwitserse dochteronderneming. Het Heerlense centrum zal begeleid worden door een Japans elektronicabedrijf dat helpt bij de opbouw.

‘Slechts‘ vier jaarHoewel vier jaar later zware tijden aan-breken voor Philips, lijkt Heerlen nog even buiten schot te blijven. Toch blijkt enige tijd later in 1990 dat het terrein wel degelijk geraakt wordt en dat dit alles samenhangt met het LCD-centrum. Na vier jaar ontdekt men dat de productie van de LCD’s niet is gelopen zoals gehoopt. ‘Het ‘Halleluja’ van vier jaar geleden is definitief voorbij’, zo kopt het Limburgs Dagblad. Hiermee komt een einde aan het centrum dat haar lustrum niet kon vieren.

In brochures werd (toekomstig) personeel geïnformeerd over de activiteiten binnen Philips. Zo ook over de activiteit “LCD-schermen.”

Page 42: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1990 2000- Staking Philips-personeel voorjaar 1990 - Ingrijpendste sanering uit de geschiedenis van Philips - Samenwerking overname- Bedrijvenpark Molenberg

Wat werd er in Heerlen gemaakt?Stop LCD Sharp 1992 Start schermen voor mobiele telefoon Nokia 1992 - 2004 Ontwikkeling LCD-schermen en modules 1994

Page 43: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Met bussen naar Eindhoven voor betere CAO Staking Philips-personeel voorjaar 1990Eind april 1990 komt het personeel van Philips massaal in opstand. Ruim73 procent van het Philipspersoneel uit Limburg ondertekent een petitie omde CAO-eisen van de Industriebond FNV te ondersteunen. Volgens hetLimburgs Dagblad gaat het bij de onderhandelingen met name over een structurele loonsverhoging van vier procent, de gelijkstelling van ploegen-arbeid met werkers met een volledige kantoorbaan, optrekking van de onregelmatigheidstoeslagen en over de pensioenregelingen.

Op 24 april, de dag van de derde onderhandelingsronde, zorgt FNVervoor dat er zoveel mogelijk Philipsmedewerkers vanuit Limburg in bussenrichting Eindhoven worden vervoerd. Zo zet men met lijfelijke aanwezigheid de handtekeningenactie extra kracht bij. Het personeel van Philips – ook dat van Heerlen – neemt daarvoor massaal verlof op. Betaald of onbetaald.“Ik kan het me nog maar vaag herinneren,” vertelt Theo Flipsen. Na een korte stilte komen er toch weer meer herinneringen bovendrijven en geeft één van de panelleden aan er zelf bij aanwezig te zijn geweest. Pierre Lemmelijn: “Ja, ik was ook in Eindhoven. Er was een grote groep mensen op de been voor dit protest.” Industriebond FNV schrijft in het Limburgs Dagblad: “er is zomassaal verlof aangevraagd dat er op diverse vestigingen lichte paniek isontstaan, omdat de productie van die dag gevaar loopt. Ook komen er uitverschillende vestigingsplaatsen berichten over het weigeren van deverlofaanvragen.” Vooral in Limburg, onder andere de vestiging in Heerlen, blijkt de onvrede over de arbeidsvoorwaarden bijzonder groot te zijn.

Page 44: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Ondanks nieuwe LCD-fabriek blijft personeels- bestand Heerlen dalen

Ingrijpendste sanering uit geschiedenis voor PhilipsIn 1990 en 1991 breken zware tijden aan voor Philips in het algemeen. Tienduizenden banen verdwijnen; de meest ingrijpende reorganisatieuit de geschiedenis van het bedrijf. Het verlies bedraagt zo’n 2 miljoen gulden. Gedwongen ontslagen lijken dan ook onvermijdelijk. Op voorhand wordt er rekening gehouden met het verlies van bijna de helft van het aantal Philips-banen in Nederland. Voor het Philipsterrein in Heerlen lijkt het op het eerste gezicht allemaal mee te vallen. Men verwachtte al dat de gevolgen voor de provincie Limburg beperkt zouden blijven. De ingrepen treffen vooral de informatiesystemen en andere componenten waaruit Philips zich als fabrikant wil terugtrekken.

LCD-centrumLater in 1990 slaat het noodlot toch ook toe voor Philips Heerlen. Na vier jaarblijkt dat de productie van Liquid Crystal Displays, het tegenwoordige LCD, al lange tijd slecht verloopt. Het LCD-centrum werd in 1986 in Heerlen geopend, na de overname van een bedrijf uit Zwitserland (Videlec). De productie van LCD-onderdelen werd in 1986 nog aangekondigd als de kurk waarop Philips Heerlen zou kunnen drijven. Het moest het gat dichten dat was ontstaan na de eerdere sanering van de Heerlense fabriek voor elektronenbuizen. Het slechte nieuws slaat in Heerlen in als een bom. Een kwart van de werknemers gaat zijn baan verliezen en in 1991 werken er nog maar 650 mensen in het bedrijf. Door de investeringen die zijn gedaan en de werkgelegenheid die zich in het herstructureringsgebied juist gunstig aan het ontwikkelen was, komt het nieuws onverwacht.

FNV spreekt van desastreuze ontwikkelingen, aangezien een groot deel van het Philips-personeel in Heerlen een LBO- of MBO-opleiding heeft en het volgens de vakbond voor deze groep moeilijk is om nieuw werk te vinden.

“De werksfeer bij Philips was nooit zo heel slecht,” vertellen de leden van het panel. Zelf hebben de mannen de saneringen die ze hebben meegemaakt altijd weten te doorstaan.

Medical SystemsLater dat jaar komt Heerlen er nog relatief goed vanaf,wanneer er een nieuwe saneringsgolf lijkt te ontstaan inPhilips-land. Bij de reorganisatie van de Philips-divisie Medical Systems (dat zich richt op de ontwikkeling van ziekenhuisapparatuur) blijft de vestiging in Heerlen vrijwel ongeschonden. Bij de reorganisatie, waarbij Philips wereldwijd zo’n 2.000 banen schrapt, blijft Heerlen buiten schot.

Page 45: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Verkoop beperkt ontslag, Neways neemt MSA over

Samenwerking en overname In de jaren negentig wordt al duidelijk dat het Philipsterrein niet langer hetPhilips-georiënteerde bedrijventerrein zal blijven wat het vroeger was.In november 1990 onderhandelt Philips met diverse bedrijven over de verkoopvan de afdeling voor LCD-panelen in Heerlen. Was er in september nog sprakevan een ‘massaontslag’ omdat de LCD-fabriek gesloten zou worden, nu lijkt ereen manier te zijn gevonden om het verlies van arbeidsplaatsen nog enigszinste beperken. Concurrenten werken voordeliger en Philips krijgt dan ook met sterke tegen-standers te maken. Verkoop van de afdeling LCD-panelen lijkt de enigemogelijkheid om de pijn van de bezuinigingsmaatregel te verzachten.

Als het onderdeel MSA (zie volgende hoofdstuk: ‘Bedrijvenpark Molenberg‘) in Heerlen in handen komt van het Brabantse bedrijf Neways (Neways Electronics International BV) blijken Neways en Philips al maanden gesprekken te voeren over de samenwerking. Tweehonderd medewerkers van Philips in Heerlen gaan over naar de nieuwe eigenaar. De productie van het onderdeel blijft wel gevestigd op het Philipsterrein. Het bedrijf van Neways richt zich op het maken en assembleren van elektronische componenten, net zoals Philips’ MSA.

Het overdragen van de Heerlense activiteiten aan Newayspast wel in het beleid dat Philips in de jaren negentig al voerde: concentreren op de kernactiviteiten. In tegenstelling tot de overname en verkoop van de LCD-fabriek, heeft het wisselen van eigenaar geen gevolgen voor de werk- gelegenheid.

Activiteiten om verlies van banen tegen te gaan Uiteindelijk zijn van alle opgestartte activiteiten, om het verlies van banen ten gevolge van de verdwijning van radiobuizen op te vangen, er nog 3 over. Dit zijn osculograafbuizen, röntgenbeeldversterkers en reedkontacten. Alle drie zijn echter door Philips verkocht. Als laatste is röntgenbeeldversterkers overgenomen door Argus. Deze activiteit is nu nog steeds gevestigd (red. 2013) op het bedrijventerrein.

De productie van reedkontacten.

Page 46: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Versplintering en opdeling ‘Bedrijvenpark Molenberg’ Na de overnames en samenwerkingsverbanden direct in het beginvan de jaren negentig verandert er een jaar later nog meer voor het Philipsterrein. De vestiging op de Molenberg krijgt vanaf1991 een geheel nieuwe opzet. Philips wil het terrein alsbedrijvenpark vorm gaan geven.

“Bedrijven van buiten bevolkten ons terrein meer en meer,”herinnert het panel zich. “Of gebouwen werden ineens zelfstandig.”De eerder besproken overname van Neways lijkt hiervan een voorbeeld. “Er kwam duidelijk een opsplitsing. Gebouwen van Philips aan de ene kant en zelfstandige bedrijven aan de andere kant.” Van die zogenaamde opsplitsing maken ook kranten uit die tijdmelding. Ten eerste de opsplitsing in de Philipsfabrieken zelf. De activiteiten in de fabriek worden verdeeld over aparte Philips-bedrijfjes, die deel uitmaken van een soort ‘bedrijvenpark Molenberg’. Aan de andere kant kwam hierdoor ook ruimte voor externe ondernemingen.

Met name de bedrijfsgebouwen op het terrein die na de reorganisatie bij Philips leeg kwamen te staan, waren geschikt om aan andere ondernemingen te verhuren. Met de huurinkomsten dacht Philips de afschrijving op de gebouwen te kunnen compenseren. Pierre Lemmelijn: “Toen ik bij Philips binnenkwam, was er éénmono-cultuur. Dat was de buizenwereld. De technische mensengingen naar dat soort afdelingen. Maar na verloop van tijd raaktealles steeds meer versnipperd. Dan hoorden sommigen werknemers ineens: ‘We zijn nu ‘Neways’.”

Page 47: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

1995 werd de afdeling Tech-nische Bedrijven van Philips ( schilders,electriciens,machinisten machinekamer,timmerman,fitters, enwaaronder ook de beveilig-ing en bedrijfskantine vielen) overgenomen door Philips Vastgoed Beheer en Diensten te Eindhoven en kwam

“Alles werd opgedeeld in vakjes toen Philips de zaakhier losliet. Philipsproducties lagen steeds verderweg.” De mannen van het panel hebben de reorganisatie ook wel op persoonlijk vlak gemerkt. “Recepties werden ook steeds minder bezocht. Op een gegeven moment kwamen er nog 20 mensen naar je receptie, terwijl vroeger bij wijze van spreken de hele kantine vol zat. Inclusief de feestcommissie die het had georganiseerd.” “Eerlijk gezegd weet ik niet eens meer wat hier allemaal zit”, vult een ander panellid aan. Vroeger kende ik bijna iedereen. Bedrijfsfeestjes, dat waren mooie momenten met interdisciplinaire ontmoetingen, waar je ook in je werk weer profijt van had. Maar dat viel allemaal langzaam uiteen.”

MSALos van dit alles kwam er ook een zelfstandigeOnderneming in beeld, MSA genaamd, die als een soort dochteronderneming van Philips materialen leverde aan andere Philipsondernemingen. De 200 mensen die er aan de slag gingen, werkten daarvoor her en der verspreid op het terrein. Ook een deel van de mensen waarvan men dacht dat ze ontslagen zouden worden (vanwege de weggesaneerdeafdeling LCD-panelen) leek door de werkzaam-heden van MSA gered.

Overname Technische bedrijven In 1995 werd de afdeling Technische bedrijven van Philips (schil-ders, electriciens, machinisten machinekamer, timmerman, fitters en waaronder ook de beveiliging en bedrijfskantine vielen) over-genomen door Philips Vastgoed Beheer en Diensten te Eindhoven en kwam Technische Bedrijven van Heerlen te vallen onder de Afdeling: Beheer en Diensten van Philips Vastgoed.

Het beheer van de gebouwen en aanbieden van diensten zoals energie, bedrijfsstoffen, beveiliging, parkeren, telefooncentrale, reparatie en onderhoud en het restaurant lag in handen van de afdeling Beheer en Diensten in gebouw A.Dit bleef ook zo na de verkoop van de gebouwen aan ZBG te Geldrop. Facility Manager werd toen Parkmanager voor ZBG totdat TCN in 2007 de gebouwen overnam en zelf in het Beheer enaanbieden van Diensten voorzag.

Page 48: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

2000 - 2010- Van Philipsterrein naar ©-mill- Geerd Simonis en de nieuwe economie van Parkstad- Open karakter- De gepensioneerdenvereniging van Philips

Wat werd er in Heerlen gemaakt?Ideeën, kunst en alles daartussenin...

Nieuwe naam, nieuwe eigenaar Van Philipsterrein naar ©-millHet voormalig Philipsterrein aan de Molenberg heeft tussen 2000 en 2010 een grote verandering doorgemaakt. In de jaren negentig ontstonden er al samenwerkingsverbanden en vonden er overnames plaats van onder andere Phoebux en Neways. Op de kaart wijst Simonis gebouw Z aan. “Kijk, dat is zo’n beetje het laatste grote gebouw dat er in de ‘Philips-periode’ is gerealiseerd. Dan spreken we wel al over begin jaren negentig, het jaar waarin het Brabantse bedrijf Neways ook al een deel van het terrein overnam. Gebouw Z was een LCD fabriek, 4 hectare groot, maar is slechts een paar jaar gebruikt.” Na een tijd besloot Philips om het gebouw teverkopen aan het kassaregisterbedrijf NCR. “Daarmee werd eigenlijk voor de eerste keer een deel van het terrein ‘afgesneden’ enverkocht aan een buitenstaander,” licht Simonis toe. “Het hek van het terrein moest dan ook verplaatst worden.” De rest van het terreinmet nog diverse Philips-vestigingen draaide ondertussen door.

Page 49: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Begin 21ste eeuw werd het gebouw door NCR verkocht. Het werd in de verkoopgezet en kwam in 2001 in handen van zowel Stienstra (waar Simonis destijdsdirecteur was) en ZBG. Laatstgenoemde was toen al eigenaar van een grootgedeelte van het (Philips) terrein en bracht beide partijen bij elkaar. “Ik ging erop af omdat ik dacht dat ik er wat mee kon. Zo gaat dat in de vastgoed-wereld,” zegt Simonis. Vervolgens stond het gebouw een tijdje leeg, al heeft Simonis het wel voor korte tijd aan een bedrijf verhuurd. Ondertussen had ZBG echter al het gehele Philipsterrein (zover nog van die naam gesproken kon worden) in haar bezit. 43.000 vierkante meter bedrijfsruimte op 15 hectare grond om precies te zijn.

Simonis werd directeur bij vastgoedbelegger TCN. Begin 2007 gaf Stienstra te kennen van het gebouw “af te willen”. ZGB had dezelfde gedachte, maar dat niet alleen. Het bedrijf zou het liefst het hele terrein kwijt willen. Op dat moment stond meer dan de helft (55%) van het terrein leeg. “Als je ook nog iemand weet voor de rest van het terrein, laat je het maar weten” was de boodschap van Stienstra en ZGB aan Simonis. De eigenaren hadden vanuitAmsterdam geen gevoel meer bij wat er plaatsvond op de Molenberg. Simonis’nuchtere commentaar was: “Dan koop ik het.”

TCN waarin Geerd toen partner was, kocht destijds wel vaker gebouwen op die in zogenaamde ‘distress’ waren. “Noem het maar probleemgevallen,” lacht Simonis. “Gebouwen waar je nieuw leven in kunt blazen en leuke dingen mee kunt doen. In die zin paste het terrein goed in onze filosofie.”

Omdat er volgens Simonis al genoeg gebouwen zijn, wordt er niet bijgebouwd. “We geloven in nieuwe functies voor bestaande gebouwen. Nederlandverzuipt in de leegstaande winkels, kantoorgebouwen en scholen. We moetendaarom stoppen met stenen stapelen en bestaand vastgoed benutten.”Na gesprekken met Stienstra en ZGB werd TCN in oktober 2007 officieel eigenaar van het gehele complex. ©-mill werd de naam, waarin ‘Mill’ verwijst naar Molenberg. Ondanks de Philipsvestiging die nog op het terrein aanwezig was, kwam hiermee de Philips-periode ten einde.

Page 50: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg
Page 51: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Andere wind Geerd Simonis en de nieuwe economie van ParkstadOp ©-mill is begin 2013 90 procent van het terrein verhuurd en het aantal huurders is sinds 2007 van 9 naar 85 gestegen. Op dit moment komen er meer bedrijven dan dat er weggaan.

De filosofie achter het gehele complex is langzaamaan veranderd. Er waait een frisse wind over het voormalig Philipsterrein op de Molenberg. Geerd Simonis vertelt. “We konden er een ‘gewoon bedrijventerrein’ van maken en het verder exploiteren. Een paar extra huurders binnenhalen, en klaar. Òf we konden er echt iets heel anders mee gaan doen. We kozen voor het laatste; het moest niet enkel meer om de gebouwen gaan, maar vooral om wat daar op een creatieve manier mee gedaan werd.” Om hier een door-dacht plan voor op te stellen, overlegde Simonis met verschillende mensen. Denk onder andere aan mensen uit de culturele wereld, de sportwereld en architecten. Ze liepen allemaal eens over het terrein en lieten hun ideeën aan Simonis horen. Het resultaat was een plan dat op de langere termijn de nieuwe economie van Parkstad zou moeten gaan vormen. Dat vraagt om uitleg. “Specifieker gezegd was het plan om er een ‘stedelijk en urbanpark’ van te maken. Uiteraard blijft ‘werken’ de hoofdrol spelenop het terrein. Net zoals dit altijd het geval geweest is in dePhilips-tijd.”

Maar aan het werken werden drie nieuwe functies toegevoegd,die samen met de groep experts waren opgesteld: kunst & cultuur,onderwijs en wonen. Deze nieuwe functies van het terreinmoesten dan wel altijd in combinatie met werken worden gezien.Er zou nooit sprake mogen zijn van een monocultuur.“En”, voegt Simonis eraan toe, “het moet met de economievan Parkstad of Heerlen te maken hebben. De Nieuwe Nor ishier geweest met de vraag of er een festivalletje georganiseerdkon worden. Ik denk dan: kom maar! Of kijk eens naar het grasveld dat we hier hebben. Dat moet je gewoon benutten.” Op dit moment zitten er op ©-mill onder andere internet- apotheken, internetbedrijven, culturele ondernemers, boekhoud- en architectenbureaus. Toch is het nooit de bedoeling geweest om alles en iedereen die ook maar een beetje aan de drie nieuwe functies voldeed, binnen te halen. “Het moet wel in de filosofie van het nieuwe terrein blijven. Het is geen evenemententerrein. Het is en was een werkterrein, waar nu nieuwe functies aan zijn toegevoegd. Mijn streven is dan ook om het terrein compleet te maken.”

Page 52: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

“Weg met dat hek en die slagboom” Open karakterMet de komst van Geerd Simonis op het terrein, kreeg het terrein niet alleen extra functies, maar ook de sfeer veranderde. Het moest een opener karakter krijgen en de binding met de om-liggende bewoners moest sterker worden. Volgens Geerd zou het hek dat altijd om het Philipsterrein gestaan heeft, in de toekomst plaats kunnen maken voor alternatieven. De functie van het hek is altijd veiligheid geweest. Geerd Simonis: “Dat kan echter ook met

groenvoorzieningen, een waterpartij, technische hulpmiddelen zoals camerabewaking, etc. Het hekwerk zou dan weg kunnen. Het zou een vrijere en vriendelijkere manier zijn dan het hekwerk.”

De buurt om het terrein heen vindt Simonis ook van groot belang. ©-mill wil nadrukkelijk contact met de omgeving. Zo is de wijkraad regelmatig aanwezig bij vergaderingen. “Ze zijn doorgaans erg enthousiast over de plannen. Ze zijn sowieso blij dat het terrein niet naar de verdommenis is gegaan”, lacht Simonis. “Dat is immers met het voormalige Philipsterrein in Sittard wel gebeurd. Dan krijg je verpaupering en rotzooi.”

Page 53: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

De woonwijken rondom het terrein moeten aan sommige zaken wel wennen. Daarvoor heeft het terrein pas te kort geleden een nieuwe invulling gekregen. “Soms wordt er wel gekeken met een blik van: wat is die gek nou weer aan het doen? Maar aan de an-dere kant vindt de buurt het vooral heel leuk. Zoals ook de open dag, waarop iedereen over het terrein mocht lopen.”

Het laatstgenoemde is wel een duidelijke breuk met vroeger. In de Philips-periode kwam je nooit op het terrein. Er stond een slagboom en een hekwerk.

Simonis: “Iedereen kende het terrein en had wel ergens familie die er werkte. Maar zelden trof je iemand die er zelf op was geweest. Ik zelf woon hier dicht in de buurt, maar had ook nooit voet op het terrein gezet.” Het mag voor zich spreken dat buurtbewoners het heel leuk vonden toen zij recent voor het eerst eens ‘De Philips’ (zoals het terrein in de volksmond heette) te zien kregen.

©-mill, gevestigd op het oude Philipsterrein in de wijk Molenberg, werd tijdens het Nationaal Bedrijventerrein Congres uitgeroepen tot beste bedrijventerrein van Nederland 2011-2012 binnen de categorie ‘overall’.

De verschillen waren klein. De jury koos uiteindelijk voor ©-mill omdat Geerd Simonis zijn verhaal met de meeste overtuiging bracht. Daarnaast gold het feit dat hij als ondernemer zijn eigen boontjes dopt. Volgens de vakjury moet ©-mill, een ‘urban park’ met een mix aan functies, als voorbeeld dienen voor werkgebieden in de toekomst.

Page 54: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Het laatste stukje Philips in Heerlen De gepensioneerden-vereniging van PhilipsOver de laatste 10 jaar van de geschiedenis kan ons panelweinig vertellen. Slechts een enkeling werkt nog op het terrein en wie er werkt doet dat niet meer voor Philips. De Vereniging Gepensioneerden Philips heeft tot op de dag van vandaag wel nog een sterke binding met het voormalig Philipsterrein. Een aantal panelleden zijn lid van die vereniging. Zo werd Theo Flipsen (1938) lid van de ‘gepensioneerdenclub’ zoals de medewerkers de vereniging noemen, na ook al 12,5 jaar voorzitter te zijn geweest. Van de gepensioneerdenvereniging kon men echter pas lid worden vanaf het 55ste levensjaar. Flipsen is er nu nog voorzitter en steekt erg veel tijd in de vereniging.

Samen met andere gepensioneerden, waaronder ook GielFrijns, sinds zijn pensioen in 1993 secretaris van deVereniging, komt hij nog een keer per maand bij elkaar. Dan worden er met de hele groep uitstapjes gemaakt. Een klein deel van het ’originele Philips-team’ blijft zo nog intact. Tenminste, voor even nog. Want nadat de laat-ste Philipsmedewerkers binnenkort het terrein verlaten, zal de gepensioneerdenvereniging volgens het panel nog zo’n 10 jaar bestaan. “In die 10 jaar moeten we het geld opmaken.”En dan wordt het boek Philips in Heerlen voor-goed gesloten.

Page 55: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg
Page 56: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Gebouwen en de productieGebouw A 1950 t/m 1995 Bewakingsafdeling 1950 t/m 1995 Afdeling personeelszaken 1950 t/m 1995 Afdeling administratie 1950 t/m 1965 Afdeling kantine 1975 t/m 1990 Gasten kantine1962 t/m 1975 Afdeling kwaliteitslaboratoria1977 t/m 1993 Computerruimte Gebouw B 1950 t/m 1975 Productieafdeling ontvangbuizen (radiolampen) 1963 t/m 1977 Ontwikkellaboratorium voor ontvangbuizen 1975 t/m 1992 Productieafdeling zendbuizen1975 t/m 1990 Chemische afdeling 1985 t/m 1995 Printplaten Gebouw C 1955 t/m 1995 Afdeling bedrijfsmechanisatie 1957 t/m 1965 Afdeling kwaliteitslaboratoria 1965 t/m 1995 Afdeling kantine Gebouw D 1955 t/m 1977 Productieafdeling speciale kwaliteitsbuizen 1960 t/m 1975 Productieafdeling cijferbuizen1970 t/m 1985 Reedkontacten 1975 t/m 1995 Productieafdeling oscilloscoop buizen Gebouw O 1970 t/m 1980 Audiokoppen1980 t/m 2000 Productie en ontwikkelafdeling LCD (Liquid Cristal Displays)

B

CD

E

Page 57: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Gebouw E 1965 t/m 2000 Technische bedrijven (verzorging bedrijfs- stoffen en onderhoud gebouwen)Gebouw W 1983 t/m 2010 Beeldversterkers voor medische X-ray- systemen productie en ontwikkeling Gebouw V 1983 t/m 2005 Centraal magazijn voor productieartikelen

Gebouw K 1965 t/m 1975 Geheugens 1975 t/m 1983 Delaylines 1983 t/m 2002 Kabels en draadbomen Gebouw Z 1987 t/m 1995 Productie en ont- wikkelafdeling LCD (Liquid Cristal Displays)

(Dit gebouw is inmiddels gesloopt)

Z

A

C

O

WV

K

Page 58: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Het boek

ColofonIn opdracht van ©-mill B.V. heeft Heerlen Vertelt dit boek uitgebracht. Tijdens het proces is er door onderzoek en het interviewen van (oud)medewerkers geprobeerd een zo goed mogelijk beeld te geven van de historie van bedrijven-terrein ©-mill.

Ook hebben wij getracht te verwijzen naar de juiste bronnen.Mochten deze bronvermeldingen nietjuist zijn, dan kunt u contact opnemen met [email protected]. Mocht u andere onjuistheden zien, danhoren wij dat graag voor een mogelijkvolgende druk van dit boek.

Bezoek de website van: ©-mill www.cmill.com Heerlen Vertelt www.heerlenvertelt.nl

Wie werkte mee aan dit boek

RedactieHoofdredactie: Maurice van Opdorp Teksten: Sandra Israel Frank van Opdorp Vormgeving: Maurice van Opdorp Fotografie: Anita Hondong

Uitgave: 2013 1ste druk

Page 59: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg

Achtergrondinformatie

BronnenFoto’s eigendom van ©-mill:Achtergrondfoto’s pagina 8, 9, 10, 20, 21, 24, 25, 36, 37, 50, 51, 56, 59 Foto’s kaft en op pagina 8, 10-1, 12, 13, 15, 16, 1720, 22, 24, 26-1, 27-1, 28, 29, 30, 31, 46, 47, 50, 51 Foto’s eigendom van Philips-Nederland: Foto’s pagina 35, 41, 45

Foto’s en krantenartikelen eigendom van Limburgs Dagblad: Foto’s pagina 39-1, 39-2, 39-3, 40, 42, 43 Foto’s Anita Hondong: Achtergrondfoto’s pagina 4, 5, 6, 7, 48, 54, 55 Foto’s pagina 4, 5, 6, 7, 10-2, 11, 13, 44, 48, 52, 53 Foto’s persoonlijke collecties: Dhr. Frijns: Achtergrondfoto’s pagina 18 Foto’s pagina 32

Dhr. Aerts: Foto’s pagina 34-1, 34-2 Foto’s Google zoekmachine (google.com): Foto’s: 19 [trefwoord bokaal], 26-2, 27-2 [trefwoord Evoluon]

Page 60: 60 jaar bedrijventerrein Molenberg